SWetenswaardighe<strong>de</strong>n, april 2000, 9e jaargang, nummer 114interventie. Aan <strong>de</strong> hand van voorbeel<strong>de</strong>nvan een aantal gezondheidsgedragingenwerd het systeem van computer tailoringuitgelegd en geïllustreerd. Daarnaast wer<strong>de</strong>nmogelijke effecten van <strong>de</strong>ze interventiegepresenteerd.SESSIE 3 EEN INNOVATIEVEPSYCHOFYSIOLOGISCHE TOE-PASSING: DE PHYSIOCONNEC-TOR. OVER HET METEN VANGELAATSSPIERACTIVITEIT ENEMOTIES.dr. W. Waterink & dr. T. AalbersHet menselijk gelaat is een expressiefmedium waarin naast opzettelijke, gecontroleer<strong>de</strong>reacties ook onwillekeurigeemotionele reacties op bijvoorbeeldomgevingsstimuli tot uiting komen.Emotionele gelaatsuitdrukkingen ontstaandoor spierbewegingen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>huid. Binnen <strong>de</strong> psychologie is men het erin het algemeen over eens dat aan hetmenselijk gelaat zeker zes universelebasisemoties te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n zijn:vreug<strong>de</strong>/plezier, verdriet/droefheid, boosheid/irritatie,verbazing/verrassing,afkeer/walging en angst/bedreiging.Uitdrukkingen in het gelaat wor<strong>de</strong>n zichtbaardoordat het contractiepatroon van<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> gelaatsspieren veran<strong>de</strong>rt.Hierdoor vin<strong>de</strong>n er verschuivingenplaats van <strong>de</strong> huid en ontstaan plooienen groeven die aan <strong>de</strong> buitenkant zorgenvoor <strong>de</strong> karakteristieke uitdrukkingen.Dit soort emotionele gelaatsexpressies isvaak goed waar te nemen. Bij subtielereacties, zogenaam<strong>de</strong> micro-emoties, isdat veel moeilijker. Door <strong>de</strong> maskeren<strong>de</strong>invloe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> huid en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rhuidseweefsellagen lei<strong>de</strong>n subtiele spierreactiesnamelijk niet direct tot uiterlijk waarnembareveran<strong>de</strong>ringen in het gelaat. Voorhet oog onzichtbare reacties kunnen welwor<strong>de</strong>n gemeten met behulp van elektromyografie(EMG), een metho<strong>de</strong> waarbij <strong>de</strong>elektrische activiteit in <strong>de</strong> spieren wordtgeregistreerd met op <strong>de</strong> huid geplaatsteelektro<strong>de</strong>s.De PhysioConnector is een apparaat datgebruikmaakt van elektromyografie. Hetapparaat registreert gelaatsspieractiviteiten stuurt <strong>de</strong> informatie daarover naar eencomputer. Met <strong>de</strong> PhysioConnector kanglobaal wor<strong>de</strong>n vastgesteld welke emotieeen bepaal<strong>de</strong> voorstelling (bijv. een filmfragment)bij een persoon oproept.Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze workshop is <strong>de</strong>PhysioConnector ge<strong>de</strong>monstreerd.SESSIE 4 VAN BOOMTESTNAAR BIG FIVE: ONTWIKKE-LING IN PERSONEELS-SELECTIE INSTRUMENTENdrs. W. BloemersDeze workshop ging over <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong>instrumenten die bij personeelsselectiewor<strong>de</strong>n gebruikt: intelligentietests,persoonlijkheidsvragenlijsten, interviewsen <strong>de</strong> assessment center-metho<strong>de</strong>.Deelnemers aan <strong>de</strong> workshop kregen eenkijkje achter <strong>de</strong> schermen van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong>instrumenten. Ook werd metbehulp van vi<strong>de</strong>o <strong>de</strong> toepassing van hetBig Five-persoonlijkheidsmo<strong>de</strong>l bij <strong>de</strong>assessment center-metho<strong>de</strong> ge<strong>de</strong>monstreerd.SESSIE 5 COMPETENTIES VANDE A&O-PSYCHOLOOG BIJ IN-NOVATIES IN ORGANISATIESdr. J. GerrichhauzenDe introductie en toepassing van innovatiesin arbeidsorganisaties blijkt in <strong>de</strong>praktijk nog vaak min<strong>de</strong>r succesvol te verlopen.Voor het grijpbaar<strong>de</strong>r maken vanprocessen die innovaties in organisatiesblokkeren of juist stimuleren, lijkt het nuttiguitgangspunten en inzichten tegebruiken die on<strong>de</strong>r meer zijn uitgewerktin het socio-rationele organisatieparadigma.In dit paradigma wordt een arbeidsorganisatiegezien als een sociale enpsychologische werkelijkheid die on<strong>de</strong>rhevigis aan een continue reconstructie.Bij <strong>de</strong> toepassing van innovaties is <strong>de</strong>houding van me<strong>de</strong>werkers en gebruikersvan groot belang. Voor A&O-psychologenis het dan ook uitermate nuttig op <strong>de</strong>hoogte te zijn van manieren waarop metinzet van psychologische kennis en kun<strong>de</strong>het veran<strong>de</strong>ren in en van arbeidsorganisaties,me<strong>de</strong>werkers en gebruikers kan wor<strong>de</strong>nverbeterd.Deze workshop ging over het bereikenvan succesvolle technologische en socialeinnovaties in arbeidsorganisaties, metinzet van vooral psychologische expertise.Enkele psychologische competenties diedaarbij van belang zijn:– diagnose. Bijvoorbeeld het vaststellenvan psychologische weerstan<strong>de</strong>n tegenveran<strong>de</strong>ring, onzekerhe<strong>de</strong>n, is er sprakevan falend of gemis aan a<strong>de</strong>quaat lei<strong>de</strong>rschapen hoe is het gesteld met <strong>de</strong>samenwerking?