Gezamenlijke Codex Politieverordeningen HASSELT
Gezamenlijke Codex Politieverordeningen HASSELT
Gezamenlijke Codex Politieverordeningen HASSELT
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
affiches, opschriften en teksten, beeld- en fotografische voorstellingen,<br />
tekeningen, vlugschriften, plakbriefjes enz. verboden.<br />
2. Er mag enkel verkiezingspropaganda aangebracht worden:<br />
a) op aanplakborden die speciaal voor die gelegenheid door het College<br />
van Burgemeester en Schepenen geplaatst worden en als zodanig<br />
aangeduid en dat volgens een vooraf te bepalen indeling volgens de<br />
partijen.<br />
b) op bestaande aanplakborden, die zich bevinden op het openbaar domein<br />
en of erover uitsteken en dit eveneens volgens een vooraf te bepalen<br />
indeling.<br />
Te dien einde zullen alle voornoemde borden ter beschikking van het bestuur<br />
dienen te zijn vanaf vier weken voor de datum der verkiezingen.<br />
Artikel 97:<br />
Tevens kan vergunning afgeleverd worden voor het voeren van<br />
verkiezingspropaganda op bestaande aanplakborden die zich bevinden op het<br />
privaat patrimonium van de Stad, eveneens volgens een vooraf te bepalen<br />
indeling.<br />
Ook deze aanplakborden zullen ter vrije beschikking van het bestuur dienen<br />
te zijn vanaf vier weken voor de datum der verkiezingen.<br />
Artikel 98:<br />
Onverminderd de voorafgaande bepalingen is het aanplakken strikt verboden<br />
tussen 22 uur en 7 uur gedurende een periode van vier weken, voorafgaand aan<br />
elke verkiezing, alsmede op de verkiezingsdag zelf tot 16 uur.<br />
Artikel 99:<br />
De organisatie en de vorming van verkiezingautokaravanen is verboden<br />
behoudens voorafgaandelijke schriftelijke vergunning van de burgemeester.<br />
Artikel 100:<br />
Is eveneens verboden, behoudens voorafgaandelijke schriftelijke vergunning<br />
van de burgemeester, het gebruik op openbare wegen en plaatsen van<br />
geluidsversterkinginstallaties voor verkiezingsdoeleinden.<br />
Hoofdstuk 7 STUDENTENKAMERS<br />
1. Algemene bepalingen<br />
Artikel 101:<br />
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:<br />
studentenhuis: elk gebouw of deel van een gebouw waarin één of meer kamers<br />
worden te huur gesteld of verhuurd aan één of meer studenten met<br />
inbegrip van de gemeenschappelijke ruimtes.<br />
De kamers in een gebouw met studentenkamers kunnen niet beschouwd worden<br />
als zelfstandige en permanente woongelegenheid en kunnen niet tot<br />
woonplaats dienen in de zin van art. 102 van het Burgerlijk Wetboek,<br />
behoudens de verblijven van de conciërgewoning zoals bepaald in artikel<br />
107.<br />
student: iedere persoon die voor een opleiding ingeschreven is aan een<br />
onderwijsinstelling voor hoger onderwijs en voor wie dat zijn<br />
hoofdbezigheid vormt.<br />
25