24.02.2013 Views

Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius

Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius

Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Heemkundekring</strong> <strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong> <strong>To<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> <strong>Nu</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong>, 1982,<br />

INHOUDSOPGAVE Pagina<br />

I.Inleiding 3<br />

II.Prehistorie 6<br />

III.Plaatsnam<strong>en</strong> 22<br />

IV.Wereldlijke geschied<strong>en</strong>is tot 1796 59<br />

1. Geschied<strong>en</strong>is van <strong>Weelde</strong> 59<br />

2. Kroniek van <strong>en</strong>kele geslacht<strong>en</strong> 77<br />

3. Weeldse universitair<strong>en</strong> 83<br />

4. Volk <strong>en</strong> bodem 86<br />

5. Ramp<strong>en</strong>,onlust<strong>en</strong> <strong>en</strong> epidemieën 89<br />

V. Wereldlijke geschied<strong>en</strong>is na 1796<br />

1. Bestuurlijke <strong>en</strong> economische geschied<strong>en</strong>is 92<br />

2. <strong>Weelde</strong> tijd<strong>en</strong>s de twee wereldoorlog<strong>en</strong> 99<br />

3. Het spoor van <strong>Weelde</strong>-Statie 105<br />

4. Emmaus 111<br />

5. Brandweer 113<br />

6. De Overheide 115<br />

VI. Kerkelijke Geschied<strong>en</strong>is<br />

1. De parochie van St.-Michiel 118<br />

2. De parochie van St.-Jan 154<br />

3. De parochie van O.L.Vrouw van de Roz<strong>en</strong>krans 163<br />

4. Weeldse geestelijk<strong>en</strong> 165<br />

5. <strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>, e<strong>en</strong> Weeldse heilige? 176<br />

VII.Het schoolwez<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong><br />

1. Voor 1900 179<br />

2. Na 1900 186<br />

3. Onderwijzers die wij niet verget<strong>en</strong>... 191<br />

VIII.Ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong>


1. Landbouwver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> 194<br />

2. A.C.W.-ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> 200<br />

3. Fanfare St.-<strong>Nicolaus</strong>kring 208<br />

4. Sportkring <strong>Weelde</strong> 1943-1962 210<br />

5. Duiv<strong>en</strong>maatschappij De Overvliegers 217<br />

6. De oude schuttersgild<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> 219<br />

7. Davidsfonds 223<br />

8. <strong>Weelde</strong>zang 225<br />

IX. Oude ambacht<strong>en</strong><br />

1. De windmol<strong>en</strong> bij de St.-Michielskerk 228<br />

2. De hout<strong>en</strong> mol<strong>en</strong> 229<br />

X. Folklore<br />

1. Leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijgeloof 234<br />

2. Viering<strong>en</strong> 234<br />

3. Anecdot<strong>en</strong> 239<br />

4. Adriaan Kol<strong>en</strong> 250


I.Inleiding<br />

De verdi<strong>en</strong>ste van e<strong>en</strong> heemkundekring ligt niet in e<strong>en</strong> groot aantal led<strong>en</strong>, niet in op<strong>en</strong>baar vertoon,<br />

<strong>en</strong> niet in feestelijke bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>. Ze ligt integ<strong>en</strong>deel in het noeste werk dat in alle stilte wordt<br />

verricht <strong>en</strong> waarvan het resultaat maar e<strong>en</strong>s om de paar jaar op<strong>en</strong>baar gemaakt kan word<strong>en</strong>. En dat<br />

dan nog in het beste geval. De jongste jar<strong>en</strong> is er door e<strong>en</strong> weliswaar beperkte groep led<strong>en</strong> van de<br />

<strong>Heemkundekring</strong> <strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong> ongelooflijk veel werk verricht in de archiev<strong>en</strong> van onze<br />

fusiegeme<strong>en</strong>te. Het resultaat liegt er niet om: achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s versch<strong>en</strong><strong>en</strong> nu al vier boek<strong>en</strong>:<br />

- Wel <strong>en</strong> Wee in <strong>Weelde</strong> in 1978;<br />

- Poppel in Goede <strong>en</strong> Kwade Dag<strong>en</strong> in 1979;<br />

- Zoals Ze War<strong>en</strong>: Ravels, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel in Pr<strong>en</strong>tkaart<strong>en</strong>, insgelijks in 1979;<br />

- Ravels in Lief <strong>en</strong> Leed in 1980.<br />

Heel het jaar 1981 di<strong>en</strong>de besteed te word<strong>en</strong> aan verder opzoekings- <strong>en</strong> redactiewerk aan het boek,<br />

waarvan u hier e<strong>en</strong> exemplaar in de hand hebt. Het is uitermate zwaar werk geweest dat geheel<br />

onbaatzuchtig, maar toch t<strong>en</strong> koste van veel tijd <strong>en</strong> persoonlijk geld door de redactie is verricht. Dit<br />

jaar belev<strong>en</strong> wij dan weer e<strong>en</strong>s zo'n mom<strong>en</strong>t van -wij mog<strong>en</strong> het gerust zegg<strong>en</strong>- groot geluk, waarop<br />

wij voor het voetlicht mog<strong>en</strong> tred<strong>en</strong> met de nieuwe boreling: <strong>Weelde</strong> <strong>To<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> <strong>Nu</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong> <strong>To<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> <strong>Nu</strong> wil e<strong>en</strong> goed leesbaar getuig<strong>en</strong>is zijn van het verled<strong>en</strong> <strong>en</strong> het hed<strong>en</strong> van de<br />

deelgeme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong>. Historisch gezi<strong>en</strong> heeft deze deelgeme<strong>en</strong>te e<strong>en</strong> rijk verled<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> mag<br />

ze bog<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> uitgebreid archief. In die zin is het aang<strong>en</strong>aam werk<strong>en</strong> geweest. Wij hop<strong>en</strong>, dat u<br />

aan dit boek veel plezier beleeft. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is het beslist e<strong>en</strong> waardevol bezit voor de toekomst. Ook<br />

dat telt. We mog<strong>en</strong> zelfs stell<strong>en</strong>, dat dit het <strong>en</strong>orme risico (want zo'n boek uitgev<strong>en</strong> kost e<strong>en</strong> fortuin)<br />

ruimschoots waard was. Wij staan erop alle medewerkers aan dit boek van harte te bedank<strong>en</strong>, ook<br />

all<strong>en</strong> die zijdelings of direct de werkgroep met informatie, docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of wat dan ook behulpzaam zijn<br />

geweest. Wij do<strong>en</strong> niemand onrecht aan, als wij zeer speciaal drie m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uit de werkgroep extra<br />

vermeld<strong>en</strong> om hun onverdrot<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet aflat<strong>en</strong>de inspanning<strong>en</strong>. Dat zijn Marc Vermeer<strong>en</strong>, Willem<br />

Pauluss<strong>en</strong> <strong>en</strong> Cyriel Verbeek. Aan h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> extra woord van dank, maar ook van lof voor de geleverde<br />

prestatie. De heemkundekring hoopt in de toekomst nog meer voor het nageslacht te kunn<strong>en</strong><br />

bewar<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong> in geschrift<strong>en</strong>, maar ook in monum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Maar daar hoort u hopelijk e<strong>en</strong><br />

volg<strong>en</strong>de keer meer van<br />

<strong>Weelde</strong>, nog net dat stukje Vlaander<strong>en</strong> bij de gr<strong>en</strong>s, vult sam<strong>en</strong> met Poppel de rechtse bochel die<br />

België in het noord<strong>en</strong> vertoont. Administratief moest het g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> met de functie van<br />

deelgeme<strong>en</strong>te van Ravels -e<strong>en</strong> beetje pijnlijk als je terugd<strong>en</strong>kt aan de roemrijke Vrijheid <strong>Weelde</strong> van<br />

weleer- <strong>en</strong> ressorteert het onder het kanton Ar<strong>en</strong>donk, het arrondissem<strong>en</strong>t Turnhout <strong>en</strong> de provincie<br />

Antwerp<strong>en</strong>. Als je rond <strong>Weelde</strong> loopt, dan leg je ongeveer 30 km af: in het noord<strong>en</strong> 7,9 km langs<br />

Poppel, in het oost<strong>en</strong> 2,6 km langs de Nederlandse gr<strong>en</strong>s, in het zuid<strong>en</strong> 8,7 km langs Ar<strong>en</strong>donk <strong>en</strong><br />

Ravels, in het zuidwest<strong>en</strong> 3,6 km langs Turnhout <strong>en</strong> in het west<strong>en</strong> 7,1 km langs het bonte dorp Baarle<br />

(Hertog <strong>en</strong> Nassau). Daarbinn<strong>en</strong> prijkt dus <strong>Weelde</strong> met zijn 3724,26 hektar<strong>en</strong> oppervlakte.<br />

Dit stukje <strong>Weelde</strong> is mijn ...<br />

<strong>Weelde</strong>, de trots van alle <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong>, maar toch e<strong>en</strong> kleine republiek. <strong>Weelde</strong> is e<strong>en</strong> federatie van<br />

drie gebiedsdel<strong>en</strong>: het Kerkeinde, de Straat <strong>en</strong> de Statie! Ze vall<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de drie parochies van<br />

nu: de Sint-Michielsparochie (Kerkeinde of C<strong>en</strong>trum), de Sint-Jansparochie (Straat) <strong>en</strong> de Onze-Lieve-<br />

Vrouwparochie (Statie). Sint-Michiel vormt de historische kern <strong>en</strong> is ook de grootste parochie<br />

geblev<strong>en</strong>. En toch ligt juist deze parochie niet langs e<strong>en</strong> belangrijke verkeersweg. Je moet er e<strong>en</strong><br />

ommetje voor mak<strong>en</strong>. Sint-Jan <strong>en</strong> Onze-Lieve-Vrouw daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> wel, resp. langs de belangrijke<br />

internationale weg<strong>en</strong> Turnhout-Tilburg-'s-Hertog<strong>en</strong>bosch <strong>en</strong> Turnhout-Breda. <strong>Weelde</strong>, drie<br />

agglomeraties dus, eig<strong>en</strong>lijk erg verscheid<strong>en</strong>, maar als het erop aankomt, één van hart <strong>en</strong> overtuiging.<br />

<strong>Weelde</strong> heeft ook steeds e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>s gehuchtslev<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>d. Elk gehucht vormde door de eeuw<strong>en</strong><br />

he<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hecht geheel. Je merkt het vandaag de dag nog steeds. Kijk maar naar de jaarlijkse


carnavalstoet <strong>en</strong> naar de diverse kermiss<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> gebaar van grootmoedigheid ev<strong>en</strong>wel trekk<strong>en</strong> de<br />

<strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> wel naar elkaars festiviteit<strong>en</strong>. Gehucht<strong>en</strong> met ronk<strong>en</strong>de nam<strong>en</strong>: de Straat, de Kerk, de<br />

Statie, de Hegge, het Schoot, de Overheide, het Mol<strong>en</strong>einde, de Zuid-Heikant, de Noord-Heikant, de<br />

Leemputt<strong>en</strong> (met de Brein), het Singeltje, het Ge<strong>en</strong>einde, de Dijk, het Hummelshoek, de Meir, de<br />

Prins<strong>en</strong>laan, het Laar, de Dreef, de Eelsestraat, het Mol<strong>en</strong>heike, de Brusselsestraat, de<br />

Geme<strong>en</strong>telaan, het Rot <strong>en</strong> de Bakstraat groeper<strong>en</strong> elk huiz<strong>en</strong> waarvan de bewoners e<strong>en</strong> sterke<br />

verbond<strong>en</strong>heid met elkaar voel<strong>en</strong>. Sommige nam<strong>en</strong> zijn erg oud, andere zijn de jongste jar<strong>en</strong><br />

prijsgegev<strong>en</strong> aan de officiële nam<strong>en</strong>taal, nog andere zijn nieuwe creaties, maar alle hebb<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong><br />

gelad<strong>en</strong> inhoud <strong>en</strong> e<strong>en</strong> sociale betek<strong>en</strong>is.<br />

E<strong>en</strong> dorp met e<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>gde bevolking<br />

Historisch is <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> erg e<strong>en</strong>zijdig op de landbouw gerichte geme<strong>en</strong>te geweest. Vooral na de<br />

tweede wereldoorlog is er duchtig gebouwd, t<strong>en</strong>gevolge waarvan er zich ook arbeiders- <strong>en</strong><br />

bedi<strong>en</strong>d<strong>en</strong>gezinn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vestig<strong>en</strong>. Dit merk je vooral in de zgn. nieuwe wijk<strong>en</strong>, als daar<br />

zijn: wijk<strong>en</strong> op <strong>Weelde</strong>-Statie, het Rot, de Straatakkers. Dat komt daardoor, dat <strong>Weelde</strong>-Statie e<strong>en</strong><br />

industrieterrein kreeg <strong>en</strong> dat Turnhout, Tilburg, Breda <strong>en</strong> andere Noordbrabantse geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor hun<br />

industrialiseringsproces e<strong>en</strong> beroep ded<strong>en</strong> op de als vlijtig <strong>en</strong> werkzaam bek<strong>en</strong>d staande Kemp<strong>en</strong>se<br />

bevolking. De landbouwers blev<strong>en</strong> vooral zitt<strong>en</strong> op de oudere gehucht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de buit<strong>en</strong>kant<strong>en</strong> van de<br />

geme<strong>en</strong>te. De hele evolutie mag m<strong>en</strong> er één van de goede soort noem<strong>en</strong>: <strong>Weelde</strong> is e<strong>en</strong> welvar<strong>en</strong>de<br />

geme<strong>en</strong>schap geword<strong>en</strong>.<br />

Van berg<strong>en</strong> kun je amper sprek<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> toch ligg<strong>en</strong> er de bek<strong>en</strong>de Hoogeindse berg<strong>en</strong>, maar dan is de term "berg" echt wel e<strong>en</strong><br />

eufemisme. De bodemverhev<strong>en</strong>heid van <strong>Weelde</strong> schommelt meestal tuss<strong>en</strong> 26 <strong>en</strong> 36 meter bov<strong>en</strong> de<br />

zeespiegel. Het c<strong>en</strong>trum ligt iets hoger dan de uitkant<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom scheidt het twee bekk<strong>en</strong>s van<br />

elkaar af: het Schelde- <strong>en</strong> het Maasbekk<strong>en</strong>. Inderdaad, de oostelijke <strong>en</strong> het noordwestelijke gedeelt<strong>en</strong><br />

lat<strong>en</strong> hun water resp. via de Aa <strong>en</strong> de Leiloop naar de Maas strom<strong>en</strong>, terwijl het zuidwestelijk deel zijn<br />

water via de Mark aan de Schelde afstaat. De scheiding ligt dus van noordwest naar zuid.<br />

Je hebt al begrep<strong>en</strong>, dat de Aa e<strong>en</strong> voor <strong>Weelde</strong> belangrijk riviertje is. Ze vloeit door e<strong>en</strong> gebied met<br />

verse beemd<strong>en</strong>, waarvan de hoogte bij de oorsprong van de Aa 30 meter is <strong>en</strong> 26 meter bij het<br />

verlat<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>. T<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van de Aa ligt e<strong>en</strong> vlak dat helt van 31 meter tot 33 meter in het<br />

oost<strong>en</strong> naar 26 tot 28 meter bij de Aa. E<strong>en</strong> gelijkaardig vlak helt van de weg Turnhout-Tilburg af naar<br />

de Aa, ook tuss<strong>en</strong> 30 tot 33 meter <strong>en</strong> ongeveer 26 meter. Het westelijk stuk van <strong>Weelde</strong> vertoont e<strong>en</strong><br />

meer verscheid<strong>en</strong> uitzicht. Vanuit het C<strong>en</strong>trum (31 tot 32 meter) helt e<strong>en</strong> strook naar de Leiloop<br />

(ongeveer 27 meter). Verder bemerk je vanuit het C<strong>en</strong>trum naar het west<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rug (32 tot 34 meter)<br />

die dan in e<strong>en</strong> moerassige streek wegzakt. Maar ook naar het zuid<strong>en</strong> loopt zo'n rug vanuit het<br />

C<strong>en</strong>trum. T<strong>en</strong>slotte daal je vanuit het C<strong>en</strong>trum naar Baarle toe ook lichtjes van 31 tot 33 meter naar 28<br />

meter.<br />

Het water te <strong>Weelde</strong><br />

Over de Aa, die bij de zuidergr<strong>en</strong>s met Ravels ontspringt <strong>en</strong> noordwaarts naar Poppel vloeit, hadd<strong>en</strong><br />

wij het al. Deze rivier vormt over e<strong>en</strong> gedeelte van haar loop de geme<strong>en</strong>tegr<strong>en</strong>s met Ravels <strong>en</strong> met<br />

Poppel. De Leiloop in het noordoost<strong>en</strong> komt uit Baarle-Nassau <strong>en</strong> vloeit langs de gr<strong>en</strong>s naar Poppel.<br />

Onderweg neemt dit riviertje nog net op Weelds grondgebied het water van de Oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>loop op,<br />

die met e<strong>en</strong> kronkel<strong>en</strong>de beweging uit het C<strong>en</strong>trum komt. Die Oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>loop wordt op zijn beurt<br />

gevoed met water uit de Ge<strong>en</strong>eindseloop. De Mol<strong>en</strong>eindseloop slorpt o.m. het water van het<br />

Straatsloopke op, loopt naar het noord<strong>en</strong> <strong>en</strong> mondt uit in de Aa. Maar dat doet ook de Heesdijkseloop<br />

die het water van de Hogedriesloop opneemt.<br />

<strong>Weelde</strong> telt e<strong>en</strong> groot aantal v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Ze ligg<strong>en</strong> verspreid over de oostelijke, zuidelijke <strong>en</strong> westelijke<br />

uitkant<strong>en</strong> van het dorp. Je treft er aan met heerlijke oude nam<strong>en</strong>: het Speeksel, de Paardsdrank, de<br />

Horstv<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, het Huz<strong>en</strong>blek, het Lang V<strong>en</strong>, het Einde-Goorv<strong>en</strong>, de Bogerd, het Breukels Goor, het<br />

Rouwv<strong>en</strong>, het Kievitv<strong>en</strong>, de Vlasroot, het Krom Busseltje, het Bed <strong>en</strong> ga zo maar door. E<strong>en</strong> behoorlijk<br />

aantal van die v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zit ingebed in e<strong>en</strong> nog erg primitief <strong>en</strong> goed bewaard natuurlijk landschap.


En toch ev<strong>en</strong> iets over de Weeldse berg<strong>en</strong><br />

Het hoogste punt van <strong>Weelde</strong> is 36 meter. Wij hoev<strong>en</strong> nauwelijks te zegg<strong>en</strong> dat dit de top van de<br />

Hoogeindse Berg is. Hij is het eindpunt van de rug die vanuit het C<strong>en</strong>trum in westelijke richting loopt.<br />

T<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van het C<strong>en</strong>trum ligt de Voss<strong>en</strong>berg met e<strong>en</strong> hoogte van 32 meter. Verder heb je nog de<br />

Witte Berg<strong>en</strong> die je eig<strong>en</strong>lijk niet opmerkt. Maar ze het<strong>en</strong> nu e<strong>en</strong>maal zo. Ev<strong>en</strong> situer<strong>en</strong>: de Witte<br />

Berg<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> stukje de gr<strong>en</strong>s tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> lop<strong>en</strong> loodrecht op het<br />

Aabekk<strong>en</strong> uit. Ze stek<strong>en</strong> nauwelijks bov<strong>en</strong> de omgeving uit, maar ze het<strong>en</strong> zo, omdat de omligg<strong>en</strong>de<br />

beemd<strong>en</strong> <strong>en</strong> boss<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> hoogte van 26 tot 28 meter hal<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>de verhev<strong>en</strong>heid is<br />

t<strong>en</strong>slotte de "Motte", waarop het Hof t<strong>en</strong> Berg<strong>en</strong> heeft gestaan <strong>en</strong> waar nu de pastorij van <strong>Weelde</strong>-<br />

C<strong>en</strong>trum is geleg<strong>en</strong>. Rond die verhev<strong>en</strong> plek is e<strong>en</strong> brede gracht gegrav<strong>en</strong>, de zgn. Burcht.<br />

<strong>Weelde</strong> vertoont niettemin e<strong>en</strong> boei<strong>en</strong>de afwisseling in zijn landschapp<strong>en</strong><br />

De ligging zelf, de bodemverhev<strong>en</strong>heid, de waterverdeling, de grondsam<strong>en</strong>stelling <strong>en</strong> zelfs de<br />

eig<strong>en</strong>aars der grond<strong>en</strong> zijn zovele factor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> rol hebb<strong>en</strong> gespeeld in de verdeling van de bos-<br />

<strong>en</strong> bouwland<strong>en</strong> zoals die er op onze dag<strong>en</strong> uitziet. In <strong>Weelde</strong> prat<strong>en</strong> de autochtone bewoners nog wel<br />

e<strong>en</strong>s van "de Binn<strong>en</strong>" <strong>en</strong> de "Heide". Met die "Binn<strong>en</strong>" bedoel<strong>en</strong> zij dan de grond<strong>en</strong> die in het<br />

bewoonde gebied ligg<strong>en</strong>, m.n. in <strong>en</strong> rond het C<strong>en</strong>trum, de Straat <strong>en</strong> de Statie. Daarteg<strong>en</strong>over moet<strong>en</strong><br />

wij stell<strong>en</strong>, dat de term "Heide"voor de tijd van nu e<strong>en</strong> zeer ruime betek<strong>en</strong>is heeft. Immers, met deze<br />

naam wijst m<strong>en</strong> dan naar de grote periferische gebied<strong>en</strong>, zoals de Overheide, het Breukels Goor, de<br />

Geme<strong>en</strong>teboss<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. <strong>en</strong> juist daar heeft m<strong>en</strong> de jongste dertig jaar heel wat oppervlakt<strong>en</strong><br />

gecultiveerd. En toch merk je, als je de kaart van <strong>Weelde</strong> bekijkt, nog steeds hoe sterk de drie<br />

agglomeraties omgev<strong>en</strong> zijn door cultuurgrond<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoezeer de daarrondligg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> nog<br />

overweg<strong>en</strong>d hun oorspronkelijk karakter van boss<strong>en</strong>, heide <strong>en</strong> moerass<strong>en</strong> behield<strong>en</strong>.<br />

In teg<strong>en</strong>stelling tot de aansluiting die er is tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-Straat, ook inzake<br />

grondcultivering, blijft <strong>Weelde</strong>-Statie nog wat geïsoleerd in de westhoek ligg<strong>en</strong>. Het grote domein van<br />

de familie Van Havre bleef lange tijd e<strong>en</strong> prachtig natuurgebied, bezaaid met d<strong>en</strong>n<strong>en</strong>boss<strong>en</strong>, heide,<br />

v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, moerass<strong>en</strong> <strong>en</strong> krek<strong>en</strong>. Dankzij het toegangsverbod kon de natuur hier ongestoord haar werk<br />

do<strong>en</strong> <strong>en</strong> bleef het e<strong>en</strong> uniek museum van plant<strong>en</strong> <strong>en</strong> dier<strong>en</strong>. Maar de tijd<strong>en</strong> verander<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook hier is<br />

m<strong>en</strong> volop bezig met de verkoop, t<strong>en</strong>gevolge waarvan de diverse oppervlakt<strong>en</strong> nieuwe bestemming<strong>en</strong><br />

krijg<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> ander groot gebied wordt gevormd door de Geme<strong>en</strong>teboss<strong>en</strong> in het west<strong>en</strong>. Systematisch<br />

aangeplante boss<strong>en</strong> ontnem<strong>en</strong> er het zicht op moerass<strong>en</strong> <strong>en</strong> v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, ook gor<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd.<br />

Aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d <strong>en</strong> zelfs gedeeltelijk eroverhe<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> militaire basis opgericht met e<strong>en</strong> vliegveld <strong>en</strong><br />

opslagplaats<strong>en</strong>. Dat heeft e<strong>en</strong> flink stuk heideland omgeschap<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vlakte met landingsban<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> cultuurgrond<strong>en</strong>. De loop van de Aa zorgt voor e<strong>en</strong> afgetek<strong>en</strong>de strook beemd<strong>en</strong> doorhe<strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong>, net zoals de Leiloop in het Noord<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal lage weid<strong>en</strong> besproeit. Deze verdeling houdt<br />

ook verband met de sam<strong>en</strong>stelling van de oppervlaktelaag. Het bouwland vertoont e<strong>en</strong> opmerkelijk<br />

zwarte bov<strong>en</strong>laag, terwijl m<strong>en</strong> op de heidegrond<strong>en</strong> e<strong>en</strong> dunne laag grijs zand bemerkt. M<strong>en</strong> spreekt<br />

hier van "vliegzand".<br />

Het lijkt e<strong>en</strong> beetje vreemd, maar, zoals bek<strong>en</strong>d zijn er in de vijftiger jar<strong>en</strong> ter hoogte van de<br />

Hoogeindse Berg<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gebied eromhe<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als op e<strong>en</strong> strook van het vliegveld tumuli<br />

(begraafplaats<strong>en</strong>) ontdekt. Vooral het feit, dat in de nabijheid van die tumuli silexrest<strong>en</strong> lag<strong>en</strong>, schijnt<br />

te wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> zeer oude bewoning van die grond<strong>en</strong>. Die zijn nu helemaal niet meer bewoond.<br />

Hooguit kun je zegg<strong>en</strong> dat slechts de jongste eeuw er wat naartoe gebouwd is. E<strong>en</strong> typisch k<strong>en</strong>merk<br />

van vervlog<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> is nag<strong>en</strong>oeg geheel verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>: de houtkant<strong>en</strong>, zoals m<strong>en</strong> die noemde. M<strong>en</strong> trof<br />

ze nog aan tot omstreeks het jaar 1950. Ze war<strong>en</strong> bedoeld als omheining van eig<strong>en</strong>domm<strong>en</strong>, maar<br />

ook als beschutting teg<strong>en</strong> vorst, wind <strong>en</strong> ook wel e<strong>en</strong>s loslop<strong>en</strong>de dier<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> kun je vaak kilometers<br />

ver de veld<strong>en</strong> inkijk<strong>en</strong>, waar je veertig jaar geled<strong>en</strong> overal teg<strong>en</strong> struikgewas aanliep. De<br />

omschakeling van het kleine, gem<strong>en</strong>gde landbouwbedrijf naar het meer e<strong>en</strong>zijdige, grotere bedrijf<br />

heeft ervoor gezorgd, dat grote plekk<strong>en</strong> grond<strong>en</strong> het eig<strong>en</strong>dom werd<strong>en</strong> van één landbouwer of althans<br />

aan één <strong>en</strong> dezelfde landbouwer verhuurd werd<strong>en</strong>. De ruilverkavelingsmethodiek heeft dat sterk<br />

aangemoedigd. Zo merk je nu hier <strong>en</strong> daar hoe veebedrijv<strong>en</strong> ingeplant zitt<strong>en</strong> in oppervlakt<strong>en</strong><br />

weideland, terwijl kipp<strong>en</strong>- <strong>en</strong> vark<strong>en</strong>sbedrijv<strong>en</strong> wat dichter bij de agglomeraties langs de strat<strong>en</strong> staan<br />

opgesteld, veelal betonn<strong>en</strong> of bakst<strong>en</strong><strong>en</strong> constructies in de plaats van de vroegere in gro<strong>en</strong> ingebedde<br />

hoevetjes.


Je kunt niet over <strong>Weelde</strong> prat<strong>en</strong> of je moet het ook ev<strong>en</strong> over Emmaus hebb<strong>en</strong>. Eig<strong>en</strong>lijk is het<br />

oorspronkelijk e<strong>en</strong> stukje Schriek<strong>en</strong>. De Schriek<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> prachtig domein van boss<strong>en</strong> met ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong><br />

boomsoort<strong>en</strong>, vijvers <strong>en</strong> kruidveld<strong>en</strong>. Het grootste gedeelte ligt op Poppels grondgebied. Terwijl op<br />

Poppels gebied het kasteeltje prijkt, heeft m<strong>en</strong> op het grondgebied <strong>Weelde</strong> Emmaus gebouwd. De<br />

familie Misonne deed van Emmaus <strong>en</strong> e<strong>en</strong> mooi stuk tuin eromhe<strong>en</strong> afstand. Daarover wordt elders in<br />

dit boek uitvoerig bericht. Wij beperk<strong>en</strong> ons hier tot de opmerking, dat nog steeds het domein Emmaus<br />

op e<strong>en</strong> prachtige wijze aansluit bij het unieke reservaat, zoals je de Schriek<strong>en</strong> wel zou kunn<strong>en</strong><br />

noem<strong>en</strong>. De plant<strong>en</strong>groei <strong>en</strong> de dier<strong>en</strong>bevolking van Emmaus zowel als de Schriek<strong>en</strong> zijn van aard<br />

om de hoop uit te drukk<strong>en</strong>, dat het geheel in zijn huidige situatie vereeuwigd mag word<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> laatste<br />

merkwaardigheid die wat te mak<strong>en</strong> heeft met de bodemafwisseling is, dat altijd e<strong>en</strong> behoorlijk aantal<br />

boer<strong>en</strong> van het Kerkeinde grond<strong>en</strong> bewonn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op het gebied <strong>Weelde</strong>-Straat <strong>en</strong> niet het<br />

omgekeerde. Dat hangt sam<strong>en</strong> met de merkelijk betere kwaliteit van de cultuurlaag van de grond in de<br />

Straat dan in het C<strong>en</strong>trum. Kernachtig sam<strong>en</strong>gevat kun je stell<strong>en</strong> wat e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> boer zei, terwijl hij in<br />

<strong>Weelde</strong>-Straat stond <strong>en</strong> naar het C<strong>en</strong>trum wees: "Daar ligt <strong>Weelde</strong>, maar hier is <strong>Weelde</strong>!"<br />

De H van <strong>Weelde</strong><br />

De geme<strong>en</strong>te is helemaal uitgebouwd rond de bek<strong>en</strong>de H, waarvan de weg<strong>en</strong> Turnhout-'s-<br />

Hertog<strong>en</strong>bosch <strong>en</strong> Turnhout-Breda de b<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> de Koning-Albertstraat met verl<strong>en</strong>gde de<br />

verbindingsstreep uitmaakt. Op die manier <strong>en</strong> door e<strong>en</strong> paar aftakking<strong>en</strong> is <strong>Weelde</strong> door<br />

verkeersweg<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> voortreffelijke manier verbond<strong>en</strong> met omligg<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> strek<strong>en</strong>. Niet<br />

alle<strong>en</strong> Turnhout, Tilburg, Breda, D<strong>en</strong> Bosch <strong>en</strong> de tuss<strong>en</strong>ligg<strong>en</strong>de dorp<strong>en</strong> zijn vlot bereikbaar, ook<br />

Ar<strong>en</strong>donk <strong>en</strong> verderop Eindhov<strong>en</strong> is dat via Ravels-Eel. Verder heb je als verbindingsweg<strong>en</strong>: de<br />

Hegge met Poppel, de Lage- <strong>en</strong> Hooge-Mierdeweg die over de gr<strong>en</strong>s toegang verschaft tot bedoelde<br />

dorp<strong>en</strong>. In teg<strong>en</strong>stelling tot sommige andere dorp<strong>en</strong> (vb.Poppel) moet je in <strong>Weelde</strong> niet steeds naar<br />

het C<strong>en</strong>trum terugker<strong>en</strong>, als je van de <strong>en</strong>e uithoek naar de andere moet. Want dan kun je over weg<strong>en</strong><br />

als de Leemputseweg, de Meir, het Groot Water, <strong>en</strong>z. Op die manier vormt het weg<strong>en</strong>net opmerkelijk<br />

veel driehoek<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> achttal grote driehoek<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> al lang. Zelfs merk je er al e<strong>en</strong><br />

aantal van op de kaart van Ferraris.<br />

<strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> welvar<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>te<br />

Wij zegd<strong>en</strong> het al: <strong>Weelde</strong> is e<strong>en</strong> dorp waarin de bevolking zich e<strong>en</strong> zekere welstand heeft wet<strong>en</strong> op<br />

te bouw<strong>en</strong>. Dat is natuurlijk mede te dank<strong>en</strong> aan de (beperkte) industrialisering. Vooral echter heeft<br />

daartoe de evolutie van de landbouwtechniek<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong>. Het is ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d, dat de ligging<br />

aan de gr<strong>en</strong>s ervoor gezorgd heeft, dat vele families in daartoe gunstige omstandighed<strong>en</strong> mooie<br />

graantjes kond<strong>en</strong> pikk<strong>en</strong> aan de twee kant<strong>en</strong> van de gr<strong>en</strong>s. Neem nu nog maar de werkgeleg<strong>en</strong>heid<br />

<strong>en</strong> de smokkel in betere tijd<strong>en</strong> (hoewel we eig<strong>en</strong>lijk van slechtere zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong>).<br />

Zo is <strong>Weelde</strong><br />

E<strong>en</strong> fraaie parel aan het snoer van Kemp<strong>en</strong>se dorpjes. Lang niet het minst belangrijke. Daarvoor<br />

zorgde de geschied<strong>en</strong>is. Maar daarover lees je meer op de volg<strong>en</strong>de pagina's van dit boek. Je leest er<br />

over de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die in de loop der tijd<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, <strong>Weelde</strong> hebb<strong>en</strong> gemaakt, er weelde bracht<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> ervoor zorgd<strong>en</strong>, dat de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> er nu met z'n all<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> rustig dorp lev<strong>en</strong>, waarvan je nog steeds<br />

kan zegg<strong>en</strong>, dat het e<strong>en</strong> gezonde long heeft, e<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>aam leefklimaat <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoop fijne tradities.<br />

Want ook dat is lev<strong>en</strong>! Vele auteurs vertell<strong>en</strong> u in dit boek over het rijke verled<strong>en</strong>, over roemrijke<br />

families, over frats<strong>en</strong> <strong>en</strong> folklore uit vervlog<strong>en</strong> jar<strong>en</strong>. Zo was <strong>Weelde</strong>, maar zo is <strong>Weelde</strong> nog e<strong>en</strong><br />

beetje. En als je het nog niet aanvoelt, dan w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wij je toe, dat je het na de lectuur van dit boek wel<br />

zult do<strong>en</strong>, omdat je dan e<strong>en</strong> stukje (meer) <strong>Weelde</strong>naar moet zijn.


II.Prehistorie<br />

A. Midd<strong>en</strong> <strong>en</strong> Nieuwe Ste<strong>en</strong>tijd<br />

Het staat vast dat te <strong>Weelde</strong> reeds m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voorkwam<strong>en</strong> rond 4000 voor Christus. De opgraving<strong>en</strong><br />

van Prof.Vermeersch op de Paardsdrank hebb<strong>en</strong> dit bevestigd. Aanvankelijk leefd<strong>en</strong> deze voorouders<br />

voornamelijk van de jacht. In het Neolithicum (Nieuwe Ste<strong>en</strong>tijd) legde m<strong>en</strong> zich toe op het zaai<strong>en</strong> van<br />

plant<strong>en</strong> <strong>en</strong> het fokk<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> zo over naar de landbouw. Deze oudste<br />

bewoners hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel gebruiksvoorwerp<strong>en</strong> uit ste<strong>en</strong> <strong>en</strong> hout. Het Neolithicum <strong>en</strong> de Bronstijd (de<br />

tijd waarin m<strong>en</strong>, naast st<strong>en</strong><strong>en</strong>, ook bronz<strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong> gaat gebruik<strong>en</strong>) zijn te beschouw<strong>en</strong> als de tijd<br />

waarin hier grafheuvelbouwers leefd<strong>en</strong>. De overgang van de mesolithische jagers <strong>en</strong><br />

verzamelaarscultur<strong>en</strong> naar de neolithische cultur<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> vrij plotseling gebeur<strong>en</strong>. De neolithische<br />

lev<strong>en</strong>swijze werd namelijk door immigrant<strong>en</strong> meegebracht <strong>en</strong> k<strong>en</strong>merkte zich door het optred<strong>en</strong> van<br />

tal van nieuwe cultuurelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: landbouw, min of meer vaste woonplaats<strong>en</strong>, grafheuvels, aardewerk<br />

<strong>en</strong> gepolijste st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijl<strong>en</strong>.<br />

De verandering<strong>en</strong> zijn zo ingrijp<strong>en</strong>d dat m<strong>en</strong> van de neolithische revolutie spreekt. In deze cultuur<br />

treff<strong>en</strong> we boerderij<strong>en</strong> aan van ongeveer 35 bij 8 meter, ook maalst<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> sikkels werd<strong>en</strong><br />

aangetroff<strong>en</strong> (wat op graanteelt wijst). Het grote verschil tuss<strong>en</strong> deze cultuur <strong>en</strong> de mesolithische blijkt<br />

dus wel duidelijk. De landbouw bestond in het neolithicum reeds uit akkerbouw <strong>en</strong> veeteelt. De<br />

akkerbouw werd in de vorm van roofbouw bedrev<strong>en</strong>. Door verbranding van het in het eik<strong>en</strong>m<strong>en</strong>gbos<br />

volop aanwezige dode hout <strong>en</strong> door het kapp<strong>en</strong> van bom<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> stuk bos gerooid. Als graansoort<br />

verbouwde m<strong>en</strong> gerst- <strong>en</strong> tarwesoort<strong>en</strong>, later ook wel erwt<strong>en</strong> <strong>en</strong> vlas. We wet<strong>en</strong> dit door<br />

stuifmeelonderzoek <strong>en</strong> door afdrukk<strong>en</strong> van zad<strong>en</strong> in aardewerk. Daar m<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bemesting k<strong>en</strong>de,<br />

moest m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bouwland al na <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong>. Inmiddels moest in de buurt e<strong>en</strong> nieuw<br />

bouwland ontgonn<strong>en</strong> zijn. Het voor het rooi<strong>en</strong> van bos vereiste zwaardere gereedschap treff<strong>en</strong> we aan<br />

in de vorm van grote gepolijste st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijl<strong>en</strong>. Op de Leemputt<strong>en</strong> werd <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> door<br />

L.Pauluss<strong>en</strong> zo'n bijl gevond<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de jar<strong>en</strong> vijftig werd e<strong>en</strong> gepolijst st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijltje opgegrav<strong>en</strong> aan<br />

de Hegse Brug. Onlangs werd dan nog aan de Schriek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijltje gevond<strong>en</strong>. Neolithische<br />

grafheuvels bestaan uit geelgrijs geaderd zand. Bij de bronstijdgrafheuvels is duidelijk waar te nem<strong>en</strong>,<br />

dat ze uit heideplagg<strong>en</strong> zijn opgebouwd.<br />

B. Bronstijd<br />

Rond 1500 voor Christus kwam<strong>en</strong> stamm<strong>en</strong> uit Midd<strong>en</strong>-Europa onze strek<strong>en</strong> bevolk<strong>en</strong>. Zij vestigd<strong>en</strong><br />

zich ook te <strong>Weelde</strong>. Zij hadd<strong>en</strong> geleerd erts<strong>en</strong> te smelt<strong>en</strong> <strong>en</strong> bronz<strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. Zij<br />

begroev<strong>en</strong> hun dod<strong>en</strong> onder grafheuvels in urn<strong>en</strong>. De nederzetting<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet zomaar willekeurig<br />

gesticht. Ging m<strong>en</strong> zich in e<strong>en</strong> bepaalde streek vestig<strong>en</strong>, dan had m<strong>en</strong> daartoe zowel vroeger als nu,<br />

e<strong>en</strong> red<strong>en</strong>. Die red<strong>en</strong> kan geweest zijn de gunstige ligging van het terrein. Ze kan ook gezocht word<strong>en</strong><br />

in de voordelige situatie van de plaats met betrekking tot verkeer <strong>en</strong> handel. Wel had m<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> geld<br />

als betaalmiddel, maar m<strong>en</strong> ruilde. E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d ruilmiddel war<strong>en</strong> huid<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> gebruikt voor het<br />

vervaardig<strong>en</strong> van kleding, riem<strong>en</strong>, bekleding van schild<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Verder ruilde m<strong>en</strong> silex, voedsel <strong>en</strong><br />

materiaal dat ter versiering di<strong>en</strong>de. Deze bewoners uit het Bronstijdperk, die in de periode 1700 tot<br />

800 voor Christus <strong>Weelde</strong> bevolkt<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vreedzame, rustige boer<strong>en</strong>bevolking zijn geweest.<br />

Grote rijkdom k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zij niet. Door wat veeteelt <strong>en</strong> het bewerk<strong>en</strong> van <strong>en</strong>ige akkers, moest<strong>en</strong> zij in hun<br />

lev<strong>en</strong>sonderhoud voorzi<strong>en</strong>. Waarschijnlijk leverde het houd<strong>en</strong> van bij<strong>en</strong> extra-inkomst<strong>en</strong> op, in e<strong>en</strong> tijd<br />

waarin suiker niet bek<strong>en</strong>d was <strong>en</strong> honing in het gebrek aan zoetstof moest voorzi<strong>en</strong>. Jacht <strong>en</strong> visserij<br />

zull<strong>en</strong> zeker nog e<strong>en</strong> aanvulling van het dagelijks rantso<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gevormd. Bijna alles wat m<strong>en</strong><br />

nodig had, moest m<strong>en</strong> zelf mak<strong>en</strong>.<br />

In hun grafheuvels werd<strong>en</strong> de dod<strong>en</strong> met de nodige eerbewijz<strong>en</strong> begrav<strong>en</strong>. De lijk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bov<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> groot vuur verbrand <strong>en</strong> de rest<strong>en</strong> van de be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> <strong>en</strong> de asse werd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> klein kistje van<br />

ongeveer 70 cm l<strong>en</strong>gte, gewoonlijk e<strong>en</strong> uitgeholde boomstam gelegd <strong>en</strong> begrav<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> rechthoekige<br />

ondiepe kuil, bedekt met omgekeerde heideplagg<strong>en</strong> <strong>en</strong> graszod<strong>en</strong>. Aldus werd er e<strong>en</strong> kleine heuvel<br />

van ongeveer 15 meter doorsnede opgeworp<strong>en</strong>, omgev<strong>en</strong> door eik<strong>en</strong> pal<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gracht of wal.<br />

Later werd<strong>en</strong> de crematierest<strong>en</strong> verzameld in pott<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong> urn<strong>en</strong> noemt. Deze werd<strong>en</strong> met de<br />

hand uit leem gedraaid <strong>en</strong> in op<strong>en</strong> vuur gedroogd <strong>en</strong> verhard. Zulke urn<strong>en</strong> zijn peer- of emmervormig,<br />

20 à 30 cm hoog <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> diameter van 20 à 25 cm of meer. Sommige werd<strong>en</strong> versierd met<br />

afdrukk<strong>en</strong> van zad<strong>en</strong>. Ook te <strong>Weelde</strong> werd<strong>en</strong> vele grafheuvels uit de Bronstijd gevond<strong>en</strong>.


C. Urn<strong>en</strong>veld<strong>en</strong>tijd<br />

Tijd<strong>en</strong>s de late Bronstijd (1000-650 voor Christus) ded<strong>en</strong> zich grote verandering<strong>en</strong> voor. Omstreeks<br />

900 voor Christus bereikt<strong>en</strong> nieuwe cultur<strong>en</strong> onze omgeving. E<strong>en</strong> der markantste elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> daarvan<br />

is het urn<strong>en</strong>veld. M<strong>en</strong> spreekt dan ook van urn<strong>en</strong>veldcultur<strong>en</strong>. Omstreeks 650 voor Christus verdringt<br />

het ijzer het brons <strong>en</strong> begon de IJzertijd die dan inzette met het tweede deel van de Urn<strong>en</strong>veld<strong>en</strong>tijd.<br />

Bij ons was het ijzer in de IJzertijd net zo schaars als het brons in de Bronstijd. Dat is de red<strong>en</strong><br />

waarom m<strong>en</strong> eerder van Urn<strong>en</strong>veld<strong>en</strong>tijd dan van IJzertijd spreekt.<br />

D. Overzicht van gedane opgraving<strong>en</strong><br />

Het is in dit overzicht niet de bedoeling iets nieuws te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in verband met de prehistorie te<br />

<strong>Weelde</strong>. Na de Tweede Wereldoorlog werd serieus begonn<strong>en</strong> met het wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek<br />

van onze prehistorische monum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> volgd<strong>en</strong> de publicaties elkaar in snel tempo op. Dit overzicht<br />

is <strong>en</strong>kel e<strong>en</strong> onvolledige compilatie van wat tot nu toe versche<strong>en</strong>. Wie meer wil wet<strong>en</strong>, verwijz<strong>en</strong> we<br />

naar de uitgebreide literatuurlijst achteraan.<br />

1. Onderzoek van 4 grafheuvels aan het Langv<strong>en</strong> in 1903 door L.Stroobant<br />

De grafheuvelgroep aan het Langv<strong>en</strong> werd in 1902 door stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van Turnhout <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> ontdekt.<br />

Ter plaatse ded<strong>en</strong> zij <strong>en</strong>kele summiere opgraving<strong>en</strong>, maar zij vond<strong>en</strong> blijkbaar niets. In 1904 vond<strong>en</strong><br />

deze stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de onmiddellijke nabijheid 5 urn<strong>en</strong> <strong>en</strong> korte tijd later nog e<strong>en</strong>s 5. Wat met deze<br />

urn<strong>en</strong> gebeurde, is niet bek<strong>en</strong>d. In de Kemp<strong>en</strong>aar van 23 april 1904 lez<strong>en</strong> we: "In dezelfde heide,<br />

ongeveer 25 minut<strong>en</strong> noordwaarts, nabij het Langv<strong>en</strong>, waar in het Paaschverlof van 1902 vier<br />

grafheuvels ontdekt werd<strong>en</strong>, heeft m<strong>en</strong> over e<strong>en</strong>ige dag<strong>en</strong> nog 5 lijkurn<strong>en</strong> aan 't licht gebracht. Deze<br />

lag<strong>en</strong> in gelijk<strong>en</strong> grondslag t<strong>en</strong> Z.O. van d<strong>en</strong> 1ste grafheuvel, nabij de Koningsstraat begrav<strong>en</strong>.<br />

Ongeveer 12 minut<strong>en</strong> in noordelijke richting op d<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>tegrond werd<strong>en</strong> insgelijks 5 lijkurn<strong>en</strong><br />

ontdekt". Op 12 november 1903 onderzocht L.Stroobant de vier grafheuvels aan het Langv<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

publiceerde daarover:<br />

"De vier grafheuvels gegroepeerd bij het Langv<strong>en</strong>, op het kaartje hierbij aangegev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> reeds<br />

onderzocht door stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van Turnhout <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>, alvor<strong>en</strong>s de lokale blad<strong>en</strong> zich bezighield<strong>en</strong> met<br />

onze onderzoeking<strong>en</strong>. Na <strong>en</strong>kele peiling<strong>en</strong>, ontdekt<strong>en</strong> wij op 12 november laatstled<strong>en</strong> in grafheuvel D<br />

e<strong>en</strong> kleine urne van gebakk<strong>en</strong> aarde, het had de vorm van e<strong>en</strong> kommetje <strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de afmeting<strong>en</strong>:<br />

hoogte 10,5 cm, dikte van de wand 1 cm, diameter van de op<strong>en</strong>ing 11 cm <strong>en</strong> diameter grondvlak 6<br />

cm. Het was ruw aardewerk zonder versiering<strong>en</strong>, gemaakt met de hand, <strong>en</strong> bestond uit klei met wat<br />

stukgerolde witte kiezelste<strong>en</strong>tjes. Het had e<strong>en</strong> rood-gele kleur. De urne bevond zich omgekeerd in het<br />

graf met de voet in de lucht, op e<strong>en</strong> bed van houtskool. Dit alles is afkomstig van de lijkverbranding.<br />

De urne bevatte echter niet meer dan e<strong>en</strong> zwarte, onherk<strong>en</strong>bare materie. De kleine afmeting<strong>en</strong> lat<strong>en</strong><br />

ons toe te veronderstell<strong>en</strong> dat het hier niet gaat om e<strong>en</strong> urne die verband houdt met het<br />

begraf<strong>en</strong>isritueel, maar eerder om e<strong>en</strong> vaas die di<strong>en</strong>de voor de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Deze di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> voor<br />

ons e<strong>en</strong> ondoorgrondelijk mysterie. De vaas die we te <strong>Weelde</strong> vond<strong>en</strong> <strong>en</strong> die we aan het museum<br />

"Het Ste<strong>en</strong>" schonk<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>stelling van klei <strong>en</strong> stukgerolde kiezelste<strong>en</strong>tjes. De onvolmaakte<br />

baksels van de urn<strong>en</strong> uit het ijzer<strong>en</strong> tijdperk maakt h<strong>en</strong> zeer brokkelig, omdat ze reeds ongeveer 25<br />

eeuw<strong>en</strong> vochtig in de grond zitt<strong>en</strong>. Het is ook hierdoor dat de vaz<strong>en</strong> van het Hallstadttijdperk zo<br />

zeldzaam zijn. Dokter Hoernes, die e<strong>en</strong> groot deel van de duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> grafheuvels die reeds zijn<br />

ontdekt, heeft onderzocht, constateert de aanwezigheid van wap<strong>en</strong>s, in het bijzonder van brons,<br />

handgereedschap, barnste<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ook, maar wel zeld<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong>. De gewoonte om de<br />

lijk<strong>en</strong> met hun sierad<strong>en</strong> te begrav<strong>en</strong> heeft misschi<strong>en</strong> met de leg<strong>en</strong>de in <strong>Weelde</strong> te mak<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s<br />

dewelke er nog schatt<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> begrav<strong>en</strong> zijn in de heide. Niet ver daarvandaan, namelijk in de heide<br />

van Baarle-Nassau, vond m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bronz<strong>en</strong> bijl, maar dat zijn uitzondering<strong>en</strong>. De meeste van de<br />

grafheuvels in het noord<strong>en</strong> van de provincie Antwerp<strong>en</strong>, verberg<strong>en</strong> niet meer dan wat voorwerp<strong>en</strong> die<br />

hor<strong>en</strong> bij het begraf<strong>en</strong>isritueel. Deze ruwe <strong>en</strong> arme volker<strong>en</strong> hechtt<strong>en</strong> waarschijnlijk te veel waarde<br />

aan hun wap<strong>en</strong>s om ze met hun dod<strong>en</strong> te begrav<strong>en</strong>".<br />

Hij vervolgt: "Niet ver van de grafheuvels bij het Langv<strong>en</strong> verheft zich e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aardig bouwsel. Het is<br />

e<strong>en</strong> ophoging van grond van ongeveer 1 meter hoog, 3 meter dik, <strong>en</strong> het vormt e<strong>en</strong> grote rechthoek<br />

van 220 meter l<strong>en</strong>gte <strong>en</strong> 120 meter breedte. Eertijds war<strong>en</strong> deze plaats<strong>en</strong> afgezet met meerdere rij<strong>en</strong>


om<strong>en</strong>, die volledig het zicht binn<strong>en</strong>in de schans verborg<strong>en</strong>. Midd<strong>en</strong>in bevind<strong>en</strong> zich twee poel<strong>en</strong>, om<br />

het vee te lat<strong>en</strong> drink<strong>en</strong>. We k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> uitstek<strong>en</strong>d de ophoging<strong>en</strong> van aarde die gewoonlijk di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om<br />

de gr<strong>en</strong>s van bezitting<strong>en</strong> in de heide aan te duid<strong>en</strong>, maar hier gaat het om e<strong>en</strong> echte schans. E<strong>en</strong><br />

voetpad, dat langs de grafheuvels loopt, kronkelt zich op e<strong>en</strong> land<strong>en</strong>gte tuss<strong>en</strong> twee mer<strong>en</strong> <strong>en</strong> loopt<br />

naar de schans. Heeft deze schans alle<strong>en</strong> gedi<strong>en</strong>d om het vee te verberg<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de oorlog<strong>en</strong> van<br />

de XVIe eeuw waarvan <strong>Weelde</strong> had te lijd<strong>en</strong>? Of is het e<strong>en</strong> oppidum uit de prehistorie, wat de<br />

nabijheid van grafheuvels doet vermoed<strong>en</strong>?"<br />

Op het gehucht De Tommel verhief zich e<strong>en</strong> ophoging van zand, volledig omgev<strong>en</strong> met water. De<br />

naam van de plaats Tommel (tumulus-grafheuvel) <strong>en</strong> de typische vorm ded<strong>en</strong> L.Stroobant<br />

veronderstell<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> grafheuvel uit het Hallstadttijdperk te do<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>. Hij vergiste zich echter.<br />

De zog<strong>en</strong>aamde grafheuvel was e<strong>en</strong> 20-tal jar<strong>en</strong> daarvoor door boswachter Antoon Berthels<br />

opgehoopt voor het gemak van de zwemmers.<br />

2. J.Stroobant ontdekte silex uit het Tard<strong>en</strong>oisi<strong>en</strong> in 1910<br />

In de omgeving van het Brouwersgoor <strong>en</strong> de Hoogeindse Hei werd reeds in 1903 door L.Stroobant<br />

e<strong>en</strong> zandst<strong>en</strong><strong>en</strong> hamer gevond<strong>en</strong>. Ongeveer op dezelfde plaats vond zijn zoon J.Stroobant in 1910<br />

e<strong>en</strong> belangrijke Tard<strong>en</strong>oisi<strong>en</strong>-woonplaats. Vanaf die datum ded<strong>en</strong> ze er regelmatig opzoeking<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

J.Stroobant schreef hierover: "Met weinig moeite vond<strong>en</strong> wij meerdere honderd<strong>en</strong> zeer kleine silex<br />

voorwerp<strong>en</strong> van het type Tard<strong>en</strong>oisi<strong>en</strong>. Wij hebb<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> deel van opgestuurd naar het museum van<br />

de Cinquant<strong>en</strong>aire in Brussel, naar het Taxandria te Turnhout, <strong>en</strong> ook naar Mr.Ulysse Capitaine,<br />

professor aan de school voor anthropologie te Parijs. De voorwerp<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> zich op e<strong>en</strong> kleine<br />

diepte (7 à 10 c<strong>en</strong>timeter). Afval van de voorwerp<strong>en</strong> komt overvloedig voor, mooie stukk<strong>en</strong> zijn echter<br />

zeldzaam. Het schijnt nu zo dat m<strong>en</strong> op deze plaats eertijds de zeer kleine voorwerp<strong>en</strong> in silex hieuw,<br />

die kunn<strong>en</strong> gedi<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong> als voorwerp<strong>en</strong> bij het viss<strong>en</strong>, omdat op zulke plaats<strong>en</strong> waar zoveel van<br />

deze voorwerp<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, de onveranderlijke nabijheid van e<strong>en</strong> vijver e<strong>en</strong> grote rol speelt.<br />

Wat ook hun bestemming mog<strong>en</strong> geweest zijn, ze gelijk<strong>en</strong> uitstek<strong>en</strong>d op de voorwerp<strong>en</strong> uit gehouw<strong>en</strong><br />

silex van de plateaus van de Amblève, <strong>en</strong> dieg<strong>en</strong>e die gevond<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> op de plateaus van de<br />

Ourthevallei.<br />

M<strong>en</strong> vindt ze zeer veel in Engeland, waar m<strong>en</strong> ze aan het oppervlak vindt. Ze kom<strong>en</strong> zelfs zo<br />

overvloedig voor in sommige del<strong>en</strong> van Devonshire <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>al in de omgeving van Croyde, dat m<strong>en</strong><br />

ook wel e<strong>en</strong>s heeft verondersteld dat ze door de natuur zo gevormd werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet door het werk van<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> treft ze het meest aan bij oude kamp<strong>en</strong>. Het kan ook zijn dat de hier gevond<strong>en</strong><br />

voorwerp<strong>en</strong> pas zijn gebruikt na de Romeinse beschaving, <strong>en</strong> dat ze dus eig<strong>en</strong>lijk e<strong>en</strong> overleving zijn<br />

van het echte Tard<strong>en</strong>oisi<strong>en</strong>tijdperk. Op de Hoogeinds<strong>en</strong> berg werd e<strong>en</strong> lemmet gevond<strong>en</strong> van 8,5 cm,<br />

ook uit silex gehouw<strong>en</strong>." De Nationale Di<strong>en</strong>st voor Opgraving<strong>en</strong> besloot in 1921 op dezelfde plaats<br />

opgraving<strong>en</strong> te gaan verricht<strong>en</strong> onder leiding van L.Leqoeux. M<strong>en</strong> vond 2171 afslag<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

afvalstukk<strong>en</strong>. Twee war<strong>en</strong> bewerkt <strong>en</strong> 410 hadd<strong>en</strong> invloed ondergaan van het vuur. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> vond<br />

m<strong>en</strong> 109 kling<strong>en</strong> <strong>en</strong> fragm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van kling<strong>en</strong>, waarvan 1 was bewerkt, 6 kern<strong>en</strong>, 1 kern die als schaaf<br />

was gebruikt, 6 mesjes, 4 microburijn<strong>en</strong>, 6 driehoekjes, 5 gelijkzijdige <strong>en</strong> 1 gelijkzijdige, 8 kling<strong>en</strong> die<br />

als mess<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gedi<strong>en</strong>d, 12 geretoucheerde kling<strong>en</strong>, 2 spits<strong>en</strong> die langs één zijde geretoucheerd<br />

war<strong>en</strong>, 3 spits<strong>en</strong> waarvan de <strong>en</strong>e zijde helemaal, <strong>en</strong> de andere zijde maar half geretoucheerd was, 5<br />

spits<strong>en</strong> waarvan de basis <strong>en</strong> één zijde war<strong>en</strong> geretoucheerd, 1 spits "à tranchant transversal", 3<br />

spits<strong>en</strong> "losangiques", 7 ondefinieerbare stukk<strong>en</strong>, 1 "troncature oblique".<br />

L.Stroobant vond rond 1921 op de Hoogeindse Berg 60 afslag<strong>en</strong>, 32 kling<strong>en</strong> <strong>en</strong> fragm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van<br />

kling<strong>en</strong>, waarvan 1 was bewerkt, 3 kern<strong>en</strong>, 2 mesjes, 4 spits<strong>en</strong>. We wet<strong>en</strong> dat rond 1877 in de heide<br />

t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, in de nabijheid van het bos Hummel asse <strong>en</strong> be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ontdekt.<br />

Rond 1900 werd dezelfde vindplaats opnieuw gelocaliseerd <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er 5 of 6 grafheuvels<br />

gevond<strong>en</strong>, waarvan er 2 door L.Stroobant werd<strong>en</strong> onderzocht. We wet<strong>en</strong> niet of er iets werd<br />

gevond<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> rond 1900 fragm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van urn<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> op de gr<strong>en</strong>s <strong>Weelde</strong>-Poppel, in de<br />

nabijheid van De Schriek<strong>en</strong>. Nabij de Keutelberg werd in het begin van deze eeuw e<strong>en</strong> niet-gepolijst<br />

bijltje van vuurste<strong>en</strong> ontdekt. In de Hoogeindse Hei vond J.Stroobant e<strong>en</strong> gepolijst vuurst<strong>en</strong><strong>en</strong> bijltje,<br />

op de Hoogeindse Berg ontdekte hij e<strong>en</strong> lemmer van grijze vuurste<strong>en</strong> uit Spi<strong>en</strong>nes.<br />

3. Onderzoek van grafheuvels te <strong>Weelde</strong> in 1957


Bron: G.Beex. Onderzoek van grafheuvels te <strong>Weelde</strong>. In: Taxandria, 1958, blz.1-24.<br />

T<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> lag<strong>en</strong> tot voor <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige grafheuvels op e<strong>en</strong> hoge zandrug die<br />

nauwelijks voor landbouwdoeleind<strong>en</strong> geschikt was. Dat het onderzoek van deze grafheuvels kon<br />

plaatsvind<strong>en</strong> is vooral te dank<strong>en</strong> aan de belangstelling van de her<strong>en</strong> E.Swaan, V.Wijgerde, dokter<br />

L.Van Bael<strong>en</strong> <strong>en</strong> LWoest<strong>en</strong>burg, all<strong>en</strong> won<strong>en</strong>de te <strong>Weelde</strong>. In 1954 was in één der heuvels e<strong>en</strong> urn<br />

gevond<strong>en</strong> door de heer A.Gooss<strong>en</strong>s uit Antwerp<strong>en</strong>, die later welwill<strong>en</strong>d toestemming gaf om deze urn<br />

te tek<strong>en</strong><strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> tijd<strong>en</strong>s egalisatiewerk<strong>en</strong> 2 der grote grafheuvels werd<strong>en</strong> opgeruimd, werd de di<strong>en</strong>st<br />

voor opgraving<strong>en</strong> gewaarschuwd om de nog overgeblev<strong>en</strong> grafheuvels te onderzoek<strong>en</strong>. Deze<br />

opgraving had plaats van 11 maart tot 3 april 1957 onder leiding van Dr.H.Roos<strong>en</strong>s, Prof.Dr.J.Mert<strong>en</strong>s<br />

<strong>en</strong> G.Beex. Veel belangstelling werd tijd<strong>en</strong>s het onderzoek ondervond<strong>en</strong> van talrijke schol<strong>en</strong> uit de<br />

omgeving. Veel interesse toond<strong>en</strong> ook de led<strong>en</strong> van het Museum Taxandria. Prof.Dr.W.Glasberg<strong>en</strong><br />

van de Amsterdamse universiteit kwam met zijn stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het onderzoek e<strong>en</strong> dag meemak<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s<br />

de eerste verk<strong>en</strong>ning van het terrein, waarop de twee, nu geëgaliseerde grafheuvels hadd<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>,<br />

was de juiste plaats slechts bij b<strong>en</strong>adering vast te stell<strong>en</strong>, wel werd de plaats van e<strong>en</strong> derde<br />

grafheuveltje gevond<strong>en</strong> waarvan het bestaan te vor<strong>en</strong> niet bek<strong>en</strong>d was. Op het egaal grijs gekleurd<br />

geploegde land viel namelijk e<strong>en</strong> ronde vlek van geel zand op, die met e<strong>en</strong> donker gekleurde smalle<br />

strook was omgev<strong>en</strong>. Ongetwijfeld betrof het hier e<strong>en</strong> klein verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> grafheuveltje dat waarschijnlijk<br />

met e<strong>en</strong> ringsloot was omgev<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> vierde grafheuvel lag aan de andere zijde van e<strong>en</strong> zandweg <strong>en</strong> was bij toeval gespaard omdat hij<br />

juist op de hoek lag van e<strong>en</strong> perceel dat tot het militair vliegveld behoorde. Helaas was na het vind<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> urn in e<strong>en</strong> der andere grafheuvels ook hier in het c<strong>en</strong>trum e<strong>en</strong> grote kuil gegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> van<br />

daaruit twee smalle greppels naar de rand. Het geheel zag er nogal ernstig beschadigd uit. Hoewel<br />

niet zo erg als de andere heuvels waarvan hoogst<strong>en</strong>s nog iets van de grondspor<strong>en</strong> onder de heuvel<br />

bewaard kon zijn. Toch was het zeker nog de moeite waard om e<strong>en</strong> onderzoek in te stell<strong>en</strong>.<br />

Vergunning werd gevraagd <strong>en</strong> welwill<strong>en</strong>d verle<strong>en</strong>d door de geme<strong>en</strong>te als eig<strong>en</strong>aar van één der<br />

percel<strong>en</strong> <strong>en</strong> door de huurder. Ook de militaire instanties gav<strong>en</strong> toestemming om de op de rand van het<br />

vliegveld geleg<strong>en</strong> heuvel te onderzoek<strong>en</strong>. De geme<strong>en</strong>te zorgde tev<strong>en</strong>s dat 6 werkloz<strong>en</strong> ter<br />

beschikking werd<strong>en</strong> gesteld van het onderzoek.<br />

De opgraving begon op 11 maart 1957. Bij aankomst op het terrein bleek het moeilijk om de juiste<br />

plaats der twee grootste geëgaliseerde grafheuvels terug te vind<strong>en</strong>. Bij de ontginning was het<br />

eig<strong>en</strong>lijke heuvellichaam afgegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> de grond over het terrein in de omgeving uitgespreid. De<br />

juiste plaats moest aan de hand van e<strong>en</strong> lichte terreinverhoging <strong>en</strong> verder door de aanwezigheid van<br />

wat bov<strong>en</strong>geploegde houtskooldeeltjes word<strong>en</strong> vastgesteld. Alle<strong>en</strong> bij het kleinere heuveltje dat nog<br />

als e<strong>en</strong> lichtgekleurde vlek zichtbaar was, kon gemakkelijk het c<strong>en</strong>trum word<strong>en</strong> bepaald. Omdat het<br />

terrein, waarop deze drie geëgaliseerde grafheuvels lag<strong>en</strong>, spoedig met haver zou word<strong>en</strong> ingezaaid,<br />

werd<strong>en</strong> deze het eerst onderzocht.<br />

Tumulus I<br />

Het kleine heuveltje kwam eerst aan de beurt. Het was, zelfs voor de ontginningswerkzaamhed<strong>en</strong><br />

nooit opgevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> had dus ook niet van urn<strong>en</strong>zoekers te lijd<strong>en</strong> gehad. Hoewel van de vertikale<br />

opbouw van de grafheuvel waarschijnlijk weinig meer over zou zijn, werd het onderzoek toch volg<strong>en</strong>s<br />

de kwadrant<strong>en</strong>methode ter hand g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, zodat kruisgewijs twee smalle damm<strong>en</strong> over de grafheuvel<br />

werd<strong>en</strong> uitgespoord. Na het verwijder<strong>en</strong> van de losse bov<strong>en</strong>grond bleek inderdaad rond de heuvel<br />

e<strong>en</strong> ringsloot aanwezig te zijn. Deze greppel rond de heuvelvoet was in de loop der eeuw<strong>en</strong> geheel<br />

dicht gespoeld <strong>en</strong> tek<strong>en</strong>de zich nu als e<strong>en</strong> zwarte band cirkelvormig rond de grafheuvel af. De gele<br />

kleur van het zand in het horizontaal vlak binn<strong>en</strong> de ringsloot vormde e<strong>en</strong> sterke teg<strong>en</strong>stelling met de<br />

drie andere grafheuvels. Deze vertoond<strong>en</strong> onder het oud-oppervlak e<strong>en</strong> zeer zware heidepodsolering<br />

welke zich dus reeds voor het opwerp<strong>en</strong> van de grafheuvels had ontwikkeld. Deze podsolering<br />

bestond uit e<strong>en</strong> circa 30 cm dikke loodzandlaag met e<strong>en</strong> zware bruine oerbank daaronder. Bij tumulus<br />

I was dit heidepodsol niet aanwezig. Loodzandlaag <strong>en</strong> oerbank war<strong>en</strong> zo dun dat bij het ploeg<strong>en</strong> op<br />

vele plaats<strong>en</strong> het gele zand naar bov<strong>en</strong> was gekom<strong>en</strong>. Juist hieraan was het te dank<strong>en</strong> dat de plaats<br />

van de grafheuvel werd opgemerkt.<br />

Ongeveer 40 cm t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van het c<strong>en</strong>trum van de heuvel werd het overschot van e<strong>en</strong> urn<br />

aangetroff<strong>en</strong>. Deze urn was door het ploeg<strong>en</strong> ernstig beschadigd, maar aan één kant was de wand


toch tot bijna aan de rand gespaard. De urn vertoonde juist b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> deze afgebrok<strong>en</strong> rand e<strong>en</strong> lichte<br />

horizontale welving, die duidde op e<strong>en</strong> nauwelijks geacc<strong>en</strong>tueerde stafband zonder versiering. Ook op<br />

het kleine stukje van de wand dat bov<strong>en</strong> de stafband was gespaard kon e<strong>en</strong> versiering word<strong>en</strong><br />

waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De bodem was aan de buit<strong>en</strong>kant licht geacc<strong>en</strong>tueerd. Het materiaal waarvan de urn<br />

was gemaakt bestond uit leem verm<strong>en</strong>gd met fijne kiezel. Al deze gegev<strong>en</strong>s zijn k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d voor het<br />

type der Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong>. Of de urn e<strong>en</strong> primaire dan wel e<strong>en</strong> secundaire bijzetting was kon uit de<br />

bodemspor<strong>en</strong> niet meer word<strong>en</strong> uitgemaakt. E<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal graf of verdere bijzetting<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet<br />

aangetroff<strong>en</strong>, maar kunn<strong>en</strong> door het ploeg<strong>en</strong> zijn verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. De zeer zwakke ontwikkeling van het<br />

heidepodsol wijst erop dat de heuvel ouder is dan de andere. De heuvel was omgev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong><br />

ringsloot. Dit is e<strong>en</strong> randconstructie die zowel in het late Neolithicum als in de latere Bronstijd<br />

voorkomt. Daar de heuvel minder podsolering heeft dan de drie overige tumuli waarvan kan<br />

aangetoond word<strong>en</strong> dat zij vrij vroeg in de Bronstijd thuishor<strong>en</strong>, m<strong>en</strong><strong>en</strong> wij dat dit grafheuveltje op het<br />

einde van het Neolithicum werd opgeworp<strong>en</strong>. Daar Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> meestal als na-bijzetting<br />

voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> pas in de Bronstijd optred<strong>en</strong>, moet e<strong>en</strong> primaire bijzetting op het oud-oppervlak<br />

waarschijnlijk word<strong>en</strong> geacht. Dit graf is dan door het ploeg<strong>en</strong> geheel verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. Het onderzoek van<br />

stuifmeel gaf weinig resultaat, omdat de grondmonsters alle<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uit de vulling<br />

van de ondiepe ringsloot <strong>en</strong> dus zeer onbetrouwbaar moest<strong>en</strong> zijn.<br />

Tumulus II<br />

Het onderzoek hiervan moest zich beperk<strong>en</strong> tot het optek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> fotografer<strong>en</strong> van in de bodem<br />

achtergeblev<strong>en</strong> spor<strong>en</strong>, omdat het heuvellichaam geheel was verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> zelfs het oud-oppervlak<br />

door het ploeg<strong>en</strong> was vernield. E<strong>en</strong> dikke loodzandlaag <strong>en</strong> de daaronder geleg<strong>en</strong> oerbank war<strong>en</strong><br />

echter nog grot<strong>en</strong>deels intact. Alle<strong>en</strong> het c<strong>en</strong>trum vertoonde e<strong>en</strong> diepere rec<strong>en</strong>te vergraving.<br />

Waarschijnlijk heeft m<strong>en</strong> ook hier naar urn<strong>en</strong> gezocht na de vondst van e<strong>en</strong> urn in tumulus III in 1954.<br />

Bij het grav<strong>en</strong> van deze kuil was m<strong>en</strong> in het c<strong>en</strong>trale graf terecht gekom<strong>en</strong>, waarbij veel houtskool <strong>en</strong><br />

verbrande be<strong>en</strong>derrest<strong>en</strong> naar bov<strong>en</strong> war<strong>en</strong> gespit. Ongetwijfeld betrof het hier e<strong>en</strong> bijzetting van<br />

crematierest<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> verkoolde boomkist of in e<strong>en</strong> grafkuil die met verkoolde balk<strong>en</strong> was afgezet. Het<br />

graf was bijna geheel vernield maar van de bodem was toch nog zoveel intact dat het zich als e<strong>en</strong><br />

afgerond rechthoekig spoor aftek<strong>en</strong>de. Op de hoek<strong>en</strong> van deze grafkuil war<strong>en</strong> nog duidelijk vier<br />

verkoolde paaltjes zichtbaar die tot e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamd dod<strong>en</strong>huisje hebb<strong>en</strong> behoord.<br />

Rond de heuvelvoet vertoonde zich e<strong>en</strong> krans van ronde donkergekleurde vlekk<strong>en</strong>: de spor<strong>en</strong> van<br />

pal<strong>en</strong> die e<strong>en</strong>s de heuvel hadd<strong>en</strong> afgebak<strong>en</strong>d. Deze paalspor<strong>en</strong> war<strong>en</strong> telk<strong>en</strong>s twee aan twee<br />

geplaatst <strong>en</strong> op <strong>en</strong>kele meters tuss<strong>en</strong>ruimte volgd<strong>en</strong> dan weer twee pal<strong>en</strong>. De paalkrans was dus van<br />

het bek<strong>en</strong>de type van dubbelpost<strong>en</strong> zoals die reeds eerder zijn geconstateerd o.a. te Hoge Mierde,<br />

Bergeyk <strong>en</strong> Alph<strong>en</strong>. Glasberg<strong>en</strong> heeft deze vorm van paalkrans<strong>en</strong> type 4 g<strong>en</strong>oemd. Wel vertoonde<br />

zich in de cirkel van telk<strong>en</strong>s terugker<strong>en</strong>de dubbelpost<strong>en</strong> hier <strong>en</strong> daar e<strong>en</strong> onregelmatigheid omdat zich<br />

daar slechts het spoor van één paal aftek<strong>en</strong>de. In het noord-west kwadrant stond aan de oostkant van<br />

zo'n <strong>en</strong>kele paal e<strong>en</strong> zeer dun paaltje, maar dit paar kan nauwelijks voor de term dubbelpost in<br />

aanmerking kom<strong>en</strong>. Eerder zal dit e<strong>en</strong> richtpaaltje zijn geweest dat di<strong>en</strong>st deed bij het op de juiste<br />

plaats opstell<strong>en</strong> van de paalkrans. Enkele pal<strong>en</strong> in het zuid-oost kwadant hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> meer<br />

rechthoekige vorm. De paalkrans van tumulus II was, voor zover was waar te nem<strong>en</strong>, niet omgev<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> staketsel van dunne paaltjes zoals bij de heuvels van Bergeyk <strong>en</strong> van Hooge-Mierde. De zeer<br />

dikke loodzandlaag maakte waarneming van deze dunne paaltjes overig<strong>en</strong>s zeer moeilijk want zelfs<br />

de zware pal<strong>en</strong> der dubbelpost<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> meestal pas duidelijk zichtbaar als de 30 cm dikke<br />

loodzandlaag was verwijderd. Het blijft dus mogelijk dat e<strong>en</strong> staketsel van dunne paaltjes niet door de<br />

loodzandlaag he<strong>en</strong> drong <strong>en</strong> dus praktisch niet waarneembaar was <strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> ook door het<br />

ploeg<strong>en</strong> reeds was verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Tumulus III<br />

Deze was nog dieper afgegrav<strong>en</strong> dan tumulus II. Vooral in het c<strong>en</strong>trum waar veel houtskool in de<br />

geroerde grond werd aangetroff<strong>en</strong> was de bodem tot diep in de oerbank doorwerkt, zodat niets meer<br />

van e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal graf werd teruggevond<strong>en</strong>. In het zuid<strong>en</strong> <strong>en</strong> zuidoost<strong>en</strong> van de heuvel was de grond<br />

zover afgegrav<strong>en</strong> dat zelfs de paalspor<strong>en</strong> niet overal zichtbaar meer war<strong>en</strong>. Deze paalkrans was van<br />

hetzelfde type als die van tumulus II. Voor zover kon word<strong>en</strong> nagegaan war<strong>en</strong> het alle dubbelpost<strong>en</strong>.<br />

De pal<strong>en</strong> tek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zich naar het zuid-oost<strong>en</strong> steeds onduidelijker af <strong>en</strong> war<strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte slechts als<br />

e<strong>en</strong> laatste verkleuring door oerfibertjes zichtbaar. Eén dezer pal<strong>en</strong> staat op de tek<strong>en</strong>ing met e<strong>en</strong>


stippellijn aangegev<strong>en</strong>. Uit tumulus III is de urn afkomstig die door de heer A.Gooss<strong>en</strong>s uit Antwerp<strong>en</strong><br />

werd uitgegrav<strong>en</strong>. Deze urn behoort tot het Drak<strong>en</strong>stein-type met rechthoekige niet afgeschuurde<br />

rand, welke Glasberg<strong>en</strong> tot type D rek<strong>en</strong>t. De duidelijk geacc<strong>en</strong>tueerde stafband is met ronde<br />

indrukk<strong>en</strong> op regelmatige afstand<strong>en</strong> versierd. Hoewel de urn sterk is beschadigd, verschaft zij toch<br />

voldo<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong>s om het geheel te kunn<strong>en</strong> reconstruer<strong>en</strong>. De urne lijkt <strong>en</strong>igszins op de urne die<br />

Stroobant in 1903 vond.<br />

Tumulus IV<br />

Dit was de <strong>en</strong>ige grafheuvel waarvan ook het eig<strong>en</strong>lijke heuvellichaam nog grot<strong>en</strong>deels intact was met<br />

uitzondering van e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te kuil in het midd<strong>en</strong> <strong>en</strong> van twee smalle greppels die vanaf deze kuil naar<br />

de rand van de heuvel war<strong>en</strong> gegrav<strong>en</strong>. Ook hier was k<strong>en</strong>nelijk naar urn<strong>en</strong> gezocht. Tuss<strong>en</strong> de<br />

uitgeworp<strong>en</strong> grond naast de kuil in het c<strong>en</strong>trum van de heuvel werd zeer veel houtskool <strong>en</strong> ook <strong>en</strong>kele<br />

stukjes verbrand be<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong> wat het ergste deed vrez<strong>en</strong> voor de toestand van het c<strong>en</strong>trale<br />

graf. Bij het verdere onderzoek bleek dit gelukkig nog mee te vall<strong>en</strong>. De heuvel werd opgegrav<strong>en</strong><br />

volg<strong>en</strong>s de gebruikelijke kwadrant<strong>en</strong>methode waarbij e<strong>en</strong> kleine wijziging werd toegepast waardoor de<br />

profiel<strong>en</strong> niet zuiver zuid-noord <strong>en</strong> oost-west war<strong>en</strong> gericht. Deze wijziging was ook noodzakelijk door<br />

de rec<strong>en</strong>te vergraving<strong>en</strong>: om zoveel mogelijk ongestoorde profiel<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> intek<strong>en</strong><strong>en</strong> moest<strong>en</strong><br />

deze iets teg<strong>en</strong> de klok in word<strong>en</strong> verschov<strong>en</strong> terwijl ook het c<strong>en</strong>trum niet nauwkeurig als snijpunt der<br />

profiel<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong> aangehoud<strong>en</strong>. Reeds in de wand<strong>en</strong> der gegrav<strong>en</strong> greppels was duidelijk waar te<br />

nem<strong>en</strong> dat de heuvel was opgebouwd uit heiplagg<strong>en</strong> die zich scherp in de vertikale wand<strong>en</strong><br />

aftek<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. De plagg<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, met de begroeide zijde naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong>, opgestapeld op het oudoppervlak<br />

dat e<strong>en</strong> zeer sterk ontwikkelde heidepodsolering vertoonde waarbij de loodzandlaag zelfs<br />

e<strong>en</strong> dikte van 30 tot 35 cm bereikte. De grafheuvel bleek e<strong>en</strong> zeer gecompliceerd geval met talrijke<br />

nabijzetting<strong>en</strong>. Ook de uit plagg<strong>en</strong> opgebouwde heuvel bleek t<strong>en</strong>slotte secundair te zijn opgeworp<strong>en</strong><br />

over e<strong>en</strong> kleine, met e<strong>en</strong> ringsloot omgev<strong>en</strong> primaire heuvel. Dit primaire heuveltje lag onder de<br />

zuidrand van de uiterlijk waarneembare, uit plagg<strong>en</strong> opgebouwde bronstijd-grafheuvel.<br />

De ringsloot was niet rondom geslot<strong>en</strong> maar vertoonde aan de noordzijde e<strong>en</strong> ruime op<strong>en</strong>ing zodat<br />

m<strong>en</strong> beter van e<strong>en</strong> hoefijzervormige greppel kan sprek<strong>en</strong>. De bodem van deze greppel lag zuiver<br />

horizontaal <strong>en</strong> de op<strong>en</strong>ing was dus niet het gevolg van het oplop<strong>en</strong> over de helling van de<br />

plagg<strong>en</strong>heuvel zoals bij horizontaal afschav<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong>s bij kringgreppels uit de urn<strong>en</strong>veld<strong>en</strong>tijd is<br />

geconstateerd als deze gedeeltelijk over e<strong>en</strong> andere grafheuvel zijn aangelegd. De greppel eindigde<br />

ook zeer abrupt <strong>en</strong> vloeide niet langzaam in het vlak uit. Het leek aanvankelijk e<strong>en</strong> gunstige<br />

omstandigheid dat het oost-west profiel juist midd<strong>en</strong> over dit heuveltje liep maar helaas was de<br />

verstoring van het oudoppervlak door <strong>en</strong>ige na-bijzetting<strong>en</strong>, door konijn<strong>en</strong>gang<strong>en</strong> <strong>en</strong> door e<strong>en</strong> sloot<br />

die de perceelscheiding aangaf, zo sterk dat niet één onbeschadigd stukje van het oud-oppervlak voor<br />

poll<strong>en</strong>analyse in aanmerking kwam. Dat dit primaire heuveltje met greppel overig<strong>en</strong>s aanzi<strong>en</strong>lijk ouder<br />

moest zijn dan de uit plagg<strong>en</strong> opgebouwde heuvel bleek onmiddellijk uit het in 't geheel nog niet<br />

ontwikkelde heidepodsol onder deze primaire heuvel. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> bleek de greppel reeds geheel te zijn<br />

dichtgespoeld to<strong>en</strong> de paalkrans (paal 22 <strong>en</strong> 23) rond de secundaire heuvel werd geplaatst.<br />

Overig<strong>en</strong>s kon elders word<strong>en</strong> geconstateerd, dat het heidepodsol in korte tijd e<strong>en</strong> grote dikte kan<br />

bereik<strong>en</strong>. Zo lop<strong>en</strong> de naast elkaar geleg<strong>en</strong> grafheuvels te Hoogeloon, de Zwart<strong>en</strong>berg <strong>en</strong> de<br />

Smaus<strong>en</strong>berg in ouderdom niet zover uit elkaar <strong>en</strong> toch heeft de Zwart<strong>en</strong>berg e<strong>en</strong> zeer dikke<br />

loodzandlaag terwijl deze bij de Smaus<strong>en</strong>berg nauwelijks ontwikkeld is.<br />

Modderman wijst er op, dat deze grafheuvels met e<strong>en</strong> onderbrok<strong>en</strong> kringsloot waarschijnlijk tot e<strong>en</strong><br />

nauwkeurig omslot<strong>en</strong> periode behor<strong>en</strong> die hij in de vroegste Bronstijd dateert. E<strong>en</strong> graf behor<strong>en</strong>d bij<br />

dit primaire heuveltje werd niet aangetroff<strong>en</strong>. De plaats waar dit graf verwacht kon word<strong>en</strong> was geheel<br />

verstoord door de na-bijzetting<strong>en</strong>, door konijn<strong>en</strong>gang<strong>en</strong> <strong>en</strong> de rec<strong>en</strong>te sloot. Reeds vroeg in de<br />

Bronstijd werd de kleine verhev<strong>en</strong>heid van dit eerste grafheuveltje b<strong>en</strong>ut om daarover e<strong>en</strong> nieuwe<br />

grafheuvel op te bouw<strong>en</strong>. Heideveld<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> intuss<strong>en</strong> de omgeving hebb<strong>en</strong> overwoekerd want<br />

tuss<strong>en</strong> het opwerp<strong>en</strong> van de eerste <strong>en</strong> de tweede heuvel had zich in de bodem e<strong>en</strong> ruim 30 cm dikke<br />

loodzandlaag met e<strong>en</strong> daaraan beantwoord<strong>en</strong>de oerbank ontwikkeld. De grafheuvel werd dan ook uit<br />

dikke heiplagg<strong>en</strong> opgebouwd. De kern van plagg<strong>en</strong> reikte niet geheel tot e<strong>en</strong> rond de grafheuvel<br />

opgerichte paalkrans, maar bleef daarvan nog ruim twee meter verwijderd. De ruimte tuss<strong>en</strong> de<br />

paalkrans <strong>en</strong> de rand van de plagg<strong>en</strong>heuvel was aangevuld met donker gekleurde losse grond die ook<br />

de plagg<strong>en</strong>kern met e<strong>en</strong> laag van ongeveer 40 cm overdekte. Deze ophoging <strong>en</strong> uitbreiding moet<br />

terstond na het opbouw<strong>en</strong> van de plagg<strong>en</strong>kern hebb<strong>en</strong> plaats gehad want op de plagg<strong>en</strong>kern had zich<br />

nog ge<strong>en</strong> oppervlaktestructuur ontwikkeld <strong>en</strong> de buit<strong>en</strong>kant van de plagg<strong>en</strong>kern vertoonde nog de


gekartelde rand van vers opgestapelde plagg<strong>en</strong>. De plagg<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in de onmiddellijke omgeving<br />

van de heuvelvoet gestok<strong>en</strong>, wat duidelijk te zi<strong>en</strong> is in afbeelding 19, waar het oud oppervlak<br />

plotseling afbreekt <strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> dun uitwigg<strong>en</strong>d donker strookje de spor<strong>en</strong> van gemorste grond<br />

vertoont.<br />

Het c<strong>en</strong>trale graf I bestond uit e<strong>en</strong> ovale tot rechthoekige grafkuil waarin de verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong><br />

van de dode in e<strong>en</strong> dikke, met vuur uitgeholde boomstam war<strong>en</strong> bijgezet. De be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet<br />

over de bodem van deze boomkist uitgespreid maar te vor<strong>en</strong>, als e<strong>en</strong> bolvormig pakket verpakt in e<strong>en</strong><br />

omhulsel van organische stof zodat de crematierest<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> klein gedeelte van de boomkist<br />

vuld<strong>en</strong>. Mogelijk is de dode ter plaatse verbrand. In elk geval lag over het oud oppervlak rond het graf<br />

e<strong>en</strong> grote hoeveelheid houtskool verspreid. De rec<strong>en</strong>te vergraving in het c<strong>en</strong>trum van de heuvel had<br />

veel houtskool mee naar bov<strong>en</strong> gebracht <strong>en</strong> had zelfs ev<strong>en</strong> het pakket verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> geraakt.<br />

Gelukkig had het graf zelf weinig van deze verstoring geled<strong>en</strong>. De boomkist die uit twee uitgeholde<br />

helft<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> dikke boomstam heeft bestaan, waarvan de <strong>en</strong>e helft als deksel di<strong>en</strong>de, moet spoedig<br />

zijn ingestort onder de druk van de erbov<strong>en</strong> opgestapelde plagg<strong>en</strong>. Deze plagg<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> bij de<br />

instorting nog <strong>en</strong>ige sam<strong>en</strong>hang hebb<strong>en</strong> gehad, want in het profiel bov<strong>en</strong> het graf kon duidelijk de<br />

trechtervormige inzinking word<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Aan de noordkant naast het graf werd e<strong>en</strong> sterk<br />

aangekoold paaltje waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat zich toevallig juist in het profiel aftek<strong>en</strong>de.<br />

Graf II lag in het noord-oostkwadrant nog geheel buit<strong>en</strong> de heuvelkern van plagg<strong>en</strong>, maar nog wel<br />

binn<strong>en</strong> de paalkrans. De rechthoekige grafkuil was uitgegrav<strong>en</strong> in de uit donkergrijs zand gevormde<br />

mantel die de plagg<strong>en</strong>kern van de heuvel overdekte. Het graf was zeer diep <strong>en</strong> reikte tot 105 cm<br />

b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> het oud-oppervlak. De omgeving van de grafkuil was met e<strong>en</strong> dikke laag houtskool bezaaid.<br />

Bijna op de bodem van de grafkuil tek<strong>en</strong>de zich duidelijk e<strong>en</strong> boomkist af met e<strong>en</strong> l<strong>en</strong>gte van 115 cm<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> breedte van ongeveer 50 cm. In de z.o.-zijde van deze boomkist lag e<strong>en</strong> langwerpig pakket<br />

verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong>. Twee dunne paaltjes war<strong>en</strong> vlak teg<strong>en</strong> de westrand van de boomkist geplaatst.<br />

Waarschijnlijk di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> deze om de kist in de juiste stand overeind te houd<strong>en</strong>. Iets t<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van graf<br />

II was e<strong>en</strong> kleiner kuiltje (III) ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s met veel houtskool gevuld. Dit kuiltje bevatte ge<strong>en</strong><br />

crematierest<strong>en</strong> <strong>en</strong> mag misschi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> offerkuiltje word<strong>en</strong> geïnterpreteerd.<br />

Graf IV lag ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s buit<strong>en</strong> de rand van de plagg<strong>en</strong>kern <strong>en</strong> nog wel binn<strong>en</strong> de paalkrans. Het<br />

vertoonde zich vrij spoedig na het wegnem<strong>en</strong> van de bov<strong>en</strong>grond als e<strong>en</strong> donkere vlek die gedeeltelijk<br />

onder het oostelijk profiel verdwe<strong>en</strong>. Bij het verder afschav<strong>en</strong> kwam e<strong>en</strong> kleine boomkist aan het licht<br />

die e<strong>en</strong> pakket crematierest<strong>en</strong> bevatte. Tuss<strong>en</strong> de verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> twee bewerkte<br />

vuurst<strong>en</strong><strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong> die mede door het vuur aangetast war<strong>en</strong>. Het betreft hier e<strong>en</strong> bijgave voor de<br />

dode zoals ook elders wel e<strong>en</strong>s werd geconstateerd, o.a. in e<strong>en</strong> urn uit e<strong>en</strong> dergelijke grafheuvel te<br />

Alph<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> pijlpuntje in het c<strong>en</strong>trale graf van de Smaus<strong>en</strong>berg te Hoogeloon. Het graf reikte tot<br />

e<strong>en</strong> diepte van circa 40 cm b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> het oud oppervlak. Gedeeltelijk onder het zuidelijk profiel werd<strong>en</strong><br />

graf V <strong>en</strong> VI aangetroff<strong>en</strong>, waarvan graf V het oudste is. Immers het uitgeworp<strong>en</strong> gele zand uit graf VI<br />

is bov<strong>en</strong> graf V terechtgekom<strong>en</strong>.<br />

Graf V bevatte crematierest<strong>en</strong> <strong>en</strong> stukk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> in elkaar gedrukte <strong>en</strong> bijna geheel vergruisde urn.<br />

De plaats waar de meeste scherv<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong> is op de plattegrond met e<strong>en</strong> dubbele ring<br />

aangegev<strong>en</strong>. Misschi<strong>en</strong> is dit <strong>en</strong>igszins misleid<strong>en</strong>d want het graf tek<strong>en</strong>de zich in het horizontale vlak af<br />

als e<strong>en</strong> ovale vlek met e<strong>en</strong> uitstulping van gelijke kleur aan de noordzijde. In deze uitstulping kwam<strong>en</strong><br />

ook vergruisde scherv<strong>en</strong> van de urn voor, ev<strong>en</strong>als crematierest<strong>en</strong>. De mogelijkheid is daarom niet<br />

uitgeslot<strong>en</strong> dat wij hier met twee bijzetting<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> waarvan de ovale kuil van graf V het<br />

jongste is <strong>en</strong> e<strong>en</strong> oudere bijzetting met e<strong>en</strong> urn heeft verstoord. Misschi<strong>en</strong> is deze urn dus vernield bij<br />

de aanleg van graf V <strong>en</strong> de scherv<strong>en</strong> met crematierest<strong>en</strong> zijn gedeeltelijk in graf V terecht gekom<strong>en</strong>.<br />

Voor deze verklaring is ook vermeld<strong>en</strong>swaard dat graf V e<strong>en</strong> vaag afgetek<strong>en</strong>de boomkist bevatte. E<strong>en</strong><br />

urn in e<strong>en</strong> boomkist is e<strong>en</strong> nog nooit opgemerkt verschijnsel <strong>en</strong> dus is de verklaring van de urn als<br />

oudere bijzetting nog meer waarschijnlijk al blijft de mogelijkheid bestaan dat de scherv<strong>en</strong> afkomstig<br />

zijn van, als bijgave bedoeld, aard<strong>en</strong> vaatwerk. De bodemspor<strong>en</strong>, die sterk door konijn<strong>en</strong>gang<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> gestoord, liet<strong>en</strong> niet toe om e<strong>en</strong> definitieve uitspraak te do<strong>en</strong>. Ook het onderzoek van<br />

Dr.Janss<strong>en</strong>s gaf ge<strong>en</strong> uitsluitsel.<br />

Graf VI lag ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s onder het zuidelijk profiel, buit<strong>en</strong> de plagg<strong>en</strong>kern, maar binn<strong>en</strong> de paalkrans. De<br />

grafkuil was uitgegrav<strong>en</strong> in de nog niet gepodsoleerde ondergrond van het primaire heuveltje. Het uit<br />

de grafkuil afkomstige gele zand werd gedeeltelijk over de helling van de heuvel opgeworp<strong>en</strong> <strong>en</strong>


kwam aldus bov<strong>en</strong> graf V terecht. Het graf bevatte crematierest<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vaag afgetek<strong>en</strong>de boomkist.<br />

Mogelijk heeft dit graf het c<strong>en</strong>trale graf van het primaire heuveltje verstoord. Graf VII in het z.w.kwadrant<br />

was e<strong>en</strong> ovale kuil waarin zich duidelijk de spor<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> boomkist aftek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarin<br />

ook nogal wat houtskooldeeltjes voorkwam<strong>en</strong>. Mogelijk is dit houtskool afkomstig van het ingestorte<br />

deksel van de boomkist. Crematierest<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> hierin niet aangetroff<strong>en</strong>. Waarschijnlijk hebb<strong>en</strong> wij<br />

hier dus te do<strong>en</strong> met gewone begraving zonder lijkverbranding. De mogelijkheid is echter niet<br />

uitgeslot<strong>en</strong> dat zich e<strong>en</strong> pakket verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> in het noordelijk gedeelte van de boomkist heeft<br />

bevond<strong>en</strong>, waar e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te ingraving het graf ernstig heeft vernield. De crematierest<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> dan<br />

door e<strong>en</strong> urn<strong>en</strong>zoeker zijn verwijderd. T<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van het graf werd e<strong>en</strong> dikke laag houtskool<br />

aangetroff<strong>en</strong> vooral bov<strong>en</strong> de paalspor<strong>en</strong> 30 <strong>en</strong> 31. E<strong>en</strong> sterk aangekoold paaltje stond op de<br />

Noordelijke hoek van het graf. Het is echter niet uitgeslot<strong>en</strong> dat dit paaltje bij graf VIII behoort.<br />

Graf VIII lag midd<strong>en</strong> onder het westelijk profiel. De beide uiteind<strong>en</strong> van de grafkuil war<strong>en</strong> reeds in het<br />

n.w.- <strong>en</strong> z.w.-kwadrant zichtbaar. In de afgeronde rechthoekige kuil tek<strong>en</strong>de zich e<strong>en</strong> boomkist af.<br />

Crematierest<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet aanwezig. Het betreft hier dus gewone begraving zonder lijkverbranding.<br />

De kist had e<strong>en</strong> l<strong>en</strong>gte van 165 cm. Bijzetting IX. In het z.w.-kwadrant, iets t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van graf VII,<br />

werd<strong>en</strong> crematierest<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> urn aangetroff<strong>en</strong>; van deze urn was alle<strong>en</strong> de bodem <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gedeelte<br />

van de opgaande wand intakt. Daardoor was niet meer uit te mak<strong>en</strong> of op de urn e<strong>en</strong> stafband of e<strong>en</strong><br />

versiering aanwezig is geweest. De urn behoort ongetwijfeld tot het type van Hilversum- of<br />

Drak<strong>en</strong>steinurn<strong>en</strong>, gezi<strong>en</strong> de aard van het materiaal <strong>en</strong> de vorm van de bodem. De urn was veel<br />

dikker van wand <strong>en</strong> veel grover van sam<strong>en</strong>stelling dan de urn<strong>en</strong> uit tumulus I <strong>en</strong> III. Waarschijnlijk is<br />

ze ook groter geweest.<br />

De paalkrans. Ev<strong>en</strong>als tumulus II <strong>en</strong> III was tumulus IV omgev<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> paalkrans van<br />

dubbelpost<strong>en</strong>. Ook bij deze heuvel kon ge<strong>en</strong> staketsel van dunne paaltjes buit<strong>en</strong> de paalkrans word<strong>en</strong><br />

waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Ook kom<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>als bij tumulus II <strong>en</strong>ige afwijking<strong>en</strong> voor omdat op <strong>en</strong>kele plaats<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> dubbelpost, maar slechts één <strong>en</strong>kel paalspoor werd teruggevond<strong>en</strong>. In het n.o.-kwadrant is<br />

duidelijk sprake van vernieuwing waar paalgat 12 wordt doorsned<strong>en</strong> door de paalgat<strong>en</strong> 11 <strong>en</strong> 13.<br />

Verder staat in het n.o.-kwadrant e<strong>en</strong> groot aantal pal<strong>en</strong> die wij gedeeltelijk tot latere vernieuwing<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Paalkuil 3 staat iets binn<strong>en</strong> de cirkel van de paalkrans. Mogelijk is dit de eerste<br />

geplaatste paal die weer is uitgegrav<strong>en</strong> to<strong>en</strong> m<strong>en</strong> het besluit nam om de cirkel iets groter te mak<strong>en</strong>.<br />

De naar het zuid<strong>en</strong> gerichte sleuf die op het paalgat aansluit zou op deze uitgraving kunn<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong>.<br />

Paal 22 <strong>en</strong> 23 werd<strong>en</strong> geplaatst in de to<strong>en</strong> reeds geheel dichtgespoelde greppel van het primaire<br />

heuveltje. De paalspor<strong>en</strong> war<strong>en</strong> slechts onduidelijk te zi<strong>en</strong> in de donkere greppelvulling. E<strong>en</strong><br />

dwarsdoorsnede door greppel <strong>en</strong> paalgat<strong>en</strong> toonde echter duidelijk aan dat de pal<strong>en</strong> later door de<br />

greppelvulling war<strong>en</strong> he<strong>en</strong> gegrav<strong>en</strong>. De paalkrans moest reeds geheel zijn verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> to<strong>en</strong> de<br />

houtskoollaag bov<strong>en</strong> de paalgat<strong>en</strong> 30 <strong>en</strong> 31 ontstond. De laag vormde e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> pakket van<br />

horizontaal ligg<strong>en</strong>de verkoolde takk<strong>en</strong>. De paalgat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> pas op e<strong>en</strong> iets dieper niveau zichtbaar.<br />

Als deze houtskoollaag behoort bij graf VII dan is dit aangelegd to<strong>en</strong> de paalkrans reeds totaal was<br />

verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Datering<br />

Voor het bepal<strong>en</strong> van de ouderdom heeft de archeologie tal van hulpmiddel<strong>en</strong> waaronder vooral het<br />

onderzoek van de radioactiviteit van het onder de grafheuvel gevond<strong>en</strong> houtskool (14 C-methode) <strong>en</strong><br />

het stuifmeelonderzoek (poll<strong>en</strong>analyse). Verder blijft e<strong>en</strong> relatieve datering mogelijk door vergelijking<br />

met reeds eerder onderzochte <strong>en</strong> gedateerde object<strong>en</strong>. Voor het 14 C-onderzoek werd<strong>en</strong> onder<br />

tumulus IV verscheid<strong>en</strong>e houtskoolmonsters g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, zowel uit het hoofdgraf als van de latere<br />

bijzetting<strong>en</strong>. Tot nu toe is dit nog niet onderzocht omdat te veel andere object<strong>en</strong> voorrang hadd<strong>en</strong>. Wij<br />

me<strong>en</strong>d<strong>en</strong> echter met dit verslag niet te mog<strong>en</strong> wacht<strong>en</strong>, vooral ook omdat de grafheuvels te <strong>Weelde</strong><br />

voldo<strong>en</strong>de vergelijkingsmateriaal hebb<strong>en</strong> onder de ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> grafheuvels die vlak over de gr<strong>en</strong>s in de<br />

provincie Noord-Brabant werd<strong>en</strong> onderzocht <strong>en</strong> die wel door 14 C-onderzoek werd<strong>en</strong> gedateerd.<br />

Vooral door de poll<strong>en</strong>analyse zijn deze heuvels vergelijkbaar. Ook het bijzonder type paalkrans met<br />

dubbelpost<strong>en</strong>, die juist over de gr<strong>en</strong>s in Noord-Brabant <strong>en</strong>kele mal<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>, maakt e<strong>en</strong><br />

datering door vergelijking mogelijk. Onderling kan ook tuss<strong>en</strong> de grafheuvels <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de<br />

verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> van na-bijzetting<strong>en</strong> e<strong>en</strong> relatieve datering word<strong>en</strong> gemaakt. Zo is het duidelijk<br />

dat het met e<strong>en</strong> greppel omgev<strong>en</strong> heuveltje onder tumulus IV ouder is dan de uit plagg<strong>en</strong><br />

opgebouwde paalkransheuvel. Dit blijkt rechtstreeks uit de twee pal<strong>en</strong> (22 <strong>en</strong> 23) die in de reeds dicht<br />

gespoelde greppel zijn geplaatst. Indirect blijkt het ook uit het verschil in podsolering. Daarom ook<br />

moet<strong>en</strong> tumulus I <strong>en</strong> het primaire heuveltje van tumulus IV ouder zijn dan de paalkransheuvels. Door


vergelijking van e<strong>en</strong> aantal heuvels heeft Modderman aangetoond dat heuvels met e<strong>en</strong> greppel die<br />

aan één kant e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>ing hebb<strong>en</strong>, iets jonger zijn dan de heuvels met e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> ringsloot. Deze<br />

laatst<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> Neolithisch zijn <strong>en</strong> de op<strong>en</strong> ringsloot plaatst hij in e<strong>en</strong> iets jonger omgr<strong>en</strong>sde periode.<br />

Te <strong>Weelde</strong> zou tumulus I dan de oudste zijn <strong>en</strong> spoedig daarop volg<strong>en</strong>d het primaire heuveltje van<br />

tumulus IV.<br />

Wat de podsolering betreft lijkt hier e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>strijdigheid aanwezig te zijn. Immers onder het primaire<br />

heuveltje van tumulus IV was e<strong>en</strong> heidepodsol nog niet aanwezig, terwijl onder tumulus I hier <strong>en</strong> daar<br />

nog e<strong>en</strong> restant van loodzand was waar te nem<strong>en</strong>. Wij moet<strong>en</strong> daarbij echter rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong> met<br />

het feit dat tumulus I geheel was vergrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> er van e<strong>en</strong> oudoppervlak niets meer was waar te<br />

nem<strong>en</strong>. Het was in elk geval e<strong>en</strong> zeer laag heuveltje ook voor de egalisatie. Het restant van de<br />

podsolering welke tijd<strong>en</strong>s het onderzoek werd waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> behoeft dus niet uit de tijd voor het<br />

opwerp<strong>en</strong> van de heuvel te dater<strong>en</strong> maar kan ook na het opbouw<strong>en</strong> van dit zeer lage heuveltje van<br />

bov<strong>en</strong> af tot op deze diepte zijn doorgedrong<strong>en</strong>. Alle overige heuvels hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schierzandlaag van<br />

ongeveer 30 à 40 cm. Als tumulus I voor de egalisatie niet hoger was dan 20 à 30 cm (<strong>en</strong> anders zou<br />

hij wel zijn opgevall<strong>en</strong>) dan kan de nog aanwezige rest van schierzand <strong>en</strong> oerbank dus gemakkelijk<br />

van bov<strong>en</strong> af zijn gevormd.<br />

De Drak<strong>en</strong>stein-urn in tumulus I is dan natuurlijk e<strong>en</strong> latere bijzetting. In ouderdom volg<strong>en</strong> op tumulus I<br />

<strong>en</strong> op het primaire heuveltje onder tumulus IV de drie grafheuvels die met e<strong>en</strong> paalkrans van<br />

dubbelpost<strong>en</strong> zijn omgev<strong>en</strong>. Welk van deze drie het oudste is kan niet meer word<strong>en</strong> uitgemaakt. De<br />

datum van het opwerp<strong>en</strong> dezer heuvels zal trouw<strong>en</strong>s niet veel uit elkaar ligg<strong>en</strong>. Wat de absolute<br />

ouderdom betreft, zijn wij hier voorlopig aangewez<strong>en</strong> op de poll<strong>en</strong>analyse <strong>en</strong> vergelijking met andere<br />

onderzochte heuvels in de omgeving. Voor poll<strong>en</strong>analyse kon alle<strong>en</strong> tumulus IV betrouwbare<br />

grondmonsters verschaff<strong>en</strong>. Het onderzoek gebeurde door Prof.Dr.W.Mull<strong>en</strong>ders te Leuv<strong>en</strong>. Bij zijn<br />

bezoek aan de opgraving nam Prof.W.Glasberg<strong>en</strong>, van de Universiteit van Amsterdam, <strong>en</strong>ige<br />

grondmonsters mee die door Mevr.W.Gro<strong>en</strong>man-van Waateringe werd<strong>en</strong> onderzocht. Doordat zij het<br />

stuifmeel van de berk niet bij de boompoll<strong>en</strong>-som optelde zijn de resultat<strong>en</strong> van dit onderzoek<br />

gemakkelijk vergelijkbaar met de in Noord-Brabant onderzochte grafheuvels waarvoor<br />

Prof.Dr.T.H.Waterbolk de poll<strong>en</strong>analyse verrichtte. Het meest overe<strong>en</strong>komst heeft het<br />

stuifmeelspectrum met dat van tumulus I van de groep grafheuvels bij Toterfout-Halve Mijl, geme<strong>en</strong>te<br />

Oerle. Ook het verschil met tumulus I B <strong>en</strong> met de Zwart<strong>en</strong>berg te Hoogeloon is niet groot.<br />

De Zwart<strong>en</strong>berg te Hoogeloon was reeds lang gedateerd in de vroege Bronstijd door e<strong>en</strong> nog zeer<br />

primitieve randbeitel. Poll<strong>en</strong>analytisch komt de Zwart<strong>en</strong>berg weer overe<strong>en</strong> met tumulus I B van de<br />

groep Halve Mijl die e<strong>en</strong> 14 C-datering heeft van 3450 plus minus 100, dus ongeveer 1500 v.Chr.<br />

Tumulus I B is overig<strong>en</strong>s gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong> aantal na-bijzetting<strong>en</strong> van Drak<strong>en</strong>stein urn<strong>en</strong> die ook<br />

te <strong>Weelde</strong> als na-bijzetting werd<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong> <strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> veel voorkom<strong>en</strong> in grafheuvels die door<br />

e<strong>en</strong>, al dan niet volledige, paalkrans van dubbelpost<strong>en</strong> zijn omgev<strong>en</strong>. Ook tumulus I B van<br />

bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde groep had twee stel van zulke dubbelpost<strong>en</strong>. Wat het karakter der na-bijzetting<strong>en</strong><br />

betreft komt tumulus IV te <strong>Weelde</strong> overig<strong>en</strong>s sterk overe<strong>en</strong> met de Smaus<strong>en</strong>berg te Hoogeloon <strong>en</strong><br />

tumulus I van de groep bij Halve Mijl. In deze heuvels zijn e<strong>en</strong> aantal tang<strong>en</strong>tiale grav<strong>en</strong> waar te<br />

nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> tegelijk <strong>en</strong>ige Drak<strong>en</strong>steinurn<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> van deze na-bijzetting<strong>en</strong> in tumulus I van Halve Mijl,<br />

e<strong>en</strong> graf met crematierest<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> boomkist, werd volg<strong>en</strong>s 14 C-methode gedateerd op ongeveer<br />

1325 voor Chr. Dit geeft misschi<strong>en</strong> vergelijkingsmateriaal voor <strong>en</strong>ige na-bijzetting<strong>en</strong> in tumulus IV te<br />

<strong>Weelde</strong> die ook bestaan uit crematierest<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> boomkist <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s tang<strong>en</strong>tiaal rond de<br />

heuvelvoet zijn aangelegd. De na-bijzetting<strong>en</strong> van graf VIII <strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> van graf VII in tumulus IV te<br />

<strong>Weelde</strong> moet<strong>en</strong> iets jonger zijn. Het betreft hier gewone begraving terwijl het hoofdgraf uit<br />

lijkbrandrest<strong>en</strong> bestaat. Dit eig<strong>en</strong>aardig verschijnsel dat gewone begraving in e<strong>en</strong> grafheuvel volgt op<br />

e<strong>en</strong> oudere lijkverbranding komt echter meer voor o.a. in e<strong>en</strong> grafheuvel te Vessem.<br />

Modderman maakt aannemelijk dat deze gewone begraving<strong>en</strong> jonger zijn dan de andere nabijzetting<strong>en</strong><br />

met crematierest<strong>en</strong>. Hij zegt dat de aanleg van tang<strong>en</strong>tiale grav<strong>en</strong> in de rand van e<strong>en</strong><br />

oudere grafheuvel dateert uit de Midd<strong>en</strong> Bronstijd. Bij deze tang<strong>en</strong>tiale grav<strong>en</strong> treft m<strong>en</strong> nu e<strong>en</strong>s<br />

crematierest<strong>en</strong>, dan weer lijkbegraving aan. De lijkbegraving is dan jonger dan de bijzetting van<br />

crematierest<strong>en</strong>. Voor tumulus IV te <strong>Weelde</strong> volgt hieruit dat graf VIII <strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> graf VII jonger zijn<br />

dan graf II, IV, V <strong>en</strong> VI. Deze zijn natuurlijk weer jonger dan het hoofdgraf I waarvoor de heuvel werd<br />

opgebouwd. E<strong>en</strong> aanwijzing voor de veel latere aanleg van de grav<strong>en</strong> VII <strong>en</strong> VIII vormt misschi<strong>en</strong> ook<br />

de houtskoollaag bov<strong>en</strong> de paalgat<strong>en</strong> 30 <strong>en</strong> 31. Als deze laag is ontstaan bij de aanleg van graf VII<br />

dan moet de paalkrans to<strong>en</strong> reeds geheel zijn verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>.


