IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
theken enzo<strong>voor</strong>t. In een naschrift stelt Brachin de docenten en belangrijkste<br />
lectoren <strong>voor</strong> die aan deze universiteiten werkten. Brachin (1967) geeft een<br />
duidelijk beeld van de stand van zaken van de neerlandistiek aan Franse universiteiten<br />
tot het midden van de jaren zestig.<br />
Huisman (<strong>2009</strong>; te verschijnen) vormt als het ware een aanvulling op het<br />
overzichtsartikel van Brachin. Zij stelt dat in Frankrijk pas na de Tweede<br />
Wereldoorlog een begin is gemaakt met het universitaire onderwijs van de<br />
Nederlandse taal en letterkunde, met name in Parijs, Straatsburg en Rijsel.<br />
Tegenwoordig bestaat het vak aan meer dan vijftien universiteiten in heel<br />
Frankrijk, van bescheiden eenmansposten tot volwaardige vakgroepen waar het<br />
Nederlands onder meer als hoofdvak kan worden gekozen en waar wetenschappelijk<br />
onderzoek wordt uitgevoerd. Na het eerste pionierswerk verricht door<br />
enkele lectoren in de jaren vijftig, hebben sleutelfiguren als Pierre Brachin,<br />
André van Seggelen en Walter Thys – de laatste tevens mede-oprichter van de<br />
<strong>Internationale</strong> <strong>Vereniging</strong> <strong>voor</strong> <strong>Neerlandistiek</strong> – baanbrekend werk verricht om<br />
het vak Nederlands aan Franse universiteiten te verankeren. Huisman (<strong>2009</strong>)<br />
beantwoordt vragen als: welke in- en uitwendige factoren hebben hierbij een rol<br />
gespeeld? Welke (geringe) middelen en instrumenten stonden ter beschikking?<br />
In welke mate heeft het Franse hoger onderwijssysteem een – gunstig of ongunstig<br />
– steentje bijgedragen aan deze ontwikkeling? Op welk niveau bestaat het<br />
Nederlands als vak in het secundair onderwijs en wat is de onderwijsbevoegdheid<br />
van de docenten? Huisman schetst dus een beeld van de vroegere én van<br />
de huidige stand van zaken betreffende het onderwijs en onderzoek binnen de<br />
Franse neerlandistiek en besteedt ook aandacht aan de samenwerking met de<br />
neerlandisten in Franstalig België.<br />
3. Verder onderzoek<br />
We sluiten deze overzichtsbijdrage af met enkele wenken <strong>voor</strong> verder<br />
onderzoek, want hoewel de geschiedenis van de neerlandistiek in het Franse<br />
taalgebied tot nu toe onderwerp is geweest van niet minder dan tachtig publicaties,<br />
5 blijven er toch nog heel wat witte vlekken over. Ten eerste op het terrein<br />
van de institutionele geschiedenis. Het ontstaan, de ontwikkeling, de inbedding<br />
binnen grotere eenheden, de onderwijsprogramma’s enz. van de vakgroepen<br />
Nederlands te Luik, Parijs, Rijsel en Straatsburg zijn al (grotendeels)<br />
beschreven, maar van de andere universitaire instituten neerlandistiek in het<br />
Franse taalgebied is de institutionele geschiedenis nog niet of slechts fragmentarisch<br />
opgemaakt. Ten tweede ontbreken er nog een groot aantal wetenschapsbiografieën<br />
van pioniers of ander sleutelfiguren van de neerlandistiek in het<br />
Franse taalgebied. Alleen de carrière, het netwerk, het wetenschappelijk werk<br />
enz. van de eerste generaties van Luikse neerlandici is goed bekend (tot de<br />
Tweede Wereldoorlog ongeveer), alsook de loopbaan en <strong>voor</strong>al het werk van<br />
‘Franse’ neerlandici als De Backer, Brachin, Van Seggelen en Thys. Ten derde<br />
ligt er ook op het gebied van de beschrijving en analyse van de gebruikte<br />
leerboeken, taalverwervingsmethoden, de gehanteerde literaire canons en<br />
37