44 Aangeboren hartziekten - UZ Leuven
44 Aangeboren hartziekten - UZ Leuven
44 Aangeboren hartziekten - UZ Leuven
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
398 DEEL G CONGENITALE HARTAFWIJKINGEN, PERICARDZIEKTEN EN TUMOREN<br />
de zuigeling tot versnelde vermoeibaarheid, zweten bij inspanning<br />
(drinken), tachypnoe en dyspnoe. De voedingsproblemen<br />
en de te krappe calorische inname bij een verhoogde metabole<br />
behoefte resulteren in dystrofie.<br />
De voorachterwaartse diameter van de thorax kan toegenomen<br />
zijn. Het holosystolische geruis is maximaal te horen op de<br />
derde en vierde intercostale ruimte parasternaal links, soms<br />
gecombineerd met een laagfrequent middiastolisch geruis over<br />
de apex als gevolg van een relatieve mitralisstenose. Lokaal kan<br />
een ‘thrill’ worden gevoeld. Bij zeer grote defecten is het geruis<br />
zwak, zeker in aanwezigheid van pulmonale hypertensie, met<br />
vaak een luide pulmonale component van de tweede harttoon.<br />
Is het defect klein, dan zullen er geen verdere klachten of symptomen<br />
optreden. Kleine musculeuze defecten sluiten vaak spontaan<br />
in de eerste levensmaanden.<br />
Bij grote defecten is op het ECG linkerventrikel- of biventriculaire<br />
hypertrofie zichtbaar. Bij pulmonale hypertensie kan ook<br />
rechterventrikelhypertrofie optreden. Op de X-thorax is de hartcontour<br />
vergroot, met een toegenomen longvaattekening. Bij het<br />
optreden van pulmonale weerstandshypertensie neemt na jaren<br />
de perifere vaattekening af en is de stam van de arteria pulmonalis<br />
fors, met een opvallende vergroting van de centrale longarteriën.<br />
Lokalisatie, grootte en hemodynamische gevolgen van een<br />
VSD, zoals volumebelasting, zijn op het echocardiogram goed<br />
te herkennen (figuur <strong>44</strong>.6). Zeer kleine defecten zijn moeilijk te<br />
visualiseren, maar kunnen met behulp van kleurendopplerechocardiografie<br />
vrijwel altijd worden opgespoord. Met behulp van<br />
‘continuous wave’-doppler kan een schatting worden gemaakt<br />
van het pieksystolische drukverschil tussen linker en rechter<br />
ventrikel, en op die manier kan indirect de systolische druk in de<br />
longslagader worden bepaald. Bij een oplopende longvaatweerstand<br />
neemt de stroomsnelheid van het bloed over het defect af<br />
en zal het rechter ventrikel in grootte toenemen en hypertrofiëren.<br />
Doorgaans zullen de niet-invasief verkregen gegevens voldoende<br />
zijn om de behandeling te sturen.<br />
Hartkatheterisatie is alleen geïndiceerd bij een vermoeden van<br />
pulmonale weerstandshypertensie na het eerste levensjaar.<br />
<strong>44</strong>.4.4 Therapie<br />
Bij kleine perimembraneuze defecten en soms zelfs bij grote<br />
musculeuze defecten kan in de eerste levenjaren een spontane<br />
verkleining en zelfs sluiting optreden. Daarnaast is voor kleine,<br />
hemodynamisch onbelangrijke defecten geen behandeling geïndiceerd.<br />
Behoudens endocarditisprofylaxe zijn geen preventieve<br />
maatregelen noodzakelijk en moeten zeker geen fysieke restricties<br />
worden opgelegd.<br />
Als bij een zuigeling decompensatio cordis dreigt, worden diuretica<br />
voorgeschreven. Soms kan een ACE-remmer de shunt<br />
controleerbaar maken. Vochtbeperking is niet aangewezen<br />
omdat daarmee de opname van voedingsstoffen in het gedrang<br />
komt. Calorisch verrijkte voeding moet vaak in frequente kleine<br />
porties worden toegediend, zo nodig per maagsonde. Als dit niet<br />
snel tot verbetering leidt, wordt het defect chirurgisch gesloten<br />
met een patch. Bij ongunstig gelokaliseerde of multipele defecten<br />
kan als tussenstap initieel een bandje om de longslagader<br />
worden aangelegd als palliatie, om aldus de shuntgrootte (en de<br />
decompensatie) te beperken en de longvaten te behoeden voor<br />
een te hoge druk. Later wordt dan in een tweede stap het bandje<br />
verwijderd en het defect gesloten.<br />
Een kathetergebonden afsluiting van het VSD is mogelijk bij<br />
sommige musculeuze en perimembraneuze defecten bij grotere<br />
Figuur <strong>44</strong>.6 Echocardiogram<br />
van een ventrikelseptumdefect.<br />
Met kleurendoppleronderzoek is<br />
een links-rechtshunt aantoonbaar.<br />
AAo = aorta ascendens; LA =<br />
linker atrium; LV = linker ventrikel;<br />
RV = rechter ventrikel.