31.01.2013 Views

Odeon 73 - start - De Nederlandse Opera

Odeon 73 - start - De Nederlandse Opera

Odeon 73 - start - De Nederlandse Opera

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

O D E O N<br />

Magazine van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

19de jaargang / nr. <strong>73</strong> mei / juni / juli 2009<br />

<strong>73</strong> 14<br />

6<br />

22<br />

<strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

Leoš Janáček<br />

Adam in ballingschap<br />

Rob Zuidam<br />

Carmen<br />

Georges Bizet


CONFRONTATIONS<br />

Confrontaties tussen muziekstijlen,<br />

gemeenschappen, oost en west, noord en zuid.<br />

Tears of Barren Hill<br />

van Danny Yung Multimedia performance als cross<br />

over tussen Pekingopera, Verdi en Leni Riefenstahl<br />

House of the Sleeping Beauties<br />

van Kris <strong>De</strong>foort en Guy Cassiers<br />

<strong>Opera</strong> in drie nachten waarin niets gebeurt maar alles<br />

mogelijk is<br />

Madama Butterfly door Stanislavsky <strong>Opera</strong><br />

Company. Topgezelschap uit Rusland combineert<br />

meesterlijke zang met geloofwaardig acteerwerk<br />

Kaarten zijn verkrijgbaar bij de kassa’s van de verschillende theaters<br />

of centraal via het Rotterdams Uitburo: +31 (0)10 240 01 66.<br />

2<br />

“Een kunstwerk kan de aparte werelden<br />

van oost en west doen wegvallen<br />

en zo ontstaat er een nieuwe wereld.”<br />

GUY COOLEN<br />

ARTISTIEK LEIDER OPERADAGEN ROTTERDAM<br />

LIEFDESOFFERS<br />

Ophelia van <strong>Opera</strong> O.T.<br />

<strong>Opera</strong>solo over de tragische geliefde van Hamlet met<br />

nieuwe tekst van Bernlef<br />

Chinees meisje, een operawandeling<br />

door het Chinatown van Rotterdam.<br />

Hoofdrollen voor Cora Burggraaf,<br />

Barbara Hannigan en Tania Kross<br />

<strong>Opera</strong> bij u thuis, intieme concerten<br />

in uw eigen huiskamer<br />

MEER!<br />

Bestel de programmabrochure via<br />

voor het complete overzicht, inclusief<br />

achtergrondartikelen en interviews met<br />

o.m. Danny Yung en Guy Cassiers.


Marc Albrecht nieuwe chef-dirigent<br />

Op 26 maart 2009 werd de Duitse dirigent<br />

Marc Albrecht in Het Muziektheater gepresenteerd<br />

als de nieuwe chef-dirigent van het<br />

Nederlands Philharmonisch Orkest/Nederlands<br />

Kamerorkest en van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong>. Albrecht maakte in september 2008<br />

een overweldigend DNO-debuut met het<br />

NedPhO in Die Frau ohne Schatten. In juni<br />

en juli 2009 zal hij bij DNO het Koninklijk<br />

Concert gebouworkest leiden in Carmen.<br />

Hij staat bekend om zijn interpretaties van<br />

werken van Wagner en Richard Strauss,<br />

en van hedendaagse muziek. Sinds 2006 is<br />

Albrecht artistiek leider en chef-dirigent<br />

van het Orchestre Philharmonique de Strasbourg.<br />

Hij was gastdirigent bij de Berliner<br />

Philharmoniker, de Münchner Philharmo niker,<br />

het Koninklijk Concertgebouworkest,<br />

het City of Birmingham Orchestra, het<br />

<strong>Opera</strong>Flirt<br />

Onder de 30 jaar? Nog nooit<br />

een opera gezien? Laat je<br />

verleiden tot een <strong>Opera</strong>Flirt!<br />

Op 27 maart 2009 introduceerde <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> samen met haar nieuwe sponsor<br />

CMS <strong>De</strong>rks Star Busmann <strong>Opera</strong>Flirt,<br />

een nieuw programma voor jongeren tot 30<br />

jaar. <strong>Opera</strong>Flirt biedt jong publiek een laagdrempelige,<br />

aantrekkelijke mogelijkheid om<br />

met opera in aanraking te komen. Jonge<br />

mensen weten vaak niet goed wat ze met de<br />

kunstvorm opera aan moeten. Vaak hebben<br />

jongeren bepaalde vooroordelen die samenhangen<br />

met de entreeprijs, maar ook met<br />

de gemiddelde leeftijd van de bezoekers, formele<br />

kleding en een bepaalde gedrags code.<br />

Met <strong>Opera</strong>Flirt willen DNO en CMS <strong>De</strong>rks<br />

Star Busmann deze vooroordelen ontkrachten.<br />

Jongeren kunnen voor slechts € 15,00<br />

kaarten kopen voor speciaal geselecteerde<br />

voorstellingen van DNO. Hiervoor is een<br />

contingent van 50 zeer goede plaatsen ge -<br />

reserveerd.<br />

Voorafgaand aan de voorstelling krijgen<br />

de deelnemers tijdens een rondleiding een<br />

uniek kijkje achter de schermen van Het<br />

Muziektheater en een inleiding over de opera<br />

zodat ze goed voorbereid naar de voorstelling<br />

gaan. Ook het sociale aspect speelt bij<br />

<strong>Opera</strong>Flirt een belangrijke rol. Na afloop van<br />

de voorstelling worden de deelnemers van<br />

<strong>Opera</strong>Flirt voor een cocktailontvangst uitgenodigd.<br />

Op de avond zelf zijn ook Fidelioleden<br />

(jonge vrienden van DNO) en jonge<br />

juristen van CMS aanwezig. Zij zijn eveneens<br />

uitgenodigd om in een prettige sfeer<br />

van een cocktail te genieten. Zo ontmoeten<br />

jongeren die nog niet vaak te gast zijn ge -<br />

weest bij DNO mensen van dezelfde leef -<br />

tijd die hun liefde voor opera allang ontdekt<br />

hebben.<br />

<strong>De</strong> volgende voorstelling van <strong>Opera</strong>Flirt<br />

is Bizets Carmen op 30 juni 2009.<br />

3<br />

Chamber Orchestra of Europe en de orkesten<br />

van Rome (Santa Cecilia), Dresden en<br />

Lyon. Tussen 2003 en 2006 leidde hij in Bayreuth<br />

<strong>De</strong>r fliegende Holländer. In 2003 dirigeerde<br />

hij in Salzburg Die Bakchantin nen, in<br />

2005 Uit een dodenhuis bij de Opéra National<br />

de Paris. Bij de <strong>De</strong>utsche Oper Berlin, waar<br />

hij van 2001 tot 2004 als eerste gastdirigent<br />

werkzaam was, dirigeerde hij o.m. in 2002<br />

Saint François d’Assise. Marc Albrecht is<br />

nauw verbonden aan de Semper oper Dresden,<br />

waar hij in 2007 Die Frau ohne Schatten<br />

en La damnation de Faust leidde. In 2008 dirigeerde<br />

hij The Bassarids bij de Bayerische<br />

Staats oper München. Recent maakte Marc<br />

Albrecht zijn debuut bij ROH Covent Garden<br />

met <strong>De</strong>r fliegende Holländer. Zijn aanstelling<br />

in Amsterdam zal in gaan per seizoen 2011-<br />

2012, voor een periode van vier jaar. Op 29<br />

mei en 1 juni 2010 leidt Albrecht het Ned PhO<br />

in het Concertgebouw met werken van Gubaidulina<br />

en Richard Strauss. In het seizoen<br />

2010-2011 zal hij een productie bij DNO dirigeren.<br />

Zie het interview op p. 26.<br />

Marc Albrecht, Truze Lodder en Pierre Audi<br />

(Foto: Hans Hijmering)


Persstemmen<br />

Ercole amante<br />

‘David Alden werd na de première van<br />

zijn nieuwe productie vol pracht en praal<br />

onthaald op unaniem bravogeroep. Er<br />

wordt door een cast met elf zangers in<br />

achttien rollen met verve geacteerd en<br />

gezongen. Voor de bariton Luca Pisaroni<br />

lijkt de titelrol door Cavalli en Alden op<br />

het lijf gecreëerd. Prachtig zingen ook<br />

Veronica Cangemi, Anna Bonitatibus,<br />

Jeremy Ovenden en Anna Maria Panzarella.’<br />

Kasper Jansen, NRC Handelsblad<br />

(12 januari 2009)<br />

‘Mit viel Ironie und parodistischem<br />

Froh sinn bereitet der amerikanische<br />

Regisseur die Story als unterhaltsame<br />

Histo-Kitsch-Travestie auf. Da haben<br />

Juno (die herausragende Anna Bonitatibus)<br />

und <strong>De</strong>ianira (die schnippisch<br />

Paroli bietende Anna Maria Panzarella)<br />

vokal leichtes Spiel, die Oberhand zu<br />

gewinnen. Selbst Frau Venus (suggestiv:<br />

Wilke te Brummel stroete) muss die<br />

Segel streichen. Johannette Zomer<br />

wuselt mit flexibler Stimme durch diverse<br />

Nebenrollen, der gelenkige Counter<br />

Tim Mead hat einen bejubelten Pagen-<br />

Auftritt, als er es in der Sturmszene<br />

vom Ruderboot aus todesmutig mit Blitz,<br />

Donner und aller -lei ferngesteuertem<br />

Seegetier aufnimmt. Umberto Chiummo<br />

liest dem tumben Heroen mal als Neptun,<br />

mal als Geist des Eutiros die Leviten,<br />

während Veronica Cangemi und Jeremy<br />

Ovenden mit gespielter naïvité und innigen<br />

Lamento-Tönen das junge Paar Iole-<br />

Hyllus geben. Paul Steinbergs üppige<br />

<strong>De</strong>kors und Constance Hoff mans prächtige<br />

Kostüme mischen virtuos Fantasy-<br />

Antike und Pop-Barock. Ivor Bolton<br />

setzte die Musik bravourös unter Strom,<br />

er führte das Concerto Köln und das<br />

Monte verdi Continuo Ensemble mit<br />

Verve und stilsicherem Esprit – in einer<br />

auf den großen Saal des Muziek thea ters<br />

abgestimmten Besetzung’<br />

Albrecht Thiemann, Opernwelt (maart 2009)<br />

(Foto: Ruth Walz)<br />

4<br />

I puritani<br />

‘Het verhaal van de vrouw die denkt dat<br />

haar geliefde er met een ander vandoor<br />

is gegaan en gek wordt van verdriet, be -<br />

vat nogal wat onwaarschijnlijke details.<br />

Maar Francisco Negrin behandelt het in<br />

zijn sterke personen regie als een groots<br />

drama van Shakes peare en de muziek<br />

van Bellini verheft de geschie denis tot<br />

een magisch niveau. <strong>De</strong> kostuums van<br />

Louis Désiré doen historisch aan, terwijl<br />

het decor van Es <strong>De</strong>vlin juist een<br />

abstract moderne allure heeft. Telkens<br />

wisselende kaders waarbij slechts een<br />

deel van het grote toneel is belicht, wek -<br />

ken de indruk van een reeks filmbeelden,<br />

totdat in het laatste bedrijf de volle<br />

breedte van het Muziek theater wordt<br />

benut. […] Tijdens de première was<br />

[Mariola Cantarero] op haar best in de<br />

geconcentreerd en intens gezongen<br />

waanzinscène. Echt belcanto is eerder<br />

te vinden bij John Osborn, die de hoge<br />

tenorpartij van Arturo met veel gevoel<br />

en aplomb voor het voetlicht brengt.<br />

Bijzonder geslaagd zijn ook de bijdragen<br />

van de bassen Daniel Borows ki<br />

(Valton) en Riccardo Zanellato<br />

(Giorgio)’<br />

Eddie Vetter, <strong>De</strong> Telegraaf (6 februari 2009)<br />

‘Het is duidelijk: regisseur Francisco<br />

Negrin, die hier en daar de handeling<br />

spannender heeft gemaakt dan die is,<br />

kiest niet voor het geforceerde en ongeloofwaardige<br />

happy end van de opera.<br />

Hij toont dat als een waandenkbeeld van<br />

Elvira die eerst genezen leek. Haar minnaar<br />

Arturo is immers in deze regieopvatting<br />

door zijn rivaal Riccardo doodgeschoten,<br />

maar zij wil dat blijkbaar<br />

niet weten. Daarvóór speelde de indrukwekkende<br />

Mariola Cantarero haar helemaal<br />

niet als waanzinnig. I puritani is<br />

nu een interessante mengelmoes met<br />

meeslepende muziek: Giuliano Carella<br />

dirigeert het Nederlands Philharmo nisch<br />

Orkest kundig, het Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> is, ondanks de nauwe<br />

bankjes waaruit het moet zingen, weer<br />

adembenemend goed.’<br />

Max Arian, Groene Amsterdammer<br />

(13 februari 2009)<br />

(Foto: Clärchen & Matthias Baus)<br />

Così fan tutte<br />

‘Mozart aan de Amstel: de aanwinst van<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> is ditmaal geen<br />

sopraan of maankraterkarretje, maar<br />

een 48-jarige dirigent. Hij heet Gérard<br />

Korsten, was concertmeester in Salzburg,<br />

dirigeerde opera in Cagliari, Lyon,<br />

Glyndebourne en Milaan, en staat nu<br />

Così fan tutte tot een muzikaal succesnummer<br />

te maken. Korsten maakt veel<br />

werk van Mozarts geniale accompagnati.<br />

Hij doorziet omslagmomenten in<br />

aria’s als die van de voor haar liefde<br />

bezwijkende Fiordiligi, hij snapt het<br />

18de-eeuwse o-lala van serenade-achtige<br />

tussenspelen, en weet over te schakelen<br />

van het prieeltje naar snelle actie.<br />

[…] Dat prieeltje is in de oneindig subtiele<br />

regie van Jossi Wieler nog steeds<br />

een jeugdherberg op draaischijf […]<br />

<strong>De</strong> verbluffende Fiordiligi van de vorige<br />

keer, Sally Matthews, maakte plaats<br />

voor een minder verbluffend maar wel<br />

opmerkelijk talent uit Argen tinië, Virginia<br />

Tola. Leuk blijft de pluizige backpacker<br />

(Martin Kaaij) die op zijn gitaar recitatiefakkoorden<br />

tokkelt.’<br />

Roland de Beer, de Volkskrant (7 maart 2009)<br />

‘<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> brengt deze<br />

maand de Mozart/Da Ponte-opera<br />

Così fan tutte in de uitdagende regie<br />

van Jossi Wieler en Sergio Moribato.<br />

Tweeënhalf jaar geleden een sensatie.<br />

Want: geen vermakelijke in rococostijl<br />

aangekleed spel met de liefde tussen<br />

twee verloofde stellen, maar een voor<br />

moderne mensen in alle opzichten herkenbare<br />

en lekker realistische lakmoesproef<br />

op de liefdestrouw. Nog beter is<br />

nu te zien hoe heerlijk geraffineerd deze<br />

regie in elkaar zit. Er gaan dan ook regelmatig<br />

golfjes van gegrinnik door Het<br />

Muziektheater.’<br />

Hans Visser, Noordhollands Dagblad<br />

(9 maart 2009)<br />

<strong>De</strong>ze citaten zijn ingekort.<br />

(Foto: Marco Borggreve)


Achter de schermen<br />

5<br />

Marc N. Chahin en Michiel Jongejan<br />

Materiële<br />

en immateriële meerwaarde<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> is voor het eerst sinds lang geleden weer een verbintenis aangegaan met een sponsor.<br />

Een nadere kennismaking in een gesprek met Dolf Segaar van CMS <strong>De</strong>rks Star Busmann.<br />

Wat doet CMS <strong>De</strong>rks Star Busmann?<br />

‘Wij zijn een groot kantoor van advocaten,<br />

notarissen en fiscalisten; wij verlenen<br />

juridische diensten op een heel scala aan<br />

rechtsgebieden, waarbij wij ons richten<br />

op transacties, financiering, vastgoed en<br />

commerciële projecten. We hebben drie vestigingen<br />

in Nederland, maar zijn ook internationaal<br />

actief. Met name in Europa zijn wij<br />

sterk, door onze samenwerking met acht<br />

Europese CMS-partners.’<br />

Vroeger waren jullie sponsor van de<br />

Konink lijke <strong>Nederlandse</strong> Hockeybond<br />

(KNHB). Hoe zijn jullie tot het besluit<br />

gekomen nu iets heel anders te doen<br />

door met <strong>De</strong> Neder landse <strong>Opera</strong> in zee<br />

te gaan?<br />

‘Op een gegeven moment is het goed om<br />

op zoek te gaan naar iets nieuws. Na 15 jaar<br />

hockeybond en een zich verder ontwikkelend<br />

kantoor, met nieuwe ambities, zochten wij<br />

een partner die evenals de KNHB past bij<br />

onze ambities, maar die daarbovenop ook<br />

nog de gelegenheid biedt om een – voor ons<br />

nieuw – publiek te bereiken. DNO past precies<br />

bij wat we zijn en wat we willen uitstralen.<br />

Zodoende zijn we bij DNO uitgekomen.<br />

Sponsoring van DNO is voor ons een goede<br />

manier om in die samenwerking ons profiel<br />

voor het voetlicht te brengen. We blijven nog<br />

wel betrokken bij de hockeybond, maar in<br />

een andere setting dan we de afgelopen vijftien<br />

jaar gedaan hebben.’<br />

Wat zijn de overeenkomsten tussen<br />

CMS en DNO? Op welke manier is er<br />

een win-win-situatie voor zowel sponsor<br />

als gesponsorde?<br />

‘Wij hebben gezien dat DNO ambitie, durf<br />

en leiderschap uitstraalt. Dat zijn waarden<br />

die we met elkaar delen. En wat betreft de<br />

drie disciplines die wij als kantoor hebben:<br />

advocatuur, notariaat, fiscaal, zie je bij DNO<br />

dezelfde op samenwerking gerichte opzet,<br />

met zang, dans, muziek, theater, regie: een<br />

combinatie van het beste van diverse specialismen.’<br />

Wat houdt de sponsorovereenkomst<br />

precies in?<br />

‘Niet alleen dat we sponsor van DNO zijn,<br />

maar ook dat we op het moment de enige<br />

zijn. Het is nu een goed moment om te laten<br />

zien dat je met een instelling als DNO een<br />

samenwerking wilt aangaan. Dat je in tijden<br />

van economische teruggang toch bereid<br />

bent die ambitie en durf te tonen. Wat we<br />

verder gaan doen, is onze relaties en onze<br />

eigen mensen in de organisatie verder kennis<br />

laten maken met de kunstvorm opera. We<br />

willen ook young professionals en studenten<br />

van wie wij zien dat ze voor ons waardevol<br />

kunnen zijn, uitnodigen om kennis te maken<br />

met DNO, en daar krijgen we met <strong>Opera</strong>Flirt<br />

[een door CMS en DNO gezamenlijk geïnitieerd<br />

programma om jongeren met opera,<br />

het bedrijfsleven en met elkaar te laten kennismaken,<br />

een kruising tussen een culturele<br />

en een zakelijke ‘flirt’] ook de gelegenheid<br />

toe. Dat is natuurlijk een mooie samenwerking.<br />

Dus enerzijds de relaties, anderzijds<br />

de eigen mensen en potentiële nieuwe kantoorgenoten.<br />

Dat doen we door middel van<br />

de sponsoring van de productie Così fan<br />

tutte dit jaar en Le nozze di Figaro volgend<br />

jaar, en door <strong>Opera</strong>Flirt.’<br />

Truze Lodder, de zakelijk directeur van<br />

DNO, heeft een duidelijke opvatting over<br />

sponsoring: zij zegt dat de materiële meerwaarde<br />

voor de gesponsorde (DNO) in<br />

balans moet zijn met de immateriële meer -<br />

waarde voor de sponsor (CMS). Wat is<br />

de immateriële meerwaarde die DNO<br />

jullie kan bieden?<br />

‘Die ligt grotendeels in het imago van DNO,<br />

die zich profileert als toonaangevende organisatie<br />

met ambitie, en in de hoge kwaliteit<br />

die geleverd wordt. Dat imago sluit goed aan<br />

bij ons kantoor. We komen vanuit de sport, en<br />

de samenwerking met DNO betekent natuurlijk<br />

een heel andere manier waarop je je kantoor<br />

presenteert aan de markt. Maar ook een<br />

gevoel van trots dat je bij je eigen mensen<br />

kweekt. Door middel van het aanschouwen<br />

van een mooie kunstuiting verrijk je jezelf.<br />

Ook dat is een belangrijke meerwaarde voor<br />

de mensen die we binnen het kantoor hebben<br />

en onze relaties.’<br />

Gaat het publiek van DNO iets merken<br />

van de sponsor?<br />

‘Ja, maar op een heel bescheiden wijze. Ik<br />

ben wel eens bij een gesponsorde uitvoering<br />

geweest waarbij gasten van de sponsor veel<br />

te laat binnenkwamen. Dat zal met ons niet<br />

gebeuren. Wat mensen zullen merken, is bijvoorbeeld<br />

dat op de kaartjes onze naam verschijnt<br />

en in uitingen van DNO. We vinden<br />

het belangrijk dat we met DNO zichtbaar<br />

zijn, dat mag ook best brutaal zijn. <strong>De</strong> keuze<br />

voor DNO is natuurlijk al onconventioneel;<br />

je ziet weinig advocatenkantoren die zo’n<br />

Truze Lodder en Dolf Segaar<br />

(Foto: Xander van Ommens)<br />

stap zetten. We gaan echter niet agres -<br />

sief het publiek benaderen om onze naamsbekendheid<br />

te vergroten.’<br />

Wat is voor jullie de reden om in deze<br />

tijden van kredietcrisis door te gaan met<br />

sponsoring?<br />

‘Ik denk dat de kredietcrisis iedereen be wust<br />

maakt van de keuzes die je moet maken. Wij<br />

hebben natuurlijk goed afgewogen of we deze<br />

beslissing moesten nemen. Een be langrijke<br />

reden is dat we juist tegen de stroom in willen<br />

bewegen. Dat past bij ons kantoor; we opereren<br />

niet langs de geijkte paden. Dat was<br />

ook een reden om sponsoring van de KNHB<br />

te heroverwegen; het werd op een gegeven<br />

moment te vanzelfsprekend. Nu stappen<br />

we in iets nieuws op een moment waarop<br />

iedereen het misschien wat moeilijker heeft.<br />

Het is goed om juist dan je maatschappelijke<br />

betrokkenheid te tonen en elkaar te steunen.’<br />

Wat vind je zelf mooi aan opera?<br />

‘Mijn vader had niet zoveel met opera maar<br />

mijn moeder wel, en ik ging vroeger met haar<br />

weleens naar Het Muziektheater. Ik herinner<br />

me dat ik het wel moeilijk vond, maar dat<br />

maakte het ook mooi. Het moment dat je in<br />

zo’n zaal zit en dat je ziet wat er op het toneel<br />

geboden wordt: de kwaliteit, de combinatie<br />

van muziek en zang, dat heeft mij altijd erg<br />

aangesproken. Het geeft ook een moment<br />

van rust. <strong>De</strong> verhalen zijn natuurlijk interessant,<br />

eigentijds. Veel opera’s zijn lang geleden<br />

geschreven maar blijven toch actueel.<br />

Een combinatie van factoren dus. Ik was<br />

blij verrast dat er in een adviestraject naar<br />

nieuwe sponsormogelijkheden een match<br />

bleek te zijn tussen ons en opera. En ik ben<br />

er inmiddels van overtuigd dat DNO de goede<br />

keuze was. Ik zie erg uit naar de samenwerking<br />

die wij in ieder geval voor de komende<br />

twee jaar zijn aangegaan. Ik hoop dat het<br />

langer kan gaan duren, en dat het voor beide<br />

partijen een succesvolle sponsoring wordt.<br />

We gaan hopelijk veel van elkaar genieten.’


Scènes uit <strong>De</strong> zaak Makropulos (Foto’s: Marco Borggreve)<br />

<strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

‘Ach, een mens moet niet zo lang leven.’ (Emilia Marty)<br />

I<br />

Honderd jaar na de dood van baron Josef<br />

Ferdinand Prus wordt nog steeds om zijn<br />

nalatenschap gestreden, aangezien er geen<br />

testament is gevonden. Albert Gregor eist<br />

het landgoed Loukov op, dat Prus ooit mondeling<br />

aan de toen minderjarige Ferdinand<br />

Gregor zou hebben beloofd. Zijn tegenstander<br />

Jaroslav Prus beweert daarentegen dat<br />

de baron op zijn sterfbed mondeling het<br />

landgoed had nagelaten aan een onbekende,<br />

Mach Gregor. Advocaat Kolenatý en zijn<br />

assistent Vítek vertegenwoordigen Albert<br />

Gregor. Víteks dochter, de zangeres Kristina,<br />

dweept met de beroemde operaster Emilia<br />

Marty, die plotseling haar opwachting maakt<br />

bij Kolenatý. Zij weet te vertellen dat ’Mach<br />

Gregor’ de buitenechtelijke zoon was van<br />

de oude baron Prus en de Schotse zangeres<br />

Ellian MacGregor, en dat er een verzegeld<br />

testament te zijnen gunste met nog andere<br />

papieren in een kast ligt bij Jaroslav Prus<br />

thuis. Kolenatý vindt het testament en komt<br />

terug met Prus. Emilia zal met een brief van<br />

Ellian MacGregor bewijzen dat Ferdinand<br />

(Mac)Gregor baron Prus’ zoon was.<br />

6<br />

II<br />

In het theater zoekt Prus Emilia op. Kristina<br />

en haar geliefde Janek, de zoon van Prus,<br />

verschijnen daar ook, evenals Gregor en<br />

Vítek. <strong>De</strong> seniele Hauk-Šendorf komt Emilia<br />

opzoeken, omdat ze hem doet denken aan<br />

Eugenia Montez, zijn Spaanse minnares van<br />

vijftig jaar geleden. Emilia stuurt allen weg,<br />

behalve Prus. Die spreekt over de brieven<br />

van Ellian MacGregor, die ondertekend zijn<br />

met E.M. Hij vermoedt dat haar werkelijke<br />

naam Elina Makropulos is, de alleenstaande<br />

moeder van een Ferdinand Makropulos,<br />

geboren op Loukov: de Ferdinand die in het<br />

testament wordt genoemd. Totdat zich een<br />

Makropulos als erfgenaam meldt, blijft het<br />

landgoed in bezit van Prus. Er is nog een<br />

tweede, verzegeld document, dat Emilia<br />

beslist van Prus wil kopen, maar hij weigert<br />

en vertrekt. Gregor komt terug en verklaart<br />

Emilia zijn liefde. Zij wijst hem af en valt in<br />

slaap. Als ze probeert Janek over te halen<br />

het document te stelen, komt Prus tussenbeide.<br />

In ruil voor een liefdesnacht met<br />

Emilia wil hij het document wel afstaan.<br />

III<br />

In een hotelkamer beklaagt de ontevreden<br />

Prus zich bij Emilia, want zij voelde<br />

aan als ijs. Een bediende brengt een brief:<br />

Janek heeft zelfmoord gepleegd uit liefde<br />

voor Emilia. Prus vertrekt. Hauk-Šendorf<br />

duikt weer op. Hij wil dat Emilia met hem<br />

meegaat naar Spanje. Net als ze daarin<br />

toestemt, komen Gregor, Kolenatý, Vítek,<br />

Kristina, Prus en een dokter, die Hauk-<br />

Šendorf meeneemt. <strong>De</strong> brief van Ellian<br />

MacGregor blijkt met moderne inkt geschreven<br />

te zijn. Terwijl Emilia zich omkleedt om<br />

te worden verhoord, worden haar koffers<br />

doorzocht. Nu blijkt dat zij al 330 jaar oud<br />

is en dat zij onder verschillende namen<br />

geleefd heeft, met steeds dezelfde initialen<br />

E.M. Haar vader was de Griekse arts<br />

Makropulos, die om bij keizer Rudolf II in<br />

de gunst te komen een verjongingsmiddel<br />

uitvond, dat hij op zijn 16-jarige dochter<br />

moest uitproberen. Toen deze daarop<br />

ziek werd, liet de keizer de vader ter dood<br />

brengen. Elina vluchtte met de formule, die<br />

uiteindelijk terechtkwam tussen de papieren<br />

van baron Prus. Het wondermiddel is<br />

uitgewerkt en zou opnieuw moeten worden<br />

ingenomen. Emilia Marty voelt zich dan<br />

ook zwak, maar wil liever sterven. Voordat<br />

zij de geest geeft, schenkt ze Kristina de<br />

Makropulos-formule, maar het meisje verbrandt<br />

het document.


