02.09.2015 Views

De Boom en het Rizoom

De Boom en het Rizoom - School voor Openbaar Bestuur

De Boom en het Rizoom - School voor Openbaar Bestuur

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong><br />

Overheidssturing in e<strong>en</strong> Netwerksam<strong>en</strong>leving<br />

Dit Essay is geschrev<strong>en</strong> door:<br />

dr. M. van der Ste<strong>en</strong> | drs. R. Peeters | prof. dr. M. van Twist


Inhoud<br />

Sam<strong>en</strong>vatting: stur<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> netwerk, zoek<strong>en</strong> naar verbinding 3<br />

1 | Externe aanleiding: complexiteit van de sam<strong>en</strong>leving 9<br />

2 | Interne dynamiek: de Staat zonder Geld 19<br />

3 | <strong>De</strong> overheid in verhouding tot drie netwerkvorm<strong>en</strong> 25<br />

4 | Organiser<strong>en</strong> van tuss<strong>en</strong>functies 41<br />

5 | Tuss<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>: onvolkom<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong> als uitgangspunt 53<br />

Refer<strong>en</strong>ties 59


Sam<strong>en</strong>vatting:<br />

stur<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> netwerk, zoek<strong>en</strong> naar<br />

verbinding<br />

E<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d aantal problem<strong>en</strong> <strong>en</strong> vraagstukk<strong>en</strong> waarvoor de overheid<br />

zich geplaatst ziet – of verantwoordelijk wordt gehoud<strong>en</strong> – heeft <strong>het</strong> karakter<br />

van e<strong>en</strong> ‘netwerkprobleem’: e<strong>en</strong> groot aantal partij<strong>en</strong> is betrokk<strong>en</strong>, met<br />

uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong>, visies <strong>en</strong> belang<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> fragm<strong>en</strong>tatie van macht<br />

<strong>en</strong> verantwoordelijkheid, zonder dat er één actor is die eig<strong>en</strong>standig tot e<strong>en</strong><br />

oploss<strong>en</strong>de interv<strong>en</strong>tie kan kom<strong>en</strong>. In veel van dergelijke problem<strong>en</strong> zijn<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zowel de verschill<strong>en</strong>de oplossingsrichting<strong>en</strong> als de analyse van<br />

<strong>het</strong> probleem betwist: de vraag ‘wat precies <strong>het</strong> probleem is’, wordt door<br />

verschill<strong>en</strong>de actor<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>d, vaak teg<strong>en</strong>strijdig, beantwoord.<br />

Ondanks de complexiteit <strong>en</strong> de analytische ‘onoplosbaarheid’ van problem<strong>en</strong><br />

wordt van de overheid op e<strong>en</strong> aantal terrein<strong>en</strong> verwacht dat deze wel<br />

degelijk interv<strong>en</strong>ieert, voor verbetering zorgt <strong>en</strong> liefst e<strong>en</strong> kwestie geheel<br />

van de ag<strong>en</strong>da laat verdwijn<strong>en</strong>. Van de overheid wordt dus wel degelijk <strong>het</strong><br />

nodige verwacht: in <strong>het</strong> veld, door burgers, <strong>en</strong> niet in de laatste plaats door<br />

de politiek. Van <strong>het</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur, <strong>en</strong> van bestuurders, wordt verwacht<br />

dat zij er in slag<strong>en</strong> om op complexe dossiers voortgang te boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> tot<br />

succesvolle interv<strong>en</strong>tie kom<strong>en</strong>. <strong>De</strong> vraag is dan hoe, gegev<strong>en</strong> de complexiteit<br />

van de problematiek, overheidsorganisaties toch tot ‘beleidsrealisatie’<br />

kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. <strong>De</strong> term beleidsrealisatie verwijst daarbij naar <strong>het</strong> niet alle<strong>en</strong><br />

bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> ‘voer<strong>en</strong> van beleid’, maar naar <strong>het</strong> ook daadwerkelijk ‘boek<strong>en</strong><br />

van resultat<strong>en</strong>’, in de brede zin van <strong>het</strong> woord: <strong>het</strong> gaat om beleid dat e<strong>en</strong><br />

beoogd maatschappelijk effect teweeg br<strong>en</strong>gt. Het gaat om <strong>het</strong> realiser<strong>en</strong> van<br />

beleid dat werkt.<br />

Als we ‘beleidsrealisatie’ – <strong>het</strong> bereik<strong>en</strong> van beoogd maatschappelijk effect – als<br />

uitgangspunt nem<strong>en</strong>, dan werpt dat de vraag op welk soort sturing daartoe<br />

gevraagd is. Onder datg<strong>en</strong>e wat gerealiseerd wordt (‘beleid’) verstaan we in<br />

dit geval de resultat<strong>en</strong> die vanuit bepaalde uitgangspunt<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

nagestreefd <strong>en</strong> waarvoor interv<strong>en</strong>ties word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd. Dat kan alle<strong>en</strong><br />

succesvol gebeur<strong>en</strong> als de interv<strong>en</strong>ties word<strong>en</strong> ingezet vanuit e<strong>en</strong> sturingsfi-<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 3


losofie die past bij <strong>het</strong> type vraagstuk <strong>en</strong> de context waarop <strong>het</strong> beleid<br />

betrekking heeft. We noem<strong>en</strong> dat hier <strong>het</strong> conting<strong>en</strong>tieprincipe: de vorm<br />

van de sturing volgt de aard van de maatschappelijke problematiek. <strong>De</strong><br />

organisatie van de sturing is flexibel g<strong>en</strong>oeg om zich naar de vorm van de<br />

maatschappelijke problematiek te voeg<strong>en</strong>. Wij betog<strong>en</strong> in dit essay dat veel<br />

van <strong>het</strong> bestaande sturingsinstrum<strong>en</strong>tarium <strong>en</strong> veel van de ingezette<br />

interv<strong>en</strong>ties niet goed meer pass<strong>en</strong> bij de veranderde omstandighed<strong>en</strong><br />

waarin overheidsbeleid moet functioner<strong>en</strong>. Het netwerkkarakter van<br />

sam<strong>en</strong>leving<strong>en</strong> maakt dat bestaande interv<strong>en</strong>ties – bijvoorbeeld oplegg<strong>en</strong><br />

of verbied<strong>en</strong> – in veel context<strong>en</strong> <strong>en</strong> omgeving<strong>en</strong> niet of ‘anders’ werk<strong>en</strong>: er<br />

wordt wel e<strong>en</strong> effect bereikt, maar niet datg<strong>en</strong>e dat wat bedoeld was. We<br />

sprek<strong>en</strong> in dat geval van e<strong>en</strong> tekort aan beleidsrealisatie: beleid bereikt maar e<strong>en</strong><br />

deel van <strong>het</strong> beoogde doel. E<strong>en</strong> tweede gevolg van e<strong>en</strong> onvolledige invulling<br />

van <strong>het</strong> conting<strong>en</strong>tieprincipe is dat er voortdur<strong>en</strong>d kans<strong>en</strong> onb<strong>en</strong>ut word<strong>en</strong><br />

gelat<strong>en</strong>, bijvoorbeeld als de huidige manier van sturing onvoldo<strong>en</strong>de<br />

ruimte maakt <strong>en</strong> laat voor maatschappelijke initiatiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> eig<strong>en</strong> initiatiev<strong>en</strong><br />

van burgers, ondernemers <strong>en</strong> onderneming<strong>en</strong>. In dat geval gaat <strong>het</strong> niet<br />

zozeer om e<strong>en</strong> tekort aan beleidsrealisatie, maar om <strong>het</strong> onb<strong>en</strong>ut lat<strong>en</strong> van<br />

maatschappelijk probleemoploss<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> tekort aan b<strong>en</strong>utting van<br />

maatschappelijk pot<strong>en</strong>tieel.<br />

Onze stelling is dat <strong>het</strong> overheidsbeleid zoals <strong>het</strong> nu gevoerd wordt in<br />

context<strong>en</strong> die te karakteriser<strong>en</strong> zijn als e<strong>en</strong> netwerksam<strong>en</strong>leving niet goed<br />

werkt, in die zin dat <strong>het</strong> door e<strong>en</strong> gebrekkige invulling van <strong>het</strong> conting<strong>en</strong>tiebeginsel<br />

leidt tot e<strong>en</strong> tekort aan beleidsrealisatie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> te geringe<br />

b<strong>en</strong>utting van maatschappelijk pot<strong>en</strong>tieel. <strong>De</strong> zoektocht in dit essay is er<br />

vervolg<strong>en</strong>s op gericht om sturingsprincipes te formuler<strong>en</strong> die wel pass<strong>en</strong> in<br />

<strong>het</strong> conting<strong>en</strong>tieprincipe <strong>en</strong> om daarbij ook weer te gev<strong>en</strong> hoe dat<br />

organisatorisch in structur<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties invulling kan krijg<strong>en</strong>. Dat is<br />

temeer relevant, omdat wij tev<strong>en</strong>s betog<strong>en</strong> dat <strong>het</strong> mer<strong>en</strong>deel van de<br />

werkelijk knell<strong>en</strong>de problematiek zich in dit deel van de sam<strong>en</strong>leving<br />

bevindt: de meest urg<strong>en</strong>te <strong>en</strong> knell<strong>en</strong>de problem<strong>en</strong> zijn netwerkproblem<strong>en</strong>.<br />

<strong>De</strong> meest belangrijke <strong>en</strong> noodzakelijke sturing is netwerksturing.<br />

Volg<strong>en</strong>s ons heeft dergelijke netwerksturing de vorm van wat wij ‘maatschappelijke<br />

sturing’ noem<strong>en</strong>. Het uitgangspunt van maatschappelijke<br />

sturing is dat de overheid probeert om maatschappelijke veerkracht <strong>en</strong><br />

maatschappelijke dynamiek zoveel mogelijk te faciliter<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijk te<br />

mak<strong>en</strong>. Dat betek<strong>en</strong>t dat de stur<strong>en</strong>de actor<strong>en</strong> doelgericht zoek<strong>en</strong> naar<br />

4 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


interv<strong>en</strong>ties – soms heel direct <strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong>d, soms meer indirect, loslat<strong>en</strong>d<br />

of kaderstell<strong>en</strong>d – die voor e<strong>en</strong> specifiek domein e<strong>en</strong> dusdanige maatschappelijke<br />

dynamiek uitlokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijk mak<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> door beleid<br />

gew<strong>en</strong>ste beweging ontstaat: maatschappelijke actor<strong>en</strong> zijn dan in<br />

belangrijke mate zelf actief <strong>en</strong> verantwoordelijk voor probleemoplossing.<br />

Mogelijk ook zelfs voor de definitie van <strong>het</strong> probleem. E<strong>en</strong> dergelijke vorm<br />

van sturing, <strong>en</strong> de overheidsrol die daarbij past, is te typer<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />

optred<strong>en</strong> in betrokk<strong>en</strong> bescheid<strong>en</strong>heid. Dat wil zegg<strong>en</strong>, wél betrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

verantwoordelijk, maar zonder e<strong>en</strong> invulling van die betrokk<strong>en</strong>heid op e<strong>en</strong><br />

manier die maatschapelijke dynamiek verdringt. Wel oploss<strong>en</strong>, maar niet<br />

overnem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> probleem. Dat br<strong>en</strong>gt wel met zich mee dat de overheid<br />

ook e<strong>en</strong> bepaalde mate van ‘op<strong>en</strong>heid’ moet toelat<strong>en</strong> als <strong>het</strong> gaat om de<br />

beoogde uitkomst<strong>en</strong>. Het b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van maatschappelijk pot<strong>en</strong>tieel is niet<br />

<strong>het</strong>zelfde als <strong>het</strong> overlat<strong>en</strong> van de uitvoering van <strong>het</strong>ge<strong>en</strong> door de overheid<br />

bedacht is aan maatschappelijke partij<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> netwerksetting zijn de<br />

verhouding<strong>en</strong> horizontaler: ook maatschappelijke partij<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> invloed<br />

op de aanpak <strong>en</strong> de uitkomst, <strong>en</strong> will<strong>en</strong> (begrijpelijkerwijs) hun belang<strong>en</strong><br />

daarin weerspiegeld zi<strong>en</strong>. Dat is ook exact de prikkel voor die partij<strong>en</strong> om<br />

mee te werk<strong>en</strong>!<br />

Dat betek<strong>en</strong>t, per onderwerp op maat ingezet, e<strong>en</strong> combinatie van regel<strong>en</strong><br />

op hoofdlijn<strong>en</strong>, loslat<strong>en</strong>, kaders stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijk ook op punt<strong>en</strong> heel<br />

direct interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door middel van handhaving, facilitering<br />

<strong>en</strong> sanctionering. Dat betek<strong>en</strong>t dat t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de rol van de overheid<br />

e<strong>en</strong> paradoxale uitkomst ontstaat: e<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> dat meer overlaat aan de<br />

maatschappelijke actor<strong>en</strong> moet buit<strong>en</strong>gewoon krachtig zijn. Kwalitatief<br />

sterk, met e<strong>en</strong> bijzonder vermog<strong>en</strong> om dynamiek op gang te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, te<br />

richt<strong>en</strong> <strong>en</strong> waar nodig (bij) te stur<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> overheid die vanuit ‘betrokk<strong>en</strong><br />

bescheid<strong>en</strong>heid’ opereert moet dus ‘krachtiger’ <strong>en</strong> ‘sterker’ zijn dan e<strong>en</strong><br />

overheid die zich vanuit verantwoordelijkheid ‘groot’ maakt <strong>en</strong> heel direct<br />

‘interv<strong>en</strong>ieert’. Dat noopt overig<strong>en</strong>s ook tot e<strong>en</strong> andere invulling van wat<br />

teg<strong>en</strong>woordig onder ‘bestuurskracht’ wordt verstaan.<br />

E<strong>en</strong> dergelijke veranderde focus heeft uiteraard implicaties voor de<br />

organisatie <strong>en</strong> gaat in <strong>het</strong> bijzonder gepaard met verander<strong>en</strong>de compet<strong>en</strong>ties.<br />

Dat geldt voor <strong>het</strong> politiek bestuur, maar ook voor de ambtelijke organisatie.<br />

E<strong>en</strong> organisatie die ruimte maakt voor de beweeglijkheid <strong>en</strong> <strong>het</strong><br />

initiatief van ander<strong>en</strong> k<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> heel andere ord<strong>en</strong>ing dan e<strong>en</strong> organisatie<br />

die zich primair bezighoudt met <strong>het</strong> voorschrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> ord<strong>en</strong><strong>en</strong> van de<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 5


eweging<strong>en</strong> die ander<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>. Dat heeft gevolg<strong>en</strong> voor de<br />

inrichting van de organisatie – voorbij verkokering, verschuiving van <strong>het</strong><br />

zwaartepunt naar de rand<strong>en</strong> van organisatie waar de interactie met de<br />

buit<strong>en</strong>wereld plaatsvindt –, voor juridische kernwaard<strong>en</strong> van <strong>het</strong> bestuur –<br />

minder e<strong>en</strong>zijdige focus op gelijkheid <strong>en</strong> meer op rechtmatigheid <strong>en</strong> situationaliteit<br />

van bestuur <strong>en</strong> beleid –, <strong>en</strong> voor de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>ties die in de<br />

organisatie aanwezig zijn. Verbinding<strong>en</strong> aangaan, creativiteit, oog voor de<br />

loop van <strong>het</strong> spel, procesmanagem<strong>en</strong>t, <strong>het</strong> zoek<strong>en</strong> naar onverwachte<br />

ontmoeting<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> productief mak<strong>en</strong> van verbinding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong><br />

zijn compet<strong>en</strong>ties die op termijn de rol van de klassieke beleidsmaker zull<strong>en</strong><br />

vervang<strong>en</strong>. Het vermog<strong>en</strong> om met relevante partij<strong>en</strong> productieve verbinding<strong>en</strong><br />

aan te gaan, soms onverwachte allianties te smed<strong>en</strong> <strong>en</strong> partij<strong>en</strong> bij<br />

elkaar te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, wordt daarmee cruciaal. Net als <strong>het</strong> vermog<strong>en</strong> om in<br />

dergelijke netwerk<strong>en</strong> gezaghebb<strong>en</strong>d te kunn<strong>en</strong> operer<strong>en</strong>, in <strong>het</strong> bijzonder<br />

daar waar de concrete machtsbasis onder <strong>het</strong> gezag is vervaagd of beschadigd<br />

is geraakt. Dat betek<strong>en</strong>t onder meer dat beleidsrealisatie minder vanuit<br />

de kern van de organisatie komt <strong>en</strong> zich naar de rand<strong>en</strong> verplaatst. Sturing<br />

vindt dan plaats in de interface van de organisatie: in de relatie van <strong>het</strong><br />

‘binn<strong>en</strong>’ met actor<strong>en</strong> ‘buit<strong>en</strong>’. Dus letterlijk aan de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van de<br />

organisatie. Het gebied ‘tuss<strong>en</strong>’ <strong>het</strong> bestuur/beleid <strong>en</strong> <strong>het</strong> ‘veld’ wordt<br />

belangrijker. Dat betek<strong>en</strong>t bijvoorbeeld dat er professionals zijn die de<br />

doelstelling van de bewindspersoon ‘me<strong>en</strong>em<strong>en</strong>’ naar buit<strong>en</strong> <strong>en</strong> daar ter<br />

plekke met volg<strong>en</strong>s h<strong>en</strong> relevante actor<strong>en</strong> verbinding aangaan. Dat<br />

impliceert handelingsruimte, beoordelingsvermog<strong>en</strong>, strategisch inzicht <strong>en</strong><br />

politiek-bestuurlijke gevoeligheid. Daartoe is steeds e<strong>en</strong> combinatie<br />

b<strong>en</strong>odigd van elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van ‘structuur’ – de inrichting van de organisatie<br />

– <strong>en</strong> ‘professionaliteit’ – de compet<strong>en</strong>ties van de betreff<strong>en</strong>de professional.<br />

Leeswijzer<br />

In dit essay kom<strong>en</strong> we via de volg<strong>en</strong>de stapp<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> uitwerking van deze<br />

red<strong>en</strong>eerlijn.<br />

Beleidsrealisatie in e<strong>en</strong> verander<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>leving vraagt om andersoortige<br />

sturing: duiding van de veranderde condities <strong>en</strong> de implicaties daarvan voor<br />

sturing.<br />

Beleidsrealisatie ‘is’ in de veranderde sam<strong>en</strong>leving <strong>het</strong> vermog<strong>en</strong> om<br />

6 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


netwerk<strong>en</strong> in beweging te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> die verbinding te richt<strong>en</strong> <strong>en</strong> productief<br />

te mak<strong>en</strong>: hoe ziet <strong>het</strong> interv<strong>en</strong>tierepertoire eruit, hoe word<strong>en</strong><br />

bestaande instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut <strong>en</strong> welk nieuw instrum<strong>en</strong>tarium is nodig/<br />

bruikbaar?<br />

Hoe past dit interv<strong>en</strong>tierepertoire in de bestaande organisatorische context:<br />

welke kans<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedreiging<strong>en</strong>, belemmering<strong>en</strong> <strong>en</strong> aangrijpingspunt<strong>en</strong> zijn<br />

er in de bestaande organisatievorm van <strong>het</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur – <strong>en</strong> in<br />

rec<strong>en</strong>te beweging<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanpassing<strong>en</strong> op dat front – <strong>en</strong> wat betek<strong>en</strong><strong>en</strong> die<br />

voor <strong>het</strong> b<strong>en</strong>oemde interv<strong>en</strong>tierepertoire? Wat is nog nodig <strong>en</strong> wat blijft<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 7


onb<strong>en</strong>ut?<br />

1 | Externe aanleiding:<br />

complexiteit van de sam<strong>en</strong>leving<br />

E<strong>en</strong> op<strong>en</strong> deur?<br />

Het klinkt inmiddels als e<strong>en</strong> cliché, maar onze sam<strong>en</strong>leving is de afgelop<strong>en</strong><br />

dec<strong>en</strong>nia fundam<strong>en</strong>teel veranderd in de richting van e<strong>en</strong> grotere complexiteit<br />

<strong>en</strong> onoverzichtelijkheid. <strong>De</strong> Duitse socioloog Habermas spreekt al eind<br />

jar<strong>en</strong> ’80 van de vorige eeuw van e<strong>en</strong> ‘nieuwe onoverzichtelijkheid’, <strong>en</strong><br />

halverwege de jar<strong>en</strong> ’90 poneert Manuel Castells (1995) <strong>het</strong> begrip ‘netwerksam<strong>en</strong>leving’<br />

(Castells, 2009). Vooral <strong>het</strong> begrip netwerksam<strong>en</strong>leving is<br />

dusdanig ingeburgerd in de bestuurskundige <strong>en</strong> bestuurlijke wereld dat <strong>het</strong><br />

gebruik ervan vrijwel gelijk staat aan <strong>het</strong> intrapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> deur.<br />

Toch staan ook wij hier stil bij de gevolg<strong>en</strong> van de verander<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>leving<br />

voor de rol <strong>en</strong> positie van de overheid t<strong>en</strong> opzichte van die sam<strong>en</strong>leving.<br />

En wel om twee red<strong>en</strong><strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste omdat de idee van de ‘op<strong>en</strong> deur’<br />

<strong>het</strong> verder doord<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van de betek<strong>en</strong>is van e<strong>en</strong> netwerksam<strong>en</strong>leving kan<br />

belemmer<strong>en</strong>; de deur mag dan wel geop<strong>en</strong>d zijn, wat er achter die deur<br />

schuilgaat is nog onvoldo<strong>en</strong>de begrep<strong>en</strong>, laat staan voldo<strong>en</strong>de b<strong>en</strong>ut. En<br />

t<strong>en</strong> tweede omdat <strong>het</strong> ‘op<strong>en</strong> deur’-gehalte niet wegneemt dat de netwerksam<strong>en</strong>leving<br />

voor overhed<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> perman<strong>en</strong>te worsteling zorgt. Die<br />

worsteling, zo betog<strong>en</strong> wij hier, komt niet zozeer voort uit onkunde of<br />

onwet<strong>en</strong>dheid, maar uit e<strong>en</strong> gebrek aan acceptatie van de onvermijdelijke<br />

spanning in de relatie tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hiërarchisch georganiseerd op<strong>en</strong>baar<br />

bestuur <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving die zich als onontwarbare verstr<strong>en</strong>geling<br />

van netwerk<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baart anderzijds. <strong>De</strong> deur op<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> is dus één, er<br />

op e<strong>en</strong> doordachte manier doorhe<strong>en</strong> gaan <strong>en</strong> de ruimte die er achter ligt<br />

bespel<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> tweede.<br />

Het rizoom – e<strong>en</strong> beeld van de gefragm<strong>en</strong>teerde<br />

netwerksam<strong>en</strong>leving<br />

In 1767 schreef de Schotse filosoof Adam Ferguson An Essay on the History of<br />

Civil Society. Daarin omschreef hij de ontwikkeling van sam<strong>en</strong>leving<strong>en</strong> als<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 9


“[…] the result of human action, but not execution of any human design”.<br />

Oftewel, sam<strong>en</strong>leving<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong> zich relatief onvoorspelbaar <strong>en</strong> niet<br />

volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> bepaald ‘ontwerp’ of e<strong>en</strong> onvermijdelijke logica. <strong>De</strong> optelsom<br />

van <strong>het</strong> handel<strong>en</strong> van alle individu<strong>en</strong> <strong>en</strong> van alle groep<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving<br />

laat zich niet voorspell<strong>en</strong>, maar kan vaak pas achteraf word<strong>en</strong><br />

begrep<strong>en</strong>. Lange tijd leek onze sam<strong>en</strong>leving echter wel degelijk over e<strong>en</strong><br />

grote mate van voorspelbaarheid te beschikk<strong>en</strong> – in de verzuiling lag<strong>en</strong> de<br />

verhouding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de belangrijkste sociale groep<strong>en</strong> vast <strong>en</strong> k<strong>en</strong>de<br />

iedere<strong>en</strong> ‘zijn plaats’, zoals dat <strong>het</strong> geval is in hiërarchische verhouding<strong>en</strong><br />

(vgl. Douglas & Wildavsky, 1980). En in zekere zin is ook voor westerse,<br />

moderne sam<strong>en</strong>leving<strong>en</strong> lang volgehoud<strong>en</strong> dat ze zich in de richting van<br />

e<strong>en</strong> zo volledig mogelijke rationaliteit ontwikkeld<strong>en</strong> – Hegel <strong>en</strong> Marx<br />

baseerd<strong>en</strong> hun theorieën over de loop van de geschied<strong>en</strong>is hierop, <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

meer rec<strong>en</strong>te variant is die van ‘the <strong>en</strong>d of history’ <strong>en</strong> de overwinning van de<br />

liberale democratie (Fukuyama, 1992).<br />

In rec<strong>en</strong>te jar<strong>en</strong> echter wordt de opvatting dat we ge<strong>en</strong> logische ontwikkeling<br />

van de geschied<strong>en</strong>is kunn<strong>en</strong> veronderstell<strong>en</strong> weer dominanter – de<br />

terugkeer van religie in de westerse sam<strong>en</strong>leving, e<strong>en</strong> ‘nieuwe’ ideologische<br />

strijd, <strong>en</strong> vooral de onoverzichtelijkheid waarmee de sam<strong>en</strong>leving zich<br />

ontwikkelt <strong>en</strong> de onvoorspelbaarheid waarmee burgers zich gedrag<strong>en</strong> in de<br />

og<strong>en</strong> van veel bestuurders. Het is hier niet de plaats om op detailniveau in<br />

te gaan op deze ontwikkeling<strong>en</strong>. Het punt hier is wel dat we ons op de e<strong>en</strong><br />

of andere manier moet<strong>en</strong> verhoud<strong>en</strong> tot de complexiteit, gelaagdheid <strong>en</strong><br />

onvoorspelbaarheid van de sam<strong>en</strong>leving waarin de overheid effect<strong>en</strong><br />

probeert te bewerkstellig<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> poging om dat ‘verhoud<strong>en</strong> tot’ te vergemakkelijk<strong>en</strong> is <strong>het</strong> b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> andere g<strong>en</strong>eratieve metafoor voor <strong>het</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over de sam<strong>en</strong>leving. <strong>De</strong><br />

