IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Dutch Studies in Hull, met een studieprogramma dat meer op de dagelijkse<br />
praktijk was gericht dan elders (er was bij<strong>voor</strong>beeld een destijds bij talenstudies<br />
onbekend stage-onderdeel). Op hetzelfde tiende colloquium is er een workshop<br />
over vertalen en vertaalwetenschap met diverse bijdragen over ‘De docent extra<br />
muros als literair vertaler.’ Theo Hermans vertelt daarbij over de Londense<br />
praktijk van het collectief vertalen (Hermans 1988). Dit loopt <strong>voor</strong>uit op de<br />
reeds genoemde collectieve vertaalprojecten onder auspiciën van Virtual Dutch.<br />
Naast dergelijke theoretische zelfreflectie is er ook een flink aantal synchrone<br />
overzichten met beschrijvingen van en soms ook statistieken over de<br />
toenmalige stand van zaken, met name sinds de oprichting van (de <strong>voor</strong>loper<br />
van) de <strong>Internationale</strong> <strong>Vereniging</strong> <strong>voor</strong> <strong>Neerlandistiek</strong>. 26 Deze vorm van zelfreflectie<br />
gaat <strong>voor</strong>al over de gezondheid van het vakgebied die met name wordt<br />
afgeleid uit het aantal docentschappen en studenten.<br />
Deze overzichten maken het mogelijk een kwantitatief beeld van de ontwikkeling<br />
van de neerlandistiek op te bouwen. Hierboven hebben we de overzichten<br />
van 1961 (het eerste colloquium neerlandicum), 1967 (de inventaris van Thys<br />
en Jalink), 1976 (het vijfde colloquium neerlandicum) en 1982 (de inventaris<br />
van De Rooij et al.) reeds genoemd. Sindsdien is er nog twee keer onderzoek<br />
gedaan naar de stand van zaken van de Engelstalige neerlandistiek in Europa.<br />
In 1992 werd er een bescheiden enquête gehouden onder zevenenveertig<br />
universiteiten die op de adressenlijst van het Institute of Germanic Studies<br />
stonden, een onderzoeksinstituut van de universiteit van Londen. Twintig<br />
universiteiten boden Nederlands aan, de meeste als bijvak. Volgens de enquête<br />
lieten de globale studentenaantallen tussen 1989–1990 en 1991–1992 een<br />
gezonde groei van ruim vijftig procent zien, die in verband werd gebracht met<br />
de toenmalige groei van de Europese binnenmarkt. Deze gunstige economische<br />
ontwikkeling had in de Britse media veel aandacht gekregen met als<br />
gevolg onder andere een toenemend bewustzijn <strong>voor</strong> de noodzaak van vreemdetalenkennis.<br />
27 Vergelijking met een ongepubliceerd onderzoek uit 1986 laat<br />
een nog grotere groei zien. Het aantal instellingen dat in 1986 had deelgenomen<br />
aan het onderzoek bedroeg slechts veertien (tegenover twintig in 1992)<br />
en er werden toen 221 studenten geteld. Dat aantal was in 1992 bijna verdubbeld:<br />
men telde nu 425 studenten, waarvan eenenveertig als enkel hoofdvak,<br />
zesenzestig als dubbel hoofdvak (dus naast een ander vak, meestal een andere<br />
taal) en de resterende 318 als bijvak. De meeste bijvakkers waren beginners. 28<br />
Gezien deze positieve ontwikkeling is het niet verwonderlijk dat Theo Hermans<br />
in de jaren negentig de Britse neerlandistiek besprak met optimisme: ‘Het<br />
globale beeld […] is er één van gestage, soms frisse groei, van toenemende activiteit<br />
en inhoudelijke verbetering, <strong>voor</strong>al de laatste decennia. Maar in vele<br />
gevallen blijft het vak uitermate kwetsbaar’ (Hermans 1995, 96). 29<br />
In 2005–2006 (Heppleston & Vismans 2006) werd een soortgelijk onderzoek<br />
uitgevoerd als in 1992. De respons was vergelijkbaar met die in 1992: tweeënveertig<br />
instellingen vulden de enquête in, waarvan er tweeëntwintig Nederlands<br />
15