05.09.2013 Views

Pentagram 2007 nr. 2

Pentagram 2007 nr. 2

Pentagram 2007 nr. 2

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

pentagram<br />

ß...Orpheus, de zanger-dichter, ging de wereld rond, leerde de<br />

wijsheid en de wetenschappen aan vele volken en stichtte de<br />

orfische mysterie« n die aan Dionysos gewijd waren. Zijn<br />

droeve e¤ n vreugdevolle verhaal van het verlies van Eurydice<br />

is de ware geschiedenis van het eeuwige roepen van de geest,<br />

die de eeuwigheidsziel wil vrijkopen uit de lichtloze gebieden<br />

om met haar verenigd in de lichtende landen van het<br />

goddelijke te leven...ý<br />

3<br />

5<br />

10<br />

16<br />

20<br />

22<br />

25<br />

30<br />

31<br />

34<br />

Inhoud<br />

‘morgen word ik wakker ’<br />

Dionysos,<br />

een eeuwigheidsimpuls in de tijd<br />

...Er was noch stilte<br />

noch geluid<br />

De storm van Dionysos en de<br />

harmonie van Apollo<br />

Orpheus ^<br />

de mysteriegodsdienst<br />

Orpheus ^ de mythe<br />

Het gezang van Orpheus<br />

Het orfisch wereldei<br />

Friedrich Nietzsche als arts<br />

‘de drie sleutels’<br />

29 ste jaargang <strong>nr</strong>. 2<br />

maart/april <strong>2007</strong><br />

Omslag: Rudolph Bauer.<br />

Das Geistreich, 1930<br />

Dionysos op een luipaard, Romeins<br />

moza|«ek uit de eerste eeuw na Chr.,<br />

in het Archeologisch Museum te<br />

Thessaloniki, Griekenland<br />

(Bridgeman Art Library)


witte gedichten 1<br />

‘morgen word ik wakker’<br />

dat zeg ik tegen mezelf, al een hele tijd.<br />

maar ik weet dat het nu gaat gebeuren.<br />

morgen word ik wakker,<br />

en alles zal anders zijn.<br />

ik zal de wereld met andere ogen zien.<br />

ik zal alle kleuren en klanken<br />

van de wereld van morgen<br />

zien en horen en onderscheiden.<br />

ik zal een andere taal spreken ^<br />

detaalvandezielenhethart.<br />

alle verdriet en zorgen zullen verdwijnen,<br />

want alleszal anderszijn<br />

in de morgen<br />

waarin ik wakker word.<br />

wiede taal van de ziel spreekt,<br />

kent verdriet noch smart.<br />

de melodie van dekomendedag<br />

is al gecomponeerd;<br />

dat weet ik heel goed.<br />

haarpure toon begin ik tehoren ^<br />

en straks stem ik erin mee.<br />

dat zal een ontwaken zijn!<br />

nooit val ik meer in slaap,<br />

ik cree« er geen nieuwe waanbeelden meer;<br />

niet langer waar ik rond in een troebele en<br />

ondoorzichtige wereld.<br />

detransparantehelderheidvanmijndagvanmorgen<br />

is water uit een levende bron ^<br />

jekunt jedorst erniet genoeg meelessen.<br />

hoe kan men verzadigd raken<br />

van iets wat heilig is?<br />

ik weet dat ik morgen zal ontwaken.<br />

ik zie een steren een lichtstraal;<br />

vaak zie ik een ster,<br />

gebroken glinsterend in goud en zilver,<br />

en toch bereikt haarlicht mijn hart.<br />

daar,daar is de poort dieleidt<br />

naarmorgen;<br />

een stralende ingang,<br />

een wereld die wacht en anders is.<br />

zie, ik doe een stap...<br />

3


Dionysos<br />

een eeuwigheidsimpuls in de tijd<br />

Wie was Dionysos? Verschillende historici<br />

probeerden het geheim van deze god te ontsluieren<br />

en filosofen en religiewetenschappers<br />

lichtten zijn mythe door. De verering van<br />

Dionysos verspreidde zich in het gebied van de<br />

Middellandse Zee, Klein-Azie« , Egypte en India.<br />

Verschillende bronnen berichten dat de<br />

oorsprong ervan inThracie« was, het huidige<br />

Bulgarije. Thracie« zag men als het heilige land,<br />

het ‘land van het licht’, omdat daar de oude<br />

heiligdommen van Zeus, Kronos en Uranos<br />

staan. Daar vind je ook oeroude heiligdommen<br />

van Dionysos. In een van de oudste overleveringen<br />

uit Thracie« wordt gezegd: ßIn het begin<br />

schiep de tijd het zilveren wereldei. Daar kwam Phanes<br />

Dionysos uit. Hijis tweeslachtig en draagt het zaad van<br />

alle goden en mensen in zich.ý<br />

Inderdaad is het zeer waarschijnlijk dat de<br />

Dionysoscultus zichvanThracie« viadezijderoute<br />

over de wereld verspreidde (zie ook pentagram<br />

2006 nummer 3). In de OudeWereld genoot<br />

Dionysos grote verering. Als men zich evenwel<br />

alleen laatleiden door dehistorische invalshoek<br />

zal de diepgang, die heel andere werkelijkheid<br />

van de Dionysos-idee, zich aan het bewustzijn<br />

ontrekken. Er moet een niveau van innerlijk<br />

weten aanwezig zijn om in Dionysos die naamloze<br />

maar steeds opnieuw naamgegeven eeuwigheidsimpuls<br />

te ontdekken die sinds het begin<br />

van zijn bestaan actief is in de wereld en in<br />

de mensheid. Deze impuls komt als boodschap<br />

tot de mens en alle mensheidsperioden weerspiegelen<br />

deze in aangepaste woorden en beelden.<br />

Vastgelegd in heilige geschriften is hij als<br />

een lichtende straling merkbaar in de mythen<br />

en sprookjes van de volkeren. De Grieken namen<br />

deze impuls op hun manier over in hun<br />

mythologie. In een van hun mythen is Diony-<br />

Dionysos. Skulptuur aan de oostzijde van het Parthenon<br />

(Athene),doorPhidias,ca.450-430voorChr.<br />

5


sos de ‘trigonos’, de driemaal geboren zoon van<br />

Zeus. De god verwekt Dionysos bij de aardmoeder<br />

Demeter. Na deze geboorte bestijgt het<br />

kind Dionysos de goddelijke troon. Hij wordt<br />

door de titanen gedood terwijl hij zich in de<br />

spiegel bekijkt. Zij scheuren hem aan stukken<br />

en verslinden hem. Maar zijn hart wordt door<br />

hen over het hoofd gezien, en het is Athene, de<br />

goddelijke wijsheid, die het redt. Zij geeft het<br />

aan Zeus die het in zich opneemt. De titanen<br />

verbranden door een bliksemschicht van de<br />

godenvader en de as van hun verkoolde lichamen<br />

verandert in de stof waaruit ook de mensen<br />

ontstaan.Opnieuw verwekt Zeus een zoon,<br />

deze keer bij de sterfelijke vrouw Semele. Zij<br />

kan de god niet zien; als sterfelijke vrouw kan<br />

zij zijn aanblik niet verdragen en verbrandt.<br />

Zeus redt zijn kind uit haar stervende lichaam<br />

en dat is de tweede geboorte van Dionysos.<br />

De god voldraagt zijn zoon nu in zijn dij. De<br />

geboorte van Dionysos uit het lichaam van de<br />

godheid is zijn derde geboorte. Nu draagt hij de<br />

bijnaam ‘Iacchos’ wat onder andere ‘lichtbrengende<br />

ster’ betekent. Hermes, de Griekse boodschapper<br />

van de goden, geeft het net geboren<br />

kind aan de nimfen van Nias, die het in stilte en<br />

eenzaamheid opvoeden.Uit deze stilte komt de<br />

godenzoon de wereld binnen. Met zijn energie<br />

doordringt en verovert hij de wereld; als ‘lyaios’,<br />

hij die alle menselijke zorgen wegneemt, en als<br />

‘soter’, redder uit alle nood. Hijhuwt de eenzame<br />

Ariadne, die zich van haar trouweloze geliefde<br />

Theseus heeft afgewend. Door de ‘hieros gamos’,<br />

het heilige huwelijk, bereikt Ariadne onsterfelijkheid<br />

en stijgt met Dionysos op naar de hemel.<br />

In de mythe herkennen wij de voortdurende val<br />

van de eens goddelijke schepping.God ^ bij de<br />

Grieken weergegeven als Zeus ^ wil zich openbaren<br />

en zendt zijn energie in Demeter, de oermaterie.<br />

Daarin ontstaat de oorspronkelijke microkosmische<br />

schepping. Deze is e¤ e¤ n met God,<br />

en groeit in een voortdurende wisselwerking van<br />

krachten met Hem. Maar de krachten van de<br />

materie, weergegeven als de titanen, maken zich<br />

geheel meester van het godenkind. Alleen diens<br />

hart, zijn innerlijke geestelijke essentie, blijft behouden<br />

en wordt door de goddelijke energie<br />

6<br />

weer opgenomen.<br />

Plutarchus,de Grieksehistoricus dieleefde van 46<br />

tot 127, spreekt over het hart van Dionysos als de<br />

‘anima mundi’, de wereldziel, het bezielende<br />

element van de macrokosmos. De levensvormen<br />

kristalliseren als zij gegrepen worden door eigenwilligheid<br />

en zelfhandhaving. De goddelijke<br />

energie wordt door hen niet meer op harmonische<br />

wijze ervaren, maar als donder en bliksem.<br />

Op de spanningsboog die zodoende ontstaan is,<br />

ontlaadtdegoddelijkekrachtzichenlostdie<br />

vormen op die niet overeenstemmen met de<br />

goddelijke idee. Eens gebeurde dit als karmische<br />

catastrofe, als een donderslag werd toen ons<br />

universum ‘geboren’. Maar het herhaalt zich<br />

voortdurend in de thans ontwikkelde ‘kleinere<br />

wezens’, de sterfelijke mensen. In hen is een vermenging<br />

van krachten actief; namelijk de titanische,<br />

dialectische krachten en een restje van de<br />

oorspronkelijke goddelijke energie. En het is een<br />

groot wonder dat dit lichtelement in de gestalte<br />

van de duisternis, het materie« le lichaam, nog<br />

werd achtergelaten.Goethe laat Mefisto in zijn<br />

Faust hierover zeggen:<br />

ßIk ben deel van het deel,dat vroeger alles was,<br />

deel van het duisterdat hetlicht heeft voortgebracht,<br />

dat trotselicht datsinds die tijd<br />

de heerschappij van moeder nacht bestrijdt.<br />

Maar ’t is een tweegevecht dat het nooit wint<br />

omdat het zich aan iederlichaam bindt.ý 1<br />

Dionysos<br />

De naam ‘Dionysos’ (Zeus-zoon) is in ‘het<br />

zandige Pylos’ aangetroffen op kleitabletten<br />

in Linear B-schrift. Dionysos werd dus al<br />

vereerd in de Myceense tijd (1400 -1100 v. C.).<br />

Men zegt wel dat de cultus van de god door<br />

invloeden uit Klein-Azie« werd gevormd, omdat<br />

soortgelijke opvattingen in Lydie« en Phrygie« zijn<br />

teruggevonden.Ook wijst men op invloeden uit<br />

Kreta en zou Dionysos dus, via een omweg, op<br />

het Griekse vasteland terechtgekomen zijn.


