04.12.2012 Views

Klik hier - Global State

Klik hier - Global State

Klik hier - Global State

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

3. Belastingheffing in Nederland<br />

Bij de beschrijving van de fiscale aspecten wordt onderscheid<br />

gemaakt tussen drie soorten participanten. Ten eerste de<br />

participanten/natuurlijke personen, diegenen die als particulier in<br />

dit project beleggen. Ten tweede de participanten/ondernemers,<br />

diegenen die beleggen in het kader van een door hen gedreven<br />

(fictieve) onderneming en bij wie de belegging tot hun ondernemingsvermogen<br />

dient te worden gerekend. Tenslotte de<br />

participanten/vennootschappen, de participanten die via hun<br />

persoonlijke NV of BV beleggen.<br />

De belastingheffing van zogenoemd fictief buitenlandse<br />

belastingplichtigen zal buiten beschouwing blijven. Ook zal niet<br />

nader worden ingegaan op de positie van buitenlandse belastingplichtigen<br />

die er voor hebben gekozen om voor de heffing van<br />

de Nederlandse inkomstenbelasting als binnenlands belastingplichtigen<br />

te worden behandeld.<br />

3.1. Participanten/natuurlijk personen<br />

De inkomsten die de participanten uit hun participatie in de<br />

Commanditaire Vennootschap genieten, kunnen, afhankelijk van<br />

de omstandigheden, bij participanten/natuurlijk personen in box 1<br />

of box 3 vallen. Hierbij geldt dat indien de inkomsten belast worden<br />

op grond van een bepaling in box 1, belastbaarheid op grond van<br />

box 3 niet meer aan de orde kan komen.<br />

<strong>Global</strong> <strong>State</strong> Investments B.V. heeft aangegeven dat het<br />

project bestaat uit de aankoop van grond door de KG. Na de aankoop<br />

zal de KG infrastructuur aanleggen op de grond en de grond<br />

in verschillende kavels verdelen. Vervolgens zal de KG rechtstreeks<br />

de percelen grond aan een aantal partijen verkopen. Deze personen<br />

zullen dan, samen met de KG, een bouwonderneming selecteren<br />

waarmee deze personen een contract zullen sluiten om een<br />

woning te bouwen op de grond.<br />

Aan de KG komt het verschil ter grootte van de verkoopprijs<br />

van het huis en de overeengekomen kostprijs van het huis, zijnde<br />

de vooraf overeengekomen prijs die aan de bouwonderneming<br />

betaald moet worden, toe. Met de bouwonderneming zal een<br />

zogenoemde ‘Provisionsvereinbarung’ worden overeengekomen<br />

waarin zal worden afgesproken hoe dit verschil door de bouwonderneming<br />

aan de KG zal worden betaald. De KG loopt geen<br />

projectontwikkelingsrisico terzake van dit project. Dit risico ligt<br />

volledig bij de bouwonderneming. In dat geval zullen de inkomsten<br />

die de participanten/natuurlijk personen ontvangen in beginsel<br />

worden belast in box 3.<br />

33<br />

Indien de activiteiten van de KG niet als een onderneming<br />

kwalificeren, zullen de participanten/natuurlijk personen voor hun<br />

deelname in de Commanditaire Vennootschap worden belast in<br />

box 3. Om op het punt van de boxindeling zekerheid te verkrijgen<br />

is de kwalificatie van de activiteiten van de KG, en daarmee de<br />

belastingheffing voor de participanten/natuurlijk personen, met de<br />

belastingdienst afgestemd.<br />

3.1.1. Belastingheffing in box 3<br />

Het (belastbaar) voordeel voor bezittingen welke worden<br />

belast in box 3 wordt gesteld op 4% (forfaitair rendement) van het<br />

gemiddelde van de rendementsgrondslag aan het begin en aan<br />

het einde van het kalenderjaar, voor zover dit gemiddelde meer<br />

bedraagt dan het heffingsvrije vermogen. Over het aldus berekende<br />

forfaitaire rendement is vervolgens belasting verschuldigd naar een<br />

tarief van 30%. De rendementsgrondslag is de waarde van de aan<br />

box 3 toerekenbare bezittingen minus de aan box 3 toe te rekenen<br />

schulden, waarbij Nederlandse belastingschulden buiten beschouwing<br />

dienen te worden gelaten. Het heffingsvrije vermogen<br />

bedraagt € 19.698 (2006) per belastingplichtige. Voor belastingplichtigen<br />

van 65 jaar en ouder wordt het heffingsvrije vermogen<br />

onder bepaalde voorwaarden verhoogd met de ouderentoeslag,<br />

waarvan de hoogte afhankelijk is van het door de betreffende<br />

belastingplichtige genoten inkomen uit box 1 (inkomen uit werk<br />

en woning).<br />

Indien de participatie in de Commanditaire Vennootschap<br />

in box 3 wordt belast, betekent dit dat het forfaitair rendement<br />

wordt berekend over het gemiddelde van de waarde van de<br />

participatie aan het begin en het einde van het kalenderjaar.<br />

Het daadwerkelijk resultaat uit de participatie en eventuele<br />

vermogenswinsten spelen geen rol voor de bepaling van het<br />

forfaitair rendement. Ook in de jaren dat er per saldo een verlies<br />

wordt geleden dient er over het forfaitaire rendement belasting te<br />

worden betaald. Kosten, inclusief rente verschuldigd op leningen<br />

aangegaan ter financiering van de participatie, kunnen niet in<br />

aftrek worden gebracht maar verlagen uiteraard wel de grondslag<br />

voor het forfaitair rendement.<br />

3.1.2. Voorkoming dubbele belasting in box 3<br />

In Nederland woonachtige natuurlijke personen zijn in<br />

beginsel onderworpen aan inkomstenbelasting met betrekking tot<br />

hun wereldwijde belastbare inkomen. Op grond van het verdrag<br />

ter voorkoming van dubbele belasting tussen Nederland en<br />

Duitsland zal Nederland echter een vrijstelling ter voorkoming van<br />

dubbele belasting verlenen in verband met de in Duitsland reeds<br />

verschuldigde belasting.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!