SCHUTTERSBRIEF
SCHUTTERSBRIEF
SCHUTTERSBRIEF
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
HET SCHUTTERIJWEZEN<br />
IN<br />
DE GEMEENTE EIJSDEN-MARGRATEN (LB),<br />
VROEGER EN NU (1)<br />
Voormalige schutterij van Eijsden véél ouder dan gedacht!<br />
Aanleiding om wéér een nieuwe rubriek te wijden aan het voormalige en huidige schutterijwezen in een gemeente<br />
is het volgende feit. Twee weken geleden (7 oktober) promoveerde Hans van Hall, archivaris te Maastricht, aan de<br />
universiteit in die stad en wel op het onderwerp Eijsden, een vrijheid met Luikse stadsrechten. In zijn proefschrift 1<br />
meldt de kersverse doctor een heleboel opmerkelijke en interessante gegevens die aannemelijk maken (zeg maar<br />
gerust: die onomstotelijk aantonen), dat de Nederlands-Limburgse plaats Eijsden (niet te verwarren met het<br />
Belgisch-Limburgse dorp Eisden!) eertijds een Minderstadt (= ‘landsheerlijk gebonden stad’ = ‘dwergstad’) 2 was en<br />
dit sinds 1321. Niet minder opmerkelijk en interessant is wat Van Hall ons ook weet te melden over het schuttersgildewezen<br />
van Eijsden.<br />
Van ‘vrijheden’ spreekt vandaag de dag niemand meer, wél nog van ‘steden’, ‘dorpen’ en ‘gehuchten’. Maar vóór<br />
1794 (= beginjaar van de Franse Tijd in de Lage Landen) had het begrip vrijheid nog in de praktijk van alledag een<br />
heel concrete betekenis, zelfs binnen het schutterijwezen. Een voorbeeld daarvan is het gegeven, dat er speciaal<br />
zowel voor schuttersgilden uit ‘vrijheden en dorpen’ als voor die uit ‘vrijheden en steden’ regionale schiettoernooien<br />
gehouden werden; zie daarover o.a. Van Autenboer 1996 3 . Wat Van Hall over het schutterswezen in de<br />
voormalige vrijheid Eijsden meldt, is evenwel van een andere orde. Maar laat ik eerst eens berichten over het bitter<br />
weinige dat we tot voor kort wisten van het vroegste schutterswezen te Eijsden.<br />
Het zou verbazingwekkend zijn, indien zelfs een dwergstad of zeer kleine stad zoals Eijsden (dus het Eijsden van<br />
vóór 1794) géén schutterij blijkt gehad te hebben. En toch heeft men tot nog toe in het archief van de plaatselijke<br />
parochie St.-Christina en in dat van Kasteel Eijsden - ondanks intensief speurwerk - helemaal niets ontdekt dat kan<br />
wijzen op het bestaan van een lokale schutterij van vóór 1794 (Roebroeks 1998). 4 Voor gegevens over Eijsdens<br />
eerste schutterij moeten we dan ook elders te rade gaan, met name bij de Maastrichtse classis van de Gereformeerde<br />
Kerk 5 , de Raad van Brabant 6 , de Staten-Generaal 7 en de Raad van State 8 . Althans enkele aanwijzingen duiden erop dat<br />
aanvang 18 de eeuw te Eijsden een schuttersgilde geweest is of op z’n minst pogingen zijn ondernomen om aldaar tot<br />
de oprichting of heroprichting van een schutterij te komen. Anno 1716 werd namelijk van gereformeerde zijde erover<br />
geklaagd, dat op een zondag - tijdens de protestantse eredienst - gedronken, gedanst en gespeeld was in de herbergen<br />
rondom de simultaankerk bij gelegenheid van een vogelschieting. En twee jaar later (1718) wist de predikant van<br />
Eijsden zowaar ‘de invoering van het vogelschieten aldaar te verhinderen’ (Crutzen 1994, blz. 75 en 77). 9 Trouwens,<br />
er schijnt m.n. in 1778 wederom sprake geweest te zijn van een vogelschieting te Eijsden (evenals te Geulle), zij het<br />
ditmaal overeenkomstig de daartoe van overheidswege verstrekte strikte bepalingen (Crutzen 1994, blz. 81).<br />
Mochten we derhalve redelijkerwijs ervan uitgaan dat in elk geval het Eijsden van de 18 de eeuw de beschikking<br />
gehad heeft over een eigen schuttersgezelschap, dankzij het promotieonderzoek van Van Hall kan - met een zeker<br />
voorbehoud i.v.m. de continuïteit - het begin van bedoelde schutterij uit het Ancien Régime (1500-1794) verschoven<br />
worden naar het tijdvak van de Late Middeleeuwen (1300-1500). Sleutelwoorden zijn in dezen: schietspel, (gezworen)<br />
schut, Schuttengraeve en schuttenmeester. De patroonheilige en dus ook de officiële naam van de Eijsdense schutterij<br />
zijn (nog) niet bekend. De gegevens waarop Van Hall zijn informatie baseert, heeft hij ontleend aan de archiefbescheiden<br />
van de Landen van Overmaas. 10<br />
De schuttenmeester en het schietspel. In 1459 daagde schuttenmeester Lieben van Caestert een aantal schutters<br />
die hadden geschitterd door afwezigheid ‘als van des schietspelz wegen’, voor het gerecht i.c. voor de schepenbank<br />
van Eijsden. De deelname aan het schietspel was kennelijk een verplichting (op de uitvoering waarvan de schuttenmeester,<br />
vermoedelijk namens het lokale bestuur, moest toezien) en had (tevens) de bedoeling om de schutters te<br />
bekwamen in vaardigheden ter bescherming van de plaatselijke gemeenschap. Drie jaar later was Gelis Vliegen<br />
schuttenmeester. En hij is het die toen (1462) de schout in rechte aansprak op diens bijdrage aan het schietspel, maar<br />
deze liet weten in de onderhavige aangelegenheid geen enkele toezegging of belofte gedaan te hebben. (Van Hall<br />
2011, blz. 161).<br />
De Schuttengraeve. Duidt mogelijkerwijze ook de vermelding van de Schuttengraeve op de aanwezigheid van een<br />
schutterij te Eijsden, dus Schuttengraeve in de betekenis van Schuttersgracht (d.w.z. gracht in de onmiddellijke<br />
nabijheid waarvan de lokale schutterij haar schietterrein had)? Dr. Hans van Hall meent evenwel onder de toponiem<br />
Schuttengraeve veeleer Schutgracht te moeten verstaan, dus gracht ter beschutting (bescherming) van de bebouwde<br />
kom van Eijsden (Van Hall 2011, t.a.p.). Wanneer (!) de ‘Schuttengraeve’ genoemd wordt, vermeldt Van Hall niet,<br />
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------<br />
Schuttersbrief - nummer 95 15 april 2013 Blz. 2133<br />
51