Het vermengen van de verschillende<br />

soorten energie is de verklaring voor het<br />

feit dat Dionysos steeds weer gerelateerd<br />

wordt aan waanzin, extase en gruweldaden.<br />

De verbinding van materie en geest,<br />

de gevangenschap van het licht in de stof,<br />

veroorzaakt o<strong>nr</strong>ust en gisting in de mens.<br />

De mens wordt door Dionysos, de innerlijke<br />

goddelijke essentie, steeds weer gestimuleerd<br />

zijn leven een andere richting te<br />

geven. Er komen in hem vreemde idealen,<br />

voorstellingen en ideee« nop.Doorde<br />

tegenstelling van idealen met het gewone<br />

leven ontstaat een innerlijk conflict. Het<br />

leven van de geest kan niet op een lijn<br />

gesteld worden met het leven in de gevallen<br />

natuur. Maar het lijkt wel of de mens<br />

niet anders kan dan toch de geestelijke<br />

idealen proberen te verwerkelijken in de<br />

materie« le wereld. De hoop daardoor een<br />

beter leven te krijgen leidt tot talrijke experimenten.<br />

De mens tracht het onmogelijke<br />

te bereiken, raakt daardoor steeds<br />

meer verstrikt in de materie en cree« ert<br />

veel leed voor zichzelf en zijn medemens.<br />

Richt je op het hart van Dionysos<br />

Elk mens ervaart meer of minder sterk deze innerlijke<br />

o<strong>nr</strong>ust,verscheurdheid die ontstaat uit<br />

de vermenging van deze krachten. Hoe vaak<br />

worden wij door gedachten, gevoelens en verlangens<br />

gedreven die ons op het horizontale<br />

vlak houden, hoewel wij toch hooggestemde<br />

idealen willen volgen. Wij doen het Licht onophoudelijk<br />

geweld aan, niet door boze opzet<br />

maar vanwege het feit dat wijuit de materie van<br />

de titanische energie zijn gevormd. Het is een<br />

steeds weerkerend dilemma.<br />

Het oorspronkelijk goddelijke wil zich<br />

losmaken uit de materie maar wordt door het<br />

lichaam, de stof, afgeremd. De materie« le<br />

krachten van deze wereld willen vasthouden<br />

wat zij eenmaal hebben ingepalmd. De mens<br />

wordt voortdurend dieper in de greep van de<br />

materie gedreven; in de geschiedenis van de<br />

mensheid tekent deze situatie zich duidelijk af.<br />

Deze o<strong>nr</strong>ust, de steeds terugkerende ervaring<br />

van waan en dood kan echter leiden tot inzicht<br />

in de eigenlijke opgave. Door deze opgave te<br />

overpeinzen, door gericht te zijn op het hart<br />

van Dionysos, wordt een weg ontsloten die uit<br />

de diepste stoffelijke gebieden terugvoert in het<br />

goddelijke levensveld.God heeft zijn energie in<br />

de mensen laten indalen, in Semele, de sterfelijke<br />

ziel met haar aardse bewustzijn. In haar<br />

kan het goddelijke kind zich ontwikkelen. Zij<br />

In de klassieke tijd (rond 500 v. C.) waren er in<br />

Athene vier jaarlijkse feesten voor deze god, die<br />

verdeeld waren over de wintermaanden, totdat<br />

de lente vaste voet had verkregen, in april.<br />

Tijdens e¤ e¤ nervanmaaktendeGriekse<br />

vrouwen een tocht van Athene en Delphi naar<br />

de met sneeuw bedekte hoogten van de<br />

Parnassus (2500 meter hoog), om door dans<br />

en muziek het daar slapende kind Dionysos te<br />

wekken.<br />

Afbeeldingen hiervan vinden wij terug op vazen<br />

uit Mynos en Mycene.<br />

7


kan echter alleen zijn innerlijke geboorte bewerkstelligen.<br />

Zij mag het niet beschouwen als<br />

gelijk aan haar.<br />

Als de ik-persoon naar het goddelijke reikt,<br />

ontstaat een spanning die deze niet kan<br />

verdragen. De geboorte uit God voltrekt zich in<br />

een zielenlichaam dat zich vormt uit de<br />

geestkern. De mens is geroepen dit mogelijk te<br />

maken. In Dionysos-Iacchos komt dit proces tot<br />

stand. De myste of kandidaat, die de mysterie« n<br />

binnengaat, kan door zijn ontwikkeling en<br />

inzicht de verlossing van de lichtmens bewerkstelligen!<br />

De wordende godenzoon overwint stap<br />

voor stap de krachten van de titanen. Dionysos<br />

en Ariadne, nu als opnieuw geboren zielen,<br />

trekken verenigd het goddelijke levensveld<br />

binnen.Geest en ziel vieren het heilige huwelijk.<br />

In Griekenland vereerde het volk Dionysos ook<br />

als God van de groei. Hier treffen we het uiterlijke<br />

aspect aan van het beschreven proces. De<br />

Grieken vierden door dit grotendeels<br />

onbewuste diepe weten de aankomst van<br />

Dionysos als de aankomst van het licht,van levensvreugde<br />

en van het vreugdevolle groeien.<br />

De mysterie« n<br />

Elke religie relateert in essentie aan deze verbinding.<br />

Elke religie is gekleed in het gewaad<br />

van haar tijd. Het uiterlijke gewaad toont de<br />

Dionysos werd al door de Grieken soms ook wel<br />

Bacchus genoemd. ‘Bacchan’ of ‘baccheuein’<br />

betekent ‘roepen, schreeuwen’. Waarom wilde<br />

men hem wekken?<br />

Ook hier is het fascinerend, hoe beeldend en<br />

abstract de gedachtewereld in de Griekse<br />

Oudheid de goden opvatte.<br />

Dionysos, de god van de vruchtbaar makende<br />

vochtigheid, de wijn en het theater werd gezien<br />

als de kracht van de grenzen en van de<br />

overschrijding daarvan, de ongehoorzaamheid.<br />

De god ook van de afstand en van de Oudheid,<br />

8<br />

kleuren en patronen die gevormd worden<br />

door de verschillende inzichten en het bewustzijn<br />

van haar aanhangers. Daaruit resulteren<br />

bijvoorbeeld de vele stromingen in het<br />

christendom; maar ook de meningsverschillen<br />

onder elkaar. De algemene visie van de volksreligie<br />

is echter nooit de innerlijke weg. De<br />

aanhangers van de Dionysosstroming kenden<br />

naast de zinnenstrelende feesten de uiterlijke<br />

mysterie« n en ten slotte de geheime innerlijke<br />

mysterie« n.<br />

In de uiterlijke mysterie« n maakte men de<br />

algemenekosmische verbanden duidelijk. In de<br />

het verre verleden (Thracie« !). Dionysos stelt een<br />

kracht die direct ingrijpt, die ook wel<br />

gewelddadig kan zijn. Dionysos staat voor<br />

vernieuwing, vreugde en leven.<br />

Hij opent de deuren naar het nieuwe, en ook<br />

naar de ander!<br />

Hij kon het oude doorbreken, hij kon de zelfingenomenheid<br />

(van de stadstaten) en de<br />

beperking totaal doorbreken.<br />

Vandaar dat ook J. van Rijckenborgh Dionysos<br />

associeert met de geest.<br />

Het valt op dat op de afbeeldingen op de vazen


deelhebber wekten de priesters de kennis van<br />

zijn goddelijke afkomst. In de innerlijke mysterie«<br />

n verbonden zij hem met een energie die<br />

hem in staat stelde de weg naar zijn bestemming<br />

te volgen. Er is ons maar weinig overgeleverd<br />

over de innerlijke mysterie« n van Dionysos,<br />

want de essentie van de mysterie« nwerd<br />

overwegend mondeling aan de inwijdelingen<br />

overgedragen. Door alle tijden heen werden<br />

de geheimen in de mysteriescholen beschermd<br />

voor vervlakking en daardoor voor<br />

het verlies van hun kracht.<br />

Bij de inwijding in de hermetische leer zei<br />

dikwijls een spiegel in de hand gehouden wordt<br />

zonder dat die gebruikt wordt als toiletartikel.<br />

Vaak wordt de spiegel vastgehouden achter de<br />

rug van iemand die aankomt of wordt hij hem<br />

aangeboden. Dit is een herkenningsteken.<br />

Toen Dionysos door de Titanen werd<br />

overweldigd, keek hij juist in de spiegel. Daarin<br />

zag hij de afbeelding van zijn lichaamloze zijn<br />

(eidolon). Hij zag zijn lichaamsloze, goddelijke<br />

zielenbeeld, dat ook de mens bezit.<br />

Pindaros (ca. 518-446 v. C.), de grootste zanger -<br />

dichter van Griekenland, zegt hierover in<br />

HermesTrismegistos bijvoorbeeld tegen de<br />

ingewijde leerling: ß... de verborgen waarheden<br />

kunnen slechts een beperkt aantal deelgenoten hebben,of<br />

zelfs helemaal geen. Want het is er zo mee gesteld: zij<br />

zetten kwaadwillende mensen aan tot kwade daden.<br />

Daarom moet men zich hoeden voorde mensen,voor wie<br />

de innerlijke kracht van deze gedachten nog niet te<br />

begrijpen is.ý<br />

Een groot deel van de berichten over de god<br />

Dionysos die elkaar zo tegenspreken kan verklaard<br />

worden door de volkse interpretatie, de<br />

uiterlijke en de innerlijke mysterie« n. Alle<br />

overleveringen en mythen, alle heilige geschriften<br />

en woorden over een waarheid<br />

blijven leeg en krachteloos en vormen kennis<br />

zonder wijsheid, zolang deze niet op vitale<br />

wijze innerlijk beleefd worden. Alleen voor<br />

hem die de uiterlijke gewaden doordringt, valt<br />

alle tegenspraak weg en alle goddelijke namen<br />

worden e¤ e¤ n naam, e¤ e¤ n trilling waardoor de<br />

gehele schepping vibreert.<br />

ßMen kan de hoogste God met alle namen noemen:<br />

Men kan Hem echter geen enkele toekennen.ý 2<br />

Noten:<br />

1. J.W.vonGoethe. Faust,een tragedie; uit het Duits vert.door<br />

A. Postuma. Amsterdam, Atheneum, Polak & Van<br />

Gennep, 2001. Blz. 64,strofe1350<br />

2. Angelus Silesius. DerHimmelistin dir. Zu« rich, Benzinger<br />

Verlag, 1997.Blz.127,vers196<br />

samenhang met een mysterie-inwijding:<br />

ßwant dit alleen is uit de goden voortgekomený.<br />

De jonge Dionysos was zich op het<br />

moment van zijn dood bewust van zijn onsterfelijkheid;<br />

het is werkelijk het ‘oerbeeld<br />

van het leven dat niet vernietigd kan worden’;<br />

als mysteriegod geeft hij deze zekerheid door<br />

aan zijn volgelingen.<br />

In de spiegel wordt het onstoffelijke, het<br />

goddelijke deel van de mens getoond, de<br />

gemeenschappelijke levenssubstantie, die hem<br />

met God verbindt.<br />

9


...Er was noch stilte noch geluid<br />

In de verre schoot van Erebus werd<br />

de zwart gevleugelde nacht geboren,<br />

het aan de wind ontsprongen ei;<br />

en naarmate de tijd vervloog, kwam hieruit voort<br />

de langverwachte Eros<br />

stralend met gouden vleugels<br />

Aristophanes<br />

Wat is schepping? Wat is de eerste oorzaak<br />

van het zijn? Het is een wonder op zich, dat<br />

we ons deze vraag kunnen stellen! En hoe<br />

heeft deze vraag de mens door alle tijden<br />

heen niet beziggehouden. Is het begin van<br />

het zijn in het niet-zijn? Wat is het niet-zijn?<br />

10<br />

ßIn het begin was er alleen chaos. En die<br />

chaos was als een nevel en vol leegteý wordt<br />

in een Chinese scheppingsmythe gezegd. 2<br />

Elke cultuur en elke religie geeft haar eigen<br />

antwoord in de beelden en begrippen van<br />

haar tijd. In de mythen uit de Germaanse


cultuur treffen wij bijvoorbeeld het begrip<br />

‘Gap Ginnunga’ aan. Daar wordt een lege<br />

stilte mee bedoeld, die vol is van magische<br />

krachten. En in het Boek van Dzyan dat aan de<br />

basis ligt van De Geheime Leer van Helena<br />

Blavatsky staat:<br />

Orfische Lichthymne<br />

ßEerstgeborene,<br />

