15.09.2013 Views

zwem je met me mee 0305 - Stichting Saac

zwem je met me mee 0305 - Stichting Saac

zwem je met me mee 0305 - Stichting Saac

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De spanning van het vliegen, een nieuwe omgeving en het contact <strong><strong>me</strong>t</strong> de dolfijnen en<br />

onbekende therapeuten kan effect hebben gehad op het gedrag van de kinderen, wat indirect<br />

effect kan hebben op de resultaten van de therapie.<br />

De auteurs van de artikelen beschrijven dat dolfijntherapie een succesvol dier geassisteerde<br />

therapie is, waarbij veel positieve effecten verkregen zijn bij kinderen <strong><strong>me</strong>t</strong> een beperking.<br />

Bewijs dat het succesvoller is dan andere dier geassisteerde therapieën 33 , bijvoorbeeld<br />

therapie <strong><strong>me</strong>t</strong> honden, ontbreekt.<br />

Bij de beschreven onderzoeken is een gering aantal gegevens verstrekt over de bevindingen.<br />

Auteurs van 3 studies 34 hebben een beperkt aantal resultaten gepubliceerd over de nul en eind<br />

<strong><strong>me</strong>t</strong>ingen per kind. Bij vier 35 studies wordt aangegeven dat de kinderen zich na de therapie<br />

beter kunnen concentreren, maar bij drie van deze studies 36 is geen informatie te vinden over<br />

deze resultaten. Doordat deze punten niet onderbouwd worden is het onmogelijk te analyseren<br />

of de genoemde resultaten valide ge<strong><strong>me</strong>t</strong>en zijn en/of statistisch goed zijn verwerkt.<br />

Als laatst ontbreekt er informatie over de lange termijn effecten van de gegeven dolfijntherapie.<br />

De testperiodes verschillen per onderzoek. Het valt op dat er gemiddeld een testperiode<br />

gehanteerd wordt van minder dan 6 maanden. Hierdoor kan niet bewezen worden dat de<br />

verkregen resultaten daadwerkelijk blijvend zijn.<br />

4.2.2 Interviews<br />

Methode<br />

De onderzoeksgroep bestond uit 16 kinderen. Dit is te weinig om een realistisch overzicht te<br />

krijgen van de significante resultaten van de therapie. Voor een betrouwbare validiteit hoort<br />

gebruik gemaakt te worden van een controle groep. Door de kleine onderzoeksgroep was hier<br />

geen mogelijkheid voor. De onderzoekers waren op de hoogte van de vorm en type van de<br />

therapie dat de kinderen ontvangen hadden. Het onderzoek is niet geblindeerd uitgevoerd.<br />

Omgevingsfactoren zijn bij dit onderzoek een mogelijke bedreiging op de validiteit. De<br />

<strong>me</strong>este interviews werden gehouden bij de respondenten thuis. Overige plaatsten waren: een<br />

terras<strong>je</strong>, op het werk, bij de interviewers thuis en op het strand. Doordat een aantal interviews<br />

op onbekende locaties zijn gehouden, ontstond de mogelijkheid dat de respondenten afgeleid<br />

raakte door de onbekende omgeving of de gebeurtenissen te plaatse. Dit kan tot gevolg<br />

hebben dat er minder aandacht was voor het beantwoorden van de vragen waardoor de<br />

gegeven antwoorden afwijken van de realiteit.<br />

De interviews zijn, per kind, maar <strong><strong>me</strong>t</strong> één ouder/verzorger gehouden. Een tweede<br />

ouder/verzorger kan een ander beeld hebben van de veranderingen na de therapie. Hierdoor<br />

kan een ander beeld verkregen zijn bij de resultaten.<br />

De regulier behandelend therapeut van de kinderen had ook geïnterviewd moeten worden.<br />

Deze therapeut heeft een ander beeld van het complete welzijn van het kind dan de<br />

respondent. Het nadeel hiervan is dat de therapeut bevooroordeeld kan zijn, doordat het kind<br />

bij hen onder behandeling is en dit <strong>me</strong>egeno<strong>me</strong>n word in het antwoord.<br />

33 Karsten Brensing (2005), William Rossiter (1998)<br />

34 Nathanson (1989), Nathanson & de Faria (1993), Nathanson et al. (1997)<br />

35 Nathanson (1989), Nathanson & de Faria (1993), Nathanson et al. (1997), Lukina (1999)<br />

36 Nathanson (1989), Nathanson & de Faria (1993), Nathanson et al. (1997)<br />

36

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!