Franse filosof<strong>en</strong> Gilles <strong>De</strong>leuze <strong>en</strong> Félix Guattari (1998) do<strong>en</strong> daarvoor e<strong>en</strong><br />

interessant aanbod, als ze de sam<strong>en</strong>leving voorstell<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> ‘rizoom’. E<strong>en</strong><br />

rizoom is in letterlijke zin e<strong>en</strong> veelal horizontaal vertakte wortelstructuur, die<br />

niet te herleid<strong>en</strong> is tot één hoofdtak of tot één plant aan de oppervlakte,<br />

maar bestaat uit ondergronds voortwoeker<strong>en</strong>de worteltakk<strong>en</strong> waartuss<strong>en</strong><br />

steeds nieuwe verbinding<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ontstaan. Hardnekkige soort<strong>en</strong><br />

onkruid zoals de brandnetel k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> e<strong>en</strong> dergelijke wortelstructuur, maar<br />

bijvoorbeeld ook de gemberwortel. Op virtueel niveau is <strong>het</strong> internet de<br />

meest pregnante uitdrukking van e<strong>en</strong> rizoom: <strong>het</strong> internet bestaat niet bij<br />

10 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


de gratie van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kelvormige structuur of hiërarchie, maar juist bij de<br />

gratie van ‘links’ ofwel knop<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> oneindig netwerk van wederzijdse<br />

verband<strong>en</strong>. Het uitrukk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> plant, of <strong>het</strong> sluit<strong>en</strong> van bepaalde<br />

internetsites, verhindert niet <strong>het</strong> voortbestaan van <strong>het</strong> rizoom dat zich<br />

ondergronds, zonder e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale aanstur<strong>en</strong>de actor, verder ontwikkelt. E<strong>en</strong><br />

rizoom k<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong> begin of eind, is niet te vang<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> ‘structuur’ <strong>en</strong> laat<br />

zich niet stur<strong>en</strong> (hoogst<strong>en</strong>s t<strong>en</strong> dele beheers<strong>en</strong> in zijn effect<strong>en</strong>).<br />

Als we de sam<strong>en</strong>leving voorstell<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> rizoom, begrijp<strong>en</strong> we hoe lastig<br />

<strong>het</strong> is voor overhed<strong>en</strong> om sam<strong>en</strong>leving<strong>en</strong> te stur<strong>en</strong> of te ontwerp<strong>en</strong>. Ook<br />

begrijp<strong>en</strong> we dat e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving als e<strong>en</strong> rizoom in staat is allerlei<br />

spontane verbinding<strong>en</strong> tot stand te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> – aan de <strong>en</strong>e kant mooie<br />

innovaties op de arbeidsmarkt, maar aan de andere kant ook minder<br />

aang<strong>en</strong>ame ontwikkeling<strong>en</strong> zoals cybercrime of hed<strong>en</strong>daags terrorisme.<br />

E<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving is niet ontworp<strong>en</strong>, is ge<strong>en</strong> organisatie, is niet logisch<br />

opgebouwd, is ge<strong>en</strong> orgaan. E<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving is e<strong>en</strong> netwerk van netwerk<strong>en</strong><br />

die op de e<strong>en</strong> of andere manier allemaal met elkaar verbond<strong>en</strong> zijn, maar<br />

waarin tegelijkertijd ge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang, maar juist fragm<strong>en</strong>tatie <strong>en</strong> gelaagdheid<br />

te ontdekk<strong>en</strong> valt. Verbond<strong>en</strong>heid zonder sam<strong>en</strong>hang is e<strong>en</strong> belangrijk<br />

k<strong>en</strong>merk van <strong>het</strong> rizoom. Er zit ge<strong>en</strong> plan in, ge<strong>en</strong> gedeeld doel <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ‘zin’<br />

of betek<strong>en</strong>is. Zoals bij e<strong>en</strong> rizomatische wortelstructuur is er e<strong>en</strong> verband<br />

tuss<strong>en</strong> alle onderdel<strong>en</strong>, maar ontwikkel<strong>en</strong> de onderdel<strong>en</strong> (de verschill<strong>en</strong>de<br />

worteltakk<strong>en</strong>) zich ook autonoom van elkaar <strong>en</strong> is er ge<strong>en</strong> systeem te<br />

ontdekk<strong>en</strong> in de verbinding<strong>en</strong> die ontstaan. Verbinding <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>is is ad<br />

hoc, wissel<strong>en</strong>d, tijdelijk <strong>en</strong> (vaak ook) toevallig. <strong>De</strong> sam<strong>en</strong>leving is daarmee<br />

niet alle<strong>en</strong> ‘ingewikkeld’ <strong>en</strong> ‘moeilijk te overzi<strong>en</strong>’, maar ook ‘niet te<br />

begrijp<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘zinloos’ (zonder bedoelde betek<strong>en</strong>is).<br />

Dit beeld van de sam<strong>en</strong>leving heeft gevolg<strong>en</strong> voor de manier waarop we<br />

naar bestuur <strong>en</strong> beleid kijk<strong>en</strong>. In de regel stell<strong>en</strong> we ons dat volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

hiërarchische logica voor: ‘bov<strong>en</strong>op’ wordt beleid bedacht, dat ‘onderin’ de<br />

sam<strong>en</strong>leving wordt geïmplem<strong>en</strong>teerd. Netwerk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als relevante<br />

‘e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>’ buit<strong>en</strong> die hiërarchie erk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> serieus g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar de idee<br />

is doorgaans nog wel dat ze e<strong>en</strong> bedoeling <strong>en</strong> e<strong>en</strong> plan hebb<strong>en</strong> waar op aan<br />

te sluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> in te spel<strong>en</strong> valt. Terwijl dat maar voor e<strong>en</strong> deel waar is <strong>en</strong> als<br />

<strong>het</strong> waar is, <strong>het</strong> betreff<strong>en</strong>de ‘plan’ één van de vele is, <strong>en</strong> per definitie<br />

tijdelijk. Het is de vraag wat deze grondk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>en</strong> voor de<br />

verhouding tuss<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur <strong>en</strong> netwerksam<strong>en</strong>leving.<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 11


<strong>De</strong> bureaucratie – e<strong>en</strong> beeld van de overheidsorganisatie<br />

<strong>De</strong> socioloog Max Weber onderscheidde in zijn d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> ‘ideaaltyp<strong>en</strong>’ vanuit<br />

e<strong>en</strong> analytisch doel. Ze vormd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitvergroting van de waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

werkelijkheid met als doel deze werkelijkheid beter te kunn<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong>;<br />

<strong>het</strong> extreem stell<strong>en</strong> van de kernelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werkelijkheid<br />

leidt tot e<strong>en</strong> beter begrip van waar <strong>het</strong> in de werkelijkheid over gaat <strong>en</strong><br />

hoe deze werkt. In <strong>het</strong> navolg<strong>en</strong>de is Weber op twee manier<strong>en</strong> leidraad voor<br />

<strong>het</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over de overheidsorganisatie. T<strong>en</strong> eerste in de betek<strong>en</strong>is die<br />

Weber verle<strong>en</strong>de aan <strong>het</strong> begrip ‘bureaucratie’ in Wirtschaft und Gesellschaft<br />

(1922), <strong>en</strong> t<strong>en</strong> tweede in de zin dat ook hier de vorm van <strong>het</strong> ideaaltype om<br />

analytische red<strong>en</strong><strong>en</strong> wordt gehanteerd – juist omdat de ‘zuivere’ bureaucratie<br />

niet bestaat, is <strong>het</strong> goed ons te beseff<strong>en</strong> welke fundam<strong>en</strong>tele k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> gedacht<strong>en</strong> over sturing schuilgaan achter de diffuse werkelijkheid van<br />

alledaagse overheidsorganisaties.<br />

E<strong>en</strong> ideaaltypische bureaucratische organisatie laat zich k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> door<br />

e<strong>en</strong> strikte verdeling van verantwoordelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> als<br />

onderdeel van e<strong>en</strong> verticale hiërarchie, door e<strong>en</strong> continue <strong>en</strong> onophoudelijke<br />

stroom van werk, door geschrev<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als basis voor <strong>het</strong><br />

dagelijkse werk, door onpersoonlijke <strong>en</strong> ‘rationele’ regels <strong>en</strong> criteria voor<br />

taakomschrijving <strong>en</strong> beoordeling, door gestandaardiseerde werkprocedures,<br />

door e<strong>en</strong> nadruk op efficiëntie <strong>en</strong> door e<strong>en</strong> ‘willoze’ uitvoering van<br />

door hiërarchisch bov<strong>en</strong>geschikt<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> hed<strong>en</strong>daagse moderne overheidsorganisatie laat zich nog immer<br />

k<strong>en</strong>sc<strong>het</strong>s<strong>en</strong> aan de hand van deze omschrijving. Per definitie zijn overheidsorganisaties<br />

verticaal opgebouwd, met aan de top van de piramide e<strong>en</strong> politiek<br />

bestuurder die de (ministeriële) verantwoordelijkheid draagt voor <strong>het</strong>ge<strong>en</strong><br />

onder hem of haar geschiedt – in die zin heeft de organisatie, belast met de<br />

uitvoering van de politieke wil, ge<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>standige wil, maar e<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong>de rol.<br />

En per definitie k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> overheidsorganisaties e<strong>en</strong> strikte taakverdeling – e<strong>en</strong><br />

taak is altijd afgebak<strong>en</strong>d <strong>en</strong> erg<strong>en</strong>s belegd, bij individuele ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> met<br />

bijbehor<strong>en</strong>de verantwoordelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing daarvan. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is<br />

e<strong>en</strong> overheidsorganisatie hierdoor verkokerd, in de zin dat e<strong>en</strong> algehele<br />

verantwoordelijkheid voor e<strong>en</strong> taakgebied in de organisatiestructuur wordt<br />

opgebrok<strong>en</strong> in deeltak<strong>en</strong> waarover verantwoording kan word<strong>en</strong> afgelegd. En<br />

t<strong>en</strong>slotte is e<strong>en</strong> overheidsorganisatie in de grond g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong><br />

12 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


systeem, in de zin dat de prikkels voor handel<strong>en</strong> niet van buit<strong>en</strong> of vanuit de<br />

organisatie zelf kom<strong>en</strong>, maar <strong>en</strong>kel van bov<strong>en</strong>af, uit de politieke top – <strong>en</strong> <strong>en</strong>kel<br />

daar kan <strong>het</strong> handel<strong>en</strong> van de overheidsorganisatie ook gelegitimeerd word<strong>en</strong>.<br />

Uiteraard k<strong>en</strong>t elke overheidsorganisatie zijn eig<strong>en</strong> nuancering<strong>en</strong>, uitzondering<strong>en</strong><br />

of bijzondere verschijningsvorm<strong>en</strong> van deze k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>. Het<br />

k<strong>en</strong>merk van e<strong>en</strong> ideaaltype is dat <strong>het</strong> in zuivere vorm ‘buit<strong>en</strong>’ niet bestaat.<br />

Zo is de uitvoering van de politieke wil vrijwel nooit volledig willoos – wat<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de kwaliteit van die uitvoering t<strong>en</strong> goede kan kom<strong>en</strong> (zie bijvoorbeeld<br />

<strong>het</strong> werk van Pressman <strong>en</strong> Wildavsky over beleidsuitvoering <strong>en</strong><br />

dat van Lipsky over streetlevel bureaucrat<strong>en</strong>, maar ook rec<strong>en</strong>tere praktijk<strong>en</strong><br />

rondom publiek-private sam<strong>en</strong>werking). En overheidsorganisaties zijn<br />

gedeeltelijk ook gevoelig voor wat er vanuit de sam<strong>en</strong>leving rechtstreeks op<br />

de organisatie afkomt aan vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitdaging<strong>en</strong> – los van politieke<br />

wilsvorming word<strong>en</strong> bij talloze overheidsorganisaties toekomstverk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong><br />

verricht. En volledige verkokering is net zo min realiteit, net zoals<br />

‘bureaupolitiek’ weliswaar voorkomt, maar allesbehalve de motor is achter<br />

de dagelijkse praktijk<strong>en</strong> in overheidsorganisaties: ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong><br />

elkaar op, stemm<strong>en</strong> onderling werk af, werk<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> contact met<br />

collega’s over de schott<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong> organisatie he<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn bereid om<br />

na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over de process<strong>en</strong> waar ze deel van uit mak<strong>en</strong>. Dit neemt<br />

echter niet weg dat de overheidsorganisatie in zijn ess<strong>en</strong>tie wordt beheerst<br />

door de ideaaltypische k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de bureaucratie. <strong>De</strong> overheidsorganisatie<br />

is e<strong>en</strong> pragmatische machinebureaucratie: met de ontwerpk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van<br />

de ideaaltypische bureaucratie, die in allerlei concrete praktijk<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

ver<strong>en</strong>igd met de praktijk van alledag, zowel van hoe <strong>het</strong> ‘binn<strong>en</strong>’ werkt als<br />

wat er vanuit ‘buit<strong>en</strong>’ wordt gevraagd. <strong>De</strong> bureaucratische principes word<strong>en</strong><br />

zo in e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d proces van organiser<strong>en</strong> (Weick, 1996) ver<strong>en</strong>igd <strong>en</strong><br />

verm<strong>en</strong>gd met wat de pragmatiek van dagelijkse realiteit<strong>en</strong> vraagt.<br />

Politiek <strong>en</strong> rechtsstaat<br />

T<strong>en</strong>slotte zijn er twee belangrijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de overheidsorganisatie<br />

naast die van de ideaaltypische bureaucratie (die in principe ook op e<strong>en</strong><br />

bedrijf toegepast zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; <strong>het</strong> model is niet exclusief voor de<br />

overheid ‘gemaakt’). <strong>De</strong>ze k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de overheid zijn cruciaal, omdat<br />

ze <strong>en</strong>erzijds fundam<strong>en</strong>teel zijn (in de zin van ‘niet onderhandelbaar’) <strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

tweede omdat ze de handelingsopties sterk beperk<strong>en</strong>. Ze zijn dwing<strong>en</strong>d<br />

voor wat in de overheidsorganisatie wel <strong>en</strong> niet kan.<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 13


T<strong>en</strong> eerste is dat <strong>het</strong> politieke karakter van de hiërarchische top. <strong>De</strong> eig<strong>en</strong>standige<br />

rationaliteit van politiek (die niet zoals de ambtelijke rationaliteit e<strong>en</strong><br />

wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>teel karakter heeft) heeft e<strong>en</strong> belangrijke<br />

doorwerking in de ambtelijke organisatie – e<strong>en</strong> (steeds verander<strong>en</strong>de)<br />

opvatting over <strong>het</strong> algeme<strong>en</strong> belang <strong>en</strong> de betek<strong>en</strong>is van wat publieke<br />

waard<strong>en</strong> zijn, kleur<strong>en</strong> de tak<strong>en</strong> van de bureaucratische organisatie.<br />

Afweging<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> die – soms deels teg<strong>en</strong>strijdige – publieke waard<strong>en</strong> zijn<br />

hiermee ge<strong>en</strong> kwestie van effici<strong>en</strong>cy, maar van <strong>het</strong> normatieve karakter van<br />

politiek. Dit politieke karakter van de hiërarchische top maakt dat ook <strong>het</strong><br />

werk van de ambtelijke organisatie e<strong>en</strong> per definitie ‘omstred<strong>en</strong>’ karakter<br />

heeft, <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> verandering aan de politieke top van aard kan<br />

verander<strong>en</strong> – meer dan in e<strong>en</strong> private organisatie onder de tucht van de<br />

markt. Teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong>, strijd <strong>en</strong> redundantie zijn ge<strong>en</strong> vervel<strong>en</strong>de<br />

bijproduct<strong>en</strong> van de overheidsbureaucratie, maar hor<strong>en</strong> er onvermijdelijk<br />

bij. Het kan niet zonder.<br />

T<strong>en</strong> tweede is de overheidsorganisatie ingesnoerd door de rechtsstaat, die de<br />

bevoegdhed<strong>en</strong> van de politiek <strong>en</strong> de overheid beperkt <strong>en</strong> reguleert omwille<br />

van de bescherming van individuele burgers teg<strong>en</strong> willekeur <strong>en</strong> inperking<br />

van vrijheidsrecht<strong>en</strong>. Rechtsstatelijke waard<strong>en</strong> zoals op<strong>en</strong>baarheid,<br />

rechtsgelijkheid, redelijkheid <strong>en</strong> rechtszekerheid zijn hierdoor onvermijdelijk<br />

verbond<strong>en</strong> aan <strong>het</strong> werk van de overheidsorganisatie – de door<br />

ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> verrichte tak<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> de toets van deze waard<strong>en</strong> te all<strong>en</strong> tijde<br />

moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> doorstaan. Ook dit maakt de overheidsbureaucratie e<strong>en</strong><br />

‘bijzondere’ bureaucratie: de overheidsbureaucratie is niet alle<strong>en</strong> vormgegev<strong>en</strong><br />

zoals hij is omwille van effectiviteit (in term<strong>en</strong> van taakverdeling <strong>en</strong><br />

c<strong>en</strong>trale aansturing), maar ev<strong>en</strong>goed omwille van rechtsstatelijke ‘checks<br />

and balances’.<br />

Organiser<strong>en</strong> voorbij versimpeling <strong>en</strong> overcomplexiteit<br />

<strong>De</strong> relatieve onk<strong>en</strong>baarheid, onvoorspelbaarheid <strong>en</strong> dynamiek van de<br />

rizomatische sam<strong>en</strong>leving verhoudt zich spanningsvol tot de overheidsbureaucratie.<br />

Als de sam<strong>en</strong>leving e<strong>en</strong> rizoom is, dan is de bureaucratie toch vooral<br />

e<strong>en</strong> boom (<strong>De</strong>leuze & Guattari, 1998:47-48). Veel organisatiekundige<br />

literatuur is niet voor niets gewijd aan de vraag hoe e<strong>en</strong> organisatie kan<br />

omgaan met de variëteit <strong>en</strong> dynamiek van haar omgeving. In veel gevall<strong>en</strong> is<br />

daarbij <strong>het</strong> antwoord dat de organisatie e<strong>en</strong> reflectie of afspiegeling di<strong>en</strong>t te<br />

zijn van die omgevingsvariëteit <strong>en</strong> dynamiek (e.g. Ashby, 1956 over de ‘law<br />

14 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


of requisite variety’). Is die omgeving complex <strong>en</strong> gevarieerd, dan moet ook<br />

de organisatie in zijn structuur <strong>en</strong> handel<strong>en</strong> complex <strong>en</strong> gevarieerd zijn. In<br />

<strong>het</strong> geval van <strong>het</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur leidt dat bijvoorbeeld tot de gedachte<br />

dat voor elk geïd<strong>en</strong>tificeerd maatschappelijk probleem er e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> directie<br />

of di<strong>en</strong>st daarbinn<strong>en</strong> opgericht di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> gedachte die ook<br />

bijdraagt aan de fragm<strong>en</strong>tatie van <strong>het</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur: maatschappelijke<br />

problem<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ‘afgedekt’ word<strong>en</strong> door bijpass<strong>en</strong>de <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s <strong>het</strong><br />

‘format’ ingerichte organisatieonderdel<strong>en</strong>.<br />

Tegelijkertijd neemt <strong>het</strong> besef steeds meer toe dat <strong>het</strong> antwoord van<br />

fragm<strong>en</strong>tatie naar geïd<strong>en</strong>tificeerde maatschappelijke problem<strong>en</strong> slechts één<br />

van de vele mogelijke indeling<strong>en</strong> is <strong>en</strong> dat elke indeling bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> voorbij<br />

gaat aan <strong>het</strong> feit dat in de maatschappelijke werkelijkheid van <strong>het</strong> rizoom<br />

alles met alles verbond<strong>en</strong> is: dat leidt tot veelvormigheid, onk<strong>en</strong>baarheid <strong>en</strong><br />

tot onvoorspelbare dynamiek. <strong>De</strong> inrichting van specifieke organisatieonderdel<strong>en</strong><br />

voor onderwijs, veiligheid <strong>en</strong> zorg gaat bijvoorbeeld voorbij aan de<br />

gedachte dat één probleemkind de drie vraagstukk<strong>en</strong> in zich ver<strong>en</strong>igt.<br />

Ook e<strong>en</strong> nieuwe ‘framing’ van maatschappelijke problem<strong>en</strong> leidt vaak tot<br />

e<strong>en</strong> behoefte om de organisatie rondom de nieuwe probleemdefinitie te<br />

organiser<strong>en</strong>. Zoals e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t onderzoek van de RMO (2008) aantoont, leidt<br />

bijvoorbeeld aandacht voor <strong>het</strong> thema ‘jeugd’ ertoe dat organisatorische<br />

verbinding<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezocht tuss<strong>en</strong> voorhe<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong> terrein<strong>en</strong> van<br />

onderwijs, jeugdzorg <strong>en</strong> veiligheid, die alle <strong>het</strong> thema ‘jeugd’ rak<strong>en</strong>. Maar<br />

met die nieuwe verbinding<strong>en</strong> ontstaat ook weer de ‘verkokering van<br />

morg<strong>en</strong>’ – ‘jeugd’ is de nieuwe beleidskoker, die op zijn beurt andere<br />

aspect<strong>en</strong> van de sociale werkelijkheid uitsluit (zoals de overgang van jeugd<br />

naar volwass<strong>en</strong><strong>en</strong>). Zeker in e<strong>en</strong> rizomatische sam<strong>en</strong>leving is de dynamiek<br />

<strong>en</strong> complexiteit zodanig, dat louter organisatiestructurele antwoord<strong>en</strong><br />

steeds vaker zull<strong>en</strong> ‘wring<strong>en</strong>’: de sam<strong>en</strong>leving is gefragm<strong>en</strong>teerd <strong>en</strong> gelaagd<br />

ev<strong>en</strong>als de daarin voorkom<strong>en</strong>de problem<strong>en</strong>, waardoor ‘standaardoplossing<strong>en</strong>’<br />

niet volstaan (vgl. de notie van ‘wicked problems’).<br />

Het inricht<strong>en</strong> van de overheidsorganisatie rondom maatschappelijke<br />

problem<strong>en</strong> blijft daarmee e<strong>en</strong> onvolkom<strong>en</strong> oplossing, omdat er nooit één<br />

afspiegeling van de sociale werkelijkheid is die gereproduceerd di<strong>en</strong>t te<br />

word<strong>en</strong> in de organisatie: elke afspiegeling is de afspiegeling van e<strong>en</strong><br />

bepaalde afweging, had ook anders kunn<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> kan in de toekomst weer<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 15


ter discussie word<strong>en</strong> gesteld. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is de maatschappelijke problematiek<br />

gediffer<strong>en</strong>tieerd <strong>en</strong> gelaagd van aard, zodat e<strong>en</strong> organisatorisch<br />

antwoord daarop gepaard zou gaan met grote versnippering. Het klassieke<br />

organisatiemechanisme van taakverdeling <strong>en</strong> coördinatie loopt vast op <strong>het</strong><br />

mom<strong>en</strong>t dat de taakverdeling zó groot moet word<strong>en</strong>, dat coördinatie tuss<strong>en</strong><br />

die tak<strong>en</strong> zó ingewikkeld wordt dat <strong>het</strong> e<strong>en</strong> stagnatie van de gehele<br />

organisatie zou betek<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Niet zeld<strong>en</strong> klinkt in <strong>het</strong> hed<strong>en</strong>daagse op<strong>en</strong>baar bestuur e<strong>en</strong> roep tot<br />

versimpeling van de overheidsorganisatie. Als de afspiegeling van e<strong>en</strong><br />

rizomatische sam<strong>en</strong>leving leidt tot e<strong>en</strong> zo gediffer<strong>en</strong>tieerde overheidsorganisatie<br />

dat coördinatie leidt tot onoverkomelijke problem<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat c<strong>en</strong>trale<br />

(politieke) aansturing onmogelijk wordt, lijkt <strong>het</strong> inderdaad voor de hand te<br />

ligg<strong>en</strong> om te snijd<strong>en</strong> in die variëteit. New Public Managem<strong>en</strong>t is e<strong>en</strong><br />

voorbeeld van dit type d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, maar ook achter de roep om daadkrachtig<br />

leiderschap gaat vaak <strong>het</strong> verlang<strong>en</strong> schuil naar e<strong>en</strong> overzichtelijk aan te<br />

stur<strong>en</strong> organisatie, die e<strong>en</strong>voudig kan word<strong>en</strong> ‘gericht’ op urg<strong>en</strong>te maatschappelijke<br />

problem<strong>en</strong>.<br />

Problematisch aan deze oplossing is dat ze de valkuil van versimpeling over<br />

<strong>het</strong> hoofd ziet (Kluger, 2008): juist versimpeling van de organisatie leidt tot<br />

meer complexiteit in <strong>het</strong> werk van de overheid. Het beeld van de complexiteit<br />

van maatschappelijke problem<strong>en</strong> wordt daarmee gereduceerd tot in de<br />

organisatie beheersbare proporties – maatschappelijke problem<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

dus gedefinieerd in term<strong>en</strong> van organisatorische mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