De geboorte van een ster. NASA, 2001<br />

O, u die zich uit het ei van de nacht<br />

hoog in de ether slingert en zich boven<br />

op gouden vleugels reppend,<br />

verheugt,<br />

u die goden en mensen verwekte, licht.<br />

O, u machtige, tere, veel bezongene.<br />

En ondanks dat nog onuitsprekelijk, verborgen,<br />

geheel en al stralend glanzend.<br />

U nam de nacht weg van ons gesloten oog,<br />

omdat u heilige stralen ver over de wereld zendt<br />

en de stilte van de lichtstraal machtig klinken laat.<br />

Koning van de werelden,<br />

u ver schouwende lichtgever aan de aarde,<br />

gever van veel advies, veel uitzaaiende,<br />

glanzende wereldzaailing.<br />

Laat het geluk van de volkeren ontkiemen,<br />

zaai stralen en strijk met uw licht<br />

over alle gesloten oogleden,<br />

en stuur leven naar beneden,<br />

licht en liefde;<br />

twee gestalten.ý 1<br />

ßWaar was de stilte? Waar waren de oren om<br />

die waar te nemen,te horen? Nee, er was<br />

noch stilte, noch geluid, niets dan ononderbroken<br />

eeuwige adem, die zichzelf niet<br />

kent.ý 3<br />

De drang de dingen diep te doorgronden, de<br />

11


...Er was noch stilte noch geluid<br />

zin en de oorsprong van het bestaan te<br />

begrijpen, is de mens aangeboren. Ee¤ n<br />

voorbeeld van deze drang is de moderne wetenschap<br />

die met talloze theoriee« n en veel researchwerk<br />

probeert de oorsprong van de<br />

wereld met zijn samenhangen en wetmatigheden<br />

te doorzien.<br />

Denken wij in deze context bijvoorbeeld aan de<br />

oerknaltheorie, het onderzoek van materie en<br />

antimaterie, of de relativiteitstheorie.<br />

Ook de aanhangers van de orfische leer formuleerden<br />

duizendenjaren geledenhun antwoord<br />

op de vraag naar de oorsprong. Voorhenwas de<br />

oergrond van het leven de godin van de nacht,<br />

Nyx. Zij stelden haar voor als een vogel met<br />

zwarte vleugels. De eigenschappen van de<br />

nacht zijn duisternis en stilte. In zijn ondoordringbaarheid<br />

is hij als het niets, en toch is hij<br />

alles, want in hem is elke mogelijkheid<br />

verborgen. De nacht van de oermaterie wordt<br />

nu bewogen doorAithir,de goddelijke adem,de<br />

dynamische vaderkracht van de geest. Door de<br />

goddelijke impuls wordt het openbarende door<br />

het scheppende principe in beweging gebracht,<br />

bevrucht. Dan ontstaat het wereldei. Het ei<br />

geldt als de volmaakte vorm. Het is de oervorm<br />

van alle dingen,van atoom tot wereldbol. De<br />

bol en de cirkel waren bij alle volkeren het<br />

symbool van de eeuwigheid. Het heeft de kiem<br />

van het leven in zich. Ieder mens is bewoner<br />

van een eivormig stralingsveld, het microkosmisch<br />

stelsel, in het midden waarvan het zaad<br />

rust voor de geboorte van de werkelijke mens.<br />

Het wereldei uit de orfische overlevering brengt<br />

Eros voort na de bevruchting door de geest. Dat<br />

is de tweeslachtige god van de eeuwige goddelijke<br />

liefde.Ook werd hij Protogonos genoemd,<br />

dat betekent ‘eerstgeborene’. Daarmee werd de<br />

oorspronkelijke,uit God geboren, eerste mens<br />

12<br />

bedoeld. De gouden vleugels symboliseren zijn<br />

verbinding met de kracht van de goddelijke<br />

liefde waaruit en waarmee hij werkt. Maar, gaat<br />

de orfische overlevering verder, het wereldei<br />

werd dooreen slangomwonden en brak intwee<br />

stukken.Uit de volmaakte vorm, de geboorteschoot<br />

van de goddelijke liefde, ontstaat<br />

derhalve een in tweee« n gedeelde wereld, die in<br />

een voortdurend scheppingsproces, beginnend<br />

met Gaia, de aarde, steeds meer verschijningsvormen<br />

voortbrengt. De slang symboliseert<br />

hier het egocentrisme, dat in de eerste<br />

schepping actief werd en nu nog actief is.<br />

Daardoor werd het volmaakte evenwicht<br />

tussen het mannelijke en vrouwelijke principe<br />

verstoord. Het vrouwelijke principe dat volgens<br />

haar voortbrengende, barende aard een<br />

principe van volmaaktheid is,vond haar eigen<br />

activiteit aantrekkelijk en verlangde naar steeds<br />

meer, naar voortbrengen zonder overgave. 4<br />

Alles is energie<br />

Als wij de orfische scheppingsmythe beschouwen<br />

met het uitgangspunt van de moderne<br />

wetenschap dat alles energie is, welk beeld zien<br />

wij dan voor ons?<br />

Er is een oersubstantie, een ongevormde, stille<br />

energie van het oerbegin. Men kan deze<br />

‘duisternis’ noemen omdat die geen vorm<br />

kent. Men kan deze toestand ‘chaos’ noemen<br />

omdat er ^ ogenschijnlijk ^ geen ordening is.<br />

Ook kan men die oersubstantie ‘het niets’<br />

noemen. Maar er pulseert een ongeordende,<br />

ongevormde energie in, die al het zijn stimuleert.<br />

Deze oersubstantie wordt door de goddelijke<br />

energie doorstraald. De goddelijke<br />

kracht is dan als een gebundelde energie die<br />

als een lichtstraal de oersubstantie trof, deze


dynamiseerde, en vormgevend en ordenend<br />

erop inwerkte. Als wij over vormgeving<br />

spreken, moeten wij ons niet de vormen van<br />

de stoffelijke wereld voorstellen zoals wij die<br />

thans kennen. Er was geen verdichting tot<br />

materie. Er was alleen zuivere energie die<br />

door de activiteit van de goddelijke straling<br />

richting en ordening kreeg. De energie werd<br />

geconcentreerd en gebundeld. Op die manier<br />

ontstonden energievelden, energiestelsels,<br />

waarin de krachten van de oersubstantie cirkelden<br />

rond het ordenende middelpunt van<br />

goddelijke, vormgevende impulsen. Dit beeld<br />

treffen wij aan in de opbouw van het atoom,<br />

waarin elektronen en protonen cirkelen rond<br />

de atoomkern, en ook bij de elliptische omloopbanen<br />

van de planeten. Het is de oorspronkelijke<br />

vorm, het wereldei. Hier zien wij<br />

ook de oorspronkelijke mens als een concentratie<br />

van zuivere energie die in ellipsvormige<br />

banen cirkelt, rond een uit goddelijke kracht<br />

gevormd middelpunt. Het stelsel mens werd<br />

door de goddelijke kracht, door de alomvattende<br />

liefde gevoed en was met die oerkracht<br />

verbonden in een onophoudelijke levendige<br />

uitwisseling (de twee vleugels van de eerstgeborene).<br />

Op zeker moment kwam uit het innerlijk van<br />

de oerwereld een impuls, die de goddelijke<br />

ordening verstoorde en een eigen, afwijkende<br />

vorm van ordening en vormgeving veroorzaakte.Op<br />

symbolische wijze wordt dit proces<br />

dan afgebeeld door de slang. Toch wordt de horizontale<br />

energiestroom van de slang onophoudelijk<br />

doorkruist door de verticale goddelijke<br />

stroming. Je ziet hier al de vorm van het<br />

kruis ontstaan. En wat is het gevolg? De goddelijke<br />

kracht heeft zijn schepping niet<br />

verlaten, maar de horizontaal geworden ener-<br />

giestroom kan er niet meer op de oorspronkelijke<br />

wijze mee overeenstemmen. De wereld<br />

wordt op zo goed mogelijk wijze in leven<br />

gehouden. In plaats van de ordening van het<br />

oerbegin werd een ‘noodordening’ van kracht.<br />

Allesisrelatief<br />

De mens zoals wij hem heden kennen is een<br />

onderdeel van onze wereld van veelheid. Hij<br />

leeft in een illusoire wereld als in de virtuele<br />

wereld van een computerspel.Oorspronkelijk<br />

goddelijk wordt hij telkens weer opgebroken<br />

door het ontstaan en vergaan, door de voortwoekering<br />

van deze wereld. In de massa verschijnselen<br />

heeft hij zijn orie« ntering verloren.<br />

Gevangen in de chaos van zijn zinnen blijft hij<br />

^ gezien vanuit zijn echte bestemming ^<br />

zinloos. Hij is de Eros zonder vleugels, een<br />

verloren god, een godheid die sinds incarnaties<br />

het water van de Lethe, het water van vergetelheid<br />

drinkt. Hij is zich niet meer bewust van<br />

zijn goddelijke oorsprong, maar in zijn ziel<br />

heerst een groot verlangen naar de heerlijkheid<br />

van toen, naar de gouden vleugels van de geest.<br />

De kennis van deze toestand van de mens was<br />

een centraal bestanddeel van de orfische leer en<br />

klinkt door in de woorden van een fragment<br />

van een orfische tekst:<br />

ßHoe zij rondwaren in de oneindigheid van het<br />

universum, hoe ze dwarrelen en elkaar zoeken,die<br />

ontelbare zielen,die uit de grote wereldziel te voorschijn<br />

komen. Zij vallen van planeet naar planeet en bewenen<br />

in de afgrond het verloren vaderland...ý 5<br />

De mensen van onze tijd beginnen onder de<br />

invloed van Aquarius te bevroeden dat de<br />

wereld en de mensheid niet zijn zoals zij lijken<br />

13


...Er was noch stilte noch geluid<br />

te zijn. Zij worden hier steeds zekerder over.<br />

De realiteit wordt steeds relatiever. Men ziet<br />

geleidelijk duidelijker hoezeer men afhankelijk<br />

is van het bewustzijn van de beschouwer. Veel<br />

mensen houden zich bezig met de vraag of de<br />

werkelijkheid niet gecree« erd wordt door dat<br />

bewustzijn. Ook de materie blijkt heel anders<br />

te zijn dan wij eens geloofden. Men heeft ingezien<br />

dat materie energie is in verschillende<br />

gradaties van verdichting. Alle materie bestaat<br />

uit magnetische velden van energie. Door de<br />

werking van deze krachtvelden ontstaat weerstand<br />

die een indruk geeft van hardheid. De<br />

weerstand die je ondergaat als je tegen een<br />

rotswand aanloopt is dus niet me¤ e¤ rmaterieel<br />

dan de kracht waarmee twee magneten aangetrokken<br />

of afgestoten worden. Iets wat geen<br />

positieve of negatieve lading heeft, neutraal is,<br />

zou elke vorm van materie kunnen doordringen.<br />

De mensen hebben de relativiteit van de<br />

materie, de realiteit,tijd en ruimte herontdekt,<br />

want deze kennis is niet nieuw. Door alle tijden<br />

heen werden de wetmatigheden van onze<br />

wereld onderwezen, in scholen en besloten gemeenschappen.<br />

Nieuw zijn de beelden en de<br />

taal. Nieuw is ook de grote interesse van een<br />

groot aantal mensen in deze dingen.<br />

De mensheid heeft een punt in haar ontwikkeling<br />

bereikt waarop de verstandelijke<br />

vermogens zodanig zijn gerijpt dat ze dit weten<br />

kunnen omvatten. Maar als wij alle antwoorden<br />

kennen, als wij de wereld tot in zijn<br />

grootste en kleinste delen hebben onderzocht,<br />

zijn wij dan een stap dichter bij de verlossing<br />

gekomen? ßAl zouden we alles kennen wat te weten is,<br />

maarhadden deliefde niet,dan waren wij niets.ý 6<br />

Soms zou je denken dat we ons nog steeds daar<br />

bevindenwaar wij duizendenjaren geleden zijn<br />

14<br />

begonnen. Wij wenen in de diepte van het<br />

bestaan om ons verloren vaderland.<br />

De wateren van Mnemosyne<br />

De ziel kan niet anders dan zich afwenden van<br />

de wateren van de Lethe ^ die immers haar<br />

dorst nooit zal lessen ^ om terug te kunnen<br />

keren naar haar verloren vaderland. In plaats<br />

daarvan moet zij van het water drinken uit de<br />

bron van Mnemosyne, de godin van de gave<br />

van herinnering. Dan kan het microkosmische<br />

stralingsveld,tot nu toe vol van de krachten van<br />

deze wereld, weer goddelijke energie opnemen,<br />

tot dit straalt in het zuivere goud van de goddelijke<br />

mens.<br />

In zijn ervaring van het mysterie herkende en<br />

onderging de orfische ingewijde het lijden van<br />

de eens goddelijke mens, de smart van het verscheurd<br />

zijn in de wereld van ontelbare verschijnselen.<br />

De aanhangers van Orpheus zagen het als hun<br />

opgave om een weg te gaan van loutering en<br />

zuivering, die hen weer zou terugvoeren naar<br />

de volmaakte vorm, de eenheid met de goddelijke<br />

oorsprong.<br />

Op die weg,die in de mythe vanOrpheus wordt<br />

beschreven,vibreert de eerste toon al van het<br />

latere Christusmysterie.Orpheus ^ de naam<br />

betekent ‘hij die door het licht geneest’ ^<br />

bracht de mens het licht van inzicht in zijn<br />

gevallen toestand. Hij bereidt de mensheid<br />

aldus op een impuls voor, die zich pas later, met<br />

het offer van Christus,volledig manifesteert.<br />

Jezus (Joshua betekent ‘De heer geneest of<br />

redt’) Christus (Christos is Grieks voor<br />

‘messias’, wat betekent ‘met olie gezalfde’) is de<br />

bemiddelaar tussen God en mens. Hij voegt bij<br />

de kennis van de gevallen menselijke staat de


kennis over de<br />

goddelijkheid<br />

die in de mens<br />

is. In de gnostieke<br />

opvatting<br />

is Jezus geen god<br />

maar een boodschapper,die<br />

de mens<br />

suggereert ‘zichzelf te<br />

herinneren, door het goddelijke<br />

in zichzelf te leren zien’.<br />

Als deze kennis in de mens werkelijk<br />

doorbreekt, is het alsof een donkere nacht hem<br />

aan alle kanten omgeeft. Maar de nacht wordt<br />

in een flits verlicht door een bliksemschicht van<br />

waarheid. Alles schijnt ondergedompeld te zijn<br />

in een helder licht. De mens ervaart gedurende<br />

een deel van een seconde de opgave en de<br />

betekenis van het leven. Hij ondergaat wat de<br />

wereld in haar diepste innerlijk samenhoudt:<br />

ßwant onvolkomen is ons kennen en profeteren. Maar als<br />

het volmaakte komt, zal het onvolmaakte afgedaan<br />

hebben.ý 7<br />

Wie dat moment beleeft, kan niet meer blijven<br />

die hij eerder was. In hem is de eerste steen<br />

gelegd voor een ingrijpende verandering.<br />

Daardoor ontstaat de mogelijkheid een heel<br />

andere levensrichting in te slaan. Je bent als<br />

mens weleens bang voor het vreemde, het<br />

andere. Door het licht van de waarheid<br />

onderga je de duisternis nog krachtiger. Tegelijkertijd<br />

ervaar je dat er een ontwikkeling<br />

voor je ligt, waardoor je de duisternis achter je<br />

kunt laten. De katalysator is het vertrouwen in<br />

het goddelijke kernprincipe. Als wij ons<br />

daaraan toevertrouwen, leidt het ons uit de<br />

veelheid de eenheid binnen. Deze verandering<br />

beschrijft Rainer Maria Rilke in zijn gedichtencyclus<br />

Die Sonnette anOrpheus:<br />

ßWees ^ en ken tegelijk<br />

de voorwaarde<br />

van het<br />

niet-zijn, de oneindige<br />

diepte van je eigen<br />

vibratie; verwerkelijk<br />

die nu eens geheel<br />

en al.ý 8<br />

Aldus ontstaat opnieuw de<br />

volmaakte vorm, waaruit de<br />

herboren Eros oprijst, stralend met<br />

gouden vleugels.<br />

Noten:<br />

1<br />

Edith Hamilton. DasgrosseBuch derklassischenMythen;<br />

vert.uit het Engels. Mu« nchen,GoldmannVerlag, 2005,<br />

blz. 89.Oorspronkelijke uitgave: Mythology: Timeless<br />

Tales of Gods and Heroes. 1942.<br />

2<br />

Barbara C. Sproul. Primal Myths: Creation Myths around the<br />

World. NewYork, Harper Collins, 1991<br />

3<br />

H.P. Blavatsky. De Geheime Leer; vert.uit het Engels,<br />

diverse uitgaven<br />

4<br />

Eduard Schure¤ . DegroteIngewijden;vijfdeboek:Orpheus (de<br />

mysterie« n van Dionysos) vert.uit het Frans. Amsterdam,<br />

Schors, 1992 (7 e dr.)<br />

5 Idem<br />

6<br />

Paulus, 1 Corinthie« rs 13:2<br />

7 Paulus, 1 Corinthie« rs 13:9-10<br />

8<br />

RainerMaria Rilke.DieSonetteanOrpheus. Frankfurt am<br />

Main, Inselverlag, 1959,blz.45, 13e sonnet.Ook<br />

verschenen als Desonetten aanOrpheus;een Duits-<br />

Nederlandse uitgave van DieSonetteanOrpheus; vert.,<br />

ingel. en van aant.voorzien doorW. Blok en C.O.<br />

Jellema. Baarn, Ambo, 1983<br />

Boven: Romeins moza|«ek met een voorstelling van Dionysos,<br />

waarschijnlijk afkomstig uit een inwijdingstempel.<br />

15


De storm van Dionysos<br />

en de harmonie<br />

van Apollo<br />

Rechts: Apollo en<br />

de Rozen.Olieop doek, Giorgio de<br />

Chirico, 1974.<br />

Prive¤ collectie<br />

Peter Willi/<br />

Bridgeman Art<br />

Library<br />

Op de vraag van Koning Midas naar het<br />

allerbeste,voortreffelijkste, aan de wijze<br />

Silenus, de peetvader en gezel van<br />

Dionysos, staart deze ontoegankelijk<br />

voor zich uit en zwijgt lang.Uiteindelijk<br />

zegt hij hees en met een wreed lachje:<br />

ßEllendig eendagsgeslacht, kinderen van toeval<br />

en moeite,dwing je me je te zeggen wat het voordeligste<br />

voor je is? Het allerbeste is helemaal<br />

onbereikbaar voor je: niet geboren zijn, niet-zijn,<br />

nietszijn. Het beste wat volgt is echter: spoedig te<br />

sterven.ý<br />

Met die woorden slaat hij elke hoop op<br />

de eigen voortreffelijkheid de bodem in<br />

en vernietigt hij het verlangen naar<br />

schone schijn. Hij dwingt hem de blik te<br />

richten op een waarheid waar de vraag<br />

van koning ‘ik’ helemaal niet op doelde.<br />

Uit het onverbloemde antwoord van<br />

Silenus is de oervorm van de Griekse<br />

tragedie, het Griekse koor, als koor van<br />

saters voortgekomen. Een koor dat de<br />

andere kant laat zien van de mooie homerische<br />

mythen en met een starre blik<br />

die kille waarheid uitdrukt. Het gelaat<br />

van deze god laat de zo bekoorlijke<br />

figuren van Homerus verbleken en<br />

beven.Ongeveer op die manier beschreef<br />

Nietzsche dit in zijn boekover de Griekse<br />

tragedie.<br />

Silenus geldt als de vader van de saters.<br />

De saters zijn half mens, half dier, die al<br />

door hun voorkomen wijzen op de<br />

halfheid van de natuur, waarmee en<br />

waarin de aardse mens heeft te leven.<br />

Alleen al door zijn nuchtere inzicht<br />

ontneemt hij ons elke mooie schildering<br />

van onze levenstoestand. Zijn ontoegankelijke<br />

blik en zijn hese stem<br />

16<br />

laten alle opgewekte akkoorden van<br />

onze schijnwerkelijkheid abrupt wegebben.<br />

Het verlangen naar schijn deed de<br />

koning zijn vraag stellen, het antwoord<br />

deed echter in hem een gevoel van ontevredenheid<br />

opkomen. Maar het is een<br />

vruchtbare o<strong>nr</strong>ust, die het verlangen<br />

naar de waarheid in ons wil doen ontwaken.<br />

Het eerste aspect van Dionysos werkt in<br />

de voortdurend veranderende aard van<br />

alle verschijnselen. De mens is deel van<br />

deze natuur en tegelijkertijd is de dionysische<br />

kracht in hem gebonden. Met zijn<br />

verstand probeert hij deze kracht te<br />

bereiken en streeft hij naar de volmaaktheid.<br />

Hij moet daarbij ervaren dat hij als<br />

vorm in de materie in feite onbeduidend<br />

is en dat hij met al de hem ter beschikking<br />

staande middelen en methoden<br />

niet kan doordringen tot zijn diepere<br />

dimensie. Dionysos is degene die door<br />

zijn offer deze menselijk toestand weer<br />

doorbreekt. Als een stormvlaag van vernieuwende<br />

geest voert hij zijn eerste ^<br />

door het verstand vertekende ^ kenmerk<br />

naar de ondergang en ontstaat hij<br />

vernieuwd uit de ru|«nes van zijn oude<br />

zijn.<br />

Nadat Dionysos is aangeraakt door de<br />

lauriertwijg van Apollo,verandert hij in<br />

overwinnaar en verlosser, de nieuwe<br />

mens die geen ‘half mens, half dier’<br />

meer is maar eindelijk zijn diepste bestaansgrond<br />

heeft bereikt. Met behulp<br />

van zijn innerlijke tegenpool Apollo, die<br />

net als hij kind van de zon is en rust in de<br />

eenheid, overwint Dionysos zijn door de


materie bepaalde vorm. (Aristoteles wijst erop<br />

dat de oude Arabieren ‘Iach’ (Iacchos) voorstelden<br />

als een paard; ‘het paard van de zon’<br />

(Dionysos) dat de wagentrok waarop de god van<br />

de hemelen dagelijks voorbijreed). In zijn derde<br />

aspect, als jubelende Iacchos, is Dionysos de<br />

nieuwe mens, waarin de spanningen van het<br />

aardse zich oplossen. Hier krijgt hij de apollinische<br />

volmaaktheid terug. Dit is een gebeurtenis<br />

die in elk mens zalplaatsvinden als hij de sluiers<br />

van de schone schijn te benauwend gaat vinden<br />

en er in hem een hoger verlangen opkomt dat<br />

uitstijgt boven de illusie en waan.<br />

De hier bedoelde volmaaktheid is niet de<br />

relatieve harmonie van onze wereld.Ook dit is<br />

een aspect van Apollo. Apollo houdt immers<br />

onze kosmos samen. Zijn zonnekracht is evenwichtig,<br />

harmonieus, beheerst. Daarom zegt<br />

men datApollo een genadige sluierlegtoveralles<br />

wat nog niet krachtig genoeg is om de waarheid<br />

te dragen. De sterke mens echter wordt de<br />

zuivere wijn van inzicht gereikt. Als wij die<br />

drinken, hebbenwijtemakenmetde dionysische<br />

kracht,dieons(geestelijk)invervoeringbrengten<br />

die ons voert tot in de grondeloze diepte van ons<br />

bestaan.Onze persoonlijkheid wordt dan wegbereider<br />

van de nieuwe zich ontwikkelende dionysische<br />

kracht in ons. De voltooiing (Iacchos)<br />

gebeurt door de dionysische verbreking van onze<br />

relatieve, dus apollinische toestand van zijn. Het<br />

gevolg daarvan is het bereiken van het niet-zijn,<br />

datniet-zijnwaaroverSilenuszegtdathetonmogelijk<br />

zou zijn.<br />

Gedeeltelijk heeft de oude sater daarin wel<br />

gelijk. Hij heeft na lang zwijgen zijn keiharde<br />

antwoord wellicht daarom zo uitgesproken,om<br />

ons te confronteren met verblinde verstrikking<br />

in deze wereld, waarin wij werkelijk niets<br />

betekenen en waarin wij in ieder geval spoedig<br />

moeten sterven. Wij kunnen ons niet uit die<br />

situatie bevrijden. De verbrekende impuls van<br />

Dionysos, die de innerlijke mens opwekt,<br />

brengt ons zeker tot bewustwording van dat<br />

niet-zijn, waarin de nieuwe ziel kan groeien.<br />

Voorwaarde is dat wij ons door delauriertakvan<br />

Apollo laten aa<strong>nr</strong>aken.<br />

18<br />

De lauriertak in de handen van Apollo is het<br />

symbool van de overwinning op de aspiraties<br />

van het gebonden verstand. Hij verzinnebeeldt<br />