De datering van de Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> zou ik will<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> vlak na het hoofdgraf, dus kort na de<br />

oprichting van de paalkrans van dubbelpost<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus nog voor graf II, IV, V <strong>en</strong> VI. Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong><br />

gaan in de Kemp<strong>en</strong> immers zeer dikwijls sam<strong>en</strong> met grafheuvels waarrond dubbelpal<strong>en</strong>, al of niet in<br />

e<strong>en</strong> volledige paalkrans staan opgesteld. Reeds in 1954 wees ik op dit sam<strong>en</strong>gaan van Drak<strong>en</strong>steinurn<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de aanwezigheid van dubbelpost<strong>en</strong> rond e<strong>en</strong> grafheuvel. Modderman heeft deze<br />

coïncid<strong>en</strong>tie in e<strong>en</strong> afzonderlijk artikel verwerkt. Ook Glasberg<strong>en</strong> wees erop dat de Hilversum- <strong>en</strong><br />

Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met het verschijnsel van ringwalheuvels <strong>en</strong> met de invloed van uit<br />

Engeland afkomstige immigrant<strong>en</strong>. Inderdaad kom<strong>en</strong> Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> ook in ringwalheuvels voor<br />

maar meestal hebb<strong>en</strong> deze aan de rand dan ook e<strong>en</strong> of meer dubbelpost<strong>en</strong> zoals tumulus I B van de<br />

groep Halve Mijl <strong>en</strong> de ringwalheuvel te Postel terwijl ook de Smaus<strong>en</strong>berg te Hoogeloon door dit<br />

verschijnsel gek<strong>en</strong>merkt was. Ongetwijfeld hebb<strong>en</strong> de ringwalheuvels, de paalkrans<strong>en</strong> met<br />

dubbelpost<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Hilversum- <strong>en</strong> Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zekere sam<strong>en</strong>hang die dan misschi<strong>en</strong> is<br />

toe te schrijv<strong>en</strong> aan de invloed van immigrant<strong>en</strong> uit Zuid-Engeland. Wat de datering betreft van de<br />

Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> in de grafheuvels te <strong>Weelde</strong>, deze di<strong>en</strong>t daarom gesteld te word<strong>en</strong> kort na de<br />

aanleg van de tumulus als de paalkrans nog ongeveer intakt is, dus nog als e<strong>en</strong> grafheuvel met<br />

dubbelpost<strong>en</strong> herk<strong>en</strong>baar is. Enige herstelling<strong>en</strong> van de paalkrans in aanmerking nem<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> wij<br />

de lev<strong>en</strong>sduur van e<strong>en</strong> paalkrans toch niet veel hoger stell<strong>en</strong> dan 10 tot 20 jaar. In deze periode zou ik<br />

de bijzetting van Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> will<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong>. Afbeelding 22 geeft de verspreiding in de Kemp<strong>en</strong><br />

van grafheuvels met dubbelpost<strong>en</strong> <strong>en</strong> ringwalheuvels. De verspreiding van Hilversum- <strong>en</strong><br />

Drak<strong>en</strong>stein-urn<strong>en</strong> in Nederland <strong>en</strong> België is op afbeelding 23 schematisch aangegev<strong>en</strong>.<br />

Het complex van grafheuvels in <strong>Weelde</strong> is ge<strong>en</strong> zeldzaam verschijnsel in de Kemp<strong>en</strong>. Vooral in<br />

Noord-Brabant werd<strong>en</strong> reeds ongeveer 100 Bronstijdgrafheuvels op wet<strong>en</strong>schappelijke wijze<br />

onderzocht. Van <strong>en</strong>ige honderd<strong>en</strong> andere grafheuvels is de plaats bek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> meestal door<br />

terreinverk<strong>en</strong>ning nauwkeurig vastgelegd. Op afbeelding 24 staan deze groep<strong>en</strong> van grafheuvels<br />

aangegev<strong>en</strong>, waarbij m<strong>en</strong> er rek<strong>en</strong>ing mee moet houd<strong>en</strong> dat elke groep e<strong>en</strong> zeer gevarieerd aantal<br />

grafheuvels omvat, dat van e<strong>en</strong> drietal tot 20 à 30 grafheuvels kan oplop<strong>en</strong>. In Noord-Brabant zijn<br />

aldus ongeveer 500 grafheuvels geregistreerd, e<strong>en</strong> aantal dat waarschijnlijk nog lang niet volledig is.<br />

In België, waar op archeologisch gebied zeer grote vordering<strong>en</strong> zijn gemaakt wat de Romeinse <strong>en</strong><br />

Merovingische periode betreft, is het onderzoek van de Bronstijdgrafheuvels beperkt geblev<strong>en</strong> tot dat<br />

van de Kluisberg door De Laet <strong>en</strong> Roos<strong>en</strong>s <strong>en</strong> verder tot twee grafheuvels bij Postel door De Laet.<br />

Met de vier grafheuvels te <strong>Weelde</strong> is dit nu in totaal 7 grafheuvels. Vergelek<strong>en</strong> met de 100<br />

onderzochte grafheuvels in Noord-Brabant is dit aantal nog zeer gering. Toch zou e<strong>en</strong> verder<br />

onderzoek in de Belgische Kemp<strong>en</strong> zeer interessant vergelijkingsmateriaal kunn<strong>en</strong> oplever<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

waarschijnlijk het beeld dat wij van de Bronstijd hebb<strong>en</strong> nog veel kunn<strong>en</strong> vervolmak<strong>en</strong>. Vooral de<br />

vraag hoever de Kempische paalkransheuvels zich naar het Zuid<strong>en</strong> uitstrekk<strong>en</strong> maakt e<strong>en</strong> verder<br />

onderzoek gew<strong>en</strong>st.<br />

Het onderzoek te <strong>Weelde</strong> heeft nu reeds interessante gegev<strong>en</strong>s verschaft over e<strong>en</strong> bepaalde periode<br />

in de Bronstijd <strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>hang met de grafheuvels in Noord-Brabant aangetoond. De verspreiding<br />

<strong>en</strong> het aantal grafheuvels in de Belgische Kemp<strong>en</strong> berust echter hoofdzakelijk op de vroegere<br />

publicaties vooral van D<strong>en</strong>s, Stroobant <strong>en</strong> Baron de Loë. Dikwijls is bij deze publicaties echter niet uit<br />

te mak<strong>en</strong> of het hier e<strong>en</strong> urn<strong>en</strong>veld dan wel oudere Bronstijd-grafheuvels betreft. De g<strong>en</strong>oemde<br />

schrijvers mak<strong>en</strong> hier meestal ge<strong>en</strong> onderscheid in. Toch is uit hun tek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> soms op te mak<strong>en</strong> dat<br />

het grafveld geheel of gedeeltelijk uit Bronstijdgrafheuvels bestaat. Dit is bijvoorbeeld het geval met de<br />

door Stroobant in 1901 onderzochte grafheuvels te <strong>Weelde</strong>, Ravels, Poppel, Turnhout, <strong>en</strong>z. Ook bij de<br />

door D<strong>en</strong>s onderzochte grafveld<strong>en</strong> in de Limburgse Kemp<strong>en</strong> zijn waarschijnlijk talrijke<br />

Bronstijdgrafheuvels. Zeker is dit het geval met de ringwalheuvels te Wijshag<strong>en</strong> (de Tuudsheuvel) <strong>en</strong><br />

te Wijchmaal (de Heks<strong>en</strong>berg). Van de structuur van de grafheuvels te Eksel, Brogel, Gruitrode,<br />

Meeuw<strong>en</strong>, Peer, Neerpelt <strong>en</strong> Overpelt, is nog bijna niets bek<strong>en</strong>d omdat vroeger in deze grafheuvels<br />

alle<strong>en</strong> naar urn<strong>en</strong> werd gezocht, terwijl niet werd gelet op de overige bodemspor<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> onderzoek<br />

van de Kempische grafheuvels voordat deze nog verder word<strong>en</strong> beschadigd of vernield is dus<br />

dring<strong>en</strong>d gew<strong>en</strong>st. Ook al treft m<strong>en</strong> in deze heuvels zeld<strong>en</strong> urn<strong>en</strong> aan of andere kostbare<br />

museumstukk<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> onderzoek levert in elk geval meer belangrijke gegev<strong>en</strong>s over de lev<strong>en</strong>swijze <strong>en</strong><br />

speciaal het begraf<strong>en</strong>isritueel der Bronstijdbewoners dan alle<strong>en</strong> maar door het vind<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> urn.<br />

4. Opgraving van grafheuvels op de Hoogeindse Berg<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Vlasroot in 1965 <strong>en</strong> 1966.<br />

Bron: L.Van Impe <strong>en</strong> G.Beex. Grafheuvels uit de vroege <strong>en</strong> midd<strong>en</strong> bronstijd te <strong>Weelde</strong>. In:<br />

Archaeologia Belgica 193. Brussel, 1977.


Midd<strong>en</strong> het Noordkemp<strong>en</strong>s dekzandlandschap strekt zich t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong><br />

Ravels e<strong>en</strong> breed stuifzandlandschap uit. De oostrand van dit landschap wordt begr<strong>en</strong>sd door het<br />

gefikseerde duin<strong>en</strong>kompleks van de Hoogeindse Heide <strong>en</strong> de zog<strong>en</strong>aamde Hoogeindse Berg<strong>en</strong>.<br />

Verder naar het oost<strong>en</strong> toe gaat dit eerder geaccid<strong>en</strong>teerde landschap over in het zacht glooi<strong>en</strong>de<br />

dekzandoppervlak. Naar het noord<strong>en</strong> <strong>en</strong> het west<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de Hoogeindse Berg<strong>en</strong> omgev<strong>en</strong> door de<br />

lager geleg<strong>en</strong> duin<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong> van de Litse Heide, Baat<strong>en</strong> Heide, Eindegoorheide <strong>en</strong> Wegmeerheide,<br />

alle doorsned<strong>en</strong> door v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> drassige depressies. De ligging van de Hoogeindse Berg<strong>en</strong>, waarvan<br />

de topp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoogte bereik<strong>en</strong> van 35 tot 36 meter bov<strong>en</strong> Zero D <strong>en</strong> zich alzo 4 tot 5 meter bov<strong>en</strong> de<br />

omgeving verheff<strong>en</strong>, heeft reeds zeer vroeg e<strong>en</strong> aantrekkingskracht op de prehistorische m<strong>en</strong>s<br />

uitgeoef<strong>en</strong>d. Belangrijke vindplaats<strong>en</strong> van silexwerktuig<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>selijke aanwezigheid in<br />

die zone sinds het Mesolithicum. Neolithische rest<strong>en</strong> daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> zeldzamer. Van de<br />

aanwezigheid van de zog<strong>en</strong>aamde Hilversum-lied<strong>en</strong> op <strong>en</strong> rond de Hoogeindse Berg<strong>en</strong> in de vroege<br />

<strong>en</strong> de midd<strong>en</strong> Bronstijd getuig<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groep van 4 grafheuvels. Het zijn deze laatste die tot het<br />

onderwerp van deze studie behor<strong>en</strong>. De heuvels ligg<strong>en</strong> verspreid in 2 groepjes van 2, op e<strong>en</strong> afstand<br />

van ongeveer 250 meter van elkaar verwijderd. Tijd<strong>en</strong>s de maand<strong>en</strong> juli <strong>en</strong> augustus van het jaar<br />

1965 onderzocht<strong>en</strong> G.Beex <strong>en</strong> H.Roos<strong>en</strong>s, bijgestaan door de her<strong>en</strong> G.Lux <strong>en</strong> W.Thyss<strong>en</strong> de 2 meest<br />

zuidelijk geleg<strong>en</strong> heuvels (nrs.I <strong>en</strong> II). In juli <strong>en</strong> augustus 1966 werd overgegaan tot de opgraving van<br />

de 2 noordelijke tumuli, nrs.III <strong>en</strong> IV. Het onderzoek werd afgerond met de opgraving van e<strong>en</strong> vijfde<br />

grafheuvel, geleg<strong>en</strong> t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong>, bij de Vlasroot. Het onderzoek van deze<br />

heuvel drong zich op, daar hij op akkerland geleg<strong>en</strong> was <strong>en</strong> gevaar liep volledig geëgaliseerd te<br />

word<strong>en</strong>.<br />

In de onmiddellijke buurt was trouw<strong>en</strong>s reeds in 1962 e<strong>en</strong> andere heuvel volledig afgegrav<strong>en</strong>. In drie<br />

van de vier heuvels op de Hoogeindse Berg<strong>en</strong> (nr.I-III-IV) hadd<strong>en</strong> in april 1927 E.Rahir, J. <strong>en</strong><br />

L.Stroobant <strong>en</strong> M.Devadder reeds e<strong>en</strong> onderzoek ingesteld. Hun opgraving had zich ertoe beperkt<br />

e<strong>en</strong> zoeksleuf doorhe<strong>en</strong> het c<strong>en</strong>trum van de tumuli aan te legg<strong>en</strong>. Zij zelf kond<strong>en</strong> vaststell<strong>en</strong> dat de<br />

heuvels voor h<strong>en</strong> door urnzoekers war<strong>en</strong> doorgrav<strong>en</strong>. L.Stroobant meldt dat m<strong>en</strong> op het Hoogeind<br />

reeds in 1880 3 urn<strong>en</strong> zou uitgegrav<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Dat het onderzoek in 1965 <strong>en</strong> 1966 niet nutteloos<br />

geweest is mag blijk<strong>en</strong> uit onderhavig verslag. Voor het onderzoek op de Hoogeindse Berg<strong>en</strong>, waar<br />

de heuvels op geme<strong>en</strong>tegrond geleg<strong>en</strong> war<strong>en</strong> (Kad.Sie.D, nrs.19s,t <strong>en</strong> f) kond<strong>en</strong> wij rek<strong>en</strong><strong>en</strong> op de<br />

meer dan bereidwillige medewerking van het geme<strong>en</strong>tebestuur. Onze dank gaat vooral naar de<br />

to<strong>en</strong>malige burgemeester, de heer M.H<strong>en</strong>drickx, <strong>en</strong> naar de heer V.Wijgerde, geme<strong>en</strong>tesekretaris.<br />

Met toelating van de geme<strong>en</strong>telijke overheid werd<strong>en</strong> de vier grafheuvels gerestaureerd. Ter<br />

voorbereiding van het IIIe Nationaal Oudheidkundig Kongres (Turnhout, 3-5 oktober 1975)<br />

onderging<strong>en</strong> deze heuvels e<strong>en</strong> grondige schoonmaakbeurt <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> de grot<strong>en</strong>deels weggerotte<br />

paalkrans<strong>en</strong> opnieuw hersteld. Hierbij kond<strong>en</strong> wij rek<strong>en</strong><strong>en</strong> op de medewerking van de heer J.Segers,<br />

burgemeester, <strong>en</strong> van het Schep<strong>en</strong>college. Ook naar h<strong>en</strong> richt zich onze dank. Voor hun toelating<br />

voor het onderzoek van de heuvel bij de Vlasroot (Kad.Sie A, nr.672) dank<strong>en</strong> wij de heer J.Van<br />

Eindhov<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gebroeders Van Loon. Dank voor hun onthaal <strong>en</strong> hun medewerking weze ook<br />

betuigd aan wijl<strong>en</strong> Dr.L.Van Bael<strong>en</strong> <strong>en</strong> de heer E.Swaan.<br />

Bij de voorbereiding van dit rapport kond<strong>en</strong> wij e<strong>en</strong> beroep do<strong>en</strong> op Mevrouw Prof.Dr.Gro<strong>en</strong>man-van<br />

Waateringe (Amsterdam), voor de analyse van de poll<strong>en</strong>monsters. Wij dank<strong>en</strong> haar voor haar bijdrage<br />

over het ekologisch milieu, waarin de tumulusbouwers te <strong>Weelde</strong> gesitueerd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dank<br />

gaat ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s uit naar Dr.med.P.Janss<strong>en</strong>s (Antwerp<strong>en</strong>) voor de analyse van de krematierest<strong>en</strong>.<br />

Prof.Dr.E.Mariën hielp ons in de Koninklijke Musea voor Kunst <strong>en</strong> Geschied<strong>en</strong>is te Brussel bereidwillig<br />

bij het zoek<strong>en</strong> naar mogelijke rester<strong>en</strong>de dokum<strong>en</strong>tatie <strong>en</strong> archaeologica betreff<strong>en</strong>de de opgraving<strong>en</strong><br />

van E.Rahir in 1927. Spijtig g<strong>en</strong>oeg leverde dit onderzoek niets nieuws op. T<strong>en</strong>slotte dank<strong>en</strong> wij de<br />

heer <strong>en</strong> mevrouw R.Piette-Roloux voor hun medewerking bij het vervaardig<strong>en</strong> van de tek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de illustraties.<br />

De grafheuvels op de Hoogeindse Berg<strong>en</strong><br />

Tumulus I. Heuvel zonder randstruktuur, aangelegd op e<strong>en</strong> natuurlijke duinrug. Het heuvellichaam<br />

(diameter: ruim 12 meter, hoogte 60 cm) was opgebouwd uit omgekeerd gestapelde heideplagg<strong>en</strong>.<br />

Het was sterk beschadigd door e<strong>en</strong> W.O.II-granaatinslag <strong>en</strong> was vooral in het c<strong>en</strong>trum doorwoeld.<br />

E<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale of e<strong>en</strong> primaire bijzetting kond<strong>en</strong> wij derhalve niet meer terugvind<strong>en</strong>. Slechts op de<br />

bodem van de westelijke storing steld<strong>en</strong> wij nog de aanwezigheid vast van e<strong>en</strong> rechthoekige<br />

infiltratieverkleuring, die mogelijk de getuige is van e<strong>en</strong> hoger geleg<strong>en</strong> graf. Iets t<strong>en</strong> noordoost<strong>en</strong> van<br />

het c<strong>en</strong>trum vond<strong>en</strong> wij onder de kruising van de profieldamm<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong> sekundaire bijzetting. Het


was duidelijk te zi<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> ovaal kuiltje doorhe<strong>en</strong> de plagg<strong>en</strong>structuur gegrav<strong>en</strong> was (80 x 45 cm).<br />

Op 30 cm diepte stoott<strong>en</strong> wij op de met verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> gevulde urn. Ze stond nog voor de helft<br />

rechtop, de andere helft was in westelijke richting neergevall<strong>en</strong>. Het door ijzerkonkretie aane<strong>en</strong>gekitte<br />

pakket werd geheel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> later gedemonteerd. Het resultaat was eerder verbaz<strong>en</strong>d: twee in<br />

elkaar geplaatste urn<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> urn (A), versierd met e<strong>en</strong> stafband <strong>en</strong> touwindrukk<strong>en</strong> op de schouder,<br />

bevond zich in de tweede urn (B), die zelf slechts met e<strong>en</strong> stafband was versierd.<br />

Urn A: afgeknot peervormig (max.diameter: 28 cm, hoogte: geschat op 30 cm, wanddikte: 10 tot 14<br />

mm); bodem vergruisd; geelbruine klei, met kwarts verschraald. De rand is inw<strong>en</strong>dig licht afgeschuind<br />

<strong>en</strong> naar buit<strong>en</strong> iets verdikt (Glasberg<strong>en</strong>, type C). Op 4 tot 5,5 cm onder de rand verloopt e<strong>en</strong> stafband,<br />

versierd met indrukk<strong>en</strong> met behulp van e<strong>en</strong> stokje aangebracht. Tuss<strong>en</strong> rand <strong>en</strong> stafband werd<strong>en</strong> met<br />

behulp van e<strong>en</strong> linksgedraaid 1,5 mm dik touwtje 9 groep<strong>en</strong> van telk<strong>en</strong>s 2 naar elkaar overhell<strong>en</strong>de<br />

luss<strong>en</strong> ingedrukt.<br />

Urn B: emmervormig (max.diameter: 26,5 cm, hoogte: geschat op 30 cm, wanddikte: 16 mm);<br />

vergruisde bodem, geelbruine klei, met kwartskorrels verschraald. De rand is inw<strong>en</strong>dig licht<br />

afgeschuind <strong>en</strong> uitw<strong>en</strong>dig verdikt (Glasberg<strong>en</strong>, type C). Op 7 tot 8 cm onder de rand verloopt e<strong>en</strong><br />

stafband, versierd met indrukk<strong>en</strong> die deels met e<strong>en</strong> stokje, deels met de vingernagel werd<strong>en</strong><br />

ingedrukt. Beide urn<strong>en</strong> behor<strong>en</strong> tot één <strong>en</strong> dezelfde bijzetting. De krematierest<strong>en</strong> bevond<strong>en</strong> zich in<br />

deze tweevoudige urn. Ze hebb<strong>en</strong> behoord aan e<strong>en</strong> vrouw van ongeveer 25 jaar oud. De sterke<br />

fragm<strong>en</strong>tatie van de be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> zou er op wijz<strong>en</strong> dat het stoffelijk overschot bov<strong>en</strong> op de brandstapel<br />

lag to<strong>en</strong> het werd verast (Id<strong>en</strong>tificatie: Dr.P.Janss<strong>en</strong>s). E<strong>en</strong> tweede klein krematiepakket lag<br />

onbeschermd in de noord-westelijke helft van het kuiltje. Twee paalkuil<strong>en</strong> in het noordwestkwadrant<br />

hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> uitstaans met de heuvel. Op het oud oppervlak vond<strong>en</strong> wij tamelijk veel houtskool terug.<br />

Doorhe<strong>en</strong> het c<strong>en</strong>trum van deze heuvel hebb<strong>en</strong> E.Rahir <strong>en</strong> L.Stroobant e<strong>en</strong> 9 meter lange <strong>en</strong> 2 meter<br />

brede zoeksleuf gegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit tot op 10 cm onder het oud oppervlak. Deze lijkt de langwerpige ZW-<br />

NO gerichte storing te zijn die in 1965 kon vastgesteld word<strong>en</strong>. Op het plan is duidelijk te zi<strong>en</strong> dat zij<br />

de secundaire bijzetting slechts op e<strong>en</strong> haar na hebb<strong>en</strong> gemist. Zij steld<strong>en</strong> vast dat de heuvel reeds<br />

eerder doorzocht geweest was. In de omgewoelde aarde van de oudere storing<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> zij nog<br />

<strong>en</strong>kele scherv<strong>en</strong>, waaronder e<strong>en</strong> randfragm<strong>en</strong>t.<br />

Tumulus II. Tweeperiod<strong>en</strong>heuvel, ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s aangelegd op e<strong>en</strong> natuurlijke duinkop:<br />

a. Paalkransheuvel. Het heuvellichaam was opgebouwd uit omgekeerd gestapelde heideplagg<strong>en</strong><br />

(diameter ruim 10 meter, bewaarde hoogte 40 tot 50 cm). Daar het c<strong>en</strong>trum door e<strong>en</strong> grote ronde tot 3<br />

meter diepe storing vernield was, werd van e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal primair graf hoeg<strong>en</strong>aamd niets meer<br />

teruggevond<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kelvoudige krans van wijdgestelde pal<strong>en</strong> (diameter 12 x 13 meter) omsloot de<br />

heuvelvoet. De pal<strong>en</strong> war<strong>en</strong> telk<strong>en</strong>s op 2 meter van elkaar ingeplant. Het oorspronkelijk aantal<br />

bedroeg waarschijnlijk 18.<br />

b. In de flank van het bestaande heuvellichaam heeft m<strong>en</strong> later e<strong>en</strong> ringsloot uitgegrav<strong>en</strong> (diameter<br />

ongeveer 8 meter). De ongeveer 60 cm brede sloot, met steile wand<strong>en</strong> <strong>en</strong> horizontale bodem, reikte<br />

tot 40/50 cm diep onder het oud oppervlak. De aarde uit de greppel had m<strong>en</strong> naar buit<strong>en</strong> toe over de<br />

heuvelvoet uitgestrooid. Van e<strong>en</strong> mogelijke sekundaire ophoging binn<strong>en</strong> de greppel was niets te<br />

merk<strong>en</strong>. Op de rand van deze sekundaire ringsloot lag nog e<strong>en</strong> scherf van e<strong>en</strong> Drak<strong>en</strong>stein-urn. Aan<br />

de oostzijde, halverwege tuss<strong>en</strong> de greppelrand <strong>en</strong> de primaire paalkrans, was in de heuvelvoet e<strong>en</strong><br />

sekundaire bijzetting ingegrav<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> trapezoidaal kuiltje (60 x 54 cm) lag e<strong>en</strong> ingedrukte urn met<br />

de op<strong>en</strong>ing naar het west<strong>en</strong>. Deze urn is van het emmervormige type (max.diameter: 18 cm, hoogte<br />

geschat op 20 cm, wanddikte 10 tot 13 mm). Ze is geelbruin van kleur; de klei is verschraald met<br />

grove kwartskorrels. Op 4 tot 5 cm onder de afgeronde rand loopt e<strong>en</strong> stafband, versierd met e<strong>en</strong> door<br />

e<strong>en</strong> stokje aangebrachte indrukk<strong>en</strong>. De schouder is versierd met 7 groep<strong>en</strong> van telk<strong>en</strong>s 2 naar elkaar<br />

overhell<strong>en</strong>de luss<strong>en</strong>; zoals op de urne IB zijn deze met behulp van e<strong>en</strong> linksgedraaid 1,5 mm dik<br />

touwtje aangebracht. In <strong>en</strong> op het oud oppervlak onder de primaire heuvel steld<strong>en</strong> wij <strong>en</strong>kele<br />

houtskoolkonc<strong>en</strong>traties vast. Hoewel E.Rahir <strong>en</strong> L.Stroobant het bestaan van deze heuvel k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>,<br />

lijk<strong>en</strong> zij deze niet onderzocht te hebb<strong>en</strong>.<br />

Tumulus III. Paalkransheuvel. Het uit omgekeerd gestapelde heideplagg<strong>en</strong> opgebouwde<br />

heuvellichaam was in het c<strong>en</strong>trum tot in de schierzandlaag vergrav<strong>en</strong> (diameter 13 meter, bewaarde<br />

hoogte 80 tot 90 cm). Doorhe<strong>en</strong> het c<strong>en</strong>trum van deze als nr.1 aangeduide heuvel, hadd<strong>en</strong> E.Rahir <strong>en</strong>


L.Stroobant in 1927 ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> 9 meter lange <strong>en</strong> 2 meter brede sleuf gegrav<strong>en</strong>. Het c<strong>en</strong>trum was<br />

ook reeds eerder doorwoeld geweest. Zelf kond<strong>en</strong> zij nog de aanwezigheid vaststell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> 3 tot 4<br />

cm dikke houtskoollaag in het midd<strong>en</strong>. In 1966 war<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bijzetting<strong>en</strong> meer aanwezig. Onder de<br />

c<strong>en</strong>trale storing vond<strong>en</strong> wij nog wel het spoor van e<strong>en</strong> aangepunt hout<strong>en</strong> paaltje, mogelijk e<strong>en</strong> restant<br />

van e<strong>en</strong> dod<strong>en</strong>huisje. De heuvelvoet was omgev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> krans van 14 dubbelpost<strong>en</strong> (diameter: 14<br />

meter). Telk<strong>en</strong>s teg<strong>en</strong>over elk post<strong>en</strong>paar vond<strong>en</strong> wij op het oud oppervlak <strong>en</strong> onder de plagg<strong>en</strong> van<br />

het heuvellichaam e<strong>en</strong> vlek of hoopje geel zand terug. Dit kan er op wijz<strong>en</strong> dat de pal<strong>en</strong> reeds<br />

geplaatst war<strong>en</strong> vooraleer de plagg<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aangebracht. Enkele paalkuil<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> wat<br />

houtskoolrest<strong>en</strong>. De paalbases zelf war<strong>en</strong> aangekoold. Houtskoolkonc<strong>en</strong>traties war<strong>en</strong> er ook op het<br />

oud oppervlak <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de heuvelplagg<strong>en</strong>.<br />

Tumulus IV. Ringwalheuvel. De betrekkelijk kleine kernheuvel, zoals steeds opgebouwd uit<br />

omgekeerd ope<strong>en</strong>gestapelde heideplagg<strong>en</strong>, had e<strong>en</strong> diameter van ongeveer 8 meter <strong>en</strong> was nog 50<br />

cm hoog bewaard. Hij was omgev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> wal (basisbreedte 2,50 meter), die aan de zuidwestzijde<br />

onderbrok<strong>en</strong> was <strong>en</strong> op die wijze e<strong>en</strong> 1 meter brede toegang vrijliet. Deze wal was op zijn beurt<br />

omgev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> 1,50 brede <strong>en</strong> 1,40 meter diepe V-vormige ringsloot. Deze laatste bezat ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> onderbreking, die korrespondeerde met deze in de wal. De totale diameter van de konstruktie<br />

bedroeg 16 meter. In 1927 vond<strong>en</strong> E.Rahir <strong>en</strong> L.Stroobant in het c<strong>en</strong>trum van deze tombelle n°2 op<br />

e<strong>en</strong> diepte van 40 cm e<strong>en</strong> dunne houtskoolvlek (diameter 1,60). Op 1,60 meter van het c<strong>en</strong>trum<br />

verwijderd vond<strong>en</strong> zij nog de onderste helft van e<strong>en</strong> grote urn, gevuld met verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong>. In<br />

1966 war<strong>en</strong> helemaal ge<strong>en</strong> bijzetting<strong>en</strong> meer aanwezig. Slechts in het zuidwestkwadrant lag e<strong>en</strong><br />

kleine hoeveelheid krematie in e<strong>en</strong> konijn<strong>en</strong>pijp. Mogelijk is deze erg<strong>en</strong>s uit het c<strong>en</strong>trale deel van de<br />

heuvel afkomstig. De analyse van de be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> liet ge<strong>en</strong> antropologische diagnose toe<br />

(Dr.P.Janss<strong>en</strong>s). Onder de heuvel lag het oud oppervlak overstrooid met houtskool. Teg<strong>en</strong>over de<br />

toegang war<strong>en</strong> zelfs <strong>en</strong>kele grotere stukk<strong>en</strong> van verbrande boomstamm<strong>en</strong> te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />

De grafheuvels bij de Vlasroot<br />

Tumulus I. Tweeperiod<strong>en</strong>heuvel geleg<strong>en</strong> op de scheiding van twee akkers. Van de noordelijke helft<br />

was ongeveer 30 cm afgegrav<strong>en</strong>; het zuidelijk gedeelte was bij de ontginning slechts weinig verlaagd.<br />

a. Ringwalheuvel met wal <strong>en</strong> uitw<strong>en</strong>dige ringsloot. E<strong>en</strong> kleine kernheuvel (diameter 6 meter) bedekte<br />

e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal geleg<strong>en</strong> bijzetting. Deze was door e<strong>en</strong> storing gedeeltelijk vernield. In het restant van de<br />

ovale grafkuil tek<strong>en</strong>de zich nog duidelijk e<strong>en</strong> kleine boomkist af. Daar hier noch in de omgewoelde<br />

aarde krematierest<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> teruggevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, is het waarschijnlijk dat e<strong>en</strong> lijkbegraving<br />

plaatsgevond<strong>en</strong> heeft. De geringe afmeting<strong>en</strong> van de kuil, waarvan de breedte slechts 50 cm bedroeg,<br />

<strong>en</strong> van de binn<strong>en</strong>zijde van de boomkist (breedte: nauwelijks 30 cm) wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> kindergraf. De<br />

heuvel zelf was omgev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> wal, met e<strong>en</strong> basisbreedte van 1,50 tot 2 meter. De buit<strong>en</strong>rand van<br />

de wal werd gestut door 2 op elkaar gelegde heideplagg<strong>en</strong>. Het zand dat door deze plagg<strong>en</strong> werd<br />

teg<strong>en</strong>gehoud<strong>en</strong> was afkomstig uit de uitw<strong>en</strong>dige ringsloot, die onmiddellijk bij de walvoet aansloot. De<br />

afgeronde bodem van deze 1 meter brede sloot reikte tot e<strong>en</strong> diepte van 80 cm onder het oud<br />

oppervlak. De totale diameter van de konstruktie bedroeg 12 meter.<br />

b. In e<strong>en</strong> tweede fase werd het bestaande heuvellichaam waarschijnlijk opgehoogd, e<strong>en</strong> nieuwe<br />

ringsloot gegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> ditmaal e<strong>en</strong> uitw<strong>en</strong>dige wal opgeworp<strong>en</strong>. De tijd die verliep tuss<strong>en</strong> beide<br />

konstrukties lijkt relatief kort geweest te zijn. De noordwestelijke helft van de tweede greppel werd<br />

immers aangelegd in de nog zichtbare bedding van de eerste sloot. De nieuwe ringsloot was echter<br />

groter, waardoor het c<strong>en</strong>trum van het nieuwe monum<strong>en</strong>t meer naar het zuidoost<strong>en</strong> werd verlegd. Aan<br />

de oost-, zuidoost- <strong>en</strong> zuidzijde werd de oudere greppel, waarin zich 10 tot 20 cm zand afgezet had,<br />

met plagg<strong>en</strong> gedempt. In deze tweede fase mat het heuvellichaam 11,50 meter in doormeter. De<br />

ringsloot aan de voet van de heuvel was 2 meter breed <strong>en</strong> de afgeronde bodem ervan reikte tot 1<br />

meter onder het oude maaiveld. Het zand uit de sloot was naar buit<strong>en</strong> toe tot e<strong>en</strong> lage 3 meter brede<br />

wal opgeworp<strong>en</strong>. De totale diameter van deze konstruktie bedroeg alzo 20 meter. De sekundaire<br />

plagg<strong>en</strong>ophoging bedekte ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> bijzetting, iets exc<strong>en</strong>trisch geleg<strong>en</strong> in zuidoostelijke richting,<br />

ter hoogte van het oud oppervlak <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de primaire wal <strong>en</strong> heuvel. Twee boomstamm<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

dikte van 20 cm <strong>en</strong> e<strong>en</strong> l<strong>en</strong>gte van 2 meter war<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> afstand van 60 cm parallel aan elkaar<br />

neergelegd <strong>en</strong> 10 cm diep in het oude oppervlak ingegrav<strong>en</strong>. Langs de zuidwestzijde was deze op die<br />

wijze afgebak<strong>en</strong>de ruimte afgeslot<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> dwarsbalkje. Dit was ev<strong>en</strong>wel niet het geval aan de<br />

noordoostkant. Aangezi<strong>en</strong> hier ev<strong>en</strong>min rest<strong>en</strong> van verbrande be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> te bespeur<strong>en</strong> war<strong>en</strong>,


veronderstell<strong>en</strong> wij dat er ook hier e<strong>en</strong> lijkbegraving plaatsgehad heeft. E<strong>en</strong> lijksilhouet was niet<br />

zichtbaar. De afmeting<strong>en</strong> van dit graf duid<strong>en</strong> er wel op dat het voor e<strong>en</strong> volwass<strong>en</strong> persoon bestemd<br />

was.<br />

Tumulus II. Ruim 150 meter t<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van heuvel I lag nog e<strong>en</strong> tweede tumulus. Deze mat ongeveer<br />

20 meter in diameter <strong>en</strong> was ongeveer 1 meter hoog bewaard. Tuss<strong>en</strong> 1962 <strong>en</strong> 1964 werd deze<br />

heuvel volledig vernield.<br />

5. Opgraving van e<strong>en</strong> Mesolithische site op de Paardsdrank te <strong>Weelde</strong> in 1976 <strong>en</strong> 1977<br />

Met het einde van de laatste grote ijstijd, de Würm, trad e<strong>en</strong> langzame verbetering van het klimaat in.<br />

Zo werd<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> schijnbaar lange periode van m<strong>en</strong>selijke afwezigheid onze gewest<strong>en</strong> opnieuw<br />

bevolkt. Verschill<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>groep<strong>en</strong> (Hamburg, Tjonger, Ahr<strong>en</strong>sburg, ...) over wier herkomst m<strong>en</strong><br />

het niet e<strong>en</strong>s is, hebb<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s dit uitdein<strong>en</strong> van de ijstijd (of Tardiglaciaal) (12.000 - 8.300 V.C.) de<br />

Lage Land<strong>en</strong> bewoond. Deze lied<strong>en</strong>, die nog sterk teerd<strong>en</strong> op de verworv<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van de Oude<br />

Ste<strong>en</strong>tijd (of het Paleolithicum), leefd<strong>en</strong> in hoofdzaak van r<strong>en</strong>dierjacht. Omwille van hun verwantschap<br />

met de paleolithische jagers heeft m<strong>en</strong> deze tardiglaciale cultur<strong>en</strong> vaak onder de noemer<br />

Epipaleolithicum sam<strong>en</strong>gebracht.<br />

De aanvang van het Holoce<strong>en</strong> (8.300 V.C.) tot op hed<strong>en</strong> luidde de definitieve klimaatsverbetering in<br />

die het r<strong>en</strong>dier voorgoed uit onze strek<strong>en</strong> zou verdrijv<strong>en</strong>. De schaars beboste steppe van het<br />

Tardiglaciaal moest langzaam wijk<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> boslandschap, waarin aanvankelijk berk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

d<strong>en</strong>n<strong>en</strong> het gros van de vegetatie zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> uitgemaakt. We zijn nu in de Midd<strong>en</strong> Ste<strong>en</strong>tijd of het<br />

Mesolithicum aanbeland. De m<strong>en</strong>s, die zich voor talrijke verandering<strong>en</strong> in de plant<strong>en</strong>- <strong>en</strong> dier<strong>en</strong>wereld<br />

geplaatst zag, was g<strong>en</strong>oodzaakt zijn lev<strong>en</strong>swijze grondig aan te pass<strong>en</strong>. Met het verdwijn<strong>en</strong> van het<br />

r<strong>en</strong>dier, dat in kudd<strong>en</strong> leefde, was hij voor zijn lev<strong>en</strong>sonderhoud aangewez<strong>en</strong> op dier<strong>en</strong> die verspreid<br />

het woud bevolkt<strong>en</strong>, zoals het hert <strong>en</strong> de ever. Ook de jacht op kleinwild <strong>en</strong> de visvangst moet<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

belangrijke rol in de voedselvoorzi<strong>en</strong>ing hebb<strong>en</strong> gespeeld. Dit alles had e<strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong>de wijziging van<br />

het werktuig<strong>en</strong>ars<strong>en</strong>aal tot gevolg. Reeds op het einde van het Paleolithicum (Magdal<strong>en</strong>iaan) <strong>en</strong><br />

gedur<strong>en</strong>de het Epipaleolithicum liet zich e<strong>en</strong> zekere t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s naar het steeds kleiner word<strong>en</strong> van de<br />

werktuig<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>. Voor het Mesolithicum zal het gebruik van zeer kleine st<strong>en</strong><strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong>, de<br />

zog<strong>en</strong>aamde microlith<strong>en</strong>, het meest opvall<strong>en</strong>de k<strong>en</strong>merk zijn. Vele microlith<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, gevat als spits<br />

of weerhaak in e<strong>en</strong> schacht, het ess<strong>en</strong>tiële onderdeel van de pijlbewap<strong>en</strong>ing hebb<strong>en</strong> uitgemaakt. Ook<br />

het gewone huishoudelijke gereedschap (schrabbers, bor<strong>en</strong>, ...)zal vaak tot microlithische afmeting<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> herleid. E<strong>en</strong> aantal werktuig<strong>en</strong> uit de Midd<strong>en</strong>-Ste<strong>en</strong>tijd werd<strong>en</strong> in de figuur sam<strong>en</strong>gebracht.<br />

Uit deze periode werd te <strong>Weelde</strong>, op de plaats g<strong>en</strong>aamd Paardsdrank, e<strong>en</strong> nederzetting opgegrav<strong>en</strong>.<br />

Ze werd bij oppervlakteprospectie ontdekt door de heer R.Foblets uit Brasschaat. De opgraving<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> in 1976-1977 ondernom<strong>en</strong> door het Laboratorium voor Prehistorie van de Katholieke<br />

Universiteit te Leuv<strong>en</strong> o.l.v. Prof.P.Vermeersch. Het materiaal is mom<strong>en</strong>teel ter studie <strong>en</strong> wij will<strong>en</strong><br />

hier dan ook slechts <strong>en</strong>kele zeer voorlopige resultat<strong>en</strong> pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>. De nederzetting, gesitueerd in<br />

e<strong>en</strong> duinlandschap, ligt bov<strong>en</strong>op e<strong>en</strong> paraboolduin, waarvan de beide arm<strong>en</strong> naar het zuid<strong>en</strong> toe e<strong>en</strong><br />

v<strong>en</strong> omsluit<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dergelijke geomorfologische positie blijkt karakteristiek te zijn voor vele<br />

epipaleolithische <strong>en</strong> mesolithische nederzetting<strong>en</strong> in zandig Noord-België <strong>en</strong> Zuid-Nederland. In het<br />

duin heeft zich e<strong>en</strong> humus ijzer podzol (e<strong>en</strong> karakteristieke bodem voor zandige gebied<strong>en</strong>) ontwikkeld.<br />

De stratigrafische positie van de door de m<strong>en</strong>s vervaardigde voorwerp<strong>en</strong> (artefact<strong>en</strong>) biedt hier echter<br />

weinig uitsluitsel voor e<strong>en</strong> datering.<br />

Drie conc<strong>en</strong>traties van artefact<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d. Twee daarvan zijn eerder uitgerekt <strong>en</strong><br />

vormloos; de derde is mooi ovaalvormig. De talrijke fragm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> verbrande zandste<strong>en</strong> <strong>en</strong> kwarts<br />

mog<strong>en</strong> als de restant<strong>en</strong> van haard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geïnterpreteerd. Buit<strong>en</strong> de drie conc<strong>en</strong>traties kond<strong>en</strong><br />

overal op het duin nog verspreide artefact<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezameld. Als grondstoff<strong>en</strong> heeft de<br />

mesolithische m<strong>en</strong>s in hoofdzaak vuurste<strong>en</strong> <strong>en</strong> Wommersomkwartsiet b<strong>en</strong>ut. Deze laatste, e<strong>en</strong><br />

fijnkorrelig kwartsiet, laat zich gemakkelijk bewerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> was vooral tijd<strong>en</strong>s het Mesolithicum zeer in<br />

trek. Er is slechts één ontsluiting van gek<strong>en</strong>d, namelijk te Wommersom bij Ti<strong>en</strong><strong>en</strong>. Van daaruit werd<br />

het over grote afstand<strong>en</strong> geëxporteerd. Waar de vuurste<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong> werd, is moeilijker uit te mak<strong>en</strong>.<br />

De grind<strong>en</strong> van de Maas <strong>en</strong> het krijt van Limburg lijk<strong>en</strong> de meest voor de hand ligg<strong>en</strong>de oplossing<strong>en</strong>.


Hoe werd<strong>en</strong> deze grondstoff<strong>en</strong> nu door de m<strong>en</strong>s verwerkt? Door e<strong>en</strong> directe slag (ste<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> ste<strong>en</strong>)<br />

of door e<strong>en</strong> indirecte slag (met behulp van e<strong>en</strong> beitel uit hout of ste<strong>en</strong>) werd<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ruwe knol<br />

vuurste<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> andere grondstof stukk<strong>en</strong> afgeslag<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong>, naargelang hun l<strong>en</strong>gte, afslag<strong>en</strong> of<br />

kling<strong>en</strong> noemt. Het blok grondstof waarop m<strong>en</strong> slaat om afslag<strong>en</strong> of kling<strong>en</strong> te bekom<strong>en</strong>, duidt m<strong>en</strong><br />

aan als kern of nucleus. Door de geproduceerde afslag<strong>en</strong> <strong>en</strong> kling<strong>en</strong> verder te bewerk<strong>en</strong> met slag- of<br />

druktechniek (retoucher<strong>en</strong>) word<strong>en</strong> karakteristieke werktuigvorm<strong>en</strong> tot stand gebracht. Op de<br />

nederzetting van <strong>Weelde</strong> war<strong>en</strong> kern<strong>en</strong> eerder zeldzaam <strong>en</strong> meestal volledig opgebruikt, wat er op<br />

wijst dat de mesolithische m<strong>en</strong>s ge<strong>en</strong> onbegr<strong>en</strong>sde hoeveelhed<strong>en</strong> grondstof ter beschikking stond<strong>en</strong>.<br />

In het werktuig<strong>en</strong>bestand bekled<strong>en</strong> de microlith<strong>en</strong> uiteraard e<strong>en</strong> voorname plaats. Ze beslaan ca 30%<br />

van het totale instrum<strong>en</strong>tarium. Hieronder treff<strong>en</strong> we allerhande spits<strong>en</strong> aan, alsook geometrische<br />

vorm<strong>en</strong>: <strong>en</strong>kele segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> driehoek<strong>en</strong>, talrijke trapezia. Microkling<strong>en</strong> met afgestompte boord<br />

(kleine, langs één boord stomp gemaakte kling<strong>en</strong>) zijn lang niet zeldzaam. Door het aanw<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> vlakke bewerkingstechniek op microlith<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor onze strek<strong>en</strong> karakteristieke werktuig<strong>en</strong><br />

verkreg<strong>en</strong>: marebladspits<strong>en</strong> <strong>en</strong> spits<strong>en</strong> met afgeronde of schuine basis. De overige werktuig<strong>en</strong><br />

omvatt<strong>en</strong> schrabbers, zeldzame stekers <strong>en</strong> bor<strong>en</strong> <strong>en</strong> talrijke geretoucheerde <strong>en</strong> gekerfde afslag<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

kling<strong>en</strong>, die voor de meest verscheid<strong>en</strong> werkzaamhed<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zijn aangew<strong>en</strong>d.<br />

M<strong>en</strong> moet er zich wel rek<strong>en</strong>schap van gev<strong>en</strong> dat al deze st<strong>en</strong><strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> summier<br />

aandeel uitmaakt<strong>en</strong> van de materiële cultuur van de mesolithische m<strong>en</strong>s. In de zure zandbodems van<br />

de Kemp<strong>en</strong> zal heel wat vergankelijk materiaal verlor<strong>en</strong> zijn gegaan. Gebruiksvoorwerp<strong>en</strong> uit hout of<br />

be<strong>en</strong> word<strong>en</strong> slechts in zeer uitzonderlijke omstandighed<strong>en</strong> teruggevond<strong>en</strong>. In het huidige stadium<br />

van het onderzoek is het voorbarig om zich aan e<strong>en</strong> datering te gewag<strong>en</strong>. Toch will<strong>en</strong> wij op louter<br />

typologische grond<strong>en</strong> (vergelijk<strong>en</strong>de classificatie van het materiaal) deze industrie tuss<strong>en</strong> 6000 <strong>en</strong><br />

4500 V.C. plaats<strong>en</strong>. De resultat<strong>en</strong> van het natuurwet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek (C14, sedim<strong>en</strong>tologie,<br />

poll<strong>en</strong>analyse) zull<strong>en</strong> hier hopelijk meer klaarheid br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.


III.Plaatsnam<strong>en</strong><br />

Plaatsnam<strong>en</strong> zijn vaak dragers van boei<strong>en</strong>de geschied<strong>en</strong>is. Vooral zijn ze echter voor<br />

geïnteresseerde streekbewoners e<strong>en</strong> bron waaruit die veel k<strong>en</strong>nis kunn<strong>en</strong> vergar<strong>en</strong> met betrekking tot<br />

de lev<strong>en</strong>swijze van de m<strong>en</strong>s in vroegere eeuw<strong>en</strong>. Voor onze geme<strong>en</strong>te hebb<strong>en</strong> wij er e<strong>en</strong> uitgebreide<br />

studie aan gewijd die wij in 1958 te Leuv<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voorgedrag<strong>en</strong>. Ze is dus niet versch<strong>en</strong><strong>en</strong>. Daarom<br />

prober<strong>en</strong> wij er in dit hoofdstuk e<strong>en</strong> goed leesbaar, maar leerzaam verhaal uit sam<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>. De<br />

toponymie of plaatsnaamkunde bestudeert de nam<strong>en</strong> van weg<strong>en</strong>, strat<strong>en</strong>, gehucht<strong>en</strong>, waterlop<strong>en</strong>,<br />

huiz<strong>en</strong>, poel<strong>en</strong>, veld<strong>en</strong>, heid<strong>en</strong>, brugg<strong>en</strong>, akkers <strong>en</strong> noem maar op. Niet alle<strong>en</strong> de nu nog bestaande<br />

nam<strong>en</strong> zijn het voorwerp van de studie, maar ook alle nam<strong>en</strong> die er ooit zijn geweest. Derhalve moet<br />

hij die het onderzoek doet, alle archiev<strong>en</strong> van de betrokk<strong>en</strong> streek doorlez<strong>en</strong> <strong>en</strong> er alle plaatsnam<strong>en</strong><br />

uit noter<strong>en</strong> in hun context (de tekst waarin die voorkom<strong>en</strong>). Door vergelijking van de ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de<br />

schrijfwijz<strong>en</strong> valt dan meestal de betek<strong>en</strong>is wel te achterhal<strong>en</strong>. Om dat laatste met grotere zekerheid<br />

te kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, moet de toponymist (plaatsnaamkundige of onderzoeker) gebruik mak<strong>en</strong> van<br />

verscheid<strong>en</strong>e hulpwet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. Maar daar hoev<strong>en</strong> wij hier niet over uit te weid<strong>en</strong>. Voor het gemak<br />

van de lezer zull<strong>en</strong> wij hieronder de nam<strong>en</strong> alfabetisch schikk<strong>en</strong>. Bij elke naam die e<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t bevat<br />

dat ook nog in andere nam<strong>en</strong> voorkomt, zull<strong>en</strong> wij telk<strong>en</strong>s de hele groep van die nam<strong>en</strong> weergev<strong>en</strong>.<br />

Er is echter e<strong>en</strong> probleem. Tijd<strong>en</strong>s onze studie verzameld<strong>en</strong> wij meer dan 1800 nam<strong>en</strong>. Het is<br />

onmogelijk om al die nam<strong>en</strong> te behandel<strong>en</strong>, want dat zou e<strong>en</strong> boek op zichzelf gaan betek<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Daarom kiez<strong>en</strong> wij er de interessantste uit.<br />

De naam <strong>Weelde</strong><br />

Wij hebb<strong>en</strong> natuurlijk ontelbare notities g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van de naam <strong>Weelde</strong>, maar vatt<strong>en</strong> hier sterk sam<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de schrijfwijz<strong>en</strong> weer met de oudste vermelding. De jaartall<strong>en</strong> staan er<br />

tuss<strong>en</strong> haakjes bij: Welder<strong>en</strong> (1260), Welde (1260), Weeldt (1294), <strong>Weelde</strong> (1307), Weylde (1403),<br />

weld<strong>en</strong> (1555), weildt (1633); vanaf dan kom<strong>en</strong> afwissel<strong>en</strong>d Welde <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> voor. Slechts één<br />

auteur (Prof.Mansion) gelooft, dat <strong>Weelde</strong> gewoon verwant is met "weelde" dat "rijkdom" betek<strong>en</strong>t.<br />

Dan zou de naam staan voor "vette grond", "vruchtbaar land". Dit is niet waarschijnlijk. Dezelfde<br />

auteur me<strong>en</strong>t, dat het ook wel "wildernis" zou kunn<strong>en</strong> zijn. In dit geval zou zich e<strong>en</strong> zeer ongewone<br />

taalkundige verschuiving moet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voorgedaan van "wilde" naar "weelde" via "welde". Daar<br />

gelov<strong>en</strong> wij niet in. Waar wij wel in gelov<strong>en</strong> is, dat de vorm<strong>en</strong> "Welder<strong>en</strong>" <strong>en</strong> "Welde" wat te mak<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> met het middeleeuwse woord "welle" of "well<strong>en</strong>". Dat is dan e<strong>en</strong> put of ook wel e<strong>en</strong> bron. Het<br />

is duidelijk, dat die bron dan niets anders is dan de oorsprong van de Aa. Iedere<strong>en</strong> weet namelijk, dat<br />

de Aa in <strong>Weelde</strong> ontspringt. Derhalve nem<strong>en</strong> wij aan, dat <strong>Weelde</strong> "e<strong>en</strong> plaats bij de bron" is, ofwel<br />

(minder waarschijnlijk voor e<strong>en</strong> Kemp<strong>en</strong>s dorp) "vruchtbare streek".<br />

Plaatsnam<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong><br />

Wij zull<strong>en</strong> als volgt tewerkgaan. Bij elke naam zull<strong>en</strong> wij eerst <strong>en</strong>kele schrijfwijz<strong>en</strong> met hun jaartall<strong>en</strong><br />

vermeld<strong>en</strong>, daaronder gegev<strong>en</strong>s verstrekk<strong>en</strong> over de ligging <strong>en</strong> daarna de verklaring gev<strong>en</strong>. Het is<br />

ge<strong>en</strong> do<strong>en</strong>bare zaak om alle citat<strong>en</strong> te vermeld<strong>en</strong>. Wij beperk<strong>en</strong> ons tot e<strong>en</strong> paar belangrijke.<br />

Aa<br />

aa(1626), d'A (1689), Aa (vanaf 1681).<br />

Dit is dan de echte naam van de rivier die de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> doorgaans "stroom" noem<strong>en</strong>. Ze ontspringt<br />

bij de St<strong>en</strong><strong>en</strong>brug <strong>en</strong> vloeit langs Poppel naar Nederland, waar ze in de Maas uitmondt. Aldus neemt<br />

ze het water van het oostelijk gedeelte van <strong>Weelde</strong> op <strong>en</strong> zorgt voor malse beemd<strong>en</strong>. Zoals hierbov<strong>en</strong><br />

reeds is gezegd, ligt deze rivier waarschijnlijk aan de basis van de naam <strong>Weelde</strong> zelf. Aa is verwant<br />

met het Latijnse "aqua", wat gewoon "water" betek<strong>en</strong>t.<br />

Aalbos, Al<strong>en</strong>hof<br />

alsboschs (1368), aelbosch (1410).


E<strong>en</strong> zeer oud toponiem dus, dat ev<strong>en</strong>wel na 1417 niet meer voorkomt <strong>en</strong> dat wij ook niet hebb<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> localiser<strong>en</strong>. Het elem<strong>en</strong>t "aal" wijst met grote waarschijnlijkheid naar de vissoort. In het Aalbos<br />

zal wel e<strong>en</strong> kweekvijver voor paling hebb<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>. In 1452 komt op het Laar ook nog e<strong>en</strong> Al<strong>en</strong>hof<br />

voor.<br />

Aalst, Aalstakker, Aalstbocht, Aalstbos, Aalstpad, Aalstse Hoeve<br />

alst (1368), aelst (1410), aelst<strong>en</strong> (1630), aelste (1631) <strong>en</strong> verder steeds "aelst". Aelstacker (1681), d<strong>en</strong><br />

Aelstbocht (1643), d<strong>en</strong> aelst bosch (1442). Aelst is e<strong>en</strong> gebied tuss<strong>en</strong> het Ge<strong>en</strong>einde <strong>en</strong> het Laar. De<br />

naam Aalst is e<strong>en</strong> dialectische vorm van "els". Het is dus e<strong>en</strong> plaats waar elz<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>. De -t komt in<br />

plaatsnam<strong>en</strong> veel voor om te wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> zgn. collectivum: d.i. e<strong>en</strong> verzameling van (in dit geval)<br />

veel elz<strong>en</strong>. Aalstbocht is dan e<strong>en</strong> met elz<strong>en</strong> omheind stuk land. Het is de akker op de buit<strong>en</strong>kant van<br />

de bocht die de weg maakt ter hoogte van de mol<strong>en</strong>. Alle hierbov<strong>en</strong> geciteerde nam<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor op<br />

het Aalst. Verder komt in de achtti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw ook nog de naam "Klein Aalst" voor,<br />

ev<strong>en</strong>als "Kleine Aalstakker".<br />

Aard<br />

Aert (1619) in de verbinding "Aertbrief", de Aert (1697). In <strong>Weelde</strong> is ge<strong>en</strong> gebiedsdeel onder de naam<br />

Aard blijv<strong>en</strong> bestaan, zoals dat in vele Kemp<strong>en</strong>se geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (vb.Geel) wel het geval is. <strong>Weelde</strong> bezit<br />

ev<strong>en</strong>wel e<strong>en</strong> aardbrief uit 1331, waarin Hertog Jan <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel in het bezit stelt van "vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong>"<br />

ofte "gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong>". Omdat de brief slecht bewaard was, heeft m<strong>en</strong> er in 1449 e<strong>en</strong> "vidimus" van<br />

verle<strong>en</strong>d. Elders in dit boek kunt u er meer over lez<strong>en</strong>. Wij hebb<strong>en</strong> niet precies kunn<strong>en</strong> uitmak<strong>en</strong> waar<br />

de in 1697 vermelde aard lag. Oorspronkelijk ging het bij e<strong>en</strong> aard om geme<strong>en</strong>schappelijke,<br />

braakligg<strong>en</strong>de grond<strong>en</strong>, dus e<strong>en</strong> soort geme<strong>en</strong>schapsland, waarop m<strong>en</strong> vrij zijn vee kon lat<strong>en</strong> graz<strong>en</strong>.<br />

Later evolueerde hij tot e<strong>en</strong> met cijns<strong>en</strong> belaste grond <strong>en</strong> nog later tot weideland <strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte tot<br />

akkerland. Het woord zelf ontwikkelde zich uit het Germaanse "arthu", wat "landbouw" betek<strong>en</strong>t.<br />

Absolonsbeemd<br />

Absolons beempt (1643,1654). Deze beemd lag langs de Aa ter hoogte van het Schoot. De naam zelf<br />

is gewoon afgeleid van de voornaam van Hebreeuwse oorsprong "Absalom", in <strong>Weelde</strong> "Absolon"<br />

uitgesprok<strong>en</strong>.<br />

Achterste bocht<br />

achterst<strong>en</strong> bucht (1368), acht(er)st<strong>en</strong> bocht (1387). E<strong>en</strong> akker in de Meir. In de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw<br />

veranderde de naam in "akkerbocht". Het elem<strong>en</strong>t "achterste" komt in onze plaatsnam<strong>en</strong> zeer veel<br />

voor. Het wijst natuurlijk op de ligging. Opmerkelijk is hoezeer onze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met die soort bijvoeglijke<br />

naamwoord<strong>en</strong> werkt<strong>en</strong> "binn<strong>en</strong>ste, bov<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>, hoge, lage, neer, noord, over, voor, zuid,<br />

ge<strong>en</strong>, midd<strong>en</strong>ste, <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>" kom<strong>en</strong> alle meermaals voor. Zulke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ontstond<strong>en</strong> door de meer<br />

int<strong>en</strong>sieve grondbewerking waardoor de eig<strong>en</strong>domm<strong>en</strong> sterker verdeeld werd<strong>en</strong>. Voor het elem<strong>en</strong>t<br />

"bocht" verwijz<strong>en</strong> wij naar hieronder waar wij het woord zelf besprek<strong>en</strong>.<br />

Achterste dries (zie Dries)<br />

Aderv<strong>en</strong> of Aierv<strong>en</strong><br />

aderv<strong>en</strong> (1680), d'aderv<strong>en</strong>ne (1787). E<strong>en</strong> v<strong>en</strong> in het Ge<strong>en</strong>einde. Het is inmiddels verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. De<br />

naam wijst misschi<strong>en</strong> op de langwerpige, smalle vorm.<br />

Afgebrok<strong>en</strong> stedeke<br />

afgebrok<strong>en</strong> stedeke (1453), afgebrok<strong>en</strong> stedek<strong>en</strong> (1684). Waarschijnlijk hebb<strong>en</strong> de twee<br />

vermelding<strong>en</strong> betrekking op dezelfde plaats. Bij één (1684) staat duidelijk vermeld, dat het e<strong>en</strong> plaats<br />

is in de Koningstraat. De betek<strong>en</strong>is is natuurlijk meer dan duidelijk: hier werd ooit e<strong>en</strong> huis afgebrok<strong>en</strong>.


Aierv<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, Aierv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> Groes, Kwade Aierv<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />

d'Aijerv<strong>en</strong>ne (1609), d'aijerv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (1610), int ayerv<strong>en</strong>ne (1622), het ayer v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (17e eeuw),<br />

d'ayerv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (1787). Het is duidelijk e<strong>en</strong> v<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> paar omligg<strong>en</strong>de plass<strong>en</strong> in de Leemputt<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong><br />

is het bouwland geword<strong>en</strong>. De naam komt nu e<strong>en</strong>s in het <strong>en</strong>kelvoud, dan weer in het meervoud voor.<br />

Toch m<strong>en</strong><strong>en</strong> wij, dat het elem<strong>en</strong>t "aier" slechts op het eig<strong>en</strong>lijke v<strong>en</strong> betrekking moet hebb<strong>en</strong> gehad.<br />

Het is vrijwel zeker, dat "aier" gewoon de dialectische weergave is van "ader". Zie daarvoor onder<br />

Aderv<strong>en</strong>. Hij kan ook iets te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met eier<strong>en</strong>. In het dialect is eier<strong>en</strong> nog "aier". Daar legd<strong>en</strong><br />

de watervogels dan hun eier<strong>en</strong>. Groes betek<strong>en</strong>t "jeugdig gras". Het is dus e<strong>en</strong> jonge wei bij het<br />

Aierv<strong>en</strong>. Zie verder ook onder Groes. Kwade Aierv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gewoon maar onvruchtbare veld<strong>en</strong><br />

bij de Aierv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zijn.<br />

Akkerbocht (zie Bocht)<br />

Akkerdries (zie Dries)<br />

Akkeroord<br />

eckerhaert (1669), ackerhoort (1669), ackerhout (17e eeuw), ackerroet (1724), ackerhort (1729),<br />

akkeroord (1956). Dit is e<strong>en</strong> partij akkerland langshe<strong>en</strong> de Koningstraat. Ze vormt e<strong>en</strong> meer verhev<strong>en</strong><br />

gebied naast het lage Brouwers Goor. De betek<strong>en</strong>is is nogal duidelijk. "Oord" betek<strong>en</strong>t gewoon<br />

"gebied". Het is dus e<strong>en</strong> voor akkerland bijzonder geschikt gebiedsdeel van het Ge<strong>en</strong>einde.<br />

Al<strong>en</strong>hof (zie Aalbos)<br />

Amperakker<br />

Amperacker (14e eeuw), amper acker (1638), <strong>en</strong> verder in deze twee schrijfwijz<strong>en</strong> nog herhaaldelijk<br />

tot in 1796. Deze akker lag in de Meir. Er langshe<strong>en</strong> lag e<strong>en</strong> Akkerstraatje <strong>en</strong> e<strong>en</strong> Kerkstraat, zoals<br />

blijkt uit de archiev<strong>en</strong>. Ene Elisabeth Goes heeft er in de veerti<strong>en</strong>de eeuw recht<strong>en</strong> op gehad. De<br />

betek<strong>en</strong>is is e<strong>en</strong> beetje onzeker. Ofwel betek<strong>en</strong>t "amper" zoveel als "scherp,zuur, hard,<br />

onaang<strong>en</strong>aam" <strong>en</strong> dan is het e<strong>en</strong> moeilijk te bewerk<strong>en</strong> akker, ofwel is het "amper" e<strong>en</strong> akker: dus, e<strong>en</strong><br />

zeer kleine akker. Gezi<strong>en</strong> er weg<strong>en</strong> langshe<strong>en</strong> liep<strong>en</strong> zal hij wel niet zo klein geweest zijn <strong>en</strong> gelov<strong>en</strong><br />

wij, dat de eerste betek<strong>en</strong>is het meeste kans maakt.<br />

Ansbocht (zie Bocht)<br />

Averbodes Goed, Mastbos van Averbode<br />

Everbodes goet (1717), mastbos van Everbode (1787). Dit zijn grond<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bos in het Mol<strong>en</strong>heike,<br />

waarop de abdij van Averbode ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kon heff<strong>en</strong>.<br />

Baalse beemd (zie Beemd)<br />

Baanse akker, Baanse Dries<br />

ba<strong>en</strong>s<strong>en</strong> acker (1694) <strong>en</strong> (1698), ba<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ofte breynss<strong>en</strong> dries (1652). Deze twee nam<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor<br />

in het gehucht Brein. Het is wel merkwaardig, dat "baanse" <strong>en</strong> "breinse" als variant<strong>en</strong> voor elkaar<br />

voorkom<strong>en</strong>, terwijl de gehuchtnaam Brein voor het eerst in 1625 vermeld wordt. Misschi<strong>en</strong> heeft<br />

"baanse" toch iets met Brein te mak<strong>en</strong>.<br />

Baart<strong>en</strong> Beemd (zie Beemd)<br />

Baies, Baiesstede


't baies (17e eeuw). Het is zeker, dat de naam Baies stond voor e<strong>en</strong> partij akkerland op het<br />

Hoogeinde. Wij zijn ervan overtuigd, dat dit gewoon de famili<strong>en</strong>aam Baies (nu: Bay<strong>en</strong>s) is. Het Baies<br />

lag achter de hoeve Bayes Stede.<br />

Bakstraat, Baksbosweg, Bakserve, Baksv<strong>en</strong>weg, Bakstraats Heideke<br />

backstraet (1631), bacxstraet (1696), backxstraet (1745), bakstraet (1779), Bakstraat (1981), bacs<br />

erve (1417), Bakstraets heik<strong>en</strong> (1801). Bakstraat was in de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw de naam voor de weg<br />

die van de Singel naar de Leemputt<strong>en</strong> liep. In alle hierbov<strong>en</strong> vermelde nam<strong>en</strong> komt onteg<strong>en</strong>sprekelijk<br />

de eig<strong>en</strong>naam Bax (Back, Backx, <strong>en</strong>z. in vroegere eeuw<strong>en</strong>) voor. De familie Back is één van de<br />

oudste Weeldse families <strong>en</strong> g<strong>en</strong>oot de eeuw<strong>en</strong> door groot aanzi<strong>en</strong>. Zie daarover meer in het historisch<br />

gedeelte.<br />

Baet<strong>en</strong>heide, Baet<strong>en</strong>einde, Bat<strong>en</strong>heideveldweg<br />

't bat<strong>en</strong> heijvelt (1773), Baet<strong>en</strong>hey (1910), Baat<strong>en</strong> Heide (Kadaster) <strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte Bat<strong>en</strong>heide (1981),<br />

Baet<strong>en</strong>eyndt (1631). Uit het archief blijkt, dat het gehele gebied achter het Hummelshoek in de<br />

zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw Baet<strong>en</strong>einde g<strong>en</strong>oemd werd. Het was e<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>gd gebied met bos-, heide- <strong>en</strong><br />

ve<strong>en</strong>grond. Tuss<strong>en</strong>door lag er e<strong>en</strong> stukje cultuurland. De naam is wellicht die van de to<strong>en</strong>malige<br />

eig<strong>en</strong>aar, Hein Baet<strong>en</strong>. Dat wet<strong>en</strong> wij, omdat in 1662 e<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t zegt: "heyn baet<strong>en</strong> heijvelt<br />

geleg<strong>en</strong> tussch<strong>en</strong> Bairle <strong>en</strong>de <strong>Weelde</strong> ...". Bat<strong>en</strong>heide is dus e<strong>en</strong> gedeelte van het gebied Bat<strong>en</strong>einde.<br />

Vermeld<strong>en</strong> wij nog, dat Bat<strong>en</strong> verwant is met Beatrijs. Bat<strong>en</strong> is dus "zoon van Beatrijs".<br />

Bedd<strong>en</strong>, Korte Bedd<strong>en</strong><br />

d<strong>en</strong> mep acker ofte bedd<strong>en</strong> (1638), d<strong>en</strong> bedd<strong>en</strong> (1643), de bedd<strong>en</strong> (17e eeuw). Dit is e<strong>en</strong> stuk<br />

akkerland <strong>en</strong> dries in het Ge<strong>en</strong>einde. Bedd<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>de "leger (van dier<strong>en</strong>), winterleger, plaats waar<br />

viss<strong>en</strong> kuit schiet<strong>en</strong>; bedding, laag stuk land; waterkering, dam, ophoging van e<strong>en</strong> oever". Wellicht<br />

gaat het hier gewoon om e<strong>en</strong> in bedd<strong>en</strong> (wij k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> het woord nu nog) gelegd stuk land. Die bedd<strong>en</strong><br />

met de tuss<strong>en</strong>ligg<strong>en</strong>de kanaaltjes moest<strong>en</strong> voor goede afwatering zorg<strong>en</strong>. Korte Bedd<strong>en</strong> is zeker e<strong>en</strong><br />

naam die met dat verschijnsel te mak<strong>en</strong> had. Het elem<strong>en</strong>t "mep" laat zich moeilijk verklar<strong>en</strong>. Het komt<br />

ook maar één keer voor.<br />

Beekse rijt (zie Rijt)<br />

Beemd<br />

Dit elem<strong>en</strong>t komt in <strong>Weelde</strong> zeer vaak voor. D<strong>en</strong>k aan nam<strong>en</strong> als: de Beemd<strong>en</strong>, Baalse Beemd,<br />

Baart<strong>en</strong> Beemdeke, Bosbeemd, Keurvorste Beemd<strong>en</strong>, Beert<strong>en</strong> Beemdeke, Absolonsbeemd,<br />

Kopsbeemdeke <strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> andere. De schrijfwijz<strong>en</strong> variër<strong>en</strong> niet zo erg: d<strong>en</strong> beemt (1685), de<br />

beemdek<strong>en</strong>s (1638), de bemdek<strong>en</strong>s (1698) <strong>en</strong>z. E<strong>en</strong> beemd is e<strong>en</strong> weiland, in principe om gemaaid<br />

<strong>en</strong> gehooid te word<strong>en</strong>. Omdat daar de weid<strong>en</strong> meestal het weligst tier<strong>en</strong>, geeft m<strong>en</strong> de naam beemd<br />

dan ook doorgaans aan die grasland<strong>en</strong> die bij e<strong>en</strong> rivier ligg<strong>en</strong>. Zo treft m<strong>en</strong> er nogal wat aan bij de<br />

Aa. Uit vergelijk<strong>en</strong>de studie kan m<strong>en</strong> de Germaanse oorsprong ervan bepal<strong>en</strong>: "bami-d-ci", wat<br />

"besproeid land" betek<strong>en</strong>t. Voor Absolonsbeemd: zie aldaar.<br />

Bellek<strong>en</strong>s, Belk<strong>en</strong>s Beemdek<strong>en</strong>s, Bellek<strong>en</strong> Voort<br />

het Bellek<strong>en</strong> (1684), de belleck<strong>en</strong> (17e eeuw), t'bellek<strong>en</strong> (1737, belk<strong>en</strong>s bemdek<strong>en</strong>s (1737),<br />

belk<strong>en</strong>vort (1367), belk<strong>en</strong>voert (1442), belkevoirt (1442), belckevoirt (1637), bellekevoort (1680),<br />

bellek<strong>en</strong> voort (1787). Bellek<strong>en</strong> <strong>en</strong> Bellek<strong>en</strong> Voort lag<strong>en</strong> bij de Aa t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van het Stok. Bellek<strong>en</strong><br />

kan op verscheid<strong>en</strong>e manier<strong>en</strong> verklaard word<strong>en</strong>: het Middelnederlandse "belle" betek<strong>en</strong>t "bloem<strong>en</strong><br />

die belvormig aan de st<strong>en</strong>gel hang<strong>en</strong>", er is ook "belle" als "afsluiting, omheining". Belle kan ook van<br />

Isabelle of Barbel (Barbara) kom<strong>en</strong>; de meeste schrijvers m<strong>en</strong><strong>en</strong> echter, dat het "afsluiting" betek<strong>en</strong>t.<br />

Dan komt het woord van het Latijnse balinus: e<strong>en</strong> omslot<strong>en</strong> terrein. Voor het elem<strong>en</strong>t "Voort" verwijz<strong>en</strong><br />

wij naar de naam "Voort" verderop.<br />

Berk<strong>en</strong>voort, Berkt


ercke voirt (17e eeuw), de berckt (1643). Berk<strong>en</strong>voort lag bij de Aa ter hoogte van het Mol<strong>en</strong>heike,<br />

terwijl het Berkt t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van de Aa in de Hegge moet hebb<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>. De boomnaam "berk" komt<br />

in de Kemp<strong>en</strong>se plaatsnam<strong>en</strong> zeer veel voor. Dat is te dank<strong>en</strong> aan het feit, dat de berk vaak gebruikt<br />

werd als gr<strong>en</strong>sboom. In ons geval zal Berk<strong>en</strong>voort betek<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> met berk<strong>en</strong> "doorwaadbaar<br />

gemaakte plaats in de Aa". Berkt is e<strong>en</strong> plaats waar vele berk<strong>en</strong> groei<strong>en</strong> (zie voor de t hierbov<strong>en</strong><br />

onder Aalst). Zie ook onder "Voort".<br />

Bett<strong>en</strong>, Bett<strong>en</strong>akker<br />

d<strong>en</strong> bett<strong>en</strong> (1680), d<strong>en</strong> Bett<strong>en</strong> (1681), d<strong>en</strong> Bett<strong>en</strong> acker (1641). Wellicht gaat het in de twee gevall<strong>en</strong><br />

om dezelfde akker, want beide lag<strong>en</strong> in elk geval in de Meir. Alleszins is Bett<strong>en</strong> terug te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tot de<br />

voornaam Elisabeth. De -<strong>en</strong> is weer de bezitsvorm voor Bet. Sommig<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong> dat Bett<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

spotnaam voor vrouw<strong>en</strong> was.<br />

Biehof (zie Hof)<br />

Blek, Bleksakkerweg, Blekstraatje<br />

In <strong>Weelde</strong> komt de naam Blek driemaal voor. Wij lat<strong>en</strong> ze hier onder elkaar volg<strong>en</strong>:<br />

1. opt bleck (1442), int blick (1643), blickt (1664): dit is het nu nog zo g<strong>en</strong>oemde gedeelte van de Meir.<br />

Erdoorhe<strong>en</strong> loopt het Blekstraatje.<br />

2. d'Bleck (17e eeuw): uit de Latijnse tekst waarin deze naam voorkomt, blijkt, dat dit Blek in de Hegge<br />

lag ter hoogte van de Heibraak.<br />

3. het bleck (1784): dit was t<strong>en</strong>slotte dan e<strong>en</strong> Blek in het Hoogeinde. Hierbij hoort de naam<br />

Bleksakkerweg.<br />

Blek is e<strong>en</strong> zeer oud woord, dat veelvuldig voorkomt in plaatnam<strong>en</strong>. Het zijn meestal nog<br />

onbegroeide, aangespoelde zandgrond<strong>en</strong> die met e<strong>en</strong> laagje klei bedekt war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> andere<br />

verklaring is te vind<strong>en</strong> in het werkwoord "blick<strong>en</strong>", wat "te voorschijn kom<strong>en</strong>" betek<strong>en</strong>t. Dan zou het<br />

e<strong>en</strong> plaats zijn die afsteekt teg<strong>en</strong> de omgeving: vb. e<strong>en</strong> zandachtige plek in kleigrond, e<strong>en</strong> plas in de<br />

heide of slib dat 's zomers bloot komt te ligg<strong>en</strong>. Verder kan "bleck" of "blick" ook nog wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />

plaats waar bom<strong>en</strong> ontschorst werd<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte komt het voor, dat het "e<strong>en</strong> omslot<strong>en</strong> weide"<br />

betek<strong>en</strong>t.<br />

Blok, Bloks Goor, Bloks Moer, Bloksv<strong>en</strong>, Oud Blok<br />

het blocxk<strong>en</strong> (1636), het block (1730), het block<strong>en</strong> (1734), het block<strong>en</strong>s (1736). De andere nam<strong>en</strong> zijn<br />

rec<strong>en</strong>ter. Alle nam<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> betrekking op e<strong>en</strong> gebied in het Ge<strong>en</strong>einde ter hoogte van de<br />

Koningsstraat. Blok is ontstaan uit "belok", wat op zichzelf afgeleid is van het werkwoord "luik<strong>en</strong>". Dit<br />

betek<strong>en</strong>t dan "sluit<strong>en</strong>". E<strong>en</strong> blok is dus e<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> gracht of omheining afgeslot<strong>en</strong> veld. Zo'n<br />

omheind stuk kon di<strong>en</strong><strong>en</strong> om vee op te lat<strong>en</strong> graz<strong>en</strong> (Kalverblok, Oss<strong>en</strong>blok) of om bepaalde vrucht<strong>en</strong><br />

op te winn<strong>en</strong> (Haverblok). In <strong>Weelde</strong> zal "Blok" ook wel iets met afsluiting te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Voor<br />

"Goor" <strong>en</strong> "Moer": zie onder die resp. nam<strong>en</strong>.<br />

Bocht, Bochtakker, Bochtakkerweg, Bochtje, <strong>en</strong>z.<br />

Wij hebb<strong>en</strong> bij onze studie over de plaatsnam<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> niet minder dan zev<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong><br />

waaraan m<strong>en</strong> de naam Bocht had gegev<strong>en</strong>. Het betreft Bocht<strong>en</strong> in het Mol<strong>en</strong>einde, de Hegge, de<br />

Leemputt<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Heibraak. De oudste vond<strong>en</strong> wij in e<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t uit 1368. Het betreft hier e<strong>en</strong><br />

Bocht in het Mol<strong>en</strong>einde: "bij die wijntmoel<strong>en</strong>". Wij citer<strong>en</strong> hier slechts e<strong>en</strong> paar vermelding<strong>en</strong>: opt<strong>en</strong><br />

bocht bi die wijntmoel<strong>en</strong> (1368), opt<strong>en</strong> bucht bi die wijntmol<strong>en</strong> (1410). Het betreft hier dus e<strong>en</strong> akker<br />

<strong>en</strong> weiland in het Mol<strong>en</strong>einde bij de mol<strong>en</strong>; d<strong>en</strong> Bocht (1622): geleg<strong>en</strong> in de Hegge; opt<strong>en</strong> bocht te<br />

Leemputt<strong>en</strong> <strong>en</strong> heyhoeve (1387); d<strong>en</strong> Bocht (1663) in de Heibraak; d<strong>en</strong> Bocht (1690) die niet te<br />

situer<strong>en</strong> is; unam peciam terrae, dictam Bocht bi die Hers<strong>en</strong>brake (14e eeuw). Verder zijn er te<br />

<strong>Weelde</strong> talrijke nam<strong>en</strong>, waarin het elem<strong>en</strong>t "Bocht" voorkomt. Hier volgt slechts e<strong>en</strong> greep: Aalstbocht


(vanaf 1643), Achterste Bocht (vanaf 1368), Boutersbocht (vanaf 1682), Akkerbocht (vanaf 1623),<br />

Ansbocht (1653), Bochtakker (vanaf 1646), Bochtjesdries<strong>en</strong> (1663), Brants Bocht (vanaf 1633),<br />

Gansbocht (1631), Goos Bocht (vanaf 1653), Haverbocht (vanaf 1442), Koebocht (vanaf 1643),<br />

Kuildersbocht (1674), <strong>en</strong>z. Op zichzelf kan "bocht" in plaatsnam<strong>en</strong> heel wat betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Wij<br />

noem<strong>en</strong> hier de belangrijkste: e<strong>en</strong> afgepaald, omheind veld; e<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong> plaats voor vee; e<strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>telijk schuthok voor dier<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> kromming in de weg (komt het meest voor!); e<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong><br />

ruimte voor e<strong>en</strong> vark<strong>en</strong>shok.<br />

Boeibraak, Boeibraakstraat<br />

die boeibrake (1368), die boy<strong>en</strong> brake (1368), die bodebrake (1410), boij<strong>en</strong> brake (1417), boey<strong>en</strong><br />

brake (1514), boijbraeck<strong>en</strong> (1631), Boey<strong>en</strong>braeck (1662), de boyebraeck (17e eeuw), boijbraeck<strong>en</strong><br />

(1723), Boybraek (1787), Boeibraek<strong>en</strong> (1910). E<strong>en</strong> vrij groot gebied t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van de Meir. De<br />

naam bestaat uit twee gedeelt<strong>en</strong>: "boei" <strong>en</strong> "braak". Wij zijn niet geheel zeker over de betek<strong>en</strong>is van<br />

boei. Als wij teruggaan naar het Middelnederlands, dan vind<strong>en</strong> wij het woord terug met de betek<strong>en</strong>is<br />

van "boei, ket<strong>en</strong>, band". Er is ook "boi" <strong>en</strong> dat betek<strong>en</strong>t "bui, di<strong>en</strong>stbode" of "e<strong>en</strong> klein huisje, kraam,<br />

t<strong>en</strong>t, loods". Persoonlijk gelov<strong>en</strong> wij, dat het iets te mak<strong>en</strong> heeft met het Middelnederlandse Boidin. Wij<br />

kunn<strong>en</strong> langs taalkundige weg perfekt de ontwikkeling naar Boei verklar<strong>en</strong>. Dan betek<strong>en</strong>t het<br />

"Boudewijn", want Boidin (Baldwin) kwam veel voor. Later is daar de famili<strong>en</strong>aam "Buy<strong>en</strong>s" uit<br />

ontwikkeld. Het elem<strong>en</strong>t "braak" kwam bij ons veel voor. Zie daarvoor onder de naam Braak.<br />

Boog, Boogland, Boogstraat<br />

d<strong>en</strong> boogh (17e eeuw), het booglant (17e eeuw). Wij zijn er haast zeker van, dat de Boog e<strong>en</strong> stuk<br />

land was in de Boogstraat <strong>en</strong> dat ook Boogland er lag. De Boogstraat was e<strong>en</strong> gedeelte van de<br />

Winkelstraat (later: Winkelheistraat). Boog zal hier wel e<strong>en</strong> dialectisch woord zijn voor e<strong>en</strong><br />

"kromming".<br />

Boomgaarddries (zie Dries)<br />

Boonhof, Boonland, Boonsbeemd, Boonveldeke<br />

bon<strong>en</strong> hof (1368), bo<strong>en</strong>hof (1442), boonlant (1621), bo<strong>en</strong>lant (1656), boonland<strong>en</strong> (1910), boons<br />

beempt (1648), boonveldek<strong>en</strong> (1630). Van de Boonhof wet<strong>en</strong> wij niet waar die lag. Het Boonland was<br />

de plek waar later de brouwerij De Zwaan werd opgericht langs de Koning-Albertstraat. De<br />

Boonsbeemd lag bij de gr<strong>en</strong>s met Poppel, terwijl wij het Boonveldeke ook niet hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

localiser<strong>en</strong>. In de Middeleeuw<strong>en</strong> speelde de boon e<strong>en</strong> zeer grote rol in het voedsel van de m<strong>en</strong>s.<br />

Di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge lag er bij vrijwel elke hoeve e<strong>en</strong> boonhof. Het gebruik om bon<strong>en</strong> met suiker te et<strong>en</strong> in<br />

de plaats van aardappel<strong>en</strong> leeft nu hier <strong>en</strong> daar nog voort. E<strong>en</strong> hof is e<strong>en</strong> omslot<strong>en</strong> stuk land bij e<strong>en</strong><br />

huis <strong>en</strong> waarop m<strong>en</strong> gro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> fruit teelde. <strong>Nu</strong> nog noemt m<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tuin e<strong>en</strong> "hof". Er<br />

is e<strong>en</strong> probleempje met Boonsbeemd, omdat e<strong>en</strong> beemd e<strong>en</strong> weiland is bij e<strong>en</strong> rivier. Wij d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat<br />

"Boon" in dit geval naar e<strong>en</strong> persoon verwijst.<br />

Bosbeemd (zie Beemd)<br />

Boutersbocht (zie Bocht)<br />

Brantsbocht (zie Bocht)<br />

Borcht (Burcht)<br />

Het hoff ofte borcht (1631), de Borcht (1661). Dit is duidelijk het gehele gebied van het kasteel, de<br />

omligg<strong>en</strong>de tuin<strong>en</strong>, de gracht <strong>en</strong> het neerhof bij de kerk. <strong>Nu</strong> noemt m<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> nog de gracht "Burcht".<br />

E<strong>en</strong><strong>en</strong> acker g<strong>en</strong>aemt de borcht (1682). Dit is dan e<strong>en</strong> akker in de Hegge bij de Hondstraat (nu:<br />

Grootwaterstraat). Hier kan de naam gewoon "waterreservoir voor viss<strong>en</strong>" betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Als we naar de<br />

betek<strong>en</strong>is gaan zoek<strong>en</strong>, dan vall<strong>en</strong> wij toch terug op de <strong>en</strong>gere betek<strong>en</strong>is van gracht, meestal rond<br />

e<strong>en</strong> kasteel. Dat wijst erop, dat onze voorouders met de naam van de gracht (de gracht viel hun het<br />

meest op) ook wat erbinn<strong>en</strong> lag b<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong>. Dit noemt m<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>isverruiming.


Braak<br />

Dit is e<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> bijzonder veel voorkom<strong>en</strong>d elem<strong>en</strong>t in plaatsnam<strong>en</strong>. Wij kunn<strong>en</strong> hier slechts de<br />

meest interessante vermeld<strong>en</strong>: Boeibraak, Brakel (?), Brei<strong>en</strong>braak, Heibraak, Dor<strong>en</strong>braak, Gem<strong>en</strong>e<br />

Braak, Ooibraak, Kruisbraak, Hooibraak, Leembraak, Mol<strong>en</strong>braak, Noelsbraak, Tijd<strong>en</strong>braak,<br />

Hers<strong>en</strong>braak, Loonbraak <strong>en</strong> Weekbraak. Wij kom<strong>en</strong> op sommige elders terug onder de betrokk<strong>en</strong><br />

nam<strong>en</strong>. Om e<strong>en</strong> schatting te kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van de ouderdom, gev<strong>en</strong> wij hieronder de oudste<br />

schrijfwijz<strong>en</strong> met hun jaartall<strong>en</strong> weer:<br />

- Boeibraak: zie hierbov<strong>en</strong> onder deze naam;<br />

- Braeckel (1645): op de gr<strong>en</strong>s met Poppel geleg<strong>en</strong>;<br />

- Brey<strong>en</strong>braeck (1679): misschi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> foutieve schrijfwijze voor boy<strong>en</strong>braeck;<br />

- Heibraak: zie aldaar;<br />

- Dor<strong>en</strong>braak: zie onder Dor<strong>en</strong>;<br />

- Gem<strong>en</strong>e Braak: ghemeyn brake (1368): lag in het Ge<strong>en</strong>einde;<br />

- Ooibraak: zie aldaar;<br />

- Kruisbraak: zie aldaar;<br />

- Hooibraak (1981): e<strong>en</strong> akkerland in het Laar;<br />

- Leembraak: zie aldaar;<br />

- Mol<strong>en</strong>braak: zie onder Mol<strong>en</strong>;<br />

- Noelsbraak: Noels brake (1368), <strong>en</strong>z. tot 1417: niet te situer<strong>en</strong>;<br />

- Tijd<strong>en</strong>braak: tud<strong>en</strong>brake (1368), tid<strong>en</strong>brake (1410), <strong>en</strong>z. tot tijd<strong>en</strong>brake (1442): lag tuss<strong>en</strong> het Laar<br />

<strong>en</strong> het Ge<strong>en</strong>einde.<br />

- Hers<strong>en</strong>braak: die Hers<strong>en</strong>brake (14e eeuw): niet te situer<strong>en</strong>;<br />

- Loonbraak: Loonbraecke (1524): e<strong>en</strong> braak tuss<strong>en</strong> de Brein <strong>en</strong> de Aa;<br />

- Weekbraak: weecbraec (1647): e<strong>en</strong> gedeelte van het Broek bij Ravels-Eel;<br />

- de braeck (1659), de brack<strong>en</strong> (1783), de bracke (1801): deze braak ligt tuss<strong>en</strong> de Winkels <strong>en</strong> het<br />

Schoot. Het woord zelf is verwant met het werkwoord "brek<strong>en</strong>" <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t oorspronkelijk<br />

"braakligg<strong>en</strong>d land" of ook wel "veeweide". Hoe dan ook, in beide gevall<strong>en</strong> was e<strong>en</strong> braak e<strong>en</strong> stuk<br />

"gem<strong>en</strong>e grond" (d.i. voor de geme<strong>en</strong>schap) die niet voor de landbouw bestemd was (zie hierbov<strong>en</strong><br />

de naam Gem<strong>en</strong>e Braak bijvoorbeeld).<br />

Brakk<strong>en</strong>huisjes, Brakk<strong>en</strong> kuil, Brakkestraat<br />

De drie nam<strong>en</strong> zijn vrij rec<strong>en</strong>t <strong>en</strong> kom<strong>en</strong> niet in vorige eeuw<strong>en</strong> voor. Hoewel e<strong>en</strong> brak eig<strong>en</strong>lijk e<strong>en</strong><br />

soort speurhond is, toch d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wij, dat het woord hier wel zal wijz<strong>en</strong> op de mier<strong>en</strong> die oudere<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> nog steeds brakk<strong>en</strong> noem<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>zij het bijvoeglijk naamwoord "brak" aanleiding<br />

heeft gegev<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> soort zelfstandig naamwoord "brak" met de betek<strong>en</strong>is "stilstaand water".<br />

Brandewijnsveld


andewyns velt (1631), brandewyn velt (1753). E<strong>en</strong> akkerland in het noord<strong>en</strong> van de Voorheide<br />

(Hegge). Omdat aan brandewijn e<strong>en</strong> -s is toegevoegd, is het mogelijk dat deze plaatsnaam van e<strong>en</strong><br />

persoonsnaam is afgeleid. Toch kan in de loop der tijd<strong>en</strong> makkelijk e<strong>en</strong> -s zich hebb<strong>en</strong> opgedrong<strong>en</strong><br />

om de uitspraak te vergemakkelijk<strong>en</strong>. In elk geval is brandewijn de uit tarwe, rogge, gerst, mais, rijst of<br />

andere vrucht<strong>en</strong> gestookte alcohol. E<strong>en</strong> "veld" is oorspronkelijk e<strong>en</strong> "geme<strong>en</strong>schappelijk bebouwd<br />

land".<br />

Brei<strong>en</strong>braak (zie Braak)<br />

Brein<br />

d<strong>en</strong> Breyn (1625), d<strong>en</strong> brijn (1631), d<strong>en</strong> bryn (1631), breijn (1643), <strong>en</strong>z. De naam van dit nu nog<br />

bestaande gehucht is duister. Gebrek aan vergelijkbare gegev<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong> ons belet er e<strong>en</strong> afdo<strong>en</strong>de<br />

betek<strong>en</strong>is voor te vind<strong>en</strong>.<br />

Breinse dries (zie Dries)<br />

Breukel, Brekel, Brekelshaag, Breukelsgoor, Breukelsgoorke, Breukelsgoorheide, brekels haege (18e<br />

eeuw), breugelders goork<strong>en</strong> (1755), Wreckels goer (1465), Breukels Goor (nu). E<strong>en</strong> vrij groot gebied<br />

langs de rijksgr<strong>en</strong>s met Baarle-Nassau. Er zijn nogal wat variant<strong>en</strong> voor "Breukels": Breugels, Brogel,<br />

Bruul, <strong>en</strong>z. Deze zijn alle terug te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tot het Keltische "briel". Dat betek<strong>en</strong>de oorspronkelijk<br />

"omslot<strong>en</strong> bos" of "warande", later "onbebouwd land" <strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte "plein, straat, losplaats voor<br />

schep<strong>en</strong>". Voor het elem<strong>en</strong>t "Goor" verwijz<strong>en</strong> wij naar de naam Goor zelf.<br />

Broek<br />

Er ligg<strong>en</strong> heel wat "broek<strong>en</strong>" te <strong>Weelde</strong>: het Broek zelf, Meerbroek, Groot Broek <strong>en</strong> Overbroek. Verder<br />

zijn er de afgeleide straatnam<strong>en</strong>: Broeksakkerweg, Broekskerkpad, Broekstraat. Int Broeck (1612) <strong>en</strong><br />

verder vele vermelding<strong>en</strong> in dezelfde schrijfwijze tot in 1787. Het Broek ligt langs de gr<strong>en</strong>s met<br />

Ravels-Eel. De naam zelf betek<strong>en</strong>t "moeras, waterlandschap". Het is e<strong>en</strong> erg oud woord, dat in vele<br />

nam<strong>en</strong> voorkomt (o.a. Broechem = broek + heem, Brussel = broek + sala).<br />

Brouwers, Brouwersakker, Brouwersdries, Brouwersgoed, Brouwhuis, Brouwersgoor,<br />

Brouwersgoorstraat, Klein Brouwersgoor<br />

a<strong>en</strong>t brouwers (1631), het brouwers (1643), het Brauwers (1698); brauwers dries (1680); brouwers<br />

goet (1632); Brauwers goor (1697), Brouwers goor (1755), <strong>en</strong>z. tot Brouwersgoor (1981); brouwhuijs<br />

(1673). In het grotere gebied dat eerst "Brouwers Goed" heette <strong>en</strong> later "Brouwers Goor" lag<strong>en</strong> twee<br />

van elkaar gescheid<strong>en</strong> del<strong>en</strong>: Groot Brouwers Goor <strong>en</strong> Klein Brouwers Goor. Het oostelijke gedeelte<br />

heette ook kortweg "Het Brouwers". De Brouwersakker lag op het Mol<strong>en</strong>heike <strong>en</strong> dan war<strong>en</strong> er nog de<br />

Brouwersakkers, die in de Brusselsestraat lag<strong>en</strong>. De Brouwersdries was e<strong>en</strong> hoeve naast het<br />

Hoogeinde. Deze had in de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw ook nog de naam "Tigoers hoeve". Het brouwhuis moet<br />

e<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de-eeuwse brouwerij geweest zijn. Het is duidelijk, dat wij hier te do<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met<br />

nam<strong>en</strong>, die afgeleid zijn van de ambachtsnaam "brouwer".<br />

Buikse dries (zie Dries)<br />

Bulink<br />

opte buelinc (1368) <strong>en</strong> die vorm herhaaldelijk tot in 1658 "buelnick" als wellicht verkeerde schrijfwijze<br />

opduikt. De laatste vermelding is "buelinck" in 1680. Het was e<strong>en</strong> boerderij met aanstede in <strong>Weelde</strong>-<br />

Straat. Er zijn vele verklaring<strong>en</strong> mogelijk. Wij vermeld<strong>en</strong> de voornaamste: omslot<strong>en</strong> weide, omheind<br />

park, huis met hof, hoogte. Wellicht is het dus gewoon "het huis met de hof".<br />

Dabbelmeer


op Dabbelmere (1368)(1410), dappelmere (1410), d'abbel mere (1417), Dobbel mere (1514). E<strong>en</strong><br />

laaggeleg<strong>en</strong> gebiedsdeel bij de Aa in de Hegge. Wij wet<strong>en</strong>, dat er dichtbij Postels Erve lag. Voor<br />

"meer" zie onder Meir. Dabbel moet e<strong>en</strong> foutieve schrijfwijze zijn geweest van "dobbel", wat gewoon<br />

"dubbel" betek<strong>en</strong>t.<br />

De<strong>en</strong>akkers, De<strong>en</strong>sakker, De<strong>en</strong>sdries<br />

deyn eckerk<strong>en</strong> (1410), d<strong>en</strong> dijnacker (1643), dijacker (1684), deynacker (1691), deijnacker (1782),<br />

D'e<strong>en</strong> akkers (1910). Akkers op het Rot. De De<strong>en</strong>sdries was e<strong>en</strong> akker <strong>en</strong> e<strong>en</strong> weide naast het<br />

Leeuwit (Kerkeinde). Het Middelnederlandse "de<strong>en</strong>" is hetzelfde als "d<strong>en</strong>". Dan zou het gewoon<br />

"akkers bij de d<strong>en</strong>n<strong>en</strong>" of "akkers met d<strong>en</strong>n<strong>en</strong>bom<strong>en</strong> op" betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Eén auteur (De Vries) me<strong>en</strong>t dat<br />

"de<strong>en</strong>" (zie ook D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong>) betek<strong>en</strong>t "hol van e<strong>en</strong> wild dier". Gezi<strong>en</strong> de vorm "De<strong>en</strong>s" er ook in<br />

voorkomt, kan misschi<strong>en</strong> ook de famili<strong>en</strong>aam De<strong>en</strong>s bedoeld zijn.<br />

Deun<strong>en</strong><br />

de du<strong>en</strong>ingh (1643), d<strong>en</strong> Du<strong>en</strong>inck (1646), deuninghe (1697), de Deuningh (1750), De Deun<strong>en</strong><br />

(1981). E<strong>en</strong> beemd bij de Keurvorste Beemd<strong>en</strong> in de Hegge. Deze ligt op de twee oevers van het<br />

Straatsloopke vlakbij de plaats waar het in de Aa uitmondt. Ook hier zijn meerdere verklaring<strong>en</strong><br />

mogelijk: 1. Het Middelnederlandse "duun, duyn" = van de hoogte af (vgl. Engelse "down"); 2. Duin =<br />

opgewaaide zandheuvel (hier niet waarschijnlijk); 3. Plaats waar schaarhout gerooid is <strong>en</strong> die weer<br />

werd opgeplant; 4. In <strong>Weelde</strong> kan het gewoon het dialectische "duningh" zijn voor "do<strong>en</strong>ing" =<br />

eig<strong>en</strong>dom, gedoe.<br />

Deuring, Deur<strong>en</strong>beemd, Deur<strong>en</strong>akker<br />

deur<strong>en</strong> acker (1697); d<strong>en</strong> deur<strong>en</strong>bemt (1692); de Dourinck (1623), de Dourninck (1623), de Deurinck<br />

(1629), Duering (1643). De nam<strong>en</strong> "Deur<strong>en</strong>beemd" <strong>en</strong> "Deur<strong>en</strong>akker" hebb<strong>en</strong> zich niet lat<strong>en</strong><br />

localiser<strong>en</strong>. De Deuring moet e<strong>en</strong> andere naam zijn geweest voor Deun<strong>en</strong>. Het woord "deur"<br />

betek<strong>en</strong>de "stier". Dat kan dan Deur<strong>en</strong>beemd verklar<strong>en</strong>. Deur<strong>en</strong>akker moet echter te herleid<strong>en</strong> zijn tot<br />

het Middelnederlandse "durre, dorre", wat "droog" betek<strong>en</strong>t, of (<strong>en</strong> die kans is veel groter) tot doorn.<br />

Dan is het e<strong>en</strong> met doornstruik<strong>en</strong> omgev<strong>en</strong> akker. De Deuning t<strong>en</strong>slotte is zeker e<strong>en</strong> beemd geweest<br />

<strong>en</strong> kan dus ook gewoon "stier<strong>en</strong>weide" zijn.<br />

Dijk<br />

Wij ontdekt<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> in de loop der tijd<strong>en</strong> niet minder dan vier plaats<strong>en</strong> met de naam Dijk. De<br />

oudst bek<strong>en</strong>de is de huidige Baarledijk. De bewijsplaats<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> niet veel verschill<strong>en</strong>de schrijfwijz<strong>en</strong><br />

te zi<strong>en</strong>: d<strong>en</strong> dijck (1465), d<strong>en</strong> Dijcke (1465), de Dyck (1624), a<strong>en</strong>tdycxk<strong>en</strong> (1624). Behalve de<br />

hierbov<strong>en</strong> vermelde dijk zijn er nog: één die sam<strong>en</strong>valt met de Rietschotstraat achter de Heibraak in<br />

de Hegge, één die sam<strong>en</strong>valt met de huidige Lage- <strong>en</strong> Hooge-Mierdeweg <strong>en</strong> één die nog bestaat<br />

(gedeelte van de Koning-Albertstraat). De betek<strong>en</strong>is is duidelijk. Het gaat doorgaans om e<strong>en</strong> door de<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aangelegde dam of verhoogde weg, t<strong>en</strong>einde aan waterongemakk<strong>en</strong> te ontsnapp<strong>en</strong>. Het<br />

elem<strong>en</strong>t is in <strong>Weelde</strong> zeer produktief geweest. Wij do<strong>en</strong> maar e<strong>en</strong> greep uit de talrijke dijk-nam<strong>en</strong>: drie<br />

Dijkbeemd<strong>en</strong>, Dijkdries (zie ook Dries), Dijk<strong>en</strong>, Dijkse Akker, Dijkske, Heesdijk (zie ook onder Hees),<br />

Hoge Dijk, Nieuwe Dijk, Nieuwe Kerkdijk, <strong>en</strong>z.<br />

Doelakker, Doelshoev<strong>en</strong>, Doelstraat, Kruisboog Doelstraat<br />

d<strong>en</strong> dhoelacker (1643), d<strong>en</strong> doolacker (1649), d<strong>en</strong> doelacker (1659); de doelstraet (1641), duelstraet<br />

(1665), dhoelstraet (1667), doolstraat (1682), doelstraete (1689), Doelstraeti<strong>en</strong> (1691); doels hoev<strong>en</strong><br />

(1442), doelshoev<strong>en</strong> (1787); de cruijsboogh doelstraet (1681) (17e eeuw), Cruysboogh doelstraet<br />

(1784) (1793). De Doelakker was in de Groes geleg<strong>en</strong>. Daarop stond de zgn. Scheutboom (zie<br />

aldaar). De Doelstraat was het stukje van de Heggestraat dat het dichtst bij de "Grote Baan" lag. De<br />

Doelshoev<strong>en</strong> lag<strong>en</strong> op de Groes bij de Doelakker (lange tijd eig<strong>en</strong>dom van de familie Schats). Wij<br />

d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat de Kruisboog Doelstraat e<strong>en</strong> andere naam was voor Doelstraat. Het is zonder meer<br />

duidelijk, dat al deze nam<strong>en</strong> gewoon verwijz<strong>en</strong> naar de plaats waar de schuttersgilde haar schietveld<br />

had. De gilde die erop regeerde, was de Sint-Sebastiaansgilde.


Dor<strong>en</strong>, Dor<strong>en</strong>akker, Dor<strong>en</strong>braak, Kleine Dor<strong>en</strong>braak, Dor<strong>en</strong>braakstraatje<br />

d<strong>en</strong> Dor<strong>en</strong> (1387), de(n) Dore(n) (1417), door<strong>en</strong> (1635), Doer<strong>en</strong> (1727), Dor<strong>en</strong> (1728); Door<strong>en</strong>akker<br />

(1910); dor<strong>en</strong>braeck (1621), doer<strong>en</strong>braeck (17e eeuw), <strong>en</strong>z. De Dor<strong>en</strong>braak lag in het Ge<strong>en</strong>einde, het<br />

Dor<strong>en</strong>braakstraatje verbond de Meir met de Dor<strong>en</strong>braak <strong>en</strong> de Kleine Dor<strong>en</strong>braak was e<strong>en</strong> gedeelte<br />

van de Dor<strong>en</strong>braak. Er ligt nog e<strong>en</strong> Dor<strong>en</strong>akker langs de Tilburgseweg <strong>en</strong> één op het Groot Water in<br />

de Hegge. Er bestaat weinig betwisting over de betek<strong>en</strong>is van het elem<strong>en</strong>t "doorn" of "dor<strong>en</strong>". De<br />

doornstruik kwam zeer veel voor als gr<strong>en</strong>spaal. Zo moet<strong>en</strong> wij in elk geval Dor<strong>en</strong>braak begrijp<strong>en</strong>. Het<br />

is "de braak bij de doornstruik die de gr<strong>en</strong>s aanduidt". In de naam Dor<strong>en</strong>akker zi<strong>en</strong> wij ev<strong>en</strong>wel<br />

gewoon e<strong>en</strong> akker die omgev<strong>en</strong> was door e<strong>en</strong> soort haag van doornstruik<strong>en</strong>. Zie ook verder onder<br />

Braak.<br />

Dorisdries (zie Dries)<br />

Draaiboom, Draaiboomsweg, Rode Draaiboom<br />

draeijboom (1643); rood<strong>en</strong> drayboom (1631), rood<strong>en</strong> draijboom (1723), Rood<strong>en</strong> Dryboom (twintigste<br />

eeuw), Rood<strong>en</strong> Dreyboom (idem). Terwijl de Rode Draaiboom op de gr<strong>en</strong>s met Ravels lag, noemde<br />

m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stuk grond in het Ge<strong>en</strong>einde "de Draaiboom". De Draaiboomsweg lag langs de Rode<br />

Draaiboom. E<strong>en</strong> draaiboom was e<strong>en</strong> sluitboom, slagboom of balie. Vaak schilderde m<strong>en</strong> die rood om<br />

hem te do<strong>en</strong> opvall<strong>en</strong>. Vandaar de naam Rode Draaiboom. Zo'n rode draaiboom vormde dan e<strong>en</strong> of<br />

andere gr<strong>en</strong>s.<br />

Driebos, Driehoek, Drieweg, Drie V<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, Drie Vek<strong>en</strong>s<br />

driesbosch (1380), drijebos (1627), drieboss<strong>en</strong> (1627), driebosch (1645,1668), Drybossch<strong>en</strong> (1746),<br />

Drij Bossch<strong>en</strong> (?), driesbos (1763); d<strong>en</strong> driehoeck (1643), (1746); d<strong>en</strong> Driewech (1452); de drij v<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />

(1768), Drie V<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (1910), de Drie V<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (nu); de drye vek<strong>en</strong>s (1641), dry veeck<strong>en</strong>s (1678) (1694).<br />

De naam Driebos heeft betrekking op e<strong>en</strong> partij akkers die deel uitmaakt<strong>en</strong> van de Straatse Akkers.<br />

E<strong>en</strong> andere, meer rec<strong>en</strong>te naam ervoor is Wilgakker (s). De Driehoek ligt op dezelfde plaats <strong>en</strong> gr<strong>en</strong>st<br />

aan het Mol<strong>en</strong>einde. Voor de Drieweg moet<strong>en</strong> wij naar het Laar. Eig<strong>en</strong>lijk was het vroeger het Laar<br />

zelf. De Drie V<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> nog steeds in de Overheide <strong>en</strong> de Drie Vek<strong>en</strong>s zijn e<strong>en</strong> gedeelte van het<br />

Stok in de Hegge. Wij hebb<strong>en</strong> al deze nam<strong>en</strong> bij elkaar geplaatst, omdat ze alle het elem<strong>en</strong>t "drie" in<br />

zich drag<strong>en</strong>. Het <strong>en</strong>ige wat schijnbaar wat verstor<strong>en</strong>d werkt is het feit, dat naast Driebos ook<br />

Driesbosch (met s) voorkomt. Volg<strong>en</strong>s de bek<strong>en</strong>de naamkundige Lindemans is dat ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel<br />

probleem: hier is duidelijk de evolutie van het woord "dries" te volg<strong>en</strong>. Voor de verklaring verwijz<strong>en</strong> wij<br />

dan ook naar het elem<strong>en</strong>t "Dries". Driehoek verwijst gewoon naar de driehoekige vorm van het<br />

betrokk<strong>en</strong> land. Drieweg is e<strong>en</strong> mooie naam voor het Laar, dat zich voorbij de Voorlaar opsplitst in<br />

twee weg<strong>en</strong>: sam<strong>en</strong> drie weg<strong>en</strong> dus! De Drie V<strong>en</strong>n<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> probleem op <strong>en</strong> de Drie Vek<strong>en</strong>s<br />

zijn in drievoud wat u onder "Vek<strong>en</strong>" (zie verderop) kunt lez<strong>en</strong>.<br />

Dries, Achterste Dries, Akkerdries, Boomgaarddries, Breinse Dries, Buikse Dries, Dijkdries,<br />

Dorisdries, Drieske, Geerdries, Grote Dries, Haverdries, Hoge Dries, Jorisdries, Kalverdries,<br />

Kerkdries, Lage Dries, Maasdries.<br />

Er lag<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> zowat overal dries<strong>en</strong>. Het is onbegonn<strong>en</strong> werk om ze alle op te somm<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />

situer<strong>en</strong>. Wij hebb<strong>en</strong> er dus maar e<strong>en</strong> greep uitgehaald. De meest bek<strong>en</strong>de dries<strong>en</strong> lag<strong>en</strong> (sommige<br />

nu nog) tuss<strong>en</strong> de Koning-Albertstraat <strong>en</strong> de Straat, in de Hegge (opmerkelijk lage grond), <strong>en</strong> in de<br />

Bakstraat. De oudste vermelding<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> wij echter bij Driesbosch (zie hierbov<strong>en</strong>). Voor de andere<br />

beperk<strong>en</strong> wij ons tot de oudste schrijfwijze.<br />

- Dries I (1981): e<strong>en</strong> dries in de Hegge;<br />

- Dries II (1981): de verbinding tuss<strong>en</strong> de Koning Albertstraat <strong>en</strong> de Tilburgseweg;<br />

- Dries III (1981): e<strong>en</strong> akker in de Bakstraat;<br />

- het drieske (1696): e<strong>en</strong> dries in de Heibraak;


- achterst<strong>en</strong> dries (1680): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

- ackerdries (1643): e<strong>en</strong> akker in de Leemputt<strong>en</strong>;<br />

- ackerdries (1643): akker in de Straat;<br />

- boomgaerts dries (1643): e<strong>en</strong> dries in de Elz<strong>en</strong>straat;<br />

- breynss<strong>en</strong> dries (1652): e<strong>en</strong> weide in de Brein;<br />

- buycks<strong>en</strong> dries (1736): e<strong>en</strong> weide teg<strong>en</strong> het Stapk<strong>en</strong>s (Kerkeinde);<br />

- dijckdries (1643): laag bouwland in <strong>Weelde</strong>-Straat;<br />

- Doris Dries (1675): is e<strong>en</strong> dries in de Elz<strong>en</strong>straat, ook Raapakker g<strong>en</strong>oemd;<br />

- Geerdries: zie onder Geer;<br />

- groot<strong>en</strong> dries (1657): lag in het Stok;<br />

- groot<strong>en</strong> Dries (1681): niet te situer<strong>en</strong>;<br />

- groot<strong>en</strong> driesch (1787): ook niet te situer<strong>en</strong>;<br />

- d<strong>en</strong> haverdries (1643): lag in <strong>Weelde</strong>-Straat;<br />

- haverdries (1643): e<strong>en</strong> dries in de Leemputt<strong>en</strong>;<br />

- Hoge Dries: hoochdries (1699): t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van de Rijt in de Hegge;<br />

- Hoge Dries (1981): e<strong>en</strong> partij land in de Melkerijstraat;<br />

- Joriss<strong>en</strong> dries (17e eeuw): lag tuss<strong>en</strong> de Mol<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Kapel in het Mol<strong>en</strong>einde;<br />

- calverdries (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

- calverdriesk<strong>en</strong> (1708): andere naam voor Kalverbocht (in de Hoek-Hegge);<br />

- Kerckdries (17e eeuw): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

- d<strong>en</strong> leeg<strong>en</strong> dries (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

- Maasdries: zie aldaar.<br />

"Dries" betek<strong>en</strong>t oorspronkelijk "rust<strong>en</strong>d land dat e<strong>en</strong> tijdlang in weiland wordt omgeschap<strong>en</strong> om<br />

daarna weer te word<strong>en</strong> omgeploegd". Verder betek<strong>en</strong>t het ook nog "dorps- of gehuchtsplein". In het<br />

Middelnederlands betek<strong>en</strong>de het woord "Dries": braakland, gem<strong>en</strong>e weide, verwaarloosd land.<br />

Sommige specialist<strong>en</strong> m<strong>en</strong><strong>en</strong>, dat dries verwant is met "drie" (zie Driebos). Zij m<strong>en</strong><strong>en</strong>, dat dit elem<strong>en</strong>t<br />

verwijst naar de gewoonte om e<strong>en</strong> akker slechts om de drie jaar te bebouw<strong>en</strong> (drieslagstelsel) <strong>en</strong> dus<br />

het hele veld te verdel<strong>en</strong> in drie gedeelt<strong>en</strong>. Elk gedeelte bleef dus twee jaar braak ligg<strong>en</strong>. Wij moet<strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>wel opmerk<strong>en</strong>, dat dit systeem bij ons minder gebruikelijk was dan meer naar het zuid<strong>en</strong>. Alles<br />

sam<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> m<strong>en</strong><strong>en</strong> wij, dat Driebos ook wat te mak<strong>en</strong> heeft met de driehoekige vorm van het<br />

gebied <strong>en</strong> het feit, dat toch vaak e<strong>en</strong> akker (dus ontgonn<strong>en</strong> land) zo wordt g<strong>en</strong>oemd. Vermeld<strong>en</strong> wij<br />

t<strong>en</strong>slotte nog, dat de naam Dries in heel de Kemp<strong>en</strong> veel voorkomt!