‘aanbod’. Daarmee wordt de complexiteit niet werkelijk opgelost, maar<br />

eerder ontk<strong>en</strong>d, gemaskeerd <strong>en</strong> uiteindelijk per saldo vooral verplaatst (vgl.<br />

Van Twist & Van der Ste<strong>en</strong>, 2008). Het probleem keert elders weer terug,<br />

bijvoorbeeld in praktijk<strong>en</strong> van ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die moet<strong>en</strong> handel<strong>en</strong> temidd<strong>en</strong><br />

van de door de versimpelde concept<strong>en</strong> veroorzaakte ambiguïteit . Vroeg of<br />

laat wordt die handelingsvrijheid erg<strong>en</strong>s weer zichtbaar, raakt deze<br />

omstred<strong>en</strong> (bijvoorbeeld door e<strong>en</strong> tekort aan verantwoording, incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

overschrijding<strong>en</strong> of ongew<strong>en</strong>ste effect<strong>en</strong>) <strong>en</strong> begint de discussie over de<br />

optimale inrichting opnieuw. Wie trapt in de valkuil van versimpeling gaat<br />

voorbij aan de inher<strong>en</strong>t complexe aard van zowel de organisatieprocess<strong>en</strong><br />

van de overheid als de problem<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> netwerksam<strong>en</strong>leving, <strong>en</strong> is daarom<br />

16 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


vanzelfsprek<strong>en</strong>d ook ge<strong>en</strong> ‘oplossing’ voor die complexiteit, hoe aanlokkelijk<br />

<strong>het</strong> conceptueel <strong>en</strong> op papier (bijvoorbeeld in strakke organisatieschema’s)<br />

ook lijkt.<br />

T<strong>en</strong>slotte is er nog e<strong>en</strong> andere mogelijke strategie om de verhouding tuss<strong>en</strong><br />

de overheidsbureaucratie <strong>en</strong> de netwerksam<strong>en</strong>leving minder complex te<br />

mak<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> <strong>het</strong> terugschroev<strong>en</strong> van de sturingsambities van de overheid.<br />

Hoe aanbevel<strong>en</strong>swaardig dit volg<strong>en</strong>s sommig<strong>en</strong> ook moge zijn, we kunn<strong>en</strong><br />

niet voorbij aan de gerechtvaardigde politieke behoefte om urg<strong>en</strong>te<br />

maatschappelijke problem<strong>en</strong> aan te pakk<strong>en</strong>. Ook al zou de overheid e<strong>en</strong><br />

groot deel van haar ambities terugschroev<strong>en</strong>, er blijv<strong>en</strong> altijd urg<strong>en</strong>te <strong>en</strong><br />

hardnekkige problem<strong>en</strong> over die de aandacht van de overheidsorganisatie<br />

vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> die daarbij in <strong>het</strong> hierbov<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong> spanningsveld tuss<strong>en</strong><br />

bureaucratie <strong>en</strong> rizoom beland<strong>en</strong>. Publieke waard<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> niet ‘als<br />

vanzelf’ tot stand in e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving, maar vrag<strong>en</strong> soms onvermijdelijk om<br />

handel<strong>en</strong> van de overheid, die bij voorbeeld e<strong>en</strong> ‘tragedy of the commons’<br />

rondom milieuvervuiling of sociale zekerheid kan voorkom<strong>en</strong>.<br />

Voornaamste conclusie van <strong>het</strong> voorgaande is dat er e<strong>en</strong> spanning bestaat<br />

tuss<strong>en</strong> overheidsbureaucratie <strong>en</strong> de rizomatische of netwerksam<strong>en</strong>leving,<br />

die niet weg te organiser<strong>en</strong> valt door ‘structur<strong>en</strong>’ of door ‘ontkokering’. Elke<br />

organisatiestructuur is uiteindelijk ‘onvolkom<strong>en</strong>’ in <strong>het</strong> licht van maatschappelijke<br />

variëteit <strong>en</strong> dynamiek. In de wisselwerking of de ‘interface’<br />

tuss<strong>en</strong> bestuur <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving op<strong>en</strong>baart deze spanning zich <strong>het</strong> meest<br />

pregnant. Het vervolg van dit essay is daarom niet gewijd aan <strong>het</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />

van de volg<strong>en</strong>de onvolkom<strong>en</strong> organisatievorm die kiest voor óf bureaucra-<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 17


tie óf sam<strong>en</strong>leving, maar aan <strong>het</strong> uitwerk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vorm die de onvolkom<strong>en</strong>heid tot kern<br />

maakt <strong>en</strong> daarmee productief probeert om te gaan.<br />

2 | Interne dynamiek:<br />

de Staat zonder Geld<br />

Netwerksturing is op zich e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d bestuurskundig concept <strong>en</strong> aanvaard<br />

sturingsprincipe. Het wordt dan ook in verschill<strong>en</strong>de variant<strong>en</strong> veelvuldig<br />

toegepast. Soms omdat <strong>het</strong> ‘probleemveld’ te complex <strong>en</strong> diffuus is voor<br />

klassieke top-down sturing, soms om vertraging<strong>en</strong> <strong>en</strong> kost<strong>en</strong>overschrijding<strong>en</strong><br />

te voorkom<strong>en</strong>. Ook wordt <strong>het</strong> wel ingezet om innovaties tot stand te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, door <strong>het</strong> bij elkaar br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van nieuwe <strong>en</strong> soms ongebruikelijke<br />

partij<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> actuele behoefte aan netwerksturing is geleg<strong>en</strong> in de verander<strong>en</strong>de<br />

financiële positie van de overheid, die noopt tot e<strong>en</strong> strategie van<br />

‘stur<strong>en</strong> zonder geld’.<br />

E<strong>en</strong> netwerk als mogelijke sturingsomgeving<br />

Net zo oud als <strong>het</strong> begrip ‘netwerk’ is <strong>het</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over ‘netwerksturing’. Er is<br />

eerder al op talrijke plaats<strong>en</strong> over gepubliceerd, in verschill<strong>en</strong>de wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. Steeds was daarbij de idee dat door in te<br />

spel<strong>en</strong> op de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> van <strong>het</strong> netwerk <strong>het</strong> mogelijk zou kunn<strong>en</strong> zijn<br />

om kost<strong>en</strong> te verlag<strong>en</strong> <strong>en</strong> doorlooptijd<strong>en</strong> te verkort<strong>en</strong>. Het netwerk wordt in<br />

de beschouwing<strong>en</strong> vooral gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> te mitiger<strong>en</strong> of te overkom<strong>en</strong> bron<br />

van pot<strong>en</strong>tiële problem<strong>en</strong>; door netwerkmanagem<strong>en</strong>t kunn<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

problem<strong>en</strong> die optred<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verkleind. <strong>De</strong> problem<strong>en</strong> van <strong>het</strong> netwerk<br />

word<strong>en</strong> ermee verkleind. Bijvoorbeeld in de vorm van vertraging<strong>en</strong> als gevolg<br />

van weerstand, kost<strong>en</strong> om partij<strong>en</strong> te comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong> of kost<strong>en</strong> voor <strong>het</strong><br />

afdwing<strong>en</strong> van naleving. <strong>De</strong> idee is dan dat door partij<strong>en</strong> vroegtijdig in <strong>het</strong><br />

proces te betrekk<strong>en</strong> <strong>het</strong> mogelijk is om weerstand<strong>en</strong> <strong>en</strong> kost<strong>en</strong> later in <strong>het</strong><br />

proces te voorkom<strong>en</strong>. Daarmee word<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> van beleid in pot<strong>en</strong>tie<br />

efficiënter <strong>en</strong> effectiever gerealiseerd. Daar staat teg<strong>en</strong>over dat deze manier<br />

van werk<strong>en</strong> onzeker van aard is: vooraf is niet duidelijk of de doel<strong>en</strong> gehaald<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, of actor<strong>en</strong> tot afsprak<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat de<br />

doorlooptijd zal zijn. Veel opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> zijn bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> impliciet. Daarnaast<br />

is de symboliek van netwerksturing dubbelzinnig. Enerzijds wordt door<br />

allerlei betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> volgers gewaardeerd dat de overheid op<strong>en</strong>staat voor<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 19


zijn omgeving <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> betrekt, maar anderzijds wordt e<strong>en</strong> ‘procesb<strong>en</strong>adering’<br />

soms als soft, vaag, zwak, traag <strong>en</strong> als uitdrukking van gebrek aan<br />

daadkracht getypeerd. Het organiser<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> proces wordt dan gezi<strong>en</strong> als<br />

e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van zwak beleid of van gebrekkig oploss<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong>. ‘Polder<strong>en</strong>’<br />

wordt dan niet ervar<strong>en</strong> als <strong>het</strong> vind<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> oplossing, maar als<br />

<strong>het</strong> vooruitschuiv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> probleem.<br />

E<strong>en</strong> netwerk als innovatieve capaciteit<br />

E<strong>en</strong> andere al veelgebruikte toepassing van <strong>het</strong> principe van netwerksturing<br />

is in <strong>het</strong> domein van de beleidsinnovatie. Het netwerk is dan niet <strong>het</strong> pot<strong>en</strong>tiële<br />

probleem, maar biedt voor e<strong>en</strong> vraagstuk waar de overheid zelf absoluut<br />

niet uitkomt e<strong>en</strong> creatieve oplossingsomgeving. Overheidsorganisaties<br />

zoek<strong>en</strong> bijvoorbeeld oplossing<strong>en</strong> voor problem<strong>en</strong> met nieuwe <strong>en</strong> onbegrep<strong>en</strong><br />

contour<strong>en</strong>. Of m<strong>en</strong> zoekt na herhaaldelijk fal<strong>en</strong> van ‘klassieke oplossing<strong>en</strong>’<br />

naar e<strong>en</strong> nieuwe aanpak <strong>en</strong> wil daarbij buit<strong>en</strong> de gebaande pad<strong>en</strong><br />

tred<strong>en</strong>. In dat geval kan de reeks partij<strong>en</strong> die bij beleidsrealisatie betrokk<strong>en</strong><br />

is word<strong>en</strong> verbreed, bijvoorbeeld in ‘innovatieve allianties’, om zo tot<br />

andere vorm<strong>en</strong> van oplossing<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>. <strong>De</strong> idee daarbij is dat vernieuw<strong>en</strong>de<br />

oplossing<strong>en</strong> of probleemanalyses tot stand kom<strong>en</strong> door nieuwe<br />

‘frisse’ partij<strong>en</strong> in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong> de usual suspects. Ge<strong>en</strong> innovatie door<br />

individualistisch onderzoek, maar door partij<strong>en</strong> met verschill<strong>en</strong>de<br />

achtergrond<strong>en</strong> in contact te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met elkaar om hun product- <strong>en</strong><br />

marktk<strong>en</strong>nis in e<strong>en</strong> innovatieve alliantie te verbind<strong>en</strong>. <strong>De</strong>rgelijke allianties<br />

kunn<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> afgedwong<strong>en</strong> of afgekondigd <strong>en</strong> werk<strong>en</strong> niet volg<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> standaardrepertoire. Zorgvuldig procesmanagem<strong>en</strong>t is nodig om<br />

partij<strong>en</strong> bij elkaar te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, verbinding<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>, deze vervolg<strong>en</strong>s ook<br />

productief te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> om de alliantie gedur<strong>en</strong>de <strong>het</strong> vaak grillige proces<br />

bij elkaar te houd<strong>en</strong>. Vaak is de rol van de overheid daarin kwetsbaar, omdat<br />

deze vaak initiator van <strong>het</strong> proces is <strong>en</strong> de grootste belang<strong>en</strong> heeft. <strong>De</strong><br />

overheid ‘heeft’ e<strong>en</strong> probleem <strong>en</strong> andere partij<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> strategisch gedrag<br />

verton<strong>en</strong> door kost<strong>en</strong> op de overheid af te schuiv<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> netwerk als ‘goedkoop’ sturingsalternatief<br />

Hier is nog e<strong>en</strong> derde aanleiding aan toe te voeg<strong>en</strong>, die de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong><br />

naar onze verwachting van groot belang wordt. Door de afnem<strong>en</strong>de<br />

begrotingsruimte als gevolg van de interv<strong>en</strong>ties in de kredietcrisis, de grote<br />

begrotingstekort<strong>en</strong> <strong>en</strong> verslechtering<strong>en</strong> als gevolg van de recessie <strong>en</strong><br />

structurele ontwikkeling<strong>en</strong> waaronder vergrijzing <strong>en</strong> <strong>het</strong> opdrog<strong>en</strong> van de<br />

20 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


aardgasbat<strong>en</strong>, is er de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> – <strong>en</strong> waarschijnlijk ook daarna – veel<br />

minder geld beschikbaar voor overheidssturing. <strong>De</strong> overheid is niet ‘failliet’,<br />

maar zal wel e<strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong>de reductie op de eig<strong>en</strong> programmakost<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> doorvoer<strong>en</strong>, naast e<strong>en</strong> reductie op de apparaatskost<strong>en</strong>. Er is, kort<br />

gezegd, de kom<strong>en</strong>de tijd minder geld beschikbaar voor directe sturing met<br />

omvangrijke <strong>en</strong> structurele budgett<strong>en</strong>. <strong>De</strong> ‘grote geldstrom<strong>en</strong>’ drog<strong>en</strong> op.<br />

Met ‘stur<strong>en</strong> met geld’ bedoel<strong>en</strong> we <strong>het</strong> type sturing waarbij de overheid zelf<br />

ding<strong>en</strong> doet, product<strong>en</strong> of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> direct inkoopt of waarbij door vaak<br />

omvangrijke prikkels actor<strong>en</strong> zeer rechtstreeks gestimuleerd word<strong>en</strong> om<br />

vanuit bepaald beleid gew<strong>en</strong>st gedrag te verton<strong>en</strong>. Steeds is geld daarbij <strong>het</strong><br />

belangrijkste sturingsmiddel: actor<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in beweging gebracht door<br />

financiële prikkels, waarbij de overheid <strong>het</strong> mer<strong>en</strong>deel van de kost<strong>en</strong> draagt<br />

(niet per se alle kost<strong>en</strong>). Als de budgett<strong>en</strong> voor deze vorm van sturing<br />

opdrog<strong>en</strong>, waarover op dit mom<strong>en</strong>t in de ‘heroverwegingswerkgroep<strong>en</strong>’<br />

wordt gedacht, dan vervalt daarmee <strong>het</strong> meest ingezette sturingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

van de overheid. Tegelijkertijd is de kans klein dat de ambities (<strong>en</strong> maatschappelijke<br />

verwachting<strong>en</strong>) van overheidssturing ev<strong>en</strong>redig afnem<strong>en</strong>. Politici<br />

sprek<strong>en</strong> in dat kader vaak over ‘slimme oplossing<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘pijnlijke oplossing<strong>en</strong>’.<br />

Pijnlijke oplossing<strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> naar minder do<strong>en</strong>, of <strong>het</strong>zelfde do<strong>en</strong><br />

voor meer. Slimme oplossing<strong>en</strong> gaan over meer do<strong>en</strong> met minder, of<br />

<strong>het</strong>zelfde do<strong>en</strong> met minder. We verwacht<strong>en</strong> dat er – naast <strong>en</strong>kele pijnlijke<br />

oplossing<strong>en</strong> – vooral slimme oplossing<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepleit. Over de<br />

invulling van die ‘slimheid’ gaat dit essay.<br />

Er is, met andere woord<strong>en</strong>, behoefte aan e<strong>en</strong> alternatief voor sturing langs<br />

financiële prikkels: e<strong>en</strong> ontwikkeling van stur<strong>en</strong> door financiële investering<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>ties naar stur<strong>en</strong> zonder geld. Door (letterlijk) de beperking van<br />

<strong>het</strong> vermog<strong>en</strong> van de overheid is er behoefte aan instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die langs<br />

andere weg dan de directe financiële prikkel tot beleidsrealisatie kom<strong>en</strong>.<br />

Netwerksturing vervult in pot<strong>en</strong>tie die belofte, omdat e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk ervan is<br />

dat niet de overheid zelf steeds aan zet is, maar partij<strong>en</strong> helpt <strong>en</strong> ondersteunt<br />

om zich te organiser<strong>en</strong>. Maatschappelijke partij<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> rond<br />

gedeelde belang<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gebracht word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelf tot probleemoplossing<br />

kom<strong>en</strong>, zonder dat de overheid daarbij de primaire financier van de<br />

oplossing<strong>en</strong> is. In netwerksturing verschuift de rol van de overheid van<br />

‘betaler’ naar e<strong>en</strong> – al dan niet regisser<strong>en</strong>de – partij in <strong>het</strong> netwerk.<br />

Uiteraard niet zonder dat deze in de ‘uitkomst’ van de sturing zijn of haar<br />

gerechtvaardigde eig<strong>en</strong>belang weerspiegeld ziet (als prikkel voor sam<strong>en</strong>wer-<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 21


king <strong>en</strong> financiële inbr<strong>en</strong>g). Netwerksturing kan e<strong>en</strong> krachtige vorm van<br />

sturing zonder geld zijn.<br />

Van ‘e<strong>en</strong>s iets anders’ naar ‘<strong>het</strong> kan niet anders’<br />

Netwerksturing is dus niet nieuw, maar krijgt als gevolg van de nieuwe<br />

schaarste wel e<strong>en</strong> nieuwe impuls. Waar <strong>het</strong> eerst e<strong>en</strong> keuze was om ‘<strong>het</strong><br />

e<strong>en</strong>s anders aan te pakk<strong>en</strong>’, wordt <strong>het</strong> nu e<strong>en</strong> noodzaak, ‘<strong>het</strong> kan niet<br />

anders’. Dat is e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk verschil. Daarmee do<strong>en</strong> we bewust ge<strong>en</strong><br />

uitsprak<strong>en</strong> van de effectiviteit van de verschill<strong>en</strong>de vorm<strong>en</strong> van sturing. We<br />

m<strong>en</strong>g<strong>en</strong> ons niet in <strong>het</strong> debat over de effectiviteit van financiële prikkels,<br />

van de huidige sturing of van de zin of onzin van bepaalde programma’s.<br />

Het <strong>en</strong>ige dat we hier constater<strong>en</strong> is dat de voorwaarde om int<strong>en</strong>sief mét<br />

geld te stur<strong>en</strong>, namelijk de beschikbaarheid van voldo<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>,<br />

wegvalt.<br />

Daarmee is nieuwe urg<strong>en</strong>tie ontstaan voor <strong>het</strong> verder verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

alternatief. In <strong>het</strong> vervolg van ons essay zull<strong>en</strong> we beschrijv<strong>en</strong> hoe <strong>het</strong><br />

alternatief er uitziet, hoe dat kan werk<strong>en</strong> voor bestaande problematiek,<br />

maar zull<strong>en</strong> we vooral aangev<strong>en</strong> op welke manier deze andere manier van<br />

werk<strong>en</strong> tot fricties met de bestaande werkwijze <strong>en</strong> organisatiestructur<strong>en</strong><br />

leidt. Daarmee ontstaat e<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da voor organisatievernieuwing die<br />

volg<strong>en</strong>s ons voorafgaat aan beleidskeuzes over op welk terrein wel of niet<br />

wordt bezuinigd. Zonder organisatorische toerusting, zo is onze veronderstelling,<br />

is netwerksturing problematisch, risicovol <strong>en</strong> suboptimaal. En<br />

zonder e<strong>en</strong> vastberad<strong>en</strong> of zelfs <strong>en</strong>igszins verbet<strong>en</strong> vasthoud<strong>en</strong>dheid van<br />

<strong>het</strong> bestuur <strong>en</strong> managem<strong>en</strong>t, zo is onze tweede veronderstelling, is<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> <strong>het</strong> veranderingsproces naar e<strong>en</strong> meer op netwerksturing<br />

toegeruste organisatie kansloos. Het ontstaat niet vanzelf. In teg<strong>en</strong>deel, de<br />

vanzelfsprek<strong>en</strong>de ontwikkeling is dat <strong>het</strong> door de ‘normale’ organisatieprocess<strong>en</strong><br />

verdrukt <strong>en</strong> verdrong<strong>en</strong> wordt.<br />

We gaan in de nu volg<strong>en</strong>de del<strong>en</strong> in drie stapp<strong>en</strong> nader in op <strong>het</strong> f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong><br />

netwerksturing. We beginn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> verhandeling over drie manier<strong>en</strong><br />

waarop de overheid in aanraking komt met netwerk<strong>en</strong>. Of, beter gezegd, op<br />

drie vorm<strong>en</strong> van netwerk<strong>en</strong> waarmee de overheid in aanraking komt <strong>en</strong> die<br />

elk e<strong>en</strong> andere manier van handel<strong>en</strong> vereis<strong>en</strong>. We lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hoe omgang<br />

met dergelijke netwerk<strong>en</strong> vorm krijgt. Daarna beschrijv<strong>en</strong> we wat <strong>het</strong><br />

organiser<strong>en</strong> op de gr<strong>en</strong>s van de organisatie met <strong>het</strong> netwerk betek<strong>en</strong>t. We<br />

22 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


do<strong>en</strong> dit aan de hand van <strong>het</strong> concept van ‘onvolkom<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong>’.<br />

Organisatieonderdel<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of professionals wier primaire taak <strong>het</strong> is om <strong>het</strong><br />

gr<strong>en</strong>sverkeer met <strong>het</strong> netwerk vorm te gev<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zich per definitie<br />

spanningsvol verhoud<strong>en</strong> tot de staande organisatie <strong>en</strong> tot de regels voor<br />

prestatiemeting <strong>en</strong> verantwoording die daar geld<strong>en</strong>. In de derde stap gaan<br />

we nader in op e<strong>en</strong> verbijzondering van <strong>het</strong> stur<strong>en</strong> op netwerk<strong>en</strong>, namelijk<br />

de rol die stur<strong>en</strong> op vertrouw<strong>en</strong> kan spel<strong>en</strong> in <strong>het</strong> stur<strong>en</strong> zonder geld. We<br />

verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>het</strong> begrip vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> koppel<strong>en</strong> dit aan sturingsarrangem<strong>en</strong>-<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 23


t<strong>en</strong>. Door bij <strong>het</strong> ontwerp van sturingsarrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> expliciet aandacht te bested<strong>en</strong> aan de<br />

invulling van <strong>het</strong> vertrouw<strong>en</strong>sconcept in <strong>het</strong> arrangem<strong>en</strong>t, is <strong>het</strong> mogelijk om effectiever<br />

beleid te voer<strong>en</strong>.<br />

3 | <strong>De</strong> overheid in verhouding tot<br />

drie netwerkvorm<strong>en</strong><br />

<strong>De</strong> overheid heeft naar ons idee op drie manier<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met netwerk<strong>en</strong>.<br />

Het gaat om drie analytisch te onderscheid<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> van netwerksturing,<br />

die elk gaan over <strong>het</strong> stur<strong>en</strong> met andere partij<strong>en</strong>, maar waarbij in elk van de<br />

vorm<strong>en</strong> de verhouding<strong>en</strong> anders zijn <strong>en</strong> dus ook <strong>het</strong> aan te bevel<strong>en</strong><br />

handelingsrepertoire anders uitvalt.<br />

1. Het netwerk als eind (of deel) van de eig<strong>en</strong> productielijn<br />

Bij <strong>het</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over netwerksturing in de context van ‘beleidsrealisatie’<br />

wordt <strong>het</strong> netwerk vaak voorgesteld als e<strong>en</strong> locus voor sturing vanuit de<br />

eig<strong>en</strong> organisatie of de ket<strong>en</strong>. Het netwerk is dan e<strong>en</strong> ‘plaats’ waar del<strong>en</strong> van<br />

de oplossing<strong>en</strong> aanwezig zijn voor e<strong>en</strong> probleem waarmee de ket<strong>en</strong> bezig is.<br />

<strong>De</strong> ket<strong>en</strong> heeft dat deel van <strong>het</strong> netwerk nodig om tot e<strong>en</strong> oplossing te<br />

kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Het gaat dan om partij<strong>en</strong> waarover overhed<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

hiërarchische controle hebb<strong>en</strong>, maar die wel nodig zijn om <strong>het</strong> probleem<br />

op te loss<strong>en</strong>. <strong>De</strong>nk bijvoorbeeld aan werkgevers die ondanks <strong>het</strong> instrum<strong>en</strong>tarium<br />

aan subsidies de stap moet<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> om langdurig werkeloz<strong>en</strong> in<br />

di<strong>en</strong>st te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze op te nem<strong>en</strong> in hun organisaties. Die laatste<br />

toevoeging is van belang, omdat loonkost<strong>en</strong>subsidies nogal e<strong>en</strong>s leid<strong>en</strong> tot<br />

‘quasiwerk’, waarbij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in di<strong>en</strong>st zijn <strong>en</strong> ding<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zolang er<br />

subsidie is, maar nooit werkelijk onderdeel van e<strong>en</strong> bedrijf word<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun<br />

baan mete<strong>en</strong> weer verliez<strong>en</strong> zodra de subsidie wegvalt. Dat is ge<strong>en</strong><br />

