beschikking vergunning wet milieubeheer - Provincie Groningen
beschikking vergunning wet milieubeheer - Provincie Groningen
beschikking vergunning wet milieubeheer - Provincie Groningen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Ad. p<br />
Het voorschrijven van windschermen bij het afstortpunt van een puinbreker wordt door ons voorgeschreven<br />
bij puinbrekers welke worden ingezet bij het verwerken van bouw- en sloopafval. Aangezien het te breken<br />
asfalt door APW zonodig wordt bevochtigd en gezien de eigenschappen van het gebroken asfalt, is de kans<br />
op stofhinder van de puinbreekinstallatie gering. Wij menen het betreffende voorschrift 2.3.9 daarom te<br />
moeten laten vervallen.<br />
Ad. q<br />
Gezien de economische en praktische bezwaren van APW tegen het afdekken van de opslag van<br />
fosforslak, menen wij aan APW op te moeten leggen dat het effect van afdekking door middel van het in<br />
voorschrift 2.2.4 genoemde geuronderzoek inzichtelijk dient te worden gemaakt. Voorschrift 2.2.4 is in deze<br />
aangepast, voorgeschreven wordt dat het betreffende geuronderzoek met zowel droog opgeslagen als niet<br />
droog opgeslagen fosforslak dient te worden uitgevoerd. De resultaten van het geuronderzoek zullen<br />
vervolgens bepalend zijn voor het gebruik en de wijze van opslag van fosforslakken. Voorschrift 2.3.10 komt<br />
in dit verband te vervallen.<br />
Ad. r<br />
Met betrekking tot de toepassing van geurreducerende middelen hanteren wij in principe een terughoudend<br />
beleid. Voorkomen dient te worden dat er niet effectieve milieuvreemde stoffen worden geëmitteerd.<br />
Voorwaarde is in ieder geval dat het toe te passen middel niet schadelijk mag zijn voor de volksgezondheid.<br />
Dit in overweging nemende hebben wij APW bij besluit van 6 mei 2003 <strong>vergunning</strong> verleend voor het<br />
toepassen van een geurreducerend middel in het afgassenkanaal van de asfaltmenginstallatie.<br />
Uit het vergelijk tussen de door APW geregistreerde gegevens omtrent het in werking zijn van de<br />
doseerinstallatie voor het geurreducerende middel en de bij ons binnengekomen geurklachten, valt niet op te<br />
maken dat de toepassing van het geurreducerende middel een positief effect heeft op de geuremissie.<br />
Dit heeft APW doen besluiten de toepassing van het geurreducerende middel niet opnieuw aan te vragen.<br />
Uit geuronderzoek komt naar voren dat APW voldoet aan de landelijk geldende geurnormering voor<br />
asfaltcentrales. Wij hebben daarom geen mogelijkheid om de toepassing van een geurreducerend middel als<br />
aanvullende maatregel voor te schrijven.<br />
Wij nemen deze zienswijze daarom niet over.<br />
2.5 Overige wijzigingen ten opzichte van het ontwerpbesluit<br />
Uit oogpunt van handhaafbaarheid menen wij het aan de <strong>vergunning</strong> verbonden voorschrift 2.2.3 te moeten<br />
wijzigingen. Het voorschrift is anders is geredigeerd. Deze wijziging heeft geen inhoudelijke gevolgen.<br />
3. GRONDEN VAN DE BESLISSING<br />
3.1 Inleiding<br />
De aanvraag moet worden beoordeeld aan de hand van de artikelen 8.8 tot en met 8.10 van de Wm. In<br />
artikel 8.8 worden de aspecten aangegeven, die bij de beoordeling moeten worden betrokken of in acht<br />
worden genomen, of waarmee rekening moet worden gehouden. In artikel 8.9 wordt aangegeven, dat de<br />
<strong>vergunning</strong> niet in strijd mag zijn met andere relevante <strong>wet</strong>geving. In artikel 8.10 worden de<br />
weigeringsgronden aangegeven. De relevante aspecten voor deze <strong>beschikking</strong> komen in de hierna volgende<br />
hoofdstukken aan de orde.<br />
3.2 IPPC richtlijn<br />
De Europese IPPC-richtlijn heeft tot doel het realiseren van een geïntegreerde preventie en beperking van<br />
verontreiniging door in de richtlijn aangegeven industriële activiteiten en installaties. In de Nederlandse<br />
<strong>wet</strong>geving worden deze aangeduid als gpbv-installaties.<br />
De doelstelling moet worden gerealiseerd door toepassing van de best beschikbare technieken (BBT), die<br />
zijn beschreven in BREF-documenten en diverse nationale documenten.<br />
De IPPC-richtlijn is geheel omgezet in nationale regelgeving, onder meer door middel van de Regeling<br />
aanwijzing BBT-documenten. Voor de bepaling van BBT moet in ieder geval rekening worden gehouden met<br />
de in tabel 1 van deze regeling opgenomen documenten, voor zover het de daarbij vermelde gpbvinstallaties<br />
betreft. Maar ook voor niet-gpbv-installaties kunnen deze documenten relevant zijn. Met de in<br />
tabel 2 opgenomen documenten moet bij alle installaties en inrichtingen rekening worden gehouden, voor<br />
zover deze documenten betrekking hebben op onderdelen van of activiteiten binnen de inrichting.<br />
APW valt voor wat betreft de verwerking van niet-teerhoudend asfaltgranulaat niet onder categorie 5.3<br />
(installaties voor de verwijdering van ongevaarlijke afvalstoffen) van bijlage 1 van de IPPC-richtlijn,<br />
aangezien het directe hergebruik van niet-teerhoudend asfaltgranulaat bij de productie van recyclingasfalt<br />
niet valt onder de in de richtlijn 75/442/EEG genoemde rubrieken van verwijderingshandelingen D8 en D9.<br />
pagina 12 van 44