IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
IN 2, mei 2009 - Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
worden van de neerlandistiek aan Berlijnse hogescholen’ (Dolderer 2000c,<br />
196f). Hij stichtte, aldus Dolderer, ‘aan de nieuwe Freie Universität in West-<br />
Berlijn het departement Nederlands en maakte er van 1949 tot 1968 als hoogleraar<br />
de dienst uit’ (Dolderer 2000c, 198). Archiefonderzoek zou opheldering<br />
over deze uitspraak moeten geven. Van de Kerckhove was net als Verhulst en<br />
Vlamynck krijgsgevangene geweest in het kamp te Göttingen, niet veroordeeld<br />
wegens activisme ‘maar wegens vaandelvlucht’ en was in Berlijn, vervolgt<br />
Dolderer, ‘propagandist van de Vlaamse zaak’ (Dolderer 2000c, 197). Onderzoek<br />
zou verder moeten verduidelijken of de politieke overtuigingen van Wirth<br />
en Van de Kerckhove ook blijken uit hun colleges of publicaties op het gebied<br />
van de neerlandistiek.<br />
Daniël de Vin, die in 1968 in Berlijn als lector Nederlands begon, publiceerde<br />
in 1972 een artikel over zijn activiteiten en colleges aan de Freie Universität. Hij<br />
noemt de lectoren in Berlijn (de eerste, van 1910 tot 1912 aan de Friedrich-<br />
Wilhelms-Universität was Josef van de Weijer), enkele publicaties van Van de<br />
Kerckhove en geeft summiere informatie over diens colleges. Van de Kerckhove<br />
behandelde de Nederlandse letterkunde van ‘de middeleeuwen tot nu’ – opmerkelijk<br />
genoeg ook moderne letterkunde – en gaf colleges Middelnederlands en<br />
Zuid-Afrikaans (De Vin 1972, 128). Verder gaat hij in op de (lage) studentenaantallen,<br />
het feit dat Nederlands geen examenvak was, op G.H. Arendt, de<br />
opvolger van Van de Kerckhove, lesboeken taalverwerving en uitwisseling met<br />
Nederland en Vlaanderen.<br />
Arendt komt ook ter sprake in het verslag van Baerlecken die na haar activiteiten<br />
in Aken van 1974 tot 1978 werkzaam was aan de Freie Universität. Baerlecken,<br />
die hem nog kende uit hun gemeenschappelijke Keulse tijd, schrijft:<br />
‘Prof. Arendt hatte schon eine Weile die Grundlagen erarbeitet. Ich bekam den<br />
Auftrag, die Hauptseminar-Phase zu entwickeln’ (Baerlecken & Tiedau 2003,<br />
881). Pas in de jaren zeventig zou Nederlands aan de fu een volwaardige studie<br />
worden – Arendt had er rond 1970 een studieplan <strong>voor</strong> opgezet – maar over dat<br />
proces zijn geen gegevens gepubliceerd.<br />
Over de organisatie en doelen van de neerlandistiek aan de Humboldt-Universität,<br />
waar vanaf 1957 weer Nederlands werd gegeven (Thys & Jalink 1967, 48),<br />
ontbreekt nader onderzoek.<br />
4.2 Bonn<br />
Johannes Franck (1854–1914) was van 1886 tot 1912 buitengewoon hoogleraar<br />
<strong>voor</strong> Neder-Duitse en Nederlandse taal en literatuur in Bonn en van 1912 tot<br />
zijn dood gewoon hoogleraar in deze vakken. Hij had van 1877 tot 1879 in<br />
Leiden Middelnederlands bij Matthias de Vries gestudeerd. In deze periode<br />
waar het pangermanisme en ‘alldeutsche Tendenzen’ op hun hoogtepunt<br />
waren, lijkt daar bij Franck geen sprake van te zijn, schrijft Kloos (Kloos 1992,<br />
132). In het <strong>Internationale</strong>s Germanistenlexikon wijdt Elspass (2003, 513–515) een<br />
lemma aan hem waarbij in het kort alle aspecten worden genoemd die van<br />
belang zijn om een indruk van een wetenschapper te krijgen. 7 Jalink (1967b,<br />
47