Drie Vek<strong>en</strong>s (zie Vek<strong>en</strong>)<br />

Duivelshoek, Duivelsv<strong>en</strong>neke<br />

d<strong>en</strong> duyvels hoeck (1631)(1723), Duivels Hoek (1981). E<strong>en</strong> klein gebied tuss<strong>en</strong> het Schoot <strong>en</strong> de<br />

Hegge. Het heet, dat hier 's nachts e<strong>en</strong> dwaallicht rondzwierf. Sommig<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong> echter, dat zo'n<br />

verschijnsel zich dichter bij de Overheide zou hebb<strong>en</strong> voorgedaan. Volg<strong>en</strong>s h<strong>en</strong> liep daar de<br />

"brand<strong>en</strong>de scheper" (= hond) rond. Meestal heeft e<strong>en</strong> naam met het elem<strong>en</strong>t "duivel" erin verband<br />

met de slechte faam (leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong>) die het betrokk<strong>en</strong> gebied had.<br />

Dweerakker<br />

opte dwerecker (1368), dweeracker (1453), d<strong>en</strong> weeracker (1787). De hierbov<strong>en</strong> vermelde eerste<br />

twee schrijfwijz<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in de loop der eeuw<strong>en</strong> zeer vaak voor. Het is e<strong>en</strong> zeer oude naam voor e<strong>en</strong><br />

akker in de Hegge. Later werd deze akker omgedoopt tot "Grootvaders Akker". Sommig<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> nu<br />

nog de naam "Grootvaders"."Dweer" is zonder meer hetzelfde als "dwars". In <strong>Weelde</strong> heeft m<strong>en</strong> in de<br />

schrijfwijze duidelijk overdrev<strong>en</strong> nauwkeurig will<strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong> (hypercorrectie g<strong>en</strong>oemd), want de<br />

evolutie ging van "dwer" naar "dweer" naar "d'weer" naar "d"weer naar "weer".<br />

Echelkolk<br />

echgelcolc (1368) (1410), echelcolc (1442), eghelcolck (1680), Echel Colckt (1787). Deze "echelkolk"<br />

lag op de Leemputt<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>daal. Oorspronkelijk was het ongetwijfeld e<strong>en</strong> kuil, later<br />

kwam er e<strong>en</strong> hoeve bij te staan (verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> in de 18e eeuw) <strong>en</strong> daarna werd het hele stuk<br />

cultuurgrond. Het eerste lid "echel" betek<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> soort bloedzuiger. M<strong>en</strong> kweekte in de Middeleeuw<strong>en</strong><br />

bloedzuigers om ze in te schakel<strong>en</strong> in o.a. de gezondheidszorg. Het Middelnederlandse "colc" was de<br />

naam voor e<strong>en</strong> met water gevulde diepte. De vorm met -t wijst gewoon op e<strong>en</strong> verschijnsel dat in de<br />

naamgeving veel voorkwam: het zgn. locatief. Dit is dan "plaats waar de put ligt". Conclusie: de poel<br />

waarin m<strong>en</strong> echels kweekte.<br />

Elz<strong>en</strong>straat<br />

elssche strate (1417), eelsche strate (1442), eelse strate (1470), elsse straet (1618), Eelsche straet<br />

(1619), d'elsestraet (1631), Elz<strong>en</strong>straat (1981). Al deze vorm<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> zeer dikwijls voor. Het eerste<br />

elem<strong>en</strong>t komt te Ravels als afzonderlijke naam voor (Ravels-Eel). De kans is groot dat, zowel te<br />

<strong>Weelde</strong> als te Ravels, Eel verwijst naar "aal", wat "paling" betek<strong>en</strong>t. Dan betek<strong>en</strong>t het "plaats waar<br />

al<strong>en</strong> gekweekt werd<strong>en</strong>". Het kan ook "al<strong>en</strong>gebied" betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Dan is het e<strong>en</strong> laaggeleg<strong>en</strong> gebied<br />

waar m<strong>en</strong> al<strong>en</strong> kon gaan vang<strong>en</strong>. Het is duidelijk, dat Eelsestraat gewoon de verbindingsweg tuss<strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong>-Sint-Michiel <strong>en</strong> Ravels-Eel geweest is <strong>en</strong> dus naar "de Eel" g<strong>en</strong>oemd werd. Elz<strong>en</strong>straat is dus<br />

e<strong>en</strong> onjuiste schrijfwijze.<br />

Eikske<br />

ycxk<strong>en</strong> (1677), eycxk<strong>en</strong> (1677), eijcksk<strong>en</strong> (1677), eycxk<strong>en</strong> (1698), eyck<strong>en</strong> (1736). Dit was de naam<br />

van e<strong>en</strong> veld in het Hummelshoek. t'eycksxk<strong>en</strong> (1787): deze akker lag in de Hegge. Omdat de eik e<strong>en</strong><br />

boom met e<strong>en</strong> lange lev<strong>en</strong>sduur is, kreeg hij in de Middeleeuw<strong>en</strong> vaak de rol van gr<strong>en</strong>spaal<br />

toebedeeld. E<strong>en</strong> ander voordeel was, dat hij van ver goed zichtbaar was.<br />

Einde<br />

Dit elem<strong>en</strong>t komt te <strong>Weelde</strong> vaak voor in nam<strong>en</strong>: Ge<strong>en</strong>einde, Geereinde, Hoogeinde, Keuneinde <strong>en</strong><br />

Mol<strong>en</strong>einde zijn de bek<strong>en</strong>dste.<br />

Gh<strong>en</strong>eynde (14e eeuw), G<strong>en</strong>eynde (15e eeuw), g<strong>en</strong>e eynde (1540), g<strong>en</strong><strong>en</strong>eynde (1576), g<strong>en</strong>eijndt<br />

(1598), ge<strong>en</strong><strong>en</strong>t (1618), G<strong>en</strong>eynde (1622), tg<strong>en</strong>eynd (1629), <strong>en</strong>z. tot Ge<strong>en</strong>einde (1981);<br />

Geereynd (kadaster). Ligt t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van het Aalst;


hoogh-eijnd (1453), hoocheynde (1562), hoocheijnt (1614), <strong>en</strong>z. tot hoogeynde (17e eeuw) <strong>en</strong><br />

Hoogeinde (1981);<br />

Ceuneijnt (1674), cuneynt (1680), Cu<strong>en</strong>eijnt (1680), <strong>en</strong>z. tot Keun<strong>en</strong>eyndt (1734), Keuneynt (1738),<br />

Keuneinde (1981);<br />

mol<strong>en</strong> <strong>en</strong>de (1469), mol<strong>en</strong>eynt (1629), mol<strong>en</strong>eynde (1638), mol<strong>en</strong>eyndt (1669), mol<strong>en</strong>eynde (1697),<br />

Mol<strong>en</strong>einde (nu). Naast -kant (zie Heikant) <strong>en</strong> -hoek (zie Hummelshoek) is -einde e<strong>en</strong> gegeerd woord<br />

om aan te duid<strong>en</strong>, dat het gebied waarop het betrekking heeft, wat afgeleg<strong>en</strong> is. Sam<strong>en</strong>gevoegd met<br />

e<strong>en</strong> ander woord krijg je dan e<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>isvolle naam. Ge<strong>en</strong>einde betek<strong>en</strong>t dan het uiteinde aan "die"<br />

of "g<strong>en</strong>e" zijde van het dorp. Daarbij moet de naamgever wel in de richting Merksplas gewez<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong>. Geereinde kan precies dezelfde betek<strong>en</strong>is hebb<strong>en</strong> gehad, omdat "g<strong>en</strong>e" <strong>en</strong> "ger" als<br />

synoniem<strong>en</strong> met elkaar voorkwam<strong>en</strong>. Toch kan het ook betek<strong>en</strong><strong>en</strong>: dat uiteinde dat op e<strong>en</strong> "geer" (=<br />

punt) uitloopt. Hoogeinde is gewoon duidelijk <strong>en</strong> Keuneinde vraagt nog wel diepgaande studie<br />

alvor<strong>en</strong>s wij daarvan met zekerheid de betek<strong>en</strong>is zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>. In het Mol<strong>en</strong>einde heeft<br />

natuurlijk e<strong>en</strong> mol<strong>en</strong> gestaan.<br />

Eindegoor (zie Goor)<br />

Elsakker, Elsbogerd, Elstakker, Elz<strong>en</strong><br />

Elsacker (14e eeuw), <strong>en</strong>z. tot elsacker (1788). E<strong>en</strong> akker bij het Lijkstraatje (<strong>Weelde</strong>-Straat). Els<br />

Boghert (16e eeuw). Lag in de Elz<strong>en</strong>straat. Elstacker (1643): Waarschijnlijk dezelfde akker als<br />

Elsakker. Naast "Aals" (zie hierbov<strong>en</strong> Aalst) kwam ook de vorm "els" voor. Beide hebb<strong>en</strong> betrekking<br />

op de huidige els. Ook de els kon voorkom<strong>en</strong> als gr<strong>en</strong>sstruik (zie ook Eikske). Dus, hier hebb<strong>en</strong> wij af<br />

te rek<strong>en</strong><strong>en</strong> met: Elsakker = akker bij de elz<strong>en</strong>; Elsbogerd = groep elz<strong>en</strong> of boomgaard bij de elz<strong>en</strong>;<br />

Elstakker = Elst (verzamelnaam omwille van de -t) + akker of "akker bij het elz<strong>en</strong>bos".<br />

Engmeir<br />

d'<strong>en</strong>gmeer (1626), <strong>en</strong>gmeerk<strong>en</strong> (1630), Enghmeyrk<strong>en</strong> (1662), d'e<strong>en</strong>ghmeirk<strong>en</strong> (1689), de <strong>en</strong>ghe meir<br />

(1690), d'<strong>en</strong>ghmeir (17e eeuw). E<strong>en</strong> akkerland in de Meir. In feite is het e<strong>en</strong> rug, waarachter e<strong>en</strong><br />

hell<strong>en</strong>d vlak afdaalt naar de gr<strong>en</strong>s toe. Het elem<strong>en</strong>t "<strong>en</strong>g" kan meerdere betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>:<br />

allereerst natuurlijk het huidige woord "<strong>en</strong>g = smal", verder ook "partij land in geme<strong>en</strong>schappelijk bezit,<br />

waarvan de percel<strong>en</strong> geheind zijn" <strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte "hooggeleg<strong>en</strong> land". Wellicht geldt hier de combinatie<br />

van "smal" <strong>en</strong> "hooggeleg<strong>en</strong>" zodat de betek<strong>en</strong>is van "rug" helemaal gedekt is.<br />

Eusel<br />

het ousel (1618), het Eeussel (1643), Deussel (1647), het E<strong>en</strong>stel (1667), eussel (1694), eusel (1728),<br />

Eersels (1910). Dit is e<strong>en</strong> partij heide <strong>en</strong> akkerland in het Schoot achter de Duivelshoek. Het woord<br />

"eusel" gaat terug naar het Middelnederlandse woord "eeuselinc". Dat was e<strong>en</strong> door boss<strong>en</strong><br />

ingeslot<strong>en</strong> weide. Waarschijnlijk is dat dan afgeleid van het werkwoord "eeuw<strong>en</strong>", dat "voer<strong>en</strong>,<br />

voeder<strong>en</strong>" betek<strong>en</strong>de. Omdat op vele plaats<strong>en</strong> de naam Schaapseusel voorkomt, neemt m<strong>en</strong> aan, dat<br />

het meestal om schaapsweid<strong>en</strong> ging.<br />

Frank<strong>en</strong>voort (zie Voort)<br />

Ganz<strong>en</strong>poel<br />

ganspoel (1368) (1410) (1417), gans<strong>en</strong>poel (1630) <strong>en</strong>z. tot ga<strong>en</strong>se poel (1740). E<strong>en</strong> nu nog<br />

bestaande naam nabij de Heibraak (Hegge). De gans komt veel voor in plaatsnam<strong>en</strong>. Aan de soort<strong>en</strong><br />

nam<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>, moet de gans zelfs e<strong>en</strong> in kudd<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>de vogel geweest zijn. Deze naam<br />

verwijst naar de kleine vijver waarin zo'n "kudde" ganz<strong>en</strong> leefde. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kwam te <strong>Weelde</strong> nog e<strong>en</strong><br />

"Oude Ganz<strong>en</strong>poel" voor, alsook e<strong>en</strong> Gansbocht (in de buurt van de gr<strong>en</strong>s met Poppel) (zie onder<br />

Bocht).<br />

Gasthuis


Komt ook voor in de sam<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> Gasthuisdries, Gasthuisgoed <strong>en</strong> Gasthuisland. E<strong>en</strong><strong>en</strong> acker<br />

g<strong>en</strong>aempt het Gasthuys (1641), seecker parcheel driesch g<strong>en</strong>aemt het gasthuys (1709), omtr<strong>en</strong>t het<br />

gasthuijs (1779). Wij citer<strong>en</strong> hier ook de aard van de grond<strong>en</strong> om duidelijk te mak<strong>en</strong>, dat op dat<br />

mom<strong>en</strong>t er helemaal niet meer de instelling zelf mee bedoeld werd. Alle plaatsnam<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

betrekking op grond<strong>en</strong> vooraan in de Meir (Groes), waar eertijds het gasthuis zelf stond. Dat had e<strong>en</strong><br />

sociale rol te vervull<strong>en</strong>. Je kunt die best vergelijk<strong>en</strong> met de rol van het huidige O.C.M.W.<br />

Geelse hoek, Geelse Laagte, Geelse Heiveld<strong>en</strong><br />

geelsch<strong>en</strong> hoeck (1723), Gelsch<strong>en</strong> hoeck (1723) (1749); Geelsche Leegd (1910); Gelsche heijveld<strong>en</strong><br />

(1643). Al deze nam<strong>en</strong> situer<strong>en</strong> zich in het gr<strong>en</strong>sgebied met Ravels. De eerste komt trouw<strong>en</strong>s te<br />

Ravels zelf ook voor. Uit de archiev<strong>en</strong> hal<strong>en</strong> wij e<strong>en</strong> tekst die, omgezet in modern Nederlands, ons<br />

wat leert over de wijze waarop gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> vastgelegd werd<strong>en</strong>: "... ging<strong>en</strong> wij van de voorkant van Geelse<br />

Hoek tot aan het goed van de Her<strong>en</strong> van Tongerlo te Ravels. Die hebb<strong>en</strong> daar neergezet e<strong>en</strong> ruwe<br />

st<strong>en</strong><strong>en</strong> paalste<strong>en</strong> die Heet<strong>en</strong>daal heet <strong>en</strong> die e<strong>en</strong> stuk van e<strong>en</strong> mol<strong>en</strong>ste<strong>en</strong> is <strong>en</strong> die langs de<br />

noordkant nog gescherpt is, maar die nu aan kant ligt bij e<strong>en</strong> zeker v<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>aamd Heet<strong>en</strong>daal". Het<br />

elem<strong>en</strong>t "Geelse" duidt aan, dat de grond er vruchtbaar is. Het woord "hoek" is net zoals "winkel" e<strong>en</strong><br />

woord dat aanduidt, dat het betrokk<strong>en</strong> stuk land in de greep van twee elkaar kruis<strong>en</strong>de weg<strong>en</strong> lag (zie<br />

ook onder Winkels).<br />

Ge<strong>en</strong>einde (zie Einde)<br />

Geer, Geerakkerke, Geerakkersweg, Geerdries, Geereinde, Geerhoek<br />

mett<strong>en</strong> geer (1649), geir (1729). E<strong>en</strong> geer in de Meir. E<strong>en</strong>e weide g<strong>en</strong>aemt de geer (1773). Deze lag<br />

in de Heibraak. Het rutvelt ofte geur (17e eeuw). En deze kwam voor in <strong>Weelde</strong>-Straat. Het<br />

Geerakkerke wordt in de 17e eeuw in het Mol<strong>en</strong>einde vermeld <strong>en</strong> de Geerakkersweg is e<strong>en</strong> kleine<br />

veldweg t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van de weg <strong>Weelde</strong>-Merksplas. D<strong>en</strong> geerdries (1618), geirdries (1696): dit is<br />

weer e<strong>en</strong> andere naam voor Rotveld <strong>en</strong> voor Geer. Het Geereinde komt pas in 1910 voor <strong>en</strong> is e<strong>en</strong><br />

gebied t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van het Aalst. Zie ook onder "Einde". Over de Geerhoek (geerhoeck in 1733) wet<strong>en</strong><br />

wij niets. Net zoals nu nog, betek<strong>en</strong>de "geer" vroeger e<strong>en</strong> spits aanlop<strong>en</strong>d stuk grond.<br />

Geertbladers, Geertbladerweg<br />

gcheerblare(n) (1340), opt ghebelaer (1368), gheebelaer (1368), gheebelair (1410), ghebelair (1410),<br />

<strong>en</strong>z. tot geetbladere (1618); geerblader (1623), de geeblader<strong>en</strong> (1630), t'geerblat (1643), geerblayers<br />

(1667), het gerritblat (1687), geertblat (1688), gerritblaeder<strong>en</strong> (1696), t'geirblat (17e eeuw), de<br />

geerblader (1728), <strong>en</strong>z. tot Geertblader<strong>en</strong> (nu). Dit zijn beemd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Heggebrug <strong>en</strong> Poppel op<br />

beide oevers van de Aa. Het lijk erop, dat de -t- later is ingevoegd <strong>en</strong> wij dus met het elem<strong>en</strong>t "geer" te<br />

mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Later kan dan door e<strong>en</strong> soort "hypercorrectie" (= overdrev<strong>en</strong> correctie) de naam Geert<br />

of Gerrit erin gelegd zijn. Het tweede elem<strong>en</strong>t is ontwikkeld uit het woord "laar". Zie daarvoor onder<br />

Laar.<br />

Gell<strong>en</strong> rijt<br />

goll<strong>en</strong> rijt (1442), gell<strong>en</strong> (1465), goll<strong>en</strong> rijt (1514), gell<strong>en</strong> ryt (1680). E<strong>en</strong> oud maar nu verdw<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

toponiem in de Leemputt<strong>en</strong>. Waarschijnlijk is "gelle", resp. "golle" hier hetzelfde als het Nederduitse<br />

"galle". Dan betek<strong>en</strong>t het "onvruchtbare plek". Er kan ook wel iemand gewoond hebb<strong>en</strong> die Gelle<br />

heette. Zo kwam te Poppel de naam Gell<strong>en</strong> (van Geldolfus) voor. E<strong>en</strong> kleine kans bestaat ook, dat<br />

gelle hier e<strong>en</strong> soort kabeljauw betek<strong>en</strong>t. Voor het elem<strong>en</strong>t Rijt verwijz<strong>en</strong> wij door naar Rijt.<br />

Geme<strong>en</strong> Laar (zie Laar)<br />

Gem<strong>en</strong>e Braak (zie Braak)<br />

Goor, Bloksgoor, Eindegoor, Han<strong>en</strong>bekgoor, Brouwersgoor


goir (1368), goer (1410)(1417); goer driesk<strong>en</strong> (1643); Het Bloks Goor (nu); Eynde Goor (1910);<br />

han<strong>en</strong>beckgore (1693). Zie ook onder Brouwersgoor. In onze strek<strong>en</strong> noemt m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> drassige laagte<br />

bijna steeds e<strong>en</strong> "goor". De naam komt ook steeds voor in gebied<strong>en</strong> die ver van bewoonde c<strong>en</strong>tra<br />

geleg<strong>en</strong> zijn. "Bloks" wijst op e<strong>en</strong> famili<strong>en</strong>aam, terwijl "einde" weer aan "uiteinde" doet d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.<br />

Han<strong>en</strong>bek betek<strong>en</strong>t "in de vorm van e<strong>en</strong> bek".<br />

Gooshoeve, Goosbocht<br />

goes hoeve (1368), <strong>en</strong>z. tot goeshoeve (1787); goeysbocht (1653). De Gooshoeve stond in het<br />

Ge<strong>en</strong>einde <strong>en</strong> de Goosbocht was e<strong>en</strong> akker bij de mol<strong>en</strong> in het Mol<strong>en</strong>einde. Goos kan zowel "gans"<br />

betek<strong>en</strong><strong>en</strong> als de voornaam "Goos". Dan zoud<strong>en</strong> wij te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met ofwel de "Ganz<strong>en</strong>hoeve"<br />

(zie ook onder Ganz<strong>en</strong>poel) ofwel met "de hoeve van Goos" (zie ook de nu nog bestaande<br />

famili<strong>en</strong>aam Goos/Ghoos).<br />

Grebb<strong>en</strong><br />

het grebb<strong>en</strong> (1623), greubb<strong>en</strong> (1692), greubb<strong>en</strong> (17e eeuw), de grubb<strong>en</strong> (1755). Het e<strong>en</strong> beetje<br />

verhev<strong>en</strong> westelijke gedeelte van de Heibraak kreeg deze naam mee. Hij bestaat nu niet meer. Het<br />

woord is verwant met "grav<strong>en</strong>". Op bedoelde plaats moet<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>sscheidingsgracht<strong>en</strong> zijn gegrav<strong>en</strong>.<br />

Het is ev<strong>en</strong>wel ook mogelijk, dat iemand hier e<strong>en</strong> kuil gegrav<strong>en</strong> had, misschi<strong>en</strong> om water bij de hand<br />

te hebb<strong>en</strong> voor het vee.<br />

Gro<strong>en</strong>, Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>daal, Gro<strong>en</strong>v<strong>en</strong>, Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>daalse Hoeve, Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>daals Voorhoofd<br />

het gro<strong>en</strong> (18e eeuw), Gro<strong>en</strong> (kadaster). Akkers <strong>en</strong> weid<strong>en</strong> bij de Brein. Gro<strong>en</strong>edael (1748),<br />

Gro<strong>en</strong>dael (1775), gro<strong>en</strong><strong>en</strong>dael (1784), Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>daal (nu). E<strong>en</strong> gedeelte van de Leemputt<strong>en</strong>.<br />

Gro<strong>en</strong>v<strong>en</strong>ne (1749). Niet te situer<strong>en</strong>. Het woord "gro<strong>en</strong>" in plaatsnam<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t vaak "begroeid<br />

veld", hoewel het ook "braakligg<strong>en</strong>d veld dat wacht op bebouwing" betek<strong>en</strong>t. Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>daal was de<br />

naam van e<strong>en</strong> boerderij op de Leemputt<strong>en</strong>. Later is de naam geblev<strong>en</strong> voor de akkers <strong>en</strong> weid<strong>en</strong><br />

eromhe<strong>en</strong>. Het "voorhoofd" is het tuintje tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> boerderij <strong>en</strong> de weg. Later breidde de betek<strong>en</strong>is<br />

zich uit tot "voorste stuk". Gro<strong>en</strong>v<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> v<strong>en</strong> met begroeide oever of met waterplant<strong>en</strong> in.<br />

Groes, Groesbeek, Groese Akkerstraat, Groesmeirstraat, Groesstraat, Groesstraatje, Kuipers Groes<br />

groes (1453), groese (1597), <strong>en</strong>z. tot groes (1833) (nu), groesbeeck (1619). E<strong>en</strong> partij beemd<strong>en</strong> in de<br />

Brein; groesche ackerstraet (1672); groesche straet (1686); t'groesestraetk<strong>en</strong> (17e eeuw),<br />

groesstraetk<strong>en</strong> (17e eeuw), groesstraetj<strong>en</strong> (1739), groesstraeti<strong>en</strong> (1787). Dit is het voorste stuk van<br />

de Meir, dus het gedeelte in de Groes. Cuuijpers groes (1643). Wij hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> idee waar die lag.<br />

Groes is jong gras, ook nu nog. Vandaar dan de betek<strong>en</strong>is van "oppervlakte die met gras bezaaid<br />

was". Eig<strong>en</strong>lijk is deze naam synoniem met dries.<br />

Groot Broek (zie Broek)<br />

Groot Water<br />

groot water (1618), groet water (1641). Verder wissel<strong>en</strong> "groot water" <strong>en</strong> "groet waeter" elkaar af. Tot<br />

plots "Groote Wouter" (1910) opduikt. <strong>Nu</strong> is het "Groot Water". De akkers langs de (ook aldus<br />

gehet<strong>en</strong>) weg die de Hegge met de Schootseweg verbindt. Hier leefde lange jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> leg<strong>en</strong>de voort.<br />

Drie spinsters versch<strong>en</strong><strong>en</strong> daar soms, vooral 's nachts. Zij hadd<strong>en</strong> de opdracht de bestemming van de<br />

mann<strong>en</strong> te spinn<strong>en</strong>. Cloto zat bij het spoel, terwijl Lorchesis de klos draaide <strong>en</strong> Atropos met e<strong>en</strong><br />

schaar de draad (symbool van het m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>lev<strong>en</strong>) doorsneed. E<strong>en</strong> zwarte draad kondigde e<strong>en</strong> kort <strong>en</strong><br />

noodlottig lev<strong>en</strong> aan, e<strong>en</strong> witte e<strong>en</strong> lang <strong>en</strong> gelukkig lev<strong>en</strong>. Maar er is meer. Op het Groot Water liep<br />

ook e<strong>en</strong> grote zwarte hond rond te dol<strong>en</strong>. Naar hem is het Hondseinde (<strong>en</strong> de Hondstraat) gehet<strong>en</strong>.<br />

Hij had e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> om de hals. Als m<strong>en</strong> hem ontmoette, moest m<strong>en</strong> vlieg<strong>en</strong>svlug "Jezus, Maria, Jozef<br />

<strong>en</strong> Nicodemus, zijt geb<strong>en</strong>edijt" zegg<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> vaderons <strong>en</strong> e<strong>en</strong> weesgegroet <strong>en</strong> e<strong>en</strong> Glorie-zij-de-Vader<br />

bidd<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was het veilig de b<strong>en</strong><strong>en</strong> te kruis<strong>en</strong>. Die hond was eig<strong>en</strong>lijk niets anders dan de<br />

weerwolf, de zoon van Loki (e<strong>en</strong> godheid) <strong>en</strong> broer van Hellia (ook e<strong>en</strong> godheid). De god<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />

hem e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> uit vrees dat hij ongeluk zou br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.


Gulde<br />

die gulde (1394), int guld<strong>en</strong> (1643), int guld<strong>en</strong> (1643), tgulde (1668), <strong>en</strong>z. tot Het Gulde (1910). E<strong>en</strong><br />

van de grond<strong>en</strong> waarop de abdij van Tongerlo ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kon heff<strong>en</strong>. De ti<strong>en</strong>depacht werd in 1365<br />

verkocht. De gulde is e<strong>en</strong> soort van r<strong>en</strong>te die m<strong>en</strong> moest betal<strong>en</strong>. De uitdrukking "gulde do<strong>en</strong>"<br />

betek<strong>en</strong>de "iemand recht do<strong>en</strong>". Dat het woord iets te mak<strong>en</strong> zou hebb<strong>en</strong> met het gildelev<strong>en</strong>, is weinig<br />

waarschijnlijk. Daarvoor is het te oud (1394). Volg<strong>en</strong>s Lindemans kon Gulde ook de plaats zijn, waar<br />

in de Middeleeuw<strong>en</strong> de volksvergadering<strong>en</strong> plaatshadd<strong>en</strong>. Op andere plaats<strong>en</strong> heeft het woord nog<br />

andere betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, maar o.i. betek<strong>en</strong>t het in deze naam gewoon "grond waarop ti<strong>en</strong>deheffing<br />

bestond".<br />

Haagakkers<br />

haegh ecker (1368), haechecker (1387), haechacker (1637), haeghacker (1682), Haegakkers (1910),<br />

Haagakkers (1981). Reeds vroeg ontgonn<strong>en</strong> grond<strong>en</strong> in de Meir. E<strong>en</strong> "haag" of "heg" wees in de<br />

Middeleeuw<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> omheining, het was ook wel gewoon "kreupelhout". Maar zo'n<br />

kreupelhout werd zeer algeme<strong>en</strong> juist gebruikt om akkers <strong>en</strong> weid<strong>en</strong> te omhein<strong>en</strong>. Waarschijnlijk ging<br />

het wel om akkers die aan dezelfde eig<strong>en</strong>aar toebehoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> die om dat duidelijk te mak<strong>en</strong> alle door<br />

e<strong>en</strong> haag war<strong>en</strong> omgev<strong>en</strong>.<br />

Hanebek, Achterste Hanebek, Grote Hanebek, Hanebekakker, Hanebekgoor, Kleine Hanebek,<br />

Voorste Hanebek<br />

hanebeck (1380), han<strong>en</strong>beck (17e eeuw); d<strong>en</strong> achterst<strong>en</strong> hanebeck; e<strong>en</strong> driehoekig stuk land in de<br />

Meir; groote <strong>en</strong>de cleyne hanebeck<strong>en</strong> (1699), d<strong>en</strong> groot<strong>en</strong> ha<strong>en</strong><strong>en</strong>becq (1747)(1781); de grootste <strong>en</strong><br />

de kleinste akker van de Hanebek in de Meir; ha<strong>en</strong>ebeck<strong>en</strong> acker (1737), ha<strong>en</strong>nebeeck acker (1735).<br />

Deze naam komt ook al in de Meir voor; hanebeckgore (1693); zie onder Goor; d<strong>en</strong> vorst<strong>en</strong> Hanebeck<br />

(1643). Ook deze naam komt in de Meir voor. Het is duidelijk, dat iemand in de Meir e<strong>en</strong> paar<br />

eig<strong>en</strong>domm<strong>en</strong> had die e<strong>en</strong> driehoekige vorm hadd<strong>en</strong>. De naam is behoud<strong>en</strong>, hoewel m<strong>en</strong> later niet<br />

direkt nog dacht aan de vorm. Daardoor krijg je dan nam<strong>en</strong> als "Achterste Hanebek", "Grote<br />

Hanebek", <strong>en</strong>z. Behalve Hanebek kom<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong> ook wel Ganzebek <strong>en</strong> E<strong>en</strong>debek voor. Het<br />

elem<strong>en</strong>t bek betek<strong>en</strong>t dus gewoon "driehoekig, op e<strong>en</strong> punt uitlop<strong>en</strong>d".<br />

Haverbocht (zie Bocht)<br />

Haverdries (zie Dries)<br />

Haz<strong>en</strong>donk, Haz<strong>en</strong>donkstraat, Haz<strong>en</strong>kolk<br />

Has<strong>en</strong>dunc (1368), aesdonc (1368) (1410), hazedonck (1453), Aesdonck<strong>en</strong> (1609), Aesdonck (1612),<br />

Haess<strong>en</strong>donck (1624), Aesdonck (1636), as<strong>en</strong>donck (1682), <strong>en</strong>z. tot Has<strong>en</strong>donck (1910) <strong>en</strong><br />

Haz<strong>en</strong>donk (nu). Deze mooie naam werd gegev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> streek van lage akkers, weid<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

beemd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de Aa <strong>en</strong> de Moerdijk. In die streek lag<strong>en</strong> ook nog: Haz<strong>en</strong>donkse Beemd,<br />

Haz<strong>en</strong>donksebeemdweg, Haz<strong>en</strong>donkstraat. Has<strong>en</strong> colck (1404), has<strong>en</strong> colcke (1404). Niet te situer<strong>en</strong><br />

naam. Nam<strong>en</strong> met het elem<strong>en</strong>t "donk" kom<strong>en</strong> in de hele Kemp<strong>en</strong> veelvuldig voor. Meestal is e<strong>en</strong> donk<br />

e<strong>en</strong> wat hoger gedeelte van e<strong>en</strong> moerassig gebied. Donk<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> zelfs zo groot zijn, dat er m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

op ging<strong>en</strong> won<strong>en</strong>. Zo kom je ze nog teg<strong>en</strong> in nam<strong>en</strong> van geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. In onze haz<strong>en</strong>donk zull<strong>en</strong> de<br />

haz<strong>en</strong> wel huis gehoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, maar het kan ook zijn, dat "aes" e<strong>en</strong> variant is van "esch", de<br />

boomnaam dus. Dan betek<strong>en</strong>t het ofwel "hogergeleg<strong>en</strong> plek, waarop de haz<strong>en</strong> kuil<strong>en</strong>" of "e<strong>en</strong><br />

verhev<strong>en</strong>heid waarop ess<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>". Zie ook onder Echelkolk.<br />

Heerbaan, Heersdrieske, Heerstraat<br />

herba<strong>en</strong> (1618), heerba<strong>en</strong> (1618), herbane (1631), heerba<strong>en</strong>e (1646), heijrba<strong>en</strong> (1677), heyrba<strong>en</strong><br />

(1678), heijrba<strong>en</strong> (1680), <strong>en</strong>z. herbane (1787). Zo noemde m<strong>en</strong> de grote weg Turnhout-Tilburg.<br />

s'heers driesck<strong>en</strong> (1736). Dit is niet verder te situer<strong>en</strong>. Er zijn niet minder dan zev<strong>en</strong> Heerstrat<strong>en</strong><br />

gevond<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong>. Wij beperk<strong>en</strong> ons hier tot slechts e<strong>en</strong> paar notering<strong>en</strong>:


1. s'heer<strong>en</strong> straet (1669): de weg <strong>Weelde</strong>-Merksplas.<br />

2. s her<strong>en</strong> strate (1452), heerstraet (1641): dit blijkt dezelfde weg te zijn als de hierbov<strong>en</strong> behandelde<br />

Heerbaan.<br />

3. s Heer<strong>en</strong>straet (1681), de Heerestraet (1692): Dit is dan e<strong>en</strong> andere naam voor Hegge, meer<br />

bepaald voor de straat zelf dan.<br />

4. s'heer<strong>en</strong>straet (1698): <strong>en</strong> deze is dan e<strong>en</strong> andere naam voor de straat die door de Meir loopt.<br />

5. s heer<strong>en</strong>straet (1663): één keer wordt de Brusselsestraat zo g<strong>en</strong>oemd. De overige twee hebb<strong>en</strong> wij<br />

niet kunn<strong>en</strong> localiser<strong>en</strong>. In al deze gevall<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> wij duidelijk te mak<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> soort hoofdweg.<br />

Het elem<strong>en</strong>t "heer" of "heir" leefde in de Middeleeuw<strong>en</strong> voort uit de zeer vroege Middeleeuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> in<br />

sommige gevall<strong>en</strong> zelfs uit de Romeinse tijd. Dan verwijst "heir" naar "leger": dus de weg waarover het<br />

leger optrok. Wij m<strong>en</strong><strong>en</strong> echter, dat het hier ofwel om e<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>isloze overdracht van e<strong>en</strong> in de<br />

overlevering voortlev<strong>en</strong>de naam gaat, ofwel e<strong>en</strong> weg die naar de "Heer (van <strong>Weelde</strong>)" g<strong>en</strong>oemd was.<br />

Hees<br />

Dit is op zichzelf e<strong>en</strong> naam, maar hij komt ook als sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>d elem<strong>en</strong>t voor in nam<strong>en</strong> als de<br />

volg<strong>en</strong>de, die wij in <strong>Weelde</strong> hebb<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>: Groot Hees, Heesakker, Heesbeemd<strong>en</strong>, Heesbonk,<br />

Heesdijk, Heeshoek, Heeske, Heesrijt, Heesvont, Heesweide. Wij zull<strong>en</strong> ons voor de vindplaats<strong>en</strong><br />

beperk<strong>en</strong> tot de naam Hees zelf.<br />

de hese (1340), die heese (1410), de heze (1470), de hees (1643), de heize (1680), de heeze (1680),<br />

<strong>en</strong>z. tot Hees (nu). E<strong>en</strong> tweede Hees komt te <strong>Weelde</strong> voor vanaf 1632 (de Hees). De eerste Hees is<br />

geleg<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de Elz<strong>en</strong>straat <strong>en</strong> de Mol<strong>en</strong>eindse Akkers. De tweede ligt op de gr<strong>en</strong>s van <strong>Weelde</strong><br />

met Poppel. De weg erdoor wordt nu Heesdijk gehet<strong>en</strong>. Sommige van de andere nam<strong>en</strong> met "hees"<br />

hebb<strong>en</strong> wij niet kunn<strong>en</strong> localiser<strong>en</strong>: nl. Groot Hees, Heesbeemd<strong>en</strong>, Heesbonk, Heeshoek, Heeskant,<br />

Heeske, Heesrijt, Heesvont. Er was e<strong>en</strong> Heesakker geleg<strong>en</strong> in de Hees bij de Elz<strong>en</strong>straat <strong>en</strong> één in de<br />

Hegge. Er was e<strong>en</strong> Heesvoort bij de Kruipholl<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> Heesweide in de Hegge (viel sam<strong>en</strong> met<br />

Dijkbeemd). E<strong>en</strong> hees was oorspronkelijk e<strong>en</strong> bos van kreupelhout. Vandaar later ook gewoon maar<br />

"struikgewas".<br />

Heesdijk (zie Hees <strong>en</strong> Dijk)<br />

Hegge<br />

de hegghe (1340), heggh<strong>en</strong> (1368), hegh<strong>en</strong> (1368), hegg<strong>en</strong> (1368), die Hecke (1410), hegg<strong>en</strong> (1453)<br />

<strong>en</strong>z. tot Hegge (1981). De meeste schrijfwijz<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> ker<strong>en</strong> voor. Wij hebb<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong><br />

beknopt overzicht will<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>. Zoals u ziet, is het e<strong>en</strong> bijzonder oude naam. Iedere<strong>en</strong> is het erover<br />

e<strong>en</strong>s, dat de naam verband houdt met "haag, heg". Het is struikgewas dat als omheining di<strong>en</strong>st deed.<br />

Later is deze naam van e<strong>en</strong> beperkt gebied uitgebreid tot het hele gehucht.<br />

Heibraak<br />

heijbraeck<strong>en</strong> (1453), Heybrake (16e eeuw), heybrak<strong>en</strong> (1638), Heybraecke (1640), heijbraeck (1643),<br />

hybraeck (1696), <strong>en</strong>z. tot heybrak (1910) <strong>en</strong> Heibraak (1981). Voor de verklaring van de naam<br />

verwijz<strong>en</strong> wij naar Braak. Dit gebied moet oorspronkelijk braakligg<strong>en</strong>de grond met heidekruid erop<br />

geweest zijn.<br />

Heikant (zie Kant)<br />

Heilige Geest, Heilige Geestakker, Heilige Geestbochtje, Heilige Geestbos, Heilige Geesterve,<br />

Heilige Geestgoed, Heilige Geesthoeve, Heilige Geesthuis, Heilige Geeststede


U ziet hoeveel plaatsnam<strong>en</strong> do<strong>en</strong> terugd<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de Heilige Geesttafel. Hier zull<strong>en</strong> wij telk<strong>en</strong>s<br />

slechts de oudste vermelding weergev<strong>en</strong> met de ligging: heylighe Gheest (1417): e<strong>en</strong> goed ter hoogte<br />

van het Rot; d<strong>en</strong> H.Geest (1683): e<strong>en</strong> gelijkaardig stuk in het Ge<strong>en</strong>einde; Heyliche-geest acker (16e<br />

eeuw): e<strong>en</strong> akker in <strong>Weelde</strong>-Straat; H.Geestacker (1699): e<strong>en</strong> akker in het goed bij het Rot; opt<br />

heylichgeestbocht<strong>en</strong> (1630): niet te situer<strong>en</strong>; 't h:geest bos (1801): deze naam leeft nog voort in het<br />

Rot; Heylige geest erve (1514): e<strong>en</strong> hoeve in de Haz<strong>en</strong>donk; h Gheestgoet (1665): dit is het geheel<br />

van stede <strong>en</strong> aanligg<strong>en</strong>de percel<strong>en</strong> die tot de H.Geesttafel behoord<strong>en</strong>. Het erf lag langs de<br />

Elz<strong>en</strong>straat, maar de grond<strong>en</strong> strekt<strong>en</strong> zich uit tot het Rot. Over de H.Geesttafel kunt u elders in dit<br />

boek meer vernem<strong>en</strong>.<br />

Hers<strong>en</strong>braak (zie Braak)<br />

Het<strong>en</strong>daal<br />

heet<strong>en</strong>dale (1367), Heet<strong>en</strong>dael (1723)(1749). Dit is de naam van e<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>spaal van <strong>Weelde</strong> met<br />

Ravels, geleg<strong>en</strong> in de Geelse Laagte. Het elem<strong>en</strong>t "daal" (= dal) wijst op e<strong>en</strong> laagte. E<strong>en</strong> ingewikkelde<br />

evolutie van het Westgermaanse del (le) via "dale" naar "daal" heeft zich hier voorgedaan. Het<br />

elem<strong>en</strong>t "Heet<strong>en</strong>" kan geëvolueerd zijn uit "heis,hees". Dan betek<strong>en</strong>t het "kreupelhout". De verbinding<br />

staat in dat geval voor "e<strong>en</strong> met kreupelhout begroeide laagte die de gr<strong>en</strong>s vormt".<br />

Hof<br />

het hoff ofte borcht (1631), het hof (1765). Alle verdere vermelding<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor in de vorm "hoff". Dit<br />

is natuurlijk het "Hof t<strong>en</strong> Berge", waar eertijds het kasteel stond <strong>en</strong> nu de pastorij van Sint-Michiel<br />

voorkomt. Met "hof" zijn nog e<strong>en</strong> aantal andere nam<strong>en</strong> gevormd te <strong>Weelde</strong>. Zo kom<strong>en</strong> wij Boonhof<br />

teg<strong>en</strong> met vermelding<strong>en</strong> "bon<strong>en</strong> hof" (1368), (zie hierbov<strong>en</strong> onder Boonhof) <strong>en</strong>z. tot "bo<strong>en</strong>hof" (1442);<br />

Biehof met vermelding<strong>en</strong> vanaf 1647 (Biehoff); Ooi<strong>en</strong>hof dat reeds in 1627 vermeld wordt in de vorm<br />

"oij<strong>en</strong>hoff" (zie Ooi<strong>en</strong>). Wij hebb<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> uitmak<strong>en</strong> waar de Boonhof lag; ook niet waar het<br />

Biehof geleg<strong>en</strong> was. De Ooi<strong>en</strong>hof lag bij de oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Boonhof is al eerder verklaard. E<strong>en</strong> biehof<br />

was natuurlijk e<strong>en</strong> soort hoevetje waar bij<strong>en</strong> gekweekt werd<strong>en</strong>. Ooi<strong>en</strong> war<strong>en</strong> natuurlijk schap<strong>en</strong>. Op de<br />

nam<strong>en</strong> Hofstad <strong>en</strong> Savoorhof kom<strong>en</strong> wij apart terug.<br />

Hofstad<br />

hoffstat (1673), hoffstadt (17e eeuw), <strong>en</strong>z. Deze plaats komt voor op de Noord-Heikant. Hier betek<strong>en</strong>t<br />

"hof" e<strong>en</strong> omheinde ruimte <strong>en</strong> "stad" is e<strong>en</strong> stede. Het geheel was dus e<strong>en</strong> hoeve met e<strong>en</strong> lap grond<br />

erbij die omgev<strong>en</strong> was door e<strong>en</strong> haag. Het merkwaardige is, dat nu nog steeds zo'n stuk grond hof<br />

wordt g<strong>en</strong>oemd, terwijl het A.N. daarvoor de term "tuin" heeft <strong>en</strong> dat m<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong> het woord tuin<br />

gebruikt voor de haag. E<strong>en</strong> hofstad was ook wel e<strong>en</strong>s de plaats waar zo'n hoeve had gestaan!<br />

Hoge Dijk (zie Dijk)<br />

Hoge Vonder (zie Vonderbeemd)<br />

Hondstraat, Hondseinde, Hondsberg<br />

honsstraet (1618), hontstraete (1626), hontstraet (1679), <strong>en</strong>z. tot hondtstraet (1728) <strong>en</strong> hontstraet<br />

(1765). Zoals al eerder gezegd is (zie Groot Water), was dit de oude naam voor de Groot-Waterstraat.<br />

Ze liep door het Hondseinde. De Hondsberg hebb<strong>en</strong> wij niet kunn<strong>en</strong> situer<strong>en</strong>. De naam komt<br />

ongetwijfeld van de leg<strong>en</strong>de rond e<strong>en</strong> ronddol<strong>en</strong>de hond (zie onder Groot Water).<br />

Hoogeinde<br />

hoogheijnd (1453), hoocheynde (1562), hoocheijnt (1614), hoogheynd (1631), hoocheynde (1638),<br />

hoogheynd (1767), <strong>en</strong>z. tot Hoogeinde (1981). Hier ligt het hoogste punt van <strong>Weelde</strong>. M<strong>en</strong> spreekt er<br />

ook van de Hoogeindse Berg<strong>en</strong> (e<strong>en</strong> paar heuvels). Van hier helt e<strong>en</strong> vlak vrij sterk af naar Het<br />

Brouwers Goor. Er ligt ook nog e<strong>en</strong> Hoogeinde langshe<strong>en</strong> de Bedafse Heide. Het is duidelijk, dat de


naamgeving hier verband houdt met de hoogteligging <strong>en</strong> de afgeleg<strong>en</strong>heid t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de<br />

bebouwde kom. Zie ook onder "Einde".<br />

Hooibraak (zie Braak)<br />

Hooirijt (zie Rijt)<br />

Houbraak<br />

houbrake (1368), houbraeck (1600), Haubrake (1614), haubraecke (1622), houbraeck<strong>en</strong> (1623), <strong>en</strong>z.<br />

tot Hou braeck (1681). E<strong>en</strong> mooi toponiem dat helaas al lang verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> is. Deze naam had<br />

betrekking op e<strong>en</strong> oppervlakte akkers tuss<strong>en</strong> de Straat <strong>en</strong> de Grootwaterstraat. De naam bestaat uit<br />

twee gedeelt<strong>en</strong>. Het tweede gedeelte behandeld<strong>en</strong> wij hierbov<strong>en</strong> onder Braak (braakligg<strong>en</strong>d land).<br />

Het elem<strong>en</strong>t "Hou" komt van het werkwoord "houw<strong>en</strong>" wat betek<strong>en</strong>t: "het houw<strong>en</strong> of hakk<strong>en</strong> van hout".<br />

De hele naam betek<strong>en</strong>t dus: e<strong>en</strong> braakligg<strong>en</strong>d stuk land waarop m<strong>en</strong> hout mocht hakk<strong>en</strong>. Wij zoud<strong>en</strong><br />

het nu e<strong>en</strong> schaarbos noem<strong>en</strong>.<br />

Houtrijt (zie Rijt)<br />

Hummels, Hummelsbeemd, Hummelsheiveld, Hummelshoek<br />

Hummels (1643), <strong>en</strong>z. tot Hummel (1910); hummels beempt (1626), <strong>en</strong>z. tot hummels beemt (1670);<br />

hummels Heyvelt (1636); hummels hoeck (1618), <strong>en</strong>z. tot Hummels Hoek (1981). Het Hummels ligt<br />

precies op dezelfde plaats als Hummelshoek. De Hummelsbeemd echter schijnt e<strong>en</strong> beemd in de<br />

Geertblader<strong>en</strong> (Hegge) te zijn geweest. Waar het Hummelsheiveld lag, wet<strong>en</strong> wij niet. Het woord<br />

"hummel" komt in het Middelnederlands voor als variant voor "hommel" in de betek<strong>en</strong>is van het<br />

huidige hommel (insect). Daarnaast bestond het woord "hommel" ook voor de hopplant. Het is niet<br />

onmogelijk, dat de uitspraak aanleiding heeft gegev<strong>en</strong> tot de schrijfwijze "hummel" <strong>en</strong> dat hier bedoeld<br />

werd de streek aan te duid<strong>en</strong>, waar hop geteeld werd, te meer daar niet zover daarvandaan het<br />

Brouwers Goor ligt. Brouw<strong>en</strong> deed m<strong>en</strong> dus in <strong>Weelde</strong> wel.<br />

Jorisdries (zie Dries)<br />

Kalverbocht (zie Bocht)<br />

Kalverdries (zie Dries)<br />

Kant<br />

Dit elem<strong>en</strong>t komt in <strong>Weelde</strong> wel e<strong>en</strong>s voor (vb. in Heikant). Het betek<strong>en</strong>t, net zoals -einde, dat het<br />

gebied wat afgeleg<strong>en</strong> was. In Heikant betek<strong>en</strong>t het dan "e<strong>en</strong> met heidekruid begroeid gebied op de<br />

buit<strong>en</strong>kant van het bewoonde c<strong>en</strong>trum".<br />

Kauwert<br />

Daarbij aansluit<strong>en</strong>d heb je dan e<strong>en</strong> reeks nam<strong>en</strong> op dezelfde plaats: Kauwertse Akker, Kauwertse<br />

Beemd<strong>en</strong>, Kauwertstraatje, Kauwerweg.<br />

couvoert (1368), cauvort (1368), coudevoirt (1403), Couoort (1404), couvoirt (1410), Cauwer (1631),<br />

Cauvoirt (1637), Kauwoort (1653), <strong>en</strong>z. tot Cauwaert (1910) <strong>en</strong> Kauwert (1981). E<strong>en</strong> gebied<br />

bestaande uit hoger geleg<strong>en</strong> akkers <strong>en</strong> e<strong>en</strong> helling met lage beemd<strong>en</strong> vlakbij het Reussel.<br />

Erdoorhe<strong>en</strong> loopt het Straatsloopke. Ook hier staan we weer voor e<strong>en</strong> naam met twee sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>de<br />

elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: kauw + ert. Het eerste elem<strong>en</strong>t heeft in talrijke plaatsnaamstudies aanleiding gegev<strong>en</strong> tot<br />

allerlei interpretaties. Wij somm<strong>en</strong> er hier e<strong>en</strong> aantal op: 1. de vogel "kauw" of "ka"; 2. Kuip, vat; 3.<br />

Koude; 4. Kooi; 5. Haas = van "cuwaert", waarvan dan afgeleid: "lafaard". Wij m<strong>en</strong><strong>en</strong>, dat hiervan<br />

slechts de betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>: de vogel "ka", de kooi (kevie) <strong>en</strong> het adjectief "koude" in aanmerking kom<strong>en</strong>.<br />

Van al deze betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> zijn "kooi" <strong>en</strong> de vogelnaam het meest verdedigbaar. De -ert is ontwikkeld


uit -voort. Dit komt in zeer vele nam<strong>en</strong> voor <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t "ondiepte, doorwaadbare plaats". Dit is hier te<br />

verdedig<strong>en</strong>, gezi<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> riviertje doorstroomt. Wij gelov<strong>en</strong> dus in: "oversteek bij de kevie".<br />

Kerkdries (zie Dries)<br />

Keuneinde, Keun<strong>en</strong>bocht<br />

Ceuneijnt (1674), cuneynt (1680), Cu<strong>en</strong>eijnt (1680), Keuneynt (1684), Cun<strong>en</strong>eijndt (1787), <strong>en</strong>z. tot<br />

Keuneinde (1981); Ceun<strong>en</strong> boght (1692). Het Keuneinde ligt in de Koningstraat. Hoewel wij hier<br />

absoluut niet zeker zijn, d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wij dat de plaatsnaam afgeleid is van e<strong>en</strong> persoonsnaam. Zie ook<br />

onder "Einde".<br />

Keurvorste Beemd<strong>en</strong> (zie Beemd)<br />

Keutelberg<br />

cuetelberch (1630), Keutelberg (1910). Deze Keutelberg ligt achter het Ge<strong>en</strong>einde <strong>en</strong> staat bek<strong>en</strong>d<br />

om zijn leg<strong>en</strong>darische schat. Twee ouderling<strong>en</strong> uit <strong>Weelde</strong> hebb<strong>en</strong> jar<strong>en</strong>lang gezocht naar e<strong>en</strong><br />

mytische schat die daar in de wildernis verborg<strong>en</strong> zou hebb<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>. Het betrof e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> kalf dat<br />

onder het karspoor naar Baarle Nassau zou ligg<strong>en</strong>. Jan van Leliëndaal zou hierover verhaald hebb<strong>en</strong><br />

in zijn "Profetieën". Hij noemt <strong>Weelde</strong> daarom "e<strong>en</strong> gelukkig landek<strong>en</strong>". Op te merk<strong>en</strong> valt, dat de heer<br />

Misonne, voorzitter van de Rechtbank te Turnhout, hier e<strong>en</strong> silex-bijltje vond. Later werd<strong>en</strong> op <strong>en</strong>kele<br />

meters van bedoelde weg allerlei silexrest<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte di<strong>en</strong>t vermeld, dat daar dan weer<br />

dichtbij tumuli zijn ontgrav<strong>en</strong>. De naam Keutelberg is natuurlijk e<strong>en</strong> spotnaam. Die berg was maar<br />

"e<strong>en</strong> keutel" hoog. Daarbij zal m<strong>en</strong> wel gedacht hebb<strong>en</strong> aan de vlakbij geleg<strong>en</strong> Hoogeindse Berg,<br />

want dat was nog e<strong>en</strong>s "e<strong>en</strong> echte berg".<br />

Kevie<br />

de Kevie (1643), de Keue (1679), <strong>en</strong>z. tot Kevie (1794). E<strong>en</strong> van de Poppelse Akkers, die geleg<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de Meir <strong>en</strong> het Laar. Het is e<strong>en</strong> mooie naam die wellicht nogal wat historische inhoud in<br />

zich bevat. Het gaat hier duidelijk om de bek<strong>en</strong>de vogelkooi of ruimer bedoeld "e<strong>en</strong> knip om vogels te<br />

vang<strong>en</strong>". Wellicht ging het hier om e<strong>en</strong> kooi om e<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te vang<strong>en</strong>. Jan Goris uit Ar<strong>en</strong>donk vertelt ook,<br />

dat valk<strong>en</strong>jagers kevies op de heide plaatst<strong>en</strong> om in te kunn<strong>en</strong> schuil<strong>en</strong>. Wij zoud<strong>en</strong> dat dan e<strong>en</strong><br />

"vogelhuis" kunn<strong>en</strong> noem<strong>en</strong> vergelijkbaar met het nu nog bek<strong>en</strong>de "jachthuis".<br />

Kijfbeemd<br />

Kijffbeempt (1643), Keijfbeempt (1645), Kijffbemt (1696), <strong>en</strong>z. tot Kyfbempt (1700). Deze beemd lag in<br />

de Geertbladers bij de loop aldaar. Wij vind<strong>en</strong> "kijf" nog terug in het werkwoord "kijv<strong>en</strong>". Dat wijst op<br />

het feit, dat over deze beemd eertijds wel wat ruzie is gemaakt. Daarnaast bestond<strong>en</strong> er ook nam<strong>en</strong><br />

met de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> "strijd" <strong>en</strong> "krakeel" (zie hieronder) om hetzelfde aan te duid<strong>en</strong>.<br />

Klein Brouwersgoor (zie Brouwersgoor)<br />

Koebocht (zie Bocht)<br />

Koningstraat<br />

Coningstraet (1453), conincxstraet (1624), Conixstraet (1631), Koningstraet (1665), <strong>en</strong>z. tot<br />

Koningstraat (1981). Er zijn in de archiev<strong>en</strong> bijzonder veel vermelding<strong>en</strong> van deze straat. Je komt er<br />

ook alle mogelijke schrijfwijz<strong>en</strong> voor teg<strong>en</strong>. Wij vermeld<strong>en</strong> ze hier vooral om aan te ton<strong>en</strong>, dat de<br />

naam niets te mak<strong>en</strong> heeft met ons koningshuis, want hij is veel ouder dan België. Aan zo'n naam<br />

komt m<strong>en</strong> ofwel door e<strong>en</strong> persoonsnaam te will<strong>en</strong> vereeuwig<strong>en</strong>, ofwel naar aanleiding van e<strong>en</strong> of<br />

andere gebeurt<strong>en</strong>is met e<strong>en</strong> koning. Soms zijn zulke nam<strong>en</strong> ook wel e<strong>en</strong>s spott<strong>en</strong>d bedoeld.<br />

Korte bedd<strong>en</strong> (zie Bedd<strong>en</strong>)


Kopsbeemdeke (zie Beemd)<br />

Krakeelkuil<br />

crakeilcuyl (1631)(1723). Waar hij lag, wet<strong>en</strong> wij niet, maar we vermeld<strong>en</strong> deze "kuil" om ev<strong>en</strong> op<br />

hetzelfde te kunn<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> als hierbov<strong>en</strong> bij Kijffbeemd. Ook hierover zal wel getwist zijn. Of zat<strong>en</strong> er<br />

zoveel kikkers in te krakel<strong>en</strong>, dat hij daar zijn naam aan dankte? Het kan zelfs, dat hij bek<strong>en</strong>d stond<br />

om het sam<strong>en</strong>troep<strong>en</strong> van schreeuw<strong>en</strong>de vogels (kraai<strong>en</strong> bijvoorbeeld) in zijn buurt, want dat noemde<br />

m<strong>en</strong> ook krakel<strong>en</strong>.<br />

Kruipholl<strong>en</strong><br />

het Kruijphol (1618), cruyphol (1631), cruijphol (1643), <strong>en</strong>z. tot Cruiphol (1910) <strong>en</strong> Kruipholl<strong>en</strong> (1981).<br />

Opmerkelijk is, dat de naam steeds in het <strong>en</strong>kelvoud vermeld staat, terwijl wij nu alle<strong>en</strong> nog "De<br />

Kruipholl<strong>en</strong>" k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Het gebied ligt bij de Heesdijkse loop (Hegge). De naam is zeker ontle<strong>en</strong>d aan<br />

e<strong>en</strong> vossehol of aan het hol van e<strong>en</strong> ander (groot) dier. Dat komt dan, omdat die bepaalde vos of dat<br />

bepaalde dier er steeds terugkwam.<br />

Kruisboogdoelstraat (zie Doelakker)<br />

Kruisbraak, Kruis, Kruisakker, Kruisakkerke, Kruiseik, Kruisstapel<br />

Cruijsbraeck (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

... tot het cruys toe (1742): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

het cruijs (1784): e<strong>en</strong> kruis op de gr<strong>en</strong>s met Poppel;<br />

Cruysacker (16e eeuw): ligging onbek<strong>en</strong>d<br />

cruysackerk<strong>en</strong> (1699) <strong>en</strong>z. tot cruysackerk<strong>en</strong> (1801): e<strong>en</strong> in het Laar geleg<strong>en</strong> akker;<br />

Cruyseyc (14e eeuw), <strong>en</strong>z. tot Cruyseyck (1438): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

cruijstapel (1651): ligging onbek<strong>en</strong>d. Al deze nam<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> wel iets te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> of<br />

ander kruis. In het geval Kruisbraak betreft het e<strong>en</strong> braakligg<strong>en</strong>d terrein, dat ook wel gem<strong>en</strong>e grond<br />

kon zijn, bij het Kruis.<br />

Kuildersbocht (zie Bocht)<br />

Kuipers groes (zie Groes)<br />

Kwaad Veld, Kwaad veldeke, Kwade Aierv<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, Kwade Dries, Kwade Hoek, Kwade Horst<br />

't quaet velt (1643) (1728) (1747): niet te situer<strong>en</strong>;<br />

het quaet veldek<strong>en</strong> (1655): niet te situer<strong>en</strong>;<br />

quaeij ayerv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (17e eeuw): e<strong>en</strong> van de Aierv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> op de Leemputt<strong>en</strong>;<br />

quay<strong>en</strong> dries (1641): niet te situer<strong>en</strong>;<br />

quad<strong>en</strong> hoeck (17e eeuw): idem;<br />

quad<strong>en</strong> horst (1643): idem.


Als je "kwaad" leest, voorspelt dit niet veel goeds. Zoals je ziet, was het e<strong>en</strong> gegeerd elem<strong>en</strong>t om<br />

plaatsnam<strong>en</strong> te vorm<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> Kwaad Veld was e<strong>en</strong> stuk land van slechte kwaliteit voor de gewass<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> Kwaad Aierv<strong>en</strong> moet e<strong>en</strong> v<strong>en</strong> geweest zijn, waarin je bij voorkeur niet mocht bad<strong>en</strong> vanwege de<br />

bedrieglijke bodem waarin je wegzakte. E<strong>en</strong> Kwade Horst was e<strong>en</strong> hoge akker waarop je niet veel kon<br />

tel<strong>en</strong>.<br />

Laar, Laarhof, Laarlitstraat, Laarstraat, Laarstraatje, Laarweg, Achterlaar, Geme<strong>en</strong> Laar, Hoog Laar,<br />

Voorlaar, Waterlaar<br />

de Lare (1340), opt lair (1387), laer (1466), <strong>en</strong>z. tot Laar (1981);<br />

De nam<strong>en</strong> Laarhof, Laarlitstraat, Laarstraat, Laarstraatje zijn vrij rec<strong>en</strong>t. Ze kom<strong>en</strong> alle voor in het<br />

Laar.<br />

Laerwech (1618): e<strong>en</strong> gedeelte van de Laarlitstraat;<br />

achterste Laer (1692), <strong>en</strong>z. tot agter Laer (1774): het gedeelte van het Laar dat het verst van het<br />

C<strong>en</strong>trum verwijderd is;<br />

gemeyn laer (1466): e<strong>en</strong> gedeelte van het Laar;<br />

opt hoegh lar(e) (1417): e<strong>en</strong> uitloper van het hoger geleg<strong>en</strong> gedeelte van het Laar;<br />

voorste laer (1727), Voorlaar (1981): het voorste gedeelte van het Laar, als je er vanuit het C<strong>en</strong>trum<br />

inrijdt;<br />

d<strong>en</strong> waterlaer (1621) (1647): het is e<strong>en</strong> plaats in de Rei<strong>en</strong>, maar wij zijn er niet in geslaagd de Rei<strong>en</strong><br />

zelf te localiser<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> laar is e<strong>en</strong> braakligg<strong>en</strong>d land ofwel e<strong>en</strong> sprokkelplaats in het bos. Het gebeurt<br />

ook, dat het gewoon maar e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> plek in e<strong>en</strong> bos is, e<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>e weide of e<strong>en</strong> bosachtig terrein.<br />

Het is vrijwel zeker, dat het hier om e<strong>en</strong> sprokkelplaats ging in e<strong>en</strong> gebied waar de grond<strong>en</strong> nog braak<br />

lag<strong>en</strong>. Meestal war<strong>en</strong> die begroeid met boss<strong>en</strong> <strong>en</strong> kreupelhout. Het geme<strong>en</strong> Laar zal zeker wel e<strong>en</strong><br />

op<strong>en</strong>bare sprokkelplaats geweest zijn. Het waterlaar moet dan e<strong>en</strong> soort v<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> bos geweest zijn.<br />

Lazarij<br />

de lazarije (1652), de Lazerye (17e eeuw). Wij hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> tekst<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> waarin wij kond<strong>en</strong><br />

aflez<strong>en</strong> waar deze lazarij stond. Het is zeker e<strong>en</strong> verblijfplaats geweest voor besmettelijke ziekt<strong>en</strong>.<br />

Leembraak, Leemkuilweg, Leemputt<strong>en</strong>, Leemskuil(<strong>en</strong>)<br />

leembrak<strong>en</strong> (1453), het leembraeck (1643), <strong>en</strong>z. tot Leembraeck<strong>en</strong> (1787): dit is e<strong>en</strong> akkerland op de<br />

Brein.<br />

a<strong>en</strong>de ho<strong>en</strong>dervangers opte oy<strong>en</strong>s nu Leembraeck (1631): deze Leembraak lag wellicht in de<br />

Ooibraak, want uit vergelijking met nog andere tekst<strong>en</strong> uit de 17e eeuw blijkt ho<strong>en</strong>dervangers steeds<br />

daar te situer<strong>en</strong> te zijn.<br />

de leemputte (1340), leemputt<strong>en</strong> (1368), <strong>en</strong> dan ontelbare vermelding<strong>en</strong> door de eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong>, vrijwel<br />

allemaal "Leemputt<strong>en</strong>" geschrev<strong>en</strong>. Leemskuil <strong>en</strong> Leemkuilweg zijn rec<strong>en</strong>te nam<strong>en</strong>. Leem is door het<br />

veelvuldig gebruik ervan voor het bestrijk<strong>en</strong> van mur<strong>en</strong>, het aanlegg<strong>en</strong> van vloer<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelfs pad<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

grondsoort die in talrijke plaatsnam<strong>en</strong> bleef voortlev<strong>en</strong>. De Leembraak <strong>en</strong> de Leemputt<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

strek<strong>en</strong> (niet zover van elkaar geleg<strong>en</strong> trouw<strong>en</strong>s) waar m<strong>en</strong> aan leemwinning deed. Voor het elem<strong>en</strong>t<br />

"braak" verwijz<strong>en</strong> wij naar hierbov<strong>en</strong> onder "Braak". Leembraak is "e<strong>en</strong> braakligg<strong>en</strong>d terrein, waarop<br />

leem gestok<strong>en</strong> werd".<br />

Leeuwerk, Leeuwerkebraak, Leeuwerk<strong>en</strong>akker, Leeuwerk<strong>en</strong>hoeve, Leeuwerkweg


Vijf plaatsnam<strong>en</strong> met het elem<strong>en</strong>t "leeuwerk" gevormd <strong>en</strong> die op drie verschill<strong>en</strong>de plaats<strong>en</strong> te<br />

localiser<strong>en</strong> zijn. De Leeuwerk lag teg<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>s met Baarle op Bat<strong>en</strong>heide. Leeuwerkbraak <strong>en</strong> de<br />

Leeuwerk<strong>en</strong>akker zijn daar onderdel<strong>en</strong> van. De Leeuwerk<strong>en</strong>hoeve stond eertijds in de Heibraak <strong>en</strong> de<br />

Leeuwerkweg liep over de gr<strong>en</strong>s van <strong>Weelde</strong> met Ravels.<br />

de Leeuwwerck (1631), de leeuwerik (1696), de Leuwerck (17e eeuw), leeuwerck (1747);<br />

lew(er)kebrake (1340), lew(erc)ke brake (1387);<br />

d<strong>en</strong> leeuwerkan acker (1452);<br />

lewerk<strong>en</strong> hoeve (1368), lewerke(n) hoeve (1368) <strong>en</strong>z. tot leeuwerck<strong>en</strong>hoeve (1680);<br />

De Leeuwerkweg is rec<strong>en</strong>t.<br />

De leeuwerik was in de Kemp<strong>en</strong> steeds e<strong>en</strong> van de meest geliefde vogels. Hij liet dan ook in de loop<br />

der eeuw<strong>en</strong> zijn naam in talrijke plaatsnam<strong>en</strong> achter. In <strong>Weelde</strong> is dat dan in de vorm waarin die in het<br />

dialect voorkomt, nl. "leeuwerk". Waarschijnlijk heeft eerst de Leeuwerkebraak (= onontgonn<strong>en</strong>,<br />

braakligg<strong>en</strong>d land waarop leeuwerik<strong>en</strong> huisd<strong>en</strong>) bestaan om later, wellicht bij e<strong>en</strong> eerste ontginning,<br />

plaats te mak<strong>en</strong> voor de kortere naam "Leeuwerk". Voor Leeuwerkebraak verwijz<strong>en</strong> wij ook naar<br />

Braak. De Leeuwerk<strong>en</strong>akker is dan e<strong>en</strong> akker in de Leeuwerk. De Leeuwerk<strong>en</strong>hoeve kan zo bewust<br />

zijn g<strong>en</strong>oemd door de eig<strong>en</strong>aar, maar kan ook ontstaan zijn uit de aanwezigheid van leeuwerik<strong>en</strong><br />

aldaar. Leeuwerkweg is e<strong>en</strong> produkt van e<strong>en</strong> meer moderne naamgeving, waarbij vogelnam<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

boomnam<strong>en</strong> zeer gegeerd zijn geweest, eig<strong>en</strong>lijk al e<strong>en</strong> eeuw lang.<br />

Leeuwit<br />

Lewit (1600), leewet (1624), Leeuwit (1627), leuwit (1639), <strong>en</strong>z. tot Leeuwit (1782). Deze <strong>en</strong>ig mooie<br />

naam bestaat helaas niet meer. Hij had betrekking op het door de "burcht" omslot<strong>en</strong> gedeelte "hof" bij<br />

het kasteel. Leeuw is e<strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> Gun-woord dat in het Oud-Frankisch "Hleo" luidde. Het<br />

betek<strong>en</strong>de "heuvel". Zo vindt m<strong>en</strong> het nog terug in nam<strong>en</strong> als "D<strong>en</strong>derleeuw", "Zoutleeuw" e.a.<br />

Eig<strong>en</strong>lijk is het woord verwant met het Gotische (e<strong>en</strong> al vele eeuw<strong>en</strong> niet meer bestaande taal waarin<br />

de oudste Germaanse tekst<strong>en</strong> zijn teruggevond<strong>en</strong>) "hlaiw". Daar betek<strong>en</strong>de het ook "grafheuvel". Het<br />

elem<strong>en</strong>t "wit" is ontwikkeld uit "wide, wijt, wit", wat "afgeslot<strong>en</strong> ruimte" betek<strong>en</strong>t. De afsluiting zou dan<br />

bestaan hebb<strong>en</strong> uit te<strong>en</strong>wilg. Dus, Leeuwit betek<strong>en</strong>t dan "e<strong>en</strong> met te<strong>en</strong>wilg omslot<strong>en</strong>, hoger geleg<strong>en</strong><br />

(heuvel) oppervlakte grond (hof)" of misschi<strong>en</strong> zelfs "omslot<strong>en</strong> begraafplaats".<br />

Lijkstraat<br />

Wij vermeld<strong>en</strong> voor de geïnteresseerde hier ev<strong>en</strong> alle Lijkstrat<strong>en</strong> (-straatjes) die wij vond<strong>en</strong>:<br />

lijckstraet (1746): e<strong>en</strong> stuk van de huidige Koning-Albertstraat;<br />

lijckstraetj<strong>en</strong> (1685): de Heikantheideweg;<br />

lyckstraet (1699), lyckstraetje (1699), lyckstraetti<strong>en</strong> (1787): het pad van de Zuid-Heikant naar de<br />

Straat;<br />

lyckstraeti<strong>en</strong> (1631), <strong>en</strong>z. tot lyckstraeti<strong>en</strong> (1787): het Hegsepad.<br />

Lijkweg: is rec<strong>en</strong>ter <strong>en</strong> heet nu de Dreef. Het is duidelijk dat m<strong>en</strong> langs deze pad<strong>en</strong> met de lijkstoet<br />

naar de kerk toog.<br />

Liske<br />

Liesk<strong>en</strong> (1643), <strong>en</strong>z. tot lisk<strong>en</strong> (17e eeuw) <strong>en</strong> Liske (1956). Dit is de naam van e<strong>en</strong> beemdeke in de<br />

hoek gevormd door de Aa, de Schootseweg <strong>en</strong> e<strong>en</strong> klein bijriviertje op het Schoot. Er zijn twee


mogelijkhed<strong>en</strong>: ofwel is het gewoon de naam van e<strong>en</strong> persoon (eig<strong>en</strong>ares bijvoorbeeld) ofwel is het<br />

e<strong>en</strong> stukje verzuurd land, waar biez<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>, want het middelnederlandse "lies(ch)" betek<strong>en</strong>t<br />

gewoon "bies".<br />

Locht, Lochtakkerke, Locht<strong>en</strong>berg, Locht<strong>en</strong>bergakker, Locht<strong>en</strong>bergs Heiveld, Locht<strong>en</strong>bergweg. Eerst<br />

gev<strong>en</strong> we <strong>en</strong>ige schrijfwijz<strong>en</strong>:<br />

d<strong>en</strong> locht (1647) (1685): e<strong>en</strong> hooggeleg<strong>en</strong> akker langs de Beekse Rijt in de Hegge;<br />

lochtackerck(<strong>en</strong>) (1627): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

locht<strong>en</strong>berch (1639), lucht<strong>en</strong>bergh (1692), locht<strong>en</strong>borgh (1737), <strong>en</strong>z. tot Logt<strong>en</strong> borg (Kadaster): dit is<br />

e<strong>en</strong> hogere rug tuss<strong>en</strong> het Stok <strong>en</strong> het Straatsloopke;<br />

locht<strong>en</strong>borgh acker (1702): e<strong>en</strong> akker op de Locht<strong>en</strong>berg;<br />

locht<strong>en</strong>borghs heyvelt (17e eeuw): lag bij het Mol<strong>en</strong>heike;<br />

Locht<strong>en</strong>bergweg is e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te naam voor de vroegere Akkerstraat. Het straatje verbindt de lage<br />

Warandestraat met de hoger geleg<strong>en</strong> veld<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de Warandestraat <strong>en</strong> het Straatsloopke. Het<br />

gedeelte locht(<strong>en</strong>) kan twee betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>: ofwel e<strong>en</strong> "op<strong>en</strong> plaats, e<strong>en</strong> luchtige plek" ofwel<br />

"e<strong>en</strong> omheinde plaats". Dat in Locht<strong>en</strong>berg ook de vorm met "u" voorkomt, is niet abnormaal. Naast<br />

"berg" bestond het woord "borg": beide betek<strong>en</strong><strong>en</strong> gewoon "verhev<strong>en</strong>heid".<br />

Lok, Oude Lok, Voorste Lok<br />

opt loc (1368), <strong>en</strong>z. tot lock (1680);<br />

doude loc (1368) <strong>en</strong>z. (met vele vermelding<strong>en</strong>) tot ou loc (1442);<br />

opt voirst loc (1368), vorst loc (1417), voorste loc (1466). Het Voorste Lok was e<strong>en</strong> gedeelte van het<br />

Lok zelf. Wij hebb<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> achterhal<strong>en</strong> waar het Oude Lok lag. Merkwaardig is wel, dat ze alle<br />

drie al in 1368 vermeld word<strong>en</strong>. Lok betek<strong>en</strong>t "gat, op<strong>en</strong>ing". In dat geval zou de naam kunn<strong>en</strong><br />

betek<strong>en</strong><strong>en</strong> "veld bij het hol". In die zin is het dan e<strong>en</strong> vergelijkbaar toponiem met Kruipholl<strong>en</strong>. Wij<br />

m<strong>en</strong><strong>en</strong> echter, dat hier e<strong>en</strong> tweede, belangrijkere betek<strong>en</strong>is aan verbond<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>. Lok was<br />

ook het woord voor "afsluiting, heining, heg, haag, zelfs sluisdeur<strong>en</strong>". Dan is het ontwikkeld uit "loke".<br />

Dus, dan zou het e<strong>en</strong> "ingeslot<strong>en</strong> stuk land" betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Nog ev<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>, dat het Lok lag tuss<strong>en</strong> de<br />

Grote Baan (nu: Prins<strong>en</strong>laan) <strong>en</strong> de Heesdijkloop. Dus, het ingeslot<strong>en</strong> karakter blijkt hier eig<strong>en</strong>lijk al.<br />

Loonbraak (zie Braak)<br />

Maasdries<br />

maesdries (1631), Maesdriesch (1631), Maes Dries (1697), <strong>en</strong>z. tot Maasdries (1981). Dit is e<strong>en</strong> partij<br />

akkers achter de boerderij<strong>en</strong> van de Hoek in de Hegge. Dries wijst op braakligg<strong>en</strong>d land (zie onder<br />

Dries) <strong>en</strong> Maes kan e<strong>en</strong> famili<strong>en</strong>aam geweest zijn. (Zie ook onder Moesdijk).<br />

Maatjes, Maatjesbeemd, Maatse Heide, Maatse Laagte, Maatsestraat<br />

De Maatjesbeemd was e<strong>en</strong> stuk van de Maatjes <strong>en</strong> deze lag<strong>en</strong> ter hoogte van de Bogerd langs de Aa.<br />

Het zijn dus beemd<strong>en</strong>. De Maatse Heide (ook: Heik<strong>en</strong>s) <strong>en</strong> dus ook de ernaar g<strong>en</strong>oemde<br />

Maatseheidek<strong>en</strong>dijk lag<strong>en</strong> <strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> nog op de Leemputt<strong>en</strong>. De Maatse Laagte ligt langs Ravels-Eel<br />

<strong>en</strong> de Maatsestraat loopt langs de Maatse Laagte.<br />

de Maetk<strong>en</strong>s (1677), de Maeti<strong>en</strong>s (17e eeuw), Maetk<strong>en</strong> (1737);


maetk<strong>en</strong>s beempt (1639), maeti<strong>en</strong>s bemt (1702);<br />

Maetsche Heyk<strong>en</strong>s (1822);<br />

Maetse leegde (1668). Voor het woord "maat" moet<strong>en</strong> wij terug naar het Middelnederlandse "mate".<br />

Dat betek<strong>en</strong>de "maailand". Wij kunn<strong>en</strong> hier dus sprek<strong>en</strong> van grasland of hooiland. Het leeft nog voort<br />

in "toemaat" (= tweede hooisnede). De elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> -beemd <strong>en</strong> "laagte" wijz<strong>en</strong> wel op geschikte<br />

ligging<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> weide. De Maatse Heide zal dan de heide bij de Maatse Laagte geweest zijn.<br />

Meerbroek<br />

meerbroec (1368), merbroec (1368), Meerbroek (1442), meir broeck (1680), <strong>en</strong>z. tot meerbroeck<br />

(1787). Dit is e<strong>en</strong> oude naam voor het laaggeleg<strong>en</strong> weideland t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van de Voorheide (nabij de<br />

Hegsebrug). Voor het elem<strong>en</strong>t "broek" zie onder Broek. Meer heeft precies dezelfde herkomst als<br />

Meir. Zie daarvoor dus onder Meir.<br />

Meir, Engmeir, Meirbocht, Meirse Akker, Meerbroek, Mierder Meer, <strong>en</strong> talrijke andere sam<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong><br />

met "Meir".<br />

de meere (1340), Mere (1347), verder steeds "Mere" tot 1417, Meere (1442), Meer (1570), Meir<br />

(1631), <strong>en</strong>z. steeds dezelfde variant<strong>en</strong> tot Meir (1981);<br />

meerbocht (1614) tot meirbugtje (1801);<br />

Meeracker (1434), meirsch<strong>en</strong> acker (1638), tot Meersch<strong>en</strong> akker (1793);<br />

Mirdermere (1331), tot Mierder meir (1749) <strong>en</strong> middermeer (1818). Bek<strong>en</strong>d zijn nog de volg<strong>en</strong>de<br />

nam<strong>en</strong>: Meirseheistraat (rec<strong>en</strong>t), Meirse Kerkstraat (vanaf 1699), Meirsepad (vanaf 1621),<br />

Meirsestraat (vanaf 1630), Meirs Grote Dries (rec<strong>en</strong>t), Meirs- of Zev<strong>en</strong>pad (rec<strong>en</strong>t), Meirs Voorhoofd<br />

(vanaf 1822). Meer of Meir kom<strong>en</strong> veel voor in plaatsnam<strong>en</strong>. Meestal betek<strong>en</strong><strong>en</strong> zij oorspronkelijk e<strong>en</strong><br />

stuk land dat door e<strong>en</strong> gracht of heg omgev<strong>en</strong> is. E<strong>en</strong> tweede betek<strong>en</strong>is is "waterplas" <strong>en</strong> e<strong>en</strong> derde<br />

"gr<strong>en</strong>spaal". In elk geval heeft de naam altijd iets te mak<strong>en</strong> met "gr<strong>en</strong>s" of "afbak<strong>en</strong>ing". Bij<br />

Mierdermeer is het duidelijk "gr<strong>en</strong>spaal". Meerbroek betek<strong>en</strong>t dan e<strong>en</strong> waterplas in e<strong>en</strong> moerassig<br />

gebied dat omgev<strong>en</strong> was met struikgewas. Vele verdere sam<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> zijn gewoon met de<br />

gehuchtnaam gevormd.<br />

Moershoev<strong>en</strong>, Moerv<strong>en</strong>neke<br />

moers hoeve (1368), moers hoeve (1387), moirs hoeve (1410), moerhov<strong>en</strong> (1453), morshoeve (16e<br />

eeuw), Moershoeve (16e eeuw), <strong>en</strong>z. tot moersehoev<strong>en</strong> (17e eeuw) <strong>en</strong> Moeshov<strong>en</strong> (1778). In elk<br />

geval is (zijn) deze hoeve(n) te situer<strong>en</strong> in de Leemputt<strong>en</strong>. Hieruit blijkt dus, dat er al in de veerti<strong>en</strong>de<br />

eeuw bewoning was in de Leemputt<strong>en</strong>. De talrijke vindplaats<strong>en</strong> vermeld<strong>en</strong> nu e<strong>en</strong>s het <strong>en</strong>kelvoud,<br />

dan weer het meervoud, zodat wij niet duidelijk te wet<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> of er meerdere huiz<strong>en</strong> mee bedoeld<br />

werd<strong>en</strong>. Het woord "moer" had wel wat te mak<strong>en</strong> met lage grond<strong>en</strong> die drassig van uitzicht war<strong>en</strong>.<br />

Vandaar nog het woord "moeras". Het is ook niet onmogelijk, dat e<strong>en</strong> persoonsnaam aan de basis ligt.<br />

Moesdijk, Moesdijksbeemd<strong>en</strong>weg, Moesdijkstraat, Moesleer<br />

Behalve Moesleer (erg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> beemd) hebb<strong>en</strong> alle nam<strong>en</strong> met dezelfde Moesdijk te mak<strong>en</strong>.<br />

maesdyck (1597), maesdyck (1612), maessdijck (1612), <strong>en</strong>z. tot maesdijck (1784) <strong>en</strong> Moesdijk (1981).<br />

Boss<strong>en</strong>, heide, weid<strong>en</strong> <strong>en</strong> akkers langs de Mol<strong>en</strong>heide. Wij moet<strong>en</strong> natuurlijk terug naar de vorm<strong>en</strong><br />

met "maes", wat ofwel "modder, slijk" betek<strong>en</strong>t ofwel (<strong>en</strong> hier bij ons toepasselijk) gewoon "waterloop".<br />

Net zoals "Aa" <strong>en</strong> "Mark" is "Maas" e<strong>en</strong> geliefde naam voor zo'n riviertje. In Moesleer vind<strong>en</strong> wij<br />

wellicht het elem<strong>en</strong>t "laar" (zie aldaar) terug.<br />

Mol<strong>en</strong> <strong>en</strong> alle andere sam<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong>


Omdat daarvoor allicht wat belangstelling bestaat, zull<strong>en</strong> wij hier ev<strong>en</strong> opsomm<strong>en</strong> welke nam<strong>en</strong> met<br />

"mol<strong>en</strong>" in onze Weeldse plaatsnaamkunde voorkom<strong>en</strong>. Ze verklar<strong>en</strong> heeft ge<strong>en</strong> zin. Wij vermeld<strong>en</strong> er<br />

alle<strong>en</strong> maar de oudste schrijfwijze bij.<br />

- Mol<strong>en</strong>: bi die wijntmol<strong>en</strong> (1368): de mol<strong>en</strong> in het Mol<strong>en</strong>einde;<br />

- Mol<strong>en</strong>akker: moel<strong>en</strong>acker (1632): akkers bij dezelfde mol<strong>en</strong>;<br />

- Mol<strong>en</strong>berg (1981): e<strong>en</strong> verhev<strong>en</strong>heid in de Voort bij de Aa;<br />

- Mol<strong>en</strong>bocht<strong>en</strong>: moel<strong>en</strong> boecht (1587): de omgeving van de mol<strong>en</strong>;<br />

- Mol<strong>en</strong>braak: Mol<strong>en</strong>brake (1442): idem (zie ook Braak), (Mol<strong>en</strong>heide);<br />

- Mol<strong>en</strong>dijk: muell<strong>en</strong> dijcxk<strong>en</strong> (1618): weg langs dezelfde mol<strong>en</strong>;<br />

- Mol<strong>en</strong>drieske: mol<strong>en</strong>driesk<strong>en</strong> (17e eeuw): dries bij de mol<strong>en</strong>;<br />

- Mol<strong>en</strong>einde: mol<strong>en</strong> <strong>en</strong>de (1469) <strong>en</strong> vele vermelding<strong>en</strong> tot 1981. Zie ook onder "einde";<br />

- Mol<strong>en</strong>eindeheideweg (rec<strong>en</strong>t);<br />

- Mol<strong>en</strong>eindse Akkers: Mol<strong>en</strong>eijntse acker (1674): akkers tuss<strong>en</strong> de Tilburgseweg <strong>en</strong> de Koning-<br />

Alberstraat;<br />

- Mol<strong>en</strong>einds Heike: Mol<strong>en</strong>eyndts Heyk<strong>en</strong> (1653);<br />

- Mol<strong>en</strong>eindse Kerkweg: mol<strong>en</strong>eijnts<strong>en</strong> kerckwech: pad dat het Mol<strong>en</strong>einde met de Elz<strong>en</strong>straat<br />

verbindt naar Sint-Michiel toe;<br />

- Mol<strong>en</strong>eindse Loop: Mol<strong>en</strong>eyndsche Loop (1910);<br />

- Mol<strong>en</strong>einds Nieuw Erve: Mol<strong>en</strong>eijndsche nieuw Erve (1789);<br />

- Mol<strong>en</strong>eindweg: mol<strong>en</strong>eijndsche straet of nog e<strong>en</strong> andere naam voor Mol<strong>en</strong>eindse Kerkweg, ook nog<br />

Mol<strong>en</strong>weg <strong>en</strong> Kerkweg g<strong>en</strong>oemd;<br />

- Mol<strong>en</strong>heide: muell<strong>en</strong> heijk<strong>en</strong> (1618);<br />

- Mol<strong>en</strong>heistraatje (rec<strong>en</strong>t);<br />

- Mol<strong>en</strong>huis: Mol<strong>en</strong>huys (1631);<br />

- Mol<strong>en</strong>huisweg: rec<strong>en</strong>t;<br />

- Mol<strong>en</strong>cant: Mol<strong>en</strong>cant (1625);<br />

- Mol<strong>en</strong>rijt: mol<strong>en</strong>ryt (1368): zie ook onder Rijt;<br />

- Mol<strong>en</strong>stede: Moelstede (14e eeuw): de mol<strong>en</strong> met het huis <strong>en</strong> toebehor<strong>en</strong>;<br />

- Mol<strong>en</strong>stede: huidige naam voor de streek waar eertijts de mol<strong>en</strong> stond;<br />

- Mol<strong>en</strong>straat: mol<strong>en</strong>straete (1623): e<strong>en</strong> verbindingsweg tuss<strong>en</strong> de kerk <strong>en</strong> de mol<strong>en</strong>;


- Mol<strong>en</strong>veld: Moleveld (1910): e<strong>en</strong> akker bij de mol<strong>en</strong>;<br />

- Mol<strong>en</strong>v<strong>en</strong>: molev<strong>en</strong> (1650): e<strong>en</strong> v<strong>en</strong> achter het Laar;<br />

- Mol<strong>en</strong>weg: mol<strong>en</strong>wech (1452): zie hierbov<strong>en</strong> onder Mol<strong>en</strong>eindweg.<br />

Mord<strong>en</strong>brugske<br />

Moerd<strong>en</strong>broeck (1438), mord<strong>en</strong>bruexk<strong>en</strong> (1442), morde(n) bruecske(n) (1442), moird<strong>en</strong>broeck (1452),<br />

mord<strong>en</strong>bruexk<strong>en</strong> (1514) (1633), mord<strong>en</strong>brughsk<strong>en</strong> (1787). Hier moet duidelijk betek<strong>en</strong>isevolutie<br />

plaatsgegrep<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Het oorspronkelijke "broek" (zie aldaar) was dus e<strong>en</strong> moerassig stuk land.<br />

Daardoorhe<strong>en</strong> liep het Straatsloopke ter hoogte van de Hoek (Hegge). Eroverhe<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong><br />

bruggetje gelegd <strong>en</strong> mete<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> broek e<strong>en</strong> brug.<br />

Muit<strong>en</strong>eter<br />

muyt<strong>en</strong> eter (1431), muyt<strong>en</strong> etter (1631), muyt<strong>en</strong>einder (1697), muyt<strong>en</strong>eerder (17e eeuw), Muuyt<strong>en</strong><br />

eter (1723), muyt<strong>en</strong>eder (1724), tot muyt<strong>en</strong>eerder (1756) <strong>en</strong> Matt<strong>en</strong>eter (volksmond 1956). Het is e<strong>en</strong><br />

stuk laaggeleg<strong>en</strong> land op de Groes langs de Tilburgseweg. Later is het opgehoogd geword<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gedeeltelijk bebouwd. De betek<strong>en</strong>is ligt wel wat moeilijk. Het elem<strong>en</strong>t "muite(n)" moet teruggebracht<br />

word<strong>en</strong> tot het Middelnederlandse woord "mute" waarvoor ook de drie variant<strong>en</strong> "muyte, muyt" <strong>en</strong><br />

"muut" voorkwam<strong>en</strong>. Dat betek<strong>en</strong>de: 1. het rui<strong>en</strong> (ver<strong>en</strong>wisseling) van vogels; 2. Kooi waarin vogels<br />

ruid<strong>en</strong> of ook gewoonweg: vogelkooi; 3. Hol, gevang<strong>en</strong>is, kerker, wachthuis. Het woord "etter" bestond<br />

als nev<strong>en</strong>vorm voor "atter", maar ook "eerder" bestond als nev<strong>en</strong>vorm voor "herder" <strong>en</strong> "harder". De<br />

echte betek<strong>en</strong>is van "etter" hebb<strong>en</strong> wij niet kunn<strong>en</strong> achterhal<strong>en</strong>, maar "herder" <strong>en</strong> "eerder"<br />

betek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> gewoon "wachter, toezichter". Hebb<strong>en</strong> wij hier te do<strong>en</strong> met het wachthuis van e<strong>en</strong><br />

opzichter? Omdat het toponiem zo dicht bij de H.Geesttafelbezitting<strong>en</strong> voorkomt, zou het daar wel<br />

e<strong>en</strong>s wat mee te mak<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

Nieuwe Dijk (zie Dijk)<br />

Noels Braak (zie Braak)<br />

Nouweleinde, Nouweleindse Hoek<br />

nu leynde (1417), nijeuleijnde (1442), ny<strong>en</strong>l<strong>en</strong>de (1514), nyeuweleynde (1626), ny<strong>en</strong>l<strong>en</strong>de (1633),<br />

nouwleijnt (1643), Nouweleijnde (1649);<br />

noul<strong>en</strong>ss<strong>en</strong> hoek (1618). De hiermee bedoelde grond<strong>en</strong> lag<strong>en</strong> op de Leemputt<strong>en</strong>. Waarschijnlijk is dit<br />

dan het teg<strong>en</strong>overgestelde van de Oudelijn. De betek<strong>en</strong>is is onbetwistbaar "het nieuwe einde" in die<br />

zin dat dit pas ontgonn<strong>en</strong> land moet zijn geweest, dat in het afgeleg<strong>en</strong> Leemputt<strong>en</strong> (einde!) lag.<br />

Ooibraak, Ooibraak Voorhoofd, Ooi<strong>en</strong>, Ooi<strong>en</strong>hof<br />

oed<strong>en</strong> brake (1387), oy<strong>en</strong> brake (1453), d'oy<strong>en</strong>braecke (1473), oey<strong>en</strong>braeck (1614), oij<strong>en</strong>braeck<br />

(1614), <strong>en</strong>z. tot Oybraak (20ste eeuw) <strong>en</strong> Ooibraak (1981); e<strong>en</strong> streek in het Ge<strong>en</strong>einde;<br />

d'oeybrak voorhoofd (1822): het voorste stuk van de Ooibraak;<br />

d'oy<strong>en</strong> (1631), pote oy<strong>en</strong>s (1631), het Oeij<strong>en</strong> (1683), oy<strong>en</strong>s (1723): blijk<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> tekst uit e<strong>en</strong> act is dit<br />

e<strong>en</strong> andere naam voor Ooibraak.<br />

oij<strong>en</strong>hof (1627), oeij<strong>en</strong> hof (1647): waarschijnlijk e<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong> stuk grasland bij de Oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> ooi was e<strong>en</strong> vrouwelijk schaap, natuurlijk, maar ook volg<strong>en</strong>s sommig<strong>en</strong> "e<strong>en</strong> eiland in e<strong>en</strong> rivier"<br />

ofwel "weiland bij e<strong>en</strong> rivier". Wij opter<strong>en</strong> voor de naam oi<strong>en</strong> toch voor deze laatste betek<strong>en</strong>is. Bij<br />

Ooibraak daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> gaat het k<strong>en</strong>nelijk om e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijke weide- of graasland voor


schap<strong>en</strong>. Voor het elem<strong>en</strong>t braak verwijz<strong>en</strong> wij naar hierbov<strong>en</strong> onder Braak. Bij Ooi<strong>en</strong>hof d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wij<br />

toch behalve aan schaapshoeve ook aan de famili<strong>en</strong>aam Oy<strong>en</strong>, die bijvoorbeeld in Ravels voorkwam.<br />

Opstal<br />

die opstal (1368), opstal (1410), opstal (1442). De ligging is ons niet bek<strong>en</strong>d. De naam schijnt vrij<br />

vroeg verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn, maar leeft nog op vele andere plaats<strong>en</strong> voort, ook in persoonsnam<strong>en</strong>. Het<br />

woord "upstal" had vele betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>. Wij noem<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> aantal: cijns (pacht) die op e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>dom<br />

ruste, onbewerkte grond, op<strong>en</strong> terrein, geme<strong>en</strong>teweide, op<strong>en</strong> ruimte bij e<strong>en</strong> water, verzamelplaats<br />

voor vee. Omdat wij de naam slechts in de cijnsboek<strong>en</strong> van het Land van Turnhout teg<strong>en</strong>kwam<strong>en</strong>,<br />

d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wij, dat het hier gaat om e<strong>en</strong> verzamelplaats voor vee op e<strong>en</strong> stuk onbebouwde gem<strong>en</strong>e<br />

grond.<br />

Oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, Oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>loop<br />

oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>ne (1368), oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (1638) <strong>en</strong>z. tot Oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (1981). Vroeger war<strong>en</strong> het v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />

nu zijn het akker- <strong>en</strong> weideland<strong>en</strong>. Wij twijfel<strong>en</strong> er niet aan, dat u hierin e<strong>en</strong> partij v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> met<br />

errondligg<strong>en</strong>d weideland voor "het lat<strong>en</strong> graz<strong>en</strong> van oss<strong>en</strong>" herk<strong>en</strong>t. Het is er ons ook om te do<strong>en</strong> te<br />

wijz<strong>en</strong> op de ouderdom van de naam. Nochtans kan "oss<strong>en</strong>" kom<strong>en</strong> van "osa" wat "afwatering"<br />

betek<strong>en</strong>t.<br />

Oud Blok (zie Blok)<br />

Oudelijn, Oudelijnse Laagte, Oudelijnslaagteweg, Oudelijnshoeve, Oudelijnsstraat, Oudelijns<br />

Voorhoofd<br />

oude leynde (1417), oud<strong>en</strong>lyn (1631), oudeleyn (1729), Oudelijn (Ouwelijn uitgesprok<strong>en</strong>) (1981). Alle<br />

andere hierbov<strong>en</strong> vermelde nam<strong>en</strong> zijn rec<strong>en</strong>ter, want ze kom<strong>en</strong> niet in de archiev<strong>en</strong> voor. De<br />

Oudelijn ligt bij het Vliegveld. De betek<strong>en</strong>is is niet moeilijk te rad<strong>en</strong>. Zoals steeds wijst -einde op<br />

afgeleg<strong>en</strong>heid. Het elem<strong>en</strong>t "Oude" betek<strong>en</strong>t ook werkelijk "oude" <strong>en</strong> staat in teg<strong>en</strong>stelling tot "nieuw"<br />

in Nouweleinde (zie aldaar).<br />

Oude Lok (zie Lok)<br />

Overbroek (zie Broek)<br />

Overheide<br />

d'overheyde (1680), d'ouerhey (17e eeuw), over heyde (1742), overheyk<strong>en</strong> (1910) <strong>en</strong> Overheide<br />

(1981).Het hele gebied "aan de andere kant" (= oever) van de Aa heet zo. Dus, de betek<strong>en</strong>is is wel<br />

duidelijk, want nu nog is het e<strong>en</strong> prachtig natuurgebied met boss<strong>en</strong>, heide <strong>en</strong> v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Hoewel! Ook<br />

hier wordt steeds meer van de natuur afgeknaagd om weiland<strong>en</strong> <strong>en</strong> akkers te schepp<strong>en</strong>. De rec<strong>en</strong>te<br />

verkaveling door verkop<strong>en</strong> is daar natuurlijk niet vreemd aan. De geschied<strong>en</strong>is ervan kunt u elders in<br />

dit boek lez<strong>en</strong>.<br />

Papegaaiboom<br />

d<strong>en</strong> papegijeboom (1665), by d<strong>en</strong> pap(eg)ey<strong>en</strong> boom (1675), paepegaeyboom (1682), papegijboom<br />

(1765), papegaeijboom (1778). In de Groes moet<strong>en</strong> twee "schietbom<strong>en</strong>" gestaan hebb<strong>en</strong>. Ze word<strong>en</strong><br />

vaak sam<strong>en</strong> vermeld: de <strong>en</strong>e heet gewoon Scheutboom <strong>en</strong> de andere Papegaaiboom. Hier moet de<br />

schuttersgilde dus haar schietterrein gehad hebb<strong>en</strong>. Uit de tekst<strong>en</strong> blijkt, dat de Scheutboom het<br />

dichtst bij de Tilburgseweg stond, maar dat beide langs de Groesstraat stond<strong>en</strong> links als je van de<br />

Tilburgseweg de Meir inrijdt.<br />

Peisbeemd


peysbeempt (1623), peysbemt (17e eeuw), peijsbemt (1708) (1711). Deze beemd was in de Heesdijk<br />

nabij de Aa geleg<strong>en</strong>. De naam bestaat nu niet meer. Hierbov<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> wij al nam<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> als<br />

Kijfbeemd <strong>en</strong> Krakeelkuil. Die ontstond<strong>en</strong> duidelijk uit geschill<strong>en</strong>, meestal over de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> met de<br />

bur<strong>en</strong>. Bij Peisbeemd heb je dan precies het teg<strong>en</strong>overgestelde: hier ontstaat e<strong>en</strong> naam uit het sluit<strong>en</strong><br />

van vrede, wellicht nadat e<strong>en</strong> tijdlang rond dezelfde beemd e<strong>en</strong> geschil heeft bestaan. Het plezierige<br />

is, dat hij vlakbij de Kijfbeemd moet hebb<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>. Noteer, dat je het woord "peis" nog teg<strong>en</strong>komt in<br />

de tautologie "in peis <strong>en</strong> vree". "Peis" betek<strong>en</strong>t namelijk vrede.<br />

Poets<br />

Poets (1643)(1649)(1659)(1708)(1727)(1787). De naam komt in de archiev<strong>en</strong> maar e<strong>en</strong> goede 150<br />

jaar voor. Hij schijnt betrekking te hebb<strong>en</strong> gehad op e<strong>en</strong> gebied, dat lag in de hoek van de<br />

Tilburgseweg <strong>en</strong> het voorste stuk van de Hegge (to<strong>en</strong> nog Doelstraat g<strong>en</strong>oemd). Vast staat, dat er<br />

e<strong>en</strong> boerderij op gestaan heeft met dezelfde naam. <strong>Nu</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> wij in het Middelnederlands niet het<br />

woord "poets", maar wel "poest". Poest betek<strong>en</strong>de "koestal". Heeft het dialect daar misschi<strong>en</strong> "poets"<br />

van gemaakt, zoals dat met "hesp/heps" <strong>en</strong> "wesp/weps" is gegaan?<br />

Polder, Polderke, Polders, Polderstraat, Polderstraatje<br />

Er kom<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> minst<strong>en</strong>s drie Polders voor: e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te in de Hegge, e<strong>en</strong> oudere (vanaf 1631)<br />

tuss<strong>en</strong> de Brein <strong>en</strong> het Mol<strong>en</strong>einde <strong>en</strong> één op het Schoot. Het Polderke k<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> nog in het<br />

Mol<strong>en</strong>einde <strong>en</strong> de Polders in de Leemputt<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de Zuid-Heikant. De Polderstraat is iedere<strong>en</strong> nog<br />

bek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> het Polderstraatje liep door het Brouwers Goor. Eig<strong>en</strong>lijk was <strong>en</strong> is e<strong>en</strong> polder nog e<strong>en</strong><br />

door gegrav<strong>en</strong> gracht<strong>en</strong> ontwaterd stuk land. Traditioneel geeft m<strong>en</strong> bij ons de naam aan veld<strong>en</strong> van<br />

betere kwaliteit.<br />

Postelse Hoeve, Postels Erve<br />

postels ho<strong>en</strong>e (1647), postelse ho<strong>en</strong>e (1647): het is duidelijk dat "ho<strong>en</strong>e" e<strong>en</strong> schrijffout is voor<br />

"hoeve". Deze hoeve lag in de Elz<strong>en</strong>straat. Postels erve (1514), erve van Postel (1514), postels erve<br />

(1647) <strong>en</strong>z. tot postel erve (1697) <strong>en</strong> postel erffv<strong>en</strong> (1724): dit was e<strong>en</strong> erf in de Heesdijk teg<strong>en</strong><br />

Poppel. Beide nam<strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> naar ti<strong>en</strong>deplichtige (= schatplichtige) hoev<strong>en</strong>. Zij moest<strong>en</strong> dus<br />

ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> afdrag<strong>en</strong> aan de abdij van Postel.<br />

Raboutsbocht<br />

Rabboutsbocht (1643), Rabbauts bochtk<strong>en</strong> (1647), Rabbouts buchtk<strong>en</strong> (1671), Rabbouts bocht<br />

(1681), Rabbauts bocht (1684), Rabauts bocht (1689), <strong>en</strong>z. tot Rabeijts boght (1726) <strong>en</strong> Rabauts<br />

bocht (1727). Het is één van de Straatakkers geweest. Het woord bestond, zover wij wet<strong>en</strong>, niet in het<br />

Middelnederlands. Wij k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> wel "rabauw" in de betek<strong>en</strong>is van "landloper". Het is niet onmogelijk,<br />

dat m<strong>en</strong> van meetaf e<strong>en</strong> fout schreef <strong>en</strong> dat die fout in de akt<strong>en</strong> steeds opnieuw werd<br />

overgeschrev<strong>en</strong>. Verget<strong>en</strong> wij ev<strong>en</strong>wel niet, dat Rabaut ook e<strong>en</strong> Frankische voornaam was.<br />

Rei, Reiakker, Rei<strong>en</strong>, Rei<strong>en</strong>se Akker<br />

de rye (17e eeuw): e<strong>en</strong> laag stuk land langs de Straatseloop tuss<strong>en</strong> het Schoot <strong>en</strong> de Winkels.<br />

d<strong>en</strong> Rijacker (1452), Reijacker (1643), Rijacker (1679), rijacker (1681), Reyacker (1682) <strong>en</strong>z. tot<br />

Reyacker (1736): één van de Straatakkers langshe<strong>en</strong> de mol<strong>en</strong>weg.<br />

rey<strong>en</strong> (1647): de naam komt in 1647 in drie verschill<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong> voor <strong>en</strong> verder niet meer. Wij<br />

d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat hij in verband staat met de vorige. Rei is duidelijk e<strong>en</strong> Vlaams woord voor "gracht,<br />

waterloop, kanaal". Dank aan de Brugse rei<strong>en</strong>. In de Kemp<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> wij het woord ook (zelfs nu nog)<br />

teg<strong>en</strong> met de betek<strong>en</strong>is van "meetlat". Onder meer in de bouwwereld k<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> nog rei<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte<br />

blijkt in de Kemp<strong>en</strong> ook nog het werkwoord "rid<strong>en</strong>/rijd<strong>en</strong>" te bestaan met de betek<strong>en</strong>is "verwissel<strong>en</strong>"<br />

m.b.t. percel<strong>en</strong> hooiland. Wij m<strong>en</strong><strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wel, dat wij te <strong>Weelde</strong> eerder moet<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan<br />

waterlop<strong>en</strong>.