‘misbruik’ van de regeling, maar strategisch gedrag van e<strong>en</strong> partij die e<strong>en</strong><br />

overheidsregeling naar zijn eig<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong> inzet. Om tot<br />

werkelijke arbeidsparticipatie te kom<strong>en</strong> is van werkgevers iets anders nodig,<br />

namelijk dat ze langdurig werkeloz<strong>en</strong> gaan zi<strong>en</strong> <strong>en</strong> b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> als – met<br />

aanvull<strong>en</strong>de voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van de overheid – volwaardige kracht<strong>en</strong> in de<br />

productie. Casuïstiek laat zi<strong>en</strong> dat alle<strong>en</strong> door <strong>het</strong> aansluit<strong>en</strong> bij regionale<br />

netwerk<strong>en</strong> van werkgevers, <strong>het</strong> mogelijk is om deze laatste stap in werkelijke<br />

re-integratie van langdurig werkeloz<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. <strong>De</strong> Suwi-ket<strong>en</strong> heeft<br />

aan <strong>het</strong> einde van zijn productieproces steeds de steun van andere partij<strong>en</strong><br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 25


nodig om tot doelbereiking te kom<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> door aan te sluit<strong>en</strong> bij wat er<br />

in die netwerk<strong>en</strong> van partij<strong>en</strong> speelt is <strong>het</strong> voor de ket<strong>en</strong> mogelijk om tot<br />

beleidsrealisatie te kom<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> ander voorbeeld is woningproductie. <strong>De</strong> rijksoverheid heeft e<strong>en</strong><br />

quotum aan woning<strong>en</strong> dat periodiek per regio geproduceerd moet word<strong>en</strong>.<br />

Dat is e<strong>en</strong> harde beleidsdoelstelling voor de Minister van VROM, waarover<br />

verantwoording in de Kamer moet word<strong>en</strong> afgelegd. <strong>De</strong> rijksoverheid bouwt<br />

die woning<strong>en</strong> niet zelf, <strong>en</strong> is ook ge<strong>en</strong> opdrachtgever, maar tek<strong>en</strong>t daarvoor<br />

(o.a.) conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong> met provincies <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> om hun<br />

conv<strong>en</strong>ant te hal<strong>en</strong> weer nieuwe conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong> met partij<strong>en</strong> uit <strong>het</strong> veld,<br />

zoals corporaties <strong>en</strong> projectontwikkelaars. Daarmee committer<strong>en</strong> andere<br />

partij<strong>en</strong> zich in de letter van <strong>het</strong> conv<strong>en</strong>ant aan reeks<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong><br />

optell<strong>en</strong> tot beleidsrealisatie van de Minister van VROM. Daarmee is beleid<br />

echter nog niet ‘gerealiseerd’. Vervolg<strong>en</strong>s ontstaat e<strong>en</strong> regionaal spel, vaak<br />

met geme<strong>en</strong>tebestuurders aan zet, om tot woningbouwproductie te<br />

kom<strong>en</strong>. Daar moet aansluiting ontstaan van de c<strong>en</strong>trale doel<strong>en</strong> bij doel<strong>en</strong><br />

van lokale overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> lokale partij<strong>en</strong> (projectontwikkelaars, investeerders,<br />

corporaties, maatschappelijke organisaties). Dat gaat vaak goed, maar<br />

lang niet altijd. Dat betek<strong>en</strong>t voor de rijksoverheid dat lokaal vertraging<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> in de productie, met <strong>het</strong> gevolg dat <strong>het</strong> conv<strong>en</strong>ant niet<br />

gehaald wordt. Dat is ge<strong>en</strong> probleem voor de dec<strong>en</strong>trale overheid, maar<br />

uiteindelijk e<strong>en</strong> probleem van <strong>en</strong> voor de Minister. Die haalt immers de<br />

doel<strong>en</strong> niet. Om de eig<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong> is activiteit van e<strong>en</strong> lokaal<br />

netwerk van actor<strong>en</strong> nodig, waarover de Minister ge<strong>en</strong> controle heeft <strong>en</strong> die<br />

slechts zeer gedeeltelijk vanuit <strong>het</strong> afgeslot<strong>en</strong> conv<strong>en</strong>ant ‘aangestuurd’<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hoe keurig de eig<strong>en</strong> productieket<strong>en</strong> ook is uitgelijnd, met<br />

nette bestuurlijke akkoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> conv<strong>en</strong>ant<strong>en</strong> die op tijd zijn afgeslot<strong>en</strong>,<br />

zonder activiteit van lokale netwerk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> niet<br />

gehaald. Als de b<strong>en</strong>odigde aansluiting van c<strong>en</strong>trale doel<strong>en</strong> met lokale<br />

variëteit aan doel<strong>en</strong> niet gehaald wordt, dan is de praktijk nu vaak dat de<br />

c<strong>en</strong>trale overheid de ruimte daartuss<strong>en</strong> moet comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>, vaak door inzet<br />

van extra geld.<br />

2. E<strong>en</strong> autonoom netwerk waarmee de overheid wil meedo<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> heel andere vorm van netwerk<strong>en</strong> waartoe de overheid zich moet<br />

verhoud<strong>en</strong> zijn de vorm<strong>en</strong> van ‘zelf-organisatie’ die op sommige plaats<strong>en</strong><br />

optred<strong>en</strong>. In sommige regio’s of domein<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> elkaar rondom<br />

bepaalde problem<strong>en</strong> of tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> ze lokale <strong>en</strong> vaak tijdelijke coalities,<br />

26 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


gericht op concrete probleemoplossing. In deze categorie netwerk<strong>en</strong> gaat<br />

<strong>het</strong> in <strong>het</strong> bijzonder om partij<strong>en</strong> die zich buit<strong>en</strong> de overheid om organiser<strong>en</strong>,<br />

in eerder werk door ons getypeerd als ‘doe-<strong>het</strong>-zelf-democratie’ (Van Twist<br />

et al, 2008). <strong>De</strong> voorbeeld<strong>en</strong> hiervan zijn talrijk. Steeds gaat <strong>het</strong> om partij<strong>en</strong><br />

die activiteit<strong>en</strong> ontplooi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> domein waarin de overheid ook actief is,<br />

soms zelfs overheidstak<strong>en</strong> op eig<strong>en</strong> initiatief <strong>en</strong> verantwoordelijkheid gaan<br />

overnem<strong>en</strong>. <strong>De</strong> overheid krijgt dan als <strong>het</strong> ware concurr<strong>en</strong>tie vanuit<br />

maatschappelijke initiatiev<strong>en</strong>. We noem<strong>en</strong> hier omwille van de consist<strong>en</strong>tie<br />

<strong>en</strong> vergelijkbaarheid in de red<strong>en</strong>ering opnieuw twee voorbeeld<strong>en</strong> uit <strong>het</strong><br />

domein van Suwi <strong>en</strong> <strong>het</strong> domein van VROM, maar er zijn talrijke andere<br />

voorbeeld<strong>en</strong> te noem<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> interessant voorbeeld uit <strong>het</strong> Suwi-domein is <strong>het</strong> zog<strong>en</strong>aamde<br />

‘Poortwachtersc<strong>en</strong>trum’ (PWC). In sommige regio’s in Nederland werk<strong>en</strong><br />

verband<strong>en</strong> van werkgevers, vaak langs de lijn<strong>en</strong> van lokale ondernemersver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>,<br />

sam<strong>en</strong> in <strong>het</strong> herplaats<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Als bij <strong>het</strong> <strong>en</strong>e bedrijf<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> overbodig dreig<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door verlies van<br />

werkgeleg<strong>en</strong>heid of door ‘slijtage’, dan meldt e<strong>en</strong> werkgever de betreff<strong>en</strong>de<br />

persoon aan bij andere werkgevers die dan nagaan of de betreff<strong>en</strong>de<br />

persoon e<strong>en</strong> vacature bij e<strong>en</strong> ander in zou kunn<strong>en</strong> vull<strong>en</strong>. Strat<strong>en</strong>makers<br />

kunn<strong>en</strong> bijvoorbeeld rond hun veertigste word<strong>en</strong> aangemeld <strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

beperkte omscholing in di<strong>en</strong>st word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als vorkheftruckchauffeur<br />

bij e<strong>en</strong> ander bedrijf. <strong>De</strong> nieuwe werkgever bespaart zich de kost<strong>en</strong> van<br />

werving <strong>en</strong> selectie <strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> voor onvervulde vacatures. <strong>De</strong> oude<br />

werkgever hoeft ge<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> als gevolg van de Wet Poortwachter te mak<strong>en</strong>.<br />

Voor de strat<strong>en</strong>maker is <strong>het</strong> voordeel dat hij duurzaam werkt houdt <strong>en</strong> van<br />

‘werk naar werk’ wordt begeleid, wat voor zijn arbeidsmarktpositie,<br />

rechtspositie <strong>en</strong> persoonlijke omstandighed<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>amer is. Ook de<br />

overheid g<strong>en</strong>iet voordel<strong>en</strong>, omdat de kost<strong>en</strong> die werkgevers vanuit de Wet<br />

Poortwachter moet<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> niet opweg<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de risico’s <strong>en</strong> kost<strong>en</strong> van<br />

de overheid om vanuit e<strong>en</strong> uitkering naar werk te begeleid<strong>en</strong>. Van werk’<br />

naar werk’ is onder nag<strong>en</strong>oeg alle omstandighed<strong>en</strong> voor de overheid<br />

gunstiger dan ‘van uitkering naar werk’.<br />

Interessant aan de bestaande PWC’s is – naast <strong>het</strong> concept – dat ze zijn<br />

ontstaan vanuit lokaal initiatief van ondernemers. Er is uiteraard de prikkel<br />

van de overheid vanuit de Wet Poortwachter, maar <strong>het</strong> idee om tot e<strong>en</strong><br />

lokale ‘markt’ te kom<strong>en</strong> is door ondernemers vanuit welbegrep<strong>en</strong> eig<strong>en</strong><br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 27


elang bedacht (<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s met e<strong>en</strong> kleine subsidie door de overheid<br />

herk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> ondersteund). Zij hebb<strong>en</strong> zich bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> geprofessionaliseerd,<br />

door lokaal e<strong>en</strong> coördiner<strong>en</strong>d persoon aan te stell<strong>en</strong> die de markt mobiliseert,<br />

disciplineert <strong>en</strong> die de overheidspartij<strong>en</strong> goed weet aan te sprek<strong>en</strong>. Zo<br />

lukt <strong>het</strong> bijvoorbeeld beter om de bijscholingskost<strong>en</strong> op de overheid te<br />

verhal<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de vaak ingewikkelde <strong>en</strong> soms langdurige procedures<br />

voor bijscholing, omscholing <strong>en</strong> herplaatsing effectiever word<strong>en</strong> bespeeld.<br />

<strong>De</strong> PWC’s nem<strong>en</strong> <strong>het</strong> lokale UWV <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te veel werk uit hand<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

drag<strong>en</strong> bij aan de werking van de regionale arbeidsmarkt. Ze do<strong>en</strong> dat op<br />

eig<strong>en</strong> initiatief <strong>en</strong> bespel<strong>en</strong> vanuit die positie de partij<strong>en</strong> <strong>en</strong> regeling<strong>en</strong> van<br />

de overheid die op <strong>het</strong>zelfde domein actief zijn. Interessant is dat de<br />

Suwi-partij<strong>en</strong> poging<strong>en</strong> ondernem<strong>en</strong> om de PWC’s landelijk ‘uit te roll<strong>en</strong>’.<br />

Dat blijkt maar moeizaam te lukk<strong>en</strong>. Hoewel er in verschill<strong>en</strong>de regio’s<br />

inmiddels PWC’s bestaan, <strong>en</strong> ze overal min of meer gelijksoortig operer<strong>en</strong>,<br />

blijkt e<strong>en</strong> beschrijving van <strong>het</strong> concept <strong>en</strong> de werkwijze onvoldo<strong>en</strong>de om<br />

e<strong>en</strong> PWC op e<strong>en</strong> andere plaats van de grond te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Daarvoor is, zo leert<br />

de ervaring, lokale <strong>en</strong>ergie bij ondernemers nodig. Het Ministerie van SZW<br />

spreekt van ‘zelforganiser<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong>’ dat op sommige plaats<strong>en</strong> wel maar<br />

elders niet of onvoldo<strong>en</strong>de aanwezig is. Zonder dat vermog<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> de<br />

lokale netwerk<strong>en</strong> niet van de grond. <strong>De</strong> vraag voor de overheid is of <strong>en</strong> hoe<br />

dergelijk vermog<strong>en</strong> te ‘organiser<strong>en</strong>’ is. E<strong>en</strong> andere kwestie die bij <strong>het</strong><br />

overheidsbestuur ‘knelt’ is de professionalisering van de PWC’s. E<strong>en</strong> sterk<br />

regionaal netwerk kan voor overhed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer krachtige teg<strong>en</strong>speler zijn.<br />

<strong>De</strong> ondernemers k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> de weg binn<strong>en</strong> de Suwi-ket<strong>en</strong>. Ze wet<strong>en</strong> welke<br />

regeling<strong>en</strong> er zijn <strong>en</strong> hoe buigbaar die zijn. En hoewel de contact<strong>en</strong> met de<br />

lokale verteg<strong>en</strong>woordigers van de ket<strong>en</strong> vaak goed <strong>en</strong> productief zijn, wet<strong>en</strong><br />

de ondernemers ook hoe ze desgew<strong>en</strong>st kunn<strong>en</strong> opschal<strong>en</strong>. Ze kunn<strong>en</strong> vaak<br />

dwars door de staande organisaties he<strong>en</strong> beweg<strong>en</strong>, bijvoorbeeld doordat ze<br />

op allerlei netwerkgeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> in <strong>het</strong> land direct contact hebb<strong>en</strong> met alle<br />

niveaus van de Suwi-organisaties, tot aan <strong>het</strong> politiek bestuur toe. Indi<strong>en</strong><br />

nodig wet<strong>en</strong> ze de weg naar de (lokale) politiek <strong>en</strong> media, om hun punt<br />

kracht bij te zett<strong>en</strong>. Uiteindelijk geldt steeds dat (hoewel ze voordeel<br />

hebb<strong>en</strong> bij <strong>het</strong> operer<strong>en</strong> van de PWC’s) de deelnem<strong>en</strong>de ondernemers<br />

e<strong>en</strong>voudiger zonder PWC zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> dan de overheid. <strong>De</strong> kost<strong>en</strong> voor<br />

de overheid zijn groter dan voor de lokale ondernemers.<br />

In <strong>het</strong> domein van VROM <strong>en</strong> WWI zi<strong>en</strong> we andere aansprek<strong>en</strong>de uitdrukkingsvorm<strong>en</strong><br />

van deze netwerkvorming. E<strong>en</strong> interessant voorbeeld is<br />

28 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


‘burgerparticipatie’. Inmiddels sprek<strong>en</strong> nota’s van BZK over de ‘vierde<br />

g<strong>en</strong>eratie burgerparticipatie’, maar <strong>het</strong> is de vraag of dat de lading van veel<br />

van de initiatiev<strong>en</strong> dekt. <strong>De</strong> notie van participatie gaat nog steeds sterk uit<br />

van burgers die meedo<strong>en</strong> met iets wat door de overheid is ingezet. Dat<br />

gebeurt inderdaad op veel plaats<strong>en</strong>, maar op andere plekk<strong>en</strong> gebeurt iets<br />

heel anders. Daar do<strong>en</strong> burgers niet mee met de overheid, maar organiser<strong>en</strong><br />

ze zichzelf, los van de overheid. Zo wordt in de Rotterdamse wijk P<strong>en</strong>drecht<br />

door bewoners onderling gewerkt aan verbetering van de wijk, zonder dat<br />

m<strong>en</strong> aanspraak maakt op subsidies van de geme<strong>en</strong>te of de woningcorporatie.<br />

Er is incid<strong>en</strong>teel wel sprake van sponsoring, maar – <strong>en</strong> dat is de kern –<br />

<strong>het</strong> initiatief is ge<strong>en</strong> gevolg van overheidssubsidie. Het staat daar los van <strong>en</strong><br />

feitelijk is <strong>het</strong> zelfs andersom: er was initiatief <strong>en</strong> activiteit door burgers zelf,<br />

die is georganiseerd <strong>en</strong> geëmancipeerd <strong>en</strong> inmiddels mag de overheid op<br />

door de burgers bepaalde plekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> meedo<strong>en</strong>. En op andere<br />

mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> niet, bijvoorbeeld omdat burgers begrijp<strong>en</strong> dat ze langs de weg<br />

van <strong>het</strong> overheidsgeld ook aan eig<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> autonomie verliez<strong>en</strong>.<br />

Dat klinkt in eerste instantie als e<strong>en</strong> ‘ideale situatie’. Was <strong>het</strong> overal maar zo<br />

gemakkelijk voor de overheid, klinkt <strong>het</strong> al snel. <strong>De</strong> realiteit is echter e<strong>en</strong><br />

andere. <strong>De</strong> zelforganiser<strong>en</strong>de burgers voeg<strong>en</strong> zich niet noodzakelijkerwijs<br />

naar de plann<strong>en</strong> die overhed<strong>en</strong> voor wijk<strong>en</strong> of gebied<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Ze voeg<strong>en</strong><br />

zich selectief naar regels <strong>en</strong> neger<strong>en</strong> sommige ideeën of voorschrift<strong>en</strong> van<br />

de overheid. Ze voer<strong>en</strong>, zonder dat expliciet te mak<strong>en</strong> in ‘herk<strong>en</strong>bare<br />

product<strong>en</strong>’ als plann<strong>en</strong> of nota’s, als <strong>het</strong> ware eig<strong>en</strong> beleid. Dat beleid blijkt<br />

uit hun handel<strong>en</strong>, door acc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die ze daarin legg<strong>en</strong> <strong>en</strong> door de ding<strong>en</strong> die<br />

ze wel <strong>en</strong> niet do<strong>en</strong>. Dat botst nogal e<strong>en</strong>s met overheidsbeleid.<br />

Bij dit type activiteit zijn er voor de overheid verschill<strong>en</strong>de kwesties in <strong>het</strong><br />

geding. Op <strong>het</strong> eerste gezicht is <strong>het</strong> natuurlijk ‘prachtig’ dat er partij<strong>en</strong> zijn<br />

die zelf initiatief nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> tak<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> die anders door de overheid<br />

zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> volbracht. Terwijl ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de regering<strong>en</strong><br />

oproep<strong>en</strong> tot ‘eig<strong>en</strong> verantwoordelijkheid’ <strong>en</strong> ‘meedo<strong>en</strong>’ van burgers <strong>en</strong><br />

bedrijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat nog niet erg lijkt te lukk<strong>en</strong>, gaat <strong>het</strong> hier als <strong>het</strong> ware<br />

‘vanzelf’. <strong>De</strong> werkelijkheid is meer complex. <strong>De</strong> overheid moet zich tot de<br />

activiteit<strong>en</strong> verhoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> vaak pass<strong>en</strong> ze net niet in de schema’s <strong>en</strong> plann<strong>en</strong><br />

van de overheid. Er kom<strong>en</strong> andersoortige verdeling<strong>en</strong> tot stand, bijvoorbeeld<br />

in de spreiding van bat<strong>en</strong>, last<strong>en</strong>, kans<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s. <strong>De</strong> netwerk<strong>en</strong><br />

organiser<strong>en</strong> ongelijkheid <strong>en</strong> selectiviteit. <strong>De</strong> PWC’s zorg<strong>en</strong> voor mobiliteit<br />

van werk naar werk, maar do<strong>en</strong> dat zonder al te veel oog voor gelijkheid op<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 29


de arbeidsmarkt. Als ze ge<strong>en</strong> zin hebb<strong>en</strong> om deeltijdwerkers of allochton<strong>en</strong><br />

in di<strong>en</strong>st te nem<strong>en</strong>, dan do<strong>en</strong> de ondernemers dat niet, los van wat de<br />

overheid daarover zegt <strong>en</strong> vindt. En als de bewonersorganisaties vind<strong>en</strong> dat<br />

de geme<strong>en</strong>te niet hard g<strong>en</strong>oeg loopt, dan kunn<strong>en</strong> ze lokale aandacht<br />

mobiliser<strong>en</strong> <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijke plann<strong>en</strong> doorkruis<strong>en</strong>. Het zijn ge<strong>en</strong> ongeleide<br />

projectiel<strong>en</strong> in de zin dat ze zonder doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> plann<strong>en</strong> onvoorspelbaar<br />

handel<strong>en</strong>, integ<strong>en</strong>deel, maar ze zijn wel ongeleid in de zin van ‘onbestuurbaar’<br />

door de overheid. <strong>De</strong> overheid stuurt de organisaties niet aan, dat<br />

do<strong>en</strong> ze zelf. Dat veroorzaakt ge<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> daar waar ze geheel uit<br />

elkaars vaarwater blijv<strong>en</strong> of geheel in elkaars verl<strong>en</strong>gde operer<strong>en</strong>, maar<br />

overal waar dat niet <strong>het</strong> geval is – <strong>en</strong> dat is in de meeste gevall<strong>en</strong> zo – zorgt<br />

<strong>het</strong> voor schuring <strong>en</strong> fricties. Hoe sympathiek <strong>en</strong> interessant de initiatiev<strong>en</strong><br />

ook zijn, <strong>en</strong> hoe sociaal <strong>en</strong> politiek w<strong>en</strong>selijk <strong>het</strong> is om ze te volg<strong>en</strong>, vaak<br />

kan dat voor de reguliere overhed<strong>en</strong> helemaal niet. Zo ontstaat voor<br />

overheidsorganisaties e<strong>en</strong> ingewikkeld <strong>en</strong> gevoelig spel om zich te<br />

verhoud<strong>en</strong> tot zelforganiser<strong>en</strong>de netwerk<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> overheid zijn, maar<br />

wel ding<strong>en</strong> do<strong>en</strong> die de overheid rak<strong>en</strong>.<br />

3. Andere overhed<strong>en</strong> die eig<strong>en</strong> netwerk<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<br />

<strong>het</strong>zelfde domein actief zijn<br />

In de derde netwerkvorm die we hier onderscheid<strong>en</strong> gaat <strong>het</strong> niet zozeer om<br />

<strong>het</strong> verhoud<strong>en</strong> tot netwerk<strong>en</strong> die door maatschappelijke partij<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

gevormd, maar door netwerkverband<strong>en</strong> die ontstaan rond interv<strong>en</strong>ties van<br />

andere overhed<strong>en</strong>. Dat kunn<strong>en</strong> andere bestuurslag<strong>en</strong> zijn, bijvoorbeeld<br />

geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of provincies die lokale netwerk<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong>, maar ook<br />

andere departem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die vanuit hun domein netwerk<strong>en</strong> mobiliser<strong>en</strong> die<br />

zich verbred<strong>en</strong> richting andere domein<strong>en</strong>. Zo rak<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de domein<strong>en</strong><br />

letterlijk in elkaar verwikkeld, waarbij niet vanzelfsprek<strong>en</strong>d ‘integraliteit’ <strong>en</strong><br />

‘coördinatie’ tot stand kom<strong>en</strong>. Meestal gebeurt <strong>het</strong> teg<strong>en</strong>overgestelde <strong>en</strong><br />

gaan de waard<strong>en</strong> die in <strong>het</strong> <strong>en</strong>e netwerk c<strong>en</strong>traal staan de omligg<strong>en</strong>de<br />

andere netwerk<strong>en</strong> overheers<strong>en</strong> <strong>en</strong> verdring<strong>en</strong>. <strong>De</strong> strijd tuss<strong>en</strong> deze<br />

netwerk<strong>en</strong> is dan ook veel meer dan e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>strijd <strong>en</strong> vraagt dus<br />

ook om meer dan wat afstemming over wie op welk mom<strong>en</strong>t wat doet (of<br />

ding<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> do<strong>en</strong>). Netwerk<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong> zich rondom gedeelde<br />

waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong>, dus bijvoorbeeld langs de lijn van ‘zorg’, ‘welzijn’,<br />

‘onderwijs’, ‘mono- of multiculturaliteit’ of ‘leefomgeving’. Vanuit die<br />

waard<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> ze iets anders in <strong>het</strong>zelfde. Partij<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> elkaar in gedeelde<br />

uitgangspunt<strong>en</strong> of belang<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> gedeeld thema. Als dergelijke netwer-<br />

30 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


k<strong>en</strong> zich verbred<strong>en</strong> <strong>en</strong> in contact kom<strong>en</strong> met andere netwerk<strong>en</strong>, dan<br />

ontstaan er botsing<strong>en</strong> van de in de netwerk<strong>en</strong> gestolde configuraties van<br />

belang<strong>en</strong>, waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> perspectiev<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> de taal <strong>en</strong> de gebruikte beeld<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> metafor<strong>en</strong> zijn vaak al heel verschill<strong>en</strong>d. Vaak bots<strong>en</strong> in de confrontatie<br />

van de netwerk<strong>en</strong> ook de verschill<strong>en</strong>de beleidsag<strong>en</strong>da’s. E<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>d<br />

voorbeeld is de spanning tuss<strong>en</strong> werk, inkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> scholing. In de<br />

re-integratie van werkloz<strong>en</strong> geldt <strong>het</strong> ‘work-first’-principe, wat betek<strong>en</strong>t dat<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> de kortste weg naar werk moet<strong>en</strong> bewandel<strong>en</strong>. Dat is deels e<strong>en</strong><br />

reactie op de ervaring dat voor sommige m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> eindeloze scholingstraject<strong>en</strong><br />

zonder duidelijk perspectief op werk collectief werd<strong>en</strong> gefinancierd, tot<br />

volledige academische studies ‘geschied<strong>en</strong>is’ aan toe. Work-first verlegt de<br />

aandacht naar op korte termijn haalbaar <strong>en</strong> beschikbaar werk. Daarmee<br />

word<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> voor lange <strong>en</strong> vaak vruchteloze re-integratie traject<strong>en</strong><br />

bespaard én blijv<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in <strong>het</strong> arbeidsproces, wat goed is voor hun<br />

arbeidskans<strong>en</strong>. Tegelijkertijd zijn er talrijke gevall<strong>en</strong> waarin work-first<br />

andere waard<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong> verdringt, omdat de re-integratie puur de<br />

conjunctuur volgt. Niet zozeer de compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>s van de<br />

werkloze staan c<strong>en</strong>traal, maar de korte termijn arbeidsvraag in de markt.<br />