7<br />

ma 18 mei 2009 première 20.00 uur<br />

do 21 mei 20.00 uur<br />

ma 25 mei 20.00 uur<br />

do 28 mei 20.00 uur<br />

zo 31 mei 13.30 uur<br />

wo 3 juni 20.00 uur<br />

zo 7 juni 13.30 uur<br />

di 9 juni 20.00 uur<br />

vr 12 juni 20.00 uur<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Bij het ter perse gaan van deze <strong>Odeon</strong><br />

zijn er nog kaarten verkrijgbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau van<br />

Het Muziektheater: 020-625 5455<br />

Online reserveren: www.dno.nl<br />

Inleidingen door Bart Hermans<br />

Plaats: Het Muziektheater (2de balkon)<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voorstelling, dus 19.15 uur (avond)/12.45 uur<br />

(matinee)<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Toegang: gratis op vertoon van een geldig<br />

plaatsbewijs voor de voorstelling van die dag<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Uitzenddatum<br />

Radio 4, NPS <strong>Opera</strong> live:<br />

zaterdag 30 mei 2009, 19.00 uur<br />

Dinerbuffetten<br />

Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u ge -<br />

nie ten van een diner buffet in de foyer van Het<br />

Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />

tijd voor de opera. Reserveren kan via het Kassabespreekbureau<br />

van Het Muziektheater, telefoon<br />

020-625 5455 of via www.het-muziektheater.nl/<br />

kaarten. Wij adviseren u tijdig te reserveren, want<br />

er is een beperkt aantal plaatsen beschikbaar.<br />

Leoš Janáček 1854-1928<br />

<strong>De</strong> zaak<br />

Makropulos<br />

<strong>Opera</strong> in drie bedrijven<br />

Leoš Janáček<br />

naar het gelijknamige<br />

blijspel van Karel Čapek<br />

muzikale leiding<br />

Yannick Nézet-Séguin<br />

regie<br />

Ivo van Hove<br />

scenografie en licht<br />

Jan Versweyveld<br />

kostuums<br />

A.F. Vandevorst<br />

dramaturgie<br />

Janine Brogt<br />

Klaus Bertisch<br />

Emilia Marty<br />

Cheryl Barker<br />

Albert Gregor<br />

Raymond Very<br />

Vítek<br />

Guy de Mey<br />

Kristina<br />

Marisca Mulder<br />

Jaroslav Prus<br />

Dale Duesing<br />

Janek<br />

Andrew Tortise<br />

Kolenatý<br />

François Le Roux<br />

Een toneelknecht<br />

Tom Haenen<br />

Een werkster<br />

Annett Andriesen<br />

Hauk-Šendorf<br />

Graham Clark<br />

Kamermeisje<br />

Bernadette ter Heyne<br />

Rotterdams Philharmonisch Orkest<br />

Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

instudering Martin Wright<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Tsjechisch gezongen<br />

en Nederlands boventiteld.<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 1 uur en 40 minuten.<br />

Er is geen pauze.<br />

Het operaboek <strong>De</strong> zaak Makropulos is<br />

verkrijgbaar in Het Muziek theater. Daarin<br />

zijn onder meer een uitgebreide synopsis<br />

en het libretto in het Neder lands opgenomen.<br />

<strong>De</strong> prijs is � 8,-.<br />

Reprise


Scène uit <strong>De</strong> zaak Makropulos (Foto: Marco Borggreve)<br />

Achtergrond <strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

Sybille Wijffels<br />

In de ban van een ijzige vrouw<br />

Als succesvol operacomponist was Leosˇ Janáček een laatbloeier. Zijn beste opera’s zou hij pas na zijn<br />

zestigste levensjaar schrijven. <strong>De</strong> voorlaatste opera, tevens de laatste waarvan hij de première nog kon<br />

meemaken, was <strong>De</strong> zaak Makropulos.<br />

Eind december 1922 schrijft Janáček aan zijn<br />

vriendin Kamila Stösslova over een toneelstuk<br />

van de Tsjechische schrijver Karel<br />

Čapek – <strong>De</strong> zaak Makropulos – dat hij in<br />

Praag heeft gezien. Hij omschrijft het door<br />

Čapek zelf geregisseerde stuk als het verhaal<br />

van een meer dan 300 jaar oude vrouw –<br />

Emilia Marty – die dankzij een levenselixer<br />

mooi en jong is gebleven. Helaas is zij koud<br />

en gevoelloos: ze kan geen echte emoties<br />

meer ervaren omdat ze alles al zo vaak heeft<br />

beleefd. Daarom is zij ongelukkig, in tegenstelling<br />

tot ons stervelingen, die weten dat<br />

ons leven eindig is en daarom ieder moment<br />

goed willen benutten. Voor Janáček is juist<br />

het cynisme van deze vrouw, die verwikkeld<br />

raakt in een rechtszaak en zo haar geschiedenis<br />

reconstrueert, bepalend voor haar<br />

fatale attractiviteit.<br />

Čapek was op dat moment in eigen land<br />

al een succesvol schrijver, die spoedig ook<br />

elders in Europa faam zou verwerven. Met<br />

name in Engeland zou hij heel bekend worden<br />

met twee toneelstukken: R.U.R. (Rossum’s<br />

Universal Robots) en Uit het leven der insecten.<br />

Daarin behandelde hij sciencefictionthema’s,<br />

zoals de wereldheerschappij die<br />

wordt overgenomen door reuzeninsecten<br />

of robots. Het van oorsprong Tsjechische<br />

woord ‘robot’ introdu ceerde hij in het internationale<br />

vocabu laire. Het laatste stuk<br />

schreef hij samen met zijn broer, de schilder<br />

Josef, die tevens decorontwerper was.<br />

Beiden behoorden tot de Tsjechische avantgarde<br />

van de tijd tussen de twee wereldoorlogen<br />

en maakten deel uit van de groep de<br />

Pragmatici. <strong>De</strong> invloed van met name Josefs<br />

decorontwerpen zou nog lang doorwerken<br />

in het Tsjechische theater.<br />

Een oude zonderling<br />

Op Janáček maakte <strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

grote indruk. Hij zocht spoedig contact<br />

met Čapek om de rechten te verwerven voor<br />

de bewerking tot een opera. Čapek voelde<br />

daar weinig voor. Hij vond het geen geschikt<br />

onderwerp voor een opera en bovendien was<br />

er een probleem met de rechten van het stuk.<br />

Gezien de buitenlandse belangstelling voor<br />

zijn werk was er onder strikte voorwaarden<br />

een contract gesloten met een Amerikaanse<br />

agent. Maar als Janáček zelf een eigen draai<br />

aan het verhaal zou geven, kon hij het contract<br />

wellicht omzeilen. Uit andere bronnen<br />

blijkt dat Čapek het verzoek nogal absurd<br />

vond. In zijn ogen was de componist een<br />

oude zonderling en hij voelde er beslist niets<br />

voor zelf zijn stuk tot een bruikbaar tekstboek<br />

te bewerken.<br />

Janáček besloot het plan even te laten rusten:<br />

hij werkte nog aan de opera Het sluwe<br />

vosje en had nog een ander stuk op het oog.<br />

Dat was hem aangeraden door Max Brod,<br />

die verantwoordelijk was voor de Duitse<br />

vertaling van zijn operalibretti. Tijdens zijn<br />

vakantie in juli 1923 las Janáček beide teksten<br />

en koos voor <strong>De</strong> zaak Makropulos. Hij schreef<br />

8<br />

opnieuw aan Čapek, die met tegenzin akkoord<br />

ging en de componist voor een contract verwees<br />

naar zijn Tsjechische agent.<br />

In november 1923 schrijft Janáček enthousiast<br />

aan Kamila dat hij aan een nieuwe opera<br />

begonnen is. Hij zal proberen de ijzige heldin<br />

wat warmte mee te geven zodat men sympathie<br />

voor haar krijgt. ‘Misschien word ik wel<br />

verliefd op haar,’ voegt hij er nog aan toe:<br />

een verwijzing naar zijn vriendschap met de<br />

veel jongere Kamila, die van haar kant lange<br />

tijd koel bleef. Zij was de ijzige dame in zijn<br />

leven die hem op afstand hield en de meeste<br />

van zijn brieven niet beantwoordde. Kamila<br />

zou de inspiratiebron zijn voor de belangrijke<br />

vrouwenrollen in vrijwel al zijn opera’s.<br />

Ergernis<br />

Janáčeks bewerking van <strong>De</strong> zaak Makro -<br />

pulos verloopt voorspoedig. Eind december<br />

1923 is al ongeveer de helft van het tekst boek<br />

gereed. Hij onderbreekt het werk voor een<br />

vakantie in de bergen en voltooit de eerste<br />

akte in februari 1924. Half maart begint hij<br />

aan de tweede akte, die in augustus gereedkomt.<br />

Na het zomerreces volgt de derde<br />

akte die in februari 1925 klaar is. Hij schrijft<br />

Kamila dat er een last van hem is afgevallen<br />

nu de eerste versie er ligt, maar hij voelt<br />

ook droefheid omdat de ijskoude dame<br />

inmiddels een plekje in zijn hart heeft veroverd.<br />

Na een korte onderbreking begint<br />

hij aan het herwerken en orkestreren van<br />

de opera. Veel wordt geschrapt, verplaatst<br />

en in mindere mate herschreven. Juli 1925<br />

is de revisie van de eerste en tweede akte<br />

gereed en in het najaar volgt de herziene<br />

derde akte.<br />

Janáček neemt dan contact op met zijn<br />

muziekuitgever, Universal Edition. Hij wil<br />

de opera zo snel mogelijk gedrukt zien in<br />

verband met deelname aan een Amerikaans<br />

operaconcours, ter gelegenheid van de<br />

Wereldtentoonstelling in 1926 in Philadelphia.<br />

Maar de uitgever vindt dat niet haalbaar,<br />

niet in de laatste plaats vanwege<br />

Janáčeks gewoonte na voltooiing van een<br />

werk nog talloze correcties aan te brengen.


Ook bedingt de uitgever een nieuw contract<br />

met Čapeks agent waarin betere voorwaarden<br />

voor de componist zijn opgenomen.<br />

<strong>De</strong> partituur arriveert echter niet op tijd<br />

voor de repetities in Brno. <strong>De</strong> eerste exemplaren<br />

en het Tsjechische libretto komen<br />

pas 15 december binnen. In het piano-uittreksel<br />

staat de Duitse vertaling van Brod al<br />

afgedrukt. Universal Edition heeft hem daartoe<br />

opdracht gegeven, om de opera zo snel<br />

mogelijk ook in Duitse theaters uit te kunnen<br />

brengen. Tot ergernis van Janáček heeft Brod<br />

zich bij zijn vertaling nogal wat vrijheden<br />

gepermitteerd om in zijn ogen onduidelijke<br />

passages te verhelderen. Zo dwingt hij de<br />

componist tot muzikale aanpassingen. In dit<br />

geval weigert Janáček en beklaagt zich na<br />

de première in een brief over zijn ingrepen,<br />

met name in de derde akte. Brod, nogal verrast<br />

door de kritiek, draait een deel van zijn<br />

wijzigingen terug, maar niet naar tevredenheid<br />

van de componist. <strong>De</strong> correcties worden<br />

wel in het Duitse tekstboek opgenomen, maar<br />

aan de reeds gedrukte partituur kan niets<br />

meer worden gewijzigd. Janáček schrijft<br />

over deze kwestie ook aan Universal Edition<br />

en de voorheen goede verstandhouding met<br />

Brod zal aanzienlijk bekoelen.<br />

Een ongeëvenaard succes<br />

<strong>De</strong> repetities in het theater in Brno verlo -<br />

pen aanvankelijk nogal moeizaam. <strong>De</strong> zaak<br />

Makro pulos stelt hogere eisen dan Janáčeks<br />

voorgaande opera’s. Omdat de partituur zo<br />

laat is aangeleverd, moet de première worden<br />

verschoven naar 18 december 1926.<br />

Ook nu brengt Janáček tijdens de repeti -<br />

ties nog wijzigingen aan, wat het er voor<br />

zowel de musici als de zangers niet gemakkelijker<br />

op maakt. Hij bericht Kamila dat hij<br />

de indruk heeft dat de musici nog niet zover<br />

zijn en dat de zangeres die de rol van Emilia<br />

Marty zingt, maar langzaam op dreef komt:<br />

‘Het was een marteling de hele week naar<br />

die schraperige klanken te moeten luisteren.<br />

Maar nu gaat het beter, de ijzige is opgewarmd.’<br />

<strong>De</strong> dag voor de première is hij toch optimistisch<br />

en bericht de muziekuitgever dat hij<br />

een succesvolle uitvoering verwacht. Hij wil<br />

dat men een vertegenwoordiger stuurt met<br />

het oog op toekomstige uitvoe ringen elders.<br />

In grote theaters met een groter orkest zullen<br />

andere accenten moeten worden gelegd<br />

om de zangers niet onder te dompelen in de<br />

muziek. Na afloop van de première schrijft<br />

hij Kamila over het onverwachte succes van<br />

zijn ijzige dame. In zijn dankwoord aan dirigent<br />

en orkest geeft hij toe dat hij er eerst<br />

niet veel vertrouwen in had. Ook Karel Čapek,<br />

wiens broer Josef de decors heeft ontworpen,<br />

is zeer ingenomen met het resultaat,<br />

dat zijn verwachtingen heeft overtroffen.<br />

Een bijzondere prestatie leverde Alex andra<br />

Čvánová, die de rol van Emilia Marty<br />

zong. Zij werd niet alleen geprezen om haar<br />

vocale kwaliteiten maar ook om haar acteerprestatie,<br />

door een toeschouwer omschreven<br />

als poëtisch en mondain. Blijkbaar is<br />

vanaf de eerste uitvoering onderkend dat<br />

een expressieve uitbeelding van deze rol<br />

even belangrijk is als de zangprestatie.<br />

Het complexe personage Emilia Marty moet<br />

niet alleen, net als Alban Bergs heldin Lulu,<br />

goed gezongen maar ook overtuigend geacteerd<br />

worden neergezet. Een rolopvatting<br />

die in latere uitvoeringen van <strong>De</strong> zaak Makro-<br />

9<br />

pulos zou doorwerken. Zo ontving in 1965 de<br />

Zweedse sopraan Elisabeth Söderström in<br />

eigen land, voor haar interpretatie van juist<br />

deze rol de onderscheiding van beste actrice!<br />

Voor de belangrijke première in Praag eiste<br />

Janáček een beslissende invloed op de uitvoering.<br />

<strong>De</strong> Praagse producties van Kát’a<br />

Kabanová en Het sluwe vosje waren destijds<br />

niet naar zijn wens verlopen. Over de decors<br />

van Čapek was hij minder enthousiast, maar<br />

het orkest vond hij fantastisch. Ook de meeste<br />

critici waren deze keer bijna eensgezind<br />

in hun lof. <strong>De</strong> zaak Makropulos zou dan ook –<br />

afgezien van Jenu˚ fa – Janáčeks enige opera<br />

zijn die in Praag een ongeëvenaard succes<br />

beleefde.<br />

Chris Engeler<br />

Een verzegelde envelop<br />

In Janáčeks opera <strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

vormt de juridische strijd over een erfenis<br />

de spil van de verhaalhandeling. Een<br />

verzegelde envelop met daarin belangrijke<br />

papieren zal essentieel blijken<br />

voor de oplossing ervan. <strong>De</strong> juridische<br />

feiten op een rij.<br />

Anno 1922 – het jaar waarin Janáček<br />

zijn opera laat spelen – claimt Albert<br />

Gregor, nakomeling van Ferdinand<br />

Karel Gregor, het landgoed Loukov,<br />

dat in het bezit is van Jaroslav Prus,<br />

nakomeling van Josef Ferdinand Prus.<br />

Hun juridische geschil gaat terug op het<br />

overlijden van Josef Ferdinand Prus<br />

in 1827, waarna Emerich Prus-Zabrzezinski,<br />

neef van de overledene, zich al<br />

diens bezittingen toeëigende. Dit werd<br />

destijds voor wat dat landgoed Loukov<br />

betrof, al bestreden door Ferdinand<br />

Karel Gregor. Maar Emerich en Ferdinand<br />

kwamen er niet uit.<br />

Literatuur:<br />

John Tyrrell: Janáček’s <strong>Opera</strong>’s. A documentary<br />

account, Londen 1992<br />

John Tyrrell (ed.): Intimate Letters. Leosˇ Janáček<br />

to Kamila Stösslova, Londen 1994<br />

Michael Evans: Janáček’s Tragic <strong>Opera</strong>s, Londen<br />

1977<br />

George Martin: The <strong>Opera</strong> Companion to the<br />

Twentieth Century <strong>Opera</strong>, Londen 1980<br />

The Grove Dictionary of Music and Musicians,<br />

Londen 2001<br />

Advocaat Dr. Kolenatý behartigt<br />

nu de belangen van Albert Gregor, maar<br />

heeft nog geen succes kunnen boeken.<br />

Dat verandert met de komst van Emilia<br />

Marty, die naast aanwijzingen over<br />

de erfeniskwestie ook een schriftelijk<br />

be wijs produceert voor de juistheid van<br />

de claim van respectievelijk Ferdinand<br />

Karel Gregor in 1827 en van diens na -<br />

zaat Albert Gregor nu, in 1922. Haar<br />

eigen belang in de oplossing van het<br />

juridische geschil is dat zij de beschikking<br />

wil krijgen over een voor haar verdere<br />

leven uitermate belangrijk document<br />

uit 1601 – de ‘zaak-Makropulos’,<br />

geschreven door haar vader – dat zich<br />

samen met het handgeschreven testament<br />

van Josef Ferdinand Prus in een<br />

verzegelde envelop bevindt.<br />

Leosˇ Janáček (Schilderij: Güstav Böhm); Karel Čapek (Schilderij: Josef Čapek)


Yannick Nézet-Séguin (Foto: Marco Borggreve)<br />

Interview <strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

Joke Dame<br />

‘Een optimist en altijd positief’<br />

<strong>De</strong> 34-jarige Frans-Canadese dirigent Yannick Nézet-Séguin debuteert in de maand mei bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> met Janáčeks <strong>De</strong> zaak Makropulos. Uiterst belangrijk vindt hij die jaarlijkse operaspeelbeurten voor<br />

het orkest waarvan hij sinds augustus 2008 de nieuwe chef is. Nézet-Séguin: ‘Een orkest dat nooit een opera<br />

begeleidt, dreigt zijn muziek aan verkeerde principes op te hangen.’<br />

Het zal je gebeuren, dat je op je eenendertigste<br />

unaniem door het Rotterdams Philharmonisch<br />

Orkest wordt aangewezen als<br />

opvolger van de fameuze chef-dirigent Valery<br />

Gergiev, die het orkest in twintig jaar naar<br />

grote hoogten heeft gestuwd. Het overkwam<br />

de in Montréal geboren en getogen Yannick<br />

Nézet-Séguin eind 2006. Zeker, het nieuws<br />

sloeg hem van de sokken, hij was onder de<br />

indruk, maar die fase is inmiddels voorbij.<br />

Het eerste jaar als chef van de Rotterdammers<br />

is bijna om, de wittebroodsweken zijn<br />

verstreken – ‘ik ben verliefd’, glunderde hij<br />

bij zijn officiële presentatie aan het orkest –<br />

en hij voelt nu duidelijk meer ‘ownership’.<br />

<strong>De</strong> adem van zijn illustere voorganger hijgt<br />

niet meer in zijn nek, hooguit nog in de talloze<br />

interviews die bij zijn nieuwe positie<br />

horen. Interviews waarin hij met veranderende<br />

nadruk uitlegt dat ‘elk intelligent<br />

orkest – en dit orkest ís intelligent – zijn<br />

verworvenheden moet koesteren, maar<br />

na een periode zijn aandacht naar iemand<br />

anders moet verschuiven. Het is niet voor<br />

eeuwig, zoals in een huwelijk – hoewel het<br />

bij een liefdespaar ook wel eens goed is om<br />

van partner te wisselen, maar laten we dat<br />

pad maar niet verder bewandelen…’<br />

Latijnse benadering<br />

‘Neem plaats.’ In de sobere maar stijlvolle<br />

dirigentenkamer van het orkest wijst Yannick<br />

Nézet-Séguin op de design-zithoek en lacht<br />

verontschuldigend: ‘Het spijt me, het ziet<br />

er prachtig uit, maar je kunt er niet op zitten.’<br />

Na drie uur energiek repeteren neemt hij<br />

tijd voor een espresso, een sinaasappel, een<br />

banaan en een gesprek. Ondanks zijn fysieke<br />

manier van dirigeren – hij danst en springt,<br />

krimpt ineen, jaagt op met een imponerend<br />

acceleratievermogen – oogt hij niet moe.<br />

Hij houdt van repetities. Oefent zijn Nederlands,<br />

spreekt de partituurcijfers accent -<br />

loos uit.<br />

Anders dan Gergiev is Yannick Nézet-<br />

Séguin er geen voorstander van de musici<br />

vlak vóór of tijdens het concert de stuipen<br />

op het lijf te jagen om ze van de nodige adrenaline<br />

te voorzien. Bij hem geen plotselinge<br />

tempoafwijkingen of andere verrassingen op<br />

het laatste moment. Zo werkt hij niet bij de<br />

Métropolitain du Grand Montréal, een van<br />

de grote Canadese symfonieorkesten waar<br />

hij sinds zijn vijfentwintigste chef-dirigent<br />

is; zo werkt hij ook niet in Rotterdam. Nézet-<br />

Séguin: ‘Iedereen is anders; sommigen zijn<br />

creatief onder druk, daar heb ik geen waardeoordeel<br />

over. Maar mijn creativiteit komt<br />

pas los als ik zeker van mijn zaak ben en niet<br />

als ik onder spanning sta. Dus ik werk met<br />

het orkest op diezelfde wijze. <strong>De</strong> eerste taak<br />

van een dirigent is te zorgen dat de musici<br />

zich op hun gemak voelen.’<br />

Dat zijn aanpak werkt, bewijzen de lovende<br />

recensies die er sinds zijn aantreden zijn<br />

10<br />

verschenen. Er is chemie tussen het orkest<br />

en zijn chef, ook al zijn sommige eigenschappen<br />

van de orkestleden – hun directheid, ze<br />

trekken bepaald geen fluwelen handschoenen<br />

aan als ze iets vinden – de zijne niet.<br />

‘<strong>De</strong> benoeming van iemand met een ander<br />

temperament is dus een slimme zet van de<br />

orkestmusici. Ze voelden aan dat ze mijn<br />

optimisme en positiviteit nodig hebben. Ik<br />

zit daar niet om ze te veranderen, maar om<br />

een andere kant van ze naar voren te halen.<br />

<strong>De</strong> beste resultaten in de muziek worden<br />

behaald door Italiaanse dirigenten voor een<br />

Duits orkest. Op een bepaalde manier kun je<br />

mijn Frans-Canadese, meer Latijnse benadering<br />

ook zo zien voor dit Noord-Europese<br />

orkest.’<br />

Hyperrealistisch<br />

An amazing opera, noemt Nézet-Séguin<br />

<strong>De</strong> zaak Makropulos, de eerste opera die<br />

hij met het Rotterdams Philharmonisch uitvoert.<br />

Met een fascinerend libretto, dat zo<br />

modern is dat het nú geschreven had kun -<br />

nen zijn. Tot aan de ontknoping, waar Emilia<br />

Marty haar geheim onthult en heel emotioneel<br />

bekent dat ze liever al heel lang dood<br />

was geweest en nu de wereld gaat verlaten<br />

– waarbij ze ons confronteert met ons verlangen<br />

naar onsterfelijkheid en het eeuwige<br />

leven – is het net alsof je naar een rechtbankserie<br />

op de televisie kijkt.<br />

‘<strong>De</strong> conversaties spelen de centrale rol op<br />

het podium en niet, zoals meestal in opera’s,<br />

de emoties. Geen lange, lyrische lijnen voor<br />

de zangers; die zingen een soort natuurlijke<br />

dialogen terwijl het orkest de onderliggende<br />

gemoedsbewegingen verklankt. Zo voel ik<br />

dat. <strong>De</strong> agitatie, het verontrustende, het ijzige,<br />

het spannende en ook de pijn – het zit<br />

allemaal uitsluitend in het orkest. Niet dat<br />

de opera in vocaal opzicht oninteressant zou<br />

zijn, integendeel. Je hebt er heel goede stemmen<br />

voor nodig. Het klinkt misschien raar,<br />

maar ik vergelijk het met <strong>De</strong>bussy’s Pelléas<br />

et Mélisande. Niet vanwege het dromerige,<br />

want Janáčeks opera is juist hyperrealistisch,<br />

zelfs al gaat het over iets volslagen<br />

denkbeeldigs – een vrouw die meer dan driehonderd<br />

jaar oud is. Maar ook in Pelléas heb<br />

je die zinnen die niet zoveel zeggen totdat<br />

het orkest hun werkelijke betekenis onthult.’<br />

<strong>De</strong> orkestmuziek is dus veel meer dan een<br />

begeleiding, het is bijna het hart van de<br />

opera, vindt Nézet-Séguin. ‘Ik benader het<br />

orkest daarom als een verzameling individuen.<br />

Er zijn veel passages waarin niet het<br />

hele orkest speelt. Je hebt dan niet zozeer<br />

solo’s in het orkest als wel solistische interventies,<br />

vergelijkbaar met kamermuziek. Ik<br />

wil dat zowel de klarinetten als de fagotten<br />

of de kleine strijkensembles zich zo gedragen<br />

als personages op het podium. Er moet<br />

dus een werkelijke interactie zijn tussen die<br />

orkestgroepen. Maar ik heb de opera niet<br />

eerder gedaan dus ik heb nog heel wat te<br />

ontdekken, dat snap je.’


