27.09.2013 Views

atholieke lournahst

atholieke lournahst

atholieke lournahst

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Dr. P. HEYMEIJER S. J. Vertrouwen op God alleen<br />

Bisschoppelijk Gemachtigde voor de<br />

Pers<br />

Het Hoogwaardig Episcopaat heeft<br />

patter dr. P. Heymeijer S.J. benoemd<br />

tot gemacMigde in alle aangelegenheden,<br />

die de k<strong>atholieke</strong> pers betreffen<br />

en verder tot geestelijk adviseur<br />

van de bestaande of nog op te richten<br />

organisaties op het gebied van het<br />

perswezen, zoals de Kath. Ned. Dagbladpers<br />

en de Kath. Ned. Journalistenkring.<br />

Voor wait de K.N.D.P. en het K.N.P.<br />

betreft: de nieuwe functionaris ' zal<br />

opvolger zijn van wijlen dr R. Nuy<br />

8.J. Verder zal hij in onze Kath. Ned.,<br />

Journalistenkring de taak van onze<br />

geestelijk raadsman, prof. dr. L. J.<br />

W. Smit, overnemen. Terwüle van de<br />

thans bereikte concentratie zal prof.<br />

Smit dus aftreden, hetgeen ons hoofdbestuur<br />

natuurlijk betreurt om de<br />

persoon van de functionaris. Dr. Heymeijer<br />

zal zich vestigen Buitenhof 5<br />

in Den Haag, waar het bureau van de<br />

K.N.D.P. is gevestigd.<br />

In ons December-nummer komt<br />

onze redactie op deze mutatie terug.<br />

Krant en Filmkeuring<br />

De film „Duel in de Zon" heeft<br />

redacties van verschillende dagbladen<br />

in het geweer geroepen. Zelfs is het<br />

woord „walgelijk" gevallen. Bovendien<br />

werd de volgende critiek geuit:<br />

„Wij .spreken dan nog niet eens'<br />

over het onbegrijpelijke feit, dat een<br />

Haagse K.F.C.-commissie deze film<br />

zonder restrictie toelaatbaar achtte<br />

voor personen boven 18 jaar. Het lijkt<br />

onbegonnen werk de gruwelijke in-.<br />

competentie van een deel der<br />

k<strong>atholieke</strong> Filmkeuringscommissies<br />

te blijven critiseren."<br />

Men vergist zich, als men zou aannemen,<br />

dat over gewichtige vraagstukken,<br />

welke de hoogste belangen<br />

van de k<strong>atholieke</strong>n als bevolkingsgroep<br />

raken, eenstemmigheid van<br />

mening in de hogere regionen bestaat.<br />

Er is veel verschil van mening, veel<br />

vrijheid van oordeel; — men kan<br />

zelfs met succes de stelling verdedigen,<br />

dat hier geen „katholiek tekort",<br />

maar eerder een „katholiek teveel"<br />

bestaat.<br />

Ten aanzien van de filmkeuring,<br />

met name wat geschikt en wat afgewezen<br />

moet worden, botsen de opvattingen<br />

nu al jaren op elkaar. En het<br />

is allerminst te verwachten, dat de<br />

naaste toekomst overbrugging van de<br />

tegenstellingen zal brengen. Ook<br />

weer dezer dagen vlogen de oude<br />

tegenvoeters Tijd en Maasbode elkaar<br />

in de haren over de zg. C-films, waarbij<br />

de een meende, dat precies het<br />

tegenovergestelde waar was van hetgeen<br />

de ander had beweerd.<br />

Op dit terrein plant het voorbijgaande<br />

misverstand, dat tot blijvend<br />

misverstand leidt, zich voort.<br />

IN een der oraties die de Kerk dezer dagen bidt, vraagt zij, dat Gods huis-<br />

* gezin (zij zelf m'.a.w.), „dat alleen steunt op de hoop der hemelse genade<br />

steeds door (zijn) bescherming moge verdedigd worden" (25ste Zondag na<br />

Pinksteren). Dit woord moet ons eens doen nadenken om zijn diepe betekenis<br />

en om zijn draagwijdte. De vraag is immers of wij kinderen der, Kerk, die<br />

gezindheid die zij zichzelf toekent, ook bezitten.<br />

Er is zeker geen christen, die niet op God vertrouwt; het hoort tot het<br />

wezen van het christendom zelf. En niemand zal willen bekennen dat hij<br />

zulks niet doet. God is machtig en goed, wie zou niet op Hem willen steunen .<br />

Maar er wordt nog meer gezegd. Het kleine woordje „alleen verandert de<br />

Za On God alleen vertrouwen, wordt van ons gevraagd. Dat is niet zo gemakkelijk<br />

Wij zijn zo geneigd God als een soort laatste reserve te gebruiken, Hem<br />

te bewaren voor de tijd dat het helemaal misgelopen is, en als wij, volstrekt<br />

geen andere uitkomst meer weten. Maar in stilte verlangen wij toch, dat het<br />