Rietschott<strong>en</strong>, Nieuwe Rietschotstraat, Oud Rietschot<br />

rijscot (1387), rijsscot (1410), rijsscot (1410), risscot (1442), Riesschot (1643), risschott<strong>en</strong> (1618),<br />

rischot (1627), ryetschot (1629), riesschot (1643), Riesschott<strong>en</strong> (1643), Rieschot (1650), Rietschott<strong>en</strong><br />

(1677), rieschot (1687), <strong>en</strong>z. tot Ritschotte (1910) <strong>en</strong> Rietschott<strong>en</strong> (1981). E<strong>en</strong> eerder laaggeleg<strong>en</strong><br />

terrein t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van de Heibraak in de Hegge. U ziet hoe oud het toponiem al is <strong>en</strong> hoeveel<br />

schrijfwijz<strong>en</strong> m<strong>en</strong> ervoor had. De meeste kom<strong>en</strong> doorhe<strong>en</strong> de eeuw<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> flink aantal ker<strong>en</strong><br />

voor. Het is deze eeuw nog lang e<strong>en</strong> met kreupelhout omgev<strong>en</strong> stuk land geblev<strong>en</strong>. De naam schijnt<br />

te wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> rietkultuur, maar wij m<strong>en</strong><strong>en</strong> toch dat hier e<strong>en</strong> omheining moet hebb<strong>en</strong> gestaan die<br />

gemaakt was uit "rijs", wat takk<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t.<br />

Rijt<br />

Er zijn erg veel nam<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>, waarin het elem<strong>en</strong>t "rijt" voorkomt. Hier volg<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> aantal:<br />

Beekse Rijt, Gell<strong>en</strong> Rijt, Grote Rijt, Hooirijt, Houtrijt, Kleine Rijt, Lage Rijt, Mol<strong>en</strong>rijt, Oude Rijt,<br />

Rijtbraak, Rijt<strong>en</strong>, Rijtseloop, Rijtweg, Teefrijt, Zoete Rijt. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> wij niet minder dan zes<br />

plaats<strong>en</strong> die gewoon Rijt g<strong>en</strong>oemd werd<strong>en</strong> of word<strong>en</strong>. Voor de bespreking ervan zull<strong>en</strong> wij ons voor<br />

elk beperk<strong>en</strong> tot de oudste schrijfwijze, de localisering <strong>en</strong> verder e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e verklaring van het<br />

woord "rijt" zelf.<br />

1. Beekse Rijt: Beeckse Rijth (1643): weiland in de Hegge. Heet nu nog kortweg "Rijt";<br />

2. Gell<strong>en</strong> Rijt: goll<strong>en</strong> rijt (1442): e<strong>en</strong> stuk in de Leemputt<strong>en</strong>;<br />

3. Grote Rijt: de groot rijth (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

4. Hooirijt: hoyryt (1692): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

5. Houtrijt: houtreyt (17e eeuw): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

6. Kleine Rijt: cleijn rijth (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

7. Lage Rijt: leege rijt (1652): ook in de Hegge geleg<strong>en</strong>;<br />

8. Mol<strong>en</strong>rijt: mol<strong>en</strong>ryt (1368): e<strong>en</strong> rijt bij de Mol<strong>en</strong>eindseloop;<br />

9. Oude Rijt: oude rijt (1645): de huidige Rijt in de Hegge;<br />

10. Rijtbraak: reyt<strong>en</strong>braeck (1770): e<strong>en</strong> rijt in de Winkels (Hegge);<br />

11. Rijt<strong>en</strong>: komt nu nog voor. Het noordelijk stuk van de Hegge tot de Heesdijkseloop;<br />

12. Rijtseloop: ook e<strong>en</strong> nieuwe naam. Is e<strong>en</strong> andere naam voor de Heesdijkseloop;<br />

13. Rijtweg: ook e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te naam. Het straatje ligt in de Heibraak;<br />

14. Teefrijt: teuerijt (1614): e<strong>en</strong> "kuil" in de Meir. Daar loopt dan nog het Teefrijtstraatje langs;<br />

15. Zoete Rijt: soete reyt (1784): ligging onbek<strong>en</strong>d.<br />

De <strong>en</strong>kelvoudige naam Rijt komt, zoals wij zegd<strong>en</strong>, zes keer voor.<br />

Rijt 1: Rijt (1365), ryt (1387) <strong>en</strong>z. tot Reijt (1768): e<strong>en</strong> stuk in het Ge<strong>en</strong>einde;<br />

Rijt 2: rijth (1643), ryt (1698) <strong>en</strong>z. tot reydt (1737): e<strong>en</strong> rijt in de Bakstraat;


Rijt 3: de ryt (1624): vruchtbaar akkerland bij de Mol<strong>en</strong>eindseloop;<br />

Rijt 4: rijth (1643): ligging niet bek<strong>en</strong>d;<br />

Rijt 5: ryt (1624), rijd (1668), <strong>en</strong>z. tot Reijdt (1728): hetzelfde stuk als de Beekse Rijt;<br />

Rijt 6: Rijt (1981): e<strong>en</strong> stuk land op de Leemputt<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>daal.<br />

Deze naam kan zowel "sloot" als "waterkruid" betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. De talrijke waterlop<strong>en</strong> die in de tekst<strong>en</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong> voorkom<strong>en</strong>, wijz<strong>en</strong> erop, dat met "Rijt" eig<strong>en</strong>lijk oorspronkelijk e<strong>en</strong> waterloop werd bedoeld.<br />

Later is er zog<strong>en</strong>aamde betek<strong>en</strong>isuitbreiding ontstaan <strong>en</strong> ging "rijt" steeds meer de naam word<strong>en</strong> voor<br />

het (doorgaans vruchtbaar) land bij de waterloop.<br />

Rode Draaiboom, Rode Koolput<br />

rood<strong>en</strong> drayboom (1631), rood<strong>en</strong> draijboom (1723) <strong>en</strong>z. tot kortweg Draaiboom (1981);<br />

rood<strong>en</strong> cool put (1670).<br />

De Rode Draaiboom was e<strong>en</strong> stuk ingeslot<strong>en</strong> land bij de gr<strong>en</strong>s met Ravels. De Rode Koolpot (ook<br />

Koolput g<strong>en</strong>oemd) lag tuss<strong>en</strong> het Rot <strong>en</strong> de Leemputt<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> draaiboom was eertijds e<strong>en</strong> soort<br />

slagboom die di<strong>en</strong>de om de toegang tot e<strong>en</strong> omheind gebied te verhinder<strong>en</strong>. Behalve e<strong>en</strong> draaiboom<br />

kond<strong>en</strong> ook vek<strong>en</strong>s <strong>en</strong> valvek<strong>en</strong>s voorkom<strong>en</strong>. Als m<strong>en</strong> hem rood schilderde, was hij wat opvall<strong>en</strong>der.<br />

Dus, ... bij "Rode Koolput" is er ge<strong>en</strong> grote duidelijkheid. Jan Hels<strong>en</strong> me<strong>en</strong>t, dat "rode" in zo'n<br />

combinatie iets te mak<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met het Waalse "roya", wat e<strong>en</strong> soort gr<strong>en</strong>sste<strong>en</strong><br />

betek<strong>en</strong>t. Moet<strong>en</strong> wij hier toch "koolpot" als originele schrijfvorm aanvaard<strong>en</strong>? Dan is de betek<strong>en</strong>is<br />

duidelijk: e<strong>en</strong> "koolpot" die als gr<strong>en</strong>spunt di<strong>en</strong>st doet.<br />

Rot, Rotsekerkpad, Rotsepad, Rotseweg, Rotveld, Rotv<strong>en</strong><br />

Wij conc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong> ons alle<strong>en</strong> op de oude nam<strong>en</strong>: Rot, Rotveld <strong>en</strong> Rotv<strong>en</strong>.<br />

roet (1442), Rot (1611), Rut (1623), Roth (1627), <strong>en</strong>z. tot Rot (1981). De naam Rot is verwant met de<br />

vrij veel voorkom<strong>en</strong>de Vlaamse naam Rode. Oorspronkelijk is het gebied dat zo g<strong>en</strong>oemd wordt, e<strong>en</strong><br />

met bom<strong>en</strong> (zelfs vaak boss<strong>en</strong>) begroeide streek. Om het land bebouwbaar te mak<strong>en</strong> ging m<strong>en</strong> aan<br />

het rooi<strong>en</strong> <strong>en</strong> in dit werkwoord vind<strong>en</strong> wij de stam terug die tot Rot heeft geleid: e<strong>en</strong> gebied waarop<br />

bom<strong>en</strong> (boss<strong>en</strong>) gerooid zijn. Alle sam<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> hierbov<strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> naar hetzelfde Rot, behalve<br />

Rotveld <strong>en</strong> Rotv<strong>en</strong>, beide in <strong>Weelde</strong>-Straat geleg<strong>en</strong>.<br />

Russel, Russelsbeemd, Russelsheide, Russels Heiveld, Voorste Russel<br />

t stroetsel (1368)(1410), froetsel (1410), vrossel (1618), Vroestels (1643), russhel (1643), russels<br />

(1523), russel (1670), vroessel (1670), rustels (1678), russel (1690), Rustels (1694), vroessel (1702),<br />

Rooysel (1910), Russel (1981);<br />

Vroeselbeemdt (1452), froessels bemt (1680), vro<strong>en</strong>sels bempt (1787);<br />

vrossel heijk<strong>en</strong> (1618), Vroessels heijk<strong>en</strong> (1655), froessels heyk<strong>en</strong> (1680), vro<strong>en</strong>sels heyk<strong>en</strong> (1787),<br />

vroessels heyk<strong>en</strong> (1787);<br />

roostels heijvelt (1650), vroessels heyvelt (17e eeuw);<br />

vorste rustel (1672).<br />

Al deze nam<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in hetzelfde gebied voor bij de Aa, in de nabijheid van het Stok. Opmerkelijk is<br />

hoeveel verschill<strong>en</strong>de schrijfwijz<strong>en</strong> er voorkom<strong>en</strong> voor dezelfde naam. Uiteraard zijn de oudste


epal<strong>en</strong>d voor de betek<strong>en</strong>is. Daarin vind<strong>en</strong> wij de stam terug van het werkwoord "strooy<strong>en</strong>, streu<strong>en</strong>".<br />

In onze streek heeft dat de betek<strong>en</strong>is van "stro of hooi uitstrooi<strong>en</strong> onder de dier<strong>en</strong> in de stal". Omdat<br />

het hier over toch wel wat beemd<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> wat hoger geleg<strong>en</strong> aansluit<strong>en</strong>d akkerland gaat, is het<br />

d<strong>en</strong>kbaar, dat hier vooral stro werd gewonn<strong>en</strong> of ruw hooi.<br />

Savoor, Savoorhof<br />

Savoor (1623), scavoir (1691);<br />

Savoirhoff (1623), scavoir hoff (1630), savoohoff (1681), schauvoirhoff (1692), <strong>en</strong>z. tot Savoorhof<br />

(1910) <strong>en</strong> Savoorhof (Kadaster). Beide toponiem<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> betrekking op e<strong>en</strong> boerderij in <strong>Weelde</strong>-<br />

Straat. Er lag e<strong>en</strong> waterplas bij. Dit is e<strong>en</strong> weinig voorkom<strong>en</strong>de naam in de Kemp<strong>en</strong>. Wel komt hij in<br />

West-Vlaander<strong>en</strong> voor. Hij betek<strong>en</strong>t dan e<strong>en</strong> met wijm<strong>en</strong> afgebak<strong>en</strong>de ruimte in e<strong>en</strong> vijver om<br />

gevang<strong>en</strong> vis lev<strong>en</strong>d te bewar<strong>en</strong>. Uit e<strong>en</strong> in 1956 gevoerd gesprek met de landbouwer die er to<strong>en</strong><br />

woonde, bleek, dat deze bij het bouw<strong>en</strong> van zijn huis grote moeite had om vaste grond te verkrijg<strong>en</strong>.<br />

Hij moest de hele fundering op e<strong>en</strong> betonn<strong>en</strong> voet lat<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong>.<br />

Schans (Schrans)<br />

schrans (1631), Schans (1643), <strong>en</strong>z. tot Schans (1770).<br />

Het is e<strong>en</strong> laaggeleg<strong>en</strong> stuk bij de Braak. Bij Kilia<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> de twee vorm<strong>en</strong> "schanse" <strong>en</strong> "schrantse"<br />

naast elkaar voor. Daar hebb<strong>en</strong> ze de betek<strong>en</strong>is "bos, bundel, takkebos". Meestal komt m<strong>en</strong> in de<br />

Kemp<strong>en</strong> de zog<strong>en</strong>aamde "Schans<strong>en</strong>" teg<strong>en</strong> in de betek<strong>en</strong>is van door gracht<strong>en</strong> of aard<strong>en</strong> wall<strong>en</strong><br />

omgev<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> die als schuilplaats hadd<strong>en</strong> gedi<strong>en</strong>d. Wij m<strong>en</strong><strong>en</strong> derhalve, dat de oorspronkelijke<br />

betek<strong>en</strong>is wel zal ligg<strong>en</strong> in de combinatie van de twee, nl. "e<strong>en</strong> met takkeboss<strong>en</strong> omringd stuk waar<br />

m<strong>en</strong> zich kon schuilhoud<strong>en</strong>".<br />

Scheutboom<br />

schutsboom (1631), Scutsboom (1661), Schutsboom (1664), scietboom (1684), schuetsboom (1728),<br />

Scheutboom (1956). Deze "boom" stond alleszins op de Groes. Hoewel wij gelov<strong>en</strong> dat deze<br />

schuttersboom verband houdt met de schuttersgilde (zie ook hierbov<strong>en</strong> onder Papegaaiboom), toch<br />

will<strong>en</strong> wij graag melding mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> leg<strong>en</strong>de die in deze streek bestaan heeft. Ze zegt, dat m<strong>en</strong><br />

op zekere dag e<strong>en</strong> veroordeelde aan de boom wilde ophang<strong>en</strong>. Hij ging bijzonder erg tekeer, terwijl hij<br />

alsmaar riep, dat hij onschuldig was. Daarom stelde m<strong>en</strong> hem voor, dat hij de gerechtigheidspijl zou<br />

werp<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> hij van de Schutsboom tot het Looi kon werp<strong>en</strong>, zou zijn onschuld bewez<strong>en</strong> zijn. Hij<br />

wierp <strong>en</strong> warempel ... de pijl viel pas in het Looi neer, schoot er wortel <strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> boom. Jar<strong>en</strong>lang<br />

werd naar deze boom e<strong>en</strong> bedevaart gehoud<strong>en</strong>. Eig<strong>en</strong>lijk schijnt die boom de "esydragsil" te zijn,<br />

waaronder Odin rechtspraak hield. De esydragsil was dus e<strong>en</strong> gewijde boom. Het volksgeloof wilde,<br />

dat hij e<strong>en</strong> bijzondere macht had teg<strong>en</strong> koorts<strong>en</strong>. Daarom tog<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> er naartoe op bedevaart.<br />

M<strong>en</strong> ontstak er licht<strong>en</strong>, zegt de leg<strong>en</strong>de. Eig<strong>en</strong>lijk vind<strong>en</strong> wij hierin de dwaallicht<strong>en</strong> van moerassige<br />

strek<strong>en</strong> terug. T<strong>en</strong>slotte kon m<strong>en</strong> er volg<strong>en</strong>s de leg<strong>en</strong>de ook e<strong>en</strong> waarzegster raadpleg<strong>en</strong> over de<br />

toekomst.<br />

Schijn<br />

Decima in <strong>Weelde</strong> d(ic)tam de Scine (1394), de Scijne (1644), int Scheijn (1664), de schijne (1670).<br />

Dit is e<strong>en</strong> van de Weeldse ti<strong>en</strong>deverpachting<strong>en</strong> van de abdij van Tongerlo. Ze werd<strong>en</strong> in 1365<br />

verkocht. Zie ook onder Gulde.<br />

Schoot <strong>en</strong> de vele sam<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> met die naam<br />

scoete (1387), Scoet<strong>en</strong> (14e eeuw), scote (1410), scoete (1417), Scoet (1540), Schoote (1612),<br />

Schoot (1631), <strong>en</strong>z. tot Schoot (1981). E<strong>en</strong> bijzonder oud gehucht, waar blijkbaar reeds vele eeuw<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gewoond. De naam komt onder e<strong>en</strong> paar vorm<strong>en</strong> veel voor in de Kemp<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

"schut" of "schot" was e<strong>en</strong> hout<strong>en</strong> bouwwerk dat m<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> rivier plaatste om het water teg<strong>en</strong> te<br />

houd<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>einde e<strong>en</strong> plas te vorm<strong>en</strong> (zie ook Rietschott<strong>en</strong> hierbov<strong>en</strong>). Later ging m<strong>en</strong> ook de op die


manier ontstane plas "Schot" noem<strong>en</strong>. Nog later kreeg de hele streek rond zo'n plas die naam. Maar<br />

Schoot kan ook e<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>stek<strong>en</strong> aanduid<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong> beboste hoek hoger geleg<strong>en</strong> grond die in e<strong>en</strong><br />

moeras uitmondt. Sommig<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong> ook, dat het gewoon e<strong>en</strong> onderdak voor vark<strong>en</strong>s of schap<strong>en</strong><br />

was. Wij d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> toch wel eerder aan e<strong>en</strong> "schot" in de Aa.<br />

Schouwbroek, Schouwloop<br />

schaubroeck (1622), scaubroeck (1627), schoubroeck (1680), Schoubroeck (1787);<br />

de scouw oft waterloop (1660), schouloop (1677), schouwloop (1695), schauwloop (17e eeuw),<br />

schouloopk<strong>en</strong> (1713), Schouloop (1735). Schouwbroek lag in de Wouwers <strong>en</strong> met Schouwloop<br />

word<strong>en</strong> wellicht meer dan één riviertje te <strong>Weelde</strong> aangeduid in de tekst<strong>en</strong> die wij noteerd<strong>en</strong>. Alle<br />

hebb<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wel betrekking op hetzelfde grondwoord "schouw/schauw, schouwe/schauwe" wat<br />

"inspectie" betek<strong>en</strong>t. Het gaat hier over waterlop<strong>en</strong> die onderhevig war<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> regelmatige<br />

schouwing of inspectie van e<strong>en</strong> waterschapsbestuur. Het betrof vooral e<strong>en</strong> inspectie op het<br />

onderhoud van de dijk<strong>en</strong>.<br />

Sint-Annaveldeke, Sint Antoniusbocht, Sint Sebastiaan, Sint Jan<br />

Sint-Anna veldek<strong>en</strong> (1631) tot St.Anna veldek<strong>en</strong> (18e eeuw): e<strong>en</strong> akker die aan de Sint-Annastichting<br />

behoorde. Hij lag bij de Ste<strong>en</strong>ov<strong>en</strong>s teg<strong>en</strong>over de Elz<strong>en</strong>straat.<br />

Ste Anthonis bocht (1682), tot St.Antonius boght (1801): e<strong>en</strong> aan de Sint-Antoniusstichting behor<strong>en</strong>de<br />

akker in de Meir.<br />

Sinte Bastiaan (1739): e<strong>en</strong> huis met toebehor<strong>en</strong> op de hoek van de Hegge <strong>en</strong> de Tilburgseweg. Het<br />

stond dus teg<strong>en</strong>over het terrein waar de Sint-Sebastiaansgilde haar schietpartij<strong>en</strong> hield. St.Jan (1682):<br />

e<strong>en</strong> aan de Sint-Janskapel hor<strong>en</strong>de hoeve, vlakbij de kapel. <strong>Nu</strong> staat er de pastorij.<br />

Stapke, Stapk<strong>en</strong>sakker, Stapk<strong>en</strong>sdries, Stapk<strong>en</strong>srijt, Stapk<strong>en</strong>sweg, Stapk<strong>en</strong>sdrieske, Stapdries<br />

stapk<strong>en</strong> (1641) <strong>en</strong>z. tot stapk<strong>en</strong> (1787): e<strong>en</strong> stuk land in het Laar;<br />

Stapkes Acker (1687), stapk<strong>en</strong>s acker (1699): deze akker lag in het Stapke;<br />

stapk<strong>en</strong>s dries (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

Stapk<strong>en</strong>sweg (1981);<br />

Staps driesk<strong>en</strong> (1632): e<strong>en</strong> dries bij de huidige Stapk<strong>en</strong>sweg;<br />

stapdries (17e eeuw) <strong>en</strong> stap Dries (1774): ligging onbek<strong>en</strong>d.<br />

Het is niet geheel zeker of deze nam<strong>en</strong> betrekking hebb<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> persoonsnaam, dan wel of er<br />

gewoon het begrip "korte afstand van de woonplaats" inzit.<br />

Ste<strong>en</strong>ov<strong>en</strong>s<br />

ste<strong>en</strong>hov<strong>en</strong>s (1631), ste<strong>en</strong>ov<strong>en</strong> (1648) <strong>en</strong>z. tot Ste<strong>en</strong>ov<strong>en</strong>s (1981). E<strong>en</strong> partij grond langshe<strong>en</strong> de<br />

weg Turnhout-Tilburg tuss<strong>en</strong> het Mol<strong>en</strong>einde <strong>en</strong> de Brein. Daarop stond eerder de Blerikse Hoeve<br />

(bek<strong>en</strong>d vanaf 1630). Het is duidelijk, dat uit de nabijgeleg<strong>en</strong> Leemputt<strong>en</strong> leem werd aangevoerd voor<br />

verwerking in de hier geleg<strong>en</strong> ste<strong>en</strong>ov<strong>en</strong>s. Wij hebb<strong>en</strong> dus te do<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ste<strong>en</strong>bakkerij.<br />

St<strong>en</strong><strong>en</strong>brug


ste<strong>en</strong>ebrugsk<strong>en</strong> (1631), ste<strong>en</strong>ebrugghsk<strong>en</strong> (1697), st<strong>en</strong><strong>en</strong> bruck<strong>en</strong> (1726), <strong>en</strong>z. tot St<strong>en</strong><strong>en</strong>brug<br />

(1981). Oospronkelijk de met st<strong>en</strong><strong>en</strong> gemetste brug over de St<strong>en</strong><strong>en</strong>brugseloop. <strong>Nu</strong> heet de hele<br />

streek zo.<br />

Stok(t)<br />

stockt (1627), stock (1631), <strong>en</strong>z. tot Stok (1981).<br />

De twee vermelde vorm<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> zeer veel voor in e<strong>en</strong> haast perman<strong>en</strong>te afwisseling. Het betreft hier<br />

e<strong>en</strong> met boss<strong>en</strong> begroeid gebied tuss<strong>en</strong> de Hoek (Hegge) <strong>en</strong> de Aa. De naam gaat terug op het<br />

Middelnederlandse woord "stoc". M<strong>en</strong> bedoelde daarmee "stam van e<strong>en</strong> boom". De -t wijst op e<strong>en</strong><br />

verzameling (zie ook onder Aalst) van vele hoogstammige bom<strong>en</strong> op deze plaats, e<strong>en</strong> bos dus.<br />

Vermeld<strong>en</strong> wij t<strong>en</strong>slotte, dat de jongste 20 jaar de laatste bom<strong>en</strong> er gerooid zijn.<br />

Strijlokk<strong>en</strong><br />

striloc (1368), strilo (1387), striloe (1410), Striloc (1410), strijloc (1466), stryielock<strong>en</strong> (1637), strylock<strong>en</strong><br />

(1717), Streylocke (1739), streylocke (1739), strylock<strong>en</strong> (1787), strijlock<strong>en</strong> (1787). Dit zijn <strong>en</strong>kele<br />

akkers in de Mol<strong>en</strong>heide. Deze naam is e<strong>en</strong> verbinding van twee elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: strij + lokk<strong>en</strong>. Het eerste<br />

gedeelte vind<strong>en</strong> wij terug in talrijke nam<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong> <strong>en</strong> is ontstaan uit e<strong>en</strong> ruziepartij (strijd<strong>en</strong> -<br />

e<strong>en</strong> strijdpartij voer<strong>en</strong>). Wij kunn<strong>en</strong> het vergelijk<strong>en</strong> met het eerste gedeelte in Kijfbeemd <strong>en</strong> dat in<br />

Krakeelkuil. Het tweede stuk "lok" hebb<strong>en</strong> wij hierbov<strong>en</strong> al besprok<strong>en</strong>. Het betek<strong>en</strong>t "omheining,<br />

afsluiting".<br />

Stroom (zie Aa)<br />

Teefrijt (zie Rijt)<br />

Ti<strong>en</strong>de<br />

t goeds huys van tongherloe opte ti<strong>en</strong>de van Welde (1368). Dit is vermoedelijk de naam van één (of<br />

alle vier) stuk (k<strong>en</strong>) waarop de abdij van Tongerlo ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kon heff<strong>en</strong>. Die vier war<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> in de<br />

Leemputt<strong>en</strong>, het Schijn, het Gulde <strong>en</strong> de Hegge.<br />

Ti<strong>en</strong>devrij<br />

ti<strong>en</strong>de vry (1695), ti<strong>en</strong>devry (1697), thi<strong>en</strong>devry (17e eeuw) <strong>en</strong>z. tot Ti<strong>en</strong>devrij (1981). Deze akker ligt in<br />

het Laar. Volg<strong>en</strong>s de overlevering is deze naam overgeblev<strong>en</strong> van het feit, dat hierop de ti<strong>en</strong>de<br />

vrijgekocht werd.<br />

Tijd<strong>en</strong> Braak (zie Braak)<br />

Tommel<br />

Vreemd g<strong>en</strong>oeg kom<strong>en</strong> wij deze naam slechts zeer rec<strong>en</strong>t teg<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet in vorige eeuw<strong>en</strong>. Het is e<strong>en</strong><br />

moerassige laagte langs de gr<strong>en</strong>s met Ravels. Dit is ook e<strong>en</strong> plaats waar in 1957 vier historische<br />

grafheuvels (tumuli) werd<strong>en</strong> opgegrav<strong>en</strong>. Derhalve mog<strong>en</strong> we wel aannem<strong>en</strong>, dat de naam zeer oud<br />

is <strong>en</strong> verwijst naar "begraafplaats".<br />

Valvek<strong>en</strong>s (zie Vek<strong>en</strong>)<br />

Vek<strong>en</strong>, Drie Vek<strong>en</strong>s, Vek<strong>en</strong>akker, Valvek<strong>en</strong>, Vekeland<br />

vek<strong>en</strong>e (1340): de ligging is niet bek<strong>en</strong>d;<br />

drye vek<strong>en</strong>s (1641), dry veeck<strong>en</strong>s (1678): e<strong>en</strong> stuk in het Stok;


Vek<strong>en</strong>acker (1453): ook bij het Stok geleg<strong>en</strong>;<br />

valvek<strong>en</strong> (17e eeuw), <strong>en</strong>z. tot Valvek<strong>en</strong> (1981): dit is e<strong>en</strong> akkerland teg<strong>en</strong> de Mol<strong>en</strong>eindseloop t<strong>en</strong><br />

west<strong>en</strong> van de Hooge- <strong>en</strong> Lage-Mierdeweg. In de 18e eeuw ging m<strong>en</strong> de hele streek daar zo noem<strong>en</strong>.<br />

vekeland (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d. E<strong>en</strong> vek<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> "hek" of "sluitboom". Zo'n sluitboom moest de<br />

toegang belett<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> valvek<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> vek<strong>en</strong> dat vanzelf toevalt of dichtdraait.<br />

Verlor<strong>en</strong> kost<br />

d<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> kost (1453), verloer<strong>en</strong> cost (1630), verlor<strong>en</strong> cost (1643), <strong>en</strong>z. Jammer g<strong>en</strong>oeg hebb<strong>en</strong> wij<br />

aan de hand van de tekst<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> achterhal<strong>en</strong> waar dit interessante toponiem precies te<br />

situer<strong>en</strong> valt. M<strong>en</strong> noemde e<strong>en</strong> stuk land, waarop m<strong>en</strong> amper de boter op zijn brood kon verdi<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />

wel e<strong>en</strong>s ironisch "verlor<strong>en</strong> kost". Dus, e<strong>en</strong> stuk land van slechte kwaliteit, waarop m<strong>en</strong> de kost niet<br />

kon winn<strong>en</strong>.<br />

Verschot<br />

Verschot (1331)(1619). Dit is e<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>spaal tuss<strong>en</strong> de gem<strong>en</strong>e aard<strong>en</strong> van Poppel, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Baarle<br />

Hertog. Deze moet op de noordelijke uithoek ter hoogte van de Schriek<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> zijn. E<strong>en</strong> verschot<br />

was eig<strong>en</strong>lijk e<strong>en</strong> soort geldelijke belasting, maar ook de inkomst uit zo'n belasting. E<strong>en</strong> tweede<br />

betek<strong>en</strong>is was "voorraad".<br />

Vlasroot<br />

Deze naam komt pas in de 20e eeuw voor. Hij heeft natuurlijk wat te mak<strong>en</strong> met het "rot<strong>en</strong>" van vlas<br />

<strong>en</strong> was dus de naam van e<strong>en</strong> waterplas. Hier is het e<strong>en</strong> v<strong>en</strong> op de Nieuw<strong>en</strong>dijkse heide.<br />

Vonderbeemd, Hoge Vonder<br />

vonder beempt (1642), vonderbeempt (1651): e<strong>en</strong> beemd bij de Aa;<br />

Hoog<strong>en</strong> vonder (1910): ligging onbek<strong>en</strong>d. Naast "vonder" komt ook hier <strong>en</strong> daar "vondel" voor. Zo<br />

k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> wij het woord nog uit de naam van Joost Van D<strong>en</strong> Vondel. E<strong>en</strong> Vonder (vondel) was e<strong>en</strong><br />

bruggetje over e<strong>en</strong> rivier. De beemd lag dus bij het bruggetje over de Aa.<br />

Voorhoofd<br />

Dit elem<strong>en</strong>t komt te <strong>Weelde</strong> vaak voor. Wij somm<strong>en</strong> hieronder e<strong>en</strong> aantal nam<strong>en</strong> met Voorhoofd als<br />

sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>d elem<strong>en</strong>t op:<br />

Koningstraet voor hoofd (Kadaster): het voorste gedeelte van de geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong> in de<br />

Koningstraat;<br />

Meyers Voorhoofd (s.d.): hier is het voorste stuk van de Meir bedoeld;<br />

Meirsvoorhoofd (1822) (Kadaster): ook het voorste gedeelte van de Meir;<br />

d'oeybrak voorhoofd (1822), Doey braek voorhoofd (Kadaster): het voorste stuk van de Ooibraak;<br />

Auweleyns Voorhoofd (Kadaster): het voorste gedeelte van de Oudelijn;<br />

Paulus Aerts voorhoofd (ook rec<strong>en</strong>t): het voorste gedeelte van het goed, g<strong>en</strong>aamd "het Paulus Aerts"<br />

(bij de Bakstraat);


V<strong>en</strong>nek<strong>en</strong>s Voorhoofd (rec<strong>en</strong>t): e<strong>en</strong> stuk van de V<strong>en</strong>nek<strong>en</strong>s bij de Oudelijn. Het is duidelijk, dat<br />

"Voorhoofd" gewoon "het voorste stuk, gezi<strong>en</strong> vanuit het C<strong>en</strong>trum van het dorp" betek<strong>en</strong>t.<br />

Voorlaar (zie Laar)<br />

Voorste Lok (zie Lok)<br />

Voort, Frank<strong>en</strong>voort, Hoge Voort, Lage Voort, Bellek<strong>en</strong>voort, Berk<strong>en</strong>voort, Voortakker,<br />

Voortbosv<strong>en</strong>heide, Voortstraat, Voortstraatspad<br />

de voort (17e eeuw): weide <strong>en</strong> akkerland bij de Aa;<br />

franck<strong>en</strong>voort (1676): e<strong>en</strong> beemdeke in de Mol<strong>en</strong>heide bij Maasdijk;<br />

hooge voirt (1631), hooghe voort (1643), <strong>en</strong>z: t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van de Ar<strong>en</strong>donkseweg geleg<strong>en</strong> stuk;<br />

leeghe vort (1618): dit lag t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de Ar<strong>en</strong>donkseweg;<br />

Bellek<strong>en</strong>voort (zie onder Bellek<strong>en</strong>);<br />

bercke voirt (17e eeuw): e<strong>en</strong> plaats in het Mol<strong>en</strong>heike bij de Aa;<br />

voertacker (17e eeuw): e<strong>en</strong> akker in de Voort;<br />

Voordbos v<strong>en</strong> heide (Kadaster);<br />

voortstraeti<strong>en</strong> (1739), <strong>en</strong>z. tot voort straet (1739): e<strong>en</strong> veldweg van het Mol<strong>en</strong>einde naar de Voort;<br />

Voortstraetsepad (rec<strong>en</strong>t): waarschijnlijk dezelfde weg als de Voortstraat. E<strong>en</strong> "voort" was e<strong>en</strong><br />

doorwaadbare plaats in e<strong>en</strong> rivier.<br />

Vorst<br />

de vorst (1340) (1387) (1410) (1417) (1655). Het is niet duidelijk waar deze plaats lag. De naam<br />

betek<strong>en</strong>t gewoon "bos" (zie forest = forêt in het Frans).<br />

Vos, Vosholland, Voss<strong>en</strong>berg<strong>en</strong>, Voss<strong>en</strong>hol, Vosstedeke<br />

op huys hof de voss (1442), vossche (1514), vos (1561) <strong>en</strong>z. tot het vost (17e eeuw): e<strong>en</strong> huis in het<br />

Laar;<br />

het voshol lant (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

d<strong>en</strong> Voss<strong>en</strong>bergh (1631), <strong>en</strong>z. tot Voss<strong>en</strong>berg<strong>en</strong> (1981);<br />

Voshol (1656), voss<strong>en</strong>hol (1670), <strong>en</strong>z. tot 1696: e<strong>en</strong> stuk op de gr<strong>en</strong>s met Poppel;<br />

Vosstedek<strong>en</strong> (1663): e<strong>en</strong> hoeve in de Winkels (Hegge). Al deze nam<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> nog op het veelvuldig<br />

voorkom<strong>en</strong> van voss<strong>en</strong> in onze strek<strong>en</strong> in vorige eeuw<strong>en</strong>.<br />

Waskuil, Waspoel, Wasv<strong>en</strong><br />

wascuijl (1631) <strong>en</strong>z. tot wascuyl (1755): e<strong>en</strong> plas in de Groes;<br />

Wascuyl (1697) <strong>en</strong>z. tot Waskuil (1981): e<strong>en</strong> "kuil" in de Leemputt<strong>en</strong>;


waspoel (1442), <strong>en</strong>z. tot waspoel (1787): e<strong>en</strong> poel in de Winkels (Hegge);<br />

Wasv<strong>en</strong> (1956): e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>netje op het huidige vliegveld. Al deze nam<strong>en</strong> verwijz<strong>en</strong> naar vroegere<br />

gebruik<strong>en</strong>. In zo'n poel kunn<strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> eertijds de was gespoeld hebb<strong>en</strong> of de boer<strong>en</strong> de wol van<br />

hun schap<strong>en</strong>.<br />

Waterlaar (zie Laar)<br />

Weekbraak (zie Braak)<br />

Welvar<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> weide in de Elz<strong>en</strong>straat. In teg<strong>en</strong>stelling tot de "Verlor<strong>en</strong> Kost" (zie aldaar) hebb<strong>en</strong> wij hier met<br />

kwaliteitsgrond te mak<strong>en</strong>.<br />

Wijd<strong>en</strong>hoek, Wijd<strong>en</strong>hof<br />

weij<strong>en</strong> hoeck (1631), wy<strong>en</strong>hoeck (1631), weyd<strong>en</strong>hoeck (17e eeuw), wijd<strong>en</strong> hoeck (17e eeuw), weij<strong>en</strong><br />

hoeck (1735), <strong>en</strong>z. tot wy<strong>en</strong> hoek (1801): het stuk dat in de hoek van de Koningstraat <strong>en</strong> het<br />

Ge<strong>en</strong>einde ligt.<br />

wid<strong>en</strong> hof (1368) (1410) (1387), wijde(n) hof (1442), wijd<strong>en</strong> hof (1466), wij<strong>en</strong>hoff (1631), wy<strong>en</strong> hoff<br />

(17e eeuw), wey<strong>en</strong> hoof (1736). We hebb<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> uitmak<strong>en</strong>, dat deze boerderij in het<br />

Ge<strong>en</strong>einde stond. Wellicht is er verband tuss<strong>en</strong> Wijd<strong>en</strong>hoek <strong>en</strong> Wijd<strong>en</strong>hof. De woord<strong>en</strong> "wide, wyde"<br />

<strong>en</strong> "wijde" zijn oudere woord<strong>en</strong> voor "wijm". Het betreft hier dus e<strong>en</strong> plaats waar te<strong>en</strong>wilg<strong>en</strong> stond<strong>en</strong>.<br />

Van de "wiss<strong>en</strong>" die erop groeid<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> mand<strong>en</strong> gevlocht<strong>en</strong>.<br />

Wildert, Wilders, Wilderstraat<br />

De Wilders ligg<strong>en</strong> bij het vliegveld. De naam is blijkbaar niet zo erg oud.<br />

die wildert (1368) (1410), wiltaert (1410): deze naam kwam voor op het Aalst.<br />

wildert (1368) (1410), wiltaert (1410), <strong>en</strong> dan voortaan wildert tot (1787): deze wildert lag in de<br />

heibraak. Later is m<strong>en</strong> de naam gaan vervang<strong>en</strong> door Simpels. Wilderstraat is e<strong>en</strong> andere naam voor<br />

Baksv<strong>en</strong>weg. Het woord "wildert" is terug te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> zeer oude stam, die wij al terugvind<strong>en</strong> in<br />

het Latijnse woord "villare". Het komt ook voor in de naam Wilrijk. Wildert bestaat uit wild + ert. Het<br />

eerste stuk betek<strong>en</strong>t "wildernis, onbebouwde grond". De ert is hetzelfde als aard/aert in andere nam<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t gewoon "grond" in teg<strong>en</strong>stelling tot water. Dus, Wildert is e<strong>en</strong> stuk onbebouwd land.<br />

Winkels, Grote Winkel, Kleine Winkel, Winkelheike, <strong>en</strong> verdere sam<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> met "winkel"<br />

grot<strong>en</strong> winkel (1452), groot<strong>en</strong> winckel (1682): deze heet nu Winkels (in de Hegge);<br />

cleyn<strong>en</strong> winkel (1452), cleyn<strong>en</strong> winckel (1682): e<strong>en</strong> gedeelte van de Winkels in de hegge;<br />

winckelheyde (1599), winckel heijk<strong>en</strong> (1618), winckel heyk<strong>en</strong> (1625), Winckelheijk<strong>en</strong> (1631), <strong>en</strong>z. tot<br />

Winkelheike (1981);<br />

Wynkel (1421), winkel (1442), winckel (1540), <strong>en</strong>z. tot Winkels (1981). Deze naam komt zeer vaak<br />

voor in de hierbov<strong>en</strong> weergegev<strong>en</strong> schrijfwijz<strong>en</strong>. Het is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer oude naam. Hij dekt e<strong>en</strong><br />

partij akkers in de Hegge bij de Hoek. Noteer dat "winkel" gewoon e<strong>en</strong> oud woord is voor "hoek".<br />

Wouwer, Wouwers, Wouwerakker, Heiwouwer, Kleine Wouwer, Vrouw<strong>en</strong>wouwer, Wouwerdries<strong>en</strong>,<br />

Wouwerdrieske, Wouwerhof, Wouwerke.


U merkt het al: "wouwer" is e<strong>en</strong> geliefd woord geweest om nam<strong>en</strong> mee te bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Wij gev<strong>en</strong> u<br />

hieronder e<strong>en</strong> idee van de ouderdom <strong>en</strong> de spreiding van de verschill<strong>en</strong>de wouwers.<br />

opt<strong>en</strong> wouwer (1368), wuwer (1368), <strong>en</strong>z. tot Wouwer (1749): deze lag in de Meir;<br />

wuwer (1514), <strong>en</strong>z. tot Wouwer (1623): e<strong>en</strong> wouwer in de Hegge, dichtbij de gr<strong>en</strong>s met Poppel;<br />

d<strong>en</strong> wouwers<strong>en</strong> acker (1623), woueracker (1726): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

heywauer (1680): volg<strong>en</strong>s het docum<strong>en</strong>t lag deze "tuss<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> de Hegge, alom in de vro<strong>en</strong>te<br />

behouwelijk (t<strong>en</strong>) noord<strong>en</strong> de Nieuwe Erve";<br />

Kleyn<strong>en</strong> wouwer (1749): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

opte(n) vrouwe(n) wuwer (1442): komt slechts éénmaal voor zonder situering;<br />

wouwerdriessch<strong>en</strong> le<strong>en</strong>nigich (1631): e<strong>en</strong> wouwer op het Ge<strong>en</strong>einde;<br />

Wouwerdriesk<strong>en</strong> (1643): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

opt<strong>en</strong> wuwerhof (1514), d<strong>en</strong> wuwerhoff (1680), wouwerhof (1787): e<strong>en</strong> hoeve in het Groot Water;<br />

Wouwerk<strong>en</strong> (17e eeuw): ligging onbek<strong>en</strong>d;<br />

wouwer (1643), heijvelt g<strong>en</strong>aempt de wauwers (1650), <strong>en</strong>z. tot Wouwers (1981): de streek tuss<strong>en</strong> het<br />

Lit <strong>en</strong> het Ge<strong>en</strong>einde. E<strong>en</strong> wouwer was e<strong>en</strong> vijver <strong>en</strong> kwam veel voor in bebouwd land of bij<br />

woning<strong>en</strong>. Daardoor onderscheidde hij zich van v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Zo'n wouwer had allerlei functies: wasplaats,<br />

dier<strong>en</strong>drinkplaats, kweekplaats voor viss<strong>en</strong>, echels, <strong>en</strong>z.<br />

Zoeakker<br />

d<strong>en</strong> soeacker (1643), Zoeacker (1679), Zooyacker (1680), Zoijacker (1680), Zoacker (1681), Zoeacker<br />

(1685), <strong>en</strong>z. tot Zoeakker (18e eeuw). Deze akker lag in het Mol<strong>en</strong>einde. E<strong>en</strong> "soe" was eig<strong>en</strong>lijk e<strong>en</strong><br />

straatgoot. Het woord kwam ook voor in de schrijfwijz<strong>en</strong> "zode, zoe, zoo" <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>de dan "e<strong>en</strong> dam<br />

met gracht", ook nog "e<strong>en</strong> streep grond tuss<strong>en</strong> twee gebouw<strong>en</strong>" <strong>en</strong> "e<strong>en</strong> kleine gracht in e<strong>en</strong> weide".<br />

Zo kwam m<strong>en</strong> ertoe om kleine waterloopjes "soe" te gaan noem<strong>en</strong>. Bij ons moet het e<strong>en</strong> laaggeleg<strong>en</strong><br />

akker met grachtjes erdoor geweest zijn.<br />

Zoete Rijt (zie Rijt)


IV.Wereldlijke geschied<strong>en</strong>is tot 1796<br />

Geschied<strong>en</strong>is van <strong>Weelde</strong><br />

De Vroege Middeleeuw<strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong> maakte in de Middeleeuw<strong>en</strong> deel uit van het hertogdom Brabant, dat de huidige provincies<br />

Brabant, Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Noord-Brabant omvatte. Ev<strong>en</strong>als Poppel behoorde <strong>Weelde</strong> in de late 13e<br />

eeuw tot het hertogelijk domein: d.w.z. dat de hertog zelf er de grondheer was. Uit de<br />

grondheerlijkheid (voortgekom<strong>en</strong> uit het vroegmiddeleeuwse grootgrondbezit) sprot<strong>en</strong> zeer diverse<br />

recht<strong>en</strong> voort t.o.v. de horig<strong>en</strong> van het domein:<br />

- overheidsrecht<strong>en</strong>: de heer sprak recht in zijn heerlijkheid <strong>en</strong> inde er de cijnz<strong>en</strong>;<br />

- banale recht<strong>en</strong>: de verplichting om te mal<strong>en</strong> in de mol<strong>en</strong> van de heer, te bakk<strong>en</strong> in zijn ov<strong>en</strong>; te<br />

brouw<strong>en</strong> in zijn brouwketel <strong>en</strong> gebruik te mak<strong>en</strong> van zijn dekh<strong>en</strong>gst;<br />

- het recht op hand- <strong>en</strong> spandi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van de horig<strong>en</strong>;<br />

- het recht op huwelijksgoedkeuring (horig<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het domein huwd<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> iets betal<strong>en</strong>);<br />

- het dodehandsrecht: bij het overlijd<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> horige mocht de heer e<strong>en</strong> stuk roer<strong>en</strong>d goed voor<br />

zich nem<strong>en</strong>, als e<strong>en</strong> soort erf<strong>en</strong>isrecht.<br />

De oudst bek<strong>en</strong>de her<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> zijn Arnoldus Ste<strong>en</strong>cop <strong>en</strong> H<strong>en</strong>ricus Werthus<strong>en</strong>. Zoals blijkt uit<br />

e<strong>en</strong> oorkonde van 29 maart 1260 bezat Ridder Arnout het jus patronatus over de kerk van St.-Michiel,<br />

die door zijn voorouders was gesticht. Zijn dochter Margaretha huwde met H<strong>en</strong>ricus van <strong>Weelde</strong><br />

(bijg<strong>en</strong>aamd H<strong>en</strong>ricus Werthus<strong>en</strong> of Werchus<strong>en</strong>, ook g<strong>en</strong>oemd H<strong>en</strong>ricus Prelaer). We lez<strong>en</strong> in het<br />

kerkarchief van de St.-Michielsparochie, dat hij het patronaat gedeeltelijk erfde <strong>en</strong> kocht. Op 29 maart<br />

1260 stond hij het echter af aan de abdij van Averbode.<br />

De hertog van Brabant bele<strong>en</strong>de soms trouwe di<strong>en</strong>aars ter beloning met bepaalde van deze recht<strong>en</strong>.<br />

Zo schonk Hertog Jan II in 1296 het maalrecht op de windmol<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> op de watermol<strong>en</strong><br />

van Rovert-Poppel aan Jan de Bie. De afstammeling<strong>en</strong> van Jan de Bie zi<strong>en</strong> we in de volg<strong>en</strong>de<br />

eeuw<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> als her<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel. De zoon van Jan de Bie, H<strong>en</strong>drik, liet<br />

vermoedelijk ge<strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> na, want na hem werd zijn zuster Katharina vrouwe van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong><br />

Poppel. In 1365 verkocht zij twee derd<strong>en</strong> van de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> aan de abt van Tongerlo. Daar<br />

zij gehuwd was met Gijsbrecht Bac, kwam<strong>en</strong> haar heerlijke recht<strong>en</strong> na haar dood in hand<strong>en</strong> van de<br />

familie Bac. In 1472 echter verkocht Laur<strong>en</strong>s Bac e<strong>en</strong> deel van zijn recht<strong>en</strong>: o.a. het maalrecht op de<br />

mol<strong>en</strong> van Rovert. Vanaf 1487 bezat de familie van Wijtfliet te Poppel heerlijke recht<strong>en</strong>, zoals het<br />

maalrecht op de Rovertse mol<strong>en</strong>, terwijl de familie Bac tot in de 16e eeuw het maalrecht bezat op de<br />

mol<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> er de burcht bewoonde. Ondanks het feit dat de grondheerlijkheid van Ravels<br />

aan de abdij van Tongerlo toebehoorde, strekte het banrecht van de mol<strong>en</strong>s van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel<br />

zich volg<strong>en</strong>s de oorkonde van 1296 ook uit over Ravels. In 1404 werd<strong>en</strong> de inwoners van Ravels door<br />

de schout van Turnhout beboet, omdat zij weigerd<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> mal<strong>en</strong> op de banmol<strong>en</strong>s.<br />

In het midd<strong>en</strong> van de 14e eeuw werd<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel e<strong>en</strong> onderle<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> nieuw gevormde<br />

heerlijkheid, nl. het land van Turnhout. <strong>To<strong>en</strong></strong> Maria, dochter van Hertog Jan III, in het huwelijk trad met<br />

Reinaud III, Hertog van Gelderland, schonk haar vader haar e<strong>en</strong> gebied bestaande uit Turnhout, Oud-<br />

Turnhout, Lille, Merksplas, Gierle, Wechelderzande, Vlimmer<strong>en</strong>, Beerse, Vosselaar, Ravels, Poppel,<br />

<strong>Weelde</strong>, Ar<strong>en</strong>donk <strong>en</strong> Baarle-Hertog. Bij allerlei geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, zoals de verkoop van Weeldse ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

door Katharina de Bie in 1365 <strong>en</strong> de afbak<strong>en</strong>ing van de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Turnhout <strong>en</strong> Ravels in 1367,<br />

zi<strong>en</strong> we Maria van Gelderland als landsvorstin van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> andere dorp<strong>en</strong> uit de omgeving<br />

optred<strong>en</strong>. Uit de domeinrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, bewaard vanaf 1397, blijkt dat in 1397-1399 de inkomst<strong>en</strong> van de<br />

hertogelijke domein<strong>en</strong> van het land van Turnhout (o.a. <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel) gebruikt werd<strong>en</strong> om de<br />

onkost<strong>en</strong> van de hofhouding van Maria van Gelderland te dekk<strong>en</strong>. Bij haar dood in 1399 kwam het<br />

land van Turnhout terug bij het hertogdom Brabant, maar het bleef binn<strong>en</strong> het land van Rij<strong>en</strong> naast de<br />

vier meierij<strong>en</strong> als aparte administratieve <strong>en</strong>titeit voortbestaan. Het land van Turnhout stond onder het


gezag van e<strong>en</strong> schout (e<strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordiger van de vorst). Van inkomst<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitgav<strong>en</strong> bij de<br />

uitoef<strong>en</strong>ing van zijn ambt hield de schout rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> bij. Uit deze schoutrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van het land van<br />

Turnhout vernem<strong>en</strong> we heel wat wet<strong>en</strong>swaardighed<strong>en</strong> in verband met <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> de omligg<strong>en</strong>de<br />

dorp<strong>en</strong>, vooral wat betreft de criminaliteit.<br />

Zo moest Peter Stoeps uit <strong>Weelde</strong> in 1418 e<strong>en</strong> boete betal<strong>en</strong> van 1 lichte crone in plaats van<br />

gevonnist te word<strong>en</strong>. Hij had met e<strong>en</strong> staaf will<strong>en</strong> slaan "naer des pap<strong>en</strong> zone van Puppele", maar hij<br />

had hem niet getroff<strong>en</strong>. Op 22 februari 1712 werd de 39-jarige <strong>Weelde</strong>naar Antony Scheerders, alias<br />

Thoon Maey Willeme, door de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> uit de vrijheid verbann<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s<br />

schelm<strong>en</strong>strek<strong>en</strong> <strong>en</strong> geweld. Weg<strong>en</strong>s allerlei overtreding<strong>en</strong> werd hij op 19 juni 1727 gegeseld,<br />

gebrandmerkt <strong>en</strong> voor eeuwig verbann<strong>en</strong> uit het hertogdom Brabant. De Weeldse schelm werd in<br />

1729 te Breda veroordeeld <strong>en</strong> aldaar op 30 augustus 1729 opgehang<strong>en</strong>. Interessante anecdot<strong>en</strong><br />

betreff<strong>en</strong>de de criminaliteit in het midd<strong>en</strong> van de 16e eeuw te <strong>Weelde</strong> vind<strong>en</strong> we in e<strong>en</strong><br />

getuig<strong>en</strong>verslag van de 80-jarige Alph<strong>en</strong>aar Peeter Everaerts dat geschrev<strong>en</strong> werd in 1620 (Bijlage 1).<br />

Nadat in de 16e eeuw o.a. Maria van Hongarije was bele<strong>en</strong>d geword<strong>en</strong> met de heerlijkheid van het<br />

land van Turnhout, schonk<strong>en</strong> de aartshertog<strong>en</strong> Albrecht <strong>en</strong> Isabella deze heerlijkheid in 1612 aan<br />

Prins Filip-Willem van Oranje. Na di<strong>en</strong>s dood in 1618 kwam het land van Turnhout terug aan de<br />

koning als zijnde hertog van Brabant, maar t<strong>en</strong>gevolge van de vrede van Munster in 1648 werd de<br />

heerlijkheid terug aan Oranjes vrouw, Amalia van Solms, geschonk<strong>en</strong>. Uit de domeinrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> blijkt,<br />

dat zij via Aarle in Poppel haar plechtige intocht op het grondgebied van haar heerlijkheid heeft<br />

gedaan. Amalia gaf <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels als onderle<strong>en</strong> aan Jan de Knuyt, maar behield Poppel voor<br />

zichzelf.<br />

De Vrijheid <strong>Weelde</strong><br />

De regering van Hertog Jan II van Brabant was gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong> sterke stadspolitiek. Hij wilde<br />

hiermede het gezag van de burgerij vestig<strong>en</strong> t<strong>en</strong> overstaan van het overal opkom<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>.<br />

Daarom ontving<strong>en</strong> in die tijd Antwerp<strong>en</strong>, Leuv<strong>en</strong>, Ti<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> vele andere geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hun<br />

vrijheidsbriev<strong>en</strong>. Wanneer <strong>Weelde</strong> juist tot vrijheid werd verhev<strong>en</strong> is ons jammer g<strong>en</strong>oeg niet bek<strong>en</strong>d,<br />

maar waarschijnlijk gebeurde dit in de loop van de 13e eeuw. E<strong>en</strong> vrijheid was e<strong>en</strong> gebied waarvan de<br />

inwoners naar analogie met de in de 11e-13e eeuw door ontginning ontstane "villes neuves" kracht<strong>en</strong>s<br />

privileges van de hertog of de heer vrijheid g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> van als hinderlijk ervar<strong>en</strong> bestanddel<strong>en</strong> der<br />

horigheid: vooral de hand- <strong>en</strong> spandi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>en</strong> de betaling<strong>en</strong> bij huwelijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlijd<strong>en</strong>s. In het<br />

kader van het hertogdom Brabant was <strong>Weelde</strong> dus e<strong>en</strong> vrijheid, volg<strong>en</strong>s Gramaye behor<strong>en</strong>de tot het<br />

kwartier van Oisterwijk <strong>en</strong> het distrikt 's-Hertog<strong>en</strong>bosch. Vanaf 1477 kwam <strong>Weelde</strong> volg<strong>en</strong>s<br />

laatstg<strong>en</strong>oemde onder het kwartier Turnhout, distrikt Antwerp<strong>en</strong>. Dit is waarschijnlijk fout, want<br />

<strong>Weelde</strong> kwam reeds in 1347 met neg<strong>en</strong> omligg<strong>en</strong>de dorp<strong>en</strong> onder het kwartier Turnhout <strong>en</strong> het distrikt<br />

Antwerp<strong>en</strong>.<br />

Voor zover wij hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> nagaan, bezat e<strong>en</strong> vrijheid steeds e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>bank. Deze schep<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

hield<strong>en</strong> om de 14 dag<strong>en</strong> rechtszitting. Immers, H<strong>en</strong>ricus Swan<strong>en</strong>, kapelaan in 1528, fundeerde sam<strong>en</strong><br />

met de geme<strong>en</strong>teraad e<strong>en</strong> H.Mis om de 14 dag<strong>en</strong> in de kapel van St.Jan, waarin de schep<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

moest<strong>en</strong> aanwezig zijn. War<strong>en</strong> ze afwezig, dan werd<strong>en</strong> ze beboet (Grammaye). Bisschop Sonnius van<br />

Antwerp<strong>en</strong> zegt in e<strong>en</strong> akte van 12 september 1572 waarbij hij verschill<strong>en</strong>de b<strong>en</strong>eficies te <strong>Weelde</strong><br />

ver<strong>en</strong>igt: "Van de drie miss<strong>en</strong> per week in de St.-Janskapel zal er één om de 14 dag<strong>en</strong> gecelebreerd<br />

word<strong>en</strong> voordat de rechter op de vastgestelde dag rechtszitting houdt". Zo'n schep<strong>en</strong>bank bestond uit<br />

7 schep<strong>en</strong><strong>en</strong>, gekoz<strong>en</strong> uit de burgers van de vrijheid. In onderscheid met e<strong>en</strong> gewone dorpsbank, het<br />

zgn. laathof van het domein of de heerlijkheid, dat alle<strong>en</strong> lage jurisdictie had (jurisdictie in reële zak<strong>en</strong>,<br />

d.w.z. zak<strong>en</strong> die onroer<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong> betroff<strong>en</strong>), had e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>bank van e<strong>en</strong> vrijheid ook de hoge<br />

jurisdictie <strong>en</strong> kon ze dus recht sprek<strong>en</strong> in personele aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, zelfs in halszak<strong>en</strong>.<br />

Door het bezit van e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>bank was de vrijheid vrijgemaakt van het territoriale gerechtshof,<br />

d.w.z. voor de Kemp<strong>en</strong> de hoofdbank van Zandhov<strong>en</strong>. De schep<strong>en</strong>bank<strong>en</strong> oordeeld<strong>en</strong> niet volg<strong>en</strong>s<br />

het horigheidsrecht van de Zandhov<strong>en</strong>se bank, maar volg<strong>en</strong>s het meer progressieve d.w.z. meer aan<br />

de nieuwe economische situatie van de heroplev<strong>en</strong>de handel aangepaste recht van één van de<br />

Brabantse hoofdsted<strong>en</strong>, waarvan de schep<strong>en</strong>bank<strong>en</strong> dan ook als beroepshov<strong>en</strong> fungeerd<strong>en</strong>. Het<br />

toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van het stadsrecht aan e<strong>en</strong> bepaald gebied betek<strong>en</strong>de waarschijnlijk nog meer voor de<br />

ontvoogding uit de horigheid dan het afschaff<strong>en</strong> van hand- <strong>en</strong> spandi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. De schep<strong>en</strong>bank<br />

oef<strong>en</strong>de ook de zgn. "vrijwillige rechtspraak" uit. Eig<strong>en</strong>lijk kwam deze erop neer, dat de schep<strong>en</strong>bank


e<strong>en</strong> notarisfunctie vervulde. Twee schep<strong>en</strong><strong>en</strong> trad<strong>en</strong> dan op als getuig<strong>en</strong> bij het vastlegg<strong>en</strong> van<br />

verkoping<strong>en</strong>, verhuring<strong>en</strong>, verpachting<strong>en</strong>, afscheiding<strong>en</strong>, beloft<strong>en</strong> van cijnz<strong>en</strong>, testam<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Het<br />

hertogelijk gezag werd in e<strong>en</strong> vrijheid verteg<strong>en</strong>woordigd door e<strong>en</strong> schout. Bij de schep<strong>en</strong>bank trad de<br />

schout op als officier van justitie: hij "maande" de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> om recht te sprek<strong>en</strong>, zat het geding voor<br />

<strong>en</strong> zorgde voor de uitvoering van het vonnis. Aan de schep<strong>en</strong>bank was nog e<strong>en</strong> andere ambt<strong>en</strong>aar<br />

verbond<strong>en</strong>, nl. de secretaris, die de vonniss<strong>en</strong> <strong>en</strong> akt<strong>en</strong> van de schep<strong>en</strong>bank in de schep<strong>en</strong>registers<br />

schreef.<br />

Waarschijnlijk is <strong>Weelde</strong> dus e<strong>en</strong> vrijheid geword<strong>en</strong> onder de regering van Jan I (1268-1294) of Jan II<br />

(1294-1312). In ieder geval was <strong>Weelde</strong> op het einde van de 13e eeuw e<strong>en</strong> vrijheid. In de oorkonde<br />

van Jan II voor Jan de Bie uit 1296 (zie bijlage 1 van Hoofdstuk IX) is nog ge<strong>en</strong> sprake van de vrijheid<br />

<strong>Weelde</strong>. In e<strong>en</strong> andere oorkonde van 1296 stelde Hertog Jan II zijn lied<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong><br />

Ravels vrij van alle last<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van de dijk<strong>en</strong> van de meierij van D<strong>en</strong> Bosch, "al de<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Ravels, die volg<strong>en</strong>s oude gewoonte tot de vierschaar van <strong>Weelde</strong><br />

behor<strong>en</strong>". Uit deze oorkonde, die ook door Grammaye wordt aangehaald <strong>en</strong> die we hier opnem<strong>en</strong> in<br />

bijlage 2, ler<strong>en</strong> we dat er te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> vierschaar bestond. Dus war<strong>en</strong> er schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

schep<strong>en</strong>bank, die sam<strong>en</strong> de vrijheid vormd<strong>en</strong>.<br />

Sabb<strong>en</strong> <strong>en</strong> Steurs hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> soort van vrijheidskeure gezi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> oorkonde van Hertog Jan II in<br />

verband met dezelfde zaak. In deze oorkonde van Hertog Jan II gedateerd augustus 1307 werd<strong>en</strong> "die<br />

(goede luyd<strong>en</strong>) van <strong>Weelde</strong>, soe wel die binn<strong>en</strong> der vrijheit woon<strong>en</strong> als inde gebeurte van Ravels<br />

<strong>en</strong>de Poppel, die gewoonlijk sijn tot <strong>Weelde</strong> te rade <strong>en</strong>de te recht te comm<strong>en</strong>" vrijgesteld van werk<strong>en</strong><br />

aan de vesting<strong>en</strong> van Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan de dijk<strong>en</strong> in de Meierij van D<strong>en</strong> Bosch <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> hun<br />

verplichting<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over de hertog beperkt tot het onderhoud<strong>en</strong> van de Rovertse brug <strong>en</strong> de<br />

krijgsdi<strong>en</strong>st. De interpretatie van dit docum<strong>en</strong>t als e<strong>en</strong> vrijheidskeure stuit echter op heel wat<br />

bed<strong>en</strong>king<strong>en</strong>. Als e<strong>en</strong> vrijheid tot stand kwam door de inwoners van e<strong>en</strong> bepaald gebied vrij te stell<strong>en</strong><br />

van de last<strong>en</strong> van de horigheid, nl. van hand- <strong>en</strong> spandi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, dan moet m<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat de<br />

oorkonde van 1307 (zie bijlage 3) niet beschouwd kan word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> vrijheidskeure, die bijdroeg in<br />

het wordingsproces van zo'n vrijheid of de typische privileges van die vrijheid bevestigde. Immers, de<br />

last<strong>en</strong> waarvan de hertog in 1307 vrijstelling gaf, war<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> hand- <strong>en</strong> spandi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> voor de<br />

grondheer, maar veeleer bijdrag<strong>en</strong> in werk<strong>en</strong> van algeme<strong>en</strong> nut. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> werd het privilege niet<br />

alle<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong> aan de inwoners van de vrijheid <strong>Weelde</strong>, maar ook aan die van de gebuurt<strong>en</strong> of<br />

dorp<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> Ravels. Wat er ook van zij, alleszins blijkt uit de oorkond<strong>en</strong> van 1296 <strong>en</strong> 1307 het<br />

bestaan van de vrijheid <strong>Weelde</strong>. Ook wordt de indruk gewekt, dat Poppel <strong>en</strong> Ravels, die blijk<strong>en</strong>s de<br />

oorkonde van 1296 voor Jan de Bie onderworp<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, aan dezelfde seigneurie bannale (o.a. het<br />

maalrecht) als <strong>Weelde</strong>, ook op e<strong>en</strong> of andere wijze deeld<strong>en</strong> in de privileges van de vrijheid <strong>Weelde</strong>.<br />

Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> war<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> nog inzake rechtspraak met de vrijheid <strong>Weelde</strong> verbond<strong>en</strong>. De<br />

oudste vermelding van de Weeldse schep<strong>en</strong>bank vind<strong>en</strong> we in 1316, maar naar alle waarschijnlijkheid<br />

dateert ze uit de tijd dat <strong>Weelde</strong> de titel van vrijheid kreeg, dus uit de 13e eeuw. We k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> slechts<br />

<strong>en</strong>kele schep<strong>en</strong><strong>en</strong> uit de 14e eeuw: in 1316 word<strong>en</strong> Petrus Van der Mere <strong>en</strong> Helyas zoon van<br />

Goswinus vernoemd, in 1337 Theodericus dictus Liper <strong>en</strong> Jacobus Van der Mere. In e<strong>en</strong> akte van<br />

1347 word<strong>en</strong> de zev<strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van de vrijheid <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>oemd. Het zijn: Jacobus Van der Mere,<br />

Godevart de Deckere, Peter Elyaes, Jan Tiels, We<strong>en</strong> Beys, Dideric Van der Mere <strong>en</strong> Jan Van d<strong>en</strong><br />

Vorst. De Weeldse schep<strong>en</strong>bank sprak recht volg<strong>en</strong>s de costum<strong>en</strong> van Antwerp<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>oot<br />

dus o.a. inzake rechtsprocedure (beperking van godsoordel<strong>en</strong> <strong>en</strong> foltering) <strong>en</strong> erf<strong>en</strong>isrecht (meer<br />

gelijkheid tuss<strong>en</strong> man <strong>en</strong> vrouw <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> wettige <strong>en</strong> natuurlijke kinder<strong>en</strong>) van de voordel<strong>en</strong> van het<br />

stadsrecht <strong>en</strong> ging t<strong>en</strong> hoofde <strong>en</strong> in appel voor de schep<strong>en</strong>bank van Antwerp<strong>en</strong>. Het geslacht Van d<strong>en</strong><br />

Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> heeft in de 15e <strong>en</strong> 16e eeuw de vrijheid <strong>Weelde</strong> van schout<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>, terwijl vele<br />

led<strong>en</strong> van het geslacht Lemm<strong>en</strong>s in de 17e eeuw de functie van secretaris hebb<strong>en</strong> vervuld.<br />

Onder het ressort van de schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong> hoord<strong>en</strong> behalve het grondgebied van de vrijheid<br />

ook de dorp<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> Ravels. In de oorkonde van 1296 voor Jan de Bie is er sprake van de<br />

"<strong>en</strong>nige van <strong>Weelde</strong>". E<strong>en</strong> oorkonde van rond 1600 zegt over deze "<strong>en</strong>nige" het volg<strong>en</strong>de: "Secundo<br />

blijckt uytt<strong>en</strong> voors. brief dat 't voors. gemael is uytgegev<strong>en</strong> voor de geheele e<strong>en</strong>inghe van <strong>Weelde</strong>,<br />

dat is voor alle de dorp<strong>en</strong>, gehucht<strong>en</strong> oft plaets<strong>en</strong> die onder <strong>Weelde</strong> sijn vere<strong>en</strong>icht oft daeronder<br />

resorter<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> in regard van bancke, nam<strong>en</strong>telijck de Vrijheyt van Welde mette dorp<strong>en</strong> van<br />

Ravels <strong>en</strong> Poppel die van over honderd<strong>en</strong> jaer<strong>en</strong> altijt in e<strong>en</strong>e bancke, jurisdictie <strong>en</strong> justicie sijn<br />

vere<strong>en</strong>icht geweest".


En in de zog<strong>en</strong>aamde vrijheidskeure (Sabbe <strong>en</strong> Steurs) van 1307 zegt Hertog Jan II: "... Dat is dat<br />

voorta<strong>en</strong> gelijck van oud<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong> die van <strong>Weelde</strong>, soe wel die binn<strong>en</strong> der vrijheit woon<strong>en</strong> als inde<br />

gebeurte van Ravels <strong>en</strong>de Poppel, die gewoonlijk sijn tot <strong>Weelde</strong> te rade <strong>en</strong>de te recht te comm<strong>en</strong>".<br />

Poppel <strong>en</strong> Ravels hadd<strong>en</strong> nochtans e<strong>en</strong> volledig verschill<strong>en</strong>de verhouding teg<strong>en</strong>over de Weeldse<br />

schep<strong>en</strong>bank. Over Poppel had de schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong> volledige, lage <strong>en</strong> hoge jurisdictie <strong>en</strong> ze<br />

oef<strong>en</strong>de er de vrijwillige rechtspraak uit, maar Poppel had dan ook e<strong>en</strong> aandeel in de sam<strong>en</strong>stelling<br />

van de schep<strong>en</strong>bank: het leverde drie van de zev<strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong>. In Ravels daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong>, dat e<strong>en</strong><br />

heerlijkheid van de abdij van Tongerlo was, lag de lage jurisdictie (met de vrijwillige rechtspraak) in<br />

hand<strong>en</strong> van de grondheer, dus van de abt, <strong>en</strong> zijn laathof (in 1438 omgezet in e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>bank<br />

volg<strong>en</strong>s Antwerps recht, maar <strong>en</strong>kel met lage jurisdictie). Voor de hoge jurisdictie moest<strong>en</strong> de<br />

inwoners van Ravels zich w<strong>en</strong>d<strong>en</strong> tot de schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong>, die immers voorgezet<strong>en</strong> werd<br />

door e<strong>en</strong> schout, die de vorst verteg<strong>en</strong>woordigde. Poppel was dus veel nauwer dan Ravels met<br />

<strong>Weelde</strong> verbond<strong>en</strong>. Alhoewel het blijkbaar niet behoorde tot het grondgebied van de vrijheid, zal het<br />

praktisch wel dezelfde recht<strong>en</strong> als <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. De inwoners van Ravels daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong><br />

blev<strong>en</strong> horig<strong>en</strong> van de abt van Tongerlo. Immers, hier was de prelaat van Tongerlo grootgrondbezitter<br />

<strong>en</strong> daardoor kreeg hij vanzelfsprek<strong>en</strong>d e<strong>en</strong> groot aandeel in de jurisdictie. Daarnaast was het ev<strong>en</strong><br />

onduidelijk sinds wanneer Tongerlo betrekking<strong>en</strong> had met de noordelijke gr<strong>en</strong>sgebied<strong>en</strong>. Dr.Milo<br />

Koy<strong>en</strong> onderzocht dit probleem in e<strong>en</strong> grondige studie, die wij in haar grote lijn<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>.<br />

Reeds zeer vroeg had de abdij in onze gebied<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> bezitting<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>. In 1165 werd<strong>en</strong><br />

door de dek<strong>en</strong> Gerardus van het kapittel van St.-Servaas van Maastricht vier hoev<strong>en</strong> te Ravels <strong>en</strong> één<br />

hoeve op Eel aan de abdij overgedrag<strong>en</strong>. De abt ontving dus de investituur over de vijf hoev<strong>en</strong>. Zij<br />

vormd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> erfle<strong>en</strong>, waarvoor hij aan bepaalde voorwaard<strong>en</strong> moest voldo<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> opzichte van het<br />

kapittel van St.-Servaas. Wanneer Tongerlo in het bezit is gekom<strong>en</strong> van de vro<strong>en</strong>te <strong>en</strong> de<br />

grondheerlijkheid van Ravels staat niet vast. Er schijnt wel e<strong>en</strong> verandering gekom<strong>en</strong> te zijn op het<br />

einde van de derti<strong>en</strong>de eeuw, of het begin van de 14e eeuw. In 1298 nam Hertog Jan II van Brabant<br />

de bezitting<strong>en</strong> van de abdij onder zijn bescherming. Uit deze brief blijkt, dat de hertog al de goeder<strong>en</strong>,<br />

bezitting<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> der abdij onder zijn bescherming nam, alsook de lagere rechtspraak of<br />

jurisdictie die door de schep<strong>en</strong><strong>en</strong>, lat<strong>en</strong> <strong>en</strong> rechters in de allodiale goeder<strong>en</strong> van de abdij werd<strong>en</strong><br />

beoef<strong>en</strong>d. Mag m<strong>en</strong> uit dit charter besluit<strong>en</strong> dat de term<strong>en</strong> "super allodiis" <strong>en</strong> "super minoribus justiciis<br />

per mansionarios habitis" toepasselijk zijn op de grondheerlijke recht<strong>en</strong> van Tongerlo te Ravels-Eel?<br />

Waarschijnlijk wel, gezi<strong>en</strong> uit de aartbrief van <strong>Weelde</strong>-Poppel, die door Jan III op 23 juni 1331 werd<br />

gegev<strong>en</strong>, blijkt dat to<strong>en</strong>dertijd de aart <strong>en</strong> de vro<strong>en</strong>te van Ravels reeds aan de abdij toebehoord<strong>en</strong>.<br />

In deze aartbrief wordt vermeld, dat de hertog verkocht of in cijnsgoed uitgaf de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

wilderniss<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de aangeduide pal<strong>en</strong>, uitgezonderd de allodiale goeder<strong>en</strong> van Tongerlo.<br />

Wat bewijst dit? Volg<strong>en</strong>s de opvatting van de rechtsgeleerde die in 1752 de "Naerder<strong>en</strong> inscriptis"<br />

opstelde, kunn<strong>en</strong> de "bonis allodialibus de Tongerlo" niet de betek<strong>en</strong>is hebb<strong>en</strong> van <strong>en</strong>iger erv<strong>en</strong>,<br />

vermits de erv<strong>en</strong> nooit kunn<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> in <strong>en</strong>ige transport van vro<strong>en</strong>te <strong>en</strong> wilderniss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vermits die<br />

erv<strong>en</strong> nooit zijn uitgezonderd of uitg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> dusdanige aartbrief. Bijgevolg moet de term "bona<br />

allodialia" hier noodzakelijk verstaan word<strong>en</strong> in de zin van vro<strong>en</strong>te of wildernisse. En vermits de gr<strong>en</strong>s<br />

van Tongerlo's goeder<strong>en</strong>, tuss<strong>en</strong> de twee pal<strong>en</strong> van Mierdermeer <strong>en</strong> 't Gehulte (nu: Gelse Hoek)<br />

geleg<strong>en</strong>, zich ver noordwaarts uitstrekte als e<strong>en</strong> wig in de vro<strong>en</strong>te van <strong>Weelde</strong>-Poppel, moest in de<br />

aartbrief van <strong>Weelde</strong>-Poppel gezegd word<strong>en</strong>: "bonis allodialibus infra dictos palos jac<strong>en</strong>tibus exeptis".<br />

Dit moest de hertog trouw<strong>en</strong>s ook zegg<strong>en</strong>, omdat hij niet wilde <strong>en</strong> ook niet mocht beschikk<strong>en</strong> over de<br />

aart van Ravels, die toebehoorde aan de abdij. Indi<strong>en</strong> we nu de traditie in de abdij nagaan, kom<strong>en</strong> wij<br />

ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s tot de vaststelling, dat zij in het begin der veerti<strong>en</strong>de eeuw de vro<strong>en</strong>te bezat <strong>en</strong> grondheer<br />

was te Ravels. Jonker Joris Werner van Ranst stelde op 14 mei 1209 de paalsted<strong>en</strong> vast tuss<strong>en</strong><br />

Schoot-<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels. De proost van St.-Servaas was in de derti<strong>en</strong>de eeuw nog steeds<br />

grondheer van Ravels <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aar van de vro<strong>en</strong>te of de aart. De proost bezat dus nog steeds het<br />

g<strong>en</strong>erale dominium <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de jurisdictie.<br />

Hoever strekt<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van deze grondheerlijkheid zich uit?<br />

In de veerti<strong>en</strong>de eeuw war<strong>en</strong> er waarschijnlijk reeds moeilijkhed<strong>en</strong> gerez<strong>en</strong> in verband met de<br />

gr<strong>en</strong>sscheiding tuss<strong>en</strong> de vrijheid Turnhout <strong>en</strong> Ravels. Daarom zou Maria van Brabant, hertogin van<br />

Gelder <strong>en</strong> Zutph<strong>en</strong>, in 1367 de begr<strong>en</strong>zing tuss<strong>en</strong> Turnhout <strong>en</strong> Ravels vastlegg<strong>en</strong>. De paalscheiding<br />

strekte zich uit van de paal van mierdermeer tot op de Hontsberg, vandaar trok m<strong>en</strong> de lijn tot aan het<br />

Wit Keesv<strong>en</strong>ne, verder tuss<strong>en</strong> Wirics Dijck <strong>en</strong> Stapelvoort door naar het Grondeloze Meer. Van hieruit<br />

lijnde m<strong>en</strong> verder af tot bij Machiels hovele aan de Put, vandaar tot Hillek<strong>en</strong>s Putte, gehet<strong>en</strong> die


Zeik<strong>en</strong>bosch <strong>en</strong> van hieruit ging dan de gr<strong>en</strong>sscheiding verder tot aan het vertrekpunt van<br />

Mierdermeer.<br />

Welke war<strong>en</strong> de recht<strong>en</strong> van de abt van Tongerlo <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>?<br />

De recht<strong>en</strong> die de abt van Tongerlo in deze grondheerlijkheid g<strong>en</strong>oot, war<strong>en</strong> deze van e<strong>en</strong> grondheer,<br />

of zoals het in latere docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wordt uitgedrukt, bezat hij hier de fonciere jurisdictie. In 1420<br />

schreef Hertog Jan IV, dat voordi<strong>en</strong> reeds de abt van Tongerlo in de functie van grondheer van Ravels<br />

zijn recht<strong>en</strong> had <strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong>de door e<strong>en</strong> meier <strong>en</strong> lat<strong>en</strong> aan te stell<strong>en</strong>. Ravels was bijgevolg e<strong>en</strong><br />

laathof met lat<strong>en</strong>bank, die tot taak had de heerlijkheid <strong>en</strong> de recht<strong>en</strong> van de prelaat te bewar<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />

handhav<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die in naam van de prelaat het geding moest houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> boet<strong>en</strong> heff<strong>en</strong> tot drie<br />

schelling<strong>en</strong> toe. Deze toestand klimt waarschijnlijk op tot het begin van de veerti<strong>en</strong>de eeuw.<br />

De lat<strong>en</strong>bank had alle<strong>en</strong> maar jurisdictie voor hetge<strong>en</strong> de lagere rechtsspraak aanging: het laatrecht<br />

op erv<strong>en</strong> <strong>en</strong> onterv<strong>en</strong> van laatgoeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> cijnsgoeder<strong>en</strong>. Voor de andere gevall<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> de<br />

inwoners van Ravels te <strong>Weelde</strong> naar de bank, zoals Hertog Jan II in 1307 schreef. Omdat dus de<br />

meier <strong>en</strong> de lat<strong>en</strong>bank niet over voldo<strong>en</strong>de macht beschikt<strong>en</strong> om recht te lat<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>, zou de<br />

prelaat in 1420 stapp<strong>en</strong> aanw<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bij Hertog Jan IV van Brabant om te Ravels-Eel e<strong>en</strong> meier <strong>en</strong> 7<br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong> te mog<strong>en</strong> aanstell<strong>en</strong>. Dat werd hem toegestaan. De abt mocht als schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> meier<br />

nem<strong>en</strong> "die h<strong>en</strong> nutse <strong>en</strong> oirbelickste dunck<strong>en</strong> sel<strong>en</strong>" <strong>en</strong> hij mocht deze "hersett<strong>en</strong> alsoo dick<strong>en</strong> als<br />

hem g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> sal". Indi<strong>en</strong> er person<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, die zonder wettige red<strong>en</strong> het aangebod<strong>en</strong> ambt<br />

weigerd<strong>en</strong> te aanvaard<strong>en</strong>, zou de schout van Turnhout h<strong>en</strong> hiertoe moet<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong>. Maar ook de<br />

schep<strong>en</strong>bank was niet bevoegd om in alle zak<strong>en</strong> recht te sprek<strong>en</strong>, "daar zij voor alle zak<strong>en</strong> niet vroet<br />

zijn". Daarom zou de abt van Tongerlo e<strong>en</strong> verzoek richt<strong>en</strong> tot de schep<strong>en</strong>bank van Antwerp<strong>en</strong>, opdat<br />

die van Ravels zoud<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> naar Antwerp<strong>en</strong> als hun hoofdbank, daar zij elders ge<strong>en</strong> hoofd<br />

hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong> omdat de meier <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> dikwijls zware zak<strong>en</strong> te behandel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, waarvoor<br />

zij niet ervar<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oeg war<strong>en</strong>. De burgemeester <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> raadslied<strong>en</strong> van de stad<br />

Antwerp<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> dit verzoek dadelijk ingewilligd, <strong>en</strong> hun toestemming gegev<strong>en</strong> op 8 oktober 1438.<br />

Als grondheer van Ravels had de abt de lage jurisdictie. Dit wil zegg<strong>en</strong> dat hij o.m. rechter was in alle<br />

reële zak<strong>en</strong> met de meier <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong>. Onder deze reële zak<strong>en</strong> viel<strong>en</strong>: de grond aangaan, het<br />

oordel<strong>en</strong> over deze grond<strong>en</strong>, het behandel<strong>en</strong> van scheiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> deling<strong>en</strong> van erfgrond<strong>en</strong>,<br />

nalat<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Aangaande de hoge heerlijkheid van keur<strong>en</strong> <strong>en</strong> breuk<strong>en</strong>, lijf <strong>en</strong> let,<br />

vechtpartij<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. stond<strong>en</strong> de ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> van Ravels onder de bank van <strong>Weelde</strong>. De lage jurisdictie<br />

zou de abt steeds blijv<strong>en</strong> behoud<strong>en</strong>, omdat hij de grondheer was, de vrije warande <strong>en</strong> de vrijheid van<br />

houtschat bezat <strong>en</strong> in solidum al de cijnz<strong>en</strong> van Ravels had. Dit volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> attestatie van de<br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van Ravels van 27 januari 1559. Gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> korte tijdspanne g<strong>en</strong>oot de prelaat van<br />

Tongerlo ook de hoge <strong>en</strong> middele jurisdictie te Ravels-Eel, nl. van 1559 tot 1616. In 1558 bele<strong>en</strong>de de<br />

prelaat Arnoldus Streyters van de Hertog van Brabant, de eig<strong>en</strong>lijke rechthebber van de heerlijkheid<br />

van Ravels, de hoge <strong>en</strong> middele jurisdictie voor e<strong>en</strong> vol le<strong>en</strong>, met de vorsterije, bastaard<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong>,<br />

confiscatiën, remisiën, <strong>en</strong>z. met de houtschat <strong>en</strong> al hetge<strong>en</strong> de hertog competeerde te Ravels. Hij<br />

verkreeg dit le<strong>en</strong> voor de som van 441 guld<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> het le<strong>en</strong> later zou word<strong>en</strong> afgelost, zou de<br />

prelaat echter in het bezit blijv<strong>en</strong> van de lage jurisdictie, grond <strong>en</strong> bodem met de cijns<strong>en</strong>, de vrije<br />

warande, de vrijheid van houtschat, het behoud van keur<strong>en</strong> <strong>en</strong> breuk<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Ook zou hij steeds de<br />

meier <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> mog<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> aanstell<strong>en</strong> om recht te sprek<strong>en</strong>. In 1615 eindigde de hoge <strong>en</strong><br />

middele jurisdictie. Door de plaatselijke schep<strong>en</strong><strong>en</strong>, werd de prins van Oranje in 1616 voorlopig als<br />

heer van Ravels erk<strong>en</strong>d, met di<strong>en</strong> verstande dat de prelaat zijn recht<strong>en</strong> als grondheer zou blijv<strong>en</strong><br />

uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Er is aanvankelijk sprake van geweest om de hoge jurisdictie ook bij de bank van <strong>Weelde</strong> onder te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar op verzoek van de bank van Ravels zelfstandig. Daar echter de prelaat grondheer was,<br />

bleef hij het recht behoud<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> meier <strong>en</strong> zev<strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> aan te stell<strong>en</strong>. Door de<br />

gecommitteerd<strong>en</strong> van de prins werd dan voorgesteld dat deze zev<strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> voor hun beider<br />

belang<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>: in de reële zak<strong>en</strong> onder het gezag van de meier in naam van de prelaat<br />

<strong>en</strong> in personele zak<strong>en</strong> onder de schout van de prins. De regeling werd door de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> aanvaard.<br />

De zelfstandige bank van Ravels, indi<strong>en</strong> deze als zodanig bestaan heeft, heeft voorzeker niet lang<br />

geduurd, want <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> later stond zij voor wat de hoge <strong>en</strong> middele jurisdictie aanging onder de<br />

bank van <strong>Weelde</strong>. Dit blijkt uit e<strong>en</strong> paar briev<strong>en</strong> van Franciscus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>. In het jaar<br />

1619 schreef hij dat hij vreesde zijn secretarisschap te verliez<strong>en</strong> door de regeling die getroff<strong>en</strong> was


met de prins van Oranje. Hij verzocht zijn ambt toch te mog<strong>en</strong> voortzett<strong>en</strong> voor wat de<br />

grondheerlijkheid aanging. "Mijn werk is wel verminderd", getuigt hij, "omdat de hoge <strong>en</strong> middele<br />

jurisdictie onder <strong>Weelde</strong> zijn gesteld". De verdeeldheid tuss<strong>en</strong> de abdij <strong>en</strong> de bezitter der hoge <strong>en</strong><br />

middele jurisdictie, wat betreft het gezag, was meermal<strong>en</strong> oorzaak van wrijving<strong>en</strong> <strong>en</strong> misverstand<strong>en</strong>.<br />

Hierover bestaan verschill<strong>en</strong>de getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>. Het zou nog e<strong>en</strong> hele tijd dur<strong>en</strong> vooraleer de<br />

onderlinge rechtsverhouding<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> geregeld.<br />

De toek<strong>en</strong>ning van de heerlijkheid aan de prins van Oranje was slechts voorlopig. Prelaat Stalpaerts,<br />

bevreesd dat de bel<strong>en</strong>ing van Ravels in vreemde hand<strong>en</strong> zou overgaan verzocht om zulks te<br />

voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> om alle problem<strong>en</strong> te vermijd<strong>en</strong>, de Heer Philip Le Roy van Broechem de bel<strong>en</strong>ing te<br />

do<strong>en</strong>. Deze aanvaardde in 1626 <strong>en</strong> betaalde hiervoor aan de koning 2000 guld<strong>en</strong>, die de prelaat hem<br />

had gegev<strong>en</strong>. Aan deze overe<strong>en</strong>komst tuss<strong>en</strong> de prelaat <strong>en</strong> de heer Le Roy war<strong>en</strong> bepaalde<br />

voorwaard<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> Le Roy zou sterv<strong>en</strong> zonder wettige kinder<strong>en</strong> ofwel indi<strong>en</strong> zijn kinder<strong>en</strong><br />

niet war<strong>en</strong> "naer het contem<strong>en</strong>t van de prelaat", mocht de prelaat zelf e<strong>en</strong> opvolger aanduid<strong>en</strong> naar<br />

eig<strong>en</strong> believ<strong>en</strong>. De erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> van Le Roy mocht<strong>en</strong> hierteg<strong>en</strong> niet protester<strong>en</strong> op gevaar dat zij de<br />

2000 guld<strong>en</strong> prompt zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> teruggev<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> de heerlijkheid zou word<strong>en</strong> afgelost, zoud<strong>en</strong><br />

ook de p<strong>en</strong>ning<strong>en</strong> aan de abdij terugkom<strong>en</strong>.<br />

Die verdeeldheid van het gezag tuss<strong>en</strong> de abdij <strong>en</strong> de bezitter van de hoge <strong>en</strong> middele jurisdictie was<br />

meermal<strong>en</strong> oorzaak van wrijving<strong>en</strong> <strong>en</strong> misverstand<strong>en</strong>. Zo beklaagde de secretaris van Ravels zich<br />

erover dat de schout van Philips Le Roy zich bemoeide met de verkoop van veldvrucht<strong>en</strong>, wat<br />

recht<strong>en</strong>s toekwam aan de prelaat als grondheer, <strong>en</strong> die moest gedaan word<strong>en</strong> onder toezicht van de<br />

meier. Dan zijn er nog getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de person<strong>en</strong>, die verklar<strong>en</strong> dat de meier <strong>en</strong> de<br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van Ravels altijd gew<strong>en</strong>d war<strong>en</strong> in te staan voor de verkoop van rogschar<strong>en</strong>, met<br />

uitsluiting van de mann<strong>en</strong> van de Hoge Heer. Het op<strong>en</strong><strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verkoop, wat geschiedde door het<br />

aanstek<strong>en</strong> van de kaars, kwam ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s toe aan de meier. In 1652 getuigd<strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />

Ravels, dat Jan Buycx, schout van Jan De Knuyt, de meier van de prelaat teg<strong>en</strong>werkte in de<br />

uitoef<strong>en</strong>ing van zijn ambt, nl. in verband met het man<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> goed<strong>en</strong>is, in het aanstek<strong>en</strong> van de<br />

kaars bij e<strong>en</strong> verkoop van erfgrond<strong>en</strong> <strong>en</strong> in het voorlez<strong>en</strong> van het keurboek. Hij heeft o.a. ook<br />

verbod<strong>en</strong> rechtszitting te houd<strong>en</strong>. Het zou nog e<strong>en</strong> hele tijd dur<strong>en</strong> vooraleer de onderlinge<br />

rechtsverhouding<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geregeld.<br />

Het latere verloop<br />

<strong>To<strong>en</strong></strong> na de Vrede van Munster de Hoge Heerlijkheid van Ravels in het bezit kwam van Amalia van<br />

Solms, werd ernaar gestreefd goed af te lijn<strong>en</strong> welke bevoegdheid de beide partij<strong>en</strong> bezat<strong>en</strong>. Door de<br />

raad van de prins van Oranje werd gevraagd om schriftelijk aan te duid<strong>en</strong> welke recht<strong>en</strong> de meier van<br />

de prelaat toekwam<strong>en</strong>. Om hierop met k<strong>en</strong>nis van zak<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> antwoord<strong>en</strong>, werd e<strong>en</strong> beroep<br />

gedaan op het advies van rechtsgeleerd<strong>en</strong>. Advokaat Mallants van Turnhout gaf zijn advies op het<br />

volg<strong>en</strong>d "Quaerituur". "Welke zijn de recht<strong>en</strong> die aan elke<strong>en</strong> toekome in die dorp<strong>en</strong> waar de jurisdictie<br />

verdeeld is onder verscheid<strong>en</strong>e Her<strong>en</strong>?"<br />

In zijn antwoord van 5 september 1663 zei Mallants dat reeds in 1572 op e<strong>en</strong> soortgelijk quaerituur<br />

was geantwoord te Brussel. Hij betoogde dan dat de jurist<strong>en</strong> <strong>en</strong> de costumiers uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de<br />

oplossing<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> over de verdeling van de jurisdictie. Uit verschill<strong>en</strong>de auteurs besloot hij dat de<br />

gewoont<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> plaats moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevolgd, alsook de plaatselijke interpretatie van de<br />

gebruik<strong>en</strong>. Na de algem<strong>en</strong>e besluit<strong>en</strong> gaf Mallants zijn advies op de verschill<strong>en</strong>de punt<strong>en</strong> die hem<br />

war<strong>en</strong> voorgelegd <strong>en</strong> die waarschijnlijk betwist werd<strong>en</strong> door de twee partij<strong>en</strong>. Uit het oordeel van<br />

Mallants blijkt dat al hetge<strong>en</strong> de grond raakte toekwam aan de officier van de lage jurisdictie, op<br />

voorwaarde dat het niet gebeurde t<strong>en</strong> gevolge van e<strong>en</strong> gerechtelijke uitspraak of dat de reële zak<strong>en</strong><br />

niet verwant war<strong>en</strong> met personele, zoals bv. de belang<strong>en</strong> van wez<strong>en</strong>. Nog andere adviez<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

gevraagd, maar de antwoord<strong>en</strong> war<strong>en</strong> zeer vaag. Er moest klaarheid kom<strong>en</strong>. Zo ontstond dan<br />

eindelijk in 1669 e<strong>en</strong> onderling akkoord tuss<strong>en</strong> Amalia van Solms, douarière van Oranje <strong>en</strong> barones<br />

van Turnhout <strong>en</strong>erzijds, <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de prelaat Hroznata Crils van Tongerlo anderzijds. In e<strong>en</strong> eerste<br />

kapittel werd de staat van schout, meier, schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> sekretaris behandeld. De perman<strong>en</strong>te<br />

officier<strong>en</strong>: schout, meier <strong>en</strong> sekretaris behield<strong>en</strong> hun ambt. Na de dood van deze to<strong>en</strong> in funktie zijnde<br />

ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> de nieuwe officier<strong>en</strong> beurtelings b<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong> door de douarière <strong>en</strong> door de<br />

abt. De zev<strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> aangesteld word<strong>en</strong> door de beide partij<strong>en</strong>. De eerste maal zoud<strong>en</strong><br />

er vier door de douarière <strong>en</strong> drie door de prelaat word<strong>en</strong> aangesteld, het volg<strong>en</strong>d jaar vier door de abt


<strong>en</strong> drie door de douarière. En zo telk<strong>en</strong> jare opnieuw. De zev<strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> moest<strong>en</strong> de belang<strong>en</strong> van<br />

de beide partij<strong>en</strong> behartig<strong>en</strong>. Het ambt van vorster moest ook alternatim toegek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> door één<br />

van de twee partij<strong>en</strong>, met goedkeuring van de andere officier<strong>en</strong>. De aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> die viel<strong>en</strong><br />

onder de hoge <strong>en</strong> middele jurisdictie van hare hoogheid de douarière werd<strong>en</strong> in het tweede kapittel<br />

behandeld. Zij war<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gebracht in acht nummers, nl. verbeurdverklaring van goeder<strong>en</strong>, de zak<strong>en</strong><br />

"daar lijf <strong>en</strong> let" aan hing<strong>en</strong>, alle keur<strong>en</strong> <strong>en</strong> breuk<strong>en</strong> die de grond niet aanging<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. In het derde<br />

kapittel volgd<strong>en</strong> dan de punt<strong>en</strong> die afhing<strong>en</strong> van de grondjurisdictie van de prelaat <strong>en</strong> van zijn middele<br />

jurisdictie: nl. het erv<strong>en</strong> <strong>en</strong> onterv<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. T<strong>en</strong>slotte werd<strong>en</strong> nog <strong>en</strong>kele punt<strong>en</strong> vernoemd die door de<br />

beide partij<strong>en</strong> afgehandeld moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>: nl. het bewar<strong>en</strong> van de sleutels, <strong>en</strong>z.<br />

Behoorde <strong>Weelde</strong> onder Vlaander<strong>en</strong> of Brabant?<br />

In de 14e eeuw situeert zich e<strong>en</strong> onduidelijke episode in de geschied<strong>en</strong>is van <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong><br />

Ravels. Het is onduidelijk of <strong>Weelde</strong> in deze tijd behoorde onder Vlaander<strong>en</strong> of onder het Hertogdom<br />

Brabant. In de zgn. vrijheidskeure (Sabbe <strong>en</strong> Steurs) van 1307 lez<strong>en</strong> we, dat er vanuit <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong><br />

protest is gestuurd naar Jan II aangaande het feit dat zij hun last<strong>en</strong> te betal<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> aan de graaf<br />

van Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijgevolg zich niet verplicht voeld<strong>en</strong> aan Brabant op te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>: "...dat <strong>en</strong>de alsoo<br />

veel <strong>en</strong>de m<strong>en</strong>ichfuldige twist <strong>en</strong>de geschil is geweest tuss<strong>en</strong> onse goede lied<strong>en</strong> van Antwerp<strong>en</strong>, s'-<br />

Hertog<strong>en</strong>bossch, Turnhouth <strong>en</strong>de <strong>Weelde</strong>, door di<strong>en</strong> dat die van <strong>Weelde</strong> segg<strong>en</strong> wilde, dat sy huere<br />

Brabantsche schoud<strong>en</strong> nyet te geld<strong>en</strong> <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, maer ongelt a<strong>en</strong>d<strong>en</strong> grave van Vla<strong>en</strong>der<strong>en</strong><br />

behoord<strong>en</strong> te betal<strong>en</strong> ..."Bij dit verzoek hakte Jan II van Brabant de knoop door <strong>en</strong> bevestigde dat de<br />

inwoners van <strong>Weelde</strong>: "...sull<strong>en</strong> <strong>en</strong>de moet<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> onder d<strong>en</strong> hertoch als lantsheere. Ende oft het<br />

quaem datter crijge oft velt geseth wordd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Vla<strong>en</strong>der<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> voor d<strong>en</strong> lants heere sta<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>de d<strong>en</strong> standtdaert van Brabant volg<strong>en</strong>".<br />

Uit deze oorkonde kunn<strong>en</strong> we wel afleid<strong>en</strong>, dat de inwoners van <strong>Weelde</strong> zich op de e<strong>en</strong> of andere<br />

manier verbond<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong> met het graafschap Vlaander<strong>en</strong>, maar het is onduidelijk op welke manier zij<br />

verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. In de 14e eeuw vind<strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t dat op de relatie <strong>Weelde</strong>-Vlaander<strong>en</strong><br />

zinspeelt, tot in 1407 e<strong>en</strong> zeer belangrijke oorkonde opduikt. In deze oorkonde, die we de Ruilingsakte<br />

van 2 mei 1407 will<strong>en</strong> noem<strong>en</strong> <strong>en</strong> die wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage 4, ruilde Jan Zonder Vrees, graaf<br />

van Vlaander<strong>en</strong> D<strong>en</strong>dermonde teg<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> ressort met Antoon van Bourgondië, hertog van<br />

Brabant. De oorkonde is gedateerd 5 juli 1407. In deze oorkonde zegt Antoon van Bourgondië o.a. het<br />

volg<strong>en</strong>de: "...bij accoort van d<strong>en</strong> tweed<strong>en</strong> mey lestled<strong>en</strong>, bij mangelinge teg<strong>en</strong> Dermond<strong>en</strong> (te)<br />

hebb<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> de heerschappije van <strong>Weelde</strong> met sijne toebehoort<strong>en</strong> <strong>en</strong>de resort<strong>en</strong>, welke dus<br />

lange a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> graefschappe van Vla<strong>en</strong>der<strong>en</strong> heeft toebehoort". Deze ruilingsakte is zeer curieus.<br />

Pater H<strong>en</strong>ri Maes schreef hierover om uitleg aan Gregorius de Clerq, conservator van het<br />

stadsmuseum <strong>en</strong> bestuurslid van de oudheidkundige kring te D<strong>en</strong>dermonde. Hij antwoordde dat<br />

D<strong>en</strong>dermonde sinds de 11e eeuw altijd Vlaams was geweest <strong>en</strong> dat Jan Zonder Vrees er op 22 april<br />

1405 de eed aflegde als Heer van D<strong>en</strong>dermonde. Volg<strong>en</strong>s hem zou het onnatuurlijk zijn, dat e<strong>en</strong><br />

versterkte stad als D<strong>en</strong>dermonde ooit geruild zou geweest zijn voor <strong>en</strong>kele dorp<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

dat het wellicht gaat over landgoeder<strong>en</strong> in of rond D<strong>en</strong>dermonde. De docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van D<strong>en</strong>dermonde<br />

ging<strong>en</strong> t<strong>en</strong>iet in de brand van het stadhuis in september 1914, zodat daarover niets meer te vind<strong>en</strong> is.<br />

Maar in wat er voordi<strong>en</strong> gepubliceerd werd uit het archief, is er nerg<strong>en</strong>s spoor van e<strong>en</strong> ruiling meer te<br />

vind<strong>en</strong>.<br />

H<strong>en</strong>ri Maes ziet het aldus: "Na de dood van Jan III van Brabant in 1355, die opgevolgd werd door zijn<br />

dochter Joanna <strong>en</strong> W<strong>en</strong>ceslaus van Luxemburg ontket<strong>en</strong>de de graaf van Vlaander<strong>en</strong>, Lodewijk van<br />

Male, e<strong>en</strong> opvolgingsoorlog, waarin Brabant verslag<strong>en</strong> werd. Door de vrede van Aat (4 juni 1357)<br />

ging<strong>en</strong> de heerlijkheid Mechel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Stad Antwerp<strong>en</strong> met afhankelijkhed<strong>en</strong> over aan Vlaander<strong>en</strong>.<br />

Wellicht is <strong>Weelde</strong> mede overgegaan met Antwerp<strong>en</strong>. Slechts in het begin der 15e eeuw kon Brabant,<br />

onder de Bourgondiërs, opstaan uit zijn verval van na 1350. En in 1407 ontstond er dan e<strong>en</strong><br />

overe<strong>en</strong>komst tuss<strong>en</strong> de gebroeders (verdrag te Quesnois) waardoor Jan Zonder Vrees zijn recht<strong>en</strong><br />

op Brabant, Limburg <strong>en</strong> de stad Antwerp<strong>en</strong> afstond aan zijn broer Antoon. Wellicht houdt de ruiling<br />

van <strong>Weelde</strong> met D<strong>en</strong>dermonde daarmee verband. Ze valt immers voor in hetzelfde jaar <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

dezelfde Her<strong>en</strong>, die er beid<strong>en</strong> slechts baat kond<strong>en</strong> bij hebb<strong>en</strong> dat <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> D<strong>en</strong>dermonde elk tot<br />

hun natuurlijke landsheer behoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet tot het gebied van e<strong>en</strong> verafwon<strong>en</strong>de Heer. Aldus moet<br />

<strong>Weelde</strong>, steun<strong>en</strong>d op deze gegev<strong>en</strong>s, van 1357 tot 1407 van Vlaander<strong>en</strong> afgehang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>." Tot<br />

zover de visie van H<strong>en</strong>ri Maes.


