12.07.2015 Views

1kjravp

1kjravp

1kjravp

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Bebouwingsperiode 1870 – 1914: RevolutiebouwIn de periode 1870-1914 werd het noordelijk grondgebiedtot aan de toenmalige gemeentegrenzen met Overschieen Hillegersberg volledig bebouwd. De meeste woningenzijn tussen 1886 en 1901 gebouwd, in de periode datRotterdam het hardst groeide (van 150.000 naar 319.000inwoners). De bebouwing uit deze periode wordt indit onderzoek steeds aangeduid als oorspronkelijkebebouwing.In de eerste bouwperiode zijn panden in reeksengebouwd; de zogenoemde revolutiebouw. Een reeks konuit twee of drie panden bestaan, maar ook uit een (veel)groter aantal.De bebouwingstypologie is afhankelijk van het typestraat (singels, doorgaande straten, woonstraten) enbestaat uit herenhuizen, panden met een beneden- en(enkele of dubbele) bovenwoning; en winkelpanden enbedrijfspanden met (enkele of dubbele) bovenwoning.Kenmerkend voor revolutiebouw is het seriematigekarakter van de bebouwing. De panden hebben eenoverwegend identieke gevelgeleding en ornamentiek.Elk pand is echter als individueel pand herkenbaardoor de gevelindeling met entree of gekoppeldeentrees, individuele kappen en soms met een eigentop- of trapgevel om de eentonigheid van de seriematigerevolutiebouw te doorbreken. De bouwhoogte varieert vantwee tot drie bouwlagen, soms uitgevoerd met souterrain.Oorspronkelijk had elk pand een eigen kap, veelal met denokrichting loodrecht op de straat. Veel individuele kappenzijn tijdens de stadsvernieuwingsperiode vervangen dooreen gezamenlijke kapopbouw.De gebruikelijke gevelgeleding is drieledig; de geledingbestaat uit een basis, een gevel en een gevelbeëindiging.De meeste panden zijn gebouwd in de stijl van deneorenaissance. Hoewel ook de invloed van hetneoclassicisme zichtbaar is. De architectuur van dezepanden is als eclectisch op te vatten.Voor de neorenaissance greep men terug op motievenuit de Hollandse renaissance. De kenmerken zijn de rodebakstenen gevels in combinatie met wit gepleisterdespeklagen, top- en trapgevels als gevelbeëindiging,boogvelden boven de vensters, vensterbekroningen metwit gepleisterde aanzet- en sluitstenen in verschillendedecoratieve uitvoeringen.Gebruikelijk werden de kenmerken van de neorenaissancegecombineerd met neoclassicistische motieven zoalswitgepleisterde rustica, cordonlijsten en lijstgevels. Dehouten lijsten ter beëindiging van de gevel bestaat uit eenfries en een plansiergoot. De lijsten zijn zowel eenvoudigen onbewerkt als uitbundig gedecoreerd.De panden die na de eeuwwisseling zijn gebouwd,laten voorzichtig invloed zien van de Jugendstil en hetrationalisme. De gevelbeëindiging neemt een meergevarieerde vorm aan en heeft vaak een natuurstenenafdekking, de ornamentiek is abstracter en bestaatveelal uit een gevarieerdere toepassing van baksteen, devensters worden vaak bekroond met natuurstenen lateienop hoekblokken.De wijken hadden veel buurtwinkels. Deze zijn herkenbaaraan de houten puien met grote etalageramen. De winkelsbevinden zich in de winkelstraten, verspreid over dewijk en verspreid in de straat. De straathoeken werdenbenut voor hoekwinkels. De situering op de hoek wasin economisch opzicht strategisch in een wijk met langestraten. Bovendien was aan de achterzijde geen ruimtevoor een tuin, waardoor hoekpanden minder geschiktwaren als woning. De winkelpuien hebben in dezegevallen een tweezijdige oriëntatie en een entree in deafgeschuinde gevel op de hoek. De panden bestondenuit meerdere woningen. Meestal zijn er evenveelwoningen als bouwlagen. De woningen behoren tot hettype alkoofwoning. Kleine woningen met alkoven en eenkeuken.19e-eeuwse wijken in Noord - Cultuurhistorische Verkenning67

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!