12.07.2015 Views

innovatie en duurzaamheid: valorisatie van afvalwater - Stowa

innovatie en duurzaamheid: valorisatie van afvalwater - Stowa

innovatie en duurzaamheid: valorisatie van afvalwater - Stowa

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Aldus bevat het onderzoeksrapport e<strong>en</strong> aantal heldere conclusies, die voor e<strong>en</strong> deel in de sfeer<strong>van</strong> aanpassing <strong>van</strong> de wet- <strong>en</strong> regelgeving ligg<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> de onderhavige ontwikkeling<strong>van</strong> de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> breed wordt toegejuicht <strong>en</strong> met het rijk ook in e<strong>en</strong> aantalakkoor-d<strong>en</strong> is overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>, mag aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dat de door de onderzoekersaanbevol<strong>en</strong> wetswijziging brede steun ondervindt <strong>en</strong> relatief snel tot stand zal kunn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>.Mr. dr. H.J.M. Havekes,Voorzitter Begeleidingscommissie


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>2.3.2 Op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> in één hoofdstuk 202.4 De taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> kracht<strong>en</strong>s de Waterschapswet <strong>en</strong> deprovinciale reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 213 VALORISATIE VAN AFVALWATER IN HET LICHT VAN DE ZUIVERINGSTAAK, DE ZORGPLICHTVOOR HET ZUIVERINGSBEHEER EN DE GRONDSLAG VAN DE ZUIVERINGSHEFFING 243.1 Inleiding 243.2 Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> als onderdeel <strong>van</strong> de zuiveringstaak? 243.2.1 Het zuiveringsbeheer onder de Wvo 253.2.2 Het zuiveringsbeheer als publieke taak 273.2.3 De zuiveringstaak <strong>en</strong> marktactiviteit<strong>en</strong> 283.2.4 De relatieve onbestemdheid <strong>van</strong> de zuiveringstaak: biedt dezuiveringsheffing duidelijkheid? 303.2.5 Toetsing aan de zuiveringstaak 313.3 Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> in het licht <strong>van</strong> het specialiteitsbeginsel 333.3.1. Doelmatig zuiveringsbeheer 343.3.2. Toetsing aan het specialiteitsbeginsel 363.4 De gerechtvaardigdheid <strong>van</strong> de grondslag voor de zuiveringsheffing 383.5 Aansluitplicht <strong>en</strong> ontneming <strong>van</strong> eig<strong>en</strong>dom 394 AANBEVELINGEN VOOR HET FACILITEREN VAN DUURZAAMHEIDSBELANGENBINNEN DE ZUIVERINGSTAAK 424.1 Inleiding 424.2 Verheldering zuiveringstaak 434.3 Uitbreid<strong>en</strong> belang<strong>en</strong>kader artikel 3.4 Waterwet 444.4 Oprichting publieke <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong>bedrijv<strong>en</strong> (in WGR-verband) 444.5 Uitbreiding zuiveringstaak 454.6 In autonomie of medebewind overlat<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak 464.7 Het <strong>duurzaamheid</strong>sbeginsel opnem<strong>en</strong> in de Waterwet of de toekomstige Omgevingswet 474.8 Tuss<strong>en</strong>conclusie 485 EUROPEESRECHTELIJKE RANDVOORWAARDEN BIJ VALORISATIE VAN AFVALWATER 495.1 Inleiding 495.2 Europees <strong>en</strong> nationaal Mededingingsrecht 495.2.1 Mededingingsregels <strong>en</strong> onderneming<strong>en</strong> 505.2.1.1 Wanneer zijn de mededingingsregels <strong>van</strong> toepassing? Het begrip onderneming 505.2.1.2 Het kartelverbod 555.2.1.3 Uitzondering<strong>en</strong> 585.2.1.4 Misbruik machtspositie (Artt. 102 VWEU & 24 Mw) 645.2.2 Relatie overheid <strong>en</strong> mededinging 655.2.2.1 De EU-regels betreff<strong>en</strong>de staatssteun 665.2.2.2 EU-recht: exclusieve <strong>en</strong> bijzondere recht<strong>en</strong> 695.2.2.3 EU: Nuttig effect norm 725.3 Gedragsregels Markt & Overheid 725.4 Regels <strong>van</strong> vrij verkeer 745.6 Tuss<strong>en</strong>conclusies <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> 796 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 81VERSLAG WORKSHOP ‘JURIDISCHE ASPECTEN VAN VALORISATIE VAN AFVALWATER’ 83


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>1.2 Onderzoeksvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> methodologieIn dit rapport staan de volg<strong>en</strong>de onderzoeksvrag<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal.1. Welke <strong>innovatie</strong>ve ontwikkeling<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het <strong>afvalwater</strong>beheer spel<strong>en</strong> er op dit mom<strong>en</strong>t?Informatie om deze vraag te beantwoord<strong>en</strong> is gedestilleerd uit eerdere onderzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> isev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s aangeleverd <strong>van</strong>uit de begeleidingscommissie.2. Wat betek<strong>en</strong>t de bijzondere staatsrechtelijke positie <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> voor<strong>innovatie</strong>mogelijkhed<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het <strong>afvalwater</strong>beheer?a. Wat betek<strong>en</strong>t de taakopdracht (publieke taak, beperkte taak) aan de waterschapp<strong>en</strong>voor de mogelijkhed<strong>en</strong> tot <strong>innovatie</strong>?b. Op welke wijze kan deze taakopdracht word<strong>en</strong> gewijzigd of uitgebreid (indi<strong>en</strong>noodzakelijk) om <strong>innovatie</strong>ve ontwikkeling<strong>en</strong> mogelijk te mak<strong>en</strong>?De beantwoording <strong>van</strong> deze vraag is gebaseerd op met name de bestudering <strong>van</strong>wetgeving, kamerstukk<strong>en</strong>, beleidsdocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> literatuur.3. Wat zijn Europeesrechtelijke randvoorwaard<strong>en</strong> voor het valoriser<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>?c. Wanneer zijn de mededingingsregels <strong>van</strong> toepassing?d. Wat is het belang <strong>van</strong> het kartelverbod zoals dat is neergelegd in het Europese <strong>en</strong>nationale recht?e. Op welke wijze kan het kwalificer<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong><strong>valorisatie</strong> als ‘di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong>economisch belang’ <strong>van</strong> betek<strong>en</strong>is zijn?f. Wat zijn de risico’s met betrekking tot de specifieke machtspositie <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>?g. Op welke wijze spel<strong>en</strong> de regels met betrekking tot staatssteun e<strong>en</strong> rol, waarbij e<strong>en</strong>onderscheid kan word<strong>en</strong> gemaakt tuss<strong>en</strong> het waterschap als steunverl<strong>en</strong>er <strong>en</strong> alsondernemer?h. Wat is de betek<strong>en</strong>is <strong>van</strong> de Wet markt <strong>en</strong> overheid voor de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>?Dit deel <strong>van</strong> het onderzoek is gebaseerd op de bestudering <strong>van</strong> (Europese <strong>en</strong> nationale)wetgeving, kamerstukk<strong>en</strong>, jurisprud<strong>en</strong>tie, beleidsdocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> literatuur.4. Op welke wijze kan de ‘Gre<strong>en</strong> deal’ bijdrag<strong>en</strong> aan het mogelijk mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong><strong>afvalwater</strong>? Deze vraag zal beantwoord word<strong>en</strong> <strong>van</strong>uit beide g<strong>en</strong>oemde deelvrag<strong>en</strong>, zoalsverwoord onder 2 <strong>en</strong> 3.1.3 Wat is <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> <strong>en</strong> wat houdt het concept ‘Energiefabriek/grondstoff<strong>en</strong>fabriek’ in?1.3.1 ValorisatieHet woord ‘<strong>valorisatie</strong>’ vormt e<strong>en</strong> verzelfstandiging <strong>van</strong> het werkwoord valoriser<strong>en</strong>. Hetwoord toont taalkundige gelijk<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> met het Franse ‘valeur’ <strong>en</strong> het Engelse ‘value’.Beid<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>en</strong> ‘waarde’. De Dikke <strong>van</strong> Dale omschrijft ‘valoriser<strong>en</strong>’ als waarder<strong>en</strong> ofherwaarder<strong>en</strong>. In deze zin moet ook de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> word<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong>: hetherwaarder<strong>en</strong> <strong>van</strong> (de economisch waardevolle compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit) <strong>afvalwater</strong>. Meer inconcreto ziet <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> op de terugwinning, de productie <strong>en</strong> de levering<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> grondstoff<strong>en</strong> (de economisch waardevolle compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong>) uit <strong>afvalwater</strong>. Door<strong>valorisatie</strong> krijg<strong>en</strong> de pot<strong>en</strong>tieel waardevolle compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hun waarde terug; m<strong>en</strong> maaktimmers opnieuw gebruik <strong>van</strong> deze compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit het <strong>afvalwater</strong>. Op deze wijze gaan dezegrondstoff<strong>en</strong> dan niet langer (volledig) verlor<strong>en</strong> bij de zuivering. Zo ontstaat door gebruik te9


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> e<strong>en</strong> ‘grondstoff<strong>en</strong>rotonde’. Grondstoff<strong>en</strong> word<strong>en</strong> alshet ware ‘gerecycled’. Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>, de grondstoff<strong>en</strong>rotonde, past in e<strong>en</strong> relatiefnieuwe focus op <strong>duurzaamheid</strong>; de ‘cradle to cradle’ theorie (C2C).1De huidige <strong>en</strong> nog steeds dominante visie op <strong>duurzaamheid</strong> richt zich op het beperk<strong>en</strong><strong>van</strong> de schadelijkheid <strong>van</strong> product<strong>en</strong>; het ‘minder slecht mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> product’. Om e<strong>en</strong>product ‘minder slecht te mak<strong>en</strong>’ word<strong>en</strong> schonere grondstoff<strong>en</strong> gebruikt, wordt het productzuiniger in gebruik gemaakt <strong>en</strong> wordt aandacht besteed aan de optimalisatie <strong>van</strong> recycling.Ondanks hetge<strong>en</strong> de term recycling in dit kader doet vermoed<strong>en</strong>, moet het ontwerp<strong>en</strong> <strong>van</strong>dit product word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als ontwerp<strong>en</strong> <strong>van</strong> wieg tot graf. Het product wordt namelijkondanks e<strong>en</strong> zekere focus op recycling (aanhangers <strong>van</strong> de C2C filosofie sprek<strong>en</strong> in ditverband <strong>van</strong> ‘downcycling)’ geplaatst in de ket<strong>en</strong> <strong>van</strong> ontstaan, gebruik <strong>en</strong> afdanking. Dec<strong>en</strong>trale gedachte <strong>van</strong> de ‘cradle to cradle’ filosofie is echter dat alle gebruikte grondstoff<strong>en</strong>na hun lev<strong>en</strong> in het <strong>en</strong>e product, nuttig kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet in e<strong>en</strong> ander product. Hetverschil met de dominante visie op <strong>duurzaamheid</strong> (conv<strong>en</strong>tioneel hergebruik) is dus dat erge<strong>en</strong> kwaliteitsverlies <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong> ontstaat <strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> restproduct<strong>en</strong> zijn die alsnoggestort moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>: waste equals food. In casu: afval staat gelijk aan grondstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong><strong>en</strong>ergie.Zoals uit bov<strong>en</strong>staande definitie blijkt kan het proces <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> zowel gericht zijnop de productie <strong>en</strong> de levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong> als op de terugwinning <strong>en</strong> delevering <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong> (bijv. fosfaat) uit <strong>afvalwater</strong>. Alle waterschapp<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>mom<strong>en</strong>teel de mogelijkhed<strong>en</strong> voor grondstoff<strong>en</strong>terugwinning <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> hiervoor opverzoek <strong>van</strong> de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijke netwerkorganisatie ingesteld.Uit e<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> interview is geblek<strong>en</strong> dat waterschap Aa <strong>en</strong> Maas reeds concrete plann<strong>en</strong>aan het mak<strong>en</strong> is om de rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) tev<strong>en</strong>s om te bouw<strong>en</strong> tot‘Grondstoff<strong>en</strong>fabriek’.2 Dit onderzoek ziet op zowel de productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie alsde winning <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>.Voor de leesbaarheid zal veelal gesprok<strong>en</strong> word<strong>en</strong> over de Energiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek.AFVALWATERENERGIE/BIOGASGRONDSTOFFENEIGEN GEBRUIK LEVERING LEVERING1.3.2 Het <strong>valorisatie</strong>procesHet is <strong>van</strong> belang om de verschill<strong>en</strong>de fas<strong>en</strong> in het proces <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> te onderscheid<strong>en</strong>: ,de productie, de levering <strong>en</strong> de terugwinning.1 M. Braungart, W. MacDounough, Cradle to cradle: remaking the way we make things, New York: North Point Press 2002.2 Zie: http://www.grondstoff<strong>en</strong>fabriek.nl.10


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>1. ProductieVoor <strong>valorisatie</strong> gericht op <strong>en</strong>ergie bestaat de eerste fase uit de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergieuit <strong>afvalwater</strong>. Hieronder zal nader word<strong>en</strong> ingegaan op de technische details <strong>van</strong> ditproductieproces. In deze fase moet e<strong>en</strong> onderscheid word<strong>en</strong> gemaakt tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds hetproductieproces dat voor zijn productie <strong>en</strong>kel gebruik maakt <strong>van</strong> de vergisting <strong>van</strong> hetslib dat afkomstig is uit <strong>afvalwater</strong> <strong>en</strong> anderzijds tuss<strong>en</strong> het productieproces dat naast dereguliere vergisting <strong>van</strong> slib tev<strong>en</strong>s gebruik maakt <strong>van</strong> de vergisting <strong>van</strong> bijv. mest, GFT afval,slachtafval of visvett<strong>en</strong>: combinatievergisting (voor waterschappers: covergisting). 32. LeveringIn de tweede fase <strong>van</strong> de <strong>valorisatie</strong> wordt de geproduceerde <strong>en</strong>ergie (‘waterschaps<strong>en</strong>ergie’)geleverd door de waterschapp<strong>en</strong>. In deze fase moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong> de levering<strong>van</strong> ‘waterschaps<strong>en</strong>ergie’ aan e<strong>en</strong> ander op<strong>en</strong>baar lichaam in het kader <strong>van</strong> de publieketaak (vrachtwag<strong>en</strong>s <strong>van</strong> de geme<strong>en</strong>telijke reinigingsdi<strong>en</strong>st die rijd<strong>en</strong> op waterschapsbiogas),de levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie aan het <strong>en</strong>ergi<strong>en</strong>et (aan e<strong>en</strong> commerciële <strong>en</strong>ergieleverancier) <strong>en</strong>t<strong>en</strong> slotte de rechtstreekse levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie aan particuliere afnemers/gebruikers. Opdit mom<strong>en</strong>t do<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> Aa <strong>en</strong> Maas, de Dommel <strong>en</strong> de Stichtse Rijnland<strong>en</strong>mee met e<strong>en</strong> proef waarbij wordt onderzocht of de consum<strong>en</strong>t interesse heeft voor doorde waterschapp<strong>en</strong> opgewekte ‘waterschaps<strong>en</strong>ergie’. Gre<strong>en</strong>choice ont<strong>van</strong>gt om niets decertificat<strong>en</strong> (GVO’s = garantie <strong>van</strong> oorsprong) <strong>en</strong> voegt die sam<strong>en</strong> met hun eig<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong>verkoopt deze aan particulier<strong>en</strong>.4Opgemerkt zij dat de leveringsfase <strong>van</strong> het <strong>valorisatie</strong>proces uit kan blijv<strong>en</strong>, wanneer e<strong>en</strong>waterschap de geproduceerde <strong>en</strong>ergie zelf gebruikt, bijvoorbeeld t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> hetzuiveringsproces.3.TerugwinningVoor <strong>valorisatie</strong> die gericht is op de terugwinning <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>, moet word<strong>en</strong> opgemerktdat de eerste fase <strong>van</strong> de <strong>valorisatie</strong> nauwe verwantschap vertoont met de productie <strong>van</strong><strong>en</strong>ergie, al betreft het andere process<strong>en</strong>. Grondstoff<strong>en</strong> zoals bijvoorbeeld fosfaat zijn reedsaanwezig in het <strong>afvalwater</strong> <strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> daarmee niet geproduceerd te word<strong>en</strong>, maar di<strong>en</strong><strong>en</strong> teword<strong>en</strong> teruggewonn<strong>en</strong>. Met behulp <strong>van</strong> magnesium <strong>en</strong> ammonium wordt opgelost fosfaatveranderd in e<strong>en</strong> onopgeloste vorm, hetge<strong>en</strong> m<strong>en</strong> ook als productie zou kunn<strong>en</strong> definiër<strong>en</strong>.Alginat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong> uit alg<strong>en</strong> die groei<strong>en</strong> op <strong>afvalwater</strong>. Energie als eindproduct(zowel elektrische <strong>en</strong>ergie als biogas) zit als zodanig niet in <strong>afvalwater</strong> <strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>geproduceerd uit <strong>afvalwater</strong>. Door middel <strong>van</strong> e<strong>en</strong> actief bewerkingsproces kan <strong>en</strong>ergieword<strong>en</strong> geproduceerd uit <strong>afvalwater</strong>. Biogas ontstaat door middel <strong>van</strong> chemische reactieswaarbij de verschill<strong>en</strong>de koolstofket<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> aangepast, waarbij methaan ontstaat.Vergisting is e<strong>en</strong> biologisch proces waarbij bacteriën in e<strong>en</strong> zuurstofvrije omgeving biogasproducer<strong>en</strong> uit slib. Eig<strong>en</strong>lijk is het e<strong>en</strong> rottingsproces waarbij onder andere methaangas(biogas) vrijkomt. Elektrische <strong>en</strong>ergie kan ev<strong>en</strong>tueel word<strong>en</strong> opgewekt door dit biogas teverstok<strong>en</strong> in bijv. gasmotor<strong>en</strong>.3 Werkrapport ‘De Energiefabriek’, 17 juli 2009, pp. 4-5.4 Zie: http://www.gre<strong>en</strong>choice.nl/waterschaps<strong>en</strong>ergie. In Nederland bestaat e<strong>en</strong> certificeringssysteem dat borgt dat <strong>en</strong>ergie duurzaam is opgewekt.Dit zijn zog<strong>en</strong>aamde GVO’s: garanties <strong>van</strong> oorsprong. Op dit mom<strong>en</strong>t hebb<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> lop<strong>en</strong>de contract<strong>en</strong> waarin de inkoop <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergieis vastgelegd. In sommige contract<strong>en</strong> is ook vastgelegd dat voor de terug geleverde <strong>en</strong>ergie e<strong>en</strong> vergoeding wordt ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong>. Feitelijk hebb<strong>en</strong> dewaterschapp<strong>en</strong> op dit mom<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie om te verkop<strong>en</strong> aan particulier<strong>en</strong>. Op het mom<strong>en</strong>t dat waterschapp<strong>en</strong> duurzaam opgewekte stroomteruglever<strong>en</strong> aan het net hebb<strong>en</strong> ze recht op certificat<strong>en</strong> die aanton<strong>en</strong> dat deze stroom duurzaam is opgewekt. Met deze certificat<strong>en</strong> die afkomstigzijn <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> vergro<strong>en</strong>t Gre<strong>en</strong>choice dus zijn stroom <strong>en</strong> kan het deze als waterschaps<strong>en</strong>ergie in de markt zett<strong>en</strong>.11


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>1.3.3 Aanleiding tot <strong>valorisatie</strong>Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> wordt pas rec<strong>en</strong>telijk toegepast. Lange tijd zijn de waterschapp<strong>en</strong>er namelijk <strong>van</strong>uit gegaan dat <strong>afvalwater</strong> ge<strong>en</strong> waarde verteg<strong>en</strong>woordigde, <strong>van</strong>daar de naam<strong>afvalwater</strong>. M<strong>en</strong> zag het als e<strong>en</strong> afvalstof <strong>en</strong> daarmee als e<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>post; de zuiveringstaakkost jaarlijks circa 1,2 miljard euro. Ongeveer 50% <strong>van</strong> de begroting is bij e<strong>en</strong> gemiddeldwaterschap gereserveerd voor de zuiveringstaak. Onder invloed <strong>van</strong> maatschappelijke <strong>en</strong>technologische ontwikkeling<strong>en</strong> zijn de waterschapp<strong>en</strong> <strong>afvalwater</strong> de laatste jar<strong>en</strong> echtersteeds meer als pot<strong>en</strong>tieel waardevolle factor gaan zi<strong>en</strong>; <strong>afvalwater</strong> als drager <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie<strong>en</strong> grondstoff<strong>en</strong>.De belangrijkste maatschappelijke ontwikkeling die t<strong>en</strong> grondslag ligt aan de opkomst<strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>, is geleg<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> verbrede focus <strong>van</strong> het klimaatbeleid <strong>van</strong>waterschapp<strong>en</strong>. Klimaatverandering stelt waterschapp<strong>en</strong> voor grote uitdaging<strong>en</strong>. Als ge<strong>en</strong>ander ondervind<strong>en</strong> zij de gevolg<strong>en</strong> <strong>van</strong> klimaatverandering. Zo word<strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>onder andere geconfronteerd met e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de zeespiegel, e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>d waterpeil in de groterivier<strong>en</strong>, bodemdaling, de verzilting <strong>van</strong> zoet oppervlaktewater <strong>en</strong> extrem<strong>en</strong> in neerslag.Tot <strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> lag de focus <strong>van</strong> het klimaatbeleid <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong> voornamelijkop adaptatie; m<strong>en</strong> richtte zich op de aanpassing aan de gevolg<strong>en</strong> <strong>van</strong> klimaatverandering.In deze zin werd<strong>en</strong> waterkering<strong>en</strong> versterkt <strong>en</strong> werd het watersysteem robuuster gemaakt.De laatste jar<strong>en</strong> wordt ook met name mitigatie steeds belangrijker: het teg<strong>en</strong>gaan <strong>van</strong>klimaatverandering door reductie <strong>van</strong> broeikasgass<strong>en</strong>, het terugdring<strong>en</strong> <strong>van</strong> het verbruik<strong>van</strong> fossiele brandstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> het opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> duurzame <strong>en</strong>ergie. Dit geldt met namevoor de <strong>afvalwater</strong>zuivering. Deze verbreding <strong>van</strong> de focus is onder andere bevestigd in hetKlimaatakkoord tuss<strong>en</strong> de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> het Rijk.5 Hierin is onder meer deambitie uitgesprok<strong>en</strong> dat waterschapp<strong>en</strong> in 2020 e<strong>en</strong> aandeel duurzame <strong>en</strong>ergie realiser<strong>en</strong><strong>van</strong> 40% <strong>van</strong> hun <strong>en</strong>ergiebehoefte door eig<strong>en</strong> opwekking.6 Daarbij wordt Tev<strong>en</strong>s verplichthet Klimaatakkoord waterschapp<strong>en</strong> tot het verbeter<strong>en</strong> <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergie- effici<strong>en</strong>cy met 30%in de periode 2005-2020. Ook wordt de verbreding <strong>van</strong> de focus op het klimaatbeleid <strong>van</strong>de waterschapp<strong>en</strong> teruggevond<strong>en</strong> in het Bestuursakkoord Water, waarin afsprak<strong>en</strong> zijngemaakt over de verduurzaming <strong>van</strong> de waterket<strong>en</strong> middels de terugwinning <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie<strong>en</strong> reststoff<strong>en</strong>.7Daarnaast moet in dit kader word<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong> op de geslot<strong>en</strong> Gre<strong>en</strong>deal tuss<strong>en</strong> de Rijksoverheid<strong>en</strong> de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> <strong>van</strong> 3 oktober 2011, waarmee door de Rijksoverheid de bouw<strong>van</strong> 12 Energiefabriek<strong>en</strong> zowel juridisch als financieel wordt gefaciliteerd.8 Ook heeft deUnie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> 4 oktober 2012 met de Rijksoverheid <strong>en</strong> andere deelnemers uitbedrijfslev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de non-profitsector het Ket<strong>en</strong>akkoord Fosfaat ondertek<strong>en</strong>d. Dit conv<strong>en</strong>antheeft als doel de fosfaatkringloop in Nederland te sluit<strong>en</strong>. Naast de landbouwsector is de<strong>afvalwater</strong>sector e<strong>en</strong> grote fosfaatstroom in de kringloop, waaruit veel fosfaat verdwijnt.Tot slot heeft de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de VNG de Routekaart Afvalwaterket<strong>en</strong>uitgebracht, waarin e<strong>en</strong> toekomstvisie wordt gegev<strong>en</strong> op de <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong> in 2030. Alsrode draad door deze routekaart loopt de sam<strong>en</strong>werking met de omgeving om op duurzamewijze <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> grondstoff<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong>.E<strong>en</strong> andere maatschappelijke ontwikkeling die heeft bijgedrag<strong>en</strong> aan de opkomst <strong>van</strong><strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> is de uitputting <strong>van</strong> fossiele brandstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> de schaarste <strong>van</strong>5 Klimaatakkoord 2010-2020, geslot<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> het Rijk, Apeldoorn, 12 april 2010.6 Zie Thema 3 <strong>van</strong> het Klimaatakkoord over duurzame <strong>en</strong>ergiewinning.7 Bestuursakkoord Water, geslot<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Rijk, provincies, waterschapp<strong>en</strong>, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> drinkwaterbedrijv<strong>en</strong>, mei 2011. Zie de paragraaf ‘Innovatiein de waterket<strong>en</strong>’, p. 30.8 Gre<strong>en</strong>deal, geslot<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Rijk <strong>en</strong> de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong>, 3 oktober 2011, zie paragraaf ‘Teg<strong>en</strong>prestatie Rijksoverheid’ artikel 2.12


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>diverse grondstoff<strong>en</strong>, waaronder nutriënt<strong>en</strong> (noodzakelijke voedingsstoff<strong>en</strong> als stikstof <strong>en</strong>fosfaat). Deze schaarste <strong>en</strong> uitputting hebb<strong>en</strong> geleid tot de waardeverhoging <strong>van</strong> diversecompon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>. Hierdoor wordt <strong>valorisatie</strong> dus economisch eerder haalbaar<strong>en</strong> meer r<strong>en</strong>dabel. 9Tegelijkertijd zijn er de laatste jar<strong>en</strong> steeds meer <strong>en</strong> betere techniek<strong>en</strong> beschikbaar gekom<strong>en</strong>die de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> mogelijk mak<strong>en</strong>. Op deze techniek<strong>en</strong> zal hieronder naderword<strong>en</strong> ingegaan.1.3.4 De praktijk: de Energiefabriek als voorbeeldIn het voorgaande is e<strong>en</strong> vrij theoretische definitie gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> het concept <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong><strong>afvalwater</strong>. Naast deze theoretische inkadering is het voor het begrip <strong>van</strong> dit onderzoek<strong>van</strong> belang om ook de praktische toepassing <strong>van</strong> het proces <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>te belicht<strong>en</strong>: waar hebb<strong>en</strong> we het in de praktijk eig<strong>en</strong>lijk over als we het hebb<strong>en</strong> over de<strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>?In deze paragraaf zal dan ook nader word<strong>en</strong> ingegaan op deze praktische kant <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong><strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>. In dit kader zal aandacht word<strong>en</strong> besteed aan het concept ‘de Energiefabriek’.‘De Energiefabriek’ is e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsverband <strong>van</strong> 15 waterschapp<strong>en</strong>. 10 De deelnem<strong>en</strong>dewaterschapp<strong>en</strong> strev<strong>en</strong> met de ‘Energiefabriek’ drie doel<strong>en</strong> na.Het eerste doel <strong>van</strong> de ‘Energiefabriek’ is om <strong>afvalwater</strong>, ev<strong>en</strong>tueel in combinatie metandere <strong>en</strong>ergiehoud<strong>en</strong>de organische strom<strong>en</strong>, in de nabije toekomst <strong>en</strong>ergi<strong>en</strong>eutraal, duszelfvoorzi<strong>en</strong><strong>en</strong>d te zuiver<strong>en</strong>.Het tweede doel is om in de toekomst zelfs <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong>, zoals gro<strong>en</strong>e stroom,biogas <strong>en</strong> warmte, te gaan lever<strong>en</strong>.T<strong>en</strong> derde wordt de ‘Energiefabriek’ door de waterschapp<strong>en</strong> gebruikt ter verbetering <strong>van</strong>het imago. De waterschapp<strong>en</strong> will<strong>en</strong> met de Energiefabriek lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat zij dynamischeorganisaties zijn die midd<strong>en</strong>in de sam<strong>en</strong>leving staan <strong>en</strong> die hun tak<strong>en</strong> op verantwoorde <strong>en</strong><strong>innovatie</strong>ve wijze uitvoer<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo de uitdaging<strong>en</strong> <strong>van</strong> morg<strong>en</strong> aankunn<strong>en</strong>.‘De Energiefabriek’ is aldus e<strong>en</strong> concept dat gebruik maakt <strong>van</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> die de<strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> biedt. Het is e<strong>en</strong> blik naar de toekomst <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>.De waterschapp<strong>en</strong> gaan <strong>afvalwater</strong> zi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> bron <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> will<strong>en</strong> deze <strong>en</strong>ergie diebij de rioolwaterzuiveringsinstallaties ‘binn<strong>en</strong>komt’ gaan gebruik<strong>en</strong>. Met het concept ‘deEnergiefabriek’ krijgt het beestje e<strong>en</strong> aansprek<strong>en</strong>de naam. Rioolwaterzuiveringsinstallaties(hierna: rwzi’s) zijn de plaats om de doelstelling<strong>en</strong> te verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong>. Derioolwaterzuiveringsinstallaties zijn door hun bedrijfsmatige opzet namelijk om te bouw<strong>en</strong>tot Energiefabriek.1.3.5 Huidige situatieIn Nederland zijn verspreid over het hele land ongeveer 350 rwzi’s voor de zuivering <strong>van</strong>stedelijk <strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> huishoud<strong>en</strong>s <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong>. Deze rwzi’s zijn in beheer <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong>. Op deze rwzi’s word<strong>en</strong> jaarlijks ruim 23 miljo<strong>en</strong> vervuilingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>gezuiverd (hierna v.e.). 11 Op dit mom<strong>en</strong>t maakt 25% <strong>van</strong> de rwzi’s reeds gebruik <strong>van</strong>slibvergisting voor <strong>en</strong>ergieopwekking. Het betreft vooral de grote zuiveringsinstallaties die9 Zie Routekaart Afvalwaterket<strong>en</strong>: Visiebrochure Afvalwaterket<strong>en</strong> tot 2030, juni 2012.10 Zie www.<strong>en</strong>ergiefabriek.com, (laatst geraadpleegd 14 juni 2012).11 H.J.M. Havekes, H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick, Waterrecht in Nederland, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer 2010, p. 282.13


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>2HET WATERSCHAP ALS FUNCTIONEELDECENTRAAL OPENBAAR LICHAAM2.1 InleidingDe waterstaatszorg in ons land is <strong>van</strong> oudsher dec<strong>en</strong>traal <strong>en</strong> functioneel (object gericht)georganiseerd. 19 Het waterschap dat Middeleeuwse wortels heeft, is het oudste op<strong>en</strong>baarlichaam dat ons land k<strong>en</strong>t. Het bestaansrecht <strong>van</strong> het waterschap is onlosmakelijk verbond<strong>en</strong>met onze immer voortdur<strong>en</strong>de strijd teg<strong>en</strong> het water.Nog tot na de Tweede Wereldoorlog was ons land 2650 waterschapp<strong>en</strong> rijk met ieder huneig<strong>en</strong> specifieke (deel)taak. 20 De tijd<strong>en</strong> zijn echter veranderd. Het waterschap anno 2012 ise<strong>en</strong> moderne <strong>en</strong> professionele organisatie, die niet <strong>en</strong>kel zorg draagt voor droge voet<strong>en</strong>.Vijf<strong>en</strong>twintig all-in waterschapp<strong>en</strong> (waarbij zowel het watersysteembeheer -bestaande uitde zorg voor de waterkering, het kwantiteitsbeheer (inclusief grondwater) <strong>en</strong> de zorgvoor het waterkwaliteitsbeheer-, als de zuiveringstaak in dezelfde hand zijn gelegd) zorg<strong>en</strong><strong>van</strong>daag de dag tev<strong>en</strong>s voor onder andere de waterkwaliteit, de rioolwaterzuivering <strong>en</strong> demuskusratt<strong>en</strong>bestrijding. Enkele waterschapp<strong>en</strong> zijn daarnaast ook nog bij provinciaalreglem<strong>en</strong>t belast met de zorg voor weg<strong>en</strong> of vaarweg<strong>en</strong> (e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamde nev<strong>en</strong>taak).Onder invloed <strong>van</strong> de zog<strong>en</strong>aamde ‘brede kijk’ op watersysteembeheer (integraalwaterbeheer) zijn de waterschapp<strong>en</strong> zich de laatste dec<strong>en</strong>nia ook actief gaan bezighoud<strong>en</strong>met ‘natuurontwikkeling’, voor zover deze deel uitmaakt <strong>van</strong> de zorg voor de (ecologische)waterkwaliteit <strong>en</strong> de zorg voor de kwantitatieve goede (grond)waterstand (dit ter voorkoming<strong>van</strong> verdroging).Niet <strong>en</strong>kel het tak<strong>en</strong>pakket <strong>en</strong> de taakopvatting <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> zijn veranderd.Ook de uitvoering <strong>van</strong> de waterschapstak<strong>en</strong> is geëvolueerd. Waterschapp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij deuitvoering <strong>van</strong> hun tak<strong>en</strong> mede onder druk <strong>van</strong> bezuiniging<strong>en</strong> <strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> met het Rijkgedrev<strong>en</strong> door doelmatigheid <strong>en</strong> <strong>duurzaamheid</strong>. Om deze doelmatigheid (<strong>en</strong>ergiebesparing)<strong>en</strong> <strong>duurzaamheid</strong> (het gebruik mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> hernieuwbare <strong>en</strong>ergie/<strong>en</strong>ergiewinning <strong>en</strong> hetterugwinn<strong>en</strong> <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>) te realiser<strong>en</strong>, mak<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> bij de uitvoering<strong>van</strong> hun waterschapstak<strong>en</strong> gebruik <strong>van</strong> de modernste techniek<strong>en</strong> (bijvoorbeeld ‘deEnergiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek’). Door te invester<strong>en</strong> in deze techniek<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> dewaterschapp<strong>en</strong> anno 2012 hun maatschappelijke verantwoordelijkheid (zie in dit kader de19 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick, Waterrecht in Nederland, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer 2010, p. 75.20 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick, 2010, p. 70.15


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>in de Gre<strong>en</strong> Deal gemaakte afsprak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Rijk <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>). 21 Daarnaast word<strong>en</strong> inhet Klimaatakkoord de waterschapp<strong>en</strong> nadrukkelijk gehoud<strong>en</strong> om onderzoek te do<strong>en</strong> naarduurzame <strong>en</strong>ergiewinning uit andere bronn<strong>en</strong>, zoals wind, zon <strong>en</strong> water <strong>en</strong> deze te b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong>(zie thema 3 Klimaatakkoord).De aansporing/verplichting tot het duurzamer <strong>en</strong> doelmatiger werk<strong>en</strong> leidt er niet alle<strong>en</strong>toe dat de uitvoering <strong>van</strong> de waterschapstak<strong>en</strong> verandert (m<strong>en</strong> gaat bijvoorbeeld gebruikmak<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong><strong>valorisatie</strong> in het kader <strong>van</strong> de zuiveringstaak), maar leidt er ook toedat daarmee de waterschapstak<strong>en</strong> zelf (in casu de zuiveringstaak of het watersysteembeheer)in e<strong>en</strong> nieuw daglicht word<strong>en</strong> geplaatst. In het uiterste geval is het zelfs d<strong>en</strong>kbaar dat diter toe kan leid<strong>en</strong> dat niet langer meer gesprok<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> <strong>van</strong> de uitvoering <strong>van</strong> dezewaterschapstaak, maar <strong>van</strong> e<strong>en</strong> <strong>en</strong>igszins op zichzelf staande, buit<strong>en</strong> de klassieke taakvall<strong>en</strong>de activiteit. Gelet op de functionele gerichtheid <strong>van</strong> de waterstaatszorg komt aldus devraag op tot op welk mom<strong>en</strong>t er nog sprake is <strong>van</strong> de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> waterschapstaak <strong>en</strong><strong>van</strong>af welk mom<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> daarbuit<strong>en</strong> gaat. Om deze vraagstelling te kunn<strong>en</strong> beantwoord<strong>en</strong>zal in dit hoofdstuk e<strong>en</strong> beeld word<strong>en</strong> geschetst <strong>van</strong> het functioneel dec<strong>en</strong>traal karakter <strong>van</strong>de waterschapp<strong>en</strong>. Deze schets di<strong>en</strong>t als juridisch toetsingskader in dit onderzoek. Hierbij zalnader word<strong>en</strong> ingegaan op het principe <strong>van</strong> functionele dec<strong>en</strong>tralisatie, de constitutioneleverankering <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> (artikel 133 Gw) <strong>en</strong> hun taakstelling op grond <strong>van</strong> deWaterschapswet <strong>en</strong> de provinciale reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.2.2 Functionele dec<strong>en</strong>tralisatieZoals gesteld draagt de waterstaatszorg <strong>van</strong> oudsher e<strong>en</strong> sterk functioneel gedec<strong>en</strong>traliseerdkarakter. Het is in het kader <strong>van</strong> dit onderzoek daarom <strong>van</strong> belang om kort in te gaan op hetverschijnsel dec<strong>en</strong>tralisatie <strong>en</strong> in het bijzonder op de functionele variant daar<strong>van</strong>.Dec<strong>en</strong>tralisatie, of staatsrechtelijke subsidiariteit 22 , moet word<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> als hetoverlat<strong>en</strong> of toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>van</strong> publiekrechtelijke bevoegdhed<strong>en</strong> aan op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> di<strong>en</strong>iet tot de c<strong>en</strong>trale overheid behor<strong>en</strong>. 23 Aan dec<strong>en</strong>tralisatie ligg<strong>en</strong> diepere motiev<strong>en</strong> t<strong>en</strong>grondslag, zoals het principe <strong>van</strong> macht<strong>en</strong>spreiding <strong>en</strong> het beginsel dat overheidstak<strong>en</strong> ope<strong>en</strong> zo dicht mogelijk bij de burger geleg<strong>en</strong> niveau di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> uitgeoef<strong>en</strong>d. 24E<strong>en</strong> tweetal vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> dec<strong>en</strong>tralisatie kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>: territorialedec<strong>en</strong>tralisatie <strong>en</strong> functionele dec<strong>en</strong>tralisatie. Territoriale dec<strong>en</strong>tralisatie betreft degeme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> provincies, die in e<strong>en</strong> bepaald gebied e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e <strong>en</strong> in beginsel nietbeperkte taakstelling hebb<strong>en</strong>. Territoriale bestuurslicham<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> huishouding<strong>en</strong> zijn in beginsel (behoud<strong>en</strong>s regeling op e<strong>en</strong> hoger niveau) bevoegd zich alle belang<strong>en</strong> aante trekk<strong>en</strong>, waar<strong>van</strong> zij m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat deze door h<strong>en</strong> behartigd di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong>provincies word<strong>en</strong> dan ook aangeduid als licham<strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> bestuur.Functionele op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> zijn daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> slechts belast met de vervulling <strong>van</strong> éénof meer specifiek omschrev<strong>en</strong> tak<strong>en</strong>. Functionele bestuurslicham<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>huishouding <strong>en</strong> zijn in beginsel slechts bevoegd zich die belang<strong>en</strong> aan te trekk<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> bijhun taakstelling zijn opgedrag<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> territoir is in beginsel niet bepal<strong>en</strong>d voor bevoegdheid<strong>van</strong> de ambt<strong>en</strong> <strong>van</strong> functioneel gedec<strong>en</strong>traliseerde overheidsverband<strong>en</strong>. 25 Hun werkgebied21 Gre<strong>en</strong> Deal 2011. Zie http://grondstoff<strong>en</strong>fabriek.nl/download/57_deal%20met%20UVW_def%2022%20september%202011.pdf.22 W. Konijn<strong>en</strong>belt, ‘De Grondwet <strong>en</strong> het binn<strong>en</strong>lands bestuur’, uitgebreide versie <strong>van</strong> de rede, uitgesprok<strong>en</strong> op het Thorbecke-symposium op 19januari 1995 te D<strong>en</strong> Haag, in: Bestuurswet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> 1995, nr. 1, pp. 24-56.23 S.E. Zijlstra, Bestuurlijk organisatierecht, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer 2009, p. 239.24 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick, 2010, p. 75.25 C.A.J.M. Kortmann, Constitutioneel recht, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer, 2005, p. 481.16


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>De waterschapp<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> grondwettelijke basis in artikel 133 Gw. Artikel 133 Gwziet niet op het waterstaatsbestuur, maar <strong>en</strong>kel op de waterschapp<strong>en</strong>. Het begrip ‘waterstaat’komt sinds 1983 niet meer in de Grondwet voor. 35 De Grondwetgever heeft met bov<strong>en</strong>staandeingreep ge<strong>en</strong> fundam<strong>en</strong>tele wijziging in het waterstaatsbestuur beoogd. 36 De herzi<strong>en</strong>ing isvoor de staatsrechtelijke positie <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> echter <strong>van</strong> groot belang geweest.Door de opname <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> in hoofdstuk 7 <strong>van</strong> de Grondwet werd in feite deeig<strong>en</strong> positie als volwaardig lichaam <strong>van</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur, naast provincies <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,bevestigd. 37Artikel 133 Gw luidt als volgt:1. De opheffing <strong>en</strong> instelling <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>, de regeling <strong>van</strong> hun tak<strong>en</strong>, alsmede desam<strong>en</strong>stelling <strong>van</strong> hun bestur<strong>en</strong>, geschied<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s bij de wet te stell<strong>en</strong> regels bij provincialeverord<strong>en</strong>ing, voor zover bij of kracht<strong>en</strong>s de wet niet anders is bepaald.2. De wet regelt de verord<strong>en</strong><strong>en</strong>de <strong>en</strong> andere bevoegdhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> de bestur<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>,alsmede de op<strong>en</strong>baarheid <strong>van</strong> hun vergadering<strong>en</strong>.3. De wet regelt het provinciale <strong>en</strong> overige toezicht op deze bestur<strong>en</strong>. Vernietiging <strong>van</strong>besluit<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze bestur<strong>en</strong> kan alle<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s strijd met het recht of hetalgeme<strong>en</strong> belang.2.3.1 Artikel 133 Grondwet <strong>en</strong> de taakstelling <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>Artikel 133 Gw is in de staatsrechtelijke literatuur veelvuldig beschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> bediscussieerd. 38Het voor dit onderzoek belangrijkste staatsrechtelijke kritiekpunt is dat <strong>en</strong>ige inhoudelijketaakomschrijving <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> hierin volledig ontbreekt. Aldus kan gesteld word<strong>en</strong>dat e<strong>en</strong> verwijzing naar het functioneel karakter <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> in onze Grondwetontbreekt. Dit is opmerkelijk, daar in dit functionele karakter het bestaansrecht <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong> is geleg<strong>en</strong>.Door sommig<strong>en</strong> wordt betoogd dat de term ‘waterschap’ in de Grondwet gelet op dealledaagse betek<strong>en</strong>is <strong>van</strong> dit woord <strong>en</strong> bedoeling<strong>en</strong> <strong>van</strong> de grondwetgever wijst op deuitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> water- of waterstaatkundig belang. 39 Zeer sterk kan deze red<strong>en</strong>eringechter niet g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>. Het op<strong>en</strong> karakter <strong>van</strong> artikel 133 Gw stelt <strong>en</strong>kel dat erop<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> g<strong>en</strong>aamd waterschapp<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> laat de regeling <strong>van</strong> hun taak <strong>en</strong>inrichting over aan de wetgever. Constitutioneel bezi<strong>en</strong> is het dus zo dat de gewone wetgeverbepaalt of het waterbelang, hoewel dit traditioneel vergroeid is met de waterschapp<strong>en</strong>, ookdaadwerkelijk aan de waterschapp<strong>en</strong> wordt opgedrag<strong>en</strong> (ex artikel 1 Wsw, zie hierna). Defacto ontbreekt aldus de constitutionele garantie voor de functionele uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> hetwaterstaatsbestuur door de waterschapp<strong>en</strong>; het bestaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> afzonderlijk, functioneelgedec<strong>en</strong>traliseerd bestuursstelsel voor de waterstaatszorg naast het binn<strong>en</strong>lands bestuuris niet meer grondwettelijk verankerd. In de literatuur is hierop, zoals gesteld, kritischgereageerd. Veelvuldig is gewez<strong>en</strong> op het feit dat de waterstaatszorg historisch <strong>en</strong> actueel35 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick 2010, p. 71.36 Zie o.a. J.T. <strong>van</strong> d<strong>en</strong> Berg, Waterschap <strong>en</strong> functionele dec<strong>en</strong>tralisatie (diss. Universiteit Utrecht), Alph<strong>en</strong> aan de Rijn: Samson 1982.37 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick 2010, p. 71.38 Zie o.a. J.T. <strong>van</strong> d<strong>en</strong> Berg, ‘De constitutionele verankering <strong>van</strong> de functionele dec<strong>en</strong>tralisatie. E<strong>en</strong> leemte in de Grondwet?’, in: Th.G. Drupste<strong>en</strong>,H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick, Weids Water: opstell<strong>en</strong> over waterrecht, D<strong>en</strong> Haag: Sdu Uitgevers 2006, pp. 89-108. Zie ook H.J.M.Havekes, Functioneel dec<strong>en</strong>traal waterbestuur:Borging, bescherming <strong>en</strong> beweging. De institutionele omw<strong>en</strong>teling <strong>van</strong> het waterschap in deafgelop<strong>en</strong> 50 jaar, (diss. Universiteit Utrecht), 2008, pp. 40-46.39 D.E. Bunschot<strong>en</strong> 2011, p. 32.18


