Handreiking Rampenspirit - Impact
Handreiking Rampenspirit - Impact
Handreiking Rampenspirit - Impact
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
kerkelijke aangelegenheden. Omgekeerd hebben religieuze<br />
organisaties geen formele positie binnen de overheidsorganisatie.<br />
Zij kunnen wel op gelijke wijze als andere maatschappelijke<br />
organisaties deelnemen aan het publieke debat.<br />
Een gemeente zal zich bij contacten met religieuze of levensbeschouwelijke<br />
organisaties steeds moeten afvragen of:<br />
• contacten niet leiden tot een inhoudelijke bemoeienis met<br />
het geloof zelf of de wijze waarop het geloof wordt<br />
beleden, of met interne kerkelijke aangelegenheden;<br />
• contacten dienen ter verwezenlijking van niet-geloofsgebonden<br />
overheidsdoelen;<br />
• contacten niet leiden tot een ongelijke behandeling van<br />
religieuze of levensbeschouwelijke organisaties.<br />
In de acute fase kan het – al dan niet in een opvangcentrum<br />
(een toegespitste handreiking is te vinden in bijlage 5) –<br />
bijvoorbeeld gaan om het creëren van rust en structuur.<br />
Het aanwezig zijn, zonder direct te interveniëren of direct<br />
oplossingen aan te dragen. Te luisteren en te zien, te balanceren<br />
tussen spreken en zwijgen, tussen laten en maken<br />
(zie paragraaf 2.4).<br />
Een belangrijke vaardigheid is verder interreligieus en interdisciplinair<br />
te kunnen samenwerken, helder te weten wat<br />
de eigen rol is en de specifieke bijdrage van de geestelijke<br />
verzorging in relatie tot andere hulp-, zorg- en dienstverleners.<br />
Hiertoe is het mede van belang om kennis te hebben<br />
van de organisatie van en gezagsrelaties binnen de rampenbestrijding<br />
en crisisbeheersing. 16,70<br />
4.3<br />
4<br />
organisatie<br />
van de<br />
geestelijke<br />
verzorging<br />
Ingericht en toegerust zijn<br />
Een volgend aspect is de interne organisatie van de geestelijke<br />
verzorging. Deze moet ertoe bijdragen dat de<br />
geestelijke verzorging voldoende is geëquipeerd voor de<br />
inzet na een ramp of crisis. Het paraat hebben van voldoende<br />
(kwantiteit) competente (kwaliteit) mensen is onontbeerlijk.<br />
Zij moeten bovendien worden aangestuurd en<br />
ondersteund, wat een taak is voor een aan te wijzen coördinator.<br />
De informatie in deze paragraaf is in het bijzonder<br />
bedoeld voor degenen die een coördinatierol vervullen.<br />
Voldoende inzetbare competente mensen<br />
In de voorfase staat de geestelijke verzorging voor de<br />
uitdaging het benodigde aantal mensen in paraatheid te<br />
brengen en te houden voor het geval zich een ramp of crisis<br />
aandient. De aard van de geestelijke verzorging na een<br />
ramp of crisis brengt met zich mee dat de geestelijk verzorger<br />
over verschillende competenties dient te beschikken of<br />
deze moet verwerven.<br />
Bijlage 6 biedt een indicatie van de benodigde kennis en<br />
vaardigheden waarop een geestelijk verzorger zou moeten<br />
kunnen bogen.<br />
Aansturen<br />
Per groep, stroming of organisatie is een coördinator gewenst<br />
die bronnen kan mobiliseren en de inzet waar nodig<br />
kan bijsturen. De coördinator:<br />
• bepaalt (gewenste) aantallen en namen van in te zetten<br />
personen, benadert hen en maakt afspraken over inzetbaarheid,<br />
inclusief overzichten met relevante contactpersonen<br />
en telefoonbomen; 15<br />
• zorgt dat betrokkenen hiervan op de hoogte zijn, en<br />
draagt zorg voor de gecoördineerde inzet vanuit de geestelijke<br />
verzorging bij een ramp of crisis;<br />
• is zich – naarmate de diversiteit onder geestelijk verzorgers<br />
groter is – ervan bewust dat niet iedere geestelijk verzorger<br />
inzetbaar is voor iedere activiteit (zie paragraaf 2.7);<br />
• is degene die zorgt of bewaakt dat afspraken worden gemaakt<br />
met mensen die bij de uitvoering en ondersteuning<br />
betrokken zijn; het gaat om afspraken over aanspreekpun-<br />
62 63