Daarmee rak<strong>en</strong> twee waard<strong>en</strong> uit beeld: voor veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zou <strong>het</strong> op<br />

zichzelf lon<strong>en</strong> om met e<strong>en</strong> iets omvangrijker traject werkelijk om te schol<strong>en</strong><br />

of ‘op te schol<strong>en</strong>’. Ze kunn<strong>en</strong> zich dan richt<strong>en</strong> op <strong>het</strong> basisniveau in e<strong>en</strong><br />

sector waarin meer arbeidskans<strong>en</strong> zijn of zich bekwam<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> hoger<br />

niveau binn<strong>en</strong> hun huidige sector, waarop de perspectiev<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s veel<br />

beter zijn. Hoewel de weg naar werk in die gevall<strong>en</strong> langer is, is <strong>het</strong> bereikte<br />

werk vervolg<strong>en</strong>s wel meer duurzaam. E<strong>en</strong> langer traject voorkomt zodo<strong>en</strong>de<br />

‘draaideurwerkloosheid’. Het scholingsperspectief is op dit mom<strong>en</strong>t veel<br />

zwakker verteg<strong>en</strong>woordigd dan <strong>het</strong> ‘werkperspectief’. Het ‘inkom<strong>en</strong>sperspectief’<br />

is ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s verzwakt. Veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die via Work-first naar betaald<br />

werk word<strong>en</strong> geleid verliez<strong>en</strong> bij conjunctuurwisseling<strong>en</strong> hun nieuwe baan<br />

<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong> daarmee vaak ook hun eerder opgebouwde recht<strong>en</strong>. Hierdoor<br />

kunn<strong>en</strong> ze soms van relatief goede WW-situaties na e<strong>en</strong> korte periode van<br />

werk in de bijstand beland<strong>en</strong>. En dan lat<strong>en</strong> we hier voor <strong>het</strong> gemak <strong>het</strong><br />

netwerk rondom de waarde ‘zorg’ buit<strong>en</strong> beschouwing. Het punt is dat<br />

allerlei netwerk<strong>en</strong> (als verl<strong>en</strong>gstuk van sectorale ket<strong>en</strong>s) rond concrete<br />

‘gevall<strong>en</strong>’ op de arbeidsmarkt sam<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> daar met elkaar bots<strong>en</strong>.<br />

Coördinatie <strong>en</strong> regie, <strong>en</strong> vaak de nodige strijd, zijn dan nodig om tot<br />

werkbare sam<strong>en</strong>werking te kom<strong>en</strong>. <strong>De</strong> belang<strong>en</strong> zijn daarbij voor alle<br />

betrokk<strong>en</strong> organisaties groot, omdat afrek<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> verantwoording vaak langs<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 31


zeer gespecificeerde prestatieafsprak<strong>en</strong> verlop<strong>en</strong>: verandering van acc<strong>en</strong>t om<br />

netwerk<strong>en</strong> met elkaar te lat<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> kan grote gevolg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voor<br />

de individuele prestaties <strong>en</strong> de beleidsrealisatie van individuele partij<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> ander voorbeeld is <strong>het</strong> ‘ontmoet<strong>en</strong>’ van initiatiev<strong>en</strong> van lokale partij<strong>en</strong>.<br />

Zo kom<strong>en</strong> in de wijk<strong>en</strong> talrijke beleidstheorieën <strong>en</strong> vanuit verschill<strong>en</strong>de<br />

bestuurslag<strong>en</strong> ingezette programma’s elkaar teg<strong>en</strong>. Netwerk<strong>en</strong> zijn ‘in’ <strong>en</strong><br />

alle bestuurslag<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> of andere manier<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> om zich<br />

he<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Vaak als combinatie van <strong>het</strong> eerder als eerste type<br />

omschrev<strong>en</strong> netwerk <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vorm van organiser<strong>en</strong> van inspraak <strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>spraak met <strong>het</strong> veld. ‘Buurtburgemeesters’ zitt<strong>en</strong> met allerlei<br />

verband<strong>en</strong> aan tafel: ze sprek<strong>en</strong> met de corporaties, zitt<strong>en</strong> aan tafel met de<br />

afdeling Ruimte van de geme<strong>en</strong>te, met de Di<strong>en</strong>st Welzijn van dezelfde<br />

geme<strong>en</strong>te, ontvang<strong>en</strong> e<strong>en</strong> delegatie van de Provincie <strong>en</strong> do<strong>en</strong> mee aan e<strong>en</strong><br />

project voor <strong>het</strong> Ministerie van WWI. Ze handel<strong>en</strong> daarin afwissel<strong>en</strong>d<br />

strategisch, opportunistisch <strong>en</strong> ‘ongecalculeerd’ <strong>en</strong>thousiast. Ze kunn<strong>en</strong><br />

soms bewust ‘shopp<strong>en</strong>’ in de h<strong>en</strong> beschikbare netwerk<strong>en</strong>, soms met e<strong>en</strong><br />

achterligg<strong>en</strong>d plan voor langere termijn allianties, soms ad hoc <strong>en</strong> selectief<br />

rond e<strong>en</strong> concreet project waarvoor financiering gevond<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>. In<br />

veel gevall<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> ‘gewoon <strong>en</strong>thousiast’ <strong>en</strong> doet m<strong>en</strong> in zoveel mogelijk<br />

netwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> verband<strong>en</strong> mee. Dat kan problematisch zijn als vorm<strong>en</strong> van<br />

selectiviteit <strong>en</strong> loyaliteit gevraagd word<strong>en</strong>, bijvoorbeeld als netwerk<strong>en</strong> voor<br />

dezelfde doelgroep<strong>en</strong> concurrer<strong>en</strong>de activiteit<strong>en</strong> ontplooi<strong>en</strong>. Dat laatste<br />

lijkt ‘inefficiënt’ <strong>en</strong> uitzonderlijk, maar dat is <strong>het</strong> juist niet. Vanuit de zorg<br />

word<strong>en</strong> vaak dezelfde m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aangesprok<strong>en</strong> als die de Suwi-partij<strong>en</strong><br />

prober<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong>. Veel ‘cliënt<strong>en</strong>’ hebb<strong>en</strong> meerdere problem<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

meeste problem<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> meerdere kant<strong>en</strong> <strong>en</strong> dim<strong>en</strong>sies. Dat geldt<br />

uiteraard niet alle<strong>en</strong> voor ‘person<strong>en</strong>’, maar ook voor meer ruimtelijke<br />

dossiers <strong>en</strong> vraagstukk<strong>en</strong>. Het punt voor e<strong>en</strong> overheidsactor met sturingsambities<br />

is dat er andere netwerk<strong>en</strong> actief zijn die vaak goeddeels <strong>het</strong>zelfde<br />

op net e<strong>en</strong> andere manier – vanuit e<strong>en</strong> ander perspectief – prober<strong>en</strong> te<br />

do<strong>en</strong>. Ook hier geldt dat dit ge<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> geeft als partij<strong>en</strong> geheel<br />

verschill<strong>en</strong>de of precies dezelfde ding<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. In alle tuss<strong>en</strong>ligg<strong>en</strong>de<br />

gevall<strong>en</strong> ontstaat schuring <strong>en</strong> conflict, op <strong>het</strong> terrein van verantwoordelijkhed<strong>en</strong>,<br />

uitgangspunt<strong>en</strong>, interv<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> prestige.<br />

Handel<strong>en</strong> in <strong>het</strong> netwerk: ‘street-wise bureaucratie’<br />

<strong>De</strong> onderscheid<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> van b<strong>en</strong>utting van netwerk<strong>en</strong> vereist steeds e<strong>en</strong><br />

andere vorm van handel<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> geme<strong>en</strong> dat andere kwaliteit<strong>en</strong> dan<br />

32 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


de klassieke vorm<strong>en</strong> van hiërarchische sturing nodig zijn. Met regels zijn de<br />

zak<strong>en</strong> nog niet geregeld <strong>en</strong> met uitgesprok<strong>en</strong> sympathie zijn partij<strong>en</strong> nog<br />

niet per se betrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> gecommitteerd. Het k<strong>en</strong>merk van netwerk<strong>en</strong> is dat<br />

partij<strong>en</strong> vrijelijk kunn<strong>en</strong> intred<strong>en</strong> <strong>en</strong> uittred<strong>en</strong>, dat tijdlijn<strong>en</strong> niet overe<strong>en</strong><br />

kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat er voortdur<strong>en</strong>d strijd plaatsvindt over de verdeling van<br />

winst<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s. Vaak bepaalt de langzaamste de snelheid, zeker als de<br />

overheid e<strong>en</strong> zwaar belang heeft bij snelheid. Soms is <strong>het</strong> precies andersom<br />

<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> bewust heel veel snelheid <strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> ze slim voor<br />

voldong<strong>en</strong> feit<strong>en</strong>. Ze ‘mak<strong>en</strong> beleid’ door realiteit<strong>en</strong> te bouw<strong>en</strong>, niet door<br />

nota’s te schrijv<strong>en</strong>. Overhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dan gedwong<strong>en</strong> tot bekrachtiging<br />

van, of meebeweg<strong>en</strong> met, voornem<strong>en</strong>s die ze anders mogelijk nooit<br />

ondersteund zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> interessant voorbeeld hiervan is de<br />

Voedselbank. <strong>De</strong> kans dat deze als beleidsvoorstel of nota de interne lijn van<br />

<strong>het</strong> Ministerie van SZW zou hebb<strong>en</strong> overleefd is klein, maar als voldong<strong>en</strong><br />

feit zorgt hij voor ondersteun<strong>en</strong>de beleidsproductie bij datzelfde Ministerie.<br />

Interessant is ook dat <strong>het</strong> niet zozeer e<strong>en</strong> product is van armoedebeleid,<br />

maar van milieubeleid <strong>en</strong> afvalheffing<strong>en</strong> 1 .<br />

<strong>De</strong> kern is dat partij<strong>en</strong> in netwerk<strong>en</strong> zich strategisch opstell<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong><br />

netwerk b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> om hun eig<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> te realiser<strong>en</strong>. Net als de overheid<br />

uiteraard. Netwerk<strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>delijke omgeving<strong>en</strong> waar leuke<br />

creatieve ding<strong>en</strong> gebeur<strong>en</strong>. Het zijn ongereguleerde ruimt<strong>en</strong> waar (bij tijd<br />

<strong>en</strong> wijle onvri<strong>en</strong>delijke, zie bijvoorbeeld de film Gomorra 2 ) strijd wordt<br />

gevoerd om schaarse middel<strong>en</strong> <strong>en</strong> conflicter<strong>en</strong>de doel<strong>en</strong>. In die strijd<br />

geld<strong>en</strong> eerder de wett<strong>en</strong> van de straat, handigheid, impliciet vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ondernemerschap, dan bureaucratische bekwaamheid, ord<strong>en</strong>telijke<br />

procedures, georganiseerd periodiek overleg, dossierhouderschap <strong>en</strong><br />

notaproductie. <strong>De</strong> overheid speelt in dat spel mee, maar moet dat do<strong>en</strong><br />

1 Het ‘model’ van de Voedselbank is dat bedrijv<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig moet<strong>en</strong> betal<strong>en</strong> voor hun afval <strong>en</strong> dat<br />

hergebruik daarmee e<strong>en</strong> prijs verteg<strong>en</strong>woordigt. Gevoegd bij <strong>het</strong> bestaan van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> behoefte<br />

aan concrete product<strong>en</strong> om in hun lev<strong>en</strong>sonderhoud te voorzi<strong>en</strong>, ontstaat e<strong>en</strong> ‘match’ van e<strong>en</strong> vraag <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> aanbod, waaruit door e<strong>en</strong> actieve ‘makelaar’ e<strong>en</strong> goed lev<strong>en</strong>svatbaar <strong>en</strong> groei<strong>en</strong>d initiatief kan<br />

word<strong>en</strong> gevormd.<br />

2 http://www.imdb.com/title/tt0929425<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 33


vanuit de eig<strong>en</strong> uitgangspositie, dus met de bureaucratische organisatievorm<br />

(inclusief informele mores <strong>en</strong> procedures), <strong>het</strong> primaat van de politiek<br />

<strong>en</strong> de vanuit de wet <strong>en</strong> de rechtstaat beperkte mogelijkhed<strong>en</strong>.<br />

<strong>De</strong> overheid moet <strong>en</strong>erzijds ‘street-wise’ zijn - noem <strong>het</strong> hier ‘processwise’<br />

- maar wel steeds vanuit de gegev<strong>en</strong>heid van bureaucratische norm<strong>en</strong>,<br />

regels <strong>en</strong> mores. Meespel<strong>en</strong> in <strong>het</strong> netwerk kan niet met de bureaucratische<br />

uitgangspunt<strong>en</strong>, maar <strong>het</strong> kan ook niet zonder. <strong>De</strong> zoektocht naar beleidsrealisatie<br />

in netwerkverband<strong>en</strong> is dus e<strong>en</strong> zoektocht naar vorm<strong>en</strong> waarmee<br />

de beide logica’s kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> <strong>en</strong> ver<strong>en</strong>igd. Met behoud van<br />

de kern van beide, maar met verlies of neutralisering van de meest<br />

knell<strong>en</strong>de onderdel<strong>en</strong> ervan. Dat is <strong>en</strong>erzijds e<strong>en</strong> wisseling van techniek <strong>en</strong><br />

anderzijds e<strong>en</strong> wisseling van rol. Van initiër<strong>en</strong>, stur<strong>en</strong>, uitzett<strong>en</strong>, implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> opbouw<strong>en</strong>, naar volg<strong>en</strong>, ondersteun<strong>en</strong>, mogelijk mak<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong><br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, loslat<strong>en</strong> én afblijv<strong>en</strong>.<br />

Experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> met techniek: e<strong>en</strong> simulatie van netwerksturing<br />

Om meer gevoel te ontwikkel<strong>en</strong> voor de techniek – wat kunn<strong>en</strong> ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

van <strong>het</strong> Ministerie do<strong>en</strong> om vanuit hun positie in de bureaucratische lijn<br />

toch op e<strong>en</strong> productieve manier mee te spel<strong>en</strong> in <strong>het</strong> spel dat ‘buit<strong>en</strong>’ in<br />

netwerk<strong>en</strong> plaatsvindt – hebb<strong>en</strong> we als onderdeel van <strong>het</strong> onderzoek<br />

waarvan dit essay e<strong>en</strong> verslag vormt e<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>t gedaan met e<strong>en</strong> vorm<br />

van netwerksturing. In e<strong>en</strong> simulatie in juni 2009 van e<strong>en</strong> netwerkarrangem<strong>en</strong>t<br />

waarin netwerk<strong>en</strong> van <strong>het</strong> eerste <strong>en</strong> tweede type sam<strong>en</strong>kwam<strong>en</strong>, zijn<br />

ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van VROM aan <strong>het</strong> werk gegaan met e<strong>en</strong> door h<strong>en</strong> te realiser<strong>en</strong><br />

beleidsdoel. Enerzijds ging <strong>het</strong> om e<strong>en</strong> herinrichtingsopgave waarbij <strong>het</strong><br />

Rijk op e<strong>en</strong> bepaalde prestatie werd afgerek<strong>en</strong>d, vastgelegd in e<strong>en</strong> conv<strong>en</strong>ant,<br />

maar de realisatie daarvan nag<strong>en</strong>oeg geheel afhankelijk was van <strong>het</strong><br />

sam<strong>en</strong>spel van lokale bestuurders, de provincie <strong>en</strong> lokale partij<strong>en</strong> als<br />

corporaties <strong>en</strong> projectontwikkelaars. Anderzijds war<strong>en</strong> er in de casus<br />

nadrukkelijk elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de tweede vorm van netwerk<strong>en</strong> aanwezig.<br />

Enkele van de aanwezige marktpartij<strong>en</strong> organiseerd<strong>en</strong> zich in e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong><br />

initiatief, waarvoor de publieke partners nauwelijks nodig war<strong>en</strong> maar<br />

waarmee <strong>het</strong> publieke voorstel wel definitief onmogelijk zou zijn <strong>en</strong> er<br />

politiek zeer gevoelige gevolg<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> (milieulast <strong>en</strong> doorkruising<br />

van ideeën over de inrichting van de stad). In de casus werd van<br />

deelnemers gevraagd om zich in e<strong>en</strong> netwerkrol als medewerker van VROM<br />

(‘accountmanager’) te m<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in <strong>het</strong> lokale spel. Zo kon word<strong>en</strong> geëxperim<strong>en</strong>teerd<br />

met e<strong>en</strong> divers handelingsrepertoire <strong>en</strong> kwam in beeld hoe<br />

34 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


epaalde acties in <strong>het</strong> netwerk ‘viel<strong>en</strong>’. In <strong>het</strong> experim<strong>en</strong>t werd zichtbaar<br />

welk type interv<strong>en</strong>ties bij sturing in <strong>het</strong> netwerk<strong>en</strong> goed werk<strong>en</strong>, welke<br />

interv<strong>en</strong>ties juist heel moeizaam werk<strong>en</strong>, én werd duidelijk dat veel van de<br />

goed werk<strong>en</strong>de interv<strong>en</strong>ties zich problematisch verhoud<strong>en</strong> tot wat er in de<br />

organisatie veelal als interv<strong>en</strong>tie wordt voorgeschrev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aantal<br />

opvall<strong>en</strong>de teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> kwam in <strong>het</strong> achteraf door de deelnemers als<br />

zeer realistisch geëvalueerde ‘spel’ naar vor<strong>en</strong>:<br />

Vertrag<strong>en</strong> door versnell<strong>en</strong> (<strong>en</strong> andersom): soms is <strong>het</strong> bij interv<strong>en</strong>ties in<br />

process<strong>en</strong> nodig om traag te beginn<strong>en</strong>, langzaam op gang te kom<strong>en</strong>, tijd<br />

te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> rustig aan te do<strong>en</strong>, om later in <strong>het</strong> proces te kunn<strong>en</strong><br />

versnell<strong>en</strong>. Interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t niet per se mete<strong>en</strong> heel zichtbaar <strong>en</strong><br />

snel met van alles aan de slag gaan. Dat lijkt misschi<strong>en</strong> op tijd rekk<strong>en</strong>,<br />

aarzel<strong>en</strong>, treuzel<strong>en</strong> <strong>en</strong> inefficiëntie, maar dat is <strong>het</strong> niet. Door veel te<br />

invester<strong>en</strong> aan de voorkant, bijvoorbeeld in relaties <strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>, kan<br />

<strong>het</strong> later in <strong>het</strong> proces ine<strong>en</strong>s snel gaan. Snelle success<strong>en</strong> aan <strong>het</strong> begin<br />

kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot vertraging<strong>en</strong> aan <strong>het</strong> eind, bijvoorbeeld als nieuwe<br />

weerstand<strong>en</strong> opduik<strong>en</strong> of partij<strong>en</strong> ine<strong>en</strong>s strategisch gedrag gaan<br />

verton<strong>en</strong>. Er zijn risico’s verbond<strong>en</strong> aan <strong>het</strong> snel plukk<strong>en</strong> van <strong>het</strong><br />

laaghang<strong>en</strong>de fruit of <strong>het</strong> snel will<strong>en</strong> inboek<strong>en</strong> van eerste success<strong>en</strong>.<br />

Inhoud door <strong>het</strong> proces: net als ‘in <strong>het</strong> echt’ was er ook in de simulatie<br />

steeds druk om snel tot de inhoud van de zaak te kom<strong>en</strong>. <strong>De</strong> ‘accountmanagers’<br />

die in <strong>het</strong> proces moest<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong> druk om<br />

bijvoorbeeld snel concreet te gaan onderhandel<strong>en</strong> over cijfers, betrokk<strong>en</strong>heid,<br />

tijdpad, risico’s <strong>en</strong> dergelijke. Partij<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> ‘inhoud’, omdat<br />

ze dat met e<strong>en</strong> ‘resultaat’ <strong>en</strong> e<strong>en</strong> stap voorwaarts associër<strong>en</strong>. Maar vaak<br />

komt inhoud pas aan <strong>het</strong> einde van de weg van e<strong>en</strong> proces tot stand. Dat<br />

werd in de simulatie duidelijk zichtbaar. Inhoud ging juist verlor<strong>en</strong> door<br />

te vroeg in <strong>het</strong> proces te drukk<strong>en</strong> op concreet <strong>en</strong> specifiek inhoudelijk<br />

resultaat. Inhoud ontstond in de simulatie juist door de inhoudelijke<br />

focus uit te stell<strong>en</strong>, onderling vertrouw<strong>en</strong> te kwek<strong>en</strong>, bij partij<strong>en</strong> langs te<br />

gaan, onverwachte ontmoeting<strong>en</strong> te organiser<strong>en</strong>, nieuwe partij<strong>en</strong> te<br />

betrekk<strong>en</strong> (die op <strong>het</strong> oog niets met <strong>het</strong> probleem te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>,<br />

maar later toch weer wel cruciaal blijk<strong>en</strong>). Dat leidt tot e<strong>en</strong> interessante<br />

bevinding. Inhoud ontstaat door in <strong>het</strong> proces te interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong>. Vanuit<br />

e<strong>en</strong> goed proces komt gemakkelijker rijkere <strong>en</strong> betere inhoud tot stand.<br />

Net zoals e<strong>en</strong> te snel ‘duik<strong>en</strong> in de inhoud’ tot verstoring van <strong>het</strong> proces<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 35


kan leid<strong>en</strong>. Wie dit type interv<strong>en</strong>ties pleegt is, vanuit de bureaucratische<br />

lijn gedacht, op <strong>het</strong> oog ‘lastig, ineffectief <strong>en</strong> weinig efficiënt’, maar<br />

behaalt op termijn juist winst. Dat lijkt, aansluit<strong>en</strong>d bij <strong>het</strong> vorige punt,<br />

e<strong>en</strong> kwestie van lange adem, maar <strong>het</strong> is misschi<strong>en</strong> wel sneller dan<br />

‘normaal’. Verzet later in <strong>het</strong> proces wordt immers beperkt. Het gaat dus<br />

niet om <strong>het</strong> accepter<strong>en</strong> van vertraging, maar om <strong>het</strong> per saldo bereik<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> versnelling.<br />

Probleem als oplossing: de kern van netwerk<strong>en</strong> is dat vele partij<strong>en</strong> del<strong>en</strong> van<br />

de sleutel tot de oplossing hebb<strong>en</strong>. Dat heeft indring<strong>en</strong>de consequ<strong>en</strong>ties<br />

voor <strong>het</strong> soort interv<strong>en</strong>ties dat mogelijk <strong>en</strong> werkzaam is. Door <strong>het</strong><br />

probleem te verbred<strong>en</strong>, er meer partij<strong>en</strong> bij te betrekk<strong>en</strong>, ‘meer spelers<br />

aan tafel te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>’, verandert de aard van <strong>het</strong> probleem <strong>en</strong> ontstaat<br />

nieuwe ruimte voor oplossing<strong>en</strong>. Bijvoorbeeld door partij<strong>en</strong> in te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> die middel<strong>en</strong> me<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, die belang<strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong>, die<br />

gezag hebb<strong>en</strong>, die k<strong>en</strong>nis hebb<strong>en</strong> of die risico will<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>. Zo kan de<br />

‘koek’ groter word<strong>en</strong> <strong>en</strong> van betek<strong>en</strong>is verander<strong>en</strong>, waardoor er nieuwe<br />

oplossingsrichting<strong>en</strong> mogelijk word<strong>en</strong>. Het ‘probleem’ voor veel<br />

klassieke beleidsorganisaties is dat ze daarmee ‘afhankelijk word<strong>en</strong>’ van<br />

andere partij<strong>en</strong> (lees: ‘partij<strong>en</strong> nodig hebb<strong>en</strong>’), waartoe ze ge<strong>en</strong> hiërarchische<br />

relatie hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet over formele macht beschikk<strong>en</strong>. Dat vereist<br />

andersoortige sturing, organisatie <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong>. In de simulatie werd<br />

steeds zichtbaar dat de verbreding van de ‘tafel’ nodig was om barrières te<br />

overwinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat door blijv<strong>en</strong> prat<strong>en</strong> in kleine, bestaande gezelschapp<strong>en</strong><br />

tot verdieping van <strong>het</strong> probleem leidde. Daarbij speeld<strong>en</strong> marktpartij<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> sleutelrol. Juist door h<strong>en</strong> te betrekk<strong>en</strong> bij <strong>het</strong> vraagstuk <strong>en</strong> hun<br />

sleutels tot de oplossing te activer<strong>en</strong> kon de ‘gebiedsontwikkeling’ die in<br />

de casus moest plaatsvind<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> vlot getrokk<strong>en</strong>.<br />

Zichtbaar onzichtbaar: in de simulatie was de accountmanager veelal<br />

onzichtbaar. Soms zelfs letterlijk, waarbij andere spelers rondliep<strong>en</strong>, op<br />

zoek naar de accountmanager. Hoewel de casus in zekere zin om de<br />

accountmanager draaide, was hij of zij in veel fases nauwelijks zichtbaar<br />

aanwezig, terwijl juist in die gevall<strong>en</strong> zijn rol achteraf vaak als heel<br />

waardevol werd geëvalueerd. Met andere woord<strong>en</strong>, zijn onzichtbaarheid<br />

was ge<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van fal<strong>en</strong>, maar juist van ontluik<strong>en</strong>d succes. Hij was vaak<br />

daar waar de zichtbare ‘actie’ op dat mom<strong>en</strong>t niet was, achter de<br />

scherm<strong>en</strong> overlegg<strong>en</strong>d met partij<strong>en</strong> die mogelijke sleutels tot de<br />

