Allerlei verbanden.pdf - de Wageningse Methode
Allerlei verbanden.pdf - de Wageningse Methode
Allerlei verbanden.pdf - de Wageningse Methode
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
44<br />
Van een diersoort komen twee formaten voor. De formaten<br />
hebben <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> vorm, dus ook <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> constante c.<br />
Het grote formaat is 8 keer zo zwaar als het kleine formaat.<br />
We willen weten hoe <strong>de</strong> huidoppervlakten van <strong>de</strong><br />
twee formaten zich dan verhou<strong>de</strong>n.<br />
c. Stel dat het gewicht van het kleine formaat g is. Wat<br />
zijn dan <strong>de</strong> huidoppervlaktes van bei<strong>de</strong> formaten (uitgedrukt<br />
in g)? Laat daarmee zien dat <strong>de</strong> huidoppervlakte<br />
van het grote formaat 4 keer zo groot is als van het kleine<br />
formaat.<br />
d. Dezelf<strong>de</strong> vraag als in c maar nu is het grote formaat 7<br />
keer zo zwaar als het kleine.<br />
e. Grotere dieren kunnen gemakkelijker extreme kou<br />
verdragen dan kleine dieren.<br />
Kun je dat gezien <strong>de</strong> formule verklaren?<br />
21 Langere en zwaar<strong>de</strong>re mensen hebben een grotere huidoppervlakte.<br />
De anatoom E. Dubois heeft een formule<br />
opgesteld voor <strong>de</strong> huidoppervlakte H van een mens, uitgedrukt<br />
in zijn lichaamsgewicht G en zijn lengte L:<br />
0, 425 0, 725<br />
H = 0, 007 ⋅ G ⋅L<br />
; H in m 2 , G in kg en L in cm.<br />
a. Bereken je eigen huidoppervlakte met <strong>de</strong>ze formule.<br />
b. We gaan <strong>de</strong> exponenten 0,425 en 0,725 controleren.<br />
Als iemand 2 keer zo lang is als een an<strong>de</strong>r, is hij 8 keer<br />
zo zwaar en is zijn huidoppervlakte 4 keer zo groot.<br />
Klopt dat met <strong>de</strong> formule?<br />
In <strong>de</strong> rest van <strong>de</strong> paragraaf gaan we ook werken met negatieve exponenten.<br />
22 We bekijken nog eens <strong>de</strong> bacteriekolonie die zich elk uur<br />
verdubbelt (zie opgave 12). Op een gegeven ogenblik zijn<br />
er een aantal bacteriën. Drie uur daarvoor waren er min<strong>de</strong>r<br />
bacteriën.<br />
a. Hoeveel keer zoveel?<br />
In overeenstemming hiermee spreken we af dat 2 −3 = 7 .<br />
Als je dan 3 uur teruggaat in <strong>de</strong> tijd, wordt <strong>de</strong> kolonie 2 −3<br />
keer zo groot.<br />
b. Zeg precies wat <strong>de</strong> betekenis is van 6 −1,5 in termen<br />
van <strong>de</strong> groei van een bacteriekolonie.<br />
c. Leg aan <strong>de</strong> hand van <strong>de</strong> groei van een bacteriekolonie<br />
uit dat 6 −1,5 ⋅ 6 −2,3 = 6 −3,8 .<br />
<strong>Allerlei</strong> <strong>verban<strong>de</strong>n</strong>