Specialisme?<br />

Hij studeerde piano aan het conservato -<br />

rium van Québec, toch heeft Nézet-Séguin<br />

een nauwe band met vocale muziek. Niet<br />

alleen heeft hij van jongs af aan in koren<br />

gezongen en talloze vocale ensembles gedirigeerd<br />

voor hij aan zijn orkesten begon, hij<br />

was ook vier jaar leider van het operakoor<br />

van Montréal. Als het koor La traviata voorbereidde,<br />

zong hij alle rollen, van Violetta<br />

tot Germont. Dat vermogen cultiveerde hij,<br />

zodat hij even gemakkelijk wat flarden van<br />

een solovioolpartij voor zijn rekening neemt,<br />

zeer tot vermaak ook van het orkest. ‘Zingen<br />

is belangrijk. Voor een symfonieorkest dat<br />

nooit een opera speelt, dreigt het gevaar dat<br />

het zijn muziek aan de verkeerde principes<br />

ophangt – aan het ideaal van voortdurende<br />

homogeniteit, bijvoorbeeld, het klinken als<br />

één stem. Ook in symfonische muziek is er<br />

altijd een instrument dat eruit moet springen<br />

en waarbij de andere instrumenten moe-<br />

Op zaterdag 9 en zondag 10 mei 2009 worden<br />

in heel Europa de Europese <strong>Opera</strong>dagen<br />

gehouden, een initiatief van <strong>Opera</strong> Europa<br />

en Fedora. In vrijwel alle Europese landen<br />

gaan de deuren van operahuizen open voor<br />

het publiek om dat op allerlei manieren kennis<br />

te laten maken met opera in al zijn facetten.<br />

Uiteraard is ook <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

van de partij, met bijzondere activiteiten op<br />

zaterdagmiddag 9 mei. Iedereen is bij ons<br />

van harte welkom!<br />

Om 11.30 uur zetten wij de deuren van Het<br />

Muziektheater voor u open. Het programma<br />

vermeldt uiteenlopende onderdelen, waarvan<br />

sommige inhoudelijk aansluiten bij de<br />

opera <strong>De</strong> zaak Makropulos, die wij op dat<br />

moment aan het repeteren zijn. <strong>De</strong> modeshows<br />

vormen een voorproefje van de kostuumverkoop<br />

die op zaterdag 16 mei gepland<br />

staat. Een must voor operaliefhebbers!<br />

Toe gang gratis. Zie p.13.<br />

11<br />

ten begeleiden. Per definitie moet je ademen<br />

met het instrument dat de hoofdtoon<br />

voert. Vanochtend nog bij Bartók moest ik<br />

de strijkers temperen om ze naar de houtblazers<br />

te laten luisteren en de houtblazers<br />

aanmoedigen om hun solistenplaats in te<br />

nemen. Dat gaat beter wanneer een orkest<br />

minstens eens per jaar ook daadwerkelijk<br />

een opera uitvoert.’<br />

‘Mijn specialisme is geen specialist te<br />

zijn,’ zegt Nézet-Séguin, die meteen al in<br />

zijn eerste Rotterdamse seizoen een zeer<br />

breed repertoire liet horen: van Händel tot<br />

de hedendaagse Nederlanders Theo Verbey<br />

en Mayke Nas. <strong>De</strong> dirigent gelooft niet meer<br />

in specialisaties in deze tijd. ‘<strong>De</strong> wereld globaliseert.<br />

Het is wereldwijd een discussie<br />

of de orkesten overal hetzelfde moeten klinken.<br />

Natuurlijk niet. Natuurlijk moeten we<br />

onze eigenheid bewaren. Maar onze identiteit<br />

moet wel stoelen op zoveel mogelijk<br />

bagage. Ik zou zelf niet goed weten hoe ik<br />

Europese <strong>Opera</strong>dag 9 mei<br />

Programma<br />

12.00 uur: workshops (zang en schmink,<br />

beide tweemaal, telkens 30 minuten); rondleidingen<br />

beginnen (een aantal keren herhaald<br />

gedurende de middag); tentoonstelling<br />

van rekwisieten en kostuums<br />

14.00 uur: modeshow 1<br />

14.30 uur: inleiding door Bart Hermans over<br />

<strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

15.00 uur: muzikaal intermezzo door Peter<br />

Hoogeveen, viool en Anne Bernau, piano<br />

(Janáček)<br />

15.30 uur: gesprek o.l.v. dramaturg Klaus<br />

Bertisch, met speciale gasten over het<br />

thema van de opera ‘ouder worden/jong<br />

blijven’<br />

Bartók zou moeten benaderen zonder Haydn<br />

goed te kennen, want ze maken deel uit van<br />

dezelfde ontwikkelingslijn. Je kunt pas weten<br />

waarin ze overeenkomen en waarin ze van<br />

elkaar afwijken als je die hele lijn door en<br />

door kent. Daar komt bij: ik heb de breedte<br />

in het repertoire nodig voor mijn persoonlijke<br />

groei.’<br />

16.30 uur: modeshow 2<br />

17.00 uur: sluiting<br />

Nadere informatie: 020-551 8922<br />

Het Muziektheater (Foto: Edwin Walvis)


Annett Andriesen<br />

Tom Haenen<br />

Interview <strong>De</strong> zaak Makropulos<br />

Hein van Eekert<br />

Nederlanders bij<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

In het algemeen gaan Nederlanders niet door voor chauvinisten. Toch hebben we extra waardering<br />

voor een indrukwekkende operavertolking door een landgenoot. Een gesprek met DNO-veteranen<br />

Annett Andriesen en Tom Haenen, beiden in de cast van <strong>De</strong> zaak Makropulos.<br />

‘Dankjewel!’ schreeuwde luidkeels een dolgelukkig<br />

iemand uit het publiek naar Eva-<br />

Maria Westbroek, tijdens het daverende<br />

slotapplaus na een van de voorstellingen<br />

van Lady Macbeth van Mtsensk van Dmitri<br />

Sjostakovitsj. Zou ze het gehoord hebben?<br />

Tegen landgenoten op het toneel kun je<br />

praten en je roept lieve dingen naar ze,<br />

omdat het misschien toch net even iets leuker<br />

is dat de verbluffende prestatie die je<br />

zojuist gezien hebt door een zangeres van<br />

eigen bodem werd geleverd. Op dezelfde<br />

manier ga je even rechtop zitten als Lenneke<br />

Ruitens stratosferische gezang weerklinkt<br />

in Die Frau ohne Schatten, als je Johannette<br />

Zomer herkent onder de pruiken en lapjes<br />

stof in Ercole amante of wanneer je in Die<br />

Fledermaus eens echt kunt kennismaken met<br />

de prachtig zingende podiumprésence die<br />

Maria Riccarda Wesseling is. We waren Eva-<br />

Maria Westbroek dus dankbaar en die dankbaarheid<br />

zal ongetwijfeld voortduren als<br />

ze volgend seizoen terugkomt in Les Troyens<br />

en haar paradepaardje La fanciulla del West.<br />

Tom Haenen, de bas-bariton die zijn debuut<br />

maakte in 1968 en die dit seizoen meezingt<br />

in <strong>De</strong> zaak Makropulos, heeft mooie herinneringen<br />

aan de participatie van het <strong>Nederlandse</strong><br />

operapubliek. Bijvoorbeeld toen<br />

Jan <strong>De</strong>rksen even de orkestpartij niet goed<br />

opving in een voorstelling van Il trovatore<br />

en hij een aria prachtig, maar ietsje te laag<br />

zong. ‘Na afloop van de aria riep de ene helft<br />

‘bravo!’ en de andere helft ‘boe!’. Een hele<br />

consternatie. Plotseling had Jan <strong>De</strong>rksen<br />

er genoeg van, zette een paar stappen naar<br />

voren en deed toen zo!’ Haenen maakt een<br />

groot, afwerend gebaar. ‘Zoiets als: nu moet<br />

het afgelopen zijn! We moesten samen af en<br />

ik legde hem uit dat hij mooi gezongen had,<br />

maar dat hij misschien het orkest niet goed<br />

had gehoord. Dat overkomt ons allemaal wel.<br />

Het publiek was dus wild, maar na al dat<br />

“bravo!” en “boe” schreeuwde er uiteinde -<br />

lijk nog een: “Nee hoor, Jan. Bravo!”’<br />

Met de bus<br />

Voor Annett Andriesen, docente aan het<br />

Conservatorium van Amsterdam, adviseur<br />

Muziektheater voor het Nederlands Fonds<br />

voor Podiumkunsten (NFPK+) en algemeen<br />

directeur van het Internationaal Vocalisten<br />

Concours in ’s-Hertogenbosch, maar wellicht<br />

vóór alles al 35 seizoenen alt-mezzosopraan<br />

in binnen- en buitenland, was die<br />

Lady Macbeth met Eva-Maria Westbroek een<br />

van de mooiste voorstellingen die ze bij <strong>De</strong><br />

<strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> gezien heeft. En dat wil<br />

wat zeggen, want met haar man Edwin Rutten<br />

gaat ze zo ongeveer naar alles in Nederland<br />

en heel veel in het buitenland toe. Zelf<br />

is ze dit seizoen bij DNO te zien in <strong>De</strong> zaak<br />

Makropulos. Toen ze in 1977 bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong>stichting debuteerde, had ze<br />

12<br />

al engagementen in België op haar cv, alsmede<br />

de titelrol in Glucks Orfeo (in het Duits)<br />

voor <strong>Opera</strong> Forum. Intendant Hans de Roo<br />

vroeg haar voor de 3. Magd in Elektra van<br />

Richard Strauss: ‘Dat was een heel mooie<br />

ervaring. <strong>De</strong> scène van de Mägde bij de opening<br />

van het stuk duurt vijf minuten en we<br />

hebben daar met Kupfer circa 90 uur (30<br />

diensten) op gerepeteerd, de orkestrepetities<br />

niet meegerekend. Helemaal in de<br />

Felsen stein-traditie: gedetailleerd, zwaar<br />

en in de diepte. Daarnaast deed ik de doodsschreeuw<br />

van Klytämnestra en in de twee -<br />

de opkomst van de Mägde aan het eind van<br />

de opera moest ik op verzoek van dirigent<br />

Michael Gielen een hoge bes voor een collega<br />

invullen. Ik herinner me Roberta Alex ander<br />

als 5. Magd, collega’s als Elise Galama, Anke<br />

Brokstra en Nelly Morpurgo, voorts Lieuwe<br />

Visser, Matti Juhanen en Willard White als<br />

Orestes. <strong>De</strong> onvergetelijke Anny Schlemm<br />

als Klytämnestra, Anna Alexieva als Chryso<br />

themis en Hanna Rumowska als Elektra.<br />

Ik heb genoten van elke minuut. In een latere<br />

herneming debuteerde Hartmut Haenchen<br />

en dat was voor hem een triomf. Naar aanleiding<br />

van de rol in Elektra kreeg ik de uitnodiging<br />

om Kabanicha te zingen in Kát’a Kabanová<br />

bij een ander gezelschap en er volgden<br />

veel rollen bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>.’<br />

Dat betekende toen nog op rondreis gaan<br />

door het land. Met de auto en een enkele maal<br />

met de bus van het Omroep Orkest. Die vertrok<br />

na de voorstelling zo snel, dat Andriesen<br />

soms nog met geschminkt gelaat mee<br />

terugging.<br />

‘Groningen was altijd heel leuk,’ weet<br />

ze te vertellen, ‘een studentenstad met<br />

belangstelling voor de modernere stukken,<br />

zoals Albert Herring van Britten en Faust van<br />

Konrad Boehmer. Was ook altijd heel vol<br />

daar. Eindhoven was nooit uitverkocht, herinner<br />

ik me, en het galmde daar geweldig.<br />

In Rotterdam waren er echt de operaliefhebbers<br />

en ook daar was het, geloof ik,<br />

moeilijk vol te krijgen, maar er waren wel<br />

altijd trouwe bezoekers die om handtekeningen<br />

vroegen. In <strong>De</strong>n Haag en Amsterdam<br />

was dat nooit het geval; in Antwerpen en<br />

Gent was het traditie dat de fans bij de<br />

artiestenuitgang stonden te wachten.’<br />

Speciale bewondering<br />

Ook de buitenlandse zangers moesten<br />

aan deze verschillen wennen, merkte Tom<br />

Haenen. <strong>De</strong> prachtige, legendarische bariton<br />

Sesto Bruscantini ontdekte in Eindhoven<br />

dat het publiek niet erg luid applaudisseerde<br />

na een mooie aria in Un ballo in maschera.<br />

‘Is dat hier altijd zo?’ vroeg hij aan Haenen,<br />

maar die kon hem verzekeren dat het in<br />

Amsterdam of Rotterdam andere koek was.<br />

‘Het was enorm zoals hij zong – ik stond ernaast<br />

– maar het publiek reageerde altijd<br />

wat lauw daar.’ Als jonge zanger naast<br />

iemand van dit kaliber staan was overigens<br />

heel prettig, want je kreeg soms goede<br />

adviezen. <strong>De</strong> Nederlander Arnold van Mill,<br />

een imposante wagneriaanse zware bas en<br />

Gré Brouwenstijn, met haar enorme muzikaliteit,<br />

maakten diepe indruk op Haenen. Van<br />

de generatie erna noemt hij de grote bariton


John Bröcheler en de fantastische heldentenor<br />

Jan Blinkhof.<br />

Annett Andriesen heeft het gevoel dat<br />

ze als jonge zangeres tegen al haar oudere<br />

collega’s opkeek, maar voor een aantal<br />

<strong>Nederlandse</strong> collega’s voelde zij speciale<br />

bewondering: ‘<strong>De</strong>ze zangers raakten mij<br />

door hun stemmen en door hun persoonlijkheid.<br />

Ik hield van flinke stemmen. Gré<br />

Brouwenstijn had de warmte in haar stem<br />

die je bij hoogdramatische stemmen vaak<br />

mist. Gerry de Groot heb ik gezien als Tosca<br />

en dat was voor mij ontroerend. <strong>De</strong>utekom<br />

boeide mij door de manier waarop zij haar<br />

coloraturen zong, maar meer nog door het<br />

fenomeen dat zodra Cristina haar mond<br />

opendeed in de opera het geluid onmiddellijk<br />

tot je oren doordrong en je het gevoel<br />

had dat haar stem om je heen klonk. Jan<br />

<strong>De</strong>rksen stortte zich in elke rol en was een<br />

toneelbeest, dat Gestaltung ook wel voor<br />

liet gaan bij het zingen. Pieter van den Berg<br />

zong heel steady en orgelend. Mimi Aerden<br />

en Annie <strong>De</strong>lorie in de grote mezzorollen<br />

waren voorbeelden voor mij. Daarbij komt<br />

dat men mij in mijn jonge jaren met <strong>De</strong>lorie<br />

vergeleek.’<br />

Internationaal talent<br />

‘We waren freelancers, maar er was toch<br />

een vaste groep die regelmatig terugkeerde,’<br />

zegt Tom Haenen, ‘met onder anderen Jan<br />

<strong>De</strong>rksen, Pieter van den Berg, Lieuwe Visser,<br />

Cora Canne Meijer en Annett Andriesen.’<br />

Zo’n vaste groep is er de laatste jaren niet<br />

meer, maar dat lijkt eerder te komen door -<br />

dat er een enorm arsenaal aan <strong>Nederlandse</strong><br />

zangers met internationale carrières is. Zet<br />

Christianne Stotijn, Tania Kross, Margriet<br />

van Reisen, Helena Rasker en Wilke te<br />

Brum melstroete bij elkaar – om eens vijf<br />

mezzo’s te noemen die de afgelopen seizoenen<br />

te horen waren bij DNO – en je kunt<br />

alles te weten komen over de kleedkamers<br />

13<br />

van grote operahuizen in heel Europa, inclusief<br />

Glyndebourne, Covent Garden, Bay reuth,<br />

Salzburg en Aix-en-Provence.<br />

Marisca Mulder, die Kristina zingt in Makropulos,<br />

zien we hier eenvoudigweg niet vaker<br />

omdat ze in Theater Erfurt druk is met van<br />

alles, van Pamina in Die Zauber flöte tot Jenny<br />

in Aufstieg und Fall der Stadt Mahagonny. <strong>De</strong><br />

cast van Adam in ballingschap is een glorieuze<br />

mix van aanstormend – coming young<br />

countertenor Maarten Engeltjes als Rafael<br />

is een goed voorbeeld – tot internationaal<br />

gevestigd Nederlands talent. Roger Smeets<br />

is tegenwoordig het meest terugkerende<br />

vaderlandse element in de diverse DNOcasts,<br />

maar zingt ook regelmatig in Berlijn.<br />

Marcel Reijans, Le Remen dado in Carmen<br />

en volgend seizoen Narra both in Salome,<br />

liet zijn Mozart-rollen horen van Amsterdam<br />

tot Barcelona en Annett Andriesen kan je<br />

desgevraagd vertellen hoe heerlijk San<br />

Francisco is en welke plekken op aarde<br />

saaie ‘geitengaten’ zijn. Tom Haenen kwam<br />

ook op prachtige locaties, bijvoorbeeld in<br />

Las Palmas, waar zijn grote idool Cesare<br />

Siepi hem een schouderklopje gaf na zijn<br />

uitvoering van een scène in Verdi’s Don<br />

Carlos.<br />

Allemaal internationale sterren van<br />

eigen bodem dus en toch hoor je er in Nederland<br />

weinig over. ‘Dat komt door de televi -<br />

sie en de andere media,’ zegt Tom Haenen,<br />

‘programma’s over musicals worden enorm<br />

gepopulariseerd. <strong>De</strong> mensen die daarin op -<br />

treden zijn veel bekender dan de klassieke<br />

zangers. Die traditie hebben wij niet. Ook<br />

niet in kritieken. In Spanje en Duitsland<br />

schrijven ze veel uitgebreider over zangers,<br />

in Nederland is er veel meer affiniteit met<br />

het toneelbeeld en de regie. Wij hebben veel<br />

meer traditie in toneel en cabaret wat dat<br />

betreft en minder in opera. Hierdoor dringen<br />

de zangers niet als grote namen door.’<br />

Grote kostuumverkoop<br />

Wanneer?<br />

zaterdag 16 mei 2009<br />

twee tijdvakken: van 12.00-14.00 uur en van<br />

15.00-17.00 uur<br />

Toegangskaarten à € 5,- zijn in de voorverkoop<br />

verkrijgbaar bij het Kassa-bespreekbureau<br />

van Het Muziektheater (020-625 5455)<br />

of via www.dno.nl.<br />

Waar?<br />

Het Muziektheater, Amstel 3, Amsterdam<br />

Altijd al die ene droomjurk uit Norma willen<br />

hebben? Of een prachtig, historisch kostuum<br />

uit Capriccio? Uw amateurgezelschap brengt<br />

binnenkort Die Fledermaus op de planken?<br />

Grijp nu uw kans!<br />

Te koop: kostuums, schoenen en accessoires<br />

uit onder andere Die Fledermaus (1997),<br />

Boris Godoenov (2001), Peter Grimes (2001),<br />

Alice in Wonderland (2001), Tristan und Isolde<br />

(2001), Mefis to fele (2004), en zo’n twintig<br />

andere operaproducties.<br />

Prijzen: kostuums: van € 2,- tot € 500,-<br />

Betalen kan uitsluitend met pin.<br />

Maximaal drie kostuums per persoon<br />

(exclusief schoenen en hoeden).<br />

Het is niet toegestaan grote tassen mee<br />

naar binnen te nemen.<br />

Wilt u alvast een voorproefje van de kostuums<br />

die verkocht zullen worden? Kom<br />

dan zaterdagmiddag 9 mei naar Het Muziektheater<br />

voor de gratis modeshows tijdens<br />

de Europese <strong>Opera</strong>dag!<br />

Kijk voor meer informatie op www.dno.nl of<br />

www.het-muziektheater.nl.<br />

<strong>De</strong> zenuwen<br />

En als jonge zanger heb je alle steun nodig,<br />

want, zo zegt Haenen: ‘<strong>De</strong> zenuwen heb je.<br />

Alsof je aan het front moet vechten. Want<br />

eerst zat je in een klein ensemble of iets<br />

dergelijks, maar dan moet je die bühne op.’<br />

Tom Haenen vond zijn weg naar het podium<br />

via de <strong>Opera</strong>studio van de toenmalige <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong>stichting en prijst het huidige<br />

equivalent, <strong>Opera</strong> Studio Nederland (voorheen<br />

Internationaal <strong>Opera</strong> Centrum Nederland),<br />

waar Renate Arends, Frasquita in Carmen,<br />

studeerde. Het operavak blijft een carrière<br />

lang uitdagend, want Annett Andrie sen<br />

herinnert zich diverse hoogtepunten, zoals<br />

Theo Loevendies Naima uit 1985, waarin ze<br />

met Jard van Nes, Jan <strong>De</strong>rksen, Thea van<br />

der Putten, Wout Oosterkamp en Hein Meens<br />

zong: ‘Ik begrijp niet waarom dit stuk nooit<br />

is hernomen. Het kan natuurlijk altijd nog<br />

gebeuren! Een aanrader. Dit werk hebben we<br />

echt met elkaar tot leven gewekt. Een hechte<br />

groep.’ Ondanks haar lange ervaring brengen<br />

nieuwe voorstellingen nog steeds nieuwe<br />

verrassingen, zoals geregisseerd worden<br />

door Pierre Audi in Raaff van Robin de Raaff:<br />

‘Hij deed mij mijn routine vergeten en ik kon<br />

nieuwe bronnen aanboren.’<br />

Zingen in Makropulos betekent werken<br />

met de nieuwe chef-dirigent van het Rotterdams<br />

Philharmonisch, maar ook een duo-<br />

act met Tom Haenen, met wie ze heel vaak<br />

optrad. Ze waren in 1979 al Stárek en Starenka<br />

Buryovká in Janáčeks Jenu˚ fa, en dertig jaar<br />

later komen ze nog steeds samen het podium<br />

op. <strong>De</strong>zelfde componist, dezelfde gevoelens.<br />

Tom Haenen: ‘Annett en ik staan dan te wachten<br />

en dan hebben we ook altijd een beetje<br />

de zenuwen. Dat blijft altijd.’<br />

(Foto: Hans Hijmering)


Videoprojecties voor Adam in ballingschap<br />

Adam en Eva (Schilderij van Tamara de Lempicka)<br />

14<br />

Adam in ballingschap<br />

‘Bespiegel deze hemelvrucht,<br />

Dien gouden appel, milt van sappen,<br />

Hij schenckt u hemelsche eigenschappen.’ (Belial)<br />

I<br />

<strong>De</strong> uit de hemel verbannen engel Lucifer is<br />

jaloers op Adam en Eva, het eerste mensenpaar.<br />

Samen met zijn trawanten Asmodé<br />

en Belial loert hij op een gelegenheid om<br />

hen in het verderf te storten. Wachtengelen<br />

bezingen met het jonge paar de heerlijkheid<br />

van de schepping.<br />

II/III<br />

<strong>De</strong> aartsengelen Gabriël, Rafaël en Michaël<br />

maken zich op voor de bruiloft van Adam<br />

en Eva, als koning en koningin van de Hof<br />

van Eden. Michaël moet erop toezien dat<br />

geen hels gespuis het feest komt verstoren.<br />

Asmodé en Lucifer horen de vrolijke bruidsliederen<br />

en houden krijgsraad: Belial zal<br />

zich vermommen als een listige slang, een<br />

maskerade die het bruidspaar zal heugen!<br />

IV<br />

Adam laat zijn vrouw even alleen om met<br />

God te spreken. Eva geniet van de schaduw<br />

onder de appelboom, waaraan de vrucht van<br />

de kennis van goed en kwaad groeit, het<br />

enige fruit dat de mensen niet mogen eten.<br />

Vanuit de bladeren spreekt Belial vleiende<br />

woorden tot haar: hoe kan God zo'n mooie<br />

vrouw deze beperking opleggen? Eva kan<br />

de verleiding niet langer weerstaan. Als<br />

Adam haar van de vrucht ziet eten, vreest<br />

hij het ergste. Na een woordenwisseling wil<br />

hij zijn vrouw verstoten: hij kiest voor God.<br />

Daarop wil Eva de schuld op zich nemen en<br />

hem verlaten. Adam kan dat idee niet verdragen<br />

en bijt ook in de appel.<br />

V<br />

<strong>De</strong> wachtengelen beklagen de zondeval.<br />

Lucifer en Asmodé zijn juist heel tevreden<br />

over de gang van zaken. Adam maakt Eva<br />

bittere verwijten en wil zich van het leven<br />

beroven, maar laat zich door Eva hiervan<br />

afbrengen. Een storm nadert en zij proberen<br />

zich te verbergen. Uriël roept namens God<br />

het paar ter verantwoording en vervloekt<br />

de slang. <strong>De</strong> mens moet voor straf hard<br />

werken, de vrouw zal in smart haar kinderen<br />

baren. Adam en Eva worden verdreven uit<br />

het Paradijs.