de kracht die ons aa<strong>nr</strong>aakt en leidt naar die<br />

vruchtbare stilte waarin plaats kan vinden<br />

waartoe wij zelf niet in staat zijn: het bereiken,<br />

dat in Iacchos-Dionysos uitgedrukt wordt. Dan<br />

wordt ons bewustzijn niet meer bepaald door<br />

verstandelijke overwegingen, dan vraagt het<br />

niet meer hoe het nog beter en voortreffelijker<br />

kan worden, maar richt het bewustzijn zich op<br />

de hogere activiteit van Dionysos,teneinde een<br />

instrument van de geest te kunnen zijn.<br />

Wat heeft dit alles te maken met het Griekse<br />

koor? Oorspronkelijk bestond de Griekse<br />

tragedie uit alleen koor en geen drama, het<br />

drama speelde zich af in het koor. Wij kunnen<br />

ons hier net als Nietzsche afvragen waarom dit<br />

belangrijke koor alleen uit platvloerse, op<br />

bokken lijkende saters was samengesteld.<br />

Nietzsche verklaart dat de opgevoerde situaties<br />

waarin Dionysos lijdt, sterft en overwint,


egrepen moeten worden als visioenen van het<br />

saterkoor. Het koor beschouwt in berusting en<br />

inzicht in de eigen halfmenselijke toestand zijn<br />

heer en meester, Dionysos (de geest), die handelt,<br />

lijdt en uiteindelijk zich verheerlijkt. Het koor<br />

weerspiegelt wat ergebeurt. Hethandelt zelf niet.<br />

Omdat het niet handelt, kan het de waarheid<br />

weerspiegelen.Op diemanier wordthet wijs en in<br />

die wijsheid wordt het de wegbereider van de<br />

nieuwe Dionysos.<br />

Het gezang van het koor wordt geboren uit het<br />

evenwicht van de ziel,uit het innerlijke niethandelen,<br />

de stilte, die tegelijkertijd de hoogste<br />

alertheid is. Alleen op die manier kan Dionysos<br />

zijn vervoering en zijn energie in het koor projecteren.<br />

Verbreking en wedergeboorte<br />

drukken zich uit in het collectief van het koor,<br />

dat deze opnieuw bekend maakt aan toeschouwers<br />

entoehoorders die eveneens gegrepen zijn<br />

door de magie en de kracht van Dionysos. Het<br />

koor dat de dionysische pure geestelijke vervoering<br />

ervaart, weerklinkt en brengt deze over<br />

op de toeschouwers. Zo nemen de toeschou-<br />

wers entoehoorders deel aan de gebeurtenissen<br />

op het zielenniveau van de hoofdpersonen.<br />

Door deze versmelting van koor en toehoorders<br />

vindt de voor de oorspronkelijke Griekse<br />

tragedie typerende extase plaats. Dionysos, de<br />

nieuwe maar oeroude bewustzijnskracht,<br />

cree« ert de ruimte waarhet individu opkan gaan<br />

in de nieuwe mens, Iacchos, die alles in hem<br />

wordt.<br />

Dit kan ook nu nog ^ of wellicht ju|¤st nu ^<br />

plaatsvinden, als wij door inzicht in onze vele,<br />

vaak zo smartelijke ervaringen bereid zijn ons<br />

over te geven aan het heel actieve ‘niet doen’,de<br />

waakzame stilte.<br />

Het gaat om het verliezen van het zelf. Alleen<br />

dan kunnen wij ons bewust worden van een<br />

diepere dimensie, waarin wij weer e¤ e¤ n kunnen<br />

worden met alles wat is.<br />

Als wij aan de rand staan en ons vermeende<br />

ongeluk bezien, wordt Apollo-Dionysos precies<br />

in dat ongeluk herboren, wat zich dan als een<br />

groot geluk bewijzen zal. Dan heeft de wijze<br />

Silenus met zijn antwoord zijn doel bereikt. Hij<br />

zal zijn hese stem verliezen en ook voor ons in<br />

het koor van de eenheid de heldere melodie<br />

zingen in de oorspronkelijke apollinische<br />

harmonie.<br />

Bron:<br />

Friedrich Nietzsche. Die Geburt derTrago« die. Herdruk.<br />

Ditzingen, Reclam, 1993.Oorspronkelijke Duitse<br />

uitgave: 1872. Nederlandse vertaling: De geboorte van de<br />

tragedie;of,Griekse cultuuren pessimisme; vert.uit het Duits<br />

en ingel. door KeesVuyk. Amsterdam, International<br />

Theatre Bookshop, 1987 (Tragodia betekent overigens<br />

bokkengezang)<br />

Pagina 18: Ingang van een Dionysos-heiligdom in het<br />

Tangarda-gebied<br />

Links: De godin Ino geeft de jonge Dionysos te drinken<br />

uit de hoorn des overvloeds (Rome, Lateranenmuseum)<br />

19


Orpheus ^ de mysteriegodsdienst<br />

Het orfisme is een mysteriegodsdienst<br />

die teruggrijpt op de mythen<br />

over de Thracische dichter en zanger<br />

Orpheus.Centraal staat het geloof in<br />

een onsterfelijke menselijke ziel, die<br />

aanhetrad van de wedergeboorten in<br />

een lichaam kan ontsnappen door<br />

zich bewust te worden en zich te<br />

zuiveren van de bindingen aan de<br />

materie. Die ziel is de geliefde van<br />

Orpheus, Eurydice.<br />

20<br />

Apollo en Dionysos zijn twee aspecten,<br />

twee zonen van de oermoeder en de<br />

goddelijke zon. In alle mythen en<br />

legenden wordt de zonnelogos, die zich<br />

via een boodschapper uitdrukt in de stof,<br />

allegorisch ‘vermoord’. Dan staat hij<br />

weer op uit de dood en verrijst hij weer.<br />

Volgens de legende is het Orpheus die<br />

aan het zonnewoord van Apollo een<br />

nieuwe macht geeft, doordat hij met zijn<br />

vervoerende zang dit woord opnieuw in


de tijd plaatst,verbindt met de mysterie« nvan<br />

Dionysos en opnieuw activeert.<br />

Apollo is de macht en dekracht van de geest,<br />

Dionysos is de vervoering, inspiratie en extase<br />

ervan. Nadat Orpheus opnieuw het woord<br />

heeft gebracht en gepredikt, is zijnultieme offer<br />

de dood,verscheurd als hij wordt door de<br />

Thracische vrouwen, of, zoals een andere versie<br />

wil, door de titanen. Zijn ledematen worden<br />

over de aarde verspreid, zijn wezen doordringt<br />

de aarde, en ieder atoom wordt door het goddelijke<br />

lied van Orpheus aangeraakt.<br />

Volgens de orfische traditie zijn de titanen,<br />

nadat deze Orpheus hadden verscheurd, als<br />

straf door de bliksem van Zeus vernietigd. De<br />

mens is ontstaan uit de as, de stoffelijke resten<br />

van de Titanen en draagt een goddelijk, dionysisch<br />

beginsel in zich. Door deze goddelijke<br />

vonk heeft de mens een onsterfelijke ziel,<br />

Eurydice, die echter wel verlost moet worden.<br />

Eurydice wordt immers gebeten door een slang<br />

(die de materie verzinnebeeldt), sterft in haar<br />

eigen wereld en moet dus naar de onderwereld,<br />

onze wereld.Orpheus, de boodschapper van de<br />

geest, is overmand door verdriet en benadert<br />

Hades, de god van de onderwereld en diens<br />

vrouw Persephone. Hij beroert de snaren van<br />

zijn lier terwijl hij een hartverscheurend lied<br />

over zijn verloren liefde zingt. De bewoners van<br />

de onderwereld zijn tot tranen toe geroerd. Het<br />

is nog geen mens ooit gelukt, maar Orpheus is<br />

ervan overtuigd dat zijn gezang Hades wel kan<br />

overhalen. Heeft niet de god van de liefde ook<br />

macht over het dode<strong>nr</strong>ijk? En inderdaad,<br />

geroerd door zoveel liefde roept Hades<br />

Eurydice uit de nevelen te voorschijn.Orpheus<br />

krijgt toestemming om Eurydice weer mee te<br />

nemen naar de bovenwereld, zij het onder e¤ e¤ n<br />

voorwaarde:op in zijntocht naar boven maghij<br />

niet omzien. Doet hij dat wel, dan heeft hij<br />

Eurydice voorgoed verloren. Eurydice loopt<br />

achter hem, roept in haar wanhoop naar<br />

Orpheus die niet naar haar wil kijken; is zijn<br />

liefde voor mij voorbij? Bewogen door medelijden<br />

vergeet hij de instructie en probeert zijn<br />

geliefde te omhelzen ^ en Eurydice verdwijnt<br />

weer naar de onderwereld, opgeslokt door de<br />

nevelen van de tijd en het verleden. Vergeefs<br />

smeekt de gebroken zanger de veermanCharon<br />

hem nogmaals de Styx over te zetten, maar<br />

Charon is onverbiddelijk: ßGeen levende kan de<br />

Styx oversteken, alleen diegenen die voor het schimme<strong>nr</strong>ijk<br />

bestemd zijn, zet ik over.ý<br />

De onderwereld is onze wereld, de wereld van<br />

de slapende zielen, waarin de wetten van<br />

opgaan, blinken en verzinken de gang van de<br />

dingen bepalen en ware liefde, die de eeuwen<br />

trotseert, niet gevonden wordt. Toch is zij, de<br />

ware liefde, de enige die de betovering doorbreken<br />

kan en de slapende zielen kan wekken. In<br />

de mythe van Orpheus is Eurydice degene die<br />

gezwicht is voor de wereld. Daardoor is zij voor<br />

Orpheus, de zanger van de geest, niet meer bereikbaar.<br />

Alleen door een onvoorwaardelijke<br />

liefde kan Orpheus haar terughalen uit de<br />

wereld van de slapenden, maar dan mag hij niet<br />

twijfelen en dus niet omkijken.<br />

Steeds weer keert Orpheus terug naarThracie« ,<br />

waar hij zijn liefde bezingt voor de geest, en<br />

zoekt naar Eurydice. Woedend om zijn liederen<br />

verscheuren de vrouwen vanThracie« ,ofde<br />

titanen,Orpheus enverspreiden zijn ledematen<br />

over de velden.<br />

De aarde weent eeuwig om Orpheus. Rivieren<br />

overstromen door hun eigen tranen. Vogels,<br />

dieren en rotsen wenen.Orpheus’ hoofd en lier<br />

drijven stroomafwaarts tot ze de zee bereiken<br />

en weer aanspoelen; in de legende op de kust<br />

van Lesbos. Voor zijn hoofd werd een altaar<br />

gebouwd en zijn lier is als sterrenbeeld<br />

opgenomen in de hemelen.<br />

Links: Gouden lauwerkrans uit een Thracisch graf<br />

(Mogilanskaheuvel, Bulgarije, vierde eeuw v. Chr.).<br />

In de oudheid gaf men een lauwerkrans (gevlochten uit de<br />

bladen van de laurierboom) als teken van overwinning. De<br />

laurierboom werd immers nooit door de bliksem getroffen,<br />

zo gold het. Samen met de geneeskrachtige en<br />

voorspellende kwaliteiten van de laurier (aan Apollo gewijd)<br />

gaven ze de krans een bijzondere symboliek.<br />

21


Orpheus ^ de mythe<br />

Wanneer Orpheus Eurydice gevondenheeft in<br />

de beklemmende stilte van de nevels en de<br />

intense duisternis van Hades’ rijk,volgt zijhem in<br />

opgaande spiralen die gaan langs diepe<br />

afgronden en over nauwelijks begaanbare paden.<br />

De ziel zoekt naar hereniging met de geest en<br />

ondergaat intens de eenzaamheid van de godverlatenheid.<br />

En in die eenzaamheid overwint zij<br />

de angsten van het natuurego, de schrik voor de<br />

val in de bodemloze afgrond. Blindelings vertrouwt<br />

zij op de geestelijke leidsman, wiens aanwezigheid<br />

zij wel voelt, wiens lied zijhoort, maar<br />

die zij nog niet kan zien.<br />

22<br />

Eurydice slaagt erin de inwijdingsweg te bewandelen<br />

tot aan het punt dat zij het licht van<br />

de bovenwereld door de opening van Hades’<br />

rijk ziet gloren: het punt dat een nieuw<br />

bewustzijn doorbreekt en haar pad gaat verlichten.<br />

Dan neemt de mythe een voor velen onbegrijpelijke<br />

wending: Orpheus, die al die tijd geen<br />

voetstappen achter zich hoorde, kijkt om omte<br />

zien of Eurydice hem gevolgd is! Op het zelfde<br />

moment ziet hij de schim van zijn geliefde<br />

Eurydice met een naar hem uitgestoken hand<br />

wegglippen en terugzinken in de duisternis.


