14.09.2013 Views

10 07 Eindrapport Bestuurlijke Toekomst - Gemeente Noordwijk

10 07 Eindrapport Bestuurlijke Toekomst - Gemeente Noordwijk

10 07 Eindrapport Bestuurlijke Toekomst - Gemeente Noordwijk

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

46<br />

Maar waar nog veel strategische winst te halen is, is in het consequent benaderen<br />

van mobiliteit als een concept dat de hele regio – alle vijf of zes gemeenten –<br />

aangaat en daarin ook streeksgewijs te kijken naar knelpunten, in plaats van<br />

lokaal. Het lokale infrastructurele of mobiliteitsbeleid is nu nog vaak - zo wordt<br />

geconstateerd door de working party - gericht op de bereikbaarheid van het<br />

centrum van de afzonderlijke gemeenten. Dat gaat ten koste van de verbindingen<br />

tussen de gemeenten. Het dossier van de N443 en de relatief zwakke oost-westverbindingen<br />

in de streek getuigen daarvan, voor fietsverkeer nog sterker dan<br />

voor autoverkeer.<br />

In de afzonderlijke gemeenten wordt de discussie over een zo goed mogelijk<br />

mobiliteitsconcept voor de hele regio vaak overschaduwd door nimby-discussies en<br />

andere lokale belangen. Een voorbeeld daarvan is de discussie over het HOV. Dat zorgt<br />

voor een spanningsveld tussen lokaal en bovenlokaal niveau.<br />

Regionale samenwerking op ambtelijk en bestuurlijk niveau is vanuit de strategische<br />

opgaven wenselijk. Maar…. wat bovenlokaal afgesproken wordt, moet lokaal worden<br />

uitgewerkt. Zie de tracekeuzes bij de HOV. Bovenlokale afspraken worden in<br />

gemeentelijke bestemmingsplannen vastgelegd waarbij de locale discussie weer<br />

opsteekt. De Wet Ruimtelijke Ordening heeft de bevoegdheid om bestemmingsplannen<br />

te wijzigen bij lokale raden neergelegd. Op regionaal niveau zijn de mogelijkheden<br />

wettelijk beperkt: er bestaat de mogelijkheid om op regionaal niveau kaders af te<br />

spreken, maar dan nog zijn lokale raden wettelijk bevoegd deze te ‘overrulen’. Op dit<br />

punt blijft de spanning tussen lokaal en regionaal niveau bestaan en is alleen maar op te<br />

lossen door een fusie. Alleen als de samenwerkende partners zich houden aan<br />

bovenlokale afspraken, dan is die spanning te minimaliseren. Ambtelijke samenwerking<br />

moet dus versterkt worden door bestuurlijke samenwerking.<br />

Nu de grote bovenregionale dossiers, zoals de RijnlandRoute en het HOV, een<br />

eind op streek zijn, wordt de volgende stap een betere bereikbaarheid op andere<br />

terreinen (oost-west-verbindingen, N-wegen, lokale wegen, fietsroutes). Deze zgn.<br />

bovenlokale (of ‘onderprovinciale’) onderwerpen vragen om eigen initiatief en om<br />

het over de huidige gemeentegrenzen heen kijken. Dat moeten we zelf oppakken<br />

en dat lukt tot nu toe onvoldoende. Om daarin goed mee te blijven doen in de<br />

Duin- en Bollenstreek ziet de working party ten minste vier uitdagingen in de<br />

samenwerking tussen de gemeenten:<br />

gezamenlijk lobbykracht en geld (vanwege de eigen bijdrage die bij<br />

infrastructurele projecten altijd nodig is)<br />

voldoende deskundigheid en ‘zware’ projectleiderscapaciteit<br />

gedeelde belangen (zoals het economisch belang rond de Greenport)<br />

mobiliteitsvisie en prioriteitsstellingen (lokaal versus bovenlokaal niveau).<br />

De working party schat in dat alleen ambtelijke samenwerking (bijvoorbeeld in de<br />

vorm van een gezamenlijk ingenieursbureau) onvoldoende zal zijn om in de<br />

toekomst de samenwerkingsafspraken uit te voeren en aan bovenstaande drie<br />

uitdagingen aan te kunnen. Daarvoor is ook een politiek-bestuurlijke slag nodig,

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!