– interventie. Bijvoorbeeld interventiesgericht op het stimuleren van commitment,het reduceren van onzekerheid, hetcoachen van managers en an<strong>de</strong>re me<strong>de</strong>werkers.– evaluatie. Bijvoorbeeld vaststellen inhoeverre <strong>de</strong> gekozen veran<strong>de</strong>ringsdoelendaadwerkelijk gerealiseerd zijn, maar ookreflectie op <strong>de</strong> eigen rolvervulling.SESSIE 6 JONGEREN ENONDERWIJS IN BEWEGINGdrs. A.J. DielemanDe wereld rond jongeren en on<strong>de</strong>rwijsveran<strong>de</strong>rt. De laatste kwart eeuw komen<strong>de</strong> impulsen vooral van <strong>de</strong> <strong>nieuwe</strong> informatie-en communicatietechnologie, hetgeenmeer is dan alleen een nieuw instrumentarium.Samen met <strong>de</strong> voortschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong>individualisering grijpt het diep in in<strong>de</strong> dagelijkse leefwereld van jongeren enheeft het gevolgen voor hun i<strong>de</strong>ntiteitsontwikkeling.Het zet voorts <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong>on<strong>de</strong>rwijsarrangementen on<strong>de</strong>r druk.De snelle veran<strong>de</strong>ringen roepen allerleivragen op over <strong>de</strong> functie van het on<strong>de</strong>rwijs.Traditioneel is het on<strong>de</strong>rwijs <strong>de</strong> plekwaar kennis wordt overgedragen. Maarkennisoverdracht alleen past steeds min<strong>de</strong>rgoed bij <strong>de</strong> <strong>nieuwe</strong> maatschappelijkeeisen. De situaties binnen en buiten <strong>de</strong>school raken slecht op elkaar afgestemd.Terwijl el<strong>de</strong>rs steeds meer een beroepwordt gedaan op permanente zelfwerkzaamheid,eigen initiatief en eigen verantwoor<strong>de</strong>lijkheidvan jongeren, gebeurt datin het on<strong>de</strong>rwijs nog maar mondjesmaat.De school dreigt in een wereld van <strong>nieuwe</strong>informatie- en communicatiemogelijkhe<strong>de</strong>nachterop te raken.
SWetenswaardighe<strong>de</strong>n, april 2000, 9e jaargang, nummer 1Nieuwe maatschappelijke succesformulesdwingen jongeren zich een uitgebreidrepertoire van bekwaamhe<strong>de</strong>n eigen temaken. Succes is steeds meer voorbehou<strong>de</strong>naan iemand die niet alleen snel engoed kan leren, maar ook in staat is <strong>de</strong>juiste doelen te kiezen, over intellectuelecapaciteiten en intelligentie <strong>de</strong>nkt als teontwikkelen eigenschappen, voldoen<strong>de</strong>zelfvertrouwen bezit, <strong>de</strong> juiste leerstrategieënhanteert, succes toeschrijft aaneigen capaciteiten, falen wijt aan controleerbarefactoren als eigen inspanning,en bij tegenslag over een a<strong>de</strong>quatecopingstijl beschikt.De school is een belangrijke plaats waar<strong>de</strong>ze vaardighe<strong>de</strong>n en competenties moetenwor<strong>de</strong>n opgedaan. Dat vereist echteran<strong>de</strong>re curricula met an<strong>de</strong>re vormen vanaanspreking en uitdaging en met een groterezelfstandigheid en eigen verantwoor<strong>de</strong>lijkheidvoor <strong>de</strong> leerling in het leerproces(studiehuis).In <strong>de</strong>ze sessie is uitgebreid op <strong>de</strong>geschetste ontwikkelingen ingegaan.15Nadat ie<strong>de</strong>reen twee van bovengenoem<strong>de</strong>sessies had bijgewoond, nam men ingroten getale <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> borrel waargeanimeerd gediscussieerd en nagepraatwerd over <strong>de</strong> opgedane indrukken. Pastegen 18.00 uur verlieten <strong>de</strong> laatstebezoekers <strong>de</strong> speciaal gereserveer<strong>de</strong> SWvleugelvan <strong>de</strong> RAI. Bij <strong>de</strong> uitgang ontvingie<strong>de</strong>reen een – uiteraard innovatieve –attentie in <strong>de</strong> vorm van <strong>de</strong> OUNL-bedrijfspresentatieop cd-rom.
- Page 1 and 2: Postdoctorale opleiding totgezondhe
- Page 3 and 4: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 5 and 6: SWSWetenswaardigheden, april 2000,
- Page 7 and 8: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 9 and 10: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 11 and 12: SWSWetenswaardigheden, april 2000,
- Page 13: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 17 and 18: SWSWetenswaardigheden, april 2000,
- Page 19 and 20: SWSWetenswaardigheden, april 2000,
- Page 21 and 22: SWSWetenswaardigheden, april 2000,
- Page 23 and 24: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 25 and 26: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 27 and 28: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 29 and 30: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 31 and 32: SWetenswaardigheden, april 2000, 9e
- Page 33 and 34: SWSWetenswaardigheden, april 2000,