Profielwerkstuk voetbal & natuurkunde - KNAW Onderwijsprijs
Profielwerkstuk voetbal & natuurkunde - KNAW Onderwijsprijs
Profielwerkstuk voetbal & natuurkunde - KNAW Onderwijsprijs
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
1.3 Wet van Bernoulli:<br />
Met het gegeven dat de snelheid van de luchtstromen vlakbij het oppervlak van de bal zal toenemen<br />
en de wet van Daniel Bernoulli (een Zwitserse natuur‐ en wiskundige geboren in Nederland) kunnen<br />
wij nu ook uitspraak doen over de druk om de bal heen.<br />
Bernoulli heeft met behulp van de wetten van Newton het volgende principe betreft<br />
stromingsgedrag ontdekt. Hij beschreef het volgende:<br />
p + ½ ρ v 2 + ρgh = constant [3]<br />
p = de druk op het punt waar de luchtstroom zich bevindt Pa<br />
g = de valversnelling ms 2<br />
Aangezien de factor ‘pgh’ voor alle plaatsen op de bal hetzelfde is, kunnen we deze factor van de<br />
lucht buiten beschouwing laten (zolang we ons richten op de horizontale beweging). We zien dan dat<br />
de snelheid stijgt wanneer de lucht zich langs de bal verplaatst en dat zou moeten betekenen dat de<br />
druk daalt. In een ideale situatie, figuur 1.2, zonder luchtweerstand zullen de luchtstromen zodra ze<br />
bij de top van de bal zijn (punt B) ook weer in snelheid afnemen, omdat ze dan weer meer<br />
‘stroomruimte’ hebben. Als gevolg hiervan kan de druk ook weer op zijn normale niveau terug keren<br />
en is er dus geen druk verschil tussen de voorzijde en de achterzijde van de bal (A & C). Als er geen<br />
druk verschil is tussen deze twee punten zal er ook geen tegenwerkende kracht op de bal ontstaan<br />
en dus zal de bal ten gevolge van drukweerstand niet afremmen.<br />
Figuur 1. 2 luchtstromingen en snelheid : druk verhouding bij een ideale situatie © Sports Aerodynamics (CISM), (5)<br />
Gebaseerd op ‘Sports Aerodynamics’, paragraaf 2 ‘Basic fluid mechanics principles’ (5), vloeistofmechanica, blz. 233, 234 (5),<br />
hoofdstuk 15 vloeistofmechanica, paragraaf 5 bewegingsvergelijkingen voor wrijvingsloze fluïda, blz. 335 t/m 336 uit (10) en<br />
(11) en blz. 4 en blz. 5 van internetlink (16), TU Delft.<br />
1.4 Viscositeit:<br />
In werkelijkheid is er natuurlijk wel drukweerstand en dat maakt het proces iets complexer. Echte<br />
media (gasvormig of vloeistof) zijn namelijk viskeus (stroperig). Bij lucht is dat misschien moeilijk voor<br />
te stellen omdat je er zelf niet direct iets van merkt, maar als je bijvoorbeeld aan water of aan het<br />
extreme voorbeeld stroop denkt wordt het duidelijker. Hoewel het in werkelijkheid niet mogelijk is<br />
kun je je misschien wel voorstellen dat het een lastig verhaal wordt om een <strong>voetbal</strong> door een bak<br />
met stroop te schieten, de ‘stroop’weerstand is hier simpelweg veel te groot voor. De viscositeit leidt<br />
dus tot weerstand. Dit is het gevolg van wrijving tussen de ‘stroperige’ lucht en het oppervlak van de<br />
bol. Deze weerstand hebben we al eerder benoemd, de zogenaamde wrijvingsweerstand. Toch is het<br />
belangrijk om nogmaals terug te komen op deze wrijving. Het is namelijk niet alleen een weerstand<br />
op zichzelf, maar het leidt ook tot een proces wat uiteindelijk een veel groter deel van de<br />
luchtweerstand bepaalt.<br />
© Mike van Oppen & Richard Post 6