18.09.2013 Views

ournalist

ournalist

ournalist

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

1 JT AUG. .-SEPT. 1949<br />

De l\aiJiolieke „<br />

Jaargang - Maandblad 1 en 2<br />

INZENDINGEN AAN HET* SECRETARIAAT:<br />

K0NINGSSTRAAT22B.TEU.6529<br />

HILVERSUM<br />

It E D A C T I El<br />

J. W. L. VAN MASTRIGT<br />

A. L. G. M. VAN OORSCHOT<br />

S. H. A. M. ZOETMULDER<br />

<strong>ournalist</strong><br />

ORGAAN VAN DE KATHOLIEKE<br />

NEDERLANDSE JOURNALISTENKRING<br />

DE PERS IN HET BRANDPUNT<br />

rVIT J aar zal in de historie van de<br />

•^ pers ongetwijfeld met meer dan<br />

een nietszeggende phrase worden afgedaan.<br />

Het is het jaar, waarin hier<br />

in Nederland het wetsontwerp op de<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke verantwoordelijkheid<br />

bij de iStaten-Generaal is ingediend;<br />

het jaar, waarin de kwestie van<br />

het j<strong>ournalist</strong>ieke verschoningsrecht<br />

in een uitermate acuut stadium is<br />

getreden; \ •<br />

het jaar, waarin de Ned. Juristenvereniging<br />

het vraagstuk van de<br />

persvrijheid heeft behandeld;<br />

het jaar, waarin in Engeland het<br />

rapport van de Royal Commission on<br />

the Press is verschenen. De pers, die<br />

er niet tegen op ziet om het gehele<br />

maatschappelijke leven in zijn rijke<br />

schakeringen in haar gezichtskring<br />

te betrekken, is in 1949 dus zelve in<br />

het brandpunt der publieke "belangstelling<br />

komen te staan. Dit is op<br />

zich zelf verheugend, want op al deze<br />

discussies is toepasselijk het gevleugelde<br />

woord: „Du choc des opinions<br />

jaillit la vérité". En de waarheid 'is,<br />

dat de persvrijheid een goed van zo<br />

uitzonderlijke waarde is, dat elke poging<br />

tot opheffmg van deze vrijheid<br />

met kracht moet worden afgeslagen.<br />

Men kan onderling nog zozeqr van<br />

mening verschillen over de vraag, op<br />

welke wijze deze vrijheid moet worden<br />

bevestigd, hierin stemmen vrijwel<br />

alle meningsuitingen met elkaar<br />

overeen, dat de vrijheid in geen geval<br />

mag worden opgeofferd.<br />

Dit kan worden geconstateerd zo-<br />

Wel in vakkringen als daarbuiten. En<br />

de mondelinge gedachtenwisseling<br />

zowel als die in geschrifte heeft<br />

bovendien de grote verdienste, 'dat<br />

men zich op de fundamentele problemen<br />

van de pers bezint en dat van<br />

allerlei zijden kostbare bijdragen<br />

Worden geleverd voor de verdieping<br />

v an inzicht. '<br />

ZOALS ik bij de opening van het<br />

Congres te Utrecht reeds mocht<br />

constateren, blijken de gemoederen<br />

door het bewuste wetsontwerp zodanig<br />

te zijn beroerd, dat daarmede in<br />

de belangstelling der leden de ideële<br />

2i<br />

Jde van het j<strong>ournalist</strong>ieke beroep<br />

de ongetwijfeld ook belangrijke ma­<br />

teriële kant is gaan overschaduwen.<br />

Deze beroering heeft dit grote voordeel,<br />

dat de massa der leden, na een<br />

soms wat verontrustende periode van<br />

inertie, in beweging is gekomen. We<br />

kunnen in onze organisaties van deze<br />

activiteit slechts vruchten plukken.<br />

De onderlinge verbondenheid wordt,<br />

ondanks alle verschil van inzicht,<br />

door deze ontwikkeling versterkt.<br />

Overigens zal ieder mij ten goede<br />

houden, dat ik tot het wetsontwerp<br />

in kwestie thans het zwijgen doe, nu<br />

de Commissie van de Federatie nog<br />

in conclave is.<br />

Waarover ik niet mag zwijgen, is<br />

de stand van zaken met betrekking<br />

DOOR<br />

Mr. M. ROOY<br />

tot het verschoningsrecht. Na het<br />

Federatiecongres in Den Haag, dat<br />

aan dit onderwerp was gewijd, zijn<br />

er weer enige strafprocessen geweest,<br />

welke tot veroordeling van<br />

collega's, die zich op hun zwijgplicht<br />

hebben beroepen, hebben geleid. Ik<br />

heb dus op het genoemde congres<br />

geen woord te veel gezegd, toen ik<br />

constateerde, dat de kwestie van het<br />

verschoningsrecht een zeer actueel<br />

karakter voor de Ned. j<strong>ournalist</strong>en<br />

had, Prof. Van Oven, die ons in Den<br />

Haag reeds van voorlichting had gediend,<br />

vond aanleiding in het Ned.<br />

Juristenblad de zaak nog eens te behandelen<br />

naar aanleiding van de indiening<br />

van het wetsontwerp (met<br />

veen vooralsnog negatieve conclusie)<br />

en de presidente van de Ned. Juristenvereniging,<br />

mevr. prof. mr. D.<br />

Hazewinkel-Suringa wijdde aan hetzelfde<br />

onderwerp haar openingsrede<br />

voor het te Maastricht gehouden<br />

congres dezer vereniging. Deze -bekwame<br />

juriste kwam daarbij tot de<br />

conclusie, dat de ethische beroepsplicht<br />

van de j<strong>ournalist</strong> nog geen<br />

verschoningsrecht schept, doch dat<br />

de rechter in concreto zal hebben uit<br />

te maken, of het offer van het erkennen,<br />

van een zwijgrecht gerechtvaardigd<br />

wordt door een groter maatschappelijk<br />

voordeel. Het arrest van<br />

de Hoge Raad in de zaak-Lunshof<br />

achtte spr. juist gewezen. Deze belangen-afwe^ing<br />

zou zij in geen geval<br />

aan de j<strong>ournalist</strong> zelf of aan een<br />

commissie van beroepsgenoten willen<br />

overlaten.<br />

Zoals bekend, heeft de commissie,<br />

welke door de N.D.P. en de Federatie<br />

onder voorzitterschap van jhr.<br />

mr. G. W. van Vierssen Trip na het<br />

Haagse congres was ingesteld, met<br />

bekwame spoed een advies uitgebracht,<br />

waarin déze belangenafwe-<br />

1 ging juist wel aan een speciaal college,<br />

t.w. het door de j<strong>ournalist</strong>enwet<br />

gedachte Persgerecht, zou worden<br />

opgedragen. Dit voorstel ontleende<br />

zijn bijzondere waarde aan de<br />

instemming van de voorzitter, die<br />

oud-j<strong>ournalist</strong> en oud-rechter is. Doch<br />

dit verschil van inzicht met mevrouw<br />

Hazewinkel daargelaten, was haar<br />

rede hierom van bijzondere waarde,<br />

omdat zij een practische oplossing<br />

van de moeilijkheden ook onder de<br />

huidige omstandigheden aanwees, nl.<br />

de erkenning van een beperkt verschoningsrecht,<br />

indien het- algemeen<br />

belang zulks vordert. Op het juristencongres<br />

werd er op gewezen, dat<br />

ook in het arrest van de Hoge Raad<br />

deze mogelijkheid „duidelijk" was<br />

aangewezen. Ik heb dat ter vergadering<br />

bestreden en als mijn overtuiging<br />

uitgesproken, 'dat de lagere<br />

rechter er zich onvoldoende van bewust<br />

is, dat de belangenafweging als<br />

>bedoeld door mevr. Hazewinkel, door<br />

de rechter dient te geschieden, in elk<br />

geval, waarin een j<strong>ournalist</strong> wegens<br />

het weigeren van getuigenis terecht<br />

staat. De nu gewezen uitspraken geven<br />

in hun motivering weinig blijk<br />

van de geneigdheid van lagere colleges<br />

om deze weg te bewandelen.<br />

Alleen heeft het Haagse gerechtshof<br />

in de zaak tegen collega's Kruiderink<br />

en Corstiaanse de betrekkelijk<br />

lage straf bevestigd met verwerpingvan<br />

de overweging van de rechtbank,<br />

volgens welke een lage straf op haar<br />

plaats was, omdat de betrokken j<strong>ournalist</strong>en<br />

het bewuste arrest van de<br />

Hoge Raad nog niet hadden kunnen<br />

kennen, toen zij getuigenis weigerden;<br />

het Hof heeft de pleiter voor<br />

deze collega's'in zoverre gevolgd, dat<br />

het een lage straf gerechtvaardigd<br />

1


achtte wegens de aard van het bewuste<br />

geval. Dit wijst, althans bij de<br />

bepaling van de strafmaat, op een<br />

zekere belangenafweging. Het is echter<br />

nog niet een aanvaarding van de<br />

gedragslijn, welke . tot erkenning<br />

zelve van het verschoningsrecht kan<br />

leiden en dus een veroordeling kan<br />

uitsluiten. Het is te wensen, dat de<br />

discussie op het Juristencongres op<br />

den duur een gunstige uitwerking zal<br />

hebben en die collega's van een veroordeling<br />

zal vrijwaren, die met hun<br />

publicaties waarvan zij de bron desgevraagd<br />

niet kunnen mededelen,<br />

kennelijk het algemeen belang op het<br />

oog hebben gehad.<br />

ERHEUGEND is de duidelijke<br />

V, uitspraak, welke de Ned. Juristenvereniging<br />

op haar jaarlijkse congres<br />

te Maastricht t.a.v. de persvrijheid<br />

heeft gedaan. Met de grootst<br />

mogelijke meerderheid werd de mogelijkheid<br />

van preventief toezicht op<br />

uitingen door middel van de drukpers<br />

afgewezen. En al evenmin verbloemd<br />

was de uitspraak, dat de lagere<br />

wetgevers t.a.v. de inhoud van<br />

geschriften geen beperkingen bij verordening<br />

mogen uitvaardigen: een<br />

persoonlijk succes Voor prof. mr. G.<br />

van den Bergh, die een andersluidende<br />

uitspraak van de Hoge Raad ter<br />

vergadering nogmaals had gewraakt.<br />

De prae-adviseur, onze oud-collega<br />

Tammes vond de vergadering achter<br />

zich, met betrekking tot het punt, of<br />

de persvrijheid in onze Grondwet .—<br />

als tot dusverre — negatief dient te<br />

worden omschreven dan wel in een<br />

positieve formulering moet worden<br />

bevestigd; prof. Tammes had het<br />

laatste bepleit en, met de bedachtzame<br />

vooruitstrevendheid, hem eigen,<br />

een nieuwe redactie ontworpen, welke<br />

de geijkte terminologie van art. 7<br />

ten,' dele combineert met een positieve<br />

uitdrukking van het beginsel der<br />

persvrijheid. En wel als volgt:<br />

,,De vrijheid van drukpers is<br />

erkend.<br />

„Niemand heeft voorafgaand<br />

verlof nodig om zich door schrift,<br />

afbeelding of tekening jegens anderen<br />

vrij te uiten.<br />

,,De wet bepaalt welke uitingen<br />

als zodanig onrechtmatig zijn (met<br />

inachtneming van de bijzondere<br />

taak van de periodieke pers tot<br />

vorming van de openbare mening)".<br />

Zonder dat de Juristenvereniging<br />

zich heeft vastgelegd op deze redactie<br />

heeft zij zich met grote meerderheid<br />

voor een positieve formulering<br />

uitgesproken, daarmede een krachtig<br />

pleidooi voor de persvrijheid leverende...<br />

De debatten droegen een bijzonder<br />

geanimeerd karakter. Het praeadvies<br />

van prof. Tammes vond meer<br />

instemming dan bestrijding. Het tegendeel<br />

was het geval met het omvangrijke<br />

stuk van zijn mede-praeadviseur,<br />

prof. Duynstee, dat soms<br />

zelfs felle en emotionele kritiek uitlokte.<br />

Ook van katholieke zijde onder<br />

de sprekers distancieerde men zich<br />

van de strekking van dit prae-advies.<br />

2<br />

Bij de beantwoording van de vraagpunten<br />

bleek dit prae-advies geen<br />

weerklank te vinden, ja veeleer de<br />

overtuiging van het tegendeel bij<br />

verschillende aanwezigen te hebben<br />

versterkt. Het is te wensen dat bij<br />

voorkomende gelegenheid in de toekomst<br />

van katholieke zijde een meer<br />

representatieve omschrijving van in<br />

Katholieke kring levende opvattingen<br />

met betrekking tot dit onderwerp zal<br />

worden gegeven.<br />

Het was wijs beleid van de vergadering,<br />

dat zij de vraagpunten<br />

over het wetsontwerp op de j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

verantwoordelijkheid niet in<br />

stemming wenste te laten komen;<br />

ondanks de aandacht, welke de praeadviseurs<br />

daaraan hadden gewijd, leek<br />

het onderwelrp voor een uitspraak,<br />

waaraan het gezag van de Juristenvereniging<br />

toekomt, toch niet voldoende<br />

voorbereid.<br />

Zo is deze Maastrichtse bijeteSnkomst<br />

een kostbare bijdrage geworden<br />

tot de algemene gedachtenwisseling<br />

over de betekenis van de persvrijheid.<br />

,<br />

VER het rapport van de Engelse<br />

O Royal Commission on the Press<br />

zou zeer veel te zeggen zijn. De Nederlandse<br />

pers past echter een zekere<br />

terughoudendheid daaromtrent in deze<br />

zin, dat men met lof of blaam spaarzaam<br />

omspringt. Kostbaar studiemateriaal<br />

levert het rapport echter zeker<br />

op, gegrond als het is op uitvoerige,<br />

stenografisch opgenomen „hearings",<br />

welke reeds eerder waren gepubliceerd.<br />

Wie over de Engelse pers<br />

in het bijzonder en over de persproblemen<br />

in het algemeen, zoals zij<br />

zich in Groot-Brittannië voordoen,<br />

zich wil oriënteren, moet in dit rapport<br />

duiken.<br />

Eén ding is door dit rapport wel<br />

duidelijk geworden en dat is, dat het<br />

uitgangspunt Van degenen, die tot<br />

het onderzoek de stoot hebben gegeven,<br />

geen bevestiging heeft gevonden.<br />

Omtrent de kritiek op de pers,<br />

dat zij „vercommercialiseerd" zou<br />

zijn, merkt de commissie op, dat het<br />

haar voorgelegde materiaal „geen<br />

samenhangend en alomvattend beeld<br />

gaf en geen middel om tot algemene<br />

conclusies -te komen over de omvang<br />

en de aard van de misbruiken, waarvan<br />

het bestaan was beweerd".<br />

Dit betekent intussen niet, dat de<br />

commissie de pers, vooral do populaire<br />

bladen — welke worden geplaatst-<br />

tegenover de „kwaliteitsbladen"<br />

— de critiek zou sparen. Deze<br />

hebben harde noten te kraken gekregen,<br />

aldus de pLondense correspondent<br />

van de N.R.C, over de neiging<br />

om aan de publieke smaak te voldoen:<br />

„In de populaire bladen werkt de<br />

beoordeling van de nieuwswaarde als<br />

een verwringend medium zelfs los<br />

van enige politieke overweging: de<br />

hoogste betekenis wordt gehecht<br />

aan het nieuwe, aan het uitzonderlijke<br />

en aan het „menselijke!' en deze<br />

elementen worden in het nieuws<br />

onderstreept tot schade en zelfs tot<br />

uitsluiting van het normale en blij­<br />

vende. Consequently the picture is<br />

always out of focus".<br />

Het is in dit verband merkwaardig<br />

kennis te nemen van de aanhef van<br />

het hoofdartikel van het Zondagsblad<br />

de Observer — met de Economist<br />

het enige blad waarvan de<br />

hoofdredactie een statutair geregelde<br />

onafhankelijkheid heeft! , —; deze<br />

aanhef luidt:<br />

„Dat kranten in staat zijn tot onnauwkeurige<br />

weergeving van feiten<br />

werd aardig gedemonstreerd Donderdag<br />

j.1., toen bijna elk populair dagblad<br />

de resultaten van de Royal<br />

Commission on the Press samenvatte<br />

op een wijze, welke voor henzelf<br />

gunstig was. Niemand, die op<br />

deze bladen steunde voor zijn voorlichting<br />

kon hebben gegist, dat veel<br />

van het Commissierapport ongunstig<br />

was voor onze industrie of ons beroep."<br />

Het blad wijst er op, dat de Commissie<br />

met name het vraagstuk, hoe<br />

nieuwe bladen een „start" kan worden<br />

gegeven in de concurrentiestrijd<br />

met de zeer kapitaalkrachtige bladen<br />

ter zijde heeft gelaten. En het<br />

blad is al evenzeer sceptisch over het<br />

effect van de positieve aanbeveling<br />

van de Commissie tot vorming van<br />

een Persraad, op grondslag van vrijwilligheid<br />

en zonder sancties.<br />

iZo blijkt er, van het standpunt van<br />

een onafhankelijk persorgaan in Engeland,<br />

wel grond voor critiek aan-<br />

.wezig te zijn. En waarover een Ned.<br />

j<strong>ournalist</strong> zich vooral verwondert is,<br />

dat de Commisie het logisch schijnt<br />

te vinden, dat degene, „die de muzikant<br />

betaalt, ook het deuntje bepaalt."<br />

Intussen toont de (Commissie<br />

wel voldoende begrip voor de roeping<br />

van de pers in de maatschappij!<br />

vandaar ook haar voorstel voor een<br />

Persraad, die mede moet werken aan<br />

de problemen van de opleiding van<br />

j<strong>ournalist</strong>en — alsmede aan formulering<br />

en effectief maken hoge standaarden<br />

van beroepsgedrag. De<br />

meeste Engelse bladen betuigen tamelijk<br />

platonische instemming niet<br />

een en ander, doch het tevens blij'<br />

kend scepticisme over de mogelijk'<br />

heid practische resultaten te bereiken<br />

is veelzeggend. De Engelse vrijheidszin<br />

doet de betrokkenen in het<br />

bijzonder afkerig zijn van enige wettelijke<br />

dwang. Bij de strijd om het<br />

wetsontwerp op de j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

verantwoordelijkheid is eenzelfd e<br />

stroming hier te lande aan- de dag<br />

getreden. Persoonlijk blijf ik mij echter<br />

afvragen, of de in Engeland nu<br />

door een onpartijdige instantie g e '<br />

constateerde ontwijfelbare misstanden<br />

ooit uit de weg zullen worden<br />

geruimd, indien men blijft staan M<br />

deze constatering. Er liggen in de<br />

pers, juist als commercieel geëxploi-,<br />

teerde ondernemingen, ook voor de<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke gedragingen gevaren,<br />

welke langs de weg der vrijwilligheid<br />

niet zijn te keren. Het Engelse rapport<br />

is daarvan een waarschuwenu<br />

voorbeeld. Wie Vindt de steen der<br />

wijzen? Het is m.i. nog steeds a<br />

moeite waard daarnaar te blijve<br />

zoeken, in het belang van een vrO;<br />

tevens zuivere pers.<br />

RO


Onze internationale samenwerking<br />

\7AN 8 tot 12 September zullen te<br />

* Bonn de besprekingen worden<br />

voortgezet, die verleden jaar Mei op<br />

de Walberberg zijn begonnen. Ook<br />

nu worden publicisten uit de westelijke<br />

landen van Europa verwacht.<br />

Het algemeen onderwerp is: „Wirkung<br />

und Versagen der Gesinnungspublizistik".<br />

Deze werkweek begint met een<br />

pontificale H. Mis, op te dragen door<br />

Kardinaal Frings te Keulen. Over<br />

de „Publizistische Verwirklichung"<br />

spreekt dr. Walter Dirks uit Frankfurt<br />

M., dr. Otto Roegele te Koblenz<br />

over „Absicht und Wirkung in der Publizistik",<br />

waarbij dr. Walter Frings<br />

meer in het bijzonder de moderne<br />

nieuwsberichtgeving in de radio zal<br />

bespreken. De bekende professor in<br />

de j<strong>ournalist</strong>ieke wetenschap, dr. Emil<br />

Dovifat te Berlijn, komt ook deze<br />

keer en heeft als onderwerp van zijn<br />

te houden voordracht gekozen: „Zur<br />

Praxis der Meinungsbildung". Dr.<br />

Max Jordan, van de Universiteiten<br />

te Bazel en Washington, zal spreken<br />

over „Die acies ordinata der Katholischen<br />

Publizistik". Tot slot zal een<br />

internationaal gesprek worden gevoerd<br />

tussen de buitenlandse deelnemers.<br />

De congressisten zullen door het<br />

gemeentebestuur van Bonn worden<br />

ontvangen.<br />

De Leidse Courant 40 jaar<br />

KTU pas veertig jaar?" zal de<br />

tt* * scherpzinnige collega vragen,<br />

die ooit op de Vaticaanse perstentoonstellimg<br />

een exemplaar van de<br />

Leydsche Courant zag uit het jaar<br />

zeventiënhonderd en zoveel.<br />

Maar dat was de neutrale voorganger<br />

van een orgaan, dat begin October<br />

1909 op de Oude Singel te Leiden<br />

onder Katholieke vlag en mét medewerking<br />

van wijlen professor Aalberse<br />

is gestart. Sindsdien heeft de<br />

Leidse Courant haar plaats veroverd<br />

J<br />

n de rij van toonaangevende dagbladen,<br />

van welk feit de redactionele<br />

leiding van onze collega Th. B. J.<br />

filmer (reeds enkele jaren na de<br />

oprichting hoofdredacteur) zeker niet<br />

yreemd is. Indien één krant betrouwbaar<br />

en bedachtzaam is in haar leidinggevende<br />

beschouwingen, dan ongetwijfeld<br />

de Leidse Courant.<br />

Met de redactie van deze veertigjarige<br />

had onze Katholieke J<strong>ournalist</strong>en-organisatie<br />

ooit bijzondere<br />

re<br />

laties, want de redacteur-buitenland<br />

? lr - H. Geise was de laatste voorziter<br />

van de Ned. R.K. J<strong>ournalist</strong>envereniging,<br />

en de hoofdredacteur Th.<br />

Wilttier was enkele jaren redacteur<br />

Va<br />

n het orgaan.<br />

. ^ij menen te weten, dat het 40-<br />

; ari g feest niet opvallend naar buiten<br />

zal worden gevierd, maar dat<br />

het in elk geval interne betekenis zal<br />

Rebben. Aan redactie en directie de<br />

e<br />

ste wensen van ons hoofdbestuur!<br />

v. O.<br />

Geloofsafval<br />

INNIGE tijd geleden werden alarmerende<br />

cijfers gepubliceerd<br />

over de geloofsafval in onze grote<br />

steden. Al moge het waar zijn, dat<br />

buiten de grenzen op veel plaatsen<br />

deze cijfers nog ontstellender zijn,<br />

zeker is er voor ons geen enkele<br />

reden om in zelfgenoegzaamheid, te<br />

constateren, dat het in vergelijking<br />

met andere landen in ons vaderland<br />

„toch nog zo erg niet is".<br />

Ook bij ons zijn er tallozen, voor<br />

wie het Geloof niet is een verankerd<br />

zijn in God. Het licht, dat de geheimenissen<br />

Gods, Zijn oneindig<br />

wezen in de vruchtbaarheid der ondeelbare<br />

Drieëenheid en Zijn afdalen<br />

tot de zondige mens in medelijden<br />

door de Menswording van Gods Zoon,<br />

ons openbaarde, schijnt voor velen<br />

niet meer. Het voortleven en voortwerken<br />

van Christus onze Heer in<br />

de Kerk, die het heilbrengend werk<br />

der verlossing bestendigt, gaat langs<br />

hen heen. Het huis op de berg zien<br />

zij niet meer.<br />

LS van zelf speuren wij naar de<br />

A oorzaken van dit verontrustend<br />

verschijnsel. We staan voor een ontzettende<br />

crisis, resultaat van een<br />

lange ontwikkeling van ontkerstening;<br />

de ongekende vlucht van de<br />

techniek, de industrialisatie, liberalisme<br />

en socialisme, sociale wanverhoudingen,<br />

waartegen de Paugen der<br />

laatste decennia zo krachtig zijn opgetreden<br />

in hun sociale Encyclieken,<br />

dit alles heeft een verwereldlijking<br />

veroorzaakt, waardoor de (bovennatuur<br />

lijke waarden niet meer aanspreken<br />

en het gebed der Kerk op<br />

het feest van 's Heren Hemelvaart<br />

„dat wij, die het opstijgen van onze<br />

Zaligmaker ten hemel gelovend aanvaarden,<br />

ook zelf met de geest in de<br />

hemel mogen verblijven", volkomen<br />

onbegrepen blijft.<br />

npAL van vragen doen zich voor. Is<br />

*• onze zielzorg wel voldoende aangepast<br />

aan de gewijzigde omstandigheden<br />

en de mentaliteit van de moderne<br />

mens? Heeft het devotie-leven<br />

niet een te individualistische inslag<br />

gekregen, in zoverre het bijna uitsluitend<br />

een persoonlijke houding<br />

tegenover God kent, terwijl het ontwend<br />

is aan het gemeenschapsbewustzijn<br />

der Kerk en dit nauwelijks<br />

als levende werkelijkheid ervaart?<br />

Is ons geloofsonderricht niet te intellectualistisch<br />

geweest en hebben<br />

wij de aankomende jeugd opgevangen<br />

in een levenssfeer met uittingsvormen,<br />

waarin zij hun geloof religieus<br />

kunnen beleven? Heeft men er<br />

voldoende rekening mee gehouden,<br />

dat de cultus der christelijke gemeenschap<br />

het normale werktuig is<br />

tot opvoeding der jeugd? Of zijn er<br />

nog andere oorzaken voor de betreurenswaardige<br />

onwetendheid in geloofszaken,<br />

die zeker een rol van<br />

betekenis speelt bij het proces van<br />

de geloofsafval?<br />

T\IT zijn slechts enkele vragen om-<br />

9S trent één aspect van het vraagstuk<br />

— waaruit wel blijkt, dat éen breed<br />

opgezet en diepgaand onderzoek<br />

noodzakelijk is, om voldoende inzicht<br />

te verkrijgen in het complex van<br />

oorzaken.<br />

Eén punt is zonder studie wel duidelijk:<br />

hoeveel beter zouden we er<br />

voor staan, wanneer er meer zulke<br />

mannen waren, als die onlangs hun<br />

prachtbrief aan Mgr. Paolo Giobbe<br />

schreven. „Bewogen door de smaad,<br />

* welke onze Moeder de H. Kerk moet<br />

ondergaan van hen, die Christus niet<br />

kennen of die door hun materialistische<br />

levenshouding de liefde van<br />

Christus versmaden, is er in ons het<br />

verlangen gegroeid ons geheel in te<br />

zetten voor de verdediging van de<br />

H. Kerk, de Bruid van Christus", aldus<br />

het begin van hun schrijven aan<br />

de Internuntius. Deze jonge mannen<br />

willen zich geheel inzetten en beseffen-maar<br />

al te goed wat dit betekent.<br />

„Wij verklaren U hierbij,<br />

volledig de consequenties van deze<br />

daad te kennen en te aanvaarden.<br />

Wij blijven steeds in afwachting van<br />

de opdrachten, welke Z.H. de Paus<br />

ons zal willen geven, maar trachten<br />

intussen door onze dagelijkse handel<br />

en wandel, door de stipte vervulling<br />

van onze plichten van staat,<br />

door de beoefening der deugden —<br />

in het bijzonder van de liefde — door<br />

een ijverig en eucharistisch godsdienstig<br />

leven, door de training van<br />

onze wil in verstervingen en offers,<br />

door het bereidwillig aanvaarden<br />

van Gods H. Wil, door ons tmedeleven<br />

met de Kerk, door onze zo<br />

breed mogelijke apostolische arbeid,<br />

voor God en de wereld te tonen,<br />

dat wij afstand van ons leven deden<br />

in dienst van Christus en Zijn Kerk."<br />

r\IT is inderdaad de alleruiterste<br />

"^ consequentie! Een prachtig ideaal,<br />

dat alleen geroepenen kunnen<br />

nastreven.<br />

Maar ons allen spoort dit heerlijk<br />

voorbeeld aan om door intens beleyen-<br />

van het geloof een steun te zijn<br />

voor onze zwakkere broeders. „Samengegroeid<br />

en samengehouden door<br />

de steun van ieder gewricht en door<br />

de eigen werking van ieder lichaamsdeel<br />

voltooit het Lichaam van Christus<br />

zijn eigen groei in liefde" (Ep"h.<br />

4, 16).<br />

P. HEYMEIJER S.J.<br />

Geestelijk Raadsman.