15<br />

vr 5 juni 2009 première 20.00 uur<br />

zo 7 juni 14.00 uur<br />

ma 8 juni 20.00 uur<br />

wo 10 juni 20.00 uur<br />

do 11 juni 20.00 uur<br />

za 13 juni 20.00 uur<br />

Stadsschouwburg Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Er nog kaarten beschikbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau van<br />

Het Muziektheater: 020-625 5455<br />

de Stads schouwburg: 020-624 2311<br />

of Holland Festival 020-523 7787<br />

Zie p. 32.<br />

Online kopen:<br />

www.dno.nl<br />

www.stadsschouwburgamsterdam.nl<br />

www.hollandfestival.nl<br />

Inleidingen door Corien Baart<br />

Plaats: Stadsschouwburg (foyer)<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voorstelling, dus 19.15 uur (avond)/13.15 uur<br />

(matinee)<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Toegang: gratis op vertoon van een geldig<br />

plaatsbewijs voor de voorstelling van die dag<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Uitzenddatum<br />

Radio 4, NPS <strong>Opera</strong> live:<br />

zaterdag 5 juni 2009, 19.00 uur<br />

Rob Zuidam 1964<br />

Adam in<br />

ballingschap<br />

<strong>Opera</strong><br />

naar<br />

Joost van den Vondel<br />

muzikale leiding<br />

Reinbert de Leeuw<br />

regie<br />

Guy Cassiers<br />

video<br />

Arjen Klerkx<br />

kostuums<br />

Tim van Steenbergen<br />

licht<br />

Enrico Bagnoli<br />

dramaturgie<br />

Corien Baart<br />

Adam<br />

Thomas Oliemans<br />

Eva<br />

Claron McFadden<br />

Belial<br />

Jeroen de Vaal<br />

Asmodé<br />

Roger Smeets<br />

Lucifer<br />

Huub Claessens<br />

Gabriël<br />

Lenneke Ruiten<br />

Rafaël<br />

Maarten Engeltjes<br />

Michaël<br />

Helena Rasker<br />

Uriël<br />

Harry Peeters<br />

Rey van wachtengelen<br />

Vocaal ensemble<br />

Radio Kamer Filharmonie<br />

instudering Vocaal ensemble<br />

Martin Wright<br />

Coproductie met het Holland Festival<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Nederlands gezongen<br />

en Nederlands boventiteld.<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 2 uur.<br />

Er is geen pauze.<br />

Het operaboek Adam in ballingschap is<br />

verkrijgbaar in de Stadsschouwburg. Daarin<br />

zijn onder meer een uitgebreide synopsis<br />

en het libretto opgenomen. <strong>De</strong> prijs is � 8,-.<br />

Wereldpremière


Joost van den Vondel<br />

Achtergrond Adam in ballingschap<br />

Hein van Eekert<br />

Monument voor de onschuld<br />

Na het succes van Rage d’amours, bij DNO te zien in 2005, keert componist Rob Zuidam terug met zijn<br />

operaversie van Vondels Adam in ballingschap. Zijn creatie begon met Eva.<br />

‘Waar staan we?’ vraagt Eva zich af. Ze verkeert<br />

in een roes. Haar voeten lijken de aarde<br />

niet meer te raken en haar ziel, nog in de ban<br />

van de hemelse klanken van het huwelijkslied<br />

dat de engelen zojuist voor haar hebben<br />

gezongen, voelt de drang om op zoek te gaan<br />

naar antwoorden: wat is de oorsprong van<br />

alles? Ze wil naar boven zweven om de stad<br />

te zien die God in de hemel heeft gebouwd.<br />

Nog heerlijker dan het eten op haar bruiloft<br />

waren de woorden van de engel Gabriël, die<br />

haar vertelde over het hemelse paradijs. Eva<br />

wil weten hoe het eruitziet.<br />

We bevinden ons midden in Joost van<br />

den Vondels Adam in ballingschap, ‘Aller<br />

treurspelen treurspel’ en er ligt een essentieel<br />

moment in de wordingsgeschiedenis<br />

van de mens op de loer: de beet in de verboden<br />

vrucht, die bij Vondel zoals in veel kunstwerken<br />

als appel wordt voorgesteld. Zover<br />

is het echter nog niet, maar Vondel maakt<br />

ons duidelijk dat Eva’s drang naar kennis al<br />

in de kiem aanwezig is voordat die vermaledijde<br />

slang haar meesleurt in de zondeval:<br />

ze is nieuwsgierig en kijkt al verder dan de<br />

grenzen van het aardse. Haar geëxalteerde<br />

gemoedstoestand, aan het begin van het<br />

vierde bedrijf van het stuk, was het eerste<br />

gedeelte van Vondels werk dat componist<br />

Rob Zuidam op muziek zette: ‘Ik ben daarmee<br />

aan de slag gegaan, bij wijze van proef,<br />

voordat ik echt aan die opera begon. Het is<br />

een soort aria geworden van Eva: ‘Waer<br />

staen we, in ’t paradijs, of daer de starren<br />

blaecken?’ Dat vond ik een zeer mooie tekst.<br />

Ik dacht: als ik er een opera van ga maken,<br />

ga ik dit in ieder geval gebruiken. Dus ben<br />

ik gaan kijken wat mij dat opleverde: kan ik<br />

daar echt iets mee, kan ik daar muziek mee<br />

maken? Het was meteen raak. Daardoor<br />

werd ik er enthousiast over en ik besloot:<br />

ik ga dit stuk componeren.’<br />

Adam probeert deze extase van zijn vrouw<br />

te temperen. Hij wijst haar op het geluk dat<br />

haar te wachten staat: ze zal als ‘moeder van<br />

het menselijk geslacht’ de aarde stofferen<br />

met zoveel zielen als de velden bloemen dragen.<br />

Dan trekt hij zich even terug voor een<br />

gesprek met God en nauwelijks is hij weg,<br />

of Eva hoort een stem uit de dichte bladeren<br />

en schaduwen. Ze wordt weggelokt naar de<br />

boom met de appels waarvan ze niet mag<br />

eten, omdat ze het nageslacht daarmee on -<br />

verbiddelijk in het verderf zou storten. <strong>De</strong><br />

duivel Belial kronkelt er in de gedaante van<br />

een slang om de takken en spreekt zoete<br />

woorden van verleiding: proef van de appel<br />

en je zult zoveel weten als God zelf.<br />

Smeulende jaloezie<br />

Adam in ballingschap is de tweede van twee<br />

aan elkaar verwante tragedies. In 1654, als<br />

een in het leven ervaren man van 67, voltooit<br />

Vondel zijn Lucifer. <strong>De</strong> lichtdrager Lucifer,<br />

door God als diens representant verheven<br />

tot de allerhoogste positie tussen de engelen,<br />

verneemt van Gabriël dat de mens een<br />

nog hogere plaats zal krijgen in de schep-<br />

16<br />

ping dan de aartsengelen. Gods zoon zal<br />

zelfs in de verre toekomst mens worden.<br />

Lucifer misgunt dit nieuwe wezen die uitzonderlijke<br />

plek in het geheel der dingen.<br />

Hij probeert zijn smeulende jaloezie te rechtvaardigen<br />

door te stellen dat God met zijn<br />

plannen zijn eigen wetten doorbreekt. Daarmee<br />

tornt hij aan de onaantastbaarheid<br />

van de Allerhoogste. Hij leidt een opstand<br />

van afvallige engelen, die door aartsengel<br />

Michaël en de zijnen met kracht wordt neergeslagen.<br />

<strong>De</strong> triomf van het goede is kort,<br />

want Gabriël komt vertellen dat Lucifer op<br />

aarde alsnog een overwinning heeft be haald:<br />

hij heeft het eerste mensenpaar meegesleurd<br />

in zijn val door ze te laten eten van de vrucht<br />

der kennis. <strong>De</strong> gerechtsengel Uriël wordt<br />

uitgezonden om de mensen met vlammend<br />

zwaard uit de hof van Eden te verdrijven.<br />

Ongehoorzaamheid<br />

Tien jaar na Lucifer zoemt Vondel in op<br />

die laatste gebeurtenis: in Adam in ballingschap<br />

vinden we Lucifer en zijn handlanger<br />

Asmodé terug en zien we hoe ze Adam en<br />

Eva eerst bespieden en vervolgens met<br />

behulp van Belial aanzetten tot eenzelfde<br />

ongehoorzaamheid jegens hun Schepper.<br />

Eva overweegt de pro’s en contra’s van deze<br />

daad. Ze overtreedt Gods wet en zal de grens<br />

tussen mens en God doorbreken met het verkrijgen<br />

van kennis. Naar kennis en het zich<br />

ontdoen van aardse beperkingen verlangde<br />

ze al eerder. Anderzijds doet ze niet veel<br />

meer dan toegeven aan een kleine snoeplust.<br />

Daar kan de Oppermachtige toch niet<br />

al te veel bezwaar tegen maken?<br />

‘Dat lijkt een heel gering ding, zo’n beet<br />

in een appel,’ zegt Zuidam, ‘maar het is een<br />

enorme splitsing der wegen geweest tussen<br />

de mens en het dierenrijk. Ik vind het een<br />

van de meest onverklaarbare, maar ook fascinerende<br />

dingen. Ik vind daar noch in een<br />

religie, noch in de Darwin-theorie pasklare<br />

antwoorden op. Maar het is wel iets wat<br />

mensen zich al heel lang afvragen. Zelfs<br />

die mensen uit de tijd van de grottekening<br />

in Lascaux, die moeten zich toch op een<br />

bepaalde manier bewust zijn geweest dat<br />

er een kolossaal verschil is tussen de mens<br />

en de andere planeetbewoners. Dat verhaal<br />

van Adam en Eva is daar een mooie metafoor<br />

voor. Adam wil eigenlijk die paradijselijke,<br />

dierlijke staat van onnozelheid zo lang<br />

mogelijk intact houden en Eva heeft toch die<br />

nieuwsgierigheid.’<br />

Kiezen van stemsoorten<br />

Eva beschikt over een doortastendheid die<br />

we ook aantreffen bij de vrouwenkarakters<br />

in Zuidams eerdere opera’s Freeze (1993-<br />

1994) en Rage d’amours (2002-2003). ‘Je kunt<br />

geen opera maken zonder een goede vrouwenrol<br />

erin,’ aldus de componist. ‘In het


gesproken theater gaat dat misschien wel,<br />

maar in de opera niet.’ Het kiezen van de<br />

stemsoorten bij de rollen was niet echt<br />

bewust, maar groeide eerder tijdens het<br />

componeren. Hans Croiset liet de demo -<br />

nen Lucifer en Asmodé in zijn productie<br />

van Adam in ballingschap uit 1983 spelen<br />

door Sigrid Koetse en Marielle Fiolet en vertolkte<br />

zelf de rol van Belial. Zuidam geeft<br />

niet alleen Belial, maar alle duivels aan<br />

mannenstemmen: ‘Ik vond dat belangrijk.<br />

Daardoor ontstaat bijvoorbeeld een bijzondere<br />

situatie tussen Belial en Eva: de verleidingsscène<br />

tussen beiden is de allereerste<br />

keer dat een vrouw zich door de woorden<br />

van een man in de maling laat nemen.’<br />

Ook aan de zijde van de aartsengelen<br />

zijn er mannen: Uriël, die het mensenpaar<br />

verjaagt, zingt met een lage stem. ‘Dat heeft<br />

een zekere onvermijdelijkheid: dat moet de<br />

olifant zijn die het verhaaltje uitblaast. Het<br />

heeft toch een maximale impact met een<br />

monumentale bas. Dat is misschien een<br />

ongelooflijk cliché, maar het heeft gewoon<br />

de beste uitwerking.’ Gabriël, Michaël en<br />

Rafaël bevinden zich aan de andere zijde<br />

van het vocale spectrum: ‘Dat trio aartsengelen<br />

is wel een van tevoren bedachte constructie:<br />

die moeten wel met zijn drieën<br />

hoge stemmen hebben, maar ieder met een<br />

duidelijke, eigen kleur. Dat is puur een kwestie<br />

van timbre.’<br />

Voortdurend boeiend<br />

Zuidam kortte de tekst van Vondel danig in,<br />

om een avond van meer dan wagneriaanse<br />

lengte te vermijden: ‘Vooral het tweede en<br />

48ste INTERNATIONAAL VOCALISTEN<br />

CONCOURS ’s-Hertogenbosch<br />

Meld je nu aan via www.ivc.nu • Nationale Voorronden 2009<br />

Alle activiteiten toegankelijk voor publiek<br />

Nationale Voorronden IVC 2009<br />

18 19 20 september 2009 • Muziekcentrum <strong>De</strong> Toonzaal ’s-Hertogenbosch<br />

Jury: Roberta Alexander, Annett Andriesen, Miranda van Kralingen,<br />

Hein Meens, Charles van Tassel<br />

Masterclass Nelly Miricioiu, sopraan<br />

25 26 september 2009 • Muziekcentrum <strong>De</strong> Toonzaal ’s-Hertogenbosch<br />

Presentatieconcert<br />

4 oktober 2009 • Pleinzaal Theater aan de Parade ’s-Hertogenbosch<br />

Raadpleeg de website van het IVC voor de meest actuele informatie<br />

IVC ’s-Hertogenbosch<br />

www.ivc.nu<br />

www.vocalcompetition-ivc.tv<br />

17<br />

derde bedrijf wilde ik in elkaar schuiven: de<br />

beraadslagingen tussen Lucifer en Asmodé<br />

en het huwelijksfeest dat daarin plaats vindt.<br />

Ook omdat je daardoor sneller komt bij waar<br />

het precies om gaat: die beet in de appel.<br />

<strong>De</strong> eerste drie bedrijven zijn een soort<br />

tableaus. Daarna gaat het een hele andere<br />

kant op, want dan zit je ineens in een soort<br />

Scènes uit een huwelijk van Ingmar Bergman.<br />

Een van de grote kwaliteiten van Vondel is<br />

dat iedereen het verhaal kent, maar dat hij<br />

het toch naar zich toe weet te trekken. Hij<br />

geeft de personages bespiegelingen waardoor<br />

het voortdurend een boeiend stuk is.<br />

Daarbij verschaft hij je inzicht in waarom de<br />

mensen die dingen doen.’ Ook op het niveau<br />

van de versregels maakte de componist<br />

inkortingen: met het inkorten van Vondels<br />

metrische zinnen ontstaat een vaak zeer<br />

kernachtige taal. En zoals de woorden soms<br />

muzikale uitbeelding overbodig maken, kan<br />

de muziek de woorden overbodig maken.<br />

Een nieuwsgierig mens<br />

<strong>De</strong> reizangen van de wachtengelen, door<br />

Vondel aan het eind van de bedrijven ge -<br />

plaatst, heeft Zuidam niet geschrapt. Ze<br />

vonden in omgewerkte vorm een plek in de<br />

opera: ‘Er zit een koor van zestien zangers<br />

bij, negen vrouwen en zeven mannen. <strong>De</strong><br />

reizangen hebben in het stuk echt een functie<br />

met betrekking tot het eigenaardige idee<br />

dat Vondel van het paradijs schetst: het is<br />

toch zoiets als een zeepbel waar het goede<br />

heerst, maar daaromheen loert het kwaad<br />

aan alle kanten. Die wachtengelen fungeren<br />

daarom als een soort bodyguards. Het leek<br />

me dus goed om zingende lijfwachten te<br />

hebben. Ze zijn daar om Adam en Eva te<br />

beschermen. Ze hebben een behoorlijk aandeel<br />

in de opera als geheel gekregen: in<br />

Vondels drama heb je die reien tussen de<br />

bedrijven door, maar ik heb dat veel meer<br />

door elkaar heen gebruikt. Ik vond het mooier<br />

om niet steeds diezelfde structuur te handhaven,<br />

maar om het vloeiender te maken.’<br />

<strong>De</strong> opera die aldus ontstaat, is als het<br />

ware een monument voor de onschuld. ‘Het<br />

is,’ zegt Zuidam, ‘een heel bonte mix van<br />

allerlei sentimenten en emoties: het begint<br />

als een euforie over de schoonheid van de<br />

wereld. Het is natuurlijk tragisch dat het<br />

hele paradijs in de fik gaat en Adam en<br />

Eva worden verbannen, maar eigenlijk zit<br />

er toch ook wel iets van een soort hoop in:<br />

samen gaan ze verder. Dat breng ik ook in<br />

mijn muziek tot uiting. Het stuk is uiteindelijk<br />

een monument voor de onnozelheid. Ik<br />

probeer op de een of andere manier te refereren<br />

aan die paradijselijke staat. En niet als<br />

iets, waar we naar moeten terug keren: de<br />

essentie van het drama is dat we die paradijselijke<br />

staat verloren hebben en dat dat<br />

natuurlijk het gevolg is van het verlangen<br />

naar kennis. Ik veroordeel dat verlangen<br />

naar kennis echter helemaal niet. Sterker<br />

nog: ik ben zelf een nieuwsgierig mens.’<br />

En dus gebeurt het onvermijdelijke. Eva<br />

neemt haar besluit: ‘Ik pluk.’<br />

OPERA- EN CONCERTREIZEN<br />

�������������������������������������������������������������������������<br />

�������������������������������������������������������������������������<br />

�����������������������������������������������������������������������������<br />

���������������������������������������������������������������������<br />

�������������������������������������������<br />

Kijk op:<br />

www.hannick.nl<br />

voor het actuele aanbod.<br />

Of vraag de brochure<br />

aan: 070 - 319 19 29<br />

COMBINEER UW PASSIE VOOR MUZIEK MET REIZEN<br />

Muziekfestivals voor de operaliefhebber<br />

SAVONLINNA OPERA FESTIVAL<br />

6-daagse vliegreis, 11 t/m 16 juli<br />

PUCCINI FESTIVAL<br />

6-daagse vliegreis, 16 t/m 21 juli<br />

ARENA DI VERONA<br />

4-daagse vliegreis, 30 juli & 27 augustus<br />

BREGENZ & VERONA<br />

16 t/m 25 augustus<br />

Individuele reizen & Maatwerk<br />

Trekt u er liever zelf op uit? Wij bieden een<br />

groot aanbod aan individuele muziekreizen.<br />

Ook kunt u een eigen reisprogramma laten<br />

samenstellen. U bent verzekerd van een<br />

bijzondere muzikale belevenis!<br />

Interesse? Vraag nu onze brochure aan.<br />

HANNICK REIZEN ZET DE TOON!<br />

d 90x130_def.indd 1 23-10-2007 09:28:18


Rob Zuidam (Foto: Hans Hijmering)<br />

Interview Adam in ballingschap<br />

Corien Baart<br />

Adam in ballingschap vandaag<br />

Rob Zuidam componeerde een nieuwe opera op basis van het toneelstuk Adam in ballingschap van Joost van<br />

den Vondel. Guy Cassiers is de regisseur. Zij werkten eerder succesvol samen bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> in<br />

de productie Rage d’amours in 2005. Een dialoog tussen componist en regisseur over Vondel, ideologische<br />

verwarring, de illusie van het paradijs, de macht van taal en de geboorte van het menselijk bewustzijn.<br />

Cassiers: ‘Ik was verrast dat je een toneeltekst<br />

van Vondel als uitgangspunt hebt<br />

ge nomen voor een nieuwe opera.’<br />

Zuidam: ‘Dat heeft te maken met mijn<br />

behoefte om eens iets in mijn eigen taal<br />

te componeren. Verstaanbare woorden die<br />

gezongen worden hebben een heel andere,<br />

directere impact dan die in een vreemde<br />

taal. Je luistert er anders naar. <strong>De</strong> taal van<br />

Vondel fascineert me omdat die heel dichtbij<br />

voelt, maar tegelijkertijd ook gekunsteld<br />

en sprookjesachtig is. En die taal vraagt er<br />

gewoonweg om, om gezongen te worden.<br />

Ik zou niet weten hoe je Vondel als gesproken<br />

theater zou kunnen opvoeren vandaag<br />

de dag.’<br />

Cassiers: ‘Dat gebeurt ook nauwelijks.<br />

Die taal is heel mooi, maar werkt ook belemmerend.<br />

Bovendien wordt Vondel traditiegetrouw<br />

religieus geïnterpreteerd.’<br />

Zuidam: ‘Vanuit religieus perspectief<br />

kan ik niet zoveel met Adam in ballingschap,<br />

maar ik heb ervoor gekozen omdat de verbanning<br />

van Adam en Eva uit het paradijs<br />

elk mens raakt. Iedereen kent toch de ervaring<br />

uit zijn jeugd, dat op een zeker moment<br />

je ogen worden geopend, dat je gaat nadenken<br />

en je van jezelf bewust wordt? Er is een<br />

punt, soms door een onverwachte of heftige<br />

gebeurtenis, waarop je je onschuld kwijtraakt<br />

en het feest voorbij lijkt. Adam in ballingschap<br />

vandaag is voor mij dan ook een<br />

parabel over de geboorte van het menselijk<br />

bewustzijn. Het grote, fascinerende verschil<br />

tussen mens en dier is zelfbewustzijn. Dat<br />

de mens een onderscheid kan maken tussen<br />

zichzelf en zijn omgeving of een ander, zie<br />

ik bijvoorbeeld in de grottekeningen van de<br />

primitieve mens. Opvallend is dat de mens<br />

zichzelf en de dieren tekent, maar de dieren<br />

hebben nooit afbeeldingen van de mens ge -<br />

maakt… Het scheppingsverhaal zelf is ook<br />

ooit ontstaan; de mens heeft een verklaring<br />

gezocht voor het ontstaan van zijn omgeving<br />

en voor zijn eigen bestaan.’<br />

Cassiers: ‘En dat bestaan is complex en<br />

beangstigend. Zeker vandaag de dag. <strong>De</strong><br />

wereld om ons heen lijkt steeds groter te<br />

worden door een oneindige stroom nieuws<br />

over de wereld van de media. Ik put voor de<br />

interpretatie van deze opera veel inspiratie<br />

uit het boek Onredelijkheid van schrijver en<br />

columnist Bas Heijne. Hij zegt: “Ons perspectief<br />

is wereldwijd geworden. Al ons nieuws<br />

is wereldnieuws. We zijn ervan doordrongen<br />

geraakt dat alles met alles te maken heeft.<br />

Ieder incident dat zich op de hoek van de<br />

straat afspeelt, brengen we automatisch in<br />

verband met mondiale fenomenen. Wat klein<br />

en toevallig lijkt, blijkt deel uit te maken van<br />

een groot en meestal dreigend geheel.” Voor<br />

mij gaat Adam in ballingschap dan ook niet<br />

over de vraag: hoe handel ik goed of kwaad?<br />

<strong>De</strong> voorstelling zal niet gaan over religie als<br />

normenstelsel waaraan we ons dienen te<br />

18<br />

houden of een God die wij moeten volgen.<br />

Ook niet over de zwakte of slechtheid van de<br />

mens of de vrouw in het bijzonder. Dit treurspel<br />

inspireert tot enscenering door de vele<br />

vragen die het oproept over deze tijd. Hoe<br />

moet je je als individu verhouden tot de veelomvattende,<br />

chaotische werkelijkheid?’<br />

Macht van taal en retoriek<br />

Zuidam: ‘Een mens heeft naast zelfbewustzijn<br />

ook het gebruik van taal als wezenskenmerk.<br />

Taal is een machtig medium dat de<br />

werkelijkheid niet alleen beschrijft maar ook<br />

mede schept. Door de schoonheid van taal<br />

kun je de wereld mooier maken dan hij is.<br />

In Adam in ballingschap benader ik het paradijselijke<br />

als de situatie van de ultieme decadentie,<br />

gevoed en vormgegeven door Vondels<br />

taal. <strong>De</strong>ze taal vormt een mentale Hof van<br />

Eden, een universum waar je in gaat geloven.<br />

In de taal van Vondel werd ik vooral getroffen<br />

door de afwisseling van korte zinnen en<br />

lange lappen tekst, soms als gemillimeterd<br />

gras, dan weer als uitgestrekte natuur, die<br />

in al haar glans en glorie mag uitdijen. Het<br />

paradijs ontstaat uit de samenzang van de<br />

personages.’<br />

Cassiers: ‘Dat paradijs lijkt groots, een<br />

wonderschoon lustoord waarin het leven<br />

goed en georganiseerd is, maar tegelijkertijd…’<br />

Zuidam: ‘…heeft het wel (een koor van)<br />

wachtengelen nodig om het tegen invloeden<br />

van buitenaf te beschermen. Blijkbaar is er<br />

al sprake van een kwaad dat het “goede”<br />

zou kunnen schaden.’<br />

Cassiers: ‘Het wordt gevaarlijk als mensen<br />

de taal te letterlijk gaan nemen. Ik be -<br />

doel daarmee dat het beschreven paradijs<br />

een systeem wordt waarin alles enkel nog<br />

be staat in functie van die hogere macht,<br />

die zegt wat je wel en niet mag. Dat is wat<br />

je in de samenleving ook ziet gebeuren. Bij<br />

Dostojevski las ik: “<strong>De</strong> mens is zo verslingerd<br />

aan systemen en aan abstracte gevolgtrekkingen<br />

dat hij bereid is de waarheid<br />

bewust te verdraaien, bereid is om ziende<br />

blind en horende doof te zijn, alleen om de<br />

juistheid van zijn logica aan te tonen.” Je<br />

kunt twijfelen aan de waarachtigheid van<br />

deze lusthof: iedereen beschrijft hetzelfde,<br />

dezelfde pracht, maar is die er ook werkelijk?<br />

Andere mensen kunnen je een leugenachtige<br />

werkelijkheid voorschotelen die<br />

niet van echt te onderscheiden is. Door de<br />

(nieuwe) media kan alles gemanipuleerd<br />

worden, ook beeldmateriaal. Wat is nog<br />

waarheid en wat niet?’