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>gezi<strong>en</strong> wellicht de meest ess<strong>en</strong>tiële tak <strong>van</strong> overheidszorg is <strong>en</strong> daarom beschermingverdi<strong>en</strong>t onder de Grondwet door het waarborg<strong>en</strong> <strong>van</strong> het functioneel karakter <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong>. 40 Het waterbelang zou in de politieke waan <strong>van</strong> de dag in de verdrukkingrak<strong>en</strong> wanneer het wordt opgedrag<strong>en</strong> aan niet-functionele op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong>. Opgemerktzij echter dat het functionele karakter <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> ook in oudere regeling<strong>en</strong> <strong>van</strong>de Grondwet maar weinig uit de verf kwam. Er werd, wat impliciet <strong>en</strong> vaag, gesprok<strong>en</strong> overde ‘huishouding’ <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>. 41De regering pareerde tijd<strong>en</strong>s de Grondwetsbehandeling bov<strong>en</strong>staande kritiek op het nietopnem<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> expliciete materiële taakstelling in artikel 133 Gw deels met e<strong>en</strong> beroepop artikel 21 Gw. 42 Naar het oordeel <strong>van</strong> de regering valt de waterstaatszorg ook onder dereikwijdte <strong>van</strong> dit artikel. Artikel 21 Gw luidt:‘De zorg <strong>van</strong> de overheid is gericht op de bewoonbaarheid <strong>van</strong> het land <strong>en</strong> de bescherming <strong>en</strong> verbetering<strong>van</strong> het leefmilieu.’.Hoewel de waterstaatszorg in artikel 21 Gw inderdaad ingelez<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> in ‘debewoonbaarheid <strong>van</strong> het land’ <strong>en</strong> het waterkwaliteitsbeheer onder ‘de verbetering <strong>van</strong> hetleefmilieu’ gebracht kan word<strong>en</strong>, blijft het bezwaar bestaan dat de waterstaatszorg nietexpliciet g<strong>en</strong>oemd wordt in de Grondwet. Dit doet ge<strong>en</strong> recht aan de cultuurhistorischesituatie <strong>en</strong> de geografische ligging <strong>van</strong> ons land. Voorts moet gewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op hetjuridisch karakter <strong>van</strong> artikel 21 Gw. 43Artikel 21 Gw is e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamd ‘sociaal grondrecht’. Zulke grondrecht<strong>en</strong> zijn in recht<strong>en</strong>auwelijks afdwingbaar. Zij behelz<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> inspanningsverplichting voor de overheid.Deze inspanningsverplichting kan bots<strong>en</strong> met andere inspanningsverplichting<strong>en</strong>, waarnae<strong>en</strong> belang<strong>en</strong>afweging di<strong>en</strong>t plaats te vind<strong>en</strong> in het kader <strong>van</strong> de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong>bevoegdheid. De uitkomst <strong>van</strong> deze belang<strong>en</strong>afweging kan niet word<strong>en</strong> aangevocht<strong>en</strong> mete<strong>en</strong> beroep op artikel 21 Gw.De betek<strong>en</strong>is <strong>van</strong> sociale grondrecht<strong>en</strong> is juridisch aldus betrekkelijk gering. De formulering<strong>van</strong> sociale grondrecht<strong>en</strong> als artikel 21 Gw is erg abstract <strong>en</strong> laat de overheid veel beleidsvrijheidbij de implem<strong>en</strong>tatie. Sociale grondrecht<strong>en</strong> l<strong>en</strong><strong>en</strong> zich dan ook niet als toetsingskader vooroverheidsbesluit<strong>en</strong>. Rechterlijke toetsing is pas mogelijk na implem<strong>en</strong>tatie in wetgeving. Dezorgplicht uit artikel 21 Gw komt echter wel e<strong>en</strong> zekere symbolische waarde toe. 44 Dit geldte<strong>en</strong>s te meer nu <strong>van</strong>daag de dag veel nadruk wordt gelegd op <strong>duurzaamheid</strong>.De Grondwetgever heeft de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> bij de Grondwetsherzi<strong>en</strong>ing<strong>van</strong> 1983 voorts gedeconstitutionaliseerd om rek<strong>en</strong>ing te kunn<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> met belangrijketoekomstige verandering<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> het waterschapsbestel. 45 De Grondwetgeverwilde <strong>van</strong>wege het rigide karakter <strong>van</strong> de Grondwet de wetgever hierbij niet in de wegstaan. T<strong>en</strong> gevolge hier<strong>van</strong> kan het juridische kader betreff<strong>en</strong>de de taakstelling <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong>, zoals vervat in artikel 1 lid 2 Wsw, bij e<strong>en</strong> gewone wet in formele zinword<strong>en</strong> gewijzigd. Deze anticiper<strong>en</strong>de houding <strong>van</strong> de Grondwetgever maakt het mogelijkdat het waterschapsbestel wordt aangepast aan toekomstige verander<strong>en</strong>de behoeft<strong>en</strong> <strong>en</strong>verander<strong>en</strong>de bestuurlijke verhouding<strong>en</strong>. Op deze wijze kan hierop adequaat word<strong>en</strong>gereageerd. Zo is rec<strong>en</strong>telijk bijvoorbeeld e<strong>en</strong> derde lid aan artikel 1 Wsw toegevoegd met het40 H.J.M. Havekes 2008, p. 67.41 D.E. Bunschot<strong>en</strong> 2011, p. 32. H.J.M. Havekes 2008, p. 68.42 H.J.M. Havekes 2008, p. 69.43 Chr. Backes, ‘Het grondrecht op de bescherming <strong>van</strong> het leefmilieu’, in: J.B.M.B. t<strong>en</strong> Berge et al., De Grondwet als voorwerp <strong>van</strong> aanhoud<strong>en</strong>dezorg, Zwolle: W.E.J. Tje<strong>en</strong>k Willink 1995, pp. 185-204.44 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick 2010, p. 7445 D.E. Bunschot<strong>en</strong> 2011, p. 29.19


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>oog op de muskusratt<strong>en</strong>bestrijding. 46 In dit artikellid is gesteld dat het watersysteembeheermede de muskusratt<strong>en</strong>bestrijding omvat. Voorhe<strong>en</strong> werd de muskusratt<strong>en</strong>bestrijdingaangemerkt als provinciale taak.Het ontbrek<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> Grondwettelijke materiële taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> draagtrisico’s in zich voor de exacte invulling <strong>van</strong> het functionele karakter <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>.De plaatsing <strong>van</strong> artikel 133 Gw in hoofdstuk 7 <strong>van</strong> de Grondwet (zie hierna) kan hierbijechter <strong>van</strong> belang zijn.2.3.2 Op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> in één hoofdstukZoals hierbov<strong>en</strong> reeds is betoogd, bevestigt de plaatsing <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> in hoofdstuk 7hun status als volwaardig lichaam <strong>van</strong> op<strong>en</strong>baar bestuur naast de provincies <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.Deze plaatsing doorbreekt de klassieke Thorbeckiaanse hoofdstructuur bestaande uitRijk, provincies <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De waterschapp<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> <strong>van</strong>wege hun democratischelegitimatie wel degelijk word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als bouwst<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> het op<strong>en</strong>baar bestuur. In zekeropzicht betek<strong>en</strong>t de plaatsing <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> in hoofdstuk 7 <strong>van</strong> de Grondwetaldus e<strong>en</strong> versterking <strong>van</strong> de positie <strong>van</strong> het waterschap. Naarmate de taakstelling <strong>van</strong>de waterschapp<strong>en</strong> wordt uitgebreid met tak<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het waterbeheer zijn geleg<strong>en</strong>,vertroebelt het functioneel dec<strong>en</strong>trale karakter <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> echter. 47 Dit kan hetgeval zijn bij de ontwikkeling naar e<strong>en</strong> duurzamer zuiveringsbeheer, waarbij het waterschapnaast waterbeheerder ook <strong>en</strong>ergieleverancier wordt. Op dit aspect wordt hierna uitvoerigeringegaan. Het is dan legitiem om de vraag op te werp<strong>en</strong> in welke zin de waterschapp<strong>en</strong> quahuishouding nog verschill<strong>en</strong> <strong>van</strong> de provincies <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> zij tak<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>die buit<strong>en</strong> de waterstaatszorg vall<strong>en</strong>. 48 Zo ontstaat voor de waterschapp<strong>en</strong> de paradox datnaarmate hun taak uitgebreider is, hun bestaansrecht als apart functioneel op<strong>en</strong>baarlichaam meer aanvechtbaar is. 49De laatste jar<strong>en</strong> ligt het bestaansrecht <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> onder vuur. Zo werd eind2011 in de Kamer de motie Schouw aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, welke pleit voor e<strong>en</strong> onderzoek naar hetonderbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waterschapstak<strong>en</strong> bij andere bestuurslag<strong>en</strong> omwille <strong>van</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong>effici<strong>en</strong>cy <strong>en</strong> het verminder<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ‘bestuurlijke drukte’. 50 Staatssecretaris Atsma heeftslechts beperkt uitvoering gegev<strong>en</strong> aan deze motie. In e<strong>en</strong> brief aan de Kamer heeft hij zichuitgesprok<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het onderbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschapstak<strong>en</strong> bij andere bestuurslag<strong>en</strong> <strong>en</strong>uite<strong>en</strong>gezet hoe op andere manier<strong>en</strong> de efficiëntie kan word<strong>en</strong> vergroot <strong>en</strong> de bestuurlijkedrukte kan word<strong>en</strong> verkleind. 51 In dit kader wordt door hem grote waarde gehecht aan deuitvoering <strong>van</strong> het Bestuursakkoord Water.Rec<strong>en</strong>telijk is e<strong>en</strong> onderzoek versch<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> de Universiteit Utrecht waarin de onderzoekersconcluder<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> Grondwetswijziging nodig is voor het afschaff<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>als bestuurslaag. 5246 Zie hoofdstuk 4.47 D.E. Bunschot<strong>en</strong> 2011, pp. 28-29.48 D.E. Bunschot<strong>en</strong> 2011, pp. 28-29.49 D.E. Bunschot<strong>en</strong> 2011, pp. 28-29.50 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2011-2012, 33000, nr. 98.51 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2011-2012, 27625, nr. 255.52 R. Nehmelman et al., De constitutionele inbedding <strong>van</strong> het waterschap, Nijmeg<strong>en</strong>: Wolf Legal Publishers 2011.20


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>2.4 de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> kracht<strong>en</strong>s de Waterschapswet <strong>en</strong> deprovinciale reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>Hierbov<strong>en</strong> is reeds ingegaan op het principe <strong>van</strong> functionele dec<strong>en</strong>tralisatie. Kernmerk<strong>en</strong>dvoor functionele dec<strong>en</strong>tralisatie is de beperkte taakstelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar lichaam. Reedsis gesteld dat de waterschapp<strong>en</strong> zo’n beperkte taakstelling hebb<strong>en</strong>. Duidelijk is gemaakt datdeze (beperkte) taakstelling niet (duidelijk) in artikel 133 Gw is terug te vind<strong>en</strong>. Kracht<strong>en</strong>sartikel 133 Gw geschiedt de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> immers volg<strong>en</strong>s bij de wette stell<strong>en</strong> regels bij provinciale verord<strong>en</strong>ing, voor zover bij of kracht<strong>en</strong>s de wet niet andersis bepaald.De hierbij bedoelde wet in formele zin is de Waterschapswet (Wsw). Deze organieke wet is op1 januari 1992 in werking getred<strong>en</strong>.De Wsw regelt in algem<strong>en</strong>e zin wat de tak<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> zijn. De (Grond)wetgeverlaat provinciale stat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>de regelgev<strong>en</strong>de bevoegdheid t<strong>en</strong> bate <strong>van</strong> (onderandere) de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>. De concrete/specifieke taakstelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong>waterschap di<strong>en</strong>t immers zowel op grond <strong>van</strong> artikel 133 lid 1 Gw als ex artikel 2 lid 1 Wswin het provinciaal waterschapsreglem<strong>en</strong>t (e<strong>en</strong> provinciale verord<strong>en</strong>ing) te word<strong>en</strong> geregeld/opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.In artikel 1 lid 1 Wsw geeft de wetgever e<strong>en</strong> definitie <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>. Het artikellidomschrijft waterschapp<strong>en</strong> als op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong>, die de waterstaatkundige verzorging <strong>van</strong> e<strong>en</strong>bepaald gebied t<strong>en</strong> doel hebb<strong>en</strong>. Drie elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in deze omschrijving vall<strong>en</strong> op. 53T<strong>en</strong> eerste wordt gesteld dat waterschapp<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> zijn. Hiermee wordtduidelijk gemaakt dat de waterschapp<strong>en</strong> tot de overheid behor<strong>en</strong>. De waterschapp<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>namelijk e<strong>en</strong> ver privaatrechtelijk verled<strong>en</strong>, waardoor het goed is dat expliciet in de wet isopg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> wat hun huidige status is.Het tweede elem<strong>en</strong>t dat opvalt, ziet op het beheergebied <strong>van</strong> het waterschap. Dit gebied iswaterstaatkundig bepaald <strong>en</strong> is bij meer dan de helft <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> interprovinciaal.Bij de begr<strong>en</strong>zing in de waterschapsreglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t aansluiting te word<strong>en</strong> gezocht bij destroomgebiedb<strong>en</strong>adering uit de Kaderrichtlijn Water. 54T<strong>en</strong> derde moet word<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong> op het tak<strong>en</strong>pakket <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>. Dit is volg<strong>en</strong>sde Wsw in algem<strong>en</strong>e zin de ‘waterstaatkundige verzorging <strong>van</strong> e<strong>en</strong> bepaald gebied’. In dezebeperkte taakstelling is het functionele karakter <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> duidelijk te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.Hier is sprake <strong>van</strong> de geslot<strong>en</strong> huishouding <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>. ‘Waterstaatszorg’ moetword<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> als dat deel <strong>van</strong> de overheidszorg dat betrekking heeft op de kering<strong>van</strong> het water, de waterhuishouding <strong>en</strong> de (vaar)weg<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat als zodanig gericht is opde bewoonbaarheid <strong>van</strong> het land, de bruikbaarheid <strong>van</strong> de bodem <strong>en</strong> de bescherming <strong>en</strong>verbetering <strong>van</strong> het aquatisch milieu. 55 Aldus past de taakvervulling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>volledig binn<strong>en</strong> artikel 21 Gw.53 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick 2010, p. 87-89.54 R. Nehmelman 2011.55 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick 2010, p. 88.21


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Het tweede lid <strong>van</strong> artikel 1 Wsw concretiseert het tak<strong>en</strong>pakket <strong>van</strong> het waterschap. Hettweede lid luidt:De tak<strong>en</strong> die tot dat doel (red. de waterstaatkundige verzorging <strong>van</strong> e<strong>en</strong> bepaald gebied) aanwaterschapp<strong>en</strong> zijn of word<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> de zorg voor het watersysteem <strong>en</strong> de zorg voor hetzuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> op de voet <strong>van</strong> artikel 3.4 <strong>van</strong> de Waterwet. Daarnaast kan de zorg voor e<strong>en</strong> ofmeer andere waterstaatsaangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> zijn of word<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong>.De wetgever doelt met het moderne begrip ‘watersysteembeheer’ grofweg op de zorg voordroge voet<strong>en</strong> <strong>en</strong> schoon water. E<strong>en</strong> watersysteem is volg<strong>en</strong>s de begripsbepaling <strong>van</strong> artikel1.1 lid 1 Waterwet e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d geheel <strong>van</strong> e<strong>en</strong> of meer oppervlaktewaterlicham<strong>en</strong><strong>en</strong> grondwaterlicham<strong>en</strong>, met bijbehor<strong>en</strong>de bergingsgebied<strong>en</strong>, waterkering<strong>en</strong> <strong>en</strong>ondersteun<strong>en</strong>de kunstwerk<strong>en</strong>.Rec<strong>en</strong>telijk is artikel 1 Wsw, als gesteld, aangevuld met e<strong>en</strong> derde lid. In dit derde lid wordtuitdrukkelijk gesteld dat de zorg voor het watersysteem, als bedoeld in het tweede lid, medehet voorkom<strong>en</strong> <strong>van</strong> schade aan waterstaatswerk<strong>en</strong> veroorzaakt door muskus- <strong>en</strong> beverratt<strong>en</strong>omvat. Op de achtergrond<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze wetswijziging zal in het vierde hoofdstuk <strong>van</strong> ditonderzoek kort word<strong>en</strong> ingegaan.Op de zuiveringstaak zal in hoofdstuk 3 <strong>van</strong> dit onderzoek nader word<strong>en</strong> ingegaan.Naast de hoofdtak<strong>en</strong> (watersysteembeheer <strong>en</strong> zuiveringsbeheer) kunn<strong>en</strong> aan waterschapp<strong>en</strong>bij provinciaal reglem<strong>en</strong>t andere waterstaatsaangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> (nev<strong>en</strong>tak<strong>en</strong>) word<strong>en</strong>opgedrag<strong>en</strong>, zoals het (vaar)weg<strong>en</strong>beheer. Voorwaarde hiervoor is de aanwezigheid <strong>van</strong>e<strong>en</strong> rechtstreekse <strong>en</strong> continue relatie tuss<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> (één <strong>van</strong> de hoofdtak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ev<strong>en</strong>tuel<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>taak), belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebied. 56Opvall<strong>en</strong>d aan de eerste zin <strong>van</strong> artikel 1 lid 2 Wsw is de dwing<strong>en</strong>de formulering er<strong>van</strong>: ‘detak<strong>en</strong> die tot dat doel aan waterschapp<strong>en</strong> zijn of word<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong> ’. Deze zinsnede heeftallesbehalve e<strong>en</strong> facultatief karakter. Provinciale Stat<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aldus op grond <strong>van</strong> artikel 1lid 2 Wsw de plicht deze tak<strong>en</strong> bij provinciaal waterschapsreglem<strong>en</strong>t aan de waterschapp<strong>en</strong> opte drag<strong>en</strong>. Deze plicht kan nog sterker gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in artikel 2 lid 2 Wsw. Dit artikellidvormt e<strong>en</strong> weerslag <strong>van</strong> het beginsel <strong>van</strong> functionele dec<strong>en</strong>tralisatie <strong>en</strong> gebiedt provincialestat<strong>en</strong> in expliciete verwoording<strong>en</strong> om bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde tak<strong>en</strong> aan de waterschapp<strong>en</strong> toe tedel<strong>en</strong>. 57 Deze plicht kan slechts uitzondering lijd<strong>en</strong> in het geval ‘dit niet ver<strong>en</strong>igbaar is methet belang <strong>van</strong> e<strong>en</strong> goede organisatie <strong>van</strong> de waterstaatkundige verzorging’. Ook artikel 2lid 2 Wsw is krachtig geformuleerd. Deze krachtige formulering moet word<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong>in het licht <strong>van</strong> het feit dat functioneel bestuur staat of valt met e<strong>en</strong> heldere toedeling<strong>van</strong> tak<strong>en</strong>. 58 E<strong>en</strong> krachtig geformuleerde dec<strong>en</strong>tralisatiebepaling is in dit opzicht <strong>van</strong>grote betek<strong>en</strong>is. Bij geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> provincies ligt dit omwille <strong>van</strong> hun op<strong>en</strong> huishoudingprincipieel anders. Consequ<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> dit beginsel is aldus dat het watersysteembeheer <strong>en</strong>het zuiveringsbeheer aan de waterschapp<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong>. Uit bestudering <strong>van</strong>diverse waterschapsreglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> blijkt dat de verscheid<strong>en</strong>e provinciale stat<strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong>waterschapp<strong>en</strong> deze tak<strong>en</strong> keurig hebb<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong>.56 H.J.M. Havekes 2008, p. 262.57 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick 2010, pp. 92-93.58 H.J.M. Havekes <strong>en</strong> H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick 2010, pp. 92-93.22


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Het staatsrechtelijk belang <strong>van</strong> de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> of meer in algem<strong>en</strong>e zinhet staatsrechtelijk belang <strong>van</strong> de taakstelling aan functionele op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> is geleg<strong>en</strong>in de afbak<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> de huishouding <strong>van</strong> zulke licham<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> de huishouding<strong>van</strong> algem<strong>en</strong>e op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> huishouding. De taakstelling heeft voorhet overige ‘slechts’ e<strong>en</strong> programmatisch karakter in die zin dat aan de taakstelling ge<strong>en</strong>publiekrechtelijke bevoegdhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ontle<strong>en</strong>d. 59 Taak <strong>en</strong> bevoegdheid moet<strong>en</strong>staatsrechtelijk gezi<strong>en</strong> scherp word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>. De waterschapp<strong>en</strong> ontl<strong>en</strong><strong>en</strong> hunbevoegdhed<strong>en</strong> niet aan de taakstelling op grond <strong>van</strong> de Wsw, maar aan bevoegdhed<strong>en</strong> opgrond <strong>van</strong> de Waterschapswet <strong>en</strong> de Waterwet. Om de h<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> naar behor<strong>en</strong>uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong> heeft de wetgever getracht de waterschapp<strong>en</strong> bij deze wett<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>depubliekrechtelijke bevoegdhed<strong>en</strong> toe te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. De publiekrechtelijke bevoegdhed<strong>en</strong> staanaldus t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>ste <strong>van</strong> de taakstelling.In het licht <strong>van</strong> bov<strong>en</strong>staande moet met e<strong>en</strong> wat scheef oog word<strong>en</strong> gekek<strong>en</strong> naar dezog<strong>en</strong>aamde ‘brede kijk’ op de waterschapstak<strong>en</strong>. 60 Hierbij doelt m<strong>en</strong> op het gegev<strong>en</strong> datde waterschapp<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> wettelijk beperkte taakuitoef<strong>en</strong>ing bij hun taakuitoef<strong>en</strong>ing ookrek<strong>en</strong>ing zoud<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> te houd<strong>en</strong> met andere belang<strong>en</strong>, dan die waar<strong>van</strong> de behartigingh<strong>en</strong> is toegek<strong>en</strong>d. De waterschapp<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s deze red<strong>en</strong>ering immers tev<strong>en</strong>s deel uit<strong>van</strong> de totale overheidsorganisatie <strong>en</strong> zijn tev<strong>en</strong>s belast met e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de publieke taak.Staatsrechtelijk bezi<strong>en</strong> gaat het in deze niet zozeer over de ‘brede’ taakuitoef<strong>en</strong>ingmaar over de ‘brede’ uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> opgedrag<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> met behulp <strong>van</strong> de toegek<strong>en</strong>depubliekrechtelijke bevoegdhed<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> ‘brede’ uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> de bevoegdhed<strong>en</strong> doorwaterschapp<strong>en</strong> zou in strijd kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> met de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>. De‘brede’ kijk is door Gilhuis <strong>en</strong> M<strong>en</strong>ninga bekritiseerd <strong>van</strong>wege het gevaar dat deze de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>tuss<strong>en</strong> functioneel <strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> bestuur doet vervag<strong>en</strong>. 61 In deze zin vormt deze ‘brede kijk’e<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tieel risico voor het functioneel karakter <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>.59 C.A.J.M. Kortmann 2005, pp. 36-3860 H.J.M. Havekes 2008, pp. 240-246.61 M<strong>en</strong>R 1996, p. 233.23


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>3VALORISATIE VAN AFVALWATER IN HET LICHTVAN DE ZUIVERINGSTAAK, DE ZORGPLICHTVOOR HET ZUIVERINGSBEHEER EN DEGRONDSLAG VAN DE ZUIVERINGSHEFFING3.1 InleidingIn hoofdstuk 1 is nader ingegaan op de vraag wat <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> is. Tev<strong>en</strong>s is in dathoofdstuk e<strong>en</strong> beschrijving gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> het concept ‘de Energiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek’.In het tweede hoofdstuk is het staatsrechtelijk kader geschetst waarbinn<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong>operer<strong>en</strong>. Hierbij is nader ingegaan op het beginsel <strong>van</strong> functionele dec<strong>en</strong>tralisatie, deGrondwettelijke verankering <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>.In onderhavig hoofdstuk zal dieper word<strong>en</strong> ingegaan op de zuiveringstaak <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>.Hierbij staan drie vrag<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal.T<strong>en</strong> eerste di<strong>en</strong>t de vraag te word<strong>en</strong> beantwoord of <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>, zoals ditreeds door diverse waterschapp<strong>en</strong> wordt toegepast, wordt uitgevoerd in het kader <strong>van</strong>de zuiveringstaak. Valt <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> aldus onder de zuiveringstaak? Terbeantwoording <strong>van</strong> deze vraag zal op basis <strong>van</strong> de parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is <strong>van</strong> diversewaterwett<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nadere omschrijving word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak.T<strong>en</strong> tweede zal nader word<strong>en</strong> ingegaan op de vraag of het belang<strong>en</strong>kader dat waterschapp<strong>en</strong>mee kunn<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> bij de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer voldo<strong>en</strong>de is toegesned<strong>en</strong>op de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>.T<strong>en</strong> derde zal word<strong>en</strong> onderzocht hoe de grondslag voor de zuiveringsheffing zich verhoudttot <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>.3.2 Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> als onderdeel <strong>van</strong> de zuiveringstaak?Op grond <strong>van</strong> artikel 1 lid 2 Wsw jo. artikel 2 lid 2 Wsw (het dec<strong>en</strong>tralisatiebeginsel) di<strong>en</strong><strong>en</strong>provinciale stat<strong>en</strong> aan waterschapp<strong>en</strong> bij provinciaal reglem<strong>en</strong>t de zorg voor het zuiver<strong>en</strong><strong>van</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong> op de voet <strong>van</strong> artikel 3.4 Waterwet op te drag<strong>en</strong>. In artikel 3.4Waterwet is voor waterschapp<strong>en</strong> de zorgplicht voor de zuivering <strong>van</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong>vervat.24


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Waterschapp<strong>en</strong> baser<strong>en</strong> hun publiekrechtelijke bevoegdheid tot het zuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong> stedelijk<strong>afvalwater</strong> t<strong>en</strong> eerste op hun taakstelling in de provinciale waterschapsreglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die e<strong>en</strong>nadere uitwerking vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> de toek<strong>en</strong>ning in algem<strong>en</strong>e zin <strong>van</strong> de zuiveringstaak inartikel 1 lid 2 Wsw. 62 Beide taakstelling<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> deel uit <strong>van</strong> het formele waterstaatsrecht.De waterschapp<strong>en</strong> baser<strong>en</strong> hun bevoegdheid tot zuivering daarnaast op de zorgplicht totzuivering ex artikel 3.4 Waterwet, die deel uit maakt <strong>van</strong> de materiële beheerwetgeving.De wetgever ziet artikel 3.4 Waterwet in dit licht als de verbijzondering <strong>van</strong> hetge<strong>en</strong> inartikel 1 lid 2 Wsw over de zuiveringstaak wordt gesteld. 63 Uit staatsrechtelijk oogpuntis deze constructie twijfelachtig te noem<strong>en</strong>, daar volg<strong>en</strong>s de klassieke leer taakstell<strong>en</strong>deopdracht<strong>en</strong> noch zorgplicht<strong>en</strong> attribuer<strong>en</strong>d (bevoegdheidsverschaff<strong>en</strong>d) werk<strong>en</strong>. 64 Zij drag<strong>en</strong>daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> veeleer e<strong>en</strong> programmatisch <strong>en</strong> politiek karakter. E<strong>en</strong> taakstelling <strong>en</strong> ook e<strong>en</strong>zorgplicht (die vergelijkbaar is met e<strong>en</strong> sociaal grondrecht) gev<strong>en</strong> in deze zin e<strong>en</strong> zekerpolitiek doel aan. 65 Voor functioneel dec<strong>en</strong>trale licham<strong>en</strong> speelt de taakstelling daarnaasttev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> belangrijke rol in de afbak<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> de huishouding t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> algem<strong>en</strong>eop<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong>.Het onderscheid tuss<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> zorgplicht<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> anderzijds isuit juridisch oogpunt dus niet zonder belang. Maakt m<strong>en</strong> dit onderscheid niet, dan zoum<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> concluder<strong>en</strong> dat tak<strong>en</strong>/zorgplicht<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s publiekrechtelijke bevoegdhed<strong>en</strong>inhoud<strong>en</strong>. Dit zou het stelsel <strong>van</strong> limitatieve bevoegdheidsattributie doorbrek<strong>en</strong>. Tak<strong>en</strong><strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> hang<strong>en</strong> tegelijkertijd wel nauw sam<strong>en</strong>. Het hebb<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> bevoegdheidheeft ge<strong>en</strong> zin, indi<strong>en</strong> deze bevoegdheid niet met het oog op e<strong>en</strong> bepaald doel (taak) wordtuitgeoef<strong>en</strong>d. Anderzijds is het hebb<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> taak <strong>van</strong> e<strong>en</strong> overheid e<strong>en</strong> lege huls, indi<strong>en</strong>aan deze overheid ge<strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> zijn toegek<strong>en</strong>d om deze taak uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>.Los <strong>van</strong> de vraag naar de bevoegdheidsverschaff<strong>en</strong>de werking <strong>van</strong> de artikel<strong>en</strong> 1 lid 2 Wsw <strong>en</strong>3.4 Waterwet, geeft lezing <strong>van</strong> deze artikel<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> inzicht in de materiële omschrijving <strong>van</strong>de zuiveringstaak; wat moet aldus word<strong>en</strong> verstaan onder zuivering? De begripsbepaling<strong>en</strong>in artikel 1.1 Waterwet zijn in deze zin ook niet behulpzaam. Om deze red<strong>en</strong><strong>en</strong> zal in dezeparagraaf word<strong>en</strong> getracht om aan de hand <strong>van</strong> de parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is <strong>van</strong> diversewaterwett<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> definitie <strong>van</strong> de zuiveringstaak, waaruit de materiële om<strong>van</strong>g<strong>van</strong> deze taak blijkt.Hierbij di<strong>en</strong>t vooropgesteld te word<strong>en</strong> dat het zuiveringsbeheer, internationaal bezi<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>opvall<strong>en</strong>d deel <strong>van</strong> het tak<strong>en</strong>pakket <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> vormt. In het buit<strong>en</strong>land is dezetaak overweg<strong>en</strong>d niet in hand<strong>en</strong> <strong>van</strong> de teg<strong>en</strong>hangers <strong>van</strong> de Nederlandse waterschapp<strong>en</strong>,maar is deze veelal in hand<strong>en</strong> <strong>van</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, waterket<strong>en</strong>organisaties, nutsbedrijv<strong>en</strong> ofmarktpartij<strong>en</strong>. 663.2.1 Het zuiveringsbeheer onder de Wvo 67Reeds ver vóór de totstandkoming <strong>van</strong> de Wet verontreiniging oppervlaktewater<strong>en</strong> (Wvo)in 1969 had e<strong>en</strong> aantal waterschapp<strong>en</strong> het zuiveringsbeheer op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Door deversnippering <strong>van</strong> het waterschapsbestel in die jar<strong>en</strong> was <strong>van</strong> landelijke uniformiteit in62 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2005-2006, 30601, nr. 3, p. 10.63 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2006-2007, 30818, nr. 3, p. 96.64 C.A.J.M. Kortmann 2005, pp. 36-38. Zie in algem<strong>en</strong>e zin S.E. Zijlstra, ‘Zorgplicht’ <strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> wetgevingsbeleid’, in: C.E.C. Jans<strong>en</strong>, S.A.J.Munneke, F.J. <strong>van</strong> Ommer<strong>en</strong> & J.W. Rutgers (Eds.), Zorgplicht<strong>en</strong> in publiek- <strong>en</strong> privaatrecht, D<strong>en</strong> Haag: Boom juridische uitgevers, 2011, pp. 47-62.65 Zie L.F.M. Besselink, ‘De publieke taak <strong>en</strong> sociale grondrecht<strong>en</strong>; de betrekkelijke waarde <strong>van</strong> sociale grondrecht<strong>en</strong>’ in: J.W. Sap, De publieke taak,Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer, 2003, pp. 95-111.66 H.J.M. Havekes 2008, p. 273.67 Zie paragraaf 7.7.3.1 in H.J.M. Havekes 2008.25


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>deze ge<strong>en</strong>szins sprake. Om dit teg<strong>en</strong> te gaan droeg de wetgever in artikel 3, lid 2 Wvo (oud)het regionale waterkwaliteitsbeheer <strong>en</strong> het zuiveringsbeheer in eerste instantie aan deprovincies op. Ex artikel 6 lid 1 Wvo (oud) kond<strong>en</strong> de provincies deze taak ev<strong>en</strong>wel toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong>aan waterschapp<strong>en</strong>, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, rechtspersoonlijkheid bezitt<strong>en</strong>de Wgr-verband<strong>en</strong> <strong>en</strong> andereop<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong>. De Wvo sprak niet over waterkwaliteitsbeheer <strong>en</strong> het zuiveringsbeheerals zodanig, maar over de bevoegdheid tot vergunningverl<strong>en</strong>ing waar<strong>van</strong> deze tak<strong>en</strong> implicietwerd<strong>en</strong> afgeleid. Hieraan lag de presumptie t<strong>en</strong> grondslag dat waterkwaliteitsbeheertegelijkertijd de zorg voor het zuiveringsbeheer omvat. 68Met de inwerkingtreding <strong>van</strong> de Waterschapswet in 1992 kwam bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde constructieex de artikel<strong>en</strong> 3 <strong>en</strong> 6 Wvo op gespann<strong>en</strong> voet te staan met het in de Waterschapswetvervatte dec<strong>en</strong>tralisatiebeginsel. De Tweede Kamer riep de regering dan ook op de Wvoin overe<strong>en</strong>stemming te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met de Waterschapswet. E<strong>en</strong> kleine ti<strong>en</strong> jaar na deinwerkingtreding <strong>van</strong> de Waterschapswet kwam deze wetswijziging er. 69 De aanleiding voordeze wetswijziging lag echter niet zozeer in de strijdigheid <strong>van</strong> bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde wett<strong>en</strong>,maar eerder in het feit dat de waterschapp<strong>en</strong> in de jar<strong>en</strong> ’90 geconfronteerd werd<strong>en</strong> metkapers op de ‘zuiveringskust’. 70 Marktpartij<strong>en</strong> <strong>en</strong> waterleidingbedrijv<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>van</strong> zins de<strong>afvalwater</strong>zuivering <strong>van</strong> complete woonwijk<strong>en</strong> voor hun rek<strong>en</strong>ing te gaan nem<strong>en</strong>. Hierdoorzou de waterschapp<strong>en</strong> de zuiveringstaak ontvall<strong>en</strong>. Verscheid<strong>en</strong>e rwzi’s zoud<strong>en</strong> min of meerin onbruik rak<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> fikse stijging<strong>en</strong> <strong>van</strong> het vervuilingse<strong>en</strong>heid-tarief tot gevolg zouhebb<strong>en</strong> (minder lozers zoud<strong>en</strong> dan immers de kost<strong>en</strong> voor dezelfde zuiveringsinstallatiesmoet<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>). De waterschapp<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> de zuiveringstaak aldus veilig te stell<strong>en</strong> om dezuivering teg<strong>en</strong> redelijke kost<strong>en</strong> te lever<strong>en</strong> <strong>en</strong> drong<strong>en</strong> aan op de wettelijke verankering <strong>van</strong>de zuiveringstaak, net zoals de drinkwatervoorzi<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> het rioleringsbeheer al wettelijkwar<strong>en</strong> verankerd <strong>en</strong> toebedeeld aan drinkwaterbedrijv<strong>en</strong> respectievelijk geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.De waterschapp<strong>en</strong> beargum<strong>en</strong>teerd<strong>en</strong> de noodzaak voor deze wettelijke verankering doorte wijz<strong>en</strong> op de sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> het waterkwaliteitsbeheer <strong>van</strong> oppervlaktewater <strong>en</strong> hetzuiveringsbeheer. Vanwege de in het verled<strong>en</strong> behaalde ‘aansprek<strong>en</strong>de resultat<strong>en</strong>’ drong<strong>en</strong> dewaterschapp<strong>en</strong> er op aan dat werd vastgelegd dat de verantwoordelijkheid voor de zuivering<strong>van</strong> het <strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> burgers <strong>en</strong> kleine bedrijv<strong>en</strong> (de zuivering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> dat op hetgeme<strong>en</strong>telijke riool geloosd wordt) bij de waterkwaliteitsbeheerders, de waterschapp<strong>en</strong>kwam te berust<strong>en</strong>. 71De wetgever volgde de argum<strong>en</strong>tatie <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> paste de Wvo in 2002in deze zin aan. 72 Deze wijziging bestond onder andere uit e<strong>en</strong> zodanige aanpassing <strong>van</strong>artikel 3 Wvo (oud) <strong>en</strong> het schrapp<strong>en</strong> <strong>van</strong> artikel 6 Wvo (oud), opdat de strijdigheid met hetdec<strong>en</strong>tralisatiebeginsel uit de Waterschapswet werd wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.Ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s <strong>van</strong> belang voor de wettelijke verankering <strong>van</strong> de zorg voor de zuivering <strong>van</strong> hetstedelijk <strong>afvalwater</strong> als taak <strong>van</strong> het waterschap was de opname <strong>van</strong> artikel 15a in de Wvo.Artikel 15a Wvo luidde:1 Zuivering <strong>van</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong> geschiedt in e<strong>en</strong> inrichting voor de zuivering <strong>van</strong> rioolwater inbeheer bij e<strong>en</strong> waterschap dan wel in exploitatie bij e<strong>en</strong> rechtspersoon die door het bestuur <strong>van</strong> hetwaterschap met die zuivering is belast.2 Voor het in dit artikel bepaalde wordt onder stedelijk <strong>afvalwater</strong> verstaan huishoudelijk afvalwa-68 H.J.M. Havekes 2008, p. 273.69 Wet <strong>van</strong> 30 januari 2002, Stb. 102.70 H.J.M. Havekes 2008, p. 274.71 H.J.M. Havekes 2008, p. 275.72 Wet <strong>van</strong> 30 januari 2002, Stb. 102.26


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>ter, bedrijfs<strong>afvalwater</strong> <strong>en</strong> afvloei<strong>en</strong>d hemelwater, gebracht in e<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing voor inzameling <strong>en</strong>transport <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>, als bedoeld in artikel 10.15, eerste lid, <strong>van</strong> de Wet milieubeheer, in beheer<strong>van</strong> e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te.3 In afwijking <strong>van</strong> het eerste lid kunn<strong>en</strong> het bestuur <strong>van</strong> het betrokk<strong>en</strong> waterschap <strong>en</strong> het bestuur<strong>van</strong> e<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te op voorstel <strong>van</strong> één <strong>van</strong> beide bestur<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong>, dat de zuivering <strong>van</strong>daarbij aangewez<strong>en</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong> in die geme<strong>en</strong>te, <strong>van</strong>af e<strong>en</strong> daarbij te bepal<strong>en</strong> tijdstip, geschiedtin e<strong>en</strong> inrichting voor de zuivering <strong>van</strong> rioolwater in beheer bij die geme<strong>en</strong>te. E<strong>en</strong> besluit alsbedoeld in de vorige volzin kan slechts word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> op grond dat zulks aantoonbaar doelmatigeris voor de zuivering <strong>van</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong>.4 Het bestuur <strong>van</strong> het waterschap <strong>en</strong> het bestuur <strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te besliss<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> voorstelals bedoeld in het derde lid, binn<strong>en</strong> één jaar na de dag waarop het door het bestuur <strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>te dan wel door het bestuur <strong>van</strong> het waterschap is ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong>. Bij gebreke <strong>van</strong> overe<strong>en</strong>stemmingbinn<strong>en</strong> die termijn besliss<strong>en</strong>, de beide bestur<strong>en</strong> gehoord, gedeputeerde stat<strong>en</strong>.Artikel 15a Wvo is met de inwerkingtreding <strong>van</strong> de Waterwet in 2009 kom<strong>en</strong> te vervall<strong>en</strong>.De overweging<strong>en</strong> <strong>van</strong> de wetgever tot opname <strong>van</strong> artikel 15a in de Wvo zijn echter nietminder rele<strong>van</strong>t geword<strong>en</strong> daar de wetgever met het overhevel<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zorgplicht totzuiveringsbeheer naar artikel 3.4 Waterwet ge<strong>en</strong> materiële wijziging<strong>en</strong> heeft beoogd t<strong>en</strong>opzichte <strong>van</strong> de eerdere regeling in artikel 15a Wvo. 73 De tekst<strong>en</strong> <strong>van</strong> beide artikel<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong>dan ook zeer op elkaar. De onderstaande overweging<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> nog steeds t<strong>en</strong> grondslag aanhet geld<strong>en</strong>de artikel 3.4 Waterwet, daarom zull<strong>en</strong> deze overweging<strong>en</strong> in de teg<strong>en</strong>woordigetijd word<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong>. Er zal in de volg<strong>en</strong>de paragraaf aan de hand <strong>van</strong> de overweging<strong>en</strong> <strong>van</strong>de wetgever tot opname <strong>van</strong> artikel 15a Wvo nader word<strong>en</strong> ingegaan op het zuiveringsbeheerals publieke taak. Deze overweging<strong>en</strong> zijn waardevol om te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> antwoord op devraag of <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> valt onder de zuiveringstaak.3.2.2 Het zuiveringsbeheer als publieke taakDe wetgever heeft met artikel 15a Wvo beoogd vast te legg<strong>en</strong> dat zuivering <strong>van</strong> het <strong>van</strong> degeme<strong>en</strong>telijke riolering afkomstige water, het stedelijk <strong>afvalwater</strong>, wordt aangemerkt als e<strong>en</strong>taak die rechtstreeks valt onder de zorg <strong>van</strong> de overheid <strong>en</strong> die op basis <strong>van</strong> dit uitgangspuntwordt verricht door of in opdracht <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>. 74 De zorg voor de zuivering <strong>van</strong>stedelijk <strong>afvalwater</strong> is in deze wet dus door de wetgever in letterlijke bewoording<strong>en</strong>aangemerkt als publieke taak. 75 De wetgever gebruikt het begrip publieke taak hier in e<strong>en</strong>politiek-normatieve context. Het begrip wordt gebruikt om de gew<strong>en</strong>ste of noodzakelijkeom<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de verplichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> de overheid aan te duid<strong>en</strong>. Het begripwordt aldus gebruikt in e<strong>en</strong> discussie over de (kern)tak<strong>en</strong> <strong>van</strong> de overheid. Het begrip “depublieke taak” vervult e<strong>en</strong> tweeledige normatieve functie. 76 T<strong>en</strong> eerste heeft het begripe<strong>en</strong> positieve functie, waarmee kerntak<strong>en</strong> voor de overheid word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> (in casu dezuiveringstaak) <strong>en</strong> daarvoor bevoegdhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gecreëerd. T<strong>en</strong> tweede heeft het begripe<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de functie <strong>en</strong> geeft het de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> weer <strong>van</strong> het domein <strong>van</strong> de staatsmacht.De vraag naar wat tot het terrein <strong>van</strong> de publieke taak behoort <strong>en</strong> wat niet is e<strong>en</strong> normatievevraag. Het antwoord op deze vraag is gebond<strong>en</strong> aan tijd <strong>en</strong> plaats, heers<strong>en</strong>de politiek, cultuur<strong>en</strong> aan bestaande belang<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoeft<strong>en</strong>. 77 Dit antwoord heeft aldus ge<strong>en</strong> eeuwigheidswaarde,73 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2006-2007, 30818, nr. 3, pp. 96-97.74 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, p. 1.75 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, p. 3.76 B.P. Vermeul<strong>en</strong>, ‘De publieke taak: e<strong>en</strong> veelzijdig begrip’, in: J.W. Sap, De publieke taak, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer, 2003, p. 20 e.v.77 B.P. Vermeul<strong>en</strong> 2003, p. 20.27


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>maar verteg<strong>en</strong>woordigt e<strong>en</strong> dominante <strong>en</strong> heers<strong>en</strong>de opvatting. Hiermee wordt de focusverlegd <strong>van</strong> de vraag naar de inhoud <strong>van</strong> publieke tak<strong>en</strong> naar de vraag wie de inhoud <strong>van</strong>de publieke taak bepaalt. In ons staatsbestel is het afbak<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> de publieke taak primairvoorbehoud<strong>en</strong> aan de (Grond)wetgever. Zo is het in casu de wetgever in formele zin die inartikel 15a Wvo heeft bepaald dat het zuiveringsbeheer e<strong>en</strong> overheidstaak is. Het publieketak<strong>en</strong>pakket staat aldus ter dispositie aan de overheid.De regering merkte in reactie op het WRR-rapport ‘Het borg<strong>en</strong> <strong>van</strong> publieke belang<strong>en</strong>’ op dat hetniet mogelijk is e<strong>en</strong> catalogus <strong>van</strong> overheidstak<strong>en</strong> op te stell<strong>en</strong> met eeuwigheidswaarde. 78In dit licht kan m<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s de ontwikkeling <strong>van</strong> de uitbouw <strong>van</strong> de nachtwakersstaat nade Tweede Wereldoorlog tot verzorgingsstaat plaats<strong>en</strong>. In dit licht moet tev<strong>en</strong>s de rec<strong>en</strong>teontwikkeling word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> waarbij de staat weer meer op de voorgrond treedt om het fal<strong>en</strong><strong>en</strong> de uitwass<strong>en</strong> <strong>van</strong> de private markt te beëindig<strong>en</strong>.Ondanks deze onbestemdheid <strong>van</strong> de publieke taak zijn sommige auteurs <strong>van</strong> m<strong>en</strong>ing dat er<strong>en</strong>kele publieke tak<strong>en</strong> zijn, die niet weg gedefinieerd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op straffe <strong>van</strong> verlies<strong>van</strong> de titel ‘staat’ of democratische rechtsstaat. 79 Hierbij gaat het om tak<strong>en</strong> als bijvoorbeeldde zorg voor politie, def<strong>en</strong>sie, de waterstaat, de waarborg voor klassieke grondrecht<strong>en</strong>. Indeze context zij gewez<strong>en</strong> op Donner’s vermaarde uitspraak “De staat, dat zijn de dijk<strong>en</strong>!” 80 ,in welke de staat fungeert als de behartiger <strong>van</strong> collectieve belang<strong>en</strong>, die wij e<strong>en</strong>voudigeburgers bijvoorbeeld omwille <strong>van</strong> de kostbaarheid of de afhankelijkheid <strong>van</strong> het collectiefniet zelf kunn<strong>en</strong> behartig<strong>en</strong>. De overige, meer secundaire publieke tak<strong>en</strong>, welke niet rak<strong>en</strong>aan het al dan niet zijn <strong>van</strong> e<strong>en</strong> staat, zijn in deze zin e<strong>en</strong> resultaat <strong>van</strong> ad hoc politiekebesluitvorming. 81 In dit laatste licht moet ook het bestemm<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak alspublieke taak word<strong>en</strong> geplaatst.De vraag naar het staatsdoel <strong>en</strong> de staatstak<strong>en</strong> wordt aldus in e<strong>en</strong> democratisch procesbeantwoord. Het gaat hierbij om de vraag welke belang<strong>en</strong> (in casu de zuivering <strong>van</strong> stedelijk<strong>afvalwater</strong>) de staat zich w<strong>en</strong>st aan te trekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet zozeer om de vraag op welke manier destaat deze belang<strong>en</strong> zal borg<strong>en</strong>. 82 Ook deze vraag naar de uitvoering zal in e<strong>en</strong> democratischproces beantwoord di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Er zijn hierbij verschill<strong>en</strong>de uitvoeringsmodaliteit<strong>en</strong>beschikbaar: zuiver publiekrechtelijke arrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (waarbij publiekrechtelijkebevoegdhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegek<strong>en</strong>d), publiek-private instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of private uitvoering onderdoor de overheid gestelde randvoorwaard<strong>en</strong>. 83 De wetgever geeft, zoals hieronder zal word<strong>en</strong>besprok<strong>en</strong>, in artikel 15a Wvo aan hoe (met behulp <strong>van</strong> welke uitvoeringsmodaliteit<strong>en</strong>) hetzuiveringsbeheer di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> uitgevoerd. Uit de parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is blijkt dathet zuiveringsbeheer op doelmatige wijze di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> uitgevoerd (zie par.3.2.1.).3.2.3 De zuiveringstaak <strong>en</strong> marktactiviteit<strong>en</strong>Opvall<strong>en</strong>d in het licht <strong>van</strong> de materiële definitie <strong>van</strong> de zuiveringstaak is e<strong>en</strong> passage in deMemorie <strong>van</strong> Toelichting bij het eerder g<strong>en</strong>oemde wetsvoorstel tot wijziging <strong>van</strong> de Wvo, dieis gewijd aan marktactiviteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>. 84Hierin wordt gesteld dat de tak<strong>en</strong> op het gebied <strong>van</strong> de zuivering <strong>van</strong> het stedelijk <strong>afvalwater</strong>moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong> <strong>van</strong> die activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> het waterschap welke, alhoewel zij in78 Borging <strong>van</strong> publieke belang<strong>en</strong>, Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27771, nr. 1, p. 7. B.P. Vermeul<strong>en</strong> 2003, p. 23.79 H.J. de Ru, Staat, markt <strong>en</strong> recht. De gevolg<strong>en</strong> <strong>van</strong> privatisering voor het publiekrecht, preadvies CJV, Zwolle: W.E.J. Tje<strong>en</strong>k Willink, 1987.80 D.J. Elzinga, R. de Lange, Handboek <strong>van</strong> het Nederlandse staatsrecht, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer 2006, p. 171.81 M.C. Burk<strong>en</strong>s, ‘Privatisering uit staatsrechtelijk oogpunt’, in: M.M. Kaag (red.), Privatisering <strong>en</strong> deregulering: <strong>van</strong> verzorgingstaat naarwaarborgstaat, D<strong>en</strong> Haag: Staatsuitgeverij, 1983, p. 15-16. B.P. Vermeul<strong>en</strong> 2003, p. 25.82 B.P. Vermeul<strong>en</strong> 2003, p. 25.83 B.P. Vermeul<strong>en</strong> 2003, p. 20.84 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, p. 10.28


