AARDRIJKSKUNDE
AARDRIJKSKUNDE
AARDRIJKSKUNDE
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
A12 - in het lokale landschap het reliëf observeren,<br />
de elementen van het reliëf typeren en aan de<br />
hand hiervan de reliëfvorm bepalen<br />
U - tekenen van een profiel, veldschetsen maken<br />
van reliëfvormen en berekenen van<br />
hellingspercentages<br />
A12 - van minimaal twee andere regio=s in de<br />
wereld vanuit beelden en m.b.v. de atlas de<br />
reliëfvormen bepalen<br />
A14 - op grootschalige kaarten hoogten en<br />
hoogtezones aflezen a.h.v. hoogtepunten,<br />
hoogtelijnen en kleuren<br />
U - zowel op grootschalige als op kleinschalige<br />
kaarten het reliëf beschrijven.<br />
A4 - reliëfgebieden en rivieren op werkkaarten<br />
aanduiden en benoemen<br />
U - stroombekkens afbakenen door<br />
waterscheidingslijnen te construeren<br />
A13 - in de eigen leefomgeving en op beeld de<br />
werking van stromend water (erosie, transport,<br />
afzetting) verwoorden<br />
A15 - de vervuilingsgraad van enkele Vlaamse<br />
rivieren van een kaart aflezen<br />
VM1 - respect opbrengen voor zuiver water<br />
AA16<br />
2.1 Reliëf: elementen en vormen<br />
- Typering van de elementen:<br />
hoogte(verschil),horizon(lijn),<br />
helling(sgraad)<br />
- Vormen in het laagland, middelland<br />
en hoogland: vlakte, plateau en<br />
gebergte op foto en kaart<br />
[- Detailvormen, b.v. vulkaan, heuvel,<br />
talud, ...]<br />
2.2 De waterlopen in het reliëf<br />
- Riviererosie: ontstaan en werking van<br />
een rivier, dalvormen, stroombekkens;<br />
- Vervuiling van rivieren: cartografische<br />
voorstelling [oorzaken,<br />
gevolgen]<br />
[- Kwetsbaarheid van het zeemilieu]<br />
98.aa1/ p.8<br />
2.1 Reliëf: elementen en vormen : 3 à 5 lestijden<br />
- Er wordt uitgegaan van een observatie van het lokale reliëf op het terrein of via<br />
beeldmateriaal en/of kaart; dit leidt tot een eerste beschrijving van wat het reliëf<br />
is. Omdat het kan voorkomen dat een aantal elementen daarbij niet goed<br />
zichtbaar of identificeerbaar zijn, worden andere reliëfregio=s ingeschakeld; ze<br />
dienen vooraf gelokaliseerd worden; enkele voorbeelden:<br />
- een rivierlandschap in de Vlaamse Vlakte;<br />
- getuigeheuvels in de Vlaamse Heuvelstreek;<br />
- een plateau in België of Noord-Amerika;<br />
- een middelgebergte in West-Europa;<br />
- een hooggebergte (b.v. Alpen, Rocky Mountains of Himalaya);<br />
- weergave van de elementen in het bordschema opnemen door een diaprojectie<br />
op het bord;<br />
- de classificatie van reliëfvormen op basis van observatie van foto-, dia- en<br />
kaartmateriaal;<br />
- curve van een reliëfprofiel: elementair voorbeeld op werkblad, eventueel taak<br />
op millimeterpapier;<br />
- reliëfoefeningen op basis van een selectie van topografische kaarten en<br />
atlaskaarten;<br />
- synthesebeeld van het reliëf d.m.v. een blokdiagram;<br />
2.2 De waterlopen in het reliëf : 3 à 4 lestijden<br />
- er wordt uitgegaan van een terreinobservatie naar een lokale beek of rivier,<br />
waarop reeds de nodige registraties worden verricht;<br />
- op beeld- en kaartmateriaal hydrografische kenmerken van rivieren<br />
identificeren (b.v. linker- en rechteroever, meander, waterval, bron,...);<br />
- op een kaart waterscheidingslijnen construeren en het verval berekenen;<br />
- op het terrein debietmetingen verrichten en watermonsters nemen;