Geboorte van het zelfbewustzijn<br />

Zuidam: ‘Adam is degene die het meest ge -<br />

loof hecht aan dat in taal/zang geschapen<br />

paradijs. Om het oneerbiedig te zeggen<br />

staat hij als vee in de wei en accepteert hij<br />

op een bijna dierlijke manier de situatie zo -<br />

als die is. Eva is daarbij degene die eigenlijk<br />

steeds weg wil, verder wil kijken naar wat er<br />

nog meer is... Haar nieuwsgierigheid naar<br />

het ongekende wil ik benadrukken. Zij gaat<br />

zelf op onderzoek uit. Ze hoort een wezen in<br />

de struiken en lokt het eruit. Is het een mens?<br />

<strong>De</strong> duivel in de gedaante van een slang biedt<br />

haar een vrucht van de boom van kennis van<br />

goed en kwaad. Die appel is een wrange gift<br />

en toch is het goed dat Eva een hap neemt.<br />

We mogen haar wel dankbaar zijn, anders<br />

leefden we nog in een dierlijke staat... Zonder<br />

zelfbewustzijn ben je geen individu; dan ga<br />

je net als Adam op in het geheel zonder je<br />

verder iets af te vragen. Dan kun je je niet<br />

onderscheiden of op een persoonlijke manier<br />

uiten... Eva is degene die zelf nadenkt, terwijl<br />

Adam geconditioneerd en volgzaam is. Eva<br />

is zoekend en wil kijken naar wat er buiten<br />

de begrenzing van het paradijs(elijke) is.’<br />

Cassiers: ‘Zij zoekt haar eigen waarheid.<br />

Als Eva heeft gebeten, ziet ze de reële omgeving,<br />

de illusie van het paradijs wordt ontmanteld.<br />

Ze ziet verschil; er is een andere<br />

werkelijkheid. <strong>De</strong> mens is vrij zijn eigen waarheid<br />

uit te vinden. En daarom bestaan er<br />

on eindig veel waarheden. Het wordt gevaarlijk<br />

als een mens aanspraak maakt op de<br />

universele geldigheid ervan.’<br />

Zuidam: ‘Dus, het groeiende zelfbewustzijn<br />

is positief én negatief. In hoeverre is<br />

het jammer dat we onze kinderlijke onschuld<br />

verloren hebben? Is dat erg? Hoe zouden we<br />

ons ontwikkeld hebben zonder bewustzijn,<br />

zonder kennis van “verschil”? Zou er dan<br />

ook sprake zijn geweest van verschillende<br />

waarheden?’<br />

Cassiers: ‘Dit nieuwe bewustzijn heeft<br />

duidelijk ook een negatieve kant: het veroorzaakt<br />

veel onbegrip en verwarring tussen<br />

mensen. Bas Heijne zegt het zo: “Juist het<br />

besef dat je in een wereld leeft die niet meer<br />

uit één stuk bestaat, maar uit talloze groepen<br />

met een verschillende herkomst, geeft<br />

je het recht om je eigen, specifieke opvattingen<br />

erop na te houden, je eigen identiteit<br />

te huldigen – en je eigen groep te kiezen.<br />

Vaak wordt de ene identiteit ingezet tegen<br />

de andere.” Hij zegt ook dat je zult moeten<br />

kiezen voor welke waarheid je wilt gaan.<br />

Kiezen is bewustzijn, bewustzijn is actief<br />

en dwingt tot betrokkenheid. Adam en Eva<br />

gaan die reis uiteindelijk wel degelijk maken.<br />

Struikelend een eigen weg zoeken in de<br />

wereld om geborgenheid te vinden in de<br />

chaotische, angstwekkende realiteit.’<br />

‘Filosoof Rüdiger Safranski zegt dat zo:<br />

“Een mens moet in een overvolle wereld een<br />

ruimte voor zichzelf maken, waarin hij zich-<br />

Lunchconcerten in de Boekmanzaal<br />

<strong>De</strong> Boekmanzaal is onderdeel van het<br />

Stadhuis/Het Muziektheater en biedt plaats<br />

aan ±200 personen. Op de dinsdagen van<br />

sep tember t/m mei wordt hier van 12.30 tot<br />

13.00 uur een gratis lunch concert gegeven.<br />

Voor de seizoensbrochure en aanvullende<br />

informatie: Frits Vliegenthart, 020-551 8922.<br />

19<br />

zelf kan onderzoeken en van waaruit hij een<br />

houding tegenover de wereld kan vinden.<br />

Thuiskomen in je eigen waarheid, is thuiskomen<br />

in jezelf.” Om thuis te kunnen komen<br />

moet je eerst op reis, moet je eerst bewegen.<br />

Het vinden van jezelf, van je identiteit is een<br />

proces van voortdurend kiezen en veranderen.<br />

Steeds met nieuwe ogen kijken naar<br />

de kaders waarbinnen we ons veilig wanen;<br />

die van geboorteland, religie, ras, familie<br />

en taal.’<br />

Ode aan de zoekende mens<br />

Zuidam: ‘En dat alles met Vondel... met die<br />

taal, dit verhaal. Dat kán toch alleen maar<br />

gezongen worden? Dit is de ultieme theatrale<br />

decadentie. Taal en muziek vertegenwoordigen<br />

het schone, het verhevene; hiermee<br />

wil ik graag dat paradijs opbouwen. Suggesties<br />

van een ideale wereld, waarin je als toeschouwer<br />

gaat geloven.’<br />

Cassiers: ‘In de vormgeving zie je tegelijkertijd<br />

dat het een werkelijkheid is die<br />

gecreëerd wordt door de zichtbare manipulatie<br />

van de theatertechniek. Door videoprojectie<br />

en licht leggen we als het ware een<br />

nieuwe huid op wat fysiek op toneel aanwe-<br />

mei 2009<br />

5 GEEN CONCERT<br />

12 Eva Lohse viool<br />

Valeria Zakopay piano<br />

Rachmaninov<br />

zig is; het decor en de zangers. Er ontstaat<br />

een dialectiek tussen de suggestie en de<br />

realiteit door ze tegelijk aanwezig te laten<br />

zijn. We scheppen de natuur, de hemel en<br />

de hel, door projectie van beelden van de<br />

mens zelf. Beelden van de innerlijke mens,<br />

zonder huid, zonder fraaie verpakking. <strong>De</strong><br />

voorstelling wordt als het ware een chirurgische<br />

ontleding van het fysieke en het mentale,<br />

het inwendige en het uitwendige, het<br />

mannelijke en het vrouwelijke, het aardse<br />

en het verhevene, het mooie en het lelijke.<br />

Als je goed kijkt, zie je op een zeker moment<br />

dat de werkelijkheid er anders uitziet dan je<br />

dacht. <strong>De</strong> vraag is wat er overblijft als de<br />

illusie wegvalt. Waar kun je als mens dan<br />

op terugvallen?’<br />

19 Cato Fordham tenor<br />

Kimball Huigens piano<br />

Quilter, Vaughan Williams,<br />

Duparc<br />

26 Tadeu Duarte piano<br />

Schumann<br />

Guy Cassiers (Foto: Ro Theater)


Thomas Oliemans<br />

Claron McFadden (Foto: Mike Hoban)<br />

Interview Adam in ballingschap<br />

Agnita Menon<br />

Eenvoudige mensen<br />

Een wit gewaad gemaakt van parels, een nonnenpij, vleugels en voelsprieten, een roze bontkraag. Een<br />

ringsnor en een 18de-eeuws kostuum, een geel pak en een vogelkooi op de rug gebonden. Scènefoto’s<br />

van de operazangers Thomas Oliemans en Claron McFadden. Maar vandaag zijn ze getooid met een leesbril,<br />

gehuld in een grijs vestje en in de repetitieruimte ligt een winterjas op de vleugel. <strong>De</strong> bariton en de sopraan<br />

zitten samen in de artiestenfoyer van het Amsterdamse Muziektheater en drinken cappuccino uit papieren<br />

bekers. Net na de allereerste repetities spreken ze over het repetitieproces van een geheel nieuwe opera:<br />

Adam in ballingschap van Rob Zuidam.<br />

Nog vóór het echte interview begonnen is,<br />

vraag ik aan Thomas Oliemans of hij die<br />

ochtend heeft gestudeerd aan de bewuste<br />

opera. ‘Nee! Eerst heb ik met mijn buurvrouw<br />

koffie gedronken en stroopwafels gegeten.<br />

En toen ben ik gaan sporten: op de crosstrainer,<br />

zo’n apparaat waarop je doet alsof<br />

je rent. Ondertussen luisterde ik op de iPod<br />

naar Tristan –Tweede akte, en dan... rennen<br />

maar! Sport jij ook?’ vraagt hij aan zijn muzikale<br />

partner Claron McFadden. <strong>De</strong> Amerikaanse<br />

sopraan woont al jaren in Nederland<br />

en spreekt onze taal vloeiend en met zachte<br />

stem.<br />

‘Karate is mijn ding,’ vertelt Claron. ‘Als<br />

ik kan, ga ik naar de club, en anders heb ik<br />

privéles bij de docent. Als ik op tournee ben,<br />

doe ik karate in een hotelkamer of kleedkamer.<br />

Er zijn veel overeenkomsten tussen<br />

een vechtsport als karate en opera: ademhaling,<br />

spanning en ontspanning, evenwicht<br />

spelen een belangrijke rol.’<br />

‘Sla je ook planken doormidden?’ vraagt<br />

Thomas Oliemans haar bewonderend.<br />

‘Vroeger wel, nu niet meer. Moet je mijn<br />

litteken zien?’ en Claron rolt haar mouw op.<br />

Terug naar de aarde<br />

Zoals ze daar samen zitten te praten, zijn<br />

het mensen zoals u en ik, deze twee operazangers.<br />

Ze spelen in de opera Adam in ballingschap<br />

de twee eerste mensen op aarde,<br />

Adam en Eva. <strong>De</strong> regisseur van Adam in ballingschap,<br />

de Belg Guy Cassiers, wil graag<br />

in zijn enscenering het verhaal terug naar<br />

de aarde brengen. ‘En daarom wil hij twee<br />

mensen van vlees en bloed. Iedere man en<br />

vrouw in het publiek moet zich kunnen identificeren<br />

met Adam en Eva,’ aldus Claron<br />

McFadden.<br />

‘In de opera zijn wij geen bijbelse figuren,’<br />

legt Thomas Oliemans uit. ‘Adam en Eva zijn<br />

twee eenvoudige mensen die in verwondering<br />

de wereld om zich heen bekijken. Ze<br />

hebben elkaar gevonden en willen die wereld<br />

samen beleven. Maar dan wordt het wereldbeeld<br />

van de een compleet verstoord door<br />

het zoeken naar vrijheid van de ander. Lees:<br />

Eva die zich laat verleiden door de slang en<br />

in de appel bijt. Eva is een mens die haar<br />

grenzen niet kent. Het resultaat is dat het<br />

hele paradijs afbrandt... Ondanks alles kiest<br />

Adam voor haar. Die mooie en menselijke<br />

keuze, daar legt Guy Cassiers de nadruk op.’<br />

‘En Rob Zuidam geeft het prachtig vorm<br />

in zijn muziek,’ vult Claron McFadden aan.<br />

‘Wij noemen Rob steeds God Zuidam, haha,<br />

want hij heeft ons geschapen! Zijn muziek<br />

voor deze opera is uitbundig en extatisch.<br />

Bijna over the top.’<br />

20<br />

Een heleboel noten<br />

Zonder licht, decor, kostuums of orkest werd<br />

er zojuist ‘droog’ gerepeteerd voor Adam in<br />

ballingschap in een van de studio’s van Het<br />

Muziektheater. Claron McFadden beweegt<br />

zich veel tijdens de pianorepetitie. Ze maakt<br />

zich groot, heft haar armen boven het hoofd.<br />

Hoe begint een operazanger aan dat maandenlange<br />

proces, vanaf de eerste onbekende<br />

nieuwe noot tot aan de wereldpremière?<br />

Claron McFadden: ‘Je krijgt zo’n parti tuur<br />

thuisgestuurd, slaat hem open, ziet een heleboel<br />

noten en denkt: aaaaaaahh!! Ik ga dan<br />

klinisch te werk: eerst de noten. Dan de tekst.<br />

Dan uit het hoofd leren. En dan nadenken<br />

over wat voor mens mijn rol is. Eva is nu 24<br />

uur per dag, 7 dagen per week bij mij, we zijn<br />

buddies. In het begin studeer ik heel fysiek:<br />

met mijn lichaam, mijn voeten in de lucht<br />

en rollend over de grond. Dat helpt mij om<br />

dingen uit mijn hoofd te leren. Zodra ik het<br />

ken, ga ik het intern verwerken: met dezelfde<br />

intense energie en verrukking sta ik helemaal<br />

stil te zingen, zonder dat ik iets lichamelijk<br />

uitdruk.Tenslotte vind ik een ander<br />

soort uitdrukkingskracht. En het wordt kleiner,<br />

kleiner, kleiner en meer naar binnen.’<br />

Wordt Claron dan Eva? Komt de rol zó<br />

dicht bij haar? Na even denken antwoordt ze:<br />

‘Andersom: als ik mijn werk goed doe, dan<br />

wordt Eva mij... Ik trek het naar mijn eigen<br />

ervaringen en emoties: wat ik voel als mens,<br />

dat geef ik gestalte in mijn rol.’<br />

Verkennende fase<br />

Thomas Oliemans: ‘Ik heb geen idee van de<br />

muziek voordat ik een bladzij heb gezongen.<br />

Niets spreekt vanzelf. Je moet ontcijferen<br />

wat de muzikale taal en de logica is, hoe de<br />

componist van A naar B gaat. Als je moderne<br />

muziek zingt, kun je niets for granted nemen.<br />

Het inspirerende aan nieuwe muziek is dat je<br />

die verse, nieuwe blik daarna ook gebruikt<br />

voor oudere stukken die je allang kende.’<br />

Hoever dringt Adam in zijn leven door?<br />

‘We zitten nog in een aftastende, verkennende<br />

fase van de repetities. Praktisch<br />

gezien breng ik uren per dag door met dat<br />

rode boek op schoot. Maar ik ben nu vooral<br />

bezig met techniek: hoe laat ik een duidelijke<br />

t klinken aan het eind van het woord “God”?<br />

Dat soort dingen! Claron verwoordde het<br />

net heel mooi: zij wordt niet Eva en ik word<br />

ook niet Adam. Ik blijf mezelf. Maar op een<br />

gegeven moment komt Adam langs en blijft<br />

hij een tijd bij me. Tot ik tenslotte, na maanden<br />

voorbereiding, op het podium sta bij<br />

de première...’


Marco Polo in Amsterdam<br />

Adrienne Schneider<br />

Marco Polo in Amsterdam in cijfers<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> heeft twee onderzoeken<br />

laten uitvoeren door bureau Hendrik<br />

Beerda om het succes van het cultuurevenement<br />

Marco Polo in Amsterdam (november<br />

2008) te achterhalen. Het eerste onderzoek<br />

vond plaats vóór het project in de zomer van<br />

2008, het tweede na het project in december<br />

2008 onder onze vaste bezoekers, inwoners<br />

van de regio groot-Amsterdam en de deelnemers<br />

aan het project. Velen van u hebben<br />

aan deze onderzoeken meegewerkt. Daar zijn<br />

wij heel dankbaar voor en we laten u dan ook<br />

graag de resultaten weten.<br />

Bij onze vaste bezoekers is de waardering<br />

voor en de binding met DNO uitzonderlijk<br />

groot. <strong>De</strong> kwaliteit van de orkesten, dirigenten<br />

en voorstellingen wordt hiervoor met<br />

name als reden genoemd. <strong>De</strong>genen van deze<br />

groep die vooraf interesse in het project hadden,<br />

noemden als redenen operamuziek en<br />

de aandacht voor zingen, nà het project ook<br />

de deelname van middelbare scholieren.<br />

<strong>De</strong> gemiddelde bewoner van de regio groot-<br />

Amsterdam vond vooral de gratis toegang<br />

Marco Polo in Amsterdam is mede mogelijk gemaakt door:<br />

Restaurant Le Marais<br />

Voor onze theatergasten<br />

gegarandeerd binnen een uur!<br />

Op loopafstand van Carré en het Muziektheater<br />

Parking Waterlooplein direct tegenover Le Marais<br />

Onze keuken is om 17.00 u geopend<br />

Vanaf mei ook lunch<br />

Restaurant Le Marais<br />

Jodenbreestraat 144<br />

1011 NS Amsterdam<br />

T 020 4280488<br />

www.restaurantlemarais.nl<br />

info@restaurantlemarais.nl<br />

21<br />

aantrekkelijk; na het project noemde deze<br />

groep ook de aandacht voor zingen en de be -<br />

trokkenheid van de amateurkoren. <strong>De</strong> deelnemers<br />

aan het project zijn uitzonderlijk<br />

enthousiast over het project. 90% zou in<br />

de toekomst graag weer meedoen met een<br />

dergelijk project. Het project was bekend<br />

bij tweederde van onze vaste bezoekers en<br />

bij 21% van de mensen uit de regio groot-<br />

Amsterdam.<br />

Door middel van een documentaire en de<br />

registratie van het Zijderoute-concert konden<br />

bezoekers de zoektocht van ca. 270 scholieren<br />

van 11 Amsterdamse middelbare scholen<br />

naar de culturen uit de landen van de Zijderoute<br />

meemaken. <strong>De</strong> tot tentoonstellingsruimte<br />

omgebouwde GVB-bus werd door<br />

een kleine 3.800 mensen bezocht.<br />

Op 16 en 23 november 2008 kwamen 7.150<br />

mensen naar 21 verschillende locaties op en<br />

rondom de Zeedijk om bijzondere voorstellingen<br />

bij te wonen die door 180 studenten<br />

van het Conservatorium en de Amsterdamse<br />

Hoge school voor de Kunsten gemaakt werden.<br />

2 gangen € 24,50<br />

3 gangen € 27,50<br />

Op 28 november vond Koorstroom plaats<br />

rondom Het Muziektheater, een uitvoering<br />

door 11 amateurkoren van de door Bob Zimmer<br />

man speciaal voor deze dag gecomponeerde<br />

compositie Bronwater. Een van de<br />

uit voerende koren was het Amsterdams<br />

Stadskoor, dat DNO in het voorjaar van 2008<br />

opgericht had om elke Amsterdammer de<br />

kans te bieden om actief mee te doen aan<br />

het project. Het Stadskoor bestond uit 650<br />

zangers. In totaal klonken er deze avond<br />

1.800 stemmen en werd de Koorstroom door<br />

3.055 mensen bezocht.<br />

Op 30 augustus 2008 werd de Zangkaart,<br />

een website met 800 liederen, gepresenteerd,<br />

waarmee DNO Amsterdam vocaal in<br />

kaart wilde brengen. Tot nu toe zijn er meer<br />

dan 1.400 liedjes verzameld. <strong>De</strong> kaart blijft<br />

ook na het evenement in gebruik door de<br />

Zangzuil in Het Muziektheater en onder<br />

www.zangkaart.nl. Er is inmiddels ook<br />

vanuit het buitenland belangstelling voor.<br />

In totaal deden er 2.250 mensen actief mee<br />

aan dit evenement, dat ruim 15.000 bezoekers<br />

telde.


Maquette toneelbeeld Carmen, ontwerp: Michael Levine<br />

Carmen<br />

‘<strong>De</strong> liefde is een rebelse vogel,<br />

die zich door niemand temmen laat.’ (Carmen)<br />

I<br />

Micaëla wil haar geliefde, de korporaal<br />

Don José, een bericht van zijn moeder brengen,<br />

maar wordt door soldaten belaagd.<br />

Vrouwen uit de sigarettenfabriek houden<br />

pauze en een van hen, La Carmencita, zingt<br />

een ballade. Als zij merkt dat Don José<br />

nauwelijks aandacht voor haar heeft, dringt<br />

zij zich aan hem op. Wanneer de vrouwen<br />

teruggaan naar de fabriek, raakt Carmen<br />

bij een vechtpartij betrokken, wordt door<br />

Zuniga opgebracht en aan Don José overgedragen.<br />

Met een liefdesliedje pakt zij<br />

hem volledig in, en Don José laat haar gaan.<br />

Daarvoor moet hij nu zelf de cel in.<br />

II<br />

Carmen raakt hevig onder de bekoring van<br />

de stierenvechter Escamillo. Aan de smokkelaars<br />

heeft zij beloofd Don José voor hun<br />

bende te winnen. Carmen probeert hem<br />

over te halen. Maar Don José wil niet. Als<br />

Zuniga Carmen het hof maakt, vecht Don<br />

José met hem uit jaloezie, en de net van<br />

hun duistere tocht teruggekeerde smokkelaars<br />

houden Zuniga onder schot. Don José<br />

beseft dat hij zijn positie in gevaar heeft<br />

gebracht en sluit zich noodgedwongen bij<br />

de bende aan.<br />

22<br />

III<br />

In het smokkelaarskamp leest Carmen, wier<br />

relatie met Don José op springen staat, haar<br />

eigen toekomst in een kaartspel en trekt<br />

schoppenaas, de doodskaart. Micaëla sluipt<br />

heimelijk het kamp in, kort daarna gevolgd<br />

door Escamillo, die Carmen zoekt. Don José<br />

valt Escamillo aan, maar de vechtenden<br />

worden gescheiden. Escamillo nodigt iedereen<br />

uit voor zijn komende stierengevecht.<br />

Micaëla wordt in haar schuilplaats ontdekt.<br />

Don José voelt voor haar geen liefde meer.<br />

Als Micaëla hem vertelt dat zijn moeder<br />

stervende is, besluit Don José toch met haar<br />

mee te gaan.<br />

IV<br />

Escamillo en Carmen komen aan bij de<br />

arena, maar als Carmen hoort dat Don José<br />

in de buurt is, gaat zij nog niet naar binnen.<br />

Terwijl het stierengevecht gaande is, treffen<br />

Carmen en Don José elkaar. Zij weigert<br />

bij hem terug te keren; jaloers en verbitterd<br />

doodt Don José Carmen.


23<br />

ma 15 juni 2009 première 19.30 uur<br />

do 18 juni 19.30 uur<br />

ma 22 juni 19.30 uur<br />

do 25 juni 19.30 uur<br />

zo 28 juni 13.30 uur<br />

di 30 juni 19.30 uur<br />

vr 3 juli 19.30 uur<br />

ma 6 juli 19.30 uur<br />

wo 8 juli 19.30 uur<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

Kaartverkoop is reeds begonnen.<br />

Er nog kaarten beschikbaar.<br />

Bel het Kassa-bespreekbureau van<br />

Het Muziektheater: 020-625 5455<br />

of Holland Festival 020-523 7787<br />

Online reserveren: www.dno.nl<br />

www.hollandfestival.nl<br />

Excuses<br />

Toen op 15 maart de losse kaartverkoop van<br />

Carmen begon, kregen bellers naar het Kassabespreekbureau<br />

per abuis in het telefoonmenu<br />

te horen dat de voorstellingen reeds waren uitverkocht.<br />

Onze excuses daarvoor.<br />

Wie er onverhoopt niet in slaagt kaarten te be -<br />

machtigen, is op 25 juni van harte welkom in het<br />

Amsterdamse Oosterpark, waar de voorstelling in<br />

het kader van het Holland Festival rechtstreeks te<br />

zien zal zijn op een grootscherm. Toegang gratis!<br />

Inleidingen door Aukelien van Hoytema<br />

Plaats: Het Muziektheater (2de balkon)<br />

Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere<br />

voorstelling, dus 18.45 uur (avond)/12.45 uur<br />

(matinee)<br />

Lengte: ± 30 minuten<br />

Toegang: gratis op vertoon van een geldig<br />

plaatsbewijs voor de voorstelling van die dag<br />

Met steun van de Vereniging Vrienden<br />

van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Uitzenddatum<br />

Televisie: de voorstelling van 25 juni<br />

wordt live uitgezonden op Nederland 2;<br />

Radio 4, NPS <strong>Opera</strong> live:<br />

woensdag 1 juli 2009, 19.00 uur.<br />

Dinerbuffetten<br />

Bij elke avondvoorstelling van DNO kunt u ge -<br />

nie ten van een diner buffet in de foyer van Het<br />

Muziektheater. Zo kunt u rustig eten en bent u op<br />

tijd voor de opera. Reserveren kan via het Kassabespreekbureau<br />

van Het Muziektheater, telefoon<br />

020-625 5455 of via www.het-muziektheater.nl/<br />

kaarten. Wij adviseren u tijdig te reserveren, want<br />

er is een beperkt aantal plaatsen beschikbaar.<br />

Georges Bizet 1838 -1875<br />

Carmen<br />

Drame lyrique<br />

en quatre actes<br />

libretto van<br />

Henri Meilhac en<br />

Ludovic Halévy<br />

naar de novelle van<br />

Prosper Mérimée<br />

muzikale leiding<br />

Marc Albrecht<br />

regie<br />

Robert Carsen<br />

decor<br />

Michael Levine<br />

kostuums<br />

Falk Bauer<br />

licht<br />

Robert Carsen<br />

Peter van Praet<br />

Don José<br />

NN<br />

Escamillo<br />

Kyle Ketelsen<br />

Le Dancaïre<br />

Roberto Accurso<br />

Le Remendado<br />

Marcel Reijans<br />

Zuniga<br />

Nicolas Testé<br />

Moralès<br />

Igor Gnidii<br />

Carmen<br />

Nadia Krasteva<br />

Micaëla<br />

Genia Kühmeier<br />

Frasquita<br />

Renate Arends<br />

Mercédès<br />

Nora Sourouzian<br />

Koninklijk Concertgebouworkest<br />

Koor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

instudering Martin Wright<br />

In het kader van het Holland Festival<br />

<strong>De</strong> opera wordt in het Frans gezongen<br />

en Nederlands boventiteld.<br />

<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 3 uur en 45 minuten.<br />

