06.09.2013 Views

onderzoek - Avs

onderzoek - Avs

onderzoek - Avs

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Een soortgelijk regionaal patroon doet zich voor rond fusieplannen en reorganisaties.<br />

Fusieplannen komen het minst voor in Utrecht, Overijssel en Zuid-Holland en het<br />

meest in Zeeland, Limburg, Drenthe en Groningen. Er lijkt een verband met de<br />

regionale spreiding van bezuinigingen en krimp. De verschillen zijn soms erg lokaal.<br />

In Zeeland heeft of krijgt 37% van de scholen te maken met fusies en/of<br />

reorganisaties, in Noord-Brabant 10%.<br />

Andere maatregelen komen juist in de Randstad relatief vaak voor. Dat geld onder<br />

meer voor actiever werven van nieuwe leerlingen. In Utrecht, Flevoland, Noord-<br />

Holland en Zuid-Holland wordt deze maatregel genoemd door meer dan 45% van de<br />

schoolleiders, tegen ongeveer 25% in Zeeland en Groningen. Scholen in de<br />

Randstadprovincies zoeken ook vaker contact met andere organisaties dan scholen<br />

daarbuiten. In iets mindere mate geldt dat ook voor het gebruik van<br />

subsidiemogelijkheden.<br />

Speciale scholen<br />

De maatregelen op speciale scholen wijken weinig af van de maatregelen die op<br />

reguliere scholen worden genomen. Grotere klassen, intensievere samenwerking,<br />

gebruik van subsidiemogelijkheden, reorganisaties en fusieplannen en het aanstellen<br />

van een meerschoolse directeur worden exact even vaak genoemd. Het actiever<br />

benutten van directieleden wordt daarentegen maar half zo vaak (16%) genoemd als<br />

op reguliere scholen (34%). Ten aanzien van het actiever werven van nieuwe<br />

leerlingen is het verschil (8% respectievelijk 42%) nog groter.<br />

5.2 Goede voorbeelden<br />

Bij boventalligheid overstijgt het aanbod aan werknemers de vraag. In beginsel zijn<br />

er twee manieren om de balans te herstellen: ofwel door het aanbod te verkleinen,<br />

ofwel door de vraag te vergroten. Het eerste is te bereiken door (volledige of<br />

gedeeltelijke) uitstroom te bevorderen, het tweede door binnen de eigen organisatie<br />

te zoeken naar verbreding en daarmee extra werkgelegenheid. Van beide vormen<br />

zijn in dit <strong>onderzoek</strong> varianten gevonden.<br />

Daarnaast is een aantal besturen serieus bezig met het optimaliseren van de<br />

randvoorwaarden voor succesvolle mobiliteitsprojecten. Het gaat dan om het<br />

verrijken en analyseren van arbeidsmarktinformatie en leerlingenprognoses, het<br />

heroverwegen van kosten en het onderbouwen van een meerjarenformatiebeleid. Te<br />

meer omdat veel besturen daarmee knelpunten ervaren, is in dit <strong>onderzoek</strong> hierover<br />

een case opgenomen.<br />

5.2.1 Mobiliteit bevorderen (aanbod verkleinen)<br />

De meest voorkomende manieren van schoolbesturen om ontslagen tegen te gaan<br />

hebben te maken met mobiliteitsbevordering. Begeleiding naar werk in een andere<br />

sector (27%) en het oprichten van een mobiliteitscentrum (17%) worden in de<br />

enquête door besturen het meest genoemd.<br />

Veel besturen ontberen de schaal en de know-how om een eigen mobiliteitscentrum<br />

op te tuigen. Het kan daarom nuttig zijn te kiezen voor een krachtenbundeling. Een<br />

goed functionerend – en daardoor vaak aangehaald – voorbeeld is het Personeelscluster<br />

Oost-Nederland (PON). De kern daarvan bestaat uit een vervangerspool en<br />

de verplichting vacatures bij voorkeur in te vullen met personeel van de andere<br />

48

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!