Over Unentse soldaten overzee - t schoor udenhout - biezenmortel
Over Unentse soldaten overzee - t schoor udenhout - biezenmortel
Over Unentse soldaten overzee - t schoor udenhout - biezenmortel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoofdstuk 6<br />
27 december 1949<br />
Soevereiniteitsoverdracht Indonesië<br />
Ronde-Tafel-Conferentie<br />
Op 7 mei 1949 kwam er een overeenkomst tot stand tussen de Nederlandse en de<br />
Indonesische onderhandelaars. Nederland beloofde Djokjakarta te ontruimen ten gunste van<br />
de republikeinse leiders. Beide partijen zouden zich onthouden van militaire activiteiten. Een<br />
definitieve overdracht zou geregeld worden door middel van een Ronde-Tafel-Conferentie.<br />
De beide legerleiders zouden in overleg bepalen hoe Nederland bij een definitieve<br />
vredesregeling de bevoegdheden kon overgedragen. De <strong>soldaten</strong> ter plaatse moesten<br />
ondertussen de zaak wel overeind houden. De schermutselingen gingen door. Naast het<br />
TNI-leger waren er ook groepen communistische en islamitische vrijheidsstrijders, maar<br />
vooral benden van Rampokkers, die zich ook tegen dat leger verzetten. Voor hen gold geen<br />
Ronde-Tafel-Conferentie. Dergelijke troepen trokken zich terug in moeilijk te bereiken<br />
berggebieden en sloegen toe wanneer ze de kans kregen en mengden zich steeds meer “in<br />
burger” onder de bevolking. Uitzichtloosheid en gebrek aan voertuigen en materialen<br />
zorgden bij de Nederlandse <strong>soldaten</strong> voor veel matheid, maar het werk moest wel doorgaan.<br />
Het oorlogsdagboek van de 2 e Infanterie Brigadegroep van de 7-Decemberdivisie gaf op 18<br />
mei aan dat de overeenkomst een nadelige invloed op het moreel had en stelde dat er haast<br />
sprake was van verzet.<br />
De dood van generaal Spoor<br />
Ze kwamen hen niet elke dag tegen, maar de <strong>soldaten</strong> luisteren naar hun leiders, zeker in<br />
moeilijke situaties. Generaal Simon Spoor was onbetwist de leider van de Nederlandse<br />
manschappen in Nederlands-Indië. Deze viersterrengeneraal genoot van de <strong>soldaten</strong> veel<br />
waardering voor zijn optreden, ook naar zijn manschappen toe. Zijn pogingen om tot betere<br />
verhoudingen met het Indonesische leger te komen, waren bekend. Iedereen wist dat hij van<br />
oordeel was, dat de eerste politionele actie door de politiek te snel werd afgebroken, zodat<br />
de Nederlandse <strong>soldaten</strong> in een ongunstige situatie terecht waren gekomen. Het leger onder<br />
leiding van generaal Spoor had nog veertien dagen de ruimte moeten krijgen was de<br />
algemeen gedeelde opinie van de generaal en zijn manschappen. Ook zijn plan om tijdens<br />
de tweede politionele actie parachutisten in te zetten, die samen met snel oprukkende<br />
veldtroepen in Djokjakarta, Soekarno en zijn staf gevangen namen, had onder de <strong>soldaten</strong><br />
veel goodwill gekweekt. Toen Soekarno en zijn staf na verloop van tijd onder internationale<br />
politieke druk weer vrij rondliepen, beseften de <strong>soldaten</strong> in het veld, dat alles voor niets was<br />
geweest. Hoe moet Spoor zich toen gevoeld hebben? Hij had als legercommandant de strijd<br />
gewonnen, maar werd door de politiek verslagen. Hij was het er mee eens dat Indonesië<br />
onafhankelijk moest worden. Als echte soldaat kon hij niet tegen het politieke<br />
gemarchandeer. Het kostte hem dagelijks manschappen tegen het sterker wordende TNIleger.<br />
Hij kreeg last van hartklachten en overleed onverwachts op 25 mei 1949 in een militair<br />
hospitaal. Zijn manschappen reageerden geschokt en vloekend op de officiële<br />
radioberichten. Toen daar nog geruchten overheen kwamen van een voedselvergiftiging,<br />
gepleegd door officieren die bezig waren een complot tegen Spoor te smeden, waren de<br />
<strong>soldaten</strong> letterlijk en figuurlijk verslagen. Wat was waar of niet waar? Daar kwam men zeker<br />
in het veld niet achter, maar de <strong>soldaten</strong> waren hun vertrouwde gezaghebbende legerleider<br />
kwijt. Alle manschappen op de buitenposten volgden zijn begrafenis via de beschikbare<br />
dienstradio in stilte. De <strong>soldaten</strong> hadden meermalen het ceremonieel van een militaire<br />
begrafenis met een eresaluut boven graven van makkers meegemaakt en wisten wat het<br />
betekende. Hun reacties op al de speeches bij zijn uitvaart waren niet van de lucht: “As ge<br />
dood zijt, dan bende pas unne goeie”. Ook gouverneur generaal Dr. Van Mook was al<br />
46