Er zijn 2 pauzes.<br />

Het operaboek Carmen is verkrijgbaar in<br />

Het Muziek theater. Daarin zijn onder meer<br />

een uitgebreide synopsis, en het libretto in<br />

het Frans en in het Neder lands opgenomen.<br />

<strong>De</strong> prijs is � 8,-.<br />

Nieuwe productie


Georges Bizet<br />

Achtergrond Carmen<br />

Joke Dame<br />

Een zigeunerin voor de eeuwigheid<br />

Iedereen kent Carmen. Nee, iedereen kent zíjn Carmen. Of háár Carmen, natuurlijk. Want het personage dat<br />

anderhalve eeuw geleden op basis van een waar gebeurd voorval werd geboren in de novelle van Mérimée,<br />

groot en vermaard werd in Bizets opera en als icoon van het onheilspellende vrouwelijke de wereld veroverde,<br />

is meervoudig, ambivalent, dubbelzinnig, ongrijpbaar en levend als altijd.<br />

Op dit moment – as we speak, zogezegd – zijn<br />

in Rotterdam net de opnames afgerond van<br />

een nieuwe <strong>Nederlandse</strong> speelfilm die onder<br />

de titel Carmen van het Noorden komend<br />

najaar zijn première zal beleven. Het gaat<br />

om een thriller met urban muziekinvloeden,<br />

een eigentijdse hiphop-versie van Carmen<br />

gebaseerd op George Bizets opera en de<br />

vroege Nederlande film Een Carmen van het<br />

Noorden uit 1919. Naast acht jongeren die<br />

maandenlang in speciale workshops tot<br />

acteurs zijn getraind, zien we de acteurs<br />

Tygo Gernandt als de Rotterdamse rechercheur<br />

Joz en Sanguita Akkrum als de ambitieuze<br />

R&B-zangeres Carmen.<br />

Wat is het toch met Carmen dat ze tot<br />

op de dag van vandaag, sinds ze in 1845 tot<br />

leven kwam in de novelle van de Fransman<br />

Prosper Mérimée, nooit meer is gestorven?<br />

Dat ze als titelheldin van Bizets opera Carmen<br />

elk seizoen in alle uithoeken van de<br />

wereld op de planken staat? En dat ze van<br />

het operatoneel naar het filmdoek kon verhuizen,<br />

waar ze inmiddels in meer dan 80<br />

verschillende versies is vastgelegd, en in<br />

musical-, toneel- en dansvoorstellingen voor<br />

volwassenen, voor kinderen of het hele gezin,<br />

jaar in jaar uit haar opwachting maakt?<br />

Onverzadigbaar<br />

Naar wie ze genoemd is, is onbekend. <strong>De</strong><br />

naam Carmen wordt in verband gebracht<br />

met het Latijn voor lied of gedicht, zelfs<br />

toverspreuk. Haar naam verwijst op grond<br />

van klankovereenkomst ook naar een specifieke<br />

kleur rood: karmijn. Sinds haar eerste<br />

verschijning wordt ze ook altijd uitgebeeld<br />

met iets roods – een bloem, haar jurk, haar<br />

rode schoenen met vuurrode linten, haar<br />

haren.<br />

Ze sprak onmiddellijk tot de verbeelding,<br />

de brutale, zinnelijke Spaanse vrouw waarmee<br />

de componist in 1875 het publiek in<br />

de Parijse Opéra-Comique voor het hoofd<br />

stootte. Die rokende en vechtende zigeunerin,<br />

die ook nog eens op het podium wordt<br />

vermoord, dat was geen stof voor een avondje<br />

muziektheater waar je je dochters ook<br />

mee naartoe nam. Bizet en zijn librettisten<br />

– Meilhac en Halévy – hadden tegen de wens<br />

van de theaterdirecteur, die een happy end<br />

eiste, vastgehouden aan Mérimées plotverloop<br />

met het doodsteken van Carmen. <strong>De</strong><br />

beloofde ‘verzachting’ van het gegeven kreeg<br />

vorm in Micaëla, de lieve verloofde van José,<br />

die bij Mérimée niet bestond. Carmen bleef<br />

wie ze was.<br />

Ze is als Don Giovanni, omschreef Régine<br />

Crespin, de Carmen van de jaren 1970, haar<br />

in een interview, ‘seksueel gretig maar onverzadigbaar.’<br />

‘Is ze misschien, nou ja… frigide?’<br />

vroeg de onverschrokken journalist en de<br />

zangeres antwoordde: ‘Enfin, op een bepaalde<br />

manier. Ze wil in ieder geval afgewezen worden,<br />

iemand “nee” horen zeggen. Pas als<br />

24<br />

José ervandoor wil gaan, raakt ze geïnteresseerd.’<br />

En met dat antwoord roept Crespin<br />

impliciet een eenvoudige maar belangrijke<br />

vraag op. <strong>De</strong> vraag: over wie gaat deze opera<br />

nu eigenlijk?<br />

Verzet<br />

Over José, meent musicoloog Winton <strong>De</strong>an<br />

met grote stelligheid, want hij ontwikkelt<br />

zich van alle personages het meest en ‘zijn<br />

lot beroert ons meer dan dat van titelheldin<br />

Carmen’. Menige synopsis van de opera<br />

bevestigt deze visie. Maar al te vaak wordt<br />

de samenvatting van het verhaal eenzijdig<br />

verteld vanuit het perspectief van de soldaat<br />

José, die het slachtoffer wordt van Carmen<br />

met haar gevaarlijke vrouwelijke verleidingskunsten.<br />

Zoals eens Adam slachtoffer was<br />

van de vrouw, evenals de talloze mannelijke<br />

helden na hem in onze cultuur, waar scherp<br />

afgebakende velden rondom goed en kwaad<br />

in de seksetegenstelling man-vrouw gestalte<br />

krijgen.<br />

Carmen gaat over Carmen, zeggen daarentegen<br />

de zelfbewuste critica’s die vanaf<br />

de jaren ’80 van de vorige eeuw flink van<br />

zich lieten horen. Want het is háár strijd om<br />

vrijheid, haar afwijzing van de patriarchale<br />

ordening, haar gevecht voor zelfbeschikkingsrecht<br />

en tegen de mannelijke dominantie.<br />

Ze weet dat haar ‘nee’ tegen José haar<br />

dood zal betekenen – gewend als hij is dat<br />

vrouwen willen wat híj wil. ‘Hou je niet meer<br />

van me?’ ‘Nee, ik hou niet meer van je.’ Maar<br />

hij hoort haar niet en ‘wordt moe van haar<br />

te moeten dreigen’. ‘Steek dan of laat me<br />

erdoor,’ is haar antwoord en ze weet wat zijn<br />

beslissing zal zijn. Maar die wetenschap<br />

maakt de moord nog niet tot zelfmoord.<br />

Voor literatuurcritica Catherine Clément<br />

is Carmen dan ook de meest feministische<br />

en koppige van de operaheldinnen die het<br />

uiteindelijk allemaal moeten bekopen met<br />

dood. Aanvankelijk zit haar koppigheid nog<br />

in speels verzet. Ze zingt een liedje met een<br />

dubbele bodem, bedoeld om José die haar<br />

geboeid afvoert naar de gevangenis op<br />

andere gedachten te brengen. ‘Kop dicht,’<br />

zegt José, ‘ik zei je toch niet tegen me te<br />

praten.’ ‘Ik zeg niks,’ is Carmens antwoord.<br />

‘Ik zing, voor mezelf, en ik denk. <strong>De</strong>nken is<br />

niet verboden.’<br />

Partijdigheid<br />

Bizets opera gaat over beiden, meent de<br />

Duitse musicoloog Carl Dahlhaus in een<br />

poging de posities van Carmen, de zigeunerin,<br />

en van José, de plattelandsjongen in<br />

uniform, op overeenkomsten te analyseren,<br />

en daarmee de sekse- en etnische verschillen<br />

tussen hen te negeren. Er is tussen hen,<br />

zo stelt Dahlhaus, een latent wederzijds<br />

weten van het noodlot dat de een onvermijdelijk<br />

het slachtoffer maakt van de ander.<br />

Dat onderlinge begrip stelt de protagonisten<br />

op voet van gelijkheid. Tsjaikovski –


groot bewonderaar van Bizet – ziet het ook<br />

zo. Aan zijn weldoenster en dierbare vriendin<br />

Nadezjda von Meck schrijft hij: ‘Wat een<br />

heerlijke operamaterie is dit! <strong>De</strong> laatste<br />

scène kan ik niet zonder tranen spelen: het<br />

juichen van het volk en het grove vermaak<br />

van de menigte bij het stierengevecht en<br />

tegelijkertijd de vreselijke tragedie en de<br />

dood van de twee hoofdpersonen, die door<br />

een rampzalig noodlot bij elkaar worden<br />

gebracht en naar een onontkoombare dood<br />

worden geleid.’<br />

Maar of het nu zijn verhaal is of haar verhaal,<br />

misschien hun verhaal, zeker is het ook<br />

mijn verhaal over zijn, haar en hun verhaal,<br />

zo verbreedt romaniste Nelly Furman de<br />

toch al zo diverse betekenismogelijkheden.<br />

Maar Furman doet ook nog iets anders. Ze<br />

wijst op de onontkoombare partijdigheid die<br />

in elke interpretatie besloten zit, niet alleen<br />

in die van de regisseur en de uitvoerders,<br />

maar ook in die van de toeschouwers. En<br />

elke interpretatie van deze op scherpe tegenstellingen<br />

binnen de seksen geënte opera<br />

dient, bewust of onbewust, een eigen (sekse-)<br />

belang. Tegenwoordig hoort daar ook een ge -<br />

emancipeerd mannenbelang bij. ‘José komt<br />

tot leven op het moment dat hij Carmen ontmoet,’<br />

citeert Furman Michel Rabaud. ‘Als<br />

hij zich een slappeling toont, is het niet omdat<br />

hij Carmen volgt, maar omdat hij niet in staat<br />

is haar helemaal te volgen. In plaats van in<br />

te gaan op Carmens vitale uitdaging, keert<br />

hij terug naar zijn stervende moeder. Hij is<br />

niet vrij en daarom verliest hij haar.’<br />

Moederszoontje<br />

‘Parle-moi de ma mère!’ <strong>De</strong> eerste woorden<br />

die José zingt, nadat hij al een tijdlang alleen<br />

nog maar heeft gesproken, gaan over zijn<br />

moeder. ‘Vertel van haar!’ zingt hij plotse -<br />

ling gepassioneerd. ‘En toen!...’ onderbreekt<br />

hij Micaëla vol ongeduld. Een brief en wat<br />

geld brengt zij hem, van zijn moeder, die<br />

dag en nacht aan hem denkt. Maar Micaëla<br />

brengt nog iets anders. Ze aarzelt. ‘Wat<br />

dan... zeg het nou...’ Een kus. Niet van haarzelf<br />

maar opnieuw van zijn moeder. ‘Een<br />

kus van mijn moeder?’ Plichtsgetrouw doet<br />

Micaëla verslag van haar missie. En overborrelend<br />

van pathos klinkt vervolgens het<br />

duet waarin José, gedienstig bijgestaan<br />

door Micaëla, zijn herinneringen aan zijn<br />

moeder en zijn geboortedorp ophaalt.<br />

<strong>De</strong>ze scène, halverwege de eerste akte,<br />

tekent de mannelijke held José ten voeten<br />

uit. Zijn egocentrisme en de vanzelfsprekendheid<br />

waarmee hij ervan uitgaat dat de<br />

twee vrouwen, zijn moeder en zijn jeugdvriendinnetje,<br />

hem onvoorwaardelijk liefhebben<br />

en er altijd voor hem zijn, krijgen niet<br />

alleen gestalte in de situatie en de tekst,<br />

maar ook in Bizets muziek. Waar ze samen<br />

zingen in het duet duldt José van Micaëla<br />

maar weinig eigenheid en zeker geen tegenspel.<br />

Bereidwillig zingt ze dan ook zijn melodieën<br />

na, volgt ze hem in zoete tertsen en<br />

in kleurloze octaven. Maar ook José is een<br />

muzikale volger. <strong>De</strong> boodschap die hij terugstuurt<br />

naar zijn moeder is identiek aan de<br />

boodschap die hij van haar ontving.<br />

Ze is belangrijk voor José, zijn moeder.<br />

En hoewel ze als personage niet aanwezig<br />

is op het podium, is ze wel hoorbaar in de<br />

muziek van het duet. Terwijl Micaëla haar<br />

verhaal doet en vervolgens José de moederlijke<br />

kus geeft, klinkt haar stem: in woorden<br />

25<br />

uit de mond van Micaëla die haar letterlijk<br />

citeert, en woordloos in de lage melodie van<br />

de strijkers. Ondersteunend en weinig vragend.<br />

Dag en nacht denkend aan haar José.<br />

Strijd<br />

Tegen de achtergrond van Micaëla’s onbaatzuchtige<br />

optreden, haar engelachtigheid<br />

zowel in gedrag als in vocale uitingen, kan<br />

titelheldin Carmen zich moeiteloos als de<br />

Ander profileren. Zoals Micaëla zich aangepast<br />

diatonisch beweegt binnen de grenzen<br />

van de tonaliteit, zo brutaal chromatisch en<br />

ontsnappend beweegt Carmen zich buiten<br />

de muzikale conventies. Zo metrisch voorspelbaar<br />

en binnen de maatstrepen Josés<br />

brave vriendinnetje, zo ritmisch frivool en<br />

onvoorspelbaar de zigeunerin. En zo engelachtig<br />

hoog het kuise meisje, zo ambigu in<br />

haar borstregister de verleidelijke vrouw.<br />

Want Carmen en Micaëla zijn niet alleen<br />

rivalen in de liefde, ze zijn ook elkaars tegenpolen<br />

binnen hun eigen sekse. Precies zoals<br />

de rivalen Don José en Escamillo, de stierenvechter,<br />

dat zijn. <strong>De</strong>ze vier personages als<br />

uitersten, met duidelijke seksegebonden<br />

stereotyperingen, vormen de ingrediënten<br />

waarmee Bizet zijn muzikale drama vormgeeft.<br />

<strong>De</strong> seksueel actieve Carmen, clichévoorbeeld<br />

van de gevaarlijke vrouw, heeft<br />

haar seksegelijke tegenhanger in de eenvoudige<br />

en passieve Micaëla, het burgervoorbeeld<br />

van de ideale vrouw. En de wankelmoedigheid<br />

van moederszoontje José<br />

staat in schril contrast met de viriliteit van<br />

stierenvechter Escamillo, het super toon-<br />

beeld van opgepompte – en in muzikaal<br />

op zicht stamperige – mannelijkheid. En zo<br />

toont de opera niet zozeer een oorlog tússen<br />

de seksen, zoals Friedrich Nietzsche het ooit<br />

formuleerde, als wel de strijd bínnen de seksen.<br />

Furman: ‘<strong>De</strong> opera toont behendig de<br />

extremen binnen elke sekse, en daarmee ook<br />

de parallelle structuur tussen de seksen.’<br />

In de hiphop-film Carmen van het Noorden<br />

van de Rotterdamse jongeren ligt de kwestie<br />

minder gecompliceerd. Hier spelen moderne<br />

dagelijkse problemen. Uit de synopsis: ‘Voor<br />

de jonge rechercheur is intimiteit onlosmakelijk<br />

verbonden met de gewelddadige relatie<br />

van zijn ouders. Joz is bang om als zijn vader<br />

te worden. Hij is afstandelijk en onzeker<br />

wanneer het om de liefde gaat. […] Als hij<br />

merkt dat de vrijgevochten Carmen valt voor<br />

de rapper MC Toro, verandert zijn miskende<br />

liefde in razende jaloezie en wordt Joz wie<br />

hij niet wil zijn...’<br />

Literatuur:<br />

Affiche Carmen<br />

Catherine Clément, L’opéra ou la défaite des<br />

femmes, Parijs 1979<br />

Nelly Furman,’The languages of love in Carmen’,<br />

in Reading <strong>Opera</strong>, A. Groos & R. Parker (red.),<br />

Princeton 1988<br />

McClary, Georges Bizet: Carmen, Cambridge<br />

opera handbooks 1992


Marc Albrecht (Foto: Marco Borggreve)<br />

Interview Carmen<br />

Marianne Broeder<br />

‘Een goed operaorkest<br />

zingt met de zangers’<br />

Marc Albrecht, die met ingang van 2011 benoemd wordt als chef-dirigent van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

én van het Nederlands Philharmonisch Orkest/Nederlands Kamerorkest, preludeert tijdens het Holland<br />

Festival op zijn toekomst met de leiding van Bizets Carmen. <strong>Odeon</strong> voerde een welkomstgesprek met<br />

hem over de positie van een operahuis in onze tijd, de expertise van het orkest, zijn affiniteit met het Duitse,<br />

Franse en hedendaagse repertoire, en het intieme karakter van kaskraker Carmen.<br />

Afgelopen jaar debuteerde de Duitse dirigent<br />

Marc Albrecht (1964) bij <strong>De</strong> Neder landse<br />

<strong>Opera</strong> én bij het Nederlands Philhar mo nisch<br />

Orkest in een uitvoering van Strauss’ Die Frau<br />

ohne Schatten. <strong>De</strong>ze maand keert hij terug<br />

als gastdirigent van het Koninklijk Concertgebouworkest<br />

met Bizets Carmen. Intussen<br />

zijn zijn perspectieven drastisch veranderd.<br />

Kort na de lancering van het nieuwe seizoen<br />

presenteerden de directies Albrecht als de<br />

nieuwe chef-dirigent van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> (DNO) én van het Neder lands Philharmo<br />

nisch Orkest (NedPhO) met ingang<br />

van het seizoen 2011-2012.<br />

‘Thrilling’ noemt de veeltalige Albrecht<br />

met charmante, sonore basstem het vooruitzicht<br />

van zijn nieuwe functies. Hij was,<br />

bekent hij, aanvankelijk ‘even verbaasd als<br />

vereerd’. Weliswaar werd Die Frau ohne<br />

Schatten unaniem beoordeeld als een uitzonderlijke<br />

productie, toch had hij dit vervolg<br />

niet vermoed. ‘Mijn kennismaking met<br />

DNO heeft diepe indruk gemaakt,’ zegt hij.<br />

‘Met het NedPhO klikte het onmiddellijk;<br />

de zangers waren geweldig, niet verwonderlijk,<br />

want de vocale casting van DNO is zo -<br />

als bekend van topniveau; alle leden van<br />

het team sloten zich naadloos aan in een<br />

intense en vruchtbare samenwerking.’ Voor<br />

zover Albrecht kan overzien op grond van<br />

zijn eerste ervaring is DNO ‘een formidabele<br />

organisatie’.<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

‘Vanaf een afstand heb ik lange tijd bewondering<br />

gekoesterd voor het artistieke pro fiel<br />

van DNO,’ vertelt hij, ‘vooral voor wat betreft<br />

de affiniteit met moderne werken, die uitzonderlijk<br />

is. Het hedendaagse repertoire<br />

krijgt hier evenveel aandacht als het klassieke.<br />

Nu ik voor het eerst bij DNO optrad,<br />

heb ik die mentaliteit aan den lijve kunnen<br />

ondervinden.’<br />

‘In te veel operahuizen worden hedendaagse<br />

werken verwaarloosd. Er is doorgaans<br />

weinig en vaak slechts kortstondige<br />

aandacht voor nieuwe opera’s. Dat betreur<br />

ik. Mijns inziens moeten musici en programmeurs<br />

zich voortdurend bezinnen op de stand<br />

van de muziekpraktijk in hun eigen tijd. Welke<br />

stukken worden op dit moment geschreven?<br />

Wat is de tegenwoordige betekenis van opera<br />

in de visie van componisten, dirigenten en<br />

regisseurs? Het heden moet het referentiepunt<br />

zijn van waaruit je het operarepertoire<br />

bekijkt. Doe je dat niet, dan wordt een operahuis<br />

een museum.’<br />

‘Tegelijk bestaat het risico dat je louter<br />

entertainment brengt. Natuurlijk is het ook<br />

een taak van een operahuis om het publiek<br />

ongecompliceerd te laten genieten. Maar<br />

26


het belangrijkst voor mij zijn gefundeerde<br />

redenen, de noodzaak om zo te zeggen, om<br />

bepaalde opera’s uit te voeren. Als die opera’s<br />

een groot publiek behagen, des te beter,<br />

maar het mag niet het enige doel zijn.’<br />

Albrecht voegde de daad bij zijn woorden.<br />

Vanaf de aanvang van zijn operacarrière<br />

maakte hij zich sterk voor de uitvoering van<br />

moderne werken, onder meer van Hans Werner<br />

Henze, Olivier Messiaen, Egon Wellesz,<br />

Matthias Pintscher en Peter Ruzicka. Een<br />

standpunt vergelijkbaar met het zijne vindt<br />

Albrecht terug in de programmering van<br />

artistiek leider Pierre Audi, die hij omschrijft<br />

als ‘een geweldige kunstenaar met heldere<br />

esthetische principes’.<br />

Albrechts loopbaan vertoont een evenredige<br />

verdeling tussen opera- en concertdirecties.<br />

‘<strong>Opera</strong> en symfonische muziek<br />

zijn de pijlers van mijn bestaan,’ verklaart<br />

hij lachend. ‘Ik kan geen van beide missen.<br />

Een seizoen zonder opera is onvoorstelbaar<br />

voor me. Sinds 2006 heb ik als chef-dirigent<br />

van het Orchestre Philharmonique de Strasbourg<br />

veel ruimte ingebouwd voor symfonisch<br />

repertoire om niet ongewild vast te<br />

draaien in operahuizen. Het vooruitzicht<br />

om in de toekomst met het NedPhO beide<br />

te mogen doen is niet minder dan een luxe.’<br />

Het Nederlands<br />

Philharmonisch Orkest<br />

Vooruitlopend op zijn chef-dirigentschap<br />

keert Albrecht al komend seizoen terug bij<br />

het NedPhO, waar hij een concert zal leiden<br />

met onder meer Strauss’ Ein Heldenleben.<br />

Zijn ervaring met het orkest in de productie<br />

van Die Frau ohne Schatten heeft zijn vertrouwen<br />

volop gevoed.<br />

‘Buitengewoon indrukwekkend,’ noemt<br />

hij zijn kennismaking met het NedPhO destijds.<br />

<strong>De</strong> twee volle maanden waarin hij<br />

met het orkest samenwerkte omschrijft hij<br />

als een gemeenschappelijke Wanderung.<br />

‘Gedurende de hele periode heeft het orkest<br />

geen concerten gegeven,’ vertelt hij, ‘zodat<br />

het zich volledig kon concentreren op de<br />

opera, een unicum waar dit complexe stuk<br />

inderdaad om vraagt. Tussen ons vertrekpunt,<br />

de eerste repetities en de laatste voorstelling<br />

lag een complete wereld besloten.<br />

Voor mij was het nieuw dat dirigent en<br />

orkest zo lang aan slechts één stuk konden<br />

werken. <strong>De</strong> concentratie is geen moment<br />

verslapt, de spanning bleef voortdurend stijgen<br />

terwijl je je ook zou kunnen voorstellen<br />

dat je na acht weken uitgekeken raakt op<br />

elkaar of op de muziek. Na de laatste voorstelling<br />

waren we allemaal teleurgesteld<br />

dat het voorbij was.’<br />

Met aangename spanning ziet Albrecht<br />

dan ook uit naar zijn eerste concert met het<br />

NedPhO dat hem, in zijn woorden, ‘al een<br />

zo uitzonderlijke kamermuziekmentaliteit<br />

heeft getoond’. ‘Zelfs de enorme bezetting<br />

van Die Frau riep bij mij de associatie op met<br />

een spinnenweb, waarin alle draden met<br />

elkaar verbonden zijn. <strong>De</strong> onderlinge band<br />

tussen bijvoorbeeld de violisten uiterst links,<br />

en de tubaspeler en de slagwerkers rechts<br />

was voortdurend voelbaar. Bij de uitvoering<br />

van symfonische werken is een dergelijke<br />

teamgeest niet uitzonderlijk, maar vanuit de<br />

orkestbak is een dergelijk intensief onderling<br />

communiceren een prestatie van formaat.<br />

Het resultaat was een permanente<br />

samenzang, een manier van musiceren<br />

27<br />

waarin een hobosolo even belangrijk is<br />

als een frase van de prima donna. Dat is<br />

precies mijn ideaal: een goed operaorkest<br />

zingt met de zangers.’<br />

Duits en Frans repertoire<br />

Albrecht blijkt op een ontroerende manier<br />

onstuitbaar in het preluderen op de toekomst.<br />

Maar zo ver is het nog niet. <strong>De</strong>ze<br />

maand maakt hij zijn comeback als gastdirigent<br />

van het Koninklijk Concertgebouworkest<br />

met een uitvoering van Bizets Carmen.<br />

Welgeteld één keer eerder, ruim tien jaar<br />

geleden, leidde hij het orkest, in een Men delssohn/Mozart-programma.<br />

Zijn herinneringen<br />

zijn niettemin nog kersvers. Ook bij het KCO<br />

ervoer hij de gave van alle ‘zeer flexibele<br />

musici’ om geconcentreerd naar elkaar te<br />

luisteren, een eigenschap die hem als dirigent<br />

‘een grote vorm van vrijheid verschafte<br />

in frasering, dynamiek en het creëren van<br />

klankkleuren.’<br />

Bovendien kon hij zich uitleven in het<br />

Duitse klassieke en romantische repertoire,<br />

zijn grote voorliefde die hij opmerkelijk<br />

genoeg paart aan de Franse muziek uit 19de<br />

en 20ste eeuw. ‘<strong>De</strong> zware dramatiek van<br />

Wag ner spreekt me evenzeer aan als de<br />

meer onderhuidse gevoelswereld bij Bizet,<br />

<strong>De</strong>bussy of Ravel. Ik beschouw het als een<br />

voorrecht van musici dat ze door de kennismaking<br />

met zeer uiteenlopende partituren<br />

ook zelf steeds hun bakens moeten verzetten.<br />

Alleen op die manier kunnen we het<br />

genie van een componist en zijn persoonlijke<br />

stijl recht doen.’<br />

Carmen<br />

<strong>De</strong> aanstaande uitvoering van Carmen roept<br />

bij Albrecht de herinnering op aan zijn eerste,<br />

prille schreden op het operapad toen hij dit<br />

werk leidde in zijn functie als artistiek leider<br />

van het Staatstheater Darmstadt. Daar kreeg<br />

hij eens te meer inzicht in de vigerende misvattingen<br />

over dit ‘al te populaire werk’.<br />

‘Iedereen kent Carmen als een groots, theatraal<br />

spektakel’, meent hij. ‘Wat al te vaak<br />

vergeten wordt, is dat Bizet dit werk schreef<br />

voor een klein theater. Dat betekent dat het<br />

onzinnig is er een grand opéra van te maken,<br />

wat regelmatig gebeurt. Carmen vraagt om<br />

een geheel eigen declamatorische stijl, terwijl<br />

anderzijds grote passages uitgevoerd<br />

moeten worden comme une chanson: eenvoudig,<br />

licht en zonnig, maar ook met een<br />

broeierigheid die het onderliggende vuur<br />

verraadt: Carmen is een rotdurchglühtes<br />

Stück. Bizets dramatiek kent geen pathos,<br />

geen grote gebaren, zoals bijvoorbeeld<br />

Wagner die etaleert. Nietzsche zei het zo<br />

mooi: ‘Diese Musik schwitzt nicht’. Toch<br />

koerst het verhaal, min of meer gecamoufleerd,<br />

onmiskenbaar in de richting van een<br />

gruwelijk drama.’<br />

<strong>De</strong> ‘ronduit lastige’ muzikale leiding van<br />

Carmen vereist volgens Albrecht ‘natuurlijk<br />

een groot musicus, maar dat is niet genoeg.<br />

Hij moet bovendien een echte theaterman<br />

zijn. <strong>De</strong> partituur van Carmen is een afwisseling<br />

van muziek en dialogen. Als dirigent<br />

moet je samen met de regisseur en de zangers<br />

een manier vinden om die twee elementen<br />

vloeiend met elkaar te verbinden. Het<br />

mooiste is een soort “melodrama” te creëren,<br />

een collage waarin muziek en gesproken<br />

woord als vanzelf in elkaar overgaan.<br />

Bovendien zijn er naast de passages chan-<br />

sonnières verschillende uiterst virtuoze en<br />

wilde koorscènes, uitbarstingen soms waarin<br />

de zangers het uitschreeuwen. Tussen al die<br />

“bedrijven” door moet je de intieme sfeer<br />

van de opera weten vast te houden. Een<br />

goede uitvoering vraagt om een behendig<br />

laveren binnen de verfijnde toontaal waarmee<br />

Bizet de veelheid aan emoties tot uitdrukking<br />

brengt.’<br />

Dirigent en regisseur<br />

Last but not least benadrukt Albrecht het<br />

belang van een intensieve samenwerking<br />

tussen dirigent en regisseur. Tot zijn niet<br />

geringe vreugde is dat in de productie van<br />

Carmen Robert Carsen, die bij DNO zijn<br />

sporen naliet met ensceneringen van onder<br />

meer Poulencs Dialogues des Carmélites en<br />

Beethovens Fidelio. Albrecht: ‘Carsen heb<br />

ik leren kennen als een zeer inventief kunstenaar.<br />

In Antwerpen werkten we samen<br />

in een productie van Het sluwe vosje van<br />

Janáček. Carsen vatte dit werk tot mijn verrassing<br />

niet op als een eenvoudig sprookje,<br />

wat overigens heel goed mogelijk is, maar<br />

maakte er een sinister verhaal van, zeer<br />

indrukwekkend. Sindsdien zijn we elkaars<br />

voorstellingen blijven volgen. En ziedaar:<br />

het lot brengt ons onverwacht weer samen.’<br />

Slechts met moeite lukt het om het lange<br />

gesprek af te ronden met de wellevende,<br />

gezellige, even kalme als bevlogen causeur<br />

Albrecht, die over artistieke en andere zaken<br />

nog oneindig veel meer te vertellen heeft.<br />

Als de voortekenen niet bedriegen, gaan<br />

<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>, het Nederlands<br />

Phil har monisch Orkest, Marc Albrecht en<br />

het publiek een mooie tijd tegemoet.


