klik hier - Haags Milieucentrum

Ontdek de energie van Den Haag
Als deze Branding verschijnt is het
stookseizoen alweer begonnen. Het
komende halfjaar zal weer heel wat
warmte onbenut door schoorstenen en
door kieren verdwijnen. Om aandacht voor
energiebesparing en duurzame energie te
vragen, zou er ieder jaar een Energiedag
moeten komen, vindt het Haags Milieucentrum.
Dit jaar wordt het idee beproefd op
7 oktober.
Het Haags gemeentebestuur wil dat
Den Haag op termijn een CO 2 -neutrale
stad wordt. Dat wil zeggen dat er evenveel
energie wordt opgewekt als verbruikt.
Een even prijzenswaardige als
ambitieuze doelstelling, die slechts met
grote inspanningen gerealiseerd kan worden.
Gelukkig gebeurt er in Den Haag nu
al meer dan veel mensen weten. Hoog
boven onze hoofden draaien wat windturbines,
diep onder onze voeten wacht
warm en koud water om opgepompt
te worden als het geschikte moment
daarvoor aangebroken is. Tegelijkertijd
schijnt de zon op PV-panelen, die
de zonne-energie in elektrische stroom
omzetten, en op zee, waar over een tijdje
de warmte uitgehaald kan worden.
Op 7 oktober kunt u zelf zien hoe een
aantal van die processen in hun werk
gaan. Diverse gebouwen waar op een
innovatieve manier met energie omgegaan
wordt, openen dan hun deuren. Er
4 branding oktober-december
is een fietstocht uitgezet die langs die
projecten leidt.
Water en wind
Van het vertrekpunt, het stadhuis, zal
zo goed als iedere Hagenaar weten dat
dit het resultaat is van een competitie
tussen vijf gerenommeerde architecten.
En, niet te vergeten, tussen twee gedreven
wethouders. Slechts weinig mensen
zullen weten dat het gebouw over
geavanceerde voorzieningen op energiegebied
beschikt. Het stadhuis/bibliotheekcomplex
was in 1995 het eerste
bodemenergieproject in Den Haag.
In de bodem onder het complex is op
een diepte van 25-65 meter koud water
opgeslagen, waarmee 40 tot 80% elektriciteit
bespaard kan worden. Het
bodemopslagsysteem dient ‘s zomers
voor koeling, ‘s winters zorgt het voor
de voorverwarming van de luchtbehandeling
van de gebouwen en voor de koeling
van de computerruimtes. Het opgewarmde
water wordt op zijn beurt weer
voor verwarming gebruikt. Op het dak
van het stadhuis, goed zichtbaar vanuit
de Fluwelen Burgwal, staat sinds eind
2004 een Turby te draaien. Dit is een
kleine windturbine voor stroomopwekking,
speciaal ontwikkeld voor gebruik
op gebouwen van meer dan 15 meter
hoog. De opbrengst van deze ‘slagroomklopper’
is ongeveer 5.000 kWh per jaar
(of 2.500 W continu): genoeg voor twee
kleine huishoudens.
Vanaf het stadhuis voert de fietsroute
naar De Resident. Dit dichtbebouwde
gebied kent een grote en geconcentreerde
energievraag. Mede doordat VROM
en de Rijksgebouwendienst de milieuvoordelen
van stadskoeling zwaar lieten
wegen ontstond draagvlak voor een
apart koudenet. De beeldbepalende
kantoorgebouwen Castalia, Helicon, de
Zürich-toren en het VROM-gebouw zijn
hierop aangesloten. Overigens scoort het
gebouw van het milieuministerie pover
waar het gaat om energiemaatregelen.
Slechts op een uitbouw aan de kant van
het Prins Bernhardviaduct zijn zonnepanelen
te vinden.
Heel anders is dat bij het Provinciehuis,
de volgende stop op de route. Hier
is het grootste zonnedak van de stad
te vinden. De in totaal 486 zonnepanelen
(met een totale oppervlakte van 600
m 2 ) leverden afgelopen jaar meer dan
60.000 kWh op.
Zonnepanelen bedekken ook het dak
van een nieuwbouwpand van Shell aan
de Carel van Bylandtlaan. Bijzonder zijn
daar vooral de temperatuurregulerende
ramen.
Zittend op de zonnebank
Een zonnebank is doorgaans niet iets
wat je met energiebesparing associeert –
de zuinigste die wij bij een snelle speurtocht
op internet tegenkwamen verbruikt
altijd nog 1500 W – maar in Madurodam
staat een zonnebank die energie opwekt.
Hij is namelijk opgebouwd uit zonnepanelen.
Erachter staat een complete wand
van zonnepanelen, bedoeld om bezoekers
inzicht te geven in de werking van