Jaarverslag 2011
Jaarverslag 2011
Jaarverslag 2011
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
22 - 23<br />
Financieel toezicht<br />
2.2 Continuïteitsoordeel<br />
> Het continuïteitsoordeel, dat in de eerste helft van <strong>2011</strong> is opgesteld,<br />
biedt inzicht in hoeverre de voorgenomen activiteiten (nieuwbouw, aankoop,<br />
verkoop, woningverbetering) voor de komende vijf prognosejaren (<strong>2011</strong>-2015) in<br />
verhouding staan tot de financiële mogelijkheden van de corporatie.<br />
Uitgangspunt voor de vermogensbepaling en vertrekpunt bij het continuïteitsoordeel<br />
<strong>2011</strong> is de door de corporaties verstrekte balans per 31 december 2009 en de waardering<br />
van het vastgoed op basis van de door de corporatie opgegeven bedrijfswaarde<br />
ultimo 2009 1 en waardering van de leningenportefeuille op basis van de rentabiliteitswaarde.<br />
Aan de hand van de door de corporaties verstrekte gegevens over de<br />
gerealiseerde investeringen en desinvesteringen in 2010 en het in de jaren <strong>2011</strong>-2015<br />
voorgenomen activiteitenprogramma nieuwbouw sociale huur- en koopwoningen<br />
en maatschappelijk vastgoed, verbetering woongelegenheden, aankoop woningen,<br />
verkoop bestaande en nieuwbouw koopwoningen en sloop bestaand bezit, berekent<br />
het Fonds het zogenaamde volkshuisvestelijk vermogen van de corporatie voor eind<br />
2013 en 2015.<br />
Daarnaast bepaalt het Fonds - op basis van het voorgenomen activiteitenprogramma<br />
in combinatie met het presteren van de corporatie in de achterliggende periode<br />
en de bij het CPB ingewonnen informatie over onder andere de ontwikkeling van<br />
macro-economische variabelen en marktindicatoren - per corporatie - een zogenaamd<br />
risicobedrag dat tezamen met de verschuldigde vennootschapsbelasting (Vpbbeklemming)<br />
dient als minimale ondergrens voor het benodigde volkshuisvestelijke<br />
vermogen. Het risicobedrag is daarbij opgebouwd uit drie componenten: de markt-,<br />
macro-economische en operationele risico’s bij uitvoering van het strategisch beleid<br />
van de corporatie. Indien het volkshuisvestelijke vermogen ultimo 2013 en 2015 boven<br />
het risicobedrag inclusief Vpb-beklemming ligt, lijkt de financiële continuïteit van een<br />
corporatie niet in het geding. Bij de oordeelsvorming hanteert het Fonds de volgende<br />
categorie-indeling:<br />
> A1: het volkshuisvestelijk vermogen ligt gedurende de gehele prognoseperiode<br />
(2010-2015) boven het risicobedrag plus Vpb-beklemming. Dit betekent dat<br />
vermogenspositie passend is bij de voorgenomen activiteiten van de corporatie<br />
en dat de financiële continuïteit van de corporatie niet in het geding lijkt.<br />
> A2: het volkshuisvestelijk vermogen ligt gedurende de eerste drie prognosejaren<br />
boven het risicobedrag inclusief Vpb-beklemming. In de laatste twee prognosejaren<br />
kan de uitvoering van de voorgenomen activiteiten de financiële positie<br />
in gevaar brengen. Indien de marktomstandigheden daartoe aanleiding geven, zijn<br />
de activiteiten voor de corporatie evenwel nog stuurbaar (zonder grote financiële<br />
gevolgen).<br />
> B1: het volkshuisvestelijke vermogen is eind jaar 2013 lager dan het benodigde<br />
risicobedrag plus Vpb-beklemming. Daarna wordt weer een evenwicht gevonden<br />
tussen de voorgenomen activiteiten en de vermogenspositie van de corporatie.<br />
> B2: het volkshuisvestelijk vermogen is lager dan het risicobedrag zowel in jaar<br />
2013 als 2015 waarbij de voorgenomen activiteiten de financiële continuïteit van de<br />
corporatie op korte termijn in gevaar brengen.<br />
Daarnaast kan het Fonds ook komen tot een zogenaamde oordeelsonthouding indien<br />
de kwaliteit van de aangeleverde gegevens en Verantwoordingsinformatie ernstig<br />
tekort schiet of zeer onvolledig is. Een laatste categorie betreft de zogenaamde<br />
saneringscorporaties. Dit zijn corporaties die een steunaanvraag bij het Fonds hebben<br />
ingediend danwel inmiddels een saneringsbijdrage hebben ontvangen.<br />
1 De bedrijfswaarde is<br />
de contante waarde<br />
van de aan de afzonderlijke<br />
complexen van<br />
de corporaties toe<br />
te rekenen geschatte<br />
toekomstige kasstromen<br />
(aan huuropbrengsten<br />
en onderhoudsen<br />
beheeruitgaven).<br />
Het onderzoek naar de financiële continuïteit bij individuele corporaties geschiedt op<br />
basis van de methodiek financiële beoordeling 2 . Alle corporaties die op basis van<br />
de modeluitkomst zijn geselecteerd als A2- of B-corporatie, worden onderworpen aan<br />
2 Zie Beleidsregels <strong>2011</strong>,<br />
Centraal Fonds.