Krekelboek - Vormen vzw
Krekelboek - Vormen vzw
Krekelboek - Vormen vzw
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Hoe kun je de kinderen informeren<br />
2. over deze rechten?<br />
2.1. Recht op gezonde voeding, water, kleding en onderdak<br />
HONGER ERVAREN. Je kunt de vanzelfsprekendheid doorprikken waarmee wij elke dag voedsel of water<br />
tot ons nemen. Je kunt bijvoorbeeld afspreken om geen tussendoortje te nemen en de middagmaaltijd<br />
uit te stellen. Je bespreekt samen met de kinderen hoe het aanvoelt om honger te hebben en wat<br />
‘Honger is de beste saus’ betekent. Je overlegt indien nodig vooraf met de kinderen en de ouders,<br />
om te duiden wat de bedoeling is.<br />
Je brengt de tekening ‘recht op gezonde voeding, water, onderdak’ aan. Je laat de kinderen het verband<br />
leggen tussen dit kinderrecht en de ervaring van de maaltijd uitstellen. Vervolgens leg je de<br />
link met kinderen over de hele wereld:<br />
π Zijn er op de wereld kinderen die dit regelmatig meemaken?<br />
π Heb je daarover al eens iets gelezen, gehoord of gezien?<br />
π Wat vind je daarvan?<br />
RIJKE MAALTIJD – ARME MAALTIJD (EERSTE OF TWEEDE GRAAD). Doel is om de kinderen te informeren en te<br />
laten nadenken over de ongelijke verdeling van het beschikbare voedsel in de wereld.<br />
Je zet een feesttafel klaar. Je zorgt voor genoeg plaatsen voor een kwart van de groep. Je maakt<br />
evenveel papiertjes als er kinderen in de klas zijn. Op drie vierde van de papiertjes schrijf je “arm”,<br />
op een vierde “rijk”. Je laat de kinderen uit een hoed of een doos een papiertje trekken.<br />
Diegenen die een papiertje met “rijk” hebben, mogen aan de feesttafel plaatsnemen. Ze worden<br />
bediend en krijgen een lekkere maaltijd. De rest (met “arm” op het papiertje) moet in een beperkte<br />
ruimte van het lokaal blijven waar geen stoelen of tafels staan. Ze krijgen een klein kommetje rijst<br />
en worden niet vriendelijk behandeld door de persoon die hen de rijst aanbiedt.<br />
Je legt het ‘spel’ stil en je laat de kinderen reageren op wat ze van deze toestand vinden. Dan maak<br />
je de vergelijking tussen de toestand in dit ‘spel’ en de werkelijke toestand over de hele wereld. Je<br />
legt uit dat drie vierde van de mensen op de wereld minder dan een vierde van de rijkdom op de<br />
wereld tot hun beschikking heeft. En een vierde van de mensen heeft drie kwart van de rijkdom voor<br />
zich. Indien nodig kun je deze verhouding nog verduidelijken met concreet materiaal.<br />
Je houdt een nabespreking met volgende vragen:<br />
π Is het voedsel eerlijk verdeeld over de wereld?<br />
π Hebben alle mensen en kinderen recht op voedsel?<br />
π Wat als ze het niet kunnen betalen?<br />
π Wat zou er met jou gebeuren als je niet genoeg te eten had? Wat zou je doen?<br />
π Wat kunnen wij zelf doen om deze oneerlijke toestand te verhelpen?<br />
Om af te sluiten kun je stellen: ‘In de ‘echte’ wereld is het voedsel oneerlijk verdeeld, maar wij willen<br />
toch proberen om zoveel mogelijk eerlijk te delen’. Daarna mag iedereen van het feestmaal proeven.<br />
Je kunt de kinderen nog laten reageren hoe ze zich bij deze situatie voelen: de ‘rijken’ over hoe het<br />
voelt om te moeten delen met de anderen en de ‘armen’ over hoe het voelt om mee te mogen genieten<br />
van de ‘rijkdom’.<br />
‘Lichaam en gezondheid’ LAGER ONDERWIJS<br />
159<br />
Ervaringen en betekenissen<br />
uitwisselen.