DE FEDERATIE IN 1948<br />

N de op 16 Juli jl. te Utrecht ge­<br />

I<br />

houden vergadering van de Federatieraad<br />

(zie het verslag elders in<br />

dit nummer), werd o.m. het door de<br />

secretaris over 1948 uitgebrachte<br />

verslag goedgekeurd. Aangezien<br />

publicatie in extenso te'veel plaats<br />

zou vergen, volstaan wij met een<br />

samenvatting.<br />

Het eerste deel van het verslag<br />

geeft een overzicht van de bestuursr<br />

organen der Federatie, de functionnering<br />

van het Federatiebureau, de<br />

ontwerpwijzigingen der statuten, het<br />

nieuwe Huishoudelijke Reglement,<br />

de besprekingen met de P.C.J.V. en<br />

de voorbereiding van verschillende<br />

nieuwe secties.<br />

Behandeling van klachten en<br />

conflicten<br />

In de loop van het verslagjaar<br />

werden een groot aantal klachten<br />

van particulieren en overheidsinstanties<br />

over het optreden van<br />

bepaalde bladen of j<strong>ournalist</strong>en behandeld,<br />

evenals een reeks meningsverschillen<br />

tussen redacties en collega's<br />

onderling. Deze kwesties hadden<br />

in de regel betrekking op<br />

schending of beweerde schending<br />

van het persfatsoen. In een deel der<br />

gevallen kon het twistpunt na ingesteld<br />

onderzoek tot tevredenheid van<br />

partijen worden opgelost. Meermalen*<br />

moest een afkeurend oordeel over<br />

het optreden, van een lid, of een<br />

andere betrokkene, worden geuit.<br />

Ook na de instelling van de Raad<br />

van Tucht werden gevallen als<br />

de bovenbedoelde behandeld. Volgens<br />

een afspraak met tleze Raad, werd<br />

in alle kwesties, die zich daartoe<br />

leenden, door de Federatie een voorlopig<br />

onderzoek ingesteld. In verscheidene<br />

gevallen leidde dit onderzoek<br />

tot intrekking van de gedane<br />

klacht, daar de klagers alsnog<br />

genoegdoening werd verschaft of<br />

omdat zij bij nader inzien van een<br />

formele behandeling van de zaak<br />

afzagen: Enige klachten bleken niet '<br />

voor een afdoende behandeling vatbaar,<br />

daar degenen over wie geklaagd<br />

werd, geen lid van een bij de<br />

Federatie aangesloten vereniging<br />

waren.<br />

In conflicten tussen de pers en<br />

overheidsinstanties werd meermalen<br />

bemiddelend opgetreden. In het bijzonder<br />

wordt herinnerd aan de<br />

werkzaamheid der commissie, inge-<br />

Eteld door de Federatie en de<br />

Nederlandse Dagbladpers 1945, bestaande<br />

uit Mr. M. Rooy en Mr.<br />

W. G. J. Veenhoven, die een belangrijke<br />

principiële uitspraak deed in<br />

een conflict tussen het gemeentebestuur<br />

van Groningen en het<br />

Nieuwsblad van het Noorden (waar-<br />

. in dit blad in 't gelijk werd gesteld)<br />

en aan het rapport der Commissie<br />

van Onderzoek i.z. een verslag, door<br />

coll. R. Kiek voor het Persbureau<br />

Aneta gemaakt van een in het begin<br />

van het jaar gehouden persconfe­<br />

rentie van de' Commissie van Goede<br />

Diensten inzake het Nederlands-<br />

Indonesische geschil. Het onderzoek<br />

dezer commissie (samengesteld uit<br />

de heren Prof. Mr. A. J. P. Tammes,<br />

voorzitter; R. W. P. Peereboom, Dr.<br />

E. van Raalte en Mr. A- E. van<br />

Rantwijk, secretaris) leidde tot een<br />

rehabilitatie van coll. Kiek.<br />

Ontslagen en vorderingen enz.<br />

In tal van gevallen werd advies<br />

verstrekt aan óf opgetreden namens<br />

leden, die op te korte termijn of op<br />

anderszins onjuiste wijze door de<br />

directie van het blad, waaraan zij<br />

verbonden waren, ontslagen werden,<br />

of die moeite hadden de hun als<br />

medewerker'v toekomende honoraria<br />

te innen. De behaalde resultaten<br />

waren in het algemeen, niet onbevredigend;<br />

de behoefte aan een<br />

betere regeling van de rechtspositie,<br />

in het bijzonder van de nietdagbladj<strong>ournalist</strong>en,<br />

deed zich echter<br />

meermalen gevoelen. De ontslagen<br />

Van dagbladj<strong>ournalist</strong>en, die vóór de<br />

invoering van de C.A.O. voor deze<br />

groep j<strong>ournalist</strong>en, ten dele door de<br />

„Ontslagcommissie" van de N.D.P.<br />

1945 en van de Federatie i(waarin<br />

laatstgenoemde organisatie door<br />

coll. J. J. F. van den Bergh en de<br />

secretaris was vertegenwoordigd)<br />

waren behandeld, vielen nadien<br />

onder de competentie van de Raad<br />

van Uitvoering.<br />

Spoedig na, de invoering van de<br />

C.A.O. werd overgegaan tot instelling<br />

van de Raad van Uitvoering. In<br />

deze Raad hebben zitting voor de<br />

Federatie: coll. Mr. M. 'Rooy en<br />

L. S. J. Hanekroot, leden; K. Voskuil<br />

en S. H. A. M. Zoetmulder, pl.v.<br />

leden. De N.D.P. is vertegenwoordigd<br />

door de heren Mr. H. M. Planten en<br />

J. Groenewegen, leden; Mr. H.<br />

Dikkers en J. Kuypers, pl.v. leden.<br />

Het secretariaat wordt waargenomen<br />

door Mr. C. A. Steketee, adj. secretaris<br />

van de N.D.P. en Mr. A. E. van<br />

Rantwijk. Sinds zijn. instelling heeft<br />

de Raad geregeld vergaderd ter<br />

behandeling, van de hem voorgelegde<br />

aangelegenheden en. geschillen. Eind<br />

1948 werd door de Raad een reglement<br />

voor de te volgen procedure<br />

vastgesteld. In dit reglement is o.m.<br />

voorzien de instelling van een ontslagkamer<br />

voor het uitbrengen van<br />

door de Gewestelijke Arbeidsbureaux<br />

gevraagde adviezen i.z. ontslagen<br />

van dagbladj<strong>ournalist</strong>en.<br />

In de korte periode, waarin de<br />

Raad in 1948 zijn taak verrichtte<br />

— melding moet worden gemaakt<br />

DEGELIJK JOURNALIST,<br />

36 j., ongeh., ervaren in redactieen<br />

reportagewerk, zoekt verandering<br />

van werkkring.<br />

Brieven onder No. 835 ' aan Bur.<br />

„De Katholieke J<strong>ournalist</strong>", Koningsstraat<br />

22B, Hilversum.<br />

van de aangename sfeer waarin de<br />

vertegenwoordigers van beide zijden<br />

samenwerkten. — is reeds gebleken,<br />

dat nog v'eel werk verzet zal moeten<br />

worden voordat de bepalingen van de<br />

C.A.O. in alle opzichten toepassing<br />

vinden. Helaas zijn er nog altijd<br />

j<strong>ournalist</strong>en, die blijkbaar niet de<br />

moed kunnen vinden, meningsverschillen<br />

met hun directie aan de<br />

Raad voor te leggen. Indien zij er<br />

niet toe overgaan hun zaak bij de<br />

Raad aanhangig te maken, kan deze<br />

uiteraard geen voorziening treffen<br />

t.a.v. mogelijke onjuiste toepassing<br />

der bepalingen, te hunnen aanzien.<br />

Persconferentie-commissie<br />

f Deze commissie, samengesteld uit<br />

vertegenwoordigers van de N.D.P.<br />

1945 en van de Federatie, kwam<br />

veelvuldig bijeen ter behandeling van<br />

de gevallen, waarin dagbladen advies<br />

vroegen omtrent de wenselijkheid<br />

van het al of niet bijwonen van persconferenties,<br />

of waarin de uitnodigende<br />

instanties zich vooraf van de<br />

goedkeuring der commissie wensten<br />

te verzekeren. In ca. 40 voorgelegde<br />

gevallen werd advies uitgebracht.<br />

Het secretariaat dezer commissie<br />

werd in 1948 waargenomen door het<br />

Federatiebureau.<br />

Perslegitimatiekaarten N.S.<br />

De Adviescommissie Perslegitimatiekaarten<br />

N.S., waarin alle<br />

betrokken persorganisaties vertegenwoordigd<br />

zijn, had evenals in voorgaande<br />

jaren tot taak te adviseren<br />

over een zo bevredigend mogelijke<br />

verdeling over de verschillende<br />

sectoren van de pers der door de<br />

Nederlandse Spoorwegen welwillend<br />

ter beschikking gestelde kaarten,<br />

die het recht geven op enkele reizen<br />

tegen. 50 % van de normale prijs. In<br />

overleg met de Nederlandse Spoorwegen<br />

werden in het schema van<br />

verdeling der kaarten enkele verbeteringen<br />

aangebracht, o.a. voor<br />

free lances. De administratieve uitvoering<br />

der regeling en het overleg<br />

ter zake met de Nederlandse Spoorwegen<br />

geschiedde door 't Federatiebureau.<br />

•<br />

Kadiotoestellen<br />

De Adviescommissie Radiotaestellen<br />

Pers, die op soortgelijke wijz e<br />

als de Adviescommissie Perslegitimatiekaarten<br />

NS. is samengesteld<br />

en v/aarvan het secretariaat even '<br />

eens door het Federatiebureau wordt<br />

waargenomen, heeft verschillende<br />

aanvragen voor radiotoestellen ten<br />

behoeve van persdoeleinden behandeld.<br />

Internationale perskaarten<br />

In de loop van 1948 werden door<br />

het Federatiebureau ca. 150' m .^t<br />

nationale perskaarten uitger jeZé<br />

Daar de verstrekking van


REKENING 1948 EN BEGROTING 1949 DER FEDERATIE.<br />

Hieronder laten wij een samenvatting volgen van de afrekening over 1948 en<br />

de begroting 1949 van de Federatie. Met het oog op de plaatsruimte moest<br />

van publicatie der uitvoecige, voor de Federatie bestemde toelichting worden<br />

afgezien.<br />

Omschrijving:<br />

Salarissen, sociale lasten en vereveningsheffing<br />

Inventaris-aanschaffingen<br />

Drukwerk en kantoorbehoeften<br />

Porti<br />

Telefoon en telegrammen<br />

Huur kantoorlokaliteit<br />

Onkosten secretaris j<br />

Algemene Bestuurskosten<br />

Subsidie aan Secties der Federatie<br />

Contributie I.O.J. ...^<br />

Uitvoering C.A.O. Dagbladj<strong>ournalist</strong>en<br />

Raad van Tucht<br />

Subsidie Persbibliotheek<br />

Accountantscontrole<br />

Algemene onkosten<br />

Uitgaven<br />

1948<br />

16.444.77<br />

1.294.44<br />

1.434.92<br />

1.090.12<br />

502.38<br />

1.180—<br />

748.53<br />

1.283.77<br />

800—<br />

—<br />

—•<br />

—<br />

—<br />

—<br />

• 382.95<br />

Betaalde kosten dienst 1947 1.852.41<br />

TEZAMEN 27.014.29<br />

Te verminderen met (te) ontvangen administratieve<br />

vergoedingen AF 394.42<br />

TOTAAL UITGAVEN 26.619.87<br />

Begroting<br />

1949<br />

17.950.—<br />

750—<br />

1.500—<br />

1.100—<br />

500—<br />

1.750—<br />

600—<br />

1.700—<br />

1.500.—i)<br />

700—<br />

1.350—<br />

100—<br />

250—<br />

750—<br />

400.—<br />

30.900—<br />

400—<br />

30.500—<br />

J ) Het Federatiebestuur zal omtrent de toewijzing vani en de verdeling over de<br />

verschillende Secties van dit bedrag nader beslissen.<br />

kaarten door het secretariaat van de<br />

I.O.J. te Praag aanvankelijk geruime<br />

tijd duurde, werden aan leden,<br />

die daaraan behoefte- hadden, vanwege<br />

de Federatie verklaringen in<br />

verschillende talen gegeven, die bij<br />

buitenlandse reizen konden dienen.<br />

Van deze faciliteit werd ook door<br />

leden, die geen I.O.J.-kaart wensten,<br />

een vrij druk gebruik gemaakt.<br />

Persregeling Schiphol<br />

Daar zich bij de vertegenwoordiging<br />

van de pers op Schiphol enige<br />

moeilijkheden voordeden en* de<br />

bestaande regeling voor het verkrijgen<br />

van de voor toegang nodige<br />

vergunningen vrij omslachtig was, is<br />

van de zijde der Federatie enige<br />

malen overleg gepleegd met de<br />

betrokken autoriteiten. Deze besprekingen<br />

hebben geleid tot het vaststellen<br />

van een bevredigender regeling<br />

door het Ministerie van Financiën.<br />

De uitvoering hiervan, die bij<br />

het Federatiebureau berust, was<br />

einde 1948 nog in voorbereiding.<br />

Vertegenwoordiging van de pers<br />

Herhaaldelijk werd door overheidsdiensten,<br />

bedrijven en andere<br />

particuliere instellingen aan de<br />

Federatie advies gevraagd omtrent<br />

de uit te nodigen bladen bij gebeurtenissen,<br />

waarbij ten gevolge van de<br />

geringe beschikbare ruimte of<br />

Wegens andere omstandigheden<br />

slechts een beperkt aantal j<strong>ournalist</strong>en<br />

kon worden toegelaten.<br />

Harerzijds heeft de Federatie<br />

Verscheidene malen, en, meestal met<br />

succes, bij overheids- en andere<br />

"chamen aangedrongen op een rui­<br />

mere vertegenwoordiging van de<br />

pers bij bepaalde belangrijke gebeurtenissen.<br />

Als voorbeeld van de' regelende en<br />

bemiddelende arbeid op dit gebied,<br />

zij vermeld de persregeling bij het<br />

regeringsjubileum, waar de Regeringsvoorlichtingsdienst<br />

nauw met<br />

de Federatie samenwerkte.<br />

Internationaal contaqt<br />

Hoewel met enkele buitenlandse<br />

zusterverenigingen rechtstreekse betrekkingen,<br />

bestaan, werd het voornaamste<br />

internationale j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

contact toch gevormd door het<br />

aandeel in de werkzaamheden van de<br />

International Orga'nization of J<strong>ournalist</strong>s.<br />

In het voorjaar kwam de<br />

Executive der I.O.J. te Brussel bijeen,<br />

in het najaar vergaderde deze<br />

te Boedapest. In de eerste bijeenkomst<br />

werd de Federatie vertegenwoordigd<br />

door de coll. Mr. M. Rooy,<br />

J. J. F. v. d. Bergh en L. Fréquin, in<br />

de tweede bijeenkomst trad coll.<br />

Drs. A. Wijffels als gedelegeerde op.<br />

De bestaande politieke tegenstellingen<br />

tussen het „Westen" en het<br />

„Oosten" vonden een sterke weerslag<br />

in de internationale organisatie.<br />

Op de bijeenkomst te Brussel konden<br />

nog compromis-oplossingen bereikt<br />

worden, doch te Boedapest bleken er<br />

ernstige meningsverschillen te bestaan.<br />

Met de mogelijkheid van een<br />

komende splitsing in de organisatie<br />

moest reeds in 1948 rekening worden<br />

gehouden. De buitenlandse commissie<br />

der Federatie kwam in 1948 een<br />

tweetal malen bijeen ter behandeling<br />

van punten, die zich i.v.m. de I.O.J.<br />

voordeden. Zij was samengesteld uit<br />

I<br />

de coll. Mr. M. Rooy, L. S. J. Hanekroot,<br />

Mevr. W. M. van Meurs—<br />

v. d. Burg, L. Fréquin en J. J. F.<br />

van den Bergh. Als secretaris der<br />

commissie trad 'de Federatie-secretaris<br />

op. Enige malen werden buitenlandse<br />

collega's door de Federatie<br />

ontvangen. Herinnerd wordt aan de<br />

ontvangst van een. aantal Zuid-<br />

Afrikaanse collega's, aan wie te<br />

Amsterdam een cocktail-party werd<br />

aangeboden en aan het diner te<br />

'iS-Gravenhage ter ere van de buitenlandse<br />

j<strong>ournalist</strong>en, die het Congres<br />

van Europa bijwoonden. Beide ontvangsten<br />

werden in samenwerking<br />

met de N.D.P. 1945 georganiseerd.<br />

Contact met overheid en<br />

maatschappij<br />

Het contact met overheidsinstanties<br />

en particulieren kwam ten<br />

dele reeds ter sprake bij de regelende<br />

en bemiddelende arbeid van de<br />

' Federatie i.z. een. goede vertegenwoordiging<br />

van de pers bij belangrijke<br />

gebeurtenissen. Aan overheidsdiensten<br />

en andere instellingen<br />

werden desgevraagd meermalen<br />

inlichtingen op het gebied der pers<br />

verstrekt. Overdrukken van het<br />

artikel van Mr. Rooy over de verhouding<br />

tussen de pers en maatschappij<br />

werden ter voorlichting op<br />

ruime .schaal toegezonden aan vakgroepen,<br />

grote bedrijven en andere<br />

instanties, die met de pers in aanraking<br />

komen.<br />

Persinstituten en persbibliotheek<br />

Eerst te Nijmegen en vervolgens<br />

te Amsterdam werden Persinstituten<br />

geopend, aan welker tot standkoming<br />

resp. de K.N.J.K. en de<br />

N.J.K. medewerkten. De oprichting<br />

van de Stichting Nederlandse Persbibliotheek<br />

te Amsterdam, in wier<br />

curatorium zowel de universiteiten<br />

van Amsterdam en Nijmegen, als de<br />

Nederlandse Dagbladpers 19415 en de<br />

Federatie vertegenwoordigd zullen<br />

zijn, kan men beschouwen als een<br />

gelukkig teken van het op dit gebied<br />

bestaande streven naar samenwerking.<br />

In afwachting van de instelling<br />

van het curatorium der Persbibliotheek<br />

werd in de herfst van<br />

1948 een voorlopig bestuur gevormd;<br />

de Federatie-secretaris fungeerde als<br />

secretaris van dit bestuur.<br />

Contact met andere organisaties<br />

NJXP. 1945. Het contact met de<br />

organisatie van dagbladuitgevers<br />

was zeer intensief (C.A.O., Raad<br />

^van Uitvoering enz.). De z.g. „Contact-commissie",<br />

waarin de Federatie<br />

vertegenwoordigd is door coll. Rooy,<br />

Hanekroot, Van Oorschot en Van<br />

den Bergh, kwam echter slechts een.<br />

enkele maal bijeen ter bespreking<br />

van gemeenschappelijke aangelegenheden.<br />

Het welhaast dagelijks contact<br />

tussen beide secretariaten,<br />

waarin tal van kleinere aangelegenheden<br />

op bevredigende wijze konden<br />

worden geregeld, was steeds van<br />

bijzondere aangename aard.<br />

N.N.P. In het contact met de<br />

5


JOURNALISTIEK JOURNAAL<br />

% Zonder een spoor van behoefte<br />

aan zelfkastijding wilde ik toch nog<br />

eens de vraag stellen: is de Nederlandse<br />

dagbladpers inderdaad zo<br />

slecht (althans: zoveel minder goed<br />

dan vóór de oorlog) als sommige<br />

bromberen binnen en buiten onze<br />

professie, wel eens beweren ?<br />

• Ik stel deze vraag, omdat ik,<br />

dit schrijvende, juist ben teruggekeerd<br />

van een j<strong>ournalist</strong>ieke rondreis<br />

door Frankrijk, die mij — als<br />

lezer — in, aanraking heeft gebracht<br />

met de Parijse en vooral de grote<br />

provinciale pers en omdat ik aan den<br />

lijve heb mogen ondervinden dat die<br />

pers (met twee uitzonderingen:<br />

Monde en Figaro) abominabel is en<br />

onvergelijkelijk veel slechter dan de<br />

onze. Zelfs in Frankrijks vierde stad<br />

(Toulouse) las ik kranten, zó slecht,<br />

als zij, zelfs theoretisch, in Nederland,<br />

onbestaanbaar zouden zijn. Een<br />

Franse collega zeide mij: „behalve<br />

Le Monde en behalve Le Figaro<br />

moet hier in Frankrijk altijd bloed<br />

op de voorpagina vloeien) du sang<br />

sur le premier".<br />

0 Het is altijd alom moord en<br />

doodslag, schandaal en sex die ge<br />

in Frankrijks pers ziet bloeien op<br />

alle vier pagina's. Voor het nieuws<br />

zijt ge er absoluut aangewezen op<br />

de continentale edities van N. Y.<br />

Herald Tribune, N. Y. Times en de<br />

(Londense) Daily Mail. Wanneer wij<br />

de Franse pers met die van ons zelve<br />

vergelijken, behoeven wij zeker niet<br />

beschaamd te zijn. Wanneer wij de<br />

Nederlandse ' Nieuwsbladpers trad<br />

een nieuwe phase in, toen in het<br />

voorjaar van 1948 een inleidende<br />

bespreking tussen, delegaties van<br />

beide organisaties werd gehouden<br />

betreffende de sociale positie van de<br />

nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>. Deze bespreking,<br />

waarin wederzijds het nodige<br />

begrip voor eikaars wensen bleek te<br />

bestaan, was voor de N.N.P. aanleiding<br />

om te besluiten tot een<br />

enquête onder haar leden o.a.<br />

betreffende het aantal en de positie<br />

van, de bij hen in dienst zijnde jouranalisten.<br />

Het verzamelen en verwerken<br />

dezer gegevens door de N.N.P. ,<br />

nam geruime tijd in beslag, zodat<br />

eerst aan het teinde van 1848 uitzicht<br />

bestond op het openen van<br />

onderhandelingen over een collectieve<br />

arbeidsovereenkomst voor nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en.<br />