In de Griekse mysteriewijsheid duidt deze<br />

wending in het verhaal juist op de uiteindelijke<br />

bevrijding. Zoals ook Dionysos drievoudig<br />

sterft; en zijn mysterie« n dit herhalen. De eerste<br />

dood, de dood door de slangenbeet, bevrijdt<br />

Eurydice van haar stoffelijke uitdrukkingsvorm.Omdat<br />

haar ziel nog onvoldoende ontwikkeld<br />

is, sleuren hevige passie en drift (in de<br />

vorm van Aristeus) haar de duisternis van de<br />

onderwereld in. Maar liefde redt: uit die duisternis<br />

wordt zij door onvoorwaardelijk op<br />

Orpheus te vertrouwen stap voor stap naar het<br />

licht gevoerd; en verliest het begeertewezen<br />

Eurydice ziet vol<br />

liefde en toewijding<br />

uit naar Orpheus, de<br />

geest die haar altijd<br />

zoekt, en die haar<br />

bruidegom is.<br />

Olie op doek,<br />

Robinson Tuon, 1993.<br />

Brazilie«<br />

steeds meer zijn greep op haar.Op het moment<br />

dat het Licht van de bovennatuur rechtstreeks<br />

met haar in binding treedt, is zij in staat zich definitief<br />

van haar lagere begeertenatuur te<br />

ontdoen. En ondergaat zij ten slotte de dood die<br />

evenwel het werkelijke huwelijk tussen Eurydice,<br />

de bevrijde ziel, en Orpheus, de eeuwige Geest,<br />

mogelijk maakt. In bepaalde versies van de<br />

mytheleesjedanookdatOrpheusenEurydicein<br />

de wereld der goden zich verenigen tot een eeuwigdurende<br />

twee-eenheid; en dat het sterrenbeeld<br />

‘de Lier’ hiervan voor de mensheid een<br />

blijvende getuigenis is.<br />

23


Orpheus ^ de mythe<br />

Orpheus zoekt in het rijk van Pluto naar<br />

Eurydice, zijn verloren ziel; Krishna daalt<br />

neer in de hellegebieden en redt daaruit<br />

zijn zes broeders, terwijl hij zelf de zevende<br />

is. Van Jezus heet het dat hij in het rijk van<br />

Satan nedergedaald is om de ziel van Adam<br />

of het zinnebeeld van de stoffelijke mens te<br />

redden. Is dat rijk van Satan dan iets anders<br />

dan onze stoffelijke wereld? De afdaling in<br />

het rijk van de duisternis en van de stof om<br />

daaruit als ‘zonnen van gelukzaligheid’ terug<br />

te keren, is de belangrijkste inhoud van<br />

alle inwijdingsriten en wordt aangetroffen<br />

in de geschiedenis van Orpheus en Heracles<br />

tot Krishna-Christus toe.<br />

Volgens de legende was het Orpheus die aan<br />

het zonnewoord van Apollo een nieuwe<br />

macht gaf, doordat hij het weer belevendigde.<br />

In alle mythen en legenden wordt de zonnelogos<br />

‘vermoord’. Na opnieuw het woord te<br />

Boven: Dionysische twee-eenheid. Zeefdruk,<br />

G.P. Olsthoorn, 1972. Nederland<br />

24<br />

hebben gebracht en gepredikt, staat hij weer<br />

op uit de dood.Orpheus als hie« rofant (hogepriester-inwijder)<br />

zegt:<br />

ßIk zal u het geheimenis van de werelden openbaren,de<br />

ziel van de natuur, gods wezen. Een enkel<br />

wezen heerst zowel in de hoogstehemel als in de<br />

aardseafgrond;Zeus,degodvan dedonder,Zeusde<br />

etherische. Hij is de diepste wijsheid,de krachtigste<br />

gedachte,de kostbaarsteliefde. Hij heerst zowel in<br />

de diepte van deaarde als in de hoogste hemelen en<br />

wanneerdeblekeschaduwen hetfonkelendehart van de<br />

god weerhebben bereikt, zullen zijzich alsfakkels ontsteken<br />

en zal Dionysos opstaan, nog meer volmaakt, nog<br />

meerlevend dan vroeger in de ruimten.ý<br />

Dat is het mysterie van de dood van<br />

Dionysos-Orpheus. (Ed. Schure¤ : De grote ingewijden)<br />

2<br />

Bron<br />

J. Kruisheer. De inwijdingsriten, mythen en legenden der<br />

oude mysterie« n. Den Haag, Boucher, 1969


Het<br />

gezang<br />

van<br />

Orpheus<br />

Wie was Orpheus? Zijn naam klinkt ons<br />

als een herinnering van lang vervlogen<br />

tijden in de oren.Opmerkelijk is,dat deze<br />

mythologische halfgod de mensheid tot<br />

in de huidige tijd heeft be|«nvloed. De<br />

echovan zijn dadenweerklinkt nu nog in<br />

de kunst. En misschien bestaat er in ons<br />

een vermoeden dat Orpheus ons meer te<br />

zeggen heeft dan hetgeen er door<br />

muziek, gedichten en schilderkunst over<br />

hem verbreid is.<br />

Men wist over Orpheus gedurende lange<br />

tijd alleen dat hij een hoge ingewijde<br />

geweest zou zijn, die uit Thracie« stamde<br />

en dat hij met zijn gezang de hel mild<br />

kon stemmen. De historische overleveringen<br />

waren zo schaars dat zijn bestaan<br />

dikwijls betwijfeld werd.Ook bij<br />

Homerus vinden wij niet veel meer dan<br />

dat de Thracie« rs geregeerd werden door<br />

legendarische koning-priesters, waar<br />

Orpheus er e¤ e¤ n van geweest zou moeten<br />

zijn. 1<br />

Eduard Schure¤ noemt hem de zoon van<br />

Apollo, de hogepriester vanThracie« en<br />

de hoeder van de goddelijke zon, die ons<br />

de universele waarheid heeft gebracht. 2<br />

Hij heeft die waarheid niet in een filosofisch<br />

gedachtestelsel gegoten maar in<br />

gezangen en gedichten waarmee hij<br />

inwerkte op het gemoed van de mens.<br />

Hij kon op die wijze een spontane<br />

weerklank van de zuivere ether laten<br />

klinken. Het instrument waarmee<br />

Orpheus dit deed, was de lier met zeven<br />

snaren,de magische ‘phorminx’ of ‘lyra’.<br />

Wat speelt Orpheus op zijn hemelse instrument?Dezevensnarenkomen<br />

overeen met de zeven tonen van de god-<br />

25


pag. 25:<br />

Orpheus, de<br />

middelaar tussen<br />

de zonnekracht<br />

Dionysos en de<br />

mensen, is de<br />

kosmische kracht<br />

die ordent naar de<br />

maatstaven van<br />

de geest. Daarom<br />

is hij ook juist de<br />

kracht tot<br />

beschaving. Zijn<br />

zang en lierspel<br />

delijke harmoniee« n. Daarmee roept hij,<br />

de ingewijde, lichtklanken op uit de oorspronkelijke<br />

schepping en brengt hij de<br />

vibratie van hun zuivere ether in ons levensveld.<br />

Dit gebeurde op bijzonder<br />

zuivere plaatsen, waar het hart<br />

afgestemd wordt op een hogere vibratie.<br />

Op dergelijke plaatsen kunnen de cellen<br />

ontvankelijk worden voor de klank van<br />

de nieuwe ether, het orfische gezang. In<br />

de mens wordt dan een nieuw zintuig,<br />

een nieuw vermogen opgewekt, dat de<br />

fluisteringen van de regionen van het<br />

licht kan opvangen. Dat is zijn gezang.<br />

De naam Orpheus is een geestelijke<br />

naam, afgeleid van het Fenicische woord<br />

ar-pha, ‘hij die door het licht geneest’. 3<br />

Met zijn lichtklanken brengt hij onze<br />

lagere vibraties, de wilde dieren die door<br />

hem worden getemd,tot rust en opent<br />

26<br />

het stelsel voor de zuivere ether van het<br />

nieuwe leven. Dat is onze genezing.<br />

De orfische mysterieleer werd nooit<br />

schriftelijk vastgelegd. Sinds de ontdekking<br />

van prehistorische cultusplaatsen<br />

en grafvondsten in Bulgarije kunnen wij<br />

echter nog iets van de Thracische Orpheuscultus<br />

reconstrueren. Men heeft<br />

vastgesteld dat deze cultus in de afbeeldingen<br />

en ornamenten gecodeerd is<br />

vastgelegd. 4<br />

Wij zien een grote moedergodin, die op<br />

ontelbare rotsen is afgebeeld als hoedster<br />

van een goddelijke kracht, die door de<br />

offers wordt vrijgemaakt.<br />

De afbeelding op een dionysusvaas toont<br />

het goddelijke offer in een van spanning<br />

zinderende offersce' ne,op zodanige wijze<br />

dat het eenvertelling wordtover dood en<br />

wedergeboorte. 5


De legendarische stier van de Thracie« rs,<br />

het symbool van de goddelijke zoon die<br />

zich offert, giet zijn levengevend bloed ^<br />

de goddelijke straling ^ uit, dat in de<br />

schoot van de aarde vloeit. Hierboven<br />

troont de grote moedergodin. Tijdens<br />

deze handeling sterft de stier-god en<br />

wordt tegelijkertijd in de alles omvattende<br />

kracht van de godin als haar zoon<br />

weer geboren. 6 De godin houdt twee<br />

getemde honden, de drijvende natuurkrachten,<br />

in haar handen.<br />

Orpheus, de bemiddelaar, de leraar, sprak<br />

het woord, waarmee hij het zuivere veld<br />

of de goddelijke wereldmoeder aa<strong>nr</strong>iep.<br />

Wat in de oude mythen Orpheus werd<br />

genoemd, is een kracht die de mens ontvankelijk<br />

maakt voor de heilige ethers<br />

van de levensmoeder, de hoedster.<br />

Daardoor kan het goddelijke offer vol-<br />

trokken worden in de mens, die zich op<br />

zijn beurt offert.<br />

Thrace zou een nimf geweest zijn die<br />

melodiee« n kende waarmee zij ziekten<br />

kon helen of kon oproepen, afhankelijk<br />

van wat als geneesmiddel noodzakelijk<br />

was. Het land Thracie« werd naar haar<br />

genoemd en heette eerder Perke. Deze<br />

naam betekent rotsen, toppen, steen.<br />

Het was ook de naam van de moedergodin,<br />

de belichaming van de zuivere<br />

substantie waarin het geestvuur kon<br />

opleven en die zowel als bergtop alsook<br />

als diepste punt van een spelonk<br />

vereerd werd. 7<br />

Thracie« en Phrigie« zijn nu nog bezaaid<br />

met rotsgedenktekens, stenen tronen,<br />

altaren en rotsnissen. Het zijn getuigen<br />

van een samengaan van licht en rots, die<br />

27<br />

was zo betoverend,<br />

dat hij zijn<br />

nog onbeschaafde<br />

tijdgenoten tot<br />

zachtere zeden en<br />

beschaving wist te<br />

brengen. Hij<br />

leerde hen de<br />

landbouw, maakte<br />

hen geschikt voor<br />

het maatschappelijk<br />

leven en inspireerde<br />

hen om<br />

steden te bouwen.


