Inleiding
Inleiding
Inleiding
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
I n l e i d i n g<br />
zijn in het verleden zo gegroeid (padafhankelijk dus), en niet van de ene op<br />
de andere dag uit te wissen. Zo kent België al heel lang een traditie van eigenwoningbezit,<br />
terwijl het wonen in Nederland tot voor kort sterk collectief en<br />
deels ook statelijk werd georganiseerd (zie hoofdstuk 8 over wonen van Ineke<br />
Teijmant).<br />
Overigens zijn niet alleen de verschillen tussen de landen interessant, maar ook<br />
de overeenkomsten. Bepaalde ‘goederen’ laten zich blijkbaar vanzelfsprekender<br />
publiek organiseren, zoals de gezondheidszorg, dan andere. Zelfs in Engeland,<br />
waar nog maar weinig statelijk georganiseerd is, is de gezondheidszorg publiek<br />
georganiseerd.<br />
Internationale vergelijkingen bieden ook handvatten voor de discussie over<br />
de toekomst van de Nederlandse verzorgingsstaat (De Gier & Ooijens, 2004).<br />
Door vergelijking met andere landen komt bijvoorbeeld de specificiteit van ons<br />
poldermodel sterk naar voren: onze politieke en sociale geschiedenis heeft de<br />
institutionele vormgeving van consensuele coalitiekabinetten en een gedecentraliseerde<br />
besluitvorming gecreëerd. De ontwikkeling van instituties blijkt<br />
dus deels contextueel gebonden. Tegelijkertijd hebben zich in alle Europese<br />
landen in de afgelopen decennia vergelijkbare verschuivingen voorgedaan in<br />
de institutionele vormgeving: overal is de rol van de overheid teruggedrongen<br />
en heeft vooral de markt meer ruimte gekregen. De invloed van de specifieke,<br />
nationale context moet dus ook niet worden overdreven.<br />
Neo-institutionalisme<br />
Instituties zijn van belang om het gedrag van mensen te begrijpen. De aandacht<br />
voor instituties is voortgekomen uit kritiek op het zogenaamde behaviorisme.<br />
Gedrag werd door behavioristen veelal gezien als de uitkomst van een innerlijke,<br />
mentale staat van de mens, zonder dat er veel oog was voor de beïnvloeding<br />
van menselijk gedrag door instituties. Dit veranderde toen een nieuwe wetenschappelijke<br />
stroming haar intrede deed, het neo-institutionalisme. Zoals de<br />
naam al zegt keek deze stroming niet meer alleen naar het ogenschijnlijk spontane<br />
gedrag van mensen, maar probeerde men dit gedrag in zijn context te begrijpen.<br />
Door welke instituties wordt het gereguleerd?<br />
Dit neo-institutionalisme betekende een ware revolutie voor talloze wetenschappen<br />
(DiMaggio & Powell, 1991; Fligstein, 2001; Hall & Taylor, 1996; Nee,<br />
2005; Scott, 1995; Smelser & Swedberg, 2005). Zo bestond er in de klassieke<br />
economie weinig oog voor de vraag waardoor voorkeuren van mensen worden<br />
gevormd. Men nam preferenties van consumenten als uitgangspunt van<br />
6861_Sociale kaart.indd 39 1/15/07 8:45:41 AM<br />
3