Th&ma Hoger Onderwijs 2021-1
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
TH MA 1-21
Spagaat
De bijwerkingen van meritocratie
Huisman
M
eritocratie: niet te verwarren met merinocratie,
een samenleving gedomineerd door schapen
(Nieuw-Zeeland, Texel) en perritocratie, een
samenleving geregeerd door jonge honden.
Ik begrijp de aanhangers van het meritocratisch gedachtengoed
wel. Het idee dat prestaties de sociaal-economische
positie van een individu zouden moeten bepalen is sympathiek,
als je het afzet tegen de gedachte dat in een nog niet
zo grijs verleden afkomst allesbepalend was. Gooi er nog
een romantisch sausje overheen en iedereen smelt weg bij
verhalen waarin krantenverkopers miljonairs worden, sloppenkinderen
wereldvoetballers en analfabeten Nobelprijswinnaars.
Ja, echt waar, ze hebben er allemaal keihard voor
gewerkt, ze hebben het echt verdiend!
Het probleem is natuurlijk niet het belonen van prestaties.
De meritocratie is blind voor het feit dat niet iedereen een
gelijke startpositie heeft kunnen verwerven en onderkent
in onvoldoende mate de ongelijke beloning voor prestaties.
Wie legt mij uit waarom een piloot zes keer zoveel zou
moeten verdienen als een buschauffeur? Of waarom een
hoogleraar bijna tweeënhalf keer zoveel verdient als een
docent in het lager onderwijs? Sociologische en economische
antwoorden zijn er te over, maar die gaan veelal niet
in op de rechtvaardigheid van die verschillen. Het meest
tragische is misschien wel dat het (hoger) onderwijs – toch
bedoeld als grote gelijkmaker – niet in zijn taak is geslaagd
en volgens velen zelfs bijdraagt aan het in stand houden van
de meritocratie.
Wie legt mij uit waarom
een piloot zes keer zoveel
zou moeten verdienen
als een buschauffeur?
netwerken – bij aan het bestendigen van verschillen. En die
verschillen betalen zich weer uit bij de intrede in de arbeidsmarkt
en het vervolg van de carrière.
Onze hogeronderwijsinstellingen zitten in een spagaat.
Uiteraard hebben ze nobele intenties om de toegang tot
het hoger onderwijs te vergemakkelijken en ondersteuning
te bieden aan studenten die het nodig hebben. Tegelijkertijd
dragen ze door het oprichten van university colleges,
excellentieprogramma’s en het nastreven van een world
class-status uiteraard sterk bij aan het creëren en in stand
houden van ongelijkheden binnen en tussen instellingen.
Wellicht zou de minister van de instellingen kunnen eisen
dat ze voor elke euro die ze aan excellentie besteden twee
euro dienen te investeren in initiatieven op het terrein van
gelijkheid en diversiteit?
Als samenleving mogen we er wellicht trots op zijn dat tegenwoordig
een veel groter deel van de bevolking een hoger
diploma behaalt. Maar we vergeten twee belangrijke dingen.
Ten eerste: de kloof met degenen die minder onderwijs hebben
genoten blijft groot. Elk jaar extra genoten onderwijs levert
grosso modo al sinds de jaren zestig 10 procent privaat
rendement op. Het maatschappelijke signaal is krachtig:
ondanks de democratisering van het hoger onderwijs wordt
slim zijn veel meer gewaardeerd dan handig zijn.
Ten tweede: tussen de ‘slimme’ uitverkorenen vindt sterke
concurrentie plaats. Draagkrachtige ouders en studenten
die het sociaal-cultureel-economisch kapitaal van hun ouders
hebben geërfd, dragen – door eenvoudig te bekostigen
bijlessen, internationale studie-ervaringen en cv-waardige
stageplaatsen verworven door het aanboren van de juiste
De structurele oplossing is uiteraard ingrijpender, maar
eigenlijk simpel. Er zijn meer publieke investeringen in het
lager en secundair onderwijs nodig, specifiek gericht op het
verkleinen van ongelijkheden. Waar moet dat geld vandaan
komen? Ook hier een simpel antwoord: van de draagkrachtigen
die onevenredig profijt hebben van de meritocratie.
Als alumni hiertoe niet bereid zouden blijken te zijn, is dat
een veeg teken. Het zou betekenen dat het hoger onderwijs
tekortschiet in zijn democratiserende functie.
Jeroen Huisman
is hoogleraar sociologie, verbonden aan het Centre for Higher
Education Governance Ghent, Universiteit Gent en vast
columnist van Th&ma
26