Rapport KPMG - Stapeling Regelgeving - VNO-NCW
Rapport KPMG - Stapeling Regelgeving - VNO-NCW
Rapport KPMG - Stapeling Regelgeving - VNO-NCW
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Door omvang-, looptijd- en<br />
risicotransformatie zorgt een bank voor<br />
een efficiënte inzet van beschikbare<br />
middelen waardoor bedrijven en<br />
huishoudens rente op hun spaargeld<br />
krijgen en leningen kunnen afsluiten.<br />
De invulling van de transformatiefunctie<br />
van de bank bepaalt de omvang<br />
en samenstelling van de balans. De rol<br />
van de bank als tegenpartij voor zowel<br />
schuldeiser als lener wordt ook<br />
gereflecteerd in de balans van een<br />
bankbedrijf (zie figuur 3). De<br />
bezittingen van een bank bestaan<br />
traditioneel uit verstrekte kredieten<br />
waaronder hypotheken, investeringen<br />
in waardepapieren en kasgeld. De<br />
schulden bestaan uit aangetrokken<br />
spaargelden, leningen (vreemd<br />
vermogen) van professionele<br />
tegenpartijen (bijv. verzekeraars,<br />
pensioenfondsen, beleggingsinstellingen)<br />
en vermogen verstrekt<br />
door aandeelhouders (kapitaal).<br />
Verstrekte kredieten dragen afhankelijk<br />
van de onderliggende activiteiten<br />
verschillende risico’s. Zo bepaalt de<br />
kredietwaardigheid van een<br />
kredietnemer het kredietrisico van<br />
deze ‘tegenppartij’. De essentie van<br />
het rentebedrijf is dat het bankbedrijf<br />
bij het transformeren deze risico’s<br />
beprijst en vanuit haar verantwoordelijkheid<br />
ten aanzien van toevertrouwde<br />
middelen te hoge risico’s<br />
uitsluit.<br />
Tegenover de kredieten staan<br />
schulden in de vorm van aan de bank<br />
toevertrouwde middelen. Net als<br />
andere bedrijven houdt een bank<br />
zogenoemd eigen vermogen (kapitaal)<br />
aan om in een buffer te voorzien<br />
ingeval van verliezen op kredieten.<br />
Door de samenstelling van de balans<br />
en de relatief lage risico’s verbonden<br />
aan de kredietverlening van banken<br />
(slechts een fractie van de verstrekte<br />
leningen wordt niet terug betaald) is<br />
deze buffer, afgemeten ten opzichte<br />
van het balanstotaal (de zogenaamde<br />
leverage ratio) laag ten opzichte van<br />
niet financiële instellingen.<br />
Dit eigen vermogen is onderverdeeld<br />
in twee categoriën: Tier 1 en Tier 2<br />
kapitaal. Het verschil tussen de twee is<br />
de mate waarin de<br />
vermogensverschaffer vergoed wordt<br />
in geval van faillissement, met andere<br />
woorden de terugbetalingsplicht van<br />
de bank aan de eigen vermogensverschaffer<br />
toe. Deze is lager bij Tier 1<br />
dan bij Tier 2 kapitaal. Er is zelfs een<br />
sub-categorie binnen Tier 1, het<br />
zogenoemde Core tier 1 kapitaal waar<br />
de terugbetalingsplicht geheel afwezig<br />
is.<br />
Voor de overige schulden dient een<br />
bank schuldeisers, ongeacht of dit nu<br />
particulieren of professionele<br />
investeerders betreft, een vergoeding<br />
te bieden die mede afhankelijk is van<br />
het risico dat een bank op zijn<br />
kredietportefeuille loopt.<br />
De mate waarin een bank kredieten<br />
kan verschaffen wordt bepaald door de<br />
omvang van de kapitaalspositie.<br />
13 | <strong>Stapeling</strong> <strong>Regelgeving</strong><br />
© 2012 <strong>KPMG</strong> Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van <strong>KPMG</strong> Europe LLP en lid van het <strong>KPMG</strong>-netwerk van<br />
zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan <strong>KPMG</strong> International Cooperative (‘<strong>KPMG</strong> International’), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland.