02.09.2013 Views

Algemene Toelichting Registratieregels - NvK

Algemene Toelichting Registratieregels - NvK

Algemene Toelichting Registratieregels - NvK

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Uitzonderingen op de afsluitregels<br />

<strong>Algemene</strong> <strong>Toelichting</strong> <strong>Registratieregels</strong> │ v20121120<br />

Nb Voor cardiologie geldt dat wanneer een bekende patiënt op de SEH komt met een nieuwe<br />

zorgvraag, dat het lopende zorgtraject (met bijbehorend subtraject) afgesloten wordt. Aansluitend<br />

wordt een zorgtraject met subtraject ZT11 geopend voor de nieuwe zorgvraag incl. de zorgactiviteit<br />

190015 “Spoedeisende hulp contact op de SEH afdeling” (of zorgactiviteit 190016 “Spoedeisende<br />

hulp contact buiten de SEH afdeling, elders in het ziekenhuis” indien patiënt elders in het ziekenhuis<br />

met spoed werd gezien).<br />

Indien de patiënt na het spoedeisende contact wordt doorbehandeld in het kader van de nieuwe<br />

zorgvraag, dan valt dit onder het reeds geopende subtraject met het spoedeisende consult. Wordt de<br />

patiënt doorbehandeld op de oorspronkelijke zorgvraag, dan wordt het zorgtraject (met bijbehorend<br />

subtraject) met het spoedeisende consult afgesloten en een nieuw zorgtraject met subtraject ZT11<br />

geopend met de oorspronkelijke zorgvraag (hoewel de patiënt al eerder bekend was met deze<br />

zorgvraag wordt conform de algemene regel gestart met een subtraject ZT11).<br />

Voorbeeld<br />

Patiënt is bekend met stabiele angina pectoris. Patiënt meldt zich op de SEH met<br />

„atriumfibrilleren‟. Het lopende zorgtraject (met bijbehorend subtraject) met „stabiele angina<br />

pectoris‟ wordt gesloten en een nieuw zorgtraject met subtraject ZT11 voor het atriumfibrilleren<br />

geopend. Wanneer patiënt na het spoedeisende contact wordt doorbehandeld voor „stabiele<br />

angina pectoris‟ wordt het zorgtraject (met bijbehorend subtraject) met „atriumfibrilleren‟ na het<br />

spoedeisende contact gesloten. Er wordt aansluitend opnieuw een zorgtraject met subtraject<br />

ZT11 geopend voor de stabiele angina pectoris. Wanneer echter het „atriumfibrilleren‟ wordt<br />

doorbehandeld loopt het nieuwe zorgtraject met subtraject ZT11 met diagnose atriumfibrilleren<br />

door.<br />

Opmerking<br />

Tijdens een klinische periode is het uitzonderlijk dat er, bij een cardiologische patiënt een dusdanig<br />

nieuw cardiologisch probleem ontstaat waardoor het gerechtvaardigd is om tijdens deze klinische<br />

periode een nieuw zorgtraject te openen.<br />

Voorbeelden<br />

a. Patiënt wordt opgenomen met een myocardinfarct, waarvoor een spoed PCI wordt verricht.<br />

Op de vierde dag van de opname krijgt de patiënt ventrikelfibrilleren die leidt tot het plaatsen<br />

van een ICD. In dit geval wordt het eerste zorgtraject gesloten en wordt een nieuw zorgtraject<br />

voor het ventrikelfibrilleren geopend.<br />

b. Patiënt wordt opgenomen met een myocardinfarct, waarvoor een spoed PCI wordt verricht.<br />

Op de vierde dag van de opname krijgt de patiënt een episode van atriumfibrilleren dat<br />

medicamenteus wordt behandeld en niet leidt tot een verlenging van de opnameduur. In dit<br />

geval moet de ritmestoornis worden gezien als een aan het acute infarct gerelateerd<br />

probleem. In dit geval is er geen sprake van een andere zorgvraag en wordt geen nieuw<br />

zorgtraject geopend.<br />

© DBC-Onderhoud 43 │ 71

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!