^IntLTen-Sen'S als basis van onze hoop er nog een hele reeks andere<br />

dingen op na. Men vertrouwt dan op eigen wijsheid en inzicht, op? slimheid<br />

en hstigheid eventueel; op zijn geld of zijn macht; op relaties van vrienden;<br />

op gezondheid of kracht; op zijn goed-gesternte of de samenloop der omstandigheden;<br />

of op de simpele verwachting, dat het nogal los zal lopen of<br />

op Tllfrlei maatregelen die men in zijn kortzichtigheid nieende te moeten<br />

nemen.<br />

E ondervinding heeft ons niet zelden geleerd, hoe wankel en ijdel derge­<br />

D<br />

lijke steunpunten zijn. Maar toch, het is zo moeilijk die alle op zij te<br />

zetten HelgXf, en eigenlijk reeds een redelijk inzicht, leren ons hoe goed<br />

en vooroïlig het is, gezifn Gods macht en de onmacht van de mens, om ons<br />

resoluut aal God toe te vertrouwen. Maar toch, het valt niet mee God alleen<br />

ah^ fundameufvan onze hoop te nemen. Het bevrijdt ons wel * waar van veel<br />

onrust en vrees, die achteraf nodeloos gebleken is, en toch zijn wij huiverig<br />

61 Hoe komt ditfkiet zelden omdat men eigenlijk allerlei verlangens en beo-eerten<br />

rzich voedt, die weinig of niets hebben uit te staan met het rijk<br />

Cod beeeerte naar rijkdom en aanzien der mensen, naar grote weelden en<br />

SeM^ngen naar een gemakkelijk en comfortabel leven, naar zingenot en<br />

verSoS Wanneer men met alle vezels van zijn wezen vastgehecht is<br />

aan de aafde, kan de geest zo moeilijk opstijgen tot God om zich m Hem<br />

all V e ervie V n e s b ÏÏfh n ebben vaak een te zwak geloof. Geloof is de fundamentele<br />

deu^d van de christen en gebrek aan deze deugd wreekt zich over de gehele<br />

Ïn. wfontkennen niet, dat God almachtig en goed is, maar 't leeft voo,* ons<br />

niet het ze*t ons zo weinig, wij betrekken het met op ons eigen leven en zo-<br />

^ende maakt het slechts een geringe indruk en wij blijven dus maar liefst<br />

bij "at ons onmTddeSaanspre g ekt e°n waarvan wij de hulp al wel ooit ondervonden<br />

hebben.<br />

NATUURLIJK moeten wij ons van het vertrouwen op God geen verwrongen<br />

N beeld vormen. Ook hier kan een moeilijkheid schuilen. Want het kan gebeuren<br />

dat w^ de karikatuur'van vertrouwen zo zeer verafschuwen, dat wij<br />

°°££ rg^er^ren P o e p n God niet gelijkstellen met een naïeve kortzichtige<br />

zorTetóosheid met onnadenkende oppervlakkigheid, met indolentie of traagzorgeloosnem<br />

me middelen het resultaat ons vanzelf m<br />

Echoot vairnTtiï ook niet hetzelfde als een minderwaardigheidscomplex<br />

of een gebrek aan zelfvertrouwen in zuiver natuurlijke dingen<br />

God wil dat wij de geëigende middelen aanwenaen en dat wij de Krachten<br />

die ffiiTus schonk ooi gebruiken. Wie niet zaait, zal niet maaien; wie zich<br />

n et insnant zaln mmer iets groots bereiken. Wie niet bereid is tot samenwerk^o?<br />

móet nietSen over povere resultaten. Met dat al is ook op deze<br />

terïnfn hei• Goasvertwuwen noodzakelijk, maar het sluit het gebruik der<br />

middelen mede in.<br />

DAARBUITEN is nog een groot gebied, waar wij met onze zuiver mense-<br />

O^itkó krachten weinig of niets tot stand kunnen brengen. Hier moeten de<br />

factoren van geduid en geloof, die in het vertrouwen zijn opgesloten meer tot<br />

h VoS'iTdTao op het gebied van het christelijk ^ * £ 2 E<br />

volkomen te kort schiet. Hier moeten en mogen wij v ^n God aües verwach<br />

ten, die onze verlangens vervult naar de mate der waarachtigheid en zuiver<br />

he God V s a ïenTd e e h s°taat ons ter beschikking, -niet alleen in de toekomst, maar nu<br />

on het eizen ogenblik. Wij moeten niet slechts de toekomstige genade afwaehten<br />

maafdevoorhandene gebruiken en met haar meewerkend doen wat nu<br />

nodisr is Wij moeten rustig en vastberaden werken waar wij staan wetend dat<br />

GÏd S onsnTet zal trlaten g tenzij wij zelf Hem in de steek ^en^En ook dan<br />

nog roept Hij ons terug tot zich door Zijn barmhartigheid. Dr. L., SMIT,

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!