Rapport KPMG - Stapeling Regelgeving - VNO-NCW
Rapport KPMG - Stapeling Regelgeving - VNO-NCW
Rapport KPMG - Stapeling Regelgeving - VNO-NCW
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
4.2 Kwalitatieve effecten<br />
van regelgeving op<br />
banken<br />
4.2.1 Effecten van<br />
regelgeving op de balans<br />
van een bank<br />
Er is een aantal regels dat de<br />
bankbalans en dan met name de<br />
passivazijde (kapitaal en vreemd<br />
vermogen) direct beïnvloedt.<br />
Kapitaal<br />
Een bank zal zowel de omvang als de<br />
kwaliteit van haar kapitaalspositie<br />
moeten verbeteren om aan de door<br />
Bazel III gestelde eisen te kunnen<br />
voldoen. Voor bepaalde activa, zoals<br />
voor deelnemingen in financiële<br />
instellingen en voor tegenpartijrisico,<br />
dient additioneel kapitaal te worden<br />
aangehouden. Tevens verlangt Bazel III<br />
voor bepaalde (derivaten) transacties<br />
specifiek additioneel kapitaal.<br />
Voor grote bancaire instellingen geldt<br />
dat de FSB en de DNB de bevoegdheid<br />
hebben om additionele kapitaaleisen<br />
op te leggen in het kader van de Global<br />
en Domestic SIFI buffer. Voorzien<br />
wordt dat IFRS 9 voorts leidt tot een<br />
lagere waardering van vorderingen die<br />
op haar beurt tot een verlaging in de<br />
kapitaalspositie kan leiden. Een<br />
kleinere kapitaalspositie betekent dat<br />
banken minder mogelijkheden hebben<br />
om kredieten te verstrekken.<br />
Vreemd vermogen<br />
De mogelijkheden tot aantrekken van<br />
vreemd vermogen door een bank<br />
worden beïnvloed door de regelgeving<br />
zelf, maar ook door de voortdurende<br />
onzekerheid over de uiteindelijke<br />
regelgeving. De regelgeving bepaalt<br />
immers (direct) aan welke criteria<br />
vermogen dient te voldoen om mee te<br />
tellen als kapitaal en heeft, voordat de<br />
regelgeving officieel is ingetreden, al<br />
invloed. De aankondiging van het plan<br />
om ‘bail-in-debt’ regelgeving in te<br />
voeren leidt daarnaast al tot<br />
veranderingen in de door investeerders<br />
geëiste vergoedingen voor vreemd<br />
vermogen.<br />
Door het Europese Crisis Management<br />
Framework (via bail-in) en de<br />
Nederlandse Interventiewet (via<br />
onteigening) lopen vreemd vermogen<br />
verschaffers het risico hun geld te<br />
verliezen in het geval van insolventie<br />
van de bank. Deze nieuwe regelgeving<br />
zal de bereidheid van investeerders om<br />
vreemd vermogen te verschaffen naar<br />
verwachting afnemen c.q. de<br />
vergoeding die zij daarvoor eisen doen<br />
toenemen. Hiermee nemen de kosten<br />
van vreemd vermogen voor de bank<br />
toe, wat leidt tot druk op de<br />
winstgevendheid en de mogelijkheid<br />
kapitaalbuffers te vormen van de<br />
banken.<br />
Tot slot ondervinden banken<br />
toenemende druk van de toezichthouder<br />
om het verstrekken van<br />
onderpand ter dekking van<br />
bankobligaties te beperken. Dit<br />
gebeurt onder andere door eisen die<br />
DNB stelt aan de kwaliteit van de<br />
balans van de individuele bank alvorens<br />
toestemming te geven om gedekte<br />
obligaties uit te geven. Dit leidt op<br />
korte termijn ertoe dat er minder<br />
ruimte is om gedekte bankobligaties uit<br />
te geven.<br />
4.2.2 Effecten van<br />
regelgeving op het bedrijfsmodel<br />
van een bank<br />
Het bedrijfsmodel en het resultaat van<br />
een bank worden voornamelijk bepaald<br />
door de volgende factoren: rentebaten,<br />
vermogenskosten en overige<br />
opbrengsten (zoals provisiebaten en<br />
handelsactiviteiten). Verschillende<br />
31 | <strong>Stapeling</strong> <strong>Regelgeving</strong><br />
regelgeving heeft impact op<br />
verschillende onderdelen van het<br />
bedrijfsmodel.<br />
Rentebaten<br />
De Bazel III liquiditeitseisen verlangen<br />
dat een bank relatief meer liquide<br />
bezittingen (LCR) aanhoudt en minder<br />
langlopende leningen afsluit (NSFR).<br />
Een bank kan normaal gesproken een<br />
vergoeding vragen voor het langer<br />
uitzetten van gelden, zoals bij de<br />
verstrekking van lange termijn<br />
financiering. Als banken relatief meer<br />
liquide activa aan moet houden dan<br />
dalen de rentebaten.<br />
Vermogenskosten<br />
De nieuwe regelgeving vereist dat voor<br />
dezelfde activiteiten meer kapitaal<br />
aangehouden dient te worden<br />
waardoor de vermogenskosten stijgen.<br />
Verschaffers van kapitaal (of eigen<br />
vermogen) vragen immers een hogere<br />
vergoeding dan verschaffers van<br />
vreemd vermogen.<br />
De liquiditeitseisen van Bazel III (NSFR)<br />
zorgen ervoor dat banken ter<br />
financiering van langlopende<br />
kredietverlening meer langlopende<br />
financiering dienen aan te houden.<br />
Langlopende financiering is in de regel<br />
duurder dan korte financiering.<br />
Daarnaast zal de eerder besproken<br />
reductie in beschikbaarheid van<br />
ongedekte leningen door de ‘bail-in’<br />
regelgeving, de kosten van vreemd<br />
vermogen naar verwachting<br />
substantieel verhogen.<br />
De kosten van het aanhouden van<br />
deposito’s ter financiering van de<br />
bankactiviteiten gaan omhoog door de<br />
invoering van een ex-ante DGS stelsel.<br />
De invoering van dit stelsel dienen<br />
banken vanaf juli 2013 te financieren,<br />
hetgeen tot additionele financieringskosten<br />
leidt.<br />
© 2012 <strong>KPMG</strong> Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van <strong>KPMG</strong> Europe LLP en lid van het <strong>KPMG</strong>-netwerk van<br />
zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan <strong>KPMG</strong> International Cooperative (‘<strong>KPMG</strong> International’), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland.