Behoeften van slachtoffers van delicten - WODC
Behoeften van slachtoffers van delicten - WODC
Behoeften van slachtoffers van delicten - WODC
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
44 <strong>Behoeften</strong> <strong>van</strong> <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong> <strong>delicten</strong><br />
per delict, maar ook naar het concrete percentage <strong>slachtoffers</strong> met een<br />
behoefte. De gegevens waarop deze analyse is gebaseerd staan in bijlage 6.<br />
Uit het onderzoek <strong>van</strong> Baurmann en Schädler (1991) onder <strong>slachtoffers</strong><br />
<strong>van</strong> vermogens- en gewelds<strong>delicten</strong> blijkt dat <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong> vermogens<strong>delicten</strong><br />
op de vraag hoe men geholpen zou kunnen worden, het meest<br />
antwoorden ‘compensatie door de verzekeringsmaatschappij’ (61%). Bij<br />
<strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong> gewelds<strong>delicten</strong> is dit juist de minst genoemde (5%). Zij<br />
antwoorden juist het meest dat zij geholpen kunnen worden met emotionele<br />
hulp (46%), een behoefte die bij de <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong> vermogens<strong>delicten</strong><br />
juist in de onderste helft <strong>van</strong> de rangorde staat (12%). Ook de behoefte<br />
aan effectieve preventiemaatregelen wordt door de gewelds<strong>slachtoffers</strong><br />
vaker genoemd dan door de <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong> vermogenscriminaliteit (25%<br />
en tweede in de rangorde resp. 10% en zesde in de rangorde). Verder staat<br />
de behoefte aan ‘hulp bij formaliteiten’ bij de vermogens<strong>slachtoffers</strong> hoog<br />
in de rangorde (tweede) en bij de gewelds<strong>slachtoffers</strong> laag (vijfde); echter<br />
het concrete percentage dat de behoefte uit, ontloopt elkaar nauwelijks<br />
(17% resp. 16%). Minder vaak geuite behoeften over de gehele linie zijn<br />
medische en ‘andere hulp’.<br />
Bij een algemenere vraagstelling in ditzelfde onderzoek, namelijk de<br />
vraag wat er naar de mening <strong>van</strong> het slachtoffer na aangifte zou moeten<br />
gebeuren, worden door beide slachtoffergroepen ‘bestraffing dader’<br />
(beide ca. 80%) en ‘herstel door dader’ (geweld 35% en vermogen 79%) het<br />
meest genoemd. Hoewel de behoefte aan herstel door de dader dus ook<br />
bij gewelds<strong>slachtoffers</strong> een <strong>van</strong> de meest genoemde is, is het percentage<br />
<strong>slachtoffers</strong> met die behoefte wel een stuk kleiner dan bij de <strong>slachtoffers</strong><br />
<strong>van</strong> vermogens<strong>delicten</strong>. Een verschil zien we verder bij de behoefte<br />
aan een juridische uitspraak: deze behoefte wordt door <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong><br />
gewelds<strong>delicten</strong> vaker genoemd dan door <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong> vermogens<strong>delicten</strong><br />
(33% en derde in de rangorde resp. 23% en zesde in de rangorde).<br />
Uit het onderzoek <strong>van</strong> Maguire en Kynch (2000) onder <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong><br />
woninginbraak, diefstal, <strong>van</strong>dalisme, geweld en bedreigingen blijkt dat,<br />
op één uitzondering na, door alle <strong>slachtoffers</strong> de behoefte aan informatie<br />
<strong>van</strong> de politie het meest wordt genoemd. 16 Alleen bij <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong><br />
bedreiging(en) staat de behoefte aan bescherming <strong>van</strong> de persoonlijke<br />
veiligheid hoger. In zowel rangorde als procenten wordt de behoefte<br />
aan bescherming <strong>van</strong> de persoonlijke veiligheid door <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong><br />
gewelds<strong>delicten</strong> – waaronder door ons geweld en bedreiging wordt begrepen<br />
– vaker genoemd dan door <strong>slachtoffers</strong> <strong>van</strong> de vermogens<strong>delicten</strong><br />
woninginbraak en diefstal. Slachtoffers <strong>van</strong> gewelds<strong>delicten</strong> uiten relatief<br />
16 De behoefte aan informatie bleek in het onderzoek <strong>van</strong> Brickman ook voor verschillende type <strong>delicten</strong><br />
(geweld, huiselijk geweld, overval, woninginbraak) zeer vaak te zijn genoemd als onvervuld gebleven<br />
behoefte.