HET ONTSTAAN VAN DE NEDERDUITSCH HERVORMDE ...

van Waelwijck, j.d. van Leiden *). n April 1659 werd te
Hoogvliet hun eerste kind gedoopt.
Niet lang evenwel is ds. de Smeth in zijn eerste gemeente
gebleven. In Juli 1661 zien wij hem nog op de synode van
Zuid-Holland te Gorinchem verschijnen als gedeputeerde
van de classis van Schieland, maar reeds korten tijd later
neemt hij een beroep aan naar de Gasthuiskerk te Delft.
20 November 1661 houdt hij te Hoogvliet zijn afscheidspreek.
Voor zijn vertrek naar Delft heeft Josias de Smeth in het
aktenboek van Hoogvliet's kerkeraad het relaas geschreven
van wat er aan zijn komst te Hoogvliet voorafging en van
zijn werk aldaar. Hij eindigt dit verhaal met de aankondiging
van zijn afreizen naar Delft ^), „latende die gemeinte aen sijn
successeur na, in een stille rust, gewenste vrede en eendragt".
1) Mededeeling van den archivaris van Leiden.
2) Bijzonderheden over ds. de Smeth te Delft zijn, volgens de welwillende
mededeelingen van de archivaris te Delft, te vinden in: W. H. Haverkorn
van Rijsewijk - Geschiedenis van de Gasthuiskerk te Delft (1864). Hij stierf
in Delft 7 November 1669 en werd begraven in de voormalige Gasthuiskerk.
Zijn grafzerk wordt thans bewaard in het Gemeentemuseum te Delft.
155