36 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


oplossing hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op zoek naar afstemming met partij<strong>en</strong> die net ev<strong>en</strong><br />

niet bij de wethouder aan tafel zat<strong>en</strong>. Dat is in de simulatie, <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s<br />

ons ook in <strong>het</strong> ‘echt’, dan weliswaar e<strong>en</strong> succesvolle manier van interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong>,<br />

maar tegelijkertijd ook problematisch. <strong>De</strong>rgelijke indirecte vorm<strong>en</strong><br />

van beïnvloeding betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat de accountmanager niet zichtbaar is,<br />

weinig tastbare resultat<strong>en</strong> boekt <strong>en</strong> dus maar moeilijk kan lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hoe<br />

<strong>het</strong> gaat <strong>en</strong> waar hij of zij mee bezig is. Voor ‘organisatieonderdel<strong>en</strong>’ is<br />

dat e<strong>en</strong> probleem, omdat zichtbaarheid belangrijk is als vorm van<br />

verantwoording <strong>en</strong> daarmee indirect als organisationeel overlevingsprincipe.<br />

Organisatieonderdel<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> zichtbare resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> meetbare<br />

prestaties lever<strong>en</strong> zijn de eerste kandidat<strong>en</strong> voor opheffing of reorganisatie.<br />

Ingewikkeld is dat <strong>het</strong> ‘e<strong>en</strong> beetje zichtbaar mak<strong>en</strong>’ eig<strong>en</strong>lijk niet kan:<br />

de strategie van de accountmanager valt <strong>en</strong> staat met luwte. Niet altijd <strong>en</strong><br />

perman<strong>en</strong>t, maar als <strong>het</strong> proces er om vraagt moet <strong>het</strong> kunn<strong>en</strong>. Zichtbaar<br />

mak<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t vaak ook dat de kern van <strong>het</strong> proces wegvalt. Het<br />

betek<strong>en</strong>t dat er op korte termijn te scor<strong>en</strong> valt, er kan erg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> punt<br />

word<strong>en</strong> bijgeteld of e<strong>en</strong> ‘output’ word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oteerd, maar op lange<br />

termijn verdwijnt daarmee de ‘outcome’ uit beeld. Ook scor<strong>en</strong> heeft zijn<br />

prijs <strong>en</strong> kan per saldo op termijn meer kost<strong>en</strong> dan opbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Zelf scor<strong>en</strong> door ander<strong>en</strong> in staat te stell<strong>en</strong>: de simulatie liet zi<strong>en</strong> hoe de<br />

resultat<strong>en</strong> van voorbereid<strong>en</strong>d werk van de accountmanager aan <strong>het</strong> eind<br />

van <strong>het</strong> proces tot e<strong>en</strong> fraai resultaat leidd<strong>en</strong>, maar ook hoe dat resultaat<br />

niet zichtbaar tot de accountmanager herleidbaar was. In de simulatie<br />

werd zichtbaar dat de accountmanager uiteindelijk per definitie op de<br />

achtergrond moet blijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet zichtbaar kan ‘oogst<strong>en</strong>’. <strong>De</strong> accountmanager<br />

stelde in de simulatie bijvoorbeeld met succes de rol van ‘DG<br />

VROM’ in staat om te exceller<strong>en</strong> in de in de simulatie belegde slotconfer<strong>en</strong>tie.<br />

Door <strong>het</strong> voorwerk van de accountmanager was de DG daar ter<br />

plekke in positie gebracht om de problem<strong>en</strong> op te loss<strong>en</strong>. Niet de<br />

accountmanager, maar de DG maakte publiekelijk e<strong>en</strong> goede beurt. En in<br />

de slipstream daarvan ging<strong>en</strong> ook de gedeputeerde <strong>en</strong> de wethouder in de<br />

simulatie met e<strong>en</strong> mooi resultaat naar huis, terwijl de wethouder in de<br />

simulatie juist één van de meest verstor<strong>en</strong>de <strong>en</strong> improductieve actor<strong>en</strong><br />

was. In de evaluatie vroeg<strong>en</strong> andere spelers zich bijvoorbeeld af of de<br />

wethouder niet te rijkelijk bedeeld werd in de verdeling van <strong>het</strong> succes.<br />

Dat soort verdeling<strong>en</strong> zijn inher<strong>en</strong>t onderdeel van interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong> in<br />

netwerk<strong>en</strong>. <strong>De</strong> accountmanager streeft ge<strong>en</strong> zichtbaar succes na <strong>en</strong><br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 37


onthoudt zich van oordel<strong>en</strong> over wie op basis van zijn inzet de eer <strong>het</strong><br />

meest ‘verdi<strong>en</strong>t’: om <strong>het</strong> proces goed af te kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, om te kunn<strong>en</strong><br />

scor<strong>en</strong>, moet de accountmanager de ultieme prijs aan e<strong>en</strong> ander lat<strong>en</strong>.<br />

Hij maakt ander<strong>en</strong> zichtbaar groot, door zelf klein <strong>en</strong> onzichtbaar te<br />

blijv<strong>en</strong>. Onderdeel van <strong>het</strong> werk is, ander<strong>en</strong> in staat te stell<strong>en</strong> om te<br />

scor<strong>en</strong>. Dat maakt deze functie kwetsbaar in de organisatie. ‘Onzichtbaar<br />

succes’ is immers in de verantwoordingssystematiek al snel gelijk aan<br />

‘ge<strong>en</strong> succes’.<br />

Zelf do<strong>en</strong> als overlat<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> risico van <strong>het</strong> werk van de accountmanager is<br />

dat <strong>het</strong> proces ‘van hem’ wordt. <strong>De</strong> accountmanager wordt dan de spil in<br />

<strong>het</strong> proces, maar <strong>het</strong> gevaar is dat <strong>het</strong> proces alle<strong>en</strong> nog maar loopt<br />

omdat hij of zij er achteraan zit <strong>en</strong> <strong>het</strong> ‘wil’. Dan wordt <strong>het</strong> proces tot zijn<br />

proces <strong>en</strong> daarmee verdwijnt de kern ervan. Doel is immers om precies<br />

<strong>het</strong> teg<strong>en</strong>gestelde te bewerkstellig<strong>en</strong>: hoe kan de accountmanager<br />

overbodig word<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe voel<strong>en</strong> de sleutelactor<strong>en</strong> oprecht eig<strong>en</strong>aarschap?<br />

Als e<strong>en</strong>maal voor alle actor<strong>en</strong> duidelijk is dat hun belang<strong>en</strong> niet<br />

teg<strong>en</strong>gesteld zijn, maar rond e<strong>en</strong> specifiek project of gebied in elkaars<br />

verl<strong>en</strong>gde ligg<strong>en</strong>, dan ontstaat voldo<strong>en</strong>de draagkracht <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aarschap<br />

voor <strong>het</strong> proces <strong>en</strong> kan de accountmanager langzaam ‘weg beweg<strong>en</strong>’ <strong>en</strong><br />

‘uitfaser<strong>en</strong>’. <strong>De</strong> introductie van e<strong>en</strong> nieuwe procesbegeleider, in de<br />

simulatie e<strong>en</strong> ‘externe deskundige’, kan dan e<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>de strategie zijn<br />

om <strong>het</strong> proces langzaam los te lat<strong>en</strong>. Ook hier geldt weer dat zichtbaarheid<br />

daarmee gering is. Net als <strong>het</strong> hele optred<strong>en</strong> is ook <strong>het</strong> vertrek van de<br />

accountmanager ge<strong>en</strong> publieke zaak met bloem<strong>en</strong> op <strong>het</strong> podium <strong>en</strong><br />

applaus van collega’s <strong>en</strong> publiek, maar verloopt de gang naar buit<strong>en</strong> via<br />

de couliss<strong>en</strong>.<br />

Organiser<strong>en</strong> op de gr<strong>en</strong>s<br />

Het stur<strong>en</strong> ‘op’ <strong>en</strong> ‘met’ netwerk<strong>en</strong> vereist e<strong>en</strong> intermediaire functie in de<br />

organisatie die de verbinding aanbr<strong>en</strong>gt tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds de noodzakelijkerwijs<br />

verticaal hiërarchisch georganiseerde binn<strong>en</strong>wereld van (in dit geval)<br />

e<strong>en</strong> departem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> anderzijds de horizontaal, ad-hoc gekoppeld <strong>en</strong><br />

a-structureel georganiseerde netwerk<strong>en</strong>. <strong>De</strong> overheid kan wel ‘één loket’<br />

inricht<strong>en</strong>, maar wie gaat zich daar ‘nam<strong>en</strong>s’ e<strong>en</strong> ongeorganiseerd gefragm<strong>en</strong>teerd<br />

netwerk van belang<strong>en</strong> meld<strong>en</strong>? En er kan e<strong>en</strong> procesregisseur zijn<br />

die de vrag<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong> intern coördineert <strong>en</strong> wegzet, maar dat impliceert<br />

dat vrag<strong>en</strong> in min of meer kant <strong>en</strong> klare vorm binn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> op te<br />

38 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


knipp<strong>en</strong> zijn in ord<strong>en</strong>telijke brokk<strong>en</strong> die pass<strong>en</strong> bij de interne organisatie.<br />

En interne ‘kokers’ kunn<strong>en</strong> zich inderdaad bekwam<strong>en</strong> in hun communicatiefunctie<br />

‘naar buit<strong>en</strong>’, zodat de buit<strong>en</strong>wereld beter begrijpt wat de<br />

binn<strong>en</strong>wereld bedoelt, <strong>en</strong> daarmee pass<strong>en</strong> de boodschapp<strong>en</strong> die vanuit de<br />

kokers binn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geproduceerd bij de rommelige wereld van buit<strong>en</strong>.<br />

Om interactie met de buit<strong>en</strong>wereld te ord<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> in vorm<strong>en</strong> van netwerksturing<br />

productief te mak<strong>en</strong> is dus meer nodig dan dat.<br />

Ons pleidooi is om te invester<strong>en</strong> in <strong>het</strong> gesprek. Dat betek<strong>en</strong>t dat er op de<br />

gr<strong>en</strong>s van binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> ‘iets’ moet zijn dat bevoegd én bekwaam is om<br />

te handel<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de wett<strong>en</strong> <strong>en</strong> regels van én de bureaucratie én de<br />

buit<strong>en</strong>wereld. Zo ontstaat e<strong>en</strong> soort ‘tuss<strong>en</strong>wereld’, die overig<strong>en</strong>s gewoon<br />

op de payroll van de binn<strong>en</strong>wereld staat <strong>en</strong> de belang<strong>en</strong> van ‘binn<strong>en</strong>’ di<strong>en</strong>t,<br />

die handelingsrepertoire moet ontwikkel<strong>en</strong> om in beide omgeving<strong>en</strong> te<br />

kunn<strong>en</strong> functioner<strong>en</strong>. In de simulatie, in e<strong>en</strong> reeks interviews <strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

expertbije<strong>en</strong>komst (VROM/WWI; 25 juni 2009) hebb<strong>en</strong> we ‘ontdekt’ dat veel<br />

van datg<strong>en</strong>e dat vanuit <strong>het</strong> ‘tuss<strong>en</strong>’ gevraagd is <strong>en</strong> logisch lijkt, vanuit de<br />

logica van de normale organisatie onlogisch, onproductief <strong>en</strong> onprettig is.<br />

Vaardig operer<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>functie is dus niet alle<strong>en</strong> contra-intuïtief<br />

(bijvoorbeeld ‘versnell<strong>en</strong> door te vertrag<strong>en</strong>’), <strong>het</strong> is in veel gevall<strong>en</strong> vanuit<br />

e<strong>en</strong> lijnperspectief improductief of zelfs contra-productief: ‘teg<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>’,<br />

‘afwijk<strong>en</strong>’, ‘eig<strong>en</strong> koers var<strong>en</strong>’, ‘weglop<strong>en</strong>’, ‘onverantwoord zijn’, ‘buit<strong>en</strong><br />

compet<strong>en</strong>ties tred<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘onaangepast zijn’.<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 39


In <strong>het</strong> nu volg<strong>en</strong>de deel zull<strong>en</strong> we nader ingaan op de vraag wat dat betek<strong>en</strong>t, zowel voor de<br />

tuss<strong>en</strong>functie zelf, als voor de omligg<strong>en</strong>de ‘gewone organisatie’.<br />

4 | Organiser<strong>en</strong> van tuss<strong>en</strong>functies<br />

Professionaliteit in de overheidsbureaucratie:<br />

de logica van de pass<strong>en</strong>dheid<br />

Tuss<strong>en</strong>functies in (bureaucratische) organisaties verhoud<strong>en</strong> zich op e<strong>en</strong><br />

bijzondere manier tot <strong>het</strong> gebruikelijke handel<strong>en</strong> van ‘gewone’ functionariss<strong>en</strong>.<br />

Voordat we ingaan op <strong>het</strong> bijzondere karakter van tuss<strong>en</strong>functies,<br />

verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> we hier eerst langs welke lijn<strong>en</strong> <strong>het</strong> gebruikelijke handel<strong>en</strong> in<br />

overheidsbureaucratieën vorm krijgt. Uit organisatiekundig onderzoek zijn<br />

er verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> om na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over de motiev<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

om te handel<strong>en</strong>. Eén manier van d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> is <strong>het</strong> model van de ‘logic of<br />

consequ<strong>en</strong>ce’, waarin verondersteld wordt dat actor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> logische<br />

afweging mak<strong>en</strong> van de doel<strong>en</strong> die ze hebb<strong>en</strong>, de omgevingsfactor<strong>en</strong> die<br />

aan de orde zijn <strong>en</strong> de instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die voorhand<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> dat ze van<br />

daaruit de ‘beste’ optie kiez<strong>en</strong>. In die zin is gedrag dus bijna letterlijk e<strong>en</strong><br />

uitkomst van e<strong>en</strong> ‘rek<strong>en</strong>som’ <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘rationele analyse’ van de beste<br />

oplossingsrichting.<br />

Er is vanuit twee richting<strong>en</strong> kritiek mogelijk op dit model, de één meer<br />

gematigd dan de ander. <strong>De</strong> meer gematigde kritiek stelt de vraag in hoeverre<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ‘wet<strong>en</strong>’ hoe de situatie is, wat de mogelijkhed<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> precies<br />

doorzi<strong>en</strong> welke omgevingsfactor<strong>en</strong> aan de orde zijn. Vanuit dit model wordt<br />

betoogd dat de rationaliteit ‘beperkt’ is: ‘bounded rationality’ (Simon, 1955;<br />

vgl. Allison, 1971). Het ontbreekt actor<strong>en</strong> aan de tijd <strong>en</strong> intellectuele<br />

capaciteit om alle mogelijke informatie te verzamel<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom stell<strong>en</strong> ze<br />

zich tevred<strong>en</strong> met wat voorhand<strong>en</strong> is <strong>en</strong> wat redelijkerwijs te verzamel<strong>en</strong><br />

valt. Er vind<strong>en</strong> dus vorm<strong>en</strong> van selectie plaats, bij wijze van pragmatische<br />

invulling aan <strong>het</strong> model van de ‘logic of consequ<strong>en</strong>ce’. Actor<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zoveel<br />

als redelijkerwijs mogelijk <strong>en</strong> kom<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s onverminderd rationeel tot<br />

hun – gegev<strong>en</strong> de beschikbare informatie – ‘beste’ oplossing.<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 41


Meer principieel in zijn kritiek is <strong>het</strong> model van de ‘logic of appropriat<strong>en</strong>ess’<br />

(March & Ols<strong>en</strong>, 1989; March, 1994): ‘de logica van ‘pass<strong>en</strong>dheid’. <strong>De</strong> kritiek<br />

hier is dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet zozeer onvoldo<strong>en</strong>de tijd of middel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om<br />

alle relevante informatie te verzamel<strong>en</strong>, maar dat dé informatie als zodanig<br />

niet bestaat. Er is weliswaar allerlei informatie voorhand<strong>en</strong>, maar wat die<br />

informatie ‘betek<strong>en</strong>t’ hangt niet zozeer af van de informatie zelf, maar van<br />

de betek<strong>en</strong>is die ander<strong>en</strong> er aan gev<strong>en</strong>. Dit model plaatst e<strong>en</strong> extra ‘slag’:<br />

betek<strong>en</strong>is komt niet uit informatie voort, maar moet word<strong>en</strong> ‘gegev<strong>en</strong>’.<br />

Hieruit volgt ook dat dezelfde informatie voor verschill<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> dus<br />

iets anders kan betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Zo zijn doel<strong>en</strong>, middel<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> niet<br />

‘objectief’ uit feit<strong>en</strong> af te leid<strong>en</strong>, maar zijn er actor<strong>en</strong> die de betek<strong>en</strong>is<br />

construer<strong>en</strong>: dat zijzelf of ‘hun’ organisatie e<strong>en</strong> bepaald doel nastrev<strong>en</strong>, dat<br />

h<strong>en</strong> daartoe bepaalde middel<strong>en</strong> ter beschikking staan, dat bepaalde<br />

instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bepaalde gevolg<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat andere instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

voor deze taak ‘volstrekt onbruikbaar’ zijn. Dat zijn gedacht<strong>en</strong> die<br />

echter niet zozeer voortkom<strong>en</strong> uit analyse van hoe e<strong>en</strong> situatie ‘is’, maar van<br />

betek<strong>en</strong>isconstructie over hoe e<strong>en</strong> situatie ‘zal zijn’. Gedrag komt in deze<br />

opvatting niet zozeer voort uit e<strong>en</strong> rationele calculatie van ‘doel<strong>en</strong>,<br />

middel<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorkeur<strong>en</strong>’, maar uit ingeslet<strong>en</strong> patron<strong>en</strong> van handel<strong>en</strong>, uit<br />

beeld<strong>en</strong> van wat in e<strong>en</strong> bepaalde situatie ‘pass<strong>en</strong>d’ is <strong>en</strong> op basis van de<br />

betek<strong>en</strong>is die actor<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan wat die situatie precies ‘is’. Ze do<strong>en</strong> datg<strong>en</strong>e<br />

waarvan zij ‘wet<strong>en</strong>’ dat <strong>het</strong> in e<strong>en</strong> bepaalde situatie zo hoort. Ze do<strong>en</strong><br />

bijvoorbeeld hun scho<strong>en</strong><strong>en</strong> uit als ze bij bepaalde m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> over de vloer<br />

kom<strong>en</strong>, terwijl ze die bij ander<strong>en</strong> aanhoud<strong>en</strong>. Of ze k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> de mores in e<strong>en</strong><br />

bepaalde vergadering <strong>en</strong> wet<strong>en</strong> zodo<strong>en</strong>de voor welke vergadering <strong>het</strong><br />

‘gebruikelijk’ is om e<strong>en</strong> kwartier te laat te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> wanneer ze stipt op tijd<br />

aanwezig moet<strong>en</strong> zijn. <strong>De</strong> werkelijkheid is vanuit dit perspectief “e<strong>en</strong><br />

afspraak tuss<strong>en</strong> actor<strong>en</strong>” (Termeer, 1993:18).<br />

Functionariss<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> in deze logica van de pass<strong>en</strong>dheid steeds naar<br />

belangrijke ‘cues’ voor betek<strong>en</strong>isgeving (Weick, 1995), zoals informele<br />

signal<strong>en</strong> van collega’s, (on)uitgesprok<strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> over <strong>het</strong> functioner<strong>en</strong><br />

of vastgelegde formele procedures die ‘herk<strong>en</strong>ning’ van e<strong>en</strong> situatie<br />

bied<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘theorie’ over <strong>het</strong> vervolg van e<strong>en</strong> situatie. <strong>De</strong>rgelijke ‘cues’<br />

‘preselecter<strong>en</strong>’ handelingsopties, bijvoorbeeld doordat bepaalde opties<br />

letterlijk ‘bij voorbaat’ al niet meegewog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, vanuit verwachting<strong>en</strong><br />

van normatieve of pragmatische aard (‘dat wil m<strong>en</strong> vast niet’, of ‘dat zal vast<br />

niet goed werk<strong>en</strong>’). M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ‘wet<strong>en</strong>’ dat er op e<strong>en</strong> bepaald mom<strong>en</strong>t e<strong>en</strong><br />

42 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


epaald gedrag vereist is: niet omdat ze beschikk<strong>en</strong> over wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

onderzoek waaruit blijkt dat dat inderdaad voor die situatie <strong>het</strong> beste gedrag<br />

is, maar omdat ze bepaalde verwachting<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> – op basis van bijvoorbeeld<br />

eerdere ervaring<strong>en</strong> of uit verhal<strong>en</strong> van ander<strong>en</strong> – over wat er ‘moet’ in<br />

e<strong>en</strong> ‘situatie als deze’. Ze handel<strong>en</strong> daarmee nog steeds ‘logisch’ <strong>en</strong><br />

‘rationeel’, maar volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> heel ander soort ‘logica’, namelijk de logica<br />

van de pass<strong>en</strong>dheid.<br />

Als we deze ‘logic of appropriat<strong>en</strong>ess’ toepass<strong>en</strong> op de bureaucratische<br />

overheidsorganisatie, vloeit daar e<strong>en</strong> functionaris uit voort die zijn plaats in<br />

de hiërarchie k<strong>en</strong>t, die zich houdt aan zijn helder geformuleerde taakomschrijving<br />

<strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de bevoegdhed<strong>en</strong>, die di<strong>en</strong>stbaar is aan de<br />

politieke top van de organisatie, <strong>en</strong> die voor de handeling<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> deze<br />

bewegingsruimte vall<strong>en</strong> vooraf toestemming aan zijn hiërarchische<br />

superieur vraagt. Ook hier sc<strong>het</strong>s<strong>en</strong> wij weer e<strong>en</strong> ideaaltype, e<strong>en</strong> uitvergroting<br />

van de empirische werkelijkheid, om de dominante onderligg<strong>en</strong>de<br />

logica van <strong>het</strong> handel<strong>en</strong> in overheidsorganisaties bloot te legg<strong>en</strong>. Het punt<br />

is hier dat de ‘logic of appropriat<strong>en</strong>ess’ de organisatiestructuur <strong>en</strong> (impliciete)<br />

organisatieregels van de overheidsbureaucratie bevestigt <strong>en</strong> vaak zelfs<br />

uitvergroot <strong>en</strong> verdiept. Wat ‘normaal’ <strong>en</strong> ‘gew<strong>en</strong>st’ gedrag is in e<strong>en</strong><br />

organisatie, is onderwerp van e<strong>en</strong> proces van institutionalisering, ofwel <strong>het</strong><br />

proces waarin gedrag ‘padafhankelijk’ wordt: “All human activity is subject<br />

to habitualization. Any action that is repeated frequ<strong>en</strong>tly becomes cast into<br />

a pattern, which can th<strong>en</strong> be reproduced with an economy of effort and<br />

which, ipso facto, is appreh<strong>en</strong>ded by its performer as that pattern” (Berger &<br />

Luckmann, 1966:70-71). Welk gedrag ‘pass<strong>en</strong>d’ is in e<strong>en</strong> organisatie wordt<br />

dus zowel door de meer formele werkafsprak<strong>en</strong> <strong>en</strong> taakverdeling<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

bureaucratie bepaald, als door de meer informele (maar minst<strong>en</strong>s zo<br />

dwing<strong>en</strong>de) ingeslet<strong>en</strong> pad<strong>en</strong> van geïnstitutionaliseerde manier<strong>en</strong> van<br />

werk<strong>en</strong>.<br />

Tuss<strong>en</strong>functies <strong>en</strong> de logica van de ongepastheid<br />

Tuss<strong>en</strong>functies zijn functies binn<strong>en</strong> de organisatie van de bureaucratie, die<br />

niet pass<strong>en</strong> bij de logica van diezelfde bureaucratie. Eerder hebb<strong>en</strong> wij<br />

dergelijke functies omschrev<strong>en</strong> als “functies die e<strong>en</strong> verbinding pog<strong>en</strong> te<br />

legg<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de cognitieve, sociale <strong>en</strong> inhoudelijke kaders, gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> of<br />

barrières in de organisatie <strong>en</strong> in de relatie tot de omgeving van de organisa-<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 43


tie” (Peeters c.s., 2008:7). In <strong>het</strong> kader van ons eerdere onderzoek naar de<br />

inrichting van de strategische functie bij de overheid (Van Twist c.s., 2007)<br />

ging <strong>het</strong> hierbij concreet om ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die de verbinding legg<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> beleid (‘boundary scanners’), tuss<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> organisatie <strong>en</strong> <strong>het</strong><br />

omgevingskracht<strong>en</strong>veld (‘boundary spanners’), tuss<strong>en</strong> de politieke <strong>en</strong><br />

ambtelijke rationaliteit, of tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de interne organisatorische<br />

kokers of barrières (‘alignm<strong>en</strong>t’).<br />

Maar ook op tal van andere plaats<strong>en</strong> in <strong>het</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur zijn vergelijkbare<br />

functies ingericht. Op <strong>het</strong> eerste gezicht zijn <strong>het</strong> totaal verschill<strong>en</strong>de<br />

functies, maar bij nader inzi<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> ze allemaal vorm te gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

bepaalde vorm van ‘tuss<strong>en</strong>’, aan e<strong>en</strong> vraagstuk dat tuss<strong>en</strong> de kokers van de<br />

eig<strong>en</strong> organisatie dreigt te vall<strong>en</strong> of dat tuss<strong>en</strong> organisatie <strong>en</strong> (maatschappelijke)<br />

omgeving dreigt te word<strong>en</strong> verdrukt. Enkele actuele (december<br />