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>de praktijk veelal e<strong>en</strong> zekere relatie hebb<strong>en</strong> met de uitvoering <strong>van</strong> de publieke taak <strong>en</strong> met deaanwezigheid <strong>van</strong> de daarvoor b<strong>en</strong>odigde k<strong>en</strong>nis, zijn aan te merk<strong>en</strong> als marktactiviteit<strong>en</strong>.Voor dit soort activiteit<strong>en</strong> kan er aanleiding zijn tot het treff<strong>en</strong> <strong>van</strong> voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> omev<strong>en</strong>tuele concurr<strong>en</strong>tievervals<strong>en</strong>de effect<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> te gaan. De wetgever verwijst hierbij naarde Wet markt <strong>en</strong> overheid.Als voorbeeld<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze marktactiviteit<strong>en</strong> noemt de wetgever e<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> waterschapmet e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> e<strong>en</strong> waterleidingbedrijf opgericht waterket<strong>en</strong>bedrijf of e<strong>en</strong> doore<strong>en</strong> waterschap opgerichte BV, waarin de zuivering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> of meer grotebedrijv<strong>en</strong> die hun <strong>afvalwater</strong> niet loz<strong>en</strong> op de geme<strong>en</strong>telijke riolering, is ondergebracht.Andere voorbeeld<strong>en</strong> zijn geme<strong>en</strong>schappelijke voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op het gebied <strong>van</strong> de heffing<strong>en</strong> invordering <strong>van</strong> de zuiveringsheffing, alsmede op het gebied <strong>van</strong> slibverwerking <strong>en</strong>laboratoria. Het gegev<strong>en</strong> dat deze activiteit<strong>en</strong> tot doel hebb<strong>en</strong> effectief <strong>en</strong> kost<strong>en</strong>bespar<strong>en</strong>dte kunn<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het mede daarmee bereik<strong>en</strong> <strong>van</strong> lagere last<strong>en</strong> voor de gebond<strong>en</strong> lozers,doet niet af aan het feit dat deze activiteit<strong>en</strong> zijn aan te merk<strong>en</strong> als marktactiviteit<strong>en</strong> <strong>en</strong>daarmee buit<strong>en</strong> de publieke taak vall<strong>en</strong>.De Memorie <strong>van</strong> Toelichting verwoordt het als volgt:“5. Marktactiviteit<strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>. 85Wel te onderscheid<strong>en</strong> <strong>van</strong> de tak<strong>en</strong> op het gebied <strong>van</strong> de zuivering <strong>van</strong> het stedelijk <strong>afvalwater</strong>zijn die activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> het waterschap welke, alhoewel zij in de praktijk veelal e<strong>en</strong> zekere relatiehebb<strong>en</strong> met de uitvoering <strong>van</strong> de publieke taak <strong>en</strong> met de aanwezigheid <strong>van</strong> de daarvoor aanwezigek<strong>en</strong>nis, zijn aan te merk<strong>en</strong> als marktactiviteit<strong>en</strong>. Voor dat soort activiteit<strong>en</strong> kan er aanleiding zijntot het treff<strong>en</strong> <strong>van</strong> voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> om ev<strong>en</strong>tuele effect<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> concurr<strong>en</strong>tievervals<strong>en</strong>de uitwerkingte voorkom<strong>en</strong>.Veelal gaan dit soort activiteit<strong>en</strong> gepaard met de instelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> aparte rechtspersoon. Alsvoorbeeld daar<strong>van</strong> zijn te noem<strong>en</strong> e<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> waterschap met e<strong>en</strong> of meer geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong>waterleidingbedrijf opgericht waterket<strong>en</strong>bedrijf of e<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> waterschap opgerichte BVwaarin de zuivering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> of meer grote bedrijv<strong>en</strong>, die hun <strong>afvalwater</strong> nietloz<strong>en</strong> op geme<strong>en</strong>telijke riolering, is ondergebracht. Andere voorbeeld<strong>en</strong> zijn geme<strong>en</strong>schappelijkevoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op het gebied <strong>van</strong> heffing <strong>en</strong> invordering <strong>van</strong> zuiveringsheffing, alsmede op het gebied<strong>van</strong> slibverwerking of laboratoria. Primair doel daar<strong>van</strong> is overig<strong>en</strong>s het effectief <strong>en</strong> kost<strong>en</strong>bespar<strong>en</strong>dkunn<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het mede daarmee bereik<strong>en</strong> <strong>van</strong> lagere last<strong>en</strong> voor de gebond<strong>en</strong> lozers op deriolering.Dat alles neemt niet weg, dat het hier uit e<strong>en</strong> oogpunt <strong>van</strong> de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> Wet markt <strong>en</strong> overheidgaat om marktactiviteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat waterschapp<strong>en</strong> wat die activiteit<strong>en</strong> betreft zull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zijngebond<strong>en</strong> aan de spelregels die op grond <strong>van</strong> e<strong>en</strong> dergelijke wet zull<strong>en</strong> gaan geld<strong>en</strong>. Wanneerbedoelde Wet markt <strong>en</strong> overheid daartoe aanleiding geeft, zal dit punt, voorzover het meer concreetde systematiek <strong>van</strong> de financiering betreft, <strong>en</strong> daarmee ook het belang <strong>van</strong> het voorkom<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>tueel concurr<strong>en</strong>tievervals<strong>en</strong>d nev<strong>en</strong>effect, in beschouwing moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het bredereverband <strong>van</strong> de financiële bepaling<strong>en</strong> in de Wet verontreiniging oppervlaktewater<strong>en</strong>. “De wetgever stelt aldus dat de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> zulke aanverwante marktactiviteit<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>de zuiveringstaak valt. Hierbij duidt de wetgever de zuiveringstaak zelf niet nader. Ook hetbegrip marktactiviteit<strong>en</strong> wordt niet verder uitgewerkt. In het SER-advies ‘Markt <strong>en</strong> overheid’ uit85 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, p. 10.29


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>1999 definieert de SER in navolging <strong>van</strong> de adviesaanvraag <strong>van</strong> de minister <strong>van</strong> Economischezak<strong>en</strong> marktactiviteit<strong>en</strong> als ‘economische activiteit<strong>en</strong> in concurr<strong>en</strong>tie met derd<strong>en</strong>’. 86 Ditadvies ligt mede t<strong>en</strong> grondslag aan de Wet markt <strong>en</strong> overheid, die beoogt marktactiviteit<strong>en</strong><strong>van</strong> de overheid te reguler<strong>en</strong>.3.2.4 De relatieve onbestemdheid <strong>van</strong> de zuiveringstaak: biedt de zuiveringsheffingduidelijkheid?Lezing <strong>van</strong> artikel 15a Wvo <strong>en</strong> de daarbij behor<strong>en</strong>de parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is geeft slechtsbeperkt inzicht in de vraag naar de materiële definitie <strong>en</strong> de reikwijdte <strong>van</strong> de zuiveringstaak.Deze materiële definitie lijkt in zekere zin bek<strong>en</strong>d te word<strong>en</strong> verondersteld. Dit is kwalijkte noem<strong>en</strong> in het licht <strong>van</strong> het functioneel dec<strong>en</strong>traal karakter <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>.Functionele dec<strong>en</strong>tralisatie staat of valt bij de toek<strong>en</strong>ning <strong>van</strong> e<strong>en</strong> heldere taakstelling. Opdeze wijze gaat de wetgever voorbij aan de opdracht <strong>van</strong> de Grondwetgever in artikel 133 Gwtot regeling <strong>van</strong> de tak<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>. De Grondwetgever heeft de regeling <strong>van</strong> detaakstelling aan de wetgever overgelat<strong>en</strong> uit het oogpunt <strong>van</strong> flexibiliteit, opdat de wetgeverin kan spel<strong>en</strong> op nieuwe ontwikkeling<strong>en</strong>. De wetgever lijkt door de onbestemdheid <strong>van</strong> dezuiveringstaak <strong>en</strong>igszins misbruik te mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> de hem door de Grondwetgever gebod<strong>en</strong>flexibiliteit. E<strong>en</strong> onduidelijke taakstelling draagt pot<strong>en</strong>tiële risico’s, zoals interbestuurlijkeconflict<strong>en</strong> met provincies <strong>en</strong>/of geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> het gevaar in strijd te handel<strong>en</strong> met hetlegaliteitsbeginsel (zie hierna).De parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is behor<strong>en</strong>de bij de Wvo <strong>en</strong> de Waterwet br<strong>en</strong>gt ons aldusslechts beperkt verder in de zoektocht naar e<strong>en</strong> materiële definitie <strong>van</strong> de zuiveringstaak.Geconcludeerd kan word<strong>en</strong> dat de zuiveringstaak e<strong>en</strong> publieke taak is, die in beginsel bijde waterschapp<strong>en</strong> ligt <strong>en</strong> die ziet op de zuivering <strong>van</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> gebond<strong>en</strong>lozers. Uit de parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is blijkt dat het zuiveringsbeheer op doelmatigewijze di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> uitgevoerd (zie par.3.2.1.). Het verricht<strong>en</strong> <strong>van</strong> marktactiviteit<strong>en</strong> zoalshet lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie of grondstoff<strong>en</strong> valt buit<strong>en</strong> het kader <strong>van</strong> de zuiveringstaak.Vanuit het legaliteitsbeginsel bezi<strong>en</strong> is afbak<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> overheidshandel<strong>en</strong>/het expliciter<strong>en</strong><strong>van</strong> de bevoegdheid tot overheidshandel<strong>en</strong> het meest noodzakelijk daar waar dit handel<strong>en</strong>diep ingrijpt in de vrijhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> burgers. In relatie tot de zuiveringstaak moet hierbijgewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op de zuiveringsheffing, e<strong>en</strong> belasting waarmee de zuiveringstaakbekostigd wordt <strong>en</strong> die in 2007 bij de Wet modernisering waterschapsbestel is ingevoerd. 87De Wet modernisering waterschapsbestel heeft de Wsw in 2006 aangepast aan de praktijk<strong>van</strong> all-in waterschapp<strong>en</strong>, die zich richt<strong>en</strong> op integraal waterbeheer. Bij deze wetswijzigingis het tak<strong>en</strong>pakket <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> aangepast. De zorg voor de waterhuishouding<strong>en</strong> de waterkering hebb<strong>en</strong> plaats gemaakt voor de zorg voor het watersysteem; de eerstehoofdtaak <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>.De tweede hoofdtaak die bij de Wet modernisering waterschapsbestel zijn plaats heeftgekreg<strong>en</strong> in de Wsw, is de zuiveringstaak. De wetgever volstaat er simpelweg mee doorte stell<strong>en</strong> dat waterschapp<strong>en</strong> reeds sinds 2002 bij de Wvo de zorgplicht tot zuivering <strong>van</strong>stedelijk <strong>afvalwater</strong> toebedeeld hebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>. 88De zuiveringsheffing k<strong>en</strong>t sinds de inwerkingtreding <strong>van</strong> de Wet modernisering86 SER-advies, Markt <strong>en</strong> overheid, 17 september 1999, 1999/12, p. 6.87 Wet <strong>van</strong> 21 mei 2007, Stb. 2007, 208.88 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2005-2006, 30601, nr. 3, p. 11.30


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>waterschapsbestel zijn wettelijke grondslag in artikel 122c Wsw. Via de zuiveringsheffingop alle indirecte lozing<strong>en</strong> (dat zijn lozing<strong>en</strong> op de riolering of op e<strong>en</strong> zuiveringtechnischwerk) verhal<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> die zij mak<strong>en</strong> voor de zuivering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>.Indirect loz<strong>en</strong> wordt ook wel afvoer<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. De zuiveringsheffing is gebaseerd op hetbeginsel de vervuiler betaalt (artikel 122e Wsw). Het waterschap besteedt de opbr<strong>en</strong>gst <strong>van</strong>de zuiveringsheffing slechts aan de bekostiging <strong>van</strong> zijn zuiveringstaak. 89In de Memorie <strong>van</strong> Toelichting bij de Wet modernisering waterschapsbestel word<strong>en</strong> dezuiveringskost<strong>en</strong> geduid. 90 Zuiveringskost<strong>en</strong> bestaan naast de kost<strong>en</strong> voor de bouw <strong>en</strong>exploitatie <strong>van</strong> zuiveringtechnische werk<strong>en</strong>, tev<strong>en</strong>s uit de kost<strong>en</strong> gemoeid met planvorming<strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> voor de beheersing <strong>van</strong> het afvoer<strong>en</strong> op de riolering. Voorts di<strong>en</strong><strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> voorhet vastlegg<strong>en</strong>, oplegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> de invordering <strong>van</strong> de zuiveringsheffing als zuiveringskost<strong>en</strong> teword<strong>en</strong> aangemerkt. T<strong>en</strong> slotte moet<strong>en</strong> ook de bestuurskost<strong>en</strong> <strong>en</strong> de externe communicatie,alsmede de kost<strong>en</strong> voor de sam<strong>en</strong>werking met geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het kader <strong>van</strong> de <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong>als zuiveringskost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt. Artikel 122d, lid 5 onder b Wsw bepaalt verderexpliciet dat de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringsheffing, omwille <strong>van</strong> het teg<strong>en</strong>gaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong>stijging <strong>van</strong> het v.e.-tarief, ook voor de kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zog<strong>en</strong>aamde afhaaksubsidies kunn<strong>en</strong>word<strong>en</strong> gebruikt.3.2.5 Toetsing aan de zuiveringstaakOp basis <strong>van</strong> deze bevinding<strong>en</strong> in combinatie met eerder behandelde parlem<strong>en</strong>taireoverweging<strong>en</strong> aangaande artikel 15a Wvo tek<strong>en</strong>t zich e<strong>en</strong> beeld <strong>van</strong> de materiële reikwijdte<strong>van</strong> de zuiveringstaak af. Ter beantwoording <strong>van</strong> de eerder gestelde vraag of de <strong>valorisatie</strong><strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> binn<strong>en</strong> de reikwijdte <strong>van</strong> de zuiveringstaak valt, zal dan ook in onderstaandee<strong>en</strong> toetsing plaatsvind<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de fas<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> aan hethierbov<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> toetsingskader. Verschill<strong>en</strong>de sc<strong>en</strong>ario’s zull<strong>en</strong> hierbij kort word<strong>en</strong>doorlop<strong>en</strong>.1. In het eerste sc<strong>en</strong>ario produceert e<strong>en</strong> waterschap elektrische <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong>. Deelektrische <strong>en</strong>ergie ontstaat na de verbranding <strong>van</strong> biogas dat is verkreg<strong>en</strong> uit de vergisting<strong>van</strong> restslib. Het waterschap gebruikt deze gewonn<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> hetzuiveringsproces <strong>en</strong> tracht zo (deels) zelfvoorzi<strong>en</strong><strong>en</strong>d te word<strong>en</strong>. Levering aan derd<strong>en</strong>vindt niet plaats.Gelet op het hierbov<strong>en</strong> uite<strong>en</strong>gezette toetsingskader di<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> eerste te word<strong>en</strong> opgemerktdat <strong>en</strong>ergieproductie uit <strong>afvalwater</strong> noch <strong>en</strong>ergielevering expliciet door de wetgever zijnaangemerkt als waterschapstak<strong>en</strong>. Gelet op de onvoorzi<strong>en</strong>baarheid <strong>van</strong> de onderhavigeduurzame ontwikkeling<strong>en</strong> verbaast dit echter niet.De productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong> t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> het eig<strong>en</strong> gebruik <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong> zou echter aangemerkt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als slibverwerking. De <strong>en</strong>ergiewordt immers gewonn<strong>en</strong> uit het vergist<strong>en</strong> of vergass<strong>en</strong> <strong>van</strong> restslib. Zoals hierbov<strong>en</strong> isgesteld schaart de wetgever de kost<strong>en</strong> voor slibverwerking (zijnde exploitatiekost<strong>en</strong>)onder de zuiveringskost<strong>en</strong> (kost<strong>en</strong> die waterschapp<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> bij de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> hunzuiveringstaak). Het publiek belang is in deze geleg<strong>en</strong> in de opwekking <strong>van</strong> duurzame<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> doelmatige uitvoering <strong>van</strong> de zuiveringstaak.89 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2005-2006, 30601, nr. 3, p. 56.90 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2005-2006, 30601, nr. 3, p. 56.31


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Van marktactiviteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong> is in dit sc<strong>en</strong>ario bij de productie <strong>van</strong>waterschaps<strong>en</strong>ergie voor eig<strong>en</strong> gebruik ge<strong>en</strong> sprake. Waterschapp<strong>en</strong> gaan immers nietde markt op met deze <strong>en</strong>ergie. Er is aldus ook ge<strong>en</strong> sprake <strong>van</strong> concurr<strong>en</strong>tie met derd<strong>en</strong>.De hier geschetste mogelijkheid om binn<strong>en</strong> de zuiveringstaak <strong>en</strong>ergie te producer<strong>en</strong> uit<strong>afvalwater</strong> voor eig<strong>en</strong> gebruik k<strong>en</strong>t echter wel <strong>en</strong>ige begr<strong>en</strong>zing<strong>en</strong>.De eerste begr<strong>en</strong>zing komt voort uit het functionele karakter <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>.Deze begr<strong>en</strong>zing is geleg<strong>en</strong> in het feit dat de ev<strong>en</strong>tuele bat<strong>en</strong> voortkom<strong>en</strong>d uit de(gedeeltelijk) zelfvoorzi<strong>en</strong><strong>en</strong>de <strong>en</strong>ergieopwekking <strong>en</strong>kel t<strong>en</strong> goede mog<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> aan hetzuiveringsbeheer of moet<strong>en</strong> terugvloei<strong>en</strong> naar de belastingbetaler ( in de vorm <strong>van</strong> e<strong>en</strong>verlaging <strong>van</strong> het v.e.-tarief), nu de hiervoor b<strong>en</strong>odigde investering<strong>en</strong> ook bekostigd word<strong>en</strong>uit de zuiveringsheffing. De geld<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> opgehaald met de zuiveringsheffing moet<strong>en</strong>immers word<strong>en</strong> aangemerkt als geoormerkte belasting<strong>en</strong>.De tweede, meer algem<strong>en</strong>e, begr<strong>en</strong>zing is geleg<strong>en</strong> in het feit dat de milieukwaliteit <strong>van</strong> hetgezuiverde <strong>afvalwater</strong> op grond <strong>van</strong> het stand-still beginsel uit de Kaderrichtlijn Water nietmag verslechter<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> e<strong>en</strong> lucratievere <strong>en</strong>ergieproductie. De milieukwaliteit<strong>van</strong> het gezuiverde <strong>afvalwater</strong> di<strong>en</strong>t leid<strong>en</strong>d te blijv<strong>en</strong> voor het zuiveringsbeheer.Binn<strong>en</strong> de huidige zuiveringstaakstelling is het aannemelijk dat het waterschapp<strong>en</strong>niet is toegestaan om bij de productie <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie gebruik te mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> demogelijkheid <strong>van</strong> combinatievergisting. In geval de waterschapp<strong>en</strong> zich lat<strong>en</strong> betal<strong>en</strong> voorde verwerking <strong>van</strong> deze biologische afvalreststrom<strong>en</strong>, ding<strong>en</strong> zij mee in de markt voorafvalverwerking. Daarmee lijkt sprake te zijn <strong>van</strong> marktactiviteit<strong>en</strong>. Combinatievergistinglijkt als marktactiviteit aldus buit<strong>en</strong> de zuiveringstaak pur sang te vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmeebuit<strong>en</strong> het functioneel dec<strong>en</strong>traal karakter <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong>marktactiviteit zal aan de Europese eis<strong>en</strong> met betrekking tot de interne markt <strong>en</strong> d<strong>en</strong>ationale eis<strong>en</strong>, zoals neergelegd in de Wet markt <strong>en</strong> overheid, moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voldaan.Overig<strong>en</strong>s geldt hetge<strong>en</strong> hier over covergisting is gesteld, ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s voor het sc<strong>en</strong>ario <strong>van</strong>levering (hierna sc<strong>en</strong>ario 2).2. In het tweede sc<strong>en</strong>ario produceert e<strong>en</strong> waterschap net zoals in het eerste sc<strong>en</strong>ario elektrische<strong>en</strong>ergie of grondstoff<strong>en</strong> uit <strong>afvalwater</strong>. De elektrische <strong>en</strong>ergie ontstaat na de verbranding<strong>van</strong> biogas dat is verkreg<strong>en</strong> uit de vergisting of vergassing <strong>van</strong> restslib. Het waterschaplevert deze gewonn<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie of grondstoff<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s aan het <strong>en</strong>ergi<strong>en</strong>et,aan mede-overhed<strong>en</strong> die het gebruik<strong>en</strong> in het kader <strong>van</strong> de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> publieketak<strong>en</strong>, of rechtstreeks aan particulier<strong>en</strong>.Dit tweede sc<strong>en</strong>ario onderscheidt zich <strong>van</strong> het eerste sc<strong>en</strong>ario daar er hier sprake is <strong>van</strong>levering <strong>van</strong> de geproduceerde waterschaps<strong>en</strong>ergie of grondstoff<strong>en</strong>. In de wet is niet explicietbepaald dat dit tot de uitvoering <strong>van</strong> de zuiveringstaak <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>gerek<strong>en</strong>d. Dit lever<strong>en</strong> moet daarom in beginsel word<strong>en</strong> aangeduid als marktactiviteit. Doorhet lever<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> immers in concurr<strong>en</strong>tie tred<strong>en</strong> met derd<strong>en</strong>.Bij de levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan het <strong>en</strong>ergi<strong>en</strong>et (aan <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong>,die deze <strong>en</strong>ergie vervolg<strong>en</strong>s verkop<strong>en</strong> aan consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>) tred<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> inbeginsel in concurr<strong>en</strong>tie met andere produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> (duurzame/gro<strong>en</strong>e) <strong>en</strong>ergie, zoalsparticulier<strong>en</strong> met zonnepanel<strong>en</strong> of windmol<strong>en</strong>s. Bij de levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergieaan medeoverhed<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in concurr<strong>en</strong>tie kunn<strong>en</strong> tred<strong>en</strong>32


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>met (particuliere) aanbieders <strong>van</strong> (gro<strong>en</strong>e) <strong>en</strong>ergie; de <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong>. Dit kan ookhet geval zijn, indi<strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong> rechtstreeks waterschaps<strong>en</strong>ergie aan particuliereverbruikers lever<strong>en</strong>.Hoewel het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie waarschijnlijk gunstige effect<strong>en</strong> zal hebb<strong>en</strong> opde maatschappelijke kost<strong>en</strong> die gemoeid zijn met het zuiveringsbeheer <strong>en</strong> zal bijdrag<strong>en</strong>aan e<strong>en</strong> duurzame afvalverwerking, is het aannemelijk dat dit lever<strong>en</strong> als marktactiviteitop dit mom<strong>en</strong>t buit<strong>en</strong> de zuiveringstaak <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> valt. De kost<strong>en</strong> voor deproductie <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de levering aan derd<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> dan ookniet bekostigd mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uit de opbr<strong>en</strong>gst <strong>van</strong> de zuiveringsheffing. De ev<strong>en</strong>tuele bat<strong>en</strong><strong>van</strong> deze <strong>en</strong>ergielevering zull<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong> er toch voor kiez<strong>en</strong> om buit<strong>en</strong> huntaakstelling om <strong>en</strong>ergie te lever<strong>en</strong> (zie hierna), vrijelijk besteed mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoev<strong>en</strong>aldus niet per definitie t<strong>en</strong> goede te kom<strong>en</strong> aan het zuiveringsbeheer.Overig<strong>en</strong>s gaan steeds meer waterschapp<strong>en</strong> om doelmatigheidsred<strong>en</strong><strong>en</strong> het slib <strong>van</strong> meerdererioolwaterzuivering<strong>en</strong> op één c<strong>en</strong>trale plaats vergist<strong>en</strong>. Hierdoor ontstaat weliswaar e<strong>en</strong>(beperkt) overschot <strong>van</strong> duurzame <strong>en</strong>ergie op locati<strong>en</strong>iveau, maar niet op het niveau <strong>van</strong> hetgehele waterschap. Per saldo is elk waterschap binn<strong>en</strong> de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> zijn zuiveringstaaknog steeds <strong>en</strong>ergieverbruiker <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergieleverancier. In geval <strong>van</strong> levering aan het networdt de geleverde <strong>en</strong>ergie meestal gesaldeerd met de verbruikte <strong>en</strong>ergie.De risico’s <strong>van</strong> het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie of grondstoff<strong>en</strong> schuil<strong>en</strong> in de mogelijkestrijd met het legaliteitsbeginsel, daar voor dit overheidsoptred<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> grondslag is aan tewijz<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> concrete manifestatie <strong>van</strong> strijd met het legaliteitsbeginsel zou zich voor kunn<strong>en</strong>do<strong>en</strong> in het geval dat waterschapp<strong>en</strong> invester<strong>en</strong> in de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie of grondstoff<strong>en</strong>t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de levering aan derd<strong>en</strong> <strong>en</strong> zij deze investering<strong>en</strong> bekostig<strong>en</strong> uit de opbr<strong>en</strong>gst<strong>van</strong> de zuiveringsheffing.Voor het overige geldt wat hiervoor is gezegd met betrekking tot het voldo<strong>en</strong> aan de Europese<strong>en</strong> nationale vereist<strong>en</strong> met betrekking tot de interne markt <strong>en</strong> mededinging. Zie uitvoeriger<strong>en</strong> meer gedetailleerd hoofdstuk 5.3.3 Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> in het licht <strong>van</strong> het specialiteitsbeginselIn de voorgaande paragraaf is duidelijk geword<strong>en</strong> welke gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> het functionele karakter<strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> stelt aan <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>. Binn<strong>en</strong> de zuiveringstaak is hetde waterschapp<strong>en</strong> toegestaan <strong>afvalwater</strong> te valoriser<strong>en</strong> voor de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie diede waterschapp<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s zelf gebruik<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer. Het feitdat deze fase <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> binn<strong>en</strong> de zuiveringstaak valt <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>, zegt echterniets over de vraag of de bevoegdheid tot de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer voldo<strong>en</strong>deis toegesned<strong>en</strong> op de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>. De publiekrechtelijke bevoegdheid <strong>van</strong>waterschapp<strong>en</strong> tot het zuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong> di<strong>en</strong>t als gesteld primair gelez<strong>en</strong> teword<strong>en</strong> in de zorgplicht <strong>van</strong> artikel 3.4 Waterwet <strong>en</strong> meer secundair in de taakstelling <strong>van</strong>artikel 1 lid 2 Wsw.De hier gestelde vraag raakt aan het specialiteitsbeginsel. Het specialiteitsbeginsel houdt in datambt<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> over min of meer naar doel afgebak<strong>en</strong>de bestuursbevoegdhed<strong>en</strong>. 9191 R.J.N. Schlössels, S.E. Zijlstra, Onderwijseditie bestuursrecht in de sociale rechtsstaat deel 1, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer, 2010, pp. 399-406.33


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Bestuursbevoegdhed<strong>en</strong>, waarbij e<strong>en</strong> onderscheid di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> gemaakt tuss<strong>en</strong> meerjuridische <strong>en</strong> meer feitelijke bevoegdhed<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> meestal niet in het algeme<strong>en</strong> toegek<strong>en</strong>d,maar met het oog op specifieke publieke belang<strong>en</strong>. Ontbreekt zulk e<strong>en</strong> specifiek belang,dan geldt als hoofdregel dat e<strong>en</strong> bevoegdheid slechts in het algeme<strong>en</strong> belang mag <strong>en</strong> moetword<strong>en</strong> uitgeoef<strong>en</strong>d. Het specialiteitsbeginsel heeft e<strong>en</strong> belangrijk waarborgkaraktervoor de burgers. Het b<strong>en</strong>adrukt dat het bestuur onvrij is in haar publiekrechtelijkhandel<strong>en</strong> <strong>en</strong> staat daarmee in schril contrast met de privaatrechtelijke autonomie. Hetspecialiteitsbeginsel beperkt aldus de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de belang<strong>en</strong>afweging bij discretionairebestuursbevoegdhed<strong>en</strong>. 92 Bestuursbevoegdhed<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> in deze zin dus niet naar het <strong>en</strong>kelegoeddunk<strong>en</strong> <strong>van</strong> de overheid word<strong>en</strong> gebruikt. In deze zin vormt het specialiteitsbeginsele<strong>en</strong> materiële aanvulling op het in ess<strong>en</strong>tie vrij formele legaliteitsbeginsel dat (<strong>en</strong>kel) steltdat alle overheidsoptred<strong>en</strong> uiteindelijk moet zijn te herleid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> wet in formele zin.Het specialiteitsbeginsel wordt begr<strong>en</strong>sd door het verbod <strong>van</strong> détournem<strong>en</strong>t de pouvoir; hetverbod om misbruik <strong>van</strong> bevoegdheid te mak<strong>en</strong>. 93 Het is aldus verbod<strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> tegebruik<strong>en</strong> met het oog op e<strong>en</strong> ander doel dan waarvoor zij zijn toegek<strong>en</strong>d.Om e<strong>en</strong> antwoord te kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> op de vraag of het belang<strong>en</strong>kader dat de waterschapp<strong>en</strong>mee kunn<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> bij de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer voldo<strong>en</strong>de is toegesned<strong>en</strong>op de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>, zal in de volg<strong>en</strong>de paragraaf word<strong>en</strong> uite<strong>en</strong>gezet met hetoog op welk doel (welk specifiek belang) de wetgever waterschapp<strong>en</strong> het zuiveringsbeheerheeft toegek<strong>en</strong>d. Onder <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> moet in dit verband <strong>en</strong>kel de productie<strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> eig<strong>en</strong> gebruik word<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong>, daar hiervoorreeds bepaald is dat de productie <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie gericht op levering aan derd<strong>en</strong> <strong>en</strong>de terugwinning <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> levering aan derd<strong>en</strong> in beginsel buit<strong>en</strong>de wettelijke opdracht <strong>van</strong> de zuiveringstaak valt.3.3.1 Doelmatig zuiveringsbeheerNadat de wetgever in artikel 15a Wvo de zuiveringstaak als publieke taak heeft aangemerkt,stelt de wetgever dat de toek<strong>en</strong>ning <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer aan waterschapp<strong>en</strong> moetword<strong>en</strong> geplaatst in het licht <strong>van</strong> de optimalisatie <strong>van</strong> de maatschappelijke kost<strong>en</strong> 94binn<strong>en</strong> de waterket<strong>en</strong>. 95 Volg<strong>en</strong>s de wetgever is e<strong>en</strong> duidelijke taakafbak<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> verdeling<strong>van</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de partners in de waterket<strong>en</strong> hiertoe onmisbaar. Hettoek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>van</strong> bevoegdheid tot zuivering aan waterschapp<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t aldus geplaatst teword<strong>en</strong> in het licht <strong>van</strong> de doelmatigheid (hier gedefinieerd als de optimalisatie <strong>van</strong>maatschappelijke kost<strong>en</strong>). Hierna zal e<strong>en</strong> aantal voorbeeld<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> detoepassing <strong>van</strong> dit doelmatigheidsprincipe in de context <strong>van</strong> artikel 15a Wvo (de ev<strong>en</strong>knie<strong>van</strong> het huidige artikel 3.4 Waterwet).In dit licht kan gewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op de situatie dat het bestuur <strong>van</strong> het waterschap (alsoverheid) ex artikel 15a lid 1 Wvo de zuivering in zijn opdracht laat verricht<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> derde.Het publieke belang <strong>van</strong> dit ‘uitbested<strong>en</strong>’ is geleg<strong>en</strong> in het bevorder<strong>en</strong> <strong>van</strong> zo laag mogelijkezuiveringslast<strong>en</strong> voor burgers <strong>en</strong> bedrijfslev<strong>en</strong> (doelmatigheid). Verscheid<strong>en</strong>e opties zijnhierbij mogelijk geacht, waarbij de kost<strong>en</strong>efficiëntie voor de zog<strong>en</strong>aamde gebond<strong>en</strong>klant<strong>en</strong> voorop di<strong>en</strong>t te staan. Hierbij moet wel word<strong>en</strong> opgemerkt dat overe<strong>en</strong>komstig het92 R.J.N. Schlössels 2010, p. 401.93 R.J.N. Schlössels 2010, p. 405.94 H.J.M. Havekes 2008, pp. 275-277. Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, pp. 2-3.95 Zie hoofdstuk 4 nader over de waterket<strong>en</strong>.34


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>grondwettelijke regime (artikel 133 Gw) <strong>en</strong> het daarop aansluit<strong>en</strong>de dec<strong>en</strong>tralisatiebeginseluit de Wsw, de vaststelling <strong>van</strong> de algem<strong>en</strong>e zuiveringstaak <strong>en</strong> de opdracht daar<strong>van</strong> nietgeschiedt bij wet maar bij provinciale verord<strong>en</strong>ing. De regeling <strong>van</strong> de waterschapstaakhoort immers tot de primaire bevoegdheid <strong>van</strong> provinciale stat<strong>en</strong>. Dit betek<strong>en</strong>t ook dat demogelijkheid tot het uitbested<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak mede kan zijn bepaald door bij ofkracht<strong>en</strong>s die verord<strong>en</strong>ing gestelde voorwaard<strong>en</strong>. 96E<strong>en</strong> ander voorbeeld <strong>van</strong> het strev<strong>en</strong> naar doelmatigheid zi<strong>en</strong> we terug in het derde lid <strong>van</strong>artikel 15a Wvo (het huidige 3.4 lid 2 Waterwet), waarin wordt gesteld dat het stedelijk<strong>afvalwater</strong> ook kan word<strong>en</strong> gezuiverd op e<strong>en</strong> rwzi die in beheer <strong>van</strong> de geme<strong>en</strong>te is, mits ditaantoonbaar doelmatiger is voor de zuivering. 97T<strong>en</strong> slotte plaatst de wetgever ook de feitelijke uitvoering <strong>van</strong> de zuiveringstaak in het licht<strong>van</strong> de doelmatigheid. Ook hier is de optimalisatie <strong>van</strong> kost<strong>en</strong> belangrijk. De wetgever juichtdan ook het eig<strong>en</strong> initiatief <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> toe waarbij regelmatig e<strong>en</strong> onderlingebedrijfsvergelijking (b<strong>en</strong>chmarking) <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>dewaterschapp<strong>en</strong> wordt gemaakt. 98 Naast de financiële kant <strong>van</strong> het beheer <strong>en</strong> de exploitatieword<strong>en</strong> in deze bedrijfsvergelijking ook onderwerp<strong>en</strong> als het functioner<strong>en</strong> <strong>en</strong> de <strong>innovatie</strong><strong>van</strong> zuiveringsinrichting<strong>en</strong> vergelek<strong>en</strong>. Dit laatste is volg<strong>en</strong>s de wetgever niet zonder belangvoor de bescherming <strong>van</strong> de ecologische functie <strong>van</strong> het betrokk<strong>en</strong> watersysteem. 99De tekst <strong>van</strong> artikel 15a Wvo (het huidige artikel 3.4 Waterwet) maakt aldus duidelijk dathet zuiveringsbeheer gericht moet zijn op doelmatigheid. Uit de parlem<strong>en</strong>taire stukk<strong>en</strong>behor<strong>en</strong>de bij de Waterwet blijkt daarnaast dat de wetgever het zuiveringsbeheer plaatst inhet licht <strong>van</strong> de milieukwaliteit <strong>van</strong> watersystem<strong>en</strong> <strong>en</strong> de op dit gebied op ons land rust<strong>en</strong>deEuropeesrechtelijke verplichting<strong>en</strong>. 100 De tekst <strong>van</strong> artikel 1 lid 2 Wsw maakt niet duidelijkmet het oog op welke belang<strong>en</strong> het zuiveringsbeheer <strong>van</strong> het waterschap di<strong>en</strong>t plaats tevind<strong>en</strong>. Op zichzelf is dit logisch gezi<strong>en</strong> het organieke karakter <strong>van</strong> de Waterschapswet. Het<strong>duurzaamheid</strong>sbelang, waarop <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> mede gestoeld is, ligt daarme<strong>en</strong>och aan artikel 3.4 Waterwet noch aan artikel 1 lid 2 Wsw expliciet t<strong>en</strong> grondslag.In de volg<strong>en</strong>de paragraaf zal nader word<strong>en</strong> onderzocht of het hierbov<strong>en</strong> geschetstebelang<strong>en</strong>kader voldo<strong>en</strong>de is toegesned<strong>en</strong> op <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> in de zin dat onder hetdoelmatigheidsbegrip <strong>en</strong> het algeme<strong>en</strong> belang dat overheidstak<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zo laag mogelijkemaatschappelijke kost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd ook het <strong>duurzaamheid</strong>sbelang kan word<strong>en</strong>geschaard.96 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, pp. 7-10.97 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 8.98 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, p. 3.99 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2000-2001, 27615, nr. 3, p. 3.100 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2006-2007, 30818, nr. 3, pp. 96-97.35


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>3.3.2 Toetsing aan het specialiteitsbeginselHet waterschap beoogt met de productie <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie voor eig<strong>en</strong> verbruik dedoelmatigheid <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer te vergrot<strong>en</strong> c.q. de maatschappelijke kost<strong>en</strong> teverlag<strong>en</strong>. Door zelf <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong> te producer<strong>en</strong>, spaart het waterschap immers op<strong>en</strong>ergiekost<strong>en</strong> <strong>en</strong> kost<strong>en</strong> voor externe slibverwerking, waardoor uiteindelijk het v.e.-tariefomlaag kan. Dit is in overe<strong>en</strong>stemming met wat de wetgever bij de toek<strong>en</strong>ning <strong>van</strong> hetzuiveringsbeheer aan waterschapp<strong>en</strong> beoogd heeft.Op grond <strong>van</strong> dezelfde hierbov<strong>en</strong> aangehaalde parlem<strong>en</strong>taire geschied<strong>en</strong>is kan – uitgaande<strong>van</strong> e<strong>en</strong> strikte uitleg <strong>van</strong> de zuiveringstaak - gesteld word<strong>en</strong> dat de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiealle<strong>en</strong> dan mag plaatsvind<strong>en</strong> wanneer dit de doelmatigheid t<strong>en</strong> goede komt. In dit gevalwerkt het waterschap zowel doelmatig als duurzaam.Wanneer ev<strong>en</strong>tuele kapitaalint<strong>en</strong>sieve investering<strong>en</strong>, die de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit<strong>afvalwater</strong> mogelijk moet<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, er echter toe leid<strong>en</strong> dat het v.e.-tarief onverhoopt <strong>en</strong>niet kortstondig omhoog zal gaan, dan is dit in het licht <strong>van</strong> de door de wetgever beoogdeoptimalisatie <strong>van</strong> maatschappelijke kost<strong>en</strong> in beginsel ongew<strong>en</strong>st. Het waterschap werktdan wel duurzaam, maar niet doelmatig. Artikel 3.4 Waterwet plaatst de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> hetzuiveringsbeheer immers alle<strong>en</strong> in het licht <strong>van</strong> de doelmatigheid <strong>en</strong> niet direct in het kader<strong>van</strong> het <strong>duurzaamheid</strong>sbelang. .Hier di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong> op het feit dat het <strong>duurzaamheid</strong>sbelang wel t<strong>en</strong> grondslagligt aan het Verdrag betreff<strong>en</strong>de de Europese Unie (zie de preambule <strong>en</strong> ook artikel 3 lid 5VEU) <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> doelstelling is <strong>van</strong> de EU.Voor de definitie <strong>van</strong> dit <strong>duurzaamheid</strong>sbelang kan het beste word<strong>en</strong> aangeslot<strong>en</strong> bij dedefinitie <strong>van</strong> duurzame ontwikkeling, zoals dit gegev<strong>en</strong> is door de VN-commissie Brundtland in1987. Volg<strong>en</strong>s deze commissie is duurzame ontwikkeling die ontwikkeling die aansluit op debehoeft<strong>en</strong> <strong>van</strong> het hed<strong>en</strong> zonder het vermog<strong>en</strong> <strong>van</strong> toekomstige g<strong>en</strong>eraties om in hun eig<strong>en</strong>behoeft<strong>en</strong> te voorzi<strong>en</strong> in gevaar te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. 101 Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> kan gelet op dezedefinitie als e<strong>en</strong> vorm duurzame ontwikkeling word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>.Algem<strong>en</strong>e rechtsbeginsel<strong>en</strong> <strong>en</strong> beginsel<strong>en</strong> neergelegd in het primaire EU- recht bind<strong>en</strong> nietalle<strong>en</strong> de Europese instelling<strong>en</strong>, maar ook de lidstat<strong>en</strong> wanneer zij handel<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> deom<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het geme<strong>en</strong>schapsrecht. Dat is bij de zuiveringstaak het geval, nu deze nietalle<strong>en</strong> uitvoering geeft aan e<strong>en</strong> nationale wettelijke taak, maar ook aan de verplichting<strong>en</strong>neergelegd in de Richtlijn stedelijk <strong>afvalwater</strong>. 102Deze beginsel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> echter niet als losstaande rechtsbasis word<strong>en</strong> gebruikt in bijvoorbeelde<strong>en</strong> gerechtelijke procedure, maar kunn<strong>en</strong> wel word<strong>en</strong> toegepast in de context <strong>van</strong> e<strong>en</strong>wet, t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de aanvulling, interpretatie <strong>en</strong> toetsing daar<strong>van</strong>. 103 Er bestaat echterdiscussie over de vraag of het beginsel <strong>van</strong> duurzame ontwikkeling moet word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>als e<strong>en</strong> rechtsbeginsel of alle<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> beleidsbeginsel. Beleidsbeginsel<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> veeleer alsgrondslag voor beleid <strong>en</strong> wetgeving. 104 Zij kunn<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong><strong>en</strong> als norm<strong>en</strong> die het gedrag<strong>van</strong> de overheid stur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> meer e<strong>en</strong> normer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>tele functie, dan e<strong>en</strong>constitutieve of rechtsvorm<strong>en</strong>de functie. 105 Milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol daarwaar het milieurecht ruimte laat voor e<strong>en</strong> belang<strong>en</strong>afweging of beoordeling <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> dan101 UN World Commission on Environm<strong>en</strong>t and Developm<strong>en</strong>t, Our common future, New York: 1987.102 Richtlijn 91/271 <strong>van</strong> de Raad <strong>van</strong> 21 mei 1991 inzake de behandeling <strong>van</strong> stedelijk <strong>afvalwater</strong>, PbEG 1991, L135/40.103 Zie R. F<strong>en</strong>nis, Gebiedsgerichte aanpak <strong>van</strong> grondwaterverontreiniging, E<strong>en</strong> onderzoek naar de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> gebiedsgerichte aanpak <strong>van</strong>grondwaterverontreiniging binn<strong>en</strong> de in Nederland <strong>en</strong> Europa erk<strong>en</strong>de milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong>, Universiteit Utrecht, 2012, p. 20 <strong>en</strong> J.H. Jans,R. de Lange, S. Prechal <strong>en</strong> R.J.G.M. Widdershov<strong>en</strong>, Europeanisation on Public Law, Europa Law Publishing, Groning<strong>en</strong>, 2007, p. 123.104 R. F<strong>en</strong>nis 2012, p. 23.105 R. F<strong>en</strong>nis 2012, p. 24.36


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>handvatt<strong>en</strong> voor de motivering <strong>van</strong> besluit<strong>en</strong>. In hoeverre e<strong>en</strong> beroep op het beginsel <strong>van</strong>e<strong>en</strong> duurzame ontwikkeling ruimte biedt voor e<strong>en</strong> ext<strong>en</strong>sieve uitleg <strong>van</strong> de zuiveringstaakis niet e<strong>en</strong>duidig te beantwoord<strong>en</strong>, nu dit niet alle<strong>en</strong> wordt bepaald door de uitleg <strong>van</strong> dezuiveringstaak in het algeme<strong>en</strong>, maar ook door de specifieke functionele taakstelling <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong>.Het is vervolg<strong>en</strong>s de vraag of het waterschapsbestuur e<strong>en</strong> gerechtvaardigd beroep ophet <strong>duurzaamheid</strong>sbelang kan ontl<strong>en</strong><strong>en</strong> aan de reeds eerder besprok<strong>en</strong> ‘brede’ kijk opwaterbeheer, 106 waarbij wordt uitgegaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> ruimere uitleg <strong>van</strong> de zuiveringstaak.Hierbij wordt, als gesteld, gedoeld op de uitleg dat de waterschapp<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> wettelijkbeperkte taakuitoef<strong>en</strong>ing bij hun taakuitoef<strong>en</strong>ing ook rek<strong>en</strong>ing zoud<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>met andere belang<strong>en</strong>, dan die waar<strong>van</strong> de behartiging h<strong>en</strong> is toegek<strong>en</strong>d. De waterschapp<strong>en</strong>mak<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s deze red<strong>en</strong>ering immers tev<strong>en</strong>s deel uit <strong>van</strong> de totale overheidsorganisatie <strong>en</strong>zijn tev<strong>en</strong>s belast met e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de publieke taak.In deze b<strong>en</strong>adering moet de aandacht <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> niet <strong>en</strong>kel uitgaan naar hunwaterstaatkundige tak<strong>en</strong>. Het waterschap di<strong>en</strong>t met e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> mind te kijk<strong>en</strong> naar belang<strong>en</strong>welke niet rechtstreeks voortvloei<strong>en</strong> uit de opgedrag<strong>en</strong> taak, maar welke daarmee wel e<strong>en</strong>relatie hebb<strong>en</strong> (bijv. het natuurbelang of het belang <strong>van</strong> de productie <strong>en</strong> het gebruik <strong>van</strong>duurzame <strong>en</strong>ergie).Staatsrechtelijk bezi<strong>en</strong> gaat het in deze niet zozeer over de ‘brede’ taakuitoef<strong>en</strong>ing maarover de ‘brede’ uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> toegek<strong>en</strong>de publiekrechtelijke bevoegdhed<strong>en</strong>. De bredekijk kan word<strong>en</strong> herk<strong>en</strong>d in artikel 2.1 lid 1 sub c Waterwet, waarbij echter sprake is<strong>van</strong> e<strong>en</strong> noodzakelijke expliciete wettelijke verankering <strong>van</strong> de behartiging <strong>van</strong> ‘anderedoelstelling<strong>en</strong>’ in de Waterwet zelf. Dat is nu vooralsnog niet het geval.Artikel 2.l Waterwet luidt:1. De toepassing <strong>van</strong> deze wet is gericht op:a. voorkoming <strong>en</strong> waar nodig beperking <strong>van</strong> overstroming<strong>en</strong>, wateroverlast <strong>en</strong> waterschaarste, insam<strong>en</strong>hang metb. bescherming <strong>en</strong> verbetering <strong>van</strong> de chemische <strong>en</strong> ecologische kwaliteit <strong>van</strong> watersystem<strong>en</strong> <strong>en</strong>c. vervulling <strong>van</strong> maatschappelijke functies door watersystem<strong>en</strong>.2. De toepassing <strong>van</strong> deze wet is mede gericht op andere doelstelling<strong>en</strong> dan g<strong>en</strong>oemd in het eerste lid,voor zover dat elders in deze wet is bepaaldStaatsrechtelijk verdi<strong>en</strong>t het bov<strong>en</strong>staande belang<strong>en</strong>kader ge<strong>en</strong> schoonheidsprijs. Dit kaderis zo ruim geformuleerd dat <strong>van</strong> het waarborgkarakter <strong>van</strong> het specialiteitsbeginsel weinigoverblijft. 107 Artikel 2.1 lid 1 sub c Waterwet maakt het in casu echter niet mogelijk om het<strong>duurzaamheid</strong>sbelang t<strong>en</strong> grondslag te legg<strong>en</strong> aan de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer,daar de stedelijk <strong>afvalwater</strong>strom<strong>en</strong> op grond <strong>van</strong> de begripsbepaling<strong>en</strong> in artikel 1.1Waterwet ge<strong>en</strong> deel uit mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> watersystem<strong>en</strong>. Daarbij wordt nerg<strong>en</strong>s in de Waterwet‘voor zover dat elders in deze wet is bepaald’ bepaald dat de zuiveringstaak niet alle<strong>en</strong> doelmatig,maar ook op duurzame wijze di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> uitgeoef<strong>en</strong>d.106 H.J.M. Havekes 2008, pp. 240-247.107 Th. Drupste<strong>en</strong>, ‘E<strong>en</strong> brede kijk, het specialiteitsbeginsel <strong>en</strong> de Waterwet’, in: Th. G. Drupste<strong>en</strong>, H.J.M. Havekes, A. <strong>van</strong> Hall, Weids water: opstell<strong>en</strong>over waterrecht, D<strong>en</strong> Haag: SDU Uitgevers, 2006, pp. 285-302.37