Volg<strong>en</strong>s ons echter is dit alles zeer onwaarschijnlijk. De relatie Vlaander<strong>en</strong>-<strong>Weelde</strong> blijkt reeds uit de<br />

oorkonde van 1307, dus lang voor 1357. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Ravels g<strong>en</strong>oemd in<br />

de schout- <strong>en</strong> domeinrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van het land van Turnhout van het einde van de 14e eeuw <strong>en</strong> het<br />

begin van de 15e eeuw. Ook kan <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> zijn resort niet als onderle<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het land van<br />

Turnhout aan de graaf van Vlaander<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> zijn, want het staat vast, dat in de tweede helft van de<br />

14e eeuw de families de Bie <strong>en</strong> Bac heerlijke recht<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel, terwijl de abt van<br />

Tongerlo heer van Ravels was. Voorlopig kunn<strong>en</strong> we dus het probleem, dat door de oorkonde van 5<br />

juli 1407 wordt gesteld, niet oploss<strong>en</strong>. Misschi<strong>en</strong> zou e<strong>en</strong> nauwkeuriger onderzoek van de schout- <strong>en</strong><br />

domeinrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van het land van Turnhout ons wel e<strong>en</strong> verklaring kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> voor de uitlating<br />

van Antoon van Bourgondië dat <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> resort "lange a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> graefschappe van Vla<strong>en</strong>der<strong>en</strong> heeft<br />

toebehoort".<br />

Scheiding met Ravels <strong>en</strong> Poppel<br />

In de loop van de Nieuwe Tijd hebb<strong>en</strong> zowel Ravels als Poppel zich losgemaakt uit het resort van de<br />

schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong>. De verhouding van Ravels met Tongerlo <strong>en</strong> met de schep<strong>en</strong>bank van<br />

<strong>Weelde</strong> hebb<strong>en</strong> we hierbov<strong>en</strong> reeds uite<strong>en</strong>gezet, maar we will<strong>en</strong> ze hier voor de duidelijkheid nog<br />

ev<strong>en</strong> in het kort sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> de vorst in 1559 de abt van Tongerlo mits betaling ook met de<br />

hoge jurisdictie bele<strong>en</strong>de, werd Ravels voor de eerste keer volledig gescheid<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>. Doch<br />

to<strong>en</strong> in 1612 de prins van Oranje de heerlijkheid van het land van Turnhout kreeg, moest de abt hem<br />

de hoge jurisdictie afstaan. Bij de dood van de prins in 1618 kwam de hoge jurisdictie weer aan de<br />

Weeldse schep<strong>en</strong>bank, maar to<strong>en</strong> in 1630 het land van Turnhout opnieuw in le<strong>en</strong> werd gegev<strong>en</strong>, werd<br />

Ravels opnieuw volledig afgescheid<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> ditmaal definitief. In 1649 stond Filips IV,<br />

Koning Van Spanje, het grondgebied van Turnhout af aan Amalia van Solms, weduwe van Frederik<br />

H<strong>en</strong>drik, prins van Oranje. Zij was dus "vrouwe van Turnhout" <strong>en</strong> mete<strong>en</strong> van al de onderhorige<br />

dorp<strong>en</strong>, o.a. <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Ravels.<br />

Op 29 oktober 1649 gaf Amalia van Solms de vrijheid <strong>Weelde</strong> gedeeltelijk aan Jan de Knuyt, sam<strong>en</strong><br />

met Ravels. Poppel bleef echter haar bezit. <strong>Nu</strong> is het duidelijk, dat in deze omstandighed<strong>en</strong> Poppel<br />

hierin het doorslaande argum<strong>en</strong>t vond om e<strong>en</strong> aparte schep<strong>en</strong>bank op te eis<strong>en</strong>. De ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />

Poppel begonn<strong>en</strong> bij hun meesteres aan te dring<strong>en</strong> <strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> verscheid<strong>en</strong>e argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> naar<br />

vor<strong>en</strong>. Het meest bezwar<strong>en</strong>de argum<strong>en</strong>t betrof de nalatigheid van de secretaris. Immers, de<br />

voormalige secretaris, Mr.Lemm<strong>en</strong>s, had de gewoonte om de veerti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> of elke week naar<br />

Poppel te kom<strong>en</strong>, om daar alles in orde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>: rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, akt<strong>en</strong> ,verkop<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. De opvolger<br />

van deze secretaris kwam echter niet meer over, zodat de ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> van Poppel voortdur<strong>en</strong>d naar<br />

<strong>Weelde</strong> moest<strong>en</strong> gaan om alles te regel<strong>en</strong>. Daarbij, Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> droeg<strong>en</strong> toch twee<br />

afzonderlijke nam<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> hun respektieve parochiekerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> Heilige-Geesttafels, hun schep<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

(<strong>Weelde</strong> 4, Poppel 3), hun burgemeester <strong>en</strong> vorsters. Zij werd<strong>en</strong> ook afzonderlijk belast.<br />

De gem<strong>en</strong>e schep<strong>en</strong>bank kon gescheid<strong>en</strong> word<strong>en</strong> zoals het ook te Merksplas <strong>en</strong> Ravels was<br />

gebeurd. De <strong>en</strong>e dingbank kon moeilijk blijv<strong>en</strong> voortbestaan voor twee dorp<strong>en</strong>, staande onder<br />

verschill<strong>en</strong>de her<strong>en</strong>. De moeilijkhed<strong>en</strong> van de "gem<strong>en</strong>e aard<strong>en</strong>" <strong>en</strong> de gem<strong>en</strong>e vrijhed<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

beletsel om de wettelijke macht te splits<strong>en</strong>. Dit war<strong>en</strong> de vele argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die de Poppelaars<br />

indi<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. De prinses van Oranje willigde hun verzoek in <strong>en</strong> op 3 september 1652 werd de scheiding<br />

voltrokk<strong>en</strong>. Doch, met de secretaris aan het hoofd protesteerde <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> aanstonds stuurd<strong>en</strong> de<br />

burgemeester <strong>en</strong> "Eedslui" afgevaardigd<strong>en</strong> naar de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van Poppel om daar te protester<strong>en</strong>.<br />

Nadat Poppel nogmaals bij de prinses was gaan aanklopp<strong>en</strong> w<strong>en</strong>dde <strong>Weelde</strong> zich tot Brussel, waar<br />

m<strong>en</strong> betoogde, dat de prinses het recht niet had e<strong>en</strong> bank te verdel<strong>en</strong>, vermits dit e<strong>en</strong> daad van<br />

soevereiniteit was. Daarop werd de scheiding voorlopig opgeschort. De prinses <strong>en</strong> de onwillige<br />

Poppelaars zoud<strong>en</strong> gedaagd word<strong>en</strong> voor de "Cancelier <strong>en</strong> die Luyd<strong>en</strong>" van de Raad van Brabant,<br />

indi<strong>en</strong> ze onwillig blev<strong>en</strong>.<br />

Op 15 januari 1653 vroeg de prinses "aggreatie <strong>en</strong> separatie" van de Raad van Brabant, "separatie bij<br />

haer geda<strong>en</strong>, d<strong>en</strong> 3 september 1652". Op advies van de souvereine hove "is die a<strong>en</strong>vraeg<br />

gecommuniceerd op 1 februari 1653 a<strong>en</strong> die Regeerders <strong>en</strong> gemeyne ingeset<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>".<br />

Daarteg<strong>en</strong> protesteerde <strong>Weelde</strong> echter opnieuw, tot de zaak voor het Le<strong>en</strong>hof kwam. De prinses<br />

trachtte nog het proces te vermijd<strong>en</strong>, maar slaagde er niet in. Zij me<strong>en</strong>de dat de Raad van Brabant<br />

alle<strong>en</strong> het recht toekwam zich uit te sprek<strong>en</strong> <strong>en</strong> stuurde e<strong>en</strong> nota naar <strong>Weelde</strong>. Maar in <strong>Weelde</strong><br />

antwoordde m<strong>en</strong> weer met dezelfde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Poppel bezat ge<strong>en</strong> "appaerte regeerders, appaerte


taxes <strong>en</strong> appaerte vorster" <strong>en</strong> was <strong>en</strong>kel "pro commoditate", <strong>en</strong> er was ge<strong>en</strong> verschil tuss<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong><br />

de andere gehucht<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>. Op die manier bleef m<strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> proceder<strong>en</strong> tot in 1655 op 18<br />

februari het vonnis werd geveld. Poppel mocht de toegestane schep<strong>en</strong>bank behoud<strong>en</strong>, want <strong>Weelde</strong><br />

had niet bewez<strong>en</strong> dat het e<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>d recht bezat over Poppel, <strong>en</strong> noch koning, noch burgerij zoud<strong>en</strong><br />

door de scheiding gestoord word<strong>en</strong>, zo min als vroeger door de scheiding van Ravels.<br />

Verder verloop<br />

Nadat <strong>Weelde</strong> in 1347 (volg<strong>en</strong>s Grammaye in 1479) was overgegaan van het kwartier van Oisterwijk<br />

naar dat van Turnhout, gebeurde het wellicht soms dat de Turnhouters me<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zich te mog<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in de aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>. Daarom bevestigde Filips de Schone, vader van Keizer<br />

Karel, in 1504 het recht de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> zich tot hun eig<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>bank te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die di<strong>en</strong>st deed<br />

als dingbank onder voorzitterschap van de schout. Gramaye schrijft immers: "Van e<strong>en</strong> andere Hertog,<br />

ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s Philippus g<strong>en</strong>oemd, kreeg het dorp in 1504 het verbod dat niemand van de inwoners voor<br />

de rechter of de warandemeester van Turnhout, of voor de stadhouder van Brabant mocht gedaagd<br />

word<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> hij verkoos bij de schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong> terecht te staan".<br />

De lev<strong>en</strong>somstandighed<strong>en</strong> in de 16e <strong>en</strong> 17e eeuw verslechterd<strong>en</strong> door het aanhoud<strong>en</strong>d oorlogvoer<strong>en</strong><br />

van verschill<strong>en</strong>de grootmacht<strong>en</strong>. In 1542 was Maart<strong>en</strong> van Rossum in onze gewest<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>gevall<strong>en</strong>.<br />

Na Hilvar<strong>en</strong>beek te hebb<strong>en</strong> ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, vertrok hij naar Baarle <strong>en</strong> verwoestte verder het kasteel van<br />

Hoogstrat<strong>en</strong>. Het gespuis der grote sted<strong>en</strong>, aangemoedigd door het verbond der Edel<strong>en</strong> in 1566, liep<br />

in de dorp<strong>en</strong> rond om te rov<strong>en</strong>. Het bracht grote schade toe aan de inwoners <strong>en</strong> de eredi<strong>en</strong>st leed er<br />

erg onder, daar de plaatselijke priesters meestal gevlucht war<strong>en</strong>. In deze woelige tijd werd<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

<strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> vermoord in 1573. Grammaye schrijft: "Niet minder war<strong>en</strong> zij (de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong>) altijd<br />

bereid de arm<strong>en</strong> <strong>en</strong> de godsdi<strong>en</strong>st te help<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verdedig<strong>en</strong>, zelfs met verlies van bezit <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>.<br />

Want het is bek<strong>en</strong>d dat t<strong>en</strong> jare 1573 Bartholomeus Verhoev<strong>en</strong>, schout, Johannes Mathijs van Eersel,<br />

secretaris met 13 andere gestorv<strong>en</strong> zijn." Van 1572 tot de val van Antwerp<strong>en</strong> onder Alexander<br />

Farnese (1585) <strong>en</strong> ook later tot Albrecht <strong>en</strong> Isabella was het e<strong>en</strong> gedurig he<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer geloop van<br />

plunderzieke soldat<strong>en</strong> uit alle land<strong>en</strong>: eerst die van Willem de Zwijger, dan de Frans<strong>en</strong> onder bevel<br />

van de graaf de Bossu <strong>en</strong> dan de Spanjaard<strong>en</strong>. Dat bracht de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> alhier in nijp<strong>en</strong>de armoede,<br />

want altijd moest<strong>en</strong> zij voorzi<strong>en</strong> in het onderhoud van de troep<strong>en</strong>. Ook de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong> moest<br />

dikwijls bijdrag<strong>en</strong> in de onkost<strong>en</strong> <strong>en</strong> ontelbare mal<strong>en</strong> werd er tot ongeveer 1800 toe, geld gele<strong>en</strong>d van<br />

de inwoners van <strong>Weelde</strong>, omdat het geme<strong>en</strong>tebestuur volledig aan de grond zat. Bij de inval der<br />

Geuz<strong>en</strong> in 1575 vertrokk<strong>en</strong> vele inwoners, <strong>en</strong> de streek werd fel ontvolkt. Grammaye schrijft: "In<br />

<strong>Weelde</strong> stond<strong>en</strong> zeer veel huiz<strong>en</strong>, maar met de oorlog is ongeveer de helft vernield, vooral sinds de<br />

brandstichting <strong>en</strong> de plundering t<strong>en</strong> jare 1590 door de soldat<strong>en</strong> van Berg<strong>en</strong>-Op-Zoom begaan".<br />

<strong>Weelde</strong> was eig<strong>en</strong>lijk toch uitgegroeid tot e<strong>en</strong> welvar<strong>en</strong>de vrijheid, vooral door de vlasteelt <strong>en</strong> de<br />

bloei<strong>en</strong>de weverij<strong>en</strong>. Tot zelfs op de markt van Brugge ging<strong>en</strong> zij hun war<strong>en</strong> verhandel<strong>en</strong>. Zoals<br />

hierbov<strong>en</strong> is vermeld, werd in 1590 de helft van de vrijheid <strong>Weelde</strong> verbrand <strong>en</strong> geplunderd door de<br />

"milites Berg<strong>en</strong>ses", met aan hun hoofd Adriaan van Berg<strong>en</strong>, die door e<strong>en</strong> krijgslist Breda innam. Het<br />

bewind van Albrecht <strong>en</strong> Isabella wees op betere tijd<strong>en</strong>, hoewel het begin van hun regering werd<br />

gek<strong>en</strong>merkt door erge troebel<strong>en</strong>. Maurits van Nassau <strong>en</strong> Frederik van Oranje wild<strong>en</strong> nog steeds het<br />

zuid<strong>en</strong> herover<strong>en</strong>. In 1602 <strong>en</strong> 1603 veroorzaakt<strong>en</strong> huurtroep<strong>en</strong> van Albrecht e<strong>en</strong> erge muiterij,<br />

plunderd<strong>en</strong> de Kemp<strong>en</strong> <strong>en</strong> slot<strong>en</strong> zich aan bij de Prins van Oranje. Daarna trad er kalmte in, vooral<br />

sinds 1625, to<strong>en</strong> de kastel<strong>en</strong> van Turnhout <strong>en</strong> Hoogstrat<strong>en</strong> neutraal werd<strong>en</strong> verklaard, <strong>en</strong> het<br />

krijgsvolk bijgevolg grot<strong>en</strong>deels uit onze streek verdwe<strong>en</strong>. In 1609 was er e<strong>en</strong> proces tuss<strong>en</strong> de<br />

ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van de vrijheid <strong>Weelde</strong>. De ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bij de kanselier e<strong>en</strong><br />

verzoekschrift in <strong>en</strong> kloeg<strong>en</strong> over het te hoge salaris van de schep<strong>en</strong><strong>en</strong>. In verband hiermee vroeg<strong>en</strong><br />

ze om e<strong>en</strong> reglem<strong>en</strong>t.<br />

Afschaffing van toll<strong>en</strong> <strong>en</strong> last<strong>en</strong> in 1515<br />

In de 16e eeuw ontstond er ontevred<strong>en</strong>heid omtr<strong>en</strong>t de op te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> toll<strong>en</strong>, belasting<strong>en</strong> <strong>en</strong> ongeld<strong>en</strong>.<br />

Ti<strong>en</strong><strong>en</strong>, Oisterwijk, Rode, Oosterhout, Os, Avesnes, <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> verzocht<strong>en</strong> om afschaffing van alle<br />

last<strong>en</strong>. Op 5 juli 1515 kwam het antwoord vanuit Brugge. Hierin ging m<strong>en</strong> in op de vraag van deze<br />

"ingeset<strong>en</strong><strong>en</strong> van d<strong>en</strong> geseyd<strong>en</strong> Sted<strong>en</strong>, vrijhed<strong>en</strong> ..." <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de schikking<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong>:


1. Vrijstelling van alle toll<strong>en</strong> <strong>en</strong> last<strong>en</strong> in Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> Brabant, zowel op het water als op het land:<br />

"...dat sy lied<strong>en</strong> vry b<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van all<strong>en</strong> thol, commer <strong>en</strong> opzet of lastinge, soo voor haer goet als waer,<br />

cattel oft coopmanscappe in het landt van Vla<strong>en</strong>der<strong>en</strong>, soo wel als in Brabant te stroom <strong>en</strong>de te<br />

lande".<br />

2. Vrije toegang tot de markt<strong>en</strong>, zonder de toegangs- of verkopingsgeld<strong>en</strong> te betal<strong>en</strong>: "Item dat sy<br />

lied<strong>en</strong> in vrij merckt<strong>en</strong> geleyde hebb<strong>en</strong> gedurich <strong>en</strong>de mog<strong>en</strong> voor des lants schuld<strong>en</strong> niet<br />

opgehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ..."<br />

3. Recht op e<strong>en</strong> "vrybank": "Item dat sy lied<strong>en</strong> vrybank <strong>en</strong>de slaet hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong>de natie in onse Stede<br />

<strong>en</strong>de moet<strong>en</strong> naer costuym <strong>en</strong>de Stadtrechte gewes<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ..."<br />

Deze verord<strong>en</strong>ing werd gemaakt in 1515 te Brugge, doch niet onmiddellijk verle<strong>en</strong>d. Ze versche<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> vidimus van de kastelein, meier <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van Avesnes <strong>en</strong> werd verle<strong>en</strong>d op 20 juni 1618.<br />

Toelating voor het plant<strong>en</strong> van bom<strong>en</strong> in 1453<br />

Op 22 oktober 1453 geeft Filips de Goede de toelating om bom<strong>en</strong> te plant<strong>en</strong> in de vro<strong>en</strong>te <strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong>: "...goede luyd<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong> d<strong>en</strong> pal<strong>en</strong> van hunne vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong>de gemeynt<strong>en</strong> geset<strong>en</strong>,<br />

binne heure vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong>de gemeynt<strong>en</strong> tach<strong>en</strong>tig voet<strong>en</strong> verre ter selver gemeynte wert inne sal<br />

mog<strong>en</strong> sett<strong>en</strong> <strong>en</strong>de pot<strong>en</strong> alderhande boom<strong>en</strong>, eyck<strong>en</strong> <strong>en</strong>de andere, <strong>en</strong>de die aldaer houd<strong>en</strong> sta<strong>en</strong>de<br />

<strong>en</strong>de wass<strong>en</strong>de aff houw<strong>en</strong>, vertimmer<strong>en</strong>, breeck<strong>en</strong>, vercoop<strong>en</strong> ofte andersints inne sijn<strong>en</strong> oirboir<br />

bested<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de andere wederom sett<strong>en</strong> <strong>en</strong>de pot<strong>en</strong>, alsoo dicwils <strong>en</strong>de m<strong>en</strong>ich werv<strong>en</strong> als 't hun dat<br />

sal gelieve <strong>en</strong>de goed dunck<strong>en</strong>..." (Bijlage 5). Dit is opnieuw e<strong>en</strong> maatregel, in verband met de<br />

gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> <strong>en</strong> het gebruik ervan.<br />

Het gasthuis van <strong>Weelde</strong> (1490)<br />

In 1490 werd het gast- of vreemdeling<strong>en</strong>huis van <strong>Weelde</strong> bisschoppelijk goedgekeurd, aldus<br />

Gramaye. Wij bezitt<strong>en</strong> echter ge<strong>en</strong> akt<strong>en</strong> die ons verder inlicht<strong>en</strong> over de stichting in de 15e eeuw.<br />

Later, in de 17e eeuw zijn er wel belangrijke feit<strong>en</strong> te noter<strong>en</strong>. In het testam<strong>en</strong>t van Jacob Huybrechts<br />

Keteleers van juni 1668 staat e<strong>en</strong> belangrijke gift vermeld tot stichting van het gasthuis. Wij<br />

vermoed<strong>en</strong> dat het vroegere gasthuis ofwel niet meer bestond, ofwel bij gebrek aan onderhoud zijn<br />

belang had verlor<strong>en</strong>. Toch sche<strong>en</strong> niet iedere<strong>en</strong> in te stemm<strong>en</strong> met deze beslissing, vermits wij ook<br />

e<strong>en</strong> aantal protest<strong>en</strong> lez<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het sticht<strong>en</strong> van het hospitaal. Doch het gasthuis werd gesticht <strong>en</strong><br />

het bleef bestaan tot op het einde van de 18e eeuw. De rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> lop<strong>en</strong> tot 1784 <strong>en</strong> in de toponomie<br />

treff<strong>en</strong> wij nog spor<strong>en</strong> aan van deze stichting (zie onder het hoofdstuk Plaatsnam<strong>en</strong>).<br />

Herstel van de markt<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> in 1612<br />

In e<strong>en</strong> brief gericht tot de aartshertog<strong>en</strong> Albrecht <strong>en</strong> Isabella, gav<strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> hun w<strong>en</strong>s te<br />

k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> de markt<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> te herstell<strong>en</strong>. Het was immers e<strong>en</strong> der noodzakelijke bronn<strong>en</strong> voor<br />

het lev<strong>en</strong>sonderhoud voor de bevolking. Zoals Gramaye verhaalt, bestond<strong>en</strong> er tijd<strong>en</strong>s de Hertog<strong>en</strong><br />

van Brabant, twee jaarmarkt<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vrijdagse weekmarkt. Doch, t<strong>en</strong> gevolge van de troebel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

verwoesting<strong>en</strong> war<strong>en</strong> deze teloor gegaan. In e<strong>en</strong> akte vermeld<strong>en</strong> Albrecht <strong>en</strong> Isabella ook de<br />

aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van hun geschiedschrijver <strong>en</strong> legd<strong>en</strong> zij er de nadruk op, dat zij volgaarne volded<strong>en</strong><br />

aan de w<strong>en</strong>s van het geme<strong>en</strong>tebestuur. Aldus werd de vrijdagse markt terug in ere hersteld <strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

de twee jaarmarkt<strong>en</strong> hernieuwd, namelijk één op de eerste dinsdag van april <strong>en</strong> één op de dinsdag<br />

voor St.-Michielsdag. Iedere<strong>en</strong> mocht er kop<strong>en</strong> of verkop<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s werd aan vreemde kooplui de<br />

toelating verle<strong>en</strong>d om bij elke jaarmarkt 6 dag<strong>en</strong> vrij in <strong>Weelde</strong> te vertoev<strong>en</strong> <strong>en</strong> met het recht op<br />

onaantastbaarheid. Om ev<strong>en</strong>tuele misbruik<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong> werd bepaald dat voortvluchtig<strong>en</strong> van<br />

deze voorrecht<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gebruik mocht<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> om gebeurlijk asiel te krijg<strong>en</strong>. Met dat doel ook moest<br />

de officiële akte van Albrecht <strong>en</strong> Isabella bij elke markt afgelez<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. In 1757 werd e<strong>en</strong> afschrift<br />

gemaakt van het dokum<strong>en</strong>t <strong>en</strong> hierop staan de data vermeld sam<strong>en</strong> met de nam<strong>en</strong> van de aflezers.<br />

Hieruit blijkt dat de voster hiermede belast was, <strong>en</strong>, bij ontst<strong>en</strong>t<strong>en</strong>is daarvan, e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong> (Bijlage 6).<br />

Het vondrecht van Turnhout (1559)


Tijd<strong>en</strong>s Jan II van Brabant, omstreeks 1300, werd te Turnhout e<strong>en</strong> hospitaal opgericht voor arme<br />

"passant<strong>en</strong>" of reizigers, bedelaars <strong>en</strong> leeglopers. Zij voorzag<strong>en</strong> in hun onderhoud door de verkoop<br />

van verlor<strong>en</strong> dier<strong>en</strong>, die binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> omtrek van 3 uur werd<strong>en</strong> opgevang<strong>en</strong>. Deze begiftiging stamt van<br />

Jan II uit het jaar 1311. In de 17e eeuw werd het e<strong>en</strong> geestelijk gasthuis. Het vondrecht werd<br />

verpacht. Gezi<strong>en</strong> de vele misbruik<strong>en</strong> werd in 1559 op 2 april de verpachting opnieuw gepubliceerd,<br />

waarvan wij voor <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> afschrift bezitt<strong>en</strong>. Hierin wordt bepaald dat alle verlor<strong>en</strong> of dwal<strong>en</strong>de<br />

dier<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> opgevang<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> drie dag<strong>en</strong> bij de schutter of voster in e<strong>en</strong> "schot" moest<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> opgeslot<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> na drie dag<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong>aar zich niet had aangemeld, werd<strong>en</strong> de dier<strong>en</strong><br />

eig<strong>en</strong>dom van het gasthuis van Turnhout. Dit beschikkingsrecht gold voor drie mijl<strong>en</strong> in de omtrek.<br />

Wanneer de eig<strong>en</strong>aar binn<strong>en</strong> de voorzi<strong>en</strong>e tijd kwam opdag<strong>en</strong>, was hij verplicht de kost<strong>en</strong> van<br />

schutting <strong>en</strong> voeder te betal<strong>en</strong>. Wellicht duurde deze bepaling verder tot in de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw, bij<br />

de overgang naar het geestelijk gasthuis. Op 19 mei 1625 werd het vondrecht opnieuw voor 6 guld<strong>en</strong><br />

verpacht aan <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Ravels.<br />

Verkoop van heide t<strong>en</strong> voordele van de afgebrande kerk van Poppel<br />

Het herstel van de orde ging nog voort tot het midd<strong>en</strong> van de 17e eeuw. De bevolking kwam er stilaan<br />

bov<strong>en</strong>op <strong>en</strong> de zak<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> weer goed. Het geboortecijfer steeg: in 1610 war<strong>en</strong> er dertig doopakt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> in 1665 twee meer. Intuss<strong>en</strong> brandde rond 1624 de kerk van Poppel gedeeltelijk uit. De<br />

schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong> vroeg dan toelating aan Filips IV om te Poppel grond te verkop<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

voordele van de kerk. Deze gaf toelating om 60 bunder vro<strong>en</strong>te te verkop<strong>en</strong>. In de akte ervan wordt er<br />

ook gewag gemaakt van de troebel<strong>en</strong>, de pest <strong>en</strong> plundering<strong>en</strong>: "...Is ons verthoont <strong>en</strong>de te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />

gegev<strong>en</strong>, hoe dat sy hun grootelijckx vind<strong>en</strong> beswaert met verscheyde schuld<strong>en</strong>, a<strong>en</strong> diversche<br />

crediteur<strong>en</strong> die sij hebb<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> maeck<strong>en</strong> alnoch op interest loop<strong>en</strong>de duer<strong>en</strong>de dese troubel<strong>en</strong><br />

door sware last<strong>en</strong>, uyt teringh<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de bescheedicheijdt van tocht<strong>en</strong> ruytter<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de knecht<strong>en</strong> te<br />

peerde, <strong>en</strong>de te voet, daer toe sij suppliant<strong>en</strong>, in d<strong>en</strong> jaere 1624 hebb<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> leijd<strong>en</strong> d<strong>en</strong> brandt in<br />

d<strong>en</strong> thoor<strong>en</strong> van hunne parochie kercke door d<strong>en</strong> blixem daer inne ghevall<strong>en</strong> die daer ..."<br />

J.B.Grammaye beschreef Ravels, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel in 1610<br />

In het werk "Antiquitates Antverpia" beschrijft J.B.Grammaye heel wat dorp<strong>en</strong> uit het oude Hertogdom<br />

Brabant waaronder ook Ravels, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel. Het is niet de bedoeling hier e<strong>en</strong> oordeel over de<br />

waarde van het werk van J.B.Grammaye uit te sprek<strong>en</strong>, doch wel adviser<strong>en</strong> wij de lezer ervan de<br />

bronn<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>tearchiev<strong>en</strong> van Ravels, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel zelf te raadpleg<strong>en</strong>, alvor<strong>en</strong>s van<br />

deze tekst voor eig<strong>en</strong> studie gebruik te mak<strong>en</strong>.<br />

"E<strong>en</strong> drietal dorp<strong>en</strong> zal ik in één <strong>en</strong>kele verhandeling sam<strong>en</strong>voeg<strong>en</strong>, omdat zij één zijn in gerechts- <strong>en</strong><br />

bestuurszak<strong>en</strong>. Ravelshof, zoals m<strong>en</strong> in de oude tijd zegde, nu met weglating van de uitgang gewoon<br />

Ravels, hing af voor geestelijke zak<strong>en</strong> van de abdij van Tongerlo bij gift van de bisschop <strong>en</strong> met<br />

bijvergunning van de koning; ook voor wereldlijke zak<strong>en</strong> (ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>) sinds de band van haar ver<strong>en</strong>iging<br />

(met de andere dorp<strong>en</strong>) verbrok<strong>en</strong> werd; reeds in het jaar 1559 had die scheiding plaats. Poppel, dat<br />

meer aan de oude gewoont<strong>en</strong> gehecht was bleef nog afhang<strong>en</strong> van de schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong><br />

stond geestelijk onder Tongerlo. <strong>Weelde</strong> kreeg e<strong>en</strong> zielzorger (pastoor) van de abt van Averbode, die<br />

de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ontving, die eertijds geind werd<strong>en</strong> door Margaretha, vrouw van de plaats, door Arnoldus<br />

Ste<strong>en</strong>cop, haar vader, door H<strong>en</strong>ricus Werthus<strong>en</strong>, zijn zoon in het jaar 1260, de laatste bezitter, <strong>en</strong><br />

door hun voorouders die de kerk hadd<strong>en</strong> toegewijd aan de Aarts<strong>en</strong>gel Michael, omdat zij geboortig<br />

war<strong>en</strong> van Brussel, waar m<strong>en</strong> dezelfde patroon had. <strong>Weelde</strong> ontving zijn eerste vrijheidsbrief van<br />

Hertog Jan, to<strong>en</strong> het aantal Baronn<strong>en</strong> <strong>en</strong> Vrijhed<strong>en</strong> die op de Raad moest<strong>en</strong> aangezocht word<strong>en</strong>,<br />

reeds bepaald was. Daarom is het dat m<strong>en</strong> deze Vrijheid (<strong>Weelde</strong>) de beslissing<strong>en</strong> niet met de andere<br />

ziet tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> goedkeur<strong>en</strong>. Dezelfde Hertog, t<strong>en</strong> jare 1296, stelde zijn mann<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, Poppel<br />

<strong>en</strong> Ravels, om red<strong>en</strong> van de brug van Rovert, vrij van alle last <strong>en</strong> herstelling aan de wall<strong>en</strong> van de<br />

stad 's-Hertog<strong>en</strong>bosch. Van 's-Hertog<strong>en</strong>bosch zegt hij: zij hing<strong>en</strong> af <strong>en</strong> wel van het kwartier, zoals m<strong>en</strong><br />

zegt, van Oisterwijk. En eindelijk in het jaar 1479 werd bevol<strong>en</strong> aan de schout van Oisterwijk in het<br />

vervolg ge<strong>en</strong> karwei<strong>en</strong> meer op te legg<strong>en</strong> aan die van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel (Ravels bleek to<strong>en</strong> reeds<br />

gescheid<strong>en</strong>), omdat die met de Turnhouters bij het distrikt Antwerp<strong>en</strong> gevoegd zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Door de plaatselijke weverij<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beschaafdheid van de inwoners war<strong>en</strong> deze dorp<strong>en</strong> (<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong><br />

Poppel) eertijds zeer beroemd. In het <strong>en</strong>e (Poppel) werd opgemerkt e<strong>en</strong> hoeve bij naam <strong>en</strong> in<br />

werkelijkheid Hooghuis, geboortehuis <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>dom van Dokter Bartholomeus Wijtfliet, zeer beroemd


g<strong>en</strong>eesheer. Door brand werd het dorp echter erg gehav<strong>en</strong>d. Deze brand wordt nog vermeld door de<br />

getalletters van het volg<strong>en</strong>de manke vers, dat ik in e<strong>en</strong> oud misboek las: "Poppel is uit de brand, 't<br />

kruis valt in dit land". In het andere (<strong>Weelde</strong>) bewonderde m<strong>en</strong> twee versterkte kastel<strong>en</strong>, geleg<strong>en</strong><br />

achter de kerk <strong>en</strong> toebehor<strong>en</strong>d aan de twee broers Werix <strong>en</strong> Gerardus. De dubbele gracht bestaat<br />

nog <strong>en</strong> ouderling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de grondvest<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> opgrav<strong>en</strong>, maar zij werd<strong>en</strong> verwoest met verlies van<br />

bijna alle voorrecht<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> de partijtwist<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de Hoeks<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Kabeljauw<strong>en</strong> zich ook bij de<br />

Brabanders begonn<strong>en</strong> uit te breid<strong>en</strong>. Door sch<strong>en</strong>king van Hertog Philippus had <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> Vrijdagse<br />

markt <strong>en</strong> tweemaal sjaars e<strong>en</strong> jaarmarkt die door de slechte tijd<strong>en</strong> t<strong>en</strong>iet zijn gegaan. In het jaar 1449<br />

werd bevestigd het bezit van gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> (heid<strong>en</strong>) die door Hertog Jan III eertijds aan de<br />

geme<strong>en</strong>te war<strong>en</strong> toegek<strong>en</strong>d, in het jaar 1331. Sinds het jaar 1350 bezat het dorp het voorrecht bom<strong>en</strong><br />

te mog<strong>en</strong> plant<strong>en</strong> op 80 voet afstand rond e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>dom. Van e<strong>en</strong> andere Hertog, ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s Philippus<br />

g<strong>en</strong>oemd, kreg<strong>en</strong> de inwoners in 1504 het verbod om voor de rechter of de warandemeester van<br />

Turnhout of voor de stadhouder van Brabant te verschijn<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> zij verkoz<strong>en</strong> bij de schep<strong>en</strong>bank<br />

van de geme<strong>en</strong>te terecht te staan.<br />

Van Maximiliaan bekwam m<strong>en</strong> de goedkeuring van twee schuttersgild<strong>en</strong>, tot wier lof gezegd moet<br />

word<strong>en</strong>, dat zij altijd, zelfs in de woeligste tijd<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan de processie van het H.-<br />

Sacram<strong>en</strong>t. De verering onder andere van Antonius, Catharina <strong>en</strong> Barbara was beroemd, <strong>en</strong> het is<br />

schoon dat zij gewoon war<strong>en</strong> de pastoor als hoofdman te nem<strong>en</strong>, om de godsvrucht te vermeerder<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> dat zij als sieraad, witte roed<strong>en</strong> in hun rechterhand droeg<strong>en</strong> alsof zij zich wild<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> als<br />

di<strong>en</strong>aars van de heilig<strong>en</strong>. Deze gilde werd gesticht door E.H.Walter Stouts, eertijds pastoor te <strong>Weelde</strong>.<br />

Het dorp bezat ook nog e<strong>en</strong> gasthuis waar de vreemdeling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderkom<strong>en</strong> vond<strong>en</strong>. Het werd<br />

bisschoppelijk goedgekeurd t<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> 1490. Behalve de H.Geesttafel door Joannes Cornelius t<strong>en</strong><br />

voordele van de arm<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> voldo<strong>en</strong>de begiftigd, was er nog de kapel van de H.Joannes.<br />

Merkwaardig aan deze instelling was dat de daar di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>de priester op e<strong>en</strong>der welke dag de<br />

di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> mocht verricht<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat, zo hij in gebreke bleef, hij het bedrag van het b<strong>en</strong>eficie verloor <strong>en</strong><br />

dat de schep<strong>en</strong><strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> zij in de di<strong>en</strong>st afwezig war<strong>en</strong> beboet werd<strong>en</strong>. De stichting was van de Heer<br />

H<strong>en</strong>ricus Swan<strong>en</strong>, kapelaan van Heer Joannes van Lommel, <strong>en</strong> van de raad der geme<strong>en</strong>te. M<strong>en</strong><br />

bewaarde ook te <strong>Weelde</strong> het aand<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van Godeschalk <strong>en</strong> Bartholomeus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>,<br />

de eerste proost van het kapittel te Diest, de andere rector van het gesticht Bruntruit, twee zeer<br />

geleerde mann<strong>en</strong>, die studiebeurz<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gesticht. M<strong>en</strong> heeft er ook nog de studiebeurz<strong>en</strong> gesticht<br />

door Joannes van Lumm<strong>en</strong>, eerst pastoor alhier, <strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> archidiak<strong>en</strong> te Fam<strong>en</strong>ne, in het bisdom<br />

Luik, t<strong>en</strong> voordele van zijn familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> de inwoners van het dorp. Deze beurz<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gesticht<br />

voor studies in het opvoedingsgesticht "Het Vark<strong>en</strong>" <strong>en</strong> het huis Standonk te Leuv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in dezelfde<br />

stad in het Begijnhof t<strong>en</strong> behoeve van ti<strong>en</strong> jonge meisjes. T<strong>en</strong> jare 1529 werd<strong>en</strong> deze zeer hoog<br />

geschat. War<strong>en</strong> de inboorling<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> altijd beoef<strong>en</strong>aars van de wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> altijd g<strong>en</strong>eigd<br />

hun zon<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> studer<strong>en</strong>, niet minder war<strong>en</strong> zij altijd bereid de arm<strong>en</strong> <strong>en</strong> de godsdi<strong>en</strong>st te help<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> te verdedig<strong>en</strong>, zelfs met verlies van bezit <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>, want het is bek<strong>en</strong>d dat t<strong>en</strong> jare 1573<br />

Bartholomeus Verhoev<strong>en</strong>, Schout, Joannes Mathijss<strong>en</strong> van Eersel, secretaris, met 13 ander<strong>en</strong> voor<br />

het geloof zijn gestorv<strong>en</strong>. In <strong>Weelde</strong> stond<strong>en</strong> zeer veel huiz<strong>en</strong>, maar tijd<strong>en</strong>s de oorlog werd ongeveer<br />

de helft vernield, vooral sinds de brandstichting <strong>en</strong> de plundering t<strong>en</strong> jare 1590 door de soldat<strong>en</strong> van<br />

Berg<strong>en</strong>-Op-Zoom begaan. Dat de fundam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de kerktor<strong>en</strong> t<strong>en</strong> jare 1529 gelegd werd<strong>en</strong>,<br />

hebb<strong>en</strong> lied<strong>en</strong> die nu in 1609 nog lev<strong>en</strong>, gezi<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> zijn 94, ander<strong>en</strong> 104 jar<strong>en</strong> <strong>en</strong> nog ouder.<br />

Dit moet niet verwonder<strong>en</strong>, want de ligging van het dorp <strong>en</strong> de oprichting van de woning<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

uiterst gunstig".<br />

De dorpshuishouding<br />

<strong>Weelde</strong> is naar alle waarschijnlijkheid ontstaan uit het domein van e<strong>en</strong> of andere Karolingische<br />

grootgrondbezitter (rond 800). In de tijd van de klassieke feodaliteit (die in economisch opzicht die van<br />

de domaniale autarkie is), was zo'n villa of domein als e<strong>en</strong> curtis of hof (in technische zin)<br />

georganiseerd. K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> hoforganisatie was de tweedeling tuss<strong>en</strong> het vroonhof van de<br />

heer <strong>en</strong> de t<strong>en</strong>ures van de horig<strong>en</strong>. Het vroonhof was de hoeve van de grootgrondbezitter met het<br />

daarbij behor<strong>en</strong>d land. Naast het vroonhof omvatte e<strong>en</strong> villa ook nog de boer<strong>en</strong>bedrijv<strong>en</strong> van de<br />

horig<strong>en</strong>, mansus of t<strong>en</strong>ures g<strong>en</strong>oemd. De horig<strong>en</strong>, van e<strong>en</strong> heer afhankelijke <strong>en</strong> aan de grond<br />

gebond<strong>en</strong> boer<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> afstammeling<strong>en</strong> ofwel van de slav<strong>en</strong> uit de Romeinse tijd die o.i.v. het<br />

christ<strong>en</strong>dom vrijgelat<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> mansus in cijnspacht hadd<strong>en</strong> toegewez<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>, ofwel van<br />

vrije boer<strong>en</strong> (Frank<strong>en</strong>) die, om in de onveilige tijd<strong>en</strong> van de invall<strong>en</strong> van de German<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de<br />

Noormann<strong>en</strong> bescherming van e<strong>en</strong> grootgrondbezitter te g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>, hem hun hoeve hadd<strong>en</strong> afgestaan,<br />

maar als mansus in cijnspacht hadd<strong>en</strong> teruggekreg<strong>en</strong>. De grootgrondbezitter was teg<strong>en</strong>over zijn


horig<strong>en</strong> behalve tot bescherming, ook tot het voorschiet<strong>en</strong> van kapitaal <strong>en</strong> levering van zaaigraan<br />

verplicht. Behalve tot het betal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> cijns, war<strong>en</strong> de horig<strong>en</strong> van hun kant ook gehoud<strong>en</strong> tot<br />

diverse andere verplichting<strong>en</strong>, o.a. het verricht<strong>en</strong> van hand- <strong>en</strong> spandi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> op het vroonhof.<br />

De ontginning<strong>en</strong> van de 11e tot de 13e eeuw hadd<strong>en</strong> echter e<strong>en</strong> emancipatie uit de horigheid tot<br />

gevolg in die zin dat de horig<strong>en</strong> vrijgesteld werd<strong>en</strong> van allerlei verplichting<strong>en</strong> vnl. van de hand- <strong>en</strong><br />

spandi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. De grootgrondbezitters of grondher<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> daarom in deze tijd dikwijls het vroonhof in<br />

cijnspacht uit <strong>en</strong> verkocht<strong>en</strong> of verpachtt<strong>en</strong> de woeste grond<strong>en</strong> als vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan de dorp<strong>en</strong>. Door dit<br />

alles was de horigheid in feite veranderd in e<strong>en</strong> erfpacht, terwijl anderzijds de her<strong>en</strong> opgehoud<strong>en</strong><br />

hadd<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> te exploiter<strong>en</strong>, om van de r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te lev<strong>en</strong>, die hun heerlijkheid hun opbracht. Het is<br />

deze situatie die we, voor wat <strong>Weelde</strong> aangaat, aantreff<strong>en</strong> in de tot ons gekom<strong>en</strong> cijnsboek<strong>en</strong>,<br />

waarvan de oudste uit 1340 dateert. Het gaat hier om e<strong>en</strong> cijnsrol van hertogelijke domein<strong>en</strong> uit de<br />

streek rond Turnhout. De grondheerlijkheid van <strong>Weelde</strong> was immers in hand<strong>en</strong> van de hertog van<br />

Brabant. De cijnsrol van 1340 is e<strong>en</strong> lijst van t<strong>en</strong>urehouders met vermelding van de cijns die zij<br />

jaarlijks op de eerste zondag na Sint-Maart<strong>en</strong> (11 november) moest<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>. Achter de nam<strong>en</strong> met<br />

de bedrag<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> we speldeprikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> kruisjes, waardoor aangeduid werd dat de betreff<strong>en</strong>de<br />

t<strong>en</strong>urehouder zijn pacht voldaan had. Aan het aantal prikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> kruisjes achter elke naam kan m<strong>en</strong><br />

merk<strong>en</strong> dat het cijnsboek 27 jaar di<strong>en</strong>st gedaan heeft, dus van 1341 tot 1367. Inderdaad is er in 1368<br />

e<strong>en</strong> nieuw cijnsboek gemaakt. Ondertuss<strong>en</strong> was echter het Land van Turnhout gevormd. Het<br />

cijnsboek van 1368 betreft dan ook de hertogelijke domein<strong>en</strong> van deze heerlijkheid, o.a. Poppel <strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong> (Ravels was e<strong>en</strong> domein van Tongerlo <strong>en</strong> komt dus voor in de cijnsboek<strong>en</strong> van deze abdij).<br />

Voor het Land van Turnhout zijn er zo nog e<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tal cijnsboek<strong>en</strong> voor 1600. Terwijl de cijnsrol van<br />

1340 slechts nam<strong>en</strong> van t<strong>en</strong>urehouders geeft, vind<strong>en</strong> we in de cijnsboek<strong>en</strong> vanaf 1368 ook nam<strong>en</strong><br />

van hoev<strong>en</strong> <strong>en</strong> akkers.<br />

De cijnsrol van 1340 is door Dr.Fr.Verbiest integraal uitgegev<strong>en</strong>. Uit de cijnsboek<strong>en</strong> zijn door Kanunnik<br />

Jans<strong>en</strong> uittreksels gepubliceerd, in die zin dat het cijnsboek van 1417 volledig is uitgegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit de<br />

andere is gepubliceerd wat nieuw is t.o.v. dat van 1417. E<strong>en</strong> nauwgezette studie van alle bewaarde<br />

cijnsboek<strong>en</strong> (ook van de niet gepubliceerde) met behulp van de toponymie, de g<strong>en</strong>ealogie, de<br />

metrologie <strong>en</strong> de historische cartografie <strong>en</strong> geografie maakt het misschi<strong>en</strong> mogelijk t<strong>en</strong>ures te<br />

id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> <strong>en</strong> na te gaan welke families er gewoond hebb<strong>en</strong>. Rond het hoofddorp <strong>en</strong> de gehucht<strong>en</strong><br />

lag<strong>en</strong> de woeste grond<strong>en</strong>, de heid<strong>en</strong>, die geme<strong>en</strong>schappelijk bezit van Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> war<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

die gebruikt werd<strong>en</strong> om vee <strong>en</strong> schap<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> weid<strong>en</strong> <strong>en</strong> om heideplagg<strong>en</strong> <strong>en</strong> turf te stek<strong>en</strong>. De 3<br />

solidi die volg<strong>en</strong>s de verkoopakte jaarlijks voor de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> betaald moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> we in de<br />

cijnsboek<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> in 1417 terug <strong>en</strong> wel onder nieuwe cijnz<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>. De akkers werd<strong>en</strong> in<br />

<strong>Weelde</strong> in de late Middeleeuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de Nieuwe Tijd waarschijnlijk bebouwd volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> of andere<br />

vorm van het drieslagstelsel. M<strong>en</strong> teelde vooral rogge, daarnaast boekweit <strong>en</strong> sinds het begin van de<br />

Nieuwe Tijd ook veevoeders. Sinds de 17e eeuw is de aardappel, die in vergelijking met het<br />

roggebrood meer voedsel maar van e<strong>en</strong> mindere kwaliteit bezorgde aan de bevolking, in onze strek<strong>en</strong><br />

bek<strong>en</strong>d geword<strong>en</strong>. De veestapel di<strong>en</strong>de voor de mestproduktie <strong>en</strong> stond dus in functie van de<br />

landbouw. Van de hoeveelheid mest hing af of m<strong>en</strong> de braak kon uitschakel<strong>en</strong>. Vermoedelijk<br />

verdwe<strong>en</strong> de braak bij het begin van de Moderne Tijd. Bij het einde van het Anci<strong>en</strong> Régime was<br />

alleszins ge<strong>en</strong> braak meer opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de bedrijfsstelsels die in de Noordantwerpse Kemp<strong>en</strong><br />

gehanteerd werd<strong>en</strong>.<br />

De ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op het einde van de 18e eeuw (1772)<br />

De ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> leefd<strong>en</strong> nog steeds voort in de 18e eeuw, <strong>en</strong> bij verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> werd er steeds rek<strong>en</strong>ing<br />

mede gehoud<strong>en</strong>. Zelfs in de laatste dec<strong>en</strong>nia van deze eeuw werd<strong>en</strong> er bij de verkoop van de<br />

uitgestrekte braakland<strong>en</strong> speciale maatregel<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> voor ti<strong>en</strong>deplichtige stukk<strong>en</strong>. In de 13e <strong>en</strong><br />

14e eeuw werd<strong>en</strong> zij ingewonn<strong>en</strong> door de Her<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>. In de 14e eeuw stond de familie De Bie<br />

ze af aan Tongerlo. Deze hebb<strong>en</strong> zeer lang de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong> gehad. Op 18 augustus 1755 werd<br />

door Maria-Theresia aan de kerkmeesters <strong>en</strong> Heilige-Geestmeesters de machtiging verle<strong>en</strong>d om de<br />

cijns<strong>en</strong>, pacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op te hal<strong>en</strong>. In 1772 ontstond<strong>en</strong> er moeilijkhed<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t het opnem<strong>en</strong><br />

van nieuwe ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Gezi<strong>en</strong> de verord<strong>en</strong>ing van 1772 van Maria-Theresia tot het ontginn<strong>en</strong> van<br />

braakgrond<strong>en</strong> moest er rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met twee belangrijke feit<strong>en</strong>. Eerst <strong>en</strong> vooral<br />

moest<strong>en</strong> er schikking<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> word<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de grond<strong>en</strong> die ti<strong>en</strong>deplichtig war<strong>en</strong> <strong>en</strong> nu verkocht<br />

werd<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tweede stelde zich het probleem wat er moest gedaan word<strong>en</strong> met grond<strong>en</strong> die<br />

voortkwam<strong>en</strong> uit gerooide kant<strong>en</strong> <strong>en</strong> "gevulde gracht<strong>en</strong>", <strong>en</strong> die behoord<strong>en</strong> bij reeds ontgonn<strong>en</strong><br />

ti<strong>en</strong>deplichtige stukk<strong>en</strong>. Hierover werd het advies gevraagd van advokat<strong>en</strong>. Op 10 oktober 1772


versche<strong>en</strong> de uitslag van het onderzoek. De bevoegd<strong>en</strong> terzake maakt<strong>en</strong> uit dat inderdaad ook deze<br />

"nieuwe erv<strong>en</strong>" ti<strong>en</strong>deplichtig war<strong>en</strong> <strong>en</strong> onder dezelfde voorwaard<strong>en</strong> viel<strong>en</strong> als de bijhor<strong>en</strong>de "oude<br />

erv<strong>en</strong>".<br />

Aanvang der ontginning van braakland (1772)<br />

Als wij de kaart van Ferraris (1777) ev<strong>en</strong> overschouw<strong>en</strong> dan blijkt hoe uitgestrekt de braakligg<strong>en</strong>de<br />

grond<strong>en</strong> in onze geme<strong>en</strong>te to<strong>en</strong> nog war<strong>en</strong>. Rond het c<strong>en</strong>trum <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> vijftal gehucht<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

reeds <strong>en</strong>kele blokk<strong>en</strong> zaai- <strong>en</strong> weideland aangelegd, terwijl langs de Aa e<strong>en</strong> strook beemd<strong>en</strong> lag<strong>en</strong>.<br />

Verder lag alles nog als eig<strong>en</strong>dom van de geme<strong>en</strong>te braak. Wij hebb<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> hoe die verlor<strong>en</strong><br />

gebied<strong>en</strong> het voorwerp werd<strong>en</strong> van twist<strong>en</strong>, gevolg van de onbekommerde bestur<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> echter<br />

voelde m<strong>en</strong> de nood naar verdere ontginning. De bevolking groeide gestadig aan <strong>en</strong> er di<strong>en</strong>de<br />

expansie gezocht op de vrij geword<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong>. Doch, het was pas to<strong>en</strong> de overheid zelf opmerkte hoe<br />

voordelig de ontginning zou zijn, dat m<strong>en</strong> door middel van e<strong>en</strong> nieuwe wet het werk zou bespoedig<strong>en</strong>.<br />

Aldus versche<strong>en</strong> op 25 juni 1772 e<strong>en</strong> "Ordonnantie" van Maria-Theresia, die voor de Kemp<strong>en</strong> het<br />

probleem regelde. Zij maakte gewag van e<strong>en</strong> verslag van de "Staet<strong>en</strong> van Brabant" dat luidde: "De<br />

Staet<strong>en</strong> van onse Provincie van Brabant ons hebb<strong>en</strong>de vertooght dat sich soude bevind<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de<br />

selve Provincie, <strong>en</strong>de naem<strong>en</strong>tlijck in de Kemp<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>e merckelijcke quantiteyt van heyd<strong>en</strong>,<br />

gemeynt<strong>en</strong>s <strong>en</strong>de andere inculte grond<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de dat het a<strong>en</strong> 't goedt van de gemeyne saecke<br />

oneyndelijck a<strong>en</strong>geleg<strong>en</strong> is die te do<strong>en</strong> opbrek<strong>en</strong>, vergunn<strong>en</strong>de t<strong>en</strong> di<strong>en</strong> eynde sekere vrydomm<strong>en</strong><br />

aan die de welcke daer van de opbrekinge soud<strong>en</strong> will<strong>en</strong> ondernem<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de hun gemackelijck<br />

maeck<strong>en</strong>de d<strong>en</strong> middel om die te vercryg<strong>en</strong>." Sindsdi<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> begonn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groot<br />

gedeelte geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong> te ontginn<strong>en</strong>. Wij kunn<strong>en</strong> er thans de mooie d<strong>en</strong>n<strong>en</strong>boss<strong>en</strong> bewonder<strong>en</strong><br />

die er sindsdi<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d zijn geplant, vooral op het Ge<strong>en</strong>einde tot aan <strong>Weelde</strong>-Statie.<br />

De gem<strong>en</strong>e waterlop<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verplichting<strong>en</strong> der bevolking<br />

Sommige waterlop<strong>en</strong> war<strong>en</strong> "geme<strong>en</strong>" <strong>en</strong> stond<strong>en</strong> onder toezicht van het geme<strong>en</strong>tebestuur. Dit feit,<br />

dat nu nog bestaat, wortelt reeds in e<strong>en</strong> oude traditie. In oude docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voorschrift<strong>en</strong> voor<br />

die inderdaad de overheid belast<strong>en</strong> met het onderhoud van de waterlop<strong>en</strong> <strong>en</strong> die verbod<strong>en</strong> in<br />

bepaalde rivier<strong>en</strong> (o.a. de Aa) het vlas te rot<strong>en</strong>. Daarvoor bestond<strong>en</strong> er vlaskuil<strong>en</strong> (bv. de Vlasroot).<br />

Speciale v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> kuil<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong> voor de kweek van vis (bv. de Savoor, de Visv<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong>z). Karakteristiek voor de Kemp<strong>en</strong> is het m<strong>en</strong>igvuldig voorkom<strong>en</strong> van "echelputt<strong>en</strong>". Het zijn kuil<strong>en</strong>,<br />

waarin de typische bloedzuigertjes werd<strong>en</strong> gekweekt, (te <strong>Weelde</strong> in de Echelkolk). De landbouw<br />

vereiste e<strong>en</strong> goede afvloeiing van het water <strong>en</strong> ook daarvoor werd<strong>en</strong> voorschrift<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>. De<br />

landbouwers moest<strong>en</strong> de "gem<strong>en</strong>e" waterlop<strong>en</strong> reinig<strong>en</strong>, ieder voor het deel dat langs zijn<br />

grondgebied vloeide. Het geme<strong>en</strong>tebestuur ging op inspektie uit. E<strong>en</strong> uitvoerig verslag van dergelijke<br />

inspektietocht vind<strong>en</strong> wij in e<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t van 30 februari 1717. Hierin word<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal van de nu<br />

nog bestaande waterlop<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Aa vermeld. Daarbij staan de eig<strong>en</strong>aars der randgrond<strong>en</strong> vermeld<br />

met de bepaling of zij hun plicht<strong>en</strong> vervuld hadd<strong>en</strong> of niet. Op 24 juli 1801 geschiedde e<strong>en</strong><br />

"schouwing" met dezelfde doeleind<strong>en</strong>.<br />

Jozef II (1780-1790)<br />

De laatste jar<strong>en</strong> van het Oost<strong>en</strong>rijks bestuur, vooral onder Keizer-koster Jozef II (1780-1790),<br />

verliep<strong>en</strong> eerder woelig. De patriott<strong>en</strong>partij, die zijn willekeur bestreed, was sterk in de Kemp<strong>en</strong>. De<br />

kapelaan van de St.-Janskapel Stahl, trok mee op als aalmoez<strong>en</strong>ier. In 1777 was er e<strong>en</strong> proces i.v.m.<br />

de baakster. Te Hoogstrat<strong>en</strong> werd op 24 oktober 1789 het manifest van het Brabantse volk<br />

afgekondigd <strong>en</strong> het patriott<strong>en</strong>leger, hoewel slechts bestaande uit b<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ongeoef<strong>en</strong>de soldat<strong>en</strong>,<br />

verdreef voor e<strong>en</strong> tijdje de Oost<strong>en</strong>rijkers door de Slag van Turnhout in 1789.<br />

Hervorming<strong>en</strong> <strong>en</strong> dwingelandij der Frans<strong>en</strong><br />

De Frans<strong>en</strong> voerd<strong>en</strong> allerlei hervorming<strong>en</strong> in: zij gav<strong>en</strong> opnieuw geld uit, de Nederlandse taal werd<br />

onderdrukt, zij perst<strong>en</strong> kloosters <strong>en</strong> kerk<strong>en</strong> uit, legd<strong>en</strong> nieuwe belasting<strong>en</strong> op, bracht<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuwe<br />

tijdrek<strong>en</strong>ing in voege, <strong>en</strong>z. Daarnaast werd<strong>en</strong> ook grote administratieve verandering<strong>en</strong> ingevoerd. Het<br />

land werd ingedeeld in departem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: Turnhout behoorde tot het Départem<strong>en</strong>t des deux Nèthes <strong>en</strong><br />

werd zelf e<strong>en</strong> arrondissem<strong>en</strong>t. Het bevatte Ar<strong>en</strong>donk, Baarle-Hertog, Beerse, Boom, Gierle, Lille,<br />

Merksplas, Poppel, Ravels, Rumst, Stabroek, Turnhout, Vlimmer<strong>en</strong>, Vorselaar, Wechelderzande,


<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Wilmarsdonk. Het war<strong>en</strong> in 't algeme<strong>en</strong> de dorp<strong>en</strong> die vroeger deel uitmaakt<strong>en</strong> van 't land<br />

van Turnhout.<br />

Boer<strong>en</strong>krijg in 1798<br />

In oktober 1798 werd de wet afgekondigd over de loting voor de jongeling<strong>en</strong> van 20 tot 25 jaar.<br />

Sam<strong>en</strong> met de vele andere hatelijkhed<strong>en</strong> van de Frans<strong>en</strong>, veroorzaakte dit misnoegdheid in de<br />

Kemp<strong>en</strong>. De kerk had het bv. reeds zwaar moet<strong>en</strong> ontgeld<strong>en</strong>. De wett<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet nageleefd <strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong> besloot tot e<strong>en</strong> gewap<strong>en</strong>de opstand. Doch de plann<strong>en</strong> lekt<strong>en</strong> uit <strong>en</strong> het stadsbestuur van<br />

Turnhout kon de opstand teg<strong>en</strong>houd<strong>en</strong> tot half oktober. Op 21 oktober brak de opstand uit te<br />

Turnhout. Enkele dag<strong>en</strong> later kwam het leger der boer<strong>en</strong> <strong>en</strong> patriott<strong>en</strong> naar Turnhout. Pieter Corbeels,<br />

Meulemans <strong>en</strong> Van Dijck stond<strong>en</strong> aan het hoofd. Weldra moest<strong>en</strong> ze echter terugtrekk<strong>en</strong> naar<br />

Her<strong>en</strong>tals. "Voor Outer <strong>en</strong> Heerd" klonk het, maar de vrijheid kon niet heroverd word<strong>en</strong>.<br />

De vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong><br />

Poppel was nog op e<strong>en</strong> andere manier met <strong>Weelde</strong> verbond<strong>en</strong>, nl. door het bezit van dezelfde<br />

vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong>. Deze band is nog na 1655 blijv<strong>en</strong> bestaan. In 1331 verkocht de<br />

grondheer, hertog Jan III, aan <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel de woeste grond<strong>en</strong>, tuss<strong>en</strong> de pal<strong>en</strong> van het<br />

Geheul, Berschot (thans niet meer gek<strong>en</strong>d toponiem; Berschot zou op de gr<strong>en</strong>slijn van het Geheul <strong>en</strong><br />

T<strong>en</strong> Dijcke moet<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> zijn), T<strong>en</strong> Dijcke ("inter Baarle et Welde"), Ervisfort (op Ste<strong>en</strong>voort?),<br />

Rovert, Tuldel <strong>en</strong> Mierdermeer. Hiervan word<strong>en</strong> uitgezonderd de grond<strong>en</strong> die behor<strong>en</strong> tot de<br />

heerlijkheid Ravels-Eel, maar nochtans t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van de lijn Mierdermeer-Geheul ligg<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong><br />

<strong>en</strong> Poppel ligg<strong>en</strong> temidd<strong>en</strong> van hun gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> die bestaan uit onontgonn<strong>en</strong> heidegebied<strong>en</strong>. De<br />

verkoopprijs bedroeg 10 Doornikse pond<strong>en</strong>, vermeerderd met e<strong>en</strong> jaarlijkse cijns van 3 solidi. Deze<br />

cijns moest betaald word<strong>en</strong> op de zondag na Sint-Maart<strong>en</strong>, zoals de andere cijnz<strong>en</strong>. De oorkonde van<br />

1331 schijnt de woeste grond<strong>en</strong> uit te gev<strong>en</strong> aan de dorp<strong>en</strong>, maar het zou wel kunn<strong>en</strong> dat ze slechts<br />

e<strong>en</strong> bestaande praktijk van gebruik van de woeste grond<strong>en</strong> door de dorp<strong>en</strong> bevestigde. De oorkonde<br />

van 1331 nem<strong>en</strong> we op in bijlage 7. Herhaalde mal<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> opnieuw afgebak<strong>en</strong>d.<br />

Hierover zijn vele docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het Weeldse archief bewaard, o.a. nog e<strong>en</strong> afbak<strong>en</strong>ing der vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

uit 1404.<br />

Zowel uit Poppel als uit <strong>Weelde</strong> moest<strong>en</strong> twee geschikte mann<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te<br />

beher<strong>en</strong>. Waarschijnlijk word<strong>en</strong> hiermee de gezwor<strong>en</strong><strong>en</strong> bedoeld, die sam<strong>en</strong> met de burgemeester,<br />

die de dorpskas beheerde, <strong>en</strong> met kerk- <strong>en</strong> H.-Geestmeesters het dorpsbestuur vormd<strong>en</strong>. Het<br />

dorpsbestuur maakte keur<strong>en</strong>, verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> "t<strong>en</strong>der<strong>en</strong>de tot de welvaert, rust <strong>en</strong>de vrede" in het dorp<br />

<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de het gebruik van de gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong>. Zo bezitt<strong>en</strong> we nog de "Ordonnanti<strong>en</strong> <strong>en</strong>de<br />

statuet<strong>en</strong> waer naer e<strong>en</strong> ieder sich sal hebb<strong>en</strong> te reguler<strong>en</strong> int gebruyck van de vrunt<strong>en</strong>, schouw<strong>en</strong>,<br />

sand<strong>en</strong>, etc." Het dorpsbestuur inde bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de rechtstreekse belasting<strong>en</strong>, verkocht stukk<strong>en</strong> van de<br />

gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> <strong>en</strong> gaf niet-dorpeling<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> betaling van e<strong>en</strong> cijns het recht gebruik te mak<strong>en</strong> van<br />

de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het dorp. We hebb<strong>en</strong> de indruk dat de gezwor<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel<br />

tegelijkertijd ook schep<strong>en</strong><strong>en</strong> geweest zijn. Zo komt het dat we de schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel<br />

de administratieve bevoegdhed<strong>en</strong> van de dorpsbestur<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel zi<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Bv.<br />

in 1625 vroeg de schep<strong>en</strong>bank toelating aan Filips IV om e<strong>en</strong> stuk vro<strong>en</strong>te te verkop<strong>en</strong> t<strong>en</strong> voordele<br />

van de heropbouw van de kerk van Poppel, die in 1624 gedeeltelijk uitgebrand was. De koning gaf<br />

toelating om 60 bunder te verkop<strong>en</strong>. Het toezicht op de gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> was de taak van de vorster<br />

of veldwachter. Hij moest er voor zorg<strong>en</strong> dat niet-gerechtigd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gebruik maakt<strong>en</strong> van de<br />

vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, dat er ge<strong>en</strong> ziek of schurftig vee kwam weid<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> turf gestok<strong>en</strong> werd op<br />

plaats<strong>en</strong> <strong>en</strong> op tijdstipp<strong>en</strong> dat het verbod<strong>en</strong> was door de dorpskeur<strong>en</strong>. Over de afbak<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> het<br />

gebruik van de gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> herhaaldelijk geschill<strong>en</strong> gehad met de<br />

omligg<strong>en</strong>de dorp<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehucht<strong>en</strong>. Graaf Juli<strong>en</strong> de Pestre, heer van Turnhout van 1768-1774,<br />

beschouwde zichzelf (<strong>en</strong> niet de dorp<strong>en</strong>) als eig<strong>en</strong>aar van de woeste grond<strong>en</strong>. Hij spande process<strong>en</strong><br />

in teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hele reeks dorp<strong>en</strong> uit het kwartier van Turnhout. Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> blev<strong>en</strong> hun<br />

geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong> in geme<strong>en</strong>schappelijk bezit behoud<strong>en</strong> tot na de Franse Revolutie. Slechts in 1822<br />

liet<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> hun geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> landmeter van het kadaster in twee<br />

verdel<strong>en</strong> <strong>en</strong> kreeg elk van beide dorp<strong>en</strong> zijn eig<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong>. In 1429-1430 was er e<strong>en</strong><br />

geschil met Baarle over het gebruik van de woeste grond<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 1723 proceste de vrijheid <strong>Weelde</strong><br />

met Ar<strong>en</strong>donk <strong>en</strong> Turnhout. Reeds in de 16e eeuw was er e<strong>en</strong> geschil met Mierde over de afpaling<strong>en</strong>


<strong>en</strong> in 1708 was er opnieuw on<strong>en</strong>igheid. T<strong>en</strong>slotte werd<strong>en</strong> de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> de<br />

twee Mierdes opnieuw vastgesteld in 1818-1819.<br />

Betwisting<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de Maatse Laagte (1367)<br />

In de loop van de 14e eeuw rez<strong>en</strong> geschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels omtr<strong>en</strong>t het vruchtgebruik van<br />

de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Ravels <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>. Het was zowat de gewoonte geword<strong>en</strong>, dat de inwoners van<br />

Ravels <strong>en</strong> tegelijkertijd die van <strong>Weelde</strong> naar de Maatse Laagte tog<strong>en</strong> om er turf te stek<strong>en</strong> <strong>en</strong> heide te<br />

maai<strong>en</strong>. Wanneer het nu zover kwam, dat m<strong>en</strong> zich niet meer tevred<strong>en</strong> stelde met de turf die m<strong>en</strong> zelf<br />

stak, maar m<strong>en</strong> zich ook reeds gestok<strong>en</strong> turf van ander<strong>en</strong> toeëig<strong>en</strong>de, ontstond<strong>en</strong> er twist<strong>en</strong>. Deze<br />

twist<strong>en</strong> ontaardd<strong>en</strong> spoedig tot on<strong>en</strong>igheid tuss<strong>en</strong> de twee dorp<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> heeft daarom vele getuig<strong>en</strong><br />

onderhoord om na te speur<strong>en</strong> op wi<strong>en</strong>s domein die gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> lag<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> cartularium van<br />

Tongerlo staan al de getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d. Het perkam<strong>en</strong>t van 1367 bracht ge<strong>en</strong> bescheid.<br />

Iedere<strong>en</strong> getuigde dat sinds ouds deze gebied<strong>en</strong> aan <strong>Weelde</strong> behoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan <strong>Weelde</strong><br />

ti<strong>en</strong>deplichtig war<strong>en</strong>. Doch daarbij legde m<strong>en</strong> zich niet neer <strong>en</strong> de herrie duurde voort tot in 1568 werd<br />

beslist dat de Maatse laagte werkelijk Ravels gebied was <strong>en</strong> m<strong>en</strong> daarbij de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> aanduidde. <strong>Nu</strong><br />

echter behoort deze streek aan <strong>Weelde</strong>. Hoe deze verandering er is gekom<strong>en</strong>, wet<strong>en</strong> wij niet.<br />

Proces van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel teg<strong>en</strong> Bedaf<br />

In 1460 werd er e<strong>en</strong> proces gevoerd teg<strong>en</strong> de inwoners van Bedaf over de recht<strong>en</strong> van deze laatst<strong>en</strong><br />

om hun vee te lat<strong>en</strong> weid<strong>en</strong> <strong>en</strong> turf te stek<strong>en</strong> op de woeste grond<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Baarle, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel.<br />

In 1622 war<strong>en</strong> er opnieuw moeilijkhed<strong>en</strong> met Bedaf die in 1660-1671 tot e<strong>en</strong> nieuw proces hebb<strong>en</strong><br />

geleid. Immers, omstreeks 1660 begonn<strong>en</strong> de inwoners van Bedaf <strong>en</strong> Baarle opnieuw op de<br />

geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel turf te stek<strong>en</strong>, heide te maai<strong>en</strong> <strong>en</strong> de kudd<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong><br />

graz<strong>en</strong>. Na herhaaldelijk vruchteloos te hebb<strong>en</strong> geprotesteerd zag<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> zich<br />

g<strong>en</strong>oodzaakt e<strong>en</strong> beroep te do<strong>en</strong> op de Raad van Brabant. In 1663 begon het proces. Verschill<strong>en</strong>de<br />

getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> steeds klonk het protest: "...datter veele van d'andere<br />

omligg<strong>en</strong>de plaets<strong>en</strong> uyt de Meyerye van 't-Shertog<strong>en</strong>bosse, Bedaf, Mierde, Baerle <strong>en</strong>de andere hun<br />

daghelycks verboord<strong>en</strong> te comm<strong>en</strong> torff steck<strong>en</strong>, plagg<strong>en</strong>, graev<strong>en</strong> <strong>en</strong>de hunne beest<strong>en</strong> pasturer<strong>en</strong><br />

op ..." In 1667 werd<strong>en</strong> de inwoners van Bedaf schriftelijk verwittigd <strong>en</strong> in 1671 kwam de zaak opnieuw<br />

voor de Raad van Brabant. Deze deed uitspraak <strong>en</strong> veroordeelde de overtreders met e<strong>en</strong> straf van 2<br />

guld<strong>en</strong> <strong>en</strong> al de onkost<strong>en</strong> te betal<strong>en</strong>. Maar, ev<strong>en</strong>als het geval was met Hilvar<strong>en</strong>beek, raakte dit geschil<br />

niet opgelost <strong>en</strong> duurde het proces voort tot e<strong>en</strong> heel eind in de 18e eeuw.<br />

De vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Hilvar<strong>en</strong>beek<br />

Sinds 200 jaar heerste er volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> akte uit 1631 e<strong>en</strong> geschil tuss<strong>en</strong> de inwoners van<br />

Hilvar<strong>en</strong>beek, Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>. Inderdaad, de woeste grond<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de vrijheid <strong>en</strong> Hilvar<strong>en</strong>beek<br />

war<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong>lang het onderwerp van langdurige process<strong>en</strong>. Reeds in 1563 werd e<strong>en</strong> limietscheiding<br />

tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Hilvar<strong>en</strong>beek vastgesteld. Hiermee was de zaak blijkbaar niet opgelost,<br />

gezi<strong>en</strong> het proces van 1631. In dat jaar kwam<strong>en</strong> de notaris <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van Hilvar<strong>en</strong>beek <strong>en</strong> dez<strong>en</strong><br />

van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel bije<strong>en</strong>. Opdracht werd gegev<strong>en</strong> aan "Mr.Adria<strong>en</strong> Coomans, lic<strong>en</strong>tiaet in beyde<br />

de reght<strong>en</strong> <strong>en</strong>de schouteth der vrijheydt <strong>en</strong>de des quaertier van Oosterwijck <strong>en</strong>de van Rochus<br />

Lemm<strong>en</strong>s lic<strong>en</strong>tiaet in de selve regt<strong>en</strong> <strong>en</strong>de r<strong>en</strong>tmr. der baronie van Boxtel" van ieder e<strong>en</strong> "minnelijke<br />

determinatie <strong>en</strong>de uytspraecke te do<strong>en</strong> waer inne de meeste stemm<strong>en</strong> sull<strong>en</strong> verhang<strong>en</strong> de minste<br />

<strong>en</strong>de sal inde voors uytspraecke gevolght word<strong>en</strong>, met machte dat deselve hunne arbiter<strong>en</strong> tot het<br />

onderhoud<strong>en</strong> van hun uytspraecke <strong>en</strong>de verdragh sull<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> e<strong>en</strong>e p<strong>en</strong>e van 200 guld<strong>en</strong>s<br />

bij de partij<strong>en</strong> te verbeure die daer teg<strong>en</strong> bij maniere van redutie oft andersins in e<strong>en</strong>iger manier<strong>en</strong><br />

soud<strong>en</strong> will<strong>en</strong> opponer<strong>en</strong>". Zij nam<strong>en</strong> dan <strong>en</strong>kele getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> af over de limietscheiding tuss<strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Hilvar<strong>en</strong>beek.<br />

1. Adria<strong>en</strong> Tielman Lemm<strong>en</strong>s, landbouwer op Tuldele (62 jaar) verklaarde voor 52 jaar te hebb<strong>en</strong><br />

gewoond op de hoeve van Tuldel. Hij had Mr.Jan Lemm<strong>en</strong>s de vorige bewoner dikwijls hor<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong><br />

dat de langs <strong>Weelde</strong> geleg<strong>en</strong> zijde van de hoeve Weelds was, <strong>en</strong> de andere Hilvar<strong>en</strong>beeks.<br />

2. Wouter Joos, landbouwer te Ravels op de hoeve van Tongerlo, gebor<strong>en</strong> te Overbroek onder Poppel<br />

(73 jaar), beweerde dat de aard van Hilvar<strong>en</strong>beek, Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> scheidde op de Haalboom van<br />

Tuldele <strong>en</strong> de watermol<strong>en</strong> van Rovert. Hij beweerde dat er bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> drie kuiltjes gegrav<strong>en</strong> war<strong>en</strong>.


3. Hans Hestels, oud-voster van Poppel (70 jaar), verklaarde dat er teg<strong>en</strong>over Coolhouwers huis te<br />

Rovert e<strong>en</strong> "Blauwe Key" stond waar de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> scheidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat de gr<strong>en</strong>s lag vandaar in rechte lijn<br />

naar de haalboom op Tuldel<br />

4. Jan Cornelis van Poppel gebor<strong>en</strong> in Hilvar<strong>en</strong>beek (70 jaar), getuigde dat de scheiding lag op het<br />

huis van Rovert <strong>en</strong> vandaar naar de haalboom van Tuldel; de inwoners van Hilvar<strong>en</strong>beek mocht<strong>en</strong><br />

niet kom<strong>en</strong> over de zandweg om heide te snijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> turf te stek<strong>en</strong>.<br />

5. Willem Stoops uit Poppel (72 jaar) zegde dat de scheiding lag op de hoek van Tuldel naar Esbeek,<br />

behalve 2 à 3 roed<strong>en</strong> in rechte lijn naar Rovert teg<strong>en</strong> Coolhouwers.<br />

Er werd voor de volg<strong>en</strong>de scheiding overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>: "Te wet<strong>en</strong> van de sluyse van Roovaert linie<br />

recht, tot op d<strong>en</strong> hoeck van d<strong>en</strong> walle der hoeve van Thulder naer <strong>Weelde</strong> uytgeleg<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de van daer<br />

voort continuer<strong>en</strong>de de selve rechtlinie recht uyt tot<strong>en</strong> Beecksch<strong>en</strong> Aert <strong>en</strong>de heyde <strong>en</strong> naer<br />

Miertwaerdts a<strong>en</strong> op seker<strong>en</strong> pael ofte paelput uyt crachte deser uytspraeck. Nieuwt te stell<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

twintigh roy<strong>en</strong> twelf voet<strong>en</strong> van deselve gracht van de Tuldersche hoef streck<strong>en</strong>de naer Mierd toe a<strong>en</strong><br />

dat d<strong>en</strong>selv<strong>en</strong> re<strong>en</strong> sal continueer<strong>en</strong> linie recht van de sluyse tot op t<strong>en</strong> ...te stell<strong>en</strong> pael, wel<br />

versta<strong>en</strong>de dat de voors sluyse sal blijv<strong>en</strong> Poppelsch<strong>en</strong> <strong>en</strong>de Welsch<strong>en</strong> gront <strong>en</strong>de dit sonder<br />

prejudicie van gerechtigheydt van de heer<strong>en</strong> ter wederzijd<strong>en</strong> <strong>en</strong>de sull<strong>en</strong> de cost<strong>en</strong> ter saecke van<br />

dese geres<strong>en</strong> bij partij<strong>en</strong> half <strong>en</strong>de half betaelt <strong>en</strong>de gedraeg<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong>de de partije die<br />

welcke dieselve uyt ..." In 1637 versch<strong>en</strong><strong>en</strong> er reeds opnieuw onderrichting<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de het<br />

vro<strong>en</strong>tegebruik. De kwestie sche<strong>en</strong> er nog niet mee opgelost <strong>en</strong> reeds in 1650 werd<strong>en</strong> nieuwe<br />

getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> ingewonn<strong>en</strong>. Jan Mert<strong>en</strong>s (50 jaar) <strong>en</strong> Nicolaes Horevoirts (44 jaar), inwoners van<br />

Hilvar<strong>en</strong>beek (gehucht Rovert) verklaard<strong>en</strong> dat de sluis <strong>en</strong> mol<strong>en</strong> van Rovert op grond van Poppel<br />

stond<strong>en</strong>, dat daar de scheiding lag <strong>en</strong> dat de grond<strong>en</strong> langs de weg naar Poppel wel degelijk Poppel<br />

war<strong>en</strong>. Zij getuigd<strong>en</strong> dat tot daar het klooster van Averbode grote domein<strong>en</strong> hooibeemd<strong>en</strong> had,<br />

geleg<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de landerij<strong>en</strong> <strong>en</strong> heid<strong>en</strong> van Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> in. Deze laatste aard<strong>en</strong> war<strong>en</strong> nog niet<br />

gescheid<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel, vermits Poppel tot 1655 aan <strong>Weelde</strong> behoorde. De herrie<br />

duurde voort <strong>en</strong> het blijkt dat nieuwe getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> noodzakelijk war<strong>en</strong>: "... <strong>en</strong> die getuyg<strong>en</strong><br />

naerg<strong>en</strong>oemt, die eersame Jan Wouter de Wit, out vier <strong>en</strong>de tzev<strong>en</strong>tich jaer<strong>en</strong>, Peeter Timmers out<br />

omtr<strong>en</strong>t 52, Jan Mart<strong>en</strong>s out omtr<strong>en</strong>t 50, Nicolaes Horevoirts out omtr<strong>en</strong>t 44 jaer<strong>en</strong> ..."In 1661 op 14<br />

juni versch<strong>en</strong><strong>en</strong> dan geme<strong>en</strong>schappelijke reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de het gebruik van de gem<strong>en</strong>e<br />

grond<strong>en</strong>. Hierbij werd bepaald dat iedere<strong>en</strong> die uit buit<strong>en</strong>dorpse vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> nut haalde gestraft werd<br />

voor 25 guld<strong>en</strong>, te verdel<strong>en</strong> onder de aanklager, de H.-Geest, de arm<strong>en</strong> <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te. Daarnaast<br />

stond<strong>en</strong> er nog e<strong>en</strong> hele reeks bepaling<strong>en</strong> in betreff<strong>en</strong>de het turf stek<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Om de overheid gerust<br />

te stell<strong>en</strong> zwoer<strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> gezam<strong>en</strong>lijk te zull<strong>en</strong> wak<strong>en</strong> op de vro<strong>en</strong>te <strong>en</strong> heide. Zij<br />

beloofd<strong>en</strong> dat zij "... wel <strong>en</strong>de rechtveerdichlijck sull<strong>en</strong> gaede sla<strong>en</strong>, alle neersticheyt <strong>en</strong>de dilig<strong>en</strong>tie<br />

do<strong>en</strong>: om de voorschrev<strong>en</strong> vrunt<strong>en</strong> <strong>en</strong>de gemeynte te bewaer<strong>en</strong> <strong>en</strong>de conserver<strong>en</strong>". Later werd er<br />

nog getwist <strong>en</strong> af <strong>en</strong> toe versch<strong>en</strong><strong>en</strong> er nieuwe akt<strong>en</strong> met de afbak<strong>en</strong>ing van de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> voor alle<br />

aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de dorp<strong>en</strong>, o.m. op 11 juni 1702 <strong>en</strong> 1765.<br />

Hernieuwing van de gr<strong>en</strong>safbak<strong>en</strong>ing in 1723<br />

In 1723 moest<strong>en</strong> de st<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> limiet<strong>en</strong> opnieuw word<strong>en</strong> bevestigd. Dit gebeurde in sam<strong>en</strong>werking van<br />

<strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Baarle-Nassau: "Wij ondergeteek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> der vrijheyt <strong>Weelde</strong>,<br />

verclaer<strong>en</strong> bij <strong>en</strong>de mits de committer<strong>en</strong> <strong>en</strong>de te authoriser<strong>en</strong> de heer J.B.Bols, schouteth deser<br />

vrijheyt, om te ga<strong>en</strong> <strong>en</strong>de te comparer<strong>en</strong> voor <strong>en</strong>de t<strong>en</strong> huyse van Floris van Gilse officier van Baerle-<br />

Nassau <strong>en</strong>de a<strong>en</strong> voors heere officier uyt d<strong>en</strong> naem <strong>en</strong>de van ons<strong>en</strong> tweg<strong>en</strong> vrindelijck te versoek<strong>en</strong><br />

t<strong>en</strong> eynde sijn edele b<strong>en</strong>eff<strong>en</strong>s de heer<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>e <strong>en</strong>de reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van Baerle-Nassau e<strong>en</strong>e dag<br />

gelieve te stell<strong>en</strong> om met ons ondergeschrev<strong>en</strong> reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eff<strong>en</strong>s die reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van Poppel als<br />

wes<strong>en</strong>de van d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> aert <strong>en</strong>de vro<strong>en</strong>te gesam<strong>en</strong>derhant te bega<strong>en</strong> <strong>en</strong> te vernieuw<strong>en</strong> ons<strong>en</strong> Re<strong>en</strong><br />

ofte limietscheyding<strong>en</strong> scheyd<strong>en</strong>de u Ed. jurisdictie <strong>en</strong>de d<strong>en</strong> g<strong>en</strong><strong>en</strong> van onse gemeynte <strong>en</strong> die van<br />

Poppel ter andere sijde door di<strong>en</strong> wij van tijd tot tijdt word<strong>en</strong> gepresseert door de her<strong>en</strong> hooft officier<strong>en</strong><br />

van haere majesteit incom<strong>en</strong>de <strong>en</strong>de uytga<strong>en</strong>de recht<strong>en</strong> t<strong>en</strong> comptoire tot Turnhout ter oorsaeke dat<br />

door de gardes van haere Majesteit onlanghs groote abus<strong>en</strong> zijn voorgevall<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s de scheydinge<br />

van de limiet<strong>en</strong> mits deselve seer duyster sijn". Op 1 september werd<strong>en</strong> de kei<strong>en</strong> opnieuw<br />

geme<strong>en</strong>schappelijk geplaatst. Dit was belangrijk, want het gebeurde nog dat inwoners van andere<br />

dorp<strong>en</strong> turf kwam<strong>en</strong> stek<strong>en</strong> <strong>en</strong> heide maaid<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> hun gr<strong>en</strong>sgebied. Immers, op 12 mei 1723 was<br />

er e<strong>en</strong> verord<strong>en</strong>ing gepubliceerd waarin uitdrukkelijk werd verbod<strong>en</strong> aan buit<strong>en</strong>dorps<strong>en</strong> (buit<strong>en</strong> Poppel


<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>) om daar in de aard turf te stek<strong>en</strong> of heide te maai<strong>en</strong>. Dit alles stelde echter ge<strong>en</strong> einde<br />

aan de misbruik<strong>en</strong>, want 20 jaar later verzocht het geme<strong>en</strong>tebestuur van <strong>Weelde</strong> de Raad van<br />

Brabant om de toelating voor het opmak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> politiereglem<strong>en</strong>t om de misbruik<strong>en</strong> op aard <strong>en</strong><br />

vro<strong>en</strong>te te keer te gaan <strong>en</strong> de overtreders uit Turnhout <strong>en</strong> Poppel te mog<strong>en</strong> arrester<strong>en</strong>.<br />

Kroniek van <strong>en</strong>kele geslacht<strong>en</strong><br />

1. Inleiding<br />

Sinds onheuglijke tijd<strong>en</strong> had <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>bank, waaraan meerdere ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

verbond<strong>en</strong>. De eerste functionaris was de schout, het hoofd van de rechtsmacht, <strong>en</strong> naast hem stond<br />

de "villicus" of stadhouder die e<strong>en</strong> bestuursfunctie had. Vaak liet<strong>en</strong> ze hun famili<strong>en</strong>aam vall<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

verving<strong>en</strong> die door "Van <strong>Weelde</strong>". Voor 1400 was e<strong>en</strong> zekere Ywanus er schout <strong>en</strong> hij noemde zich<br />

Weyn van <strong>Weelde</strong>. Govaert Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, schout rond 1490, heette Govaert van <strong>Weelde</strong><br />

<strong>en</strong> Jacob Van Wijtvliet, stadhouder rond 1500, werd Jacob van <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>oemd. De schep<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

hadd<strong>en</strong> het gezag om te verord<strong>en</strong><strong>en</strong>, te vonniss<strong>en</strong> <strong>en</strong> te bestur<strong>en</strong> <strong>en</strong> zij stond<strong>en</strong> functioneel hoog in<br />

aanzi<strong>en</strong> <strong>en</strong> macht. Daar in de 12e eeuw de grond van erfle<strong>en</strong> <strong>en</strong> cijnsgrond naar eig<strong>en</strong>dom begon<br />

over te gaan, bracht dat voor de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> veel werk mee, door verkoop, verhuring, verpanding,<br />

erf<strong>en</strong>is, deling <strong>en</strong> voogdijschap, want het notariaat behoorde tot de bevoegdheid van de schep<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

De schep<strong>en</strong>-presid<strong>en</strong>t was van <strong>Weelde</strong>; hij vonniste <strong>en</strong> werd bijgestaan door drie schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />

<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> drie van Poppel, het buurtdorp, dat tot 1655 onder de bank van <strong>Weelde</strong> ressorteerde. Het<br />

schrijfwerk werd bijgehoud<strong>en</strong> door de secretaris <strong>en</strong> het financieel beheer over le<strong>en</strong>goeder<strong>en</strong>,<br />

le<strong>en</strong>hov<strong>en</strong> <strong>en</strong> hertogelijke domein<strong>en</strong> werd waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door de r<strong>en</strong>tmeester van de domein<strong>en</strong><br />

(Receptor regis). Hoewel de vierschaar van <strong>Weelde</strong> de macht had om alle overtreding<strong>en</strong> te vonniss<strong>en</strong>,<br />

liet ze soms de zware misdrijv<strong>en</strong> elders berechtig<strong>en</strong>. Op 1 oktober 1561 schreef Maart<strong>en</strong> van<br />

Mechel<strong>en</strong>, schout van Turnhout: "...<strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Ravels hal<strong>en</strong> hun hooftvonnisse te<br />

Antwerp<strong>en</strong>". De schep<strong>en</strong>bank van 's-Hertog<strong>en</strong>bosch had ook recht<strong>en</strong> over <strong>Weelde</strong>, Ravels <strong>en</strong> Poppel,<br />

alhoewel deze dorp<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de meierij van 's-Hertog<strong>en</strong>bosch geleg<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. De schep<strong>en</strong>bank bezat<br />

daar het recht van "ingebod <strong>en</strong> uitpanding". Voor uitvoering van contract<strong>en</strong> kon de vierschaar van D<strong>en</strong><br />

Bosch de plaatselijke rechtbank voorbijgaan <strong>en</strong> beslag legg<strong>en</strong> op goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> schuld<strong>en</strong>aar<br />

gijzel<strong>en</strong>. De opbr<strong>en</strong>gst van de dingbank kon door de c<strong>en</strong>trale overheid voor e<strong>en</strong> jaargeld uitgele<strong>en</strong>d of<br />

verpacht word<strong>en</strong>. Die opbr<strong>en</strong>gst kon zelfs voor e<strong>en</strong> fors bedrag afgekocht word<strong>en</strong>. Wie door pacht of<br />

afkoop in het bezit kwam van de dingbank, werd heer of vrouw van <strong>Weelde</strong>. Bij de schep<strong>en</strong>bank<br />

war<strong>en</strong> verder in di<strong>en</strong>st:<br />

- de vorster of veldwachter;<br />

- twee borgemeesters of bedesetters, die de jaarlijkse fiskale aanslag moest<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>;<br />

- de collecteurs, die de belasting<strong>en</strong> of cijnz<strong>en</strong> ind<strong>en</strong>;<br />

- de vontmeester, die de boet<strong>en</strong> inde op het losgebrok<strong>en</strong> vee;<br />

- de ijkmeester of "geswor<strong>en</strong> eycker", die met de standaard<strong>en</strong> nazicht deed over de in omloop zijnde<br />

mat<strong>en</strong> <strong>en</strong> gewicht<strong>en</strong>: "... e<strong>en</strong> lop<strong>en</strong> of vat, e<strong>en</strong> quartier of vier<strong>en</strong>deel, e<strong>en</strong> blikk<strong>en</strong> pot of biermaat, e<strong>en</strong><br />

koper<strong>en</strong> pijl weg<strong>en</strong>de twee pond <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ijzer<strong>en</strong> el". All<strong>en</strong> werkt<strong>en</strong> ... teg<strong>en</strong> redelijke vergoeding!<br />

2. Enkele Weeldse geslacht<strong>en</strong><br />

a. Het geslacht De Bie<br />

Hertog Jan II van Brabant stelde in 1296 Jan de Bie aan als Heer van <strong>Weelde</strong>. Hij werd in het bezit<br />

gesteld van vele le<strong>en</strong>goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> van het maalrecht op de mol<strong>en</strong>s. H<strong>en</strong>drik de Bie volgde in 1312 zijn<br />

vader op te <strong>Weelde</strong>. Vanaf 1351 was Catharina de Bie, de zuster van H<strong>en</strong>drik, vrouw van <strong>Weelde</strong>.<br />

b. Het geslacht Back of Bax


Omstreeks 1365 werd Gijsbrecht Back vernoemd als echtg<strong>en</strong>oot van Catharina de Bie. Dit echtpaar<br />

bezat vele goeder<strong>en</strong> op het Ge<strong>en</strong>einde <strong>en</strong> de Leemputt<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij hun goeder<strong>en</strong> is er sprake van<br />

"Woutershof". Is dit misschi<strong>en</strong> het huidige Wouwershof? Gijsbrecht Back volgde in 1395 zijn<br />

echtg<strong>en</strong>ote op <strong>en</strong> bleef heer van <strong>Weelde</strong> tot 1403. Zijn zoon Laur<strong>en</strong>s Back, was heer van <strong>Weelde</strong> van<br />

1403 tot 1420. Gertrudis van Emmichov<strong>en</strong>, echtg<strong>en</strong>ote van Laur<strong>en</strong>s Back, was vrouw van <strong>Weelde</strong> tot<br />

haar sterfdag in 1435. Gijsbrecht Back, de zoon van Nicolaas Back, was heer van <strong>Weelde</strong> van 1435<br />

tot 1441. Laur<strong>en</strong>s Back, de zoon van voornoemde Gijsbrecht nam op 11 oktober 1441 bezit van<br />

<strong>Weelde</strong>. Hij was minderjarig <strong>en</strong> had Adriaan Van Eyndhov<strong>en</strong> tot voogd bij zijn aanstelling <strong>en</strong> hij bleef<br />

dorpsheer tot in 1498. Het geslacht Back heeft naar alle waarschijnlijkheid het omwaterd slot of "De<br />

Borcht" lat<strong>en</strong> optrekk<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> versterking die "Hof t<strong>en</strong> Berg<strong>en</strong>" werd gehet<strong>en</strong>. Het geslacht Bax heeft<br />

de troebel<strong>en</strong> van de 16e eeuw moeilijk verwerkt, want de meest vooraanstaand<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> de wijk naar<br />

Breda <strong>en</strong> omgeving <strong>en</strong> stond<strong>en</strong> in hoog aanzi<strong>en</strong> bij het huis van Oranje. Zij kleefd<strong>en</strong> het<br />

protestantisme aan <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> met hoge post<strong>en</strong> bekleed. Bij het einde van de 16e eeuw verdw<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

hun heerlijke recht<strong>en</strong> over <strong>Weelde</strong>. M<strong>en</strong> h<strong>en</strong> verblev<strong>en</strong> in <strong>en</strong> rond Breda andere Weeldse families: o.a.<br />

Van de Kieboom, Buyckx <strong>en</strong> Pigg<strong>en</strong>. Michiel Pigg<strong>en</strong> was in 1550 griffier van de rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van de<br />

prins van Oranje te Breda. Het is best mogelijk dat de huidige g<strong>en</strong>eratie te <strong>Weelde</strong> afstamt van het<br />

aanzi<strong>en</strong>lijk geslacht Bax, maar dat werd nog niet aangetoond.<br />

c. Het geslacht Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

Ruim tweehonderd jaar, van 1460 tot 1667, heeft deze familie het roer in hand<strong>en</strong> gehad bij de<br />

Weeldse dingbank. Als schout<strong>en</strong>, secretariss<strong>en</strong> of stadhouders hebb<strong>en</strong> deze geleerd<strong>en</strong> de<br />

administratie <strong>en</strong> de justitie met nauwgezetheid geleid. Bartholomeus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> had<br />

rond 1460 het gemaal op de watermol<strong>en</strong> van Baerschot onder Diess<strong>en</strong> <strong>en</strong> door zijn huwelijk met<br />

Hedwig van <strong>Weelde</strong> deed hij zijn intrede in de Vrijheid. Hij werd te <strong>Weelde</strong> ook Bartholomeus van<br />

Leuv<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. Zijn zoon Govaert was meier <strong>en</strong> secretaris van Ravels <strong>en</strong> zijn schoonzoon, Jacob<br />

Peeters van Wijtvliet, werd stadhouder van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel. Govaert van <strong>Weelde</strong> had vier zon<strong>en</strong><br />

die te Leuv<strong>en</strong> afstudeerd<strong>en</strong>:<br />

- Magister Franciscus: priester <strong>en</strong> rector te Aarschot.<br />

- Magister Johannes: priester <strong>en</strong> kapelaan te <strong>Weelde</strong> in 1549.<br />

- Magister Dominicus: gebor<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> rond 1510, werd secretaris van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> van 1559 tot<br />

1573 was hij meier van Ravels. <strong>To<strong>en</strong></strong> week hij uit naar 's-Hertog<strong>en</strong>bosch, waar hij in 1581 overleed.<br />

- Magister Bartholomeus: gebor<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> rond 1500, was secretaris van Ravels <strong>en</strong> ook meier tot<br />

1559. Bartholomeus was ook schep<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>. Deze Bartholomeus was gehuwd met Catharina<br />

Janss<strong>en</strong> <strong>en</strong> hij had de volg<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong>:<br />

- Frans: rechtsgeleerde <strong>en</strong> secretaris van Ravels van 1578 tot 1622.<br />

- Govaert: overled<strong>en</strong> aan de pest te <strong>Weelde</strong> in 1603.<br />

- Ida: gehuwd met Jacobus Baelemans.<br />

- Engel: gehuwd met Jan Bartholomeus Gooss<strong>en</strong>s, brouwer <strong>en</strong> schep<strong>en</strong>.<br />

- Bartholomeus: geleerd jezuïet in Duitsland <strong>en</strong> Zwitserland.<br />

- Godeschalk: norbertijn te Tongerlo, grondheer van Ravels <strong>en</strong> dek<strong>en</strong> van Diest tot 1607.<br />

Frans, de oudste zoon van Bartholomeus, was secretaris van Ravels <strong>en</strong> stadhouder van <strong>Weelde</strong>. Zijn<br />

aanstelling was bij het volk in ge<strong>en</strong> goede aarde gevall<strong>en</strong>. Ravels wilde hem kwijt, want hij had het<br />

dorp omgevormd in twee parochies: Sint-Servaas <strong>en</strong> Sint-Adriaan, zonder de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> te<br />

raadpleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verder had hij hooi <strong>en</strong> haver do<strong>en</strong> aflever<strong>en</strong> te zijn<strong>en</strong> huize voor het vijandelijke leger.<br />

Hij bleef in di<strong>en</strong>st. Hij was tweemaal gehuwd geweest <strong>en</strong> zijn tweede vrouw was Margriet Buyckx.<br />

Frans overleed te <strong>Weelde</strong> in 1622. Daniël Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, de zoon uit het tweede huwelijk


van Frans, volgde zijn vader op als secretaris van Ravels in 1622. Hij was stadhouder <strong>en</strong> schep<strong>en</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong>, waar hij op het Achterlaar woonde. Hij huwde in 1627 te <strong>Weelde</strong> Maria Baelemans uit Ravels.<br />

Uit deze echt werd<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel zes dochters gebor<strong>en</strong>: Anna, Maria, Margareta, Cornelia, Johanna <strong>en</strong><br />

Catharina, zodat met hem de mannelijke tak van dit geslacht te <strong>Weelde</strong> uitstierf in 1667. De<br />

wap<strong>en</strong>leuze van deze familie luidde: "Non omnia possumus omnes". Dat betek<strong>en</strong>t: Alleman kan niet<br />

alles!<br />

d. De geslacht<strong>en</strong> Lemm<strong>en</strong>s <strong>en</strong> De Roy<br />

Bij het begin van de 16e eeuw woonde Jan Lemm<strong>en</strong>s van Tuld<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> vele led<strong>en</strong> van zijn<br />

nageslacht war<strong>en</strong> er stadhouder, schep<strong>en</strong>, schout <strong>en</strong> secretaris. Ze verlatijnst<strong>en</strong> hun famili<strong>en</strong>aam in<br />

Lemnius. Rond 1550 was Willem Lemm<strong>en</strong>s stadhouder van <strong>Weelde</strong>, maar hij werd in 1572 door<br />

Hollandse soldat<strong>en</strong> vermoord. H<strong>en</strong>ri Lemm<strong>en</strong>s, de zoon van Willem was meester in de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

secretaris van <strong>Weelde</strong> tot 8 juni 1630. Hij had 7 kinder<strong>en</strong> van wie er vier meester in de recht<strong>en</strong> war<strong>en</strong>:<br />

Rochus, Willem, Pieter <strong>en</strong> H<strong>en</strong>ri. Zoon Jan was norbertijn te Averbode, Elisabeth huwde meester<br />

Martinus Van Duysel uit Boxtel <strong>en</strong> Anna huwde de Weeldse lak<strong>en</strong>koopman Petrus Bols. Meester<br />

Pieter Lemm<strong>en</strong>s werd omstreeks 1620 schout van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> zijn broer Willem was er secretaris.<br />

Secretaris Willem Lemm<strong>en</strong>s was gehuwd met Maria Van Ast<strong>en</strong>, de dochter van de schout van Alph<strong>en</strong>.<br />

Zijn zoon H<strong>en</strong>ri was meester in de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> was in de tweede helft van de 17e eeuw schout te<br />

<strong>Weelde</strong>. Willem Lemm<strong>en</strong>s had ook twee dochters: Catharina <strong>en</strong> Maria. Catharina huwde op 17<br />

november 1661 Jan de Roy, e<strong>en</strong> zoon van schout de Roy uit Tilburg, die secretaris van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong><br />

Poppel werd. In dat ambt werd hij opgevolgd door zijn zoon Herman-Josephus. Herman was te<br />

<strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 23 november 1664 <strong>en</strong> behaalde het lic<strong>en</strong>tiaat in de recht<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> deze laatste in<br />

1722 te <strong>Weelde</strong> overleed, kreeg <strong>Weelde</strong> Bartholomeus Lemm<strong>en</strong>s van Tulder als secretaris. Adriaan<br />

Lemm<strong>en</strong>s van Tulder volgde zijn vader Bartholomeus op. Maria Lemm<strong>en</strong>s huwde Pieter van<br />

Ste<strong>en</strong>huys, schout van Lille <strong>en</strong> Wechelderzande <strong>en</strong> drossaard van Poederlee. Alle ambt<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> in<br />

hand<strong>en</strong> van dezelfde families <strong>en</strong> hun verwant<strong>en</strong>.<br />

Rochus Lemm<strong>en</strong>s was waarschijnlijk de meest emin<strong>en</strong>te verteg<strong>en</strong>woordiger van dit Weeldse geslacht.<br />

Te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> in 1580, studeerde hij te Leuv<strong>en</strong> waar hij de lic<strong>en</strong>tie in de beide recht<strong>en</strong> behaalde.<br />

Hij huwde te Tilburg Deliana de Roy op 17 juli 1604 <strong>en</strong> hij werd aangesteld tot drossaard van Boxtel.<br />

Hier had hij het bestuurlijk <strong>en</strong> rechterlijk gezag in hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> bewoonde er het slot met domein "Ter<br />

Stapele". De opvall<strong>en</strong>de verhuizing van <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> naar Boxtel <strong>en</strong> omgekeerd, die bij het begin van<br />

de 17e eeuw werd vastgesteld, is bijgevolg ge<strong>en</strong> toeval. Rochus Lemm<strong>en</strong>s b<strong>en</strong>oemde de <strong>Weelde</strong>naar<br />

Cornelis Van Nouland tot zijn secretaris <strong>en</strong> uit Boxtel kwam<strong>en</strong> o.a. naar <strong>Weelde</strong>: Albertus Waermans,<br />

koster <strong>en</strong> schoolmeester, meester Martinus Van Duysel, advokaat; Nicolaas Marinus <strong>en</strong> Jan Gijsbert<br />

Van Asdonk. Op Drievuldigheidszondag van 1648 rustte het H.-Bloeddoek van Boxtel één nacht in de<br />

Weeldse Sint-Janskapel, nadat dit doek op transport was gesteld naar Hoogstrat<strong>en</strong>. De grafzerk van<br />

Rochus Lemm<strong>en</strong>s bevindt zich in de Sint-Pieterskerk van Boxtel <strong>en</strong> het opschrift luidt: "Monum<strong>en</strong>t van<br />

de roemrijke heer Rochus Lemm<strong>en</strong>s, eerder drossaard <strong>en</strong> kastelein van de baronie Boxtel. Hij<br />

overleed op 21 december 1641 <strong>en</strong> van jonkvrouw Deliana de Roy, zijn echtg<strong>en</strong>ote, overled<strong>en</strong> op 1<br />

februari 1658."<br />

e. Het geslacht Baelemans<br />

Van deze Weeldse families hebb<strong>en</strong> meerdere led<strong>en</strong> in de 16e eeuw het ambt van schep<strong>en</strong>-presid<strong>en</strong>t<br />

bekleed. Deze functie werd van vader op zoon overgedrag<strong>en</strong>. War<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>-presid<strong>en</strong>t:<br />

- Jan Baelemans omstreeks 1515;<br />

- Adriaan Baelemans rond 1550;<br />

- Petrus Baelemans bij het einde van de 16e eeuw;<br />

- Adriaan Baelemans bij het begin van de 17e eeuw.<br />

Die laatste Adriaan Baelemans was ook meier van de dingbank te Ravels <strong>en</strong> hij werd daar in 1637<br />

opgevolgd door zijn zoon Jan Baelemans, die in functie bleef tot 1690. Zijn zoon Peter Baelemans,


werd in 1673 secretaris van Ravels <strong>en</strong> hij werd in 1717 opgevolgd door zijn zoon Jan Baptist, die er<br />

secretaris was tot in 1744. E<strong>en</strong> andere Jan Baelemans was te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> rond 1580 als zoon<br />

van Jacobus Baelemans <strong>en</strong> Ida Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>. Hij was lic<strong>en</strong>tiaat in de beide recht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hoogleraar te Leuv<strong>en</strong>. In 1625 werd hij secretaris van de Leuv<strong>en</strong>se universiteit. Hij was heer van<br />

Ste<strong>en</strong>weghem, advokaat te Leuv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij werd daar in de Sint-Pieterskerk begrav<strong>en</strong> op 15 april 1654.<br />

Clem<strong>en</strong>s Baelemans, zijn zoon, was in 1680 raad <strong>en</strong> r<strong>en</strong>tmeester-g<strong>en</strong>eraal van de Stat<strong>en</strong> van<br />

Brabant. Hij was ste<strong>en</strong>rijk <strong>en</strong> bezat grond in Tervur<strong>en</strong>, Duisburg, Vossem <strong>en</strong> Heverlee <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

had hij nog zev<strong>en</strong> huiz<strong>en</strong> te Leuv<strong>en</strong>. Peter-L<strong>en</strong>aert Baelemans, de kleinzoon van Jan Baelemans, was<br />

ook lic<strong>en</strong>tiaat in de beide recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> heer van hetzelfde domein als zijn grootvader. In 1727 werd e<strong>en</strong><br />

zekere Br<strong>en</strong>aert aangesteld tot burgemeester van Leuv<strong>en</strong>. Baelemans protesteerde teg<strong>en</strong> die<br />

b<strong>en</strong>oeming <strong>en</strong> de commissariss<strong>en</strong> van de Raad van Brabant annuleerd<strong>en</strong> de b<strong>en</strong>oeming <strong>en</strong> Peter-<br />

L<strong>en</strong>aert werd burgemeester van Leuv<strong>en</strong> in 1727. Hij zou dit ambt bekled<strong>en</strong> tot 1733, maar hij werd in<br />

1730 b<strong>en</strong>oemd tot ontvanger bij de Stat<strong>en</strong> van Brabant <strong>en</strong> nam ontslag als burgemeester. De led<strong>en</strong><br />

van de stam Baelemans, die te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels nog voortlev<strong>en</strong>, stamm<strong>en</strong> af van Adriaan<br />

Baelemans, die in 't midd<strong>en</strong> van de zesti<strong>en</strong>de eeuw schep<strong>en</strong>-presid<strong>en</strong>t was van <strong>Weelde</strong>.<br />

f. Het geslacht Bols<br />

Oorspronkelijk was de naam van dit geslacht Van Aerle of van Ael. De eerst gek<strong>en</strong>de was Jan van<br />

Aerle, dan volgd<strong>en</strong> Michiel van Aerle alias Bols in 1560, Laur<strong>en</strong>t Michiels<strong>en</strong> van Aerle alias Bols in<br />

1600, Adriaan Bols in 1630, Jacobus Bols in 1660 <strong>en</strong> Laur<strong>en</strong>s Bols in 1690. Norbertus Bols was te<br />

<strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> in 1691 als zoon van Jacobus Bols. Hij was g<strong>en</strong>eesheer te Turnhout <strong>en</strong> hij werd door<br />

zijn huwelijk met Isabella Van Laer, dame van Ar<strong>en</strong>donk, in 1733 in de adelstand verhev<strong>en</strong>. Voortaan<br />

heette hij Bols d'Ar<strong>en</strong>donck. Laur<strong>en</strong>s Bols, de broer van de g<strong>en</strong>eesheer, had twee zon<strong>en</strong>: Franciscus,<br />

die ook g<strong>en</strong>eesheer was <strong>en</strong> Jan Baptist Bols die schout was van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> secretaris van Ravels van<br />

1744 tot 1774. Deze laatste is de stamvader van deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> omgeving de naam Bols<br />

nog drag<strong>en</strong>. Dertig led<strong>en</strong> van de Bols-stam werd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 1650 <strong>en</strong> 1780 in de kerk van <strong>Weelde</strong><br />

begrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit hoog aantal wijst wel op het aanzi<strong>en</strong> van dit geslacht.<br />

g. Het geslacht Buyckx<br />

Deze familie behoorde van ouds tot de vooraanstaande Weeldse stamm<strong>en</strong>. Antonius Buyckx was<br />

hoofd-rek<strong>en</strong>plichtige van het aartsdiakonaat Kemp<strong>en</strong> van het bisdom Luik van 1505 tot 1535. Daniël<br />

Buyckx was notaris te Baarle-Hertog van 1628 tot 1657 <strong>en</strong> hij was tev<strong>en</strong>s stadhouder van Gilze <strong>en</strong><br />

Rij<strong>en</strong> in 1655. Meester Daniël was van 1622 tot 1627 notaris geweest te <strong>Weelde</strong>. Josuïna Buyckx was<br />

de echtg<strong>en</strong>ote van H<strong>en</strong>ricus Eyckberghs, griffier van de baronie Breda <strong>en</strong> secretaris van Ginnek<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Bavel in 1660. Magriet Buyckx was de echtg<strong>en</strong>ote van Frans Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, stadhouder<br />

van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> secretaris van Ravels van 1578 tot 1622. Peter Buyckx was bij het begin van de 17e<br />

eeuw schout van <strong>Weelde</strong>. Jan Buyckx was in 1590 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. In 1626 werd hij schout van<br />

Ravels, onder Oranje. Hij werd ook Jan Coeymans g<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de drie rap<strong>en</strong> in<br />

het wap<strong>en</strong>schild daarop betrekking. Hij stierf te Ravels <strong>en</strong> werd in de kerk begrav<strong>en</strong> op 22 september<br />

1669. De huidige g<strong>en</strong>eratie behoort, zonder twijfel, tot de alleroudste stamm<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>.<br />

h. De geslacht<strong>en</strong> Van der Clus<strong>en</strong> <strong>en</strong> Swaan<br />

Jan I Van der Clus<strong>en</strong> werd op 10 oktober 1543 door keizer Karel V in de adelstand verhev<strong>en</strong>. Hij was<br />

heer van Aalst, Waalre, Valk<strong>en</strong>swaard <strong>en</strong> Dommel<strong>en</strong> <strong>en</strong> verkreeg de titel van Jonker, die later<br />

overging naar ridder. Jan I Van der Clus<strong>en</strong> had als zon<strong>en</strong>: H<strong>en</strong>ri <strong>en</strong> Jan II. H<strong>en</strong>ri Clusius huwde te<br />

<strong>Weelde</strong> Maria Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, dochter van Dominicus, <strong>en</strong> was schout te Turnhout (1600-<br />

1606). Jan II was de vader van Hubert II die e<strong>en</strong> dochter had met de naam Maria-Elisabeth. Zij was<br />

gehuwd met Corstiaan Swaan <strong>en</strong> hun zoon, Jan Arnold Swaan, overleed te Turnhout in 1767. Jan<br />

Pieter H<strong>en</strong>drik Swaan, de zoon van voornoemde Jan Arnold, overleed te Turnhout in 1814. Hij<br />

bewoonde het huis (Hoek Her<strong>en</strong>talsstraat) waarin voorhe<strong>en</strong> de g<strong>en</strong>eesheer Norbert Bols uit <strong>Weelde</strong><br />

was gevestigd. Zijn nageslacht verhuisde naar <strong>Weelde</strong> in de eerste helft van de 19e eeuw. De<br />

oorkonde met het familiewap<strong>en</strong> werd door keizer Karel V eig<strong>en</strong>handig ondertek<strong>en</strong>d. Dit eeuw<strong>en</strong>oud<br />

perkam<strong>en</strong>t wordt te <strong>Weelde</strong> bewaard door Edmond Swaan.<br />

3. Her<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> in de 17e <strong>en</strong> 18e eeuw


In 1609 werd te Antwerp<strong>en</strong> het Twaalfjarig Bestand geslot<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de Republiek der Ver<strong>en</strong>igde<br />

Nederland<strong>en</strong> <strong>en</strong> Spanje. De republiek werd als e<strong>en</strong> onafhankelijke staat erk<strong>en</strong>d. Philips-Willem, e<strong>en</strong><br />

zoon van Willem van Oranje, kocht de heerlijke recht<strong>en</strong> over de dorp<strong>en</strong> Ravels <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> op 12<br />

februari 1616: "Philips-Willem, prince van Orangi<strong>en</strong> <strong>en</strong> grave van Nassauw<strong>en</strong>, door het kwijt<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

afloss<strong>en</strong> van de bepandinge van de dorp<strong>en</strong> Wechelderzande, Vlimmer<strong>en</strong>, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels, de<br />

hoge, middele <strong>en</strong> leege jurisdictie derselve ons toecom<strong>en</strong>de..." Door deze gebeurt<strong>en</strong>is kwam het huis<br />

van Oranje in het bezit van de Vrijheid <strong>Weelde</strong>. Het huis van Oranje verpandde op haar beurt de<br />

recht<strong>en</strong> over <strong>Weelde</strong> aan derd<strong>en</strong> <strong>en</strong> meer dan honderd jaar zoud<strong>en</strong> adellijke Hollandse <strong>en</strong> Zeeuwse<br />

geslacht<strong>en</strong> de plak zwaai<strong>en</strong> over <strong>Weelde</strong>.<br />

a. Margareta Van R<strong>en</strong>esse Van der Aa, Vrouw van <strong>Weelde</strong> (1630-1636)<br />

Margareta Van R<strong>en</strong>esse Van der Aa werd in april 1599 gebor<strong>en</strong> als dochter van Gerard Van R<strong>en</strong>esse<br />

Van der Aa <strong>en</strong> Anna van Ass<strong>en</strong>delft, die beid<strong>en</strong> tot de hogere Hollandse adel behoord<strong>en</strong>. Zij huwde in<br />

1622 haar kozijn, Willem Van R<strong>en</strong>esse, die op 8 februari 1612 zijn vader was opgevolgd als heer van<br />

Oostmalle. Willem Van R<strong>en</strong>esse overleed in februari 1630 <strong>en</strong> vanaf dat jaar was Margareta Van<br />

R<strong>en</strong>esse Van der Aa, vrouw van Oostmalle. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> bele<strong>en</strong>de Amalie van Solms haar in 1630<br />

met de vrijheid <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> zij zou zes jaar vrouw van <strong>Weelde</strong> zijn. Margareta overleed in april 1636.<br />

b. Jan De Knuyt, Heer van <strong>Weelde</strong> (1637-1654)<br />

Jan De Knuyt werd te Middelburg gebor<strong>en</strong> in 1587 <strong>en</strong> huwde er Carolina T<strong>en</strong>ijs in 1610. Uit de<br />

koninklijke briev<strong>en</strong> van Frederik-H<strong>en</strong>drik van Oranje <strong>en</strong> van Amalia van Solms is geblek<strong>en</strong>, dat de<br />

vrijheid <strong>Weelde</strong> op 18 juli 1637 werd verpand aan ridder Jan De Knuyt. Hij was heer van Oud- <strong>en</strong><br />

Nieuw Vosmeer, burgemeester van Middelburg <strong>en</strong> eerste edele van Zeeland <strong>en</strong> hij kocht <strong>Weelde</strong> van<br />

hare koninklijke hoogheid Amalia van Solms op 29 oktober 1649. Hij le<strong>en</strong>de de heerlijkheid Ravels op<br />

dezelfde datum. Jan De Knuyt had, als volmachtdrager van de prinses van Oranje, op de Vrede van<br />

Munster in 1648 e<strong>en</strong> belangrijke diplomatieke z<strong>en</strong>ding voor zijn land, tot e<strong>en</strong> goed einde gebracht. De<br />

begunstiging van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels vond plaats op 10 maart 1650 maar in e<strong>en</strong> verslag van de griffier<br />

van het le<strong>en</strong>hof dd. 4 oktober 1652 werd de verkoop van de vrijheid <strong>Weelde</strong> ongeldig verklaard.<br />

<strong>Weelde</strong> werd aan Jan De Knuyt niet ontnom<strong>en</strong>, want to<strong>en</strong> hij in 1654 te Middelburg overleed erfde zijn<br />

dochter <strong>Weelde</strong>. De intrede van Jan De Knuyt te <strong>Weelde</strong>, was voor Poppel het signaal om e<strong>en</strong><br />

zelfstandige schep<strong>en</strong>bank aan te vrag<strong>en</strong>. Daarteg<strong>en</strong> rees heel wat protest <strong>en</strong> eerst na de dood van<br />

deze heer, zou Poppel slag<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 15 februari 1655 zelfstandig word<strong>en</strong>.<br />

c. Margaretha De Knuyt, Vrouw van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels (1654-1661)<br />

Jan De Knuyt had slechts één dochter <strong>en</strong> zij was de erfg<strong>en</strong>ame, die haar vader te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> te<br />

Ravels opvolgde. Ze huwde Johan Huyss<strong>en</strong>, ridder <strong>en</strong> heer van Katt<strong>en</strong>dijke op Zuid-Beveland. Het<br />

huwelijk werd voltrokk<strong>en</strong> te 's-Grav<strong>en</strong>hage op 15 oktober 1628. Zij was to<strong>en</strong> ongeveer 17 jaar. Johan<br />

Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke was r<strong>en</strong>tmeester-g<strong>en</strong>eraal van Zeeland bewest<strong>en</strong>-Schelde <strong>en</strong> hij overleed te<br />

Middelburg op 24 augustus 1653. Margareta De Knuyt was weduwe to<strong>en</strong> ze de vrijheid erfde. In 1661<br />

deed ze afstand van haar bezitting<strong>en</strong>. Ze overleed te Middelburg op 20 juli 1667. Ravels kwam aan<br />

haar zoon Frederik <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> aan haar zoon Laur<strong>en</strong>t. Frederik Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke was heer<br />

van Ravels van 1661 tot 1679. Johannes Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke was daar heer van 1679 tot 1690,<br />

H<strong>en</strong>drik Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke van 1690 tot 1708 <strong>en</strong> Willem-Frederik Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke<br />

bezat Ravels van 1708 tot 1720. Te Ravels verviel<strong>en</strong> de heerlijke recht<strong>en</strong> van dit geslacht in 1720.<br />

d. Laur<strong>en</strong>t Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke, Heer van <strong>Weelde</strong> (1661-1667)<br />

Deze zoon van Margareta De Knuyt <strong>en</strong> Johan Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke, was gebor<strong>en</strong> te Middelburg<br />

op 26 februari 1634. Ridder Laur<strong>en</strong>t was heer van Katt<strong>en</strong>dijke <strong>en</strong> raadsheer in de Raad van<br />

Vlaander<strong>en</strong> te Middelburg. Hij huwde Clara Velters te Middelburg op 10 maart 1666. Op 13 maart<br />

1667 werd in het gezin de dochter Margareta gebor<strong>en</strong> <strong>en</strong> amper e<strong>en</strong> half jaar later overleed Laur<strong>en</strong>t<br />

Huyss<strong>en</strong> te Middelburg op 23 september 1667. M<strong>en</strong> noemde hem ook Laur<strong>en</strong>t Huyss<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>.<br />

e. Margareta Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke, Vrouw van <strong>Weelde</strong> (1667-1683)


Als minderjarige vrouw van <strong>Weelde</strong>, amper e<strong>en</strong> half jaar oud, volgde zij haar vader Laur<strong>en</strong>t op. Haar<br />

oom Frederik Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke overhandigde de geloofsbriev<strong>en</strong> <strong>en</strong> bracht in haar naam de<br />

le<strong>en</strong>hulde. Frederik, de broer van haar vader, was heer van Ravels, hoogbaljuw van Zeeland<br />

bewest<strong>en</strong>-Schelde <strong>en</strong> r<strong>en</strong>tmeester-g<strong>en</strong>eraal van Zeeland. <strong>To<strong>en</strong></strong> Margareta 16 jaar oud was, huwde ze<br />

te 's-Grav<strong>en</strong>hage op 8 oktober 1683, H<strong>en</strong>ry Cornewall, e<strong>en</strong> kapitein in Engelse di<strong>en</strong>st. In 1688 werd<br />

Willem III, die stadhouder was van Holland <strong>en</strong> Zeeland, koning van Engeland <strong>en</strong> het wekt bijgevolg<br />

ge<strong>en</strong> verwondering, dat er to<strong>en</strong> vele Engelse legere<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> hun kwartier<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> in Holland <strong>en</strong><br />

Zeeland. De wap<strong>en</strong>spreuk van het geslacht Huyss<strong>en</strong> van Katt<strong>en</strong>dijke luidde: "Nec timide, nec tumide"<br />

<strong>en</strong> dat betek<strong>en</strong>t: "Noch vrees, noch trots". Op dat familiewap<strong>en</strong> prijk<strong>en</strong> drie oesterschelp<strong>en</strong>, immers<br />

Katt<strong>en</strong>dijke was to<strong>en</strong> al bek<strong>en</strong>d om de oesterkweek <strong>en</strong> het gr<strong>en</strong>st aan Yerseke.<br />

f. H<strong>en</strong>ry Cornewall, Heer van <strong>Weelde</strong> (1683-1725)<br />

Het gezin Cornewall-Huyss<strong>en</strong> vertrok vermoedelijk in 1689 naar Lond<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> twee zon<strong>en</strong><br />

gebor<strong>en</strong>: H<strong>en</strong>ry op 12 januari 1685 <strong>en</strong> William-H<strong>en</strong>ry, op 4 januari 1687, maar deze laatste overleed<br />

drie maand<strong>en</strong> na de geboorte. Cornewall was in Engeland heer van Bredwardine in het graafschap<br />

Herefordshire. Katt<strong>en</strong>dijke werd e<strong>en</strong> Engelse baronie <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> kreeg e<strong>en</strong> Engelse heer. Margareta<br />

Huyss<strong>en</strong> stierf heel jong <strong>en</strong> werd begrav<strong>en</strong> op 26 april 1692, onder e<strong>en</strong> mooie grafzerk in de<br />

Nederlands-Hervormde Kerk, Austin-Friars, te Lond<strong>en</strong>. Cornewall had hier e<strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordiger van<br />

Lutherse gezindte <strong>en</strong> uit dokum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van 1712 is geblek<strong>en</strong> dat hij Goswinus Bernage de Meliskerck<br />

als gevolmachtigde heer van <strong>Weelde</strong> liet aantred<strong>en</strong>. Goswinus was de zoon van Adriaan Bernage,<br />

drossaard van Tilburg <strong>en</strong> Goirle, <strong>en</strong> van Maria van Arkel, vrouw van Meliskerck<strong>en</strong> bij Middelburg.<br />

Goswinus was secretaris van Tilburg van 1711 tot 1713 <strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s krankzinnigheid werd hij in 1725<br />

overgebracht naar Geel. Nog datzelfde jaar, gaf Cornewall volmacht aan Pieter van Hove, drossaard<br />

van Tilburg <strong>en</strong> Goirle, om te <strong>Weelde</strong> zijn belang<strong>en</strong> te behartig<strong>en</strong>. Pieter van Hove was Amsterdammer<br />

<strong>en</strong> aan de universiteit van Utrecht in 1707 gepromoveerd. Te Lond<strong>en</strong> werd op 5 november 1725, door<br />

notaris Willem de Gols, de Tilburgse drossaard, als waarnem<strong>en</strong>d heer van <strong>Weelde</strong> bevestigd.<br />

Door deze aanstelling verkreeg Van Hove de autoriteit om schep<strong>en</strong><strong>en</strong> te ontslaan of aan te stell<strong>en</strong>, de<br />

ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> in hun functie te bevestig<strong>en</strong> of eruit te verwijder<strong>en</strong>, alle geldmiddel<strong>en</strong> te beher<strong>en</strong>, de<br />

akt<strong>en</strong> te tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, arrestaties te verricht<strong>en</strong>, m.a.w. hij verkreeg alle recht <strong>en</strong> macht die tot het gezag<br />

van de heer behor<strong>en</strong>. Misschi<strong>en</strong> voelde Cornewall het einde van zijn heerschappij nader<strong>en</strong>. Immers, in<br />

1725 werd de Privé-Raad ingesteld door de Oost<strong>en</strong>rijkse bezetter <strong>en</strong> deze wilde e<strong>en</strong> absolutistisch<br />

regime met onvoorwaardelijke zelfstandigheid. De Privé-Raad werd het hoofdinstrum<strong>en</strong>t van het<br />

Oost<strong>en</strong>rijks bewind <strong>en</strong> droeg veel bij tot de hervorming van het strafrecht. De adelstand werd als<br />

bestur<strong>en</strong>d elem<strong>en</strong>t uitgeschakeld <strong>en</strong> de ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>stand kwam de plaats innem<strong>en</strong> van de<br />

riddergeslacht<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> de Frans<strong>en</strong> in 1744 weer binn<strong>en</strong>viel<strong>en</strong>, volgde de Privé-Raad het leger <strong>en</strong><br />

zetelde achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s te <strong>Weelde</strong>, te Schot<strong>en</strong>, te Lier <strong>en</strong> te Hoogstrat<strong>en</strong>. Het blijft e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> vraag<br />

in hoeverre deze her<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> zich met het dorp inliet<strong>en</strong>. Vermoedelijk zijn ze er weinig te zi<strong>en</strong><br />

geweest. Ze zull<strong>en</strong> zich echter wel verzekerd hebb<strong>en</strong> van betrouwbare schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>,<br />

want ze moest<strong>en</strong> e<strong>en</strong> pandsom of koopsom aflegg<strong>en</strong> bij het c<strong>en</strong>trale gezag, <strong>en</strong> dat bedrag moest ruim<br />

invorderbaar zijn. Ook berust<strong>en</strong>, in de Weeldse <strong>en</strong> Ravelse archiev<strong>en</strong>, dokum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de<br />

eedaflegging van de schout<strong>en</strong>, waarvoor dez<strong>en</strong> zich naar Middelburg moest<strong>en</strong> begev<strong>en</strong>. Keizer Karel<br />

VI van Oost<strong>en</strong>rijk stelde Eug<strong>en</strong>ius van Savoye aan als landvoogd van onze gewest<strong>en</strong> <strong>en</strong> onder zijn<br />

bestuur, van 1714 tot 1724 rez<strong>en</strong> al spoedig konflikt<strong>en</strong> met de adel.<br />

g. Bartholomeus Lemm<strong>en</strong>s van Tulder, Heer van <strong>Weelde</strong><br />

Bartholomeus Lemm<strong>en</strong>s was op 31 oktober 1671 te Poppel gebor<strong>en</strong> als zoon van Adriaan Lemm<strong>en</strong>s<br />

<strong>en</strong> Johanna Biemans. Hij was koninklijk ontvanger te Poppel <strong>en</strong> daar huwde hij op 10 januari 1709<br />

met Elisabeth van Esch. In 1722 werd hij secretaris van <strong>Weelde</strong>, maar hij bleef te Poppel won<strong>en</strong>.<br />

Enkele jar<strong>en</strong> na zijn aanstelling tot secretaris, werd hij heer van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> mete<strong>en</strong> kon vastgesteld<br />

word<strong>en</strong>, dat het gezag van de adel in hand<strong>en</strong> van de ambt<strong>en</strong>aar overging. Hij zegelde de<br />

geme<strong>en</strong>testukk<strong>en</strong> met het wap<strong>en</strong>cachet van Van Tulder. Zijn echtg<strong>en</strong>ote Elisabeth van Esch werd<br />

Vrouwe van <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>oemd want dat staat te lez<strong>en</strong> in het parochieregister van Poppel, waar ze op<br />

1 februari 1753 werd begrav<strong>en</strong>. Hun zoon, Adriaan Lemm<strong>en</strong>s van Tulder, werd op 22 juli 1717 te<br />

Poppel gebor<strong>en</strong>, studeerde recht<strong>en</strong> te Leuv<strong>en</strong> vanaf 1735, <strong>en</strong> hij overleed te Poppel op 10 september<br />

1767. Hij was secretaris van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel in het midd<strong>en</strong> van de 18e eeuw. Als secretaris van<br />

<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel werd hij opgevolgd door Jan Baptist Diels uit Turnhout, die in 1767 zijn


echtsstudies te Leuv<strong>en</strong> had beëindigd. We wet<strong>en</strong> niet of beide laatste secretariss<strong>en</strong> ook de functie<br />

van heer van <strong>Weelde</strong> uitoef<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Na het Anci<strong>en</strong> Régime, dit is de tijd voor de Franse Revolutie,<br />

verdwe<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> de schep<strong>en</strong>bank <strong>en</strong> de rechtspraak werd nu gevoerd door het kantongerecht te<br />

Ar<strong>en</strong>donk <strong>en</strong> door de rechtbank van Turnhout. De geme<strong>en</strong>te, met aan het hoofd e<strong>en</strong> "maire", behield<br />

vanaf to<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bestuurlijke opdracht.<br />

Weeldse universitair<strong>en</strong><br />

In 1425 werd de "Hogeschool van Leuv<strong>en</strong>" gesticht <strong>en</strong> het is vooral deze universiteit die vele Weeldse<br />

stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aantrok. We wet<strong>en</strong> dat de Vrijheid <strong>Weelde</strong> bij haar vermaarde schep<strong>en</strong>bank vele notabel<strong>en</strong><br />

tewerkstelde <strong>en</strong> deze welgestelde burgers liet<strong>en</strong> hun kinder<strong>en</strong> graag hoger onderwijs volg<strong>en</strong>. Ook<br />

stichtte Jan Huybrechts, rector van de St.-Michielskerk van 1505 tot 1532 ti<strong>en</strong> studiebeurz<strong>en</strong> in<br />

Leuv<strong>en</strong> aan de pedagogie "Het Verck<strong>en</strong>" voor familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> minvermog<strong>en</strong>de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit Lommel,<br />

Geel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>. Deze studiebeurz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in de loop der eeuw<strong>en</strong> vele Weeldse jonger<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan vooral deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die zich tot het priesterschap geroep<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong>. Om voor e<strong>en</strong><br />

studiebeurs in aanmerking te kom<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van minvermog<strong>en</strong>de huize zijn. In<br />

werkelijkheid werd nogal e<strong>en</strong>s afgewek<strong>en</strong> van deze grondregel! De eerste beursstud<strong>en</strong>t uit de Vrijheid<br />

<strong>Weelde</strong> was <strong>Nicolaus</strong> Janss<strong>en</strong> <strong>Poppelius</strong>. Hij was gebor<strong>en</strong> te Poppel maar dit vormde ge<strong>en</strong> beletsel,<br />

want de beurz<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s voorzi<strong>en</strong> voor Poppelse stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, omdat Poppel tot de Vrijheid<br />

<strong>Weelde</strong> behoorde tot het midd<strong>en</strong> van de 17e eeuw (1655). De andere Poppelaars die e<strong>en</strong> beurs<br />

g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> war<strong>en</strong>: Adrianus Antonis Peeters in 1561, Petrus Van de Wijngaert in 1720. Volg<strong>en</strong>de<br />

Weeldse stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> studeerd<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> beurs van Jan Huybrechts: H<strong>en</strong>ricus Lemm<strong>en</strong>s, Michael<br />

Kelders, Antonius Verheyd<strong>en</strong>, Jacobus Dick<strong>en</strong>s, Cornelius Dick<strong>en</strong>s, Joannes Van Eyndhov<strong>en</strong>,<br />

Joannes Kelders, Jan Baptist Dick<strong>en</strong>s, Joannes Claess<strong>en</strong>, Joannes Verheyd<strong>en</strong>, Jan Van Eyndhov<strong>en</strong>,<br />

Egidius Vermeer<strong>en</strong>. Van de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> hebb<strong>en</strong> we het jaar van inschrijving <strong>en</strong> de<br />

universiteitsplaats kunn<strong>en</strong> achterhal<strong>en</strong> (tuss<strong>en</strong> haakjes), maar niet van all<strong>en</strong> het ambt dat ze hebb<strong>en</strong><br />

bekleed.<br />

- Godefridus van <strong>Weelde</strong> (1440 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Thomas (1451 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- H<strong>en</strong>ricus Wouwermans (1457 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Verheyd<strong>en</strong> (1468 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Anselmi (1490 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Walter Anselmi. Werd bachelier in het kerkelijk recht <strong>en</strong> onderwees later in de abdij van Tongerlo<br />

(1490 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Walter Peeters (1492 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Antonius Buyckx. Werd gevolmachtigd r<strong>en</strong>tmeester van het aartsdiakonaat Kemp<strong>en</strong>land in het<br />

bisdom Luik (1492 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Walter Post (1494 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Gerard Geerts (1517 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Bartel Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>. Hij werd meester in de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> schout van <strong>Weelde</strong> (1517 te<br />

Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> die priester werd (1527 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Dominicus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>; later werd deze schout van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> omstreeks 1550 meier<br />

van Ravels (1527 te Leuv<strong>en</strong>)


- Petrus Andree (1527)<br />

- Joannes Sledd<strong>en</strong> (1530 te Bourges)<br />

- <strong>Nicolaus</strong> Petri Cools. Hij was plaatsvervang<strong>en</strong>d pastoor te <strong>Weelde</strong> (1532 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Danielis Buycx (1533 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Cornelius Van de Kieboom. Werd kapelaan te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> te Ravels (1544 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Gualterus Van Beeck (1545 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Aert Schats. Hij specialiseerde zich in het kerkelijk recht <strong>en</strong> onderwees daarna in de abdij van<br />

Tongerlo. Hij was later kapelaan van <strong>Weelde</strong> (1561-1568) <strong>en</strong> pastoor van Sint-Pieters-Lille (1568-<br />

1576) (1550 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Servatius Canters (1550 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Petrus Van Trier, die priester werd (1552 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Cornelius Baelemans, die te <strong>Weelde</strong> pastoor was van 1579 tot 1598 (1553 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Lambertus Dierckx (1553 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Adrianus Buycx (1553 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Adrianus Baelemans. Werd geprofest in 1561 in de abdij van Tongerlo. Adrianus werd eerst<br />

onderpastoor te Viss<strong>en</strong>ak<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarna was hij tijdelijk werkzaam te Luik om er de abdijbelang<strong>en</strong> te<br />

behartig<strong>en</strong>. Daar overleed hij in 1573. Hij werd er ook begrav<strong>en</strong> in de St.-Catharinakerk (1559 te<br />

Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Gerardus Adria<strong>en</strong>s<strong>en</strong> (1559 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Cornelius Claess<strong>en</strong> (1560 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Buycx (1563 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Frans Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>. Deze werd meester in de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> was later secretaris van Ravels<br />

van 1580 tot 1620 (1566 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Godeschalk Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>. Hij werd dokter in de beide recht<strong>en</strong>. Godeschalk was eerst<br />

pastoor van Waalwijk <strong>en</strong> daarna dek<strong>en</strong> van Diest. In Diest stierf hij op 2 oktober 1607 aan de pest<br />

(1580 te Parijs)<br />

- Bartel Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>. Deze Jezuiet studeerde in Beier<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zwitserland. Hij stierf te<br />

Ebersberg bij Munch<strong>en</strong> in 1627 (1584 te Ingolstadt)<br />

- Rochus Lemm<strong>en</strong>s werd meester in de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> hij was drossaard van Boxtel van 1604 tot 1641<br />

(1598 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Jan Lemm<strong>en</strong>s werd norbertijn van Averbode <strong>en</strong> hij werd priester gewijd op 19 september 1609. Jan<br />

was kapelaan te Keizersbos, geme<strong>en</strong>te Neer bij Roermond in 1614 <strong>en</strong> hij overleed in 1634 (1611 te<br />

Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Gerard Gooss<strong>en</strong>s. Kapelaan te <strong>Weelde</strong> van 1614 tot 1621, later kanunnik te Geel (1611 te Leuv<strong>en</strong>)


- Jan Baelemans werd meester in de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> advocaat te Leuv<strong>en</strong>. Hij was in 1625 secretaris van<br />

deze universiteit <strong>en</strong> in 1635 notaris-bewaarder van de privileges van deze universiteit (1611 te<br />

Leuv<strong>en</strong>)<br />

- H<strong>en</strong>ricus Lemm<strong>en</strong>s was op<strong>en</strong>baar notaris <strong>en</strong> secretaris van <strong>Weelde</strong>. Hij stierf hier op 20 juni 1695<br />

(1643 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Herman Bols werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 16 februari 1650 als zoon van Michiel Peter Bols <strong>en</strong><br />

Joanna Nod<strong>en</strong>s (1671 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Michael Kelders (1678 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Herman Joseph de Roy werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 23 april 1664 als zoon van Jan de Roy,<br />

secretaris van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> van Catharina Lemm<strong>en</strong>s. Hij volgde zijn vader op in het ambt <strong>en</strong><br />

huwde met Anna Van Huyss<strong>en</strong> (1683 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Antonius Kelders werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 4 november 1670 als zoon van Daniel Antonius<br />

Kelders <strong>en</strong> Petronella Bols (1687 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Antonius Verheyd<strong>en</strong> (1689 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Jacobus Dick<strong>en</strong>s werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 16 december 1670 als zoon van schep<strong>en</strong> Joost<br />

Dick<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Joanna Janss<strong>en</strong>. Hij werd priester gewijd in 1694 <strong>en</strong> was kapelaan van <strong>Weelde</strong> van 1697<br />

tot aan zijn dood op 3 mei 1728 (1690 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes De<strong>en</strong>s was priester <strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiant te Her<strong>en</strong>tals. Hij werd in de kerk van <strong>Weelde</strong> begrav<strong>en</strong><br />

op 27 januari 1706 (1692 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Cornelius Dick<strong>en</strong>s werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 30 december 1674 als zoon van schep<strong>en</strong> Joost<br />

Dick<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Joanna Janss<strong>en</strong>. Hij werd priester gewijd in 1700 (1696 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Van Eyndhov<strong>en</strong> (1696 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Kelders werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 11 april 1677 als zoon van Daniel Kelders <strong>en</strong><br />

Petronella Bols (1697 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Norbertus Bols werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 14 mei 1691 als zoon van Jacobus Bols <strong>en</strong> Elisabeth<br />

Verbraeck<strong>en</strong>. Hij studeerde g<strong>en</strong>eeskunde <strong>en</strong> was medicus te Turnhout. Hij werd in de adelstand<br />

verhev<strong>en</strong> <strong>en</strong> droeg de naam: Norbertus Bols d'Ar<strong>en</strong>donck. Norbertus Bols werd in de Sint-Pieterskerk<br />

te Turnhout begrav<strong>en</strong> (1712 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- H<strong>en</strong>ricus Franciscus de Roy werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 23 september 1691 als zoon van secretaris<br />

Hermannus de Roy (1715 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Jan Baptist Dick<strong>en</strong>s werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 28 september 1700 als zoon van Walterus Dick<strong>en</strong>s<br />

<strong>en</strong> Maria Willem Lemm<strong>en</strong>s. Hij was de neef van de hogerg<strong>en</strong>oemde priesters. Jan Baptist werd<br />

priester gewijd in 1724 <strong>en</strong> overleed reeds te <strong>Weelde</strong> op 21 november 1729 (1719 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Claess<strong>en</strong>s werd gebor<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> op 3 januari 1709 als zoon van Adrianus Claess<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />

Maria De<strong>en</strong>s. Onder de naam van frater Gregorius trad hij in te Averbode, werd priester gewijd te Luik<br />

in 1733 <strong>en</strong> overleed te Averbode op 21 september 1762 (1725 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Joannes Franciscus Verhey<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 5 november 1711 (1729 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Antonius Josephus Verhey<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 11 juli 1718 (1741 te Leuv<strong>en</strong>)


- Franciscus Bols werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 16 februari 1730 als zoon van Laur<strong>en</strong>tius Bols <strong>en</strong> Anna<br />

Van d<strong>en</strong> Bleeck. Hij promoveerde tot doctor in de medicijn<strong>en</strong> in 1756. Het diploma in perkam<strong>en</strong>t wordt<br />

nog bewaard door de familie Bols te <strong>Weelde</strong> (1751 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Jan Van Eyndhov<strong>en</strong>, priester (1760 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- H<strong>en</strong>ricus Huyg<strong>en</strong>s, priester (1770 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

- Egidius Vermeer<strong>en</strong>, priester (1776 te Leuv<strong>en</strong>)<br />

Het mer<strong>en</strong>deel van deze stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> zich te Leuv<strong>en</strong> voorbereid<strong>en</strong> tot het priesterschap. Om<br />

echter tot de wijding toegelat<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> vooral op de Weeldse schep<strong>en</strong>bank notariële<br />

overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, waardoor de bisschop van Antwerp<strong>en</strong> er zeker van kon zijn, dat<br />

de nieuwgewijd<strong>en</strong> over ruime inkomst<strong>en</strong> beschikt<strong>en</strong>, voor het geval zij ge<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de kerkelijke<br />

inkomst<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> verwerv<strong>en</strong>. Als regel werd voor elke wijding de hypotheek gevestigd op e<strong>en</strong> ganse<br />

boerderij. Hier volgt de korte inhoud van e<strong>en</strong> notariële akte, omgezet in e<strong>en</strong> hed<strong>en</strong>daagse schrijfvorm.<br />

Joost Dick<strong>en</strong>s laat daarin e<strong>en</strong> hypotheek vestig<strong>en</strong> op zijn hoeve, opdat zijn zoon Jacobus wereldlijk<br />

priester zou kunn<strong>en</strong> gewijd word<strong>en</strong>. "... Voor ons, schep<strong>en</strong><strong>en</strong> der Vrijheid <strong>Weelde</strong>, is gekom<strong>en</strong>: Joost<br />

Jacob Dick<strong>en</strong>s, onze vaste <strong>en</strong> gegoede ingezet<strong>en</strong>e, die tot pand verstrekt: huis, schuur, stal, schop,<br />

weid<strong>en</strong>, land<strong>en</strong>, plantages <strong>en</strong> schaarhout, geleg<strong>en</strong> op het gehucht de Leemputt<strong>en</strong>. Alle goeder<strong>en</strong> zijn<br />

onbelast <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grootte van 3000 roed<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> waarde van 2600 guld<strong>en</strong>. De vestiging van<br />

de hypotheek moet di<strong>en</strong><strong>en</strong> om de wijding van de zoon Jacobus te bekom<strong>en</strong>. De wijdeling zal het<br />

vruchtgebruik bekom<strong>en</strong> van deze goeder<strong>en</strong>, in geval hij over ge<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de kerkelijke inkomst<strong>en</strong> zou<br />

beschikk<strong>en</strong> in de toekomst. De hofstede werd tot dat doel in hand<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> van de bisschop van<br />

Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de belofte werd ondertek<strong>en</strong>d, dat de hoeve <strong>en</strong> de grond<strong>en</strong> in beste staat zoud<strong>en</strong><br />

gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> (22 maart 1694)." In het notarieel archief van <strong>Weelde</strong> werd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> akt<strong>en</strong><br />

gevond<strong>en</strong>, waaruit bleek dat de bisschop ooit beslag heeft gelegd op de gehypothekeerde goeder<strong>en</strong>.<br />

Wel werd<strong>en</strong> er akt<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> waarin de priesters later opheffing betek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ouderlijke<br />

bezitting<strong>en</strong> overliet<strong>en</strong> aan de andere wettelijke erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> van hun familie.<br />

Volk <strong>en</strong> bodem<br />

Dat <strong>Weelde</strong> lang voor onze jaartelling bewoond was, werd aangetoond door de opgraving<strong>en</strong>. Het zou<br />

echter nog wel 15 eeuw<strong>en</strong> dur<strong>en</strong> vooraleer concrete gegev<strong>en</strong>s over de evolutie van de bevolking<br />

werd<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>.<br />

De Brabantse haardtelling<strong>en</strong><br />

De oudste gegev<strong>en</strong>s over de bewoning word<strong>en</strong> ons verschaft door de haardtelling<strong>en</strong> die in het<br />

hertogdom Brabant plaats hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarvan de oudste van 1437 dateert. M<strong>en</strong> telde de rok<strong>en</strong>de<br />

schouw<strong>en</strong> of schoorst<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> niet het aantal inwoners. Demograf<strong>en</strong> raamd<strong>en</strong> uit deze haardtelling<strong>en</strong><br />

het inwonersaantal. In <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Ravels werd globaal geteld, omdat deze dorp<strong>en</strong> onder<br />

dezelfde dingbank ressorteerd<strong>en</strong>. De drie dorp<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> circa 2400 inwoners geteld hebb<strong>en</strong><br />

in 1437. De telling<strong>en</strong> van 1464, 1472 <strong>en</strong> 1480 gav<strong>en</strong> weinig opmerkelijke verandering<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>. In<br />

1487 trad keizer Maximiliaan van Duitsland hardhandig op teg<strong>en</strong> de weerbarstige geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, die<br />

zich van het c<strong>en</strong>trale gezag gedistantieerd hadd<strong>en</strong>. Hij greep in met e<strong>en</strong> sterk leger Duitsers <strong>en</strong><br />

Zwitsers <strong>en</strong> ook met hord<strong>en</strong> H<strong>en</strong>egouwse <strong>en</strong> Picardische sold<strong>en</strong>iers. Terreur, verwoesting <strong>en</strong><br />

uitwijking war<strong>en</strong> oorzak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gevoelige daling van de bevolking. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> zorgd<strong>en</strong><br />

besmettelijke epidemieën voor e<strong>en</strong> verdere achteruitgang. In 1496 verklaarde Jacob Peeters van<br />

Wijtvliet, stadhouder, onder eed, dat er 269 haardsted<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, waaronder 76 arm<strong>en</strong>huisjes, één<br />

gasthuis, twee priesterwoning<strong>en</strong>, één huis van Postel <strong>en</strong> het huis van de heer. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er<br />

nog 24 onbewoonde huiz<strong>en</strong>. In 1526 was de toestand g<strong>en</strong>ormaliseerd <strong>en</strong> war<strong>en</strong> er andermaal circa<br />

2400 ziel<strong>en</strong> in de drie dorp<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong> zou bij b<strong>en</strong>adering 1000, Poppel 800 <strong>en</strong> Ravels 600 inwoners<br />

geteld hebb<strong>en</strong>.<br />

De in- <strong>en</strong> uitwijking heeft altijd bestaan <strong>en</strong> heeft de bevolkingsevolutie in <strong>en</strong>ige mate beïnvloed. M<strong>en</strong><br />

was echter in vroegere eeuw<strong>en</strong> niet erg tolerant teg<strong>en</strong>over inwijkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> om poorter te kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> andere stad of e<strong>en</strong> ander dorp moest m<strong>en</strong> aan hoge eis<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>. Vooral in de


zesti<strong>en</strong>de eeuw k<strong>en</strong>de <strong>Weelde</strong> het probleem van de uitwijking <strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de godsdi<strong>en</strong>sttwist<strong>en</strong>, van<br />

1570 tot 1590, hebb<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> elders e<strong>en</strong> bestaan gezocht. De beroering, ontstaan door de reformatie,<br />

deed vele <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> de wijk nem<strong>en</strong> naar Antwerp<strong>en</strong>, Breda <strong>en</strong> Turnhout <strong>en</strong> niet minder dan 41<br />

gezinshoofd<strong>en</strong> verwierv<strong>en</strong> het poorterschap in één van die drie sted<strong>en</strong>.<br />

De telling onder het Spaans bewind<br />

Op 7 november 1695 werd ingevolge de "coniclijcke Majesteyts Placcaerte" e<strong>en</strong> onderzoek ingesteld<br />

naar de vaste inwoners van <strong>Weelde</strong>. Het ging hier om e<strong>en</strong> volkstelling, waaruit moest blijk<strong>en</strong> hoeveel<br />

overschot aan graan de vrijheid kon lever<strong>en</strong> aan het leger van de bezetter. De telling omvatte<br />

mann<strong>en</strong>, vrouw<strong>en</strong>, kinder<strong>en</strong>, knecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> meid<strong>en</strong> <strong>en</strong> het eindresultaat bestond uit 497 person<strong>en</strong>.<br />

Enkele steekproev<strong>en</strong> uit de parochieregisters van die periode wez<strong>en</strong> uit dat de kinder<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> 12<br />

jaar niet geteld war<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook het inwonersaantal werd zeker onder de werkelijkheid gehoud<strong>en</strong> om zo<br />

weinig mogelijk levering<strong>en</strong> te moet<strong>en</strong> verricht<strong>en</strong>. Driehonderd jaar geled<strong>en</strong> werd de kern van de<br />

leefgeme<strong>en</strong>schap gevormd door volg<strong>en</strong>de families: Baelemans, Bax, Bols, Buycx, de Bont, Dick<strong>en</strong>s,<br />

Geerts, Havermans, Hermans, Laureys<strong>en</strong>, Luyt<strong>en</strong>, Van Dun, Van Eyndhov<strong>en</strong>, Van Heyst, Van d<strong>en</strong><br />

Heuvel, Van Gestel, Van Loon, Van Beeck, Van Raeck, Verhey<strong>en</strong>, Vermeer<strong>en</strong>, Vermeul<strong>en</strong>, Vloemans,<br />

Vromans <strong>en</strong> Willems. Uit deze opsomming blijkt e<strong>en</strong> tamelijk grote stabiliteit van de autochtone<br />

bevolking, want vele van deze nam<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> nu nog voor.<br />

De telling onder het Oost<strong>en</strong>rijks bewind<br />

E<strong>en</strong> andere volkstelling vond plaats in opdracht van keizerin Maria-Theresia op 27 november 1754.<br />

Deze telling is met ernst gebeurd <strong>en</strong> omvatte alle inwoners, met het eindresultaat van 1008 person<strong>en</strong>.<br />

Uit de nabeschouwing, die bij deze volkstelling werd gevoegd, kon andermaal de hachelijke toestand<br />

onderk<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> waarin de bevolking verkeerde. Hier volgt de slotalinea: "... er moet hier word<strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>oteerd dat 69 keuters zich met één of twee koei<strong>en</strong> e<strong>en</strong> broodwinning moet<strong>en</strong> verzeker<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat 32<br />

landbouwers slechts drie of vier koei<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om de kost te verdi<strong>en</strong><strong>en</strong>. Ook zijn ze meest<strong>en</strong>deels<br />

huurders <strong>en</strong> er bevind<strong>en</strong> zich onder h<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> grote boer<strong>en</strong>". Uit andere bronn<strong>en</strong> van fiskale aard, is<br />

ons bek<strong>en</strong>d dat het aantal koei<strong>en</strong> gemakkelijk het dubbele bedroeg van de aangifte <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was<br />

het dorp e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk getal schaapskudd<strong>en</strong> rijk, zoveel zelfs, dat haast elk vrouwm<strong>en</strong>s van <strong>Weelde</strong>,<br />

bij 't begin van de 19e eeuw, spinster was van beroep. De slotbeschouwing bij de telling van 1754<br />

moet<strong>en</strong> we nem<strong>en</strong> voor wat ze waard is: weinig waarheidsgetrouw, al werd ze onder eed<br />

gepres<strong>en</strong>teerd.<br />

Er war<strong>en</strong> in 1754 buit<strong>en</strong> die 101 grote <strong>en</strong> kleine landbouwwinning<strong>en</strong>, drie spinners, 15 spinsters,<br />

zev<strong>en</strong> wolwevers, één lak<strong>en</strong>wever, <strong>en</strong> zes kleermakers. De schap<strong>en</strong>teelt nam e<strong>en</strong> voorname plaats in.<br />

Er war<strong>en</strong> drie wag<strong>en</strong>makers, één timmerman, drie smed<strong>en</strong>, één kuiper, één gareelmaker, één<br />

koperslager, één scho<strong>en</strong>maker, drie strodekkers, twee brouwers, <strong>en</strong> zes herbergiers, één olieslager<br />

<strong>en</strong> één mulder, verder war<strong>en</strong> er 149 inwon<strong>en</strong>de knecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> meid<strong>en</strong>. Het dorp had ook nog vier<br />

winkeliers, drie geestelijk<strong>en</strong>, één veldwachter <strong>en</strong> één koster-schoolmeester. Voor geestelijke <strong>en</strong><br />

stoffelijke behoeft<strong>en</strong> di<strong>en</strong>de m<strong>en</strong> het dorp niet te verlat<strong>en</strong>!<br />

De tweede telling onder het Oost<strong>en</strong>rijks bewind<br />

In 1784 werd er te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> volkstelling gehoud<strong>en</strong> die <strong>en</strong>kele wet<strong>en</strong>swaardighed<strong>en</strong> opleverde in<br />

verband met de sam<strong>en</strong>stelling van de gezinn<strong>en</strong>, de verspreiding van die gezinn<strong>en</strong> over de<br />

woonkern<strong>en</strong> <strong>en</strong> de leeftijd van de bewoners.<br />

a. Verspreiding van de gezinn<strong>en</strong> over de woonkern<strong>en</strong>:<br />

Ge<strong>en</strong>einde, Hoogeinde <strong>en</strong> Laar: 63 gezinn<strong>en</strong><br />

Breyn: 10 gezinn<strong>en</strong><br />

Leemputt<strong>en</strong>: 10 gezinn<strong>en</strong><br />

Mol<strong>en</strong>einde: 11 gezinn<strong>en</strong>


Straat: 53 gezinn<strong>en</strong><br />

Hegge: 32 gezinn<strong>en</strong><br />

Schoot: 3 gezinn<strong>en</strong><br />

Meir <strong>en</strong> groes: 26 gezinn<strong>en</strong><br />

b. Statistiek van de leeftijd van de inwoners:<br />

De kurve van de leeftijdsstatistiek toont ons dat ruim 40% van de inwoners nog ge<strong>en</strong> 20 jaar oud was<br />

<strong>en</strong> dat vanaf de leeftijd van 50 jaar er e<strong>en</strong> sterke daling optreedt. Onder de families die in de 18e<br />

eeuw nog sterk verteg<strong>en</strong>woordigd war<strong>en</strong>, noter<strong>en</strong> we: Antoniss<strong>en</strong>, Boumans, De<strong>en</strong>s,<br />

Hopp<strong>en</strong>brouwers, Kaels, Marinus, Miertmans, Pigg<strong>en</strong>, Schats, Schoot, Swolfs <strong>en</strong> van Ley<strong>en</strong>borgh.<br />

Vele van deze nam<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> nu te <strong>Weelde</strong> niet meer voor. Op last van schout de Fierlant van<br />

Turnhout werd<strong>en</strong> in 1785 volkstelling<strong>en</strong> doorgevoerd, die voor <strong>Weelde</strong> als resultaat gav<strong>en</strong>: 2 priesters,<br />

356 mann<strong>en</strong>, 369 vrouw<strong>en</strong>, 177 jong<strong>en</strong>s, 125 meisjes, dus e<strong>en</strong> totaal van 1019 person<strong>en</strong>. Ook de<br />

Franse bezetter beval e<strong>en</strong> volkstelling in 1800. M<strong>en</strong> gaf voor <strong>Weelde</strong> 1100 inwoners op.<br />

De telling onder het Hollands bewind<br />

De Hollandse bezetter hield e<strong>en</strong> volkstelling op 6 mei 1822 met het volg<strong>en</strong>de resultaat: Ge<strong>en</strong>einde<br />

318 inwoners, Laar <strong>en</strong> Meir 240 inwoners, Hegge 190 inwoners, Straat 332 inwoners. Totaal: 1080<br />

inwoners. In deze periode is er nog ge<strong>en</strong> sprake van e<strong>en</strong> woonkern aan <strong>Weelde</strong>-Statie. Dit gebied<br />

was to<strong>en</strong> nog volkom<strong>en</strong> woest <strong>en</strong> onbebouwd. Eerst in 1865, wanneer daar e<strong>en</strong> weg <strong>en</strong> e<strong>en</strong> spoorlijn<br />

werd<strong>en</strong> aangelegd, startte de bebouwing. Hoe <strong>Weelde</strong> er 200 jaar geled<strong>en</strong> uitzag, kunn<strong>en</strong> we bij<br />

b<strong>en</strong>adering opmak<strong>en</strong> uit de Kabinetskaart van de Oost<strong>en</strong>rijkse Nederland<strong>en</strong>, getek<strong>en</strong>d tuss<strong>en</strong> 1771<br />

<strong>en</strong> 1778, op initiatief van graaf de Ferraris. Ongeveer 1200 hektar<strong>en</strong> grond war<strong>en</strong> in cultuur gebracht<br />

<strong>en</strong> dat was 32% van de ganse oppervlakte. De Leemputt<strong>en</strong>, de Singel, het Ge<strong>en</strong>einde, het<br />

Hoogeinde, het Laar, de Eelse Straat <strong>en</strong> de Breyn besloeg<strong>en</strong> daarvan circa 400 hektar<strong>en</strong>. De Meir <strong>en</strong><br />

de Groes circa 100 hektar<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Hegge, het Schoot, de Straat <strong>en</strong> het Mol<strong>en</strong>einde circa 700<br />

hektar<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong> lag aan de weg van Turnhout naar 's-Hertog<strong>en</strong>bosch. Van Ravels-Dorp liep die weg<br />

naar Ravels-Eel <strong>en</strong> dan via 't Broek <strong>en</strong> de Polderstraat naar <strong>Weelde</strong>-Straat. Van hier uit liep de weg<br />

door de huidige Melkerijstraat recht naar De Hoek in de Hegge, om zo via de Beekseweg <strong>en</strong> Rovert in<br />

Poppel Hilvar<strong>en</strong>beek te bereik<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong>-Straat vertoonde in 1775 de lintbebouwing zoals die er<br />

vandaag nog uitziet <strong>en</strong> bleek de bijzonderste woonkern van <strong>Weelde</strong> te zijn. Het Schoot onderging<br />

ge<strong>en</strong> verandering <strong>en</strong> het Ge<strong>en</strong>einde, het Laar <strong>en</strong> de Meir war<strong>en</strong>, na de Straat, de voornaamste<br />

woonkern<strong>en</strong>. Tuss<strong>en</strong> de kapel van <strong>Weelde</strong>-Straat <strong>en</strong> de Sint-Michielskerk stond één <strong>en</strong>kel huisje,<br />

zodat er van ouds tuss<strong>en</strong> de twee kerkgeme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> brede afstandelijke scheiding bestond.<br />

De Hegge was het belangrijkste landbouwgebied. Er werd te <strong>Weelde</strong> vooral rogge verbouwd, ook<br />

gerst, haver, boekweit, spurrie, aardappel<strong>en</strong> <strong>en</strong> rap<strong>en</strong>. De helft van de dorpsoppervlakte was begroeid<br />

met houtkant <strong>en</strong> schaarhout, dat om de zes jaar gekapt werd voor de op<strong>en</strong> haardvur<strong>en</strong>. Er werd<br />

aangifte gedaan van 67 werkpaard<strong>en</strong>, 435 koei<strong>en</strong>, 667 schap<strong>en</strong>, 140 vark<strong>en</strong>s <strong>en</strong> 100 geit<strong>en</strong>. Boter,<br />

kaas <strong>en</strong> wol war<strong>en</strong> de handelsprodukt<strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong> de windmol<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> haverpelmol<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />

gerstpelmol<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> slagmol<strong>en</strong> om smout te pers<strong>en</strong> uit raapzaad. De laatste drie mol<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong><br />

aangedrev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> paard in de "manège".<br />

Demografische aspekt<strong>en</strong> in de 19e eeuw<br />

Het is alom bek<strong>en</strong>d dat onze voorouders de eerste 75 jaar van het onafhankelijke België e<strong>en</strong> harde<br />

tijd hebb<strong>en</strong> doorworsteld. Deze tr<strong>en</strong>d op<strong>en</strong>baarde zich ook in de bevolkingsevolutie. E<strong>en</strong> willekeurige<br />

greep van 15 jar<strong>en</strong>, nl. van 1847 tot <strong>en</strong> met 1861 toont ons, dat de demografische ontwikkeling van<br />

<strong>Weelde</strong>, eerder degressief g<strong>en</strong>oemd kon word<strong>en</strong>. Op 1160 ziel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er in die periode 392<br />

geboort<strong>en</strong> <strong>en</strong> het aantal geboort<strong>en</strong> lag met 26,1 per duiz<strong>en</strong>d op e<strong>en</strong> vrij hoog peil, maar de<br />

kindersterfte bedroeg 25%. Op 308 overled<strong>en</strong><strong>en</strong> war<strong>en</strong> er 206 volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> 102 kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

kindersterfte bereikte één derde van het totale sterftecijfer. Het geboorteoverschot bedroeg in het<br />

midd<strong>en</strong> van de vorige eeuw amper 0.5%. Het aantal huwelijk<strong>en</strong> bedroeg 7 per duiz<strong>en</strong>d. De


evolkingsevolutie van de laatste eeuw werd in grafiek gebracht door Eric Jans<strong>en</strong> <strong>en</strong> Willy Remeys<strong>en</strong>.<br />

Ze bekwam<strong>en</strong> hun gegev<strong>en</strong>s van het Nationaal Instituut voor de Statistiek.<br />

1. In 1880 telde <strong>Weelde</strong> 1114 inwoners<br />

2. In 1900 telde <strong>Weelde</strong> 1189 inwoners<br />

3. In 1920 telde <strong>Weelde</strong> 1514 inwoners<br />

4. In 1940 telde <strong>Weelde</strong> 2197 inwoners<br />

5. In 1960 telde <strong>Weelde</strong> 2745 inwoners<br />

6. In 1970 telde <strong>Weelde</strong> 3174 inwoners<br />

Bij de fusie met Ravels <strong>en</strong> Poppel had <strong>Weelde</strong> 3599 inwoners. Er valt nog aan te stipp<strong>en</strong> dat in het<br />

jaar 1900 Ravels voor de eerste keer meer inwoners telde dan <strong>Weelde</strong>. De snelle bevolkingsaangroei<br />

van na 1900 kan deels op rek<strong>en</strong>ing gebracht word<strong>en</strong> van:<br />

a. de industrialisatie van de Noorderkemp<strong>en</strong><br />

b. de grote heideontginning<strong>en</strong> in de eerste helft van deze eeuw, waardoor te <strong>Weelde</strong> 1000 hektar<strong>en</strong><br />

nieuwe landbouwgrond e<strong>en</strong> nieuw verzekerd bestaan bracht<strong>en</strong> voor honderd<strong>en</strong> inwoners<br />

c. de nieuwe st<strong>en</strong><strong>en</strong> woning<strong>en</strong>, welke rond 1900 te <strong>Weelde</strong> mode werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die voor e<strong>en</strong> betere<br />

hygiëne zorgd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

d. de medische begeleiding die de kindersterfte gevoelig terugschroefde<br />

Ramp<strong>en</strong>,onlust<strong>en</strong> <strong>en</strong> epidemieën<br />

Alhoewel teg<strong>en</strong>woordig ook niet alles rozegeur <strong>en</strong> maneschijn is <strong>en</strong> we vaak hor<strong>en</strong> klag<strong>en</strong> <strong>en</strong> morr<strong>en</strong>,<br />

hadd<strong>en</strong> onze voorouders meer red<strong>en</strong> tot ontevred<strong>en</strong>heid dan wij. Vaak werd<strong>en</strong> onze strek<strong>en</strong><br />

geteisterd door "boze macht<strong>en</strong>" die veel ell<strong>en</strong>de bracht<strong>en</strong> in de nederige <strong>en</strong> rustige dorp<strong>en</strong>. Wat d<strong>en</strong>kt<br />

u van de talloze oorlog<strong>en</strong> die in onze streek woedd<strong>en</strong>? In de 14e eeuw war<strong>en</strong> de Brabantse Hertog<strong>en</strong><br />

er op belust hun landhonger oostelijk uit te breid<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze wild<strong>en</strong> Gelderland, Limburg <strong>en</strong> Gullik (West-<br />

Duitsland) inpalm<strong>en</strong>. In de slag van Baesweiler bij Ak<strong>en</strong> werd het Brabantse leger in 1371 totaal<br />

verslag<strong>en</strong>. We wet<strong>en</strong> niet of <strong>Weelde</strong> soldat<strong>en</strong> leverde, maar wel is bek<strong>en</strong>d dat de geme<strong>en</strong>te moest<br />

instaan om de Brabantse krijgsgevang<strong>en</strong><strong>en</strong> te help<strong>en</strong> vrijkop<strong>en</strong>. Op 1 november 1374 werd te Leuv<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> dekreet uitgevaardigd waarbij drie jaar lang, 105 ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> van Poppel, 75 van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> 50<br />

van Ravels, respectievelijk <strong>en</strong> globaal 735,525 <strong>en</strong> 285 goud<strong>en</strong> motto<strong>en</strong><strong>en</strong> (waardevol Leuv<strong>en</strong>s<br />

muntstuk) aan extra-belasting di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dat was voorzeker e<strong>en</strong> beroerde taxatie!<br />

Spaanse, Franse <strong>en</strong> Hollandse troep<strong>en</strong> viel<strong>en</strong> onze voorouders vaak langdurig lastig. Om <strong>en</strong>kele<br />

voorbeeld<strong>en</strong> te noem<strong>en</strong>: van 1572 tot 1585 plunderd<strong>en</strong> de Spaanse <strong>en</strong> Hollandse soldat<strong>en</strong> onze<br />

gewest<strong>en</strong>; in 1590 werd de helft van de huiz<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> vernietigd t<strong>en</strong> gevolge van brandstichting <strong>en</strong><br />

plundering door de soldat<strong>en</strong> van Berg<strong>en</strong>-Op-Zoom; in 1602 <strong>en</strong> 1603 plunderd<strong>en</strong> de soldat<strong>en</strong> van prins<br />

Maurits de Kemp<strong>en</strong>.<br />

Behalve soldat<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er de rondtrekk<strong>en</strong>de b<strong>en</strong>d<strong>en</strong> die voor de nodige ell<strong>en</strong>de zorgd<strong>en</strong>, zoals de<br />

beruchte b<strong>en</strong>de van Maart<strong>en</strong> van Rossum uit Gelre die in 1542 in onze gewest<strong>en</strong> huishield. Deze<br />

Maart<strong>en</strong> van Rossum eiste van de bevolking schatting op dreiging van brandstichting. Het ell<strong>en</strong>digste<br />

tijdstip uit de geschied<strong>en</strong>is van de Vrijheid <strong>Weelde</strong> speelde zich af op 11 juli 1703 <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de dag<strong>en</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong> kreeg e<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong>de plundering <strong>en</strong> verwoesting te verdur<strong>en</strong> van de Hollanders <strong>en</strong> de<br />

aangerichte schade werd to<strong>en</strong> op 80.000 guld<strong>en</strong> geraamd. Naar hed<strong>en</strong>daagse maatstaf zou die<br />

schade om <strong>en</strong> bij de 250 miljo<strong>en</strong> frank bedrag<strong>en</strong>. Op 20 juli 1707 geraakt<strong>en</strong> 64 Hollanders <strong>en</strong> 22<br />

Frans<strong>en</strong> slaags bij de kerk. Twee Frans<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> er het lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Hollanders hadd<strong>en</strong> vijf<br />

gekwetst<strong>en</strong>, waaronder de Kapitein, die 's ander<strong>en</strong>daags te Breda stierf. E<strong>en</strong> andere keer sloeg de<br />

hongersnood g<strong>en</strong>adeloos toe, zoals dat nog in 1847 te <strong>Weelde</strong> het geval was. Str<strong>en</strong>ge winters, zware<br />

onweders vergezeld met hagelslag <strong>en</strong> droge zomers bracht<strong>en</strong> grote schade aan de gewass<strong>en</strong> aan.<br />

Het jaar 1723 was buit<strong>en</strong>gewoon droog <strong>en</strong> heet: de zon verz<strong>en</strong>gde de rogge in de ar<strong>en</strong>; de hitte<br />

verschroeide het gras. Op 5 juni 1737 werd <strong>Weelde</strong> door e<strong>en</strong> geweldige hagelslag geteisterd. Niet<br />

minder dan 16.425 roed<strong>en</strong> (54 ha <strong>en</strong> 75a) werd<strong>en</strong> door het ontij vernield. De winter van 1740 was<br />

buit<strong>en</strong>gewoon str<strong>en</strong>g. De vorst was in de Kemp<strong>en</strong> zo hevig dat kinder<strong>en</strong> in de wieg doodvror<strong>en</strong>. De<br />

gro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> led<strong>en</strong> door de vorst grote schade zodat de prijz<strong>en</strong> de pan uitrez<strong>en</strong>.<br />

Het meest van al echter war<strong>en</strong> onze voorouders beducht voor de gevreesde epidemieën zoals rode<br />

loop (dys<strong>en</strong>terie), cholera, difterie, pokk<strong>en</strong>, melaatsheid <strong>en</strong> de pest. Dergelijke epidemieën werd<strong>en</strong>


gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> straf van God of toegeschrev<strong>en</strong> aan de duistere macht<strong>en</strong> van de duivel. Als<br />

belangrijkste remedies werd<strong>en</strong> dan ook gehanteerd het gebed <strong>en</strong> de verering van de heilig<strong>en</strong>. In onze<br />

strek<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de H.Antonius, Sint-Rochus <strong>en</strong> Sint-Sebastiaan pestheilig<strong>en</strong>. Voornam<strong>en</strong> van deze<br />

heilig<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> dan ook in <strong>Weelde</strong> in de 16e <strong>en</strong> 17e eeuw, to<strong>en</strong> de pest onophoudelijk woedde,<br />

veelvuldig voor. Tijd<strong>en</strong>s de pestjar<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er grote begank<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> naar Sint-Adriaan, de<br />

patroonheilige van Ravels-Eel. De auteur Jan van de Velde schreef in 1742:"Ravels heeft Sint-Adriaan<br />

tot zijn patroon die aldaar zeer teg<strong>en</strong> de pestziekte in eere is..." Het is ge<strong>en</strong> wonder dat de voornaam<br />

Adrianus in haast elk gezin van Ravels aan e<strong>en</strong> zoon werd gegev<strong>en</strong>. Ook <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel volgd<strong>en</strong><br />

dit voorbeeld. Behalve tot het gebed nam m<strong>en</strong> ook zijn toevlucht tot allerlei voorbehoed- <strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>eesmiddel<strong>en</strong>. Eén recept uit e<strong>en</strong> klooster van Antwerp<strong>en</strong> will<strong>en</strong> we u niet onthoud<strong>en</strong>. "Remedy<br />

teg<strong>en</strong> d<strong>en</strong> rood<strong>en</strong> loop: 4 doyers van Eyers <strong>en</strong> 2 roomers boomolie <strong>en</strong> 4 ... Laot beste poeyersuiker <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> halve kruy<strong>en</strong> noot <strong>en</strong> e<strong>en</strong> halve vles witte wijn <strong>en</strong> dan door e<strong>en</strong> getimpert <strong>en</strong> e<strong>en</strong>igh<strong>en</strong> tijdt<br />

kook<strong>en</strong> <strong>en</strong> altijdt roer<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan warm in 1 à 2 keer<strong>en</strong> gebruyk<strong>en</strong> <strong>en</strong> eerst pregeer<strong>en</strong> van witte rabarber<br />

is wondergoet <strong>en</strong> dan d<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>sta<strong>en</strong>d<strong>en</strong> midd<strong>en</strong> gebruyk<strong>en</strong> <strong>en</strong> warm in huys blijv<strong>en</strong>".<br />

Teg<strong>en</strong> de pest bevol<strong>en</strong> g<strong>en</strong>eeskundig<strong>en</strong> uit de 17e eeuw verzuivering van lucht aan <strong>en</strong> de onthouding<br />

van alle overdaad in et<strong>en</strong> <strong>en</strong> drink<strong>en</strong>. Vanaf de 18e eeuw verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> deze rampzalige epidemieën<br />

langzaam maar zeker. De belangrijke oorzak<strong>en</strong> war<strong>en</strong>: de langzaam, bijna onmerkbare vooruitgang:<br />

betere kleding, huiz<strong>en</strong> van duurzamer materiaal, betere verwarming in huis waardoor vochtigheid <strong>en</strong><br />

ongedierte werd<strong>en</strong> teruggedrong<strong>en</strong>. Zo zi<strong>en</strong> we in Meerhout de gemiddelde leeftijd in 60 jaar met 9<br />

jaar to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. De gemiddelde leeftijd tuss<strong>en</strong> 1776 <strong>en</strong> 1800 was 34 jaar <strong>en</strong> 6 maand<strong>en</strong>. In andere<br />

parochies zi<strong>en</strong> we tuss<strong>en</strong> 1660-1669 <strong>en</strong> 1750-1796 e<strong>en</strong> verl<strong>en</strong>ging van de lev<strong>en</strong>sduur met e<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tal<br />

jar<strong>en</strong>. De meest vreselijke gesel Gods was ongetwijfeld de pest. De pest werd veroorzaakt door<br />

bacteriën, voorkom<strong>en</strong>d bij knaagdier<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s zelf werd meestal besmet door de rattevlo, die de<br />

bacill<strong>en</strong> van de rat op de m<strong>en</strong>s overbracht. Na 2 tot 6 dag<strong>en</strong> trad<strong>en</strong> de eerste ziekteverschijnsel<strong>en</strong> op.<br />

De infectie werd van rat tot rat voornamelijk door de rattevlo overgebracht. De rat stierf gewoonlijk aan<br />

de ziekte, de vlo zocht voedsel (bloed) bij e<strong>en</strong> andere rat <strong>en</strong> bracht daarbij de infectie over. <strong>To<strong>en</strong></strong> er<br />

door de pest nog maar weinig ratt<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, viel<strong>en</strong> de hongerige vlooi<strong>en</strong> ook de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan. Infectie<br />

met de pestbacil veroorzaakte bij de m<strong>en</strong>s meestal de buil<strong>en</strong>pest. Deze naam dankte de ziekte aan<br />

het meest opvall<strong>en</strong>de verschijnsel: de buil<strong>en</strong>. Dat war<strong>en</strong> zwelling<strong>en</strong> door hevige ontsteking<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

groep lymfeklier<strong>en</strong>, meestal in de lies, soms in oksels of hals. De patiënt was zwaar ziek <strong>en</strong> had hoge<br />

koorts. De og<strong>en</strong> war<strong>en</strong> rood doorlop<strong>en</strong> <strong>en</strong> dikwijls was hij onrustig of verward. De buil kon veretter<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> daarna doorbrek<strong>en</strong> waarbij veel etter vrijkwam. Zonder behandeling stierf de helft tot driekwart van<br />

de lijders na <strong>en</strong>kele dag<strong>en</strong>. Behalve de buil<strong>en</strong>pest k<strong>en</strong>de m<strong>en</strong> de long<strong>en</strong>pest. Deze ontstond door<br />

inademing van pestbacill<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong>de druppeltjes waardoor longontsteking ontstond. De patiënt was<br />

ernstig ziek, gaf veel slijm op <strong>en</strong> was erg b<strong>en</strong>auwd. Hij was zeer besmettelijk voor ander<strong>en</strong>. Zonder<br />

behandeling trad in de meeste gevall<strong>en</strong> na <strong>en</strong>kele dag<strong>en</strong> de dood in.<br />

De pest had in vroegere eeuw<strong>en</strong> alle kans om toe te slaan. De hygiëne liet vaak te w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> over. De<br />

huisjes war<strong>en</strong> klein, vochtig, slecht onderhoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> herbergd<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> huisdier<strong>en</strong>. Op straat lag<br />

voor de deur de mest- <strong>en</strong> ashoop. Ongedierte zoals ratt<strong>en</strong>, kreeg dus g<strong>en</strong>oeg kans om welig rond te<br />

tier<strong>en</strong>. In slordigheid <strong>en</strong> vuiligheid opgegroeid nuttigd<strong>en</strong> onze voorzat<strong>en</strong> niet zeld<strong>en</strong> ongezond voedsel<br />

<strong>en</strong> drink<strong>en</strong>. Wanneer de toestand dan nog verslechterde door oorlog, slechte oogst<strong>en</strong>, werkeloosheid,<br />

kond<strong>en</strong> de epidemieën onverbiddelijk toeslaan. In crisistijd<strong>en</strong> immers trokk<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vanwege de<br />

werkeloosheid uit hun woonplaats weg of in oorlogstijd<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> soldat<strong>en</strong> af <strong>en</strong> aan. De ziektes<br />

kond<strong>en</strong> zich door deze zwerv<strong>en</strong>de <strong>en</strong> trekk<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gemakkelijk verspreid<strong>en</strong>. In <strong>Weelde</strong> viel<strong>en</strong><br />

de pestjar<strong>en</strong> -zoals hieronder zal blijk<strong>en</strong>- sam<strong>en</strong> met jar<strong>en</strong> van inkwartiering <strong>en</strong> het weg- <strong>en</strong><br />

weertrekk<strong>en</strong> van vijandelijke legerkorps<strong>en</strong>. In sommige volkssag<strong>en</strong> wordt de pest voorgesteld als e<strong>en</strong><br />

jonkvrouwe in wit doodsgewaad met loshang<strong>en</strong>de witte mantel, drag<strong>en</strong>de het opschrift: "waar mijn<br />

mantel waait, daar word<strong>en</strong> de gezicht<strong>en</strong> bleek <strong>en</strong> de woning<strong>en</strong> ledig". De pest werd beschouwd als<br />

e<strong>en</strong> straf, e<strong>en</strong> bezoeking, e<strong>en</strong> "gave" Gods <strong>en</strong> ze wordt daarom ook wel betiteld met de naam van:<br />

"Godsgave" of "Gave Gods". In teg<strong>en</strong>stelling tot de tering, die m<strong>en</strong> wel "de witte dood" noemde, heette<br />

de pest "de zwarte dood", omdat zij gepaard ging met donkere bloedbraking<strong>en</strong> <strong>en</strong> met buil<strong>en</strong><br />

(buil<strong>en</strong>pest). Andere b<strong>en</strong>aming<strong>en</strong> voor de pest war<strong>en</strong> "haestige sieckte" of "de gauwe". Was de<br />

pestziekte erg<strong>en</strong>s heers<strong>en</strong>de, dan werd<strong>en</strong> "keur<strong>en</strong>" (= verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>) vastgesteld, waarvan de<br />

artikel<strong>en</strong>, op zware boete door de ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> nageleefd; door het luid<strong>en</strong> der<br />

"pestclocke" werd<strong>en</strong> ze van tijd tot tijd aan die plicht herinnerd.<br />

Volg<strong>en</strong>s de ordonnantie van keizer Karel van 13 maart 1533 moest voor het huis waar de pest<br />

heerste, of waar e<strong>en</strong> lijder was bezwek<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> "stroowisch" uitgestok<strong>en</strong> word<strong>en</strong> "bov<strong>en</strong> de dorpel van


de deure, dat m<strong>en</strong> die lichtelijcke <strong>en</strong>de wel si<strong>en</strong> kan". En waar e<strong>en</strong> huisg<strong>en</strong>oot van e<strong>en</strong> pestlijder "uyt<br />

nootsaeck" zich op straat moest begev<strong>en</strong>, was hij verplicht "bloot <strong>en</strong>de onbedeckt e<strong>en</strong> witte roede van<br />

e<strong>en</strong> el lang" in de hand te drag<strong>en</strong> <strong>en</strong> ieder, die hem "sagh, moest soo veel <strong>en</strong> soo verre te wijck<strong>en</strong>, als<br />

het mogelijk was". Er werd<strong>en</strong> person<strong>en</strong> aangesteld, die de besmette huiz<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> veg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

schrobb<strong>en</strong>, de zgn. "schrobbers, schrobster<strong>en</strong> <strong>en</strong> wakers"; zij war<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s belast met het begrav<strong>en</strong><br />

der dod<strong>en</strong> hetge<strong>en</strong> in de schemeravond of in de nacht moest geschied<strong>en</strong>;het war<strong>en</strong> doorgaans arme<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die zich met deze werkzaamhed<strong>en</strong> belastt<strong>en</strong>; niemand le<strong>en</strong>de zich graag voor dit gevaarlijke<br />

werk, al werd het dan ook goed betaald. De pestjar<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> kunn<strong>en</strong> we slechts achterhal<strong>en</strong> vanaf<br />

1598. Vanaf dat jaar werd<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> de begraf<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in kerkregisters opgetek<strong>en</strong>d. Ook voor 1598<br />

zull<strong>en</strong> onze voorouders echter ook wel door deze kwaal geteisterd geweest zijn. De grootste<br />

pestepidemie geselde Europa immers al halverwege de 14de eeuw. Via de hav<strong>en</strong>s van Azië <strong>en</strong><br />

Frankrijk (Marseille) drong de zwarte dood in 1348 het Europese vasteland binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> bereikte in 1349<br />

de Lage Land<strong>en</strong>. Ongeveer 40% van de Europese bevolking zou aan de verschrikkelijke ziekte<br />

bezwijk<strong>en</strong>. Het schijnt dat Brabant <strong>en</strong> dus ook de Vrijheid <strong>Weelde</strong>, iets minder geteisterd geweest zijn.<br />

We k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> uit die periode echter ge<strong>en</strong> bevolkingscijfers van <strong>Weelde</strong>, ev<strong>en</strong>min als van bijvoorbeeld<br />

Turnhout. Nadi<strong>en</strong> zou de ziekte geregeld de kop opstek<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong>. Turnhout k<strong>en</strong>de in de 15e<br />

eeuw pestepidemieën, o.a. in 1430, 1431, 1438, 1480 <strong>en</strong> 1490. Ook in de 16e eeuw woedde de pest<br />

verschill<strong>en</strong>de mal<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong>. In de jar<strong>en</strong> 1518-1520 zo erg dat in Turnhout "m<strong>en</strong>ich duys<strong>en</strong>t<br />

person<strong>en</strong> daer ter tijt afgestorv<strong>en</strong> sijn". Turnhout was "ongepeupeleerd <strong>en</strong>de verwilderd" <strong>en</strong> zonder<br />

"coopluyd<strong>en</strong>". Er werd ge<strong>en</strong> bier gebrouw<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> brood gebakk<strong>en</strong>. De herberg<strong>en</strong> war<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>. De<br />

schout van Turnhout noteerde in 1518 ge<strong>en</strong> inkomst<strong>en</strong> voor Poppel, Ravels <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> ..."waer die<br />

haestige siecte had geregneert" <strong>en</strong> talrijke person<strong>en</strong> war<strong>en</strong> overled<strong>en</strong>. In 1552 kondigde de dorpsheer<br />

van Ravels zware sancties aan teg<strong>en</strong> inwijkeling<strong>en</strong> van dorp<strong>en</strong> waar de pest voorkwam. Van 1569-<br />

1570 <strong>en</strong> van 1583-1586 heerste de epidemie zo erg dat Turnhout<strong>en</strong>aars de toegang tot Antwerp<strong>en</strong><br />

was ontzegd. Vel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> de Vrijheid Turnhout verlat<strong>en</strong> om hun lev<strong>en</strong> te redd<strong>en</strong> <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> zich<br />

gevestigd in de boss<strong>en</strong> <strong>en</strong> heideveld<strong>en</strong> rondom de stad. Van de achtergeblev<strong>en</strong> gezinn<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er<br />

ge<strong>en</strong> 15 of 16 die niet war<strong>en</strong> aangetast. Er was in Turnhout nog maar 1 bakker, 1 brouwer <strong>en</strong> 1<br />

vettewariër. De stad was zo e<strong>en</strong>zaam dat de strat<strong>en</strong> <strong>en</strong> mesthop<strong>en</strong> met gras begroeid war<strong>en</strong>.<br />

De 17e eeuw liet zich al onmiddellijk aanzi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> pesteeuw. In het begin van de eeuw viel prins<br />

Maurits van Nassau vanuit Holland onze Brabantse gewest<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> om vooral Antwerp<strong>en</strong> aan de<br />

Spanjaard<strong>en</strong> te onttrekk<strong>en</strong>. In <strong>Weelde</strong> zi<strong>en</strong> we in die jar<strong>en</strong> van 1601-1604 de pest toeslaan. In 1602<br />

werd Adriaan Sebastia<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gestraft, omdat hij mest weggevoerd had uit e<strong>en</strong> hoeve waar de pest<br />

heerste. In 1603 stierv<strong>en</strong> Govaert van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, Cathalijne Michiels zijn vrouw <strong>en</strong> twee van<br />

hun kinder<strong>en</strong> aan "de gauwe of peste". Volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> attestatie van de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van Baarle uit 1608<br />

(zie bijlage 8) was <strong>Weelde</strong> erg getroff<strong>en</strong> door oorlog <strong>en</strong> pest. In de jar<strong>en</strong> 1630 dook opnieuw e<strong>en</strong><br />

pestgolf op. Vanaf 1632 tot 1643 heerste de pest overal in Europa. De Vrijheid <strong>Weelde</strong> viel t<strong>en</strong> prooi<br />

aan brandschatting<strong>en</strong>, opeising<strong>en</strong>, plundering<strong>en</strong> <strong>en</strong> terreur, teweeggebracht door Hollandse geuz<strong>en</strong> of<br />

teg<strong>en</strong>standers van het Spaanse bewind. Wanhopige soldat<strong>en</strong> richtt<strong>en</strong> bloedbad<strong>en</strong> aan <strong>en</strong> troff<strong>en</strong><br />

vergeldingsmaatregel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de geestelijk<strong>en</strong> van de Roomse godsdi<strong>en</strong>st. De pestjar<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong><br />

viel<strong>en</strong> midd<strong>en</strong> in deze wreedaardige retorsie. De aangetast<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> zaal van het<br />

geme<strong>en</strong>tehuis ondergebracht <strong>en</strong> afgezonderd, waar zij all<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> verzorgd. De lijk<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> aanstonds begrav<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong> telde in 1637 e<strong>en</strong> honderdtal lijk<strong>en</strong>. Slechts 11 huishoud<strong>en</strong>s<br />

blev<strong>en</strong> ongedeerd. Op 24 juli 1637 werd<strong>en</strong> door de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> onderrichting<strong>en</strong> uitgevaardigd om deze<br />

ziekte te bestrijd<strong>en</strong>. Niemand die besmet was, mocht onder het volk verschijn<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de veerti<strong>en</strong><br />

dag<strong>en</strong> op straf van 21 guld<strong>en</strong>. Niemand mocht wanneer zijn huis besmet was, de schrobbers nog<br />

buit<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> of lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> op het veld. Tev<strong>en</strong>s was iedere<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> de overheid te verwittig<strong>en</strong>,<br />

wanneer er besmetting in zijn huis was, opdat het huis binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vastgestelde tijd zou kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ontruimd. Het dokum<strong>en</strong>t is jammer g<strong>en</strong>oeg gedeeltelijk vernield <strong>en</strong> daarom ontbrek<strong>en</strong> ons de<br />

verdere voorschrift<strong>en</strong>. Op 21 november 1637 werd<strong>en</strong> de maatregel<strong>en</strong> veralgeme<strong>en</strong>d <strong>en</strong> uitgebreid op<br />

de dier<strong>en</strong>. Het was t<strong>en</strong> str<strong>en</strong>gste verbod<strong>en</strong> nog dier<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> op straf van boete. Wanneer<br />

m<strong>en</strong> bij dag deze regel overtrad, werd e<strong>en</strong> boete gevraagd van 10 stuivers voor e<strong>en</strong> paard, koe,<br />

vaars, rund of veul<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> van 4 stuivers voor e<strong>en</strong> kalf of vark<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> van twee stuivers voor<br />

schaap, ooi of lam. Bij nacht verdubbelde de boete.<br />

Pastoor Zebertus van d<strong>en</strong> Dung<strong>en</strong> had het dorp verlat<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbleef te Antwerp<strong>en</strong>. Was het omwille<br />

van de pest of omwille van de retorsie? Hierop blijv<strong>en</strong> we het antwoord schuldig. Hij overleed te<br />

Antwerp<strong>en</strong> op 7 mei 1637 maar de uitvaart had te <strong>Weelde</strong> eerst plaats op 3 september 1637. De pest<br />

woedde andermaal in 1668, to<strong>en</strong> voor de eerste maal Franse soldat<strong>en</strong> ons dorp binn<strong>en</strong>viel<strong>en</strong> in hun<br />

strijd teg<strong>en</strong> Holland. Eén van de slachtoffers die aan de pest overleed, was pastoor Le Pieme. Hij


werd begrav<strong>en</strong> op 10 augustus 1668. In 1676 brak de pest weer uit te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> vier jaar zou de<br />

gevreesde kwaal vele slachtoffers eis<strong>en</strong>. Pastoor Gerard Deyns overleed aan pest op 3 september<br />

1679. In 1677 kwam Franciscus Zataar zich te <strong>Weelde</strong> vestig<strong>en</strong> als chirurgijn of heelmeester. De<br />

stadhouder van <strong>Weelde</strong> stelde de wondheler aan <strong>en</strong> hij moest met forse hand ingrijp<strong>en</strong>, want e<strong>en</strong><br />

oude spreuk luidde: "zachte heelmeesters mak<strong>en</strong> stink<strong>en</strong>de wond<strong>en</strong>". De magistraat vaardigde ook<br />

allerhande verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> uit om verbreiding van de pest te voorkom<strong>en</strong>:<br />

- Het lijk van e<strong>en</strong> pestlijder moest m<strong>en</strong> dezelfde dag lat<strong>en</strong> "zink<strong>en</strong>";<br />

- Zes wek<strong>en</strong> na de begraf<strong>en</strong>is mocht de uitvaartdi<strong>en</strong>st in de kerk volg<strong>en</strong> <strong>en</strong> kond<strong>en</strong> de koopwar<strong>en</strong><br />

weer afgevoerd word<strong>en</strong> van de bedrijv<strong>en</strong>;<br />

- De mest moest van de weg<strong>en</strong> geruimd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> aangestelde "toort<strong>en</strong>rapers" vergaard<strong>en</strong> de<br />

dierlijke uitwerpsel<strong>en</strong>. Nog tweemaal is er sprake van pest, namelijk in 1686 <strong>en</strong> 1705. In 1705<br />

gebeurde dit weer temidd<strong>en</strong> van wap<strong>en</strong>gekletter <strong>en</strong> doorstot<strong>en</strong> <strong>en</strong> wijk<strong>en</strong> van Hollandse <strong>en</strong> Franse<br />

legerhord<strong>en</strong>. Met recht kond<strong>en</strong> onze voorouders bidd<strong>en</strong>: "Van pest, hongersnood <strong>en</strong> oorlog, verlos<br />

ons, Heer".<br />

E<strong>en</strong> andere besmettelijke ziekte die onze voorouders bezocht, was de rode loop of de rode melisso<strong>en</strong>.<br />

Deze ziekte werd in de gematigde strek<strong>en</strong> veroorzaakt door bepaalde bacteriën. De ziekte brak vooral<br />

uit bij grote hitte <strong>en</strong> in lage moerassige <strong>en</strong> vochtige plaats<strong>en</strong>. De rode loop werd gek<strong>en</strong>merkt door<br />

ondraaglijke pijn<strong>en</strong> van de ingewand<strong>en</strong>, gepaard gaande met diarree waarbij in de ontlasting etter <strong>en</strong><br />

bloed voorkwam (rode loop of bloedloop). Slechte voedingsmiddel<strong>en</strong> prikkeld<strong>en</strong> de ingewand<strong>en</strong><br />

overmatig. Sommig<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> zelfs zo ver de rode loop toe te schrijv<strong>en</strong> aan het et<strong>en</strong> van onrijp fruit,<br />

witte kool <strong>en</strong> witte pruim<strong>en</strong>. De rode loop kon ev<strong>en</strong>als de pest de bevolking decimer<strong>en</strong>.<br />

In de Kempische dorp<strong>en</strong> dook deze ziekte voor de eerste maal op aan het begin van de 18e eeuw,<br />

tijd<strong>en</strong>s de Spaanse erfopvolging (1702-1713). In <strong>Weelde</strong> treff<strong>en</strong> we de ziekte voor het eerst in de<br />

begraafboek<strong>en</strong> aan van 1702 <strong>en</strong> 1703 <strong>en</strong> de epidemie eiste vele slachtoffers. Later zou de rode loop<br />

nog driemaal opduik<strong>en</strong>: in 1736, in 1794 <strong>en</strong> in 1810. Tuss<strong>en</strong> 20 september <strong>en</strong> 1 december 1794<br />

werd<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> 56 m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> begrav<strong>en</strong> die aan deze ziekte bezwek<strong>en</strong>. In 1810 war<strong>en</strong> er in 5<br />

maand<strong>en</strong> nog 41 lijk<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s rode loop. Ons volk bleef aan verpleging toe, want in 1730 stierf te<br />

<strong>Weelde</strong> Melchior Verbeuck<strong>en</strong>, chirurgijn. Na hem werd in 1730 Marcus Sauvé uit Ast<strong>en</strong> als chirurgijn<br />

aangesteld, in 1788 oef<strong>en</strong>de Johannes Bols van <strong>Weelde</strong> dit beroep uit <strong>en</strong> in 1827 werd Jan Frans<br />

Fastré als chirurgijn van <strong>Weelde</strong> vernoemd. E<strong>en</strong> bemettelijke ziekte die in vroegere eeuw<strong>en</strong> ook nog<br />

al e<strong>en</strong>s opdook <strong>en</strong> waar we teg<strong>en</strong>woordig nog teg<strong>en</strong> ingeënt word<strong>en</strong>, was de pokk<strong>en</strong>. Het is e<strong>en</strong><br />

virusziekte die op de huid etterpuist<strong>en</strong> veroorzaakt. De huidletsels verschijn<strong>en</strong> het eerst op de huid <strong>en</strong><br />

spreid<strong>en</strong> zich later over romp <strong>en</strong> ledemat<strong>en</strong> uit. De pokpuist<strong>en</strong> bestaan aanvankelijk uit e<strong>en</strong> blaasje<br />

waarin het virus zich verm<strong>en</strong>igvuldigt. Dit blaasje droogt later in, waarna e<strong>en</strong> virus bevatt<strong>en</strong>d korstje<br />

ontstaat dat <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> later afvalt waarbij e<strong>en</strong> littek<strong>en</strong> blijft bestaan. De infectie gaat gepaard met<br />

hoge koorts. Na g<strong>en</strong>ezing zorg<strong>en</strong> de littek<strong>en</strong>s voor misvorming in het gelaat.<br />

In <strong>Weelde</strong> manifesteerd<strong>en</strong> zich de pokk<strong>en</strong> in de jar<strong>en</strong> 1736, 1737 <strong>en</strong> 1745 <strong>en</strong> ook in de Franse tijd<br />

heerste deze epidemie. Op de opeisingsbevel<strong>en</strong> van de meeste Weeldse jongemann<strong>en</strong> die onder<br />

Napoleon werd<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong>, staat onder speciale k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>: littek<strong>en</strong>s van "petite<br />

variole" (pokk<strong>en</strong>). Van e<strong>en</strong> vijftal <strong>Weelde</strong>naars wordt vermeld dat ze de dood vond<strong>en</strong> in Napoleons<br />

leger, namelijk in Duitsland, maar niet op het slagveld, maar als gevolg van deze ziekte. Tot het einde<br />

van de 19e eeuw werd de bevolking geteisterd door epidemische ziektes. Dank zij het werk van vooral<br />

Louis Pasteur in de tweede helft van de 19e eeuw kond<strong>en</strong> deze virus- <strong>en</strong> bacterieziekt<strong>en</strong> voortaan<br />

efficiënt bestred<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Toch stierv<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> aan het einde van de eerste wereldoorlog nog<br />

heel wat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan de zgn. "Spaanse griep". Teg<strong>en</strong>woordig zijn de epidemische ziektes in onze<br />

strek<strong>en</strong> beperkt tot meer onschuldige griepjes <strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> we gelukkig niet meer te vrez<strong>en</strong> voor de<br />

"boze macht<strong>en</strong>" die onze voorouders vaak meedog<strong>en</strong>loos in hun greep hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong> die hun lev<strong>en</strong> danig<br />

kond<strong>en</strong> verpest<strong>en</strong>.


V. Wereldlijke geschied<strong>en</strong>is na 1796<br />

Bestuurlijke <strong>en</strong> economische geschied<strong>en</strong>is<br />

Ook voor <strong>Weelde</strong> luidt de Franse Revolutie e<strong>en</strong> nieuw tijdvak in. Door de afschaffing van privileges <strong>en</strong><br />

feodale recht<strong>en</strong> groei<strong>en</strong> de burgerlijke <strong>en</strong> kerkelijke instelling<strong>en</strong> op het lokale vlak uit tot de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> parochies zoals we die tot voor kort (voor de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: tot voor de fusie; voor de parochies: tot<br />

voor de hervorming<strong>en</strong> van Vaticanum II) k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Bij de eerste inval van de Frans<strong>en</strong> in ons land in<br />

1792 trokk<strong>en</strong> de Franse legers via <strong>Weelde</strong> van Mol naar Breda. In 1794 bezett<strong>en</strong> de Frans<strong>en</strong> definitief<br />

het huidige België. In 1795 werd het bezet gebied ingelijfd bij Frankrijk <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gec<strong>en</strong>traliseerd bestuur<br />

werd ingevoerd. Door de afschaffing van de regionale instelling<strong>en</strong>, zoals de Stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> Raad van<br />

Brabant, verlor<strong>en</strong> de oude provinciën of vorst<strong>en</strong>domm<strong>en</strong> van de Zuidelijke Nederland<strong>en</strong> hun<br />

autonomie. Ze werd<strong>en</strong> ingedeeld in departem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die bestuurd werd<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> prefekt. <strong>Weelde</strong><br />

kwam te behor<strong>en</strong> tot het "départem<strong>en</strong>t des deux Nèthes". Ook op het lokale vlak uniformiseerd<strong>en</strong> de<br />

Frans<strong>en</strong> het bestuur: overal richtte m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> op dezelfde manier gestructureerde geme<strong>en</strong>teraad in,<br />

met e<strong>en</strong> "maire" of burgemeester aan het hoofd. De taak van de arm<strong>en</strong>tafel of tafel van de Heilige-<br />

Geest werd overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> Bureau de Bi<strong>en</strong>faisance, de voorloper van de C.O.O. In 1798<br />

werd hier de Franse constitutie voorgelez<strong>en</strong>. Aanvankelijk hadd<strong>en</strong> de Frans<strong>en</strong> het echter moeilijk<br />

ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> die met h<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>. Vooral de wet van 1798 over de legerdi<strong>en</strong>st<br />

van jonge mann<strong>en</strong> van 20 tot 25 jaar stuitte op verzet, dat zich in de Kemp<strong>en</strong> uitte in de Boer<strong>en</strong>krijg<br />

"voor Outer <strong>en</strong> Heerd". Doch nadat Napoleon e<strong>en</strong> concordaat met de paus had geslot<strong>en</strong>, gaf de<br />

geestelijkheid haar teg<strong>en</strong>stand op. Zij werd daarin door de bevolking gevolgd <strong>en</strong> de Frans<strong>en</strong> vond<strong>en</strong><br />

loyale ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, hoewel het regime natuurlijk nooit populair werd. Verschill<strong>en</strong>de <strong>Weelde</strong>naars<br />

stred<strong>en</strong> mee in Napoleons leger, e<strong>en</strong> vijftal vond<strong>en</strong> er de dood, zij het niet op het slagveld, maar wel<br />

als gevolg van ziekte. Bij het begin van het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk der Nederland<strong>en</strong> (1815-1830) zat de<br />

geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong> diep in de schuld t<strong>en</strong>gevolge van de opeising<strong>en</strong> zowel door de Frans<strong>en</strong> als door de<br />

geallieerd<strong>en</strong>.<br />

Op 21 juni 1825 kwam de geme<strong>en</strong>teraad in algem<strong>en</strong>e zitting bije<strong>en</strong>. De toestand van de kas werd<br />

onderzocht <strong>en</strong> m<strong>en</strong> sloot af met e<strong>en</strong> schuld van 22312,11 guld<strong>en</strong>, waarvoor e<strong>en</strong> intrest moest word<strong>en</strong><br />

opgebracht van 700,45 guld<strong>en</strong>. De inkomst<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>te bedroeg<strong>en</strong> in het afgelop<strong>en</strong> jaar 2275<br />

guld<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> de gran<strong>en</strong> zeer goedkoop war<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> de inwoners niet meer opbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> dan ze<br />

tot dan toe hadd<strong>en</strong> gedaan <strong>en</strong> was het voor de geme<strong>en</strong>te onmogelijk ooit de schuld<strong>en</strong> af te loss<strong>en</strong>.<br />

Nochtans bezat de geme<strong>en</strong>te e<strong>en</strong> grote oppervlakte heide die niets opbracht <strong>en</strong> waarvoor zij<br />

grondbelasting zou moet<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>. Het werd noodzakelijk grond<strong>en</strong> te verkop<strong>en</strong>. Daarom stelde het<br />

geme<strong>en</strong>tebestuur voor in e<strong>en</strong> verzoekschrift te vrag<strong>en</strong> om 113 bunder<strong>en</strong> 54 roed<strong>en</strong> grond te<br />

verkop<strong>en</strong>. Intuss<strong>en</strong> werd het voorstel bek<strong>en</strong>d gemaakt aan de bevolking. Niemand opperde bezwar<strong>en</strong>,<br />

zodat bij toelating van de overheid verscheid<strong>en</strong>e hektar<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> verkocht. Wij vind<strong>en</strong> dan ook<br />

verscheid<strong>en</strong>e verkoopakt<strong>en</strong> van grote stukk<strong>en</strong> land tuss<strong>en</strong> 1825-1828. Uit deze tijd moet ook e<strong>en</strong><br />

merkwaardig voorval word<strong>en</strong> vermeld. Op 17 maart 1824 was er e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>gewone zitting van de<br />

geme<strong>en</strong>teraad van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels, omdat Poppel eiste dat alle inwoners van de vroegere Vrijheid<br />

<strong>Weelde</strong> zoud<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> tot het onderhoud van de brug van Rovert over de Aa. De ver<strong>en</strong>igde<br />

geme<strong>en</strong>teraadsled<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels liet<strong>en</strong> echter wet<strong>en</strong> aan de koninklijke commissaris voor<br />

de omtrek van Turnhout, dat voortaan, de Poppelar<strong>en</strong> de brug maar moest<strong>en</strong> onderhoud<strong>en</strong>, omdat de<br />

geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>, Ravels <strong>en</strong> Poppel ondertuss<strong>en</strong> van elkaar gescheid<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong> de<br />

privileges verbond<strong>en</strong> aan het gezam<strong>en</strong>lijk onderhoud van de Rovertse brug niet meer gold<strong>en</strong> (Bijlage<br />

1). Hiermee was de zaak echter nog niet opgelost. Tot ongeveer 1860 blev<strong>en</strong> de strubbeling<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel voortdur<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong> had gedur<strong>en</strong>de die tijd toch nog <strong>en</strong>kele betaling<strong>en</strong> gedaan<br />

voor de Rovertse brug.<br />

Laatste regeling<strong>en</strong> inzake de vro<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

Na de lange geschied<strong>en</strong>is van de gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, Poppel, Ravels, Hilvar<strong>en</strong>beek,<br />

Mierde <strong>en</strong> Baarle kwam er in de 19e eeuw e<strong>en</strong> einde aan de onderlinge geschill<strong>en</strong>. Op 5 december<br />

1818 versche<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijke verklaring van <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> twee Mierdes t<strong>en</strong><br />

behoeve van notaris Hooseman. Hierin werd e<strong>en</strong> overzicht gegev<strong>en</strong> van de scheiding, zoals deze<br />

werd vastgelegd in het schep<strong>en</strong>register van 1644. Tegelijkertijd werd de "Aertbrief" van Jan III uit 1331<br />

opnieuw onderzocht. M<strong>en</strong> kwam tot de definitieve afbak<strong>en</strong>ing door pal<strong>en</strong>:


- de eerste paal bleef zoals hij door Hertog Jan III werd aangeduid;<br />

- de tweede paal kwam op Tuldel naast de weg;<br />

- de derde paal stond in de archiev<strong>en</strong> van Mierde opgetek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> heette daar de Katreyt;<br />

- vandaar ging het recht naar de schatputte, zoals hij te Mierde in het archief stond opgetek<strong>en</strong>d. Hij<br />

werd uitgediept op de plaats waar all<strong>en</strong> hem herk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op 8 september 1633;<br />

- t<strong>en</strong>slotte paalde m<strong>en</strong> op het Mierdermeer, waar nog de 10 hop<strong>en</strong> zichtbaar war<strong>en</strong>. Deze hop<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> opnieuw opgeworp<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong> de twee pal<strong>en</strong> vernieuwd. Op 24 juli 1820 kwam<br />

eindelijk de landmeter van het kadaster van Ar<strong>en</strong>donk naar <strong>Weelde</strong> om de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> het procesverbaal<br />

der afbak<strong>en</strong>ing te lat<strong>en</strong> bezegel<strong>en</strong>. Deze afbak<strong>en</strong>ing werd erk<strong>en</strong>d in juli 1819. De officiële<br />

goedkeuring van de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> kwam in 1830. Deze officiële akt werd in vier exemplar<strong>en</strong> opgemaakt,<br />

doch het jaartal kond<strong>en</strong> wij <strong>en</strong>kel vind<strong>en</strong> op het zegel.<br />

Oorlogsperikel<strong>en</strong> in 1830-1831<br />

In september 1830 had België zich van Holland afgescheurd om voortaan e<strong>en</strong> onafhankelijk Koninkrijk<br />

uit te mak<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong> hoorde to<strong>en</strong> bij de provincie Antwerp<strong>en</strong>, arrondissem<strong>en</strong>teel, rechterlijk <strong>en</strong><br />

bestuurlijk bij Turnhout <strong>en</strong> bij het kanton Ar<strong>en</strong>donk. Alhoewel bevrijd van de Frans<strong>en</strong> in 1815, stond de<br />

Nederlandse "Bezetter" niet in hoog aanzi<strong>en</strong>. In 1820 onttrok Willem Schoofs zich aan de militaire<br />

di<strong>en</strong>st. E<strong>en</strong> collecte in <strong>Weelde</strong> gehoud<strong>en</strong> in 1829 "ter aanmoediging <strong>en</strong> ondersteuning van de<br />

gewap<strong>en</strong>d<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st in de Nederland<strong>en</strong>" had ge<strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst. Om allerlei red<strong>en</strong><strong>en</strong> scheurde België<br />

zich dus in september 1830 van Nederland af. Het Nationaal Congres nam het voorlopig bestuur in<br />

hand<strong>en</strong>. Enige notabel<strong>en</strong> van de stad <strong>en</strong> het arrondissem<strong>en</strong>t Turnhout werd<strong>en</strong> naar het Congres<br />

afgevaardigd. In 1831 werd prins Leopold van Saks<strong>en</strong>-Coburg in Duitsland tot koning der Belg<strong>en</strong><br />

uitgeroep<strong>en</strong>, onder de naam Leopold I. Na 1830 kwam<strong>en</strong> 36 Nederlanders zich te <strong>Weelde</strong> vestig<strong>en</strong><br />

om zich te onttrekk<strong>en</strong> aan de militaire di<strong>en</strong>st. Leopold I was nauwelijks 12 dag<strong>en</strong> ingehuldigd of de<br />

misnoegde Hollanders stak<strong>en</strong> het hoofd op <strong>en</strong> grep<strong>en</strong> naar de wap<strong>en</strong>s. M<strong>en</strong> wilde ons pasgebor<strong>en</strong><br />

vaderland gewap<strong>en</strong>derhand herover<strong>en</strong>. Op 4 augustus 1831 riep Leopold I zijn soldat<strong>en</strong> op, maar<br />

reeds twee dag<strong>en</strong> daarvoor waagd<strong>en</strong> de Hollanders e<strong>en</strong> inval in België. Aldus dacht m<strong>en</strong> de Belg<strong>en</strong> te<br />

verrass<strong>en</strong> <strong>en</strong> weldra onder de knie te krijg<strong>en</strong>, vermits het sam<strong>en</strong>geraapte Belgisch leger nog niet<br />

slagvaardig was. Het Hollands leger, zo luidt de overlevering, viel binn<strong>en</strong> langs de weg die van Alph<strong>en</strong><br />

naar de gr<strong>en</strong>s loopt <strong>en</strong> die ter hoogte van de Lei de gr<strong>en</strong>s volgt naar <strong>Weelde</strong>-Dorp toe.<br />

E<strong>en</strong> landbouwer die in het veld op de Schriek<strong>en</strong> werkzaam was zag het leger afkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> reed te<br />

paard in dolle vaart naar <strong>Weelde</strong>. Met de roep "De Hollanders, de Hollanders!" werd de bevolking<br />

wakker geschud. Het nieuws belandde te Ravels, waar de boer<strong>en</strong> de eerste post<strong>en</strong> van het Belgisch<br />

leger verwittigd<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> 150-tal schutters onder leiding van g<strong>en</strong>eraal Niellon. Het Hollands leger is<br />

verder langs de gr<strong>en</strong>s voortgetrokk<strong>en</strong> tot op de Kievit waar het naar het Hoogeinde afzakte, om langs<br />

het Kanonn<strong>en</strong>straatje naar het Ravels-Kamp op te rukk<strong>en</strong>. Het Kanonn<strong>en</strong>straatje zou daar de<br />

oorsprong van zijn naam aan te dank<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. In het Ravels-Kamp werd<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het Hollands<br />

bewind wap<strong>en</strong>oef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Enkele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> er nog acht st<strong>en</strong><strong>en</strong> waterputt<strong>en</strong><br />

die daaraan herinnerd<strong>en</strong>. De Paardsdrank <strong>en</strong> de Drank te <strong>Weelde</strong> herinner<strong>en</strong> nog aan die tijd.<br />

Ondertuss<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de mann<strong>en</strong> van Niellon op verk<strong>en</strong>ning uitgetrokk<strong>en</strong> naar Ravels, <strong>en</strong> kond<strong>en</strong> er<br />

vur<strong>en</strong> op de eerste post<strong>en</strong> van het Hollands leger. Deze laatst<strong>en</strong> trokk<strong>en</strong> zich terug, waardoor Niellon<br />

de geleg<strong>en</strong>heid kreeg 850 jagers te voet te verzamel<strong>en</strong>. Doch Willem van Oranje, die dicht bij de<br />

gr<strong>en</strong>s opgesteld lag, voegde zich bij de Hertog van Saks<strong>en</strong>-Weimar. Zo werd het leger sterker, zodat<br />

amper 1000 Belg<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Nederlanders stond<strong>en</strong>. Gedur<strong>en</strong>de twee uur werd er hard<br />

gevocht<strong>en</strong> te Ravels, tot G<strong>en</strong>eraal Niellon moest begev<strong>en</strong> <strong>en</strong> zich terugtrekk<strong>en</strong> naar de<br />

Scheldetroep<strong>en</strong>.<br />

Ongetwijfeld hebb<strong>en</strong> vele <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> meegevocht<strong>en</strong> met het Belgische leger. Jammer g<strong>en</strong>oeg<br />

k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> we <strong>en</strong>kel twee soldat<strong>en</strong> met naam: het war<strong>en</strong> H<strong>en</strong>ricus Van Dun, gebor<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> op 24<br />

december 1811 die op 30 november 1831 in het militair hospitaal van Mechel<strong>en</strong> overleed <strong>en</strong> Andreas<br />

Maes, zoon van Cornelis Maes <strong>en</strong> Bellona Faes, soldaat bij het 9e regim<strong>en</strong>t, 2e bataillon, 2e<br />

compagnie, die op 17 december 1831 te Duffel in het hospitaal overleed. Daar de oorlogstoestand tot<br />

1839 voortduurde had het dorp in de eerste jar<strong>en</strong> van Belgiës onafhankelijkheid nog heel wat te lijd<strong>en</strong>


van oorlogsgeweld <strong>en</strong> plundering<strong>en</strong>. Op 2 <strong>en</strong> 3 augustus 1831 plunderd<strong>en</strong> <strong>en</strong> vernield<strong>en</strong> de<br />

Hollanders voor e<strong>en</strong> bedrag van 3375 guld<strong>en</strong>. Daarbij leverde m<strong>en</strong> 4 tonn<strong>en</strong> bier, 12 mud haver, 600<br />

pond hooi <strong>en</strong> 1 paard in. Tuss<strong>en</strong> 18 <strong>en</strong> 19 augustus logeerd<strong>en</strong> er te <strong>Weelde</strong> 650 Hollandse soldat<strong>en</strong>.<br />

Ti<strong>en</strong> soldat<strong>en</strong> die bij C.Jonkers logeerd<strong>en</strong> stal<strong>en</strong> voor 60 guld<strong>en</strong> kleding, bij de weduwe Josephus<br />

Moon<strong>en</strong> werd voor 40 guld<strong>en</strong> textiel meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De totale kost<strong>en</strong> voor de maand augustus 1831<br />

bedroeg<strong>en</strong> 3686 guld<strong>en</strong>. In december 1831 kreeg de geme<strong>en</strong>te e<strong>en</strong> vergoeding van 1630 guld<strong>en</strong> voor<br />

de inkwartiering. Na de troebel<strong>en</strong> van 1831 werd<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> voor geled<strong>en</strong> schade vergoed:<br />

Petrus De Jongh, Jan Cornelis Bax, Michiel Verhey<strong>en</strong>, Jan Baptist Verhey<strong>en</strong>, Jan Baptist Verreet,<br />

Cornelius Van De Laer, Arnold Van der Moer<strong>en</strong>, Peter Jozef Boumans, Nicolaes Pigg<strong>en</strong>, Marijn<br />

Schoot, Jan Hubert Van Hees, Kinder<strong>en</strong> Marti<strong>en</strong> Van Gestel, Antonius De Zwart, Jacobus Van<br />

Eyndhov<strong>en</strong>, Anna Maria Wouters, Jacobus Baelemans, weduwe Jan Baptist Van Dor<strong>en</strong>, H<strong>en</strong>ricus<br />

Janss<strong>en</strong>, Jan Baptist Schats, Wilbort Janss<strong>en</strong>, Sebastia<strong>en</strong> Janss<strong>en</strong>, Jan Frans Cabanier, Joannes de<br />

Bont, Adria<strong>en</strong> Pelkmans, Theodorus Diels.<br />

Verder verloop in de 19e <strong>en</strong> 20e eeuw<br />

In de periode van het onafhankelijke België ded<strong>en</strong> zich te <strong>Weelde</strong> verder ge<strong>en</strong> belangrijke wijziging<strong>en</strong><br />

in bestuurlijk opzicht meer voor. De bestuurlijke indeling zoals die reeds was ingevoerd door de<br />

Frans<strong>en</strong>, werd in het onafhankelijke België grot<strong>en</strong>deels behoud<strong>en</strong>, hoewel onder andere b<strong>en</strong>aming<strong>en</strong>:<br />

bv.: het Departem<strong>en</strong>t van de Twee Neth<strong>en</strong> werd de Provincie Antwerp<strong>en</strong>. In de periode 1830-1844<br />

wek<strong>en</strong> 64 <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> uit naar Nederland <strong>en</strong> 2 naar Amerika. Als gevolg van de geme<strong>en</strong>tewet van<br />

30 maart 1836 werd e<strong>en</strong> politiereglem<strong>en</strong>t uitgevaardigd aangaande:<br />

- Afspanning<strong>en</strong>, herberg<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere op<strong>en</strong>bare plaats<strong>en</strong>;<br />

- Vreemdeling<strong>en</strong>;<br />

- Op<strong>en</strong>bare verlustiging<strong>en</strong>, danspartij<strong>en</strong>, schouwspel<strong>en</strong> <strong>en</strong> omreiz<strong>en</strong>de muzikant<strong>en</strong>;<br />

- Algem<strong>en</strong>e gezondheid, zuiverheid der strat<strong>en</strong>, voorzorg<strong>en</strong> ter voorkoming van besmettelijke ziekt<strong>en</strong>,<br />

verkoop van drogerij<strong>en</strong>;<br />

- Veiligheid <strong>en</strong> gemak van doorgang der strat<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare weg<strong>en</strong>;<br />

- Middel<strong>en</strong> om brand te voorkom<strong>en</strong>;<br />

- Verscheid<strong>en</strong>e zak<strong>en</strong>;<br />

- Straff<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s overtreding<strong>en</strong>.<br />

Dit politiereglem<strong>en</strong>t werd op 29 september 1853 uitgevaardigd <strong>en</strong> regelde definitief de op<strong>en</strong>bare<br />

zed<strong>en</strong>, de hygiëne <strong>en</strong> de op<strong>en</strong>bare orde. Onder de oorlog van 1914-1918 had <strong>Weelde</strong> niet zo heel<br />

veel te lijd<strong>en</strong>. Gewoonlijk lag<strong>en</strong> er 30 à 40 Duitse soldat<strong>en</strong> die de bevolking met rust liet<strong>en</strong>. Aan de<br />

gr<strong>en</strong>s werd e<strong>en</strong> spion gefusilleerd. Het dorp leverde 28 strijders van wie er e<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tal tijd<strong>en</strong>s de<br />

oorlog gesneuveld zijn. In de oorlog van 1940-1945 sneuveld<strong>en</strong> 4 Weeldse soldat<strong>en</strong>. Er viel<strong>en</strong> ook<br />

slachtoffers te betreur<strong>en</strong> onder de burgerlijke bevolking, o.a. door het neerstort<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vliegtuig op<br />

de bakkerij van Van Tigchelt. Ingrijp<strong>en</strong>de hervorming<strong>en</strong> in de pas voorbije jar<strong>en</strong> op lokaal, regionaal<br />

<strong>en</strong> nationaal niveau wez<strong>en</strong> erop, dat we weer in e<strong>en</strong> overgangsperiode zat<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> nieuw tijdvak<br />

inleidde. Op 1 april 1977 werd de C.O.O. omgevormd tot het O.C.M.W. Bracht de langzame aftakeling<br />

van de middeleeuwse instelling<strong>en</strong> de scheiding mee van <strong>Weelde</strong>, Ravels <strong>en</strong> Poppel, die eertijds<br />

sam<strong>en</strong> de Vrijheid <strong>Weelde</strong> uitmaakt<strong>en</strong>, door één van de hervorming<strong>en</strong> van onze huidige<br />

overgangsperiode zijn deze drie dorp<strong>en</strong> sinds 1 januari 1977 weer met elkaar ver<strong>en</strong>igd in de<br />

fusiegeme<strong>en</strong>te Ravels<br />

Sociaal-economisch<br />

Betek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> de jar<strong>en</strong> rond 1800 ook voor <strong>Weelde</strong> op bestuurlijk gebied e<strong>en</strong> grondige wijziging, op<br />

sociaal-economisch gebied bleef hier zoals elders in de Kemp<strong>en</strong> het Anci<strong>en</strong> Régime in m<strong>en</strong>ig opzicht


nog dur<strong>en</strong> tot lang na de Franse Revolutie. De industriële revolutie, elders in België toch reeds, zoals<br />

trouw<strong>en</strong>s elders in Europa, volop aan de gang sinds het einde van de XVIIIde eeuw, ging aan <strong>Weelde</strong><br />

<strong>en</strong> de meeste Kempische dorp<strong>en</strong> voorlopig voorbij. Klep is van oordeel dat de Baronie van Breda <strong>en</strong><br />

de Noorderkemp<strong>en</strong> waartoe dus ook <strong>Weelde</strong> behoorde, in de XIXde eeuw led<strong>en</strong> onder e<strong>en</strong> te<br />

e<strong>en</strong>zijdig agrarisch gerichte activiteit. Inderdaad, de landbouw was voor de meeste <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> in de<br />

XIXe eeuw de <strong>en</strong>ige bron van inkomst<strong>en</strong>. Ook de schap<strong>en</strong>teelt <strong>en</strong> alles wat erbij hoorde moet voor<br />

<strong>Weelde</strong> erg belangrijk zijn geweest. In 1829 war<strong>en</strong> er 868 schap<strong>en</strong> (23 kudd<strong>en</strong>), maar dit aantal<br />

verminderde weg<strong>en</strong>s de oorlog in 1831 tot 443 (15 kudd<strong>en</strong>). Het feit dat er te <strong>Weelde</strong> zoveel schap<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> verklaard door de <strong>en</strong>orme onontgonn<strong>en</strong> heidevlakt<strong>en</strong> die <strong>Weelde</strong> bezat <strong>en</strong> waar<br />

m<strong>en</strong> de schap<strong>en</strong> kon lat<strong>en</strong> graz<strong>en</strong>. We zi<strong>en</strong> dat rond 1900 to<strong>en</strong> de heidevlakt<strong>en</strong> stelselmatig werd<strong>en</strong><br />

ontgonn<strong>en</strong>, ook de schap<strong>en</strong>teelt bijna geheel verdwe<strong>en</strong>. In 1867 telde de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong> nog 1900<br />

hektar<strong>en</strong> onontgonn<strong>en</strong> heide, heel wat meer dan de to<strong>en</strong> reeds bebouwde oppervlakte. In 1832 telde<br />

het dorp 379 koei<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> getal dat in de loop der jar<strong>en</strong> langzaam maar zeker zou to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Rond<br />

1866 war<strong>en</strong> er 452 koei<strong>en</strong>, 21 oss<strong>en</strong>, 1 stier, 79 vaarz<strong>en</strong>, 149 kalver<strong>en</strong> <strong>en</strong> 83 paard<strong>en</strong>.<br />

Veeziekt<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> herhaaldelijk voor. In 1865 bv. stierv<strong>en</strong> 2 runder<strong>en</strong> aan de runderpest. De<br />

kadavers werd<strong>en</strong> met kalk bestrooid <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> diepte van 2 meter begrav<strong>en</strong>. Om ziekt<strong>en</strong> te vermijd<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> de stall<strong>en</strong> ontsmet <strong>en</strong> gezuiverd met ph<strong>en</strong>ikzuur. Dit alles kon niet verhinder<strong>en</strong> dat in 1891<br />

nog 13 koei<strong>en</strong> van de kalfkoorts bezwek<strong>en</strong>. In dat jaar telde <strong>Weelde</strong> 3 stier<strong>en</strong>: 1 bij Petrus Pijpers in<br />

de Straat, 1 bij Cornelis Van Riel in de Meer <strong>en</strong> 1 bij Joannes Verhoev<strong>en</strong> op de Leemputt<strong>en</strong>. Elk jaar<br />

werd<strong>en</strong> vrijwel dezelfde gewass<strong>en</strong> verbouwd. In 1868 won het dorp 22 hl. 77 kg wintertarwe, 24 hl 73<br />

kg rogge, 20 hl 68 kg winterkoolzaad, 10 ton peeën, 15 ton rode klaver, 6 ton aardappel<strong>en</strong>, 3 ton hooi<br />

<strong>en</strong> 3 ton toemaat. Uit de beroepsstructuur van de bevolking blijkt zeer duidelijk dat <strong>Weelde</strong> tot ver in<br />

de XXe eeuw e<strong>en</strong> haast exclusief landbouwdorp blijft. In 1810 war<strong>en</strong> er 50% landbouwers, 35%<br />

landarbeiders <strong>en</strong> 15% ambachtslied<strong>en</strong>, handelaars <strong>en</strong> r<strong>en</strong>t<strong>en</strong>iers.<br />

De vlasteelt moet haar belang hebb<strong>en</strong> gehad, want dat er reeds honderd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> vlas werd<br />

bewerkt in <strong>Weelde</strong> staat vrijwel vast. Verschill<strong>en</strong>de toponiem<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> in die richting: o.a. vlasdries<br />

(reeds vermeld in 1630), vlasroot, vlasrootheide <strong>en</strong> vlasrootweg. Pas in de 19e eeuw krijg<strong>en</strong> we wat<br />

meer concrete gegev<strong>en</strong>s over deze tak van nijverheid. We wet<strong>en</strong> dat in 1843 84 person<strong>en</strong> leefd<strong>en</strong> van<br />

de vlasnijverheid. Het war<strong>en</strong> 10 wevers, 72 spinsters <strong>en</strong> 2 koopmann<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> jaar later verdi<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

reeds 44 huisgezinn<strong>en</strong> hun brood met de vlasteelt, er war<strong>en</strong> to<strong>en</strong> 12 weefgetouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> 68<br />

spinnewiel<strong>en</strong>. Met e<strong>en</strong> vlasgetouw kon per maand 70 tot 80 meter linn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vervaardigd. Dit<br />

werd dan te Turnhout of in het binn<strong>en</strong>land verkocht, maar to<strong>en</strong> ook de vlasindustrie werd<br />

gemoderniseerd is deze nijverheid helemaal uit ons dorp verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. In 1850 telde <strong>Weelde</strong> nog 9<br />

linn<strong>en</strong>wevers, dit war<strong>en</strong>: Josephus Peeters, Dionysius Teeuws, Joseph Van Heyst, Petrus Van Heyst,<br />

J.B.Van Heyst, H<strong>en</strong>ricus Van de Wetering, J.B.Van De Pas, Adria<strong>en</strong> Verdonk <strong>en</strong> de weduwe van Jan<br />

Van d<strong>en</strong> Heuvel. In 1900 schreef pastoor Jacobs dat de bevolking zich uitsluit<strong>en</strong>d op de landbouw<br />

toelegde. Hij telde to<strong>en</strong> meer dan 100 boer<strong>en</strong>sted<strong>en</strong> of pachthoev<strong>en</strong>. De Weeldse boer<strong>en</strong> ded<strong>en</strong><br />

praktisch uitsluit<strong>en</strong>d aan veeteelt. In 1900 telde m<strong>en</strong> gemiddeld 6 à 7 koei<strong>en</strong> per stal. 70 à 80 boer<strong>en</strong><br />

hadd<strong>en</strong> hun koei<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> verzeker<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> 440 verzekerde dier<strong>en</strong>. Op de akkers teelde m<strong>en</strong><br />

vooral rogge <strong>en</strong> veevoeders. M<strong>en</strong> zaaide ge<strong>en</strong> tarwe. Nietteg<strong>en</strong>staande de Weeldse economie dus<br />

volledig op de landbouw was gericht, werd<strong>en</strong> ook op agrarisch gebied vele kans<strong>en</strong> tot ontwikkeling<br />

naar meer welstand gemist. De ontginning van de woeste grond<strong>en</strong> werd namelijk slechts laattijdig ter<br />

hand g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Reeds in de tweede helft van de 18e eeuw had de regering van de zuidelijke<br />

Nederland<strong>en</strong> door vrijstelling van last<strong>en</strong> <strong>en</strong> ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, door interessante koop- <strong>en</strong> pachtvoorwaard<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

door de verplichting voor de eig<strong>en</strong>aars hun grond ofwel in cultuur te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> ofwel te verkop<strong>en</strong>,<br />

gepoogd de ontginning van de hei te stimuler<strong>en</strong> <strong>en</strong> zodo<strong>en</strong>de de agrarische produktie op te drijv<strong>en</strong>.<br />

De bevolking van <strong>Weelde</strong> bv. had immers maar juist iets meer dan het bestaansminimum, zodat e<strong>en</strong><br />

slechte oogst hongersnood kon veroorzak<strong>en</strong>. En die oogst mislukte maar al te dikwijls. Dat wet<strong>en</strong> we<br />

uit talloze getuig<strong>en</strong>verklaring<strong>en</strong>. Vooral de hagelslag was hiervan de oorzaak.<br />

Op 4 juni 1737 werd het dorp <strong>Weelde</strong> door e<strong>en</strong> geweldige hagelslag geteisterd. Niet minder dan<br />

16425 roed<strong>en</strong> (54 ha 75 a) werd<strong>en</strong> door het ontij vernield. Op verzoek van de geteisterd<strong>en</strong><br />

attesteerd<strong>en</strong> de wethouders van <strong>Weelde</strong>: "Wy, schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong>de regeerders der Vrijheijdt <strong>Weelde</strong>,<br />

quartiere van Turnhout, resort Antwerp<strong>en</strong>, verclar<strong>en</strong> <strong>en</strong>de attester<strong>en</strong> waer <strong>en</strong>de waerachtigh te wes<strong>en</strong><br />

als dat wij alhier in ons<strong>en</strong> dorpe opd<strong>en</strong> 5<strong>en</strong> deser ma<strong>en</strong>t junij 1737 hebb<strong>en</strong> gehadt e<strong>en</strong><strong>en</strong> groot<strong>en</strong><br />

hagelslagh omtr<strong>en</strong>t d<strong>en</strong> middag, beginn<strong>en</strong>de ind<strong>en</strong> gehuchte de Meere <strong>en</strong>de alsoo langhts d<strong>en</strong><br />

gehuchte d<strong>en</strong> Groesse als d<strong>en</strong> gehuchte d<strong>en</strong> Schuetboom, over de buyte bocht<strong>en</strong> naer d<strong>en</strong> gehuchte<br />

d<strong>en</strong> Ho<strong>en</strong>straet <strong>en</strong>de neff<strong>en</strong>s d<strong>en</strong> gehuchte d<strong>en</strong> Winckel, alsoo d<strong>en</strong> gehuchte de Heegh<strong>en</strong> waerts


inne. Door welck<strong>en</strong> hagelslagh de gra<strong>en</strong><strong>en</strong>, haver, boeckweij, speurie als baere hooffvrucht<strong>en</strong><br />

t<strong>en</strong>emael sijn vane<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong> <strong>en</strong>de vernielt, lam<strong>en</strong>tabel om te si<strong>en</strong>". De geme<strong>en</strong>te werd daarna<br />

geteisterd door hevige hagelslag op 21 augustus 1841, 7 augustus 1846, 5 juni 1852, 13 juni 1864, 3<br />

juni 1886, 11 april 1887, 26 mei 1889. In <strong>Weelde</strong> maakte m<strong>en</strong> echter bezwar<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het in cultuur<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van de gem<strong>en</strong>e heidegrond<strong>en</strong>. Toegegev<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>, dat deze bezwar<strong>en</strong> (gedeeltelijk<br />

althans) van sociale aard war<strong>en</strong> (m<strong>en</strong> wilde keuters <strong>en</strong> dagloners het gebruik van de gem<strong>en</strong>e grond<strong>en</strong><br />

niet do<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong>), maar ze remd<strong>en</strong> alleszins de produktiviteit. De ver<strong>en</strong>iging van België met<br />

Nederland, eerst onder Frankrijk, later onder Willem I, bood <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> ruimer afzetgebied (Breda),<br />

maar ook to<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong> de ontginning<strong>en</strong> nog te weinig aandacht. De scheiding van Nederland <strong>en</strong> België<br />

bracht mee, dat het handelsverkeer over de gr<strong>en</strong>s werd lamgelegd <strong>en</strong> dat <strong>Weelde</strong> zich slechts naar<br />

één markt kon richt<strong>en</strong>, nl. Turnhout. Door het herhaaldelijk mislukk<strong>en</strong> van de aardappeloogst<strong>en</strong> kwam<br />

er rond 1845 geweldige armoede. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> et<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> werk <strong>en</strong> war<strong>en</strong> overgeleverd<br />

aan de op<strong>en</strong>bare onderstand van de geme<strong>en</strong>te. In 1846 ging<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> aan de vaart te Ravels,<br />

die to<strong>en</strong> werd gegrav<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> ook dat werk geklaard was, beslot<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>teraadsled<strong>en</strong> om met<br />

de ontginning van de heide te beginn<strong>en</strong>. Op die manier zou m<strong>en</strong> werk verschaff<strong>en</strong> aan de<br />

verpauperde bevolking. De broodprijs steeg voortdur<strong>en</strong>d <strong>en</strong> het is zeker dat de Weeldse bevolking<br />

zeer droevige jar<strong>en</strong> heeft beleefd. Na deze hongersnood van de jar<strong>en</strong> 1845-1847 werd<strong>en</strong> in België<br />

wett<strong>en</strong> van kracht die toeliet<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aars die hun woeste grond<strong>en</strong> zelf niet ontgonn<strong>en</strong>, te onteig<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te verplicht<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zeer lage prijz<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>tegrond<strong>en</strong> ter ontginning af te staan.<br />

In de jar<strong>en</strong> daarna werd<strong>en</strong> ook in <strong>Weelde</strong> veel heidegrond<strong>en</strong> ontgonn<strong>en</strong>. Hoe het met de landbouw<br />

was gesteld kunn<strong>en</strong> we lez<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> verslag van 25 september 1851. De ontginning van de heide was<br />

nodig, want de produktiviteit moest stijg<strong>en</strong> om de in de 19de eeuw nog steeds dreig<strong>en</strong>de hongersnood<br />

te voorkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige welstand te verzeker<strong>en</strong>. Klep br<strong>en</strong>gt <strong>Weelde</strong> voor wat betreft de periode<br />

1750-1850, sam<strong>en</strong> met Ravels, Poppel e.a., onder in de categorie van de arme heidedorp<strong>en</strong>, waarin<br />

de economische ontwikkeling geremd werd door de slechte bodemgesteldheid <strong>en</strong> de afwezigheid van<br />

verbinding<strong>en</strong> <strong>en</strong> industrie <strong>en</strong> waar voor 1850 ook ge<strong>en</strong> resultaat van ontginning<strong>en</strong> te bespeur<strong>en</strong> viel.<br />

In <strong>Weelde</strong> war<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de zaaigoedopbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> lager dan in Ravels of Poppel, nietteg<strong>en</strong>staande<br />

de grond er beter was. Waarschijnlijk zijn deze lagere opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> te verklar<strong>en</strong> doordat de investering<br />

aan kapitaal <strong>en</strong> arbeid hier nog lager of slechter was dan in beide g<strong>en</strong>oemde buurdorp<strong>en</strong>. Ook de<br />

verhouding oss<strong>en</strong>-paard<strong>en</strong> leert ons iets over de welstand of armoede van e<strong>en</strong> dorp: met ongeveer<br />

70% paard<strong>en</strong> behoorde <strong>Weelde</strong> sam<strong>en</strong> met Ravels tot de middelmaat, terwijl in dit opzicht Poppel met<br />

50% tot de laagste categorie behoorde.<br />

De economische armoede van <strong>Weelde</strong> weerspiegelde zich in de lage bevolkingsgroei. <strong>Weelde</strong> had<br />

1080 inwoners in 1825, 1121 in 1837 <strong>en</strong> 1189 rond de eeuwwisseling. In de periode 1762-1840<br />

k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> de heidedorp<strong>en</strong> waar <strong>Weelde</strong> toe behoorde, slechts e<strong>en</strong> gemiddelde bevolkingsgroei van<br />

21%, teg<strong>en</strong>over 108% in de streek Kalmthout-Ess<strong>en</strong>-Wuustwezel, die deze aangroei dankt aan<br />

ontginning<strong>en</strong> voor 1850. De bevolkingsdichtheid was ook betrekkelijk laag in <strong>Weelde</strong>: 26 inwoners per<br />

vierkante kilometer in 1762 <strong>en</strong> 31 in 1840. In de 19e eeuw werd de bevolking nog dikwijls zwaar<br />

geteisterd door epidemische ziekt<strong>en</strong>. Dit valt niet te verwonder<strong>en</strong>, want de hygiëne was zeer slecht.<br />

Op de opeisingsbevel<strong>en</strong> van de meeste Weeldse jongemann<strong>en</strong> die onder Napoleon werd<strong>en</strong><br />

opgeroep<strong>en</strong> staat onder de speciale k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>: littek<strong>en</strong>s van "petite variole", dit zijn<br />

pokk<strong>en</strong>. Op het einde van de Eerste Wereldoorlog stierv<strong>en</strong> er in <strong>Weelde</strong> nog heel wat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan de<br />

zgn. "Spaanse griep", naar het getuig<strong>en</strong>is van oudere m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die ze meemaakt<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> echte<br />

epidemie. In 1850 bouwde de familie Verhey<strong>en</strong> de mol<strong>en</strong> bij de St.-Michielskerk. Zo telde <strong>Weelde</strong> op<br />

het einde van de 19e eeuw twee mol<strong>en</strong>s. De mol<strong>en</strong> van het Mol<strong>en</strong>einde werd eerst verplaatst naar het<br />

begin van de Meir <strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de oorlog van 1940-1945 afgebrok<strong>en</strong>. In 1900 bouwd<strong>en</strong> de boer<strong>en</strong> de<br />

stoommelkerij "De Verbroedering". Daarin werd<strong>en</strong> to<strong>en</strong> dagelijks 3000 liter melk ontroomd. Er war<strong>en</strong><br />

in 1900 <strong>en</strong>kele winkeliers in de Straat <strong>en</strong> aan de kerk. In 1908 werd de brouwerij "De Zwaan"<br />

gebouwd. In de jar<strong>en</strong> 1922-1923 kreeg <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> publieke telefoon, alhoewel in primitieve toestand.<br />

M<strong>en</strong> had namelijk ge<strong>en</strong> lokaal <strong>en</strong> daarom besloot Modest Van der Voort (Destje) gratis e<strong>en</strong> hoekje van<br />

zijn werkhuis af te staan. Hier werd e<strong>en</strong> hout<strong>en</strong> hokje getimmerd <strong>en</strong> zo kond<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong><br />

opnieuw telefoner<strong>en</strong>. Rond 1928 hadd<strong>en</strong> al <strong>en</strong>kele m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in het dorp e<strong>en</strong> radio <strong>en</strong> e<strong>en</strong> auto. Toch<br />

onderging het uitzicht van <strong>Weelde</strong> ondanks deze vernieuwing<strong>en</strong> van de twintiger jar<strong>en</strong>, in de jar<strong>en</strong> 30<br />

gevolgd door crisis <strong>en</strong> werkloosheid, in 1939 door de mobilisatie <strong>en</strong> in mei 1940 door de oorlog, ge<strong>en</strong><br />

grondige verandering<strong>en</strong>. In 1954 kon Pater H<strong>en</strong>ri Maes nog schrijv<strong>en</strong> dat <strong>Weelde</strong> geblev<strong>en</strong> was wat<br />

het altijd geweest was: e<strong>en</strong> rustig landbouwersdorpje. E<strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong>de wijziging kwam er in <strong>Weelde</strong><br />

slechts de laatste 10 tot 15 jaar, door de inwijking van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die in Turnhout of zelfs in Tilburg <strong>en</strong><br />

Breda werkt<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> nieuwe wijk ontstond achter de Hof-t<strong>en</strong>-Berg<strong>en</strong>laan <strong>en</strong> achter het geme<strong>en</strong>tehuis.