2009) voorbeeld<strong>en</strong> zijn de volg<strong>en</strong>de, waarbij we uiteraard niet strev<strong>en</strong> naar<br />

e<strong>en</strong> uitputt<strong>en</strong>de lijst, maar aangev<strong>en</strong> om wat voor type functies <strong>het</strong> gaat:<br />

- Tilburgse programmamanagers: bij de geme<strong>en</strong>te Tilburg zijn programmamanagers<br />

aangesteld om op beleidskokeroverstijg<strong>en</strong>de vraagstukk<strong>en</strong><br />

(‘programma’s’) verbinding te legg<strong>en</strong> in de beleidsinhoud <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele<br />

hardnekkige dilemma’s of fixaties in de beleidsuitvoering te ag<strong>en</strong>der<strong>en</strong><br />

danwel ‘los te schudd<strong>en</strong>’. <strong>De</strong>ze programmamanagers hebb<strong>en</strong> rechtstreeks<br />

toegang tot <strong>het</strong> college van B&W <strong>en</strong> legg<strong>en</strong> daar ook verantwoording af<br />

over de realisatie van hun programmadoel<strong>en</strong>, welke door <strong>het</strong> college zijn<br />

vastgesteld.<br />

- Utrechtse wijkmanagers: de di<strong>en</strong>st Wijk<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>te Utrecht k<strong>en</strong>t<br />

voor elke wijk e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> ‘wijkmanager’ met bijbehor<strong>en</strong>d klein wijkbureau,<br />

dat de contact<strong>en</strong> onderhoudt met bewoners <strong>en</strong> ondernemers in de<br />

wijk, e<strong>en</strong> belangrijke toegang vormt voor bewoners tot de geme<strong>en</strong>te, in<br />

de wijk lev<strong>en</strong>de vraagstukk<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>deert bij de geme<strong>en</strong>telijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

meehelpt om geme<strong>en</strong>telijke ambities op wijkniveau te realiser<strong>en</strong> (bij<br />

voorbeeld rondom <strong>het</strong> thema ‘veiligheid’). <strong>De</strong> Utrechtse wijkmanagers<br />

vorm<strong>en</strong> de verbind<strong>en</strong>de schakel tuss<strong>en</strong> wijk <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijke organisatie,<br />

tuss<strong>en</strong> beleid <strong>en</strong> uitvoering <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> bewoners <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te. Hiervoor<br />

hebb<strong>en</strong> ze rechtstreeks toegang tot relevante gremia in de organisatie,<br />

zoals geme<strong>en</strong>telijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> college van B&W.<br />

44 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


- Rotterdamse stadsmariniers: de geme<strong>en</strong>te Rotterdam heeft ‘stadsmariniers’<br />

aangesteld die op <strong>het</strong> concrete niveau van de wijk (<strong>en</strong> vaak zelfs<br />

individuele bewoners), zogezegd aan de frontlijn van <strong>het</strong> op<strong>en</strong>baar<br />

bestuur, bevoegdhed<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong> om problem<strong>en</strong> op te loss<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

om deze te ag<strong>en</strong>der<strong>en</strong> op <strong>het</strong> niveau van <strong>het</strong> college. Ze funger<strong>en</strong> als<br />

breekijzer <strong>en</strong> smeerolie <strong>en</strong> zijn vanuit deze procesrol vooral gericht op<br />

<strong>het</strong> vergrot<strong>en</strong> van de veiligheid in probleemwijk<strong>en</strong> van de stad – onder<br />

<strong>het</strong> motto ‘de beste m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in de slechtste wijk<strong>en</strong>’.<br />

- Accountmanagers van VROM: bij <strong>het</strong> ministerie van VROM spel<strong>en</strong><br />

accountmanagers e<strong>en</strong> belangrijke rol in <strong>het</strong> vormgev<strong>en</strong> van de dec<strong>en</strong>tralisatieambitie.<br />

Beleid wordt slechts op hoofdlijn<strong>en</strong> nog c<strong>en</strong>traal (op<br />

departem<strong>en</strong>taal niveau) vastgesteld, maar de concrete invulling <strong>en</strong><br />

realisatie ervan vindt plaats op lokaal of regionaal niveau met daar<br />

aanwezige partij<strong>en</strong> (corporaties, projectontwikkelaars, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

provincies) <strong>en</strong> daar aanwezige k<strong>en</strong>nis van de specifieke omstandighed<strong>en</strong>.<br />

<strong>De</strong> accountmanagers van VROM vorm<strong>en</strong> de schakel tuss<strong>en</strong> de c<strong>en</strong>trale<br />

hoofdlijn<strong>en</strong> van beleid <strong>en</strong> de dec<strong>en</strong>trale realisatie daarvan, terwijl ze op<br />

dat dec<strong>en</strong>trale niveau ‘slechts’ één van de spelers zijn.<br />

<strong>De</strong>rgelijke functies pog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> belangrijke behoefte van de organisatie<br />

te voldo<strong>en</strong>, die niet tot stand komt <strong>en</strong> waarschijnlijk ook niet tot stand kan<br />

kom<strong>en</strong> in de ‘reguliere’, bureaucratische organisatieonderdel<strong>en</strong>. <strong>De</strong><br />

verbinding die in tuss<strong>en</strong>functies tot stand wordt gebracht is in onze og<strong>en</strong><br />

namelijk e<strong>en</strong> andere dan wat gebruikelijk onder ‘coördinatie’ wordt<br />

verstaan. Coördinatie houdt zich namelijk vaak aan de regels van de<br />

bureaucratische logica: coördinatie gaat uit van de principes van taakverdeling,<br />

functiescheiding <strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiescheiding <strong>en</strong> respecteert de hiërarchische<br />

verantwoordingsstructuur <strong>en</strong> probeert vervolg<strong>en</strong>s afstemming tuss<strong>en</strong><br />

de verschill<strong>en</strong>de onderdel<strong>en</strong> van de organisatie tot stand te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Die<br />

afstemming verloopt ev<strong>en</strong>wel vaak volg<strong>en</strong>s grot<strong>en</strong>deels dezelfde lijn<strong>en</strong>:<br />

geformaliseerde overlegstructur<strong>en</strong> om compet<strong>en</strong>tiegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> vast te stell<strong>en</strong><br />

over gezam<strong>en</strong>lijk op te pakk<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> of problem<strong>en</strong>, waarvan de uitkomst<strong>en</strong><br />

via e<strong>en</strong> hiërarchische lijn terug word<strong>en</strong> gecommuniceerd naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> in<br />

de organisatie. Bij coördinatie langs deze lijn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> gesteld als<br />

‘wie gaat waar over?’, ‘waar ligg<strong>en</strong> compet<strong>en</strong>tiegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>?’, ‘naar wie moet<strong>en</strong><br />

we ons verantwoord<strong>en</strong>?’, ‘van wie hebb<strong>en</strong> we toestemming tot handel<strong>en</strong><br />

nodig?’. Coördinatie probeert aldus met de middel<strong>en</strong> van de bureaucratie<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 45


de problem<strong>en</strong> van de bureaucratie op te loss<strong>en</strong>.<br />

Wat wij hier duid<strong>en</strong> als ‘tuss<strong>en</strong>functies’ onderscheidt zich van deze<br />

opvatting over coördinatie doordat hierbij nadrukkelijk niet de verbinding<br />

wordt gelegd volg<strong>en</strong>s de logica van de bureaucratie, maar volg<strong>en</strong>s de<br />

netwerkachtige logica van <strong>het</strong> rizoom. Waar de organisatielogica van de<br />

bureaucratie zich laat verklar<strong>en</strong> door achterligg<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong> van transparantie,<br />

e<strong>en</strong>duidigheid, overzichtelijkheid, herhaling, functiescheiding <strong>en</strong><br />

hiërarchische verantwoording, daar is de organisatielogica van <strong>het</strong> rizoom<br />

die van variatie, flexibiliteit <strong>en</strong> horizontale verhouding<strong>en</strong>. In teg<strong>en</strong>stelling<br />

tot de gebruikelijke coördinatiemechanism<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>functies zich<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> door verbinding op basis van functieverm<strong>en</strong>ging in plaats van<br />

functiescheiding, meervoudige in plaats van <strong>en</strong>kelvoudige inclusie <strong>en</strong><br />

gelijkwaardigheid in plaats van hiërarchische lijn<strong>en</strong>. Verbinding langs deze<br />

lijn<strong>en</strong> komt tot stand op basis van vrag<strong>en</strong> als: ‘welke vorm van verbinding is<br />

gew<strong>en</strong>st voor de voorligg<strong>en</strong>de opgave?’, ‘welke m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn geschikt voor<br />

deze opgave?’, ‘wie voelt zichzelf compet<strong>en</strong>t g<strong>en</strong>oeg om mee te werk<strong>en</strong>?’,<br />

‘welke verm<strong>en</strong>ging van functies, toepassing<strong>en</strong> <strong>en</strong> roll<strong>en</strong> kan meerwaarde<br />

bied<strong>en</strong>?’.<br />

Het type verbinding dat in tuss<strong>en</strong>functies tot stand wordt gebracht is dus in<br />

wez<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> andere aard dan verbinding in de vorm van coördinatie<br />

volg<strong>en</strong>s de ‘regels’ van de bureaucratie. Teg<strong>en</strong>woordig is echter naast<br />

coördinatie ook steeds vaker sprake van ‘integraliteit’ als middel om<br />

verbinding tot stand te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ook hier moet<strong>en</strong> we echter nauwkeurig<br />

zijn in de vorm die deze gebruikelijk krijgt. ‘E<strong>en</strong> integrale aanpak’ is vaak<br />

e<strong>en</strong> aanpak waarin de inzet van vele partij<strong>en</strong> wordt gebundeld in één<br />

(nieuw) perspectief op maatschappelijke vraagstukk<strong>en</strong> – d<strong>en</strong>k hierbij aan<br />

thema’s zoals ‘veiligheid’ of ‘jeugd’. <strong>De</strong> logica achter dergelijke vorm<strong>en</strong> van<br />

integraliteit (ook wel in relatie tot ‘ontkokering’ g<strong>en</strong>oemd) is echter<br />

dezelfde logica als die achter ‘verkokering’, zoals de RMO in e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t<br />

onderzoek heeft aangetoond (RMO, 2008). Concreet: de ontkokering van nu<br />

(rondom specifieke thema’s, zoals veiligheid) is de verkokering van morg<strong>en</strong><br />

(zoals we nu ‘onderwijs’ <strong>en</strong> ‘criminaliteitsbeheersing’ als kokers beschouw<strong>en</strong><br />

vanuit <strong>het</strong> perspectief van ‘jeugd’). Het discours over <strong>en</strong> de praktijk van<br />

integraal werk<strong>en</strong> houdt zich dus veelal ook aan de regels van de bureaucratie:<br />

dossiers moet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘label’ hebb<strong>en</strong>, ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> specifieke<br />

46 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


deeltaak, thema’s e<strong>en</strong> herk<strong>en</strong>bare <strong>en</strong> structurele plaats in de organisatie.<br />

Ons punt hier is niet dat coördinatie of integraal werk<strong>en</strong> per definitie<br />

onnuttig zijn – in teg<strong>en</strong>deel, ze kunn<strong>en</strong> juist zeer waardevol zijn <strong>en</strong> de vaak<br />

verguisde bureaucratie k<strong>en</strong>t ook vele zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (waaronder in veel gevall<strong>en</strong><br />

die van functiedeling). Ons punt is echter dat wat wij ‘tuss<strong>en</strong>functies’<br />

noem<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk hiervan verschilt <strong>en</strong> dus ook e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk andere<br />

bijdrage aan de organisatie, aan <strong>het</strong> beleid <strong>en</strong> aan de uitvoering lever<strong>en</strong>,<br />

omdat deze functies zich onttrekk<strong>en</strong> aan de logica van de bureaucratie <strong>en</strong><br />

juist daarom van complem<strong>en</strong>taire (niet vervang<strong>en</strong>de!) waarde zijn.<br />

Ondanks de verschill<strong>en</strong>de invulling die tuss<strong>en</strong>functies kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>, al<br />

naar gelang de specifieke behoefte waarvoor ze zijn ingesteld, zijn <strong>het</strong> steeds<br />

procesfuncties. Dat wil zegg<strong>en</strong>: ze verbind<strong>en</strong> op de achtergrond <strong>en</strong> niet<br />

vanuit e<strong>en</strong> ‘eig<strong>en</strong>’ inhoudelijke rol. En <strong>het</strong> zijn functies die steeds prober<strong>en</strong><br />

om te functioner<strong>en</strong> op basis van ‘kracht zonder macht’ (Borstlap c.s., 2002):<br />

zonder veel formele bevoegdhed<strong>en</strong> of doorzettingsmacht, zonder e<strong>en</strong> grote<br />

organisatie, zonder e<strong>en</strong> hiërarchische positie, maar juist vanaf de zijlijn, op<br />

basis van gezag, verbind<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> <strong>en</strong> toegang tot verschill<strong>en</strong>de gremia.<br />

En juist in die merkwaardige positionering – ‘merkwaardig’ vanuit <strong>het</strong><br />

perspectief van de bureaucratie – schuilt ook de meerwaarde.<br />

Tuss<strong>en</strong>functies stell<strong>en</strong> bureaucratische organisaties in staat de staande<br />

organisatie intact te lat<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verbinding niet in structur<strong>en</strong>, maar in<br />

professionaliteit te zoek<strong>en</strong> – de professionaliteit van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werkzaam in<br />

tuss<strong>en</strong>functies. E<strong>en</strong> professionaliteit die ‘ongepast’ is vanuit de logica van<br />

de bureaucratie – met e<strong>en</strong> knipoog naar March & Ols<strong>en</strong>: ‘a logic of inappropriat<strong>en</strong>ess’.<br />

In <strong>het</strong> vervolg van dit essay besprek<strong>en</strong> we de voorwaard<strong>en</strong> voor<br />

<strong>en</strong> valkuil<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zinvolle inrichting van dit type functies: e<strong>en</strong> adequate<br />

professionaliteit, profilering <strong>en</strong> positionering. Hiervoor hanter<strong>en</strong> we steeds<br />

e<strong>en</strong> paradoxale omschrijving, dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> paradox vanuit <strong>het</strong><br />

perspectief van de bureaucratie. Immers, functies die niet pass<strong>en</strong> in onze<br />

gebruikelijke d<strong>en</strong>kkaders, zijn ook niet te omschrijv<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>duidige<br />

begripp<strong>en</strong> die wij dagelijks gebruik<strong>en</strong>.<br />

Gebond<strong>en</strong> ongebond<strong>en</strong>heid: professionaliteit in tuss<strong>en</strong>functies<br />

Kern van de professionaliteit van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in tuss<strong>en</strong>functies is <strong>het</strong> balance-<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 47


<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> zijn met relevante partij<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> tegelijkertijd<br />

onafhankelijk operer<strong>en</strong> van de formele organisatiestructuur. Tuss<strong>en</strong>functies<br />

verbind<strong>en</strong> wereld<strong>en</strong> die in de bureaucratie gescheid<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> (‘<strong>en</strong>/<strong>en</strong>’ in<br />

plaats van ‘of/of’), <strong>en</strong> ze b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> daarmee de inher<strong>en</strong>te onvolkom<strong>en</strong>heid<br />

van elke organisatie (verkokering is onvermijdelijk in e<strong>en</strong> bureaucratie).<br />

Tuss<strong>en</strong>functies kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> georganiseerd rondom urg<strong>en</strong>te <strong>en</strong><br />

complexe problem<strong>en</strong> zonder dat er onmiddellijk nieuwe ‘kokers’ opgetuigd<br />

word<strong>en</strong> – <strong>het</strong> zijn daarmee ook bypasses om buit<strong>en</strong> de reguliere organisatie<br />

om problem<strong>en</strong> aan te pakk<strong>en</strong>. En vanwege hun relatieve afstand tot de<br />

staande organisatie kunn<strong>en</strong> ze ook als teg<strong>en</strong>wicht di<strong>en</strong><strong>en</strong> voor de beleidslogica,<br />

bij voorbeeld door de inbr<strong>en</strong>g van perspectiev<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>.<br />

Van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werkzaam in tuss<strong>en</strong>functies vraagt dit onder meer <strong>het</strong><br />

vermog<strong>en</strong> om gericht met hardnekkige vraagstukk<strong>en</strong> aan <strong>het</strong> werk te gaan,<br />

om problem<strong>en</strong> te ag<strong>en</strong>der<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ‘positioner<strong>en</strong>’ op de juiste plekk<strong>en</strong> in de<br />

organisatie, om vraagstukk<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel te ‘refram<strong>en</strong>’ t<strong>en</strong>einde fixaties op te<br />

loss<strong>en</strong>, om gevoeligheid voor organisatorische verhouding<strong>en</strong>, om gevoeligheid<br />

voor blinde vlekk<strong>en</strong> in de organisatie, <strong>en</strong> om vasthoud<strong>en</strong>dheid in de<br />

richting van zowel eig<strong>en</strong> organisatie als omgevingspartij<strong>en</strong> – de tuss<strong>en</strong>functie<br />

balanceert tuss<strong>en</strong> situationele <strong>en</strong> institutionele logica, maar moet<br />

ge<strong>en</strong> ambassadeur van één van beide word<strong>en</strong>.<br />

<strong>De</strong> belangrijkste valkuil<strong>en</strong> voor de professionaliteit van tuss<strong>en</strong>functies zijn<br />

onder te verdel<strong>en</strong> in twee uiterst<strong>en</strong>: gebond<strong>en</strong>heid <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> ongebond<strong>en</strong>heid<br />

anderzijds.<br />

Om met de tweede te beginn<strong>en</strong>, ongebond<strong>en</strong>heid doet zich voor als er ge<strong>en</strong><br />

verbinding tot stand komt. Eerder (Van Twist c.s., 2007) hebb<strong>en</strong> we dit<br />

omschrev<strong>en</strong> als <strong>het</strong> gevaar van afstoting, dat wil zegg<strong>en</strong> <strong>het</strong> gevaar om ge<strong>en</strong><br />

toegang te hebb<strong>en</strong> tot de relevante discussies, relevante spelers <strong>en</strong> relevante<br />

tafels om invloed uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong> op <strong>het</strong> ‘spel’, om de stroom van de<br />

organisatie bij te stur<strong>en</strong>.<br />

<strong>De</strong> valkuil van de gebond<strong>en</strong>heid op<strong>en</strong>baart zich als <strong>het</strong> sam<strong>en</strong>vall<strong>en</strong> van de<br />

tuss<strong>en</strong>functie met e<strong>en</strong> regulier organisatieonderdeel (‘dubbeling’ van<br />

functies) of als <strong>het</strong> inbedd<strong>en</strong> van de tuss<strong>en</strong>functie alsof <strong>het</strong> e<strong>en</strong> regulier<br />

organisatieonderdeel betreft (inclusief afgebak<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> hiërarchische<br />

positie). Dit kan zich voordo<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> ontwerpfout, door de tuss<strong>en</strong>functie<br />

48 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


teveel op te hang<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> regulier organisatieonderdeel zonder de<br />

b<strong>en</strong>odigde vrijheid <strong>en</strong> afstand tot de ‘lijn’. Maar <strong>het</strong> kan zich op twee<br />

manier<strong>en</strong> ook in de loop der tijd manifester<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste doordat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

in tuss<strong>en</strong>functies toegev<strong>en</strong> aan de verleiding om meer als e<strong>en</strong> regulier<br />

organisatieonderdeel te functioner<strong>en</strong> – de helderheid, zichtbaarheid <strong>en</strong><br />

formele bevoegdhed<strong>en</strong> die daarmee sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aantrekkelijker<br />

zijn dan de diffuse positie van e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>functie. Kortom, om toe te gev<strong>en</strong><br />

aan de logica van de pass<strong>en</strong>dheid. En t<strong>en</strong> tweede doet de logica van de<br />

pass<strong>en</strong>dheid zijn werk door e<strong>en</strong> meer onbedoelde sluip<strong>en</strong>de institutionalisering.<br />

Zoals in eerder citaat van Berger & Luckmann is beschrev<strong>en</strong>, is elk<br />

m<strong>en</strong>selijk gedrag vatbaar voor institutionalisering, dat wil zegg<strong>en</strong> vatbaar<br />

om e<strong>en</strong> ingeslet<strong>en</strong> routine te word<strong>en</strong>. Wat eerst nieuw was (e<strong>en</strong> nieuwe<br />

manier van werk<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> nieuw inhoudelijk perspectief ), wordt na verloop<br />

van tijd e<strong>en</strong> ‘normaal’ onderdeel van <strong>het</strong> dagelijks werk.<br />

Zichtbaar onzichtbaar: profilering van tuss<strong>en</strong>functies<br />

Kern van de profileringsopgave is om <strong>en</strong>erzijds recht te do<strong>en</strong> aan de<br />

inher<strong>en</strong>te schaduwpositie van e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>functie, <strong>en</strong> anderzijds voldo<strong>en</strong>de<br />

meerwaarde zichtbaar te mak<strong>en</strong> bij relevante partij<strong>en</strong> in de organisatie <strong>en</strong><br />

de omgeving. Tuss<strong>en</strong>functies word<strong>en</strong> vervuld aan de rand<strong>en</strong> van organisaties,<br />

of aan de rand<strong>en</strong> van organisatieonderdel<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zijn <strong>het</strong> veelal<br />

‘procesfuncties’, waarbij de verbinding op de achtergrond plaatsvindt <strong>en</strong> de<br />

uiteindelijke resultat<strong>en</strong> daarvan al snel op <strong>het</strong> conto van ander<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> –<br />

de organisatieonderdel<strong>en</strong> die wel e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> inhoudelijke verantwoordelijkheid<br />

hebb<strong>en</strong>. Het gunn<strong>en</strong> van <strong>het</strong> podium aan de ander is juist e<strong>en</strong><br />

belangrijke succesvoorwaarde (b.v. de politiek assist<strong>en</strong>t die zijn wethouder<br />

in staat stelt zich goed te profiler<strong>en</strong> in de media op e<strong>en</strong> bepaald dossier).<br />

Dit maakt <strong>het</strong> voor tuss<strong>en</strong>functies vaak lastig om de meerwaarde aan te<br />

gev<strong>en</strong> of om goed uit e<strong>en</strong> planning <strong>en</strong> controlcyclus naar vor<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>:<br />

hoe meet je de ramp die niet gebeurde, of de onvrede die niet uitbrak?<br />

Tuss<strong>en</strong>functies zijn bevattelijk voor wat <strong>en</strong>igszins oneerbiedig <strong>het</strong> ‘huisvrouw<strong>en</strong>syndroom’<br />

g<strong>en</strong>oemd kan word<strong>en</strong> – niemand weet precies wat ze de<br />

hele dag do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daar kun je eig<strong>en</strong>lijk pas achter kom<strong>en</strong> op <strong>het</strong> mom<strong>en</strong>t<br />

dat ze er niet meer zijn <strong>en</strong> er plots van alles misgaat.<br />

<strong>De</strong> paradox van <strong>het</strong> zichtbaar onzichtbaar zijn: juist in wat zich in de<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 49


onzichtbaarheid afspeelt ligt de meerwaarde. Maar op de e<strong>en</strong> of andere<br />

manier ontkom<strong>en</strong> ook m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in tuss<strong>en</strong>functies er – terecht – niet aan om<br />

verantwoording over hun functioner<strong>en</strong> af te legg<strong>en</strong> – wat heb je bijgedrag<strong>en</strong><br />

aan de kwaliteit van bestuur? Het kan ev<strong>en</strong>wel zinvol zijn om na te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong><br />

over andere vorm<strong>en</strong> van verantwoording dan de gebruikelijke bureaucratische<br />

(P&C), aangezi<strong>en</strong> die ook e<strong>en</strong> reguliere positie <strong>en</strong> taak in de organisatie<br />

zou implicer<strong>en</strong>. Horizontale verantwoording is hierbij de meest voor de<br />

hand ligg<strong>en</strong>de: ander<strong>en</strong> in de naaste omgeving bevrag<strong>en</strong> op hun tevred<strong>en</strong>heid<br />

over <strong>het</strong> functioner<strong>en</strong>. Ook is steun op hoogambtelijk <strong>en</strong> bestuurlijk<br />

niveau vaak onontbeerlijk – ook daar moet e<strong>en</strong> beargum<strong>en</strong>teerd gevoel van<br />

meerwaarde over de tuss<strong>en</strong>functie bestaan.<br />

Pass<strong>en</strong>d ongepast: positionering van tuss<strong>en</strong>functies<br />

Kern van de positioneringsopgave rondom tuss<strong>en</strong>functies is organiser<strong>en</strong><br />

van toegang tot voor de voorligg<strong>en</strong>de problematiek relevante gremia<br />

zonder daarmee de functie volledig pass<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong> in de formele<br />

organisatiestructuur. E<strong>en</strong> aantal belangrijke overweging<strong>en</strong> speelt hierbij<br />

e<strong>en</strong> rol:<br />

- Tuss<strong>en</strong>functies moet<strong>en</strong> de vrijheid hebb<strong>en</strong> om door de hiërarchie van de<br />

organisatie te beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> toegang te hebb<strong>en</strong> tot <strong>het</strong> politieke bestuur.<br />