tegelijkertijd als geboorteplaats en als<br />

graf dienden. 8<br />

Deze stenen getuigen behoren klaarblijkelijk<br />

tot een grote groep megalithische<br />

rotsgedenktekens, waarin de eerbied<br />

voor de heilige steen waarin de goddelijke<br />

melodie is verstard,uitgedrukt<br />

wordt. Als steencirkels, dolmen,<br />

menhirs,tronen,trappen, nissen en<br />

altaren worden zij van India tot in<br />

Engeland aangetroffen. 9<br />

En overal wordt in de bewerkte steen ^<br />

het bewerkenvan steenwerd al gezien als<br />

een rituele handeling ^ doorgegeven dat<br />

in de geheimzinnige structuren van de<br />

materie een goddelijke kracht actief is.<br />

Deze wacht op het ogenblik dat de goddelijke<br />

held komt om de verstarde<br />

melodie met zijn gezang te verlossen.<br />

Iets van dit besef klinkt ook door in de<br />

28<br />

woorden van het Thomasevangelie:<br />

ßKloofhethoutenikbendaar,neemeensteenop<br />

en jullie zullen me daar vinden.ý<br />

Het gaat in alle mysterie« nookomeenandersoortige<br />

held, die door de duistere<br />

diepten van het aardse leven moet gaan<br />

om de krachten van het Licht,die verloren<br />

en vergeten leken te zijn, weer te vinden<br />

enopnieuwtotleventewekkeninzijn<br />

innerlijk. Hij wordt dan van een zoekende<br />

tot een strijdende mens die zichzelf moet<br />

bestrijden tot hij beseft dat hij zich door<br />

het licht moet laten overwinnen. Hij ziet<br />

in dat hij zijn oude bestaan moet offeren<br />

opdat de hervonden eeuwige krachten in<br />

hem actief kunnen zijn. Die offerhandeling<br />

leidt tot verandering. Hij wordt van<br />

strijder een door de goddelijke wil overwonnen<br />

mens. Hij beseft dat in hem het


eeuwige leven door de verbreking van het<br />

oude weer vrij wordt.<br />

InThracie« waren de rotsformaties e¤ e¤ n<br />

met de levensmoeder, die de lichtkracht<br />

omzette in goddelijk vuur. Dit vuur werd<br />

de zoon genoemd, Apollo-Dionysus. 10<br />

Beiden zijn aspecten van hetzelfde goddelijke<br />

wezen.Orpheus is de zoon van de<br />

zonnegod Apollo, de grote boogschutter<br />

en drakendoder, die met zijn dodelijke<br />

pijlen steeds raak schiet. 11 De lichtklanken<br />

vormen het magische middel van<br />

Orpheus. Het zijn de volmaakte harmoniee«<br />

n waarmee deze godszoon voor het<br />

offer van de geest,voor de in stukken gescheurde<br />

Dionysus, in de mens een<br />

plaats bereidt. Een plek die getroffen<br />

wordt door de boogschutter om wat van<br />

hem is, wat hij zelf is,uit de veelheid naar<br />

de eenheid te leiden.<br />

De voorstelling ’Orpheus’ door theatergroep<br />

PAN.OPTIKUM uit Freiburg concentreert zich op<br />

de vraag waarom Orpheus omkijkt. Is het de<br />

angst voor het nieuwe leven, en het<br />

(onmogelijke) vasthouden aan het verleden?<br />

De voorstelling ging in premie' re tijdens de<br />

Ruhrtriennale 2004 in Bochum (Duitsland) en<br />

is nog steeds bezig aan een Europese tournee.<br />

De foto’s geven het moment weer waarop<br />

Orpheus aan de ene oever van de Styx<br />

opnieuw het heden dient tegen te treden en<br />

Eurydice door de wateren terugzinkt in nevels<br />

van Hades’ rijk. C Matthias Kolodziej, 2004.<br />

Duitsland<br />

29


Het<br />

orfisch<br />

wereldei<br />

Rechts: Portrait<br />

d’e¤ crivain.Letteren<br />

woordportret<br />

van Nietzsche,<br />

door J.C. Cuenca,<br />

2003. Frankrijk<br />

In de orfische scheppingsmythen komt<br />

een beeld voor van het wereldei, dat<br />

viermaal door een slang is omwonden en<br />

waaruit de wereld is voortgekomen.<br />

In het centrum van de oneindige kosmische<br />

ruimte werd het wereldei, dat alle<br />

zaden voor het komende leven in zich<br />

bevatte, bewaard. De wereldoceaan, de<br />

kosmische wateren en de oerstof of de<br />

wortel van de stof lagen rondom het<br />

wereldei. De sluimerende en bevruchte<br />

kiem van het leven was besloten in het<br />

vocht van het ei en werd bebroed door<br />

het eeuwige leven, de geest die boven de<br />

wateren zweefde, totdat de tijd was gekomen<br />

van de openbaring van het leven.<br />

Uit het wereldei werd de nieuwe god,<br />

Phanes geboren. De stof waarmee ‘de<br />

door zichzelf geborene’ kon scheppen<br />

was aanwezig.Uit de onderste helft van<br />

30<br />

de eischaal werd de aarde geschapen en<br />

uit de bovenste het hemelgewelf en de<br />

sterren. De beschermende wereldslang<br />

symboliseert de eeuwige duur,de tijd van<br />

de goden en de wijsheid die in het oer- of<br />

levenswater wordt bewaard. Eenverwant<br />

symbool is het schip (of de ark) dat op de<br />

oerwateren drijft en dat alle zaden voor<br />

het komende leven bevat.<br />

In 1951 schilderde Jung de mandala Systema<br />

mundi waarin alles uitloopt op Phanes in<br />

het ei. Dit motief inspireerde de schrijver<br />

Herman Hesse (1877-1962)tothet<br />

schrijven van zijn roman Demian (1919).<br />

Bron:<br />

Timmer, Naarden, Van Anima tot Zeus;<br />

encyclopedie van begrippen uit de mythologie,<br />

religie, alchemie, cultuurgeschiedenis en<br />

analytische psychologie. Rotterdam, Lemniscaat,<br />

2001


Friedrich Nietzsche als arts<br />

Friedrich Nietzsche (1844-1900)noemde<br />

zichzelf ‘arts van de cultuur’. Als arts van de<br />

cultuur stelt hij een diagnose, schrijft een<br />

medicijn voor of voert een therapie door die<br />

tot gezondheid moet leiden. Volgens hem is<br />

aan zijn filologische studie van de oudheid te<br />

danken dat hij de ziekte van zijn eigen tijd<br />

waar kan nemen. In zijn visie kent de cultuur<br />

vier gebieden:<br />

à het weten ^ filosofie, wetenschap, het<br />

menselijk bewustzijn;<br />

à hethandelen ^ moraal, politieken sociaal<br />

verkeer;<br />

à het geloven ^ godsdienst en alle afgeleiden<br />

ervan;<br />

à het scheppen ^ de kunst.<br />

Zijn werken zijn meestal bundelingen van<br />

aantekeningen. Daarin zijn deze gebieden<br />

vaak te herkennen, soms zelfs als afbakening<br />

van de verschillende hoofdstukken. Daarna<br />

volgen teksten uit de betreffende gebieden:<br />

ß[...] De diagnoseluidt dat de huidigecultuurals<br />

geheel symptoom is van een ziek leven, dat zijn zin<br />

heeft opgehangen aan de fictie van een ander beter<br />

leven,een andere ware werkelijkheid. Nu die fictie


wordt doorzien,verdwijnt die zin.Gevolg daarvan is dat<br />

de mens lijdt aan een vertwijfelde angst voordeleegte,<br />

ofwel zijn angst verhult in verdoving,verstrooiing en<br />

onverschillig zoeken naar genot.ý<br />

Nietzsches therapie bestaat deels uit destructie<br />

van het bestaande, deels uit een schets van een<br />

ander leven.Tegenover het bekritiseerde dogma<br />

van wetenschap en filosofie plaatst hij een<br />

scheppend kennen. Een kennen dat beseft dat de<br />

eigen begrippen creaties zijn die een werkelijkheid<br />

tot stand brengen in plaats van ze te weerspiegelen.Tegenover<br />

een moraal van gehoorzaamheid<br />

plaatst hij een moraal die de mens niet<br />

dwingt zich aan te passen aan de eenvormige<br />

maat van de kudde, maar die hem de taak geeft<br />

zichzelf en zijn eigen maatstaf te ontwerpen.<br />

TegenoverdeideevandeeneGoddiezijn<br />