N.O.T.U. Hoewel vrij sporadisch,<br />

was het contact met de Nederlandse<br />

Organisatie van Tijdschriftuitgevers<br />

van prettige aard. Bij 't verzamelen<br />

van gegevens ter voorbereiding van<br />

de oprichting van een Sectie Tijdschriftj<strong>ournalist</strong>en,<br />

werd van het<br />

6<br />

Britse pers (met enige uitzonderingen)<br />

met de onze vergelijken evenmin.<br />

Maar wanneer wij onze eigen<br />

voor-oorlogse pers met onze eigen<br />

huidige pers vergelijken? Het zou<br />

interessant' zijn wanneer men daarover<br />

eens in dit, ons vakblad, een<br />

oordeel zou kunnen vernemen uit<br />

onze eigen kring. Wie wil ons daarover<br />

eens schrijven?<br />

• Ik sprak onlangs met een bekende,<br />

vooraanstaande Engelsman,<br />

over een bekend, vooraanstaand<br />

Engels dagblad. Hij zeide: „het is<br />

een uitmuntende krant, die slechts<br />

één fout heeft: Zij is van vervelendheid<br />

onleesbaar." De man had het<br />

overvde Times. En hij vertelde mij<br />

dat hij de Daily Express „onzegbaar<br />

slecht" vond. Hij vertelde mij bovendien<br />

dat hij iedere dag zowel de<br />

Times als de Daily Express koopt.<br />

Hij vertelde mij ten slotte dat hij<br />

iedere dag de onzegbaar slechte<br />

Express van a tot z leest en dat hij de<br />

uitmuntende Times iedere dag weer<br />

van a tot z ongelezen laat. — Ik<br />

vond dat een miserabel-nuttig lesje;<br />

dat ik in verband wil brengen met<br />

het hierboven geschrevene.<br />

9 Een ander punt dat met deze,<br />

veelomvattende vraag in nauw verband<br />

staat is de dikwijls, van ouderen<br />

vernomen, opmerking ;dat het met<br />

de jongeren in ons vak „niet veel<br />

gedaan" is. En (in dit verband) de<br />

constaterende opmerking: „er zijn<br />

bijna geen jongeren meer". Ik ben<br />

niet geneigd beide opmerkingen voet-<br />

secretariaat van de N.O.T.U. alle<br />

medewerking ontvangen.<br />

B.P.V. Met de Buitenlandse Persvereniging<br />

in Nederland werd in<br />

voorkomende gevallen overleg gepleegd<br />

omtrent de behandeling van<br />

gemeenschappelijke aangelegenheden.<br />

De betrekkingen, met deze<br />

vereniging lieten niets te wensen<br />

over.<br />

N.V.F. De Nederlandse Vereniging<br />

van fotoj<strong>ournalist</strong>en stelde tezamen<br />

met persorganisaties, w.o. ook de<br />

Federatie, een commissie in, welke<br />

tot taak heeft een regeling te treffen<br />

voor de representatie van de fotopers<br />

bij belangrijke gebeurtenissen,<br />

plechtigheden, e.d. Uit deze commissie<br />

werd een „werkcommissie"<br />

gevormd, waarin namens de Federatie<br />

Mr. A. E. van Rantwijk zitting<br />

had.. Tegen de financiële consequenties<br />

van de door déze commissie<br />

ontworpen regeling, hadden enkele<br />

uitgeversorganisaties bezwaar, zodat<br />

het zeer de vraag is of de regeling in<br />

,deze vorm ooit tot uitvoering zal^<br />

komen.<br />

van den<br />

H+\fl<br />

P' , Dag<br />

HU HUURDE ZUN KLEEDING BU:<br />

Gebr. Lokhoff<br />

GERARD DOUSTRAAT 88<br />

AMSTERDAM ZUID<br />

TROUW-, ROUW- EN<br />

AVONDKLEEDING<br />

stoots te aanvaarden, ook al heb ik<br />

mijzelf óók wel op deze gedachten<br />

betrapt. Mijn ervaring is dat een deel<br />

der jongeren meer pretenties en minder<br />

werklust heeft; dat zij minder<br />

geneigd zijn van-onder-op als manusje-<br />

van-alles te beginnen; dat zij<br />

alleen maar (en dan onmiddellijk) als<br />

grote reporter of als grote litteraricus<br />

in het vak willen treden. Ik zeg:<br />

een deel der jongeren en ik wil in<br />

geen geval generaliseren. Hoe denken<br />

de oudere collegae hierover? En<br />

vooral: wat zeggen de jongeren<br />

hiervan ?<br />

• Zijn onze huidige dagbladen<br />

minder goed dan die van vóór de<br />

oorlog? Die vraag betrekt ook het<br />

hoofdartikel In zijn veelomvattendheid.<br />

Ik hoor herhaaldelijk ouderen<br />

zeggen, dat er géén Abraham Kuyper,<br />

géén Van der Hoeven, géén<br />

Boissevain, géén De Roode, géén De<br />

Koo meer bestaat. Ik heb onlangs in<br />

een gezelschap van felle anti-communisten<br />

niet-vakgenoten, dat dit onderwerp<br />

besprak, de bijna-algemene<br />

mening horen verkondigen, dat „de<br />

enige voortreffelijke hoofdartikelen,<br />

die na de oorlog in de Nederlandse<br />

pers verschenen zijn, die van Koejemans<br />

in De Waarheid waren en, zü<br />

het in mindere mate, die van mr.<br />

Bruins Slot in Trouw.". — Ik zie er<br />

geen been in, in dit maandelijkse<br />

subjectieve praatje, dat geheel voor<br />

rekening van de schrijver blijft, man<br />

en paard te noemen, ook wanneer<br />

het tijdgenoten betreft. Maar de<br />

vraag blijft open: is het dagblad in<br />

Nederland gedaald, is ook het hoofdartikel<br />

gedaald? Ik meen dat het<br />

nuttig is deze vragen onomwonden<br />

aan de orde te stellen in onze vakkring.<br />

"En dat meningsuitingen hierover<br />

in ons vakblad interessante<br />

lectuur zouden vormen.<br />

ELIA.S


WELKE TAAK HEEFT<br />

DE PERS?<br />

MISSCHIEN vindt u het een<br />

vreemde vraag voor een vakblad<br />

van j<strong>ournalist</strong>en: Welke taak heeft<br />

de pers?<br />

De vraag is gesteld door de dameskappers.<br />

In hun vakblad Nieuws<br />

van de N.E.V.O.K.<br />

Het gaat natuurlijk over de „home<br />

permanent", of thuispermanent, zoals<br />

het in dat vakblad heet. En de<br />

pers wordt daarbij danig gekapitteld<br />

over de wijze waarop ze over deze<br />

zaak heeft geschreven.<br />

In één opzicht moeten wij de<br />

dameskappers gelijk geven. Ook wij<br />

hebben de indruk dat tal van collega's<br />

zich wel wat erg gewillig voor<br />

het Unilever.-karretje hebben laten<br />

spannen.<br />

De „home permanent" was nieuws<br />

en er diende dus over te worden geschreven.<br />

Maar er had over geschreven<br />

moeten worden met het<br />

oordeel des onderscheids, na kennisneming<br />

en onderzoek, zoveel mogelijk,<br />

van alle daarop betrekking hebbende<br />

feiten. Het was in elk geval<br />

onjuist, juichkreten zonder voorbehoud<br />

aan te heffen naar aanleiding<br />

van een — zij het nóg zo indrukwekkende-<br />

— persconferentie met<br />

demonstratie van een belanghebbende.<br />

Ik ben er van. overtuigd dat de<br />

Nederlandse bladen hierbij te goeder<br />

; trouw hebben gehandeld. J<strong>ournalist</strong>en<br />

zijn ook maar mensen. Ze zien<br />

Iets nieuws, dat hun op enthousiaste<br />

Wn'ze wordt gedemonstreerd; ze zijn<br />

verrast; ze bewonderen het resultaat;<br />

ze worden er zelf warm voor<br />

en in die geest gaan ze schrijven.<br />

• Pas achteraf bedenken ze misschien,<br />

• dat ze op die wijze de objectiviteit,<br />

die hun als voorlichters geboden is,<br />

i toch wel een beetje uit het oog hebben<br />

verloren.<br />

Deze neiging moet Humbert Wolfe<br />

i pp het oog hebben gehad toen hij<br />

in zijn „Uncelestial City" een van<br />

z<br />

Ön personages deze woorden in de<br />

mond legde (u kunt ze vinden in<br />

^Vickham Steed's „Penguin Special"<br />

°ver „The Press", een boekje dat in<br />

tiw vakbibliotheek sfiet mag ontbreken):<br />

You cannot hope<br />

to bribe or twist,<br />

thank God! the<br />

British j<strong>ournalist</strong>.<br />

But, seeing what<br />

the man will do<br />

unbribed, there's<br />

no occasion to.<br />

„Volkomen normaal" ...<br />

Maar wanneer we aldus Nieuws<br />

Va<br />

n de N.E.V.O.K. het volle pond<br />

^an gelijk hebben gegeven, moeten<br />

*e ons ten scherpste verzetten tegen<br />

de voorstelling die dit blad geeft van<br />

5* e taak die de pers dan wél zou<br />

hebben. Want het schrijft:<br />

„Wij kunnen ons volkomen begrijpen<br />

dat de Dagbladen en Illustraties<br />

in verband met de geweldige adver*<br />

tenties verplicht zijn om een bepaald<br />

artikel in hun redactionele kolommen<br />

te bespreken.<br />

Dat dit in prijzende vorm geschiedt<br />

is ook te begrijpen, dat hoort nu<br />

eenmaal zo indien men ook de courant<br />

commercieel beziet.<br />

Een blad kan niet alleen van de<br />

abonnementen bestaan, advertenties<br />

zijn nodig ...<br />

Het is dus volkomen normaal indien<br />

een advertentie gepaard gaat<br />

met een loffelijk artikel.aan het adres<br />

van de adverteerder."<br />

Het is voor iedere j<strong>ournalist</strong> zonder<br />

meer duidelijk dat dit niet normaal<br />

is, dat het integendeel volkomen<br />

ongeoorloofd is op een dergelijke<br />

wijze verband te leggen tussen'<br />

de inhoud van de redactiekolommen<br />

en die • van de advertentiepagina's.<br />

En het is in hoge mate bedenkelijk<br />

dat bij het publiek — in dit geval:<br />

bij een groep adverteerders maar<br />

het misverstand bestaat ook elders<br />

— het denkbeeld heeft kunnen postvatten,<br />

dat een andere opvatting<br />

j<strong>ournalist</strong>iek aanvaardbaar zou kunnen<br />

zijn.<br />

Het komt mij voor, dat het juist<br />

hierom geboden is, de objectiviteit<br />

van de pers onder alle omstandigheden<br />

tot het uiterste te handhaven<br />

en ons te verzetten tegen elke poging,<br />

daarop inbreuk te maken.<br />

Gratis kopij<br />

In dit verband lijkt het me ook'<br />

noodzakelijk dat wij ons, individueel<br />

en collectief, te weer gaan stellen<br />

tegen de toenemende {neiging van<br />

allerlei zaken en instellingen, de pers<br />

van kant-en-klare artikelen en communique's<br />

te voorzien.<br />

Voor mij ligt een perscommuniqué<br />

over de Landbouwtentoonstelling te<br />

Eindhoven (23 Aug.—2 Sept.), in<br />

Juni uitgegeven- en opgesteld door<br />

een rijkslandbouwconsulent, agrarisch<br />

leider van de tentoonstelling.<br />

Dit (tamelijk uitvoerige) stuk is bedoeld<br />

om zó in de krant te worden<br />

gezet. De schrijver zal er wel. rekening<br />

mee hebben gehouden dat gebrek<br />

aan ruimte in tal van gevallen<br />

tot bekorting zou. moeten leiden<br />

maar goed: wat er in komt is meegenomen,<br />

en hij heeft op die manier<br />

tenminste de zekerheid dat hetgeen<br />

wordt afgedrukt, (voor hem) verantwoord<br />

is.<br />

Dat het geheel een erbarmelijk<br />

stukje j<strong>ournalist</strong>iek is, mag de schrijver<br />

niet worden aangerekend: het<br />

krantenvak leert men nu eenmaal<br />

niet aan de Landbouwhogeschool.<br />

Wél moét hem worden verweten dat<br />

hij, in plaats van de j<strong>ournalist</strong>en van<br />

voorlichting te dienen, in hun schoenen<br />

wilde gaan staan. Wat wij nodig<br />

hebben is het nieuws^ zijn de. feiten;<br />

de verwerking van die feiten voor<br />

de krant, de vormgeving aan het<br />

nieuws, is onze taak, die wij onder<br />

geen beding, niet in tijdnood en veel<br />

minder uit een soort van gemakzucht,<br />

uit handen mogen geven.<br />

Ik denk ook aan de artikelen die<br />

de laatste tijd uitgaan van het Informatie-Centrum,<br />

Herengracht 382,<br />

Amsterdam. Dit Informatie-Centrum<br />

(het was vermeld in-een begeleidende<br />

brief bij de eerste zending, maar niet<br />

op de „kopij" en op geen enkele wijze<br />

bij een tweede zending) is een onder-<br />

' deel van het Centraal Brouwerijkantoor.<br />

De bedoeling heet te zijn,<br />

„op Se beste en snelste wijze alle inlichtingen...<br />

naet betrekking tot het<br />

verbruik en/of de productie van bier<br />

in Nederland en in het buitenland"<br />

. aan de redacties te verschaffen, en<br />

komt er natuurlijk op neer, de belangstelling'<br />

voor en daarmee het<br />

.verbruik van bier te stimuleren.<br />

In tegenstelling met het communiqué<br />

van de Landbouwtentoonstelling<br />

zijn de artikelen van het Informatie-Centrum<br />

met bekwaam vakmanschap<br />

geschreven. Men zou ze<br />

zó aan de zetterij kunnen doorgeven.<br />

Ik ben er van overtuigd, dat er<br />

weinig kranten zullen zijn die dit<br />

,doen. Maar het feit dat ze in deze<br />

vorm worden .verspreid, is al bedenkelijk<br />

genoeg. En ik geloof dat we<br />

er op den duur niet mee zullen kannen<br />

volstaan, dergelijke „kopij" naar<br />

tie prullemand te verwijzen.<br />

Het lijkt me nodig dat we ons uitdrukkelijk<br />

gaan verzetten tegen elke<br />

poging om op deze wijze invloed te<br />

oefenen op de inhoud van onze bla-<br />

. den.<br />

Ik geloof dat wij er toe moeten<br />

overgaan, elke poging in deze richting<br />

te beantwoorden met een vriendelijk<br />

briefje: „Mijne Heren, wij erkennen<br />

uw goed recht, het belang<br />

van uw zaak onder de aandacht van<br />

de pers en via de pers onder de aandacht<br />

van haar lezers te brengen,<br />

maar verschaf ons dan de feiten en<br />

alle feiten en niets dan de feiten, en<br />

laat de verwerking van de feilen tot<br />

berichten en artikelen aan ons over!"<br />

Waarbij wij er uit de aard van de<br />

zaak voor zullen moeten zorgen, dat<br />

wij ons niet baseren op de feiten<br />

van één kant alleen.<br />

Dat is de taak van de pers. En dat<br />

dit haar taak, onze taak, is, daarvan<br />

zijn wij allen doordrongen, maar<br />

daarvan is de buitenwacht blijkbaar<br />

nog lang niet doordrongen.<br />

Het ligt op onze weg, haar dit<br />

ondubbelzinnig duidelijk te maken.<br />

- ' YGE FOPPEMA<br />

Wij vestigen er nogmaals de aandacht<br />

op, dat het Federatiebureau<br />

is verhuisd naar:<br />

Prinsengracht 876, Amsterdam.<br />

Het nieuwe telef.nummer is 42566


DE FEDERATIERAAD VERGADERT<br />

P 16 Juli j.1. kwam de Federatie-<br />

O raad te Utrecht bijeen.<br />

In zijn openingsrede sprak de voorzitter,<br />

coll. Mr. M. Rooy, een bijzonder<br />

woord van welkom tot de coll.<br />

Veerman en Scheps, die als vertegenwoordigers<br />

van de P.C.J.V. voor<br />

deze vergadering waren uitgenodigd.<br />

Hij gaf in overweging om, in afwachting<br />

van de definitieve goedkeuring<br />

der gewijzigde statuten door de<br />

ledenvergaderingen, reeds thans tot<br />

een feitelijke samenwerking met de<br />

P.C.J.V. te besluiten, nu tussen de<br />

betrokken besturen overeenstemming<br />

was bereikt omtrent de vorm waarin<br />

toetreding van de P.C.J.V. tot de<br />

Federatie zou kunnen geschieden.<br />

Het deed hem des te meer genoegen,<br />

dat de P.C.J.V. van de Federatie deel<br />

zou gaan uitmaken, omdat het afgelopen<br />

jaar getoond heeft, dat de<br />

plaats van de Federatie in het geheel<br />

van de pers steeds belangrijker<br />

wordt; dit is mede te danken aan<br />

het feit, dat t.a.v. de gemeenschappelijke<br />

belangen der j<strong>ournalist</strong>en de<br />

Federatie naar buiten als een zelfstandige<br />

eenheid kan optreden.<br />

Vervolgens gaf de voorzitter een<br />

overzicht van de belangrijkste punten,<br />

die thans de aandacht van het fee-'<br />

stuur hebben. In het najaar zal over<br />

de voortzetting van de CA.O. voor<br />

dagbladj<strong>ournalist</strong>en onderhandeld<br />

moeten worden; met het oog hierop<br />

is besloten omtrent de toepassing van<br />

de C.A.O. en de desiderata bij vernieuwing<br />

daarvan een enquête onder<br />

de redactie-vertegenwoordigers der<br />

dagbladen te houden. Met de N.N.P.<br />

zijn onderhandelingen over een C-A.O.<br />

voor nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en aangevangen;<br />

aan de Raad van Beheer van<br />

het A.N.P. is voorgesteld om tot besprekingen<br />

betreffende een C.A.O.<br />

voor de A.N.P.-j<strong>ournalist</strong>en over te<br />

gaan. De ingestelde studie-commissie<br />

i.z. het wetsontwerp op de j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

verantwoordelijkheid komt geregeld<br />

bijeen ter voorbereiding van<br />

het door haar te brengen rapport.<br />

Met de verschillende uitgevers-organisaties<br />

is nader overleg gepleegd omtrent<br />

de invoering van een perskaart;<br />

het ligt in de bedoeling om<br />

behalve tot een algemene kaart voor<br />

de beroepsj<strong>ournalist</strong>en, ook te komen<br />

tot een uniforme kaart voor medewerkers.<br />

Nadat de voorzitter enkele verdere<br />

plannen had ontvouwd, die nog in<br />

een voorbereidend stadium verkeren,<br />

en mededeling had gedaan van een<br />

nieuwe werkwijze, die het contact<br />

tussen het dagelijks bestuur, het<br />

Federatiebestuur en de verenigingsbesturen<br />

zal bevorderen, stelde hij<br />

het jaarverslag 1948, en in verband<br />

daarmede tevens het beleid van het<br />

Federatiebestuur, aan de orde.<br />

Het jaarverslag-1948<br />

Het jaarverslag van de secretaris<br />

werd zonder opmerkingen goedgekeurd.<br />

(Zie het uittreksel uit dit verslag<br />

elders in dit nummer.) Enkele<br />

8<br />

leden stelden vragen betreffende<br />

wenselijk gebleken veranderingen in<br />

de C.AJO. dagbladj<strong>ournalist</strong>en; de<br />

voorzitter zegde toe, dat hiermede<br />

, bij de onderhandelingen betreffende<br />

de hernieuwing van de 'C.A.O. rekening<br />

zou worden gehouden.<br />

Afrekening 1948 en<br />

begroting 1949.<br />

Daarop stelde de voorzitter de<br />

afrekening 1948 en de begroting<br />

voor 1949 aan de orde. In de<br />

vergadering van de Federatieraad<br />

in 1948 meende men, dat, volgens<br />

de toen bekende gegevens<br />

betreffende de contributie-opbrengst,<br />

1948 ee.n belangrijk .tekort zou opleveren.<br />

In de verwachting, dat de invoering<br />

van de C.A.O. tot verhoging<br />

en betere inning van de contributie<br />

zou leiden, is niettemin de toen ingediende<br />

begroting, die in totaal<br />

ƒ 25.700' beliep, aanvaard. Dit optimisme<br />

is niet beschaamd: De uitgaven<br />

over 1948 ten belope van ƒ 27.000<br />

konden alle uit de gewone middelen<br />

worden voldaan.<br />

De thans ingediende begroting<br />

beloopt, tengevolge van diverse factoren,<br />

ƒ 30.500. Gelet op de door de<br />

kringen voor 1949 ten behoeve van<br />

de Federatie uitgetrokken bedragen<br />

en rekening houdende met een zekere<br />

bijdrage van de P.C.J.V., zou 1949<br />

een tekort van ca. ƒ 3000.— opleveren.<br />

De door de N.J.K. en K.N.J.K.<br />

vastgestelde begrotingen laten echter<br />

nog. enige speling toe, terwijl er<br />

perspectieven t.a.v. verruiming der<br />

inkomsten, o.a. door te verwachten<br />

toeneming der te ontvangen administratieve<br />

vergoedingen, bestaan.<br />

Nadat de voorzitter deze punten<br />

nog nader heeft toegelicht, wordt de<br />

ingediende begroting met algemene<br />

stemmen goedgekeurd en wordt de<br />

secretaris der Federatie tevens décharge<br />

verleend over het boekjaar<br />

1948.<br />

Naar aanleiding van een opmerking<br />

van een der leden, dat bij<br />

sommige leden van zijn vereniging<br />

twijfel bestaat of de kosten en de<br />

omvang van het Federatiebureau verantwoord<br />

zijn, geven verscheidene<br />

leden te kennen dat zij dit bureau,<br />

gelet op de taak daarvan, geenszins<br />

te omvangrijk of te kostbaar achten.<br />

De voorzitter zet aan de hand van<br />

enkele gevallen, waarmede hij persoonlijk<br />

bemoeiing heeft gehad, de<br />

omvang van de werkzaamheden uiteen.<br />

Besloten werd in de toekomst<br />

meer te publiceren omtrent het werk<br />

van dit bureau.<br />

De organen.<br />

Op voorstel van de voorzitter besloot<br />

de Raad over te gaan tot instelling<br />

van een commissie uit de<br />

redacties der organen (met inbegrip<br />

van het P.C.JV.-orgaan), waarin mede<br />

de secretaris der Federatie zitting<br />

zal hebben, om de mogelijkheid van<br />

één gemeenschappelijk blad te bestuderen.<br />

Deze commissie zal tot taak<br />

hebben om na te gaan: 1. de verhouding<br />

tussen het algemene gedeelte en<br />

de specifieke gedeelten; 2. de wijze<br />

'van samenwerking van de redacties<br />

en de arbeidsverdeling t.a.v. de verschillende<br />

rubrieken; 3. de kosten; 4.<br />

de taak van het Federatie-secretariaat<br />

in de redactionele en administratieve<br />

organisatie. De commissie<br />

zal er naar moeten streven om zo<br />

tijdig tot een resultaat te geraken,<br />

dat met de nieuwe opzet op 1 Januari<br />

1950 begonnen zou kunnen worden.<br />

Huishoudelijke Commisie.<br />

De voorzitter zette uiteen, dat behoefte<br />

is gebleken aan de instelling<br />

van een commissie bestaande uit de<br />

secretarissen en penningmeesters der<br />

kringen met de Federatie-secretaris,<br />

waarin overleg kan worden gepleegd<br />

omtrent kwesties op lidmaatschap,<br />

contributie e.d. betrekking hebbende.<br />

Het vaststellen van vaste en uniforme<br />

gedragslijnen in dezen zal het werk<br />

van het personeel van het Federatiebureau<br />

vergemakkelijken. De vergadering<br />

hecht haar goedkeuring aan<br />

de instelling dezer commissie, waarvan<br />

ook de P.C.J.V.. deel zal uitmaken.<br />

Nieuwe statuten; P.C.J.V.<br />

De voorzitter gaf een overzicht van<br />

de in het oorspronkelijk ontwerpwijziging<br />

der statuten en het overleg<br />

met de P.C.J.V. alsnog aangebrachte<br />

veranderingen. De gewijzigde statuten<br />

in definitieve lezing zullen thans<br />

door de algemene vergaderingen<br />

moeten worden goedgekeurd; het ligt<br />

in de bedoeling deze vergaderingen<br />

in het najaar te doen houden en deze<br />

te laten samenvallen met het tweede<br />

congres over het wetsontwerp op de<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke verantwoordelijkheid.<br />

De Federatieraad keurde de g e '<br />

wijzigde ontwerp-statuten goed en<br />

bsloot voorts tot feitelijke deelneming<br />

van de P.C.J.V. aan de werkzaamheden<br />

van de Federatie op de voorlopige<br />

basis van de gewijzigde statuten.<br />

Samenstelling Bestuur<br />

Coll. Hanekroot, die als vice-voorzitter<br />

het voorzitterschap thans van<br />

coll. Rooy zou moeten overnemen'<br />

gaf te kennen, dat er z.i.' aanleiding<br />

was om gebruik te maken van o e<br />

mogelijkheid, die de gewijzigde statuten<br />

bieden, om van de rooster voO<br />

het voorzitterschap af te wijken, y®<br />

voortdurende wisseling van voorzitterschap<br />

achtte hij weinig nuttig e<br />

voor de buitenwereld verwarrend. Re<br />

voorzitterschap is bij coll. Rooy m<br />

zeer goede handen; tussen voorzitte^<br />

en vice-voorzitter bestaat een g ere '<br />

gelde en nauwe samenwerking.<br />

Nadat coll. Rooy zich bereid verklaard<br />

had om voor een periode va^<br />

één jaar opnieuw als voorzitter<br />

fungeren, werd hij door de Raad a<br />

zodanig aangewezen. o0<br />

Het Federatie-bestuur werd, ^<br />

basis van de nieuwe statuten, sam


Een woord van dank<br />

\JU het mij, na een schier wonder-<br />

" ' bare genezing, waarvoor ik God<br />

niet genoeg kan danken, gegeven is<br />

dezer dagen mijn werk te hervatten,<br />

doe ik dat met een gevoel van grote<br />

erkentelijkheid voor de grote hartelijke<br />

belangstelling en het daadwerkelijk<br />

medeleven, welke ik in de<br />

zwarte dagen, die achter mij liggen,<br />

uit de kring der collega's mocht ondervinden.<br />

Bij de tragische ziekte en<br />

dood van mijn lieve jongen eerst en<br />

in de lange, donkere maanden daarna,<br />

dat ik zelf in het Maria Paviljoen,<br />

thuis en ten slotte in het Binnengasthuis<br />

moest worstelen om behoud,<br />

zijn mij die vele blijken van<br />

vriendschap een sterke steun geweest.<br />

En mij niet alleen, maar ook<br />

mijn gezin, mijn dappere vrouw in<br />

het bijzonder. Ik denk daarbij ook<br />

aan de instantie, die mij deze winter<br />

in staat stelde het genadeoord Lourdes<br />

te bezoeken. En pas na mijn herstel<br />

heb ik geweten hoever de vriendschap<br />

en hulp wel hebben gereikt,<br />

gesteld als volgt: coll. Rooy, voorzitter;<br />

Hanekroot, vice-voorzitter;<br />

Mevr. Brautigam, Van den Bergh,<br />

Bruna, Van Oorschot en Veerman.<br />

Het Dagelijks Bestuur zal thans bestaan<br />

uit coll. Rooy, Hanekroot,<br />

Veerman en de secretaris.<br />

Als plaatsvervanger in het Federatiebestuur<br />

voor coll. Veerman, werd<br />

c oll. Scheps aangewezen.<br />

Buitenlandse Commissie en<br />

I.O.J.<br />

Nadat de voorzitter gewezen heeft<br />

°p het belang van de internationale<br />

commissie der Federatie, vooral nu<br />

Waarschijnlijk binnenkort beslissingen<br />

t.a.v. de I.O.J. zullen moeten<br />

Worden genomen, worden de reeds<br />

zitting hebbende leden herbenoemd<br />

e n wordt als nieuw lid gekozen coll.<br />

veerman. Deze laatste aanvaardt<br />

voorlopig de benoeming.<br />

I>e Buitenlandse Commissie, die<br />

*net het oog op het I.O.J.-congres te<br />

Brussel, vermoedelijk begin September<br />

bijeen zal komen, werd gemachtigd<br />

om de uittreding uit de I.O.J.<br />

e n de toetreding tot een eventueel<br />

n ieuw op te richten democratische<br />

internationale organisatie (waar ook<br />

Verschillende andere landen voor<br />

*üjken te voelen) voor te bereiden.<br />

u e commissie werd eveneens belast<br />

^et de aanwijzing van gedelegeerden<br />

Voor het congres te Brussel.<br />

Gezien de weinig bevredigende<br />

gang van zaken in de I.O.J., die een<br />

u %esproken politiek karakter heeft<br />

gekregen, en het te verwachten uiteenvallen<br />

dezer organisatie, werd be-<br />

*°ten de betaling der contributie over<br />

i94 9 aan te houden.<br />

Nieuwe Secties<br />

. De door de nieuw opgerichte seces<br />

van Tijdschrift-j<strong>ournalist</strong>en en<br />

r le nwsblad-j<strong>ournalist</strong>en vastgestelde<br />

e glementen werden ongewijzigd<br />

&0e dgekeurd.<br />

zelfs tdt het inroepen van medische<br />

interventie uit Amerika.<br />

Zo wacht mij na meer dan een jaar<br />

weer het werk aan de krant, het<br />

werk waar men tussen ziekenhuismuren<br />

zo hevig naar verlangen kon,<br />

in lange, doorwaakte nachten over<br />

tobde: iets ver en onwezenlijks, dat<br />

verloren scheen en waar men nooit<br />

deel meer aan hebben zou. Tot op het<br />

diepste dieptepunt bleef je grijpen<br />

naar dagblad en tijdschrift; de wil om<br />

te leven was in feite 'n hunkering om<br />

weer er bij te zijn, het verlangen<br />

naar het werk met zijn jacht en drift,<br />

zijn vreugden en voldoening. En nu<br />

is het dan zover; als het waarmerk<br />

van genezing was de eerste reportage,<br />

die weer uit de machine kwam en „la<br />

joie de se voir imprimé" smaakte<br />

opnieuw als het leven zelf. Als de<br />

geweldige ervaring van weer de zee<br />

te zien flikkeren in de zon, te ruiken<br />

en te horen ruisen, de spiegeling der<br />

gevels te zien in de gracht voor je<br />

huis, de ruimte van de polder te<br />

ondergaan of te tasten in het bos<br />

naar de zilveren stam van de boom<br />

van je dromen. En het erg menselijke<br />

van de blijdschap van weer in<br />

het oude kroegje met je vrinden om<br />

de stamtafel te zitten, duizend maal<br />

liever dan na een wel voorbereide<br />

dood te zweven met de zaligen in de<br />

hemel, iets wat immers altijd later<br />

nog kan.<br />

Teruggekeerd uit de schemer van<br />

de dood in het volle, heerlijke leven,<br />

moge ik dan allen danken, die mij en<br />

de mijnen in donkere dagen tot steun<br />

zijn geweest. Die donkere dagen mogen<br />

nu terug wijken tot ver aan gene<br />

Mijnheer de<br />

WAT NEN BOER NICH. KèèNT ...<br />

...„-.dat et 'e nich, zeggen ze in de<br />

buurt van Enschedé, en wat een j<strong>ournalist</strong><br />

niet kent, dat drinkt ie wel,<br />

maar onder protest: „Want theezetten<br />

is iets, waarvan een Brit geen<br />

verstand heeft, al gaat hij nog so<br />

prat op de Engelse tea-parties,"<br />

schreef een collega in een van de<br />

provinciale bladen toen hij een paar<br />

dagen gast van de Engelsen was<br />

geweest. *<br />

Wij hebben nog nooit een Engelsman<br />

ontmoet die prat ging op teaparties;<br />

Engelsen hebben trouwens<br />

over 't algemeen niet de neiging,<br />

tegenover buitenlanders prat te gaan<br />

zelfs op belangrijker nationale instellingen.<br />

Wél plegen ze de voorkeur te<br />

geven aan thee zoals zij — theedrinkers<br />

bij uitnemendheid! — die thuis<br />

gewend zijn, maar als ze hadden geweten<br />

dat een van hun gasten ze liever<br />

anders dronk, zouden ze ongetwijfeld<br />

hun best hebben gedaan om hem<br />

ter wille te zijn. Zo zijn ze namelijk<br />

wel.<br />

Diezelfde j<strong>ournalist</strong> ontmoette daar<br />

jiog meer dat hij moeilijk kon slikken.<br />

Er was n.1. een collega die<br />

Afrikaans sprak, „hoewel sijn Engels<br />

vlotter begrepen. werd door ons Ne-<br />

Persregeling Schiphol<br />

Van de zijde van de K.L.M, vestigt<br />

men er de aandacht op, dat enkele<br />

j<strong>ournalist</strong>en, die houder zijn van een<br />

identiteitskaart voor de douaneterreinen<br />

Schiphol, zich niet voldoende<br />

houden aan het bepaalde in punt 3<br />

van de voorwaarden, die op deze<br />

kaart vermeld staan.<br />

Het is enige malen voorgekomen,<br />

dat j<strong>ournalist</strong>en zich zonder voorkennis<br />

van de K.L.M.-Persdienst naar<br />

niet openbare gebouwen of andere<br />

installaties van deze maatschappij<br />

begaven, i<br />

Naar aanleiding hiervan menen wij<br />

goed te doen nog eens te wijzen op<br />

het bepaalde in genoemd punt 3, dat<br />

als volgt luidt:<br />

„Houder verplicht zich om zich<br />

niet zonder voorkennis van de Luchthaven-Directie<br />

van Schiphol, van de<br />

K.L.M, en van buitenlandse maatschappijen<br />

te begeven naar of in<br />

vliegtuigen, hangars, niet-openbare<br />

gebouwen of andere installaties,<br />

welke zich op Schiphol bevinden."<br />

In het belang van de goede gang<br />

van zaken worden de betrokkenen<br />

vriendelijk, doch dringend, verzocht<br />

zich aan de voorgeschreven regeling<br />

te houden.<br />

zijde van de Lethe, de rivier der vergetelheid,<br />

behouden wil ik slechts de<br />

herinnering aan alle vriendschap en<br />

goede gezindheid, die mij van dichtbij<br />

en van ver door mijn collega's zijn<br />

Amsterdam, Augustus 1949.<br />

betoond. FRED THOMAS<br />

Redacteur...;<br />

derlanders dan sijn ivonderlijk kinderlijk<br />

aandoende Afrikaans."<br />

Dat rare Afrikaans toch! Wat nen<br />

boer nich kèènt<br />

Maar intussen: wat slaan we met<br />

zo'n opmerking een figuur bij onze<br />

vrienden en stamverwanten in Zuid-<br />

Af rika ! We, want daar is het niet<br />

een individuele Nederlandse j<strong>ournalist</strong><br />

die een demonstratie heeft gegeven<br />

van zijn particuliere onkunde,<br />

nee: in „de" Nederlandse pers heeft<br />

gestaan dat Afrikaans een wonderlijk<br />

kinderlijk taaltje is.<br />

Om de maat vol te maken, besloot<br />

bedoelde collega met een grappig:<br />

„Want daaruit kan ek nie wijs wor<br />

nie."<br />

Het is natuurlijk bizonder geestig,<br />

een taal die men niet kent, na te<br />

bootsen, en dus te radbraken. De<br />

Vlamingen hebben het ook altijd zo<br />

pret,tig gevonden als wij begonnen<br />

uit te pakken met „Awel menierke,<br />

zulle". Dat schijnt (gelukkig) wel<br />

zowat voorbij te zijn, maar nu krijgen<br />

dan de Afrikaanders een beurt<br />

In ernst: laten we proberen, ook<br />

als we nog niet geheel aan de klei<br />

ontwassen zijn, ons niet te gedragen<br />

als die spreekwoordelijke boer.<br />

Spreekwoordelijke boer: de echte<br />

plegen hoffelijker te zijn. K/F.<br />

9


WIST U DAT...<br />

== te Amsterdam is opgericht -de<br />

N.V. Uitgeversmaatschappij „Salatiga"<br />

met een maatschappelijk kapitaal<br />

van ƒ 120.000, welk kapitaal<br />

geheel is geplaatst en volgestort?<br />

= als oprichters mevrouw H. Kok-<br />

Holdert, Amsterdam, K. van der<br />

Blonk, Ain Harrouda (Marokko),<br />

M. E. Borrius Broek en H. F. Borrius<br />

Broek, beiden te Amsterdam,<br />

(die hebben deelgenomen voor resp.<br />

ƒ 40.000, ƒ 20.000, ƒ gO.000 en*<br />

ƒ 30.000) optraden?<br />

= het doel van de N.V. is het uitgeven<br />

van een of meer dagbladen in<br />

de meest uitgebreide zin des woords.<br />

De vennootschap is bevoegd tot het<br />

stichten en aankopen van — en het<br />

op enigerlei wijze deelnemen in —<br />

andere ondernemingen met een gelijk<br />

of aanverwant doel als dat der vennootschap<br />

of waarvan het doel geheel<br />

of ten dele kan strekken tot<br />

bevordering van , het doel der vennootschap<br />

?<br />

= het in de bedoeling ligt, dat deze<br />

N.V. zal optreden als uitgeefster van<br />

het Dagblad De Telegraaf en men<br />

'voornemens is de naam van de N.V-,<br />

welke als voorlopig moet worden<br />

beschouwd en waarvoor de geboorteplaats<br />

van de heer Holdert werd<br />

gekozen, binnenkort te wijzigen in<br />

N.V. Dagblad De Telegraaf?<br />

= de redacties van Telegraaf en<br />

Nieuws van den Dag vrijwel in<br />

elkaar zitten?<br />

= wij, als speurders voor dit ons<br />

aller vakblad, tussen waarheid, verdichting,<br />

gerucht en gefluister verkeren,<br />

zoekend naar die samenstelling?<br />

= wij menen de waarheid en niets<br />

dan de waarheid te verkondigen<br />

wanneer wij zeggen dat Aad (O.V.N.)<br />

van Leeuwen hoofdredacteur van het<br />

Nieuws van den Dag en Stokvis<br />

(Philips) hoofdredacteur van de<br />

Telegraaf zal worden; dat Jan Heyn<br />

junior hoofd-Kunst van de Telegraaf<br />

zal zijn en dr. Leerink de muziekman<br />

derzelve?<br />

= wij een naam of veertig kunnen<br />

noemen bfj wijze van gerucht, doch<br />

dat wij te consciëntieus zijn om dat<br />

te doen?<br />

= wij wèl zeker weten wie „het niet<br />

gedaan hebben" (zoals men dat bij<br />

Scheltema, N.Z. Voorburgwal uitdrukt)<br />

, doch dat wij te zeer positivist<br />

zijn om ons met dat spelletje onledig<br />

te houden ?<br />

= in ieder geval het „komtienou?<br />

of komtienouniet?" geen vraag meer<br />

is omdat-ie komt?<br />

— Raymond Gauntlett, die in Den<br />

Haag pers-attaché bij de Britse Ambassade<br />

was en vervolgens „Chief of<br />

information Services of the Control<br />

Commission for Germany", hoofd is<br />

geworden van de Britse Consulaire<br />

dienst in Bagdad?<br />

= collega Jongedijk het Noorden en<br />

ztjn Nieuwsblad heeft verlaten om bij<br />

de Nieuwe Courant in Den Haag een<br />

nieuwe betrekking te aanvaarden,<br />

10<br />

hetgeen weer iets anders is dan Bagdad,<br />

overigens?<br />

= Utrechtsch Nieuwsblad (oplaag:<br />

4)3.000) al-maar geheel-Engelse kranten<br />

heeft uitgegeven „special sol<br />

justitae editions", teneinde in 't zonlicht<br />

der rechtvaardigheid de Engels<br />

sprekende studiegasten aan Utrechts<br />

alma mater zowel wereldnieuws als<br />

artikelen en informaties te verschaffen?<br />

= dit een treffelijk staaltje van<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke activiteit is?<br />

= „Kijker" van het Rotterdams<br />

Nieuwsblad onlangs schreef: „...zo'n<br />

Amerikaans j<strong>ournalist</strong> pakt de dingen<br />

anders aan dan een Nederlands<br />

krantenman het zou doen. Het zou<br />

ook een wonder zijn als het niet zo<br />

was?"<br />

P= wij dat wonder (terwille van de<br />

Nederlandse krantenman) toch wel<br />

zouden willen beleven?<br />

= die zelfde Kijker het in dat zelfde<br />

stukje óók nog heeft over de geringe<br />

diepgang bij de Amerikaanse journa^<br />

listiek en dat Kijker (onzes inziens)<br />

naar zich moet laten kijken of anders<br />

eens een tijdje de New York Times<br />

(en zo) moest gaan bekijken?<br />

bs L.W.B. Bridge (van Die Burger)<br />

pers-attaché bij de Zuid-Afrikaanse<br />

legatie in Den Haag is geworden?<br />

== de Generale Synode der Ned. Hervormde<br />

Kerk collega Johan Winkler<br />

heeft benoemd tot lid van de Hervormde<br />

Raad voor Kerk en Publiciteit?<br />

= wij de grote prijs voor actualiteit<br />

zullen uitkeren aan de Amsterdamse<br />

editie van de N.R.C, voor het bericht<br />

over de Belgische onderscheidingen<br />

aan Nederlandse Cultuurlingeh, dat<br />

zij op Zaterdagavond 6 Aug. plaatste<br />

terwijl het op Donderdag 28 Juli door<br />

het A.N.P. was doorgegeven?<br />

= wij de Oscar voor Orthographie<br />

plechtiglijk zullen overhandigen aan<br />

de hoofdredactie van De Volkskrant<br />

voor de (tweemalige) spelling: Dauphile<br />

in 'n bericht over de Aga Khan<br />

in haar nummer van 8 Augustus?<br />

(Wij wachten nu op Purrès...).<br />

= A.N.P.'s Van de Pol op Curacao<br />

was en daar door onze in 't zweet<br />

huns aanschijns zwoegende Collegae<br />

hartelijk en gastvrij aan een maaltijd<br />

is verwelkomd?<br />

= Halbo C. Kool riu werkt bij de<br />

Wereldomroep P.C.J. ?<br />

= Collega Vermeulen Trouw heeft<br />

verlaten en bij Elsevier werkzaam<br />

is?" ,<br />

= ook collega Vrooland bij Elsevier<br />

komt ?<br />

= vanwege de rijksrecherche op last<br />

van de procureurs-generaal een uitgebreid<br />

onderzoek wordt ingesteld<br />

naar j<strong>ournalist</strong>ieke functies en werkzaamheden,<br />

welke in strijd met uitspraken<br />

der perszuiveringsorganen<br />

door veroordeelden, die zich op eni-'<br />

gerlei wijze in de bezettingstijd misdragen<br />

hebben, worden verricht?<br />

= dit uitgebreide onderzoek moet<br />

samenhangen met het feit, dat in de<br />

Tweede Kamer bij de behandeling<br />

van de begroting van verschillende<br />

zijden, o.a. door de fractie van de<br />

P. v. d. A., ernstig is geklaagd over<br />

het gebrek aan enige controle op de<br />

naleving van de door de perszuivefingsinstanties<br />

gewezen vonnissen?<br />

= er reeds vele processen-verbaal<br />

zijn opgemaakt zowel tegen uitgevers<br />

als tegen j<strong>ournalist</strong>en?<br />

= de heer J. R. Klinkert uit Rotterdam<br />

als eerste Nederlander, op het<br />

proefschrift „Verschillen tussen de-<br />

Nederlandse en de Amerikaanse pers"<br />

zijn graad in j<strong>ournalist</strong>iek, master<br />

of arts (summa cum laude) aan de<br />

universiteit van Minnesota heeft behaald?<br />

En het geld voor deze studie<br />

werd beschikbaar gesteld door Prins<br />

Bernhard ?<br />

= de Prot. Chr. J<strong>ournalist</strong>envereniging<br />

zich heeft aangesloten bij het<br />

Christelijk Nationaal Vakverbond?<br />

= u hierover precies denken moogt<br />

wat u denken wilt, omdat gedachten<br />

tolvrij zijn?'<br />

= mr. W. P. A. van Heusde de heer<br />

J. J. Bijl opvolgt als culturele- en<br />

pers-attaché aan de Nederlandse<br />

ambassade te Washington?<br />

= onze Haagse collega De Ru veroordeeld<br />

is tot ƒ 15— boete of 10<br />

dagen "hechtenis, omdat hij zijn bron<br />

niet wilde noemen?<br />

= dus het arrest van de Hoge<br />

Raad, dat geen beroepsgeheim voor<br />

de j<strong>ournalist</strong> erkent, reeds (wrange)<br />

vruchten gaat dragen ?<br />

= in dit verband' vermeld moge<br />

worden dat onze collegae van „De<br />

Kruidenier" hun beroep op een vonnis<br />

van de Haagse Rechtbank door<br />

het Haagse Hof hoorden verwerpen?<br />

= in stede van de Hilversumse<br />

Radio-Nieuwsdienst het A.N.P. (per<br />

1 October) de dagelijkse radionieuwsuitzendingen<br />

voor de Radio<br />

Unie zal gaan verzorgen?<br />

= de „Chicago Tribune" onlangs is<br />

uitgekomen met een pagina, niet van<br />

papier, doch van een dunne soepele<br />

stof, waarop de tekst was gedrukt-<br />

Na lezing de lezers de bladzijden van<br />

de drukinkt konden ontdoen door haar<br />

te wassen, en dan een aardig doekje<br />

overhielden? Dit een reclame was<br />

van de fabrikant van deze stof, di e<br />

er de „Chicago Tribune" 40.000 dollar<br />

voor betaalde?<br />

= op deze wijze althans de lezer»<br />

geen gebrek aan stof behoeven te<br />

hebben ? .,<br />

= wij ons afvragen, wanneer WV<br />

onze neus zullen kunnen gaan snuiten<br />

in óns lijfblad?<br />

= het Algemeen Handelsblad oe<br />

eerste krant in Nederland is, die een<br />

mobilofoon in gebruik heeft genomen?<br />

. , n<br />

= wij het zo prettig zouden vin(3 lj<br />

wanneer wij berichtjes toegestuurd<br />

kregen over mutaties in de Nede<br />

landse j<strong>ournalist</strong>iek? ..^<br />

= zulke persoonlijke nieuwtjes altJ<br />

lezenswaardig zijn? J<br />

== wij er nóóit één« toegestuur<br />

krijgen T


Dr* Bonaventura Kruitwagen<br />

HULDIGING VAN ONZE OUD-ADVISEUR<br />

In Rotterdam is pater Bonaventura<br />

Kruitwagen O.F.M., oud-adviseur<br />

van de Ned. Kath. J<strong>ournalist</strong>envereniging,<br />

tweemaal gedoopt. In 1874,<br />

nadat hij er als zoon van een eenvoudige<br />

bakker was geboren en later<br />

nog eens bij wijze van vuurdoop tijdens<br />

het bombardement van; Rotterdam,<br />

waarbij zijn kostbare biblio-,<br />

theek en onvervangbare manuscripten<br />

verloren gingen. ,<br />

Onlangs heeft hij weer een grote<br />

dag beleefd, toen zijn vrienden hem<br />

kwamen huldigen bij gelegenheid van<br />

zijn naamdag, die dit jaar tussen zijn<br />

gouden priesterfeest en zijn 75ste<br />

verjaardag in viel. Het is een bijeenkomst<br />

geworden, waarbij vele vonken<br />

van geest en humor rondspatten,<br />

waarbij men in kort bestek hoorde<br />

welk een veelzijdig geleerde de père<br />

is en waarbij de minister van Onderwijs<br />

hem de ridderorde van de Nederlandse<br />

Leeuw kwam brengen.<br />

Voor de vonken van geest zorgde<br />

allereerst de voorzitter van het huldigingscomité,<br />

professor Rogier, dïe<br />

een overzicht gaf van de geleerde,<br />

de Rotterdammer en de priester<br />

Kruitwagen. De geleerde: dat is de<br />

onbegrijpelijke veelzijdige geest, die<br />

als autodidact de wetenschap is binnengekomen<br />

langs een zijdeur, maar<br />

die in vele opzichten aan de top<br />

kwam te staan met zijn internationale<br />

faam op het gebied van de incunabelen<br />

en post-incunabelen. Met zijn<br />

kennis van paleografie en paleotypie,<br />

van geschiedenis en liturgie, van kalendalia<br />

en grammaticalia, maar die<br />

nooit een boekenwurm is geworden.<br />

Wiens belangstelling uitging naar<br />

alles wat actueel was. Die kernachtige<br />

dingen heeft geschreven over<br />

sociaal-economische onderwerpen, die<br />

iets te zeggen had over de missionering<br />

van Indonesië, die reeds 27<br />

jaar geleden voorzag, dat de j<strong>ournalist</strong>iek<br />

academische opleiding eist, die<br />

over windhozen en aflaten, over katholieke<br />

hekjeszetterij, over tante<br />

Betjes en over de prae-romaanse<br />

bouwkunst uit de hoek kon komen<br />

en wiens artikelen in tal van bladen<br />

en tijdschriften van allerlei richting<br />

verschenen zijn.<br />

Dan is er de Rotterdammer Kruitwagen,<br />

wiens naam riekt naar speculaas<br />

en bitterkoek, maar die het<br />

bracht tot een historische kennis van<br />

Zijn stad, die de gedachten onwillekeurig,<br />

terugvoert naar die andere<br />

grote stadgenoot, Erasmus, wiens<br />

zon — wij nemen aan, aldus Rogier,<br />

dat pater Kruitwagen hem daarin<br />

niet volgt — in Bazel onderging.<br />

Ten slotte de priester, in welke<br />

Waardigheid hij steeds een opvallend<br />

oecumenische geest aan de dag heeft<br />

gelegd. Niet alleen verdraagzaamheid<br />

was hem eigen, maar aanvaarding<br />

van andere meningen, zoals de Christelijke<br />

liefde dit wil, zonder dat ooit<br />

iemanjd daarbij een moment heeft<br />

kunnen twijfelen aan zijn goede katholieke<br />

gezindheid.<br />

PATER KRUITWAGEN 0>.M.<br />

Prof. Rogier bood de jubileerende<br />

Franciscaan een gouden huldeboek<br />

aan, waarin' 41 medewerkers bijdragen<br />

hebben geschreven. Bijna alle<br />

universiteiten zijn onder die medewerkers<br />

vertegenwoordigd. Had men<br />

de ruimte gehad voor alle gegadigden,<br />

dan was het een hulde-encyclopedie<br />

geworden '.<br />

Tot slot sprak de „broeder elephans"<br />

zelf, zoals hij zich wel noemde.<br />

„Ik ben het met die hulde wel<br />

eens. Ik wil zelfs wel inzien, dat het<br />

me in zekere zin toekomt. Maar<br />

eigenlijk, als er gehuldigd moet worden,<br />

dan hebben daarop ook allen<br />

reofct, die op ander terrejn, dat minder<br />

opvallend is, minstens even hard<br />

geploeterd hebben", was het sympathieke<br />

antwoord.<br />

JAN WESTERWOUDT.<br />

(Op de huldigingsplechtigheid was<br />

ook het hoofdbestuur K.N.JK. vertegenwoordigd).<br />

D<br />

Beroepshalve<br />

E internationale- broederschap onder<br />

j<strong>ournalist</strong>en is zeer groot. Ze~<br />

zeggen wel eens graag, dat als z ij<br />

het voor het zeggen hadden, elk internationaal<br />

vraagstuk met wat interviews<br />

en verklaringen vanachter<br />

'n schrijfmachine zou kunnen worden<br />

' opgelost. Hun problemen zijn overal<br />

hetzelfde: wanneer vertrekt mijn<br />

trein, boot, vliegtuig, waar is hier de<br />

telefoon, hoe laat sluit je krant, wie<br />

vertelt nier de waarheid, we moeten<br />

vrijuit kunnen zeggen wat we vernemen<br />

en wat we er van vinden, we<br />

hebben 'n oprecht plichtsbesef tegenover<br />

de gemeenschap, we hebben een<br />

moeilijk vak, we hebben een fijn vak,<br />

een gevaarlijk vak...<br />

Vandaar dat de dood — „tijdens de<br />

uitoefening van hun beroep" — van<br />

dertien voortreffelijke verslaggevers<br />

van internationale faam vandaag alle<br />

krantenmannen ter harte gaat als<br />

ware het een man van de eigen krant.<br />

Ieder denkt: dat had i k kunnen zijn,<br />

i of mijn buurman. Want vliegen doen<br />

we allemaal.<br />

Het was een stel aardige kerels<br />

waarmee we in kasteel oud-Wassenaar,als<br />

gasten van minister Stikker<br />

gebekvecht hebben. Het was 'n stel<br />

'knappe kerels. Ze wisten veel van<br />

Azië af, ze wisten overal veel van en<br />

ze konden er aardig van vertellen, ze<br />

waren overal geweest, en ze kenden<br />

iedereen persoonlijk, van Stalin tot<br />

Truman, van Gandhi tot Shaw. En ze<br />

waren leergierig. Mijn buurman van<br />

de Chicago Daily News — Nat Barrows<br />

van Lake Success — was in de<br />

oorlog aan a 11 e fronten: in Birma<br />

evengoed als in Moermansk, op het<br />

strand van Normandië, maar ook op<br />

de Dam op 5 Mei '451 Én diens buurman,<br />

de vlijmscherpe Tom Falco van<br />

Business Week, heb ik in Washington<br />

Paul Hofmann aan het blozen zien<br />

maken. Ze lieten ons foto's van de<br />

kinderen zien (op vacantie nu daddy<br />

er weer eens van door was) en dollarbiljetten<br />

met een eigenhandige opdracht<br />

van Roosevelt. Ze maakten sarcastische<br />

opmerkingen over het „aardige<br />

stukje", dat we zouden moeten<br />

maken wanneer één van hen iets<br />

overkwam...<br />

Met z'n dertienen zijn ze nu gevallen,<br />

voor hun beroep, in regen en<br />

vuur, voor de vrijheid, van het ware<br />

woord. Over alle lijnen ter wereld<br />

tikten de telexen de afgelopen vieren-twintig<br />

uur hun namen, op alle<br />

krantenzetterijen werden hun levendige<br />

levens in regels lood gegoten.<br />

Er is geen lezer, die dit leest, wiens<br />

mening in de weken die voorbij zijn<br />

niet mede dank zij hün werk werd<br />

gevormd. Overal herdenken de krantenmannen<br />

in hen het mooie vak, het<br />

gevaarlijke vak. Maar morgen vliegen<br />

we weer de wereld rond: leden<br />

van een internationale broederschap<br />

•— gedragen door onze vrienden: de<br />

vakbekwame en verantwoordelijkheidsbewuste<br />

verkeersvliegers — één<br />

in lood en in dood.<br />

Hun herinnering ter ere zij hier<br />

dan de ereschuld ingelost: het „aardige<br />

stukje". Zij zijn aan hun laatste<br />

karwei begonnen: interview met God.<br />

(„Tinnegieter" in de Volkskrant)<br />

GEROUTINEERD<br />

R.K. JOURNALIST,<br />

30 jaar, met grote ervaring als<br />

zelfstandig rayon-directeur bij<br />

dagbladbedrijf van betekenis,<br />

zoekt directe plaatsing bij landelijk<br />

of groot provinciaal dagblad.<br />

Hij is onlangs als dpi. militair uit<br />

Indonesië gerepatrieerd. Wegens<br />

overbezetting redactiestaf heeft<br />

oude werkgever geen direct emplooi<br />

voor hem.<br />

Brieven onder No. 131/48, Bureau<br />

„Katholieke J<strong>ournalist</strong>", Koningsstraat<br />

22B, Hilversum.<br />

11


„TERECHT GEVREESD"<br />

Dit is het slot van een artikel in<br />

Het Binnenhof over „Onteigening<br />

. der persen".<br />

De uitspraken van de Centrale<br />

Raad van Beroep voor de Perszuivering,<br />

die dezer dagen zijn<br />

gepubliceerd en waarbij goedkeuring<br />

wordt onthouden aan de desbetref- .<br />

fende adviezen van de _ perszuiveringscommissie,<br />

bevestigen, dat wij<br />

terecht gevreesd hebben, dat in ons<br />

rechtsysteem van een onteigening<br />

van de persen, van gecollaboreerd<br />

hebbende bedrijven wel niets zou<br />

komen. Deze gang van zaken heeft<br />

echter een opmerkelijk maatschappelijk<br />

gevolg.<br />

Direct na de oorlog, toen de<br />

gecollaboreerd hebbende dagbladen<br />

niet meer mochten verschijnen, ten<br />

minste niet die dagbladen, die na 1<br />

Januari 1943 dit nog hadden gedaan,<br />

is aan de bij Persnoodwet opgerichte<br />

Persraad de bevoegdheid gegeven bepaalde<br />

persen van dagbladen in<br />

gebruik te vorderen voor- de illegale<br />

bladen en de bladen, die direct na de<br />

bevrijding zijn opgericht. Op grond<br />

hiervan kunnen deze laatstgenoemde<br />

bladen verschijnen. Nu echter lang-<br />

. zamerhand het noodrecht zijn einde<br />

heeft, de distributie in het algemeen<br />

wordt afgeschaft, dreigt natuurlijk<br />

ook deze herdistributiemogelijkheid<br />

te verdwijnen en zal er door de<br />

eigenaren der persen op de overheid<br />

wel aandrang worden uitgeoefend<br />

om langzamerhand weer in het algehele<br />

en vrije gebruik van hun<br />

eigendommen te worden hersteld.<br />

De dagbladen, die de laatste vier<br />

jaar hun bestaansrecht door harde<br />

arbeid hebben bewezen, zullen, hiervan<br />

mogelijk de dupe worden. Deze<br />

bladen hebben vanaf het moment<br />

dat zij vrij konden verschijnen, ten<br />

gevolge van de ontwikkeling der<br />

prijsverhoudingen in ons land al<br />

uitzonderlijke lasten moeten opbrengen<br />

niet steeds ten nadele van<br />

de gewraakte bladen en door de<br />

vigerende deviezenbepalingen zijn ze<br />

waarschijnlijk nog lange tijd in de<br />

onmogelijkheid zich geheel zelfstandig<br />

te maken.<br />

m<br />

ONVERBETERLIJK<br />

De Engelse perscommissie is tot<br />

de eindconclusie gekomen* dat de<br />

vrijheid der Engelse dagbladen niet<br />

op verontrustende wijze door commerciële<br />

factoren wordt belaagd. En<br />

speciaal de conservatieve pers heeft<br />

deze vrijspraak onder het licht in de<br />

vitrine gezet.<br />

Doch wie het rapport der perscommissie<br />

wat nauwkeuriger beschouwt,<br />

moet nogal vitale delen van<br />

zijn geestdrift over boord zetten.<br />

Daar is bijv. het door Lord Kemsley<br />

beheerste deel van de Engelse pers.<br />

Het is niet kinderachtig: behalve het<br />

algemene dagblad Daily Graphic behoort<br />

een groot deel van de provinciale<br />

pers tot het domein van deze<br />

typisch-Angelsaksische krantenmagnaat.<br />

En van zijn uitgebreide schare<br />

van j<strong>ournalist</strong>en nu bewijst het<br />

rapport met een vloed van voor­<br />

12<br />

beelden, hoe zij systematisch<br />

„distortion" (verwringing, verdraaiing)<br />

toepaste op feiten, die een<br />

objectieve weergeving vereisten. De<br />

meest gebezigde methode is het<br />

dooreenhutselen van passages uit<br />

een bericht en vindingen van de<br />

eigen redactie, zodat de lezer niet<br />

weet, wanneer hij met objectieve 'en<br />

wanneer hij met subjectieve reportage<br />

te doen heeft. De pers van Lord<br />

Kemsley schijnt dit ambacht meesterlijk<br />

te verstaan en krijgt dat ook<br />

in het commissoriale rapport menige<br />

harde noot te kraken..<br />

Het resultaat? De Daily Graphic<br />

jubelde het uitbundigst over het vrijsprekend<br />

vonnis en schrapte uit zijn<br />

publicaties over het rapport iedere<br />

zin, die op de gedragingen van de<br />

Kemsley-pers sloeg. Waarom ook<br />

niet? Mundus vult decipi, ergo<br />

decipiatur.<br />

(Vrij Nederland)<br />

OP LOSSE SCHROEVEN<br />

iNaar aanleiding van de wapenstilstandsovereenkomst<br />

in Indonesië<br />

schrijft Robert Peereboom in zijn<br />

Haarlems Dagblad:<br />

Het moet mij van het hart, dat een<br />

punt in de proclamatie van de<br />

wapenstilstand mij zeer heeft verbaasd.<br />

Namelijk punt 4a, waarin<br />

„iedere betrokkene wordt gelast:<br />

a. Zich te onthouden van radiouitzendingen,<br />

persberichten of van<br />

enige andere vorm van propaganda,<br />

gericht op het uitdagen of verontrusten<br />

van de strijdkrachten van de<br />

wederpartij". In punt 4e wordt „een<br />

ieder gewaarschuwd, dat iedere daad<br />

of handeling van schending van<br />

deze proclamatie streng zal worden<br />

gestraft". Nu voelt dit blad niet de<br />

geringste neiging tot het uitdagen of<br />

verontrusten van de strijdkrachten<br />

of de burgers van de wederpartij en<br />

hoopt dat zowel de bladen aan die<br />

zijde als de Nederlandse Pers er zich<br />

van onthouden zullen. Onze regering<br />

mist evenwel ingevolge art. 7 van<br />

de Grondwet de bevoegdheid om zoiets<br />

aan de Pers te gelasten en. er<br />

straf op te stellen. Art. 7 van . de<br />

Grondwet, dat de persvrijheid waarborgt,<br />

zegt: „Niemand heeft voorafgaand<br />

verlof nodig om door middel<br />

van de drukpers gedachten of<br />

gevoelens te openbaren, behoudens<br />

ieders verantwoordelijkheid voor de<br />

wet". En ieders verantwoordelijkheid<br />

voor de wet houdt wel in, dat men<br />

geen belediging, laster, smaad,<br />

opruiing en aantasting van de openbare<br />

• moraal mag begaan, maar er<br />

staat nergens in de wet dat men<br />

iemand niet mag „uitdagen of verontrusten".<br />

Een dergelijke omschrijving,<br />

waaronder. alles en nog wat<br />

zou kunnen vallen, zou dan ook de<br />

persvrijheid volkomen op losse<br />

schroeven zetten. Verder uit te<br />

weiden over dit zonderlinge punt in<br />

de proclamatie schijnt niet nodig. Ik<br />

wens evenwel mogelijk misverstand<br />

bij diegenen onder de lezers, die wel<br />

eens blijk hebben gegeven dat zij de<br />

regeling der persvrijheid in ons land<br />

niet begrepen, te voorkomen. En<br />

verder alleen mijn verbazing, over<br />

zulk een uiting te herhalen. Dat deze<br />

proclamatie niet alleen voor het<br />

gebied van Indonesië maar ook wel<br />

degelijk voor Nederland en dus<br />

tevens voor de Pers in dit land geldt<br />

is bij nadere informatie in Den Haag<br />

gebleken. Welnu: ik herhaal het:<br />

onze regering is niet bevoegd tot<br />

zulk een lastgeving.<br />

KLOMPEN EN CROQUETTEN<br />

De Haagse correspondent van De<br />

Tijd schrijft aan zijn blad:<br />

Een vriendelijke jongedame heeft<br />

onlangs een resoluut optredende<br />

persfotograaf uit de Verenigde<br />

Staten het genoegen gedaan in Alkmaar<br />

voor zijn lens te poseren met<br />

een. Edammer kaas in de ene hand<br />

en een Goudse in de andere. De consequentie<br />

van de lieve glimlach, bij<br />

die* gelegenheid weggegeven, heeft<br />

het charmante kind op dat moment<br />

bepaald niet voorzien: tot op heden<br />

kwamen er reeds een vijfhonderd<br />

brieven bij haar thuis van Amerikanen,<br />

die de vader om de hand van<br />

zijn dochter vroegen ofwel rechtstreeks<br />

aan de schone van 't plaatje<br />

hun aanzoek deden.<br />

De zakelijke verklaring van het<br />

bovenstaande is deze: in opdracht<br />

van de Algemene Nederl. Ver. voof<br />

Vreemdelingenverkeer voorziet een<br />

Amerikaans bureau de persdiensten<br />

in de Ver. Staten van gegevens en<br />

fotomateriaal over Nederland; deze<br />

op hun beurt bedienen de bladen.<br />

Voor Nederlandse j<strong>ournalist</strong>ieke begrippen<br />

is het een nogal vreemde<br />

gang van^aken, maar het werkt!<br />

Het Alkmaarse meisje, wier foto<br />

Jangs deze weg terecht is gekomen<br />

in een enorm aantal kranten, heeft<br />

het ondervonden en de klompenmaker<br />

in Lekkerkerk, die dezelfde<br />

fotograaf knipte op het — vanzelfsprekend<br />

geënsceneerde — moment,<br />

dat hij- zijn dochtertje een veel te<br />

grote klomp aanpaste, deed een<br />

soortgelijke ervaring op: driehonderd<br />

brieven met de merkwaardigste<br />

reacties; men wilde het arme kind<br />

van schoenen voorzien en een geinteresseerde<br />

Amerikaanse lezer<br />

begon zelfs over adoptatie.<br />

Wat wij interessant vinden aan<br />

ons land doet weinig ter zake,<br />

blijven de mensen herhalen, wie f<br />

taak het is toeristische reclame te<br />

maken, voor Nederland in den<br />

vreemde.<br />

Daarom komt er telkens een<br />

andere Amerikaanse fotograaf naar<br />

ons land, die onbevangen zijn indrukken<br />

opdoet. Wij zouden misschien<br />

met een braaf overzichtsplaatje<br />

van het plein voor het<br />

Centraal-Station zijn aan komen<br />

zetten — hij koos er de P.T.T.-man<br />

uit, die de brievenbus van een tram<br />

leegt. Ons oog zou aan een croquetten-automaat<br />

in Zandvoort voor een<br />

buitenlander weinig interessants<br />

hebben ontdekt, maar juist hiervan<br />

zijn toch een. paar honderd foto's<br />

doorgedrongen in de Amerikaanse<br />

bladen*).<br />

In een reusachtig plakboek vindt<br />

men deze plaatjes terug: pagina's<br />

vol met dezelfde foto's, afgedrukt in<br />

telkens weer andere kranten, de<br />

Stenberville Ohio Herald Star, de<br />

Dyserburg Tennessee State Gazette,<br />

de Hackersack New Jersey Record<br />

en hoe al deze onbekende groot- en<br />

kleinhèden verder mogen heten.<br />

Tezamen bereikt men er een zeer<br />

groot publiek mee. Deze lezersmassa<br />

komt aan de weet hoe een Hollands<br />

draaiorgel er uit ziet — „The music<br />

that comes from this contraption is<br />

not swing, jam of jive, but it sounds<br />

just as bad" — ze krijgt een<br />

poltie-agent te zien, die een Zeeuwse<br />

boerin de kap recht trekt en (een<br />

doortastend fotograaf staat voor<br />

niets!) twee Amerikaanse meiskes<br />

bij hun ontwaken in een Nederlandse<br />

jeugdherberg.<br />

Natuurlijk ontbreken de Gouden<br />

Koets, een parkeerterrein vol fietsen,<br />

wasdag in Volendam en de molengroêp<br />

bij kinderdijk evenmin in deze<br />

publiciteitsactie, doch de klap op de<br />

vuurpijl is toch wel de Albert Cuypfriarkt<br />

in Amsterdam. De meest<br />

chauvinistische Amsterdammer kan<br />

er niet zo mee weglopen als de<br />

Amerikaanse pers het deed.<br />

Om in stijl te blijven even het<br />

bewijs in cijfers: in wachtkamers, bij<br />

[*) Hoe zonderling dat onze geachte<br />

collega niets bijzonders<br />

ontdekt aan onbizondere doch<br />

typerende dingen. 'Welk een miskenning<br />

van zijn — en ieder —•<br />

publiekj Wanneer zullen wij eens<br />

uit onze professionele miskenning<br />

van de wensen van (ook,) óns<br />

lezerspubliek treden om te begrijpen<br />

dat de kleine, dagelijkse, menselijke<br />

dingen voor negentig procent<br />

van alle krantenlezers — óók<br />

de Nederlandse — interessanter<br />

zijn dan de adembenemende<br />

wereld-politieke gebeurtenissen ?<br />

Hoeveel mensen — óók in Nederland<br />

— lezen alles van het huwelijk<br />

van Rita Hayworth en slechts een<br />

(zullen wij zeggen: een tiende f)<br />

gedeelte van wat er over Indonesië<br />

in de krant staat? — È.J<br />

banken en andere instellingen, waar<br />

zo een vijf millioen mensen per week<br />

vertoeven, is dit plaatje geafficheerd.<br />

Doch dit is nog maar kinderwerk —<br />

de gezamenlijke oplage van de dag-,<br />

week- en andere bladen, waarin de<br />

foto van deze markt verschenen is,<br />

beloopt driehonderd millioen . .. Dat<br />

4s een tikkeltje meer dan de gehele<br />

bevolking van de Vear. Staten en het<br />

houdt dus in dat vele lezers in meerdere<br />

kranten, deze foto moeten zijn<br />

tegengekomen.<br />

Wanneer één procent van deze<br />

imenigte inderdaad eens zijn dollars<br />

bij ons komt verteren, zal dit land<br />

«Spoedig te klein zijn.<br />

ERNSTIG PROBLEEM<br />

Het ontbreken van een of meer<br />

goed geredigeerde en aantrekkelijke<br />

katholieke dagbladen (in Argentinië)<br />

kan in de toekomst ernstige<br />

gevolgen hebben. Hoofdzakelijk ten<br />

gevolge der immigratie neemt de<br />

bevolking van Argentinië snel toe.<br />

Het is van het grootste belang deze<br />

groepen geestelijk te bereiken, willen<br />

zij niet verloren gaan in de<br />

stroom van godsdienstige onverschilligheid,<br />

die vooral het leven in; de<br />

grootste steden reeds sterk kenmerkt.<br />

Hier ligt een ernstige probleem.<br />

In sommige kringen ziet men<br />

de ernst van het gevaar wel in, doch<br />

er schijnt een figuur te ontbreken,<br />

die over voldoende moed en doorzettingsvermogen<br />

beschikt om de bakens<br />

radicaal te verzetten. Ieder<br />

initiatief wordt in de kiem gesmoord<br />

met de helaas niet geheel van waarheid<br />

ontblote redenering, dat een<br />

katholiek blad in Argentinië geen<br />

bestaansmogelijkheid heeft. Ér zijn<br />

reeds heel wat teleurstellingen geboekt<br />

en dan wordt het steeds moeilijker<br />

competente figuren te vinden,<br />

die bereid zijn hun krachten en begaafdheden<br />

in dienst te stellen van<br />

dit veel offers eisende ideaal.<br />

(Katholiek Cultureel Tijdschrift)<br />

VEEHOUDER EN JOURNALIST<br />

De Typhoon heeft een aantal vrouwen<br />

gevraagd wat zij denken van het<br />

beroep van haar man. Mevrouw<br />

Meyer-Schagen uit Zaandam schreef:<br />

voor een man kan het een mooi<br />

beroep zijn, maar het moest bij de<br />

wet verboden worden dat j<strong>ournalist</strong>en<br />

trouwen! Als vrouw voel je je<br />

alleen een soort kindermeisje, dat op<br />

moet letten dat je man niet helemaal<br />

als een op hol geslagen paard doorwerkt<br />

dag en nacht. Het is apart<br />

werk, dat een man nooit loslaat. Hij<br />

Staat er mee op en gaat er mee naar<br />

bed. Maar weinigen weten hoe<br />

enerverend het is en wat er komt<br />

kijken eer een krant elke dag weer<br />

klaar is. Wat het opstaan betreft is<br />

er maar weinig verschil met een<br />

veehouder, 's Winters en 's zomers<br />

even vroeg, want de krant moet om<br />

12.30 uur al draaien. Onlangs belde<br />

iemand me 's morgens om half negen<br />

om m'm man te spreken. „Maar<br />

meneer", zei ik, hoogst verbaasd,<br />

„m'n man is al bijna drie uur op de<br />

krant!"<br />

„Is er nog nieuws?" vraag ik<br />

meestal aan tafel (als de telefoon<br />

ons met rust laat). „Nee, niet veel",<br />

hoor ik dan, zodat ik me afvraag<br />

, hoe die krant dan wel is vol gekomen.<br />

Wat lijkt het me ideaal<br />

vrouw te zijn van een dominee of<br />

onderwijzer! Die moeten volgens mij<br />

een veel rustiger en meer geregeld<br />

leven hebben.<br />

U vraagt wat m'n echtgenoot op<br />

het ogenblik (10.15 uur 's avonds<br />

doet? Werken natuurlijk!<br />

En toch — dit vorige Iijjtt nu wel<br />

zuur — heeft zijn vak aantrekkelijke<br />

kanten, en ben ik er (niet tegen hem<br />

zeggen, hoor!) ook wel trots op de<br />

vrouw te zijn van een krantenman.<br />

GRAMOPHOON-JOURNALISTD3K<br />

NU OOK IN OOSTELIJK<br />

DUITSLAND<br />

In de Russische zone van Duitsland<br />

is een nieuw soort j<strong>ournalist</strong><br />

geboren. Men duidt hem aan met de<br />

naam Volkscorrespondent. Zo iemand<br />

is geen beroepsj<strong>ournalist</strong>, maar in<br />

de regel een arbeider, die voor communistische<br />

bladen schrijft over hetgeen<br />

er in zijn fabriek gebeurt.<br />

Als voorbeeld van hetgeen zo'n<br />

volkscorrespondent (hoe aardig past<br />

die naam bij volksgerecht, volkspolitie,<br />

volksaanklager en volksrechter)<br />

geven wij het volgende bericht:<br />

„De voorzitter van het tractorenverhuurkantoor<br />

MAS te Osterburg<br />

heeft bekend gemaakt, dat er groot<br />

gebrek is aan machine-olie voor de<br />

tractoren. Verder werd op een districtsvergadering<br />

te Osterburg medegedeeld,<br />

dat er een groot tekort was<br />

aan bindtpuw. De vertegenwoordigers<br />

van de MAS en de VDGB (vereniging<br />

voor onderlinge boerenhulp) besloten,<br />

dat de MAS alle bindtöuw, welke<br />

het nog in, voorraad had, beschikbaar<br />

zou stellen. Daardoor werd de<br />

MAS in staat gesteld de werkende<br />

boeren te helpen".<br />

Volkscorrespondenten behoren niet<br />

tot het soort j<strong>ournalist</strong>en dat lastige<br />

vragen stelt. Meestal staat er bij<br />

persconferenties een op, haalt een<br />

papier uit zijn zak en zegt, stram in<br />

de houding staande: „Ik juich uw<br />

mededelingen zeer zeker toe en ik<br />

ben van mening, dat het bijzonder<br />

nodig is om er op te wijzen, dat Karl<br />

Marx heeft gezegd, dat het kapitalistische<br />

systeem enz. enz."<br />

(Algemeen Dagblad)<br />

SPORT-<br />

CORRESPONDENTSCHAP<br />

gevraagd door j<strong>ournalist</strong> in Zuiden<br />

des lands. Eventueel ook<br />

plaatselijk nieuws.<br />

Brieven No. 113/48, Bur. v. d:*Bf.<br />

13


Een groot katholiek j<strong>ournalist</strong><br />

werd tachtig jaar<br />

JAN VESTERS werd 31 Juli tachtig<br />

jaar. Tientallen jaren prijkte zijn<br />

naam in de kop van de twee dagbladen,<br />

waaraan hij tijdens zijn veeljarige<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke loopbaan was<br />

verbonden: het R.K. Dagblad „Het<br />

Huisgezin" en ' „De Volkskrant".<br />

Maar aan die vermelding alleen ontleende<br />

hij niet alleen zijn naam en<br />

faam. Die sproten voort uit zijn superieur<br />

j<strong>ournalist</strong>iek natuurtalent,<br />

want Vesters was een j<strong>ournalist</strong> par<br />

droit de naissance. Hij had het van<br />

thuis meegekregen. Zijn vader J. A.<br />

Vesters, die in 1881, terugkerend van<br />

zijn verslaggeverswerk in de Nieuwkuijkse<br />

hei door een sneeuwstorm<br />

werd overvallen en doodvroor, was<br />

hem voorgegaan,. De jonge Crbmvoirtse<br />

onderwijzer Jan Vesters volgde<br />

hem op als redacteur van De Katholieke<br />

Illustratie en het driemaal<br />

per week verschijnend „Huisgezin",<br />

welke beiden in Den Bosch verschenen.<br />

Romancier en j<strong>ournalist</strong><br />

De j<strong>ournalist</strong>iek van die tijd, die het<br />

tampo van onze tijd niet had, liet de<br />

jonge Vesters gelegenheid zich op de<br />

literatuur te werpen. Hij schreef<br />

enige romans en novellen. Het was<br />

literatuur met een romantische inslag,<br />

maar het publiek kreeg er niet<br />

genoeg (van.<br />

.Toen Van der Lans naar Nijmegen<br />

vertrok als hoofdredacteur van „De<br />

Gelderlander" en J. B. Vesters zich<br />

meer voelde aangetrokken tot de<br />

j<strong>ournalist</strong>iek, kwamen dr. C. R. de<br />

Klerk en zijn vrouw Maria Viola aan<br />

de K. I., waardoor J. B. Vesters zijn<br />

handen vrij kreeg. Dit was vooral in<br />

1908 gewenst, toen de krant dagblad<br />

werd. Van die tijd af tot aan de<br />

door de Duitsers gedwongen stopzetting<br />

van „De Volkskrant" bleef Vesters,<br />

eerst in Den Bosch, later in<br />

Utrecht, in de dagbladj<strong>ournalist</strong>iek<br />

werkzaam. Hij werkte zich daarin op<br />

tot een figuur van nationale betekenis;<br />

hij was wellicht de meest gelezen,<br />

en zeker de meest geciteerde<br />

entrefiletschrijver, die onze j<strong>ournalist</strong>iek<br />

ooit heeft gekend. Altijd actueel,<br />

puntig, scherpzinnig en heetvan-de-naald<br />

schreef hij in een geheel<br />

eigen stijl, kort, bondig en onze<br />

taal en de portee van elk woord beheersend,<br />

dag aan dag zijn eigen<br />

mening neer. Hij wachtte niet op die<br />

van andere en hij hoefde dit niet te<br />

doen, omdat zijn visie op de politiek<br />

en de dingen van de dag steunde op<br />

een brede ontwikkeling, een universele<br />

geest en een schier encyclopedische<br />

kennis.<br />

Vesters hoefde nooit iets op te<br />

zoeken of na te snorren; zijn phenomenaal<br />

geheugen speelde hem nooit<br />

parten. De belangrijkste figuren en<br />

gebeurtenissen van uit de vele parlementaire<br />

perioden had hij in zijn<br />

14<br />

hoofd. Duizenden markante persoonlijkheden<br />

lagen daarbij met naam en<br />

toenaam gerangschikt. Zijn talenkennis<br />

ontwarde de meest verwarde<br />

Reutertelegrammen, nadat zijn redacteuren<br />

er tureluurs van geworden<br />

waren. De j<strong>ournalist</strong>, die hem op<br />

een correctie- of schrijffout kon betrappen,<br />

is nooit geboren.<br />

Dit maakte J. B. Vesters tot een<br />

ideale chef en een eminent leermeester.<br />

Zijn werklust kende geen grenzen<br />

— hij betreurde het vaak, dat een<br />

dag maar 24 uren telde —; zijn geduld<br />

en liefde voor het vak geen<br />

moeite om zijn redacteuren voor te<br />

gaan, te vormen, te leiden en te<br />

leren. Als eerste en laatste op het<br />

bureau kon men steeds collegiaal en<br />

vriendschappelijk bij hem te rade<br />

gaan en als ieder man, die het werkelijk<br />

druk heeft, wist hij altijd tijd<br />

te vinden om anderen van dienst te<br />

zijn.<br />

Voor alles en allen ttfd<br />

Daarom kon hij ook vele jaren op<br />

markante wijze het voorzitterschap<br />

van de Ned. Katholieke J<strong>ournalist</strong>envereniging<br />

met alle daaraan verbonden<br />

werkzaamheden en represen-,<br />

taties vervullen; kon hij in zijn woonplaats<br />

Vught de katholieke kiesvereniging<br />

leiden en zich van harte en<br />

ambitieus geven aan alles, waarom<br />

men hem vroeg. Sober levend — zijn<br />

pijp was zijn enige luxe — kon hij, zij<br />

hét dan op een afstand, het volle<br />

leven proeven en verstaai\. Hij zag<br />

de wereld via de letters der krantenartikelen,<br />

berichten en telefonades.<br />

En als hij verzadigd was, liep hij,<br />

zonder ooit gebruik te maken van<br />

de tram — weer of geen weer — van<br />

zijn Bossche bureau naar zijn huis<br />

aan de Helvoirtse weg om, na gegeten<br />

te hebben zich weer direct in zijn<br />

lectuur te verdiepen. •<br />

En de volgende morgen liep hij dan<br />

weer van Vught naar Den Bosch en<br />

onderweg bouwde hij dan in gedachten<br />

zijn artikel van die dag op. Zgn<br />

stelregel was: eerst denken, rustig<br />

denken en dan pas schrijven. En zo<br />

gij schrijft en polemiseert, overweegt<br />

dan de betekenis van elk woord,<br />

schrijft kort, omdat elk overbodig<br />

woord de tegenstander stof tot repliek<br />

kan geven en kwetst nomt,<br />

zelfs niet degene, die oneindig ver<br />

van je afstaat, want elke andere<br />

mening of elk ander beginsel verdient<br />

dezelfde waardering, w0ke gij<br />

van je tegenstander ten opzichte van<br />

uw eigen principes wilt verwachten.<br />

J. B. Vesters moge wellicht geen<br />

groot geleerde zijn geweest, in algemene<br />

kennis, in beginselvastheid, in<br />

het juist aanvoelen en vooruitzien<br />

heeft hij in de katholieke j<strong>ournalist</strong>iek<br />

tot heden zijn evenknie nog niet<br />

gevonden" en blijft hij een unicum,<br />

die met minder realiteitszin en nuch-<br />

JAN VESTERS<br />

terheid begaafd en behept met meer<br />

zin om zich te laten gelden en van<br />

zich te laten spreken, tot posities<br />

had kunnen komen, welke hem aan<br />

de j<strong>ournalist</strong>iek hadden ontroofd.<br />

Hij heeft daarnaar nooit gezocht<br />

en gestreefd. Beter: hij heeft dat niet<br />

gewild.<br />

Tot het bittere eind ,<br />

Ve'sters is tot het laatst op zijn<br />

post gebleven. Blokzijl ontbood hem<br />

enige malen op zijn dictatoriaal<br />

matje. Uitspraken als: „de slechtste<br />

Nederlandse regering is nog altijdbeter<br />

dan de beste uit Berlijn", duldde<br />

men in Den Haag van de bezettingsjaren<br />

niet: Zijn sarcastische<br />

toon tegen de N.S.B, kon niet gewaardeerd<br />

worden. En hij werd verboden;<br />

de machines van de Utrechtse<br />

Volkskrant verhuisden naar het<br />

Oosten.<br />

Toen de oorlog voorbij was, was<br />

Vesters te oud geworden. De jaren<br />

van kneveling en Haagse verplichte<br />

opnamen, de jaren van afbraak,<br />

knechting en verval der Nederlandse<br />

j<strong>ournalist</strong>iek tot Kadaverdiscipline,<br />

en erger, verdroten en bezwaarden<br />

hem, de strijder voor vrijheid van<br />

woord en geschrift. Lichamelijk kon<br />

Vesters na de bevrijding het werk<br />

niet meer aan en het 80ste levensjaar<br />

ziet een gebroken man, die in Tuindorp<br />

Utrecht zich geheel heeft teruggetrokken.<br />

Zijn kranten zijn zijn vrienden gebleven.<br />

En hij is dankbaar en tevreden<br />

ook al is het lichaam wrak.<br />

W. B.<br />

Op de dag van zijn 80ste verjaring<br />

heeft het hoofdbestuur K.N.J.K. ten<br />

huize van de oud-voorzitter der<br />

vroegere Ned. Kath. J<strong>ournalist</strong>envereniging<br />

dank betuigd voor alles<br />

wat Jan Vesters heeft gedaan in het<br />

belang van de Katholieke j<strong>ournalist</strong>iek,<br />

in krant en in organisatie. WO<br />

vergeten daarbij niet, dat oud-col^<br />

Vesters tot in hoge ouderdom de belangen<br />

van vakgenoten heeft v ^°ï'<br />

gestaan. Verleden jaar, toen n Ü *,<br />

een vergadering van ons hoofd"**<br />

stuur was uitgenodigd, is dat te<br />

overvloede gebleken.


Nieuws uit<br />

NIEUWE LEDEN<br />

Aangenomen per 1 Augustus 1949<br />

Als gewone leden:<br />

L. N. Kuys, Spoorstraat 74, Tegelen,<br />

(Tegelsche Courant).<br />

W.J. Poulssen, Tuddernweg 16 G,<br />

Sittard. (Sportblad Marathon).<br />

J. J. B. Wintraecken, Scharnerweg<br />

45, Maastricht. (Sportblad Marathon).<br />

J. P. A. Martens, Baronielaan 78,<br />

Breda. (Dagblad „De Stem").<br />

Als Adspirantleden:<br />

B. Engel, Anna van Engelandstraat<br />

23, .Eindhoven. (Eindhovens Dagblad).<br />

R. F. J. H. van Rooi), „Peterhof",<br />

Vught. (Het Huisgezin).<br />

J. A. N. Termos, Ministerpark 38,<br />

Hilversum. (Dagblad „De Gooi").<br />

WEERSTANDSKAS<br />

Dezer dagen kunnen de leden de<br />

aanbieding verwachten van een kwitantie<br />

ten bedrage van ƒ 2.50, als<br />

verplichte bijdrage aan de Weerstandskas,<br />

waaruit bijstand wordt<br />

verleend aan leden, die zich in financiële<br />

moeilijkheden bevinden. De<br />

Kringkas draagt jaarlijks 10% 'van<br />

haar inkomsten aan de Weerstandskas<br />

af, terwijl elk lid reglementair<br />

verplicht is per jaar ten minste ƒ 5.te<br />

storten. In 1948 is deze bijdrage<br />

van de leden niet geïncasseerd, doch<br />

't Kringbestuur vertrouwt, dat thans<br />

alle leden hun verplichting zullen<br />

nakomen.<br />

DE B.Z.K.-PERS NAAR OSS<br />

ERWACHTEN jullie daar een<br />

V paar mooie politienieuwtjes of<br />

is-het om iets aan die plaats te gaan<br />

goedmaken?"<br />

Aldus het commentaar, dat diverse<br />

leden van de afdeling Brabant-Zeeland<br />

gekregen hebben, toen zij hun<br />

voornemen bekend imaakten om in<br />

Oss hun zomerzitting te gaan houden.<br />

Hetgeen Zaterdag 16 Juli gebeurd<br />

is, zij het ook niet met dat<br />

ledental, dat het bestuur, gezien het<br />

aantrekkelijk programma —• doch<br />

blijkbaar niet rekenend met de laksheid<br />

van bijna driekwart van het<br />

ledental, dat zelfs een bericht van<br />

verhindering te veel moeite vindt —<br />

verhoopt had daar te ontmoeten. De<br />

twintig die er wèl" waren, hebben er<br />

kennelijk geen spijt van gehad. Voorzitter<br />

Bruna, een recent heelkundig<br />

ingrijpen gelukkig te boven gekomen,<br />

kon in hotel Van Alem na de<br />

gebruikelijke stukken allereerst een<br />

discussie leiden over het eren van de<br />

nagedachtenis van de vroegere voorzitter<br />

van de Brabantse afdeling, Dr.<br />

Hein Hoeben, die als leider van de<br />

Kath. Wereldpost en naaste medewerker<br />

van de door de Duitsers zo<br />

gehate Dr. Friedrich Muckermann<br />

S.J. reeds vroeg in de bezetting was<br />

gevangen genomen en in een Berlijnse<br />

gevangenis bet leven heeft gelaten.<br />

Men besloot samenwerking te<br />

de K-.NJ.K.<br />

zoeken met de Kath. Dagbladpers en<br />

het Kath. Ned. Persbureau ten<br />

einde in overleg met mevrouw<br />

Hoeben te komen tot een waardig<br />

teken op zijn laatste rustplaats te<br />

Teteringen. Ons priester-lid Woutker<br />

Lutkie zou daartoe de tekst ontwerpen,<br />

waarbij mede eer bewezen zou<br />

worden aan Hoeben's eveneens in<br />

Duitsland omgekomen medewerker,<br />

kapelaan Van Lierop, wiens stoffelijk<br />

overschot nooit is gevonden kunnen<br />

worden.<br />

Inmiddels was de vertegenwoordiger<br />

van' het gemeentebestuur van<br />

Oss, wethouder J. H. H. Maseland,<br />

ter vergadering gekomen, wien de<br />

voorzitter enige verwelkomende<br />

woorden toesüerde. Collega Nico de<br />

Rooy, chef-redacteur »van „Het<br />

Huisgezin", doch meer "nog bekend<br />

als auteur van de jaarlijkse Bossche<br />

revue, wijdde daarop een aan humor<br />

en satyre overrijk betoog aan Toneel<br />

en J<strong>ournalist</strong>iek, waarin hij de overeenkomsten<br />

en tegenstellingen van<br />

deze kunstvormen onder een scherp<br />

en niet zelden gekleurd licht stelde<br />

met Bengaals vuur toe. De amusante<br />

voordracht lokte nog enige discussie<br />

uit met name over de verhouding<br />

van de plaatselijke pers tot de plaatselijke<br />

overheid en het erkennen van<br />

het recht op een primeur, een gedachtenwisseling,<br />

waarvan het vlotte<br />

,speechje van de wethouder een verlengstuk<br />

was.<br />

De heer Maseland geleidde nu de<br />

leden naar het stadhuis, waar burgemeester<br />

Delen, de overige wethouders<br />

en de secretaris der gemeente<br />

hen ontvingen in de raadszaal, die het<br />

uiterlijk van een gezellige, zij het<br />

instructieve foyer had gekregen' met<br />

een grote uitstalling van relieken<br />

uit de praehistorie en van de plannen<br />

voor de naaste en verre toekomst. De<br />

burgemeester hield, nadat de koffie<br />

was rondgediend, een hartelijke toespraak,<br />

die allengs een overzicht<br />

werd van het met kracht aangepakte<br />

werkprogram van deze energieke<br />

industrieplaats. De aanwezige<br />

hoofden van takken van dienst lichtten<br />

diverse onderdelen nader toe en<br />

collega Bruna sprak een dankwoord.<br />

Wederom in hotel Van Alem volgde<br />

een uitvoerig borreluur, waarna<br />

het bestuur van de'stichting der Osse<br />

Eeuwfeesten — de plaats vierde<br />

juist die weken uitbundig haar<br />

550-jarig bestaan — alle deelnemers<br />

aan een welverzorgde lunch noodde,<br />

tijdens welke er over en weer nog<br />

geanimeerd getoast is.<br />

Nadien stelden onze gastheren ons<br />

in de gelegenheid enkele aspecten<br />

van Oss nader te leren kennen. Zij<br />

voerden ons naar het verbazingwekkend<br />

seizoenbedrijf van de inmaak<br />

van sohokkererwten, waardoor het<br />

taalkundig en psychologisch afstotende<br />

begrip „volautomatisch" werkelijkheid<br />

voor ons werd. Maar er<br />

was nog meer te zien, behalve dan<br />

de enpassant en met tersluikse blikken<br />

opgenomen residentie van Toon<br />

' de Soep, weleer de grote leverancier<br />

van gemengd nieuws „in de criminele<br />

sector". Oss heeft de primeur<br />

voor Nederland van een Zwitserse en<br />

niet minder ,;volauto,matisch" dan<br />

het erwten-inblikken werkende ontsteking<br />

van zijn straatverlichting<br />

door middel van een foto-electrische<br />

cel, zodra de lichtsterkte buiten beneden<br />

een bepaalde graad daalt, een<br />

installatie, waarmee tevens.de brandweer<br />

gealarmeerd kan worden. Met<br />

knarsende hersens hebben we de<br />

technische uiteenzetting daarover<br />

gevolgd en vervolgens de meer begrijpelijke<br />

en voor velen zélfs benijdenswaardige<br />

woningbouw voor onderscheidene<br />

bevolkingsgroepen temidden<br />

van een riante aanleg bewonderd.<br />

Waarna een goed bevochtigd slotsamenzijn<br />

een -waardige bekroning'<br />

van deze echt Brabantse gastvrijheid<br />

van gemeente en feestcomité werd.<br />

S. Z.<br />

Wat ons<br />

25 JAAR GELEDEN<br />

bezig hield<br />

O Het bestuur van de Ned. R.K.<br />

J<strong>ournalist</strong>envereniging deelde in het<br />

maandblad het volgende mede: „Over<br />

te nemen maatregelen om onze vereniging<br />

algemeen te doen erkennen,<br />

worden besprekingen gevoerd." Dat<br />

ging moeizaam in die dagen. Gelukkig<br />

staan wij er nu beter voor, dank<br />

zij omstandigheden, die zich allengs<br />

wijzigden.<br />

• Z. H. de Paus ontving vijf<br />

Belgische j<strong>ournalist</strong>en in audiëntie,<br />

die de opbrengst kwamen overhandidig'en<br />

van de jaarlijkse inschrijving<br />

van de Katholieke Belgische bladen<br />

voor de Heilige Vader.<br />

Dsze inschrijving dateert van het<br />

jaar 1899 en wordt ook nu nog jaarlijks<br />

gehouden. Dan brengt een deputatie<br />

de gelden naar het Vaticaan en<br />

keert terug met een pauselijke onderscheiding.<br />

Overigens hoort men weinig<br />

omtrent activiteit van cnze Belgische<br />

Katholieke collegae.<br />

9 De voorzitter van the British<br />

National Union of J<strong>ournalist</strong>s heeft<br />

de aandacht gevestigd op de verschijning<br />

in een naaste toekomst van de<br />

radio-j<strong>ournalist</strong>, die een nieuwe techniek<br />

zal toepassen, in het bijzonder<br />

op -het gebied van de reportage. De<br />

radio-reporter zal worden uitgerust<br />

met een microfoon inplaats van met<br />

het conventionele notitieboekje en de<br />

vulpen.<br />

Nu, na 25 jaar, is het allang zo ver,<br />

en mogen we tevens de radio-j<strong>ournalist</strong><br />

begroeten als lid van onze organisatie,<br />

v. O.<br />

GEDEMOBILISEERD<br />

JOURNALIST,<br />

21, jaar, zoekt plaatsing op redactie<br />

van dag- of weekblad,<br />

waar gunstige perspectieven aanwezig<br />

zijn. In bezit van Uitstekende<br />

getuigschriften.<br />

Brieven No. 112/48, Bur. v. d. BI.<br />

15


•<br />

BOEKEN ^ JOURNALISTEN<br />

VOOR<br />

Samenwerking in de bedrijven,<br />

door F. J. Burns Morton; uitgave<br />

H. L. Smit & Zn, Hengelo.<br />

Geb. ƒ 11.50; 310 blz.<br />

In deze, door ir B. W. Berenschot<br />

Ingeleide, vertaling van „Teamwork<br />

in Industry", heeft de schrijver twee<br />

actuele punten behandeld, n.1. efficiency<br />

in het bedrijfsleven en werk<br />

voor allen in positieve zin. Het gaat<br />

er volgens Burns Morton om, dat de<br />

bedrijfsleiding de juiste toon weet té<br />

treffen en streeft naar ideale arbeidssfeer.<br />

Hier is een psycholoog aan het<br />

woord, die van zijn ondergeschikten<br />

practische en positieve discipline verlangt,<br />

die meent, dat de wijze, waarop<br />

een opdraqht wordt gegeven, belangrijker<br />

is dan de strekking van die<br />

opdracht, en dat opleiding en opvoeding<br />

in, voor en door het werk voornamer<br />

is dan allerlei maatregelen<br />

van sociale verzorging. Er zijn stellingen<br />

in dit boek, die men misschien<br />

niet voetstoots zal aanvaarden; maar<br />

hierover kunnen ook j<strong>ournalist</strong>en het<br />

eens zijn, dat geen teamwork mogelijk<br />

is zonder waarlijk leiderschap; en<br />

leiderschap is soms op onverwachte<br />

plaatsen te vinden. Ook toepassing<br />

van onze C.A.O. brengt een en ander<br />

geleidelijk aan het licht.<br />

Radio-Encyclopaedie, door J.<br />

J. L. van Zuylen; uitgave<br />

G. W. Breughel, Amsterdam.<br />

Geb. ƒ 8.90; 352 blz.<br />

J<strong>ournalist</strong>en hebben veel bezigheid<br />

met Omroep en radiowezen. Hier hu<br />

is hun vraagbaak, die in hoofdzaak<br />

betrouwbaar is en op (gelukkig ondergeschikte)<br />

punten een enkele maal<br />

onvolledig. De personalia zijn niet<br />

altijd bij, maar dat kan de fout van<br />

inzenders zijn. In elk geval: zelfs<br />

pater Piet is in de rij van radio-mensen<br />

getreden. Dat echter Bakker<br />

Niermeyer als „De Rotterdammer"<br />

wordt genoemd, zal directeur H. v. d.<br />

Broek van de Wereldomroep wel niet<br />

leute vinden. Tegenover deze enkele<br />

mistakes staat zeer veel wetenswaardigs.<br />

Belangrijk zijn de hoofdstukken<br />

over moderne aangelegenheden bij de<br />

radio, als televisie en stereofonie. Van<br />

verschillende opera's en operetten,<br />

die voor uitzending in de aether geschikt<br />

zijn, werd een korte inhoud<br />

opgenomen. En het gebruikte fotomateriaal<br />

is van dien aard, dat menig<br />

kijkje achter de schermen mogelijk<br />

is. Men zal zuinig moeten zijn op deze<br />

uitgave, want wij stellen ons voor,<br />

dat jaarlijkse vernieuwing wel wat<br />

kostbaar zal uitkomen.<br />

Staatkundige hervormingen,<br />

onder leiding van mr F. van<br />

Hattum; uitgave H. D. Tjeenk<br />

Willink & Zn, Haarlem. Geb.<br />

ƒ 7.50; 351 blz.<br />

In de herfst 1940 heeft het bestuur<br />

van het Genootschap voor de Rechtsstaat<br />

een commissie in het leven ge­<br />

16<br />

roepen, met de opdracht, een rapport<br />

samen te stellen omtrent alle hervormingen<br />

op staatkundig gebied, welke<br />

na de oorlog wenselijk moeten worden<br />

geacht. Deze commissie heeft getracht,<br />

summier aan te geven, "Welke<br />

hervormingen in de toekomst wenselijk<br />

zijn. Het verheugt ons, dat de<br />

commissie-leden, die geheel verschillende<br />

geestesrichtingen zijn toegedaan,<br />

tot overeenstemming zijn gekomen.<br />

Allen stemden zij geheel met<br />

de grote lijn der beschouwingen in.<br />

Onder de rapporteurs zijn van katholieke<br />

zijde: mag. S. Stokman O.F.M,<br />

en mr dr P. J. Witteman. Voor j<strong>ournalist</strong>en<br />

is interessant, wat geschreven<br />

werd over beroeps- en tuchtrechtspraak.<br />

Doch men bedenke, dat<br />

de hier vertolkte inzichten stammen<br />

uit de eerste tijd na de oorlog, toen<br />

van Ben ontwerp-Perswet nog geen<br />

sprake was.<br />

De jeugd, die wij vreesden,<br />

door dr A. F. G. van Hoesel;<br />

uitgave van het Sint Gregoriushuis,<br />

Utrecht. Ing. ƒ 7.90; 235<br />

blz.<br />

Dit studiewerk is een proefschrift<br />

en bevat in hoofdzaak een bijdrage<br />

tot de psychologie en paedagogiek<br />

van de jeugdige politieke delinquenten.<br />

Zeer diepgaand heeft de promovendus<br />

dit actuele onderwerp behanhandeld<br />

en een belangrijk stuk geschiedenis<br />

geleverd. Maar het is niet<br />

geschiedenis alleen; hij geeft ook een<br />

prognose. Wij citeren er iets van: bij<br />

een zo groot aantal jongens als de<br />

jeugdige politieke delinquenten bhjft<br />

er een klein percentage pupillen over,<br />

dat waarschijnlijk, voornamelijk op<br />

grond van een minder gunstige aanleg,<br />

door de paedagoog moet worden<br />

afgeschreven. Wanneer ' echter van<br />

deze uitzonderingsgevallen abstractie<br />

wordt gemaakt, acht dr van Hoesel<br />

de prognose van de jeugdige politieke<br />

delinquent als staatsburger ongetwijfeld<br />

vrij gunstig.<br />

Japan, door prof. H. N. ter<br />

Veen; uitgave J. A. Boom &<br />

Zoon, Meppel; 344 blz.<br />

Met dit boek over de bakermat van<br />

het aziatisch imperialisme sluit de<br />

eerste serie van de Terra-bibliotheek<br />

af. De schrijver heeft veel studie van<br />

Japan gemaakt; hij bracht verschillende<br />

bezoeken aan het Verre Oosten<br />

en onderhield de laatste jaren nauw<br />

contact met het geallieerd hoofd-<br />

A. D. SERTILLANGES:<br />

HET INTELLECTUELE LEVEN<br />

geest - voorwaarden - methodes<br />

ƒ 6.75<br />

BOEKH. „DE SLEUTELSTAD"<br />

Breestraat 123 — Leiden<br />

Levering geschiedt franco<br />

Citaat van de maand<br />

DE N. Tilburgse Courant<br />

geeft in het nummer van 29<br />

Juli een foto-reportage van<br />

Kions luchtacrobatiek. Het is een<br />

serie opnamen, o.i. op de gebruikelijke<br />

manier tot stand gekomen,<br />

zij het dan met behulp van een<br />

tele-lens. Maar de redactie laat in<br />

een bui van fantasie-rijke vooruilstravendheid<br />

onder deze reportage<br />

afdrukken:<br />

TELE-FOTO'S VAN BERKEL.<br />

Hoe vèr stonden .die acrobaten dan<br />

wel van de krant af? Helemaal<br />

op het terrein achter de Fatimakerk.<br />

In Fatima self? Sorry: het<br />

was . . in Tilburg zelf!<br />

kwartier in Japan. Prof. ter Veen<br />

mag om dit alles wel deskundig<br />

heten; en zo aanvaarden wij op zijn<br />

woord, dat de invloed van Japan in<br />

het Verre Oosten nog steeds onloochenbaar<br />

is. Belangrijk ook is, wat<br />

de auteur zegt over het feit, dat de<br />

structuur van vele , Japanse problemen<br />

verwant is aan die in Nederland.<br />

' Hij beschrijft o.a. de overbevolking in<br />

een landbouwstaat. Evenals zijn voorgangers<br />

in de serie, bevat dit boek<br />

veel foto-materiaal.<br />

ANDERE UITGAVEN<br />

In aantrekkelijk kleed verschenen<br />

de met illustraties toegelichte jaarverslagen,<br />

van K.R.O. en Wereldomroep.<br />

= Voor enkele deeltjes van<br />

de Heemschut-serie (uitgave: Allert de<br />

Lange, Amsterdam) vragen wij aandacht:<br />

De stedebouwkundige ontwikkeling<br />

in Nederland, door dr ir W. B.<br />

Kloos; De historische schoonheid van<br />

Amsterdam, door A. A. Kok; Het<br />

Nederlandse schrift, door R. J* W.<br />

Ouwejan; en vooral het boekje, waarin<br />

dr J. A. Bierens de Haan en A. A.<br />

Kok ook voor j<strong>ournalist</strong>en duidelijk<br />

en aantrekkelijk verklaren, wat<br />

Heemschut eigenlijk is = Onze<br />

collega Fred. Thomas, die gelukkig<br />

herstellende is, schreef verleden jaar<br />

een kostelijk boek onder de titel ,.Bemin<br />

dan, Amsterdam". Het succes is<br />

van 4ien aard, dat de tweede druk<br />

kon verschijnen = De stichting voor<br />

de Culturele samenwerking tussen<br />

Nederland, Indonesië, Suriname en de<br />

Antillen zond enkele nummers van<br />

haar maandblad; het is actuele lectuur.<br />

= Een zeer lijvig, geïllustreerd<br />

boek over de Brabantse gemeenten<br />

Oirschot en Best tussen 806 en 1945<br />

is van de hand van W. L. v. d. Akker,<br />

en werd uitgegeven door de Barneveldsche<br />

Boek-, Courant- en Handelsdrukkerij.<br />

Errata: in ons vorige nummer<br />

stond bij de bespreking van een uitgave<br />

der firma H. L. Smit & Zn een<br />

verkeerde aanduiding van woonplaats;<br />

het moet Hengelo zijn .


NIJMEGEN EN CUiLEMBQRC<br />

BALANS NA EEN JAAR JOURNALISTIEKE<br />

VAKOPLEIDING<br />

Ï^U het eerste studiejaar aan het Instituut voor de Katholieke J<strong>ournalist</strong>iek<br />

* aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen en aan het Ned. Studiecentrum<br />

te Culemborg is afgefloten, heeft het zin, eens terug te zien op hetgeen<br />

er in dat jaar is gepresteerd door docenten en studenten. De katholieke j<strong>ournalist</strong>en<br />

hebben trouwens ook recht op een overzicht: in de totstandkoming<br />

van de Nijmeegse j<strong>ournalist</strong>enschool heeft de K.N.J.K. immers een groot<br />

aandeel gehad; en met het Culemborgse instituut bestaat uitstekend contact.<br />

P 8 October 1948 begon Jan<br />

O Nieuwenhuis, docent en directeur<br />

van het Instituut te Nijmegen,<br />

voor een gehoor van een 25tal cursisten<br />

met zijn eerste les in de j<strong>ournalist</strong>iek.<br />

Hij heeft toen het terrein<br />

van de te behandelen stof als volgt<br />

afgebakend: in het eerste jaar een<br />

beschouwing van de krant als journal<br />

d'information, het tweede jaar als<br />

journal d'opinion. Het gehele dagblad<br />

zou dus aan ons voorbijgaan: van het<br />

eenvoudig bericht tot het hoofdartikel.<br />

Om nu de belangstellende lezer van<br />

dit vakblad enigszins een indruk te<br />

geven van de behandelde leerstof, zal<br />

ik hiervan hefechema geven, zoals<br />

dat er ongeveerWtzag:<br />

1) De vakopleiding als zodanig.<br />

2) J<strong>ournalist</strong>ieke taal. 3) Nieuws.<br />

Algemene beschouwingen. Verwacht<br />

en onverwacht nieuws. 4) Nieuwsbronnen.<br />

Algemene en eigen nieuwsvoorzieningen.<br />

Persbureau's.^ Ambtelijke<br />

voorlichting. Perschefs. Persconferenties.<br />

Bronvermelding. Relaties.<br />

Verschoningsrecht. -Anonimiteit.<br />

Primeur. Canard. Proefballon. 5)<br />

Nieuwsbewerking. Voorbereiding. lm.<br />

provisatie. Documentatie. Koppen. 6^<br />

Rubrieken. Stadsredacteur. Het kleine<br />

nieuws. Bewerking stadsnieuws.<br />

Verslag. Verkapte reclame („kosteloze<br />

inlassing"). Indeling van de<br />

krant. Redacteur binnenland. Verantwoordelijkheid<br />

op de redactie. Redacteur<br />

buitenland. De „feature". Controle<br />

op. het buitenlandse nieuws.<br />

Buitenlandse correspondenten. Sport.<br />

Parlement. De verpozing (Ie journal<br />

amusant). Vervolgverhaal. Kort verhaal.<br />

Strip. Speciale pagina's. Culturele<br />

rubrieken. Kerknieuws. Medische<br />

sensatieberichten. 7) Reportage en<br />

interview. Actuele nieuwsreportage.<br />

Enquête-reportage. Reisreportage.<br />

Interview. Soorten interviews.<br />

Aan deze stof zijn 28 lessen van<br />

1% uur besteed. In de regel ging aan<br />

de lessen een bespreking van actuele,<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke voorvallen vooraf.<br />

Bijzonder aantrekkelijk was het,<br />

dat Jan Nieuwenhuis zijn lessen liet<br />

afwisselen met voordrachten van deskundigen<br />

op verschillende gebieden<br />

van de j<strong>ournalist</strong>ieke vakbeoefening.<br />

Louis Frequin heeft gesproken over<br />

de provinciale en landelijk pers en de<br />

heer Bodewes over de zakelijke leii<br />

ding van een krant; het onderwerp.<br />

' .,de j<strong>ournalist</strong>-feuilletonist" kon aan<br />

niemand beter worden toevertrouwd<br />

dan Wim Snitker („academisch gevormd<br />

j<strong>ournalist</strong>"); Jan Bruna nam<br />

de nieuwsvoorziening van de regionale<br />

pers voor zijn rekening en Jan<br />

Cottaar de sport; prof. dr R. Post heeft<br />

ons iets verteld over de historische<br />

kennis van de j<strong>ournalist</strong>, R. Vogels over<br />

de perschef en Hans Hermans over de<br />

parlementaire j<strong>ournalist</strong>iek. Marius<br />

Monnikendam sloot de rij met een<br />

voordracht over „muziek en dagblad".<br />

Wat de j<strong>ournalist</strong>ieke oefeningen<br />

betreft: wij hebben een bijdrage geleverd<br />

voor een personeelsorgaan; een<br />

„nieuwsbrief" geschreven; verslagen<br />

gemaakt van voordrachten, van een<br />

raadszitting en een moordzaak; zijn<br />

op „grote reportage" geweest; hebben<br />

op een politiebureau nieuws gehaald<br />

en het daarna op het instituut<br />

bewerkt; en net gedaan of wij redacteur-binnenland<br />

waren. Wij zijn<br />

voorts op excursie geweest naar het<br />

krantenbedrijf van De Gelderlander-<br />

Pers, naar het internationaal persmuseum<br />

(de heer Van der Hout zoekt<br />

een opvolger; arbeidsvoorwaarden:<br />

zelf geld meebrengen) en het A.N.P.<br />

Ziehier het overzicht van een jaar<br />

katholieke opleiding van j<strong>ournalist</strong>en<br />

aan het Nijmeegse instituut. Zijn er<br />

resultaten bereikt ? Het is een vraag,<br />

die de docent Jiet beste kan beantwoorden.<br />

Jan Nieuwenhuis heeft<br />

zijn volle energie gegeven, hetgeen<br />

alle studenten van zichzelf niet kunnen<br />

zeggen. Ik mag hier misschien<br />

een verklaring voor geven: een<br />

(klein) gedeelte van de cursisten<br />

voelt niets voor de j<strong>ournalist</strong>iek,<br />

maar wel voor de politieke en sociale<br />

wetenschappen, waaraan zij dan ook<br />

al hun aandacht schenken. Een ander<br />

(klein) gedeelte loopt met „Peereboom"<br />

onder de arm en meent, dat<br />

het nu wel genoeg van de j<strong>ournalist</strong>iek<br />

afweet. Gelukkig zijn er ook<br />

serieuze werkers. Mogen de anderen<br />

echter, voordat het tweede studiejaar<br />

aanvangt, inzien dat zïj „de<br />

vreugden van de dagbladschrijver"<br />

nooit zullen smaken, en tijdig een<br />

wijs besluit nemen.<br />

JAN BRUENS.<br />

«<br />

EWICHTIGE opdrachten ten be­<br />

G hoeve van het land hebben lector<br />

Hans Hermans een tijdlang belet<br />

door te gaan met zijn college aan de<br />

Universiteit te Nijmegen. Al heeft de<br />

heer Hermans nadien uit alle macht<br />

gepoogd, de verloren gegane uren in<br />

„J<strong>ournalist</strong>iek is een kunst<br />

bij de gratie van talent en...<br />

vakkennis."<br />

te halen, zijn schema voor het eerste<br />

jaar is, naar onze mening, niet volledig<br />

afgewerkt. Er werd desondanks<br />

veel,bereikt. DoeJ, oorzaken, ethische<br />

zijden van de krant werden o.m.<br />

belicht in het eerste deel van deze<br />

cursus „Dagbladwetenschap; welke<br />

titel de docent prefereert boven<br />

„Perswetenschap", „Publiciteitsleer"<br />

of „Openbaarmakingswetenschap".<br />

Van de Acta Diurna tot de in recordtijd<br />

door rotatiepersen uitgespoten<br />

„Zwaargewichten" zagen de cursisten<br />

het dagblad groeien. Zij zagen<br />

óók, waarom dit geschiedde. Hoe culturele,<br />

staatkundige en economische<br />

verlangens bejanghebbenden langzamerhand<br />

deden hunkeren naar de<br />

krant, die tenminste een ogenblik de<br />

nieuwsgierigheid zou kunnen bevredigen.<br />

Hoe de meerdere ontwikkeling<br />

van de bevolking de vraag naar het<br />

dagblad deed toenemen, hoe het verkeer<br />

medewerkte bij de jacht naar<br />

nieuws door zijn snelle ontwikkeling.<br />

Het effect? Men behoeft de kranten<br />

van heden er slechts op aan te<br />

zien om te weten welk een inspanning<br />

technische uitvinders, zakenlieden<br />

en ook dagbladschrijvers<br />

zich hebben getroost om deze perfectie<br />

te bereiken. Een perfectie, die<br />

nóg niet volmaakt is en steeds verder<br />

zal moeten, zolang de lezer slechts<br />

dat ene woordje kent: NIEUWS.<br />

De inhoud van „haar die ons de<br />

zorgen geeft" (met excuses aan<br />

Tijdspiegelaar) is door lector Hermans<br />

uitvoerig besproken. De krant<br />

en haar verhouding tot het persbureau,<br />

tot de buitenwereld, de individuele<br />

factoren, die immer anders<br />

zijn, het verantwoordelijkheidsbesef,<br />

dat iedere rechtgeaarde j<strong>ournalist</strong><br />

behoort te bezitten, werden belicht.<br />

En niet te vergeten; de invloed van<br />

de krant op de lezerskring. Invloed<br />

ten goede in het criminele nieuws,<br />

invloed ook ten kwade. Met college<br />

over de critiek en de advertentie<br />

werd dit eerste studiejaar besloten.<br />

Men moge uit deze vluchtige schets<br />

opmaken, dat de tijd wèl besteed was,<br />

dat de „Onvermoeibare" cursisten<br />

met animo de lessen hebben gevolgd<br />

en vol vertrouwen het tweede jaar<br />

(waarin de bijzondere dagbladleer<br />

aan de beurt is) tegemoet zien. Terwijl<br />

anderen reeds vrij spoedig hebben<br />

ingezien niet uitverkoren te zijn<br />

voor, het schone vak der j<strong>ournalist</strong>iek.<br />

Misschien hebben de laatsten wel<br />

de grootste dankbaarheid te betonen.<br />

Hun misstap is gebleken, toen het<br />

nog niet te laat was, toen zij nog niet<br />

17


dermate met hart en ziel aan het<br />

pennewerk verknocht waren, dat er<br />

geen terugweg was. De „doorzetters"<br />

kunnen niet anders meer. Zij zijn algoeddeels<br />

opgenomen in het leger der<br />

inktdrinkers met een voorland van<br />

zwoegen en ploeteren. Waarmee niet<br />

gezegd wil zijn, dat dezulken te beklagen<br />

zijn. Vooral niet door lezers<br />

van dit orgaan, die het zelf óók hebben<br />

gewild.<br />

FRANS OUDEJANS.<br />

OK in het Nederlands Schriftelijk<br />

O Studiecentrum worden katholieke<br />

j<strong>ournalist</strong>en gevormd. Tussen<br />

1950 en. 1952 ongeveer zullen de eersten<br />

er hun diploma's hebben behaald.<br />

De opleiding van Culemborg<br />

zal- officieel waarschijnlijk gelijkgesteld<br />

worden met het j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

candidaatsexamen van Nijmegen (het<br />

ligt in de bedoeling dat het j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

candidaatsexamen practische'<br />

waarde zal hebben, in tegenstelling<br />

bv. tot het candidaatsexamen van de<br />

juridische faculteit, dat vrijwel niets<br />

te betekenen heeft), maar in de practijk<br />

wel groter waarde blijken te bezitten.<br />

Dit op de eerste plaats, omdat<br />

de opleiding van het N.S.S.C., die zes<br />

jaren (duurt (een opleiding die evenwijdig<br />

loopt aan de drie-jarige cursus,<br />

zoals die aanvankelijk aan de-<br />

R.K. Universiteit was ingericht) een<br />

betere wetenschappelijke ondergrond<br />

waarborgt en op de tweede plaats,<br />

omdat van dat gedeelte van de talrijke<br />

ingeschreven cursisten dat werkelijk<br />

actief aan, de opleiding deelneemt,<br />

de meesten reeds als leerlingj<strong>ournalist</strong><br />

bij een of andere krant<br />

werkzaam zijn en dus na het afleggen<br />

van hun laatste examen, tevens<br />

een practijk van minstens zes jaar<br />

achter de rug hebben.<br />

Op het ogenblik omvat de j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

opleiding van het Nederlands<br />

Schriftelijk Studiecentrum de volgende<br />

studierichtingen:<br />

1 Theologisch-Wijsgerige richting;<br />

2 Geschiedkundig-Staatsrechtelijke<br />

richting; 3 jLiterair-kunsthistorische<br />

richting; 5 Sociaal-economische richting;<br />

5 Financieel-economische richting.<br />

De cursist van Culemborg kan<br />

dus naast de algemene vorming, die<br />

voor alle richtingen geldt, voor zijn<br />

specialisatie een keuze doen uit vijf<br />

mogelijkheden. Drie hiervan zijn ook<br />

in de Nijmeegse opleiding verwezenlijkt.<br />

'<br />

Naast de theoretische opleiding<br />

die oorspronkelijk parallel liep aan<br />

•de Nijmeegse, heeft het N.iS.S.C. ook<br />

zq'n vakopleiding. Volgens de richtlijnen<br />

zouden de cursisten van Culemborg<br />

hun practische opleiding kunnen<br />

krijgen aan het instituut voor de<br />

katholieke j<strong>ournalist</strong>iek te Nijmegen.<br />

Dit (voornemen; stond aanvankelijk<br />

ook op het programma, het is echter<br />

niet tot uitvoering gekomen.<br />

Op het ogenblik zijn slechts drie<br />

cursisten van Culemborg er in geslaagd,<br />

zich bij het instituut als student<br />

te laten inschrijven. Voorhal de<br />

anderen zal er waarschijnlijk niet<br />

voor het vijfde jaar van hun studie<br />

(1951) gelegenheid bestaan, van het<br />

practische onderwijs in Nijmegen te<br />

18<br />

profeteren. Daarom heeft de directie<br />

van het Studiecentrum besloten,<br />

zelf een practische opleiding in<br />

het leven te roepen, voor degenen,<br />

die voor de Nijmeegse opleiding nog<br />

niet in aanmerking komen. Onder<br />

leiding van de heer A. L. G. M. van *<br />

Oorschot wordt nu sinds 1948 practisch<br />

geoefend — schriftelijk.<br />

Misschien lijkt dit een eigenaardige<br />

methode, maar ik geloof dat ze<br />

een geslaagde vervulling is van de<br />

wens van vele cursisten. In de lessen<br />

worden in dezelfde volgorde de onderwerpen<br />

behandeld, die ook in Nijmegen<br />

worden besproken. In de verschillende<br />

lessen gaat aan de cursist<br />

de gehele krant, van het eenvoudigste<br />

bericht tot en met het hoofdartikel,<br />

voorbij. Aan het einde van elke<br />

les zijn steeds een of meer opgaven<br />

geknoopt, .die binnen een gestelde<br />

termijn ha ontvangst van' de les uitgewerkt<br />

en ingezonden moeten worden.<br />

Op deze manier zou een belangrijk<br />

element kunnen ontbreken: het<br />

persoonlijk contact. Hierin wordt<br />

voorzien door contactbijeenkomsten.<br />

(iDe theoretische opleiding heeft ook<br />

contactbijeenkomsten, maar dié komen<br />

mij, daarbij met verschilende<br />

v factoren rekening houdend, minder<br />

geschikt voor). Die voor de practische<br />

opleiding blijken zeer in de<br />

smaak van de deelnemers te vallen.<br />

Zo zullen er hier en daar nog prettinge<br />

herinneringen hangen aan die<br />

keer, toen 'n zachtjes pratend groepje<br />

cursisten als ganzen achter elkaar,<br />

door lange gangen liep, een paar<br />

krakende trappen opging, om via een<br />

nauwe opening op een hoog koortje<br />

te komen, vanwaar ze stil en onder<br />

de indruk van het mysterieuse Oosterse<br />

schouwspel daar beneden hen en<br />

in huiverende ontroering luisteren<br />

naar de sonore volksliederen. Vlak<br />

na dit bezoek, dat als achtergrond<br />

diende voor een reportage over de<br />

Oekraïners in Culemborg, volgde een<br />

soort collectief interview met Dr.<br />

Sopulak, professor aan het Oekraïns<br />

jseminarie. Met taaie energie had de<br />

heer v. Oorschot dit interview weten<br />

te arrangeren. Dat was die keer in<br />

Culemborg. Onlangs nog maakten de<br />

gevorderde cursisten een excursie<br />

naar Hilversum, waar de K.R.O.studio's<br />

werden bezocht en waarop een<br />

reportage werd voorbereid. De beginners<br />

kregen hun practische instructies<br />

in en om Culemborg.<br />

Behalve de bovenbeschreven vakopleiding<br />

wordt aan het N.S.S.C ook<br />

nog dagbladgeschiedenis onderwezen.<br />

Docent hiervoor is de heer H. Overhoff,<br />

archivaris van „De Tijd". In<br />

dertig lessen geeft hij achtereenvolgens:<br />

1 een beknopt overzicht van<br />

het ontstaan en ontwikkeling van de<br />

pers; 2 Ontwikkeling van de pers in<br />

Nederland; 3 Katholieke pers in Nederland;<br />

4 Pers in overige Europese<br />

landen (algemeen en katholiek); 5<br />

Pers in andere werelddelen (algemeen<br />

en katholiek); 6 Advertentiewezen.<br />

Met vijf en tachtig afbeeldingen<br />

zijn de lessen geïllustreerd en<br />

verduidelijkt. Evenals de heer Van<br />

Oorschot, heeft de heer Overhoff aan<br />

elke les enige opgaven vastgeknoopt,<br />

Unesco features<br />

Het Ministerie van Onderwijs,<br />

Kunsten en Wetenschappen deelt<br />

ons mede, dat de Unesco het voor-,<br />

nemen heeft opgevat, geregeld aan<br />

de pers wetenswaardigheden op<br />

het gebied van onderwijs, wetenschap<br />

en cultuur te verstrekken<br />

onder'de titel van „Unesco Features<br />

Fortnightly Service".<br />

,,Bij deze opzet" — aldus genoemde<br />

mededeling — „heeft de bedoeling<br />

voorgezeten om de, pers in al haar<br />

vertakkingen zoveel mogelijk over<br />

dit. soort van onderwerpen van voorlichting<br />

te dienen. Naast de pariodieken,<br />

die reeds op voortreffelijke<br />

wijze desbetreffende rubrieken verzorgen,<br />

zijn er immers helaas vele<br />

andere, voor welke het blijkbaar niet<br />

wel mogelijk is, hun lezerskring op<br />

de hoogte te stellen van dergelijke<br />

onderwerpen.<br />

Hoewel niet geheel en al zonder<br />

belang voor de grote pers, is deze<br />

„nieuwsvoorziening" in de eerste<br />

plaats opgezet ten behoeve van de<br />

provinciale pers, van de voorlichting<br />

in overzeese gebiedsdelen en ten<br />

slotte van de redacties der kranten<br />

in landen met een minder hoog cultureel<br />

peil.<br />

Elke aflevering van de Unesco<br />

Features zal ongev^tt 5000 woorden<br />

tellen en berichten«pimede artikelen<br />

bevatten, die persklaar zijn."<br />

Belangstellenden in deze uitgave<br />

kunnen zich wenden tot de chef der<br />

afdeling Buitenlandse Betrekkingen<br />

van het Ministerie van Onderwijs,<br />

Kunsten en Wetenschappen, Prinsessegracht<br />

19, 's Gravenhage. Deze<br />

is gaarne bereid de namen der j<strong>ournalist</strong>en,<br />

c.q. der redacties, die voor<br />

toezending van het bulletin in aanmerking<br />

wensen te komen, door te<br />

zenden naar de Unesco, met het<br />

verzoek hun gratis iedere veertien<br />

dagen een aflevering van de Unesco<br />

B'eatures te doen toekomen. Men gelieve<br />

'bij zijn aanvrage mede te delen,<br />

of men voorkeur heeft voor de Franse,<br />

Engelse of Spaanse uitgave van<br />

het blad.<br />

met het doel, de cursist het nodige<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke werk te laten verrichten.<br />

Maar' deze opgaven zijn van een<br />

ander soort, dan in de lassen voor<br />

vakopleiding worden gegeven. Op<br />

contactbijeenkomsten verschijnt de<br />

heer Overhoff met een indrukwekkend<br />

gedeelte van zijn particuliere<br />

museum. Dan begint hij te vertellen en<br />

uit te leggen. De spanning zit er in!<br />

Ik geloof dat we tevreden kunnen<br />

zijn met onze schriftelijke j<strong>ournalist</strong>en-opleiding<br />

van het N.S.S.C. Culemborg<br />

is de volle aandacht zeker<br />

waard. Als over 2 a 3 jaar de eerste<br />

cursisten van het N.SJS.C. gediplO'<br />

meerd in de j<strong>ournalist</strong>iek komen, zal<br />

zeker ook voor de Culemborgse opleiding<br />

gelden, wat over Nijmegen<br />

wordt voorspeld: de hoofdredacties<br />

zullen er van profiteren!<br />

TH. J&GERS


Juristen voor behoud van de persvrijheid<br />

Duidelijke uitspraak van de Nederlandse<br />

Juristenvereniging, in Maastricht bijeen<br />

Het bestuur van de Ned. Juristenvereniging<br />

had voor de (te Maastricht<br />

gehouden) algemene vergadering<br />

van dit jaar het vraagstuk van<br />

de persvrijheid aan de orde gesteld.<br />

Het had als prae-adviseurs uitgenodigd<br />

prof. mr. A. J. P. T a


Gw. verbiedt dus terecht de censuur,<br />

want censoren zijn naar Heine's<br />

woord „Dummköpfe", terwijl rechters,<br />

die repressief optreden, per<br />

definitionem wijze mannen zijn.<br />

De pers is in het buitenland en<br />

ten dele ook hier te lande „vercominercialiseerd";<br />

daarom is een organisatie<br />

tot verheffing van de j<strong>ournalist</strong>ieke<br />

stand nodig, waarbij dan<br />

een zeker verschoningsrecht voor de<br />

beroepsschrijver mogelijk zou kunnen<br />

worden. Intussen voelt spr. niets<br />

voor de functioneel-ordenende methode<br />

van prof. Duynstee. Spr. is<br />

door dit prae-advies overigens diep<br />

geschokt, en zelfs geërgerd. Nooit<br />

heeft spr. een prae-advies, zo onbezonnen,<br />

zo wild, zo fanatiek, zo onwetenschappelijk<br />

als dit, gelezen.<br />

Prof. Duynstee's principe is zo simpel:<br />

als panacee tegen alle kwalen<br />

geldt het subsidiariteitsprincipe. De<br />

prae-adviseur opent een horribel<br />

perspectief: een ingepend cultureel<br />

leven. Spr. weet, dat vele katholieken<br />

het met deze prae-adviezen oneens<br />

zijn. Hij hoopt, dat ook van katholieke<br />

zijde tegen dit geschrift een<br />

vlammend protest zal komen.<br />

Prof. Mr. A. C. Joseph,us.<br />

Jitta constateert, dat vrijwel allen<br />

het erover eens zijn, dat de vrijheid<br />

van meningsuiting niet is een onvervreemdbaar<br />

mensenrecht, doch<br />

wel een nastrevenswaarde levensstaat.<br />

In vrijheid is een zekere ordening<br />

begrepen, zegt prof, Duynstee,<br />

waarmee spr. het wel eens is, doch<br />

de methode van de ordening onder<br />

leiding van de staat vervult hem met<br />

vrees. Spr. is ook voorstander van<br />

het subsidiariteitsbeginsel, doch dan<br />

in deze zin, dat de staat subsidiairin-het-quadraat<br />

optreedt. Wat zijn<br />

collectieve vrijheden? Soms de vrijheid<br />

om gedwongen te worden tot<br />

een organisatie toe te treden? Het<br />

stelsel van prof. Duynstee, een publiekrechtelijke<br />

ordening van het<br />

culturele leven, door de overheid geschapen<br />

betekent een dwangsysteem.<br />

Spr. acht dit verderfelijk. Wanneer<br />

de overheid daartoe dwingt, is zij<br />

ook genoopt daarop toezicht uit te<br />

oefenen, met alle gevaren van dien.<br />

Hij is voorts gekant tegen de vage<br />

normen van het wetsontwerp op de<br />

j<strong>ournalist</strong>ieke verantwoordelijkheid.<br />

Mr. A. A. L. F. vanDuIlemen<br />

wil het internationale aspect van de<br />

vrijheid van meningsuiting behandelen.<br />

De prae-adviseurs zijn critisch<br />

en sceptisch t.a.v. internationale<br />

regelingen op dit stuk. Toch gaat<br />

deze irechitsvorniing isteeds verder;<br />

men zie de werkzaamheden van de<br />

U. N. O.-commissie voor „Human<br />

Rights". En dan is er reeds het ontwerp-conventie<br />

over de menselijke<br />

rechten aanhangig. Er is een discrepantie<br />

tussen het internationale en<br />

het nationale recht. Moet de conventie<br />

daarom niet vooraf door de Staten-Generaal<br />

worden goedgekeurd?<br />

Is onze delegatie in de ,U.N.O. van<br />

de volksovertuiging wel op de<br />

hoogte ?<br />

•Mr, H. van Krimpen bespreekt<br />

uit het prae-advies van prof. Duynstee<br />

diens stelling, dat de vrijheid<br />

20<br />

gebonden is aan de goede zeden. In<br />

onrustige tijden bestaat aan bescherming<br />

van oppositionele minderheden<br />

meer behoefte dan in rustiger tijden.<br />

Ieder, ook hij die zich op de christelijke<br />

openbaring grondt, moet het<br />

risico van vrije critiek aanvaarden.<br />

Hoewel prof. Tammes principieel<br />

voorstander van de persvrijheid is,<br />

is zijn slotverklaring inzake de verdediging<br />

daarvan naar spr.'s inzicht<br />

te platonisch. Dit komt voort uit des<br />

prae-adviseurs mening, dat de vrije<br />

.meningsuiting niet uit de aard van de<br />

menselijke persoon voortvloeit. Spr.<br />

kant zich tegen het uit prof. Duynstee's<br />

stelsel dreigende oproepen van<br />

het risico van nieuwe ordening.<br />

Prof. Mr. I. K i s c h constateert<br />

dat prof. Duynstee's prae-advies tot<br />

ondertitel had moeten dragen: Proeve<br />

van een particuliere philosofie. Spr.<br />

heeft bezwaar tegen de daarin gegeven<br />

verschillende qualificaties van<br />

de meningen van anderen. Deze<br />

prae-adviseür heeft zich schuldig<br />

gemaakt aan een bepaalde begripsverwarring.<br />

Degenen, die deze particuliere<br />

philosofie niet aanvaarden,<br />

moeten n.1. volgens prof. Duynstee<br />

zijn stelsel toch aanvaarden als een<br />

algemeen gangbare leer. Spr. meent<br />

daartegenover dat wij met ons allen<br />

leven in èen vennootschap van algemeen<br />

denken, als beherende vennoten.<br />

Er bestaat z.i. bezwaar tegen,<br />

de aanschaffingen in elks particuliere<br />

sfeer ten laste van de algemene<br />

kas te brengen.<br />

Mr. A. J. Hankes Drielsma<br />

komt t.a.v. het verschoningsrecht<br />

van de j<strong>ournalist</strong> tot de conclusie, dat<br />

de H.R. een volkomen juiste uitspraak<br />

heeft gegeven. Spr. heeft dit<br />

standpunt reeds eerder verdedigd als<br />

lid van een commissie, welke de<br />

J<strong>ournalist</strong>enkring in 1938 daaromtrent<br />

heeft geadviseerd. ,<br />

Spr. is zeer voor verhoging van<br />

het peil der j<strong>ournalist</strong>en. Doch hij<br />

ziet grote gevaren uit het bewuste<br />

wetsontwerp voortvloeien. En hij ziet<br />

in prof. Tammes' norm: tuchtrechtelijke<br />

repressie van onjuiste, oneerlijke<br />

en onverantwoordelijke weergave<br />

van feiten geen verbetering. De<br />

j<strong>ournalist</strong>en moeten de verheffing<br />

van hun stand bereiken door een<br />

interne tuchtregeling. Spr. ziet in<br />

prof. Duynstee's prae-advies een duidelijke<br />

waarschuwing.<br />

Mr. E. H. von Baumhauer<br />

meent, dat de door prof. van Oven<br />

geuite critiek op de Amerikaanse<br />

pers overdreven is. Men kan voor<br />

elke publicatie daar een uitgever<br />

vinden. Spr. acht de papierbeperking<br />

hier te lande een wezenlijk euvel.<br />

Prof. Duynstee's stelsel van overheidsdwang<br />

zou als reactie eenmaal<br />

de vrijheid terugbrengen. In een tijd<br />

van overheidsbemoeiing bestaat een<br />

grote behoefte juist aan critiek. Amerika<br />

kent de „hearing" voor de totstandbrenging<br />

van elke maatregel.<br />

Laten wij voorzichtig zijn met onze<br />

critiek op anderen, en laten wij ons<br />

op het wezen en de eisen van onze<br />

eigen democratie bezinnen. Respect<br />

voor andermans overtuiging is essentieel.<br />

Wij moeten vooral niet meer<br />

dwang dan wij reeds door de Duitse<br />

bezetting hebben gekregen in het<br />

leven roepen.<br />

M r. M. R o o y valt prof. van Oven<br />

bij en mr, von Baumhauer af t.a.v.<br />

de commercialisatie van de Amerikaanse<br />

pers; wat Nederland aangaat,<br />

ziet spr. wel gevaren, doch hij<br />

acht de toestand thans beter dan<br />

prof. Van Oven hem ziet. Deze gevaren<br />

wettigen een regeling van de<br />

hoofdredactionele zelfstandigheid,<br />

waaromtrent intussen verschil van<br />

inzicht tussen j<strong>ournalist</strong>en en direc-<br />

, teuren bestaat; de laatsten menen<br />

hun verantwoordelijkheid voor de<br />

door hen uitgegeven tijdschriften niet<br />

te kunnen opgeven. Wat het verschoningsrecht<br />

aangaat, onderlijnt hij<br />

de door de presidente in het bewuste<br />

arrest van de H.R. aangewezen mogelijkheid<br />

van belangenafweging',<br />

welke thans reeds tot de toekenning<br />

van een beperkt verschoningsrecht<br />

in bepaalde gevallen kan leiden, niindien<br />

de j<strong>ournalist</strong> met zijn publicatie<br />

kennelijk het algemeen belang<br />

op het oog heeft gehad. Spr. hoopt,<br />

dat de lagere rechter de noodzaak<br />

van deze, belangenafweging steeds<br />

voor ogen zal houden. Hij geeft een<br />

uiteenzetting van het tucht-ontwerp<br />

voor j<strong>ournalist</strong>en, waarvan hij persoonlijk<br />

voorstander is, en dat in bepaalde<br />

misstanden zijn grond vindt.<br />

Prof. Mr. P. N. Kamphuys<br />

e n acht een groot misverstand aanwezig,<br />

n.1. als zou prof. Duynstee het<br />

specifieke katholieke standpunt hebben<br />

verdedigd. Wanneer men uitgaat<br />

van een bepaald dogma, valt daarover<br />

op zich zelf niet te praten; men<br />

moet dit geloven of men doet het<br />

niet. Gaat men echter uit van het<br />

natuurrecht, dan is dit voor ieder<br />

met de rede kenbaar. Een fout, die<br />

katholieke schrijvers vrij algemeen<br />

begaan, is dat men voorbijziet, dat<br />

de waarheden van het natuurrecht<br />

slechts algemene waarheden zijn, en<br />

dat men daaruit conclusies voor zien<br />

zelf trekt, welke men dan als *<br />

waarheden van het natuurrecht aanbiedt;<br />

men maakt echter gemakkelijk<br />

fouten in het logische denkproces.<br />

Dr. P. Dr es en voelt zich door<br />

het prae-advies van prof. Duynstee<br />

geïsoleerd, omdat hij bij geen der<br />

behandelde richtingen is ingedeeld.<br />

Er is dus vrijheid en verschil van<br />

inzicht onder katholieken mogelijk-<br />

Alleen de vrijheid van drukpers »<br />

in de Gw. geregeld. T.a.v. de ander<br />

communicatie-middelen is er censuur,<br />

zodat er geen vaste lijn is. Spr. v/i<br />

een algemeen artikel, dat de vrijheid<br />

van meningsuiting stelt, met repressie<br />

als regel, met de mogelijkhew<br />

echter van preventieve maatregelen<br />

voor bepaalde groepen van gevalle^<br />

Altijd is er nog de verantwoording^<br />

plicht van de regering als correeti<br />

middel. Er zijn recente katholie*<br />

geschriften, waaruit blijkt, dat<br />

'vrijheid van verspreiding van men p<br />

gen ook bij een katholieke meerd"<br />

heid veilig zou zijn.<br />

Antwoord van de prae-adviseur<br />

Prof. T a mm es merkt ten^aanzien<br />

van de rechtsphilosofisc


grondslag van de vrijheid van meningsuiting<br />

op, dat het zijn bedoeling<br />

is geweest 'het geldende recht en-het<br />

heersende rechtsbewustzijn te beschrijven.<br />

De erkenning van deze<br />

vrijheid verschilt naar tijd en plaats.<br />

Er is een zodanige verscheidenheid,<br />

dat wij niet mogen zeggen, dat deze<br />

vrijheid als uit de aard van de menselijke<br />

persoon voortvloeiende wordt<br />

beschouwd. Anders dan bij andere<br />

mensenrechten wordt internationaal<br />

niet geïntervenieerd bij aantasting<br />

van de vrijheid van meningsuiting.<br />

Hoe moet deze vrijheid, die dus als<br />

een gemeenschappelijk belang moet<br />

worden beschouwd, in de Gw, worden<br />

neergelegd? Het uitingsmiddel<br />

van de drukpers is tot dusver geprivilegieerd.<br />

Er is alles voor te zeggen<br />

deze ' historisch te verklaren<br />

positie te blijven erkennen, omdat de<br />

geschriften een grotere waarde hebben<br />

dan andere uitingsmiddelen voor<br />

een beklijving van opinies. Daarom<br />

moet het beginsel voor de drukpers<br />

volledig behouden blijven. Strekken<br />

wij het beginsel tot deze andere<br />

uitingen uit, dan zou dit meer een<br />

vrome wens dan een rechtsrealiteit<br />

betekenen. De formulering van een<br />

algemeen beginsel heeft weliswaar<br />

betekenis, aangezien de rechter ook<br />

de onaantastbare wet naar de Grondwet<br />

toe kan interpreteren. Zulk een<br />

algemeen beginsel zou voor de andere<br />

communicatiemiddelen echter<br />

geen rechtswerkelijkheid betekenen.<br />

Blijvende verzekering van de persvrijheid<br />

is een uitlaatklep voor meningen,<br />

die langs andere wegen niet<br />

op dezelfde wijze tot uiting kunnen<br />

komen. Juist de drukpersvrijheid<br />

toont de waarde van de Grondwet<br />

voor de grondrechten aan. Daarom is<br />

zo duidelijk mogelijke formulering,<br />

aansluitende bij ons grondwettelijke<br />

en algemene rechtsstelsel geboden,<br />

waarbij de rechter de vrijheid van<br />

interpretatie behoudt.<br />

Tegenover een vergunningsstelsel,<br />

niet rakende de inhoud van geschriften,<br />

zou evengoed een repressief<br />

stelsel kunnen dienen, omdat anders<br />

de zaken maar onnodig worden gecompliceerd.<br />

Wat de positie van de „consument"<br />

van meningsuitingen betreft, daaraan<br />

heeft spr. ook getracht uitdrukking<br />

te geven. De sterke positieve<br />

formulering, welke spr. voor een<br />

nieuw artikel 7 heeft gegeven, strekt<br />

er juist toe ook de positie van de lezer<br />

te beschermen.<br />

T.a.v. de tuchtwet voor j<strong>ournalist</strong>en<br />

merkt spr. op, dat er, behalve<br />

het bestaan van bepaalde, weliswaar<br />

relatief niet zo grote misstanden, een<br />

rechtvaardiging is gelegen in de<br />

meer ingewikkeld geworden uitoefening<br />

van de j<strong>ournalist</strong>iek, welke<br />

de behoefte aan handhaving van<br />

Interne normen stelt.. Dit is een<br />

normale ontwikkeling van de maatschappij.<br />

Het verschoningsrecht zou in deze<br />

vergadering onderwerp van een uitspraak^kunnen<br />

zijn. Het j<strong>ournalist</strong>enberoep'is<br />

geen vertrouwensberoep in<br />

de zin van de advocatuur, die het<br />

verschoningsrecht in het belang van<br />

de cliënten bezit. De inschakeling<br />

van de j<strong>ournalist</strong>ieke tuchtrechter<br />

om te beoordelen of de j<strong>ournalist</strong><br />

gepubliceerd heeft in het algemeen<br />

belang, en dus terecht een beroep op<br />

het verschoningsrecht heeft gedaan,<br />

lijkt wat geforceerd, maar is zeker<br />

practisch te achten.<br />

Prof. Duynstee heeft zijn<br />

veel gecritiseerde opvattingen met<br />

haar achtergronden in > het licht willen<br />

stellen. Gebrek aan begrip daarvoor<br />

vloeit z.i. voort uit de kloof<br />

tussen het Thomistische ên het moderne<br />

denken, waarvan 'het eerste<br />

het zijne is. De critiek van prof. Van<br />

Oven kan spr. niet zonder meer aanvaarden.<br />

Indien men niet op een relativistisch<br />

standpunt staat, wekt men<br />

• spoedig de indruk van fanatisme,<br />

doch dit is een verwijt, dat gemakkelijk<br />

terug te wijzen valt. Spr. meent<br />

dat zijn systeem in zoverre niet particulier<br />

is, dat het van andere stelsels,<br />

die inzicht willen geven in het recht,<br />

niet zo veel verschilt; het is dus meer<br />

dan een subjectieve opvatting. Dat<br />

zijn prae-advies een waarschuwing<br />

zou geven, geeft spr. aanleiding te<br />

zeggen dat hij noch een in haar uitwerking<br />

door de Kerk aanvaarde<br />

leer, noch ook de interpretatie van<br />

het natuurrecht heeft gegeven.<br />

Het natuurrecht is niet formeel op<br />

te vatten, doch heeft een zeker normatieve<br />

structuur, waaruit de zin<br />

van het menselijk leven blijkt. Uitgaande<br />

van zulk een rechtsbegrip<br />

met materiële inhoud en doelstelling<br />

kan men het recht van de meerderheid<br />

daarom nog niet als het recht<br />

beschouwen. Er is dust. een gegeven<br />

rechtsorde, -, welke weliswaar naar<br />

tijd en plaats kan wisselen, doch<br />

welke algemeen kenbaar 'is. Wordt<br />

hiermede nu de vrijheid vermoord?<br />

Het grondsysteem, zoals spr. het<br />

ziet, doet dit niet. Wie de zin van het<br />

leven relativistisch als een mysterie<br />

ziet, kan misschien spreker's uitgangspunt<br />

als een aanslag op de<br />

vrijheid zien. Maar de principiële uiteenzetting,<br />

welke van spr. verlangd<br />

werd, kon moeilijk anders doen verwachten.<br />

Er valt een onderscheid tussen wat<br />

de katholieken in Nederland ais<br />

rechtsorde hebben te tolereren, en<br />

wat feitelijk wordt getolereerd. De<br />

goede-zeden-orde kan verschillende<br />

richtingen belichamen, die spr. persoonlijk<br />

niet juist acht, en die hij<br />

desniettemin als ' recht beschouwt.<br />

Bepaalde essentialia moeten echter<br />

door de overheid in elk geval worden<br />

gehandhaafd. Uit deze gezichtshoek<br />

bezien kunnen de facto verschijnselen<br />

bestaan, die in strijd met<br />

de rechtsorde, zoals spr. die ziet, zijn<br />

te achten, en waarboven dus het<br />

zwaard van Damocles hangt; het is<br />

een kwestie van opportuniteit, wanneer<br />

wordt ingegrepen.<br />

Spr. verwondert zich, dat men na<br />

de Duitse bezetting nog verdedigt de<br />

vrijheid voor richtingen, die in strijd<br />

zijn met de geldende rechtsorde,<br />

welke in de sociale orde is begrepen.<br />

De bescherming van de „consument"<br />

acht spr. vervat in zijn gehele<br />

stelsel van de sociale orde en van<br />

het algemeen welzijn. Doch deze<br />

bescherming impliceert niet eens<br />

ongebonden vrijheid.<br />

De publiekrechtelijke lichamen, die<br />

er volgens spr. moeten komen, zijn<br />

slechts bij wijze van voorbeeld gegeven.<br />

De wettelijke techniek om de<br />

reeds gegeven gebondenheid te handhaven,<br />

is voor discussie vatbaar.<br />

Spr. wil zich hierop niet vastleggen.<br />

De vraagpunten<br />

Van de voorgelegde vraagpunten<br />

worden die inzake het wetsontwerp<br />

op de j<strong>ournalist</strong>ieke verantwoordelijkheid<br />

bij meerderheid van stemmen<br />

van de agenda afgevoerd, opdat aan<br />

de insiders gelegenheid wordt geboden<br />

zich hierover nader te beraden.<br />

De presidente ontraadt de opneming<br />

van een vraagpunt inzake het<br />

verschoningsrecht van de j<strong>ournalist</strong>,<br />

waartoe de vergadering besluit.<br />

De in stemming gebrachte vraagpunten<br />

luidden:<br />

1. Moet preventief toezicht op de<br />

Inhoud grondwettelijk- mogelijk<br />

zijn:<br />

a. ta.v. uitingen door middel van<br />

de drukpers? (met slechts één<br />

stem voor ontkennend beantwoord)<br />

;<br />

b. ta.v. andere uitingen? (met<br />

slechts enkele stemmen vóór ontkennend<br />

beantwoord);<br />

2. Is het gewenst, dat de vrijheid<br />

van meningsuiting, wat de inhoud<br />

daarvan betreft, ook kan worden<br />

beperkt door gemeentelijke of provinciale<br />

wetgever? (met slechts<br />

enkele stemmen vóór ontkennend<br />

beantwoord);<br />

3. Moet in de Grondwet de eventueel<br />

aanvaarde vrijheid van meningsuiting<br />

verankerd worden:<br />

a. in positieve formulering? (met<br />

grote meerderheid bevestigend<br />

beantwoord);<br />

b. in negatieve formulering? (in<br />

verband met de bevestigende<br />

beantwoording van onderdeel a<br />

kwam 'onderdeel b van dit vraagpunt<br />

te vervallen).<br />

.Ml<br />

MEDEWERKERS<br />

JEUGDUITGAVEN<br />

Contact gezocht met medewerkers<br />

voor korte verfhalen, populair-wetenschappelUke<br />

bedragen,<br />

wetenswaardigheden, puzzles,<br />

raadsels, etc., fris en aanvaardbaar<br />

voor alle gezindten; resp.<br />

bestemd: • voor lagere schooljeugd<br />

en rijpere jeugd. Wie zich<br />

in principe voor medewerking interesseert<br />

schrijve onder No. 3772<br />

aam Adv. Bur. Bramn, Nieuwe<br />

Binnenweg 175, Rotterdam.<br />

21


De ongeregelde perskaartenbegeerte<br />

LS ik- nu in September vacantie<br />

A neem, kan ik dan bij jou op<br />

school niet eens voor mijn plezier<br />

wat komen lesgeven, liefst Geschiedenis<br />

of anders wat Nederlands", zo<br />

vroegen we aan een bevriend H.B.Sdirecteur.<br />

„Je hoeveelste glas is dat?" was<br />

zijn wedervraag want we spraken<br />

elkaar op de sociëteit, zij het ook<br />

vroeg in de avond.<br />

„Ja, dat had ik straks eigenlijk<br />

aan een van je leraren moeten vragen,"<br />

gaven we toe. En toen deden<br />

we hem het verhaal, dat tot tweemaal<br />

toe een leeraar aandrang op<br />

ons was komen uitoefenen om hem<br />

een perskaart te geven, nu hij<br />

met een paar collega's deze zomer<br />

naar Italië ging. Dat was zo gemakkelijk,<br />

zei hij en als we wilden zou<br />

hij ook wel een of meer stukjes voor<br />

de krant schrijven.<br />

Nu hebben we een correspondent in<br />

Italië zitten, zodat de behoefte aan<br />

stukjes niet gi-oot was. We wisten<br />

trouwens niet, of de aanvrager de<br />

juiste stijl voor de krant had en evenmin,<br />

welke onderwerpen hij dacht te<br />

kiezen. [Maar het bedenkelijkste vonden<br />

we, dat hij zijn verzoek ondersteunde<br />

met de verzekering, dat een<br />

drietal collega's van hem in het westen<br />

des lands w e 1 zo'n perskaart<br />

had weten te verschalken. Het leek<br />

nu wel, alsof de redactie van zijn<br />

plaatselijk blad hem niet voor vol<br />

vol aanzag.<br />

Wat hiervan te zeggen? Het kan<br />

natuurlijk wel eens voorkomen, dat<br />

men van een niet-joürnalist gebruik<br />

maakt voor een speciaal doel in het<br />

buitenland, voor impressies of desnoods<br />

voor een verslag. Maar tegenwoordig<br />

wordt de deur bij de redacties<br />

plat gelopen door lieden, die het<br />

de gewoonste zaak van de wereld<br />

vinden, dat wij voor hun allerindividueelste<br />

emoties de nodige plaatsruimte<br />

beschikbaar stellen met een<br />

perskaart natuurlijk, hetzij voor een<br />

congres in Frankrijk, hetzij voor een<br />

samenrotting van verkenners in<br />

Noorwegen.<br />

We zouden daartegen willen advi-<br />

Pers en Overheid<br />

De Persraad is bezorgd. Hij vraagt<br />

zich in zijn jaarverslag af, of het<br />

complex van gezagdragers, dat als<br />

„de overheid" pleegt te worden aangeduid,<br />

wel doordrongen is van het<br />

feit, dat het de taak en de roeping is<br />

van de pers om het algemeen belang<br />

te dienen. Te dikwijls moet worden<br />

geconstateerd, aldus de raad, dat<br />

verouderde opvattingen, volgens<br />

welke het publiciteitswezen als noodzakelijke<br />

dwarskijker van de gestie<br />

der overheid ten hoogste wordt aanvaard,<br />

haar gelding nog niet ten volle,<br />

hebben verloren.<br />

Een heel juiste opmerking van de<br />

Persraad. Wij kunnen er zo nu en<br />

dan ook over meepraten.<br />

22<br />

seren de uiterste spaarzaamheid in<br />

het verstrekken van perskaarten te<br />

betrachten; ideaal zou zijn ze in het<br />

geheel niet te geven. Wat een Nederlandse<br />

correspondentenkaart —<br />

want veel meer kan men toch al<br />

niet beschikbaar stellen — overigens<br />

in Italië moet uitrichten, vermogen<br />

wij niet te bevroeden.<br />

NTUSSEN doet dit de noodzake­<br />

I lijkheid sterker klemmen van de<br />

uniforme perskaart voorrechte j<strong>ournalist</strong>en,<br />

een instelling, waarover nog<br />

altijd op enkele departementen blijkt<br />

gepeinsd te worden, als ware dit een<br />

hoogst ingewikkelde aangelegenheid,<br />

even moeilijk als het opstellen van<br />

het aanstellingscontract, waarmee de<br />

rechtsgeleerde raadsman van de<br />

kath. directeurenvereeniging aanstonds<br />

een jaar na de afsluiting van<br />

de C.A.O. nog bezig is of althans<br />

heet te zijn. Enkele grote steden hebben<br />

sedert een klein jaar een allereenvoudigst<br />

model ingevoerd maar<br />

we kunnen ons voorstellen, dat er,<br />

behoefte bestaat aan een iet of wat<br />

uitvoeriger document. Of zullen we<br />

nog, horribile dictu, naar de dusgenaamde<br />

J<strong>ournalist</strong>enpas van wijlen<br />

het Verbond moeten terug verlangen?<br />

S. Z.<br />

Haagse j<strong>ournalist</strong>en<br />

bestudeerden* het<br />

protocol<br />

Wist u, dat een ambassadeur, die<br />

zich opmaakt om zijn geloofsbrieven<br />

te overhandigen, muziek krijgt en een<br />

gezant slechts vier roffels? En kunt<br />

u de vraag beantwoorden waarom<br />

het lint van een grootkruis nu eens<br />

boven en dan weer onder het vest<br />

moet worden gedragen?<br />

Over deze en andere finesses van<br />

het protocol sprak op 20 Juni j.1. Mr.<br />

J. Visser, buitengewoon gezant en<br />

gevolmachtigd minister, chef van*het<br />

kabinet van de minister van Buit.<br />

Zaken en directeur van het Protocol,<br />

in de vergaderzaal van Plein 23 voor<br />

de leden van de H-JV. en de Kath.<br />

N.J.K. Het werd een leerzame, vaak<br />

geestige causerie over een onderwerp,<br />

dat, zoals spr. opmerkte, wel<br />

eens erg mysterieus en opgeschroefd<br />

wordt gevonden. Maar het protocol<br />

heeft zijn reden. Men kan het vergelijken<br />

met een spel dat zonder regels<br />

niet kan worden gespeeld. Van die<br />

regels moet de j<strong>ournalist</strong> enigermate<br />

op de hoogte zijn. Dan begaat hij niet<br />

de fout, die een buitenlandse j<strong>ournalist</strong><br />

maakte, toen hij de chef van het<br />

protocol Verweet, dat de zaakgelastigde<br />

van zijn land niet door de<br />

Koningin in audiëntie werd ontvangen.<br />

Een zaakgelastigde vertegenwoordigt<br />

zijn eigen minister van buit.<br />

zaken bij die minister van het andere<br />

land en heeft dus geen aan de Konin-<br />

IN MEMORIAM<br />

Een eenzaam j<strong>ournalist</strong><br />

P 10 Juni hoorden enkele Amster­<br />

O damse verslaggevers, die elkaar<br />

bij het werk ontmoetten, dat collega<br />

J. J. H. Martijn ziek in het Wllhelminagasthuis<br />

lag. „Daar moeten we<br />

wat aan doen," zeiden ze en ze stuurden<br />

bloemen. Die konden de volgende<br />

dag nog net op zijn doodsbed worden<br />

gelegd.<br />

Slechts weinigen hebben hem gekend,<br />

al bewijst zijn boek „Ten<br />

Paleize", met de ondertitel „Koningin<br />

Wilhelmina in Haar particulier<br />

leven", dat hij een geziene figuur<br />

was.<br />

Als jongen van zestien jaar schreef<br />

hij zijn eerste „stukjes"; zijn laatste<br />

werk was een ooggetuigeverslag van<br />

het Ganzenbordspel in het Stadion.<br />

Daar viel hij toen tussen de genodigden<br />

op doordat hij met een verdraaide<br />

hals liep: de verlamming,<br />

die hem weldra het spreken onmogelijk<br />

zou maken, was al begonnen.<br />

Martijn was niet getrouwd; hij<br />

woonde op een huurkamertje driehoog,<br />

waar hij nimmer iemand ontving.<br />

Een week voor zijn overlijden<br />

gaf hij opdracht, zijn geringe bezittingen<br />

te verkopen: de opbrengst was<br />

juist voldoende om een eenvoudige<br />

begrafenis te bekostigen. Zo eenzaam<br />

als hij heeft geleefd, is hij gestorven<br />

en begraven.<br />

Hij was geen lid van een onzer<br />

organisaties. Nochtans een der onzen<br />

— ook hij.<br />

gin gerichte geloofsbrief, zoals een<br />

ambassadeur en een gezant die hebben,<br />

die vertegenwoordigers zijn van<br />

het ene staatshoofd bij het andere.<br />

Achtereenvolgens werden we ingewijd<br />

in het ingewikkelde proces van<br />

de benoeming van gezanten en in het<br />

ceremonieel van de ontvangst ten<br />

hove (verschillend naar gelang die<br />

ontvangst al dan niet in een garnizoensplaats<br />

geschiedt). De bijzondere<br />

.missies zijn een aparte studie waard.<br />

Vooral de Zuid-Amerikaanse staten<br />

stellen er prijs op bij de presidentswisselingen.<br />

De gezant ter plaatse<br />

wordt dan met de „bijzondere missie"<br />

belast.<br />

De oudst aanwezige ambassadeur<br />

is deken van het corps diplomatique;<br />

in Nederland is dat, zoals men weet,<br />

de Russische ambassadeur. Maar de<br />

landen die met Rusland geen betrekkingen<br />

onderhouden hebben 'n eigen<br />

deken: de Franse ambassadeur, die<br />

op één na de oudste is.<br />

Vervolgens kregen we theorie over<br />

het verlenen., dragen en registreren<br />

van onderscheidingen. In Nederland<br />

is men (ondanks de jaarlijkse regenbui)<br />

niet erg decoratie-minded. De<br />

hoeveelheid gegevens die spr. verstrekte<br />

was te groot om in één keer<br />

te verwerken maar gaf toch het<br />

nodige inzicht in deze materie. Het<br />

is altijd nuttig te weten dat men iets<br />

niet weet, als men maar weet waar<br />

men het te weten kan komen!<br />

de B.


Sectie nieuwsbladji<br />

„Een hoop zielen op een stuk<br />

grond" zó zou men, met een<br />

woord van wijlen Dr. Abraham Kuyper,<br />

de nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en kunnen<br />

aanduiden, vóór ze in de sectie<br />

Nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en van de Federatie<br />

een onderdak vonden.<br />

Onderling contact hebben deze collega's<br />

over het algemeen niet. Velen<br />

hunner zijn nog ongeorganiseerd. De<br />

vaak nog min of meer patriarchale<br />

toestanden bij de nieuwsbladen zijn<br />

daarvan mede oorzaak.<br />

De oprichting van de sectie is dan<br />

ook niet slechts van belang in de<br />

organisatie-sector. Voor de nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en<br />

schept ze geheel<br />

nieuwe mogelijkheden.<br />

Dat dit beseft wordt, zou men niet<br />

kunnen afleiden uit het vrij schrale<br />

bezoek van de oprichtingsvergadering<br />

in De Dietse Taveerne te<br />

Utrecht, welke Zaterdag 9 Juli jl.<br />

werd gehouden. De Vader des Vaderlands,<br />

die toch altijd vrij zuur wordt<br />

afgebeeld, liet -uit zijn portretlijst<br />

een minachtende blik dwalen over<br />

het ongeveer twin:ig koppen tellend<br />

stelletje dienaars van de Koningin<br />

der Aarde, die de moeite genomen<br />

hadden naar de oude Domstad<br />

te komen op die warme Zaterdagmiddag<br />

Het aantal adhaesiebetuigingen<br />

was aanzienlijk groter, gelukkig, en<br />

vermoedelijk is nóg groter het aantal<br />

dergenen die thans nog de kat<br />

uit de boom kijken, maar, zich ongetwijfeld<br />

zullen aansluiten, wanneer<br />

ze bemerken dat hier voor hun belangen<br />

gevochten wordt.<br />

Achter de groene tafel zetelden de<br />

initiatiefnemers in gezelschap van<br />

Mr. Rooy (die zich zodanig inspant<br />

voor de j<strong>ournalist</strong>enbelangen, dat<br />

men zich wel eens afvraagt hoe de<br />

Nieuwe Rot maar dag in, dag uit<br />

kan blijven verschijnen!) en Mr. Van<br />

Rantwijk, bescheiden schuilgaand<br />

achter dikke dossiers. Collega De<br />

Lange uit Meppel zat in 't gestoelte<br />

der ere, en zou, gezien het resultaat<br />

der bestuursverkiezing, dit permanent<br />

als voorzitter blijven bezetten.<br />

D9 verschillende problemen die<br />

aan de orde kwamen, soms wel een<br />

beetje buiten die orde, toonden duidelijk<br />

aan dat er voor de sectie genoegzaam<br />

werk aan de winkel was.<br />

We noemen maar de verhouding met<br />

de persbureaux, de gratis of bijnagratis<br />

advertentiebladen, de werkwijze<br />

van de RVD etcetera.<br />

Mr. Rooy diende de hoofdschotel<br />

op met een causerie over het werk<br />

der sectie en het belang van de oprichting<br />

daarvan.<br />

Hij constateerde bij het bestuur<br />

der Nederlandse Nieuwsblad Pers, de<br />

organisatie der nieuwsblad-uitgevers,<br />

het verlangen naar verheffing van<br />

het nieuwsblad, dat ook gezien wordt<br />

a ls een onderdeel van de j<strong>ournalist</strong>iek.<br />

Gestreefd wordt dan ook naar<br />

contact' tussen de uitgevers-redac-<br />

.«<br />

jrnalisten opgericht<br />

teuren en de beroeps-nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en.<br />

Behalve de culturele, zijn ook de<br />

sociale en economische vraagstukken<br />

besproken in de bijeenkomsten<br />

tussen een delegatie uit het NNPbestuur<br />

en een uit de Federatie,<br />

welke de behandeling van een ontwerp-collectieve<br />

arbeidsovereenkomst<br />

ten doel hadden.<br />

Ook de nieuwsbladuitgevers zien<br />

wel in, dat wanneer bij de Dagbladpers<br />

de j<strong>ournalist</strong> een „beveiligde"<br />

functie heeft en bij de Nieuwsbladpers<br />

op dit gebied chaos,blijft heersen,<br />

er een'zuigkracht ontstaat naar<br />

de Dagbladpers, die de beste krachten<br />

uit de nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>iek<br />

verwijderen zal. Want een gehouden<br />

enquête heeft uitgewezen, dat ten<br />

aanzien van salariëring en rechtspositie<br />

van de nieuwsblad j<strong>ournalist</strong><br />

de situatie zonder overdrijving chaotisch<br />

kan worden genoemd.<br />

Aangenaam was het te constateren,<br />

dat bij het NNP-bestuur de<br />

principiële bereidheid tot medewerking<br />

aan een CAO bestond. Over de<br />

onderhandelingen kon Mr. Rooy, zolang<br />

deze nog niet voleindigd zijn, in<br />

de vergadering niets mededelen. De<br />

delegatie, bestaande uit de- heren<br />

Rooy, Hanekroot en Van Rantwijk<br />

uit het Federatiebestuur en Goossens<br />

en Dodewijk als nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en<br />

(dus thans vertegenwoordigers<br />

van de sectie) is voorlopig nog "niet<br />

met haar arbeid gereed.<br />

Wordt het doel, de regeling van de<br />

DE RAMP VAN<br />

Met diepe ontroering heeft de<br />

Nederlandse j<strong>ournalist</strong>ieke wereld<br />

kennis genomen van de ramp der<br />

K.L.M.-machine de „Franeker", aan<br />

boord waarvan zich bevonden de<br />

Amerikaanse collega's, die op uitnodiging<br />

der Nederlandse regering een<br />

bezoek aan Indonesië hadden gebracht<br />

en nu op de terugweg waren<br />

naar hun vaderland. Zij zijn in de<br />

uitoefening van hun beroep, in de<br />

vervulling van hun levenstaak, gevallen<br />

en wij, als Nederlandse j<strong>ournalist</strong>en<br />

gedenken hen met diepe<br />

eerbied, terwijl onze gedachten uitgaan<br />

naar hun familie en verwanten,<br />

die zozeer door deze ontstellende<br />

ramp zijn getroffen.<br />

* *<br />

*<br />

Het bestuur van de Federatie van<br />

Nederlandse J<strong>ournalist</strong>en heeft, na<br />

het bekend worden van de ramp het<br />

volgende telegram gezonden aan<br />

„American Newspaper Guild" te New<br />

York:<br />

positie van de nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>,<br />

uiteindelijk bereikt, dan betekent dit<br />

een ontzaglijke winst: de principiële<br />

erkenning door de uitgever, dat de<br />

nieuwsbladj<strong>ournalist</strong> recht heeft op<br />

een sociaal en juridisch gegarandeerde<br />

positie, en de verheffing van het<br />

peil der j<strong>ournalist</strong>iek. Wil men goede<br />

krachten aantrekken, dan zal men<br />

ook zekere garanties moeten bieden.<br />

Het concept van de CAO, zoals dit<br />

zal worden verkregen na onderhandelingen<br />

met de NNP-delegatie, zal<br />

aan de sectie-vergadering worden<br />

voorgelegd.<br />

Waar geen tegencandidaten waren<br />

gesteld, werden bij enkele candidaatstelling<br />

gekozen tot bestuursleden<br />

van de sectie Nieuwsbladj<strong>ournalist</strong>en<br />

de collega's H. de Lange te Meppel<br />

(voorzitter), W. P. J. Goossens te<br />

Oud Beyer land (secretaris, bij wie<br />

men alle verdere inlichtingen omtrent<br />

het lidmaatschap verkrijgen kan), M.<br />

Bremer te Amstelveen (sportj<strong>ournalist</strong>)<br />

en T. Lodewijk te Hillegom. Men<br />

wil dit bestuur t.z.t.- aanvullen met<br />

een collega die lid is van de KNJK.<br />

Voor het welslagen van de onderhandelingen<br />

over de CAO is het<br />

noodzakelijk, dat de delegatie kan<br />

spreken namens een zo groot mogelijk<br />

aantal belanghebbende nieuwsblad-j<strong>ournalist</strong>en.<br />

Daarom wordt<br />

collega's, die nog geen adhaesie betuigden<br />

met de oprichting der sectie,<br />

of nog niet aangesloten zijn bij de<br />

Federatie, verzocht zich alsnog te<br />

melden bij de Secretaris van de Sectie<br />

Nieuwblad-j<strong>ournalist</strong>en: W. P. J.<br />

Goossens te Oud-Beyerland, Ben.<br />

Molendijk 45.<br />

T. L.<br />

DE „FRANEKER"<br />

„Diep geschokt door het lot van<br />

onze Amerikaanse collega's, die ten<br />

gevolge van de ramp van dó' „Franeker"<br />

om het leven kwamen, betuigen<br />

wij U met dit zeer ernstig<br />

verlies onze oprechte en innige<br />

deelneming".<br />

Namens dat bestuur hebben de coll.<br />

L. Hanekroot, J. J. F. v. d. Bergh en<br />

Dr. A. Veerman op Schiphol een<br />

krans gelegd bij de urnen, bevattende<br />

de stoffelijke resten van deze Amerikaanse<br />

collega's, toen deze urnen<br />

daar, tijdens het transport naar<br />

Amerika, waren opgebaard.<br />

* * . *<br />

Het Federatiebestuur ontving van<br />

het hoofd van de Persdienst der<br />

K.L.M., de heer R^. Vogels het volgende<br />

schrijven:<br />

„Het is mij een behoefte langs<br />

deze weg mijn oprechte dank te betuigen<br />

voor 't medeleven, dat zovele<br />

collega's in hun bladen hebben betoond<br />

naar aanleiding van de ramp<br />

met de „Franeker".' Velen hebben in<br />

hoofdartikelen woorden geschreven,<br />

die voor de K.L.M, een waarachtige<br />

steun betekenen bij het verwerken<br />

van deze nieuwe slag".<br />

23


CHARÏVARIA<br />

Ze geven het niet op<br />

Voor een zeer jeugdige democratie een<br />

indrukwekkende opgave. (N. R. CO-<br />

De opgave leek vrijwel onmogelijk.<br />

(Parool).<br />

De schrijver heeft zich geen gemakkelijke<br />

opgave gesteld. (Vrije Volk).<br />

Kinderen geven vaak niet voor het gehele<br />

leven een opgave. (Folia Civitatis).<br />

Het is een trieste opgave zich te moeten<br />

stellen tegenover de politie.<br />

(Vrije Volk).<br />

Trieste opgave<br />

Vervang de half-Duitse woorden<br />

en uitdrukkingen door goed Nederlandse<br />

:<br />

Morgen is het vier jaar geleden dat<br />

Japan de wapens strekte. (Rott. Parool).<br />

Na middels een handgranaat buiten gevecht<br />

te zijn gesteld. (Tijd). — Het is<br />

goed zich middels deze film nog eens te<br />

bezinnen. (Volkskr.).<br />

En 's avonds ademden de thuisblijvers<br />

op. (Parool).<br />

De Belgische zakenman voelt in doorsnee<br />

niets voor geleide economie.<br />

(Nieuwe Ned.).<br />

De Groninger was technisch zeker de<br />

betere bokser. (Vrije Volk). — In „De<br />

navond komt zoo stil" is de tweede regel<br />

in de vertaling ongetwijfeld de betere<br />

vertolking. (Linie). '<br />

Meerdere millioenen dollars. (Linie). —<br />

Een of meerdere malen. (Tijd). — Meerdere<br />

malen. (Alg. Hbl.).<br />

Of dat het zwaargewicht zal worden<br />

overgebracht naar die kringen (N. R. C).<br />

Omtrent de eeuwwende. (Parool).<br />

Dat deze binding vooralsnog afwezig<br />

is, benadrukt de enquête. (Linie). — Hier<br />

dient toch benadrukt te worden (id.).<br />

Het adres af 15 Juli luidt (Linie).<br />

De avond werd geopend met de volkshymnen.<br />

(Alg. Hbl.).<br />

Het doel zal zijn de transportdienst<br />

veilig te stellen. (Parool).<br />

Pogingen het leven van boeren en vee<br />

zeker te stellen. (Elsevier).<br />

Een twaalftal jongemannen in de leeftijd<br />

van 19 tot 25 jaar. (N. R. C). — Zaterdagmorgen<br />

is in de leeftijd van 88<br />

jaar overleden (Parool).<br />

Voorts staat vast, dat de bivaks regelmatig<br />

werden beschoten. (N. R. C.).<br />

ledere onderwijzer heeft zijri eigen<br />

methode om! de „verfrissing" door te<br />

voeren. (Waarh.). — De regering heeft<br />

een krachtig instrument om deze politiek<br />

door te voeren. (Vrije Volk).<br />

Zou dit artikel niet met volle kracht<br />

tot gelding moeten worden gebracht?<br />

(Linie).<br />

. De tijd, die Gogol op zo'n humorvolle<br />

wijze! beschreven heeft. (Elsevier).<br />

De machines zijn nog niet in bedrijf<br />

gesteld. (Waarh.). — Binnenkort wordt<br />

de zandzuiger in bedrijf gesteld. (N. R.<br />

C). — Zeilseizoen in vol bedrijf. (Parool).<br />

— Een passerend rijwiel met lichtdynamo<br />

in bedrijf stoort al. (Alg. Hbl.). — Sigarettenfabriek<br />

weer in vol bedrijf.<br />

(Vrije Volk).<br />

Een wet waardoor zij gedwongen worden<br />

om af te treden, teneinde hen „koud"<br />

te stellen. (Vrije Amsterdammer).<br />

Wel moeten we toegeven dat de zwarthandel<br />

er niet op vooruit is gegaan.<br />

(Linie).<br />

Een valsmunter achterhaalt men in<br />

enkele dagen. (Linie).<br />

Een uitvlucht in het land van de<br />

„Bünte Pleats". (Vrije Volk).<br />

Er is een terugloop in de ontvangsten.<br />

(Tijd). — Bedrijfsvermogen liep met<br />

ƒ 798.000 terug. (Parool).<br />

Snelberg en Blankenau vielen terug<br />

uit de leidende groep. Hopstaken was<br />

teruggevallen. (Parool).<br />

De regering kan de opdracht aan de<br />

24<br />

rrjksbemiddelaars niet laten doorkruisen.<br />

(Parool).<br />

De snelle toename van de productie en<br />

het in bedwang houden van de inflat'ionistische<br />

tendenzen. (Groene).<br />

De betrokken instanties. (Parool).<br />

De ogenblikkelijke omstandigheden.<br />

(Linie).<br />

Als die man gelijk heeft, is hij eerst<br />

recht onuitstaanbaar. (Tijd). — En daarna<br />

breekt de zorg zich pas recht baan.<br />

(Nieuw Ned.).<br />

Amerika was het land waar de televisie<br />

zich hef eerst geheel baanbrak.<br />

(Vrije Volk).<br />

Zijn vrouw is ingesloten. (Parool).<br />

Honderden oorlogsgetroffenen. (Parool).<br />

De dertiger jaren. (Parool). — De<br />

vroeg-dertiger jaren. (Vrije Volk). — De<br />

twintiger en dertiger jaren.<br />

(Litt. Paspoort).<br />

Het streven naar gelijkberechtiging.<br />

(Parool).<br />

De stofwolken waren ondoorzichtelrjk.<br />

(Parool).<br />

De arbeidsverhoudingen zijn van grote<br />

invloed. (Parool). — De feodale verhoudingen.<br />

(Tijd).<br />

Hoogwaardige vakarbeiders. (Parool).<br />

Nog altijd ben ik bereid van jonge<br />

mensen te verwachten, dat ze er niet<br />

voor terugschrikken zich ergens voor in<br />

te zetten. (Lichtspoor). — Zij moet zichzelf<br />

inzetten met haar gehele persoonlijkheid.<br />

(Alg. Hbl.).<br />

Dat een onderwerp van zo grote omvang<br />

uitputtend behandeld zou zijn, wie<br />

zou dit mogen verwachten? (Tijd).<br />

Dit begeesterend denkbeeld. (Volkskr.).<br />

Zij heeft zich de haat op de hals gehaald<br />

van al wat van versluiering houdt.<br />

(Ned. Bibliographie).<br />

Zoals gezegd, de tijd voor geven en<br />

nemen is nog niet aangebroken.<br />

(N. R. C).<br />

De heer Welter kan, gelijk bekend,<br />

van de Republiek geen goed horen.<br />

(N. R. C).<br />

Een inktbespoelde annonce.<br />

(Mededelingen N. D. P.).<br />

De zeven percent, waarover zij in het<br />

Westen vervoegen. (N. R. C).<br />

Het was onheimelijk te horen, hoe hij<br />

in zijn droom luide gesprekken hield.<br />

(Vrije Volk).<br />

om met de Belgische groep contact<br />

op te nemen. (N. R. C). — Nederland<br />

zal met het nieuwe China contact<br />

moeten opnemen. (N. R. C).<br />

Het uitbreidingsplan werd ingenomen.<br />

(Heemschut).<br />

In het raam van het gebruikte beeld.<br />

\ (Parool).<br />

Een tweede oorzaak van het niet georganiseerd<br />

zijn ligt vaak in een algemene<br />

interesseloosheid.<br />

(Der Clerke Cronike).<br />

De Blankërse kuitspieren. (Linie).<br />

Gemengde oipgave<br />

Het geringe aantal uren, dat de trekkers<br />

als regel in bedrijf zijn. (N. R. C).<br />

Andere opgave<br />

Met "de nieuwe dienstregeling scheelt<br />

de bekorting van de reisduur circa vijf<br />

kwartier. (Leidsch Dbl.).<br />

Als men nu weet hoe lang de<br />

'dienstregeling is, kan men gemakkelijk<br />

de lengte van de bekorting<br />

uitrekenen.'<br />

Accusativitis<br />

Hen worden allerlei clichétjes aangesmeerd.<br />

(Ned. Nieuwsbladpers).<br />

Toen enkelen hun stem verhieven, werd<br />

hen het zwijgen opgelegd. (Linie).<br />

Betreffende betreffende<br />

Het betreffende protest. (Elsevier).<br />

De betreffende rijksbureaux. (Parool).<br />

Het betreffende huwelijk. (Linie).<br />

De betreffende scholen. (Schoolblad).<br />

De betreffende lectuur. (Brabants Nbl.)-<br />

De betreffende tak van het bedrijfsleven.<br />

(Vrije Volk).<br />

Het betreffende bericht'. (N. R. C).<br />

De betreffende gemeenten. (Volkskr.).<br />

Het hardnekkige misverstand betreffende<br />

betreffende. (Discipulus)<br />

Anglomanie<br />

Het effect op de bevolking van de<br />

guerilla's. (Trouw). — Kanton nu ook<br />

door guerilla's bedreigd. (Tijd). — Een<br />

troep guerilla's. (Waarheid). — De radio<br />

der guerilla's. (Parool).<br />

Engeland heeft vergoeding voor dat<br />

dollar-tekort geclaimd. (Vrij Ned.).<br />

Een machtig verbond dat de zuivelverwerkende<br />

industrie controleerde:<br />

(Vrij Ned.).<br />

Het kamp is opgezet om de Nederlandse<br />

soldaten „hygiëne-minded" te<br />

maken. (Parool).<br />

dat zij in een paniekje is gevlogen.<br />

(N. R. C).<br />

Voor de vierde keer in successie.<br />

(Parool).<br />

Naarmate haar leden aan zekere financiële<br />

en educationele eisen voldeden.<br />

(N. R. C).<br />

Het zwarte parlement, dat alleen advisorische<br />

bevoegdheid heeft. (N. R. C).<br />

Nederland overspeelde Fins elftal.<br />

(Parool).<br />

Ziehier een man, die volkomen gekwalificeerd<br />

is voor de post, waartoe hij is<br />

geroepen. (Elsevier).<br />

Kom eens, Daisy, ontmoet deze heer.<br />

(Waarheid).<br />

Bij de Rijnbrug timeden wij het verschil<br />

tussen beide groepen op tien minuten.<br />

(Parool).<br />

Er isi g.een alternatief voor de Mannonkinderen.<br />

(Groene).<br />

De meest guitige Brusselaar. (Alg.<br />

Hbl.). — De meest gunstige wind. (N. R-<br />

C). — De meest scherpzinnige man van<br />

het land. (Parool).<br />

De nieuwe premier heeft gezegd, dat<br />

zijn regering een „vechtend kabinet" zal<br />

zijn. (Parool).<br />

Zogezeid een knokkend ministerie.<br />

Nauwelijks Nederlands<br />

i Nauwelijks een erg principieel verschil.<br />

(N. R. C).<br />

Ten slotte bestaat er nauwelijks een<br />

algemeen geldend oordeel óver.<br />

(Muiderkring)-<br />

Dus sinds kort wél.<br />

Taaiverrijking<br />

Luchtmacht: een aantal squadrons dagjagers<br />

en nachtjagers, zomede enige<br />

squadrons tactische luchtmacht zomede<br />

de bij vorenbedoelde squadrons behorende<br />

vliegbases. ,(Min. Schokking).<br />

De Engelsen onderscheiden squad<br />

en squadron en daar hebben ze g e "<br />

noeg aan. Wij hadden, van dezelfde<br />

taalkundige afstamming (nl. van Itsquadra<br />

van Vuig. Lat. * exquadrare<br />

= tot een vierkant vormen), eskader,<br />

exkadron, escadrille en escouade,<br />

maar voor onze meer verfijnde behoeften<br />

was dat ter nauwkeurige<br />

onderscheiding niet voldoende. Heb<br />

dank, excellentie. Het Duitse Schwadron<br />

staat ook nog ter beschikking-<br />

Titel<br />

Mijn officiële titel luidt Minister va"<br />

Godsdienst, zei de kleine donkere Zoeloe-dominee.<br />

(K. L. M.-Nieuws).<br />

In het Engels is iedere dominee,<br />

verbi divini minister, officieel en<br />

officieus „minister of religion".<br />

DISCIPULUS-<br />

-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!