Gelimiteerde CO2 bij Het Nieuwe Telen Tomaat - Energiek2020
Gelimiteerde CO2 bij Het Nieuwe Telen Tomaat - Energiek2020
Gelimiteerde CO2 bij Het Nieuwe Telen Tomaat - Energiek2020
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Huidmondjes-geleidbaarheid<br />
Bij het meten van de CO 2 response curve wordt automatisch de geleidbaarheid van de huidmondjes bepaald. Daar<strong>bij</strong> viel op<br />
dat in de eerste helft van het seizoen de geleidbaarheid van de bladeren in gelimiteerde afdeling <strong>bij</strong> gelijke condities over<br />
het algemeen hoger lag dan in de normale afdeling. Een hogere geleidbaarheid betekent dat waterdamp gemakkelijker<br />
het blad uit kan diffunderen en CO 2 er juist makkelijker in kan. De huidmondjesgeleidbaarheid is afhankelijk van een groot<br />
scala aan factoren. Zo kan de CO 2 concentratie in het blad de geleidbaarheid van de huidmondjes beinvloeden, waar<strong>bij</strong> de<br />
huidmondjes meer gaan openstaan <strong>bij</strong> lage CO 2 concentraties. Echter, de omvang van dit effect varieert tussen soorten<br />
en was niet noemenswaardig in de CO 2 response curves. Daarom is in onderstaande figuur het gemiddelde van de<br />
huidmondjesgeleidbaarheid tijdens de CO 2 response curve geplot voor beide afdelingen en bladlagen. Hier<strong>bij</strong> is duidelijk<br />
te zien dat voor de meeste metingen de geleidbaarheid hoger lag in de gelimiteerde afdeling. <strong>Het</strong> effect is het duidelijkst<br />
te zien in de bovenste bladlaag. <strong>Het</strong> lijkt alsof het effect vervolgens met vertraging terugkeert in de onderste bladlaag,<br />
zoals eerder te zien was voor de fotosyntheseparameters. Dit zou kunnen suggereren dat het verschil ontstaat tijdens de<br />
ontwikkeling (wellicht door verschillen in bladstructuur of aantallen huidmondjes, zie 5.8), en vervolgens terugloopt met de<br />
algehele geleidbaarheidsvermindering door bladveroudering. Echter, vervolgonderzoek zou dit moeten bevestigen. <strong>Het</strong><br />
effect van de gevonden verschillen is niet zo makkelijk te duiden, omdat huidmondjesgeleidbaarheid dynamisch geregeld<br />
wordt, door openen en sluiten van de huidmondjes. De waarden van geleidbaarheid in de figuur zijn bepaald <strong>bij</strong> 1200 μmol<br />
PAR m -2 s -1 en zullen zodoende lager liggen voor lagere lichtintensiteiten. Dit viel ook te zien in de lichtresponse metingen,<br />
waar<strong>bij</strong> de geleidbaarheid duidelijk lager lag <strong>bij</strong> lagere lichtintensiteiten, maar het verschil tussen de afdelingen wel in<br />
stand bleef.<br />
Om toch een indruk te geven dient het volgende rekenvoorbeeld:<br />
Een geleidbaarheid voor waterdamp van 0.5 mol H 2<br />
O m -2 s -1 geeft omgerekend een geleidbaarheid voor CO 2 van ongeveer<br />
0.3 mol CO 2 m -2 s -1 . Aangezien de gradient tussen de CO 2 concentratie buiten en binnen het blad de drijvende kracht is achter<br />
het CO 2 transport door de huidmondjes, hangt het vervolgens van de grootte van deze gradient en de buitenconcentratie<br />
af hoeveel invloed de geleidbaarheid op de beschikbaarheid van CO 2 heeft. Dit heeft <strong>bij</strong> hoge fotosynthesesnelheid meer<br />
invloed dan <strong>bij</strong> lage, want fotosynthesesnelheid = geleidbaarheid*concentratiegradient. D.w.z. <strong>bij</strong> een concentratie buiten<br />
het blad van 900 ppm en een fotosynthesesnelheid van 35 μmol CO 2 m -2 s -1 zal de concentratie in de substomataire holtes<br />
ongeveer zijn: 900 – 35/0.3 = 783 ppm of ~78Pa <strong>bij</strong> 1 bar buitendruk. Als we vervolgens kijken naar de A/Ci curves dan<br />
valt te zien dat de helling <strong>bij</strong> 78 Pa zeer vlak is, en hier dus weinig effect is van de geleidbaarheid van de huidmondjes op<br />
de CO 2 beschikbaarheid, want de CO 2 concentratie in het blad blijft hoog genoeg. Echter, hoe lager de buitenconcentratie<br />
of de geleidbaarheid daalt, hoe lager de intercellulaire concentratie wordt. En <strong>bij</strong> lagere Ci wordt het effect steeds groter,<br />
omdat de <strong>bij</strong>behorende hellingshoek van de A/Ci response ook groter wordt (zie uitleg <strong>bij</strong> A/Ci curves).<br />
69