<strong>To<strong>en</strong></strong> we wez<strong>en</strong> op het ontbrek<strong>en</strong> van diepgaande verandering<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> tot voor kort, hebb<strong>en</strong> we<br />

wel abstractie gemaakt van het westelijk gr<strong>en</strong>sgebied van de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong>, dat sinds e<strong>en</strong> eeuw<br />

in evolutie is geweest. De treinverbinding Turnhout-Tilburg, aangelegd in 1867, gaf daar het ontstaan<br />

aan e<strong>en</strong> nieuwe wijk: <strong>Weelde</strong>-Statie. Op het einde van de 19e eeuw stond<strong>en</strong> daar slechts <strong>en</strong>kele<br />

woning<strong>en</strong>, maar to<strong>en</strong> er in 1904-1906 e<strong>en</strong> nieuw station voor internationaal goeder<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />

reizigersverkeer werd gebouwd, kwam<strong>en</strong> er heel wat bij. Ook werd<strong>en</strong> er quarantainestall<strong>en</strong> gebouwd<br />

om het in <strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong> vee te keur<strong>en</strong>. In 1934 werd het reizigersvervoer echter stopgezet <strong>en</strong> in de<br />

jar<strong>en</strong> daarna werd<strong>en</strong> de spoorgebouw<strong>en</strong> geleidelijk afgebrok<strong>en</strong>. Maar dit belette niet dat in 1974 to<strong>en</strong><br />

ook het goeder<strong>en</strong>verkeer werd stopgezet, <strong>Weelde</strong>-Statie, dank zij de vestiging van <strong>en</strong>kele fabriek<strong>en</strong>,<br />

uitgegroeid was tot e<strong>en</strong> woonwijk van ongeveer 1000 inwoners, met als annex e<strong>en</strong> industriezone. Na<br />

de oorlog werd het geïnterallieerd militair vliegveld aangelegd <strong>en</strong> werd <strong>Weelde</strong>-Straat via de dorpskom<br />

rond de St.-Michielskerk met <strong>Weelde</strong>-Statie verbond<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> betonweg. De wijk van <strong>Weelde</strong>-Statie<br />

kreeg wereldpubliciteit to<strong>en</strong> één van haar inwoners, Sooi Van d<strong>en</strong> Eynde, in 1959 in e<strong>en</strong> proces voor<br />

het internationaal Gerechtshof aantoonde dat e<strong>en</strong> stuk grond waarop de Nederlandse spoorweg<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>kele woning<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gezet <strong>en</strong> dat hij in 1953 had aangekocht, ge<strong>en</strong> Nederlands maar Belgisch<br />

grondgebied was. Al is de lijn Turnhout-Tilburg thans opgehev<strong>en</strong>, toch rijdt er naar de gr<strong>en</strong>sbuurt van<br />

<strong>Weelde</strong>-Statie sinds 1974 opnieuw e<strong>en</strong> trein: de toeristische Museum-trein Tilburg-Baarle-Schaluin<strong>en</strong>.<br />

Notariss<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong><br />

Het notariaat is één van de oudste instelling<strong>en</strong> van ons land. Zijn oorsprong dateert van 25 v<strong>en</strong>tose<br />

jaar XI. Het werd in 1531 op rationele wijze door Karel V gereorganiseerd. De notaris was e<strong>en</strong><br />

op<strong>en</strong>baar ambt<strong>en</strong>aar belast met het opstell<strong>en</strong> van bepaalde auth<strong>en</strong>tieke akt<strong>en</strong> van overdracht<strong>en</strong> van<br />

onroer<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong>, het opmak<strong>en</strong> van huwelijkskontrakt<strong>en</strong>, testam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> van sch<strong>en</strong>king<strong>en</strong> onder<br />

lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. De notariss<strong>en</strong> word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd door de Koning. Het notariaat van <strong>Weelde</strong> bestaat sinds<br />

1833 <strong>en</strong> het heeft tot op hed<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de notariss<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>d:<br />

- Van 1833 tot 1873 notaris Theodoor Mattheus Wouters<br />

- van 1874 tot 1892 notaris Edmondus Eduardus Franciscus Hubertus Swaan<br />

- van 1893 tot 1908 notaris Stanislas Gilles<br />

- van 1908 tot 1936 notaris Emiel Frans Jozef De Boungne<br />

- van 1937 tot 1962 notaris Alfred Van Hove<br />

- vanaf 1963 notaris Jozef Segers.<br />

De minut<strong>en</strong> (akt<strong>en</strong>) van notaris Wouters zijn sinds 1969 in bewaring bij het Rijksarchief te Antwerp<strong>en</strong>.<br />

Alle akt<strong>en</strong> vanaf 1874 zijn op hed<strong>en</strong> nog in bezit van notaris Segers.<br />

Burgemeesters van <strong>Weelde</strong><br />

1797: Cornelis Van Loon<br />

1800: Gijsbert Jozef Marinus<br />

1831: H<strong>en</strong>ricus De Bondt<br />

1848: Jan Baptist Bax (di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>d burgemeester)<br />

1849: Theodorus Matheus Wouters<br />

1873: Cornelius Jonkers<br />

1879: Laur<strong>en</strong>tius Bols<br />

1896: Adriaan Kol<strong>en</strong><br />

1916: Corneel Van Dommel<strong>en</strong><br />

1925: Charles Bols (di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>d burgemeester)<br />

1926: Jan August Dries<br />

1939: Jan Van Loon<br />

1942: Guillaume Swaan<br />

1944: Jaak Mert<strong>en</strong>s (di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>d burgemeester)


1947: Raymond Hesters<br />

1958: Karel Segers (di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>d burgemeester)<br />

1959: Guillaume Swaan<br />

1960: Modest H<strong>en</strong>drikx<br />

1970: Jozef Segers<br />

1977: Francis Tanghe<br />

Secretariss<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong><br />

1818: Maximiliaan Donnez<br />

1836: Jan Antoon De Bondt<br />

1878: Joannes Ludovicus De Bondt<br />

1905: Karel Antoon Vloemans<br />

1917: Edmond Corneel Vloemans<br />

1950: Vital Wijgerde<br />

1977: H<strong>en</strong>ri Van Dun<br />

Veldwachters van <strong>Weelde</strong><br />

Adria<strong>en</strong> Marinus<br />

Cornelius Segers<br />

J.B.Dick<strong>en</strong>s (1820-1828)<br />

Petrus Embrechts (1828-1866)<br />

Frans Martinus Van Heertum (1866-1876)<br />

Norbertus Van Gils (1876-1905)<br />

August Sels<br />

H<strong>en</strong>ri Corneliss<strong>en</strong><br />

1. Wereldoorlog I<br />

Op de lege bladzijd<strong>en</strong> van zijn kladschrift over de Geschied<strong>en</strong>is der parochie van <strong>Weelde</strong> heeft<br />

pastoor Jacobs ook het klad neergeschrev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verslag over de oorlogsgebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in zijn<br />

parochie, dat hem door de aartsbisschop gevraagd was. Het "net" zou opgestuurd zijn naar het<br />

bisdom, maar we kunn<strong>en</strong> er in het kathedraalarchief niets van terugvind<strong>en</strong>. Wel berust<strong>en</strong> er in het<br />

kathedraalarchief van Antwerp<strong>en</strong>, onder nr.V5 (Varia): "Rapport<strong>en</strong> van pastoors over de<br />

oorlogsgebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> 1940-1945 in 71 parochies". Hier publicer<strong>en</strong> we Jacobs' rapport over '14-'18.<br />

Verslag over d<strong>en</strong> Toestand der parochie van <strong>Weelde</strong> tijd<strong>en</strong>s d<strong>en</strong> oorlog 1914-1918 (opgezond<strong>en</strong> naar<br />

't Bisdom in 1919). Dees verslag werd opgemaakt volg<strong>en</strong>s d<strong>en</strong> gevraagd<strong>en</strong> lijst van Z.Emin<strong>en</strong>tie d<strong>en</strong><br />

Kardinaal Mercier, aartsbisschop van Mechel<strong>en</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong> ligt oostwaarts in het noordelijk deel der provincie Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> paalt aan Holland langs Oost<br />

<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> klein deel, langs noordzijde der geme<strong>en</strong>te. <strong>Weelde</strong> hoort in de provincie Antwerp<strong>en</strong> aan 't<br />

arrondissem<strong>en</strong>t Turnhout, aan 't kanton Ar<strong>en</strong>donck <strong>en</strong> valt onder de Dek<strong>en</strong>ij van Turnhout. Bij de inval<br />

der Duitschers werd het dorp door de plaatselijke burgerwacht bewaakt; de ste<strong>en</strong>weg<strong>en</strong> door het<br />

afkapp<strong>en</strong> der aanpal<strong>en</strong>de eik<strong>en</strong>boom<strong>en</strong> voor alle verkeer versperd <strong>en</strong> de inwoners verborg<strong>en</strong> hunne<br />

schatt<strong>en</strong> in de akkers <strong>en</strong> in de bossch<strong>en</strong>, met schrik afwacht<strong>en</strong>de wat de vijand hun zou hier do<strong>en</strong>.<br />

Het bevel der algeme<strong>en</strong>e mobilisatie werd aangekondigd <strong>en</strong> alle di<strong>en</strong>stplichtig<strong>en</strong> der geme<strong>en</strong>te<br />

vertrokk<strong>en</strong> naar 't leger. <strong>Weelde</strong> schonk alzoo 28 moedige strijders aan 't Vaderland. De dagblad<strong>en</strong><br />

bracht<strong>en</strong> hier de zegepraal aan van Hal<strong>en</strong> <strong>en</strong> het moedig strijd<strong>en</strong> onzer belgische troep<strong>en</strong> te Luik.<br />

<strong>To<strong>en</strong></strong> heerschte er geestdrift onder de bevolking. Doch welhaast hoorde m<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat ons leger<br />

moest t<strong>en</strong> onder do<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> machtig<strong>en</strong> vijand <strong>en</strong> dat de Duitsch met rassche schred<strong>en</strong> door<br />

Leuv<strong>en</strong> naar Brussel zou oprukk<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> hoorde hier ook de plundering<strong>en</strong>, schelmerij<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

moorderij<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> vijand verhal<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bevolking kreeg schrik. Waar hulp <strong>en</strong> troost <strong>en</strong> opbeuring<br />

zoek<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij in hunn<strong>en</strong> H.Godsdi<strong>en</strong>st. Ieder<strong>en</strong> dag kwam<strong>en</strong> de parochian<strong>en</strong> in groote m<strong>en</strong>igte de<br />

H.Mis bijwon<strong>en</strong> <strong>en</strong> deelnem<strong>en</strong> aan de publieke gebed<strong>en</strong> door Z.Em. d<strong>en</strong> Kardinaal voorgeschrev<strong>en</strong>.<br />

Bijzonder 's avonds was de toeloop van volk overgroot, wanneer de E.H.Pastoor, voor het uitgesteld<br />

Sacram<strong>en</strong>t luidop de bescherming van God voor het dorp afsmeekte.


En zie! de Ulhan<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> de Kemp<strong>en</strong> in tot Rethy, Casterlé <strong>en</strong> verder tot Turnhout. De bevolking<br />

vlucht naar 't noord<strong>en</strong> <strong>en</strong> zoekt onderkom<strong>en</strong> in de huiz<strong>en</strong>, schur<strong>en</strong>, schobb<strong>en</strong>, hun getal is overgroot,<br />

wij schatt<strong>en</strong> dat er in <strong>Weelde</strong> minst<strong>en</strong>s 4000 m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> van Turnhout <strong>en</strong> van uit het zuid<strong>en</strong> der<br />

provincie <strong>en</strong> zelfs van uit Brabant, verblev<strong>en</strong>. Onze medeburgers hebb<strong>en</strong> met de grootste<br />

liefdadigheid alle onderkom<strong>en</strong> aan de vluchteling<strong>en</strong> bezorgd <strong>en</strong> zoveel mogelijk hun voedsel <strong>en</strong><br />

deksel gegev<strong>en</strong>. Verschill<strong>en</strong>de dag<strong>en</strong> heeft die toestand geduurd <strong>en</strong> midd<strong>en</strong>wijl hebb<strong>en</strong> de<br />

godsvruchtoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de kerk in getal toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> communiën werd<strong>en</strong> uitgedeeld.<br />

Doch de vijand sche<strong>en</strong> niet te vorder<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong>; m<strong>en</strong> hoorde zegg<strong>en</strong> dat hij minder bloeddorstig<br />

<strong>en</strong> zachter sche<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> te zijn, <strong>en</strong> onze vluchteling<strong>en</strong> verliet<strong>en</strong> stillek<strong>en</strong>s aan de geme<strong>en</strong>te.<br />

Turnhout werd door de Duitschers bezocht; zij nam<strong>en</strong> bezit van de stad <strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> dan ook in de<br />

Noorderdorp<strong>en</strong> het Duitsche vlag gaan plant<strong>en</strong>. Op zeker<strong>en</strong> voormiddag in September kwam<strong>en</strong><br />

Duitsche cyclist<strong>en</strong> het dorp rustig ingered<strong>en</strong>, zonder iemand te sprek<strong>en</strong> of e<strong>en</strong>ig geweld te do<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

red<strong>en</strong> door tot Poppel. In d<strong>en</strong> namiddag kwam<strong>en</strong> ze terug door de Weeldsche straat, <strong>en</strong> keerd<strong>en</strong> naar<br />

Turnhout terug. E<strong>en</strong>ige dag<strong>en</strong> daarna las m<strong>en</strong> in de Duitsche gazett<strong>en</strong> deze krijgsmelding: "De fort<strong>en</strong><br />

van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>". Na het vertrek der cyclist<strong>en</strong> begon weldra de bezetting door de<br />

Duitsche "Landsturmmänner". Deze inkwartiering heeft ongeveer drij jar<strong>en</strong> geduurd. In 't begin moest<br />

de geme<strong>en</strong>te zorg<strong>en</strong> voor logist <strong>en</strong> voeding der Duitsch<strong>en</strong>, doch sedert België t<strong>en</strong> laste wierd gelegd<br />

elke maand millio<strong>en</strong><strong>en</strong> frank<strong>en</strong> voor 't leger te betal<strong>en</strong>, was de geme<strong>en</strong>te van de voeding ontlast. Doch<br />

helaas! Wat last voor de m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>! Immer die Moff<strong>en</strong> op d<strong>en</strong> haerd! Zij eischt<strong>en</strong> de schoonste<br />

vertrekk<strong>en</strong> der woning <strong>en</strong> schaemd<strong>en</strong> zich niet de beste meubel<strong>en</strong> te beschadig<strong>en</strong>, nagels in eik<strong>en</strong><br />

kast<strong>en</strong> te slag<strong>en</strong>, soms kruisbeeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige voorwerp<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> ontruim<strong>en</strong>, nachtlawijt <strong>en</strong><br />

slamperij<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>, zonder de minste achting voor d<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aar des huizes. De E.Heer pastoor<br />

heeft ook altijd zijne inkwartiering gehad; zelfs heeft hij de pastorij moet<strong>en</strong> afstaan voor de ontvangst<br />

van d<strong>en</strong> hertog van Saxe Cobourg Gotha, die e<strong>en</strong> bezoek bracht aan de afdeeling Husards, welke<br />

alsdan in het dorp verbleef. Die ontvangst was plechtig in de zaal der pastorij, want de overrijke<br />

Ritmeister Von Boiuneburg, sam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>ige typ<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> groot<strong>en</strong> adel van Duitschland, hadd<strong>en</strong><br />

hunn<strong>en</strong> groot<strong>en</strong> meester, Hertog van Saxe Cobourg Gotha alle eer will<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>.<br />

Tijd<strong>en</strong>s de bezetting hebb<strong>en</strong> de Duitschers toch ge<strong>en</strong>e bijzondere schade aan het dorp toegebracht,<br />

uitgezonderd de vernieling <strong>en</strong> plundering van d<strong>en</strong> g<strong>en</strong>darmerie <strong>en</strong> van het geme<strong>en</strong>tehuis. E<strong>en</strong> der<br />

eerste verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> was het verbod van te rijd<strong>en</strong> per tram, per rijwiel, per rijtuig. Ik weet niet waarom<br />

zij di<strong>en</strong> pijnlijk<strong>en</strong> maatregel hebb<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De goddelijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> voor de Katholieke Duitsche<br />

soldat<strong>en</strong> geschiedd<strong>en</strong> in de kerk door e<strong>en</strong><strong>en</strong> Katholiek<strong>en</strong> aalmoez<strong>en</strong>ier van 't duitsche leger. Deze<br />

di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> echter slecht bijgewoond, <strong>en</strong> de aalmoez<strong>en</strong>ier heeft mij meermaals over de officier<strong>en</strong><br />

geklaagd, daar zij verzuimd<strong>en</strong> de soldat<strong>en</strong> van de aankomst van d<strong>en</strong> priester te verwittig<strong>en</strong>. Het is<br />

gebeurd dat ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele soldaat aanwezig was, wanneer de aalmoez<strong>en</strong>ier voor d<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st zich in de<br />

kerk aanbood. De jonger<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> nog al tamelijk veel tot de H.H.Sacram<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, maar de oud<strong>en</strong> van<br />

d<strong>en</strong> Landsturm liet<strong>en</strong> veel te w<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>. "De Evangelische Gottesdi<strong>en</strong>st" was beter bijgewoond. Op<br />

dring<strong>en</strong>d bevel van d<strong>en</strong> Hauptman moest<strong>en</strong> deze vergadering<strong>en</strong> plaats hebb<strong>en</strong> in het lokaal der<br />

Boer<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> m<strong>en</strong> verplichtte d<strong>en</strong> E.Heer pastoor, d<strong>en</strong> harmonium der kerk daartoe te lat<strong>en</strong><br />

gebruik<strong>en</strong>. Tweemaal hebb<strong>en</strong> de "Evangelisch<strong>en</strong>" in onz<strong>en</strong> boer<strong>en</strong>bond het "Ab<strong>en</strong>dmahl" g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de algemeine Beichte gedaan! Aan het uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> van d<strong>en</strong> parochial<strong>en</strong> Katholiek<strong>en</strong> eeredi<strong>en</strong>st, heeft<br />

de vijand ge<strong>en</strong> beletsel gebracht, t<strong>en</strong>zij dat het verbod<strong>en</strong> was, zonder toestemming, processie buit<strong>en</strong><br />

de kerk te do<strong>en</strong>.<br />

Wie heeft er niet hoor<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> versperringsdraad die de e<strong>en</strong>ige noorderlijke geme<strong>en</strong>te van<br />

het Binn<strong>en</strong>land afsneed? Hoevel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aan di<strong>en</strong> geëlectriseerd<strong>en</strong> draad de dood gevond<strong>en</strong>?<br />

Ne<strong>en</strong>! om ge<strong>en</strong>e red<strong>en</strong><strong>en</strong> mocht<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> achter d<strong>en</strong> draad met België in betrekking kom<strong>en</strong>!<br />

Niemand kon er door, t<strong>en</strong>zij met e<strong>en</strong> bijzonder paspoort van d<strong>en</strong> Gouverneur G<strong>en</strong>eraal van België, al<br />

de briev<strong>en</strong> <strong>en</strong> correspond<strong>en</strong>tiën werd<strong>en</strong> aan 't Pas bureau aan Ravelsbrug onderzocht! Verbod om<br />

bisschoppelijk briev<strong>en</strong> door te gev<strong>en</strong>, zodat wij hier achter d<strong>en</strong> draad niet de minste betrekking met<br />

het Bisdom kond<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>, zonder speciale toelating van de Duitsche Overheid. Ell<strong>en</strong>dige toestand<br />

voor onze geestelijkheid, alzoo afgezonderd! Zelfs had m<strong>en</strong> ons verbod<strong>en</strong> de hostiën te lat<strong>en</strong> invoer<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> wij hebb<strong>en</strong> verplicht geweest de hostiën, eerst te do<strong>en</strong> smokkel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> later met cem<strong>en</strong>t te do<strong>en</strong><br />

invoer<strong>en</strong> uit Holland. Gedur<strong>en</strong>de de bezettingsjar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> onze kerkelijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> niet afgebrok<strong>en</strong><br />

geweest <strong>en</strong> de Duitsch<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>e stoornis aan 't uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Eeredi<strong>en</strong>st gebracht. De<br />

godsvrucht der parochian<strong>en</strong> heeft onder d<strong>en</strong> oorlog groot<strong>en</strong> vooruitgang gemaakt <strong>en</strong> als bewijs kan ik<br />

aanhal<strong>en</strong> dat in 't jaar 1918 to<strong>en</strong> de parochie 1350 inwoners telde, er ongeveer 75000 communiën


uitsluitelijk aan de parochian<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uitgedeeld. In 1913 hadd<strong>en</strong> wij 31 plechtige communiën der<br />

kinder<strong>en</strong>; in 1914, 32; in 1915, 34; in 1916, 34; in 1917, 38 <strong>en</strong> in 1918, 37.<br />

De lijkdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> der gesneuveld<strong>en</strong> soldat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> met de grootste plechtigheid <strong>en</strong> luister<br />

gecelebreerd onder e<strong>en</strong> groot<strong>en</strong> toeloop van volk. Zijne Doorluchtige Hoogweerdigheid Mgr.<br />

Hopmann, bisschop van Breda heeft in 1918 het H.Vormsel toegedi<strong>en</strong>d aan onze kinder<strong>en</strong> te<br />

beginn<strong>en</strong> van 7 jar<strong>en</strong> ouderdom, in de parochiale kerk van Poppel. In 't jaar 1916 was er ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel<br />

huwelijk in de parochie. Gedur<strong>en</strong>de de bezetting ge<strong>en</strong>e verandering in de vrije schol<strong>en</strong>, <strong>en</strong>kel hebb<strong>en</strong><br />

de Duitschers de schoolplicht toegepast. De vrije school der zusters franciscaness<strong>en</strong> aan de<br />

Weeldsche Statie, geleg<strong>en</strong> nabij d<strong>en</strong> versperringsdraad werd geslot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de huisgezinn<strong>en</strong> t<strong>en</strong> talle<br />

van 13, tussch<strong>en</strong> d<strong>en</strong> draad <strong>en</strong> de hollandsche gr<strong>en</strong>s verblijv<strong>en</strong>de, moest<strong>en</strong> ontruim<strong>en</strong>, de eeredi<strong>en</strong>st<br />

in de Kapel aldaar werd dan ook stopgezet.<br />

Slechts met toelating van de Duitschers mocht<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de gild<strong>en</strong> vergader<strong>en</strong> <strong>en</strong> zoo is het<br />

dan gebeurd dat die sociale instelling<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de bezetting ge<strong>en</strong> werk verricht hebb<strong>en</strong>. Ons<br />

Nationaal Comiteit van voeding <strong>en</strong> hulp heeft goed werk verricht, alhoewel soms de e<strong>en</strong>e of de andere<br />

lastige burger teg<strong>en</strong> het bestuur moest uitvall<strong>en</strong>. Wij zat<strong>en</strong> achter d<strong>en</strong> draad, <strong>en</strong> zoo werd<strong>en</strong> de<br />

burgers <strong>en</strong> voornamelijk de boer<strong>en</strong> versperd in d<strong>en</strong> handel <strong>en</strong> verkoop van vee <strong>en</strong> allerlei<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong>. Willekeurig steld<strong>en</strong> de Duitschers markt<strong>en</strong> van vee; de boer<strong>en</strong> war<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oodzaakt de<br />

overproductie op de markt te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan kwam<strong>en</strong> Duitsche kooplied<strong>en</strong> vaste prijz<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>. Naar<br />

m<strong>en</strong> ons verzekerd heeft, stond<strong>en</strong> hier de prijz<strong>en</strong> van 't vee soms 2/3 onder d<strong>en</strong> prijs van 't<br />

Binn<strong>en</strong>land. En wat zegg<strong>en</strong> van de prijz<strong>en</strong> van eier<strong>en</strong>, boter, honig, was <strong>en</strong>z. De Feldwebel,<br />

kommandant van de gr<strong>en</strong>szone, verblijv<strong>en</strong>de te Ravels, dwong de boer<strong>en</strong> deze war<strong>en</strong> aan hem te<br />

lever<strong>en</strong> aan vaste, door hem gestelde prijz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> de voortbr<strong>en</strong>ger weigerde de war<strong>en</strong> te<br />

lever<strong>en</strong>, stond<strong>en</strong> hem bedreiging<strong>en</strong>, huiszoeking<strong>en</strong> <strong>en</strong> allerlei dwangmiddel<strong>en</strong> te wacht<strong>en</strong>. Verdachte<br />

person<strong>en</strong> van onverschilligheid jeg<strong>en</strong>s de Duitschers werd<strong>en</strong> maar vlak af over de brug gezet <strong>en</strong> in<br />

bepaalde geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> onder Duitsch toezicht geplaatst. Hier noem ik Feldweber Lang, die de laatste<br />

maand<strong>en</strong> in Ravels als Keizer over onze gr<strong>en</strong>sstrook heeft geregeerd. Gelijk in geheel het land werd<br />

de caoutchou de wol <strong>en</strong> het koper opgeëischt, doch het was lust om zi<strong>en</strong> hoe na d<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>stilstand<br />

de veloband<strong>en</strong>, koper<strong>en</strong> ketels <strong>en</strong> woll<strong>en</strong> matrass<strong>en</strong> uit d<strong>en</strong> grond, uit de kuil<strong>en</strong>, uit de schur<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

looze plaats<strong>en</strong> verrez<strong>en</strong>!<br />

Er valt hier op te merk<strong>en</strong> dat <strong>Weelde</strong>, ingezi<strong>en</strong> zijne ligging na aan de Hollandsche gr<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> nest van<br />

spionn<strong>en</strong> moest zijn. In 't begin van d<strong>en</strong> oorlog heeft die di<strong>en</strong>st prachtig gewerkt <strong>en</strong> m<strong>en</strong>ig goed<br />

nieuws aan 't Belgisch leger kunn<strong>en</strong> meld<strong>en</strong>. Doch de Duitscher was weldra op 't spoor, <strong>en</strong><br />

verscheid<strong>en</strong>e burgers van <strong>Weelde</strong> werd<strong>en</strong> om <strong>en</strong>kele red<strong>en</strong> van verdachte of gevaarlijke person<strong>en</strong><br />

over d<strong>en</strong> draad gezet. Ander<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de plaat gepoetst <strong>en</strong> zijn naar Holland gevlucht. D<strong>en</strong> 26<br />

September 1917 werd onze onderwijzer, Mijnheer Jos Ste<strong>en</strong>ackers door de Duitsche soldat<strong>en</strong><br />

aangehoud<strong>en</strong>, <strong>en</strong> d<strong>en</strong> 25 mei 1918 tot 2 1/2 jaar dwangarbeid veroordeeld omdat hij verdacht was van<br />

Krijgsverraad. De veroordeelde welke zooveel goed werk voor zijn vaderland verrichte verbleef 6<br />

maand<strong>en</strong> in voorlopige hecht<strong>en</strong>is te Turnhout, 2 maand<strong>en</strong> in de gevang<strong>en</strong>is van Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> 5<br />

maand<strong>en</strong> in Vilvoorde, waaruit hij bij d<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>stilstand, verlost wierd.<br />

E<strong>en</strong> priester van <strong>Weelde</strong>, de Z.E.Heer L.Vloemans, stud<strong>en</strong>t aan de Gregori<strong>en</strong>ne te Rome, dokter in de<br />

wijsbegeerte <strong>en</strong> godgeleerdheid, heeft in 't Belgisch leger, onder d<strong>en</strong> oorlog, van 1916 tot 1918 di<strong>en</strong>st<br />

gedaan, eerst als brancardier <strong>en</strong> verder als aalmoez<strong>en</strong>ier. Ziehier de nam<strong>en</strong> der soldat<strong>en</strong> vrijwilligers<br />

van <strong>Weelde</strong>: Guill. Swaan, Frans Rieberghs, Frans Mert<strong>en</strong>s, Frans Bols, de 3 broeders Janss<strong>en</strong>s<br />

R<strong>en</strong>é, Jacobus <strong>en</strong> Jan, Leon <strong>Nu</strong>yts, Jacobus Mert<strong>en</strong>s, August Jacqmin, <strong>en</strong> Frans Geerts. De volg<strong>en</strong>de<br />

soldat<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> zijn op 't veld van eer gevall<strong>en</strong>: Karel Poppeliers, Jan Verhoev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Jozef<br />

Meuris. Behalve zijn nog gesneuveld H<strong>en</strong>ri Vaes, g<strong>en</strong>darme bij 't begin van d<strong>en</strong> oorlog hier<br />

verblijv<strong>en</strong>de <strong>en</strong> Emile Van de Laer, tolbeambte alhier. Frans Rieberghs, zwaar gekwetst in<br />

Vlaander<strong>en</strong>, droeg e<strong>en</strong> hout<strong>en</strong> be<strong>en</strong>. Zijn over d<strong>en</strong> versperringsdraad gezet: Van Eynde Edmond, Jan<br />

Woest<strong>en</strong>burg, Jacqmin, Leon Bols <strong>en</strong> huisgezin, Karel Van de Pol <strong>en</strong> Frans <strong>en</strong> Hubertine Wijgerde.<br />

Bij de algeme<strong>en</strong>e ontruiming na d<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>stilstand werd<strong>en</strong> de huiz<strong>en</strong> der smokkelaars <strong>en</strong> van dez<strong>en</strong><br />

verdacht met d<strong>en</strong> vijand geheuld te hebb<strong>en</strong>, bestormd door de bevolking <strong>en</strong> deels vernield. Vel<strong>en</strong> van<br />

deze plunderaars zijn door d<strong>en</strong> Tribunaal van Turnhout in hecht<strong>en</strong>is g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> wacht<strong>en</strong> op dez<strong>en</strong><br />

og<strong>en</strong>blik hun vonnis in de gevang<strong>en</strong>is af. Van d<strong>en</strong> kant der duitsche soldat<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>e. Bij het blijde<br />

nieuws der ontruiming werd het nationaal vlag op d<strong>en</strong> kerktor<strong>en</strong> gehes<strong>en</strong> <strong>en</strong> onder overgroot<strong>en</strong>


toeloop van volk e<strong>en</strong> plechtig Te Deum in de kerk aangehev<strong>en</strong> d<strong>en</strong> Heer bedank<strong>en</strong>de dat Hij onze<br />

parochie, alles goed ingezi<strong>en</strong>, toch op bevoorrechte wijze heeft behoed.<br />

<strong>Weelde</strong> 3 maart 1918<br />

Laus Deo.<br />

Gesneuveld<strong>en</strong> 1914-1918<br />

P.J.M.Meuris<br />

W.C.Mert<strong>en</strong>s<br />

J.A.<strong>Nu</strong>yts<br />

K.E.Poppeliers<br />

A.Van De Laer<br />

J.A.Van Hees<br />

L.Van Loon<br />

J.J.Vaes<br />

J.C.Vaes<br />

J.C.Verhoev<strong>en</strong><br />

J.C.V.M.Wijgerde<br />

2. Wereldoorlog II<br />

In het boek "Wel <strong>en</strong> Wee in <strong>Weelde</strong>" dat in 1978 door de <strong>Heemkundekring</strong> werd uitgegev<strong>en</strong> schreef<br />

Josepha Van der Voort, e<strong>en</strong> trouw lid van de kring die ons in 1981 ontviel, e<strong>en</strong> bijdrage over de<br />

tweede wereldoorlog. De overname van dat artikel in dit boek weze e<strong>en</strong> dankbare herinnering aan<br />

haar, die zoveel voor de kring presteerde.<br />

10 mei 1940<br />

De Franse soldat<strong>en</strong> red<strong>en</strong> het dorp binn<strong>en</strong>. Mete<strong>en</strong> gaf m<strong>en</strong> alle inwoners die langshe<strong>en</strong> de Grote<br />

Baan (<strong>Weelde</strong>-Straat), de Dijk (Koning Albertstraat) <strong>en</strong> in het Singeltje woond<strong>en</strong>, de raad hun huiz<strong>en</strong><br />

te verlat<strong>en</strong> <strong>en</strong> naar de afgeleg<strong>en</strong> gehucht<strong>en</strong> te trekk<strong>en</strong>. Voor het eerst cirkeld<strong>en</strong> vliegtuig<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> het<br />

dorp. Midd<strong>en</strong> in het Singeltje, vlakbij het kapelletje, sloeg e<strong>en</strong> bom e<strong>en</strong> grote krater. Algehele<br />

consternatie <strong>en</strong> schrik!<br />

13 mei 1940<br />

De families Huysmans <strong>en</strong> Bros<strong>en</strong>s uit het Mol<strong>en</strong>einde war<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> stalletje in e<strong>en</strong> wei gevlucht. Ev<strong>en</strong><br />

liet e<strong>en</strong> kind van Bros<strong>en</strong>s zich buit<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>. Vliegtuig<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> te schiet<strong>en</strong> <strong>en</strong> het kind werd gedood.<br />

E<strong>en</strong> kind van de familie Huysmans werd gewond. Ook dat overleefde later zijn verwonding<strong>en</strong> niet,<br />

ondanks het feit, dat e<strong>en</strong> Duitse arts het verzorgde. Aan de Weimeer (langs de weg naar <strong>Weelde</strong>-<br />

Statie) werd<strong>en</strong> drie Franse soldat<strong>en</strong> gedood. Door hun plichtsgevoel gedrev<strong>en</strong>, begroev<strong>en</strong> de<br />

oudstrijders van 1914-18 h<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> (St.-Michiel). Twee van h<strong>en</strong> zijn later ontgrav<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

overgeplaatst naar e<strong>en</strong> militair kerkhof. De derde, Vladimir Medvedeff, bleef te <strong>Weelde</strong> begrav<strong>en</strong>,<br />

omdat di<strong>en</strong>s moeder het zo wilde. Deze vrouw trad later in e<strong>en</strong> Frans klooster <strong>en</strong> werd Mère<br />

Elisabeth. Zij was e<strong>en</strong> Wit-russin. Vaak heeft deze vrome dame later het graf bezocht, <strong>en</strong> er e<strong>en</strong><br />

bloem<strong>en</strong>tuil op neergelegd. Deze dame werd als kloosterzuster tolk in de Sacré-coeur te Parijs, maar<br />

ze werd het slachtoffer van e<strong>en</strong> auto-ongeluk <strong>en</strong> stierf.<br />

13-14 mei 1940<br />

De burgerbevolking keerde terug naar haar woonst<strong>en</strong>, want de Duitsers war<strong>en</strong> al in 't dorp. Dan begon<br />

het opeis<strong>en</strong> van schur<strong>en</strong>, stall<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook wel woning<strong>en</strong>. Daarin "kwartierd<strong>en</strong>" de Duitsers in. Zelfs de<br />

schol<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> militaire gebouw<strong>en</strong>, zodat de kinder<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> uitwijk<strong>en</strong> naar woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> stall<strong>en</strong><br />

om les te krijg<strong>en</strong>. Die vorm van belegering duurde neg<strong>en</strong> maand<strong>en</strong>.<br />

Begin 1941


Iedere<strong>en</strong> bekwam e<strong>en</strong> rantso<strong>en</strong>eringskaart <strong>en</strong> haast alles moest voort met bonn<strong>en</strong> bekom<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

M<strong>en</strong> kreeg rantso<strong>en</strong><strong>en</strong> toebedeeld die in grootte varieerd<strong>en</strong>, naargelang m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> volwass<strong>en</strong>e of e<strong>en</strong><br />

kind was, of naargelang de zwaarte van de arbeid die m<strong>en</strong> moest verricht<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> paar voorbeeld<strong>en</strong><br />

van rantso<strong>en</strong><strong>en</strong>: 225 gram brood, 4 tot 10 gram boter, 20 à 30 gram vlees per dag <strong>en</strong> 150 kg kol<strong>en</strong> per<br />

gezin van vier person<strong>en</strong> per maand. M<strong>en</strong> zocht naar allerlei geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> om aan extra rantso<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

te gerak<strong>en</strong>: m<strong>en</strong> begon zelf weer te bakk<strong>en</strong>, m<strong>en</strong> liet in 't geheim kor<strong>en</strong> mal<strong>en</strong>, haver plett<strong>en</strong><br />

(havermoutse tuf-pap), aardappel<strong>en</strong> rasp<strong>en</strong> voor "patatbloem", <strong>en</strong> van raapzaad maakt<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

smout. M<strong>en</strong> ging ook weer aan 't boter<strong>en</strong>, koffie was er niet meer <strong>en</strong> m<strong>en</strong> gebruikte gebrande gerst als<br />

ersatz-koffie. M<strong>en</strong> plantte zelf tabaksplant<strong>en</strong>, die ter plaatse gedroogd <strong>en</strong> gesaust werd<strong>en</strong>.<br />

Talloze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tog<strong>en</strong> naar de stortplaats te <strong>Weelde</strong>-Station. Daar had m<strong>en</strong> voorhe<strong>en</strong> grote lading<strong>en</strong><br />

ass<strong>en</strong> naartoe gevoerd. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zeefd<strong>en</strong> er de half verbrande kol<strong>en</strong> uit. Het lukte sommig<strong>en</strong><br />

daarbij waardevolle voorwerp<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong>. Dat deed al vlug de ronde, zodat e<strong>en</strong> leger "goudzoekers"<br />

naar <strong>Weelde</strong>-Station trok. E<strong>en</strong> zekere Lex deed er e<strong>en</strong> schepje op <strong>en</strong> nam sluiks moeders trouwring<br />

mede, zeefde onvertog<strong>en</strong> <strong>en</strong> riep plots: "E<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> ring!" Dat werd luidruchtig gevierd. <strong>To<strong>en</strong></strong> werd<br />

het zo druk op het stort, dat m<strong>en</strong> voortaan 5 frank toegangsgeld moest betal<strong>en</strong>.<br />

Januari 1941<br />

Alle huiz<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> verduisterd word<strong>en</strong> om te belett<strong>en</strong>, dat m<strong>en</strong> vanuit vliegtuig<strong>en</strong> c<strong>en</strong>tra zou<br />

ontdekk<strong>en</strong>. Overtreders werd<strong>en</strong> gestraft met het afsnijd<strong>en</strong> van de electriciteit. De winter was zo str<strong>en</strong>g,<br />

dat er geschaatst werd van Driekoning<strong>en</strong> tot 1 maart. Vooral de Schriek<strong>en</strong> <strong>en</strong> 't Speeksel hadd<strong>en</strong><br />

aantrek. M<strong>en</strong> trok er van alle kant<strong>en</strong> van 't dorp te voet naartoe. Op 't Speeksel was er zelfs e<strong>en</strong><br />

"schaatsleraar", de oude Hypoliet Vermeul<strong>en</strong>.<br />

13 mei 1943<br />

Zeer vroeg in de morg<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> viermotorige Engelse bomm<strong>en</strong>werper door kanongeschut van de<br />

Duitse soldat<strong>en</strong> geraakt. Het toestel verloor alsmaar hoogte <strong>en</strong> raasde recht op de Koning Albertstraat<br />

af. Op dat og<strong>en</strong>blik maakte bakker Corneel Van Tigchelt de ov<strong>en</strong> in zijn achter het huis geleg<strong>en</strong><br />

bakkerij aan. Het vliegtuig ramde de schuur van Jan Ooms, scheerde a.h.w. over het hoofd van de<br />

bakker <strong>en</strong> maaide di<strong>en</strong>s huis weg. Mete<strong>en</strong> schoot het huis in lichterlaaie. Vele bewoners van de<br />

omgeving waand<strong>en</strong> zich in het "Laatste Oordeel" <strong>en</strong> r<strong>en</strong>d<strong>en</strong> de straat op. De ontstelt<strong>en</strong>is was groot<br />

to<strong>en</strong> bleek, dat Theresa Van Gils, de vrouw van de bakker, het niet overleefd had, ev<strong>en</strong>min als het<br />

dochtertje Annie. Jos Dick<strong>en</strong>s was toch de brand inger<strong>en</strong>d <strong>en</strong> kwam met e<strong>en</strong> klein meisje in de arm<strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong>gelop<strong>en</strong>. Dat bleek Treesje Van Gils te zijn, e<strong>en</strong> nichtje dat toevallig die nacht daar was kom<strong>en</strong><br />

slap<strong>en</strong>. De vier inzitt<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van het vliegtuig war<strong>en</strong> met de parachute nog tijdig gesprong<strong>en</strong>, maar drie<br />

van h<strong>en</strong> viel<strong>en</strong> in de hand<strong>en</strong> van de Feldwebel. De vierde werd door de familie Adriaan Buyckx gered.<br />

22 juli 1943<br />

De Feldkommandatur van Antwerp<strong>en</strong> eiste de klokk<strong>en</strong> op. De jong<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> tog<strong>en</strong> naar<br />

de kerk om duchtig de klokk<strong>en</strong> te luid<strong>en</strong>, want dat mocht nog gedur<strong>en</strong>de één uur. Omdat zij niet<br />

ophield<strong>en</strong>, sned<strong>en</strong> de Duitse soldat<strong>en</strong> de touw<strong>en</strong> door. Twee klokk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het was<br />

e<strong>en</strong> s<strong>en</strong>satie to<strong>en</strong> die met zware kabels neergelat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>.<br />

15 augustus 1944<br />

Het vliegveld van Gilze-Rij<strong>en</strong> werd gebombardeerd door ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> vliegtuig<strong>en</strong> van de geallieerd<strong>en</strong>.<br />

Iedere<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> moest de schuilkelders induik<strong>en</strong>. Met man <strong>en</strong> macht werd<strong>en</strong> grote putt<strong>en</strong> in de<br />

grond gegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> toegedekt met mutsaard, balk<strong>en</strong> <strong>en</strong> plank<strong>en</strong>. Daarover werd aarde gelegd <strong>en</strong><br />

t<strong>en</strong>slotte plantte m<strong>en</strong> daarop takkeboss<strong>en</strong>.<br />

1 september 1944<br />

Geallieerde vliegtuig<strong>en</strong> beschot<strong>en</strong> allerlei vervoermiddel<strong>en</strong> op de grote weg<strong>en</strong>, nadat m<strong>en</strong> de<br />

bevolking had aangemaand die weg<strong>en</strong> te vermijd<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-Statie begonn<strong>en</strong> de duikvlucht<strong>en</strong>.


Aldus werd het station <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele huiz<strong>en</strong> flink toegetakeld. Zelfs e<strong>en</strong> autobus van Jan Peeters werd tot<br />

e<strong>en</strong> soort zeef geschot<strong>en</strong>!<br />

4 september 1944<br />

Er werd ge<strong>en</strong> post meer bedeeld. Het gevolg was grote paniek in 't dorp. M<strong>en</strong> begon paard<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

karr<strong>en</strong> op te eis<strong>en</strong> om de Duitse soldat<strong>en</strong> transportmiddel<strong>en</strong> te verschaff<strong>en</strong>. Het Rode Kruis legerde<br />

zich in te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> de jong<strong>en</strong>sschool werd e<strong>en</strong> "veldhospitaal".<br />

8 september 1944<br />

Grote drukte op het kerkhof van St.-Jan. Onder veel ceremonie werd e<strong>en</strong> Duitse soldaat begrav<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> Duitse priester leidde de plechtigheid.<br />

1 <strong>en</strong> 2 oktober 1944<br />

E<strong>en</strong> zwaar gevecht werd geleverd aan <strong>Weelde</strong>-Statie. Huiz<strong>en</strong> brandd<strong>en</strong> af onder de bombardem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

op de stand houd<strong>en</strong>de Duitsers. Poolse tanks kwam<strong>en</strong> vanuit Merksplas aanroll<strong>en</strong> <strong>en</strong> geraakt<strong>en</strong><br />

slaags met de Duitsers. Balans: 18 Poolse soldat<strong>en</strong> sneuveld<strong>en</strong> <strong>en</strong> 3 kinder<strong>en</strong> van het Jong<strong>en</strong>stehuis<br />

van E.H.Cornelis verlor<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aantal soldat<strong>en</strong> van het Duits leger wild<strong>en</strong> deserter<strong>en</strong>.<br />

3 oktober 1944<br />

Om 10.15 uur kwam<strong>en</strong> de eerste bevrijders <strong>Weelde</strong> binn<strong>en</strong>rijd<strong>en</strong>: 5 Poolse pantserwag<strong>en</strong>s. In het<br />

Singeltje werd<strong>en</strong> de "Tommies" verwelkomd. Hun et<strong>en</strong> werd rondgedeeld bij de bevolking die al lange<br />

tijd zo'n heerlijke ding<strong>en</strong> niet meer gezi<strong>en</strong> had: wit brood, rijst met rozijn<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Het was de Poly-Bear<br />

(Poolse Beer) Company die ons bevrijdde. Zij kwam uit IJsland <strong>en</strong> had als lijflied:<br />

Overthere,overthere<br />

with my little Poly-Bear<br />

Wh<strong>en</strong> I go back to England<br />

And wouldn't the girls all stair<br />

To my little Poly-Bear.<br />

Het verslag van de geme<strong>en</strong>te over de bevrijding luidde als volgt: "<strong>Weelde</strong> werd bevrijd d<strong>en</strong> dinsdag 3<br />

oktober 1944 omstreeks 15 uur door binn<strong>en</strong>rukk<strong>en</strong>de Engelsche troep<strong>en</strong> van uit Ravels <strong>en</strong> Turnhout<br />

(Station <strong>Weelde</strong>-Staat). Op maandag 2 oktober werd<strong>en</strong> de Duitsche troep<strong>en</strong> ter streke <strong>Weelde</strong>-Staat<br />

aan e<strong>en</strong> geweldig luchtbombardem<strong>en</strong>t onderworp<strong>en</strong> rond 19 uur, waarna in d<strong>en</strong> daaropvolg<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

nacht de aftocht der aanwezige troep<strong>en</strong> werd voltrokk<strong>en</strong> om te eindig<strong>en</strong> bij de intrede der<br />

bevrijdingslegers. Uitgezonderd de gevecht<strong>en</strong> aan de gr<strong>en</strong>s <strong>Weelde</strong>-Turnhout-Baarle Nassau vond er<br />

te <strong>Weelde</strong> ge<strong>en</strong> oorlogsgeweld plaats.<br />

12 oktober 1944<br />

Minister Gutt eist alle oorlogsgeld op <strong>en</strong> gaf iedere<strong>en</strong> nieuwe bankbriefjes. Per gezinslid bekwam m<strong>en</strong><br />

ongeveer 2000 frank nieuw geld.<br />

17 november 1944<br />

Na e<strong>en</strong> paar maand<strong>en</strong> wordt de post weer uitgedrag<strong>en</strong>.<br />

Gesneuveld<strong>en</strong> <strong>en</strong> oorlogsslachtoffers 1940-1945<br />

Ida Maria Bros<strong>en</strong>s<br />

Dominicus Huysmans<br />

Frans Van Loon<br />

Frans Van de Pol


Alfons Willems<br />

Theresia Van Gils<br />

Annie Van Tigchelt<br />

H<strong>en</strong>ri Willems<br />

Albert L<strong>en</strong>aerts<br />

Het spoor van <strong>Weelde</strong>-Statie<br />

Inleiding<br />

Troosteloos <strong>en</strong> verlat<strong>en</strong>... Dat lijk<strong>en</strong> de juiste woord<strong>en</strong> die je gevoel vertal<strong>en</strong> wanneer je het terrein in<br />

og<strong>en</strong>schouw neemt waar vroeger Station Baarle-Gr<strong>en</strong>s/<strong>Weelde</strong>-Statie lag. Het Nederlandse gedeelte<br />

ziet er nog netjes uit: het overgeblev<strong>en</strong> noordelijk kopstuk van het oude station, dat nu di<strong>en</strong>st doet als<br />

opslagplaats heeft pas geverfde deur<strong>en</strong> <strong>en</strong> de rails zijn wel flink roestig, maar schoongehoud<strong>en</strong>. Maar<br />

op Belgisch grondgebied is het droevig gesteld: het Belgische, zuidelijke kopstuk van het oude station<br />

("verbod<strong>en</strong> toegang, privaat") is e<strong>en</strong> trieste bouwval, overrijp voor de sloop. De rails zijn kompleet<br />

overwoekerd met gras <strong>en</strong> onkruid tot knie-hoogte. Nog verder naar Turnhout, voorbij de ste<strong>en</strong>weg op<br />

Zondereig<strong>en</strong>, raak je in de meest letterlijke zin het spoor bijster...Wanneer je dan vraagt aan bewoners<br />

langs de spoorlijn: "Is dit vroeger wel echt iets geweest, heeft het wel gefunktioneerd?", dan gebeurt er<br />

iets vreemds: ze gaan er ev<strong>en</strong> voor staan, hun og<strong>en</strong> glanz<strong>en</strong>, hun toon klinkt wat verongelijkt <strong>en</strong> het<br />

sprek<strong>en</strong> wordt veel <strong>en</strong>thousiaster <strong>en</strong> sneller: "Jawel, jawel mijnheer, oh ...tot zal ik zegg<strong>en</strong> ...1930<br />

mijnheer, was het hier e<strong>en</strong> drukte van belang ... oh...wel 30 spor<strong>en</strong> naast mekaar, er was hier veel te<br />

do<strong>en</strong>, jazeker ... Internationale trein<strong>en</strong> passeerd<strong>en</strong> hier, trein<strong>en</strong> volgelad<strong>en</strong> met auto's, honderd<strong>en</strong><br />

wagons aan de gr<strong>en</strong>s, mijnheer, ja..." Die ongelooflijke teg<strong>en</strong>stelling vraagt om nader onderzoek.<br />

Vandaar dat we voor U uit de doek<strong>en</strong> do<strong>en</strong> de ontstaansgeschied<strong>en</strong>is, de bloei, de stagnatie, nieuwe<br />

impuls<strong>en</strong> <strong>en</strong> uiteindelijk het definitief verval van de spoorlijn Tilburg-Turnhout, in het bijzonder met<br />

betrekking tot <strong>Weelde</strong>. <strong>Weelde</strong> heeft overig<strong>en</strong>s maar zo'n 600 meter spoor binn<strong>en</strong> zijn gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>, nl. het<br />

stuk tuss<strong>en</strong> de Ste<strong>en</strong>weg op Zondereig<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>s. Wel e<strong>en</strong> belangrijk stuk zal trouw<strong>en</strong>s blijk<strong>en</strong>.<br />

Er is overig<strong>en</strong>s in België nooit veel uitgezocht <strong>en</strong> gepubliceerd over "ons" spoor, in teg<strong>en</strong>stelling tot in<br />

Nederland waar met name in de laatste 15 jaar nogal wat versche<strong>en</strong> over zijn historie. Het feit dat van<br />

de 30 km spoorweg Tilburg-Turnhout er 22 op Nederlands gebied, <strong>en</strong> slechts 8 km op Belgisch<br />

grondgebied ligt, kan dit al voor e<strong>en</strong> groot deel verklar<strong>en</strong>.<br />

Voorspel<br />

Het begon allemaal al rond 1850, in de Kemp<strong>en</strong> t<strong>en</strong>minste. Want nadat in 1825 de eerste<br />

stoomlocomotief ter wereld, in Engeland t<strong>en</strong> doop was gehoud<strong>en</strong> door Steph<strong>en</strong>son, <strong>en</strong> België als<br />

eerste land van het vasteland van Europa in mei 1835 de spoorlijn Brussel-Mechel<strong>en</strong> op<strong>en</strong>de, breidde<br />

het spoorwegnet zich ras uit. De zeer jonge staat die België was, wilde voorop lop<strong>en</strong> in<br />

communicatiemogelijkhed<strong>en</strong>. Het was dan ook het eerste land ter wereld dat e<strong>en</strong><br />

gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de spoorweg kreeg: in 1843 Luik-Keul<strong>en</strong>. In 1846 volgde de verbinding Antwerp<strong>en</strong>-<br />

Brussel-Parijs. Daarna kwam de verbinding met Nederland ter sprake, teg<strong>en</strong> 1850. Nederland streefde<br />

naar e<strong>en</strong> verbinding Antwerp<strong>en</strong>-Breda-Rotterdam, maar België wilde persé Antwerp<strong>en</strong>-Roos<strong>en</strong>daal.<br />

Er was nog wel e<strong>en</strong> Antwerpse combinatie, Coomans <strong>en</strong> Matthijss<strong>en</strong>, die plann<strong>en</strong> beijverd<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />

spoorweg Antwerp<strong>en</strong>-Lier-Turnhout-Tilburg, maar zij moest<strong>en</strong> voorlopig bakzijl hal<strong>en</strong>. De machtige<br />

Belgische concessionaris <strong>en</strong> grootgrondbezitter Gihoul drukte door dat het Antwerp<strong>en</strong>-Roos<strong>en</strong>daal<br />

werd, uiteindelijk voltooid in 1854. Dat was de eerste kans ...In 1852 is er nog e<strong>en</strong> keer sprake<br />

geweest van e<strong>en</strong> concessie-aanvraag voor Tilburg-Turnhout door e<strong>en</strong> zekere Belgische onderneming<br />

Lijs<strong>en</strong> & Co, die ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s werd afgewez<strong>en</strong>. De Hollands-Belgische Spoorwegmij speelde in 1858 met<br />

de gedachte aan e<strong>en</strong> spoorlijn Breda-Turnhout, <strong>en</strong> Bredius, e<strong>en</strong> Hollandse concessionaris uit<br />

Dordrecht, dacht aan Tilburg-Her<strong>en</strong>tals, maar het bleef allemaal wat rommelig aan ons Kempisch<br />

front. In de officiële geschiedschrijving heet het, dat militaire belang<strong>en</strong> van de beide Ministeries van<br />

Def<strong>en</strong>sie <strong>en</strong> concurr<strong>en</strong>tie-belang<strong>en</strong> van Antwerp<strong>en</strong>-Roos<strong>en</strong>daal de schuld zijn geweest van vertraging<br />

van de verbinding Tilburg-Turnhout. Hoe dan ook, zeker vanaf 1862 werd er harder aan gewerkt.<br />

Vanuit Turnhout werd de druk om voortgang ook steeds groter. Immers, al vanaf 1855 kon m<strong>en</strong> van<br />

Antwerp<strong>en</strong> over Lier naar Turnhout stom<strong>en</strong>, maar niet verder! Het grootste probleem was het<br />

touwtrekk<strong>en</strong> in Nederland tuss<strong>en</strong> de sted<strong>en</strong> Breda <strong>en</strong> Tilburg, beide aan het spoorwegnet verbond<strong>en</strong><br />

sinds resp. 1855 <strong>en</strong> 1863. Uiteindelijk werd de strijd gewonn<strong>en</strong> door Tilburg, vooral dankzij de steun<br />

van de Kamers van Koophandel van Tilburg, 's-Hertog<strong>en</strong>bosch <strong>en</strong> Amsterdam, die alle betoogd<strong>en</strong>, dat


e<strong>en</strong> verbinding met België over Utrecht, 's-Hertog<strong>en</strong>bosch <strong>en</strong> Tilburg veel efficiënter zou zijn, omdat<br />

de brugg<strong>en</strong> over de Maas <strong>en</strong> over de Rijn daar al gepland war<strong>en</strong> (de grote Moerdijkbrug naar<br />

Rotterdam kwam er pas in 1872).<br />

De beslissing werd in 1863 g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>: het hart van België <strong>en</strong> dat van Nederland zoud<strong>en</strong> met elkaar<br />

verbond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> middels de spoorlijn Turnhout-Tilburg. In Nederland was m<strong>en</strong> het nog niet e<strong>en</strong>s wie<br />

nu de lijn mocht aanlegg<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> concessie-aanvraag van de Bossche aannemer Van de Gri<strong>en</strong>dt, eind<br />

1863, blijft in het duister hang<strong>en</strong>. Vanuit Turnhout schrijft de commissie van handelar<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

industriël<strong>en</strong> aan de Tilburgse commissie, dat concessie is aangevraagd <strong>en</strong> bekom<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> lijn,<br />

uitgaande van Turnhout naar de Nederlandse gr<strong>en</strong>s richting Tilburg. Turnhout vraagt om spoed... En<br />

jawel, in 1864 is het echt zover: op 4 november van dat jaar verle<strong>en</strong>de de Nederlandse Minister van<br />

Binn<strong>en</strong>landse Zak<strong>en</strong> vergunning voor de spoorlijn Tilburg-Turnhout aan de Belgische Maatschappij<br />

"Société Anonyme des Chemins de Fer de Nord de la Belgique". Het tracé moest nog gepreciseerd <strong>en</strong><br />

goedgekeurd word<strong>en</strong>, zowel door de Minister van Binn<strong>en</strong>landse Zak<strong>en</strong> als door die van Oorlog, maar<br />

m<strong>en</strong> kon de plann<strong>en</strong> gaan uitwerk<strong>en</strong>. En dat gebeurde. Precies e<strong>en</strong> jaar later, in november 1865, had<br />

de maatschappij die zetelde in Lier de plann<strong>en</strong> uitgewerkt, <strong>en</strong> zond ze ter goedkeuring naar 's-<br />

Grav<strong>en</strong>hage, alwaar ze op 28 september 1866 definitief werd<strong>en</strong> goedgekeurd. Intuss<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ook in<br />

alle aanligg<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de plann<strong>en</strong> ter inzage geleg<strong>en</strong>, in Baarle-Nassau bijv. in april-mei 1866.<br />

Behalve wat bezwar<strong>en</strong> van algem<strong>en</strong>e aard van <strong>en</strong>e Jac van de Heyning, had vooral de Antwerpse<br />

handelaar in tabaksartikel<strong>en</strong> Hubert de Poorter bezwar<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> doorsnijding van zijn percel<strong>en</strong> ter<br />

hoogte van Schaluin<strong>en</strong>, vanwege de mogelijk onvoldo<strong>en</strong>de waterlozing <strong>en</strong> de ontoegankelijkheid,<br />

maar de Burgemeester van Baarle-Nassau vond de waterlozing voldo<strong>en</strong>de door de aanleg van<br />

duikers <strong>en</strong> slot<strong>en</strong> <strong>en</strong> vond voor De Poorter de schuif over de weg van <strong>Weelde</strong> naar Zondereig<strong>en</strong><br />

voldo<strong>en</strong>de, omdat er tot dan toe over zijn percel<strong>en</strong> ook ge<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare weg<strong>en</strong> liep<strong>en</strong>. Ook in <strong>Weelde</strong><br />

zull<strong>en</strong> de plann<strong>en</strong> wel opschudding hebb<strong>en</strong> verwekt, hoewel in de archiev<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> daarover<br />

niet veel konkreets is terug te vind<strong>en</strong>. Maar het ligt voor de hand, dat ook hier dezelfde angst<strong>en</strong><br />

leefd<strong>en</strong> als in Tiel<strong>en</strong> in 1854: angst om landbouwgrond <strong>en</strong> weg<strong>en</strong> kwijt te rak<strong>en</strong>. Maar de vooruitgang<br />

was niet te stuit<strong>en</strong>. In 1866 verkocht de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong> "d<strong>en</strong> grond voor d<strong>en</strong> eizer<strong>en</strong>weg van<br />

Turnhout na Tilburg" aan de Société Anonyme. Voor 434 Francs kreeg J.J.Liebrechts nam<strong>en</strong>s die<br />

maatschappij van de geme<strong>en</strong>te 1 ha 31 a 76 ca Weeldse grond, zowaar 330 F per ha! De geme<strong>en</strong>te<br />

trachtte nog de voorwaarde te beding<strong>en</strong>, dat de maatschappij gehoud<strong>en</strong> zou zijn e<strong>en</strong> schuif te<br />

plaats<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de percel<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> die van J.B.Verhey<strong>en</strong>. Gesuggereerd is ook wel<br />

e<strong>en</strong>s, dat de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong> het gedaan heeft wet<strong>en</strong> te krijg<strong>en</strong>, dat het station ver van het dorp af<br />

kwam te ligg<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s het verme<strong>en</strong>de zed<strong>en</strong>bederf dat e<strong>en</strong> spoorlijn met zich zou meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>,<br />

maar dat lijkt zeker e<strong>en</strong> illusie. De spoorlijn<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> kaarsrecht op de landkaart<strong>en</strong> geprojecteerd,<br />

vlak langs de grootste dorp<strong>en</strong> dat wel, maar van plaatselijke invloed moet m<strong>en</strong> zich niet veel<br />

voorstell<strong>en</strong>. Zo werd hier de potloodlijn op de landkaart getrokk<strong>en</strong> van Turnhout recht naar bov<strong>en</strong>, om<br />

zo kort mogelijk op Belgisch grondgebied te blijv<strong>en</strong>, langs Baarle-Hertog-Nassau dan met e<strong>en</strong> knik<br />

naar het noord-oost<strong>en</strong> alweer kaarsrecht langs Alph<strong>en</strong> <strong>en</strong> langs Riel naar Tilburg toe. Midd<strong>en</strong> door de<br />

hei, zelfs midd<strong>en</strong> door de v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> op Belgisch gebied. <strong>Nu</strong> was onze gr<strong>en</strong>sstreek wel reeds e<strong>en</strong> paar<br />

jaar "ontslot<strong>en</strong>", d.w.z. verbond<strong>en</strong> met de rest van de wereld middels ste<strong>en</strong>weg<strong>en</strong>, ook wel<br />

"kunstweg<strong>en</strong>" g<strong>en</strong>oemd destijds, want de verbindingsweg Turnhout-Breda was al verhard, zij het nog<br />

niet lang. Na voltooiing van Breda-Chaam-Baarle-Hertog in 1858 duurde het nog tot 1863 eer Baarle-<br />

Gr<strong>en</strong>s was bereikt, <strong>en</strong> in België werd Turnhout-<strong>Weelde</strong>-gr<strong>en</strong>s tegelijkertijd verhard: van 1862 tot 1865.<br />

Deze ste<strong>en</strong>weg was trouw<strong>en</strong>s niet dezelfde als de tot dan gangbare verbinding Baarle-Turnhout, die<br />

westelijker liep, over de buurtschap Schaluin<strong>en</strong> <strong>en</strong> dwars over de Hoge Heide, het huidige vliegveld,<br />

naar Turnhout, volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> stafkaart van 1845 t<strong>en</strong>minste. Ondanks die verharde weg in de nabijheid<br />

is het hard werk<strong>en</strong> geweest om de spoorlijn aan te legg<strong>en</strong>. Tuss<strong>en</strong> Tilburg, Riel, Alph<strong>en</strong> <strong>en</strong> Baarle-<br />

Gr<strong>en</strong>s moest<strong>en</strong> grote stukk<strong>en</strong> woeste heide word<strong>en</strong> doorkruist. Grav<strong>en</strong>, ophog<strong>en</strong>, egaliser<strong>en</strong>, bielz<strong>en</strong><br />

legg<strong>en</strong>, 9-meter spoorstav<strong>en</strong> van zo'n 320 kilo plaats<strong>en</strong> met grote ijzer<strong>en</strong> hak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat alles met<br />

louter spierkracht! Daar heeft zweet <strong>en</strong> bloed gevloeid, dat geeft te rad<strong>en</strong>! Het Belgische baanvak is<br />

wellicht nog het moeilijkste geweest: behalve door grote stukk<strong>en</strong> hei, moest ook e<strong>en</strong> hoge <strong>en</strong> brede<br />

dam word<strong>en</strong> aangelegd op de Zandv<strong>en</strong>-heide ter hoogte van het Zwart Water dwars door twee<br />

v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, de Kleine Klotteraard <strong>en</strong> het Zwart- of Haverv<strong>en</strong>, zoals nu nog goed te zi<strong>en</strong> is ter plaatse.<br />

Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> moest er ook nog e<strong>en</strong> brug kom<strong>en</strong> over het kanaal nabij Turnhout.<br />

Stations<br />

Vier stations werd<strong>en</strong> aan de lijn Turnhout-Tilburg toegevoegd: Alph<strong>en</strong> <strong>en</strong> Riel kreg<strong>en</strong> ieder e<strong>en</strong><br />

id<strong>en</strong>tiek hoogbouw-stationnetje (2 verdieping<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> zadeldak). Baarle-dorp kreeg e<strong>en</strong>


laagbouwstation <strong>en</strong> precies e<strong>en</strong>zelfde station werd in de verlat<strong>en</strong>heid van de gr<strong>en</strong>s geprojecteerd bij<br />

de kruising van spoorlijn <strong>en</strong> de zandweg <strong>Weelde</strong>-Zondereig<strong>en</strong>/Merksplas. Het laatste station kreeg de<br />

naam "<strong>Weelde</strong>-Merxplas". Het lag dan ook midd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> beide dorp<strong>en</strong> in, maar nota b<strong>en</strong>e op<br />

Turnhouts grondgebied! Van de reeds bestaande stations te Turnhout <strong>en</strong> te Tilburg werd het<br />

medegebruik geregeld in uitvoerige overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>. Behalve stations werd<strong>en</strong> ook nog wacht- <strong>en</strong><br />

seinhuiz<strong>en</strong> gebouwd langs de spoorlijn, alle<strong>en</strong> al 27 op Nederlands gebied. Erg treff<strong>en</strong>d het<strong>en</strong> die<br />

huisjes in de volksmond "roethuisjes"!<br />

De op<strong>en</strong>ing op 1 oktober 1867 <strong>en</strong> de cholera<br />

Teg<strong>en</strong> de tijd dat de lijn zijn voltooiing naderde, begon m<strong>en</strong> zich op te mak<strong>en</strong> om dat feit e<strong>en</strong>s goed te<br />

vier<strong>en</strong>. Er was immers g<strong>en</strong>oeg aan voorafgegaan! Op 14 augustus 1867 schrev<strong>en</strong> Burgemeester <strong>en</strong><br />

Schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van Turnhout aan Burgemeester <strong>en</strong> Wethouders van Tilburg: "...Het overgroot nut, dat er<br />

voor Holland <strong>en</strong> België <strong>en</strong> bijzonder voor onze beide sted<strong>en</strong>, uit de nieuwe spoorlijn Turnhout-Tilburg<br />

moet voortspruit<strong>en</strong>, heeft bij onze geme<strong>en</strong>teraad het voornem<strong>en</strong> do<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong> word<strong>en</strong> deze heuglijke<br />

gebeurt<strong>en</strong>is door internationale feest<strong>en</strong> te vereeuwig<strong>en</strong>..." In beide sted<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> feestkomitees<br />

b<strong>en</strong>oemd, die echter lang in het ongewisse werd<strong>en</strong> gelat<strong>en</strong> over de preciese op<strong>en</strong>ingsdatum. En dat<br />

gebeurde met opzet, kunn<strong>en</strong> we aannem<strong>en</strong>. In Zwolle gebeurde nl. in oktober 1867 precies hetzelfde:<br />

ook daar heerste geheimzinnigheid over de op<strong>en</strong>ingsdatum. Waarom? Wel, er heerste cholera in onze<br />

land<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vanwege de besmettelijkheid war<strong>en</strong> massa-bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> feest<strong>en</strong> niet op hun plaats,<br />

tot ong<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> van geme<strong>en</strong>tebestur<strong>en</strong>, die best wel e<strong>en</strong>s in de publiciteit wild<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Overig<strong>en</strong>s<br />

was er to<strong>en</strong>, september-oktober 1867, in onze gr<strong>en</strong>sstreek ge<strong>en</strong> cholera. De epidemie heerste hier<br />

vooral in 1866, <strong>en</strong> dan vrij matig: er stierv<strong>en</strong> bijv. in Tilburg 42 m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan in 1866, <strong>en</strong> in 1867 nog<br />

maar één. Maar wat was het geval?<br />

In september 1867 war<strong>en</strong> er volg<strong>en</strong>s de krant weer nieuwe choleragevall<strong>en</strong> gesignaleerd, met name<br />

in Rotterdam <strong>en</strong> in Maastricht, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> was als de dood dat de cholera weer e<strong>en</strong>s toe zou slaan,<br />

hetge<strong>en</strong> trouw<strong>en</strong>s nooit meer als epidemie is gebeurd, met name door e<strong>en</strong> betere drinkwater-hygiëne.<br />

En zo gebeurde het, dat op 1 oktober 1867 zonder feest of officieel tintje, "geruisloos" bijna, de eerste<br />

trein van Turnhout naar Tilburg tufte. De exploitatie was in hand<strong>en</strong> van de Belgische maatschappij de<br />

"Grand C<strong>en</strong>tral Belge" (G.C.B.), ontstaan in 1864 door e<strong>en</strong> fusie van 3 grote<br />

spoorwegmaatschappij<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die nu beschikte over zo'n 550 km spoor van Noord-Frankrijk tot aan<br />

Tilburg toe! Omdat zowel aanleg als exploitatie in Belgische hand<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, kreeg de lijn Turnhout-<br />

Tilburg in Nederland in de volksmond de naam "het Bels lijntje" tot hed<strong>en</strong> toe zelfs. Er was in<br />

november 1867 ook e<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>s-regeling tot stand gekom<strong>en</strong>: als douanestation fungeerde het eerste<br />

station na gr<strong>en</strong>soverschrijding, d.w.z. reisde m<strong>en</strong> van Turnhout naar Tilburg dan was Baarle Nassau<br />

(dorp) het douane-station, maar op e<strong>en</strong> reis andersom, van Tilburg naar Turnhout was dat <strong>Weelde</strong>-<br />

Merksplas. De trein stopte op het douane-station 5 tot 8 minut<strong>en</strong>. Dat varieerde, om aan alle douaneformaliteit<strong>en</strong><br />

te kunn<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>. Vooral voor de Tilburgse textiel-fabrikant<strong>en</strong> was het spoor belangrijk:<br />

zo kond<strong>en</strong> immers rechtstreeks kol<strong>en</strong> uit de Belgische mijn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> voor de talrijke<br />

fabriek<strong>en</strong> in de wolstad, die e<strong>en</strong> waterweg-verbinding node miste i.t.t. Turnhout. Ook onze<br />

gr<strong>en</strong>sdorp<strong>en</strong> war<strong>en</strong> nu middels het spoor aangeslot<strong>en</strong> op de grote wereld van Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Rotterdam (d<strong>en</strong>k bijv. aan het belang voor onze leder-industrie). Al snel is gebruik gemaakt van de<br />

nieuwe spoorverbinding: zo meldde het dagblad "De Tijd" op 9 december 1867: "<strong>Nu</strong> de invoer van<br />

rundvee in België sedert 1 dezer toegestaan is, begint de veehandel in deze strek<strong>en</strong> (= Tilburg) weder<br />

te herlev<strong>en</strong>. In d<strong>en</strong> loop dezer week zijn reeds meer dan 400 stuks rundvee van hier per spoor over<br />

Turnhout naar Mechel<strong>en</strong> <strong>en</strong> Brussel verzond<strong>en</strong>. Voor vette oss<strong>en</strong>, welke schaarsch zijn, word<strong>en</strong> zeer<br />

hoge prijz<strong>en</strong> besteed..." Ook het person<strong>en</strong>vervoer was bevredig<strong>en</strong>d: aanvankelijk red<strong>en</strong> er 3 trein<strong>en</strong><br />

per dag he<strong>en</strong> <strong>en</strong> terug. M<strong>en</strong> hoopte echter op de toekomst, wanneer de lijn zou word<strong>en</strong> doorgetrokk<strong>en</strong><br />

tot 's-Hertog<strong>en</strong>bosch: "...daar de lijn niet verder dan tot Tilburg loop<strong>en</strong>de, op d<strong>en</strong> duur weinig zou<br />

r<strong>en</strong>der<strong>en</strong>, doch te 's-Hertog<strong>en</strong>bosch aan de lijn op Utrecht aansluit<strong>en</strong>de het kortste trajekt tussch<strong>en</strong><br />

Amsterdam <strong>en</strong> Parijs zou word<strong>en</strong>"!! (dagblad "De Tijd", 4 december 1867)<br />

Het was te optimistisch gedacht, zo zou al spoedig blijk<strong>en</strong>. Want Tilburg-Turnhout bloeide niet op; al<br />

rond 1875 ging de exploitatie bergafwaarts. Ge<strong>en</strong> wonder, want verder dan Tilburg kon je eig<strong>en</strong>lijk<br />

niet. Alle<strong>en</strong> nog naar Breda of naar Boxtel-Eindhov<strong>en</strong>. Maar niet naar Holland, want de<br />

noodschakelijke schakel Tilburg-'s-Hertog<strong>en</strong>bosch (<strong>en</strong> dan Utrecht of Nijmeg<strong>en</strong>) kwam pas in 1882<br />

klaar. Trouw<strong>en</strong>s, aan de Belgische kant was het ook mager geword<strong>en</strong>: de oorspronkelijk doorgaande<br />

verbinding Tilburg-Aarschot was in 1875 ook vervall<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong> moest voortaan in Turnhout<br />

overstapp<strong>en</strong>. De Grand C<strong>en</strong>tral Belge deed ook al niet veel moeite meer om nog iets van de lijn te


mak<strong>en</strong>, omdat in België al hard over nationalisatie van de spoorweg<strong>en</strong> werd gesprok<strong>en</strong>. De Belgische<br />

Staat wilde al vanaf 1870 langzamerhand alle lijn<strong>en</strong> in één hand br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>: zo kocht zij in 1882 Lier-<br />

Turnhout (38 km) op. Voor de G.C.B. duurde dat nog ev<strong>en</strong>, maar intuss<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> haar aktiviteit<strong>en</strong> op<br />

e<strong>en</strong> laag pitje staan. Uiteindelijk werd de G.C.B. pas g<strong>en</strong>aast in 1897 <strong>en</strong> voor die tijd war<strong>en</strong> de meeste<br />

belangrijke lijn<strong>en</strong> in Nederland al dubbelspoor (Breda-Roos<strong>en</strong>daal in 1883 <strong>en</strong> Roos<strong>en</strong>daal-gr<strong>en</strong>s<br />

1881), maar niet Tilburg-Turnhout! E<strong>en</strong> gemiste kans van de G.C.B.? Behalve nog e<strong>en</strong><br />

concessieaanvraag in 1881 van de Noordbrabants-Duitse Spoorwegmij, die Boxtel-G<strong>en</strong>nep-Goch (D)<br />

exploiteerde, om Boxtel-Baarle-Nassau te mog<strong>en</strong> legg<strong>en</strong>, wat ook e<strong>en</strong> droom is geblev<strong>en</strong>, valt er uit<br />

het laatste kwart van de 19 eeuw niet veel nieuws te vertell<strong>en</strong>.<br />

1898: Turnhout-Tilburg wordt staatsspoor<br />

Maar dan wordt er weer druk gespeculeerd. Het is 1897-1898. In het sudder<strong>en</strong>d bestaan van<br />

Turnhout-Tilburg zou wel e<strong>en</strong>s verandering kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, want de lijn veranderde van eig<strong>en</strong>aar.<br />

Immers in 1897 kwam de Grand C<strong>en</strong>tral Belge aan de beurt om g<strong>en</strong>aast te word<strong>en</strong> (628 km spoor).<br />

Dan moest natuurlijk Nederland wel meewerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de G.C.B.-lijn<strong>en</strong> op Nederlands grondgebied (101<br />

km spoor) weer van de Belgische Staat overnem<strong>en</strong>. Behalve Tilburg-Baarle-gr<strong>en</strong>s ging het hier ook<br />

nog om 2 andere lijn<strong>en</strong>, nl.Lanaek<strong>en</strong>-Simpelveld <strong>en</strong> Budel-Vlodrop, beid<strong>en</strong> in Nederlands Limburg.<br />

M<strong>en</strong> kwam tot overe<strong>en</strong>stemming <strong>en</strong> België nam voor 265 miljo<strong>en</strong> francs de G.C.B.-lijn<strong>en</strong> over <strong>en</strong><br />

verkocht de Nederlandse lijn<strong>en</strong> voor 13 miljo<strong>en</strong> francs door. Ze werd<strong>en</strong> door de Nederlandse Staat in<br />

exploitatie gegev<strong>en</strong> aan de Staatsspoorweg<strong>en</strong> (S.S.) per 1 juli 1898. Daar was heel wat touwtrekk<strong>en</strong><br />

aan vooraf gegaan tuss<strong>en</strong> de twee grote spoorwegexploitant<strong>en</strong>, de Hollandsche IJzer<strong>en</strong> SpoorwegMij<br />

(HIJSM) <strong>en</strong> de Mij tot Exploitatie van Staatsspoorweg<strong>en</strong> (SS). Het resulteerde uiteindelijk in het<br />

compromis tuss<strong>en</strong> deze beide <strong>en</strong> de Belgische Spoorwegadministratie "dat voor het verkeer van de<br />

stations naar België, waarvoor de kortste route leidt via <strong>Weelde</strong>-Merxplas, niet die route uitsluit<strong>en</strong>d de<br />

route via Essch<strong>en</strong> in het tarief zal word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>". Dus als vervoer over Tilburg-Turnhout korter<br />

was, dan moest terwille van de concurr<strong>en</strong>tie voor de HIJSM (die alle<strong>en</strong> over Roos<strong>en</strong>daal-Antwerp<strong>en</strong><br />

mocht vervoer<strong>en</strong>) toch het tarief van Roos<strong>en</strong>daal-Antwerp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>d!<br />

Dat lijkt bepaald ge<strong>en</strong> stimulans voor onze sudder<strong>en</strong>de gr<strong>en</strong>slijn. Maar er war<strong>en</strong> meer plann<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

welke! Ook in 1897-1898 was tuss<strong>en</strong> Nederland <strong>en</strong> België afgesprok<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> groot gr<strong>en</strong>sstation<br />

zou kom<strong>en</strong> aan de lijn Tilburg-Turnhout. Vooral voor het goeder<strong>en</strong>vervoer tuss<strong>en</strong> beide land<strong>en</strong> werd<br />

zoveel to<strong>en</strong>ame verwacht dat dit baanvak e<strong>en</strong> grote toekomst zou wacht<strong>en</strong>, mede ter ontlasting van<br />

de drukke lijn Antwerp<strong>en</strong>-Roos<strong>en</strong>daal. De bestaande kleine stationnetjes van Baarle-dorp <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-<br />

Merksplas zoud<strong>en</strong> die drukte niet kunn<strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong>. Daarom beslot<strong>en</strong> Nederland <strong>en</strong> België tot de<br />

bouw van e<strong>en</strong> "ideaal" geme<strong>en</strong>schappelijk gr<strong>en</strong>sstation, precies midd<strong>en</strong> op de gr<strong>en</strong>s, zodat overgave<br />

van person<strong>en</strong> <strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> via de douane daar kon geschied<strong>en</strong> waar de scheiding tuss<strong>en</strong> de twee<br />

land<strong>en</strong> liep. En het was niet zo maar e<strong>en</strong> plannetje, nee het was e<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong>d groot projekt. In 1903<br />

war<strong>en</strong> de plann<strong>en</strong> op papier klaar, in 1904 kon de bouw beginn<strong>en</strong>. Nederland <strong>en</strong> België zorgd<strong>en</strong> elk<br />

zelf voor de grondwerk<strong>en</strong>, de aanvoerlijn<strong>en</strong>, rangeerlijn<strong>en</strong>, douaneloods<strong>en</strong>, etc. Het grote station zelf<br />

zou in zijn geheel door de Nederlandse Mij tot Exploitatie van Staatsspoorweg<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebouwd,<br />

waarvan dan de Belgische helft door de Belgische Staat zou word<strong>en</strong> gehuurd. En zo versche<strong>en</strong> daar<br />

op de hei aan de gr<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> gigantisch complex: e<strong>en</strong> hoofdgebouw -het eig<strong>en</strong>lijke station- van 164<br />

meter lang met aan beide kant<strong>en</strong> nog 22 meter overspanning. Kost<strong>en</strong>: 1 1/2 miljo<strong>en</strong> guld<strong>en</strong> (in 1906)!<br />

De architekt, de ing<strong>en</strong>ieur bij de SS, Ir.G.W.Van Heukelom omschreef het als "e<strong>en</strong>voudig, stil <strong>en</strong> laag<br />

gehoud<strong>en</strong>", maar het was wel ongeveer het grootste gebouw dat in onze kontrei<strong>en</strong> ooit is versch<strong>en</strong><strong>en</strong>!<br />

Zeker sam<strong>en</strong> met het geweldige emplacem<strong>en</strong>t van 3 km l<strong>en</strong>gte met daarop 23 km rails met meer dan<br />

100 wissels, e<strong>en</strong> douaneloods van 150 meter met ijzer<strong>en</strong> dwarsspant<strong>en</strong> van 24 meter spanwijdte <strong>en</strong><br />

verder geheel uit bakste<strong>en</strong> opgetrokk<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> veelhoekige lokomotiev<strong>en</strong>loods met daarvoor e<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>orme draaischijf van 67000 kg <strong>en</strong> 18 meter doorsnede, zodat lokomotiev<strong>en</strong> op 6 spor<strong>en</strong> binn<strong>en</strong><br />

kond<strong>en</strong> rijd<strong>en</strong>, verder e<strong>en</strong> "takk<strong>en</strong>bossch<strong>en</strong>loods <strong>en</strong> kol<strong>en</strong>park", e<strong>en</strong> serie di<strong>en</strong>stwoning<strong>en</strong> zowel op<br />

Hollands als Belgisch gebied, seinhuiz<strong>en</strong>, private gebouwtjes, etc. Werkelijk alles erop <strong>en</strong> eraan. Dit<br />

alles kunn<strong>en</strong> we nu nog bewonder<strong>en</strong> (op papier t<strong>en</strong>minste!) dankzij uitgebreide artikel<strong>en</strong> die de<br />

architekt daarover zelf schreef in september 1906 in de vakblad<strong>en</strong> "Bouwkundig Weekblad" <strong>en</strong> "De<br />

Ing<strong>en</strong>ieur", met e<strong>en</strong> grote plattegrond <strong>en</strong> e<strong>en</strong> 7-tal uitstek<strong>en</strong>de "photographische opnam<strong>en</strong>". Als e<strong>en</strong><br />

oase in de woestijn moet het eruit gezi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Lees wat de architekt daarover schreef ter<br />

geleg<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> excursie naar "de Gr<strong>en</strong>s" in september 1906: "Midd<strong>en</strong> in de mooie,lage hei -naar<br />

d<strong>en</strong> horizont stijg<strong>en</strong>de <strong>en</strong> omzoomd door donkere band<strong>en</strong> van jong masthout- op de kruising van de<br />

smalle, dikwijls waterrijke gr<strong>en</strong>sbeek tussch<strong>en</strong> Holland <strong>en</strong> België <strong>en</strong> de bescheid<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele spoorlijn<br />

van Tilburg naar Turnhout, daar werd het gebouwd, het nieuwe station met de lange bundels spor<strong>en</strong>


nev<strong>en</strong> elkaar met tal van groote <strong>en</strong> kleine gebouw<strong>en</strong> noodig voor e<strong>en</strong> zwar<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st -tot verbazing van<br />

e<strong>en</strong> ieder, die voorbij spoorde- omdat het was midd<strong>en</strong> in de hei, <strong>en</strong> in de verte slechts twee, drie<br />

kleine tor<strong>en</strong>spits<strong>en</strong> verried<strong>en</strong>, dat er ook nog m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> woond<strong>en</strong>".Tijd<strong>en</strong>s die excursie merkte m<strong>en</strong><br />

overig<strong>en</strong>s minzaam op dat, waar op Nederlands gebied grind was gebruikt, "...de Belgische Staat<br />

zuiniger is geweest <strong>en</strong> het terrein heeft opgehoogd, tot aan de gr<strong>en</strong>s, dus ook tot in de nabijheid van<br />

het station met kol<strong>en</strong>asch <strong>en</strong> andere ongerechtigheid. De gr<strong>en</strong>s tussch<strong>en</strong> België <strong>en</strong> Nederland zoowel<br />

als tussch<strong>en</strong> onooglijkheid <strong>en</strong> netheid, is dus duidelijk waar te nem<strong>en</strong>."!! Op 1 oktober 1906 werd het<br />

station al geop<strong>en</strong>d, wederom schijnbaar zonder feestelijkhed<strong>en</strong>. Hoewel er, zoals iedere<strong>en</strong> wel weet,<br />

hier ter plekke ge<strong>en</strong> officiële landsgr<strong>en</strong>s werd vastgesteld, het was eig<strong>en</strong>lijk alle<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>s van 2<br />

percel<strong>en</strong>, het <strong>en</strong>e Belgisch <strong>en</strong> het andere het verst geleg<strong>en</strong> Nederlands, werd hier de toldi<strong>en</strong>st<br />

ingericht. Terzelfdertijd werd ook de douanepsot op de ste<strong>en</strong>weg Baarle-Turnhout verhuisd van<br />

Baarle-dorp naar de gr<strong>en</strong>s, waar de douane nu nog zit (of slaapt!). <strong>To<strong>en</strong></strong> ontstond<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>lijk pas de<br />

buurtschapp<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-Statie <strong>en</strong> Baarle-Gr<strong>en</strong>s, want voor 1906 was er niet veel meer dan aan<br />

weerskant<strong>en</strong> van de gr<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> café, resp. café-rest. "De Nederlander" (later "De Gr<strong>en</strong>s") op <strong>Weelde</strong>'s<br />

gebied <strong>en</strong> café Frijters aan de Baarlese kant.<br />

E<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>sstation met allure, maar zonder drukte<br />

Goed, er stond dus e<strong>en</strong> groot, zeer groot station. Passagiers kwam<strong>en</strong> aan de <strong>en</strong>e kant van het station<br />

binn<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> via visitatie-zal<strong>en</strong>, toldi<strong>en</strong>st, etc. naar de hal, waar midd<strong>en</strong> doorhe<strong>en</strong> de officieuze<br />

gr<strong>en</strong>slijn met gekleurde tegels was aangegev<strong>en</strong>, vorm<strong>en</strong>de de woord<strong>en</strong> "Belgisch-Nederlandsche<br />

gr<strong>en</strong>s", <strong>en</strong> verliet<strong>en</strong> via de andere kant het gebouw om over te stapp<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> andere trein. Het was<br />

allemaal perfekt georganiseerd, maar ... er veranderde in feite weinig. Het aantal trein<strong>en</strong> van vier in<br />

beide richting<strong>en</strong> bleef gelijk. Plann<strong>en</strong> om in 1912 drie sneltrein<strong>en</strong> Amsterdam-Brussel in te zett<strong>en</strong>, die<br />

alle<strong>en</strong> in Baarle-Gr<strong>en</strong>s/<strong>Weelde</strong>-Statie zoud<strong>en</strong> stopp<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> vertraagd <strong>en</strong> door de Eerste<br />

Wereldoorlog helemaal verget<strong>en</strong>. Het <strong>en</strong>ige wat veranderde, was dat de toldi<strong>en</strong>st voortaan hier<br />

geschiedde, wat in de praktijk e<strong>en</strong> <strong>en</strong>orme trammelant <strong>en</strong> veel vertraging gaf. Het is er dus allemaal<br />

niet van gekom<strong>en</strong>. Die grote plann<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> succes opgeleverd. Waarom niet? Er lijk<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

heleboel red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor te zijn, zonder dat er eig<strong>en</strong>lijk één duidelijke red<strong>en</strong> is, die daar alle<strong>en</strong><br />

verantwoordelijk voor gesteld kan word<strong>en</strong>. Welnu, de faktor<strong>en</strong> die er voor gezorgd hebb<strong>en</strong> dat<br />

Turnhout-Tilburg niet die internationale spoorwegverbinding is geword<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong> in 1906 had<br />

verwacht, zijn mijns inzi<strong>en</strong>s:<br />

1. De blijv<strong>en</strong>de concurr<strong>en</strong>tie van de lijn Roos<strong>en</strong>daal-Antwerp<strong>en</strong> door de macht der gewoonte, door het<br />

winst-oogmerk van de SS die, later volg<strong>en</strong>s kilometerprijs werk<strong>en</strong>d, meer geld ving voor e<strong>en</strong> omweg<br />

over Roos<strong>en</strong>daal, <strong>en</strong> doordat het station Roos<strong>en</strong>daal in 1907 werd vernieuwd <strong>en</strong> aangepast aan druk<br />

gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>d spoorvervoer. De plann<strong>en</strong> war<strong>en</strong> van ... dezelfde architekt Van Heukelom!<br />

2. Politieke faktor<strong>en</strong>, zegg<strong>en</strong> sommige historie-schrijvers, hebb<strong>en</strong> de grootste rol gespeeld. Of<br />

daarmee dan handelspolitiek t<strong>en</strong> gunste van Antwerp<strong>en</strong> of Rotterdam wordt bedoeld, of landspolitiek<br />

van België <strong>en</strong> Nederland die niet met elkaar rijmde, wordt er helaas niet bijgezegd. In ieder geval is<br />

het wel bek<strong>en</strong>d, dat België bijv. rond 1910 de invoering van sneltrein<strong>en</strong> Amsterdam-Brussel e<strong>en</strong> paar<br />

jaar teg<strong>en</strong>hield, hetge<strong>en</strong> ze trouw<strong>en</strong>s in 1898 ook al had gedaan, met als argum<strong>en</strong>t de slechte<br />

toestand van de ijzer<strong>en</strong> weg op het Belgische deel. E<strong>en</strong> argum<strong>en</strong>t overig<strong>en</strong>s dat anno 1982 nog<br />

gebruikt wordt bij de weigering van de toerist<strong>en</strong>trein.<br />

3. E<strong>en</strong> overduidelijk remm<strong>en</strong>de invloed op de ontwikkeling van Tilburg-Turnhout heeft in ieder geval<br />

de Eerste Wereldoorlog van 1914-1918 gespeeld. Er was plots ge<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>d treinverkeer<br />

meer door de Duitse bezetting van België. Het stationscomplex werd door de Duitsers met grote roll<strong>en</strong><br />

prikkeldraad in tweeën gescheurd. Voor de zekerheid zett<strong>en</strong> ze er ook nog stroom op, wat de dood<br />

van m<strong>en</strong>ig m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> dier heeft veroorzaakt tuss<strong>en</strong> 1915 <strong>en</strong> 1918.<br />

4. Het trajekt was niet aangepast aan groot vervoer. Nog steeds was Turnhout-Tilburg <strong>en</strong>kelspoor,<br />

terwijl alle belangrijke lijn<strong>en</strong> al in de periode 1870-1890 dubbelspoor kreg<strong>en</strong>. Elektrificatie speelt hierin<br />

overig<strong>en</strong>s nog ge<strong>en</strong> rol: dat komt pas na 1930. Maar behalve het <strong>en</strong>kelspoor, war<strong>en</strong> ook de aan- <strong>en</strong><br />

afvoer<strong>en</strong>de stations niet op hun taak berek<strong>en</strong>d: het station van Tilburg van 1863 niet, maar ook het<br />

nieuwe station van Turnhout uit 1896 met overdekte spoorhal zou groot internationaal<br />

goeder<strong>en</strong>vervoer niet hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong>, omdat het te smal opgezet was, zegg<strong>en</strong> k<strong>en</strong>ners.


5. Concurr<strong>en</strong>tie van alternatief gr<strong>en</strong>svervoer speelde ook e<strong>en</strong>, zij het bescheid<strong>en</strong> regionale rol. Het<br />

gaat hier over de in 1909 geop<strong>en</strong>de tramlijn Tilburg-Goirle-Hilvar<strong>en</strong>beek-Esbeek-Poppel-<strong>Weelde</strong>-<br />

Ravels-Turnhout. De concurr<strong>en</strong>tie gold hier vooral het person<strong>en</strong>vervoer: "huis-aan-huis-service" <strong>en</strong><br />

lagere tariev<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> hier teg<strong>en</strong>over e<strong>en</strong> geringere snelheid van zo'n 35 km per uur. Deze tramlijn<br />

was ontstaan uit de stukk<strong>en</strong> Turnhout-Poppel (1906) <strong>en</strong> Tilburg-Esbeek (1907). Het verbindingsstuk<br />

Poppel-Esbeek kwam in 1909 gereed. Er red<strong>en</strong> dagelijks 2 of 3 trams he<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer. Aan de verlat<strong>en</strong><br />

gr<strong>en</strong>s (waar teg<strong>en</strong>woordig het exportstation van de Ned.Gasunie staat) moest m<strong>en</strong> overstapp<strong>en</strong>,<br />

omdat de trams de gr<strong>en</strong>s niet overschred<strong>en</strong>. Na 1921 zou dat ook niet meer gekund hebb<strong>en</strong>, omdat<br />

België overschakelde op spoorversmalling (van 1,06 meter naar 1 meter). Ondanks het overstapp<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> de aansluiting<strong>en</strong> uitstek<strong>en</strong>d met e<strong>en</strong> wachttijd van maar 5 tot 10 minut<strong>en</strong>. Op 15 september<br />

1935 werd Tilburg-Esbeek geslot<strong>en</strong>. Op Turnhout-Poppel kon m<strong>en</strong> tramm<strong>en</strong> tot 16 juni 1948.<br />

Was belangrijkheid voor Turnhout-Tilburg niet weggelegd, er gebeurde natuurlijk toch wel het nodige.<br />

Daarvan getuig<strong>en</strong> de diverse families, die dankzij het spoor in <strong>Weelde</strong>-Statie <strong>en</strong> Baarle-Gr<strong>en</strong>s zijn<br />

blijv<strong>en</strong> hang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarvan getuig<strong>en</strong> de verhal<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die het allemaal hebb<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> gebeur<strong>en</strong>.<br />

Ook voor onze regio is er door het spoor veel aangevoerd <strong>en</strong> weggevoerd. E<strong>en</strong> belangrijk voorbeeld is<br />

de aanvoer van (kunst)meststoff<strong>en</strong>, voor de talrijke ontginning<strong>en</strong> in de woeste gr<strong>en</strong>sstreek<br />

onontbeerlijk. Zowel de "guano", Peruguano = verste<strong>en</strong>de vogelmest + gemal<strong>en</strong> schelp<strong>en</strong>, in zakk<strong>en</strong><br />

van 100 kilo, als de stadsgier uit Utrecht kwam per spoorwagon in t<strong>en</strong>minste de Nederlandse<br />

spoordorp<strong>en</strong> als Alph<strong>en</strong> <strong>en</strong> Riel tot zo ongeveer 1915.<br />

Definitief verval in zicht<br />

Intuss<strong>en</strong> zijn we de Eerste Wereldoorlog gepasseerd. Het lijntje leidt e<strong>en</strong> sluimer<strong>en</strong>d bestaan. Er<br />

rijd<strong>en</strong> nog steeds 4 trein<strong>en</strong> per dag op <strong>en</strong> neer. Het aantal reizigers schijnt matig geweest te zijn,<br />

zeker nog niet slecht. Zo vertrokk<strong>en</strong> er bijvoorbeeld in 1922 uit resp. Baarle-Nassau-dorp <strong>en</strong> uit<br />

Baarle-Gr<strong>en</strong>s 19.709 <strong>en</strong> 9378 reizigers, teg<strong>en</strong>over e<strong>en</strong> aankomst-cijfer van 12.381 resp. 10.249. Toch<br />

liep het vervoer langzamerhand terug. Waarom? De belangrijkste red<strong>en</strong> is ongetwijfeld de opkomst<br />

van de rubber<strong>en</strong> luchtband! Want zowel het person<strong>en</strong>vervoer per autobus in de twintiger jar<strong>en</strong> (d<strong>en</strong>k<br />

aan de bek<strong>en</strong>de bus van Peeters die vanaf 1925 van Turnhout over Poppel <strong>en</strong> Goirle naar Tilburg<br />

reed) alsook het vrachtvervoer per vrachtwag<strong>en</strong> kwam in die tijd op gang. Welnu, teg<strong>en</strong> het<br />

gemotoriseerde vervoer per luchtband was door de spoorweg<strong>en</strong> niet op te concurrer<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong><br />

vanwege de grotere snelheid <strong>en</strong> service, maar waarschijnlijk vooral, omdat de spoorweg<strong>en</strong> alle kost<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> doorberek<strong>en</strong><strong>en</strong> zoals aanleg, onderhoud, toezicht, etc. van de spoorlijn<strong>en</strong>, terwijl het<br />

weg<strong>en</strong>vervoer deze onkost<strong>en</strong>-post slechts gedeeltelijk krijgt doorberek<strong>en</strong>d. Er kwam nog e<strong>en</strong> kleine<br />

opleving rond 1930. Voor het eerste sinds 1872 reed er weer e<strong>en</strong> sneltrein over ons spoor, nl. die van<br />

Eindhov<strong>en</strong>-Brussel <strong>en</strong> terug. Toch was de achteruitgang niet te stuit<strong>en</strong>. Het person<strong>en</strong>vervoer liep hard<br />

terug: in 1932 vertrokk<strong>en</strong> er resp. uit Baarle-Nassau-dorp <strong>en</strong> uit Baarle-Gr<strong>en</strong>s nog maar 6311 <strong>en</strong> 4024<br />

reizigers, slechts ongeveer 1/3 van de aantall<strong>en</strong> van 10 jaar eerder. Per 7 oktober 1934 was het al half<br />

gebeurd: het person<strong>en</strong>vervoer op de lijn Tilburg-Turnhout werd stopgezet. Deze sluiting voor het<br />

person<strong>en</strong>vervoer paste geheel in het landelijk spoor-beleid. T<strong>en</strong>minste in Nederland, waar in de<br />

dertiger jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> soort marktverdeling tot stand kwam tuss<strong>en</strong> bus- <strong>en</strong> treinvervoer: de bus voor<br />

regionaal vervoer <strong>en</strong> de trein moest zich reserver<strong>en</strong> voor de langere afstand. Daarom slot<strong>en</strong> ook heel<br />

wat kleine dorpsstationnetjes zoals Alph<strong>en</strong>, Riel <strong>en</strong> Baarle-dorp. Hun aantal werd zelfs teruggebracht<br />

van ongeveer 900 tot 560. In België, dat in verhouding tot zijn oppervlakte het dichtste spoorwegnet<br />

ter wereld heeft, verloor de in 1926 opgerichte NMBS ook in de dertiger jar<strong>en</strong> het monopolie op de<br />

vervoermarkt, maar de terugloop <strong>en</strong> de sluiting van kleine stationnetjes is daar toch minder<br />

uitgesprok<strong>en</strong>: België lijkt meer "spoorminded". Nog slechts sporadisch red<strong>en</strong> hier vanaf 1934<br />

person<strong>en</strong>trein<strong>en</strong>, bijv. de speciale Lourdes-trein<strong>en</strong> of voor de voetbalwedstrijd<strong>en</strong> België-Nederland in<br />

de "hel van Deurne", of de Koninklijke Trein met de Nederlandse Koningin Wilhelmina die in 1935 op<br />

het stationsemplacem<strong>en</strong>t van Riel de nacht doorbracht.<br />

Via verval naar sloop<br />

Het bleef echter achteruitgaan met de spoorlijn Turnhout-Tilburg. In 1937 werd hij gedegradeerd van<br />

hoofdspoorweg tot lokaalspoorweg, zodat de overwegbeveiliging (spoorbom<strong>en</strong> <strong>en</strong> bezetting van de<br />

wachthuisjes) kon verdwijn<strong>en</strong>. Het grote spoorwegemplacem<strong>en</strong>t van Baarle-Gr<strong>en</strong>s/<strong>Weelde</strong>-Statie was<br />

in 1929 al vere<strong>en</strong>voudigd <strong>en</strong> in 1933 werd<strong>en</strong> nog 6 spor<strong>en</strong> opgebrok<strong>en</strong>. Tuss<strong>en</strong> 1940 <strong>en</strong> 1950<br />

verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> loods<strong>en</strong>, seinhuiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> vele spor<strong>en</strong>. Het grote station was nerg<strong>en</strong>s meer voor nodig,


t<strong>en</strong>minste niet meer voor het doel waarvoor het was neergezet! Wel werd het af <strong>en</strong> toe gebruikt voor<br />

andere zak<strong>en</strong>, zoals in de Tweede Wereldoorlog to<strong>en</strong> het circus Strassburger in e<strong>en</strong> van de loods<strong>en</strong><br />

neerstreek <strong>en</strong> de Duitsers elders e<strong>en</strong> olieraffinaderij hadd<strong>en</strong> ondergebracht. Na de oorlog werd het<br />

emplacem<strong>en</strong>t nog volgezet met kapotgeschot<strong>en</strong> lokomotiev<strong>en</strong>. Maar er kwam toch e<strong>en</strong> definitief einde<br />

aan het e<strong>en</strong>s zo bewonderde station van Baarle-Gr<strong>en</strong>s/<strong>Weelde</strong>-Statie. Nadat in 1948 de grote<br />

douaneloods met zijn ijzer<strong>en</strong> spant<strong>en</strong> van 24 meter naar H<strong>en</strong>gelo was overgebracht, verdwe<strong>en</strong> het<br />

station in 1959 onder de slopershamer. Slechts 2 stomp<strong>en</strong> aan de uiteind<strong>en</strong> van het voormalig<br />

complex, elk nog met hun historische opschrift<strong>en</strong>, resp. "BELG = STAATSSPOORWEGEN" <strong>en</strong> "Mij tot<br />

EXPL. van SS", <strong>en</strong> de ladingmal over het spoor herinner<strong>en</strong> nog aan het imm<strong>en</strong>se complex, het<br />

grootste wellicht dat ooit in de verre omtrek versche<strong>en</strong>.<br />

Ook van de dorpsstationnetjes van Riel, Alph<strong>en</strong> <strong>en</strong> Baarle-dorp werd<strong>en</strong> in 1938-39 de tweede spor<strong>en</strong><br />

opgebrok<strong>en</strong>, maar weer herlegd door de Duitsers in 1943, in verband met de aan het lijntje<br />

toegek<strong>en</strong>de strategische waarde. In 1947 werd<strong>en</strong> die tweede spor<strong>en</strong> weer opgebrok<strong>en</strong>. Met de kleine<br />

zijlijn Riel-Goirle, die in 1900 voor de Goirlese textielfabriek<strong>en</strong> was aangelegd, ging m<strong>en</strong> drastischer<br />

tewerk. Eind 1942 werd de di<strong>en</strong>st op die lijn gestaakt <strong>en</strong> werd hij ook mete<strong>en</strong> opgebrok<strong>en</strong>. De<br />

hoofdlijn Tilburg-Turnhout zelf was nog e<strong>en</strong> langer lev<strong>en</strong> beschor<strong>en</strong>, want het goeder<strong>en</strong>vervoer ging<br />

hier voorlopig gewoon door. Twee keer per dag kwam de trein langs, <strong>en</strong> dat heeft nog e<strong>en</strong> heel tijdje<br />

geduurd. Aanvankelijk war<strong>en</strong> het nog steeds stoomlokomotiev<strong>en</strong>, maar vanaf ongeveer 1958 werd<strong>en</strong><br />

het de m<strong>en</strong>iekleurige diesellocs. Ook in 1958 werd het stuk Riel-Tilburg om de stad he<strong>en</strong> gelegd. E<strong>en</strong><br />

grote verandering kwam helaas op het eind der zestiger jar<strong>en</strong>, want in 1966 verdwe<strong>en</strong> het station van<br />

Riel voorgoed, <strong>en</strong> in 1968 dat van Alph<strong>en</strong>, na resp. 99 <strong>en</strong> 101 jaar di<strong>en</strong>st te hebb<strong>en</strong> gedaan. Ook aan<br />

het goeder<strong>en</strong>vervoer kwam echter e<strong>en</strong> einde. Het was niet r<strong>en</strong>dabel meer, <strong>en</strong> daarom red<strong>en</strong> hier op<br />

vrijdag 1 juni 1973 de laatste officiële trein<strong>en</strong>: de gewone dagelijkse goeder<strong>en</strong>trein <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

Lourdestrein. Vanaf die dag is het voorbij: ge<strong>en</strong> trein<strong>en</strong> meer door Riel, Alph<strong>en</strong>, Baarle <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-<br />

Statie, ge<strong>en</strong> lorries meer over het spoor, ge<strong>en</strong> geraas van vall<strong>en</strong>de suikerbiet<strong>en</strong> meer aan het station.<br />

Het gras tuss<strong>en</strong> de rails zou zijn kans krijg<strong>en</strong> om te groei<strong>en</strong> ... En dat is dan ook te zi<strong>en</strong> op het<br />

Belgische baanvak! Zo heel af <strong>en</strong> toe komt er nog e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> trein, zoals vorig jaar e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> keer om<br />

bielz<strong>en</strong> op te slaan aan de gr<strong>en</strong>s <strong>en</strong> ze later weer te kom<strong>en</strong> hal<strong>en</strong> voor Her<strong>en</strong>tals, maar anders<br />

gebeurt er niets ... dan roest<strong>en</strong> <strong>en</strong> rott<strong>en</strong> ... behalve het oude stationnetje "<strong>Weelde</strong>-Merxplas" dat<br />

netjes wordt bewoond, ev<strong>en</strong>als de eerste Belgische uitbreiding t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van de Ste<strong>en</strong>weg op<br />

Zondereig<strong>en</strong>. Op Nederlands gebied wordt nog wel gespoord, als hobby <strong>en</strong> toeristische attraktie. Want<br />

de "Stichting Stoomtreinmaatschappij Tilburg-Turnhout" (SSTT) opgericht al in 1974, laat er in het<br />

zomerseizo<strong>en</strong> elke zondag e<strong>en</strong> echte oude stoomtrekker puff<strong>en</strong> van Tilburg naar Schaluin<strong>en</strong> <strong>en</strong> terug.<br />

Omdat de Belgische autoriteit<strong>en</strong> nog steeds ge<strong>en</strong> toestemming hebb<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> om op Belgisch<br />

grondgebied te rijd<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> Nederlandse trein van e<strong>en</strong> partikuliere onderneming, moet de<br />

lokomotief zich bij Schaluin<strong>en</strong> weer voor de ouderwetse wagons ranger<strong>en</strong> op de plaats waar e<strong>en</strong>s 32<br />

km rangeer-rails lag! Sic transit gloria mundi, zull<strong>en</strong> de reizigers dan wel d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>!<br />

Het "Bels Lijntje" heeft altijd bek<strong>en</strong>d gestaan om zijn gemoedelijkheid. Het was e<strong>en</strong> spoorlijntje waar<br />

alles niet zo nauw kwam, t<strong>en</strong>minste wat betreft de rijtijd<strong>en</strong> bijv. De trein kon best erg<strong>en</strong>s pardoes<br />

stopp<strong>en</strong>, vroeger naar het schijnt om wat hout te kapp<strong>en</strong>, omdat de stookvoorraad op was, later ook<br />

om ons, kwajong<strong>en</strong>s, weg te jag<strong>en</strong> als we binn<strong>en</strong>door naar Baarle fietst<strong>en</strong>. Het mooiste verhaal vind ik<br />

nog steeds de volg<strong>en</strong>de story: De trein stond stil op het kleine stationnetje van Riel <strong>en</strong> de vertrekbel<br />

was al <strong>en</strong>kele mal<strong>en</strong> gegaan, maar ... ge<strong>en</strong> beweging in de trein! <strong>To<strong>en</strong></strong> e<strong>en</strong> reiziger e<strong>en</strong>s ging kijk<strong>en</strong>,<br />

trof hij de lokomotief onbemand aan. Hij k<strong>en</strong>de de strek<strong>en</strong> van het Belgische personeel echter wel <strong>en</strong><br />

ging het café bij de statie e<strong>en</strong>s binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> jawel hoor, de conducteur, machinist, stoker <strong>en</strong> wag<strong>en</strong>smid<br />

war<strong>en</strong> onder het g<strong>en</strong>ot van e<strong>en</strong> pint bier gezellig aan het biljart<strong>en</strong>! Op zijn voorzichtige vraag of de<br />

her<strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> bereid war<strong>en</strong> te vertrekk<strong>en</strong>, antwoordde Peer de conducteur: "Awel, m<strong>en</strong>eer, tis<br />

carambool zulle, as de partaai oit ies, dan bolle me"!! Haast ev<strong>en</strong> gemoedelijk tuft nu 's zondags de<br />

toeristische stoomtrein van Tilburg naar de gr<strong>en</strong>s, compleet met pikzwarte rook <strong>en</strong> e<strong>en</strong> stoomfluit.<br />

Sommig<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> hop<strong>en</strong> dat ze nog ooit kunn<strong>en</strong> spor<strong>en</strong> langs <strong>Weelde</strong>-Statie, <strong>Weelde</strong>-Merksplas,<br />

dwars door de prachtige v<strong>en</strong>netjes op de Zandv<strong>en</strong>-heide <strong>en</strong> over het bruggetje van het kanaal naar<br />

Turnhout toe. Sommig<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> me: "... Ge<strong>en</strong> trein<strong>en</strong> meer ... het is mar goed ok zo, zut nie<br />

m<strong>en</strong>eer?"... De b<strong>en</strong>zine-prijs br<strong>en</strong>gt me toch ev<strong>en</strong> aan het twijfel<strong>en</strong>...