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Gelet op bov<strong>en</strong>staande hebb<strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> wettelijke plicht het belang <strong>van</strong><strong>duurzaamheid</strong> t<strong>en</strong> grondslag te legg<strong>en</strong> aan de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> in het kader <strong>van</strong> hetzuiveringsbeheer. Het doelmatigheidsbelang kan hieraan gelet op artikel 2.1 lid 2 Waterwetwel gerechtvaardigd t<strong>en</strong> grondslag word<strong>en</strong> gelegd. 108 Het <strong>en</strong>kel t<strong>en</strong> grondslag legg<strong>en</strong> <strong>van</strong>het <strong>duurzaamheid</strong>sbelang aan <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> (bijvoorbeeld in het geval <strong>van</strong>onr<strong>en</strong>dabele productie <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie) zou kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot het overtred<strong>en</strong> <strong>van</strong>het verbod <strong>van</strong> détournem<strong>en</strong>t de pouvoir. Dit zou anders zijn indi<strong>en</strong> de Waterwet <strong>en</strong>/of deWaterschapswet dit belang expliciet zou noem<strong>en</strong>.Dit onderzoek beoogt mogelijke risico’s die zich voor kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> bij de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong><strong>afvalwater</strong> te inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijke oplossing<strong>en</strong> aan te drag<strong>en</strong> om deze risico’s teverminder<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> beperkte uitleg <strong>van</strong> de zuiveringstaak is zo’n mogelijk risico, waar echtergezi<strong>en</strong> de afsprak<strong>en</strong> in het Klimaatakkoord <strong>en</strong> de Gre<strong>en</strong> Deal gemakkelijk e<strong>en</strong> oplossing voorkan word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>. Hiertoe word<strong>en</strong> in hoofdstuk 4 aanbeveling<strong>en</strong> gedaan.Het is ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s de vraag hoe indring<strong>en</strong>d de rechter aan het specialiteitsbeginsel zal toets<strong>en</strong> Ervalt te betog<strong>en</strong> dat de democratische legitimatie <strong>van</strong> het besluit <strong>van</strong> het waterschapsbestuurtot de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> duurzaam doch niet doelmatig zuiveringsbeheer (de ev<strong>en</strong>tueleonr<strong>en</strong>dabele productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong>) slechts e<strong>en</strong> marginale toetsing <strong>van</strong> derechter vergt, waarbij ook de afsprak<strong>en</strong> zoals neergelegd in het Klimaatakkoord <strong>en</strong> de Gre<strong>en</strong>Deal e<strong>en</strong> rol kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>. Zoals gezegd lijkt doelmatig én duurzaam zuiveringsbeheerge<strong>en</strong> probleem. Het is niet ond<strong>en</strong>kbaar dat de rechter, gelet op het discretionaire karakter<strong>van</strong> het zuiveringsbeheer, niet op de stoel <strong>van</strong> het bestuur w<strong>en</strong>st te gaan zitt<strong>en</strong>.3.4 De gerechtvaardigdheid <strong>van</strong> de grondslag voor de zuiveringsheffingDe zuiveringsheffing k<strong>en</strong>t sinds de inwerkingtreding <strong>van</strong> de Wet moderniseringwaterschapsbestel zijn wettelijke grondslag in artikel 122c Wsw. 109 Via de zuiveringsheffingop alle indirecte lozing<strong>en</strong> (dat zijn lozing<strong>en</strong> op de riolering of op e<strong>en</strong> zuiveringtechnischwerk) verhal<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> die zij mak<strong>en</strong> voor het transport <strong>en</strong> de zuivering<strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>. Het waterschap besteedt de opbr<strong>en</strong>gst <strong>van</strong> de zuiveringsheffing slechts terbekostiging <strong>van</strong> zijn zuiveringstaak. De zuiveringsheffing is ex artikel 122e Wsw gebaseerd ophet ‘de vervuiler betaalt principe’. 110 De hoogte <strong>van</strong> de op te legg<strong>en</strong> zuiveringsheffing wordtbepaald aan de hand <strong>van</strong> het aantal vervuilingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> dat door e<strong>en</strong> belastingplichtigewordt afgevoerd. Het aantal vervuilingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> dat wordt afgevoerd wordt bepaald doormeting, bemonstering <strong>en</strong> analyse. In de praktijk gebeurt dit alle<strong>en</strong> voor grote bedrijv<strong>en</strong>. Voorhuishoudelijke lozing<strong>en</strong> k<strong>en</strong>t de Wsw de zog<strong>en</strong>aamde forfaitaire heffing: ieder huishoud<strong>en</strong>wordt ongeacht de daadwerkelijk afgevoerde hoeveelheid <strong>afvalwater</strong> aangeslag<strong>en</strong>voor e<strong>en</strong> vast aantal vervuilingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> maximum <strong>van</strong> drie. Zo word<strong>en</strong>meerpersoonshuishoud<strong>en</strong>s standaard voor 3 vervuilingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> aangeslag<strong>en</strong>. De Wswbiedt waterschapp<strong>en</strong> de mogelijkheid het aantal vervuilingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> (mede) te bepal<strong>en</strong> aande hand <strong>van</strong> het drinkwaterverbruik.Problematisch in het licht <strong>van</strong> bov<strong>en</strong>staande is het feit dat in het d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>van</strong> deEnergiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek (C2C-d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>) het begrip afval e<strong>en</strong> andere betek<strong>en</strong>iskrijgt, omdat er – op de lange termijn <strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> volledige uitwerking <strong>van</strong> het C2C concept -108 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2006-2007, 30818, nr. 3, pp. 90-91.109 Wet <strong>van</strong> 21 mei 2007, Stb. 2007, 208.110 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2005-2006, 30601, nr. 3, pp. 27-28.38


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>ge<strong>en</strong> afval meer bestaat. Afvalwater wordt in dat geval e<strong>en</strong> bron <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>. In deze zinbestaan ook vervuilers niet meer. De grootste vervuilers <strong>van</strong> weleer, zijn immers de grootstegrondstoff<strong>en</strong>leveranciers <strong>van</strong> de toekomst <strong>en</strong> de relatie met de zuiveringsheffing, waarbijwordt betaald voor de hoeveelheid vervuilingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, zal kunn<strong>en</strong> gaan verander<strong>en</strong>. Tochmoet deze red<strong>en</strong>ering vooralsnog niet gevolgd word<strong>en</strong>. De bov<strong>en</strong>staande argum<strong>en</strong>tatieimpliceert namelijk dat <strong>afvalwater</strong> als zodanig economische waarde heeft. Het is echter zodat slechts e<strong>en</strong> beperkt aantal bestanddel<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> (de daarin aanwezige terug tewinn<strong>en</strong> grondstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie) economische waarde verteg<strong>en</strong>woordigt <strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong>g<strong>en</strong>ereert (in de vorm <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiebesparing, grondstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> kost<strong>en</strong>besparing op de externeeindverwerking <strong>van</strong> restslib). Het overgrote deel <strong>van</strong> de bestanddel<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> isechter nog steeds onbruikbaar <strong>en</strong> daarmee afval. Daar komt bij dat lozers zich ook <strong>van</strong> dit<strong>afvalwater</strong> will<strong>en</strong> ontdo<strong>en</strong>. Het zuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze onbruikbare bestanddel<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>kost geld. Netto berek<strong>en</strong>d weg<strong>en</strong> de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> dan ook steeds nog niet steeds niet op teg<strong>en</strong>de kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> zuivering. Daarmee verteg<strong>en</strong>woordigt <strong>afvalwater</strong> als zodanig aldus e<strong>en</strong> nettonegatieve economische waarde; <strong>afvalwater</strong> als zodanig blijft (voorlopig) afval. Het is daarmeelogisch dat lozers nog steeds di<strong>en</strong><strong>en</strong> te betal<strong>en</strong> voor de zuivering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>.In het licht <strong>van</strong> het de ‘vervuiler betaalt’ principe is d<strong>en</strong>kbaar dat waterschapp<strong>en</strong> lozerscomp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong> middels lagere zuiveringskost<strong>en</strong> (verlaging v.e.- tarief) t<strong>en</strong> gevolge <strong>van</strong><strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> (opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> uit <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> grondstoff<strong>en</strong>). Dit is ook wat in depraktijk wordt beoogd (zie hoofdstuk 1). Onderzocht kan word<strong>en</strong> of het hierbij mogelijkis de verlaging <strong>van</strong> het v.e.-tarief te koppel<strong>en</strong> aan de gemiddelde hoeveelheid economischwaardevolle bestandsdel<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> soort <strong>afvalwater</strong>. Hierbij zal onderscheid word<strong>en</strong> gemaakttuss<strong>en</strong> het <strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> particulier<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat <strong>van</strong> bedrijv<strong>en</strong>. Hoe meer waardevollebestanddel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> soort <strong>afvalwater</strong> (bijv. het <strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> huishoud<strong>en</strong>s) gemiddeld bevat,des te lager moet het v.e.-tarief zijn. In de toekomst zou gezocht kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong>verdere differ<strong>en</strong>tiatie <strong>van</strong> de tariev<strong>en</strong>, afhankelijk <strong>van</strong> de waarde <strong>van</strong> het te loz<strong>en</strong> <strong>afvalwater</strong>.Gelet op bov<strong>en</strong>staande kan word<strong>en</strong> geconcludeerd dat het de ‘vervuiler betaalt principe’ zichals grondslag voor de zuiveringsheffing verdraagt met <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>.3.5 Aansluitplicht <strong>en</strong> ontneming <strong>van</strong> eig<strong>en</strong>domNu <strong>afvalwater</strong> als zodanig nog steeds afval is <strong>en</strong> netto ge<strong>en</strong> economische waardeverteg<strong>en</strong>woordigt, di<strong>en</strong>t <strong>afvalwater</strong> niet te word<strong>en</strong> aangemerkt als eig<strong>en</strong>dom in de zin <strong>van</strong>artikel 1 Eerste Protocol bij het EVRM. 111 Hier zou discussie over kunn<strong>en</strong> ontstaan in hetgeval lozers word<strong>en</strong> verplicht waardevolle bestanddel<strong>en</strong> uit <strong>afvalwater</strong> verplicht te loz<strong>en</strong> opde riolering.Per 1 april 2012 is de aansluitplicht op de riolering, zoals die ex artikel 8 Woningwet (oud)door de raad in de bouwverord<strong>en</strong>ing di<strong>en</strong>de te zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, kom<strong>en</strong> te vervall<strong>en</strong>. 112 Debouwverord<strong>en</strong>ing fungeert als maatstaf voor de toetsing <strong>van</strong> bouwplann<strong>en</strong> (ex artikel 2.10 lid1 onder b Wabo). Daarnaast kan de verord<strong>en</strong>ing de grondslag zijn voor handhavingsbesluit<strong>en</strong>(artikel 7b <strong>en</strong> artikel 97 Woningwet). 113 E<strong>en</strong> gebouw di<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong>s de aansluitplichtaangeslot<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> op de riolering, indi<strong>en</strong> de afstand <strong>van</strong> de kadastrale gr<strong>en</strong>s <strong>van</strong> hetperceel, waarop dit gebouw geleg<strong>en</strong> was, 40 meter of minder tot de riolering bedroeg.111 EHRM 5 januari 2000, Beyeler t. Italie, AB 2000, 235. Zie T. Barkhuys<strong>en</strong>, De eig<strong>en</strong>domsberscherming <strong>van</strong> artikel 1 <strong>van</strong> het Eerste Protocol bij hetEVRM <strong>en</strong> het Nederlandse bestuursrecht, JBplus, 2003.112 Zie J. Robbe, Module A2100 Aansluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> loz<strong>en</strong>, 2012, p. 5.113 P.J.J. <strong>van</strong> Buur<strong>en</strong> e.a., Hoofdlijn<strong>en</strong> ruimtelijk bestuursrecht, Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer, 2010, pp. 186-187.39


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>De aansluitregels zijn teg<strong>en</strong>woordig opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Bouwbesluit 2012. Hierbij valt op dathet Bouwbesluit 2012 ge<strong>en</strong> verplichting tot aansluiting op het op<strong>en</strong>baar riool bevat, zoalsde vroegere bouwverord<strong>en</strong>ing die wel k<strong>en</strong>de. Wel regelt het Bouwbesluit 2012 behoorlijkgedetailleerd waar de aansluitleiding moet kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan welke eis<strong>en</strong> die moet voldo<strong>en</strong>om te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangeslot<strong>en</strong>. Het Bouwbesluit 2012 schrijft voor dat e<strong>en</strong> bouwwerke<strong>en</strong> zodanige voorzi<strong>en</strong>ing voor de afvoer <strong>van</strong> huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> of hemelwater moethebb<strong>en</strong> dat het water zonder nadelige gevolg<strong>en</strong> voor de gezondheid (let wel: niet het milieu)kan word<strong>en</strong> afgevoerd. Concreet betek<strong>en</strong>t dit dat e<strong>en</strong> gebruiksfunctie, bijvoorbeeld e<strong>en</strong>woning, met e<strong>en</strong> toilet- of badruimte of met e<strong>en</strong> andere opstelplaats voor e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamdlozingstoestel, voor die opstelplaats e<strong>en</strong> afvoervoorzi<strong>en</strong>ing voor huishoudelijk <strong>afvalwater</strong>moet hebb<strong>en</strong>. 114 Het staat particulier<strong>en</strong> aldus formeel juridisch vrij om de zuivering <strong>van</strong> hun<strong>afvalwater</strong> zelf ter hand te nem<strong>en</strong>.In het Lozing<strong>en</strong>besluit huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> 115 is niet zozeer e<strong>en</strong> aansluitplicht op de rioleringopg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> lozingsverbod. Juridisch gezi<strong>en</strong> is er ge<strong>en</strong> sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> aansluitplicht, alhoewelfeitelijk het loz<strong>en</strong> op de riolering wel het meest voor de hand ligt. Artikel 5 luidt:“Beperkt loz<strong>en</strong> is verbod<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> de afstand tot de dichtstbijzijnde riolering 40 meter of minderbedraagt.”Artikel 6 lid 1 stelt dat bij e<strong>en</strong> grotere afstand e<strong>en</strong> IBA noodzakelijk is:“ Indi<strong>en</strong> bij bestaand beperkt loz<strong>en</strong> de afstand tot de dichtstbijzijnde riolering meer dan 40meter bedraagt, wordt het huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> door e<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing voor de individuelebehandeling <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> geleid, waarmee de nadelige gevolg<strong>en</strong> voor de kwaliteit <strong>van</strong> e<strong>en</strong>oppervlaktewaterlichaam zoveel mogelijk word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>”.Artikel 7 lid 1 biedt echter de mogelijkheid voor alternatieve zuivering, bijvoorbeeld doore<strong>en</strong> sceptic tank. Artikel 7 lid 1 luidt:“T<strong>en</strong>zij toepassing is gegev<strong>en</strong> aan artikel 6, tweede lid, wordt alle<strong>en</strong> dan aan de eis <strong>van</strong> artikel 6,eerste lid, voldaan, indi<strong>en</strong> het huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> wordt geleid door e<strong>en</strong> septic tank die isuitgevoerd overe<strong>en</strong>komstig de voorschrift<strong>en</strong> gesteld kracht<strong>en</strong>s het tweede lid.”Het Lozing<strong>en</strong>besluit huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> zal binn<strong>en</strong>kort word<strong>en</strong> ingetrokk<strong>en</strong>, met deopname <strong>van</strong> regels betreff<strong>en</strong>de agrarische activiteit<strong>en</strong> in het Activiteit<strong>en</strong>besluit. De opvolgeris dan het Besluit lozing <strong>afvalwater</strong> huishoud<strong>en</strong>s (Blah), waarvoor overig<strong>en</strong>s hetzelfde geldtals eerder opgemerkt: ook dat bevat ge<strong>en</strong> aansluitplicht.Rele<strong>van</strong>te bepaling is artikel 7 uit het Besluit lozing <strong>afvalwater</strong> huishoud<strong>en</strong>s, dat als volgtluidt:artikel 71. Huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> wordt niet op of in de bodem geloosd, indi<strong>en</strong> de afstand tot hetdichtstbijzijnde vuilwaterriool of e<strong>en</strong> zuiveringtechnisch werk waarop aansluiting kanplaatsvind<strong>en</strong>, 40 meter of minder bedraagt.2. Voor de toepassing <strong>van</strong> het eerste lid wordt de afstand berek<strong>en</strong>d:114 Zie J. Robbe 2012, p. 5.115 Staatsblad 2007, 468.40


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>a. <strong>van</strong>af de kadastrale gr<strong>en</strong>s <strong>van</strong> het perceel waar het huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> vrijkomt;<strong>en</strong>b. langs de kortste lijn waarlangs de afvoerleiding<strong>en</strong> zonder overweg<strong>en</strong>de bezwar<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangelegd.3. In afwijking <strong>van</strong> het eerste lid kan het bevoegd gezag, indi<strong>en</strong> het belang <strong>van</strong> de bescherming<strong>van</strong> de bodem zich daarteg<strong>en</strong> niet verzet, op e<strong>en</strong> daartoe strekk<strong>en</strong>de aanvraag bijmaatwerkvoorschrift het loz<strong>en</strong> op of in de bodem toestaan voor e<strong>en</strong> door hem vast testell<strong>en</strong> termijn, gebaseerd op het nog niet verstrek<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> e<strong>en</strong> afschrijvingstermijn<strong>van</strong> de voor de aanleg <strong>van</strong> het vuilwaterriool of het zuiveringtechnisch werk reedsbestaande zuiveringsvoorzi<strong>en</strong>ing.In het geval toch zou word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat <strong>afvalwater</strong> als zodanig economische waardezou verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee onder de reikwijdte <strong>van</strong> artikel 1 Eerste Protocol zouvall<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t aldus te word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat er met het vervall<strong>en</strong> <strong>van</strong> de aansluitplicht op deriolering in het Bouwbesluit 2012 <strong>en</strong> de alternatiev<strong>en</strong> die het Lozing<strong>en</strong>besluit huishoudelijk<strong>afvalwater</strong> <strong>en</strong> het Besluit lozing <strong>afvalwater</strong> huishoud<strong>en</strong>s bied<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> inm<strong>en</strong>ging (in de zin<strong>van</strong> ontneming) in het eig<strong>en</strong>domsrecht plaatsvindt.Vóór het vervall<strong>en</strong> <strong>van</strong> de aansluitplicht zou, indi<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> dat <strong>afvalwater</strong>eig<strong>en</strong>dom in de zin <strong>van</strong> artikel 1 Eerste Protocol EVRM is, kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> betoogd dat deaansluitplicht in sam<strong>en</strong>hang met de verbod<strong>en</strong> op het loz<strong>en</strong> <strong>van</strong> huishoudelijk <strong>afvalwater</strong>in de bodem <strong>en</strong> op het oppervlaktewater , zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt als ontneming<strong>van</strong> eig<strong>en</strong>dom. Ontneming <strong>van</strong> eig<strong>en</strong>dom is de meest vergaande inm<strong>en</strong>ging in heteig<strong>en</strong>domsrecht. Het is e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>domsoverdracht in juridische dan wel in feitelijke zin.Deze ontneming zou in het geval dat hiervoor gecomp<strong>en</strong>seerd zou word<strong>en</strong>, waarschijnlijkgerechtvaardigd zijn. 116116 Zie T. Barkhuys<strong>en</strong> 2003, pp. 6-8.41


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>4AANBEVELINGEN VOOR HET FACILITERENVAN DUURZAAMHEIDSBELANGEN BINNEN DEZUIVERINGSTAAK4.1 InleidingIn het vorige hoofdstuk is duidelijk geword<strong>en</strong> dat het functioneel juridische karakter <strong>van</strong>waterschapp<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> kan stell<strong>en</strong> aan duurzame <strong>en</strong> <strong>innovatie</strong>ve mogelijkhed<strong>en</strong> die<strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> waterschapp<strong>en</strong> biedt. Deze beperking<strong>en</strong> zijn met name geleg<strong>en</strong> inde sfeer <strong>van</strong> de levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong>. Daar waar het <strong>en</strong>ergieproductievoor eig<strong>en</strong> gebruik betreft, zi<strong>en</strong> wij ge<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> gerelateerd aan de functioneletaakopdracht aan de waterschapp<strong>en</strong>.M<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> dat hier het misschi<strong>en</strong> ietwat statische (water)staatsrechtelijkekader ‘knelt’. Dit kader is niet meegegroeid met nieuwe <strong>en</strong> onvoorzi<strong>en</strong>bare technologischeontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de moderne focus op <strong>duurzaamheid</strong>. Dit ietwat statische karakter <strong>van</strong>het staatsrecht onderscheidt dit recht echter tegelijkertijd <strong>van</strong> andere rechtsgebied<strong>en</strong> <strong>en</strong>vormt tev<strong>en</strong>s ook juist de legitimatie voor het bestaan <strong>van</strong> het staatsrecht <strong>en</strong> het ingrijp<strong>en</strong><strong>van</strong> de overheid in recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> burgers. Het belang <strong>van</strong> de continuïteit, derechtszekerheid <strong>en</strong> de vrijhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> burgers eis<strong>en</strong> immers dat niet lichtvaardig aan destaatsrechtelijke fundam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> onze staat wordt gesleuteld. Tegelijkertijd zoud<strong>en</strong> dezefundam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> niet per definitie e<strong>en</strong> sta-in-de-weg moet<strong>en</strong> zijn voor <strong>innovatie</strong>ve <strong>en</strong> duurzameontwikkeling<strong>en</strong>, die de democratische (Grond)wetgever of de sam<strong>en</strong>leving w<strong>en</strong>selijk acht<strong>en</strong>.In dit hoofdstuk zal e<strong>en</strong> aantal opties word<strong>en</strong> geschetst, die er voor kunn<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> dat demogelijkhed<strong>en</strong> die <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> ons land biedt, op e<strong>en</strong> juridisch verantwoordewijze t<strong>en</strong> volle kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut. Hierbij gaat de aandacht met name uit naar hetstaatsrechtelijk mogelijk mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong> <strong>en</strong> hetterugwinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> de levering <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>.De eerste twee opties hebb<strong>en</strong> – zeker op korte termijn - onze voorkeur. In het eerste sc<strong>en</strong>ariowordt de reikwijdte <strong>van</strong> de zuiveringstaak verhelderd, opdat er ge<strong>en</strong> twijfel over kan bestaandat de huidige zuiveringstaakstelling niet alle<strong>en</strong> op doelmatige maar ook op duurzamewijze moet word<strong>en</strong> uitgeoef<strong>en</strong>d <strong>en</strong> daarom reeds de productie <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong>behoeve <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer omvat, waarbij <strong>van</strong>zelfsprek<strong>en</strong>d ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s aan Europeseeis<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Wet markt <strong>en</strong> overheid moet word<strong>en</strong> voldaan. Bij de tweede optie wordt als42


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>aanvulling op de eerste optie in artikel 3.4 Waterwet opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat het zuiveringsbeheernaast doelmatigheid tev<strong>en</strong>s gericht moet zijn op <strong>duurzaamheid</strong>. Dezelfde voordel<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>voor de optie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> waterket<strong>en</strong>bedrijf binn<strong>en</strong> WGR-verband.E<strong>en</strong> vierde optie is dat de zuiveringstaak aan de waterschapp<strong>en</strong> onttrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> in autonomiedan wel medebewind overgelat<strong>en</strong> aan het algeme<strong>en</strong> bestuur (bijv. geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>).De zesde optie is algem<strong>en</strong>er <strong>van</strong> karakter <strong>en</strong> houdt in dat in de Waterwet of te zijnertijd deOmgevingswet milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die leid<strong>en</strong>d zijn bij beleid<strong>en</strong> uitvoering. Opname <strong>van</strong> het <strong>duurzaamheid</strong>sbeginsel – in navolging <strong>van</strong> het EU-Verdrag –kan deze stur<strong>en</strong>de rol vervull<strong>en</strong>.4.2 Verheldering zuiveringstaakZoals in het vorige hoofdstuk is vastgesteld, moet word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat de productie<strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> eig<strong>en</strong> gebruik <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> reeds onderde huidige zuiveringstaakstelling, als vervat in artikel 1 lid 2 Wsw, valt, omdat dit binn<strong>en</strong>de plicht valt de zuiveringstaak doelmatig uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>. In deze zin behoeft de taakstellingvoor deze vorm <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> formeel juridisch niet gewijzigd te word<strong>en</strong>. De waterschapp<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> wat deze vorm <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> betreft aldus reeds uit de voet<strong>en</strong> methet huidige juridische kader. Toch kan ervoor word<strong>en</strong> geopteerd de zuiveringstaakstelling inartikel 1 lid 2 Wsw in aanvulling op de hierna te schets<strong>en</strong> uitbreiding <strong>van</strong> deze taakstellingtev<strong>en</strong>s te verhelder<strong>en</strong>, opdat het in dat geval buit<strong>en</strong> discussie staat dat de zorg voor hetzuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> op voet <strong>van</strong> artikel 3.4 Waterwet mede de zuivering op duurzamewijze omvat, hetge<strong>en</strong> <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> gericht op de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie vooreig<strong>en</strong> gebruik behelst. Deze verheldering sluit immers e<strong>en</strong> gerechtvaardigd beroep opstrijd met het legaliteitsbeginsel uit. In deze zin di<strong>en</strong>t de Wijzigingswet op de Waterwet <strong>en</strong>Waterschapswet tot regeling <strong>van</strong> de zorgplicht voor de muskusratt<strong>en</strong>bestrijding (etc.) alsrefer<strong>en</strong>tiekader. In deze wet wordt aan artikel 1 Wsw ter verduidelijking <strong>van</strong> het tweede lide<strong>en</strong> derde lid toegevoegd dat stelt dat de zorg voor het watersysteem mede de bestrijding <strong>van</strong>muskus- <strong>en</strong> beverratt<strong>en</strong> omvat. 117 In de Memorie <strong>van</strong> Toelichting is expliciet overwog<strong>en</strong> dathet watersysteembeheer met onder meer zijn gerichtheid op waterveiligheid reeds zonderdeze wijziging de muskusratt<strong>en</strong>bestrijding zou omvatt<strong>en</strong>. 118 Toch heeft m<strong>en</strong> het gelet ophet legaliteitsbeginsel noodzakelijk geacht te expliciter<strong>en</strong> dat het watersysteembeheermede de muskusratt<strong>en</strong>bestrijding omvat. De Memorie stelt immers dat het feit dat de zorgvoor het watersysteem mede de zorg voor de bestrijding <strong>van</strong> muskus- <strong>en</strong> beverratt<strong>en</strong> omvat,impliceert dat de bekostiging <strong>van</strong> de bestrijding kan plaatsvind<strong>en</strong> uit de opbr<strong>en</strong>gst <strong>van</strong> dewatersysteemheffing. 119De provincies zull<strong>en</strong> de hier voorgestelde verhelderde zuiveringstaak, gelet op hetdec<strong>en</strong>tralisatiebeginsel uit artikel 2 lid 2 Wsw, bij provinciaal reglem<strong>en</strong>t aan de waterschapp<strong>en</strong>di<strong>en</strong><strong>en</strong> op te drag<strong>en</strong>. Daar de verhelderde zuiveringstaak, zoals is vastgesteld, onder dereikwijdte <strong>van</strong> de zuiveringstaak valt, kunn<strong>en</strong> provincies deze ‘verhelderde’ taakstellingreeds zonder voorafgaande wijziging <strong>van</strong> de Waterschapswet of de Waterwet bij provinciaalreglem<strong>en</strong>t aan waterschapp<strong>en</strong> opdrag<strong>en</strong>.117 Wet <strong>van</strong> 9 juni 2011, Stb. 2011, 302.118 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2009-2010, 32474, nr. 3, pp. 4-5.119 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2009-2010, 32474, nr. 3, p. 14.43


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>4.3 Uitbreid<strong>en</strong> belang<strong>en</strong>kader artikel 3.4 WaterwetZoals in het vorige hoofdstuk is vastgesteld, di<strong>en</strong>t de bevoegdheid tot het zuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong>stedelijk <strong>afvalwater</strong>, waarvoor artikel 3.4 Waterwet de wettelijke grondslag vormt, gerichtte zijn op doelmatigheid. Doelmatigheid moet in deze zin volg<strong>en</strong>s de wetgever word<strong>en</strong>gedefinieerd als het verklein<strong>en</strong> <strong>van</strong> de maatschappelijke kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuivering; hetvergrot<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong>efficiëntie. Op deze wijze wil de wetgever de zuiveringskost<strong>en</strong> voorde belastingplichtige zo laag mogelijk houd<strong>en</strong>.In het geval <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> leidt tot lagere maatschappelijke kost<strong>en</strong> (lees e<strong>en</strong> lagerv.e.-tarief) zal bijvoorbeeld de zuiveringsheffingsaanslag de toets <strong>van</strong> het specialiteitsbeginselkunn<strong>en</strong> doorstaan. In dit geval bijt<strong>en</strong> doelmatigheid <strong>en</strong> <strong>duurzaamheid</strong> elkaar niet, maar dithoeft niet altijd zo te zijn. Problematischer wordt het namelijk in het niet ond<strong>en</strong>kbare gevaldat <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>, hoewel duurzaam, niet leidt tot lagere maatschappelijkekost<strong>en</strong> (doelmatigheid), maar de kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuivering juist doet stijg<strong>en</strong>. Het is nietond<strong>en</strong>kbaar dat e<strong>en</strong> waterschapsbestuur omwille <strong>van</strong> <strong>duurzaamheid</strong> voor deze variantzou will<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong>. Artikel 3.4 Waterwet biedt dit bestuur hiertoe in beginsel echter ge<strong>en</strong>mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan strijd met het verbod <strong>van</strong> détournem<strong>en</strong>t de pouvoir oplever<strong>en</strong>.Daar dit in het licht <strong>van</strong> het strev<strong>en</strong> naar <strong>duurzaamheid</strong> <strong>en</strong> <strong>innovatie</strong> onw<strong>en</strong>selijk is, zoude wetgever er in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 2.1 lid 2 Waterwet voor kunn<strong>en</strong> opter<strong>en</strong>in artikel 3.4 Waterwet naast de gerichtheid op doelmatigheid <strong>van</strong> het zuiveringsbeheertev<strong>en</strong>s de gerichtheid op <strong>duurzaamheid</strong> <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer op te nem<strong>en</strong>, waarnaelk waterschapsbestuur voor zichzelf e<strong>en</strong> belang<strong>en</strong>afweging tuss<strong>en</strong> doelmatigheid <strong>en</strong><strong>duurzaamheid</strong> kan mak<strong>en</strong>. Hiertoe zijn de waterschapsbestur<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de toegerust <strong>en</strong>gelegitimeerd.4.4 Oprichting publieke <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong>bedrijv<strong>en</strong> (in WGR-verband)E<strong>en</strong> ander sc<strong>en</strong>ario dat de levering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong><strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> mogelijkzou kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat nader onderzoek verdi<strong>en</strong>t, kan gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de oprichting<strong>van</strong> publieke <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong>organisaties in de vorm <strong>van</strong> WGR-verband<strong>en</strong>. In het verled<strong>en</strong>is er omwille <strong>van</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> effici<strong>en</strong>cy wel voor gepleit het <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong>beheer in éénhand te legg<strong>en</strong>: in de hand <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong>organisaties. De <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong> maakt deeluit <strong>van</strong> de waterket<strong>en</strong>. De waterket<strong>en</strong> omvat de drinkwatervoorzi<strong>en</strong>ing, de riolering <strong>en</strong> de<strong>afvalwater</strong>zuivering. 120 De <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong> betreft dus het deel <strong>van</strong> de waterket<strong>en</strong> dat ziet ophet rioleringsbeheer <strong>en</strong> de <strong>afvalwater</strong>zuivering. Bij de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> noch bij de waterschapp<strong>en</strong>leefde e<strong>en</strong> groot <strong>en</strong>thousiasme voor de overheveling <strong>van</strong> hun tak<strong>en</strong>. Daarnaast word<strong>en</strong> alsnadel<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> WGR-verband e<strong>en</strong> verminderde transparantie g<strong>en</strong>oemd alsmede minderdemocratische controlemogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beperktere rol voor burgers. Sinds <strong>en</strong>ige tijdzijn de plann<strong>en</strong> voor <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong>organisaties in de ijskast gezet <strong>en</strong> heerst de opvattingdat doelmatigheid in de <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong> met name door betere sam<strong>en</strong>werking kan word<strong>en</strong>bereikt. 121 Desalniettemin is het de moeite waard deze optie verder te bekijk<strong>en</strong>.De WGR biedt e<strong>en</strong> publiekrechtelijke rechtsvorm voor praktisch iedere gew<strong>en</strong>ste sam<strong>en</strong>werkingbinn<strong>en</strong> het op<strong>en</strong>baar bestuur. 122 Eén <strong>van</strong> de mogelijke sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> is geleg<strong>en</strong>in de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>tebestur<strong>en</strong> <strong>en</strong> waterschapsbestur<strong>en</strong> (artikel 61 WGRe.v.). Binn<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> bestaan verschill<strong>en</strong>de variant<strong>en</strong>120 H.J.M. Havekes 2008, p. 281.121 H.J.M. Havekes 2008, pp. 280-283. Zie tev<strong>en</strong>s Kamerstukk<strong>en</strong> II 2011-2012, 27625, nr. 255.122 R.J.H.M. de Greef, ‘De geme<strong>en</strong>schappelijke regeling: onbegrep<strong>en</strong>, onbek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> onbemind!’, De Geme<strong>en</strong>testem, 2008, 107. S.E. Zijlstra 2009, pp.304-308.44


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong><strong>van</strong> sam<strong>en</strong>werking; de WGR voorziet voor al deze sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> viertalvariant<strong>en</strong> <strong>van</strong> regeling. De eerste is de zogehet<strong>en</strong> ‘lichte regeling’ (artikel 1 lid 1 WGR),dat wil zegg<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong>kel in de vorm <strong>van</strong> e<strong>en</strong> publiekrechtelijke overe<strong>en</strong>komst.Daarnaast kan gekoz<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trumgeme<strong>en</strong>te-constructie (artikel 8 lid3 WGR), e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijk orgaan (artikel 8 lid 2 WGR) of e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar lichaammet rechtspersoonlijkheid (artikel 8 lid 1 WGR). Deze laatste variant is in casu het meestaangewez<strong>en</strong> <strong>van</strong>wege het feit dat het verband voor de levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aanderd<strong>en</strong> bevoegd moet zijn om privaatrechtelijke rechtshandeling<strong>en</strong> te verricht<strong>en</strong>. Aan e<strong>en</strong>kracht<strong>en</strong>s de WGR ingesteld op<strong>en</strong>baar lichaam kunn<strong>en</strong> bij de geme<strong>en</strong>schappelijke regelingbevoegdhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> regeling <strong>en</strong> bestuur word<strong>en</strong> overgedrag<strong>en</strong> als aan de bestur<strong>en</strong> <strong>van</strong> de aande regeling deelnem<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong> toekom<strong>en</strong> (artikel 10 lid 2 WGR jo.artikel 63 lid 1 WGR). De over te drag<strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> slechts bij regeling word<strong>en</strong>overdrag<strong>en</strong> door het ambt dat de desbetreff<strong>en</strong>de bevoegdheid toekomt. Om de levering<strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong> in dit verband mogelijk te mak<strong>en</strong> zou het algeme<strong>en</strong>waterschapsbestuur (artt. 77 jo. 56 lid 1 Wsw) zijn zuiveringstaak aan het op<strong>en</strong>baar lichaamop moet<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>, waarna de geme<strong>en</strong>terad<strong>en</strong> in het waterschapsgebied hun autonomebestuursbevoegdheid (artikel 147 lid 2 Gemwet) tot de levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergieaan derd<strong>en</strong> aan dit op<strong>en</strong>baar lichaam opdrag<strong>en</strong>. Het zou daarnaast tev<strong>en</strong>s verstandigzijn dat de betrokk<strong>en</strong> colleges <strong>van</strong> B <strong>en</strong> W hun bevoegdhed<strong>en</strong> tot het verricht<strong>en</strong> <strong>van</strong>privaatrechtelijke rechtshandeling<strong>en</strong> inzake de levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie (ex artikel160 lid 1 sub e Gemwet) nam<strong>en</strong>s de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> overdrag<strong>en</strong> aan het op<strong>en</strong>baar lichaam. Voorde bevoegdheidsverdeling tuss<strong>en</strong> de organ<strong>en</strong> <strong>van</strong> het op<strong>en</strong>baar lichaam wordt ex artikel 66lid 1 WGR aangeslot<strong>en</strong> bij het stelsel <strong>van</strong> de Gemwet <strong>en</strong> de Wsw.Het bestuur <strong>van</strong> het op<strong>en</strong>baar lichaam bestaat uit e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> bestuur, e<strong>en</strong> dagelijksbestuur <strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorzitter (artikel 12 WGR). Het algeme<strong>en</strong> bestuur staat aan het hoofd<strong>van</strong> het op<strong>en</strong>baar lichaam. De voorzitter is tev<strong>en</strong>s voorzitter <strong>van</strong> het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>van</strong> hetdagelijks bestuur. E<strong>en</strong> belangrijke democratische waarborg is geleg<strong>en</strong> in de eis (artikel 13lid 1 WGR) dat het algeme<strong>en</strong> bestuur bestaat uit de led<strong>en</strong>, die per deelnem<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>te/waterschap door de raad/het algeme<strong>en</strong> waterschapsbestuur uit zijn midd<strong>en</strong>, de voorzittersinbegrep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uit de wethouders <strong>en</strong> de led<strong>en</strong> <strong>van</strong> het dagelijks waterschapsbestuur word<strong>en</strong>aangewez<strong>en</strong>. 123In de hierbov<strong>en</strong> geschetste hybride constructie zoud<strong>en</strong> de beperking<strong>en</strong> die het functioneeldec<strong>en</strong>traal karakter stelt aan de levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie mogelijkerwijs omzeildkunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Grootschalige stelselwijziging<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in dit sc<strong>en</strong>ario uitblijv<strong>en</strong>.4.5 Uitbreiding zuiveringstaakZoals in het vorige hoofdstuk is vastgesteld, moet word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat de levering <strong>van</strong>waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de huidige zuiveringstaakstelling ex artikel 1 lid 2Wsw valt.De wetgever zou er in het licht <strong>van</strong> deze beperking voor kunn<strong>en</strong> opter<strong>en</strong> de algem<strong>en</strong>ezuiveringstaakstelling in artikel 1 lid 2 Wsw uit te breid<strong>en</strong>, opdat ook de levering <strong>van</strong>waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong> onder de taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> komt te vall<strong>en</strong>.Voor deze uitbreiding is e<strong>en</strong> wijziging <strong>van</strong> artikel 1 Wsw nodig. Aan dit artikel zou door dewetgever e<strong>en</strong> vierde lid kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegevoegd dat stelt dat de zorg voor het zuiver<strong>en</strong><strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> op de voet <strong>van</strong> artikel 3.4 Waterwet, als bedoeld in het tweede lid <strong>van</strong> artikel1 Wsw, mede het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong> kan omvatt<strong>en</strong>. Het algem<strong>en</strong>e123 S.E. Zijlstra 2009, p. 306.45


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>publieke belang dat daarmee wordt gedi<strong>en</strong>d, is e<strong>en</strong> verduurzaming <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergieproductie.Deze voorgestelde uitbreiding <strong>van</strong> de zuiveringstaak kan strijd met het legaliteitsbeginselvoorkom<strong>en</strong>; waterschapp<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> dan immers, wanneer zij zich het belang <strong>van</strong> de levering<strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong> aantrekk<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong> hun belang<strong>en</strong>sfeer (binn<strong>en</strong> hungeslot<strong>en</strong> huishouding). E<strong>en</strong> concrete manifestatie <strong>van</strong> strijd met het legaliteitsbeginsel zouzich namelijk voor kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> in het geval dat waterschapp<strong>en</strong> zonder de voorgesteldeverruiming <strong>van</strong> de zuiveringstaakstelling invester<strong>en</strong> in <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> gerichtop de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de levering aan derd<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze investering<strong>en</strong>bekostig<strong>en</strong> uit de opbr<strong>en</strong>gst <strong>van</strong> de zuiveringsheffing. De zuiveringsheffing di<strong>en</strong>t immersslechts ter bekostiging <strong>van</strong> de zuiveringstaak.Het betreff<strong>en</strong>de waterschap zal zich mogelijk verwer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het beroep op strijd methet legaliteitsbeginsel door te verwijz<strong>en</strong> naar de bepaling<strong>en</strong> uit de Gre<strong>en</strong>deal tuss<strong>en</strong> deRijksoverheid <strong>en</strong> de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong>, die de waterschapp<strong>en</strong> verplicht<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>afzi<strong>en</strong>bare tijd twaalf exemplarische Energiefabriek<strong>en</strong> te bouw<strong>en</strong>. 124 De Gre<strong>en</strong>deal moetechter word<strong>en</strong> gekwalificeerd als e<strong>en</strong> publiekrechtelijke (bevoegdhed<strong>en</strong>)overe<strong>en</strong>komst dieop zichzelf ge<strong>en</strong> afbreuk doet aan het wettelijk kader. Zulk e<strong>en</strong> verweer doet aldus ge<strong>en</strong>afbreuk aan het feit dat <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> gericht op de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong>behoeve <strong>van</strong> levering aan derd<strong>en</strong> zonder wetswijziging buit<strong>en</strong> de zuiveringstaakstelling inartikel 1 lid 2 Wsw valt. Wel zoud<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> zich in relatie tot de Rijksoverheidkunn<strong>en</strong> beroep<strong>en</strong> op de eerder besprok<strong>en</strong> inspanningsverplichting <strong>van</strong> dit overheidsverbanduit de Gre<strong>en</strong>deal om juridische belemmering<strong>en</strong> voor duurzame <strong>en</strong>ergiewinning/leveringweg te nem<strong>en</strong> om zo de hierbov<strong>en</strong> voorgestelde wetswijziging<strong>en</strong> af te kunn<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong>.Nu <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> gericht op de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> leveringaan derd<strong>en</strong> zonder verruiming <strong>van</strong> de zuiveringstaakstelling buit<strong>en</strong> de zuiveringstaak valt,di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat de zuiveringsheffing voor zover uit deze heffing kost<strong>en</strong>voor de productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie word<strong>en</strong> betaald in strijd met het legaliteitsbeginselzou zijn opgelegd.De voorgestelde verruiming <strong>van</strong> de zuiveringstaak is niet problematisch in het licht <strong>van</strong>artikel 133 GW, nu de taakstelling aan de waterschapp<strong>en</strong> gedeconstitutionaliseerd is. DeGrondwetgever heeft, zoals reeds is gesteld, de taakstelling juist gedeconstitutionaliseerdmet het oog op flexibiliteit. De Grondwetgever laat de wetgever in deze zin aldus de ruimte detaakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> te adapter<strong>en</strong> aan nieuwe <strong>en</strong> onvoorzi<strong>en</strong>e ontwikkeling<strong>en</strong>,zoals klimaatverandering <strong>en</strong> <strong>duurzaamheid</strong>sdoelstelling<strong>en</strong>. Voorts sluit, voor zover ditstaatsrechtelijk <strong>en</strong>ige betek<strong>en</strong>is heeft (zie hoofdstuk 2), het principe <strong>van</strong> <strong>valorisatie</strong> aan bijde zorgplicht voor de bewoonbaarheid <strong>van</strong> het land <strong>en</strong> de bescherming <strong>en</strong> verbetering <strong>van</strong>het leefomgeving uit artikel 21 GW, dat door de Grondwetgever min of meer is aangemerktals inhoudelijke taakstelling voor de waterschapp<strong>en</strong>. Valorisatie <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> is immersgericht op <strong>duurzaamheid</strong>.4.6 In autonomie of medebewind overlat<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaakIn het vijfde sc<strong>en</strong>ario zou de zuiveringstaak door de wetgever in autonomie of medebewindaan het algeme<strong>en</strong> bestuur kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> overgelat<strong>en</strong>. Het onttrekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> dezuiveringstaak aan de waterschapp<strong>en</strong>, c.q. het in autonomie (ex artt. 124 lid 1 Gw jo. 105 lid1 Provwet of 108 lid 1 Gemwet) of medebewind (ex artt. 124 lid 2 Gw jo. 105 lid 2 Provwetof 108 lid 2 Gemwet) overlat<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak zou neerkom<strong>en</strong> op het schrapp<strong>en</strong><strong>van</strong> de zuiveringstaakstelling uit artikel 1 lid 2 Wsw <strong>en</strong> het schrapp<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zorgplicht124 Gre<strong>en</strong> Deal 2011.46


