Urotheelcelcarcinoom - Med-Info

Richtlijn: Urotheelcarcinoom van de blaas (1.0)
Bij alle patiënten met een niet-spierinvasief urotheelcarcinoom met een hoog risico op recidief en
progressie dient adjuvante behandeling met BCG in onderhoudsbehandeling (>1 jaar) te worden
gegeven.
Bij patiënten met een niet-spierinvasief urotheelcarcinoom met een matig risico op recidief, en
een gering risico op progressie dient adjuvante behandeling plaats te vinden met mitomycine of
met BCG in onderhoudsbehandeling.
Onderhoudsbehandeling met mitomycine langer dan 6 maanden is waarschijnlijk niet zinvol in
deze groep.
Bij alle patiënten met een niet-spierinvasief urotheelcarcinoom met een hoog risico op progressie
dient BCG in onderhoudsbehandeling (>1 jaar) als intravesicale behandeling worden toegepast.
De voor- en nadelen van een onderhoudsbehandeling met BCG moeten worden afgewogen
tegen die van een cystectomie met urinedeviatie.
Een eenmalig postoperatieve blaasspoeling met een chemotherapeuticum wordt sterk
aanbevolen
voor patiënten met een laag of intermediair risico op recidief, met daarbij een zeer laag risico op
progressie.
Patiënten met een laag of intermediair risico op progressie, ongeacht de kans op recidief, komen
in aanmerking voor een eenmalige postoperatieve blaasspoeling gevolgd door meerdere
blaasspoelingen voor tenminste 6 - 12 maanden (onderhoud) met een chemotherapeuticum of
BCG.
Bij patiënten met een hoog risico op progressie worden, na een eenmalige postoperatieve speling
met mytomycine, blaasspoelingen met BCG (tenminste 1 jaar onderhoud) geadviseerd. Tevens
kan een radicale cystectomie overwogen worden.
Toxiciteit:
Het wordt aanbevolen om in geval van matige of ernstige bijwerkingen, waardoor verdere
behandeling zou worden gestaakt, de dosis BCG te verminderen tot 1/3 van normaal.
Behandeling CIS:
Radicale cystectomie als primaire behandeling voor CIS (i.p.v. eerst intravesicale therapie) geeft
een uitstekende ziektevrije overleving. Bij ruim 50% van de patiënten zal er echter sprake zijn van
overbehandeling.
Behandeling met intravesicale BCG-spoelingen wordt aanbevolen omdat het de hoogste
complete response ratio geeft met ook de beste lange termijn ziektevrije ratio, vergeleken met
andere intravesicale behandelingen.
Alleen 6 weken BCG is suboptimaal als behandeling van CIS. Een onderhoudsbehandeling met
BCG is noodzakelijk, maar het optimale schema is niet bekend. Tenminste 1 jaar onderhoud
wordt aanbevolen (3, 6 en 12 maanden).
Het effect van de BCG-spoelingen moet na 3 maanden worden geëvalueerd. Indien er nog CIS
wordt gevonden zijn er 3 opties: radicale cystectomie, nogmaals een 6 wekelijkse behandeling
met BCG of doorgaan met BCG series van drie maal wekelijks.
Ongeveer 50% van de patiënten zal op een tweede behandeling met BCG reageren. Een
radicale cystectomie na 3 maanden zal dus bij ongeveer de helft van de patiënten een
overbehandeling zijn.
Radicale cystectomie is de voorkeursbehandeling indien er na 6 maanden BCG geen complete
response is bereikt. Indien dit niet mogelijk is kan er gekozen worden voor een experimentele
conservatieve
behandeling.
Patiënten met CIS, ook de complete responders, moeten levenslangs gecontroleerd worden
wegens een hoge recidief en progressie kans, zowel intra- als extravesicaal.
Radicale cystectomie:
Voor patiënten met een spierinvasief urotheelcarcinoom is volledige verwijdering van de blaas
met de prostaat bij de man of genitalia interna bij de vrouw (voorste exenteratie) de standaard
09/17/12 Urotheelcarcinoom van de blaas (1.0) 129