Urotheelcelcarcinoom - Med-Info
Urotheelcelcarcinoom - Med-Info
Urotheelcelcarcinoom - Med-Info
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Overwegingen:<br />
Intraveneus urogram (IVU)<br />
Aangezien het IVU geen indruk geeft over het perivesicale gebied, heeft IVU geen toegevoegde waarde bij<br />
de stagering van urotheelcarcinoom. Intraveneus urogram is in veel ziekenhuizen vervangen door het<br />
computer tomografie urografie onderzoek.<br />
Computertomografie<br />
De CT-scan kan gebruikt worden voor het biopteren van een voor metastase verdachte lymfeklier.<br />
Lymfeklieren tot een diameter van 5 mm kunnen in handen van een ervaren radioloog nauwkeurig worden<br />
gebiopteerd. Een CT-scan van de lever of de hersenen wordt alleen zinvol geacht indien er een klinische<br />
verdenking op metastasen bestaat.<br />
Skeletscan of borstfoto<br />
Op dit moment is de skeletscan het onderzoek van voorkeur bij de vraagstelling botmetastasen bij<br />
patiënten met urotheelcarcinoom. Naast de skeletscintigrafie worden nieuwe beeldvormende technieken<br />
als whole-body MRI en positron emissie tomografie (PET-scan) bij de beoordeling van botmetastasen<br />
beschreven. Er ontbreken echter studies met voldoende aantallen patiënten in de literatuur om de plaats<br />
van deze technieken te bepalen. Een whole-body MRI en PET-scan zijn niet in ieder ziekenhuis<br />
uitvoerbaar. Daarbij speelt ook het kostenaspect een rol.<br />
Urethro-Cytoscopie<br />
Richtlijn: Urotheelcarcinoom van de blaas (1.0)<br />
Aanbevelingen:<br />
Bij nieuwe patiënten die worden verdacht van urotheelcarcinoom moet een cystoscopie worden verricht.<br />
Het wordt aanbevolen om op een gestandaardiseerde wijze de cystoscopie uit te voeren en de bevindingen<br />
schematisch te documenteren, evt. middels digitale foto's.<br />
In de nazorg van patiënten bekend met urotheelcarcinoom van de blaas is cystoscopie de gouden<br />
standaard voor detectie van recidief en/of progressie.<br />
Literatuurbespreking:<br />
Het diagnosticeren van een blaastumor is uiteindelijk afhankelijk van cystoscopie en histologisch<br />
onderzoek van het resectiemateriaal of biopten. Het is gebruikelijk dat er poliklinisch een (flexibele) UCS<br />
wordt verricht. Indien eerder beeldvormend onderzoek al een blaastumor liet zien of bij positieve urine<br />
cytologie, kan deze diagnostische UCS evt. achterwege worden gelaten aangezien er toch een TURT zal<br />
worden verricht. In de follow-up speelt UCS ook een essentiële rol in de detectie van recidief en/of<br />
progressie.<br />
Conclusies:<br />
De werkgroep is van mening dat cystoscopie nog steeds de hoeksteen vormt voor de diagnostiek en<br />
follow-up van urotheelcarcinoom van de blaas.<br />
Niveau 4<br />
Overwegingen:<br />
Het grote aantal recidieven na een eerste TURT zegt waarschijnlijk niet alleen iets over de kwaliteit van de<br />
TURT zelf, maar mogelijk ook over de eerste cystoscopie: een aantal van deze zgn. recidieven betreft<br />
wellicht tumoren welke tijdens de eerste cystoscopie, of tijdens de TURT zijn gemist.<br />
Transurethale resectie van blaastumoren (TURT)<br />
Aanbevelingen:<br />
Het wordt aanbevolen om op systematische wijze een TURT te verrichten. Hierbij moet worden gestreefd<br />
naar een complete resectie met m. detrusor in het preparaat. Adequate documentatie (gebruik van een<br />
blaasdiagram) met een uitspraak over radicaliteit danwel resttumor verdient aanbeveling.<br />
Literatuurbespreking:<br />
Tijdens cystoscopie op de operatiekamer wordt de blaas (nogmaals) nauwkeurig geïnspecteerd. Hierbij<br />
09/17/12 Urotheelcarcinoom van de blaas (1.0) 10