You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
PROEFSCHRIFT THAïRA OPENNEER<br />
Methoden en conclusie<br />
Voor het promotieonderzoek is de data gebruikt van twee<br />
grote internationale onderzoeken naar tics, namelijk van<br />
het European Multicenter Tics in Children Study (EMTICS)<br />
en het TS-EUROTRAIN-onderzoek. EMTICS was het eerste<br />
grootschalige en langlopende onderzoek gericht op<br />
het samenspel tussen genetische aanleg, auto-immuniteit<br />
en andere omgevingsfactoren als mogelijke oorzaak voor<br />
(1) het ontstaan en (2) het beloop van tics, en bijkomende<br />
problemen zoals ADHD en OCS. Het TS-EUROTRAINonderzoek<br />
was een Europese samenwerking van twaalf<br />
verschillende onderzoeksprojecten uit zes Europese<br />
landen die zich richtten op genetica, neuro-imaging en<br />
diermodellen. In Groningen stond binnen TS-EUROTRAIN<br />
neuro-imaging centraal, gericht op de neurale correlaten<br />
en neurocognitieve kenmerken die specifiek zijn voor<br />
ticstoornissen, waarbij ook werd gekeken naar de invloed<br />
van ADHD-comorbiditeit.<br />
Voor het eerste deel van het promotieonderzoek is data<br />
gebruikt van het eerste bezoek van het EMTICS-onderzoek<br />
om (1) te onderzoeken of kinderen bepaalde klinische<br />
karakteristieken vertonen voordat ze tics krijgen en<br />
(2) te onderzoeken of de vervelende gevoelens die vaak<br />
voorkomen voor het uitvoeren van een tic (premonitore<br />
sensaties) ook bij jonge kinderen voorkomen. De resultaten<br />
laten zien dat kinderen meer norm-overschrijdend en<br />
autisme-gerelateerd gedrag vertonen voordat ze tics krijgen<br />
ten opzichte van kinderen die geen tics ontwikkelen.<br />
Dit was vooral het geval bij jongens, terwijl meisjes meer<br />
dwanghandelingen en emotionele problemen vertonen<br />
voorafgaand aan het ontstaan van tics. Bijna alle kinderen,<br />
ook hele jonge kinderen onder de 8 jaar, hebben last<br />
van premonitore sensaties. Dit is in tegenstelling tot wat<br />
er voorafgaand aan het onderzoek verondersteld werd.<br />
Voor het tweede gedeelte van het promotieonderzoek<br />
is data gebruikt van het TS-EUROTRAIN-onderzoek en<br />
is onderzocht of de neurocognitie en neurale correlaten<br />
van kinderen met tics (met en zonder ADHD) verschillen<br />
van kinderen met ADHD (zonder tics) en kinderen zonder<br />
tics en ADHD. De resultaten laten verbanden zien tussen<br />
ADHD-symptomen en problemen met cognitief functioneren,<br />
zoals problemen met het afremmen van gedrag<br />
en het geheugen bij de kinderen met tics. Ook laten<br />
kinderen met tics en ADHD meer activiteit in de hersenen<br />
zien tijdens het afremmen van gedrag in vergelijking met<br />
kinderen die geen tics of ADHD hebben. Daarnaast blijkt<br />
de functionele organisatie van netwerken in de hersenen<br />
van kinderen met tics zonder ADHD anders dan die van<br />
de kinderen met tics en ADHD of kinderen zonder tics en<br />
ADHD.<br />
De conclusie van het promotieonderzoek is dat het<br />
hebben van additionele stoornissen, zoals ADHD, een<br />
belangrijke rol speelt in de klinische presentatie, neurocognitie<br />
en neurale correlaten van kinderen met tics.<br />
Het volledige proefschrift vind je hier: https://research.<br />
rug.nl/nl/publications/the-clinical-presentation-neur-<br />
cognition-and-neural-correlates-of-<br />
Verklarende woordenlijst<br />
Klinische presentatie: het beeld van de stoornis,<br />
aandoening of ziektebeeld dat je als medisch professional<br />
of onderzoeker ziet in de praktijk.<br />
Neurocognitie: functioneren van de hersenen bij het<br />
opnemen en verwerken van informatie.<br />
Neurale correlaten: hersengebieden/-structuren/-<br />
stofjes die samenhangen met bepaalde aandoeningen,<br />
gedrag, gevoelens of gedachten.<br />
Habit Reversal Training (HRT): behandeling waarbij de<br />
tics één voor één bewust worden waargenomen en een<br />
tegenbeweging wordt aangeleerd.<br />
Comprehensive Behavioral Intervention for Tics<br />
(CBIT): gedragstherapie op basis van protocollen,<br />
gericht op het beïnvloeden van omgevingsfactoren,<br />
situaties of gebeurtenissen die tot een verergering van<br />
de tics leiden.<br />
Exposure with Response Prevention (ERP): behandeling<br />
van alle tics tegelijkertijd door blootstelling aan het<br />
tic-alarm en de tics zo lang mogelijk tegenhouden.<br />
Executieve functies: de regelfuncties van de hersenen<br />
die noodzakelijk zijn voor het realiseren van doelgericht<br />
en aangepast gedrag.<br />
In-of excluderen: meedoen of uitsluiten van deelnemers<br />
aan het onderzoek.<br />
23