You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
36 Stuk 55 (2009-2010) – Nr. 2<br />
van State over een RUP en uitspraken van de Raad voor Vergunningsbetwisting over een<br />
bouwvergunning in het kader van hetzelfde project. De toekomst zal moeten uitwijzen of<br />
dit effectief een probleem zal zijn.<br />
Mevrouw Isabel Franck: Er zijn een aantal knelpunten in verband met het milieurecht.<br />
Een eerste knelpunt gaat over de milieueffectrapportage. MOW stelt vast dat er zowel bij<br />
de burger als bij andere actoren een verkeerde perceptie is van een MER. Men ziet niet<br />
altijd goed in waarom een MER wordt goed- of afgekeurd. Een goed- of afkeuring heeft<br />
te maken met een goede of slechte onderbouwing en niet zozeer met de effecten zelf. Het<br />
is niet zo dat een MER, omdat er negatieve effecten zijn vastgesteld, wordt afgekeurd.<br />
Indien een MER goed is onderbouwd, wordt het goedgekeurd en is het een element dat<br />
wordt gebruikt in de verdere besluitvorming.<br />
Een MER is slechts één element waarmee rekening moet worden gehouden. Er zijn ook<br />
nog heel wat andere elementen die ook moeten worden onderzocht en mee in acht moeten<br />
worden genomen. Het gaat om multicriteria-analyses, mobiliteit, landbouw, ruimte, maatschappelijke<br />
kosten-batenanalyses enzovoort. Deze elementen worden dus vaak overschaduwd<br />
door het MER, wellicht omdat het op dit moment het enige wettelijke instrument is.<br />
MOW suggereert om eens na te gaan of er geen mogelijkheid is om alle elementen in één<br />
rapport te onderzoeken. Men kan dan spreken over een effectenrapport in plaats van een<br />
milieueffectenrapport.<br />
Ook over de omvang en de inhoud van de MER-procedure kunnen er vragen worden<br />
gesteld. MOW vraagt zich af of er geen te strenge omzetting is van de Europese MERrichtlijnen<br />
en of er geen aanpassingen kunnen gebeuren ten voordele van een versnelling<br />
van de procedures. Ook inhoudelijk zouden er vereenvoudigingen kunnen gebeuren. Men<br />
zou dit kunnen nagaan door een rechtsvergelijkend onderzoek en door inspiratie te halen<br />
in Nederland.<br />
Termijnen zijn wel bindend, maar er zijn geen sancties, en ze zijn lang. Misschien moet<br />
men onderzoeken of er ook hier geen wijzigingen mogelijk zijn, weer ten voordele van een<br />
versnelling van de bestaande procedures.<br />
MOW meent dat het goedkeuringsverslag een eindonderzoek moet zijn dat geen verrassingen<br />
meer mag inhouden en een laatste fase van de kwaliteitsbewaking moet zijn. Alles<br />
moet voordien reeds duidelijk zijn. MOW stelt vast dat een goedkeuringsverslag soms nog<br />
voorwaarden en eisen bevat die voor onverwachte wendingen kunnen zorgen. Ook hier de<br />
vraag of sommige bepalingen niet kunnen worden aangepast.<br />
Er is geen beroep mogelijk tegen een milieueffectrapportage, maar de argumenten in verband<br />
met een MER kunnen later wel worden aangehaald in de procedure voor de Raad<br />
van State. Om dit te voorkomen, stelt MOW voor om na te gaan of de goed- of afkeuring<br />
van het MER geen aanvechtbare rechtshandeling met beroepsmogelijkheid moet worden.<br />
Er zijn ook nog knelpunten op het vlak van de verhouding tussen het plan-MER en het<br />
project-MER. MOW stelt een drietal zaken vast. Voor een aantal concrete infrastructuurwerken<br />
is een GRUP nodig en moet er dus een plan-MER worden opgesteld. Maar soms<br />
vraagt de hoogdringendheid dat het project al veel vroeger plaatsvindt en dat bijgevolg<br />
dus ook het project-MER zou moeten kunnen vooroplopen op het plan-MER. De huidige<br />
MER-regelgeving is hierover niet duidelijk. MOW zou willen laten nagaan of dit in<br />
bepaalde gevallen niet moet worden mogelijk gemaakt.<br />
V L A A M S P A R L E M E N T