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>tot zuivering uit artikel 3.4 Waterwet. Deze optie heeft echter e<strong>en</strong> aantal belangrijkebeperking<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> het huidige systeem, waardoor deze niet onze voorkeur heeft.Zo kan het in autonomie overlat<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak leid<strong>en</strong> tot grote verschill<strong>en</strong> in deuitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer. Dit was één <strong>van</strong> de red<strong>en</strong><strong>en</strong> die vroeger werd gegev<strong>en</strong>om de zuiveringstaak bij de waterschapp<strong>en</strong> onder te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> ander nadeel dat kleeftaan het in autonomie overlat<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak is het feit dat het onzeker is of deprovincies of de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich de zuiveringstaak aan zull<strong>en</strong> trekk<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> wijze diezowel de doelmatigheid als de <strong>duurzaamheid</strong> bevordert. Voorts kan m<strong>en</strong> zich afvrag<strong>en</strong> ofin kleine geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de doelmatigheid gedi<strong>en</strong>d is met het in autonomie overlat<strong>en</strong> <strong>van</strong> dezuiveringstaak.Het in medebewind opdrag<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zuiveringstaak naar de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is niet perdefinitie onlogisch, omdat geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op grond <strong>van</strong> de Wet milieubeheer belast zijn methet rioleringsbeheer. 125 Daarnaast heeft de Raad <strong>van</strong> State zich in haar adviez<strong>en</strong> bij de Wetmodernisering waterschapsbestel <strong>en</strong> bij de Waterwet kritisch uitgelat<strong>en</strong> over het opdrag<strong>en</strong><strong>van</strong> de zuiveringstaak aan waterschapp<strong>en</strong> <strong>van</strong>wege de beperkte sam<strong>en</strong>hang met de zorg voorhet oppervlaktewater. De Raad achtte het voorstelbaar dat de zorg voor de <strong>afvalwater</strong>zuiveringaan e<strong>en</strong> andere instantie dan de waterschapp<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong>. De Raad adviseerdedan ook de zuiveringstaak niet vast te legg<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> organieke wet, maar in e<strong>en</strong> bijzonderewet. 126 De regering verwierp de kritiek echter door te stell<strong>en</strong> dat door de toek<strong>en</strong>ning <strong>van</strong> dezuiveringstaak aan de waterschapp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> adequate uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het zuiveringsbeheergewaarborgd is. 127 Eind 2011 riep de Kamer de regering bij de motie Schouw c.s. op tot hetonderzoek<strong>en</strong> <strong>van</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> tot het overdrag<strong>en</strong> <strong>van</strong> alle waterschapstak<strong>en</strong> aan andereoverheidsverband<strong>en</strong>. 128 Staatssecretaris Atsma verwierp de motie <strong>en</strong> stelde e<strong>en</strong> groteredoelmatigheid in de waterket<strong>en</strong> te will<strong>en</strong> bereik<strong>en</strong> via afsprak<strong>en</strong> over sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong>de verschill<strong>en</strong>de overheidsverband<strong>en</strong>, zoals vastgelegd in het Bestuursakkoord Water. 129Als voordel<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> aan het in medebewind opdrag<strong>en</strong> (in teg<strong>en</strong>stelling tot autonomie)<strong>van</strong> de zuiveringstaak moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd de grotere uniformiteit in de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong>de taak <strong>en</strong> het feit dat de wetgever kan bepal<strong>en</strong> dat geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bij uitsluiting <strong>van</strong> provinciesbevoegd zijn inzake het zuiveringsbeheer. De kleinschaligheid <strong>van</strong> sommige geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kanhier echter ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> minder doelmatige uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> de zuiveringstaak invergelijking met de huidige situatie. In dit kader moet gewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op het feit dat op ditmom<strong>en</strong>t ook ge<strong>en</strong> gebruik wordt gemaakt <strong>van</strong> de bevoegdheid in artikel 3.4 lid 2 Waterwettot het overdrag<strong>en</strong> <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer aan geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het geval dit aantoonbaardoelmatiger zou zijn. 1304.7 Het <strong>duurzaamheid</strong>sbeginsel opnem<strong>en</strong> in de Waterwet of de toekomstigeOmgevingswetIn het internationale <strong>en</strong> Europese recht geldt e<strong>en</strong> aantal milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong>die zowel stur<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> zijn, dan wel kunn<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> als interpretatie <strong>van</strong> wettelijkeverplichting<strong>en</strong>. In de Nederlandse omgevingsrechtelijke wetgeving is het echter nietde gewoonte noch de w<strong>en</strong>s om milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong> in de wet zelf op te nem<strong>en</strong>.Beginsel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in Nederland eerder neergelegd in beleidsdocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> werk<strong>en</strong> danvia de algem<strong>en</strong>e rechtsbeginsel<strong>en</strong> door in de besluitvorming. 131 In het bijzonder wanneer het125 Ex titel 10.5 Wm.126 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2005-2006, 30601, nr. 4, p. 3-4. Kamerstukk<strong>en</strong> II 2006-2007, 30818, nr. 4, p. 3. H.J.M. Havekes 2008, pp. 279-280.127 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2005-2006, 30601, nr. 6, p. 3.128 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2011-2012, 33000, nr. 98.129 Kamerstukk<strong>en</strong> II 2011-2012, 27625, nr. 255.130 H.J.M. Havekes 2008, p. 280.131 Zie uitvoerig over de betek<strong>en</strong>is die beginsel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> bij <strong>innovatie</strong>ve ontwikkeling<strong>en</strong>: R. F<strong>en</strong>nis, Gebiedsgerichte aanpak <strong>van</strong>grondwaterverontreiniging, E<strong>en</strong> onderzoek naar de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> gebiedsgerichte aanpak <strong>van</strong> grondwaterverontreiniging binn<strong>en</strong> de in47


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>gaat om de inpassing <strong>van</strong> duurzame <strong>innovatie</strong>s in het geld<strong>en</strong>de juridische systeem <strong>en</strong> hetomgaan met onzekerhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> beginsel<strong>en</strong> die zijn neergelegd in wetgeving stur<strong>en</strong>d zijnbij nieuwe <strong>en</strong> niet voorzi<strong>en</strong>e ontwikkeling<strong>en</strong>. 132 Het laatste sc<strong>en</strong>ario dat wordt voorgesteldhoudt in dat milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong>, waaronder het beginsel <strong>van</strong> e<strong>en</strong> duurzameontwikkeling wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de Waterwet of – tezijnertijd – de Omgevingswet.4.8 Tuss<strong>en</strong>conclusieIn de voorgaande hoofdstukk<strong>en</strong> is onderzocht wat de risico’s zijn bij de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong><strong>afvalwater</strong> in het licht <strong>van</strong> de functionele taak die het waterschap in het Nederlandsstaatsbestel heeft. Uitgangspunt daarbij is dat <strong>innovatie</strong> <strong>en</strong> duurzame initiatiev<strong>en</strong> nietzoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> belemmerd door onnodige wettelijke beperking<strong>en</strong>. Niet allewettelijke beperking<strong>en</strong> zijn echter onnodig in die zin, dat zij ge<strong>en</strong> gelegitimeerd doel di<strong>en</strong><strong>en</strong>.Uiteraard kan m<strong>en</strong> <strong>van</strong> m<strong>en</strong>ing verschill<strong>en</strong> over de wijze waarop de functionele tak<strong>en</strong> <strong>van</strong>het waterschapp<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgelegd.Wij zijn echter uitgegaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> strikte uitleg <strong>van</strong> de waterstaatkundige taak <strong>van</strong> hetwaterschap, zodat ge<strong>en</strong> risico’s lichtvaardig over het hoofd word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> <strong>van</strong> de red<strong>en</strong><strong>en</strong>hiervoor is dat <strong>van</strong>uit het Rijk is aangegev<strong>en</strong> dat juridische belemmering<strong>en</strong> (bijvoorbeeld inwetgeving) zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgelost, indi<strong>en</strong> deze belemmering<strong>en</strong> in de weg kunn<strong>en</strong> staan bijuitvoering <strong>van</strong> het Klimaatakkoord of de Gre<strong>en</strong> Deal.Wij concluder<strong>en</strong> dat de productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> eig<strong>en</strong> gebruik <strong>en</strong> de verwerking<strong>van</strong> eig<strong>en</strong> zuiveringsslib zonder meer binn<strong>en</strong> de zuiveringstaak vall<strong>en</strong>. Daar waar sprakeis <strong>van</strong> levering aan derd<strong>en</strong> of <strong>van</strong> activiteit<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> de zuiveringstaak vall<strong>en</strong> – hoeduurzaam bedoeld dan ook - zorgt dit ervoor dat er pot<strong>en</strong>tiële wettelijke belemmering<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> ontstaan.In dit hoofdstuk is e<strong>en</strong> aantal concrete aanbeveling<strong>en</strong> gedaan om de mogelijke risico’s opstaats- <strong>en</strong> bestuursrechtelijk terrein te verminder<strong>en</strong>. In het volg<strong>en</strong>de hoofdstuk wordt naderingegaan op de Europeesrechtelijke aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>.Nederland <strong>en</strong> Europa erk<strong>en</strong>de milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong>, Universiteit Utrecht, 2012.132 H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick <strong>en</strong> W. Salet. 2012. Enabling the contextualization of legal rules in responsive strategies to climate change. Ecologyand Society 17(2): 18; http://dx.doi.org/10.5751/ES-04895-170218; P.P.J. Driess<strong>en</strong> and H.F.M.W. <strong>van</strong> Rijswick, Normative Aspects of ClimateAdaptation Policy, 2(4) Climate Law p. 1-23 (2011) <strong>en</strong> H. <strong>van</strong> Rijswick <strong>en</strong> W. Salet, E<strong>en</strong> strategisch kompas voor duurzame beheersing <strong>van</strong>klimaatvraagstukk<strong>en</strong>, special issue on the governance of adaptation to climate change, Beleid <strong>en</strong> Maatschappij , 2010/1, p. 43-58.48


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>5EUROPEESRECHTELIJKE RANDVOORWAARDENBIJ VALORISATIE VAN AFVALWATER5.1 InleidingDit hoofdstuk behandelt de onderzoeksvrag<strong>en</strong> die betrekking hebb<strong>en</strong> op het EUmededingingsrecht <strong>en</strong> interne marktrecht voor zover rele<strong>van</strong>t voor de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong><strong>afvalwater</strong>. Paragraaf 5.2 bevat e<strong>en</strong> korte uite<strong>en</strong>zetting over het Europese <strong>en</strong> nationalemededingingsbeleid. Daarbij wordt ingegaan op het kartelverbod (<strong>en</strong> uitzondering<strong>en</strong>) <strong>en</strong> hetmisbruikverbod (<strong>en</strong> uitzondering<strong>en</strong>). Paragraaf 5.3 gaat in op de relatie tuss<strong>en</strong> de Europesemededingingsregels <strong>en</strong> de overheid. Daarbij wordt ingegaan op de staatssteunregels, de regelsvoor het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> exclusieve of bijzondere recht<strong>en</strong> (<strong>en</strong> uitzondering) <strong>en</strong> de nuttig-effectregel. Paragraaf 5.4 gaat in op de Gedragsregels Markt & Overheid. Daarbij wordt ingegaanop de regels <strong>van</strong> deze wet. Paragraaf 5.5 behandelt de Europese regels betreff<strong>en</strong>de het vrijeverkeer, met name het vrije verkeer <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong>. Paragraaf 5.6 bevat e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting <strong>van</strong>de conclusies.Steeds wordt ook aangeslot<strong>en</strong> bij de daadwerkelijke activiteit<strong>en</strong> die de waterschapp<strong>en</strong>ontplooi<strong>en</strong>. Hoewel in hoofdstuk 1 – de onderzoeksvraag – is aangegev<strong>en</strong> dat het daarbij zalgaan om <strong>en</strong>ergieopwekking, zull<strong>en</strong> wij uitstapjes mak<strong>en</strong> naar de terugwinning (<strong>en</strong> leveringaan de markt) <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>, zoals fosfaat, het Ket<strong>en</strong>akkoord Fosfaatkringloop <strong>en</strong> demogelijkheid tot het winn<strong>en</strong> <strong>van</strong> bioplastics (biopolymer<strong>en</strong>).5.2 Europees <strong>en</strong> nationaal MededingingsrechtDit deel <strong>van</strong> het advies gaat in op de mededingingsregels in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong><strong>en</strong> belemmering<strong>en</strong> voor de waterschapp<strong>en</strong>. De mededingingsregels zijn neergelegd inEuropees <strong>en</strong> nationaal recht, <strong>en</strong> word<strong>en</strong> gehandhaafd door de Europese Commissie <strong>en</strong>/of deNMa. Zij kunn<strong>en</strong> ook aan de orde zijn in nationale rechterlijke procedures.49


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>5.2.1 Mededingingsregels <strong>en</strong> onderneming<strong>en</strong>De hoofdregels <strong>van</strong> mededingingsrecht zijn in de nationale context <strong>en</strong> EU-context vrijwelgelijk. Dat komt omdat de Mededingingswet, die sinds 1998 geldt, is gebaseerd op de EUregels.5.2.1.1 Wanneer zijn de mededingingsregels <strong>van</strong> toepassing?Het begrip onderneminga. Het ondernemingsbegrip in het mededingingsrechtDe mededingingsregels geld<strong>en</strong> primair voor onderneming<strong>en</strong>. Mededingingsregels die geld<strong>en</strong>voor de overheid in haar relatie met onderneming<strong>en</strong> zijn in par. 5.3 aan de orde. Onderneming<strong>en</strong>zijn, in de woord<strong>en</strong> <strong>van</strong> het Hof, <strong>en</strong>titeit<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> economische activiteit uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>,bestaande uit het aanbied<strong>en</strong> <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> op de markt. 133 Hierbij is noch derechtsvorm, noch de wijze <strong>van</strong> financiering <strong>van</strong> belang. Het hebb<strong>en</strong> <strong>van</strong> winstoogmerk isev<strong>en</strong>min belangrijk. Het doet niet ter zake dat volg<strong>en</strong>s het nationale v<strong>en</strong>nootschapsrecht,bijvoorbeeld, ge<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> onderneming. Dit betek<strong>en</strong>t dat ook de overheid zelf<strong>en</strong> overheidsinstelling<strong>en</strong> als onderneming kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, als er sprake is <strong>van</strong>economische activiteit<strong>en</strong>.Overhed<strong>en</strong> tred<strong>en</strong> bijvoorbeeld op als onderneming bij de ontwikkeling <strong>van</strong> grondgebied<strong>en</strong> bij het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> erfpacht daar<strong>van</strong>, als zij zelf bedrijfsafval ophal<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong>camping, hav<strong>en</strong> of muziekschool exploiter<strong>en</strong>. Ook de activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> lokale publiekeomroep<strong>en</strong>, woningbouwver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, <strong>van</strong> de grondbank, de verkoop <strong>van</strong> bagger,di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> als ambulancevervoer, gehandicapt<strong>en</strong>vervoer, geme<strong>en</strong>telijk op<strong>en</strong>baar vervoer,bepaalde hav<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, de verhuur <strong>en</strong> plaatsing <strong>van</strong> reclamebord<strong>en</strong>, het exploiter<strong>en</strong><strong>van</strong> e<strong>en</strong> kabelnet, het opslaan <strong>van</strong> verontreinigd slib voor derd<strong>en</strong>, het aanbied<strong>en</strong> <strong>van</strong>arbeidsmarktbemiddeling, <strong>en</strong> het aanbied<strong>en</strong> <strong>van</strong> verzekering<strong>en</strong> of l<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, zijnaangemerkt als economische activiteit<strong>en</strong>. Als de overheid met kapitaal, aandel<strong>en</strong> of viastemrecht<strong>en</strong> in onderneming<strong>en</strong> is betrokk<strong>en</strong>, is ook zij medeverantwoordelijk voor hetgedrag <strong>van</strong> die overheidsonderneming. Ook publiek-private sam<strong>en</strong>werking<strong>en</strong> oef<strong>en</strong><strong>en</strong>vaak ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> uit. 134Er zijn echter gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> aan het begrip onderneming. In de eerste plaats indi<strong>en</strong> er sprakeis <strong>van</strong> louter sociale activiteit<strong>en</strong>, waar aan e<strong>en</strong> sterke solidariteitsgedachte t<strong>en</strong> grondslagligt. 135 Deze uitzondering is voor de waterschapp<strong>en</strong> hoogstwaarschijnlijk niet <strong>van</strong> belang.In de tweede plaats, indi<strong>en</strong> het gaat om de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> typisch overheidsprerogatiefdan is er ge<strong>en</strong> sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> onderneming. Het gaat hierbij om tak<strong>en</strong> ‘die voortkom<strong>en</strong>uit de aard <strong>van</strong> de soevereiniteit <strong>van</strong> de staat’. 136 Sommige activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> het waterschap,bijvoorbeeld de waterkeringszorg, kunn<strong>en</strong> als overheidsprerogatief word<strong>en</strong> aangemerkt. Dewaterkeringszorg is immers bij uitstek e<strong>en</strong> activiteit die het individuele belang te bov<strong>en</strong>gaat. Veiligheid is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> klassiek overheidsprerogatief. Het gevolg daar<strong>van</strong> is dat hetmededingingsrecht op die activiteit niet <strong>van</strong> toepassing is.133 Zaak C-41/90 Höfner. 23 april 1991, Jur. 1991, p. I-01979.134 Zie Kans<strong>en</strong> in het mededingingsrecht, Gerbrandy 2011, in: Kans<strong>en</strong> voor het Europese recht, Hessel (red), Sdu 2011.135 HvJ EG 17 februari 1993, gev. zak<strong>en</strong> nr. C-153/91 <strong>en</strong> C-160/91, Jur. 1992, p. I-04973 (Poucet <strong>en</strong> Pistre), <strong>en</strong> verder ook: HvJ EG 22 januari 2002,nr. C-218/00, Jur. 2002, p. I-00691 (Cisal), HvJ EG 21 september 1999, gev. Zak<strong>en</strong> nr. C-115/97 tot 117/97, Jur. 1999, p. I-06025 (Br<strong>en</strong>tj<strong>en</strong>s)<strong>en</strong> HvJ EG 12 september 2000, gev. zak<strong>en</strong> C-180/98 tot C-184/98, Jur. 2000, p. I-06451 (Pavlov).136 Conclusie <strong>van</strong> AG Mayras 28 mei 1974, nr. 2-74, Jur. 1974, p. 00631 (Reyners).50


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>b. Waterschapp<strong>en</strong> als ondernemingWaterschapp<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> onder het ondernemingsbegrip, wanneer zij product<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>aanbied<strong>en</strong> op de markt <strong>en</strong> dus e<strong>en</strong> economische activiteit uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Zij zijn dan ondernemingin de zin <strong>van</strong> het mededingingsrecht.Waterkering, zuivering <strong>afvalwater</strong>E<strong>en</strong> aantal activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> ons buit<strong>en</strong> het ondernemingsbegripte vall<strong>en</strong>: de waterkeringszorg werd hierbov<strong>en</strong> al g<strong>en</strong>oemd als typische overheidstaak di<strong>en</strong>iet aan de markt kan word<strong>en</strong> overgelat<strong>en</strong>. Het zuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>, zeker als hetgaat om het zuiver<strong>en</strong> <strong>van</strong> huishoudelijk <strong>afvalwater</strong> dat via het riool wordt geloosd, lijktev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s ge<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit: de parallel met het verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> huishoudelijkafval, waar<strong>van</strong> de NMa heeft geoordeeld dat er sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> overheidsprerogatief, ishier sterk aanwezig. Omdat echter <strong>van</strong> het verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> bedrijfsafval is gesteld dat hetwel gaat om e<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit, ligt de beoordeling <strong>van</strong> de waterschapsactiviteitgeleg<strong>en</strong> in het verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> bedrijfs<strong>afvalwater</strong> subtieler: zo wordt ook in de HandreikingMarkt <strong>en</strong> Overheid gesprok<strong>en</strong> <strong>van</strong> economische activiteit<strong>en</strong> als er sprake is <strong>van</strong> het zuiver<strong>en</strong><strong>van</strong> ‘<strong>afvalwater</strong> <strong>van</strong> bedrijv<strong>en</strong> die niet via de riolering loz<strong>en</strong>’. 137Er is echter ook e<strong>en</strong> aantal activiteit<strong>en</strong>, dat de waterschapp<strong>en</strong> op dit mom<strong>en</strong>t ontplooi<strong>en</strong> dieals ondernemingsactiviteit zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt.Opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie: EnergiefabriekHet opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie zou e<strong>en</strong> dergelijke activiteit kunn<strong>en</strong> zijn; hoewel het afhankelijkis <strong>van</strong> de specifieke omstandighed<strong>en</strong> of het opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong> inderdaadhet aanbied<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> goed of di<strong>en</strong>st (het maakt niet zoveel uit of <strong>en</strong>ergie e<strong>en</strong> goed is, zoalst<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> elektriciteit in het strafrecht wel is aangemerkt, of e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st, zoals in hetmededingingsrecht hoogstwaarschijnlijk zou word<strong>en</strong> betoogd t.a.v. de levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie)op de markt is. In hoofdstuk 2 <strong>van</strong> dit advies word<strong>en</strong> drie situaties onderscheid<strong>en</strong>:i. het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar lichaam in het kader<strong>van</strong> de publieke taak (vrachtwag<strong>en</strong>s <strong>van</strong> de geme<strong>en</strong>tereiniging die rijd<strong>en</strong> opwaterschapsbiogas),ii. levering aan het <strong>en</strong>ergi<strong>en</strong>et, <strong>en</strong>iii. rechtstreekse levering aan particulier<strong>en</strong>/afnemers.iv.Daaraan kan de situatie word<strong>en</strong> toegevoegd:het zelf gebruik<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opwekte <strong>en</strong>ergie.Elk <strong>van</strong> deze situaties di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> beoordeeld.Ad i) Lever<strong>en</strong> aan andere op<strong>en</strong>bare licham<strong>en</strong>De beoordeling <strong>van</strong> deze situatie is vrij complex. Er zijn twee red<strong>en</strong>eerlijn<strong>en</strong> mogelijk. Deeerste red<strong>en</strong>ering gaat uit <strong>van</strong> het volg<strong>en</strong>de. Het is daarbij <strong>van</strong> belang waarvoor de <strong>en</strong>ergiewordt gebruikt. Als de vrachtwag<strong>en</strong>s <strong>van</strong> de geme<strong>en</strong>telijke reinigingsdi<strong>en</strong>st niet word<strong>en</strong>ingezet voor e<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit, zal ge<strong>en</strong> sprake zijn <strong>van</strong> het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> goed137 Handreiking Markt <strong>en</strong> Overheid, Ministerie <strong>van</strong> EL&I, 1 juli 201251


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>of di<strong>en</strong>st aan ‘de markt’. De geme<strong>en</strong>telijke reinigingsdi<strong>en</strong>st is immers dan zelf niet actiefop e<strong>en</strong> markt. De parallel is met het opwekk<strong>en</strong> voor eig<strong>en</strong> gebruik (zie ad. iv). Maar als degeme<strong>en</strong>telijke reinigingsdi<strong>en</strong>st wel e<strong>en</strong> ondernemings-activiteit uitoef<strong>en</strong>t – bijvoorbeeld alszij bedrijfsafval ophaalt – dan is ook de levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie e<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit.Deze red<strong>en</strong>ering is gebaseerd op de jurisprud<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> het Hof <strong>van</strong> Justitie in de zaakF<strong>en</strong>in, 138 waarin de aankoopactiviteit <strong>van</strong> het beheersorgaan <strong>van</strong> de ziektekost<strong>en</strong>verzekeraars,die zelf niet als onderneming werd aangemerkt, ook niet als ondernemingactiviteit werdaangemerkt; <strong>en</strong> het opvolg<strong>en</strong>de Selex Sistemi, 139 waarin het ontwikkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> technisch<strong>en</strong>ormalisatie voor e<strong>en</strong> niet-onderneming ook ge<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit zijn. Parallelhieraan zou in ieder geval het aankop<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie door de geme<strong>en</strong>te, t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> e<strong>en</strong>activiteit die ge<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit is ook ge<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit. De vraag is ofdan de levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie aan de geme<strong>en</strong>te dat dan ook niet is. De arrest<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> daar opte duid<strong>en</strong>. 140De tweede red<strong>en</strong>ering luidt als volgt: de g<strong>en</strong>oemde F<strong>en</strong>in-jurisprud<strong>en</strong>tie is in hetonderhavige geval niet <strong>van</strong> toepassing. Door de productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie handel<strong>en</strong>de Energiefabriek<strong>en</strong> als onderneming. Productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie zijn immerseconomische activiteit<strong>en</strong>, gericht op aanbied<strong>en</strong> <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> op de markt,namelijk de markt voor productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie. Net als dat het voor de ‘gewone’produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> leveranciers <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie niet uitmaakt aan wie zij de <strong>en</strong>ergie lever<strong>en</strong> – zijzijn niet ine<strong>en</strong>s géén onderneming<strong>en</strong> omdat de afnemer ge<strong>en</strong> onderneming is – blijv<strong>en</strong>de waterschapp<strong>en</strong> voor deze activiteit<strong>en</strong> onderneming. Deze red<strong>en</strong>ering leunt meer opde achterligg<strong>en</strong>de economische red<strong>en</strong>ering in de F<strong>en</strong>in-jurisprud<strong>en</strong>tie, waar de vraagwas of de kopers <strong>van</strong> de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> de mededinging wel zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong> doorhun koopgedrag. 141 Die economische red<strong>en</strong>ering gaat hier niet op: c<strong>en</strong>traal staat niet hetkoopgedrag <strong>van</strong> de geme<strong>en</strong>te (of andere niet economische <strong>en</strong>titeit die <strong>en</strong>ergie afneemt <strong>van</strong>de Energiefabriek), maar de leverantie door de waterschapp<strong>en</strong>. Hun invloed als aanbieder/produc<strong>en</strong>t <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie is op dit mom<strong>en</strong>t wellicht klein (<strong>van</strong>wege de beperkte capaciteit),maar in pot<strong>en</strong>tie groot.Ad ii) Levering aan het netBij het binn<strong>en</strong> de Energiefabriek<strong>en</strong> opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit de verwerking <strong>van</strong><strong>afvalwater</strong> <strong>en</strong> het vervolg<strong>en</strong>s lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> die elektriciteit aan het net is sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong>ondernemingsactiviteit. In dat geval wordt immers e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st geleverd op de markt, demarkt voor de productie <strong>van</strong> elektriciteit. De parallel met de afvalverwerkers kan ook hierword<strong>en</strong> gemaakt: hoewel afvalverwerk<strong>en</strong>de bedrijv<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> deel in hand<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn<strong>van</strong> dec<strong>en</strong>trale overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> hun tak<strong>en</strong> – het verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> huishoudelijk138 Zaak C-205/03 P, Federación Española de Empresas de Tecnología Sanitaria (FENIN) teg<strong>en</strong> Commissie <strong>van</strong> de Europese Geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, Jur. 2006I-06295. Het Hof stelt dat het Gerecht “voor de bepaling <strong>van</strong> de aard <strong>van</strong> de activiteit de aankoop <strong>van</strong> het product niet los mag word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong><strong>van</strong> het latere gebruik er<strong>van</strong>, <strong>en</strong> dat de al dan niet economische aard <strong>van</strong> het latere gebruik <strong>van</strong> het gekochte product noodzakelijkerwijs de aard<strong>van</strong> de aankoopactiviteit bepaalt.”139 Zaak C-113/07, P, SELEX Sistemi Integrati SpA teg<strong>en</strong> Commissie <strong>van</strong> de Europese Geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Organisation europé<strong>en</strong>ne pour la sécuritéde la navigation aéri<strong>en</strong>ne (Eurocontrol), Jur. 2009 I-02207.140 In de “beoordeling of e<strong>en</strong> activiteit al dan niet e<strong>en</strong> economisch karakter heeft, [mag] de aankoop <strong>van</strong> het product niet los (...) word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong><strong>van</strong> het latere gebruik er<strong>van</strong> <strong>en</strong> (...) de al dan niet economische aard <strong>van</strong> het latere gebruik <strong>van</strong> het product [bepaalt] noodzakelijkerwijs deaard <strong>van</strong> de aankoopactiviteit (...). Het Gerecht heeft daaruit in het onderhavige geval [Selex Sistemi] terecht de conclusie getrokk<strong>en</strong> dat d<strong>en</strong>iet-economische aard <strong>van</strong> de technische normalisatieactiviteit de niet-economische aard <strong>van</strong> de activiteit <strong>van</strong> verwerving <strong>van</strong> prototyp<strong>en</strong> in hetkader <strong>van</strong> deze normalisatie impliceert”, aldus het Hof in Selex Sistemi.141 Zie Non-economic activities in upstream and downstream markets and the scope of competition law after FENIN, Markus Krajewski <strong>en</strong> MartinFarley, E.L. Rev. 2007, 32(1), 111-124: “The main economic argum<strong>en</strong>t concerns the negligible effect on competition of the purchasing activitiesof <strong>en</strong>tities providing healthcare services on a non-economic basis. As Advocate G<strong>en</strong>eral Maduro pointed out, citing economic literature: “[T]heexist<strong>en</strong>ce of a monopsony does not pose a serious threat to competition since it does not necessarily have any effect on the downstream market.Furthermore, an undertaking in a monopsonistic position has no interest in bringing such pressure to bear on its suppliers that they becomeobliged to leave the upstream market.” The economic logic behind such reasoning could have be<strong>en</strong> on the minds of the judges of the Court ofJustice wh<strong>en</strong> they decided that there was “no need” to dissociate the purchasing activity from the subsequ<strong>en</strong>t use of the purchased goods.”52


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>afval – ge<strong>en</strong> onderneming<strong>en</strong> zijn, kunn<strong>en</strong> zij voor de activiteit <strong>van</strong> het opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergieuit dat huishoudelijk afval wel degelijk als onderneming word<strong>en</strong> aangemerkt. Zo ook dewaterschapp<strong>en</strong> die voor <strong>afvalwater</strong>zuivering ge<strong>en</strong> onderneming zull<strong>en</strong> zijn, maar voor deproductie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie daaruit wel.Ad iii) Levering aan particuliere afnemersZo kan ook gered<strong>en</strong>eerd word<strong>en</strong> bij het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> warmte voor opwarming <strong>van</strong> kantor<strong>en</strong>of levering aan afnemers/gebruikers. Ook daarvoor geldt dat sprake is <strong>van</strong> levering <strong>van</strong> e<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st op de markt. De markt zal iets anders zijn dan in het voorgaande voorbeeld, namelijkde markt voor de productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie, maar dat maakt het ondernemingskarakter<strong>van</strong> deze activiteit niet anders.Ad iv) Zelf gebruik<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergieHet zelf gebruik<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opwekte <strong>en</strong>ergie lijkt daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ondernemingsactitiveit.Immers, het zelf opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> het vervolg<strong>en</strong>s ook zelf gebruik<strong>en</strong> <strong>van</strong> die <strong>en</strong>ergieis ge<strong>en</strong> marktactiviteit: er is weliswaar sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st, maar zij wordt niet geleverdaan de markt.Grondstoff<strong>en</strong>,fosfaat, bioplasticsBij het terugwinn<strong>en</strong> <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong> uit <strong>afvalwater</strong>, zoals fosfaat, <strong>en</strong> het lever<strong>en</strong> daar<strong>van</strong> aanderd<strong>en</strong> is sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> economische activiteit, <strong>en</strong> derhalve <strong>van</strong> e<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit.Deze markt is immers e<strong>en</strong> ‘gewone’ markt. Ook het producer<strong>en</strong> <strong>en</strong> lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> bioplastics,al dan niet in sam<strong>en</strong>werking met (andere) private partij<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit.Overige activiteit<strong>en</strong>T<strong>en</strong> slotte kunn<strong>en</strong> er activiteit<strong>en</strong> zijn, zoals de opslag <strong>en</strong>/of verwerking <strong>van</strong> verontreinigdslib in opdracht <strong>van</strong> derd<strong>en</strong>, die als marktactiviteit<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt. Datzelfdekan geld<strong>en</strong> voor activiteit<strong>en</strong> in het kader <strong>van</strong> de ‘brede opvatting’, zoals het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong>recreatiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. In de Handreiking Markt <strong>en</strong> Overheid word<strong>en</strong> als economische activiteit<strong>en</strong>nog g<strong>en</strong>oemd: “het uitvoer<strong>en</strong> <strong>van</strong> (water)laboratoriumdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> voor derd<strong>en</strong>” <strong>en</strong> “hetonderhoud<strong>en</strong> voor particulier<strong>en</strong> <strong>van</strong> hun installaties voor de Individuele Behandeling <strong>van</strong>Afvalwater” 142142 Handreiking Markt <strong>en</strong> Overheid, Ministerie EL&I, 1 juli 2012.53


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Sam<strong>en</strong>gevat(waarschijnlijk)ondernemingsactiviteit<strong>en</strong>(waarschijnlijk) ge<strong>en</strong>ondernemingsactiviteit<strong>en</strong>Energieopwekking uit biogas voorlevering <strong>en</strong>ergie aan het net of aandirecte afnemers; productie <strong>van</strong> fosfaat,productie <strong>van</strong> bioplastics, opslag slib voorderd<strong>en</strong>, aanbied<strong>en</strong> <strong>van</strong> recreatiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>,waterlaboratioriumdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> voorderd<strong>en</strong>, onderhoud installaties voorparticulier<strong>en</strong>Waterzuivering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> geloosdvia riool, dijkbewaking, <strong>en</strong>ergieopwekkingvoor eig<strong>en</strong> gebruikNog twee belangrijke opmerking<strong>en</strong>:T<strong>en</strong> eerste: zoals uit het bov<strong>en</strong>staande blijkt di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> gekek<strong>en</strong> naar de activiteitdie het waterschap verricht. Per activiteit kan de beoordeling of sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong>ondernemingsactiviteit verschill<strong>en</strong>d zijn. Deze word<strong>en</strong> ‘gesplitst’. Dat is wat schizofre<strong>en</strong>omdat het waterschap dus tegelijkertijd zowel onderneming als niet-onderneming kan zijn.Dat dubbele karakter komt hierna, bijvoorbeeld bij de bespreking <strong>van</strong> de staatssteunregelsterug.T<strong>en</strong> tweede: als er sprake is <strong>van</strong> <strong>van</strong> ondernemingshandel<strong>en</strong> is er op zichzelf nog niets aan dehand. De mededingingsregels zijn <strong>van</strong> toepassing. Maar er is ge<strong>en</strong> verbod op het ontplooi<strong>en</strong><strong>van</strong> ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de randvoorwaard<strong>en</strong> <strong>van</strong> de wettelijke bepaling<strong>en</strong>is veel mogelijk.De belangrijkste regels <strong>van</strong> het mededingingsrecht zijn vervolg<strong>en</strong>s het kartelverbod <strong>en</strong> hetverbod op het mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> misbruik <strong>van</strong> e<strong>en</strong> machtspositie. Hierop wordt nu ingegaan. 143143 E<strong>en</strong> belangrijke derde norm is het conc<strong>en</strong>tratietoezicht, wat vereist dat onderneming<strong>en</strong> die fusies of overnames aangaan, deze meld<strong>en</strong> bij de NMa<strong>en</strong> daarvoor toestemming di<strong>en</strong><strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong>. Dit lat<strong>en</strong> we buit<strong>en</strong> beschouwing.54


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>5.2.1.2 Het kartelverboda. verbodHet kartelverbod is neergelegd in artikel 101 VWEU <strong>en</strong> – bijna gelijkluid<strong>en</strong>d – in artikel 6 <strong>van</strong>de Mededingingswet (hierna: Mw) <strong>en</strong> bepaalt dat verbod<strong>en</strong> zijn: “alle overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>onderneming<strong>en</strong>, alle besluit<strong>en</strong> <strong>van</strong> ondernemersver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> alle onderling afgestemdefeitelijke gedraging<strong>en</strong> welke de handel tuss<strong>en</strong> lidstat<strong>en</strong> ongunstig kunn<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong> <strong>en</strong>ertoe strekk<strong>en</strong> of t<strong>en</strong> gevolge hebb<strong>en</strong> dat de mededinging binn<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>schappelijkemarkt wordt verhinderd, beperkt of vervalst”. Artikel 6 Mw omvat dezelfde elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,maar is beperkt tot de Nederlandse markt of e<strong>en</strong> deel daar<strong>van</strong>. Daarbij geld<strong>en</strong> specifiekeinterpretaties <strong>van</strong> de begripp<strong>en</strong>. Zo is het begrip “overe<strong>en</strong>komst” veel ruimer dan alle<strong>en</strong>e<strong>en</strong> ondertek<strong>en</strong>d contract. Het Ket<strong>en</strong>akkoord Fosfaatkringloop kan bijvoorbeeld alsovere<strong>en</strong>komst word<strong>en</strong> beschouwd. Exclusieve sam<strong>en</strong>werkingsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> voorhet producer<strong>en</strong> <strong>van</strong> bioplastics zijn natuurlijk overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, net als gezam<strong>en</strong>lijkeinkoopovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> leveringsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong>. Hetbegrip “onderling afgestemde feitelijke gedraging<strong>en</strong>” betek<strong>en</strong>t dat bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ook als er ge<strong>en</strong>sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst, er nog steeds sprake kan zijn <strong>van</strong> verbod<strong>en</strong> afstemming<strong>van</strong> gedrag. Het begrip “ondernemersver<strong>en</strong>iging” omvat zowel formele ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> alsmeer informele verband<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zou de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> omvatt<strong>en</strong> (voorzover dat namelijk e<strong>en</strong> bundeling <strong>van</strong> ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> bevat). E<strong>en</strong> “besluit” <strong>van</strong>e<strong>en</strong> ondernemersver<strong>en</strong>iging is elke handeling waar<strong>van</strong> e<strong>en</strong> zekere binding uitgaat. E<strong>en</strong>regeling, uitgaande <strong>van</strong> e<strong>en</strong> Nederlandse ver<strong>en</strong>iging zoals de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> ofoverkoepel<strong>en</strong>de Europese ver<strong>en</strong>iging over productie <strong>en</strong> teruglevering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie aan hetnet zou onder deze reikwijdte vall<strong>en</strong>.Het gaat bij het kartelverbod om afsprak<strong>en</strong> die de mededinging beperk<strong>en</strong>. Daarbij kan hetgaan om afsprak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>-<strong>en</strong>ergieopwekkers – dus horizontale afsprak<strong>en</strong> –maar ook om afsprak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong>-<strong>en</strong>ergieopwekkers <strong>en</strong> de afnemer – dusverticale afsprak<strong>en</strong>. Soms betreff<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verticale compon<strong>en</strong>t, maar omdat zevoor alle aangeslot<strong>en</strong><strong>en</strong> geld<strong>en</strong>, zijn het toch horizontale afsprak<strong>en</strong>. Horizontale afsprak<strong>en</strong>,áls ze de mededinging beperk<strong>en</strong>, zijn ‘erger’ dan individuele verticale afsprak<strong>en</strong>. Artikel101 VWEU geeft e<strong>en</strong> aantal voorbeeld<strong>en</strong> <strong>van</strong> mededingingsbeperk<strong>en</strong>de afsprak<strong>en</strong>: zo zijnprijsafsprak<strong>en</strong> (aankoopprijs of verkoopprijs) verbod<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ook quoteringsafsprak<strong>en</strong>,of afsprak<strong>en</strong> die “bestaan in het beperk<strong>en</strong> of controler<strong>en</strong> <strong>van</strong> de productie, de afzet, detechnische ontwikkeling of de investering<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> marktverdelingafsprak<strong>en</strong>. Deze afsprak<strong>en</strong>word<strong>en</strong> ook wel ‘hard-core’ beperking<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. Zij zijn vrijwel altijd verbod<strong>en</strong>.Het is daarbij belangrijk om op te merk<strong>en</strong> dat het kartelverbod dat prijsafsprak<strong>en</strong> omvatniet alle<strong>en</strong> gaat over de ‘hele’ prijs <strong>van</strong> e<strong>en</strong> product. Ook e<strong>en</strong> opgelegde heffing, toeslag ofbijdrage, die e<strong>en</strong> (klein) deel <strong>van</strong> de prijs betreft, waarbij het de onderneming<strong>en</strong> voor hetoverige vrij staat de prijs te bepal<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> prijsafspraak <strong>en</strong> daarmee in beginsel verbod<strong>en</strong>.Weliswaar staat het huidige mededingingsrecht e<strong>en</strong> ‘economische b<strong>en</strong>adering’ <strong>van</strong>overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> voor waarbij e<strong>en</strong> beoordeling <strong>van</strong> de afspraak in de economische <strong>en</strong>juridische context waarin zij vorm heeft gekreg<strong>en</strong> voorop staat, maar prijsafsprak<strong>en</strong> <strong>en</strong>productiebeperking<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> nog steeds de kern <strong>van</strong> het verbod. ‘Economisering’ betek<strong>en</strong>t in55


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>zekere zin e<strong>en</strong> versoepeling <strong>van</strong> de beoordeling <strong>van</strong> afsprak<strong>en</strong>: in plaats <strong>van</strong> dat de Commissieof de NMa – de toezichthouders – afgaan op e<strong>en</strong> etiket <strong>van</strong> e<strong>en</strong> afspraak, wordt gekek<strong>en</strong> naarhet effect daar<strong>van</strong> op de markt. Toch biedt deze economische b<strong>en</strong>adering weinig kans als hetgaat om het verkop<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderling afsprek<strong>en</strong> <strong>van</strong> quota of (onderdel<strong>en</strong>) <strong>van</strong> de prijs:hard-core afsprak<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ook met de economische b<strong>en</strong>adering zeld<strong>en</strong> zijn geoorloofd.Wel geldt dat de afspraak de mededinging ‘merkbaar’ moet beperk<strong>en</strong>. Dit betek<strong>en</strong>t dat als deimpact op de markt klein is – doordat de onderneming<strong>en</strong> klein zijn: e<strong>en</strong> klein marktaandeelhebb<strong>en</strong> oftewel weinig ‘marktmacht’ – het verbod niet geldt. De Commissie heeft dit leerstukuitgewerkt in e<strong>en</strong> De Minimis bek<strong>en</strong>dmaking. Daarin is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat bij overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>waarbij partij<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> zijn met e<strong>en</strong> (gezam<strong>en</strong>lijk) marktaandeel <strong>van</strong> minder dan 10% (bijhorizontale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>) <strong>en</strong> minder dan 15% (bij verticale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>) de Europesemededingingsregels niet <strong>van</strong> toepassing zijn, mits er ge<strong>en</strong> productie, marktverdeling, ofprijsafsprak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt. Het leerstuk wordt ook op nationaal niveau toegepast. 144b. Kartelverbod <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>Het kartelverbod is <strong>van</strong> toepassing op die activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> het waterschap die alsondernemingsactiviteit kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt (zie hierbov<strong>en</strong>). Dat betek<strong>en</strong>t dat bijhet ontplooi<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze activiteit<strong>en</strong> – die op zichzelf door het kartelverbod in het geheelniet verbod<strong>en</strong> word<strong>en</strong>! – de randvoorwaard<strong>en</strong> <strong>van</strong> het kartelverbod in acht moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hierbov<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> al opmerking<strong>en</strong> gemaakt over het begrip ‘overe<strong>en</strong>komst’ <strong>en</strong>‘besluit <strong>van</strong> e<strong>en</strong> ondernemersver<strong>en</strong>iging’: deze begripp<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> op de activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing zijn.T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> de vraag of de overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>/besluit<strong>en</strong> mededingingsrechtelijk gezi<strong>en</strong>door de beugel kunn<strong>en</strong> geldt dat de verschill<strong>en</strong>de casusposities waar<strong>van</strong> wij op de hoogtezijn niet direct aanleiding zijn tot het do<strong>en</strong> klink<strong>en</strong> <strong>van</strong> alarmbell<strong>en</strong>. Enkele algem<strong>en</strong>eopmerking<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> wel word<strong>en</strong> gemaakt. Vooraf zij opgemerkt dat e<strong>en</strong> individuele,diepgaandere, beoordeling <strong>van</strong> afsprak<strong>en</strong> noodzakelijk zal zijn. Het mededingingsrecht biedthelaas in weinig gevall<strong>en</strong> direct e<strong>en</strong> zwart/wit antwoord. In de concluder<strong>en</strong>de paragraaf <strong>van</strong>dit hoofdstuk zal word<strong>en</strong> ingegaan hoe meer duidelijkheid is te verkrijg<strong>en</strong>.Prijsafsprak<strong>en</strong>Het mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> prijsafsprak<strong>en</strong> is uit d<strong>en</strong> boze: de waterschapp<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> niet onderlingafsprek<strong>en</strong> welke prijs zij rek<strong>en</strong><strong>en</strong> voor welke di<strong>en</strong>st. Ook e<strong>en</strong> overleg of sam<strong>en</strong>werkingsorgaan,zoals de Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> of STOWA di<strong>en</strong>t dergelijke afsprak<strong>en</strong> niet te faciliter<strong>en</strong>.Zo di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> zeer voorzichtig te zijn met rek<strong>en</strong>modell<strong>en</strong> voor prijscompon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong><strong>en</strong>ergieleveranties, zeker als deze e<strong>en</strong> bind<strong>en</strong>de werking zoud<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>.Gezam<strong>en</strong>lijke inkoopGezam<strong>en</strong>lijke inkoop <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong> of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> hoeft niet problematisch te zijn. “Collectieveinkoopregeling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> doorgaans de totstandbr<strong>en</strong>ging <strong>van</strong> kopersmacht t<strong>en</strong> doel,hetge<strong>en</strong> kan leid<strong>en</strong> tot lagere prijz<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> betere kwaliteit <strong>van</strong> product<strong>en</strong> of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> voor144 Bek<strong>en</strong>dmaking <strong>van</strong> de Commissie inzake overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>van</strong> geringe betek<strong>en</strong>is die de mededinging niet merkbaar beperk<strong>en</strong> in de zin <strong>van</strong> artikel81, lid 1, <strong>van</strong> het Verdrag tot oprichting <strong>van</strong> de Europese Geme<strong>en</strong>schap (de minimis), (2001/C 368/07), Pb. EG 2001, C368/13.56


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>de consum<strong>en</strong>t,” zo merkt ook de Commissie op. 145 Daarbij moet t<strong>en</strong> eerste word<strong>en</strong> opgemerktdat inkoop <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong> of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> die bestemd zijn voor niet-ondernemingsactiviteit<strong>en</strong>zelf ge<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit zijn <strong>en</strong> dus buit<strong>en</strong> het mededingingsrecht vall<strong>en</strong> (ziehierbov<strong>en</strong> bij de bespreking <strong>van</strong> het ondernemingsbegrip). T<strong>en</strong> tweede geldt, dat als sam<strong>en</strong>wordt ingekocht t.b.v. ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> (zoals productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie of winning <strong>van</strong>grondstoff<strong>en</strong>), er in algem<strong>en</strong>e zin slechts e<strong>en</strong> mededingingsprobleem is als de waterschapp<strong>en</strong>e<strong>en</strong> zekere marktmacht verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> (t<strong>en</strong>zij de collectieve inkoop e<strong>en</strong> ‘dekmantel’ isvoor e<strong>en</strong> prijs of productiekartel, in welk geval er wel e<strong>en</strong> mededingingsrechtelijk probleemis). De Commissie stelt de drempel op e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk marktaandeel <strong>van</strong> minder dan 15%zowel op de inkoopmarkt als op de afzetmarkt: in dat geval is de uitzondering <strong>van</strong> artikel 101lid 3 VWEU in ieder geval <strong>van</strong> toepassing (zie ook hierna over de uitzondering<strong>en</strong>). 146Productieafsprak<strong>en</strong> <strong>en</strong> informatie-uitwisselingHet mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> productieafsprak<strong>en</strong> is uit d<strong>en</strong> boze: waterschapp<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> niet afsprek<strong>en</strong>hoeveel zij elk aan <strong>en</strong>ergie producer<strong>en</strong> of lever<strong>en</strong>. Zij mog<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> quota afsprek<strong>en</strong>. Het feitdat uit beschikbare informatie kan word<strong>en</strong> afgeleid hoeveel ieder waterschap produceertis op zichzelf nog niet e<strong>en</strong> productie-afspraak. Wel di<strong>en</strong>t het uitwissel<strong>en</strong> <strong>van</strong> ‘gevoelige’informatie steeds met gezond wantrouw<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> bezi<strong>en</strong>: informatie-uitwisseling kane<strong>en</strong> probleem zijn als daardoor onderneming<strong>en</strong> – <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong> zijn onderneming<strong>en</strong>voor e<strong>en</strong> bepaald deel <strong>van</strong> hun activiteit<strong>en</strong>, zo bleek – hun ‘commerciële’ koers onderlingkunn<strong>en</strong> afstemm<strong>en</strong>. De beoordeling <strong>van</strong> het uitwissel<strong>en</strong> <strong>van</strong> informatie is e<strong>en</strong> <strong>van</strong> de lastigstevraagstukk<strong>en</strong> <strong>van</strong> het mededingingsrecht: veel hangt af <strong>van</strong> de economische context <strong>en</strong>de aard <strong>van</strong> de informatie. Het uit algeme<strong>en</strong> beschikbare informatie kunn<strong>en</strong> afleid<strong>en</strong> <strong>van</strong>hetge<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ieder produceert is nog niet direct e<strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> informatie-uitwisseling. Anderswordt dit wanneer e<strong>en</strong> overkoepel<strong>en</strong>d orgaan niet-toegankelijke, concurr<strong>en</strong>tiegevoelige,informatie zou verzamel<strong>en</strong> <strong>en</strong> do<strong>en</strong> toekom<strong>en</strong> aan de deelnemers. 147 Dit geldt overig<strong>en</strong>s ookin het verband <strong>van</strong> het Ket<strong>en</strong>akkoord Fosfaatkringloop, waar zowel concurr<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als anderepartij<strong>en</strong> bij elkaar kom<strong>en</strong>.MarktverdelingHet mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> marktverdeling<strong>en</strong> mag niet: waterschapp<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> niet afsprek<strong>en</strong> elk e<strong>en</strong>‘stukje’ <strong>van</strong> de markt te bedi<strong>en</strong><strong>en</strong>, bijvoorbeeld t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> geografische locatie of typeafnemer.Onderzoek <strong>en</strong> ontwikkeling voor e<strong>en</strong> nieuw productMet één partij afsprek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuw product of productieproces te ontwikkel<strong>en</strong> kan – soms –mededingingsrechtelijke bezwar<strong>en</strong> oplever<strong>en</strong>. Dit is rele<strong>van</strong>t in het kader <strong>van</strong> de afsprak<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> productieproces voor bioplastics. Maar opnieuw:de beoordeling hangt erg af <strong>van</strong> de marktmacht <strong>van</strong> de partij<strong>en</strong>: hoe groter, hoe sneller demarkt wordt afgeschermd. Daarbij is het echter lastig te bepal<strong>en</strong> wat de markt is: is dat demarkt voor het bestaande product, dat wordt verbeterd, of de markt voor <strong>innovatie</strong> zelf? Vooronderzoek <strong>en</strong> ontwikkelingsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> specifieke groepsvrijstelling opgesteld(zie ook hierna): deze geldt als de marktaandel<strong>en</strong> <strong>van</strong> partij<strong>en</strong> onder 25% blijv<strong>en</strong>. 148 Dergelijke145 Richtsnoer<strong>en</strong> inzake de toepasselijkheid <strong>van</strong> artikel 101 <strong>van</strong> het Verdrag betreff<strong>en</strong>de de werking <strong>van</strong> de Europese Unie op horizontalesam<strong>en</strong>werkingsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, Pb. EU 2011, C 11/1.146 Idem, punt 194.147 Zie bijv. C.E. Schillemans, Informatie-uitwisseling <strong>en</strong> het mededingingsrecht, Markt & Mededinging, nr. 5, 2010.148 Verord<strong>en</strong>ing (EG) nr. 2659/2000 <strong>van</strong> de Commissie <strong>van</strong> 29 november 2000 betreff<strong>en</strong>de de toepassing <strong>van</strong> artikel 81, lid 3, <strong>van</strong> het Verdrag opgroep<strong>en</strong> onderzoeks- <strong>en</strong> ontwikkelingsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, Pb EU 2000, L 304.57


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>afsprak<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> echter steeds individueel bekek<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> getoetst te word<strong>en</strong> aan degroepsvrijstelling <strong>en</strong> de algem<strong>en</strong>e richtsnoer<strong>en</strong> voor horizontale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, waarinev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s informatie is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> over de beoordeling <strong>van</strong> dergelijke overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>. 149Verticale afsprak<strong>en</strong>In de verticale kolom mog<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt: natuurlijk mag voor levering <strong>van</strong><strong>en</strong>ergie e<strong>en</strong> prijs word<strong>en</strong> afgesprok<strong>en</strong>. Wat echter lastiger wordt, zijn ‘exclusiviteitsbeding<strong>en</strong>’.Het afsprek<strong>en</strong> slechts aan één partij te lever<strong>en</strong> kan de markt afscherm<strong>en</strong>. Ook hier gaat hetom ‘marktmacht’. Blijv<strong>en</strong> de afsprak<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> <strong>van</strong> de groepsvrijstelling voorverticale afsprak<strong>en</strong> (zie ook hierna), waarbij marktaandeeldrempels geld<strong>en</strong> <strong>van</strong> 30 %,voor zowel leverancier als afnemer, <strong>en</strong> word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> prijsafsprak<strong>en</strong> of leveringsafsprak<strong>en</strong>gemaakt, dan zijn verticale afsprak<strong>en</strong> toegestaan. 150De MinimisHierbov<strong>en</strong> werd aangegev<strong>en</strong> dat bij overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> ‘kleine’ onderneming<strong>en</strong> de DeMinimis bek<strong>en</strong>dmaking <strong>van</strong> toepassing kan zijn. Indi<strong>en</strong> niet bov<strong>en</strong> de marktaandeeldrempels<strong>van</strong> deze bek<strong>en</strong>dmaking wordt uitgekom<strong>en</strong>, is het mededingingsrecht niet <strong>van</strong> toepassing,t<strong>en</strong>zij er prijs-, marktverdeling, of productiebeperk<strong>en</strong>de afsprak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt.5.2.1.3 Uitzondering<strong>en</strong>a. Mededingingsrechtelijke uitzondering<strong>en</strong>Binn<strong>en</strong> het mededingingsrecht is e<strong>en</strong> aantal uitzondering<strong>en</strong> <strong>van</strong> kracht die geld<strong>en</strong> alsuitzondering op de verbodsbepaling <strong>van</strong> artikel 101 lid 1 VWEU/artikel 6 lid 1 Mw. Bij e<strong>en</strong>beroep op deze uitzondering<strong>en</strong> is het uitgangspunt dat het mededingingsrecht wel <strong>van</strong>toepassing is, <strong>en</strong> het verbod in principe ook, maar dat er binn<strong>en</strong> het mededingingsrechtruimte is voor afwijking <strong>van</strong> het kartelverbod <strong>van</strong> artikel 101 VWEU <strong>en</strong> artikel 6 Mw.Artikel 101 lid 3 VWEU – Artikel 6 lid 3 MwDe eerste uitzondering die in aanmerking komt is het derde lid <strong>van</strong> artikel 101 VWEU/artikel6 Mw. Dit bepaalt:“De bepaling<strong>en</strong> <strong>van</strong> lid 1 <strong>van</strong> dit artikel kunn<strong>en</strong> echter buit<strong>en</strong> toepassing word<strong>en</strong> verklaard voorelke overe<strong>en</strong>komst of groep <strong>van</strong> overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> onderneming<strong>en</strong>, voor elk besluit of groep <strong>van</strong>besluit<strong>en</strong> <strong>van</strong> ondernemersver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor elke onderling afgestemde feitelijke gedraging ofgroep <strong>van</strong> gedraging<strong>en</strong> die(1) 151 bijdrag<strong>en</strong> tot verbetering <strong>van</strong> de productie of <strong>van</strong> de verdeling der product<strong>en</strong> of tot verbetering<strong>van</strong> de technische of economische vooruitgang,(2) mits e<strong>en</strong> billijk aandeel in de daaruit voortvloei<strong>en</strong>de voordel<strong>en</strong> de gebruikers t<strong>en</strong> goede komt, <strong>en</strong>zonder nochtans aan de betrokk<strong>en</strong> onderneming<strong>en</strong>(3) a) beperking<strong>en</strong> op te legg<strong>en</strong> welke voor het bereik<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze doelstelling<strong>en</strong> nietonmisbaar zijn,149 Richtsnoer<strong>en</strong> horizontale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, op. cit.150 Verord<strong>en</strong>ing (EU) Nr. 330/2010 <strong>van</strong> de Commissie <strong>van</strong> 20 april 2010 betreff<strong>en</strong>de de toepassing <strong>van</strong> artikel 101, lid 3, <strong>van</strong> het Verdrag betreff<strong>en</strong>dede werking <strong>van</strong> de Europese Unie op groep<strong>en</strong> verticale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderling afgestemde feitelijke gedraging<strong>en</strong>, Pb. EU 2010, L 102/1.151 Cursieve nummers <strong>van</strong> de voorwaard<strong>en</strong> zijn toegevoegd.58


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>(4) b) de mogelijkheid te gev<strong>en</strong>, voor e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk deel <strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong> product<strong>en</strong> de mededinginguit te schakel<strong>en</strong>.”Dit betek<strong>en</strong>t dat als aan de vier g<strong>en</strong>ummerde voorwaard<strong>en</strong> is voldaan het verbod niet <strong>van</strong>toepassing is (<strong>en</strong> dus dat de afspraak toch wel is toegestaan). De Commissie heeft deze viervoorwaard<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>dmaking uitgewerkt. 152 Artikel 101 lid 3 VWEU/artikel 6 lid 3Mw kunn<strong>en</strong> op twee manier<strong>en</strong> aan de orde zijn. Op de eerste plaats geld<strong>en</strong> voor groep<strong>en</strong>overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde groepsvrijstelling<strong>en</strong>. Dat zijn algem<strong>en</strong>e verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> waarinvoor groep<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, bijvoorbeeld verticale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> of onderzoeks- <strong>en</strong>ontwikkelingsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> regeling is getroff<strong>en</strong> waarbij de afweging of aan devier voorwaard<strong>en</strong> is voldaan reeds is gemaakt. Als de individuele overe<strong>en</strong>komst aan devoorwaard<strong>en</strong> <strong>van</strong> de groepsvrijstelling voldoet, is zij toegestaan. In de groepsvrijstelling<strong>en</strong>zijn vaak marktaandeeldrempels opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lijst <strong>van</strong> beperking<strong>en</strong> die per definitieverbod<strong>en</strong> zijn. In de praktijk werkt het zo dat overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> al word<strong>en</strong> opgesteld naarmodel <strong>van</strong> de groepsvrijstelling. E<strong>en</strong> beoordeling of er eig<strong>en</strong>lijk wel e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst is diezou zijn verbod<strong>en</strong> onder het eerste lid is dan eig<strong>en</strong>lijk niet meer aan de orde: de overe<strong>en</strong>komstmag. Hierbov<strong>en</strong> kwam dit systeem al aan de orde.Op de tweede plaats kan e<strong>en</strong> individuele overe<strong>en</strong>komst, die niet aan de voorwaard<strong>en</strong> <strong>van</strong>e<strong>en</strong> groepsvrijstelling voldoet toch geoorloofd zijn. Dan moet e<strong>en</strong> individuele beoordelingvolg<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> toets aan de vier voorwaard<strong>en</strong> <strong>van</strong> het derde lid. Dit is vaak aan de orde bijhybride overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>.Artikel 106 lid 2 VWEU – Artikel 11 & 25 MwE<strong>en</strong> andere uitzondering die <strong>van</strong> belang is voor de waterschapp<strong>en</strong> is de uitzondering vooronderneming<strong>en</strong> belast met e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang. Deze uitzondering isneergelegd in artikel 106, lid 2 VWEU, <strong>en</strong> in artikel 11 cq 25 Mw <strong>en</strong> geldt voor onderneming<strong>en</strong>die belast zijn met e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang. De randvoorwaard<strong>en</strong> voorinroep<strong>en</strong> zijn dat het moet gaan om:• tak<strong>en</strong> die door de overheid zijn opgelegd (de onderneming moet ‘belast’ zijn met e<strong>en</strong>dergelijke taak); daarvoor is e<strong>en</strong> actie nodig <strong>van</strong> die overheid, bijvoorbeeld e<strong>en</strong> besluit,e<strong>en</strong> wet, e<strong>en</strong> regeling;• e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang; dit zijn activiteit<strong>en</strong> die door de overheid alszodanig word<strong>en</strong> aangemerkt, zoals nutsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, basistelefonie di<strong>en</strong>st, basis postdi<strong>en</strong>st etc.• het voldo<strong>en</strong> aan het proportionaliteitsvereiste: de mededingingsregels zijn slechts danniet <strong>van</strong> toepassing, als de onderneming zijn di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belangniet kan uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>.b. De uitzondering<strong>en</strong> <strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong>Als ge<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> overtreding <strong>van</strong> het kartelverbod kom<strong>en</strong> de uitzondering<strong>en</strong> nietaan de orde. Wat betreft de toepassing <strong>van</strong> artikel 6 lid 3 Mw/artikel 101 lid 3 VWEU di<strong>en</strong>tte word<strong>en</strong> opgemerkt dat de randvoorwaard<strong>en</strong> ‘gewoon’ <strong>van</strong> toepassing zull<strong>en</strong> zijn. Datbetek<strong>en</strong>t dat voor horizontale prijs of productieafsprak<strong>en</strong> zeld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beroep kan word<strong>en</strong>gedaan op deze uitzondering, terwijl dat voor verticale afsprak<strong>en</strong> veel makkelijker zalzijn. De toepassing <strong>van</strong> de groepsvrijstelling<strong>en</strong> kan ook aan de orde zijn. Hiervoor werd<strong>en</strong>al g<strong>en</strong>oemd de groepsvrijstelling voor onderzoek- <strong>en</strong> ontwikkelingsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, die152 Zie Bek<strong>en</strong>dmaking Commissie toepassing artikel 81 lid 3 EG, Pb. C 101 <strong>van</strong> 27-04-2004, p. 97-118.59


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong><strong>van</strong> toepassing zou kunn<strong>en</strong> zijn op de ontwikkelingsovere<strong>en</strong>komst voor bioplastics, degroepsvrijstelling voor verticale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>, die <strong>van</strong> toepassing kan zijn op verticaleexclusiviteitsafsprak<strong>en</strong>.E<strong>en</strong> mogelijk toepassing <strong>van</strong> de uitzondering op ‘individuele’ basis – dus buit<strong>en</strong> degroepsvrijstelling<strong>en</strong> - is geleg<strong>en</strong> in <strong>duurzaamheid</strong>sbelang <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiebesparing. Ditis uiteindelijk (in ieder geval mede) de grondslag <strong>van</strong> het op de markt tred<strong>en</strong> <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong>. De verhouding tuss<strong>en</strong> <strong>duurzaamheid</strong> <strong>en</strong> mededingingsrecht is nietgemakkelijk, omdat in de uitzondering bij het verbod de <strong>duurzaamheid</strong>sred<strong>en</strong><strong>en</strong> niet altijdkunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ‘meegerek<strong>en</strong>d’. Het mededingingsrecht wordt vooral <strong>van</strong> uit e<strong>en</strong> perspectief<strong>van</strong> economisch consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>belang toegepast; hetge<strong>en</strong> soms – hoewel niet altijd- totconflict kan leid<strong>en</strong> met <strong>duurzaamheid</strong>sbelang<strong>en</strong>.60


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>E<strong>en</strong> aantal <strong>duurzaamheid</strong>sinitiatiev<strong>en</strong> die de moeite waard zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn om in overwegingte nem<strong>en</strong>: 153Stichting Batterij<strong>en</strong>: 154 Produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> importeurs <strong>van</strong> batterij<strong>en</strong> zijn wettelijk verantwoordelijkvoor de terugname <strong>van</strong> gebruikte exemplar<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> zij deze als eerste op de Nederlandsemarkt hebb<strong>en</strong> gebracht. De Stichting Batterij<strong>en</strong> (Stibat) zorgt voor de collectieve inzameling<strong>en</strong> verwerking <strong>van</strong> gebruikte batterij<strong>en</strong>, zodat deelnem<strong>en</strong>de klant<strong>en</strong> aan deze wettelijkeverplichting voldo<strong>en</strong>. Bij Stibat zijn in 2010 bijna 800 deelnemers geregistreerd <strong>en</strong> zijfinancier<strong>en</strong> de regeling door de beheerbijdrage (voorhe<strong>en</strong> verwijderingsbijdrage) die elkedeelnemer voor door hem op Nederlandse markt gebrachte batterij<strong>en</strong> moet afdrag<strong>en</strong>. DeNMa heeft Stibat in december 1998 e<strong>en</strong> ontheffing (dat komt nu niet meer voor: is nu deuitzondering) verle<strong>en</strong>d voor haar collectieve inzameling <strong>en</strong> verwerking <strong>van</strong> gebruiktebatterij<strong>en</strong>, omdat het systeem bijdraagt aan de bescherming <strong>van</strong> het milieu <strong>en</strong> hetcollectieve karakter er<strong>van</strong> economische voordel<strong>en</strong> oplevert. Ge<strong>en</strong> ontheffing wordt verle<strong>en</strong>dvoor de verplichting aan de deelnemers om de heffing door te berek<strong>en</strong><strong>en</strong> aan de volg<strong>en</strong>deschakel in de bedrijfskolom. Het voorschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> collectieve afw<strong>en</strong>teling <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong>op de volg<strong>en</strong>de schakel strookt namelijk niet met het uitgangspunt ‘de vervuiler betaalt’(produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>verantwoordelijkheid). Aan zo e<strong>en</strong> collectieve afw<strong>en</strong>teling <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> zijnvolg<strong>en</strong>s de NMa niet zulke voordel<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> dat die e<strong>en</strong> beperking <strong>van</strong> de mededingingrechtvaardig<strong>en</strong>.Managem<strong>en</strong>tplan Marine Stewardship Council Garnal<strong>en</strong>visserij: 155De Produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>organisatie Nederlandse Vissersbond <strong>en</strong> de GPO Garnaal hebb<strong>en</strong> deNMa verzocht om e<strong>en</strong> informele zi<strong>en</strong>swijze t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> het Managem<strong>en</strong>tplan MarineStewardship Council Garnal<strong>en</strong>visserij. Het Managem<strong>en</strong>tplan di<strong>en</strong>t ter verduurzaming <strong>van</strong>de garnal<strong>en</strong><strong>van</strong>gst <strong>en</strong> roept e<strong>en</strong> <strong>duurzaamheid</strong>scertificaat voor de garnal<strong>en</strong>visserij in hetlev<strong>en</strong>. Het Managem<strong>en</strong>tplan omvat verder afsprak<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> maximum aantal deelnemersin het bezit <strong>van</strong> e<strong>en</strong> garnal<strong>en</strong>vergunning die kunn<strong>en</strong> deelnem<strong>en</strong> aan het managem<strong>en</strong>tplan,e<strong>en</strong> week<strong>en</strong>dverbod op viss<strong>en</strong>, visserijtijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> de capaciteit <strong>van</strong> de vaartuig<strong>en</strong>. De NMazegt positief te staan teg<strong>en</strong>over de plann<strong>en</strong> om invulling te gev<strong>en</strong> aan de verduurzaming<strong>van</strong> de garnal<strong>en</strong><strong>van</strong>gst. De NMa wijst er wel op dat mocht het ministerie <strong>van</strong> EL&I op <strong>en</strong>igmom<strong>en</strong>t besluit<strong>en</strong> tot het afgev<strong>en</strong> <strong>van</strong> nieuwe vergunning<strong>en</strong>, deze vergunninghouders danmoet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> deelnem<strong>en</strong> aan het Managem<strong>en</strong>tplan. De NMa gaat verder akkoord met alleafsprak<strong>en</strong>, behalve de in het Managem<strong>en</strong>tplan opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>van</strong>gstbeperk<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong>die volg<strong>en</strong>s het Managem<strong>en</strong>tplan tot doel hebb<strong>en</strong> het bevorder<strong>en</strong> <strong>en</strong> in stand houd<strong>en</strong> <strong>van</strong> depopulatie Noordzeegarnal<strong>en</strong> (visserijtijd<strong>en</strong>). De NMa zegt dat de noodzaak voor dergelijkeafsprak<strong>en</strong> ontbreekt, omdat onderzoek laat zi<strong>en</strong> dat de garnal<strong>en</strong>populatie niet in gevaar is.Vangstbeperking zou leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> beperking <strong>van</strong> het aanbod <strong>en</strong> daardoor zull<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong>gelijkblijv<strong>en</strong>de vraag e<strong>en</strong> prijsopdrijv<strong>en</strong>d <strong>en</strong> mededingingsbeperk<strong>en</strong>d effect hebb<strong>en</strong>.153 Het overzicht bestaat uit informatie afkomstig uit op<strong>en</strong>bare bronn<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> vergelijkbaar overzicht werd verspreid tijd<strong>en</strong>s de 11e Markt <strong>en</strong>Mededinging-confer<strong>en</strong>tie, 2012, D<strong>en</strong> Haag.154 Zie: < www.nma.nl/docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>_<strong>en</strong>_publicaties/archiefpagina_nieuwsbericht<strong>en</strong>/nieuwsbericht<strong>en</strong>/archief/1998/98_41.aspx > <strong>en</strong> < www.stibat.nl>.155 Informele zi<strong>en</strong>swijze Managem<strong>en</strong>tplan MSC Garnal<strong>en</strong>visserij, zie: < www.nma.nl/images/Informele_zi<strong>en</strong>swijze_Managem<strong>en</strong>tplan_MSC_Garnal<strong>en</strong>visserij_def22-156283.pdf >.61


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Melkdubbeltje AH, Laurus, Schuitema, Dirk <strong>van</strong> d<strong>en</strong> Broek <strong>en</strong> Nettorama: 156De Mond-<strong>en</strong>-klauwzeer ziekte in 2001 heeft e<strong>en</strong> groot aantal veehouders in Nederlandgetroff<strong>en</strong>. De inkoopprijs <strong>van</strong> melk is hiermee met 10 guld<strong>en</strong> c<strong>en</strong>t gesteg<strong>en</strong>. De supermarkt<strong>en</strong>AH, Laurus, Schuitema, Dirk <strong>van</strong> d<strong>en</strong> Broek <strong>en</strong> Nettorama wild<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s gecoördineerdde melkprijs voor consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook met 10 guld<strong>en</strong> c<strong>en</strong>t lat<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>. Naar aanleiding<strong>van</strong> externe signal<strong>en</strong>, waaronder e<strong>en</strong> klacht <strong>van</strong> de Consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>bond dreigde de NMa desupermarkt<strong>en</strong> met het oplegg<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> last onder dwangsom, waarna de supermarkt<strong>en</strong> hetzog<strong>en</strong>aamde melkdubbeltje hebb<strong>en</strong> ingetrokk<strong>en</strong>. De NMa stelt dat zij niet teg<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige vorm<strong>van</strong> steun is aan de getroff<strong>en</strong> veehouders, dus ook het doorberek<strong>en</strong><strong>en</strong> in de eindprijs <strong>van</strong> e<strong>en</strong>hogere inkoopprijs is toegestaan. Dit mag alle<strong>en</strong> niet gebeur<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> manier die in strijdis met de Mededingingswet, zoals in dit geval waarin concurr<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hierover overlegg<strong>en</strong> <strong>en</strong>afsprak<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>.Verdoofd castrer<strong>en</strong> bigg<strong>en</strong>: 157Het C<strong>en</strong>traal Bureau Lev<strong>en</strong>smiddel<strong>en</strong>handel (CBL), de C<strong>en</strong>trale Organisatie voor de Vleessector,de Land- <strong>en</strong> Tuinbouworganisatie Nederland <strong>en</strong> de Nederlandse Vakbond Vark<strong>en</strong>shoudershebb<strong>en</strong> de NMa verzocht om e<strong>en</strong> informele zi<strong>en</strong>swijze over de ‘Verklaring <strong>van</strong> Noordwijk’. Dezeis in het najaar <strong>van</strong> 2007 tot stand gekom<strong>en</strong> ter bevordering <strong>van</strong> het welzijn <strong>van</strong> vark<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bevat afsprak<strong>en</strong> over het verdoofd castrer<strong>en</strong> <strong>van</strong> vark<strong>en</strong>s. Doelstelling is om uiterlijk in2015 het castrer<strong>en</strong> <strong>van</strong> bigg<strong>en</strong> geheel te beëindig<strong>en</strong>. Als tuss<strong>en</strong>oplossing hebb<strong>en</strong> partij<strong>en</strong>gekoz<strong>en</strong> om tot dat mom<strong>en</strong>t voor de gehele ket<strong>en</strong> e<strong>en</strong> regeling in het lev<strong>en</strong> te roep<strong>en</strong> die erop termijn toe zal leid<strong>en</strong> dat supermarkt<strong>en</strong> (aangeslot<strong>en</strong> bij het CBL) ge<strong>en</strong> vers vark<strong>en</strong>svleeskunn<strong>en</strong> verkop<strong>en</strong> dat afkomstig is <strong>van</strong> niet-verdoofd gecastreerde vark<strong>en</strong>s. Verder zijn erafsprak<strong>en</strong> die voorzi<strong>en</strong> in de oprichting <strong>van</strong> e<strong>en</strong> tijdelijk fonds beheerd door de slachterij<strong>en</strong>,waaruit de deelnem<strong>en</strong>de vark<strong>en</strong>shouders e<strong>en</strong>malig (<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de opstartperiode) e<strong>en</strong>(gedeeltelijke) comp<strong>en</strong>satie kunn<strong>en</strong> ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> voor de aanschaf <strong>van</strong> verdovingsapparatuur.Het fonds komt aan inkomst<strong>en</strong> doordat de supermarkt<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de opstartperiode per kgvark<strong>en</strong>svlees e<strong>en</strong> opslag <strong>van</strong> rond de EUR 0,03 zull<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>. Hiermee zal naar verwachtinge<strong>en</strong> bedrag <strong>van</strong> ongeveer EUR 4 miljo<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgekeerd. Van belang is nog dat viaCBL-supermarkt<strong>en</strong> 53% <strong>van</strong> de totale verkoop <strong>van</strong> vers vark<strong>en</strong>svlees in Nederland verloopt.De NMa concludeert dat er op voorhand niet kan word<strong>en</strong> geoordeeld dat deze afsprak<strong>en</strong> demededinging beperk<strong>en</strong> of concreet mededingingsbeperk<strong>en</strong>de effect<strong>en</strong> tot gevolg hebb<strong>en</strong>. Ditconcludeert zij gelet op de specifieke omstandighed<strong>en</strong> <strong>van</strong> het fonds dat is opgericht voor(gedeeltelijke) comp<strong>en</strong>satie <strong>van</strong> de aanschafkost<strong>en</strong> voor de verdovingsapparatuur, namelijkde beperkte duur <strong>en</strong> de zeer geringe hoogte <strong>van</strong> de opslag voor supermarkt<strong>en</strong>. Dit geldt inieder geval zolang de slachterij<strong>en</strong> de keuzevrijheid behoud<strong>en</strong> om zowel <strong>van</strong> verdoofd alsniet-verdoofd castreerde vark<strong>en</strong>s het vlees te verkop<strong>en</strong> via andere verkoopkanal<strong>en</strong> dan die<strong>van</strong> CBL supermarkt<strong>en</strong>. In het bijzonder acht de NMa het <strong>van</strong> belang dat er ge<strong>en</strong> aanleidingis te veronderstell<strong>en</strong> dat over de ev<strong>en</strong>tuele doorberek<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> de opslag horizontale ofverticale afstemming zal plaatsvind<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong>.156 Zie: < www.nma.nl/docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>_<strong>en</strong>_publicaties/archiefpagina_nieuwsbericht<strong>en</strong>/nieuwsbericht<strong>en</strong>/archief/ 2001/01_11.aspx >.157 Informele zi<strong>en</strong>swijze: verdoofd castrer<strong>en</strong> <strong>van</strong> vark<strong>en</strong>s, zie: < www.nma.nl/images/Informele_zi<strong>en</strong>swijze_645522-156261.pdf >.62


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Verbond <strong>van</strong> D<strong>en</strong> Bosch: 158Het Verbond <strong>van</strong> D<strong>en</strong> Bosch is e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsverband tuss<strong>en</strong> alle grote Nederlandsesupermarktket<strong>en</strong>s, veehouders, branchever<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> ngo’s. Het doel<strong>van</strong> het Verbond <strong>van</strong> D<strong>en</strong> Bosch is dat er in 2020 alle<strong>en</strong> nog maar duurzaam vlees wordtverkocht in Nederland. Dit wil zij bereik<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> niet-vrijblijv<strong>en</strong>de afsprak<strong>en</strong>,welke door de hele Nederlandse productie- <strong>en</strong> distributieket<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarbijzog<strong>en</strong>aamde ‘free riders’ word<strong>en</strong> uitgebann<strong>en</strong>. Afsprak<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vastgelegd inket<strong>en</strong>kwaliteitssystem<strong>en</strong>, welke de overheid borgt. De afsprak<strong>en</strong> luid<strong>en</strong> onder andere datvoor 2020 onnodig antibiotica gebruik is teg<strong>en</strong>gegaan, de helft <strong>van</strong> het eiwitrijke diervoeruit Europa wordt gehaald, het importer<strong>en</strong> <strong>van</strong> diervoer gegarandeerd duurzaam di<strong>en</strong>t te zijn<strong>en</strong> dat er op 1 januari 2013 uitsluit<strong>en</strong>d nog antibioticagezond vlees in de schapp<strong>en</strong> ligt. Hetmededingingsrechtelijke lot <strong>van</strong> deze afsprak<strong>en</strong> is nog niet zeker. De kans dat onderneming<strong>en</strong>die niet-duurzaam vlees producer<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hierdoor minderkeus hebb<strong>en</strong> in soort<strong>en</strong> vlees, leidt waarschijnlijk tot mededingingsbeperk<strong>en</strong>de effect<strong>en</strong>. Ofzij gerechtvaardigd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>van</strong>wege effici<strong>en</strong>cy overweging<strong>en</strong> of <strong>duurzaamheid</strong>, isonduidelijk.Andere <strong>duurzaamheid</strong>sinitiatiev<strong>en</strong> zijn niet mededingingsrechtelijk getoetst. Ziebijvoorbeeld het Conv<strong>en</strong>ant Marktontwikkeling Biologische Landbouw; 159 Stichting FairProduce Nederland; 160 StreekSelecties; 161 Stichting Versfust; 162 Initiatief Duurzame Handel<strong>en</strong> Actieplan Duurzame Handel; 163 Platform Verduurzaming Voedsel; 164 <strong>en</strong> Vinkje. 165Als het gaat om de andere uitzondering (artikel<strong>en</strong> 106 lid 2 VWEU <strong>en</strong> 11 & 25 Mw)geldt het volg<strong>en</strong>de. De relatie tuss<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang <strong>en</strong> demededingingsrechtelijke verbod<strong>en</strong> is complex. Ook hier geldt echter allereerst dat als erge<strong>en</strong> overtreding is <strong>van</strong> het kartelverbod, de uitzondering ook niet rele<strong>van</strong>t is. Dat is watteg<strong>en</strong>-intuïtief, omdat e<strong>en</strong> betoog dat het waterschap belast is met e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong>economisch belang natuurlijk logisch lijkt.Om nog ev<strong>en</strong> terug te grijp<strong>en</strong> op hetge<strong>en</strong> in paragraaf 5.2.1.1. werd opgemerkt over hetondernemingsbegrip: het is <strong>van</strong> belang dat er ook nog e<strong>en</strong> verschil is tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> belang – waarmee waterschapp<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> hun activiteit<strong>en</strong> zekerzijn belast: dit zijn de niet-ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> die hiervoor werd<strong>en</strong> uitgewerkt – <strong>en</strong>e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang. Waar de eerste di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> in het geheel buit<strong>en</strong>het mededingingsrecht kunn<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>, zal dat voor het tweede niet het geval zijn. Dat zijneconomische activiteit<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarmee in principe, is het mededingingsrecht <strong>van</strong> toepassing.Als het mededingingsrecht <strong>van</strong> toepassing is <strong>en</strong> er is sprake <strong>van</strong> overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> dieword<strong>en</strong> geraakt door het kartelverbod, dán komt de uitzondering voor tak<strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong>economisch belang pas aan de orde.Voor het opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie is het de vraag of dit e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st is <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economischbelang. Specifieker zou de vraag moet<strong>en</strong> zijn of het opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> duurzame <strong>en</strong>ergie uit<strong>afvalwater</strong> via de Energiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> taak <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch158 Commissie- <strong>van</strong> Doorn, Al het vlees duurzaam - De doorbraak naar e<strong>en</strong> gezonde, veilige <strong>en</strong> gewaardeerde veehouderij in 2020, zie: < www.brabant.nl/~/media/A03E3DB9102E49C595D563B2E2CB6ACD.pdf >.159 Zie: < www.biologischconv<strong>en</strong>ant.nl/ >.160 Zie: < www.fairproduce.nl/ >.161 Zie: < www.streekselecties.nl/ >.162 Zie: < www.cblfust.nl/ >.163 Zie: < www.idhsustainabletrade.com/nederlands >.164 Zie: < www.verduurzamingvoedsel.nl/ >.165 Zie: < www.ikkiesbewust.nl/ >.63


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>belang is. Over het algeme<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> lidstat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vrij ruime bevoegdheid in het definiër<strong>en</strong><strong>van</strong> dergelijke tak<strong>en</strong>: het helpt wel als die taak ook expliciet als dergelijke taak wordtaangemerkt. Dat zou bijvoorbeeld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geëxpliciteerd bij e<strong>en</strong> uitbreiding <strong>van</strong> detaakopdracht voor de waterschapp<strong>en</strong>.Daarbij komt nog, dat de waterschapp<strong>en</strong>, om op deze uitzondering e<strong>en</strong> beroep te do<strong>en</strong>,moet<strong>en</strong> zijn belast met deze taak. Dat kan afgeleid word<strong>en</strong> uit het wettelijke kader, maarsoms ook uit e<strong>en</strong> andere constellatie <strong>van</strong> regelgeving. De waterschapp<strong>en</strong> zijn belast metallerlei tak<strong>en</strong>, maar zoals in voorgaande hoofdstukk<strong>en</strong> is betoogd zijn zij in staatsrechtelijkezin vooralsnog niet belast met de taak <strong>en</strong>ergie op te wekk<strong>en</strong>. Dat kan verander<strong>en</strong> als debeperkt functionele taak <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> uitgebreid: in ieder geval zoudan sprake zijn <strong>van</strong> ‘belast zijn met’.Het is nu de vraag of het Klimaatakkoord Unie – Rijk voor de toepassing <strong>van</strong> hetmededingingsrecht wel als e<strong>en</strong> dergelijk ‘belast word<strong>en</strong> met’ de taak tot <strong>en</strong>ergieopwekkingover te gaan zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt. Daarin wordt immers expliciet aandachtbesteed aan het thema Duurzame <strong>en</strong>ergiewinning, waarbij aan de waterschapp<strong>en</strong> de taakwordt gegev<strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> hiertoe te onderzoek<strong>en</strong>. In de jurisprud<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> het Hof iswel eerder uit e<strong>en</strong> complex <strong>van</strong> regulering afgeleid dat er sprake was <strong>van</strong> het belast zijn mete<strong>en</strong> taak <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang, zonder dat er e<strong>en</strong> expliciete grondslag was tevind<strong>en</strong> in het wettelijk kader. Desalniettemin heeft e<strong>en</strong> dergelijk betoog natuurlijk groterekans <strong>van</strong> slag<strong>en</strong> naarmate de opdracht explicieter is verle<strong>en</strong>d.Vervolg<strong>en</strong>s is het de vraag welke mededingingsbeperking rechtvaardiging verdi<strong>en</strong>t omdat dewaterschapp<strong>en</strong> zijn belast met e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang: voor de taak diedi<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> uitgevoerd moet de beperking <strong>van</strong> de mededinging nodig te zijn. Met anderewoord<strong>en</strong>: de mededingingsbeperking di<strong>en</strong>t proportioneel te zijn <strong>en</strong> niet verder te gaan dannoodzakelijk is voor het uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> de opgedrag<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economischbelang.5.2.1.4 Misbruik machtspositie (Artt. 102 VWEU & 24 Mw)a. Misbruikverbod <strong>en</strong> uitzonderingHet verbod op het mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> misbruik <strong>van</strong> e<strong>en</strong> machtspositie is neergelegd in artikel 102VWEU <strong>en</strong> artikel 24 Mw. Het misbruikverbod betek<strong>en</strong>t dat e<strong>en</strong> dominante onderneming <strong>van</strong>die positie ge<strong>en</strong> misbruik mag mak<strong>en</strong>. Om vast te stell<strong>en</strong> of sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> machtspositie,di<strong>en</strong>t de markt te word<strong>en</strong> afgebak<strong>en</strong>d. Voor de toepassing <strong>van</strong> dit misbruikverbod is e<strong>en</strong>dergelijke exercitie eig<strong>en</strong>lijk altijd noodzakelijk. Dat betek<strong>en</strong>t dat moet word<strong>en</strong> vastgesteldmet welke product<strong>en</strong> of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> wordt geconcurreerd <strong>en</strong> in welk geografisch gebied dieconcurr<strong>en</strong>tie zich voordoet. Als het aandeel <strong>van</strong> de onderneming (of groep onderneming<strong>en</strong>)op die markt groter is dan 40 % dan kan er <strong>van</strong> word<strong>en</strong> uitgegaan dat er sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong>machtspositie. Hoe groter het marktaandeel hoe eerder dat wordt aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoeminder belangrijk andere factor<strong>en</strong> dan marktaandeel word<strong>en</strong>. Ook aan de vraagzijde kansprake zijn <strong>van</strong> e<strong>en</strong> machtspositie: de onderneming mag ge<strong>en</strong> misbruik mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> dezevraagmacht.64


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Misbruik komt voor in twee gedaant<strong>en</strong>:• Uitbuitingsmisbruik: de machtspositie wordt uitgebuit, <strong>en</strong> dat is ook mogelijk omdat erge<strong>en</strong> of weinig concurr<strong>en</strong>tie is, bijvoorbeeld door hoge prijz<strong>en</strong>;• Uitsluitingsmisbruik: de machtspositie wordt gebruikt om te voorkom<strong>en</strong> dat ander<strong>en</strong> demarkt betred<strong>en</strong>, of ander<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>van</strong> die markt weg geconcurreerd., bijvoorbeeld doorzeer lage prijz<strong>en</strong> te rek<strong>en</strong><strong>en</strong>.E<strong>en</strong> specifieke vorm <strong>van</strong> misbruik die <strong>van</strong> belang kan zijn voor waterschapp<strong>en</strong> is demogelijkheid <strong>van</strong> kruissubsidiëring. Dan wordt e<strong>en</strong> marktactiviteit (mede) gefinancierduit middel<strong>en</strong> die niet door die activiteit word<strong>en</strong> opgebracht. Kruissubsidiëring kan subtiel,in die zin dat bijvoorbeeld het personeel voor beide activiteit<strong>en</strong> wordt ingezet, waardoorpersoneelskost<strong>en</strong> per activiteit dal<strong>en</strong>. Dergelijke kruissubsidie is over het algeme<strong>en</strong> nietgeoorloofd (ook buit<strong>en</strong> e<strong>en</strong> machtspositie is dat overig<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> probleem, zie hierna bij markt& overheid), behoud<strong>en</strong>s uitzondering<strong>en</strong>.Ook voor het misbruikverbod geldt e<strong>en</strong> uitzondering voor di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economischbelang.b. Misbruikverbod <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>Het is de vraag of de waterschapp<strong>en</strong> bij het producer<strong>en</strong> <strong>en</strong> lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie e<strong>en</strong> machtspositieinnem<strong>en</strong>. Dat lijkt ons niet waarschijnlijk, gezi<strong>en</strong> de voorlopig relatief kleine hoeveelhed<strong>en</strong>stroom die word<strong>en</strong> opgewekt: het zijn met name de grote elektriciteitsproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> dieeerder e<strong>en</strong> machtspositie zull<strong>en</strong> innem<strong>en</strong> dan de waterschapp<strong>en</strong>. Ook op de markt voorlevering <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>, zoals fosfaat of het producer<strong>en</strong> <strong>van</strong> bioplastics, is het de vraag ofsprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> machtspositie.Zelfs als de (gezam<strong>en</strong>lijke of individuele) waterschapp<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong> machtspositie zoud<strong>en</strong>innem<strong>en</strong>, dan nog di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> bedacht dat e<strong>en</strong> machtspositie niet verbod<strong>en</strong> is. Vandie positie mag echter ge<strong>en</strong> misbuik word<strong>en</strong> gemaakt. Van de voorbeeld<strong>en</strong> die hierbov<strong>en</strong>werd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd, is met name het voorbeeld <strong>van</strong> kruissubsidie <strong>van</strong> belang. Omdat er ookin de Wet markt & overheid e<strong>en</strong> verbod op kruissubsidie is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> deze laatste ook<strong>van</strong> toepassing is als er géén machtspositie wordt ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, gaan we op die plaats naderop kruissubsidie in.5.2.2 Relatie overheid <strong>en</strong> mededingingIn dit deel word<strong>en</strong> de Europese regels besprok<strong>en</strong> die de relatie tuss<strong>en</strong> de overheid <strong>en</strong> marktbetreff<strong>en</strong>. Let wel: we gaan nu over tot bespreking <strong>van</strong> de hiervoor als schizofr<strong>en</strong>e situatieaangemerkte situatie dat het waterschap zowel ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> (<strong>en</strong>ergielevering,productie <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>) kunn<strong>en</strong> verricht<strong>en</strong> – <strong>en</strong> dan bijvoorbeeld ont<strong>van</strong>ger <strong>van</strong> steunkunn<strong>en</strong> zijn –<strong>en</strong> overheid – <strong>en</strong> dan bijvoorbeeld steunverl<strong>en</strong>er kunn<strong>en</strong> zijn. Zoveel mogelijkprober<strong>en</strong> we aan te gev<strong>en</strong> welke rol het waterschap in kan nem<strong>en</strong>.De hier te besprek<strong>en</strong> regels zijn Europeesrechtelijk <strong>van</strong> aard <strong>en</strong> word<strong>en</strong> met namegehandhaafd door de Europese Commissie. Zij kunn<strong>en</strong> ook aan de orde zijn in nationaleciviele procedures; hoewel de inhoudelijke beoordeling <strong>van</strong> de staatssteunregels e<strong>en</strong>exclusieve bevoegdheid <strong>van</strong> de Europese Commissie betreft. Als sprake is <strong>van</strong> steun, dan65


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>moet deze door de steunverl<strong>en</strong>er (de overheid) in beginsel word<strong>en</strong> gemeld bij de Commissie(er zijn <strong>en</strong>kele uitzondering<strong>en</strong> op de aanmeldingsplicht). De Commissie onderzoekt dan ofde steun is toegestaan.5.2.2.1 De EU-regels betreff<strong>en</strong>de staatssteunVoor de toepassing <strong>van</strong> de staatssteunbepaling<strong>en</strong> uit het EU-verdrag is ess<strong>en</strong>tieeldat overhed<strong>en</strong> “ge<strong>en</strong> financiële transacties aangaan met instelling<strong>en</strong> die goeder<strong>en</strong><strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> op de markt”. 166a. Staatssteun in het algeme<strong>en</strong>De bepaling<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de staatssteun staan in de artikel<strong>en</strong> 107 t/m 109 VWEU. Dekernbepaling is artikel 107 VWEU. Artikel 107 lid 1 VWEU luidt als volgt:“Behoud<strong>en</strong>s de afwijking<strong>en</strong> waarin de Verdrag<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>, zijn steunmaatregel<strong>en</strong> <strong>van</strong>de stat<strong>en</strong> of in welke vorm dan ook met staatsmiddel<strong>en</strong> bekostigd, die de mededingingdoor begunstiging <strong>van</strong> bepaalde onderneming<strong>en</strong> of producties vervals<strong>en</strong>, of dreig<strong>en</strong> tevervals<strong>en</strong>, onver<strong>en</strong>igbaar met de interne markt, voor zover deze steun het handelsverkeertuss<strong>en</strong> de lidstat<strong>en</strong> ongunstig beïnvloedt.”De vijf voorwaard<strong>en</strong> die cumulatief vervuld moet<strong>en</strong> zijn, zijn dus:• De steun wordt door de staat of met staatsmiddel<strong>en</strong> bekostigd;• t<strong>en</strong> gunste <strong>van</strong> bepaalde onderneming<strong>en</strong> of producties;• de steun verschaft aan deze onderneming<strong>en</strong> niet-marktconform voordeel;• de steun vervalst of dreigt de mededinging te vervals<strong>en</strong>;• er is sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> ongunstige beïnvloeding <strong>van</strong> het handelsverkeer.De verbodsbepaling is zeer ruim. Immers allerlei niet-marktconforme financiële regeling<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> onder artikel 107 lid 1 VWEU vall<strong>en</strong>, zoals subsidies, r<strong>en</strong>teloze l<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, verkoop <strong>van</strong>grond teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lagere prijs dan de marktprijs etc. Voor het begrip onderneming verwijz<strong>en</strong>we naar paragraaf 5.2.2.1.Steunbedrag<strong>en</strong> die b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaalde drempelwaarde blijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> echter niet geachtde mededinging te vervals<strong>en</strong>. Het gaat dan om zog<strong>en</strong>aamde ‘de minimis-steun’, waarvoore<strong>en</strong> vrijstellingsverord<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> toepassing is. 167Het Hof <strong>van</strong> Justitie heeft in zijn rechtspraak ook bepaald dat steun aan onderneming<strong>en</strong>die belast zijn met e<strong>en</strong> taak <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang (daaronder wordt hetzelfdeverstaan als hiervoor aan de orde in paragraaf 5.2.2.2) niet beschouwd moet word<strong>en</strong> alsstaatssteun in de zin <strong>van</strong> artikel 107 lid 1 VWEU, indi<strong>en</strong> voldaan is aan de volg<strong>en</strong>de viervoorwaard<strong>en</strong>:166 M. Aalbers <strong>en</strong> B. Hessel, Beleidskans<strong>en</strong> bij de regels <strong>van</strong> staatssteun, p. 169 PM167 Verord<strong>en</strong>ing 1998/2006/EG betreff<strong>en</strong>de de toepassing <strong>van</strong> de artikel<strong>en</strong> 87 <strong>en</strong> 88 <strong>van</strong> het Verdrag op de-minimissteun, Pb. 2006, L 379/5.66


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>• De begunstigde onderneming moet daadwerkelijk belast zijn met de uitvoering <strong>van</strong>op<strong>en</strong>bare di<strong>en</strong>stverplichting<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die verplichting<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> duidelijk omschrev<strong>en</strong> zijn;• De parameters op basis waar<strong>van</strong> de comp<strong>en</strong>satie wordt berek<strong>en</strong>d moet<strong>en</strong> vooraf opobjectieve <strong>en</strong> doorzichtige wijze word<strong>en</strong> vastgesteld;• De comp<strong>en</strong>satie mag niet hoger zijn dan nodig is om in de kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de uitvoering <strong>van</strong>de op<strong>en</strong>bare di<strong>en</strong>stverplichting<strong>en</strong> te voorzi<strong>en</strong>. Bij de beoordeling <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> di<strong>en</strong>trek<strong>en</strong>ing te word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> <strong>en</strong> met de redelijke winst uit deuitvoering <strong>van</strong> die verplichting<strong>en</strong>;• Wanneer de keuze niet is gemaakt in het kader <strong>van</strong> e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare aanbesteding, danmoet het bedrag <strong>van</strong> de comp<strong>en</strong>satie word<strong>en</strong> vastgesteld aan de hand <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> diee<strong>en</strong> gemiddelde onderneming zou hebb<strong>en</strong> gemaakt. 168Mocht er niettemin sprake zijn <strong>van</strong> staatssteun in de zin <strong>van</strong> artikel 107 lid 1, dan bevatt<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> 2 <strong>en</strong> 3 <strong>van</strong> artikel 107 VWEU e<strong>en</strong> aantal uitzondering<strong>en</strong>. Voor de waterschapp<strong>en</strong>zijn met name de uitzondering<strong>en</strong> <strong>van</strong> artikel 107 lid 3 VWEU <strong>van</strong> belang. 169 De EuropeseCommissie heeft e<strong>en</strong> aantal kaderregeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> richtsnoer<strong>en</strong> vastgesteld waarin deuitzonderingsmogelijkhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze bepaling nader zijn uitgewerkt. Vooral interessant indit verband zijn de Algem<strong>en</strong>e Groepsvrijstellingsverord<strong>en</strong>ing (hierna: AGV), 170 de richtsnoer<strong>en</strong>milieusteun 171 <strong>en</strong> de kaderregeling inzake staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling <strong>en</strong><strong>innovatie</strong>. 172Verder is, naast de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde rechtspraak over steunverl<strong>en</strong>ing aan onderneming<strong>en</strong>belast met tak<strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang (de Altmark jurisprud<strong>en</strong>tie), deuitzondering <strong>van</strong> artikel 106 lid 2 VWEU mogelijk <strong>van</strong> belang indi<strong>en</strong>, bijvoorbeeld, de laatstevoorwaarde niet is vervuld.b. Waterschap als steunverl<strong>en</strong>er <strong>en</strong> ont<strong>van</strong>ger <strong>van</strong> steunAangezi<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> in de eerste plaats als overheidsorgan<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>beschouwd, zijn de staatssteunregels <strong>van</strong> toepassing op financiële transacties die doorde waterschapp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gedaan in hun relatie tot onderneming<strong>en</strong>. De waterschapp<strong>en</strong>hebb<strong>en</strong> dan hun ‘overheidshoed’ op <strong>en</strong> zijn dan zelf mogelijk steunverl<strong>en</strong>er. E<strong>en</strong> voorbeeld<strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong> die werd<strong>en</strong> aangemerkt als steunverl<strong>en</strong>er is te vind<strong>en</strong> in het besluit<strong>van</strong> de Europese Commissie <strong>van</strong> 2002 om de Nederlandse regeling voor vrijstelling <strong>van</strong>verontreinigingsheffing goed te keur<strong>en</strong>. Het ging hier om de zog<strong>en</strong>aamde ‘afhaakregeling’,waarbij waterschapp<strong>en</strong> grote lozers e<strong>en</strong> korting kond<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> om te voorkom<strong>en</strong> dat dezebedrijv<strong>en</strong> zelf hun <strong>afvalwater</strong> zoud<strong>en</strong> zuiver<strong>en</strong>. 173 Hierbij was sprake <strong>van</strong> staatssteun doorde waterschapp<strong>en</strong>. Toch, ook al beschouwde de Commissie deze regeling als staatssteun,168 Zaak C-280/00, Altmark Trans, r.o.89 t/m 93.169 Artikel 107 lid 3:Als ver<strong>en</strong>igbaar met de interne markt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beschouwd:a. steunmaatregel<strong>en</strong> ter bevordering <strong>van</strong> de economische ontwikkeling <strong>van</strong> strek<strong>en</strong> waarin de lev<strong>en</strong>sstandaard abnormaal laag is of waar e<strong>en</strong> ernstiggebrek aan werkgeleg<strong>en</strong>heid heerst <strong>en</strong> <strong>van</strong> de in artikel 349 bedoelde regio’s, rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong>d met hun structurele, economische <strong>en</strong> socialesituatie;b. steunmaatregel<strong>en</strong> om de verwez<strong>en</strong>lijking <strong>van</strong> e<strong>en</strong> belangrijk project <strong>van</strong> geme<strong>en</strong>schappelijk Europees belang te bevorder<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> ernstigeverstoring in de economie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> lidstaat op te heff<strong>en</strong>;c. steunmaatregel<strong>en</strong> om de ontwikkeling <strong>van</strong> bepaalde vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> economische bedrijvigheid of <strong>van</strong> bepaalde regionale economieënte vergemakkelijk<strong>en</strong>, mits de voorwaard<strong>en</strong> waaronder het handelsverkeer plaatsvindt daardoor niet zodanig word<strong>en</strong> veranderd dat hetgeme<strong>en</strong>schappelijk belang wordt geschaad;d. steunmaatregel<strong>en</strong> om de cultuur <strong>en</strong> de instandhouding <strong>van</strong> het culturele erfgoed te bevorder<strong>en</strong>, wanneer door deze maatregel<strong>en</strong> de voorwaard<strong>en</strong>inzake het handelsverkeer <strong>en</strong> de mededingingsvoorwaard<strong>en</strong> in de Unie niet zodanig word<strong>en</strong> veranderd dat het geme<strong>en</strong>schappelijk belang wordtgeschaad;e. andere soort<strong>en</strong> <strong>van</strong> steunmaatregel<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> bij besluit <strong>van</strong> de Raad, op voorstel <strong>van</strong> de Commissie.170 Verord<strong>en</strong>ing 800/2008/EG, Pb. 2008, L 214/3.171 Communautaire richtsnoer<strong>en</strong> inzake staatssteun voor milieubescherming, Pb. 2008, C 82/1.172 Communautaire kaderregeling inzake staatsteun voor onderzoek, ontwikkeling <strong>en</strong> <strong>innovatie</strong>, Pb. 2006, C 323/1.173 N 157/2002, 17 juli 2002.67


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>kon de regeling word<strong>en</strong> gerechtvaardigd op grond <strong>van</strong> de communautaire kaderregelingmilieusteun uit 2001.In het kader <strong>van</strong> de activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Energiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek kan sprakezijn <strong>van</strong> het ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> staatssteun. Immers, de activiteit<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de Energiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek zijn als ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> aan te merk<strong>en</strong> (zie hiervoor). Als dewaterschapp<strong>en</strong> – die dan de hoed op hebb<strong>en</strong> <strong>van</strong> onderneming – steun ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> voor dezeactiviteit<strong>en</strong>, bijvoorbeeld <strong>van</strong> de c<strong>en</strong>trale overheid, kan er sprake zijn <strong>van</strong> staatssteun. Daar<strong>van</strong>is sprake als de productie of levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie (mede) wordt gefinancierd door de staat ofdoor staatsmiddel<strong>en</strong>. Overig<strong>en</strong>s maakt het voor de toepassing <strong>van</strong> de staatssteunregels nietuit of de staat de staatssteun rechtstreeks aan e<strong>en</strong> onderneming heeft of door tuss<strong>en</strong>komst<strong>van</strong> e<strong>en</strong> afzonderlijke rechtspersoon. Indi<strong>en</strong> bijvoorbeeld staatsmiddel<strong>en</strong> aangew<strong>en</strong>dword<strong>en</strong> om opgewekt biogas te lever<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> niet-marktconforme prijs aan e<strong>en</strong> andereonderneming, dan zal ook sprake kunn<strong>en</strong> zijn <strong>van</strong> verbod<strong>en</strong> staatssteun.We kunn<strong>en</strong> dan de volg<strong>en</strong>de situaties onderscheid<strong>en</strong>:• De waterschapp<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie aan het netwerk, waarmee zij concurrer<strong>en</strong> met andereproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> duurzame <strong>en</strong>ergie (op de markt voor productie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie);• De waterschapp<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie rechtstreeks aan particulier<strong>en</strong>, waarmee zij inconcurr<strong>en</strong>tie tred<strong>en</strong> met <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong> (op de markt voor levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie).In beide gevall<strong>en</strong> geldt dat als de Energiefabriek/Grondstoff<strong>en</strong>fabriek<strong>en</strong> <strong>van</strong> dewaterschapp<strong>en</strong> steun ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong>, waardoor zij goedkoper kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>, of onder gunstigervoorwaard<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> concurrer<strong>en</strong>, zij als steunont<strong>van</strong>ger kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt. Inhet Klimaatakoord Unie-Rijk wordt ook expliciet g<strong>en</strong>oemd dat het Rijk subsidies beschikbaarzal stell<strong>en</strong>, waaronder voor de productie <strong>van</strong> duurzame elektriciteit door rwzi’s. In het kader<strong>van</strong> de subsidies in het kader <strong>van</strong> de Innovatieag<strong>en</strong>da Energie wordt zelfs duidelijk gemaaktdat de waterschapp<strong>en</strong> voor deze subsidies in aanmerking kom<strong>en</strong> op gelijke voet met hetbedrijfslev<strong>en</strong>.Het ondernemingsbegrip is cruciaalHiervoor, bij de bespreking <strong>van</strong> het ondernemingsbegrip, kwam aan de orde onder welkeomstandighed<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> die <strong>en</strong>ergie lever<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> (ander) overheidsorgaane<strong>en</strong> economische activiteit verricht<strong>en</strong>. In dat geval tred<strong>en</strong> zij in concurr<strong>en</strong>tie met<strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong>. Ook hier zijn er verschill<strong>en</strong>de situaties d<strong>en</strong>kbaar (zie paragraaf5.2.1.1). T<strong>en</strong> eerste kan het waterschap in dit geval, <strong>van</strong>wege de steun die zij heeft ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong><strong>van</strong> het rijk, wellicht goedkoper <strong>en</strong>ergie lever<strong>en</strong> dan overige <strong>en</strong>ergiebedrijv<strong>en</strong>. De staatssteundie het waterschap ont<strong>van</strong>gt wordt in feite doorgegev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de overheidsorgaan.Als dat overheidsorgaan géén onderneming is, bijvoorbeeld omdat de <strong>en</strong>ergie wordt gebruiktvoor de huisvuilophaaldi<strong>en</strong>st, kan het zijn dat het waterschap ook niet als ondernemingwordt aangemerkt. In dat geval is er ge<strong>en</strong> sprake <strong>van</strong> steun aan e<strong>en</strong> onderneming omdat hetwaterschap immers ge<strong>en</strong> onderneming is.Maar als de red<strong>en</strong>ering is dat het waterschap wel als onderneming optreedt, ook als wordtgeleverd aan de geme<strong>en</strong>te-die-ge<strong>en</strong>-onderneming is, dan is de situatie gelijk als bij leveringaan e<strong>en</strong> willekeurig andere onderneming.Er is nog e<strong>en</strong> derde situatie, namelijk dat het waterschap géén onderneming is – maarzelf als overheid wordt aangemerkt <strong>en</strong> goedkoper levert aan e<strong>en</strong> ander overheidsorgaan.Als dat overheidsorgaan zelf wel e<strong>en</strong> onderneming is, dan verle<strong>en</strong>t het waterschap aan68


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>die onderneming zelf wellicht steun: in dit geval zou mogelijk sprake kunn<strong>en</strong> zijn <strong>van</strong>staatssteun, indi<strong>en</strong> de geleverde <strong>en</strong>ergie teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> niet-marktconforme prijs wordt gebruiktvoor economische activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> het overheidsorgaan.Kortom: de kost<strong>en</strong> voor productie <strong>en</strong>/of levering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie mog<strong>en</strong> dus niet,of niet deels gecomp<strong>en</strong>seerd word<strong>en</strong> uit staatsmiddel<strong>en</strong>, zoals uit de opbr<strong>en</strong>gst <strong>van</strong> dezuiveringsheffing. In dat geval ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> immers steun. Indi<strong>en</strong> daar<strong>van</strong>sprake is, dan zijn de uitzondering<strong>en</strong> <strong>van</strong> (cruciaal) belang.In ieder geval kan voor wat betreft de toepasselijkheid <strong>van</strong> de staatssteunregels uit het EUverdragalvast het volg<strong>en</strong>de word<strong>en</strong> opgemerkt:• Bij de toepassing <strong>van</strong> de ‘de minimis-verord<strong>en</strong>ing’ geldt e<strong>en</strong> maximumbedrag <strong>van</strong> 200.000euro voor e<strong>en</strong> individuele onderneming voor e<strong>en</strong> periode <strong>van</strong> drie belastingjar<strong>en</strong>;• Bij de AGV is e<strong>en</strong> aantal uitzonderingscategorieën interessant, zoals milieusteun terstimulering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit hernieuwbare <strong>en</strong>ergiebronn<strong>en</strong> <strong>en</strong> steun t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong><strong>en</strong>ergiebespar<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong>.• Verder zou de uitzondering <strong>van</strong> artikel 106 lid 2 VWEU mogelijk e<strong>en</strong> rol kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>indi<strong>en</strong> de <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> als taak <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang kanword<strong>en</strong> beschouwd. Dit betek<strong>en</strong>t dat er weliswaar sprake kan zijn <strong>van</strong> e<strong>en</strong> economischeactiviteit, maar dat deze activiteit – de levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong> - niet zomaardoor marktpartij<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> uitgevoerd (zie ook paragraaf 5.2.1).Hoogheemraadschap DelflandHet Hoogheemraadschap Delfland is e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking met onderzoeksinstitut<strong>en</strong><strong>en</strong> private partij<strong>en</strong> aangegaan voor e<strong>en</strong> onderzoek naar het verwaard<strong>en</strong>, of zo m<strong>en</strong> wilhet verduurzam<strong>en</strong>, <strong>van</strong> efflu<strong>en</strong>t. E<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzoeksrichting<strong>en</strong> is de productie <strong>van</strong>gietwater uit efflu<strong>en</strong>t <strong>en</strong> gietwaterlevering t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> tuinders in het Westland. Bijresulter<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> positieve business case zull<strong>en</strong> onder meer afsprak<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>over het do<strong>en</strong> <strong>van</strong> meerjarige investering<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> distributi<strong>en</strong>etwerk. En over de roldie de diverse partij<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> het waarborg<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kwaliteit <strong>en</strong>kwantiteit <strong>van</strong> het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> het eindproduct aan de tuinders.Het do<strong>en</strong> <strong>van</strong> substantiële investering<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> distributi<strong>en</strong>etwerk is vooreerst e<strong>en</strong> keuzewaarover de geme<strong>en</strong>te, afnemers <strong>en</strong> commerciële leveranciers zich moet<strong>en</strong> buig<strong>en</strong>.Voor degeme<strong>en</strong>te zull<strong>en</strong> daarbij aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> belang, zoals de binn<strong>en</strong> haar grondgebiedgew<strong>en</strong>ste bedrijfseconomische ontwikkeling, e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Drinkwaterbedrijv<strong>en</strong>zoud<strong>en</strong> de productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> extra gezuiverd water als nieuwe business kunn<strong>en</strong>aanmerk<strong>en</strong>. Zij vorm<strong>en</strong> zich e<strong>en</strong> oordeel over de terugverdi<strong>en</strong>mogelijkhed<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> zijde aanleg <strong>van</strong> de b<strong>en</strong>odigde infrastructuur voor hun rek<strong>en</strong>ing nem<strong>en</strong>. En de afnemersbepal<strong>en</strong> via hun afnamegedrag teg<strong>en</strong> welke prijs zij bereid zijn om af te nem<strong>en</strong>.De huidige deelname <strong>van</strong> Delfland is nog vooral gericht op het verkrijg<strong>en</strong> <strong>van</strong> k<strong>en</strong>nis<strong>en</strong> inzicht inzake de bruikbaarheid <strong>van</strong> extra gezuiverd efflu<strong>en</strong>t voor de gewasteelt. Bijpositieve bevinding <strong>en</strong> bij het tot operationele toepassing br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> opvolg<strong>en</strong>derol word<strong>en</strong> dat het waterschap het efflu<strong>en</strong>t in de vorm <strong>van</strong> grondstof beschikbaarstelt aan e<strong>en</strong> commerciële partij. Deze commerciële partij (marktpartij), bijvoorbeelde<strong>en</strong> drinkwaterbedrijf, neemt dan de extra zuiveringsstap <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel ook allevervolgverantwoordelijkhed<strong>en</strong>, eindig<strong>en</strong>d in het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> het eindproduct aan deeindgebruiker, voor zijn rek<strong>en</strong>ing.69


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>De rol <strong>van</strong> het waterschap zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgebreid in de zin dat hij de extrazuivering <strong>van</strong> het efflu<strong>en</strong>t verricht <strong>en</strong> aldus het eindproduct voortbr<strong>en</strong>gt. In dat geval zalhet waterschap daar e<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste kost<strong>en</strong>dekk<strong>en</strong>de prijs voor mog<strong>en</strong> <strong>en</strong> moet<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong>.Mocht het waterschap will<strong>en</strong> overweg<strong>en</strong> om daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> ook nog aan de investering<strong>en</strong> inde distributieinfrastructuur bij te drag<strong>en</strong>, dan profiteert de markt daar<strong>van</strong>. Er hoeft dange<strong>en</strong> sprake te zijn <strong>van</strong> staatssteun indi<strong>en</strong> het waterschap dit doet op gelijke voorwaard<strong>en</strong><strong>en</strong> in gelijktijdigheid voor pot<strong>en</strong>tieel gegadigde marktpartij<strong>en</strong> die belangstell<strong>en</strong>d zijn omde aanleg op te drag<strong>en</strong> of zelf te verricht<strong>en</strong>.Van belang is dat het waterschap <strong>van</strong>af aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de fase <strong>van</strong> commerciële toepassingop transparante <strong>en</strong> non-discriminatoire wijze deelneemt aan het project. Indi<strong>en</strong> hetwaterschap daarbij geldelijke of op geld waardeerbare bijdrag<strong>en</strong> verle<strong>en</strong>t die niet voldo<strong>en</strong>aan het vereiste <strong>van</strong> marktconformiteit, dan is er <strong>van</strong> staatssteun wel sprake, die moetword<strong>en</strong> aangemeld bij de Europese Commissie.5.2.2.2 EU-recht: exclusieve <strong>en</strong> bijzondere recht<strong>en</strong>Omdat het hier gaat om e<strong>en</strong> Europeesrechtelijke norm, is zij alle<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing als ersprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> situatie met interstatelijk effect. Dat is niet het geval, indi<strong>en</strong> er sprake is<strong>van</strong> zeer lokale omstandighed<strong>en</strong>. Anderzijds, als het gaat om e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st als het producer<strong>en</strong><strong>en</strong> lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie, dan kan er wel degelijk snel sprake zijn <strong>van</strong> e<strong>en</strong> interstatelijk effect,aangezi<strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergielevering vervolg<strong>en</strong>s zich kan uitstrekk<strong>en</strong> tot over de landsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>.a. Exclusieve <strong>en</strong> bijzondere recht<strong>en</strong>In het VWEU is e<strong>en</strong> bepaling opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die de verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> exclusieve of bijzondererecht<strong>en</strong> aan onderneming<strong>en</strong> betreft (artikel 106, lid 1 VWEU). 174 Het gaat in deze bepaling omhet verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> recht om als <strong>en</strong>ige e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st aan te of e<strong>en</strong> beperkte groep die e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stmog<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong>. 175 De bepaling is gericht tot de overheid. Waterschapp<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> dieoverheid deel uit. Hier di<strong>en</strong>t dus de nogal ingewikkelde structuur <strong>van</strong> het mededingingsrechtgoed voor og<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>: het is de overheid die e<strong>en</strong> exclusief recht verle<strong>en</strong>t, het ise<strong>en</strong> onderneming die het exclusieve recht verkrijgt. Waterschapp<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ook ondernemingzijn, zoals we hiervoor hebb<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>.De verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> exclusieve of bijzondere recht<strong>en</strong> door de overheid is op zichzelf nietverbod<strong>en</strong>. Artikel 106 VWEU stelt dat de overheid met betrekking tot onderneming<strong>en</strong> aanwie zij e<strong>en</strong> dergelijk recht verl<strong>en</strong><strong>en</strong> ‘ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele maatregel neemt in strijd met de regels <strong>van</strong>het Verdrag’. Het gaat dan vooral om de vraag of de onderneming-met-exclusief recht doorde verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> dat recht in e<strong>en</strong> positie wordt gebracht waarin de onderneming misbruikzal of kan mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> machtspositie. Er is e<strong>en</strong> ontwikkeling in de jurisprud<strong>en</strong>tie, diehier <strong>van</strong> belang is, met name omdat ook het verband tuss<strong>en</strong> het toestaan <strong>van</strong> verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong>deze recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de uitzondering voor onderneming<strong>en</strong> belast met di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong>economisch belang (dat kunn<strong>en</strong> ook de waterschapp<strong>en</strong> zijn, zoals hiervoor duidelijk werd)sterk naar vor<strong>en</strong> komt. 176174 Artikel 106 lid 1 VWEU.175 Zie voor e<strong>en</strong> definitie <strong>van</strong> deze beide begripp<strong>en</strong> de Transparantierichtlijn, Richtlijn 2006/111/EG <strong>van</strong> de Commissie <strong>van</strong> 16 november 2006betreff<strong>en</strong>de de doorzichtigheid in de financiële betrekking<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> lidstat<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> de financiële doorzichtigheid binn<strong>en</strong>bepaalde onderneming<strong>en</strong>, PbEU 2006, L 318, artikel 2(1)(f). Kort gezegd gaat het bij e<strong>en</strong> exclusief recht om één onderneming die e<strong>en</strong> bepaaldedi<strong>en</strong>st mag aanbied<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> bepaald product mag procedure. Bij bijzondere recht<strong>en</strong> gaat het om e<strong>en</strong> beperkt aantal onderneming<strong>en</strong>.176 Zie voor e<strong>en</strong> uitgebreidere beschrijving: Gerbrandy & Hessel, Mededingingsrecht voor Dec<strong>en</strong>trale Overhed<strong>en</strong>, Kluwer: Dev<strong>en</strong>ter 2004, p. 234 e.v.70


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>In beginsel is het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief of bijzonder recht toegestaan. Alle<strong>en</strong> als daardoor– dus e<strong>en</strong> gevolg-relatie - misbruik <strong>van</strong> machtspositie kan ontstaan of wanneer misbruik hetlogische gevolg is <strong>van</strong> de verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het exclusieve of bijzondere recht, dan wordt het deoverheid aangerek<strong>en</strong>d dat zij onder die omstandighed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> exclusief recht verle<strong>en</strong>de. 177Ook hierop is echter weer e<strong>en</strong> uitzondering mogelijk, namelijk als het exclusieve recht nodigis voor de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang. Deze uitzondering –neergelegd in artikel 10 6 lid 2 VWEU – was hierbov<strong>en</strong> al ev<strong>en</strong> aan de orde. 178b. Exclusieve <strong>en</strong> bijzondere recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong>Het is niet geheel duidelijk hoe deze norm<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang kunn<strong>en</strong> zijn voor dewaterschapp<strong>en</strong>. Bij het opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie uit <strong>afvalwater</strong> is noch sprake <strong>van</strong>het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief recht door het waterschap (dan is het waterschaponderdeel <strong>van</strong> de overheid), noch <strong>van</strong> het verkrijg<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief recht ofbijzonder recht door het waterschap (dan is het waterschap de onderneming diehet exclusief recht verkrijgt). Alle<strong>en</strong> als dat wel het geval is, kunn<strong>en</strong> deze artikel<strong>en</strong><strong>van</strong> belang zijn. Zelfs als de beperkt functionele taak <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> zouword<strong>en</strong> uitgebreid met e<strong>en</strong> aanverwante taak, namelijk het producer<strong>en</strong> <strong>en</strong> lever<strong>en</strong><strong>van</strong> (duurzame) <strong>en</strong>ergie is er ge<strong>en</strong> sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief of e<strong>en</strong> bijzonder recht.Immers, de waterschapp<strong>en</strong> zijn niet alle<strong>en</strong> in het kunn<strong>en</strong> (<strong>en</strong> mog<strong>en</strong>) producer<strong>en</strong> <strong>en</strong>lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie. Alle<strong>en</strong> als wel sprake zou zijn <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief of bijzonderrecht, kan de uitzondering <strong>van</strong> artikel 10 6 lid 2 VWEU als rechtvaardiging voorhet verl<strong>en</strong><strong>en</strong> of verkrijg<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief of bijzonder recht e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>.Wel speelt artikel 106 lid 2 VWEU ev<strong>en</strong>tueel e<strong>en</strong> rol bij de rechtvaardiging <strong>van</strong>staatssteun <strong>en</strong>/of het kartelverbod <strong>en</strong> misbruikverbod (zie bov<strong>en</strong>).Casus Wind<strong>en</strong>ergieEr word<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>teel verschill<strong>en</strong>de sc<strong>en</strong>ario’s bedacht door waterschap Hollandse Delta(WSHD) om wind<strong>en</strong>ergie toe te pass<strong>en</strong> op waterschapsobject<strong>en</strong>. WSHD is aandeelhouder<strong>van</strong> de GR Slibverwerking <strong>en</strong> heeft voor de verwerking <strong>van</strong> met name slib de bevoegdheidovergedrag<strong>en</strong> aan GR Slibverwerking <strong>en</strong> daarvoor e<strong>en</strong> uitsluit<strong>en</strong>d recht verle<strong>en</strong>d. De GRSlibverwerking heeft deze taak overgedrag<strong>en</strong> aan HVC, e<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie- <strong>en</strong> afvalnutsbedrijfwaarin verschill<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal waterschapp<strong>en</strong> (via de GR Slibverwerking)indirect in participer<strong>en</strong>, waaronder WSHD. HVC heeft met de overdracht <strong>van</strong> deze taak ookhet uitsluit<strong>en</strong>d recht op slibverwerking verkreg<strong>en</strong>.HVC richt zich sterk op verduurzaming <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> onderzoekt sam<strong>en</strong> metWSHD de concrete haalbaarheid <strong>van</strong> wind<strong>en</strong>ergie.De verschill<strong>en</strong>de sc<strong>en</strong>ario’s waarin wordt voorzi<strong>en</strong> zijn 100% investering door HVC inwind<strong>en</strong>ergie, e<strong>en</strong> door HVC <strong>en</strong> WSHD gedeelde investering in wind<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> 100%investering door WSHD.Wat betreft de toepassing <strong>van</strong> de mededingingsregels op deze sc<strong>en</strong>ario’s kan het volg<strong>en</strong>deword<strong>en</strong> opgemerkt:177 Voorbeeld<strong>en</strong> <strong>van</strong> verbod<strong>en</strong> verl<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zijn: het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief recht tot arbeidsbemiddeling voor hoger opgeleid<strong>en</strong>, terwijl hetduidelijk is dat deze aanbieder nooit in haar e<strong>en</strong>tje aan de vraag kan voldo<strong>en</strong> (HvJ EG 23 april 1991, nr. C-41/90, Jur. 1991, p. I-01979 (Höfner));het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief recht wanneer dat e<strong>en</strong> conflicter<strong>en</strong>d belang oplevert (HvJ EG 12 september 2000, nr. C-260/98, Jur. 2000, p.I-06537 (ERT)); het voorbehoud<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> afgeleide markt (HvJ EG 10 februari 2000, nr. C-147/97, Jur. 2000, p. I-00825 (Deutsche Post); hetverl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief recht tot afvalverwerking <strong>van</strong> gevaarlijk afval waardoor de export <strong>van</strong> oliefilters onmogelijk wordt (HvJ EG 25 juni1998, nr. C-203/96, Jur. 1998, p. I-04075 (Dusseldorp)).178 Voorbeeld<strong>en</strong> waar deze met succes is ingeroep<strong>en</strong> bij de verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> recht<strong>en</strong> is bijvoorbeeld de verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> exclusief recht voorafvalverwerking voor e<strong>en</strong> langere termijn rechtvaardig<strong>en</strong>, omdat die lange termijn nodig is voor het r<strong>en</strong>dabel kunn<strong>en</strong> exploiter<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> nieuwe(milieuvri<strong>en</strong>delijke) afvalverwerkingsinstallatie (HvJ EG 23 mei 2000, nr. C-209/98, Jur. 2000, p. I-03743 (FFAD – Kop<strong>en</strong>hag<strong>en</strong>)).71


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>In de eerste plaats lijkt er <strong>van</strong>uit mededingingsrechtelijk perspectief weinig aan de handte zijn. Het exclusieve recht voor slibverwerking lijkt op voorhand niet <strong>van</strong> belang voorde opwekking <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie, t<strong>en</strong>zij er e<strong>en</strong> relatie bestaat tuss<strong>en</strong> het exclusieve recht <strong>en</strong>wind<strong>en</strong>ergie/opwekking <strong>van</strong> wind<strong>en</strong>ergie (zie hierna).In de tweede plaats gaat het bij het invester<strong>en</strong> in <strong>en</strong> opwekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> wind<strong>en</strong>ergiehoogstwaarschijnlijk wel om ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> .In de derde plaats betrekt WSHD (al) haar (duurzame) <strong>en</strong>ergie <strong>van</strong> HVC, hetge<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>mededingingsrechtelijke problem<strong>en</strong> hoeft op te lever<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij HVC e<strong>en</strong> dusdanigemarktmacht heeft dat zij in staat is andere partij<strong>en</strong> (bijvoorbeeld <strong>en</strong>ergiebedrijv<strong>en</strong>) <strong>van</strong> demarkt te drukk<strong>en</strong> of de marktstructuur sterk te beïnvloed<strong>en</strong>.T<strong>en</strong> slotte, mocht blijk<strong>en</strong> dat het exclusieve recht HVC in staat stelt op e<strong>en</strong> aanverwantemaar te onderscheid<strong>en</strong> markt – de markt <strong>van</strong> wind<strong>en</strong>ergie (of duurzame <strong>en</strong>ergie) – demededinging te beperk<strong>en</strong>, dan is er wel sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> mededingingsrechtelijk probleemin de zin <strong>van</strong> de artikel<strong>en</strong> 106, lid 1 <strong>en</strong> 102 VWEU. Gezi<strong>en</strong> de jurisprud<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> het Hof <strong>van</strong>Justitie EU is e<strong>en</strong> dergelijke beperking <strong>van</strong> de mededinging lastig of niet te rechtvaardig<strong>en</strong>met e<strong>en</strong> beroep op de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> taak <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang (artikel106, lid 2 VWEU). Het gaat immers om e<strong>en</strong> te onderscheid<strong>en</strong> markt.72


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>5.2.2.3 EU: Nuttig effect normOok hier gaat het om e<strong>en</strong> Europeesrechtelijke norm die alle<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing als er sprake is<strong>van</strong> e<strong>en</strong> situatie met interstatelijk effect (zie de opmerking hiervoor onder paragraaf 5.3.2).a. Nuttig effect in het Europese rechtHet Hof <strong>van</strong> Justitie heeft e<strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tiële norm ontwikkeld, die voor de overheidgeldt: de nuttig-effect norm. Deze regel is alle<strong>en</strong> gericht tot de overheid <strong>en</strong> houdt in datde overheid niet mee mag werk<strong>en</strong> aan de totstandkoming <strong>van</strong> e<strong>en</strong> kartel <strong>en</strong> ook niet huneig<strong>en</strong> marktreguler<strong>en</strong>de bevoegdhed<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> manier mog<strong>en</strong> overdrag<strong>en</strong> aan marktpartij<strong>en</strong>waardoor die marktpartij<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>lijk e<strong>en</strong> kartel kunn<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong>. 179b. Nuttig effect <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>Het is ons niet direct duidelijk hoe de nuttig effect regel <strong>van</strong> toepassing zou kunn<strong>en</strong> zijn ophet optred<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong> als <strong>en</strong>ergieleverancier/produc<strong>en</strong>t. Het waterschap is danonderneming; de nuttig effect regel richt zich tot de overheid.Op zichzelf kunn<strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong> – of e<strong>en</strong> organisatie <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong> - optred<strong>en</strong>deals overheid ook best in overleg tred<strong>en</strong> met (andere) onderneming<strong>en</strong>. Het kan bijvoorbeeldgaan om overleg over het de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> betere warmtewinning uit <strong>afvalwater</strong>; hetbehal<strong>en</strong> <strong>van</strong> bezuiniging<strong>en</strong> <strong>en</strong> dergelijke. Het is niet zo dat de overheid door alle<strong>en</strong> al hetoverlegg<strong>en</strong> met marktdeelnemers de (Europese) mededingingsregels overtreedt. Het moetwel steeds de overheid zelf zijn die de eindverantwoordelijkheid draagt voor reguler<strong>en</strong>de <strong>en</strong>vergunningverl<strong>en</strong><strong>en</strong>de bevoegdhed<strong>en</strong>.5.3 Gedragsregels Markt & OverheidIn deze paragraaf kom<strong>en</strong> de gedragsregels uit de Wet Markt <strong>en</strong> Overheid aan bod. Dezegedragsregels zijn nationale gedragsregels, die geld<strong>en</strong> wanneer de overheid de marktbetreedt. Het zijn met name regels betreff<strong>en</strong>de transparantie. Ze zijn neergelegd in deMededingingswet, <strong>en</strong> word<strong>en</strong> gehandhaafd door de NMa. Zij kunn<strong>en</strong> ook aan de orde kom<strong>en</strong>in nationale civiele procedures.a. De regelsDe Wet Markt <strong>en</strong> Overheid bevat gedragsregels voor overhed<strong>en</strong> die de markt betred<strong>en</strong>; degedragsregels zijn op 1 juli 2012 in werking getred<strong>en</strong> als onderdeel <strong>van</strong> de Mededingingswet.180De regelgeving is wonderlijk <strong>van</strong> karakter want het gaat om optred<strong>en</strong> <strong>van</strong> de overheidop de markt –e<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit - maar de gedragsregels word<strong>en</strong> opgelegd aan‘het bestuursorgaan’, het algeme<strong>en</strong> of dagelijks bestuur <strong>van</strong> het waterschap dus. Hetachterligg<strong>en</strong>de idee is het algeme<strong>en</strong> mededingingsrechtelijke idee: de overheid mag demarktwerking, de goede concurr<strong>en</strong>tie, niet verstor<strong>en</strong> als zij optreedt op de markt.179 E<strong>en</strong> zeer sprek<strong>en</strong>d voorbeeld waarin deze regel kan zijn overtred<strong>en</strong> is de zaak <strong>van</strong> de verdeling <strong>van</strong> zandwinningsrecht<strong>en</strong>: Gedeputeerde Stat<strong>en</strong>hadd<strong>en</strong> de – <strong>en</strong>kele – gegadigd<strong>en</strong> te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> dat die onderling maar moest<strong>en</strong> uitmak<strong>en</strong> wie welke zandgebied<strong>en</strong> in concessie zoud<strong>en</strong>krijg<strong>en</strong>, waarna GS tot vergunningverl<strong>en</strong>ing zoud<strong>en</strong> overgaan. Op die manier werd<strong>en</strong> de onderneming<strong>en</strong> in feite tot e<strong>en</strong> marktverdelingsafspraak– e<strong>en</strong> kartel – gedwong<strong>en</strong>. Het gedrag <strong>van</strong> GS is daarmee in strijd met het uitgangspunt <strong>van</strong> de nuttig effect norm.180 Besluit tot vaststelling <strong>van</strong> de datum <strong>van</strong> inwerkingtreding <strong>van</strong> de Wet Markt <strong>en</strong> Overheid bek<strong>en</strong>dgemaakt (Stb. 2012, 254), de officiële titelis overig<strong>en</strong>s: Wijziging <strong>van</strong> de Mededingingswet ter invoering <strong>van</strong> regels inzake onderneming<strong>en</strong> die deel uitmak<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> publiekrechtelijkerechtspersoon of die hiermee zijn verbond<strong>en</strong> (aanpassing Mededingingswet ter invoering <strong>van</strong> gedragsregels voor de overheid)”zie: EK 31.354, A.73


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>De gedragsregels gev<strong>en</strong> randvoorwaard<strong>en</strong> aan het ontplooi<strong>en</strong> <strong>van</strong> marktactiviteit<strong>en</strong>:• de integrale kostprijs (<strong>van</strong> e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st of e<strong>en</strong> goed) moet word<strong>en</strong> doorberek<strong>en</strong>d als deoverheid op de markt treedt;• er mag ge<strong>en</strong> bevoordeling zijn <strong>van</strong> het ‘eig<strong>en</strong>’ overheidsbedrijf;• er mag ge<strong>en</strong> gebruik word<strong>en</strong> gemaakt <strong>van</strong> gegev<strong>en</strong>s die de overheid ‘als overheid’ heeftverkreg<strong>en</strong> voor ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> als die niet ook aan andere onderneming<strong>en</strong>beschikbaar kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gesteld;• functieverm<strong>en</strong>ging <strong>van</strong> person<strong>en</strong> die bestuurlijke <strong>en</strong> economische activiteit<strong>en</strong> verricht<strong>en</strong>,moet word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>.Op de gedragsregels markt <strong>en</strong> overheid is e<strong>en</strong> heel scala aan uitzondering<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. D<strong>en</strong>ieuwe regels <strong>van</strong> de Mededingingswet bevatt<strong>en</strong> specifieke uitzondering<strong>en</strong> voor sommigegedragsregels <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele algem<strong>en</strong>e uitzondering<strong>en</strong>. De gedragsregels zijn bijvoorbeeldniet <strong>van</strong> toepassing op schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> omroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook niet als er sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> deuitvoering <strong>van</strong> e<strong>en</strong> taak in het kader <strong>van</strong> het algeme<strong>en</strong> belang. Ook hier geldt – net als bijde equival<strong>en</strong>te Europeesrechtelijke uitzondering – dat de publieke taak wel duidelijk moetzijn omschrev<strong>en</strong>. Deze uitzondering betek<strong>en</strong>t dat de gedragsregels dan niet geld<strong>en</strong>. Dat is dusanders dan de uitzondering op Europees niveau voor onderneming<strong>en</strong> belast met e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> economisch belang, want daarvoor blijv<strong>en</strong> de mededingingsregels wel geld<strong>en</strong>t<strong>en</strong>zij dat de uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> die taak onmogelijk maakt. Verder geldt dat als overhed<strong>en</strong> ofoverheidsbedrijv<strong>en</strong> op basis <strong>van</strong> e<strong>en</strong> publiekrechtelijke taak onderling goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>verricht<strong>en</strong>, zij niet onder de gedragsregels vall<strong>en</strong>. Deze zelfvoorzi<strong>en</strong>ingsuitzondering is e<strong>en</strong>uitwerking <strong>van</strong> de overheid die ook handelt als overheid. T<strong>en</strong>slotte geldt dat de gedragsregelsniet <strong>van</strong> toepassing zijn indi<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> steunverl<strong>en</strong>ing. Hoewel niet helemaal duidelijklijkt hier te word<strong>en</strong> bedoeld de verl<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> de steun door het overheidsorgaan aan e<strong>en</strong>overheidsbedrijf. Dan zijn de Europese staatssteunregels <strong>van</strong> toepassing.b. Rele<strong>van</strong>tie voor de waterschapp<strong>en</strong>De gedragsregels zijn <strong>van</strong> belang, zowel in meer abstracte zin, als specifiek. Zij zijn <strong>van</strong>toepassing op waterschapp<strong>en</strong>. De achterligg<strong>en</strong>de, oorspronkelijke, gedachte is bescherming<strong>van</strong> het midd<strong>en</strong> <strong>en</strong> kleinbedrijf teg<strong>en</strong> ‘valse’ concurr<strong>en</strong>tie door overheidsonderneming<strong>en</strong>.Nu zal er in dit geval wellicht ge<strong>en</strong> rechtstreeks concurr<strong>en</strong>tie met het MKB optred<strong>en</strong>, maardesalniettemin is de wijze waarop dit di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> – het betracht<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong>zo groot mogelijk transparantie in boekhouding, berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, plann<strong>en</strong>, betrokk<strong>en</strong>heid <strong>van</strong>person<strong>en</strong> <strong>en</strong> dergelijke bij het betred<strong>en</strong> <strong>van</strong> de markt door e<strong>en</strong> waterschap – rechtstreeks <strong>van</strong>invloed op de wijze waarop waterschapp<strong>en</strong> ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> vorm di<strong>en</strong><strong>en</strong> te gev<strong>en</strong>.Algem<strong>en</strong>e stelregel is dat transparantie betracht moet word<strong>en</strong>.Meer specifiek is de eerste gedragsregel rele<strong>van</strong>t aangezi<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> wanneerzij <strong>en</strong>ergie opwekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> lever<strong>en</strong> aan het net de kostprijs daarbij di<strong>en</strong><strong>en</strong> te berek<strong>en</strong><strong>en</strong>: datbetek<strong>en</strong>t ook dat deze kostprijs inzichtelijk moet zijn, hetge<strong>en</strong> eis<strong>en</strong> stelt aan de interneboekhouding.De tweede gedragsregel - er mag ge<strong>en</strong> bevoordeling zijn <strong>van</strong> het ‘eig<strong>en</strong>’ overheidsbedrijf - isev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s rele<strong>van</strong>t bij het op de markt tred<strong>en</strong>. In dit geval wordt rele<strong>van</strong>t of het zelf gebruik<strong>en</strong><strong>van</strong> de opgewekte <strong>en</strong>ergie levering aan het eig<strong>en</strong> ‘overheidsbedrijf’ is. Hiervoor hadd<strong>en</strong> weaangegev<strong>en</strong> dat het opwekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelf gebruik<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het kader <strong>van</strong> de mededingingsregelsbleef. Als echter die <strong>en</strong>ergie weer wordt gebruikt in de <strong>en</strong>ergieproductie, dan is er sprake<strong>van</strong> levering voor eig<strong>en</strong> productie-voor-levering-aan-derd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dan kan er sprake zijn <strong>van</strong>levering aan het ‘eig<strong>en</strong>’ overheidsbedrijf <strong>en</strong> di<strong>en</strong>t de gedragsregel in acht te word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.74


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>Hoewel wij niet direct zi<strong>en</strong> welke gegev<strong>en</strong>s die het waterschap reeds onder zich heeft <strong>van</strong>groot belang zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn voor de levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie door het waterschap kan hetge<strong>en</strong> kwaad zich <strong>van</strong> de derde regel bewust te zijn. De bedoeling hier<strong>van</strong> is bijvoorbeelddat e<strong>en</strong> overheidslichaam dat om<strong>van</strong>grijke databestand<strong>en</strong> beheert, deze niet ‘zomaar’mag gebruik<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> goed of di<strong>en</strong>st aan te bied<strong>en</strong>, als deze gegev<strong>en</strong>s niet ook aanconcurr<strong>en</strong>t<strong>en</strong> beschikbaar zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gesteld.Het voorschrift <strong>van</strong> het voorkom<strong>en</strong> <strong>van</strong> functieverm<strong>en</strong>ging zou, t<strong>en</strong>slotte, <strong>van</strong>zelfsprek<strong>en</strong>dmoet<strong>en</strong> zijn. 1815.4 Regels <strong>van</strong> vrij verkeerIn deze paragraaf kom<strong>en</strong> de regels <strong>van</strong> vrij verkeer <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aan de orde.Deze Europeesrechtelijke regels geld<strong>en</strong> niet zozeer voor onderneming<strong>en</strong>, maar wel voorde lidstat<strong>en</strong>, waar<strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong> deel uit mak<strong>en</strong>. Het gaat met name om wetgeving,regelgeving <strong>en</strong> beleid <strong>van</strong> de overheid, inclusief dec<strong>en</strong>trale overhed<strong>en</strong>. De regels word<strong>en</strong> metname via de rechter gehandhaafd, hoewel de Europese Commissie e<strong>en</strong> inbreukprocedure kanstart<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> lidstat<strong>en</strong> die de regels overtred<strong>en</strong>. De regels zoud<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang kunn<strong>en</strong> zijnwanneer waterschapp<strong>en</strong> de afname <strong>van</strong> Nederlandse gro<strong>en</strong>e stroom t<strong>en</strong> koste <strong>van</strong> gro<strong>en</strong>estroom uit andere EU-lidstat<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong>.a. De vrij verkeer regelsAls het gaat om de levering <strong>van</strong> elektriciteit zijn vooral de regels betreff<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang. De basisregels <strong>van</strong> vrij verkeer vind<strong>en</strong> we in het EU-Werkingsverdrag,voorhe<strong>en</strong> in het EG-Verdrag.Vrij verkeer <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong>Wat betreft het vrij verkeer <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong> we het verbod <strong>van</strong> tarifairebelemmering<strong>en</strong> <strong>van</strong> vrij verkeer <strong>en</strong> het verbod <strong>van</strong> non-tarifaire belemmering<strong>en</strong>. Voor ditonderzoek is met name het verbod <strong>van</strong> non-tarifaire belemmering<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang. Het verbod<strong>van</strong> kwantitatieve invoerbeperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> <strong>van</strong> gelijke werking is neergelegd inartikel 34 VWEU <strong>en</strong> het verbod <strong>van</strong> kwantitatieve uitvoerbeperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> <strong>van</strong>gelijke werking in artikel 35 VWEU.Het verbod <strong>van</strong> Artikel 34 VWEU is <strong>van</strong> toepassing als sprake is <strong>van</strong>:(a) Kwantitatieve invoerbeperking<strong>en</strong>.Hier gaat het om quota <strong>en</strong> importverbod<strong>en</strong> – dit betreft e<strong>en</strong> quotum dat op nul is gesteld– die vaak niet meer voorkom<strong>en</strong>.(b) Maatregel<strong>en</strong> <strong>van</strong> gelijke werking als kwantitatieve invoerbeperking<strong>en</strong> (hierna: MGW).Het begrip MGW is zeer breed uitgelegd in de jurisprud<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> omvat volg<strong>en</strong>s de Dassonvilleuitspraak <strong>van</strong> het Hof “iedere handelsregeling der lidstat<strong>en</strong> die de communautaire handelal dan niet rechtstreeks, daadwerkelijk of pot<strong>en</strong>tieel kan belemmer<strong>en</strong>, als e<strong>en</strong> maatregel181 Zie voor e<strong>en</strong> nadere toelichting ook de Handreiking Markt <strong>en</strong> Overheid, 1 juli 2012, <strong>van</strong> het Ministerie <strong>van</strong> EL&I.75


