Een constante in beweging? - Maastricht University
Een constante in beweging? - Maastricht University
Een constante in beweging? - Maastricht University
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Hetzelfde geldt voor de BREVER-<strong>constante</strong>. Er kan wel worden geconstateerd dat er door de tijd heen<br />
een gemiddelde reistijd bestaat, maar dat is, zo stelt Rothengatter, niet zo <strong>in</strong>teressant:<br />
'<strong>Een</strong> echte wet moet een relatie kunnen leggen tussen oorzaak en gevolg, moet een<br />
voorspell<strong>in</strong>g kunnen doen. Het constateren dat de resultante van een behoorlijk <strong>in</strong>gewikkeld<br />
proces m<strong>in</strong> of meer constant is, is we<strong>in</strong>ig betekenisvol. Dan weet je alleen dat het constant is.<br />
Maar je weet nog niet of het <strong>in</strong>grijpen op een van die systeemcomponenten een verm<strong>in</strong>der<strong>in</strong>g<br />
of een verhog<strong>in</strong>g zal opleveren.' (Interview Rothengatter)<br />
Ruimtelijke wetenschappen<br />
De verkeersplanologie benadrukt de wisselwerk<strong>in</strong>g tussen tijdruimtelijke <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g en mobiliteit.<br />
Enerzijds geven ruimtelijke patronen aanleid<strong>in</strong>g tot een bepaald verplaats<strong>in</strong>gsgedrag, anderzijds leidt<br />
het verplaats<strong>in</strong>gsgedrag tot het ontstaan van tijdruimtelijke structuren. Deze wederkerigheid is<br />
essentieel voor de verkeersgeografie en heeft geleid tot twee belangrijke benader<strong>in</strong>gen: het<br />
‘behaviorisme’ en het ‘non-behaviorisme’. Het behaviorisme probeert vanuit een sociaalpsychologische<br />
optiek het verplaats<strong>in</strong>gsgedrag te doorgronden. Individuen nemen op basis van<br />
attitudes en motieven besliss<strong>in</strong>gen over de tijdruimtelijke context (woonplaats, werktijden etcetera) die<br />
beperk<strong>in</strong>gen opleggen aan het dagelijks handelen. Het non-behaviorisme ziet ruimtelijke contexten<br />
niet als resultaat van de preferenties van <strong>in</strong>dividuen, maar als vooraf gegeven structuren die de mensen<br />
doen verplaatsen. Op het raakvlak van deze beide benader<strong>in</strong>gen bev<strong>in</strong>dt zich het begrip ‘actieruimte’<br />
(Dijst, 1995) dat voor het doorgronden van de BREVER-<strong>constante</strong> van belang is, aangezien dit begrip<br />
verwijst naar een tijdruimtelijke beperk<strong>in</strong>gen waarb<strong>in</strong>nen activiteiten kunnen worden verricht.<br />
Actieruimte<br />
In de sociaal-psychologische behandel<strong>in</strong>g van gewoontevorm<strong>in</strong>g, zo zagen we, wordt al meer aandacht<br />
besteed aan de bestuder<strong>in</strong>g van activiteitenpatronen <strong>in</strong> plaats van aan de verplaats<strong>in</strong>gen alleen. In de<br />
vervoersgeografie nuanceert men de (economische) opvatt<strong>in</strong>g dat een verplaats<strong>in</strong>g een op zichzelf<br />
staande verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g is tussen twee locaties op basis van één verplaats<strong>in</strong>gsmotief (de zogenaamde ‘tripbased<br />
approach’). Verplaatsen wordt opgevat als een cont<strong>in</strong>u pad <strong>in</strong> ruimte en tijd. Uitgaande van het<br />
idee van ‘tijdruimte paden’ worden verplaats<strong>in</strong>gen niet langer geïsoleerd bestudeerd, maar <strong>in</strong><br />
samenhang met de wederzijdse afhankelijkheden tussen verplaats<strong>in</strong>gen onderl<strong>in</strong>g, tussen<br />
verplaats<strong>in</strong>gen en activiteiten en tussen mensen onderl<strong>in</strong>g (ook wel de ‘activity-based approach’<br />
genoemd). De theoretische basis voor dit idee is afkomstig van Torsten Hägerstrand (Hägerstrand,<br />
1970; Kostyniuk, 1983) en is <strong>in</strong> Nederland uitgewerkt door Mart<strong>in</strong> Dijst. Dijst hanteert het begrip<br />
‘actieruimte’ als tweedimensionale afbeeld<strong>in</strong>g (met twee horizontale ruimtelijke assen en een verticale<br />
as) <strong>in</strong> de vorm van een prisma (zie Figuur 4). Wanneer een activiteitenplaats, bijvoorbeeld, op de<br />
omtrek van het prisma is gelegen betekent dit dat de tijd op is die kan worden besteed om naar<br />
activiteitenplaats te gaan en vandaar terug naar de aankomstplaats.<br />
50