Nota van Zienswijzen - Gemeente Venlo

21. L.J.C. van Wylick, Weselseweg 56, 5916 RE te Venlo
Zienswijze reclamant:
-De locatie niet bestemmen met "concentratiegebied glastuinbouw" maar als "Robuuste
landbouw en natuur". Dit omdat bij bedrijfsbeëindiging de bedrijfswoning anders niet kan
worden omgezet in een burgerwoning.
Reactie gemeente:
-De gebiedsindeling is vastgesteld in de keuzenotitie door de gemeenteraad van de
gemeente Venlo. De keuzenotitie is één van de kaders waarbinnen het uitwerken van de
inhoud van het bestemmingsplan Buitengebied dient plaats te vinden. In de keuzenotitie
is, conform provinciaal beleid, vastgelegd dat het desbetreffende gebied primair gericht
is op de glastuinbouw. Derhalve zal de keuzenotitie worden gerespecteerd en wordt de
zienswijze niet gehonoreerd.
22. Maatschap Stal Melis, Elshoutweg 25, 5951 NK te Belfeld
Zienswijze reclamant:
-De regels in het plan sluiten niet aan op de toelichting van het plan aangaande de
inrichting van een paardenhouderij. Toelichting bijlage 1, H4, paragraaf 4.2.4. en art. 5
regels.
-Het maximum van 10 paarden in de pensionstalling genoemd in art. 5.1.sub i is te
weinig en niet in overeenstemming met de genoemde aantallen in de afgegeven
milieuvergunning voor de paardenhouderij, de nota “Paardenhouderij en Ruimtelijke
ordening” en het rapport van de VNG en de Sectorraad Paarden.
Reactie gemeente:
-De vertaling van “productiegerichte”en gebruiksgerichte” Paardenhouderijen vindt plaats
door een onderscheidt te maken in drie categorieën, nm.;
De puur productiegerichte fokkerijen komen te vallen onder de bestemming Agrarisch-
Bedrijf (g). De productiegerichte paardenhouderijen gericht op het africhten van paarden
worden bestemd als Agrarische-Paardenhouderij en de vooral recreatief georiënteerde
paardenhouderijen worden belegd met de bestemming Agrarische-Paardenhouderij met
de aanduiding manege (mg).
Om binnen de bestemming Agrarische-Paardenhouderij de ondergeschiktheid van de
recreatieve functie aan de agrarische functie te waarborgen is gekozen voor een
maximum van 10 paarden voor pensionstalling. Gezien de wisseling van het totaal
aantal paarden op een bedrijf alsmede de handhaafbaarheid van de ondergeschiktheid
is er gekozen om niet te werken met een percentage. Derhalve wordt de ingediende
zienswijze niet overgenomen.