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong><strong>van</strong> gelijke werking als kwantitatieve beperking<strong>en</strong> is te beschouw<strong>en</strong>. 182 In de zaak Cassis deDijon introduceert het Hof de later zo b<strong>en</strong>oemde ‘wederzijdse aanvaardingsregel’, waardoordistorsies – maatregel<strong>en</strong> zonder onderscheid - onder het verbod <strong>van</strong> artikel 34 VWEU kunn<strong>en</strong>vall<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s het Hof heeft artikel 34 VWEU ook betrekking op maatregel<strong>en</strong> die belett<strong>en</strong> date<strong>en</strong> product dat rechtmatig in het verkeer is gebracht in e<strong>en</strong> der lidstat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> andere lidstaatbinn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>. Sinds de Keck uitspraak moet echter e<strong>en</strong> onderscheid gemaakt word<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>producteis<strong>en</strong>, die onder het verbod <strong>van</strong> artikel 34 VWEU vall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verkoopmodaliteit<strong>en</strong> diein beginsel buit<strong>en</strong> het verbod vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom niet gerechtvaardigd hoev<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> (ziehierna). 183Verder is <strong>van</strong> belang dat het begrip MGW allerlei maatregel<strong>en</strong> <strong>van</strong> zowel de c<strong>en</strong>trale alsdec<strong>en</strong>trale overheid kan omvatt<strong>en</strong>, alsmede uitlating<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> ambt<strong>en</strong>aar die gevolg<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voor de afzet <strong>van</strong> goeder<strong>en</strong> uit andere lidstat<strong>en</strong>. In de AGM.COS-MET zaakwerd<strong>en</strong> door het Hof uitlating<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Finse klokk<strong>en</strong>luider Lehtin<strong>en</strong> over de verme<strong>en</strong>deonveiligheid <strong>van</strong> Italiaanse hefbrugg<strong>en</strong> voor auto’s als maatregel <strong>van</strong> gelijke werkingbestempeld. 184 Rec<strong>en</strong>telijk heeft het Hof <strong>van</strong> Justitie in de Fra.bo zaak zelfs de vaststelling<strong>van</strong> technische norm<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> privaatrechtelijke ver<strong>en</strong>iging onder het verbod <strong>van</strong> artikel 34VWEU geschaard. 185De breedte <strong>van</strong> het begrip MGW blijkt ook uit de zog<strong>en</strong>aamde Buy Irish zaak, waarin het Hofbepaalde dat e<strong>en</strong> campagne ter bevordering <strong>van</strong> de aan- <strong>en</strong> verkoop <strong>van</strong> Ierse product<strong>en</strong> doore<strong>en</strong> particulier bedrijf, maar gesubsidieerd door de Ierse overheid, als e<strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> MGWmoet word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. 186Vrij verkeer <strong>van</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>Het vrij verkeer <strong>van</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> is neergelegd in artikel 56 VWEU. Artikel 56 VWEU verbiedtbeperk<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> die migratierecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> markttoegangsrecht<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>. Het verbodwordt, vergelijkbaar met artikel 34 VWEU, breed uitgelegd. Maatregel<strong>en</strong> die de toegang totde di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>markt beperk<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> in beginsel onder het verbod <strong>van</strong> artikel 56 VWEU, zoblijkt uit de Alpine Investm<strong>en</strong>ts-zaak. 187 De Keck uitspraak is voor het di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>verkeer niet<strong>van</strong> belang.Voor het di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>verkeer is verder vooral de Di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>richtlijn <strong>van</strong> belang (zie hierna). 188ExceptiesGezi<strong>en</strong> de brede werkingssfeer <strong>van</strong> de verbodsbepaling<strong>en</strong> is het belang <strong>van</strong> de uitzondering<strong>en</strong>,de excepties, groot. Hierbij moet e<strong>en</strong> onderscheid gemaakt word<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> verdragsexcepties(i) <strong>en</strong> de ‘rule of reason’-excepties (ii).i. De verdragsuitzondering<strong>en</strong> zijn limitatief <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingeroep<strong>en</strong> voor zowelmet als zonder onderscheidmaatregel<strong>en</strong>. De belang<strong>en</strong> die in de verdragsbepaling<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemd staan moet<strong>en</strong> restrictief word<strong>en</strong> uitgelegd. In artikel 36 VWEU staan devolg<strong>en</strong>de belang<strong>en</strong> opgesomd: op<strong>en</strong>bare zedelijkheid, op<strong>en</strong>bare orde, op<strong>en</strong>bare182 Zaak 8/74, Dassonville, Jur. 1974, p. 837, r.o. 5.183 HvJ EG 24 november 1993, gevoegde zak<strong>en</strong> nr. C-267/91 <strong>en</strong> C-268/91, Jur. 1993, p. I-06097 (Keck). S.A. de Vries, ‘Annotatie onder Dassonville’,in: T. Beukers et. al., Het recht <strong>van</strong> de Europese Unie in 30 klassieke arrest<strong>en</strong>, D<strong>en</strong> Haag: Boom Juridische Uitgevers 2010.184 S.A. de Vries, ‘Case Note: Case C-470/03, A.G.M.-COS.MET Srl v. Suom<strong>en</strong> valtio, Tarmo Lehtin<strong>en</strong>, Judgm<strong>en</strong>t of the Grand Chamber of the Court of 17April 2007 (cas<strong>en</strong>ote)’, CMLRev. volume 45, aflevering 2, 2008, p. 569-585; HvJ EG 17 April 2007, nr. C-470/03, Jur. 2007, p. I-02749 (A.G.M.-COS).185 Zaak C-171/11, Fra.bo SpA, n.n.g.186 Zaak 249/81, Commissie t. Ierland, Jur. 1982, p. 04005 (Buy Irish).187 HvJ EG 10 mei 1995, nr. C-384/93, Jur. 1995, p. I-01141 (Alpine Investm<strong>en</strong>ts).188 Richtlijn 2006/123/EG <strong>van</strong> het Europees Parlem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de Raad <strong>van</strong> de Europese Unie <strong>van</strong> 12 december 2006 betreff<strong>en</strong>de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> op de internemarkt (PbEU L 376).76


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>veiligheid, de gezondheid <strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> <strong>van</strong> person<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong> of plant<strong>en</strong>, het nationaalartistiek historisch <strong>en</strong> archeologisch bezit <strong>en</strong> de industriële <strong>en</strong> commerciëleeig<strong>en</strong>dom. 189 Voor e<strong>en</strong> geslaagd beroep op artikel 36 VWEU moet:• de maatregel binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>van</strong> de uitzonderingsgrond<strong>en</strong> die in artikel 36 VWEU explicietg<strong>en</strong>oemd staan vall<strong>en</strong>; <strong>en</strong>• mag de maatregel ge<strong>en</strong> middel tot willekeurige discriminatie noch e<strong>en</strong> verkaptebeperking <strong>van</strong> de handel tuss<strong>en</strong> lidstat<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong>.De artikel<strong>en</strong> 45(3 <strong>en</strong> 4) <strong>en</strong> 51 <strong>en</strong> 52 (voor di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>hang met artikel 62) VWEUbevatt<strong>en</strong> uitzondering<strong>en</strong> voor beperking<strong>en</strong> op het vrije person<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>verkeer. Debelang<strong>en</strong> die in deze bepaling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd zijn: op<strong>en</strong>bare orde; op<strong>en</strong>bare veiligheid;volksgezondheid <strong>en</strong> betrekking<strong>en</strong> in overheidsdi<strong>en</strong>st of werkzaamhed<strong>en</strong> ter uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong>het op<strong>en</strong>baar gezag. 190De verdragsuitzondering<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> uitgebreid tot belang<strong>en</strong> die hierin nietexpliciet word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. De bescherming <strong>van</strong> het leefmilieu, bijvoorbeeld, wordt nietin artikel 36 VWEU g<strong>en</strong>oemd. Milieumaatregel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> daarom alle<strong>en</strong> op grond <strong>van</strong>deze bepaling word<strong>en</strong> gerechtvaardigd, indi<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong> rechtstreekse invloed hebb<strong>en</strong> op debescherming <strong>van</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong> of plant<strong>en</strong>. 191ii.In teg<strong>en</strong>stelling tot de verdragsuitzondering<strong>en</strong> heeft de rule of reason-exceptie ge<strong>en</strong>limitatief karakter. Het gaat om e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> groep <strong>van</strong> uitzonderingsgrond<strong>en</strong> die hetHof <strong>van</strong> Justitie, indi<strong>en</strong> nodig, in zijn rechtspraak aanvult met nieuwe grond<strong>en</strong>. Dezerule of reason-excepties word<strong>en</strong> in de Europese rechtspraak ook wel dwing<strong>en</strong>dered<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> belang g<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> zijn ev<strong>en</strong>als de verdragsuitzondering<strong>en</strong>niet-economisch <strong>van</strong> aard. Belang<strong>en</strong> die in de jurisprud<strong>en</strong>tie in de loop der tijd zijnaanvaard als dwing<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> algeme<strong>en</strong> belang zijn, bijvoorbeeld: milieu,consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>bescherming, pluriformiteit <strong>van</strong> de media <strong>en</strong> de pers, bescherming <strong>van</strong>de taal, sociale huisvesting of ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing.Wil e<strong>en</strong> beroep op e<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verdragsuitzonderingsgrond<strong>en</strong> of de ‘rule of reason’slag<strong>en</strong>, dan moet aan e<strong>en</strong> aantal voorwaard<strong>en</strong> zijn voldaan:• Er mag ge<strong>en</strong> sprake zijn <strong>van</strong> harmonisatie <strong>van</strong> wetgeving voor wat betreft de belang<strong>en</strong>die de nationale maatregel nastreeft; 192• Het belang mag niet <strong>van</strong> zuiver economische aard zijn;• De maatregel voldoet aan het proportionaliteitsbeginsel of –vereiste.In het algeme<strong>en</strong> k<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> proportionaliteitstoets de volg<strong>en</strong>de drie compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. 193 In deeerste plaats moet de maatregel geschikt zijn om het te bescherm<strong>en</strong> belang daadwerkelijkte bescherm<strong>en</strong>. Van belang hierbij is dat er e<strong>en</strong> causaal verband bestaat tuss<strong>en</strong> de g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>maatregel <strong>en</strong> de doelstelling. In de tweede plaats moet de nationale maatregel onmisbaar <strong>en</strong>189 Artikel 36 VWEU luidt als volgt:De bepaling<strong>en</strong> <strong>van</strong> de artikel<strong>en</strong> 34 <strong>en</strong> 35 vorm<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> beletsel voor verbod<strong>en</strong> of beperking<strong>en</strong> <strong>van</strong> invoer, uitvoer of doorvoer, welke gerechtvaardigdzijn uit hoofde <strong>van</strong> bescherming <strong>van</strong> de op<strong>en</strong>bare zedelijkheid, de op<strong>en</strong>bare orde, de op<strong>en</strong>bare veiligheid, de gezondheid <strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> <strong>van</strong>person<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong> of plant<strong>en</strong>, het nationaal artistiek historisch <strong>en</strong> archeologisch bezit of uit hoofde <strong>van</strong> bescherming <strong>van</strong> de industriële <strong>en</strong>commerciële eig<strong>en</strong>dom. Deze verbod<strong>en</strong> of beperking<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> echter ge<strong>en</strong> middel tot willekeurige discriminatie noch e<strong>en</strong> verkapte beperking <strong>van</strong>de handel tuss<strong>en</strong> de lidstat<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong>.190 In e<strong>en</strong> aantal rec<strong>en</strong>te zak<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de nationaliteitseis<strong>en</strong> voor het beroep <strong>van</strong> notaris hebb<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de lidstat<strong>en</strong> artikel 45 VWEUingeroep<strong>en</strong>, maar dit is niet gehonoreerd door het Hof: zie bijvoorbeeld zaak C-47/08, Commissie t. België; C-50/08, Commissie t. Frankrijk.191 Zie ook H. Temmink, ‘From Danish Bottles to Danish Bees: The Dynamics of Free Movem<strong>en</strong>t of Goods and Environ m<strong>en</strong>tal Protection – A Case LawAnalysis’, in: H. Soms<strong>en</strong> (red.), Yearbook of European Environm<strong>en</strong>tal Law Oxford: Oxford University Press, p. 87. See, for example, HvJ EG 25 Juni1998, nr.C-203/96, Jur. 1998, p. I-04075 (Dusseldorp) <strong>en</strong> HvJ EG 14 juli 1998, nr. C-389/96 Jur. 1998, p. I-04473 (Aher-Waggon).192 S.A. de Vries, ‘Case Note: Case C-470/03, A.G.M.-COS.MET Srl v. Suom<strong>en</strong> valtio, Tarmo Lehtin<strong>en</strong>, Judgm<strong>en</strong>t of the Grand Chamber of the Court of 17April 2007 (cas<strong>en</strong>ote)’, CMLRev. volume 45, aflevering 2, 2008, p. 569-585; HvJ EG 17 April 2007, nr. C-470/03, Jur. 2007, p. I-02749 (A.G.M.-COS).193 J.H. Jans, ‘Ev<strong>en</strong>redigheid Revisited’, SEW 2000, volume 48, aflevering 7/8, p. 270-271.77


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>dus noodzakelijk zijn. Dat wil zegg<strong>en</strong> dat bekek<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> of er ter verwez<strong>en</strong>lijking <strong>van</strong>het te bereik<strong>en</strong> doel ge<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> doelmatige maatregel voorhand<strong>en</strong> is die de intra-commautairehandel minder beperkt. En in de derde plaats, de proportionaliteit stricto s<strong>en</strong>su, dat wilzegg<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> maatregel onev<strong>en</strong>redig is indi<strong>en</strong> de belemmering buit<strong>en</strong> proportie staat tothet nagestreefde doel of het ermee teweeggebrachte resultaat. Dit laatste elem<strong>en</strong>t wordtvaak buit<strong>en</strong> beschouwing gelat<strong>en</strong> door het Hof in de toetsing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> nationale maatregel.T<strong>en</strong> slotte, bij e<strong>en</strong> beroep op de ‘rule of reason’ geldt als uitgangspunt dat de maatregelzonder onderscheid <strong>van</strong> toepassing is. Deze eis, die de mogelijkheid om e<strong>en</strong> beroep te do<strong>en</strong>op de rule of reason-excepties aanzi<strong>en</strong>lijk kan beperk<strong>en</strong>, wordt echter niet altijd strikttoegepast.Di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>richtlijnZoals hierbov<strong>en</strong> kort is opgemerkt, is voor het vrije verkeer <strong>van</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> de Di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>richtlijn<strong>van</strong> belang. Deze richtlijn heeft e<strong>en</strong> breed toepassingsbereik <strong>en</strong> is in beginsel op alledi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing, t<strong>en</strong>zij deze expliciet zijn uitgezonderd <strong>van</strong> de richtlijn. De Unie<strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong> heeft haar modelregelgeving gescre<strong>en</strong>d. Volg<strong>en</strong>s overweging 9 <strong>van</strong> derichtlijn is de richtlijn “alle<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing op eis<strong>en</strong> met betrekking tot de toegang tot ofde uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>- activiteit”. De richtlijn is “niet <strong>van</strong> toepassing op eis<strong>en</strong> zoalsverkeersregels, regels betreff<strong>en</strong>de de ontwikkeling of het gebruik <strong>van</strong> land, voorschrift<strong>en</strong>inzake ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> stedebouw, <strong>en</strong> […]”. Regelgeving met betrekking tot gebruik<strong>van</strong> land <strong>en</strong> water lijkt hiermee buit<strong>en</strong> de reikwijdte <strong>van</strong> de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>richtlijn te vall<strong>en</strong>.b. Vrij verkeer <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong>Indi<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> in hun campagne gericht op de consum<strong>en</strong>t actief inzett<strong>en</strong> op delevering <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie als typisch Nederlands product, dat, in teg<strong>en</strong>stelling totgro<strong>en</strong>e stroom die nu in Nederland wordt verkocht <strong>en</strong> vaak uit het buit<strong>en</strong>land afkomstig is,dan zoud<strong>en</strong> zij daarmee het handelsverkeer tuss<strong>en</strong> lidstat<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>. Op de website <strong>van</strong>Gre<strong>en</strong>choice staat dat het voordeel <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> andere vorm<strong>en</strong><strong>van</strong> gro<strong>en</strong>e <strong>en</strong>ergie is dat het in Nederland wordt geproduceerd.Volg<strong>en</strong>s de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde Buy Irish zaak kan e<strong>en</strong> dergelijke campagne <strong>van</strong> de overheid,die dus ook de waterschapp<strong>en</strong> betreft, of <strong>van</strong> e<strong>en</strong> onderneming die (mede) gefinancierdwordt door e<strong>en</strong> overheidsorgaan al snel als e<strong>en</strong> MGW beschouwd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus onderhet verbod <strong>van</strong> artikel 34 VWEU vall<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s het Hof <strong>van</strong> Justitie in de ‘Buy Irish’ zaakkunn<strong>en</strong> zelfs maatregel<strong>en</strong> <strong>van</strong> de regering <strong>van</strong> e<strong>en</strong> lidstaat zonder bind<strong>en</strong>de kracht “<strong>van</strong>di<strong>en</strong> aard zijn, dat zij het gedrag <strong>van</strong> handelar<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbruikers in die staat beïnvloed<strong>en</strong><strong>en</strong> aldus de doelstelling<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Geme<strong>en</strong>schap […] verijdel<strong>en</strong>. Dit is het geval wanneer,zoals in casu, e<strong>en</strong> dergelijke beperk<strong>en</strong>de praktijk bestaat in de uitvoering <strong>van</strong> e<strong>en</strong> door deregering omschrev<strong>en</strong> programma, dat de gehele nationale economie raakt <strong>en</strong> ertoe strekt hethandelsverkeer tuss<strong>en</strong> Lid-Stat<strong>en</strong> af te remm<strong>en</strong> door de aankoop <strong>van</strong> binn<strong>en</strong>landse produkt<strong>en</strong>aan te moedig<strong>en</strong> bij wege <strong>van</strong> e<strong>en</strong> reclamecampagne op nationale schaal <strong>en</strong> de invoering<strong>van</strong> speciale, alle<strong>en</strong> voor binn<strong>en</strong>landse produkt<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>de procedures, <strong>en</strong> wanneerdeze activiteit<strong>en</strong> in hun geheel aan de regering kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> over hetgehele nationale grondgebied strak zijn georganiseerd. 194Daar staat teg<strong>en</strong>over dat maatregel<strong>en</strong> ter bescherming <strong>van</strong> het milieu <strong>en</strong> de bevordering <strong>van</strong><strong>duurzaamheid</strong> vaak te rechtvaardig<strong>en</strong> zijn. De bewijslast rust dan wel op het waterschap om194 Zaak 249/81, Commissie t. Ierland (‘Buy Irish’), Jur. 1982, p. 4006, r.o.28 <strong>en</strong> 29.78


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>aan te ton<strong>en</strong> dat de maatregel e<strong>en</strong> publiek belang, zoals de bescherming <strong>van</strong> het milieu ofde bevordering <strong>van</strong> <strong>duurzaamheid</strong>, di<strong>en</strong>t, geschikt is om de doelstelling te bereik<strong>en</strong> <strong>en</strong> nietverder gaat dan noodzakelijk is om het doel te verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong>. De laatste twee voorwaard<strong>en</strong>hebb<strong>en</strong> betrekking op de proportionaliteitstoets.E<strong>en</strong> aantal milieu- <strong>en</strong> <strong>duurzaamheid</strong>sinitiatiev<strong>en</strong> die de moeite waard zijn om inoverweging te nem<strong>en</strong>Zaak C-379/98, Preuss<strong>en</strong>Elektra:Deze zaak betrof e<strong>en</strong> Duitse regeling, waarbij particuliere elektriciteitsbedrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong>verplicht om in hun distributiegebied uit hernieuwbare <strong>en</strong>ergiebronn<strong>en</strong> geproduceerdeelektriciteit af te nem<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> minimumprijz<strong>en</strong>, de zog<strong>en</strong>aamde Stromeinspeisungsgesetz.Ofschoon de Duitse regeling duidelijk discriminer<strong>en</strong>d was – e<strong>en</strong> maatregel met onderscheiddus – sauveerde het Hof de Duitse regeling <strong>en</strong> accepteerde hij dat Duitsland terecht e<strong>en</strong>beroep kon do<strong>en</strong> op de bescherming <strong>van</strong> het milieu als ‘rule of reason exceptie’. Daarbij werde<strong>en</strong> beroep gedaan op alle rele<strong>van</strong>te milieubeginsel<strong>en</strong> <strong>en</strong> -regels om de verbod<strong>en</strong> beperkingte rechtvaardig<strong>en</strong>, zonder dat het onderscheidkarakter of niet-onderscheidkarakterin de overweging betrokk<strong>en</strong> wordt. In casu war<strong>en</strong> dit VN-verdrag<strong>en</strong>, EG-regeling<strong>en</strong>,het integratiebeginsel, de elektriciteitsrichtlijn <strong>en</strong> de conceptrichtlijn hernieuwbare<strong>en</strong>ergiebronn<strong>en</strong>.Zaak C-213/96, Outokumpu Oy:Deze zaak betrof e<strong>en</strong> Finse belastingregeling, die tariev<strong>en</strong> op elektriciteit invoert afhankelijk<strong>van</strong> het productieprocedé. Volg<strong>en</strong>s het Hof kan e<strong>en</strong> gediffer<strong>en</strong>tieerd belastingstelselgerechtvaardigd zijn op basis <strong>van</strong> overweging<strong>en</strong> verband houd<strong>en</strong>d met het milieu. Voor dewaterschapp<strong>en</strong> is deze zaak minder interessant, aangezi<strong>en</strong> het hier om e<strong>en</strong> fiscale maatregelging <strong>en</strong> de toepassing <strong>van</strong> artikel 110 VWEU betrof. Niettemin blijkt impliciet uit deze zaakdat milieuoverweging<strong>en</strong> bij de toepassing <strong>van</strong> de vrijverkeerbepaling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke rolspel<strong>en</strong>.Zaak C02/90, Waalse afvalstoff<strong>en</strong>:Deze zaak betrof e<strong>en</strong> verord<strong>en</strong>ing vastgesteld door de Waalse wetgever die de invoer <strong>van</strong>afval uit andere lidstat<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere Belgische gewest<strong>en</strong> verbood. Deze maatregel metonderscheid werd, voor zover de richtlijn gevaarlijke afvalstoff<strong>en</strong> niet <strong>van</strong> toepassing was(richtlijn 84/631/EEG), gerechtvaardigd geacht door het Hof op grond <strong>van</strong> milieubescherming.Het Hof spreekt <strong>van</strong> e<strong>en</strong> bijzondere situatie bij milieu als gevolg <strong>van</strong> het zelfvoorzi<strong>en</strong>ings<strong>en</strong>nabijheidsbeginsel uit het Verdrag <strong>van</strong> Bazel. Hiermee lijk<strong>en</strong> de beleidskans<strong>en</strong> die demilieuexceptie biedt ruimer dan louter zonderonderscheid-maatregel<strong>en</strong>.5.6 Tuss<strong>en</strong>conclusies <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong>In dit deel zett<strong>en</strong> we de belangrijkste bevinding<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> rij.Sommige activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> zijn ondernemingsactiviteit<strong>en</strong> in de zin <strong>van</strong> het79


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>mededingingsrecht. Dat geldt in ieder geval voor de productie <strong>en</strong> levering <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie aanhet net <strong>en</strong> aan particuliere afnemers. Ook andere activiteit<strong>en</strong> zijn ondernemingsactiviteit<strong>en</strong>.Het mededingingsrecht, met name het kartelverbod, het misbruikverbod <strong>en</strong> hetconc<strong>en</strong>tratietoezicht, zijn dan <strong>van</strong> toepassing.Overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> <strong>van</strong> ondernemersver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> aan hetmededingingsrechtelijk kader te voldo<strong>en</strong>. Dat verbiedt afsprak<strong>en</strong> die de mededingingbeperk<strong>en</strong>. De ons bek<strong>en</strong>de afsprak<strong>en</strong> zijn, voor zover wij kunn<strong>en</strong> overzi<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong>die direct alarmbell<strong>en</strong> do<strong>en</strong> afgaan: ofwel omdat zij de mededinging niet beperk<strong>en</strong>, ofwelomdat de uitzondering<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing zijn.Verder is <strong>van</strong> belang dat de activiteit<strong>en</strong> die waterschapp<strong>en</strong> al dan niet sam<strong>en</strong> metonderneming<strong>en</strong> ontplooi<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> marktconforme wijze word<strong>en</strong> vormgegev<strong>en</strong> omte voorkom<strong>en</strong> dat er sprake is <strong>van</strong> verbod<strong>en</strong> staatssteun. Mocht er wel sprake zijn <strong>van</strong>staatssteun, dan geldt de aanmeldingsplicht, maar bied<strong>en</strong> artikel 107, lid 3 VWEU <strong>en</strong>verschill<strong>en</strong>de regeling<strong>en</strong> opgesteld door de Europese Commissie aanknopingspunt<strong>en</strong> voore<strong>en</strong> duurzaam waterschapsbeleid.Om meer zekerheid te verkrijg<strong>en</strong> – het mededingingsrecht is e<strong>en</strong> rechtsgebied dat uitblinktin onzekerheid omtr<strong>en</strong>t de uitleg <strong>van</strong> het verbod – kan e<strong>en</strong> gesprek word<strong>en</strong> gevraagd met deNMa of met de Commissie. Daarin zoud<strong>en</strong> de activiteit<strong>en</strong> waarover wordt getwijfeld kunn<strong>en</strong>word<strong>en</strong> voorgelegd aan de ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>van</strong> de NMa of Commissie. E<strong>en</strong> dergelijk gesprekkan redelijk ‘low profile’ word<strong>en</strong> gevoerd: de NMa is hiertoe over het algeme<strong>en</strong> wel bereid.Natuurlijk kan ook in e<strong>en</strong> dergelijk gesprek ge<strong>en</strong> zekerheid word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>, maar welkunn<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> beter word<strong>en</strong> afgetast. Omdat de waterschapp<strong>en</strong> te goeder trouw zijn –wij gaan er niet <strong>van</strong> uit dat zij er op uit zijn het mededingingsrecht te sch<strong>en</strong>d<strong>en</strong> – ligt e<strong>en</strong>dergelijk gesprek voor de hand. Het gesprek kan leid<strong>en</strong> tot het aanvrag<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> ‘informelezi<strong>en</strong>swijze’: e<strong>en</strong> informele visie <strong>van</strong> de NMa over de betreff<strong>en</strong>de afsprak<strong>en</strong>, maar zelfs dathoeft niet. Als de NMa vermoedt dat er wel sprake is <strong>van</strong> mededingingsinbreuk<strong>en</strong>, kan hetgesprek aanleiding zijn tot e<strong>en</strong> nader onderzoek. Dat ligt echter niet voor de hand.Wat betreft de toepassing <strong>van</strong> de vrijverkeerbepaling<strong>en</strong> uit het werkingsverdrag, dan valt opdat door de brede werkingssfeer <strong>van</strong> deze bepaling<strong>en</strong>, allerlei maatregel<strong>en</strong> <strong>van</strong> lidstat<strong>en</strong>, dusook <strong>van</strong> waterschapp<strong>en</strong>, onder het verbod kunn<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>. Maar dan moet er wel sprake zijn<strong>van</strong> <strong>en</strong>ige invloed op het interstatelijke handelsverkeer <strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> de vrijverkeerbepaling<strong>en</strong><strong>van</strong> toepassing zijn , is er e<strong>en</strong> tamelijk ruime mogelijkheid om niet-discriminatoir beleid terverwez<strong>en</strong>lijking <strong>van</strong> <strong>duurzaamheid</strong>sdoelstelling<strong>en</strong> te rechtvaardig<strong>en</strong>.80


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>81


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>6CONCLUSIES EN AANBEVELINGENDe ontwikkeling naar e<strong>en</strong> meer duurzame zuivering door middel <strong>van</strong> het terugwinn<strong>en</strong> <strong>van</strong><strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> grondstoff<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> positieve ontwikkeling die past binn<strong>en</strong> het doel te kom<strong>en</strong> tote<strong>en</strong> duurzame sam<strong>en</strong>leving.In dit onderzoek is onderzocht wat staatsrechtelijke <strong>en</strong> Europeesrechtelijke randvoorwaard<strong>en</strong>zijn voor de verdere verduurzaming <strong>van</strong> de zuivering inclusief de winning <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong>grondstoff<strong>en</strong> voor eig<strong>en</strong> gebruik <strong>en</strong> levering aan derd<strong>en</strong>.De winning <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie voor eig<strong>en</strong> gebruik stuit niet op staatsrechtelijke problem<strong>en</strong>.Voor de overige <strong>duurzaamheid</strong>initiatiev<strong>en</strong> wordt aanbevol<strong>en</strong> het wettelijk kader aan tepass<strong>en</strong> om risico’s t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> de functionele taakstelling <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong>het specialiteitsbeginsel in de beheerwetgeving te minimaliser<strong>en</strong>. Het is d<strong>en</strong>kbaar dat dezerisico’s in de praktijk meevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat de waterschapp<strong>en</strong> op de gekoz<strong>en</strong> weg voort kunn<strong>en</strong>gaan.Naar ons oordeel verdi<strong>en</strong>t het echter de voorkeur expliciet in de Waterschapswet <strong>en</strong> deWaterwet (<strong>en</strong> te zijner tijd wellicht de Omgevingswet) duidelijk te mak<strong>en</strong> dat de tak<strong>en</strong> <strong>van</strong>de waterschapp<strong>en</strong> – <strong>en</strong> in dit geval in het bijzonder de zuivering – op e<strong>en</strong> duurzame wijzedi<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> uitgevoerd.In hoofdstuk vier is e<strong>en</strong> aantal opties geschetst, die er voor kunn<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> dat demogelijkhed<strong>en</strong> die <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> ons land biedt, op e<strong>en</strong> juridisch verantwoordewijze, t<strong>en</strong> volle kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut. Hierbij gaat het om het staatsrechtelijk mogelijkmak<strong>en</strong> <strong>van</strong> het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> waterschaps<strong>en</strong>ergie aan derd<strong>en</strong>. Wij beperk<strong>en</strong> ons in ditconcluder<strong>en</strong>de hoofdstuk tot de opties die onze voorkeur hebb<strong>en</strong>.Wij bevel<strong>en</strong> aan om de reikwijdte <strong>van</strong> de zuiveringstaak te verhelder<strong>en</strong>, opdat er ge<strong>en</strong>twijfel over kan bestaan dat de huidige zuiveringstaakstelling niet alle<strong>en</strong> op doelmatigemaar ook op duurzame wijze moet word<strong>en</strong> uitgeoef<strong>en</strong>d <strong>en</strong> daarom reeds de productie <strong>van</strong>waterschaps<strong>en</strong>ergie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> het zuiveringsbeheer omvat, waarbij <strong>van</strong>zelfsprek<strong>en</strong>dev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s aan Europese eis<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Wet markt <strong>en</strong> overheid moet word<strong>en</strong> voldaan.Als aanvulling hierop bevel<strong>en</strong> wij aan om in artikel 3.4 Waterwet op te nem<strong>en</strong> dat hetzuiveringsbeheer naast doelmatigheid tev<strong>en</strong>s gericht moet zijn op <strong>duurzaamheid</strong>.Het is d<strong>en</strong>kbaar dat de zuiveringstaak wordt uitgebreid met het lever<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong>82


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>grondstoff<strong>en</strong> aan derd<strong>en</strong>. Deze optie heeft naar ons oordeel echter het risico dat hettak<strong>en</strong>pakket <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong> te ver wordt opgerekt om nog te kunn<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> <strong>van</strong>e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar lichaam dat zich in het bijzonder bezighoudt met de waterstaatkundigeverzorging <strong>van</strong> e<strong>en</strong> bepaald gebied.Meer in het algeme<strong>en</strong> bevel<strong>en</strong> wij aan milieurechtelijke beginsel<strong>en</strong> in de Waterwet of detoekomstige Omgevingswet op te nem<strong>en</strong>, zodat zij e<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>de <strong>en</strong> interpretatieve rol kunn<strong>en</strong>vervull<strong>en</strong> bij beleid <strong>en</strong> uitvoering. Opname <strong>van</strong> beginsel<strong>en</strong> – <strong>en</strong> in casu in het bijzonder het<strong>duurzaamheid</strong>sbeginsel – kan ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s behulpzaam zijn bij het juridisch faciliter<strong>en</strong> <strong>van</strong>nieuwe <strong>en</strong> <strong>innovatie</strong>ve ontwikkeling<strong>en</strong> die positieve gevolg<strong>en</strong> voor het omgevingsbeleid,maar waar t<strong>en</strong> tijde <strong>van</strong> het vaststell<strong>en</strong> <strong>van</strong> wetgeving nog ge<strong>en</strong> concrete ideeën over bestaan.Op die wijze kan word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> dat in beginsel positieve <strong>en</strong> duurzame ontwikkeling<strong>en</strong>belemmerd word<strong>en</strong> door beperking<strong>en</strong> in de wetgeving. Het zonder meer ‘oprekk<strong>en</strong>’ <strong>van</strong>wettelijke bepaling<strong>en</strong> verdi<strong>en</strong>t niet onze voorkeur.Wat betreft de Europeesrechtelijke randvoorwaard<strong>en</strong> laat het rapport zi<strong>en</strong> dat het Europeserecht mogelijkhed<strong>en</strong> biedt voor waterschapp<strong>en</strong> om <strong>duurzaamheid</strong>sinitiatiev<strong>en</strong> te ontplooi<strong>en</strong>,hetzij in het kader <strong>van</strong> de verbodsbepaling<strong>en</strong> <strong>van</strong> het EU-internemarktrecht, hetzij inhet kader <strong>van</strong> de uitzondering<strong>en</strong>. Gezi<strong>en</strong> de onzekere toepassing <strong>van</strong> de EU- <strong>en</strong> nationalemededingingsregels op de verschill<strong>en</strong>de casusposities <strong>en</strong> sc<strong>en</strong>ario’s die de waterschapp<strong>en</strong>uitd<strong>en</strong>k<strong>en</strong> om tot e<strong>en</strong> meer duurzame zuivering <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong> te kom<strong>en</strong>, bevel<strong>en</strong> wij dewaterschapp<strong>en</strong> aan om contact op te nem<strong>en</strong> met de Nederlandse Mededingingsautoriteit (ofev<strong>en</strong>tueel de Europese Commissie).B<strong>en</strong>utting <strong>van</strong> andere duurzame <strong>en</strong>ergiebronn<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het watersysteem, zoalswind<strong>en</strong>ergie, zonne-<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> waterkracht, heeft binn<strong>en</strong> de waterschapp<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s groteaandacht <strong>en</strong> zijn ook onderdeel <strong>van</strong> het Klimaatakkoord. Deze onderwerp<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> echterge<strong>en</strong> onderdeel uit <strong>van</strong> de onderzoeksopdracht, maar het is goed d<strong>en</strong>kbaar dat de conclusiesvoor de zuiveringstaak grot<strong>en</strong>deels ook toepasbaar kunn<strong>en</strong> zijn voor het watersysteemtaak.Om dit met zekerheid te kunn<strong>en</strong> concluder<strong>en</strong> is nader onderzoek gew<strong>en</strong>st.83


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>VERSLAG WORKSHOP ‘JURIDISCHE ASPECTENVAN VALORISATIE VAN AFVALWATER’STOWA/Universiteit Utrecht25 september 2012Opstellers verslag: mw mr. F. Minderhoud, dhr. J. <strong>van</strong> Keul<strong>en</strong>Mevrouw Prof. mr. H.F.M.W. (Marle<strong>en</strong>) <strong>van</strong> Rijswick <strong>en</strong> de her<strong>en</strong> Mr. dr. S.A. (Sybe) de Vries,ir. R. Schem<strong>en</strong> <strong>en</strong> mr. R. Lazaroms houd<strong>en</strong> ieder e<strong>en</strong> inleiding. Deze pres<strong>en</strong>taties zijnbeschikbaar op de site <strong>van</strong> de <strong>Stowa</strong>.1. Europese randvoorwaard<strong>en</strong> (Europees recht)De heer Quax (waterschap Aa <strong>en</strong> Maas) vraagt zich af of het begrip ondernemingsbegrip inhet EU-recht dezelfde strekking <strong>en</strong> inhoud heeft als die in het Nederlands fiscaal recht.De heer De Vries (Universiteit Utrecht) geeft aan dat het begrip e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>is heeftDe heer Lazaroms (Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong>) merkt op dat het fiscaal recht (omzetbelasting)in Nederland ook e<strong>en</strong> Europese basis heeft.De heer Quax vraagt of de regels inzake aanbesteding<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing zijn op de situatiedat de geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong>ergie afneemt <strong>van</strong> het waterschap.De heer De Vries (Universiteit Utrecht) geeft aan dat het onderzoek niet ingaat op de regelsinzake aanbesteding<strong>en</strong>. Het zou kunn<strong>en</strong>, dit is afhankelijk <strong>van</strong> de hoogte <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> omde di<strong>en</strong>st in te kop<strong>en</strong> (drempel).De heer Geerse (waterschap Reest <strong>en</strong> Wied<strong>en</strong>). De geme<strong>en</strong>te Meppel heeft met e<strong>en</strong> aantal anderepartij<strong>en</strong> incl. het waterschap e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiebedrijf opgericht. Er is onderzoek gedaannaar marktpartij<strong>en</strong> in verband met levering <strong>van</strong> biogas <strong>van</strong> de lokale rioolwaterzuivering <strong>en</strong>moet<strong>en</strong> prijz<strong>en</strong> voor het gas bepal<strong>en</strong>. Zijn Europese regels <strong>van</strong> toepassing?De heer De Vries beantwoordt deze vraag positief. Het waterschap biedt e<strong>en</strong> product aan opde markt <strong>en</strong> oef<strong>en</strong>t dus e<strong>en</strong> economische activiteit uit. Het waterschap is e<strong>en</strong> ondernemingin de zin <strong>van</strong> het mededingingsrecht. Will<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsverband opricht<strong>en</strong>?Houd dan rek<strong>en</strong>ing met de regels. Leg ev<strong>en</strong>tueel de ideeën voor aan de NederlandseMededingsautoriteit (NMA). In het Europees mededingingsrecht is e<strong>en</strong> aantal uitzondering<strong>en</strong>opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, er geld<strong>en</strong> bijvoorbeeld speciale vrijstelling<strong>en</strong> voor onderzoek<strong>en</strong>. De Europeseregels inzake aanbesteding<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>.De heer Helmer (hoogheemraadschap <strong>van</strong> Schieland <strong>en</strong> de Krimperwaard) merkt op datindi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> waterschap gas levert aan e<strong>en</strong> derde deze gezi<strong>en</strong> wordt als e<strong>en</strong> onderneming. Kandeze titel verander<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsverband aan te gaan?84


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>De heer De Vries geeft aan dat de positie <strong>van</strong> deg<strong>en</strong>e die levert (het waterschap of bijv. e<strong>en</strong>GR) daarmee niet verandert. De regels blijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> toepassing.De heer Lazaroms wil wet<strong>en</strong> of het zin heeft om richting de Europese Commissie te lobby<strong>en</strong>om regels <strong>en</strong> beleid te beïnvloed<strong>en</strong> gelet op alle initiatiev<strong>en</strong> in de <strong>afvalwater</strong>ket<strong>en</strong> <strong>en</strong> inverband met <strong>duurzaamheid</strong> <strong>en</strong> milieuDe heer De Vries beschrijft e<strong>en</strong> voorbeeld <strong>van</strong> succesvol lobbywerk door melkveehouders inverband met afschaffing <strong>van</strong> de melkquota per 2015. Deze sector heeft afsprak<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>mak<strong>en</strong> met de Europese Commissie (EC). Bij prijsafsprak<strong>en</strong> <strong>en</strong> quota is dit e<strong>en</strong> lastige materie.De EC is ont<strong>van</strong>kelijk voor ontwikkeling<strong>en</strong> op het gebied <strong>van</strong> <strong>duurzaamheid</strong>. Het heeft weldegelijk zin om de EC te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>.Op e<strong>en</strong> vraag <strong>van</strong> de heer Palsma (<strong>Stowa</strong>) antwoordt hij dat het inderdaad <strong>van</strong> belang ishoe je produceert. Wanneer e<strong>en</strong> waterschap aan zich zelf levert is er ge<strong>en</strong> sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong>ondernemingsactiviteit. De heer Smitsman (waterschap Hollandse Delta) vraagt zich af of ditook geldt in de volg<strong>en</strong>de situatie. Het waterschap levert het overschot <strong>van</strong> elektriciteit aanhet net <strong>en</strong> koopt het vervolg<strong>en</strong>s elders weer in.De heer De Vries geeft aan dat hij meer informatie nodig heeft over de casus. Het is tesummier om hier e<strong>en</strong> antwoord op te kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>. Het verzoek is om e<strong>en</strong> korte heldereuitleg te noter<strong>en</strong>, incl. vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze door te stur<strong>en</strong> naar de onderzoekers.De heer Lazaroms schetst e<strong>en</strong> voorbeeld <strong>van</strong> het invester<strong>en</strong> in aanleg <strong>van</strong> windmol<strong>en</strong>s op zeeom doelstelling vermindering <strong>en</strong>ergiegebruik te hal<strong>en</strong>. Mag e<strong>en</strong> waterschap dit? Hij geeftaan dat hij nog andere rele<strong>van</strong>te casuss<strong>en</strong> heeft zoals de 8 project<strong>en</strong> in het kader <strong>van</strong> deGre<strong>en</strong> Deal.De heer Verschoor (hoogheemraadschap <strong>van</strong> Delfland). Hoogheemraadschap <strong>van</strong> Delfland ise<strong>en</strong> PPS-contructie inclusief sam<strong>en</strong>werkingscontract <strong>innovatie</strong>ve project<strong>en</strong> aangegaan Hetwaterschap wil extra gezuiverd efflu<strong>en</strong>t als gietwater lever<strong>en</strong> aan tuinders in het Westland.Tuinders hebb<strong>en</strong> water nodig voor hun gewass<strong>en</strong> (reg<strong>en</strong> <strong>en</strong> grondwater). In grondwaterzit teveel zout, om deze hoge kost<strong>en</strong> te bespar<strong>en</strong> is het gebruik <strong>van</strong> gezuiverd efflu<strong>en</strong>t ookmogelijk. Partij<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> meerjarige investering<strong>en</strong> do<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> distributi<strong>en</strong>etwerk Hetwaterschap wil graag voldo<strong>en</strong>de invloed <strong>en</strong> controle hebb<strong>en</strong> op <strong>innovatie</strong> zak<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> dezesam<strong>en</strong>werking. Dit aspect mist hij in het rapport.Mevrouw Van Rijswick (Universiteit Utrecht) merkt op dat de afsprak<strong>en</strong> in de PPS-constructiebepal<strong>en</strong>d zijn. Het waterschap treedt daarin op als contractspartij. De investering<strong>en</strong>moet<strong>en</strong> terugkom<strong>en</strong> bij ingeland<strong>en</strong>, het tarief <strong>van</strong> de heffing<strong>en</strong> moet omlaag. Het gaat ommaatschappelijke doelmatigheid <strong>en</strong> let bijvoorbeeld ook op staatssteunaspect<strong>en</strong>.Vrag<strong>en</strong> nader te bekijk<strong>en</strong>, uit te werk<strong>en</strong> evt. in volg<strong>en</strong>d onderzoek:• regels inzake aanbesteding<strong>en</strong>• arrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong>)/rechtsperson<strong>en</strong>2. Staatrechtelijke positie waterschapp<strong>en</strong> (nationaal recht)De heer Helmer (hoogheemraadschap <strong>van</strong> Schieland <strong>en</strong> de Krimp<strong>en</strong>erwaard) vraagt zich af ofhet begrip <strong>duurzaamheid</strong> ge<strong>en</strong> onderdeel is <strong>van</strong> het begrip doelmatigheid.Mevrouw Van Rijswick geeft aan dat niet in alle gevall<strong>en</strong> wordt voldaan aan de eis <strong>van</strong>doelmatigheid. Doelmatigheid gaat over het verlag<strong>en</strong> <strong>van</strong> maatschappelijke kost<strong>en</strong>. Het begrip<strong>duurzaamheid</strong> staat niet in de wet <strong>en</strong> er is niets over terug te vind<strong>en</strong> in de wetsgeschied<strong>en</strong>is.Het waterschap moet nagaan of zij binn<strong>en</strong> de wettelijke taak handelt. Er moet ge<strong>en</strong> twijfel85


STOWA 2012-47 Innovatie <strong>en</strong> Duurzaamheid: De <strong>valorisatie</strong> <strong>van</strong> <strong>afvalwater</strong>bestaan over de taak <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>. Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> provincies kunn<strong>en</strong> belang<strong>en</strong>aantrekk<strong>en</strong> t<strong>en</strong>zij wettelijk anders geregeld. Dit is anders bij waterschapp<strong>en</strong>: zij handel<strong>en</strong>op basis <strong>van</strong> e<strong>en</strong> expliciete taakopdracht. Indi<strong>en</strong> taakopdracht niet voldo<strong>en</strong>de is (ontbrek<strong>en</strong>basis voor <strong>duurzaamheid</strong>), ligt er e<strong>en</strong> opdracht voor wetgever/ministerie dit te herstell<strong>en</strong>/aan te vull<strong>en</strong> (bijv. via e<strong>en</strong> brief aan de Tweede Kamer, e<strong>en</strong> debat in de Tweede Kamer,kamervrag<strong>en</strong>).Mevrouw Niers (waterschap Regge <strong>en</strong> Dinkel) stelt voor om e<strong>en</strong> rangorde aan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>in het begrip <strong>duurzaamheid</strong>. E<strong>en</strong> ontwikkeling is duurza(a)m(er)<strong>en</strong> dan mag het toch meerkost<strong>en</strong>?E<strong>en</strong> waterschap is e<strong>en</strong> democratie, antwoordt mevrouw Van Rijswick. Het waterschap kanzelf de tariev<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>.In hoofdstuk 4 word<strong>en</strong> zes opties geschetst. De heer Van Esch (Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong>)geeft aan – onder verwijzing naar pag. 35 - dat er wellicht nog meer mogelijkhed<strong>en</strong> zijn,bijvoorbeeld de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> waterschapp<strong>en</strong> op grond <strong>van</strong> artikel 3.8Waterwet (afsprak<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> lichte WGR of bestuurlijk conv<strong>en</strong>ant tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong>). Kan hetwaterschap tak<strong>en</strong> overdrag<strong>en</strong> aan de geme<strong>en</strong>te? Kan de geme<strong>en</strong>te tak<strong>en</strong> overdrag<strong>en</strong> aan hetwaterschap?Mevrouw Van Rijswick antwoordt dat bij het aangaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> conv<strong>en</strong>ant ge<strong>en</strong> sprake is<strong>van</strong> overdracht <strong>van</strong> bevoegdhed<strong>en</strong>. Het waterschap kan wel bevoegdhed<strong>en</strong> overdrag<strong>en</strong> aane<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar lichaam (Wet geme<strong>en</strong>schappelijke regeling<strong>en</strong>) of gebruikmak<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> lichteWGR-regelingDe heer Havekes (Unie <strong>van</strong> Waterschapp<strong>en</strong>) merkt op dat het in de praktijk voorkomt date<strong>en</strong> waterschap riolering beheert voor e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te. Dit zijn dan wellicht marktactiviteit<strong>en</strong>.Mevrouw Karimlou (waterschap Brabantse Delta) merkt op in de praktijk snel gesprok<strong>en</strong>wordt over wij “als bedrijf”, “private organisatie”. Graag expliciet aandacht bested<strong>en</strong> voorhet optred<strong>en</strong> <strong>van</strong> het waterschap als overheid. Het waterschap is e<strong>en</strong> overheidslichaam <strong>en</strong>voert publieke taak uit. Zij stelt voor om alle aangehaalde wettekst<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong> in e<strong>en</strong>bijlage bij het rapport, Dit wordt toegezegd.Wat betek<strong>en</strong>t het woord ‘combinatievergisting’, zie p 25, dit graag verduidelijk<strong>en</strong>.Mevrouw Van Rijswick geeft aan dat aanwezig<strong>en</strong> welkom zijn om e<strong>en</strong> casus in te di<strong>en</strong><strong>en</strong>.E<strong>en</strong> korte bondige beschrijving (max half A-4), vrag<strong>en</strong> gedetailleerd noter<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuelesuggesties graag per email indi<strong>en</strong><strong>en</strong> bij Bert Palsma (STOWA).E<strong>en</strong> conclusie kan zijn dat <strong>duurzaamheid</strong> hoort bij het handel<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waterschapp<strong>en</strong>.Beter is het begrip expliciet op te nem<strong>en</strong> in de doelmatigheid.E<strong>en</strong> aantal aanwezig<strong>en</strong> geeft aan het einde <strong>van</strong> de bije<strong>en</strong>komst aan het e<strong>en</strong> degelijk <strong>en</strong>goed rapport te vind<strong>en</strong>. Het is goed leesbaar <strong>en</strong> bruikbaar. Het gebruik <strong>van</strong> eig<strong>en</strong> opgewekte<strong>en</strong>ergie zou m<strong>en</strong> graag wat meer uitgewerkt zi<strong>en</strong>.86


TEL 033 460 32 00 FAX 033 460 32 50Stationsplein 89POSTBUS 2180 3800 CD AMERSFOORT

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!