DE JOURNALIST
DE JOURNALIST
DE JOURNALIST
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
148 DB <strong>JOURNALIST</strong><br />
Maar overigens is onze knusse tribune in den loop van<br />
mijn parlementaire jaren dezelfde gebleven, en moesten<br />
we, aan alle kanten vastgeklemd, ons werk doe». We<br />
hébben het gedaan. En ik mag niet de keerzij van deze<br />
medaille vergeten. Onze primitieve tribune gaf ons altijd<br />
een sensatie van gezelligheid, van huiskamer-vreugde, en<br />
ik wil eerlijk bekennen, dat ik altijd weer met opgewektheid<br />
m'n knusse steegje inwandelde, waar het werk wachtte.<br />
Raum ist in der kleinsten Hütte Jür ein glücklich Hebend<br />
Paar. De journalist die z'n beroep mint kan overal werken,<br />
en is een aanhanger van die Schilleriaansche philosofie.<br />
Maar een enkelen keer heb ik wel eens aanvechting<br />
gekregen, om de étage-vreugde van onzen knussen griffelkoker<br />
op te sieren met een paar bloempotjes: een welvarende<br />
resida of een doorvoede geranium . . .<br />
Hoe schitterend zijn ook onze couloirs. Niet waar? in<br />
de couloirs van een parlement ontmoeten de Kamerleden<br />
en de journalisten elkaar. De onze ligt beneden achter<br />
de tribune. Het is het ruim van de pers-aak. Er hangt<br />
een vervaarlijke brandslang en een pampier, waarop met<br />
gothische letters wordt verzocht niet te praten, „teneinde<br />
de journalisten niet in hun werk te storen". Het is er<br />
gezellig-donker. Je weet nooit, of je ertegen SUZE aanloopt<br />
of tegen BEUMER. In deze couloir is het gebeurd, dat een<br />
afgevaardigde een bode toevoegde: „Ga jij maar weer<br />
weg, vriendje, 't is nog geheime vergadering!", en zie, het<br />
vriendje bleek de Minister van Koloniën. De vergissing<br />
bleek zelfs bij daglicht alleszins vergeeflijk. Neen, ons<br />
contact met de Kamer heeft meermalen plaats gehad over<br />
den rand van de tribune heen, en, vrienden, mag ik jullie<br />
dringend verzoeken, DUYS niet te laten profiteeren van<br />
mijn afscheid? en hem voor en na de thee te herinneren<br />
aan z'n „studie-reis"?<br />
Ja, royaal hebben we 't nooit gehad. Maar zie, juist nu<br />
ik heenga worden de bij de tribune behoorende appartementen<br />
uitgebreid. Ge krijgt er kamers bij, collega's. Zelfs<br />
werd over de versiering daarvan reeds gemompeld in de<br />
laatste dagen dat ik er was. Het wordt ruim. Het wordt<br />
vorstelijk. Is het geen schrikkelijke pech voor me? Ik heb<br />
den tijd meegemaakt, dat we, als er comité-generaal was,<br />
aan de voeten van den Roomsch-Koning moesten gaan<br />
zitten, op den rand der Binnenhof-fontein. Die dagen van<br />
ballingschap zijn reeds jaren voorbij. Maar nu het nog<br />
beter wordt, nu ge een eigen vleugel van het gebouw<br />
krijgt, nu moet ik weg. Aan de grens van het beloofde<br />
land moet ik blijven staan . . .<br />
* *<br />
*<br />
Ik nam de parlementaire taak van J. E. STOKVIS over,<br />
die naar Het Vaderland was verhuisd. Nog prijs ik mij<br />
gelukkig, dat ik de opvolger mocht zijn van een man als<br />
hij, een van de meest bekwame dagbladschrijvers die ik<br />
ooit ben tegengekomen, een schitterend werker, een kaerel<br />
met een fijnen, sprankelenden geest. De ware journalist is<br />
de geboren journalist, schreef CHARLES BOISSEVAIN eens.<br />
Zulk één is STOKVIS. Reeds vóór ik mijn werk aan de<br />
dagbladpers begon, had ik hem in de sport-journalistiek<br />
ontmoet en groote vriendschap voor hem opgevat. Het<br />
toeval wilde, dat ik zijn parlementaire werk moest overnemen:<br />
mijn taak was er dés te zwaarder om. Aan het<br />
verslaan van groote vergaderingen had ik toen nog niet<br />
veel gedaan. M'n première als zoodanig was van een<br />
merkwaardige pikanterie geweest. In Amsterdam werd een<br />
metaalbewerkers-congres gehouden. De openings-vergadering<br />
moest ik verslaan: het was m'n eerste. En zie! ik werd<br />
door den voorzitter vriendelijk uitgenoodigd onmiddellijk<br />
heen te gaan, aangezien de directie van De Telegraaf, een<br />
zetter had ontslagen en de krant werd geboycot. Terwijl<br />
uit de propvolle zaal vele booze blikken op mij gericht<br />
waren, ging ik heen, en de collega's volgden mij, als<br />
protest, op den voet. Aldus m'n intrede in de verslaggeverij.<br />
Veel ervaring had ik werkelijk niet, toen ik het parlement<br />
binnenkwam.<br />
M'n debuut op de perstribune werd — een flater.<br />
Zooals ik reeds zeide, was de sluitings-zitting in 1905<br />
de eerste die ik bijwoonde. Er waren toen, als gewoonlijk<br />
bij die plechtigheid, slechts weinig collega's op de tribune.<br />
Ik ontmoette er wijlen S. VAS DIAS, die mij een gedrukt<br />
exemplaar van de sluitingsrede overhandigde. In die dagen<br />
was die speech nog héél lang en bevatte een opsomming<br />
van alle eenigszins belangrijke afgedane ontwerpen. Toen<br />
ik haar in handen kreeg, zond ik haar aanstonds naar het<br />
telegraafkantoor, en zij werd, in heel haar eerbiedwaardige<br />
lengte, getrouwelijk geseind. Ik glom van activiteit. Maar<br />
jk wist niet, dat de speech reeds den vorigen avond naar<br />
de bladen was verzonden. Het was een duur, maar leerzaam<br />
debuut, en ik heb dergelijke flaters nooit meer. . .<br />
nu jok ik,<br />
(— ik vertel hier maar, zonder samenhang, en niet lettend<br />
op chronologische volgorde, eenige herinneringen —),<br />
want ik heb nog eens een flater begaan, een leelijke.<br />
Ik moge het dramatische moment vereeuwigen.<br />
Het is een jaar of tien geleden, en het gebeurde op<br />
den avond voor Kerstmis. Den allerlaatsten avond. De<br />
Staatsbegrooting en de Indische Begrooting waren achter<br />
den rug, en in die stille, vredige avondvergadering waren<br />
we bezig het laatste restje af te doen: de begrooting van<br />
Suriname. Nog zie ik de zaal voor me: tien kanonnen<br />
konden afgeschoten worden zonder een grijntje intellect te<br />
raken. Hier en daar bloeide een afgevaardigde op de groene<br />
banken, als een eenzame paardebloem op een weiland.<br />
Maar dóór de za