Interview Carmen<br />

Klaus Bertisch<br />

Spaans-Franse emoties<br />

<strong>De</strong> uit Canada afkomstige Robert Carsen is een van de meest gevraagde regisseurs in de internationale operawereld.<br />

Na Dialogues des Carmélites (1997 en 2002) en Fidelio (2003) komt hij voor een nieuwe productie<br />

van Bizets Carmen terug bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>: een werk waarvoor hij een zwak heeft, ook al beschouwt<br />

hij het zelf op het eerste gezicht niet als een stuk waarvoor hij voorbestemd lijkt te zijn.<br />

Voor de als acteur opgeleide Carsen, die<br />

zijn eerste sporen als operaregisseur in<br />

Londen en Genève verdiende, en intussen<br />

werkzaam was aan alle grote huizen zoals<br />

de Metro politan <strong>Opera</strong> New York, de Wiener<br />

Staats oper en de Milanese Scala, en bij festivals<br />

als die in Salzburg, Aix-en-Provence<br />

en Glyndebourne, gaat er een zekere fascinatie<br />

uit van Carmen, die hij omschrijft als<br />

directheid en die in de kunstvorm opera<br />

zo moeilijk is te vangen en aan het publiek<br />

door te geven. Daarom heeft hij tot nu toe<br />

alle aanbiedingen om de opera van Bizet te<br />

ensceneren afgeslagen. Amsterdam en zijn<br />

Muziek theater houdt hij niettemin voor de<br />

ideale plaats om deze wonderlijke mengeling<br />

van Spaans coloriet en Franse muziek,<br />

van chansonachtige liederen, in strenge<br />

vorm opgebouwde aria’s en dansante orkestpassages<br />

in scène te zetten. Dat heeft voor<br />

Carsen te maken met de arena-achtige vorm<br />

van de zaal, die een grote nabijheid mogelijk<br />

maakt tot wat er op het toneel gebeurt. In<br />

ons gesprek duikt telkens weer het woord<br />

‘directheid’ op: Carmens emoties zijn rechtstreeks<br />

en niet getransformeerd. Zij handelt<br />

impulsief en helder, en voor de regisseur laat<br />

dit zich juist op het Amsterdamse toneel,<br />

waar publiek en bühne dicht bij elkaar zijn,<br />

bijzonder goed realiseren. <strong>De</strong> energie die<br />

een stuk als Carmen moet opwekken, laat<br />

zich hier volgens Carsen uitstekend over<br />

het voetlicht brengen.<br />

Topsport<br />

<strong>De</strong> eisen die het stuk stelt, komen daarbij<br />

goed overeen met Carsens strenge afwijzing<br />

van de ‘vierde wand’ in het theater, dat wil<br />

zeggen het idee van een autonome handeling<br />

die slechts op zichzelf gebaseerd is.<br />

Hij speelt graag met het directe effect van<br />

zijn werk op de toeschouwers. In Carmen is<br />

dit immanent, want in de vierde akte is er op<br />

het toneel toch al publiek aanwezig bij het<br />

op handen zijnde stierengevecht van Escamillo.<br />

En zoals het publiek naar een stierengevecht<br />

gaat om de stier te zien sterven,<br />

komen mensen naar een voorstelling van<br />

de opera om getuige te zijn van de dood<br />

van de titelfiguur. ‘Carmen is geen stuk als<br />

Parsifal, Orfeo of <strong>De</strong>r Rosenkavalier, waarin<br />

zich uit vele facetten een lijn ontwikkelt, uit<br />

verschillende karakters een tijds- of maatschappijbeeld<br />

ontstaat,’ vindt de regisseur.<br />

Carmen is voor hem puur geweld en oerkracht,<br />

waarbij de verschillende elementen<br />

haast explosief op elkaar botsen. <strong>De</strong> hoofdfiguur<br />

is fatalistisch. Ze kent geen angst voor<br />

de dood. Als ze moet sterven, dan sterft ze,<br />

net zoals een stierenvechter ook deze sport<br />

niet kan beoefenen zonder vooraf in het reine<br />

te zijn gekomen met de gedachte aan zijn<br />

eigen, wellicht nabije dood. Het is hoe dan<br />

ook niet vergezocht om hier aan sport te denken,<br />

aldus Carsen: in Bizets opera bevinden<br />

28<br />

de hoofdpersonen zich in extreme toestanden,<br />

ze moeten situaties te boven komen<br />

waarin zoals in de topsport de adrenaline<br />

rijkelijk vloeit. Dit hormoon wordt geproduceerd<br />

in momenten van de grootste opwinding<br />

en het grootste gevaar, zoals kort voor<br />

een seksueel hoogtepunt of in het aangezicht<br />

van de dood. Juist vanwege dit bewustzijn<br />

van extreme situaties denkt Carsen dat<br />

er ook een hoge dosis aan theatrale energie<br />

vrijkomt. Daarbij wil hij proberen alle gekunsteldheid<br />

te vermijden.<br />

Carmen en de mannen<br />

Het lijkt in dit verband merkwaardig dat de<br />

kostumering van de stierenvechter traditioneel<br />

zo uitgesproken kunstmatig, bont en<br />

overdreven theatraal is. Carsen vindt de kleding<br />

van de torero heel vreemd: ‘Hoe kun je<br />

zoiets dragen wanneer je de dood voor ogen<br />

hebt?’ Aan de andere kant is het ook de eerbied<br />

voor en de vreugde aan het leven die<br />

in een dergelijke kostumering wordt uitgedrukt.<br />

‘Zo is het nu eenmaal,’ vindt Carsen,<br />

even fatalistisch als zijn Carmen. Don José<br />

is in tegenstelling tot de titelfiguur of de<br />

stierenvechter Escamillo een persoon die<br />

zich veel meer laat leiden door afwegingen<br />

die zijn leven en zijn gevoel bepalen. Hij kan<br />

zich niet neerleggen bij gegeven situaties<br />

wanneer die niet zo lopen als hij het wil. Een<br />

onrustige, gekwelde mens, door een enorme<br />

hartstocht gedreven en daarin wellicht verbonden<br />

met Carmen. ‘Hij kan zich niet voegen<br />

in de omstandigheden waarmee hij zich<br />

geconfronteerd ziet,’ legt de regisseur uit.<br />

Carmen doet wat zij wil. Ze weet dat ze aan<br />

haar noodlot niet kan ontkomen. Don José<br />

probeert het lot te beïnvloeden en moet aan<br />

deze pogingen ten onder gaan. Getweeën<br />

lijken Don José en Escamillo in hun betrekking<br />

tot Carmen slechts twee varianten van<br />

dezelfde species te zijn: de man op zich.<br />

Het literaire gegeven<br />

Hier komen ook een paar kleine maar be -<br />

langrijke verschillen naar voren ten opzichte<br />

van het literaire gegeven, de novelle van<br />

Prosper Mérimée. Mérimées Don José laat<br />

zich in de novelle van een veel wredere kant<br />

zien. Hij heeft al mensen vermoord voordat<br />

hij Carmen ontmoet. In de opera wordt de tot<br />

dat moment nog tamelijk braaf overkomende<br />

soldaat pas door zijn ontmoeting met Carmen<br />

tot een misdadiger. Carmen zelf wordt in de<br />

opera echter vooral door de muziek tot een<br />

veel meer complexe en van kleur wisselende<br />

figuur dan haar model bij Mérimée. Hier<br />

hoopt Carsen vooral haar directheid uit de<br />

literaire bron te kunnen vangen en hieraan<br />

vorm te kunnen geven. Een vrouw vol hartstocht<br />

die het hele spectrum van aantrek-<br />

king en afstoting zelf doorleeft en ook doorgeeft<br />

aan de persoon tegenover haar. Even<br />

extreem als leven en dood. Uiteindelijk blijft<br />

het stuk net zo elementair als het in zijn<br />

hele verloop steeds bleek te zijn. <strong>De</strong> toeschouwer<br />

heeft Carmen gezien in ogenblikken<br />

van de hoogste verrukking en in de<br />

grootste vertwijfeling. Nu sterft zij. Maar<br />

haar dood wordt niet beoordeeld of tot voorbeeld<br />

verheven. <strong>De</strong> toeschouwer kan het<br />

theater verlaten zonder moralistische wijsvinger.<br />

Hij was getuige van een gebeurtenis<br />

die hem hopelijk heeft opgewonden en niet<br />

onverschillig heeft gelaten. Precies zo als<br />

bij een voetbalpartij of – in dit geval – bij<br />

het stierenvechten.<br />

Populariteit<br />

Tegenover de enorme populariteit van het<br />

gegeven staat Carsen met dezelfde gelatenheid<br />

als die hij ervaart in de houding van zijn<br />

hoofdfiguur. Ook deze populariteit ziet hij<br />

als een element dat zijn oorzaak in het stuk<br />

zelf vindt. Het feit dat de muziek van Carmen<br />

in reclamespots, bij kunstschaatsen, in films,<br />

balletten en musicals bijna dood(!)geknuffeld<br />

is, stoort hem niet. Men gaat naar een<br />

stierengevecht zoals naar een groot sportevenement<br />

dat gigantische publieksmassa’s<br />

aantrekt. Wat hem betreft moet je deze populariteit<br />

ook als een aanwijzing gebruiken<br />

voor de presentatie van het stuk. Met de<br />

mythe Carmen om te gaan ervaart hij niet<br />

als moeilijk. Wel ziet hij het anekdotische,<br />

pittoreske, dat vaak aan deze opera kleeft<br />

– vooral doordat men in de opvoeringsgeschiedenis<br />

telkens weer geprobeerd heeft<br />

een kitscherige ansichtkaart van Sevilla na<br />

te bouwen – als een hindernis die de toegang<br />

tot de werkelijke kracht van het stuk<br />

blokkeert. Zo vindt hij de opera Carmen eerder<br />

Spaans aan de binnenkant dan aan de<br />

buitenkant, aan de oppervlakte. Carsen is<br />

vaak in Spanje te gast geweest en meent<br />

een speurzin te hebben ontwikkeld voor bijzondere<br />

Spaanse eigenschappen, die hij<br />

voor het tekenen van zijn figuren wil benutten<br />

en in het theatrale wil omzetten. Ook al<br />

was de componist Geor ges Bizet een Fransman,<br />

hij is er toch in geslaagd de Spaanse<br />

ziel zeer raak in zijn muziek te vangen.<br />

Evenals bij Dialogues des Carmélites,<br />

Carsens overweldigende succesproductie<br />

bij DNO, mogen wij dus diepe en extreme<br />

emoties verwachten, zonder dat de blik op<br />

de figuren wordt volgeplakt, een streng beeld<br />

vol met menselijke hartstochten. Misschien<br />

is Carmen juist daarom toch als geschapen<br />

voor Robert Carsen!<br />

Vertaald door Frits Vliegenthart


Interview Carmen<br />

Michel Khalifa<br />

Het cliché ontstegen<br />

<strong>De</strong> Bulgaarse mezzosopraan Nadia Krasteva maakt haar debuut bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> in de rol van de<br />

ontembare zigeunerin Carmen. Een gesprek over deze femme fatale, die door haar complexe persoonlijkheid<br />

zowel de vertolkster als het operapubliek blijft fascineren.<br />

Als kind had Nadia Krasteva vele talenten:<br />

ze blonk uit in ritmische gymnastiek, tekende<br />

meer dan verdienstelijk en zong graag.<br />

Toen ze op negenjarige leeftijd haar eerste<br />

operavoorstelling zag, raakte ze in de ban<br />

van de hoofdpersoon. Kleine Nadia besloot<br />

dat ze ooit zelf op de bühne zou staan in<br />

deze veeleisende rol. Rond dezelfde tijd verruilde<br />

ze de gymnastiekvereniging voor het<br />

kinderkoor van de Bulgaarse Radio en Televisie,<br />

waar ze de grondslagen van het zingen<br />

leerde.<br />

<strong>De</strong> hoofdpersoon in kwestie was Carmen,<br />

een rol die Nadia Krasteva inmiddels van<br />

Berlijn tot haar geboortestad Sofia heeft<br />

vertolkt en waarmee ze nu bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><br />

<strong>Opera</strong> debuteert. Wat ze als kind<br />

intuïtief voelde, is haar met de jaren steeds<br />

duidelijker geworden: de vrijgevochten zigeunerin<br />

van Bizet ontstijgt het cliché van de<br />

eendimensionale femme fatale.<br />

‘Carmen heeft een rijkgeschakeerd karakter,’<br />

zegt Nadia Krasteva. ‘Ze is een gecompliceerde<br />

vrouw, engel en duivel in één.<br />

Ener zijds is ze beeldschoon, hartstochte -<br />

lijk en warm, anderzijds heeft ze duistere<br />

kanten en gedraagt ze zich aan het eind<br />

wreed tegenover José. Daarnaast heeft ze<br />

nog een mystieke dimensie, als een geheimzinnige<br />

jonge heks die stellig in haar eigen<br />

magische krachten gelooft.’<br />

<strong>De</strong> Bulgaarse mezzosopraan weet nog<br />

hoe ze op haar negende diep ontroerd naar<br />

huis ging na die gedenkwaardige voorstelling.<br />

Zowel de kleurrijke hoofdpersoon als<br />

de beeldende muziek van Bizet had een ge -<br />

voelige snaar bij haar geraakt. Elke keer dat<br />

ze zich als volwassene over de rol buigt, gaat<br />

dezelfde snaar weer trillen. Met een personage<br />

als Carmen blijf je je vragen stellen.<br />

‘Bij elke nieuwe productie ontwikkel ik<br />

deze rol verder,’ aldus Krasteva. ‘Elke regisseur<br />

reikt me ideeën aan waarover ik kan<br />

nadenken. Ik vraag me nog steeds af hoe<br />

deze vrouw eigenlijk moet worden neergezet.<br />

Daar zit vast ook een autobiografisch<br />

element in. Ik blijf me in deze rol verdiepen,<br />

mede omdat ik in Carmen veel dingen vind<br />

over mezelf, mijn leven, mijn wezen, mijn<br />

reacties.’<br />

‘Dit is ook het mooie van het operavak,<br />

als je je verbonden voelt met het personage<br />

dat je speelt. Dan gaan verborgen kanten<br />

van jezelf open. En de muziek maakt dat allemaal<br />

heel speciaal, omdat muziek de ziel<br />

van de mensen bereikt. Bij de ene rol moet<br />

ik mijn gelukkige kant uitdrukken en voel ik<br />

me een jonge vrouw, bij de andere rol komen<br />

juist het verdriet en de moeilijke dingen van<br />

het leven naar boven.’<br />

Alleen een handdoek om<br />

Ten tijde van dit telefonische interview,<br />

medio maart, werkt Nadia Krasteva mee<br />

aan de nieuwe productie van Tsjaikovski’s<br />

Jevgeni Onjegin in Wenen. Ze speelt Olga,<br />

het vrolijke meisje dat met haar onschuldige<br />

29<br />

geflirt dramatische gebeurtenissen in gang<br />

zet. ‘Tussen Olga en Carmen zijn er overeenkomsten,’<br />

zegt ze. ‘Beiden voelen zich<br />

aanvankelijk goed en vrij, beiden vinden<br />

het fijn om aandacht te krijgen. Maar Olga<br />

wil alleen pret hebben, ze is kinderlijker<br />

dan Carmen.’<br />

Krasteva is al ruim zes jaar lid van het<br />

ensemble van de Wiener Staatsoper, waar<br />

ze zich vooral richt op de grote mezzorollen<br />

van Verdi zoals Fenena in Nabucco, Ulrica in<br />

Un ballo in maschera of Eboli in Don Carlo[s].<br />

Haar contract geeft haar alle ruimte voor<br />

gastoptredens bij buitenlandse operahuizen,<br />

die haar voornamelijk voor haar lijfrol engageren.<br />

Inderdaad, Carmen.<br />

Meestal komt ze dan in vrij behoudende<br />

producties terecht, een enkele keer heeft<br />

ze te maken met een regisseur die het allemaal<br />

net anders wil hebben. In januari nam<br />

ze nog deel aan een moderne Bolsjoi-pro duc -<br />

tie van Carmen in Moskou, waarbij regisseur<br />

David Pountney haar de beroemde haba nera<br />

‘L’amour est un oiseau rebelle’ liet zingen<br />

met alleen een handdoek om, alsof ze net uit<br />

de douche stapte. <strong>De</strong> séguidille ‘Près des<br />

remparts de Séville’, waarin ze onder arrest<br />

staat, moest ze uitvoeren met de handen vastgeketend<br />

aan de muur, in een houding die<br />

Nadia Krasteva<br />

aan de gekruisigde Christus deed denken.<br />

Daar is ze vrij laconiek over: ‘Het was niet<br />

zo moeilijk voor mij, al besef ik dat niet alle<br />

operabezoekers blij zullen zijn met zulke<br />

vondsten. Ik heb ooit in Wenen twee producties<br />

van Don Carlo[s] tegelijk gedaan. <strong>De</strong><br />

ene in het Italiaans, klassiek en statisch, de<br />

andere in het Frans, in een moderne regie<br />

van Peter Konwitschny, met pantomime en<br />

andere grappige dingen. <strong>De</strong> helft van de<br />

mensen die ik sprak vond dat de klassieke<br />

variant meer recht deed aan de muziek, de<br />

andere helft meende juist dat de moderne<br />

regie het geheel bewegelijker en onderhoudender<br />

maakte. Die twee kampen zul je altijd<br />

houden.’<br />

Zelf maakt ze zich nooit op voorhand druk<br />

om de opvattingen van de regisseur: ‘Ik probeer<br />

altijd deel uit te maken van het geheel.<br />

Als zanger ben ik niet in de positie om mijn<br />

eigen opvattingen over de rol te ventileren.<br />

Het gaat erom dat de verschillende aspecten<br />

van de productie goed bij elkaar komen. Ik<br />

ben er alleen om de ideeën van de regisseur<br />

en het bijbehorende gevoel door te geven<br />

aan het publiek.’


Michel van der Aa<br />

After Life<br />

muzikale leiding<br />

Otto Tausk<br />

regie<br />

Michel van der Aa<br />

Asko | Schönberg<br />

28 29 sep 2 3 4 • okt 2009<br />

20.00/• 13.30<br />

<strong>start</strong> kaartverkoop 28 juni 2009<br />

Het Muziektheater<br />

Kassa-bespreekbureau<br />

Amstel 3 Amsterdam<br />

T 020 625 5455 of via www.dno.nl<br />

Het MUZIEKTHEATER<br />

AMSTERDAM<br />

Fromental Halévy<br />

La Juive<br />

muzikale leiding<br />

Carlo Rizzi<br />

regie<br />

Pierre Audi<br />

Nederlands Philharmonisch Orkest<br />

4 8 12 16 20 • 23 27 • 30 sep 2009<br />

18.30/• 15.00<br />

<strong>start</strong> kaartverkoop 4 juni 2009<br />

Het MUZIEKTHEATER<br />

AMSTERDAM


Medea © Sebastian Bolesch<br />

een selectie van hoogtepunten<br />

in het holland festival<br />

4 – 28 juni 2009<br />

Passion<br />

Pascal Dusapin<br />

Xenakis’ enige leerling maakt opera met Monteverdi’s L’Orfeo als inspiratiebron,<br />

o.a. uitgevoerd door Barbara Hannigan en Georg Nigl in een mise-en-espace<br />

van Pierre Audi en Jean Kalman.<br />

muziekgebouw aan ‘t ij , wo 10 juni<br />

I went to the house but did not enter<br />

Heiner Goebbels / Hilliard Ensemble<br />

Theaterconcert in drie tableaus met gezongen teksten door het<br />

wereldvermaarde Hilliard Ensemble.<br />

stadsschouwburg amsterdam, wo 17 en do 18 juni<br />

Aquarius<br />

Karel Goeyvaerts<br />

Scenische wereldpremière van utopische opera van ‘het boegbeeld van de<br />

Vlaamse nieuwe muziek’ (<strong>De</strong> Standaard) in regie van Pierre Audi.<br />

muziekgebouw aan ‘t ij, zo 21 juni<br />

Medea<br />

Sasha Waltz & Guests<br />

Sasha Waltz nuanceert het beeld van Medea in een choreografische<br />

bewerking van Pascal Dusapins opera.<br />

koninklijk theater carré, vr 26.6 en za 27 juni<br />

www.hollandfestival.nl<br />

Nadia Krasteva (Foto: ???)


