Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Over lenzen en spiegels...<br />
Hoewel je met het blote oog al enorm veel sterren kan waarnemen, zijn onze<br />
ogen eigenlijk geen goede instrumenten om de sterren te bestuderen. Ons oog<br />
heeft maar een kleine opening (= de pupil), waardoor het licht van de sterren<br />
naar binnen valt.<br />
Om meer te kunnen waarnemen moeten we meer licht kunnen verzamelen. Begin 17 de eeuw kwam de<br />
Italiaanse wetenschapper Galileo Galilei met de oplossing. Hij bestudeerde de hemel voor het eerst met<br />
behulp van een telescoop, die een grotere opening heeft dan ons oog en dus meer licht kan opvangen.<br />
De telescoop die Galileo ontwierp heet een refractortelescoop. (refractie = lichtbreking) Dit soort<br />
telescoop werkt via hetzelfde principe als ons oog: hij heeft 2 lenzen, het objectief en het oculair. Het<br />
objectief, dat vooraan zit, vangt het licht en vormt een beeld. Dat beeld kan met het oog bekeken worden<br />
door het oculair. De refractortelescoop wordt praktisch enkel nog gebruikt door amateurastronomen.<br />
7<br />
Refractortelescoop<br />
Midden 17 de eeuw ontwierp Isaac Newton de eerste reflectortelescoop. Deze<br />
telescoop vormt een beeld, door het licht via spiegels te reflecteren. Ze<br />
verzamelen het licht in hun holle hoofdspiegel onderaan. Die reflecteert het licht<br />
naar een kleine vlakke vangspiegel, die het licht dan weer naar het oculair<br />
weerkaatst. Sommige amateurastronomen maken gebruik van een dergelijke<br />
reflectortelescoop, met een hoofdspiegel met een doorsnede van 20 cm. Toch<br />
wordt dit type vaker gebruikt door professionele astronomen.<br />
Bekende voorbeelden van deze reflectortelescoop zijn de twee Keck-telescopen<br />
van Mauna Kea. Deze twee telescopen zijn gebouwd in 1993 en 1996 en hebben elk<br />
een doorsnede van 10 m. Tot 2005 waren ze daarmee de grootste optische<br />
telescopen. Hun hoofdspiegel bestaat uit 36 kleinere spiegels die via honingraatstructuur<br />
bij elkaar zitten. Wanneer beide telescopen samen worden gebruikt,<br />
spreekt men van een “VLT” of een “very large telescope”. Samen kunnen ze beelden produceren die net zo<br />
gedetailleerd zijn als de beelden van de Hubble Space Telescope!<br />
Tot nu toe hebben we het enkel gehad over optische telescopen: telescopen die enkel het zichtbare licht<br />
opvangen. Daarnaast zijn er een reeks telescopen ontwikkeld die ook de andere lichtfrequenties, zoals infrarood<br />
en ultraviolet, kunnen weergeven. Enkel het zichtbare licht, een deeltje van het infrarode licht<br />
en radiostraling kunnen worden waargenomen op het aardoppervlak, andere moeten worden waargenomen<br />
van op zeer grote hoogte of vanuit de ruimte. De Hubble-telescoop kan bijvoorbeeld naast het<br />
zichtbare licht ook infrarood en ultraviolet waarnemen.<br />
Bronnen:<br />
Winkler Prins encyclopedie (2006) Antwerpen: Standaard Uitgeverij.<br />
Kerrod, R. (2001). “Hemel bij nacht – Sterrengids”, AB Hedel: Libero.<br />
Kerrod, R. (2005). “Het heelal” (Ooggetuigen), Antwerpen: Standaard Uitgeverij.<br />
Bennett, J., Donahue, M., Schneider, N. & Voit, M. (2008). The Cosmic Perspective (Fifth Edition). San<br />
Francisco: Pearson Education.