Eind goed, 167 al goed? - WODC
Eind goed, 167 al goed? - WODC
Eind goed, 167 al goed? - WODC
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoofdstuk 2 36<br />
voorzieningen.28 De follow-up periode varieert daarbij tussen (gemiddeld) een h<strong>al</strong>f<br />
jaar en zeven jaar. Daardoor zijn er ook veel verschillen in de situatie bij follow-up<br />
en lopen de gevonden percentages nog<strong>al</strong> uiteen.<br />
In de door Smit besproken onderzoeken worden percentages genoemd van jongeren<br />
die bij follow-up weer opgenomen bleken in een residentiële setting. Deze liggen<br />
nog<strong>al</strong> uiteen; er worden percentages van 19 (in een onderzoek met een follow-up<br />
periode van ruim 6 maanden) tot 72 (een onderzoek met een follow-up periode<br />
van ruim 7 jaar) genoemd. In de meeste onderzoeken is sprake van een follow-up<br />
periode van ongeveer een jaar en dan ligt het percentage heropnames tussen de 20<br />
en 40. Hierbij merkt Smit wel op dat een deel van de nieuwe opnames waarschijnlijk<br />
'positieve opnames' zijn: jongeren verhuizen bijvoorbeeld van een tehuis naar een<br />
project begeleid kamerwonen. Het percentages heropnames is hoger onder weggelopen<br />
jongeren dan onder reguliere vertrekkers.<br />
De dagbesteding van jongeren bij follow-up verschilt sterk bij de diverse onderzoeken<br />
die Smit bespreekt. Er zijn vrij veel jongeren zonder zinvolle dagbesteding: de<br />
percentages lopen uiteen van 17 tot 48 (onder de weglopers liggen de percentages<br />
hoger dan onder de reguliere vertrekkers). Onder de jongeren die wel werken of op<br />
school zitten, vinden geregeld wisselingen van school of werk plaats. Toch bev<strong>al</strong>t de<br />
schoolgang of het werk de meerderheid van deze jongeren <strong>goed</strong>.<br />
De ex-tehuisbewoners blijken vaak te verhuizen: meer dan de helft van de jongeren<br />
verhuist drie keer of vaker in de periode tot aan het follow-up interview. Ook blijkt<br />
uit een deel van de onderzoeken dat jongeren na vertrek financiële problemen<br />
hebben, waarbij de percentages variëren van 15 tot 53.<br />
Vaak ontbreekt het jongeren aan soci<strong>al</strong>e vaardigheden en zijn er problemen in de<br />
relatie met de ouders. Ook hier lopen de percentages erg uiteen. In één onderzoek<br />
wordt bij slechts 16% van de ex-tehuisbewoners problemen op dit punt genoemd.<br />
Bij de andere onderzoeken liggen de percentages hoger, variërend van 20 tot 66.<br />
Hier hebben de weglopers weer meer problemen dan de reguliere vertrekkers.<br />
De vrijetijdsbesteding van de meeste ex-tehuisbewoners is vrij passief te noemen;<br />
meest<strong>al</strong> kijken ze thuis tv of luisteren naar muziek. In twee onderzoeken wordt een<br />
percentage genoemd van jongeren die lid zijn van een club of (sport)vereniging:<br />
zo'n 15%.<br />
In bijna <strong>al</strong>le onderzoeken wordt aandacht besteed aan <strong>al</strong>cohol- en drugsgebruik na<br />
vertrek. De meerderheid van de jongeren drinkt 'wel eens' tot 'vaak' <strong>al</strong>cohol: de<br />
28 Een directe vergelijking met de justitiële behandelinrichtingen is op basis van deze onderzoeken niet<br />
helema<strong>al</strong> mogelijk. In 1987 vond namelijk een belangrijke reorganisatie plaats binnen de residentiële<br />
jeugdhulpverlening, waarbij ruim 100 tehuizen, die tot die tijd onder het beheer van het Ministerie van<br />
Justitie behoorden, werden overgedragen aan het toenm<strong>al</strong>ige Ministerie van WVC. Justitie hield een<br />
relatief klein aant<strong>al</strong> inrichtingen over, bedoeld voor justitiële plaatsingen: de justitiële jeugdinrichtin-<br />
gen, waarbij tevens de afspraak werd gemaakt dat jongeren met een civiele maatregel voorrang zouden<br />
krijgen bij plaatsing in de niet-justitiële jeugdinrichtingen. De zogenaamde internaten voor zeer inten-<br />
sieve behandeling (ZIB's), de rijksinrichtingen en een enkel vakinternaat uit de door Smit bekeken<br />
onderzoeken vormen de huidige justitiële behandelinrichtingen