- Tuss<strong>en</strong>functies moet<strong>en</strong> rugdekking hebb<strong>en</strong> op hoogambtelijk of<br />

bestuurlijk niveau, <strong>en</strong> dus ingericht word<strong>en</strong> rondom zwaarweg<strong>en</strong>de <strong>en</strong><br />

complexe vraagstukk<strong>en</strong> die niet binn<strong>en</strong> de staande organisatie belegd<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

- Tuss<strong>en</strong>functies moet<strong>en</strong> met mate gebruikt word<strong>en</strong>, om overprioritering<br />

<strong>en</strong> beleidsconcurr<strong>en</strong>tie te voorkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> omdat tuss<strong>en</strong>functies ge<strong>en</strong><br />

excuus mog<strong>en</strong> zijn om e<strong>en</strong> voor de politiek ‘lastige’ bureaucratie<br />

(vanwege rechtsstatelijke argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> expliciete beleidsafweging<strong>en</strong>)<br />

te omzeil<strong>en</strong>.<br />

- Tuss<strong>en</strong>functies moet<strong>en</strong> klein <strong>en</strong> flexibel georganiseerd word<strong>en</strong> om ge<strong>en</strong><br />

‘nieuwe bureaucratische laag’ te word<strong>en</strong>, waarbij ook ter overweging kan<br />

word<strong>en</strong> meegegev<strong>en</strong> om tuss<strong>en</strong>functies e<strong>en</strong> tijdelijk karakter mee te<br />

gev<strong>en</strong> (zolang de geselecteerde maatschappelijke problem<strong>en</strong> daarom<br />

vrag<strong>en</strong>).<br />

- Tuss<strong>en</strong>fucties moet<strong>en</strong> kracht zonder meer ontwikkel<strong>en</strong>: tuss<strong>en</strong>functies<br />

gedij<strong>en</strong> juist bij e<strong>en</strong> beperkte hoeveelheid formele ambtelijke bevoegdhed<strong>en</strong><br />

of formele macht, aangezi<strong>en</strong> ze daarmee de vrijheid behoud<strong>en</strong> om<br />

50 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


in e<strong>en</strong> netwerkcontext te operer<strong>en</strong>.<br />

Daarnaast di<strong>en</strong>t er uiteraard draagvlak <strong>en</strong> tolerantie in de organisatie te<br />

bestaan voor e<strong>en</strong> type functie die zich bedi<strong>en</strong>t van e<strong>en</strong> ‘logica van ongepastheid’.<br />

Tuss<strong>en</strong>functies br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> wrevel met zich mee: ze confronter<strong>en</strong> de<br />

organisatie met andere perspectiev<strong>en</strong>, met blinde vlekk<strong>en</strong>, met problem<strong>en</strong><br />

in de uitvoering. Aan de andere kant staat daar ook teg<strong>en</strong>over dat dit de<br />

kwaliteit van <strong>het</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur, <strong>het</strong> draagvlak onder de burgers <strong>en</strong> <strong>het</strong><br />

voorkom<strong>en</strong> van probleemverplaatsing richting de uitvoering kan bevorder<strong>en</strong>.<br />

In die zin bestaat er voor tuss<strong>en</strong>functies e<strong>en</strong> spanning tuss<strong>en</strong> <strong>het</strong><br />

realiser<strong>en</strong> van oplossing<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> problematiser<strong>en</strong> van de ‘going concern’<br />

in de organisatie.<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 51


5 | Tuss<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>:<br />

onvolkom<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong> als<br />

uitgangspunt<br />

We hebb<strong>en</strong> in dit essay langs verschill<strong>en</strong>de lijn<strong>en</strong> <strong>het</strong> onderwerp van<br />

‘beleidsrealisatie in e<strong>en</strong> netwerkomgeving’ verk<strong>en</strong>d. Het essay laat vooral<br />

zi<strong>en</strong> dat sturing van <strong>het</strong> netwerk e<strong>en</strong> heel andere vorm van sturing is dan de<br />

meer klassieke hiërarchische sturing. Dat impliceert dat ook e<strong>en</strong> andere<br />

organisatievorm nodig is om deze vorm van sturing goed invulling te gev<strong>en</strong>.<br />

Daarvoor hebb<strong>en</strong> we op plaats<strong>en</strong> in dit essay voorstell<strong>en</strong> gedaan, maar<br />

daarbij hebb<strong>en</strong> we ook steeds lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hoe die voorstell<strong>en</strong> zich maar<br />

moeizaam verhoud<strong>en</strong> tot wat de bestaande bureaucratie <strong>en</strong> de bestaande<br />

invulling van de overheidsrol betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. In dit concluder<strong>en</strong>de deel gaan we<br />

nader in op dit ag<strong>en</strong>der<strong>en</strong>de aspect van onze bevinding<strong>en</strong>. Het essay eindigt<br />

daarmee probleemstell<strong>en</strong>d. Als de antwoord<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d zoud<strong>en</strong> zijn geweest<br />

dan hadd<strong>en</strong> we ze hier al precies <strong>en</strong> omlijnd gegev<strong>en</strong>, maar <strong>het</strong> is juist onze<br />

analyse dat de antwoord<strong>en</strong> zich in de kom<strong>en</strong>de periode langzaam moet<strong>en</strong><br />

lat<strong>en</strong> ontdekk<strong>en</strong>. Niet door ze door wet<strong>en</strong>schappers uit te lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> in<br />

boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> artikel<strong>en</strong>, maar door experim<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> praktijk<strong>en</strong> te organiser<strong>en</strong><br />

waarin zo dicht mogelijk bij <strong>het</strong> dagelijks werk ervaring<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgedaan<br />

met mogelijkhed<strong>en</strong> van sturing volg<strong>en</strong>s de principes van netwerk<strong>en</strong>.<br />

Staat zonder geld<br />

<strong>De</strong> veranderde financiële situatie van de overheid speelt e<strong>en</strong> cruciale rol in<br />

<strong>het</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over sturing door de overheid. Het stur<strong>en</strong> via gerichte beïnvloeding<br />

van <strong>het</strong> netwerk verandert erdoor: van één optie naast veel meer<br />

directe vorm<strong>en</strong> van sturing via grote geldstrom<strong>en</strong>, tot e<strong>en</strong> volwaardige <strong>en</strong><br />

noodzakelijk in te zett<strong>en</strong> optie. <strong>De</strong> geldstrom<strong>en</strong> drog<strong>en</strong> niet geheel op,<br />

maar er zal wel e<strong>en</strong> einde kom<strong>en</strong> aan de gegroeide praktijk van grote<br />

investeringsbudgett<strong>en</strong> die lokale partij<strong>en</strong> in beweging moet<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> om<br />

te do<strong>en</strong> wat uiteindelijk (ook) in hun eig<strong>en</strong> belang is. Partij<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> niet<br />

meer door inzet van geld ‘overtuigd’ moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om belang<strong>en</strong> na te<br />

strev<strong>en</strong> die in lijn ligg<strong>en</strong> met <strong>het</strong> overheidsbelang – bijvoorbeeld <strong>het</strong><br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 53


opknapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> wijk of <strong>het</strong> aanlegg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk bedrijv<strong>en</strong>terrein<br />

– maar zull<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> andere manier daarvan overtuigd di<strong>en</strong><strong>en</strong> te<br />

word<strong>en</strong>. Dat ‘kan’ door inzet van wetgeving als instrum<strong>en</strong>t; regels kost<strong>en</strong><br />

immers nag<strong>en</strong>oeg niets. Ervaring leert echter dat met <strong>het</strong> afkondig<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> regel de werkelijkheid zich nog niet noodzakelijkerwijs naar de regel<br />

gedraagt.<br />

Dit essay vestigt langs verschill<strong>en</strong>de routes de aandacht op e<strong>en</strong> andere<br />

manier van beinvloed<strong>en</strong> van <strong>het</strong> gedrag van partij<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> netwerk. Niet de<br />

regel of <strong>het</strong> financiële instrum<strong>en</strong>t wordt ingezet als primaire bron, maar de<br />

bouw van e<strong>en</strong> arrangem<strong>en</strong>t waarin partij<strong>en</strong> zelf verantwoordelijkheid<br />

kunn<strong>en</strong> <strong>en</strong> will<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> voor bepaalde maatschappelijke tak<strong>en</strong> staat<br />

c<strong>en</strong>traal. We b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> dit bewust als ‘de bouw’ van e<strong>en</strong> arrangem<strong>en</strong>t <strong>en</strong><br />

trekk<strong>en</strong> <strong>het</strong> principe van netwerksturing daarmee bewust breder dan<br />

procesinterv<strong>en</strong>ties alle<strong>en</strong>. Procesinterv<strong>en</strong>ties zijn weliswaar e<strong>en</strong> belangrijk<br />

aspect van netwerksturing, maar om effectief te kunn<strong>en</strong> zijn moet<strong>en</strong><br />

dergelijke interv<strong>en</strong>ties zijn ingebed in e<strong>en</strong> arrangem<strong>en</strong>t dat vanuit <strong>het</strong><br />

ontwerp is toegerust op <strong>het</strong> ondersteun<strong>en</strong> van <strong>het</strong> netwerk. Zoals beschrev<strong>en</strong><br />

in <strong>het</strong> deel over interv<strong>en</strong>ties in op vertrouw<strong>en</strong> gebaseerde sturingsrelaties,<br />

is <strong>het</strong> alle<strong>en</strong> mogelijk om adequaat in <strong>het</strong> proces te interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong> als<br />

daarvoor in <strong>het</strong> ontwerp de juiste aangrijpingspunt<strong>en</strong> zijn aangebracht.<br />

<strong>De</strong>ze ontwerpdim<strong>en</strong>sie is op dit mom<strong>en</strong>t nauwelijks in beeld. Er vind<strong>en</strong> allerlei<br />

vorm<strong>en</strong> van procesmanagem<strong>en</strong>t plaats, maar dat gebeurt steeds binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

meer klassiek arrangem<strong>en</strong>t van financiële sturing of sturing door middel<br />

van regels <strong>en</strong> voorschrift<strong>en</strong>, vanuit de basis van de verticale hiërarchie van<br />

de overheidsbureaucratie. Procesinterv<strong>en</strong>ties word<strong>en</strong> in die logica vooral<br />

ingezet om schade te verhelp<strong>en</strong> of te voorkom<strong>en</strong>, vertraging<strong>en</strong> weg te<br />

werk<strong>en</strong>, weerstand<strong>en</strong> weg te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> om geldstrom<strong>en</strong> te stroom-lijn<strong>en</strong>.<br />

Ze werk<strong>en</strong> in de context van de andere sturingsinterv<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van<br />

daaruit verschil. Ze operer<strong>en</strong> echter ook in e<strong>en</strong> context die niet optimaal is.<br />

Zo begrijp<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> vaak goed dat de overheid naast de netwerkinterv<strong>en</strong>ties<br />

toch nog ‘gewoon’ geld achter de hand heeft om e<strong>en</strong> laatste zetje te<br />

gev<strong>en</strong>. Strategisch vertrag<strong>en</strong> wordt voor partij<strong>en</strong> daarmee e<strong>en</strong> krachtige<br />

optie in <strong>het</strong> proces, waarmee processturing aan kracht verliest. Het is onze<br />

verwachting dat door e<strong>en</strong> meer structurele inzet van netwerksturing de kracht van<br />

procesinterv<strong>en</strong>ties to<strong>en</strong>eemt <strong>en</strong> er nog veel meer winst kan word<strong>en</strong><br />

behaald. In die zin kan de kredietcrisis <strong>en</strong> de financiële schaarste voor de<br />

54 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


overheid e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> zijn, omdat voor <strong>het</strong> eerst sinds halverwege de jar<strong>en</strong><br />

neg<strong>en</strong>tig voor alle partij<strong>en</strong> evid<strong>en</strong>t is – inclusief voor de overheid zelf – dat<br />

er veel minder geld te bested<strong>en</strong> is. Eerder werd<strong>en</strong> al aankondiging<strong>en</strong> in die<br />

richting gedaan, maar wist<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> dat er altijd wel erg<strong>en</strong>s geld te vind<strong>en</strong><br />

was, niet in de laatste plaats door via <strong>het</strong> publiek of de media actie te<br />

organiser<strong>en</strong>. Nu die optie er niet meer is, word<strong>en</strong> alle partij<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong><br />

om in andere weg<strong>en</strong> <strong>en</strong> richting<strong>en</strong> te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.<br />

Learning while doing<br />

Vanuit <strong>het</strong> perspectief van de overheid ontstaan nu onzekere tijd<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

belangrijk instrum<strong>en</strong>t is verdampt <strong>en</strong> hoewel er ervaring is met procesinterv<strong>en</strong>ties<br />

is veel van de belangrijke expertise op dit terrein de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong><br />

verwaarloosd of verplaatst naar de private sector. Adviesbureaus hebb<strong>en</strong><br />

geïnvesteerd in k<strong>en</strong>nis over netwerksturing <strong>en</strong> procesinterv<strong>en</strong>ties, terwijl de<br />

overheid zelf deze functies naar de rand<strong>en</strong> van de organisatie heeft<br />

uitgeplaatst. Ze zijn er wel, maar in de marges van de ‘échte’ organisatie.<br />

Bijvoorbeeld in gespecialiseerde afdeling<strong>en</strong>, in ‘pools’, in dec<strong>en</strong>trale<br />

kantor<strong>en</strong> of in tijdelijke project<strong>en</strong> <strong>en</strong> programma’s. Slechts in <strong>en</strong>kele<br />

departem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> werkelijke beweging van de organisatie richting<br />

<strong>het</strong> stur<strong>en</strong> van <strong>het</strong> netwerk plaatsgevond<strong>en</strong>, bijvoorbeeld nu (tijdelijk) bij<br />

V&W <strong>en</strong> meer perman<strong>en</strong>t bij LNV <strong>en</strong> OCW. Vaak echter is de ontwikkeling<br />

beperkt geblev<strong>en</strong> tot geïsoleerde professionals die aan <strong>het</strong> einde van de<br />

productieket<strong>en</strong> beleid moet<strong>en</strong> ‘verkop<strong>en</strong>’ aan netwerkpartij<strong>en</strong> <strong>en</strong> die zo nu<br />

<strong>en</strong> dan ‘signal<strong>en</strong>’ uit <strong>het</strong> veld de organisatie binn<strong>en</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> (zie: Van der<br />

Ste<strong>en</strong> <strong>en</strong> Van Twist, 2009; forthcoming). Weinig departem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (<strong>en</strong> grote<br />

geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>) zijn op e<strong>en</strong> meer fundam<strong>en</strong>tele wijze aan <strong>het</strong> werk gegaan met<br />

de vraag hoe <strong>het</strong> netwerk zelf kan producer<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> manier die ‘optelt’ tot<br />

beleidsrealisatie van de overheid. Omdat de urg<strong>en</strong>tie hoog is – de sturingsambities<br />

zijn niet ev<strong>en</strong>redig met de financiële ruimte gekromp<strong>en</strong> – zull<strong>en</strong><br />

de meeste departem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> onder hoge druk moet<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> tot ontwikkeling<br />

van netwerkarrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Ze moet<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ervaring opdo<strong>en</strong> terwijl ze tegelijkertijd moet<strong>en</strong> ‘producer<strong>en</strong>’. Dat is e<strong>en</strong><br />

lastige opgave.<br />

Positief is dat, hoewel netwerksturing <strong>en</strong> procesinterv<strong>en</strong>ties nooit tot in <strong>het</strong><br />

hart van <strong>het</strong> beleid zijn doorgedrong<strong>en</strong>, ze ook nooit gemarginaliseerd zijn.<br />

Hoewel ze zich in de rand<strong>en</strong> van de overheidsorganisatie hebb<strong>en</strong> afgespeeld<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 55


zijn er talrijke praktijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> professionals die zich ermee bezig hebb<strong>en</strong><br />

gehoud<strong>en</strong>. Zowel binn<strong>en</strong> de overheid zelf als in de netwerk<strong>en</strong> rondom de<br />

overheid zijn er allerlei vorm<strong>en</strong> van ervaring die de rijksoverheid kan<br />

b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> om zich verder te bekwam<strong>en</strong> in netwerksturing. In combinatie<br />

met e<strong>en</strong> omvangrijke hoeveelheid wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek naar<br />

netwerksturing, procesmanagem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> netwerkmanagem<strong>en</strong>t is er sprake<br />

van e<strong>en</strong> groot pot<strong>en</strong>tieel aan snel toegankelijke k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> ervaring op dit<br />

gebied. <strong>De</strong> belangrijkste kwesties ligg<strong>en</strong> dan ook niet zozeer in de beschikbaarheid<br />

van expertise, maar eerder in de organisatie van de inzet ervan. Zolang<br />

klassieke verticale lijn<strong>en</strong>, in meer of minder verkokerde vorm<strong>en</strong>, de<br />

primaire process<strong>en</strong> van de organisatie dominer<strong>en</strong> is <strong>het</strong> onmogelijk om<br />

netwerksturing volwaardig vorm <strong>en</strong> invulling te gev<strong>en</strong>. Daartoe is juist<br />

beweeglijkheid vereist. Pas als op dat terrein de acc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> verschuiv<strong>en</strong> is <strong>het</strong><br />

mogelijk voor e<strong>en</strong> staat zonder geld om tot beleidsrealisatie te kom<strong>en</strong>. <strong>De</strong><br />

discussie moet daarom niet langer gaan over de vraag in hoeverre de<br />

overheid <strong>het</strong> netwerk nodig heeft, maar om de vraag hoe de overheid <strong>het</strong><br />

netwerk optimaal kan b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong>. Dat is niet alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> noodzaak voor de<br />

overheid zelf. <strong>De</strong> sam<strong>en</strong>leving heeft netwerksturing nodig om zichzelf te<br />

kunn<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong> <strong>en</strong> tot maatschappelijke bat<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />

Krachtig bestuur?<br />

<strong>De</strong> ambtelijke organisatie staat in di<strong>en</strong>st van de bestuurder <strong>en</strong> onderdeel<br />

van dat di<strong>en</strong>stverband is dat de bestuurder zichtbare success<strong>en</strong> behaalt <strong>en</strong><br />

deze bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zichtbaar kan vier<strong>en</strong>. En, als omgekeerde versie van ‘vier<strong>en</strong>’,<br />

dat de bestuurder zich er niet voor hoeft te verontschuldig<strong>en</strong> of er allerlei<br />

‘gedoe’ over krijgt. Netwerksturing heeft als consequ<strong>en</strong>tie dat <strong>het</strong> andersoortige<br />

prestaties oplevert <strong>en</strong> dat veel van de ‘inspanningssuccess<strong>en</strong>’<br />

(daadkracht door e<strong>en</strong> groot budget vrij te mak<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> organisatie opricht<strong>en</strong>;<br />

e<strong>en</strong> stevige uitspraak in de media do<strong>en</strong>) achterwege blijv<strong>en</strong>. <strong>De</strong> prestaties<br />

hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ander karakter, niet minder succesvol, maar wel moeilijker uit<br />

te legg<strong>en</strong>. Hoe vier je bijvoorbeeld prettige ‘onbedoelde effect<strong>en</strong>’ (succes dat niet<br />

de bedoeling was), ‘kneuterige interv<strong>en</strong>ties’ (succesvolle interv<strong>en</strong>ties die klein,<br />

zacht, <strong>en</strong> ietwat amateuristisch zijn; e<strong>en</strong> gesprek organiser<strong>en</strong>, koffie<br />

drink<strong>en</strong> in de buurt, e<strong>en</strong> straathoekwerker lat<strong>en</strong> basketball<strong>en</strong> met probleemjonger<strong>en</strong>,<br />

wijktheater organiser<strong>en</strong>, etc), ‘ding<strong>en</strong> die gewoon gebeur<strong>en</strong>’<br />

(succes waarvoor je niets hebt gedaan, anders dan uit de buurt blijv<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

interv<strong>en</strong>tie voorkom<strong>en</strong>) <strong>en</strong> ‘fal<strong>en</strong> dat voorkom<strong>en</strong> werd’ (mislukking<strong>en</strong> die niet<br />

56 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


optred<strong>en</strong> dankzij slim interv<strong>en</strong>iër<strong>en</strong>, maar die daarmee niet meetbaar zijn<br />

<strong>en</strong> die ook ge<strong>en</strong> daadkrachtig crisismanagem<strong>en</strong>t mogelijk mak<strong>en</strong>).<br />

Netwerksturing vereist e<strong>en</strong> andere manier van <strong>het</strong> politiek <strong>en</strong> bestuurlijk<br />

(<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar) vier<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoord<strong>en</strong> van andersoortige prestaties <strong>en</strong><br />

inspanning<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> sterke overheid, met e<strong>en</strong> op netwerksturing gerichte invulling van<br />

kracht, is nodig voor e<strong>en</strong> sterke veerkrachtige sam<strong>en</strong>leving. E<strong>en</strong> veerkrachtige<br />

sam<strong>en</strong>leving, robuust g<strong>en</strong>oeg om onbek<strong>en</strong>de uitdaging<strong>en</strong> aan te<br />

kunn<strong>en</strong>, ontwikkelt zich alle<strong>en</strong> als daarin e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>zeer robuuste <strong>en</strong><br />

veerkrachtige overheid opereert. Aan die robuuste <strong>en</strong> veerkrachtige<br />

overheid vormt dit essay e<strong>en</strong> bijdrage. Niet als antwoord, maar nadrukkelijk<br />

als bijdrage aan – <strong>en</strong> uitnodiging tot – e<strong>en</strong> nader <strong>en</strong> verdiept gesprek.<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 57


Refer<strong>en</strong>ties<br />

Allison, G.T.<br />

Ess<strong>en</strong>ce of <strong>De</strong>cision. Explaining the Cuban Missile Crisis,<br />

Gl<strong>en</strong>view 1971.<br />

Ashby, W.R. An Introduction to Cybernetics, London 1956.<br />

Berger, P.L. &<br />

The social construction of reality. A treatise in the sociology of<br />

T. Luckmann knowledge, 1966.<br />

Borstlap, H. c.s. Kracht zonder macht, <strong>De</strong>n Haag 2002.<br />

<strong>De</strong>leuze <strong>Rizoom</strong>, Utrecht 1998.<br />

G. & F. Guattari<br />

Douglas<br />

Risk and Culture. An Essay on the Selection of Technological<br />

M. & A. Wildavsky and Environm<strong>en</strong>tal Dangers, 1980.<br />

Ferguson, A. An Essay on the History of Civil Society, 1767.<br />

Fukuyama, F. The End of History and the Last Man, 1992.<br />

Kluger, J.<br />

Lipsky, M.<br />

March, J.G.<br />

Simplexity. Why simple things become complex (and how<br />

complex things can be made simple), New York 2008.<br />

Street-level bureaucracy. Dilemmas of the individual in public<br />

services, 1980.<br />

A Primer on <strong>De</strong>cision Making. How decisions happ<strong>en</strong>, New<br />

York 1994.<br />

March,<br />

Rediscovering Institutions. The organizational basis of politics,<br />

J.G. & J.P. Ols<strong>en</strong> New York 1989.<br />

<strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong> | 59


Pressman<br />

Implem<strong>en</strong>tation. How Great Expectations in<br />

Washington are<br />

J.L., & A. Wildavsky Dashed in Oakland, 1984.<br />

Raad voor <strong>De</strong> ontkokering voorbij, 2008.<br />

Maatschappelijke<br />

Ontwikkeling (RMO)<br />

Peeters<br />

Verschuiv<strong>en</strong>de verwachting<strong>en</strong>. Over<br />

R., M. van Twist &<br />

rolverandering <strong>en</strong> vormgev<strong>en</strong> aan strategische<br />

M. van der Ste<strong>en</strong> professionaliteit, <strong>De</strong>n Haag 2008.<br />

Simon, H.A.<br />

“A Behavioral Model of Rational Choice”, in:<br />

The Quarterly Journal of Economics, vol. 69, nr.<br />

1 1995, pp. 99-118.<br />

Ste<strong>en</strong>, M. van der,<br />

Strategiser<strong>en</strong> in de schaduw van de macht.<br />

M. van Twist, Politiek assist<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van bestuurders als<br />

R. Peeters & verborg<strong>en</strong> verbinders, <strong>De</strong>n Haag 2009.<br />

M. de Vries<br />

Termeer, C.J.A.M.<br />

Dynamiek <strong>en</strong> inertie rondom mestbeleid. E<strong>en</strong><br />

studie naar verande-ringsprocess<strong>en</strong> in <strong>het</strong><br />

vark<strong>en</strong>shouderijnetwerk, <strong>De</strong>n Haag 1993.<br />

M. van Twist, Balancer<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> inkapseling <strong>en</strong> afstoting.<br />

R. Peeters & E<strong>en</strong> essay over de strategische functie bij de<br />

M. van der Ste<strong>en</strong> Rijksoverheid, <strong>De</strong>n Haag 2007.<br />

M. van Twist, Repertoires voor regelreductie, <strong>De</strong>n Haag 2008.<br />

M. van der Ste<strong>en</strong> &<br />

Weber, M.<br />

K.E. Weick<br />

S<strong>en</strong>semaking in Organizations, Thousand Oaks<br />

1995.<br />

60 | <strong>De</strong> <strong>Boom</strong> <strong>en</strong> <strong>het</strong> <strong>Rizoom</strong>


Dit is e<strong>en</strong> publicatie van: Ministerie van VROM<br />

Rijnstraat 8 | 2515 xp <strong>De</strong>n Haag | www.vrom.nl<br />

E<strong>en</strong> essay door de <strong>De</strong>nktank van de NSOB<br />

in opdracht van <strong>het</strong> Ministerie van VROM<br />

Februari | 2010<br />

vijfkeerblauw.nl | R04-280728

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!