PGS 16 LPG: Afleverinstallaties - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
PGS 16 LPG: Afleverinstallaties - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
PGS 16 LPG: Afleverinstallaties - Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>LPG</strong>: AFLEVERINSTALLATIES<br />
tegen invloeden van interne objecten. Daarnaast geldt in mindere mate, voor bijvoorbeeld de<br />
overige installatieonderdelen zoals vulpunt en aflevertoestel, dat ook rekening gehouden moet<br />
worden met de invloed die deze installatieonderdelen op de omgeving kunnen hebben.<br />
Voor een <strong>LPG</strong>-reservoir geldt in zijn algemeenheid, dat dit moet worden beschermd tegen de<br />
warmtestralingsintensiteit van een brand in de omgeving. Het ondergronds plaatsen van een<br />
reservoir is daarbij een belangrijke maatregel. Voor het vaststellen van veiligheidafstanden is<br />
tevens van belang dat het reservoir en de diverse objecten binnen de inrichting bereikbaar<br />
moeten zijn voor hulpdiensten (brandweer).<br />
De meeste veiligheidsafstanden zijn ten opzichte van <strong>PGS</strong> <strong>16</strong>, uitgave juli 2005, niet gewijzigd.<br />
Uitzonderingen vormen sommige afstanden met betrekking tot explosiegevaar, die voortvloeien<br />
uit de ATEX-richtlijnen. Het handhaven van het merendeel van de bestaande interne<br />
veiligheidsafstanden is een beleidskeuze van het ministerie van VROM, gebaseerd op de<br />
volgende argumenten:<br />
− de interne veiligheidsafstanden hebben in de praktijk nooit geleid tot knelpunten;<br />
− herberekeningen zouden kunnen leiden tot kleinere interne afstanden. Het gevolg daarvan<br />
is, dat <strong>LPG</strong>-afleverinstallaties compacter kunnen worden gebouwd, waarbij de kans op<br />
domino-effecten toe zou kunnen nemen. Dit laatste betekent dat externe<br />
veiligheidsafstanden toe zouden kunnen nemen. Dit is ongewenst.<br />
Omdat de bestaande veiligheidsafstanden voor <strong>LPG</strong>-afleverinstallaties vaste afstanden<br />
betreffen die onafhankelijk zijn van de feitelijke situatie, wordt in deze richtlijn niet verder<br />
ingegaan op de scenario's die kunnen worden gebruikt voor het vaststellen van deze afstanden.<br />
Wel is voor een aantal specifieke aspecten de achtergrond van de noodzaak tot het aanhouden<br />
van afstanden toegelicht. De aanpak ten aanzien van de interne afstanden voor <strong>LPG</strong>afleverinstallaties<br />
wijkt af van de aanpak voor andere propaaninstallaties, die is beschreven in<br />
<strong>PGS</strong> 19. De reden daarvan is, dat het merendeel van de <strong>LPG</strong>-afleverinstallaties aanwezig is bij<br />
tankstations, waarop het Besluit <strong>LPG</strong>-tankstations milieubeheer van toepassing is. Dit zijn<br />
homogene situaties, waarvoor het mogelijk en gewenst is uit te gaan van vaste afstanden. Ook<br />
vanwege het openbare karakter en de aanwezigheid van publiek is het daar belangrijk dat de<br />
afstanden vastliggen en er geen aanleiding is om bij een wijziging van de omstandigheden de<br />
afstanden aan te passen. Bij <strong>LPG</strong>-installaties in andere situaties dan bij <strong>LPG</strong>-tankstations voor<br />
het wegverkeer spelen over het algemeen meer aspecten die van invloed zijn op de minimale<br />
veiligheidsafstanden een rol. Daarom heeft het in die situaties de voorkeur dat de afstanden<br />
worden bepaald aan de hand van de feitelijke situatie. Voor <strong>LPG</strong>-afleverinstallaties waar niet<br />
wordt afgeleverd aan het wegverkeer gelden om die reden afwijkende bepalingen, die zijn<br />
opgenomen in hoofdstuk 8 van deze richtlijn. Deze bepalingen sluiten aan bij de systematiek<br />
zoals deze is gehanteerd in hoofdstuk 4 van <strong>PGS</strong> 19 Propaan: Opslag, waarbij in veel gevallen<br />
niet wordt uitgegaan van vaste afstanden. In plaats daarvan worden de afstanden aan de hand<br />
van de feitelijke situatie bepaald.<br />
De aan te houden veiligheidsafstanden tussen onderdelen van een <strong>LPG</strong>-afleverinstallatie en<br />
andere objecten binnen een inrichting zijn niet in wetgeving vastgelegd. Om deze reden zijn in<br />
deze richtlijn de noodzakelijke interne veiligheidsafstanden opgenomen. 4.2.8 bevat de<br />
voorschriften met veiligheidsafstanden waaraan moet worden voldaan. Voor eventueel<br />
bovengronds leidingwerk is het niet relevant gebleken veiligheidafstanden op te nemen. Dit<br />
wordt in 4.2.2.c nader onderbouwd.<br />
Uitgangspunt bij het toepassen van <strong>PGS</strong>-richtlijnen is het gelijkwaardigheidsbeginsel, zoals<br />
beschreven in 1.5. Echter voor homogene situaties zoals bij een <strong>LPG</strong>-tankstation, waar<br />
veiligheidsaspecten door vaste afstanden zijn geregeld, is het ongewenst dat het<br />
gelijkwaardigheidsbeginsel wordt toegepast en van de vaste afstanden wordt afgeweken.<br />
Belangrijke reden daarvoor is, dat het verkleinen van noodzakelijke interne afstanden op basis<br />
van een berekening kunnen leiden tot het compacter worden van een <strong>LPG</strong>-afleverinstallatie. Dit<br />
<strong>PGS</strong> <strong>16</strong>:2010 VERSIE 1.0 (09-2010) - PAGINA 41 VAN 132