scheppingswerk heeft afgesloten, stelt hij een<br />

vergoddelijking van een wereld die voortdurend<br />

ontwikkelt en verandert. [...]<br />

De Griekse tragedie was oorspronkelijk een uitdrukking<br />

van de levenskracht die onstuimig<br />

voorstuwde. In de oude tragedies zien we de held<br />

of heldin ten onder gaan aan een onverzoenlijke<br />

tegenstelling waarin de goden hen hebben geplaatst.<br />

Het apollinische, de rede, kan nooit geheel<br />

en al vat krijgen op het dionysische, de levende<br />

werkelijkheid, die immers ook de roes en<br />

de extase kent. Volgens Nietzsche gaan het dionysische<br />

en het apollinische in de tragedie in elkaarop.<br />

Nietzscheziethetdionysische als de wereld<br />

van de instinctieve wil en stelt Apollo gelijk aan<br />

de voorstelling, de vorm en dus het bewustzijn.<br />

Het dionysische verbeeldt ten eerste de elementaire<br />

levensmacht. Ten tweede is dit levensniveau<br />

weliswaar scheppend maar tegelijkertijd wreed<br />

en heilloos. In de zomer van 1870 verklaart hij<br />

het apollinische en het dionysische als metafysische<br />

(bovenzinnelijke) levenskrachten [...] Hij ziet<br />

het dionysische als een enorm levensproces,<br />

waarin ook de culturen proberen een bestendig<br />

gebied van leefbaarheid te cree« ren.Culturen teren<br />

op de eigenlijke levenssubstantie maar proberen<br />

die,om er niet aan ten onder te gaan,tegelijk<br />

ook op afstand te houden,te beheersen. Het<br />

dionysische bevindt zich door de beschaving<br />

heengeweven. Enerzijds is het de levenskracht,<br />

anderszijds is het de meeslepende energie van<br />

het negatieve, het verscheurende, alles vernietigende<br />

in de mens en de samenleving. Het apollinische<br />

aspect van dezelfde basisenergie brengt<br />

in het proces rust en evenwicht. Zo kan een cultuur<br />

zich enige tijd handhaven.<br />

In de mens zijn beide krachten werkzaam. Het<br />

dionysische stuwt,en dringt tot creatie.Tegelijk is<br />

dit nietsontziend, wreed en heilloos. Het apollinische<br />

stimuleert het bewustzijn vrij te komen<br />

van de negatieve aspecten van de dionysische<br />

energie. In een harmonische wisselwerking geven<br />

deze krachten inzicht in de wetmatigheid<br />

vanhet menselijk bestaan. In hunhoogste aspect<br />

bieden zij een vorm (Apollo), waarin de geest<br />

(Dionysus) zich kan uitdrukken.<br />

De verleiding van het dionysische bestaat uit het<br />

opheffen van grenzen op drie manieren. De<br />

mens heft de grenzen op tussen zichzelf en de<br />

natuur, hijvoelt zich ereen mee. Hijheftde grens<br />

op tussen de medemensen en zichzelf doordat<br />

hij zich laat meeslepen door de massa, bij voorbeeld<br />

door massale haatgevoelens, idolisering of<br />

massahysterie. En de derde grens bevindt zich in<br />

het innerlijk van het individu. Het bewustzijn<br />

stelt zich open voor het onbewuste. Deze drievoudige<br />

opheffing van grenzen moet door een<br />

ego,datzichangstigvastklamptaanzijnidentiteit,<br />

wel als bedreigend worden ervaren. Hij kan<br />

zich ook volledig overgeven aan het dionysische<br />

aspect dat een genotvolle ondergang inhoudt. In<br />

een evenwichtige overweging is het mogelijk dat<br />

deze energie de inkapseling rond de geestkern<br />

wegbreekt, waardoor de goddelijke krachten<br />

Apollo en Dionysus zich positief in de mens<br />

kunnen uitdrukken.<br />

Bron: Tongeren, P.v., ‘Inleiding Nietzsche’ in 25 eeuwen<br />

filosofie,teksten en toelichtingen, red. Jan Bor, Amsterdam,<br />

Boom, 2003<br />

Links: In de zesde eeuw v. Chr. verplaatste Pesistratos de<br />

Dionysische mysterie« n vanuit Eleutherai naar de zuidhelling<br />

van de Akropolis (Athene). Daar wijdde hij een theater aan<br />

Dionysos, dat 15.000 mensen kon herbergen<br />

33


witte gedichten II<br />

‘de drie sleutels ’<br />

ik ga.<br />

mijn pad islang.er is een begin,verborgen in het verleden;<br />

en ookhet eindpuntis mijniet bekend.<br />

hoe weinig weetik! maardit: het verleden belastmij nietlanger. het roept niet meer terug,tracht niet meer mij te grijpen ^<br />

en het houdt nu niet meer vast.<br />

wijzijn vrienden geworden ^ mijn verleden en<br />

ik, waarom ook niet?<br />

het was een helderedag, in een mijonbekenderuimte. eenzilverenglans trokmijn aandacht.<br />

dat was toen mijn handen een sleutelvonden naarmijn vriend. hetwas eenhelderedag, toen mijn oren de stem van het verleden hoorden:<br />

ßluister ^ trek verder! ga en kijk niet om.<br />

ik geefje wijsheid, laat mijlos,<br />

zoek niet naardingen die voorbijzijn. roep hen niet.<br />

ik be¤ n je vader niet,en ook je moeder niet,en jijbent niet mijn kind. daarom mijn woord: ga voort.<br />

wijzijn vrienden,en een vriend helpt zijn vriend.ý<br />

ik ga.<br />

maarwatbetekentdezemorgen?<br />

deze wolken, bomen en mensen?<br />

waarom ben ik hier? is d|¤ t mijn wereld?<br />

houd ik van haar? houdt zijvan mij?<br />

ik wil het heden begrijpen, ik willeven! ik loop door mijn huis en kom in een van de vergeten kamers;<br />

er strijkt een ted’re gouden glans over vandaag,<br />

de sleutelvan mijn wereld^ en hoor eens, hoe het heden spreekt tot mij:<br />

ßwaarom verwacht je iets van mij?<br />

ik ben je vader niet en nietje moeder,<br />

en jijbent niet mijn kind.<br />

sta niet stil als je iets van mij wilt zien;<br />

beweeg ^ je zult mijn wezen anders nooit begrijpen.<br />

ik be¤ nbeweginge<strong>nr</strong>itme,<br />

adem diein- en uitstroomt; hartenklop.<br />

leerhet van jehart,dat is de zin van het heden.<br />

als het je lukt, zijn wij vrienden,<br />

en een vriend helpt zijn vriend.<br />

34<br />

ik ga.<br />

waar ga ik heen? de toekomst is grijs,<br />

ik kan ergeen contour in vinden.<br />

maar vrees is er niet en ik heb geen zorg ^<br />

want vrienden van mij, mijn verleden en heden,<br />

enookmijnhart,zijhelpenmij.<br />

van mijn hart heb ik de ritmische werking van<br />

het leven leren kennen.<br />

het hart klopt ^ en ik ga voort.<br />

zijnslag geeftduidelijkweer: ßleg nietal jehoop in toekomst,<br />

dieeen illusieis,die niet bestaat.<br />

wat je van de toekomst verwacht,<br />

is al lang geweest; a¤ lles was al eens.<br />

en toch ga je vooruit.<br />

het pad is deessentie,de zin van alles.<br />

datis hetpunt, hetene, waar verleden,<br />

heden en toekomstsamenvloeien. alleen zo’n geheelis actueel,een krachtige vriendschap,<br />

zuiveralseen diamant.datisjesleutel.ý<br />

ik ga.<br />

mijn voetsporen zijn veranderd.<br />

ze worden minderdiep,<br />

ik kan hen bijna niet meer zien.<br />

het pad looptanders nu, hetstijgt, met transparantetreden; ik zie ze niet.<br />

het enige wat blijftis mijn hart.<br />

ik luister intens, want zijn ritme verandert.<br />

hoor, hoe zijn klop breder,dieper wordt;<br />

en zijn warmte neemt toe.<br />

het wordt een sterkvibrerende toon,<br />

een regenboog,een oogverblindend licht!<br />

heel de ruimte vult zich; sterk breekt het al het denken,<br />

lost alle vormen op, maar in mijn handen<br />

de kracht van de diamanten sleutel.<br />

en dan... ervaar ik wat stilteis. luiderdan iedergeluid,vervult zijalles. zij is in alles.<br />

zij is alles.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!