Algemene informatie<br />

Verkoop kaarten<br />

Precies drie maanden vóór de première<br />

van een productie gaan alle voor stellingen<br />

daarvan in de verkoop.<br />

U kunt kaarten kopen:<br />

– online via www.dno.nl;<br />

– bij het Kassa-bespreekbureau van<br />

Het Muziektheater: Amstel 3, Amsterdam,<br />

020-625 5455. Het Kassa-bespreekbureau<br />

is geopend van maandag t/m zaterdag vanaf<br />

10.00 uur tot aanvang voorstelling; op dagen<br />

zonder voorstelling of met alleen een matinee<br />

10.00-18.00 uur; op zon- en feestdagen vanaf<br />

11.30 uur tot 14.30 uur, indien avondvoorstelling<br />

tot aanvang voorstelling.<br />

Betalen van uw kaarten<br />

Betalen aan de kassa kan contant of met<br />

een creditcard (Visa, Eurocard, AmEx), pinpas<br />

of chipknip, met de Theater- en Concertbon<br />

en met de Cultuurkaart. Bij telefonische<br />

reservering kunt u betalen met een creditcard.<br />

Na ontvangst van betaling worden de kaarten<br />

toegestuurd, waarvoor per plaatskaart � 2,-<br />

administratie- en porto kosten in rekening<br />

worden gebracht. Wanneer u telefonisch<br />

reserveert, kunt u uw kaarten ook bij het<br />

Kassa-bespreekbureau betalen en af halen.<br />

Dit dient binnen één week na uw tele fo nische<br />

reservering te gebeuren. Reser veert u binnen<br />

een week vóór de voorstellingsdatum, dan<br />

dient u de kaarten tot uiterlijk 45 minuten vóór<br />

aanvang van de voorstelling af te halen en te<br />

betalen. Haalt u uw kaarten niet tijdig af, dan<br />

loopt u het risico dat uw reservering vervalt.<br />

Onder www.dno.nl kunt u uw eigen stoel(en)<br />

kiezen en meteen betalen met creditcard of<br />

i<strong>De</strong>al.<br />

Colofon<br />

ODEOn<br />

Tijdschrift van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

<strong>Odeon</strong> is het Oudgriekse woord voor een aan<br />

muziek en poëzie gewijd gebouw.<br />

Omstreeks 1600 ontstond uit de combi natie<br />

van muziek en poëzie het genre opera, eind<br />

twintigste eeuw het muziektheater zoals wij<br />

het vandaag de dag trachten vorm te geven.<br />

Nummer <strong>73</strong> mei 2009<br />

ISBN: 0926-0684<br />

Oplage 25.000 exemplaren<br />

<strong>Odeon</strong> is een uitgave van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

Afdeling Communicatie<br />

Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam.<br />

telefoon 020 - 551 8922<br />

fax 020-551 8311<br />

e-mail info@dno.nl<br />

advertenties 0592-2<strong>73</strong> 451 / 06-43 25 69 19<br />

abonnementen 020-625 5455<br />

internet www.dno.nl<br />

Prijzen losse kaarten<br />

Seizoen 2008-2009<br />

Het Muziektheater Amsterdam<br />

32<br />

maandag tot en vrijdag t/m zondag|<br />

met donderdag feestdagen|première<br />

standaard CJP/65+/ standaard CJP/65+/<br />

Stadspas Stadspas<br />

1ste rang � 90 � 75 � 105 � 90<br />

2de rang � 70 � 55 � 80 � 65<br />

3de rang � 50 � 40 � 55 � 45<br />

4de rang • � 35 � 30 � 35 � 30<br />

5de rang � 27 � 25 � 30 � 25<br />

6de rang • � 25 � 20 � 25 � 20<br />

7de rang � 15 � 15 � 15 � 15<br />

studenten � 15 � 15 � 15 � 15<br />

Adam in ballingschap<br />

Stadschouwburg Amsterdam<br />

maandag tot en vrijdag t/m zondag|<br />

met donderdag feestdagen|première<br />

standaard CJP/65+/ standaard CJP/65+/<br />

Stadspas Stadspas<br />

1ste rang � 70 � 60 � 85 � 75<br />

2de rang � 60 � 55 � 75 � 70<br />

3de rang � 40 � 35 � 50 � 45<br />

4de rang � 30 � 25 � 35 � 30<br />

5de rang � 27 � 25 � 30 � 25<br />

zzb • � 20 � 17,50 � 25 � 22,50<br />

luister •• � 15 � 15 � 15 � 15<br />

studenten � 15 � 15 � 15 � 15<br />

•<br />

Plaatsen die geen zicht op de boventiteling bieden<br />

••<br />

Plaatsen die (deels zeer) beperkt zicht op het<br />

toneel bieden<br />

Studentenkorting<br />

Voor niet-uitverkochte voorstellingen kunnen<br />

studenten vanaf anderhalf uur voor aanvang<br />

van de voorstelling op vertoon van een geldige<br />

college-/studentenkaart voor � 15,- een<br />

plaatskaart aan de kassa kopen.<br />

Hoofdredactie<br />

Marc N. Chahin<br />

Eindredactie<br />

Fr i t s V l i e g e n t h a r t<br />

Redactionele bijdragen<br />

Corien Baart, Klaus Bertisch, Marianne<br />

Broeder, Marc N. Chahin/Michiel Jongejan,<br />

Joke Dame, Hein van Eekert, Chris Engeler,<br />

Michel Khalifa, Agnita Menon, Adrienne<br />

Schneider en Sybille Wijffels<br />

Basisontwerp en lay-out<br />

Lex Reitsma<br />

mmv Leon Bloemendaal<br />

Omslag<br />

Beeld affiche Adam in ballingschap:<br />

Lex Reitsma<br />

Productie en advertenties<br />

Marjolijn Vis<br />

Lithografie<br />

Media Traffic Press, Amsterdam<br />

Druk<br />

Hollandia Printing<br />

Uitverkocht?<br />

Het Kassa-bespreekbureau van Het Muziektheater<br />

hanteert bij uitverkochte voorstellingen<br />

een volgnummersysteem. Vanaf een<br />

uur vóór aanvang van een voorstelling kunt<br />

u per persoon één volgnummer afhalen bij<br />

het Kassa-bespreekbureau. Van af een halfuur<br />

vóór aanvang worden ge reser veerde maar<br />

niet afgehaalde kaarten te koop aangeboden<br />

aan houders van een volgnummer. Per volgnummer<br />

kunt u maxi maal twee kaarten voor<br />

de betref fende voorstelling kopen.<br />

Boventiteling<br />

Alle voorstellingen van DNO worden<br />

Neder lands boventiteld. Het kan echter vóórkomen<br />

dat de boventiteling als gevolg van<br />

de enscen ering vanaf sommige plaatsen<br />

slechts gedeel telijk of helemaal niet zicht -<br />

baar is. Een beperkt aantal plaatsen biedt<br />

nooit zicht op de boventiteling. Dit zijn de<br />

kaarten in de 4de en 6de rang. Wilt u verzekerd<br />

zijn van een plaats met zicht op de<br />

boven tite ling, informeert u dan bij het Kassabespreek<br />

bureau.<br />

Openbaar vervoer<br />

Vanaf Amsterdam Centraal Station of<br />

Amsterdam Amstel brengen de metro’s<br />

53 en 54 en de sneltram 51 u naar de halte<br />

Water loo plein. Ook tram 9 gaat vanaf het<br />

Centraal Station rechtstreeks naar Het<br />

Muziektheater.<br />

Parkeren bij Het Muziektheater<br />

Onder Het Muziektheater bevindt zich de<br />

parkeer garage ‘Het Muziektheater’. <strong>De</strong>ze is<br />

echter niet exclusief voor onze bezoekers en<br />

is vaak al vroeg vol. Andere parkeergarages<br />

in de buurt zijn: ‘Waterlooplein’ aan de Valkenburgerstraat<br />

en ‘Markenhoven’ tegenover<br />

politiebureau IJtunnel.<br />

Acquisitie<br />

Willem Swart, Adtel Advertising &<br />

Telemarketing, Annen<br />

Rechthebbenden die menen aan deze uitgave aan-<br />

spraken te kunnen ontlenen, wordt verzocht contact<br />

op te nemen met de uitgever. Niets uit deze uitgave<br />

mag worden vermenigvuldigd en/ of openbaar<br />

ge maakt zonder voorafgaande toestemming van<br />

de uitgever.<br />

Abonnementen<br />

Abonnementhouders van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong><br />

krijgen <strong>Odeon</strong> gratis thuisgestuurd. Wilt u <strong>Odeon</strong><br />

ook ontvangen? Voor � 14,- ontvangt u alle vier<br />

nummers van het betreffende seizoen thuis.<br />

Losse nummers kosten � 3,50 incl. porto per stuk.<br />

Geef uw naam, adres, postcode en woonplaats<br />

op per (brief)kaart, e-mail of telefonisch. Zie linkerkolom.


ChEryl BarKEr’s<br />

DIsCOgraPhy On ChanDOs:<br />

CHAN 3138(2)<br />

‘These CDs make the best possible case for Makropulos,<br />

with Cheryl Barker outstanding as Emilia.’<br />

The Daily Mail<br />

Discover the full chanDos catalogue<br />

at www.chandos.net where you can browse and sample<br />

recordings, order CDs, superior quality mp3s and wma<br />

lossless files and keep updated with all new release<br />

information.<br />

Purchase in-store, online or download<br />

www.theclassicalshop.net<br />

CHAN 3145(2)<br />

‘… a moving and beautifully sung performance as<br />

the adorable and tragic Katya.’<br />

The Sunday Telegraph<br />

CHAN 3070(2)<br />

‘This is a performance that will undoubtedly give<br />

much pleasure and merit repeated hearings.’<br />

BBC Music Magazine<br />

‘Pick of the Month’<br />

CHAN 3140(2)<br />

Includes Puccini’s most passionate arias, and is a<br />

perfect collection for both those keen to discover<br />

more about <strong>Opera</strong> in English, as well established<br />

Puccini lovers.<br />

opera that speaks your language ©


ISBEWIJS<br />

st van trein en stoomboot in de 19de eeuw nam het reislosief<br />

toe. Nieuw statussymbool voor damesreizigers werd<br />

irtasje met een voorstelling van de bezochte bestemming.<br />

s Schwartz<br />

st en geschiedenis<br />

ksmuseum nr.4/2008<br />

€ 5,75<br />

EF!<br />

0<br />

9<br />

<strong>De</strong>co-dame<br />

Wie:<br />

Doris Zinkeisen<br />

(1898-1991). Schots<br />

kostuumontwerpster,<br />

schrijfster,<br />

begenadigd amazone<br />

en schilder.<br />

Was zeer gezien in<br />

de kunstscene van<br />

de jaren twintig –<br />

stond bekend om<br />

haar society portretten,<br />

schilderijen<br />

van paarden en<br />

muurschilderingen.<br />

<strong>De</strong>ed set en kleding<br />

van slechts<br />

een handvol films,<br />

die stuk voor stuk<br />

klassiekers werden:<br />

Victoria the<br />

Great, Bitter Sweet<br />

en Show Boat.<br />

Pronkte met:<br />

de fabuleuze<br />

mode uit de Jazz<br />

Age: bobkapsel,<br />

flapper dresses,<br />

gestileerde hoedjes,<br />

kimono’s met<br />

opvallende patronen<br />

en exotische<br />

omslagdoeken.<br />

Zelfportret, Doris<br />

Zinkeisen, 1929,<br />

National Portrait<br />

Gallery<br />

03-11-08 16:13:46<br />

EMMERECHTS HERINNERT OVERLEDEN KINDEREN<br />

Snijders kijkt met een zacht hart<br />

EN HIRST: DE SCHEDEL<br />

1.11.2008<br />

COMING<br />

SOON<br />

Joos van<br />

Cleve<br />

1519<br />

Leeftijd hier: ca. 55.<br />

Joos van Cleve<br />

wordt geboren in<br />

Duitsland, maar<br />

is bekend als<br />

‘Antwerpse schilder’.<br />

In zijn atelier<br />

laat hij gestandaardiseerdeefficiënte<br />

schilderijen<br />

produceren voor<br />

de vrije markt.<br />

Om zijn werk wel<br />

typisch ‘Cleve’ te<br />

maken verstopt<br />

hij er vaak zijn<br />

eigen gezicht in.<br />

Dít zelfportret is niet<br />

bedoeld voor de<br />

markt maar voor<br />

zijn aanstaande<br />

vrouw. Met de<br />

anjer in zijn hand<br />

belooft hij haar<br />

‘reine liefde’.<br />

Collectie<br />

Museo Thyssen-<br />

Bornemisza,<br />

Madrid.<br />

OOG Tijdschrift van het Rijksmuseum nr.5/2008 FEESTBEESTEN<br />

Oog in oog met kunst en geschiedenis<br />

Tijdschrift van het Rijksmuseum nr. 5/2008<br />

EN HUN DIENSTMEIDEN<br />

Nieuw design in het poppenhuis<br />

JOEP VAN LIESHOUT OVER MODERNE SLAVERNIJ<br />

00805<br />

8 710966 107164<br />

2e JAARGANG nr.5/2008 € 5,75<br />

<strong>De</strong> kunstenaar thuis<br />

<strong>De</strong> inmiddels 86-jarige Lucian Freud is niet geporteerd van aandacht<br />

voor zijn persoon. <strong>De</strong>s te opmerkelijker dus dat fotograaf Koos Breukel<br />

bij de meester op bezoek mocht om hem te portretteren.<br />

TEKST HANS DEN HARTOG JAGER<br />

EEN<br />

SESSIE<br />

BIJ<br />

FREUD<br />

Lucian Freud, thuis<br />

in Londen op bed<br />

met zijn hond Eli.<br />

Folkert de<br />

Jong (Alkmaar,<br />

1972) groeide op in<br />

Egmond aan Zee.<br />

<strong>De</strong>ed Hogeschool<br />

voor de Kunsten<br />

en daarna<br />

Rijksakademie<br />

voor Beeldende<br />

Kunsten in<br />

Amsterdam.<br />

<strong>De</strong> Jong maakt<br />

levensgrote<br />

sculpturale<br />

installaties met<br />

kunstschuim<br />

figuren, waarmee<br />

hij nationaal en<br />

internationaal<br />

furore maakte.<br />

In 2002 ontving<br />

hij de Charlotte<br />

Köhlerprijs, in 2003<br />

een Prix de Rome,<br />

in 2004 de Thieme<br />

Art Award en in<br />

2005 de <strong>De</strong>n<br />

Haag Sculpture<br />

‘Orange Award’.<br />

In 2009 is een<br />

solo-expositie<br />

van Folkert de<br />

Jong te zien in het<br />

Groninger Museum<br />

(vanaf 28 juni, zie<br />

ook www.groningermuseum.nl).<br />

HAHAHAHA<br />

HORROR<br />

Zo’n zeven jaar geleden maakte ik kennis met<br />

het werk van Folkert de Jong (Egmond aan<br />

Zee, 1972). Hij kwam net van de Amsterdamse<br />

Rijksakademie en had zijn eerste solo-expositie<br />

bij Stedelijk Museum Bureau Amsterdam. Wat<br />

hij maakte had ik nog nooit gezien. Nou ja, ik had het wél gezien – op de naargeestige en gruwelijke<br />

oorlogstaferelen van de Duitse schilder Otto Dix en de Spaanse Francisco Goya. En op de horrordoeken<br />

van Jeroen Bosch. Maar nooit eerder zag ik de Dood zoals Folkert de Jong hem in 2001 verbeeldde: in<br />

een danse macabre van stramme lichamen, opgebouwd uit babyblauw piepschuim en eigeel purschuim.<br />

Toen al was de kunstenaar gefascineerd door dat wat hij nu, zeven jaar later, met uiterste nauwgezetheid<br />

en in een bewonderenswaardige hoeveelheid kunstwerken heeft ontleed, onderzocht, heeft uitgebeend<br />

bijna. <strong>De</strong> donkere kant van de mens. Geheime hobby’s, Oostenrijkse gruwelkelders, bizarre fantasieën en<br />

dingen die angstvallig buiten het alledaagse leven moeten worden gehouden omdat ze verwerpelijk zijn.<br />

Folkert de Jong licht het deksel op van waaronder dit alles naar boven kan kruipen, het daglicht in.<br />

<strong>De</strong> dood is een thema dat aanspreekt, al eeuwenlang herkenbaar is, en dat <strong>De</strong> Jong vooral aantrekt<br />

vanwege de iconografie die ermee is verbonden. Zijn liefde voor symboliek en de vreemde vrolijkheid<br />

van zijn monsterlijke beelden maken dat hij als kunstenaar inmiddels ook internationaal aanzien heeft<br />

verworven.<br />

Folkerts realistische taferelen zijn in de loop der tijd steeds monumentaler en bewerkelijker<br />

geworden. Nog altijd maakt hij gebruik van dat relatief simpele piepschuim en purschuim, maar daarbij<br />

is hij steeds meer delen van zijn beelden zelf gaan boetseren en afgieten in polyurethaanschuim.<br />

Ook gebruikt hij steeds vaker pigmenten die hij door het schuim mengt, zoals in Les Saltimbanques<br />

(2007). <strong>De</strong>ze installatie, gemaakt voor <strong>De</strong> Jongs eerste solo-expositie in New York, bestaat uit prachtig<br />

gekleurde figuren die geïnspireerd zijn op de harlekijns uit Picasso’s roze periode. Het levert een nog<br />

vreemdere tegenstelling op: pastelkleuren, gecombineerd met het gevoel dat er iets vreselijks staat te<br />

gebeuren. “Het Kwaad kan er heel zoet uitzien”, zei <strong>De</strong> Jong ooit in een interview. “En iets dat aantrekkelijk<br />

lijkt, kan veranderen in iets heel gevaarlijks. <strong>De</strong> gezichten van het Kwaad zijn niet duidelijk<br />

herkenbaar.”<br />

<strong>De</strong> eeuwige constante in het werk van Folkert de Jong is de dood. Die is alomtegenwoordig en bevindt<br />

zich niet alleen in de inhoud, maar ook in de vorm: in het gebruik van doodshoofden bijvoorbeeld. En<br />

in de uiterst kwetsbare en vergankelijke materialen die hij gebruikt. Het klinkt gek, maar het is alsof de<br />

beelden van Folkert de Jong dat zelf ook steeds meer beseffen. <strong>De</strong> gelaten clowns van Les Saltimbanques,<br />

de strompelende muzikanten in The <strong>De</strong>ath March (2007); in niets lijken ze op de wellustige en overmoedige<br />

wezens van vroeger die lachend lichaamsdelen afhakten. <strong>De</strong> verstilling in zijn werk wijst op<br />

een duidelijke ontwikkeling, een verdieping van het onderwerp dat hij al zo lang onderzoekt. Zijn blik<br />

is breder geworden. Hij verwijst vaker naar hedendaagse wereldse gebeurtenissen, zonder het putten<br />

uit de rijke (kunst)historische traditie te staken en zijn eigen herkenbare signatuur op te geven. <strong>De</strong><br />

branie is grotendeels verdwenen, de dood blijkt allang geen picknick meer. <<br />

1033001_folkertdejong.indd 2 15-08-08 15:43:48<br />

1034369_freud.indd 84 28-01-09 18:18:33 1034369_freud.indd 85 28-01-09 18:18:34<br />

g oo o<br />

1034369_Knipoog.indd 55 28-01-09 17:48:12<br />

30-01-08 18:26:01<br />

1031114_AccessoiresNWuitsnede.indd <strong>73</strong> 30-01-08 18:26:03<br />

Rubriekskop<br />

evt onderkop<br />

I stare at myself in the morning and I think: Wow, I’m<br />

really great-looking... I think I’m the greatest, anyway.<br />

Iggy Pop, rocklegende (1947)<br />

Tot het einde van<br />

de 18de eeuw<br />

droegen vrouwen<br />

hun persoonlijke<br />

spullen vaak<br />

onder hun kleren<br />

in speciale losse<br />

zijzakken aan de<br />

binnenkant van<br />

hun hoepelrok.<br />

Daarna gingen jurken<br />

meer aansluiten<br />

op het lichaam<br />

en waren vrouwen<br />

genoodzaakt hun<br />

geld en sleutels in<br />

de hand te dragen.<br />

Gebreide kralenbeurs<br />

met daarop<br />

Zarafa, de eerste<br />

giraf die leefde in<br />

de Parijse Jardin<br />

des Plantes.<br />

Frankrijk, 1827<br />

19-05-08 17:48:01<br />

1033360_MauriceScheltens.indd 111 03-11-08 15:49:16<br />

1031758_tassen.indd 3 19-05-08 17:48:04<br />

Tentoonstelling op papier<br />

Het werk van Folkert de Jong is een danse macabre van kunstschuim<br />

figuren. <strong>De</strong> donkere kant van de mens wordt daarin onderzocht,<br />

ontleed en uitgebeend. In pastelroze en babyblauw.<br />

TEKST MEREL BEM FOTOGRAFIE AATJAN RENDERS<br />

navigatie beeld artikel<br />

Oog 2<br />

Catharina van<br />

Hemessen<br />

1548.<br />

Leeftijd hier: 20.<br />

Over de Antwerpse<br />

Catharina van<br />

Hemessen, dochter<br />

van een schilder<br />

en kunsthandelaar,<br />

is weinig bekend.<br />

We weten alleen<br />

dat zij een fikse<br />

erfenis kreeg van<br />

de koningin van<br />

Hongarije, van<br />

wie zij overigens<br />

geen familie was.<br />

Dit zelfportret met<br />

de donkere achtergrond<br />

en de<br />

ondoorgrondelijke<br />

tekst maakt haar<br />

alleen maar<br />

mysterieuzer.<br />

Collectie<br />

Hermitage, Sint-<br />

Petersburg.<br />

Bokaal,<br />

Salviatie &<br />

Co Venetië<br />

(glasmakers),<br />

periode<br />

1850 - 1875<br />

<strong>De</strong>ze bokaal is<br />

een verbeelding<br />

van de zee.<br />

In de verdikking<br />

van de steel zijn<br />

vissen en koraal<br />

geblazen en de<br />

golfjes en de<br />

blauwe kleurschakeringen<br />

in<br />

de kelk geven een<br />

waterig effect.<br />

3<br />

5<br />

6<br />

<strong>De</strong> aanwinst<br />

NSB-foto’s<br />

Voortdurend verwerft het Rijksmuseum nieuwe<br />

objecten voor de collectie. Dat kan een Jan<br />

Steen zijn, voor bijna twaalf miljoen euro, maar<br />

ook een portfolio met moderne fotografie.<br />

<strong>De</strong> afdeling Geschiedenis van het Rijksmuseum<br />

kocht onlangs een collectie NSB-foto’s uit<br />

de Tweede Wereldoorlog. Onderdeel van<br />

deze verzameling van 400 foto’s zijn tientallen<br />

pasfoto’s, vermoedelijk afkomstig van NSBlidmaatschapspassen.<br />

Kees Zandvliet, hoofd Geschiedenis: “Het is de<br />

bedoeling diverse facetten te kunnen tonen<br />

van de bezetting van Nederland. <strong>De</strong> oorlog<br />

is een belangrijk ijkpunt van de twintigste<br />

eeuw. <strong>De</strong> pas foto’s tonen een beeld dat niet<br />

helemaal strookt met het beeld in het collectieve<br />

geheugen van Nederland. NSB’ers gemoedelijk<br />

met een kind op de foto, anderen voorzichtig<br />

glimlachend.” <strong>De</strong> pasfoto’s kunnen afkomstig zijn<br />

van identiteitskaarten die NSB’ers op zak hadden<br />

of van registratiekaarten uit hun ledenadministratie.<br />

<strong>De</strong> foto’s zijn na de oorlog in het ongerede<br />

geraakt en uiteindelijk in handen gekomen van<br />

een verzamelaar die zijn collectie aanbood aan<br />

het Rijksmuseum. Ook de hier niet afgebeelde<br />

toeristische plaatjes in de collectie tonen een<br />

wat naïef beeld: NSB’ers die opgewekt door de<br />

straten trekken met het muziekkorps. Zandvliet:<br />

“Met name deze foto’s lijken aan te tonen dat<br />

Duitsers en Nederlanders de bezetting – zeker in<br />

het begin – vaak zagen als een alliantie tussen<br />

bevriende volkeren.”<br />

<strong>De</strong> collectie is te zien in de studiezaal van het<br />

Rijksmuseum.<br />

<strong>De</strong> identiteit van de geportretteerden is in de<br />

meeste gevallen niet bekend. Informatie is<br />

welkom bij de afdeling Geschiedenis van het<br />

Rijksmuseum, p.eckhardt@rijksmuseum.nl.<br />

20 Oog<br />

4<br />

7<br />

Oog 111<br />

minimuseum<br />

3 Zielig stoeltje,<br />

AMANDA BISESSER (12 jaar)<br />

4 Paarse appel,<br />

ROBIN KUNST (13 jaar)<br />

5 Pink Gun Dave Olipot,<br />

JORDY LUBBERS en JESSE FRANKEN<br />

(beiden 12 jaar)<br />

6 Blue Silence,<br />

BRIGITTE JANSEN (17 jaar)<br />

7 Brandend hart,<br />

ZOË JANE LUB (13 jaar)<br />

Oog 55<br />

ONDER REDACTIE VAN AYA VAN CASPEL<br />

5 x<br />

per<br />

jaar<br />

voor<br />

maar<br />

€ 25<br />

neem nu een abonnement<br />

ga naar www.oogmagazine.nl<br />

of bel 0161-459521<br />

tijdschrift over kunst<br />

& geschiedenis<br />

van het rijksmuseum<br />

‘het beste<br />

nieuwe<br />

tijdschrift<br />

van het<br />

jaar!’<br />

1029976_<strong>De</strong>Aanwinst.indd 20 02-11-07 12:55:03 1029976_<strong>De</strong>Aanwinst.indd 21 02-11-07 12:55:06 1031758_Portretgalerij.indd 68 08-04-08 14:01:50 1031758_Portretgalerij.indd 69<br />

EN<br />

VERGEEF<br />

ONS<br />

ONZE<br />

SCHULD<br />

Oog 21<br />

OOG Tijdschrift van het Rijksmuseum nr.1/2009 KIJK<br />

Portrettengalerij<br />

Op de wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam was voor een<br />

dubbeltje extra iets spannends te zien: levende negers en Indianen, net<br />

overgevaren uit Suriname. Als een kermisattractie stonden ze daar.<br />

<strong>De</strong> Fransman Roland Bonaparte noteerde nauwgezet hun gegevens<br />

en bundelde deze met foto’s in een in 1884 uitgekomen boek. Ook<br />

het tijdschrift Eigen Haard wijdde vele pagina’s aan het fenomeen.<br />

expo<br />

Oog in oog met kunst en geschiedenis<br />

Tijdschrift van het Rijksmuseum nr. 1/2009<br />

‘HET BESTE<br />

NIEUWE<br />

TIJDSCHRIFT<br />

VAN HET<br />

JAAR!’<br />

MIJ!<br />

IJdeltuitenspecial met 53 zelfportretten<br />

EINDELIJK BINNEN BIJ LUCIAN FREUD<br />

Kwamina Baja<br />

(‘Boschneger’)<br />

‘<strong>De</strong> 28-jarige<br />

Kwamina<br />

Baja is een<br />

Sarramaccaner,<br />

afkomstig van<br />

de boven-<br />

Saramacca. Hij<br />

maakte deze reis<br />

naar Europa mede<br />

tegen den zin<br />

zijner familie, die<br />

zich zelfs naar den<br />

gouverneur begaf<br />

om zijn vertrek te<br />

verhinderen; doch<br />

deze verklaarde<br />

hiertoe, volgens<br />

der blanken wetten,<br />

geen macht<br />

te bezitten, daar<br />

Baja meerderjarig<br />

was.’<br />

Uit: het publiekstijdschrift<br />

Eigen Haard<br />

(1883)


Het MUZIEKTHEATER<br />

AMSTERDAM<br />

Er zijn nog<br />

online-abonnementen<br />

beschikbaar!<br />

reserveren<br />

T 020 625 5455<br />

www.dno.nl<br />

Fromental Halévy<br />

La Juive<br />

Michel van der Aa<br />

After Life<br />

Henry Purcell<br />

Dido and Aeneas<br />

Gaetano Donizetti<br />

L’elisir d’amore<br />

Richard Strauss<br />

Salome<br />

Giacomo Puccini<br />

La fanciulla del West<br />

Wolfgang Amadeus Mozart<br />

Le nozze di Figaro<br />

Richard Wagner<br />

<strong>De</strong>r fliegende Holländer<br />

Luigi Dallapiccola | Béla Bartók<br />

Il prigioniero | Blauwbaards burcht<br />

Kaija Saariaho<br />

Emilie<br />

Hector Berlioz<br />

Les Troyens<br />

Giacomo Puccini | Luciano Berio<br />

Turandot<br />

Cherubini | Gluck | Grétry | Méhul | Berlioz<br />

Altre Stelle<br />

Alexander Raskatov<br />

A Dog’s Heart<br />

Francesco Bartolomeo Conti<br />

Don Chisciotte in Sierra Morena<br />

Luister is hét toonaangevende klassieke muziektijdschrift en verschijnt acht<br />

keer per jaar.<br />

Nu nog méér pagina’s vol interviews, recensies, beschouwingen en<br />

portretten van componisten en uitvoerenden!<br />

Elke uitgave met een prachtige compilatie cd.<br />

Word nu lid en ontvang Luister één jaar lang voor slechts € 48,-<br />

www.luister.nl Tel: 0900-202 2708 E-mail: abonnement@bcm.nl<br />

2009 2010<br />

Luister_189x133.indd 1 11-02-2009 16:56:46

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!