Emmaus<br />

Het gr<strong>en</strong>sgebied <strong>Weelde</strong>-Poppel, omgeving "De Schriek<strong>en</strong>" was in het midd<strong>en</strong> van de vorige eeuw<br />

e<strong>en</strong> woeste, onontgonn<strong>en</strong> heidevlakte met hier <strong>en</strong> daar e<strong>en</strong> v<strong>en</strong> of moeras. Na de ontginning <strong>en</strong><br />

bebossing van deze streek die in 1889 in hand<strong>en</strong> kwam van Aimé Misonne, ontstond hier e<strong>en</strong> prachtig<br />

bosrijk landgoed dat nog steeds e<strong>en</strong>ieders bewondering verdi<strong>en</strong>t. Honderd meter voor de gr<strong>en</strong>s met<br />

Poppel bemerkt m<strong>en</strong> aan zijn linkerzijde in de achtergrond e<strong>en</strong> <strong>en</strong>orm grijs gebouw, omgev<strong>en</strong> door<br />

schilderachtige vijvers. Vel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zich afvrag<strong>en</strong> wanneer <strong>en</strong> waarom dit alles werd aangelegd. Het<br />

landgoed Emmaus werd gesticht door Juffrouw Cecile Misonne, e<strong>en</strong> dochter van Aimé Misonne in de<br />

jar<strong>en</strong> 1936-1939. Zij had deze grond<strong>en</strong> in bezit gekreg<strong>en</strong> van haar vader <strong>en</strong> het huis Emmaus was<br />

bedoeld als ontmoetingspunt van allerlei werk<strong>en</strong> voor de Vrouwelijke jeugd der Katholieke Actie van<br />

ons land. Immers, na de expositie te Brussel in 1935 constateerde m<strong>en</strong> overal e<strong>en</strong> opkomst van<br />

allerlei jeugdwerk<strong>en</strong>, het was als het ware de triomfantelijke tijd van de kerk. Omdat Juffrouw Cecile<br />

Misonne Franssprek<strong>en</strong>d was, werd<strong>en</strong> vooral m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uit Brussel <strong>en</strong> Wallonië aangetrokk<strong>en</strong>. Dit bleef<br />

zo voortdur<strong>en</strong> tot ongeveer 10 jaar geled<strong>en</strong>. Emmaus werd dus tuss<strong>en</strong> 1936-1939 gebouwd <strong>en</strong> omdat<br />

Kardinaal Van Roey e<strong>en</strong> persoonlijke vri<strong>en</strong>d van de familie Misonne was, kwam hij in 1936 naar<br />

<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> was hij aanwezig bij de eerste ste<strong>en</strong>legging. In 1939 kwam hij het gebouw persoonlijk<br />

inwijd<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s deze wijdingsplechtigheid war<strong>en</strong> heel wat promin<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bij elkaar gekom<strong>en</strong>. We<br />

citer<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele fragm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit de redevoering die werd gehoud<strong>en</strong> door Pastoor Misonne:<br />

"België is altijd e<strong>en</strong> der land<strong>en</strong> geweest, waar de stem van onz<strong>en</strong> Heilig<strong>en</strong> Vader d<strong>en</strong> Paus het meest<br />

weerklank heeft gevond<strong>en</strong>; <strong>en</strong> als er één land is, waar de gehechtheid aan d<strong>en</strong> Heilig<strong>en</strong> Stoel diep<br />

ingeankerd is geblev<strong>en</strong> in de bevolking, dan is het wel het onze. Om maar e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel voorbeeld<br />

daarvan aan te hal<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> we zonder aarzel<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> op het feit dat de Katholieke Actie, door de<br />

Paus<strong>en</strong> ingesteld, in België zijn schoonste verwez<strong>en</strong>lijking<strong>en</strong> beleeft. Dit rusthuis, ontworp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

opgevat met de hooge goedkeuring <strong>en</strong> de aanmoediging van Uwe Emin<strong>en</strong>tie, is dan tot stand<br />

gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft zijn voltooiing bereikt in volledige aanpassing met de eisch<strong>en</strong> van onz<strong>en</strong> tijd. En het<br />

mocht zoo ev<strong>en</strong>, met d<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> van Uwe Emin<strong>en</strong>tie, d<strong>en</strong> waarborg ontvang<strong>en</strong> van Gods eig<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong>.<br />

Zijn bestuur heeft gewild dat het op de eerste plaats e<strong>en</strong> rusthuis <strong>en</strong> e<strong>en</strong> huis voor<br />

gezondheidsverzorging zijn zou. En alles werd ook daarop ingericht. Maar toch is het niet <strong>en</strong>kel<br />

bestemd om aan de licham<strong>en</strong> sterkte <strong>en</strong> gezondheid weer te gev<strong>en</strong>; ook de ziel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> er speciaal<br />

verzorgd word<strong>en</strong>: die zull<strong>en</strong> er kracht, sterkte, vreugde <strong>en</strong> geestdrift weervind<strong>en</strong>, d<strong>en</strong> war<strong>en</strong> geest van<br />

de Katholieke Actie. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> wordt hier aan de jeugd e<strong>en</strong> vakantiec<strong>en</strong>trum, e<strong>en</strong> retraitehuis, e<strong>en</strong><br />

studiehuis, e<strong>en</strong> gebedshuis aangebod<strong>en</strong>. Me dunkt dat de Katholieke Actie, met zulk e<strong>en</strong> inrichting<br />

begiftigd, zijn ondernemingskracht<strong>en</strong> merkelijk moet zi<strong>en</strong> aangroei<strong>en</strong> <strong>en</strong> onbevreesd nieuwe<br />

initiatiev<strong>en</strong> zal aandurv<strong>en</strong>. Emmaus - zoo heet deze nieuwe instelling- is ons immers uit het Evangelie<br />

bek<strong>en</strong>d als het gasthof, waar de Meester ontvang<strong>en</strong> wordt die d<strong>en</strong> gloed van het apostolische vuur<br />

moet vernieuw<strong>en</strong> in de hem toegewijde hart<strong>en</strong>.<br />

Emin<strong>en</strong>tie, van hed<strong>en</strong> af staat Emmaus op<strong>en</strong> voor al de jonge meisjes uit Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> Wallonië,<br />

zonder onderscheid van taal noch maatschappelijk<strong>en</strong> stand: de gastvrijheid is er op zuiver kristelijk<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> katholiek<strong>en</strong> geest geschoeid. Geleg<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong>, wil het voor de Vlaamsche Jeugd e<strong>en</strong> echt<br />

tehuis zijn, waar deze, naar eig<strong>en</strong> aard, e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> Vlaamsch familielev<strong>en</strong> zal vind<strong>en</strong>. Geleg<strong>en</strong> in<br />

België, zal het voor heel de Belgische vrouwelijke Jeugd zijn deur<strong>en</strong> wijd op<strong>en</strong>zett<strong>en</strong>. Arbeid<strong>en</strong>de<br />

Jeugd, boerinn<strong>en</strong>jeugd, burgers- <strong>en</strong> midd<strong>en</strong>standsjeugd, studeer<strong>en</strong>de jeugd, heel de katholieke<br />

vrouwelijke jeugd van ons land zal m<strong>en</strong> er zi<strong>en</strong> verbroeder<strong>en</strong>. Emmaus is uitsluit<strong>en</strong>d e<strong>en</strong> jeugdhuis.<br />

Onder stoffelijk <strong>en</strong> physisch oogpunt vindt de jeugd er alle moderne gerieflijkheid; onder godsdi<strong>en</strong>stig<br />

<strong>en</strong> zedelijk oogpunt: d<strong>en</strong> steun van de zalige <strong>en</strong> verkwikk<strong>en</strong>de e<strong>en</strong>zaamheid; het natuurschoon, het<br />

gebed, de gezonde ontspanning, de H.Mis met het Brek<strong>en</strong> van het Brood <strong>en</strong> de aanweizgheid van<br />

d<strong>en</strong> Goddelijk<strong>en</strong> Meester <strong>en</strong> Gastheer."<br />

Zoals uit de redevoering<strong>en</strong> blijkt, was Emmaus onmisbaar geword<strong>en</strong> voor de Katholieke Actie, <strong>en</strong><br />

inderdaad functioneerde het huis van meetaf bijzonder goed. Onmiddellijk na de stichting van het huis<br />

kwam Emmaus in hand<strong>en</strong> van de Ancillae Ecclesiae, onder leiding van de algem<strong>en</strong>e overste Juffrouw<br />

Van Der Vorst. Lange tijd bleef het gebouw functioner<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> rustoord voor vrouwelijke jeugd. Later<br />

evolueerde het tot e<strong>en</strong> bezinnings- <strong>en</strong> hersteloord voor dames <strong>en</strong> nog later kwam<strong>en</strong> vooral<br />

vakantiegangers er naartoe om van de rust <strong>en</strong> kalmte van de mooie omgeving te g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> is het<br />

t<strong>en</strong> dele e<strong>en</strong> verblijf voor ouder<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> huis waar geleg<strong>en</strong>heid is om retraites te houd<strong>en</strong>. Voor deze<br />

retraites word<strong>en</strong> voornamelijk groep<strong>en</strong> uit het bisdom Antwerp<strong>en</strong> aangetrokk<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de tweede<br />

wereldoorlog war<strong>en</strong> in Emmaus Duitse soldat<strong>en</strong> ingekwartierd, maar er werd<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s kinder<strong>en</strong> van


krijgsgevang<strong>en</strong><strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, waaronder ook Joodse. Na de bevrijding logeerd<strong>en</strong> Canadese<br />

soldat<strong>en</strong> in het huis die het niet onbeschadigd achterliet<strong>en</strong>. In 1958 maakte Juffrouw Cecile Misonne<br />

bij testam<strong>en</strong>t Emmaus over aan de kerk van België. De bedoeling hiervan was dat het huis altijd zou<br />

blijv<strong>en</strong> op<strong>en</strong>staan voor allerlei groep<strong>en</strong>. Het bisdom mag er dus bijvoorbeeld ge<strong>en</strong> parochiec<strong>en</strong>trum<br />

van mak<strong>en</strong>. De laatste jar<strong>en</strong> werd gezocht naar vernieuwing <strong>en</strong> daarom werd er e<strong>en</strong> beroep gedaan<br />

op e<strong>en</strong> groep lek<strong>en</strong>. De Heer Liev<strong>en</strong>s is mom<strong>en</strong>teel directeur van het huis dat de laatste tijd opnieuw<br />

helemaal in orde werd gebracht <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> frisse kleur werd herschilderd.<br />

Vel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ongetwijfeld reeds hor<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> over Emmaus, maar bij e<strong>en</strong> bezoek ter plaatse is<br />

alles veel mooier <strong>en</strong> grootser dan verwacht. Het prachtige gebouw in Engelse R<strong>en</strong>aissance-stijl werd<br />

naar de plann<strong>en</strong> van architekt Vaes uit Antwerp<strong>en</strong> opgetrokk<strong>en</strong>. Het is erg mooi geleg<strong>en</strong>, omzoomd<br />

door prachtige sparr<strong>en</strong>boss<strong>en</strong>. Op e<strong>en</strong> paar grote vijvers drom<strong>en</strong> waterlelies, vlieg<strong>en</strong> e<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op <strong>en</strong><br />

wacht<strong>en</strong> dobber<strong>en</strong>de bootjes op spelevaarders. We vernem<strong>en</strong> van Pater De Kort dat dit eig<strong>en</strong>dom 22<br />

hectar<strong>en</strong> groot is. We wag<strong>en</strong> ons niet aan e<strong>en</strong> beschrijving wanneer we de gebouw<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>gaan,<br />

want onze woord<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> e<strong>en</strong> te klein beeld oproep<strong>en</strong> van dit imm<strong>en</strong>se bolwerk. We vernoem<strong>en</strong><br />

nochtans de kapel, zo harmonieus van lijn, zo stemmig van kleur dat m<strong>en</strong> er vroom wordt zonder het<br />

te wet<strong>en</strong>. Er zijn eetzal<strong>en</strong>, speelzal<strong>en</strong>, bad<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet minder dan 50 kamers, alles ev<strong>en</strong> comfortabel <strong>en</strong><br />

tev<strong>en</strong>s smaakvol ingericht. Zoals reeds gezegd werd Emmaus bestuurd door de Ancillae Ecclesiae, in<br />

het Nederlands "Di<strong>en</strong>aress<strong>en</strong> van de Kerk". Veel geschied<strong>en</strong>is over deze kleine instelling kunn<strong>en</strong> we<br />

niet vertell<strong>en</strong>, want ze is nauwelijks e<strong>en</strong> halve eeuw oud. Zij begonn<strong>en</strong> rond 1932 e<strong>en</strong> eerste<br />

schamele stichting te <strong>Weelde</strong> onder het leiderschap van E.H.J.Fier<strong>en</strong>s, pastoor-dek<strong>en</strong> te Ukkel. Vanaf<br />

het begin werd<strong>en</strong> zij gesteund door Kardinaal Van Roey <strong>en</strong> daarom vertrouwde hij deze jonge<br />

stichting in 1939 het bestuur toe van het rustoord <strong>en</strong> retrait<strong>en</strong>huis Emmaus, dat vanaf dit og<strong>en</strong>blik het<br />

c<strong>en</strong>traal huis werd van de stichting. De di<strong>en</strong>aress<strong>en</strong> van de Kerk vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> instelling van lek<strong>en</strong> die<br />

hun lev<strong>en</strong> toewijd<strong>en</strong> aan God. Om tot de instelling te word<strong>en</strong> toegelat<strong>en</strong> zijn er ge<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>gewone<br />

eis<strong>en</strong> gesteld wat betreft ontwikkeling, gezondheid <strong>en</strong> fortuin. Rond 1950 bezat<strong>en</strong> de Di<strong>en</strong>aress<strong>en</strong> van<br />

de Kerk drie huiz<strong>en</strong>:<br />

- Emmaus te <strong>Weelde</strong>. In dit rustoord <strong>en</strong> retrait<strong>en</strong>huis hadd<strong>en</strong> het hele jaar door studiewek<strong>en</strong> plaats <strong>en</strong><br />

kwam<strong>en</strong> honderd<strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> om weer op kracht te kom<strong>en</strong>.<br />

- De pedagogie St.-Catharina te Leuv<strong>en</strong>. Op verzoek van de rector der Leuv<strong>en</strong>se universiteit hadd<strong>en</strong><br />

de Di<strong>en</strong>aress<strong>en</strong> van de Kerk in 1949 deze pedagogie opgericht, dat bedoeld was als retrait<strong>en</strong>huis<br />

voor jeugdgroep<strong>en</strong>, als ver<strong>en</strong>igingslokaal voor de verpleegsters <strong>en</strong> als Home voor juffrouw<strong>en</strong> die<br />

studeerd<strong>en</strong> aan de universiteit. Het huis liet ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s toe aan de led<strong>en</strong> van de instelling hogere <strong>en</strong><br />

zelfs universitaire studies te do<strong>en</strong>.<br />

- Het "Kluizeke" te Merksplas, di<strong>en</strong>de als vormingshuis <strong>en</strong> het was e<strong>en</strong> oord voor geestelijke<br />

verdieping van de eig<strong>en</strong> led<strong>en</strong>. Geleg<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> stille, afgeleg<strong>en</strong> streek der Kemp<strong>en</strong>, aan de zoom van<br />

eeuwig gro<strong>en</strong>e boss<strong>en</strong>, was het e<strong>en</strong> oase van rust <strong>en</strong> innerlijke bezieling. Hier kreg<strong>en</strong> de Di<strong>en</strong>aress<strong>en</strong><br />

van de Kerk hun fundam<strong>en</strong>tele vorming <strong>en</strong> hier keerd<strong>en</strong> zij terug, als zij behoefte voeld<strong>en</strong> aan<br />

geestelijke heropbeuring.<br />

Nietteg<strong>en</strong>staande de Ancillae Ecclesiae in het begin met 12 war<strong>en</strong> <strong>en</strong> het te verwacht<strong>en</strong> was dat dit<br />

aantal zou aangroei<strong>en</strong>, is de instelling mom<strong>en</strong>teel nog maar met twee person<strong>en</strong> te Emmaus<br />

verteg<strong>en</strong>woordigd.<br />

Brandweer<br />

Niemand zal er zich over verwonder<strong>en</strong>, dat er in het archief van de aloude Vrijheid <strong>Weelde</strong> heel wat<br />

gegev<strong>en</strong>s te vind<strong>en</strong> zijn over brand<strong>en</strong>. De huiz<strong>en</strong> war<strong>en</strong> van hout, de dak<strong>en</strong> met stro bedekt <strong>en</strong> m<strong>en</strong><br />

had ge<strong>en</strong> bliksemafleiders. Dit alles was niet bevorderlijk voor de brandprev<strong>en</strong>tie. Het dorp had<br />

dikwijls met brand<strong>en</strong> af te rek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> dit beterde slechts rond de eeuwwisseling. Dit kwam niet alle<strong>en</strong><br />

door het bouw<strong>en</strong> van meer <strong>en</strong> betere st<strong>en</strong><strong>en</strong> huiz<strong>en</strong>, maar het vond ook zijn oorsprong in het in 1907<br />

opgerichte brandweerkorps dat kleine brandjes dadelijk in de kiem kon smor<strong>en</strong>. Nochtans werd er<br />

reeds voor 1907 ernstig nagedacht over de brandbestrijding in ons dorp. Wij bezitt<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

brandreglem<strong>en</strong>t uit 1823 dat bepaalde richtlijn<strong>en</strong> geeft waaraan iedere<strong>en</strong> zich had te houd<strong>en</strong> (Bijlage<br />

4). Na de eeuwwisseling besloot m<strong>en</strong> om zich beter te organiser<strong>en</strong> <strong>en</strong> dankzij de bijzondere<br />

inspanning<strong>en</strong> van Edmond Swaan werd er in 1907 e<strong>en</strong> gewap<strong>en</strong>d pompierskorps opgericht, dat in


1908 officieel werd erk<strong>en</strong>d. Led<strong>en</strong> war<strong>en</strong>: Edmond Swaan bevelhebber, luit<strong>en</strong>ant Louis Van der Voort,<br />

luit<strong>en</strong>ant Edmond Vloemans, sergeant-majoor Jan Van der Voort, sergeant Louis Dick<strong>en</strong>s, sergeant<br />

Adriaan Hermans, korporaal Jan Slegers, korporaal Jan Van Loon, korporaal Louis Bols <strong>en</strong><br />

brandweermann<strong>en</strong> Bernard Geerts, Jan Ooms, Hubertus Huybrechts, Constant Van Hees, Adriaan<br />

Woest<strong>en</strong>burg, Guill. Swaan, Corneel Verhey<strong>en</strong>, Willebrordus Huybrechts, Jos Van Gils, Frans<br />

Smolders, Louis Hermans, H<strong>en</strong>ri Geerts, Jan Woest<strong>en</strong>burg <strong>en</strong> Corneel Diels.<br />

Vier aangestelde klaro<strong>en</strong>blazers bliez<strong>en</strong> brandalarm op de gehucht<strong>en</strong>. Louis Bols blies alarm in de<br />

Straat, Jan Van Loon op de Leemputt<strong>en</strong>, Stan Van Hees aan de kerk <strong>en</strong> Adriaan Woest<strong>en</strong>burg in de<br />

Hegge. Bij brand werd er heel snel met de kleine klok geklept <strong>en</strong> wie met het paard eerst aankwam,<br />

kon dit voor het brandweerwag<strong>en</strong>tje spann<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee goed wat verdi<strong>en</strong><strong>en</strong>. Soms kwam<strong>en</strong><br />

meerdere voerlui aanrukk<strong>en</strong> als de eerstkom<strong>en</strong>de voerman al ingespann<strong>en</strong> was. Bakker Geerts<br />

spande in de Straat zijn paard uit, liet zelfs zijn volle broodkar in de steek, om toch maar als eerste te<br />

arriver<strong>en</strong>. Blijkbaar functioneerde het korps uitstek<strong>en</strong>d, want in 1910 werd er reeds blijk gegev<strong>en</strong> van<br />

buit<strong>en</strong>gewone moed. Het geme<strong>en</strong>teraadsverslag van 7 april 1910 luidt immers als volgt: "Het jaar<br />

1910, d<strong>en</strong> 7/4 wij Burgemeester der geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong>, onderricht dat de Heer Edmond Guilielmus<br />

Maria Hubertus Swaan, oud 28 jar<strong>en</strong>, Luit<strong>en</strong>ant Bevelhebber bij het vrijwillig gewap<strong>en</strong>d<br />

pompierskorps, woon<strong>en</strong>de in deze geme<strong>en</strong>te, zich door e<strong>en</strong>e schitter<strong>en</strong>de daad van moed <strong>en</strong><br />

zelfopoffering onderscheid<strong>en</strong> had, hebb<strong>en</strong> ons onmiddellijk beieverd om nop<strong>en</strong>s het gebeurde alle<br />

mogelijke inlichting<strong>en</strong> te verzamel<strong>en</strong>. Uit ons onderzoek blijkt het volg<strong>en</strong>de: D<strong>en</strong> 29 maart ll. ongeveer<br />

10 1/2 uur 's avonds barste e<strong>en</strong><strong>en</strong> geweldig<strong>en</strong> brand uit die de wooning van d<strong>en</strong> H.Karel Segers-Van<br />

Riel, herbergier <strong>en</strong> slachter in asch heeft gelegd. Voornoemde Heer Edmond Swaan was de eerste op<br />

de plaats der ramp, stampte de deur in, drong tweemaal in de brand<strong>en</strong>de huizing, <strong>en</strong> redde de drie<br />

kinder<strong>en</strong>, waarvan het jongste slechts 6 maand<strong>en</strong> oud is, die anders onverwijld in de vlamm<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />

zijn omgekom<strong>en</strong>. In zijne wooning wierd<strong>en</strong> deze klein<strong>en</strong> de liefderijkste zorg<strong>en</strong> toegedi<strong>en</strong>d. De brand<br />

was zoo hevig dat de ouders uit hun bed moest<strong>en</strong> vlucht<strong>en</strong> zonder e<strong>en</strong>ige kleedingstukk<strong>en</strong> mede te<br />

kunn<strong>en</strong> nem<strong>en</strong>. Uit dit alles blijkt dat de Heer Edmond Swaan bewijz<strong>en</strong> heeft gegev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

zeldzam<strong>en</strong> moed, dat hij zijn lev<strong>en</strong> in gevaar heeft gesteld, <strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> recht heeft op de burgerlijke<br />

decoratie medalie 1e klas".<br />

Ook het jaar daarop kon de brandweer van <strong>Weelde</strong> haar degelijkheid bewijz<strong>en</strong>, want ze hielp de<br />

grootste bos- <strong>en</strong> heidebrand bluss<strong>en</strong> die tot dan toe ooit de Kemp<strong>en</strong> teisterde. Hiervan e<strong>en</strong> korte<br />

sam<strong>en</strong>vatting uit het Aankondigingsblad van 19 augustus 1911: "De grootste bos- <strong>en</strong> heidebrand, die<br />

ooit de Kemp<strong>en</strong> teisterde, woedde op zaterdag 12 <strong>en</strong> zondag 13 augustus 1911. De brand breidde<br />

zich uit over drie geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: Turnhout, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Merksplas. Omstreeks acht uur in de morg<strong>en</strong>, to<strong>en</strong><br />

de trein van Tilburg naar Turnhout reed, passeerde hij de weg van Turnhout naar Breda ter hoogte<br />

van kilometerpaal 7 <strong>en</strong> onmiddellijk daarna ontstond er e<strong>en</strong> brand, die zich aan Weeldse zijde<br />

uitbreidde naar het huidige vliegveld. Aan de andere zijde liep het vuur over de Bieheide <strong>en</strong> bereikte al<br />

vlug de Ste<strong>en</strong>weg op Merksplas, waar nu Regina Pacis is geleg<strong>en</strong>. Pompiers uit Turnhout, <strong>Weelde</strong>,<br />

Merksplas, Zondereig<strong>en</strong> <strong>en</strong> Baarle-Hertog sneld<strong>en</strong> naar het rampgebied. De brandweerlui van<br />

Merksplas stond<strong>en</strong> onder leiding van Commandant De Vrij, die van <strong>Weelde</strong> onder die van<br />

Commandant Swaan <strong>en</strong> directeur Stroobant was met vijftig gedetineerd<strong>en</strong> (to<strong>en</strong> kolons gehet<strong>en</strong>) van<br />

de kolonie van Merksplas ook ter hulp gekom<strong>en</strong>. Ook de rijkswachtkommandant van Merksplas was<br />

met twee wachtmeesters op post in het rampgebied. Er werd duchtig met mastetakk<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong>,<br />

vooral op plaats<strong>en</strong> waar huiz<strong>en</strong> beveiligd moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Rond één uur in de middag bereikte de<br />

brand het gehucht Gel. De kolons van Merksplas kond<strong>en</strong> omstreeks die tijd het vuur bedwing<strong>en</strong>. De<br />

Bieheide, het Bloxgoor, de Baarleheide <strong>en</strong> de Zandv<strong>en</strong>heide bod<strong>en</strong> e<strong>en</strong> troosteloze aanblik. In de<br />

namiddag liep de brand nog verder uit in de richting van het Geheul <strong>en</strong> het Lipseinde. Soms bereikte<br />

de brand zelfs e<strong>en</strong> front van één kilometer. <strong>To<strong>en</strong></strong> de Turnhoutse pompiers, uitgeput van honger <strong>en</strong><br />

vermoei<strong>en</strong>is de vlamm<strong>en</strong> op Turnhouts grondgebied hadd<strong>en</strong> gedoofd, me<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze dat hun taak<br />

volbracht was <strong>en</strong> red<strong>en</strong> ze naar huis tot groot ong<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> van de brandweerkorps<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong><br />

Merksplas.<br />

<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Merksplas bestred<strong>en</strong> de vuurhaard<strong>en</strong> tot 9 uur 's avonds. Zondagmorg<strong>en</strong> om 9 uur laaide<br />

het vuur andermaal op <strong>en</strong> met meer kracht dan tevor<strong>en</strong>. Het vuur snelde voort met e<strong>en</strong> front van 3 km<br />

<strong>en</strong> het gehucht Koekhov<strong>en</strong> werd b<strong>en</strong>aderd. Het leger werd opgeroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> trein met 277<br />

manschapp<strong>en</strong> van de G<strong>en</strong>ie <strong>en</strong> het 6e Linieregim<strong>en</strong>t was 's middags ter plaatse. Om 11 uur 's avonds<br />

was alle gevaar voor nieuwe brandhaard<strong>en</strong> verget<strong>en</strong>, maar in totaal war<strong>en</strong> er 1000 ha heid<strong>en</strong> in de as<br />

gelegd. Vooral heide <strong>en</strong> vliegd<strong>en</strong>n<strong>en</strong> viel<strong>en</strong> t<strong>en</strong> prooi. Grote d<strong>en</strong>n<strong>en</strong>boss<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> echter overeind.<br />

De schade werd op 100 frank per ha geschat <strong>en</strong> de Belgische Staat zou verantwoordelijk word<strong>en</strong>


gesteld, omdat het onderzoek uitwees dat g<strong>en</strong>sters uit de treinlocomotief de brand veroorzaakt<br />

hadd<strong>en</strong>. Als anecdote hoord<strong>en</strong> we dat in deze periode e<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>naar zijn huis had aangestok<strong>en</strong> om<br />

geld te trekk<strong>en</strong> van de brandverzekering <strong>en</strong> kwaad werd to<strong>en</strong> de brandweerlui ter hulp sneld<strong>en</strong> om te<br />

bluss<strong>en</strong>. Zoiets herhaalde zich jar<strong>en</strong> later to<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong>ares van e<strong>en</strong> brand<strong>en</strong>de woning de<br />

spuitgast<strong>en</strong> uitnodigde om in het nabijgeleg<strong>en</strong> kroegje e<strong>en</strong> borreltje j<strong>en</strong>ever te gaan drink<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

woning maar te lat<strong>en</strong> brand<strong>en</strong>. Het is begrijpelijk dat op zulke zak<strong>en</strong> niet verder werd ingegaan, want<br />

de plicht riep <strong>en</strong> de brand zou word<strong>en</strong> geblust, t<strong>en</strong> koste van wat dan ook. Het pompierskorps van<br />

<strong>Weelde</strong> was in het begin gewap<strong>en</strong>d <strong>en</strong> wij kunn<strong>en</strong> ons voorstell<strong>en</strong> dat de brandweerlui van het dorp<br />

stoet<strong>en</strong> <strong>en</strong> feestelijkhed<strong>en</strong> met hun aanwezigheid vereerd<strong>en</strong>, uitgedost in de mooiste uniform<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

koper<strong>en</strong> knop<strong>en</strong> <strong>en</strong> wap<strong>en</strong>s keurig opgepoetst.<br />

In het begin had het korps de gewoonte om na het bluss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> borreltje te gaan drink<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> of<br />

andere clandesti<strong>en</strong>e herberg, waar alles <strong>en</strong> nog wat te verkrijg<strong>en</strong> was. Tijd<strong>en</strong>s één van die<br />

bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> toonde de waardin in kwestie zich bijzonder stoutmoedig, want to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> collega e<strong>en</strong>s<br />

van het glaasje proefde <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de bazin zei: "T'is maar slappe", antwoordde de waardin daarop<br />

spontaan: "dan b<strong>en</strong> ik verget<strong>en</strong> er j<strong>en</strong>ever bij te do<strong>en</strong>!" Veel van deze leuke anecdot<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> nog<br />

steeds voort in de herinnering van de Weeldse bevolking. In 1953 werd het oude korps ontbond<strong>en</strong><br />

onder brandweercommandant Corneel Diels (Corneel van de Smid). De 18 nieuwe led<strong>en</strong> war<strong>en</strong>:<br />

Ko<strong>en</strong>raad Van der Voort, commandant, H<strong>en</strong>ri Hermans, Jan Huybrechts, Jan Leemans, Jos Luyt<strong>en</strong>,<br />

Louis Luyt<strong>en</strong>, Carolus Mert<strong>en</strong>s, Frans Porto-Carrero, Jan Segers, Leopold Van Gompel, Jozef Van<br />

Herck, Jan Van Loon, Marcel Van Loon, R<strong>en</strong>é Van Loon, Robert Vaernewijck, Joannes Verbeek,<br />

R<strong>en</strong>é Verhoev<strong>en</strong> <strong>en</strong> Constant Vermeul<strong>en</strong>. Van het oude ontbond<strong>en</strong> korps war<strong>en</strong> drie led<strong>en</strong> bereid om<br />

in e<strong>en</strong> nieuw korps verder te do<strong>en</strong>. Het led<strong>en</strong>aantal bleef tot de fusie rond de 20 zwev<strong>en</strong>, maar na de<br />

fusie met Ravels <strong>en</strong> Poppel telde m<strong>en</strong> ongeveer 36 vrijwilligers. Vanaf 1977 bestreek het korps e<strong>en</strong><br />

gebied van rond de 10.000 hectar<strong>en</strong> waar ev<strong>en</strong> zoveel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> woond<strong>en</strong>. Bij ons bezoek aan<br />

brandweercommandant Ko<strong>en</strong>raad Van der Voort op 19 augustus 1981 telde het korps 27 led<strong>en</strong>.<br />

Hieronder bevind<strong>en</strong> zich 2 officier<strong>en</strong> die minst<strong>en</strong>s het diploma van hoger middelbaar onderwijs moet<strong>en</strong><br />

bezitt<strong>en</strong>, verder 1 sergeant-majoor, 2 sergeant<strong>en</strong>, 7 korporaals <strong>en</strong> 15 brandweermann<strong>en</strong>. Wie wil<br />

word<strong>en</strong> bevorderd kan cursuss<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>, o.a. e<strong>en</strong> cursus voor het A-brevet <strong>en</strong> e<strong>en</strong> cursus van<br />

brandprev<strong>en</strong>tie. Brandweercommandant Van der Voort vertelde ons dat hij van plan was het korps te<br />

verlat<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s zijn leeftijd <strong>en</strong> dat waarschijnlijk Luc Verdonck zijn plaats zou innem<strong>en</strong>.<br />

In het begin hadd<strong>en</strong> de brandweermann<strong>en</strong> slecht materiaal, bestaande uit <strong>en</strong>kele ladders, emmers,<br />

brandhak<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> spuitwag<strong>en</strong>. Dit werd verholp<strong>en</strong> in 1954 to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> degelijke wag<strong>en</strong> werd<br />

aangekocht, waarop in 1956 e<strong>en</strong> hogedrukpomp volgde. Deze modernisering was noodzakelijk, want<br />

de nieuwe installaties werd<strong>en</strong> aangekocht deels door de staat <strong>en</strong> deels door de geme<strong>en</strong>te, omdat m<strong>en</strong><br />

rek<strong>en</strong>ing hield met het grote brandgevaar omwille van de militaire basis. Tev<strong>en</strong>s voorzag m<strong>en</strong> over<br />

e<strong>en</strong> groot gebied der geme<strong>en</strong>te kunstmatige putt<strong>en</strong> op regelmatige afstand<strong>en</strong> aangebracht, zodat voor<br />

elk huis e<strong>en</strong> put binn<strong>en</strong> het bereik was. E<strong>en</strong> groot aantal van deze putt<strong>en</strong> zijn de laatste jar<strong>en</strong> weer<br />

gedempt. Maandelijks wordt er geoef<strong>en</strong>d <strong>en</strong> iedere dinsdag wordt het materiaal nagezi<strong>en</strong>. Hiervoor is<br />

het korps ingedeeld in vier secties, die voor deze onderhoudsbeurt om de week wissel<strong>en</strong>. Uit het<br />

jaarverslag blijkt dat er veel wordt gewerkt achter de scherm<strong>en</strong> waar de bevolking niets van merkt.<br />

Dikwijls wordt m<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> om verkeersslachtoffers uit hun netelige positie te bevrijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook<br />

om het wegdek te zuiver<strong>en</strong> van vettige produkt<strong>en</strong> welke ongevall<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> veroorzak<strong>en</strong>. Ook<br />

biedt m<strong>en</strong> soms hulp aan in nood verker<strong>en</strong>de zweefvliegers. Bijstand is verle<strong>en</strong>d op motorcross<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

twee dag<strong>en</strong> heeft m<strong>en</strong> gezocht naar e<strong>en</strong> vermiste persoon.<br />

De Overheide<br />

Geschied<strong>en</strong>is<br />

In het begin van de 20e eeuw bestond het oostelijk gedeelte van <strong>Weelde</strong> uitsluit<strong>en</strong>d uit braakgrond,<br />

heide <strong>en</strong> waterv<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Begr<strong>en</strong>sd door Nederland, Ravels <strong>en</strong> de Aa (stroom) omvat de Overheide<br />

ongeveer één vijfde van de totale oppervlakte van <strong>Weelde</strong>. Omdat de Overheide oorspronkelijk<br />

geme<strong>en</strong>tebezit was, besliste de geme<strong>en</strong>teraad van <strong>Weelde</strong> in zitting van 24 november 1910 om over<br />

te gaan tot de op<strong>en</strong>bare verkoop van 665 ha 87 a 33 ca heide <strong>en</strong> waterv<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Bij proces-verbaal van<br />

schatting dat vooraf door beëdigde schatters was opgemaakt, werd<strong>en</strong> de te verkop<strong>en</strong> grond<strong>en</strong><br />

geschat op 101.012,37 frank of op 150 frank per hectare. Dit was de minimumprijs waarteg<strong>en</strong> verkocht


mocht word<strong>en</strong>. Bij koninklijk besluit van 11 april 1912 werd het geme<strong>en</strong>tebestuur gemachtigd om tot<br />

voormelde verkoop over te gaan. Dit besluit bepaalde ondermeer het volg<strong>en</strong>de:<br />

- dat het vierde deel van de opbr<strong>en</strong>gst van de verkoop, met e<strong>en</strong> minimum van 25.000 frank, gebruikt<br />

moest word<strong>en</strong> voor de bebossing van de braakgrond<strong>en</strong>;<br />

- dat verschill<strong>en</strong>de kleine percel<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de twee jaar di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ontgonn<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Voor de overige<br />

percel<strong>en</strong> werd voorzi<strong>en</strong> dat bij verkoop in massa de termijn voor ontginning op 12 jaar zou word<strong>en</strong><br />

bepaald;<br />

- dat indi<strong>en</strong> aan voormelde voorwaarde van ontginning niet zou word<strong>en</strong> voldaan binn<strong>en</strong> de gestelde<br />

voorwaard<strong>en</strong>, die grond<strong>en</strong> die niet winstgev<strong>en</strong>d gemaakt war<strong>en</strong>, aan de geme<strong>en</strong>te zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

overgedrag<strong>en</strong> zonder dat de koopsom daarvoor geheel of gedeeltelijk di<strong>en</strong>de terugbetaald te word<strong>en</strong>.<br />

Bij op<strong>en</strong>bare verkoop voor notaris Emile De Boungne te <strong>Weelde</strong> op 16 juli 1912 werd<strong>en</strong> alle kop<strong>en</strong> in<br />

massa toegewez<strong>en</strong> aan de heer Georges Karel Maria Clem<strong>en</strong>t Raphaël Ridder van Havre te<br />

Wijnegem mits de prijs van 187.000 frank voor de totale oppervlakte van 665 ha 87a 33 ca of 280<br />

frank per hectare. Vrij kort na de voormelde aankoop werd van particulier<strong>en</strong> nog 21 hectar<strong>en</strong> uit de<br />

hand bij aangekocht g<strong>en</strong>aamd "d<strong>en</strong> bogerd" waardoor de totale oppervlakte van de Overheide kwam<br />

op 687 ha 36 a <strong>en</strong> 15 ca. Bij de volledige opmeting door landmeter Vouwé te Kapell<strong>en</strong> op 12 februari<br />

1964 bleek het ganse domein e<strong>en</strong> oppervlakte te hebb<strong>en</strong> van 694 ha 60a <strong>en</strong> 49ca. Onmiddellijk na de<br />

aankoop in 1912 werd met de ontginning begonn<strong>en</strong>. Willem Ott<strong>en</strong> uit Ar<strong>en</strong>donk is op verzoek van de<br />

heer Georges van Havre met het ploeg<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong>. Hij gebruikte daarvoor e<strong>en</strong> vierspan (dit is e<strong>en</strong><br />

ploeg getrokk<strong>en</strong> door vier paard<strong>en</strong>). Tot aan de eerste wereldoorlog heeft hij daar twee jaar aan<br />

ontginning gedaan. Na de oorlog 14/18 trachtte m<strong>en</strong> de heide <strong>en</strong> braakgrond te bewerk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

zeer grote vierschaar-stoomploeg. Dat was e<strong>en</strong> zelfrijd<strong>en</strong>de ploeg die werd aangedrev<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />

locomotief. Met dit zwaar materieel werd<strong>en</strong> echter ge<strong>en</strong> goede resultat<strong>en</strong> behaald, zodat hiermee dan<br />

ook niet lang gewerkt is. De Belgische Heidemaatschappij heeft nadi<strong>en</strong> verder de ontginning op zich<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In 1913 werd ook de boerderij gebouwd die later door de huidige bewoner Louis Willems de<br />

naam "Boshoeve" heeft gekreg<strong>en</strong>. De eerste bewoner van deze boerderij was Toon Bartels<br />

(bijg<strong>en</strong>aamd Verdonk). Vanaf 1919 tot hed<strong>en</strong> is de Boshoeve altijd bewoond door Nand Willems <strong>en</strong><br />

familie.<br />

De bodem<br />

De bodem bestaat voornamelijk uit vochtige zandgrond<strong>en</strong> met verschill<strong>en</strong>de moerass<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

waterv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> waarvan vele nog steeds in hun oorspronkelijke toestand zijn behoud<strong>en</strong>. Zij word<strong>en</strong> door<br />

vele vogelsoort<strong>en</strong> <strong>en</strong> waterwild bewoond. Als voornaamste moerass<strong>en</strong> zijn er:<br />

- d<strong>en</strong> bogerd: links van de Schootseweg <strong>en</strong> niet ver van de Aa met e<strong>en</strong> oppervlakte van ongeveer 8<br />

hectar<strong>en</strong>;<br />

- de oude vaart: ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s links van de Schootseweg ter hoogte van de boswachterswoning. Deze<br />

naam zou ontle<strong>en</strong>d zijn uit e<strong>en</strong> ontwerp voor het grav<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vaart vanuit Turnhout naar<br />

Nederland door de Overheide <strong>en</strong> er zoud<strong>en</strong> daar nog pal<strong>en</strong> die de richting aangav<strong>en</strong>, teruggevond<strong>en</strong><br />

zijn;<br />

- de half-maan: pal<strong>en</strong>de aan het Staatsdomein;<br />

De belangrijkste waterv<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zijn:<br />

- het standaartsv<strong>en</strong>: voorbij Clé rechts van de Schootseweg;<br />

- de lei: rechts van de Schootseweg teg<strong>en</strong> de Utrecht;<br />

- Krombusseltje <strong>en</strong> Krombusseltjes zuster: links van de Schootseweg ter hoogte van de boerderij Van<br />

Meir;


- de Kooise Leegd, thans g<strong>en</strong>oemd het Groot Water, in de omgeving van Distrigaz;<br />

- het bed: ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in de omgeving van Distrigaz;<br />

- het peerdsv<strong>en</strong>: achter Louis Willems.<br />

Het ganse gebied van de Overheide moet zijn water afgev<strong>en</strong> aan de Aa. Vanaf de gr<strong>en</strong>s tot aan de Aa<br />

heeft het e<strong>en</strong> verval van twee meter. Nand Willems is als eerste begonn<strong>en</strong> aan de afwateringsgracht<br />

door het gebied.<br />

Verdeling<br />

De overheide wordt in twee gedeelt<strong>en</strong> verdeeld door de Schootseweg die van west naar oost over e<strong>en</strong><br />

breedte van 25 meter aan de Geme<strong>en</strong>te is voorbehoud<strong>en</strong> bij de op<strong>en</strong>bare verkoop. Alle ev<strong>en</strong>tuele<br />

andere bestaande geme<strong>en</strong>teweg<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in het ganse gebied van de Overheide werd<strong>en</strong> afgeschaft bij<br />

de verkoop. Enkel door de goeder<strong>en</strong> die uit de hand werd<strong>en</strong> aangekocht, loopt nog e<strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>teweg. Na het overlijd<strong>en</strong> van de heer Georges Karel Maria Clém<strong>en</strong>t Raphaël Ridder van<br />

Havre op 1 juni 1934, werd<strong>en</strong> alle goeder<strong>en</strong> onder <strong>Weelde</strong> toebedeeld aan zijn echtg<strong>en</strong>ote Mevrouw<br />

Nathalie Val<strong>en</strong>tina Maria Josèphe du Bois de Vroylande. Mevrouw van Havre is overled<strong>en</strong> te<br />

Wijnegem op 11 januari 1961, waarna het ganse goed in 1964 verdeeld werd in neg<strong>en</strong> lot<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

toebedeeld aan de neg<strong>en</strong> kinder<strong>en</strong> van Havre:<br />

- Eerwaarde Zuster Marguerite Albertine Leocadie Marie van Havre;<br />

- de heer Roger Charles Marie Ubald Ignace Ridder van Havre;<br />

- mevrouw Marie Charlotte Josèphe van Havre, echtg<strong>en</strong>ote van de heer Charles Joseph Jean Marie<br />

Ghislain Baron van Pottelsberghe de la Potterie;<br />

- mejuffrouw Alice Bathilde Alberte Marie van Havre;<br />

- de heer Andreas Charles Marie Albert Joseph Ridder van Havre;<br />

- de heer Joseph Charles Marie H<strong>en</strong>ri Raphaël Ridder van Havre;<br />

- mevrouw Marcelle Charlotte Nathalie Marie van Havre, echtg<strong>en</strong>ote van de heer André Anatole<br />

Gérard Marie Georges de Cock de Ramey<strong>en</strong>;<br />

- de heer Hubert Charles Marie Fredegand Joseph Ridder van Havre;<br />

- mejuffrouw Christine Louise Caroline Marie Josèphe van Havre.<br />

Omstreeks dezelfde tijd is er door de N.V.Distrigaz te Brussel e<strong>en</strong> perceel van 8 ha 67 a 15ca<br />

aangekocht voor het opricht<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> persstation <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele woning<strong>en</strong> aan de Kastanjedreef.<br />

Hoofdzakelijk omwille van de hoge successierecht<strong>en</strong> die verschuldigd war<strong>en</strong> bij het overlijd<strong>en</strong> van<br />

<strong>en</strong>kele familieled<strong>en</strong> zijn er gedur<strong>en</strong>de de laatste vier jaar ongeveer 125 hectar<strong>en</strong> verkocht aan<br />

particulier<strong>en</strong>.<br />

Jacht<br />

De jacht is vanaf het begin altijd e<strong>en</strong> van de voornaamste bekommerniss<strong>en</strong> geweest voor de familie<br />

van Havre. Vandaar dat er tot op hed<strong>en</strong> op geregelde tijdstipp<strong>en</strong> klopjacht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong><br />

waaraan verschill<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uit de geme<strong>en</strong>te deelnam<strong>en</strong>. Het is dan ook begrijpelijk dat bij de<br />

rec<strong>en</strong>te verkoping<strong>en</strong> de familie van Havre zoveel mogelijk het nodige heeft gedaan om ge<strong>en</strong> andere<br />

jacht<strong>en</strong> in hun gebied te lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. De Overheide is e<strong>en</strong> gebied waar steeds heel wat wild heeft<br />

geleefd, voornamelijk: konijn, haas, fazant <strong>en</strong> ree. Vanaf 1919 is er steeds e<strong>en</strong> regelmatige <strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge<br />

bewaking geweest van de jacht <strong>en</strong> de boss<strong>en</strong>. Als ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de boswachters war<strong>en</strong> er werkzaam:


- Nand Willems vanaf 1919 tot 1930;<br />

- Hein Willems vanaf 1930 tot 1944;<br />

- Jef Willems vanaf 1945 tot 1976;<br />

- Jos H<strong>en</strong>drickx vanaf 1976 tot 1979;<br />

- Cyriel Primus vanaf 1979.<br />

Bebouwing<br />

Van de bijna 700 hectar<strong>en</strong> zal er op dit og<strong>en</strong>blik ongeveer de helft als landbouwgrond in gebruik zijn.<br />

Het overige bestaat hoofdzakelijk uit boss<strong>en</strong> <strong>en</strong> moerass<strong>en</strong>. De meest voorkom<strong>en</strong>de houtsoort<strong>en</strong> zijn<br />

d<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> voornamelijk: silvester, epicia, douglas <strong>en</strong> zeed<strong>en</strong>. Proke Verschuer<strong>en</strong> van Ravels was de<br />

eerste huurder van landbouwgrond<strong>en</strong> in de Overheide. Pas sinds 5 januari 1950 zijn de woning<strong>en</strong> in<br />

de heide voorzi<strong>en</strong> van electriciteit. Volg<strong>en</strong>s het huidige gewestplan zijn de Oude Vaart <strong>en</strong> de Lei<br />

geklasseerd als natuurgebied<strong>en</strong> met wet<strong>en</strong>schappelijke waarde of natuurreservat<strong>en</strong>, de<br />

landbouwgrond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> als bestemming agrarisch landschappelijk waardevol gebied <strong>en</strong> het overige<br />

is geklasseerd als bosgebied.


VI. Kerkelijke Geschied<strong>en</strong>is<br />

A. De parochie van St.-Michiel<br />

E<strong>en</strong> volledige kerkgeschied<strong>en</strong>is werd tot dusver nog niet geschrev<strong>en</strong>. Dit artikel is het ev<strong>en</strong>min, maar<br />

beoogt slechts e<strong>en</strong> beknopt <strong>en</strong> onvolledig overzicht te zijn van het toch wel rijke verled<strong>en</strong> van<br />

<strong>Weelde</strong>s kerkelijke geschied<strong>en</strong>is. Het kathedraalarchief van Antwerp<strong>en</strong>, het archief van de abdij<strong>en</strong> van<br />

Averbode <strong>en</strong> Tongerlo werd nauwelijks of niet geraadpleegd, <strong>en</strong> daarom zal dit artikel in de de<br />

toekomst gemakkelijk kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangevuld. Dit overzicht is gedeeltelijk gebaseerd op e<strong>en</strong> artikel<br />

van M.Gielis in "Wel <strong>en</strong> wee in <strong>Weelde</strong>" <strong>en</strong> op de artikels van dezelfde schrijver in het Bericht<strong>en</strong>blad<br />

van 12 <strong>en</strong> 19 oktober 1978. Verder gebruikt<strong>en</strong> we het artikel van Pater De Meyer over de St.-<br />

Janskapel dat versche<strong>en</strong> in het tijdschrift Taxandria. T<strong>en</strong>slotte zitt<strong>en</strong> er belangrijke del<strong>en</strong> in uit de<br />

studie van L.Woest<strong>en</strong>burg "De Toponymie van <strong>Weelde</strong>". Vele uittreksels uit het kerkarchief <strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>tearchief van <strong>Weelde</strong> vervolledig<strong>en</strong> het geheel.<br />

Stichting van de parochie<br />

In de Middeleeuw<strong>en</strong> lag <strong>Weelde</strong> in het zeer uitgestrekte prinsbisdom Luik dat onder het aartsbisdom<br />

van Keul<strong>en</strong> ressorteerde. Het bisdom Luik bestond uit acht aartsdiakonat<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong> behoorde tot het<br />

dek<strong>en</strong>aat Hilvar<strong>en</strong>beek, dat het deel van de huidige provincie Noord-Brabant t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van D<strong>en</strong><br />

Bosch omvatte <strong>en</strong> dat sam<strong>en</strong> met zes andere dek<strong>en</strong>at<strong>en</strong> het aartsdiakonaat Kemp<strong>en</strong>land vormde.<br />

E<strong>en</strong> aartsdiak<strong>en</strong> van to<strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> zowat vergelijk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> hulpbisschop van nu. Wanneer de kerk<br />

van <strong>Weelde</strong> werd gesticht is ons niet bek<strong>en</strong>d. We vermoed<strong>en</strong> dat dit is gebeurd in de Karolingische tijd<br />

(8e-10e eeuw) door e<strong>en</strong> of andere feodale heer. Volledigheidshalve moet<strong>en</strong> we hier vermeld<strong>en</strong> dat<br />

door sommige oudere auteurs e<strong>en</strong> verband wordt gelegd tuss<strong>en</strong> het testam<strong>en</strong>t van Willibrordus uit de<br />

8e eeuw <strong>en</strong> de kerk van <strong>Weelde</strong>. In het jaar 726 word<strong>en</strong> namelijk te Bacwaldus verschill<strong>en</strong>de<br />

goeder<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong> aan deze geloofsprediker <strong>en</strong> omdat m<strong>en</strong> niet weet welke plaats met Bacwaldus<br />

wordt bedoeld, werd vroeger soms gesuggereerd dat hiermee <strong>Weelde</strong> werd bedoeld. Dit is<br />

onmogelijk, er is immers ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel bewijs dat dit zo is <strong>en</strong> van e<strong>en</strong> latere Willibrordusverering is<br />

helemaal niets meer terug te vind<strong>en</strong>.<br />

Grammaye, de geschiedschrijver van de aartshertog<strong>en</strong> Albrecht <strong>en</strong> Isabella, beweert dat de kerk van<br />

<strong>Weelde</strong> werd gesticht door de voorouders van Arnoldus, Ridder van <strong>Weelde</strong>, die van Brussel<br />

afkomstig war<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom de kerk toewijdd<strong>en</strong> aan Sint-Michiel, de patroonheilige van Brussel. Deze<br />

Heer Arnoldus, Ridder van <strong>Weelde</strong> wordt het eerst vermeld in 1236 (Bijlage 1). Het patronaat hoorde<br />

dus oorspronkelijk toe aan Heer Arnoldus, Ridder van <strong>Weelde</strong>, <strong>en</strong> na hem aan zijn dochter<br />

Margaretha, die gehuwd was met H<strong>en</strong>drik van <strong>Weelde</strong>, bijg<strong>en</strong>aamd Ste<strong>en</strong>cop. Deze laatste wordt in<br />

de archiefstukk<strong>en</strong> ook H<strong>en</strong>drik van Werthus<strong>en</strong> of Werchus<strong>en</strong> <strong>en</strong> H<strong>en</strong>drik van Prelaer g<strong>en</strong>oemd. Hij<br />

had het patronaat gedeeltelijk geërfd <strong>en</strong> gedeeltelijk gekocht van Heer Arnout, Ridder van <strong>Weelde</strong>. In<br />

het oudste docum<strong>en</strong>t betreff<strong>en</strong>de de parochie zi<strong>en</strong> we de kerk in het bezit van deze H<strong>en</strong>drik van<br />

<strong>Weelde</strong> of H<strong>en</strong>drik Ste<strong>en</strong>cop <strong>en</strong> zijn vrouw Margaretha. Zij sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> op 29 maart 1260 het ius<br />

patronatus (het patronaatsrecht is het recht om de pastoor aan te stell<strong>en</strong>, wat e<strong>en</strong> recht was van de<br />

Heer die de kerk op zijn domein had lat<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>) aan de abdij van Averbode (Bijlage 2). Het jaar<br />

daarop sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> zij de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (deze war<strong>en</strong> naast de r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit de kerkelijke goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

offergav<strong>en</strong> bronn<strong>en</strong> van inkomst<strong>en</strong> van de kerk) aan dezelfde abdij (Bijlage 3). Wat er ook van zij, de<br />

kerk van <strong>Weelde</strong> moet reeds lang voor 1260 bestaan hebb<strong>en</strong> vermits ze to<strong>en</strong> al over voldo<strong>en</strong>de<br />

middel<strong>en</strong> beschikte om het voorwerp van e<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>king uit te mak<strong>en</strong>. Hoewel de ti<strong>en</strong>deverdeling<br />

aanvankelijk goed geregeld sche<strong>en</strong>, toch ontstond er in 1292 e<strong>en</strong> geschil tuss<strong>en</strong> de abdij van<br />

Averbode <strong>en</strong> H<strong>en</strong>drik van Prelaer <strong>en</strong> zijn vrouw Margaretha. Hierover ded<strong>en</strong> de abt van Sint-Michiels<br />

te Antwerp<strong>en</strong>, ridder Jan Bere <strong>en</strong> Everderus, schout te Antwerp<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> scheidsrechterlijke uitspraak.<br />

Zij beslist<strong>en</strong> dat H<strong>en</strong>ricus <strong>en</strong> Margaretha e<strong>en</strong> derde zoud<strong>en</strong> bekom<strong>en</strong>, terwijl Averbode <strong>en</strong> de pastoor<br />

ook ieder e<strong>en</strong> derde kreg<strong>en</strong>. De novale ti<strong>en</strong>de zou word<strong>en</strong> verdeeld door de dek<strong>en</strong> van Hilvar<strong>en</strong>beek.<br />

Deze wees aan de pastoor van <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> derde hiervan toe (Bijlage 4).<br />

Volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> aloud gebruik was één derde van de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bestemd voor het onderhoud van de kerk<br />

<strong>en</strong> voor de eredi<strong>en</strong>st, één derde voor de arm<strong>en</strong> <strong>en</strong> één derde voor het lev<strong>en</strong>sonderhoud van de<br />

pastoor, doch de tweederd<strong>en</strong> bestemd voor kerk <strong>en</strong> eredi<strong>en</strong>st <strong>en</strong> voor de arm<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> doorgaans<br />

in de Xe-XIe eeuw in de hand<strong>en</strong> van wereldlijke her<strong>en</strong>. Deze sch<strong>en</strong>king<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in<br />

het kader van e<strong>en</strong> hervormingsbeweging die begonn<strong>en</strong> was met de Gregoriaanse hervorming in de


XIe eeuw. Daardoor wilde m<strong>en</strong> kerkelijke goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> inkomst<strong>en</strong> die op onrechtmatige wijze door<br />

wereldlijke her<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, terug aan de kerk do<strong>en</strong> toekom<strong>en</strong>. Spijtig g<strong>en</strong>oeg werd<strong>en</strong> die<br />

goeder<strong>en</strong> (de grond<strong>en</strong> die bij de kerk hoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> het daarmee verbond<strong>en</strong> patronaatsrecht) <strong>en</strong> die<br />

inkomst<strong>en</strong> (de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>) doorgaans niet teruggegev<strong>en</strong> aan de kerkfabriek aan wie ze recht<strong>en</strong>s<br />

toekwam<strong>en</strong>, maar wel aan e<strong>en</strong> abdij of kapittel geschonk<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> akte van 1294 (Bijlage 5) werd de<br />

abdij van Averbode door Jacobus, dek<strong>en</strong> van het Concilie van Beek in het bezit gesteld van al haar<br />

toebehor<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> gunst<strong>en</strong>. Dat was eertijds door paus Bonifatius VIII reeds goedgekeurd.<br />

Mete<strong>en</strong> schonk dezelfde dek<strong>en</strong> het patronaat van de "capella de Weeldt" met de macht e<strong>en</strong> vicarius<br />

voor deze capella aan te stell<strong>en</strong> aan Jan van Rotselaer, abt van voornoemde abdij.<br />

Aan deze kapelaan werd e<strong>en</strong> derde van al de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de kapel voorbehoud<strong>en</strong>,<br />

onder de voorwaarde dat hij zijn bedi<strong>en</strong>ing goed zou vervull<strong>en</strong>. De overige twee derd<strong>en</strong> van de<br />

ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> aan de abdij t<strong>en</strong> goede. In 1296 incorporeerde de prinsbisschop van Luik de kerk van<br />

<strong>Weelde</strong> definitief in de abdij van Averbode, waardoor de abdij alle pastorale inkomst<strong>en</strong> kreeg, maar<br />

ook de plicht had in het lev<strong>en</strong>sonderhoud te voorzi<strong>en</strong> van de vicarius perpetuus (dit is hij die te<br />

<strong>Weelde</strong> de pastorale tak<strong>en</strong> waarnam). Daarnaast had de abdij van Tongerlo in <strong>Weelde</strong> op vier<br />

plaats<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>deverpachting<strong>en</strong>: nl. in de Hegge, de Leemputt<strong>en</strong>, het Gulde <strong>en</strong> het Schijn. Catharina de<br />

Bie verkocht deze ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in 1365 aan de abdij van Tongerlo. De ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ging<strong>en</strong>, gedeeltelijk <strong>en</strong> op<br />

niet geheel duidelijke wijze over naar de abdij van Tongerlo. In e<strong>en</strong> los stuk dat na 1772 geschrev<strong>en</strong><br />

moet zijn lez<strong>en</strong> we: "...de twee derde deel<strong>en</strong> van de thi<strong>en</strong>de word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> door de abdije van<br />

Tongerloo, het rester<strong>en</strong>de derde deel is door de abdije van Averbode die jus patronatus heeft van<br />

beginne geabondonneert geweest voor compet<strong>en</strong>tie a<strong>en</strong> de pastoors". Naast de abdij<strong>en</strong> van<br />

Averbode <strong>en</strong> Tongerlo speelde ook de abdij van Kors<strong>en</strong>donk te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> rol. Dit bewijz<strong>en</strong> de<br />

m<strong>en</strong>igvuldige gift<strong>en</strong> aan deze abdij: e<strong>en</strong> gift van de familie Leest in 1403, e<strong>en</strong> gift van viertele rogs op<br />

18 september 1403, e<strong>en</strong> gift in 1447 (vermeld door de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> de lat<strong>en</strong> aan het hof<br />

van Laureys Bax), e<strong>en</strong> gift van Frans Snellants te Zondereig<strong>en</strong>, Baarle, Chaam <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> in 1445,<br />

e<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>king van Willem Maes, <strong>en</strong>z. Anderzijds werd<strong>en</strong> ook regelmatig bezitting<strong>en</strong> van Kors<strong>en</strong>donk<br />

vermeld te <strong>Weelde</strong>: vb. in e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>brief van 5 juli 1551, in één van 1452, <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> andere van<br />

1452 (aanzi<strong>en</strong>lijke goeder<strong>en</strong>, o.m. e<strong>en</strong> hoeve in de Hegge). Ook in e<strong>en</strong> brief van 1470 word<strong>en</strong><br />

goeder<strong>en</strong> vermeld van procurator broeder Michael van Keer (o.a. bezitting<strong>en</strong> aan de Hees), <strong>en</strong>z.<br />

Willem <strong>en</strong> Weyn Van der Brugg<strong>en</strong>, de zon<strong>en</strong> van Jan Van der Brugg<strong>en</strong> <strong>en</strong> Suzanna Yweyns Leest<br />

(dochter van schout Ywanus van <strong>Weelde</strong>) war<strong>en</strong> priester in het konv<strong>en</strong>t van Kors<strong>en</strong>donk anno 1403.<br />

Parochielev<strong>en</strong><br />

In de eerste helft van de XIVe eeuw was de pastoor (in de zin van vicarius perpetuus) van <strong>Weelde</strong> dan<br />

ook e<strong>en</strong> regulier van Averbode, maar vanaf 1348 betaalde de abdij seculiere priesters om te <strong>Weelde</strong><br />

de pastorale tak<strong>en</strong> te vervull<strong>en</strong>. In de loop der jar<strong>en</strong> ging deze vergoeding weer e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficie op zich<br />

vorm<strong>en</strong>, waarvan bepaalde person<strong>en</strong> de materiële voordel<strong>en</strong> opstrek<strong>en</strong> zonder de verplichting<strong>en</strong> die<br />

eraan verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, waar te nem<strong>en</strong>. Zo zi<strong>en</strong> we dat in 1399 J.Creyt, die waarschijnlijk aan het<br />

pauselijk hof verbleef, <strong>en</strong> in het begin van de XVIe eeuw Joannes Huberti van Lommel, aartsdiak<strong>en</strong><br />

van de Fam<strong>en</strong>ne in het prinsbisdom Luik, "pastoors" van <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>. Doch de taak van<br />

pastoor liet<strong>en</strong> zij vervull<strong>en</strong> door gehuurde priesters: sacerdotes merc<strong>en</strong>arii of deservitores.<br />

Deze plattelandspriesters die over het algeme<strong>en</strong> ofwel bezitters war<strong>en</strong> van niet zo rijk begiftigde<br />

b<strong>en</strong>eficies, ofwel als deservitor<strong>en</strong> niet erg hoog bezoldigd werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die, omdat de seminaries nog<br />

niet bestond<strong>en</strong>, praktisch ge<strong>en</strong> vorming hadd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, vormd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> soort van clericaal proletariaat<br />

van betrekkelijk laag intellectueel, spiritueel <strong>en</strong> moreel peil. Zelfs van de vijf bezitters van het pastoraal<br />

b<strong>en</strong>eficie die ons uit de XVe eeuw bek<strong>en</strong>d zijn, overtrad<strong>en</strong> er twee de celibaatswet. Vijf deservitores<br />

zijn ons uit dezelfde periode bek<strong>en</strong>d. Daarvan leefd<strong>en</strong> er drie in concubinaat. Antonius Block bv. wordt<br />

tuss<strong>en</strong> 1436 <strong>en</strong> 1446 minst<strong>en</strong>s zesmaal door de aartsdiak<strong>en</strong> beboet weg<strong>en</strong>s concubinaat met zijn<br />

meid Katharina. Ook e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiant van het altaar van de H.Maagd, Lucas Udonis, wordt in het begin<br />

van de XVe eeuw beboet weg<strong>en</strong>s het niet onderhoud<strong>en</strong> van het celibaat. Het bronn<strong>en</strong>materiaal zegt<br />

ons weinig over het godsdi<strong>en</strong>stig lev<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> uit de late Middeleeuw<strong>en</strong>, maar<br />

m<strong>en</strong> kan wel veronderstell<strong>en</strong> dat het niet zoveel diepgang gehad zal hebb<strong>en</strong>. Van de priesters die we<br />

zojuist beschrev<strong>en</strong>, kan immers niet erg veel geestelijke leiding uitgegaan zijn. Van de priesters die in<br />

<strong>Weelde</strong> verblev<strong>en</strong>, was alle<strong>en</strong> de deservitor van de kerk belast met de zielzorg <strong>en</strong> zijn pastoraal<br />

behelsde waarschijnlijk alle<strong>en</strong> het toedi<strong>en</strong><strong>en</strong> van sacram<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zodat de gelovig<strong>en</strong> weinig geestelijke<br />

vorming kreg<strong>en</strong>. De andere priesters war<strong>en</strong> altarist<strong>en</strong>: hun <strong>en</strong>ige taak bestond in het lez<strong>en</strong> van (ziele)-


miss<strong>en</strong>. Aldus kan m<strong>en</strong> vermoed<strong>en</strong> hoeveel christelijk lev<strong>en</strong> het gewone, ongeletterde volk opdeed uit<br />

deze onvoltog<strong>en</strong> pastorale ambtsvervulling.<br />

Dood <strong>en</strong> hiernamaals stond<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal in hun geloofsbeleving <strong>en</strong> zij vatt<strong>en</strong> de godsdi<strong>en</strong>stpraktijk<strong>en</strong><br />

(miss<strong>en</strong>, sacram<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, getijd<strong>en</strong>, gebed<strong>en</strong>, aflat<strong>en</strong>, processies <strong>en</strong> bedevaart<strong>en</strong>) voornamelijk op als<br />

e<strong>en</strong> waarborg voor het eeuwig lev<strong>en</strong>. Vandaar dat ook steeds nieuwe jaargetijd<strong>en</strong> gesticht werd<strong>en</strong>. Uit<br />

<strong>Weelde</strong> is e<strong>en</strong> uniek docum<strong>en</strong>t bewaard, begonn<strong>en</strong> in de XIVe eeuw <strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> in de XVIe eeuw: nl.<br />

e<strong>en</strong> obituarium waarin jaar na jaar de jaargetijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> gedacht<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> staan opgetek<strong>en</strong>d. Het werd<br />

integraal uitgegev<strong>en</strong> door Pater De Meyer. Niet alle<strong>en</strong> reageerde de protestantse hervorming die<br />

uitging van Luther <strong>en</strong> de andere reformator<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de magische godsdi<strong>en</strong>stbeleving van de late<br />

Middeleeuw<strong>en</strong>. Ook de katholieke hervorming was e<strong>en</strong> reactie. In de Nederland<strong>en</strong> werd ze niet alle<strong>en</strong><br />

ingeleid door de doorvoering van de besluit<strong>en</strong> van het Concilie van Tr<strong>en</strong>te (1545-1563), maar ook<br />

door de oprichting van nieuwe bisdomm<strong>en</strong> (1559). <strong>Weelde</strong> kwam aldus te behor<strong>en</strong> tot het bisdom<br />

Antwerp<strong>en</strong>. Aanvankelijk ressorteerde het onder de dek<strong>en</strong>ij Breda, maar to<strong>en</strong> bij het begin van het<br />

Twaalfjarig Bestand (1609-1621) de dek<strong>en</strong>ij Breda werd beperkt tot het staatsgebied <strong>en</strong> de nieuwe<br />

dek<strong>en</strong>ij Hoogstrat<strong>en</strong> werd opgericht, kwam het onder deze laatste. Tijd<strong>en</strong>s het dek<strong>en</strong>aat van<br />

Hoogstrat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> nieuwe reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de het offer<strong>en</strong> uitgeschrev<strong>en</strong>. Het schijnt wel dat<br />

oude tradities aan het verdwijn<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, vermits op 2 juni 1767 E.H.De Vos, landdek<strong>en</strong> van<br />

Hoogstrat<strong>en</strong> <strong>en</strong> pastoor van Meer, verklaarde dat, naar oud gebruik, de parochian<strong>en</strong> op allerziel<strong>en</strong>dag<br />

hun offer op het altaar legd<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat elke parochiaan in de paastijd e<strong>en</strong> stuiver moest offer<strong>en</strong>. Na<br />

Tr<strong>en</strong>te werd de pastoraal veel krachtdadiger ter hand g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De bevolking werd veel sterker dan<br />

tevor<strong>en</strong> doordrong<strong>en</strong> van de christelijke leer <strong>en</strong> moraal. Zoals elders was het ook in <strong>Weelde</strong> de taak<br />

van de pastoor in de hoogmis te prek<strong>en</strong>, terwijl de kapelaan in de vroegmis catechismusonderricht<br />

moest gev<strong>en</strong>. Vermoedelijk gaf ook de kapelaan het catechismusonderricht aan de jeugd, 's zondags<br />

na het ontbijt of voor of na het lof. Daar bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> vanaf de XVIIe eeuw de kinder<strong>en</strong> steeds<br />

regelmatiger schoolliep<strong>en</strong>, werd de godsdi<strong>en</strong>stige vorming van de lek<strong>en</strong> nu veel beter verzekerd dan<br />

in de eeuw<strong>en</strong> daarvoor. De priesters voerd<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> felle aktie voor de zedelijke verheffing van het<br />

volk. Bijvoorbeeld probeerd<strong>en</strong> zij gem<strong>en</strong>gde bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> van de jeugd te verhinder<strong>en</strong>, maar dek<strong>en</strong><br />

Hieronymus Van Diep<strong>en</strong>dael zag zich bij zijn jaarlijks bezoek aan de parochie op 1 mei 1694 (hij was<br />

speciaal op deze dag gekom<strong>en</strong>, omdat 1 mei e<strong>en</strong> volksfeest was) verplicht e<strong>en</strong> felle preek af te stek<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> deze zog<strong>en</strong>aamde "labbay<strong>en</strong>", gem<strong>en</strong>gde b<strong>en</strong>d<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong>. In 1756-1760 moest dek<strong>en</strong> De Vos<br />

het grote schandaal aanklag<strong>en</strong> dat er op het kerkhof twee taveern<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> (wel degelijk op het<br />

kerkhof, want er was ge<strong>en</strong> haag of muur)! Deze klacht<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> echter eerder van de hoge eis<strong>en</strong><br />

van de clerus na het Concilie van Tr<strong>en</strong>te dan van eig<strong>en</strong>lijk zedelijk verval van de bevolking.<br />

De inspanning<strong>en</strong> van de clerus hebb<strong>en</strong> alleszins geresulteerd in e<strong>en</strong> beter geord<strong>en</strong>d kerkelijk lev<strong>en</strong><br />

van de lek<strong>en</strong>. Op zon- <strong>en</strong> feestdag<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er in <strong>Weelde</strong> twee geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> tot mishor<strong>en</strong>: de<br />

vroegmis van de kapelaan (waarschijnlijk in de kapel, hoewel er op bepaalde og<strong>en</strong>blikk<strong>en</strong> daarover<br />

moeilijkhed<strong>en</strong> zijn geweest) <strong>en</strong> de hoogmis van de pastoor. Praktisch iedere<strong>en</strong> hield zijn pas<strong>en</strong><br />

(ongeveer 650 op het einde van de XVIIe eeuw wat neerkomt op de ganse bevolking bov<strong>en</strong> de eerste<br />

communie-leeftijd). Behalve in de verplichte godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (mishor<strong>en</strong>, paascommunie,<br />

jaarlijkse biecht) zocht de vroomheid van het volk vooral uiting in broederschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

heilig<strong>en</strong>verering. Zo werd in 1652 de Broederschap van de H.Roz<strong>en</strong>krans te <strong>Weelde</strong> gesticht. De<br />

pastoor noteerde: "Item anno 1652 heeft Cornelia Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> met Maria Van<br />

Haess<strong>en</strong>bergh van Montfort omgega<strong>en</strong> om te maeck<strong>en</strong> e<strong>en</strong> Roos<strong>en</strong>krans voor Ons Lieve Vrouwe<br />

<strong>en</strong>de heeft mij overgelevert het gelt". En: "Anno 1652 op d<strong>en</strong> feestdach onser Liever Vrouw<strong>en</strong> Visitatie<br />

is alhier in onse kercke ingestelt het H.Roos<strong>en</strong>kransk<strong>en</strong>s. Dus om te besorgh<strong>en</strong> e<strong>en</strong> behoorlijcke va<strong>en</strong><br />

tselve broederschap b<strong>en</strong> ick gega<strong>en</strong> naer Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong>de mits ick aldaer ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> hadde heeft<br />

mij d<strong>en</strong> Eerwaerdighe Heer Pastoor van Baerle geadresseert a<strong>en</strong> Jouffr. Sweerts, de welcke met mij<br />

is gega<strong>en</strong> naer d<strong>en</strong> va<strong>en</strong>maecker Verschuer<strong>en</strong> g<strong>en</strong>aemt <strong>en</strong>de sijn met hem geaccordeert over de<br />

va<strong>en</strong> die in onse kercke is <strong>en</strong>de alle feestdagh<strong>en</strong> gebruyck<strong>en</strong> te maeck<strong>en</strong> te schilder<strong>en</strong> <strong>en</strong>de te<br />

verguld<strong>en</strong> voor XXXX gl."<br />

St.-Christoffel werd in <strong>Weelde</strong> bijzonder vereerd: er zoud<strong>en</strong> in 1657, 1667, 1681 <strong>en</strong> 1691 aan hem<br />

g<strong>en</strong>ezing<strong>en</strong> te dank<strong>en</strong> zijn geweest van ziek<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebrekkig<strong>en</strong> die van elders naar <strong>Weelde</strong> op<br />

bedevaart kwam<strong>en</strong>. Aldus in e<strong>en</strong> akte van 3 december 1681, waarin de g<strong>en</strong>ezing van Adria<strong>en</strong><br />

Franss<strong>en</strong> van Wechelderzande wordt aangehaald. Hij legde voor schout <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> onder eed de<br />

verklaring af van zijn wonderbare g<strong>en</strong>ezing van kreupelheid door Sint-Christoffel, na de belofte van<br />

e<strong>en</strong> bedevaart naar <strong>Weelde</strong>. Op 16 augustus 1657 g<strong>en</strong>as Michiel Verdonck van Geel (won<strong>en</strong>de te<br />

Beerse) van kreupelheid. Om dit te bewijz<strong>en</strong> klom hij op de tor<strong>en</strong>. Op 12 augustus 1691 werd e<strong>en</strong> kind


uit Retie g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong> van kreupelheid. E<strong>en</strong> attest van g<strong>en</strong>ezing door Sint-Christoffel vind<strong>en</strong> wij van 12<br />

september 1667 op naam van Cathelijn Goedel<strong>en</strong>, vrouw van Dierck Vastelavont uit Retie. De paus<br />

verbond in 1692, 1699, 1730 <strong>en</strong> 1753 aflat<strong>en</strong> aan de verering van St.-Christoffel in de kerk of de kapel<br />

van <strong>Weelde</strong>. St.-Jan-de-Doper trok ook veel volk naar de hem toegewijde kapel. De paus verle<strong>en</strong>de in<br />

1718, 1728 <strong>en</strong> 1761 aflat<strong>en</strong> aan de gelovig<strong>en</strong> die St.-Jan op zijn feestdag in de kapel kwam<strong>en</strong><br />

groet<strong>en</strong>. Aanzi<strong>en</strong>lijke stichting<strong>en</strong> gebeurd<strong>en</strong> nog regelmatig tot in de eerste helft van de XVIIIe eeuw.<br />

De bek<strong>en</strong>dste was de fundatie van Jacob Hubert Ketelaars of het "Hospitaal". Deze stichting dateert<br />

uit 1668 <strong>en</strong> de kerk van <strong>Weelde</strong> heeft er tot op de dag van vandaag inkomst<strong>en</strong> van, terwijl er tot<br />

tuss<strong>en</strong> de twee wereldoorlog<strong>en</strong> miss<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong> tot laf<strong>en</strong>is van de ziel van de stichter.<br />

Jacobus Hubertus Ketelaars, hoefsmid, overleed te <strong>Weelde</strong> op 19 juni 1668. Bij testam<strong>en</strong>t van 17 mei<br />

1668 liet hij e<strong>en</strong> gedeelte van zijn goeder<strong>en</strong> achter voor e<strong>en</strong> eeuwigdur<strong>en</strong>de fondatie, waarvan de<br />

opbr<strong>en</strong>gst zou di<strong>en</strong><strong>en</strong> voor godsdi<strong>en</strong>stige werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> aalmoez<strong>en</strong> "aan zijne arme vrind<strong>en</strong>"<br />

(afstammeling<strong>en</strong>). De voornaamste inkomst<strong>en</strong> van de fundatie "Het Hospitaal" bestond<strong>en</strong> uit r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

uit de huur van e<strong>en</strong> huis, g<strong>en</strong>aamd "Het Hospitaal", geleg<strong>en</strong> in het Laar. In 1900 werd dit gebouw<br />

afgebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> werd op dezelfde plaats e<strong>en</strong> nieuw huis gebouwd, dat to<strong>en</strong> door slager Carolus<br />

Cabanier werd gehuurd. De fondatie werd bestuurd door e<strong>en</strong> aangestelde r<strong>en</strong>tmeester of door de<br />

pastoor <strong>en</strong> onderpastoor van <strong>Weelde</strong>. Er werd dikwijls getwist over de keuze van de r<strong>en</strong>tmeester. Op<br />

1 januari 1885 werd Cornelius Van Dommel<strong>en</strong>, later burgemeester van <strong>Weelde</strong>, r<strong>en</strong>tmeester van de<br />

fondatie. Hij nam to<strong>en</strong> deze functie over van pastoor Beert<strong>en</strong>. Het gebouw kwam in 1926 in hand<strong>en</strong><br />

van het kerkfabriek die het <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> heeft verkocht.<br />

Vele bezitting<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bij testam<strong>en</strong>t aan de kerk geschonk<strong>en</strong>. Zo staan belangrijke legat<strong>en</strong> vermeld<br />

in de testam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van o.a. Margareta, natuurlijke dochter van Jan Wouter van Eel in 1459, van<br />

Gertrudis Reins<strong>en</strong>s in 1478, van Jan H<strong>en</strong>drik Tielmansso<strong>en</strong> <strong>en</strong> Margaretha in 1506, van Ludovicus<br />

van Moere, kapelaan van St.-Walburgis te Antwerp<strong>en</strong> in 1553, van Jan Buycx, priester in 1554, van<br />

Jan Goswini, kanunnik van Hilvar<strong>en</strong>beek in 1583, van Jacob De<strong>en</strong>s, kapelaan van O.L.Vrouw te<br />

Antwerp<strong>en</strong> in 1589 <strong>en</strong> van Maeyk<strong>en</strong> van Paesch<strong>en</strong>, begijn te Turnhout in 1598. In bange tijd<strong>en</strong> nam<br />

ook de Maria-verering e<strong>en</strong> hoge vlucht bij onze bevolking. Aan mirakuleuze Maria-beeld<strong>en</strong> bleek er te<br />

<strong>Weelde</strong> ge<strong>en</strong> tekort te bestaan, Pastoor Jan Le Pieme verkocht bijvoorbeeld in 1660 zo'n Mariabeeld<br />

aan Jan Van Laer, kapelmeester van de St.-Theobalduskapel te Turnhout. Het beeld ging voor 15<br />

guld<strong>en</strong> van de hand <strong>en</strong> het werd voor de Turnhout<strong>en</strong>aars e<strong>en</strong> echte Lieve-Vrouw-Van-Bijstand, want<br />

ze vereerd<strong>en</strong> de Madonna in tijd<strong>en</strong> van krijgsgeweld. Turnhout<strong>en</strong>aars bewer<strong>en</strong> dat op de voorspraak<br />

van deze Hemelmoeder de stad op wonderbare wijze van verwoesting gespaard bleef in de oorlog<strong>en</strong><br />

van 1789, van 1914-1918 <strong>en</strong> van 1940-1944.<br />

De invloed van de Franse Revolutie begon zich uit te strekk<strong>en</strong> over ons land to<strong>en</strong> het anticlericalisme<br />

van de Conv<strong>en</strong>tie op zijn hoogtepunt was. Na aanvankelijk gematigdheid betracht te hebb<strong>en</strong>, voerde<br />

het Directoire na de staatsgreep van 1797 e<strong>en</strong> felle anti-kerkelijke politiek, die evolueerde tot e<strong>en</strong><br />

regelrechte kerkvervolging, to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verpletter<strong>en</strong>de meerderheid van priesters weigerde de vereiste<br />

eed af te legg<strong>en</strong>. De kerk<strong>en</strong> van de niet-beëdigde priesters werd<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> ("beslot<strong>en</strong> tijd"). Naar alle<br />

waarschijnlijkheid dook ook pastoor Huysmans van <strong>Weelde</strong> onder. War<strong>en</strong> in de vorige eeuw<strong>en</strong> dikwijls<br />

inwoners van Noord-Brabant naar <strong>Weelde</strong> gekom<strong>en</strong> om zich te lat<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong>, nu trokk<strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> naar Baarle <strong>en</strong> andere dorp<strong>en</strong> op Nederlands grondgebied om hun kinder<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong><br />

dop<strong>en</strong>. Door toedo<strong>en</strong> van assist<strong>en</strong>t Val<strong>en</strong>tinus van Postel <strong>en</strong> onderpastoor Gerebernus Verstapp<strong>en</strong><br />

(de latere pastoor van <strong>Weelde</strong>), werd<strong>en</strong> later de doopakt<strong>en</strong> overgeschrev<strong>en</strong> in de parochieregisters<br />

van <strong>Weelde</strong>. De toestand werd opnieuw min of meer g<strong>en</strong>ormaliseerd door Napoleon, die sinds 1799<br />

aan de macht was <strong>en</strong> die in 1801 e<strong>en</strong> concordaat met de H.Stoel sloot. Dit concordaat wijzigde de<br />

kerkelijke indeling<strong>en</strong>. Het bisdom Antwerp<strong>en</strong> werd opgehev<strong>en</strong> <strong>en</strong> het Belgisch gedeelte van zijn<br />

gebied, dus ook <strong>Weelde</strong>, kwam onder de aartsbisschop van Mechel<strong>en</strong>. Na tamelijk veelvuldige<br />

verandering<strong>en</strong> in de indeling van het bisdom in het begin van de XIXe eeuw, werd in 1837 e<strong>en</strong><br />

regeling ingevoerd die praktisch ongewijzigd tot Vaticanum II zou behoud<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>. Deze regeling<br />

bracht <strong>Weelde</strong> onder het dek<strong>en</strong>aat Turnhout. Tegelijkertijd met de stand<strong>en</strong>privileges van adel <strong>en</strong><br />

geestelijkheid (abdij<strong>en</strong>) war<strong>en</strong> door de Franse Revolutie ook de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> afgeschaft, waardoor de<br />

parochiepriesters hun belangrijkste bron van inkomst<strong>en</strong> kwijtraakt<strong>en</strong>. In het concordaat van 1801 werd<br />

bepaald dat de staat aan de zielzorgers e<strong>en</strong> wedde zou uitbetal<strong>en</strong>. Deze regel is nu nog van kracht.<br />

Verloor de pastoor zijn ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, de St.-Michielskerk kon ook na de Franse Revolutie nog bepaalde<br />

r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> cijnz<strong>en</strong> behoud<strong>en</strong>. Sommige r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op de Vrijheid <strong>en</strong> oude geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door de<br />

nieuwe bezetter overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In 1834 werd in <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> staat opgemaakt van de person<strong>en</strong> die<br />

cijnz<strong>en</strong> of r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan de kerk verschuldigd war<strong>en</strong>. Cijnz<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgekocht voor e<strong>en</strong> bedrag<br />

van 25 maal de jaarlijkse cijns.


Nadat gedur<strong>en</strong>de twee eeuw<strong>en</strong> steeds e<strong>en</strong> norbertijn van Averbode pastoor van <strong>Weelde</strong> was<br />

geweest, werd in 1833 opnieuw e<strong>en</strong> seculier priester, G.Adria<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, pastoor. Het volg<strong>en</strong>d jaar werd<br />

hij reeds opgevolgd door pastoor Scho<strong>en</strong>makers, die na de brand in 1841 de kerk herbouwde <strong>en</strong> die<br />

op zijn beurt in 1863 werd opgevolgd door pastoor Beert<strong>en</strong>. In 1893 vierde Beert<strong>en</strong> hier zijn goud<strong>en</strong><br />

priesterjubileum <strong>en</strong> in 1896 ging hij op rust. Na hem werd Sylvain Jacobs, die sinds 1887 te <strong>Weelde</strong><br />

onderpastoor was geweest, pastoor van St.-Michiel. Pastoor Jacobs heeft in <strong>Weelde</strong> heel wat spor<strong>en</strong><br />

nagelat<strong>en</strong>: hij stichtte het klooster, de Parochiale Boer<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> de fanfare, richtte het kapelletje in de<br />

Hegge op <strong>en</strong> liet het park met het H.Hartbeeld aanlegg<strong>en</strong>. Naast de typisch 19e-eeuwse devoties<br />

zoals de kruisweg, ingericht te <strong>Weelde</strong> op 14 juli 1846, <strong>en</strong> de verering van O.L.Vrouw van<br />

Scherp<strong>en</strong>heuvel <strong>en</strong> van Lourdes, ontstond in de parochie van <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> bijzondere devotie tot<br />

Nicolaas <strong>Poppelius</strong> to<strong>en</strong> deze door Pius IX heilig werd verklaard. E<strong>en</strong> altaar ter ere van de H.Nicolaas<br />

<strong>Poppelius</strong> werd opgericht in de rechter kruisbeuk van de kerk. Kardinaal Sterckx kwam op 16<br />

september 1867 naar <strong>Weelde</strong> om het beeld van de heilige te wijd<strong>en</strong>. In 1897 werd e<strong>en</strong> kapelletje<br />

gebouwd in de Hegge. Op deze plaats bevond zich vroeger e<strong>en</strong> driehoekige kuil die aan de geme<strong>en</strong>te<br />

toebehoorde. De gebur<strong>en</strong> uit de Hegge hebb<strong>en</strong> deze kuil opgevuld, er e<strong>en</strong> hofje aangelegd <strong>en</strong> het<br />

kapelletje gebouwd. Het in 1867 gewijde beeld van de heilige werd daarhe<strong>en</strong> overgebracht, aangezi<strong>en</strong><br />

de kerk ondertuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuw beeld, gemaakt door beeldhouwer Daems van Turnhout, had<br />

verworv<strong>en</strong>. Sinds het einde van de vorige eeuw wordt de feestdag van de H.<strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong> met<br />

e<strong>en</strong> plechtig octaaf gevierd. Op de zondag onder het octaaf maakte de processie e<strong>en</strong> kleine omloop in<br />

de dorpskom. Behalve de sacram<strong>en</strong>tsprocessie <strong>en</strong> de processie met het feest van de kerk had<br />

<strong>Weelde</strong> dus nog e<strong>en</strong> derde processie, hoewel die niet officieel toegestaan was, maar volg<strong>en</strong>s pastoor<br />

Jacobs, "door de gewoonte wettiglijk ingesteld". In het kapelletje in de Hegge kwam<strong>en</strong> <strong>en</strong> kom<strong>en</strong> nu<br />

nog de gebur<strong>en</strong> onder het octaaf 's avonds om halfneg<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> roz<strong>en</strong>krans te bidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

loflied te zing<strong>en</strong>.<br />

Op het einde van de vorige eeuw bestond in <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> kerkkoor, dat <strong>en</strong>ige vermaardheid verwierf in<br />

de omstrek<strong>en</strong>. Het stond onder leiding van koster Matheus Maas, die zelf miss<strong>en</strong>, lofgezang<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

zelfs motett<strong>en</strong> zou gecomponeerd hebb<strong>en</strong>. Op 30 juli 1905 stichtte pastoor Jacobs de fanfare Sint-<br />

<strong>Nicolaus</strong>kring. Mom<strong>en</strong>teel k<strong>en</strong>t het kerkkoor weer e<strong>en</strong> heropleving <strong>en</strong> het jeugdkoor dat er onlangs<br />

werd opgericht telde eind 1981 al ruim 60 led<strong>en</strong>. Tuss<strong>en</strong> de twee wereldoorlog<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> er in<br />

<strong>Weelde</strong> twee nieuwe parochies bij. In de Sint-Janskapel deed de onderpastoor rond de eeuwwisseling<br />

iedere week drie miss<strong>en</strong> om te voldo<strong>en</strong> aan de last<strong>en</strong> van de oude b<strong>en</strong>eficies, maar de<br />

parochiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> ook voor de inwoners van de Straat nog steeds in St.-Michiel door. Wel werd<br />

het feest van St.-Jan-de-Doper (24 juni) gevierd met e<strong>en</strong> hoogmis <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lof op zondag in het octaaf.<br />

Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> werd op Drievuldigheidszondag e<strong>en</strong> hoogmis opgedrag<strong>en</strong> ter herinnering aan het feit dat in<br />

1648 het doek van het H.Bloed van Boxtel één nacht in de St.-Janskapel zou gerust hebb<strong>en</strong>. Op<br />

Drievuldigheidszondag viel de Kapellek<strong>en</strong>skermis. In 1927 nu werd de kapelanie van St.-Jan<br />

afgescheid<strong>en</strong> van St.-Michiel <strong>en</strong> werd ze e<strong>en</strong> zelfstandige parochie met het voorrecht erin te kunn<strong>en</strong><br />

dop<strong>en</strong>, trouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> begrav<strong>en</strong>. Onmiddellijk liet de eerste pastoor E.H.Tubbax, de kapel vergrot<strong>en</strong>. Ze<br />

werd opnieuw ingezeg<strong>en</strong>d op 4 september 1928. Nietteg<strong>en</strong>staande <strong>Weelde</strong>-Statie canoniek gezi<strong>en</strong><br />

afhankelijk bleef van Turnhout, kon m<strong>en</strong> de wijk als parochie beschouw<strong>en</strong> sinds de b<strong>en</strong>oeming van<br />

E.H.Kol<strong>en</strong> aldaar in 1928. Reeds op 16 juni 1912 was te <strong>Weelde</strong>-Statie e<strong>en</strong> kerkje ingezeg<strong>en</strong>d waar<br />

e<strong>en</strong> rust<strong>en</strong>d priester iedere zon- <strong>en</strong> feestdag de mis zou kom<strong>en</strong> lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> biecht hor<strong>en</strong>. Op 1 oktober<br />

1912 werd er ook e<strong>en</strong> school opgericht. In 1932 werd het kerkje vervang<strong>en</strong> door de huidige kerk van<br />

O.L.Vrouw van de Roz<strong>en</strong>krans, die op 19 juni 1932 ingewijd werd. In 1977 werd O.L.Vrouw van de<br />

Roz<strong>en</strong>krans van <strong>Weelde</strong>-Statie e<strong>en</strong> autonome parochie.<br />

Alles wijst erop, dat de tijd van Vaticanum II e<strong>en</strong> keerpunt in de kerkelijke geschied<strong>en</strong>is <strong>en</strong> het begin<br />

van e<strong>en</strong> nieuwe periode betek<strong>en</strong>t. Zoals steeds in e<strong>en</strong> overgangstijd zijn ook nu weer de kerkelijke<br />

circonscripties gewijzigd. <strong>To<strong>en</strong></strong> paus Johannes de XXIII met de bulle Christi Ecclesia van 8 december<br />

1961 het bisdom Antwerp<strong>en</strong> heroprichtte, kwam <strong>Weelde</strong> opnieuw onder dit bisdom. In 1978 werd dan<br />

nog e<strong>en</strong> wijziging aangebracht in de verdeling van het bisdom in dek<strong>en</strong>at<strong>en</strong>: voortaan zoud<strong>en</strong> de drie<br />

parochies van <strong>Weelde</strong> tot het dek<strong>en</strong>aat Ar<strong>en</strong>donk behor<strong>en</strong>. In de postconciliaire<br />

vernieuwingsbeweging is e<strong>en</strong> sterke t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s merkbaar die het wez<strong>en</strong> van het christ<strong>en</strong>dom eerder<br />

me<strong>en</strong>t te vind<strong>en</strong> in ethisch, ev<strong>en</strong>tueel politiek <strong>en</strong>gagem<strong>en</strong>t dan in liturgische of cultische praktijk<strong>en</strong>.<br />

Deze t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s houdt e<strong>en</strong> bedreiging in voor de volksdevotie. Zo verdwe<strong>en</strong> op het einde der zestiger<br />

jar<strong>en</strong> de processie ter ere van de H.Nicolaas <strong>Poppelius</strong>, maar in het jaar van het dorp 1978 is ze<br />

opnieuw uitgegaan.<br />

Twist<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de pastoor <strong>en</strong> het wereldlijk gezag


De verhouding tuss<strong>en</strong> de pastoor <strong>en</strong> de regeerders (schout <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong>) schijnt in het verled<strong>en</strong><br />

vaak niet erg goed geweest te zijn, want om allerlei red<strong>en</strong><strong>en</strong> ontstond<strong>en</strong> soms lang aanslep<strong>en</strong>de<br />

moeilijkhed<strong>en</strong>. Eén van de belangrijkste problem<strong>en</strong> betrof de traditionele panes praeb<strong>en</strong>tales (dit zijn<br />

de gift<strong>en</strong> in brod<strong>en</strong> aan de kerk <strong>en</strong> aan de pastoor). De geme<strong>en</strong>te had namelijk omstreeks 1627 e<strong>en</strong><br />

verbod uitgevaardigd teg<strong>en</strong> de panes. In e<strong>en</strong> brief drong de provisor van Averbode aan op de<br />

schriftelijke verbreking van het verbod. De moeilijkhed<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet opgelost, zodat rond 1661 de<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zelf voortaan weigerd<strong>en</strong> aan de panes praeb<strong>en</strong>tales te voldo<strong>en</strong>. De pastoor sche<strong>en</strong> er echter<br />

tijdelijk mee akkoord te gaan tot op 16 november 1685 de pastoor Severinus Otgeri e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst<br />

w<strong>en</strong>ste met de geme<strong>en</strong>te. De gekoz<strong>en</strong><strong>en</strong> war<strong>en</strong> Ambrosius Van d<strong>en</strong> Bosch <strong>en</strong> Frans van der<br />

Schrieck. Daar er nog ge<strong>en</strong> onmiddellijke overe<strong>en</strong>komst bereikt werd, richtte de pastoor in 1686 e<strong>en</strong><br />

verzoekschrift tot de Raad van Brabant om het verbod van hogerhand te do<strong>en</strong> intrekk<strong>en</strong>, waarop het<br />

in 1687 eindelijk werd ingetrokk<strong>en</strong>. Op 1 juli 1687 immers maakte de geme<strong>en</strong>teraad bek<strong>en</strong>d, dat het<br />

verbod werd ingetrokk<strong>en</strong>, maar met behoud van ieders recht<strong>en</strong>. Nochtans was de weerstand nog niet<br />

geheel overwonn<strong>en</strong>. Zo zou Cornelius Backx, behor<strong>en</strong>de tot de bek<strong>en</strong>de adellijke familie, nog<br />

weiger<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aantal dokum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bevestig<strong>en</strong> later echter dat iedere<strong>en</strong>, ook Cornelius<br />

Backx, voldeed aan de panes praeb<strong>en</strong>tales. Op 28 juli 1717 werd<strong>en</strong> H<strong>en</strong>drik Backers <strong>en</strong> Anna Van<br />

Loon gesommeerd om de panes praeb<strong>en</strong>tales te betal<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 3 december 1737 was er nog e<strong>en</strong><br />

geding tuss<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>naar Thieleman de Bont <strong>en</strong> de pastoor over de panes. In 1751 flakkerde de<br />

twist tuss<strong>en</strong> Cornelius Backx <strong>en</strong> de pastoor weer op. E<strong>en</strong> geding werd op touw gezet <strong>en</strong> beslecht t<strong>en</strong><br />

voordele van de pastoor, terwijl Cornelius Backx alle gerechtskost<strong>en</strong> moest betal<strong>en</strong>. De deurwaarder<br />

kreeg het bevel de uitvoering van het vonnis te bewerk<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> moest immers e<strong>en</strong> dertigtal jar<strong>en</strong><br />

achterstand inlop<strong>en</strong>.<br />

Pastoor Huysmans schreef nog: "Dese panes preb<strong>en</strong>dales volcom<strong>en</strong>tlijk betaelt word<strong>en</strong>de, soud<strong>en</strong><br />

jaerlijks r<strong>en</strong>der<strong>en</strong> salvo justo dertigh guld<strong>en</strong>, maer de gemeynt<strong>en</strong>aers hebb<strong>en</strong> van over vele jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

groote ongewilligheid getoont om dit recht te voldo<strong>en</strong>, soo dat d<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> pastoor om peys<br />

<strong>en</strong> vrede te hebb<strong>en</strong> met hun, t<strong>en</strong> tijde van neg<strong>en</strong> jaer<strong>en</strong>, op de welke hij nu pastoor is, dit sijn recht<br />

niet heeft besta<strong>en</strong> te achtervolg<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de alsoo van daer niets <strong>en</strong> heeft g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>". Ondertuss<strong>en</strong> rees<br />

e<strong>en</strong> nieuwe kwestie met de schout <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong>. De pastoor brak in 1684 het<br />

H.Sakram<strong>en</strong>tshuisje af op het koor. Dadelijk rees er protest bij het geme<strong>en</strong>tebestuur <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> brief<br />

van 7 juni klaagde m<strong>en</strong> de houding van de pastoor aan. Zonder iemand te raadpleg<strong>en</strong> had hij dit zeer<br />

schone sierstuk, dat door de voorouders van zijn parochian<strong>en</strong> was betaald, wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Daarom<br />

viel<strong>en</strong> zelfs de nabur<strong>en</strong> de schout lastig. Zij war<strong>en</strong> dus wel verplicht te protester<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> de<br />

pastoor nog iets af te brek<strong>en</strong> zonder hun toelating. Wij citer<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> brief van 7 juni 1684: "Wij<br />

schouteth <strong>en</strong>de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> deser Vrijheyt <strong>Weelde</strong> met droefheyt bevind<strong>en</strong>de dat ons<strong>en</strong><br />

eerweerdigh<strong>en</strong> Heere pastoor uyt sijne eyghe faut alse sonder voorighe weete van ons ofte oock<br />

cons<strong>en</strong>t van de keerckmr. heeft aff laet<strong>en</strong> breeck<strong>en</strong> het H.Sacram<strong>en</strong>ts huysk<strong>en</strong> in de Choor alhier, dat<br />

seer churieus <strong>en</strong>de schoon was, <strong>en</strong>de met veel gelt van onse voorouders becosticht <strong>en</strong> waerover de<br />

meeste naerbuer<strong>en</strong> oock droevich sijn <strong>en</strong>de ons daegelijcx clachtich sijn vall<strong>en</strong>de, daer van wij eeth<br />

halv<strong>en</strong> sijn protester<strong>en</strong>de <strong>en</strong>de omme ge<strong>en</strong>e voerdere clacht<strong>en</strong> te ondersta<strong>en</strong> door voorders<br />

affbreeckinge van e<strong>en</strong>ighe andere werck<strong>en</strong>, soo vind<strong>en</strong> wij ons g<strong>en</strong>ootdruckt voor soo veele in ons<br />

cas, te interdicer<strong>en</strong> <strong>en</strong>de verbied<strong>en</strong> a<strong>en</strong>d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> Heere pastoor van iets voorders aff te breeck<strong>en</strong><br />

ofte te maeck<strong>en</strong> sonder onse voorweete ofte cons<strong>en</strong>t op dat wij niet gepraemt <strong>en</strong> moghe word<strong>en</strong> daer<br />

over te doler<strong>en</strong> a<strong>en</strong> hoogher handt".<br />

Deze inm<strong>en</strong>ging deed zich in verschill<strong>en</strong>de voorvall<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>. Zo kwam op 31 maart 1716 teg<strong>en</strong> de<br />

pastoor e<strong>en</strong> protestbrief binn<strong>en</strong>. Hij had namelijk op de preekstoel afgeroep<strong>en</strong> wie tot kapel- <strong>en</strong><br />

arm<strong>en</strong>meesters gekoz<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. De schep<strong>en</strong><strong>en</strong> herinnerd<strong>en</strong> eraan, dat die proclamatie voorhe<strong>en</strong><br />

steeds door de voster werd gedaan van op de vosterspui. Deze verandering deed afbreuk aan het<br />

gezag der magistrat<strong>en</strong>. Het was niet de eerste maal dat hierteg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> protestmotie werd ingedi<strong>en</strong>d.<br />

Inderdaad, reeds op 4 mei 1667 <strong>en</strong> in 1684 war<strong>en</strong> er briev<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>gebracht. De schep<strong>en</strong><strong>en</strong> drev<strong>en</strong><br />

de zaak zover dat zij de pastoor beschuldigd<strong>en</strong> van minachting voor 't gezag van H<strong>en</strong>ri Cornewall, de<br />

Heer van de geme<strong>en</strong>te. Wij citer<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> brief: "Alsoo m<strong>en</strong> verstaet dat d<strong>en</strong> heere pastoor deser<br />

Vrijheyt <strong>Weelde</strong> sich vervoordert heeft op sondagh lestled<strong>en</strong> ... kercke alhier van d<strong>en</strong> predickstoel de<br />

... wettelijcke gecos<strong>en</strong> kercke <strong>en</strong>de cappelmeesters deser voors. gemeynt, sulcx noyt geplog<strong>en</strong> <strong>en</strong> is,<br />

als sijnde al immemoriale tempore sjaerelijcx altijt wettelijck ter puy<strong>en</strong> aff gepubliceert door d<strong>en</strong> voster<br />

alhier, gelijck de selve proclamatie ev<strong>en</strong>wel op sondagh lestled<strong>en</strong> door d<strong>en</strong> vorster voors. more solito<br />

sijn geschiet <strong>en</strong>de sull<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> continuer<strong>en</strong> niet anders de voorschreve pastoreele binne kerckelijcke<br />

proclamatie streck<strong>en</strong>de, als om noch voorders te cr<strong>en</strong>ck<strong>en</strong> d'authoriteyt <strong>en</strong>de gesagh der magistrate<br />

alhier, <strong>en</strong> omme wijders in te wortel<strong>en</strong> in administratie der kercke, arme <strong>en</strong>de cappel goeder<strong>en</strong>, gelijck


sijne voorsaet<strong>en</strong> oock al geda<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>s d'oude ... van de stoelti<strong>en</strong>s sijn blijck<strong>en</strong>de, bijde<br />

respective protest<strong>en</strong> door wethouder<strong>en</strong> alhier a<strong>en</strong>d<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> heere pastoors voorsaet<strong>en</strong><br />

geschiet, d'e<strong>en</strong>e van 4 may 1667 <strong>en</strong>de d'andere van date d<strong>en</strong> 7 juny 1684 alles tot misachtinge der<br />

authoriteyt van d<strong>en</strong> Ed. hooggeboor<strong>en</strong> heere H<strong>en</strong>ri Cornuval als heere deser gemeynte gepres<strong>en</strong>teert<br />

word<strong>en</strong>de door sijn Edts magistrature, <strong>en</strong>de ..."<br />

In 1688 <strong>en</strong> 1712 lag de pastoor in proces met de geme<strong>en</strong>te inzake het beheer van kerk-, kapel- <strong>en</strong><br />

H.Geestgoeder<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> andere twist ontstond omtr<strong>en</strong>t het vergrot<strong>en</strong> <strong>en</strong> vernieuw<strong>en</strong> van de<br />

kerkv<strong>en</strong>sters in 1759. Zelfs met het onderhoud van het tor<strong>en</strong>uurwerk bemoeid<strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> zich.<br />

De pastoor had e<strong>en</strong> aanklacht ingedi<strong>en</strong>d bij de bisschop van Antwerp<strong>en</strong>, omdat zij het onderhoud van<br />

het uurwerk op de b<strong>en</strong>eficiant Stobbelaer wild<strong>en</strong> dring<strong>en</strong>. De sekretaris van de bisschop antwoordde<br />

op 9 februari 1733 dat hij de akt<strong>en</strong> van de stichting moest nazi<strong>en</strong> om te kunn<strong>en</strong> oordel<strong>en</strong>. Op 3 maart<br />

van hetzelfde jaar schreef De Quickelberge, sekretaris van het bisdom opnieuw <strong>en</strong> zegde dat de<br />

bisschop aan de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> had nop<strong>en</strong>s het uurwerk. Hij vroeg aan de pastoor welke<br />

red<strong>en</strong><strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> ded<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> <strong>en</strong> verzocht hem te zoek<strong>en</strong> in de boek<strong>en</strong> of daarin iets over het<br />

onderhoud te vind<strong>en</strong> was. De pastoor antwoordde dat in de boek<strong>en</strong> niets geschrev<strong>en</strong> stond, maar dat<br />

mondelinge getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> luidd<strong>en</strong> dat de burgemeesters steeds aan 2 person<strong>en</strong>, de <strong>en</strong>e 14 guld<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de andere 15 guld<strong>en</strong> betaald hadd<strong>en</strong> voor het onderhoud van het uurwerk. De getuig<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> dit<br />

gelez<strong>en</strong> in de burgemeestersboek<strong>en</strong> <strong>en</strong> war<strong>en</strong> bereid het onder eed te verklar<strong>en</strong>. De schep<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

echter beweerd<strong>en</strong> dat dit vals was. Zij haald<strong>en</strong> daarvoor voorbeeld<strong>en</strong> aan. Pastoor Waermans, de<br />

kapelaan <strong>en</strong> de koster betaald<strong>en</strong> de onkost<strong>en</strong>. De teg<strong>en</strong>woordige koster had e<strong>en</strong> contract geslot<strong>en</strong><br />

met de schep<strong>en</strong><strong>en</strong>, waardoor hij zich verplicht had voor het uurwerk te zorg<strong>en</strong>. Doch dit werd weer<br />

beantwoord met de bewering dat hier e<strong>en</strong> list (dolo) gebruikt werd. De presid<strong>en</strong>t zegde in 't bijzijn van<br />

getuig<strong>en</strong>: "Wij hebb<strong>en</strong> 't kosterk<strong>en</strong> stillek<strong>en</strong>s het net over het hoofd getrock<strong>en</strong>". Zij dreigd<strong>en</strong> immers<br />

om de koster het "koster kor<strong>en</strong>" te ontnem<strong>en</strong> als hij niet wilde betal<strong>en</strong>. Het besluit was: "...v<strong>en</strong>dant, vel<br />

cum suo horlogia ambulare vadant". (Dat ze het uurwerk verkop<strong>en</strong> of er mede wandel<strong>en</strong> gaan).<br />

Regelmatig werd er ook e<strong>en</strong> beroep gedaan op het Hof van Brabant voor allerlei gevall<strong>en</strong>. Aldus<br />

bijvoorbeeld het protest van de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> teg<strong>en</strong> pastoor Huysmans op 18 oktober 1793.<br />

Er stond namelijk e<strong>en</strong> put op het kerkhof <strong>en</strong> ernaast de school <strong>en</strong> twee herberg<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> gebeurde het<br />

regelmatig dat dronkaards deze put afbrak<strong>en</strong> of hem beschadigd<strong>en</strong>. De pastoor wilde er e<strong>en</strong> einde<br />

aan mak<strong>en</strong> door de put te demp<strong>en</strong>. De schep<strong>en</strong><strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> dit aan de pastoor, vermits hij t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>ste<br />

stond van de geme<strong>en</strong>schap. Daarop werd weer e<strong>en</strong> beroep gedaan op het Hof van Brabant. De<br />

geme<strong>en</strong>te argum<strong>en</strong>teerde in e<strong>en</strong> brief van 18 oktober 1793: "Alsoo a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> ste<strong>en</strong><strong>en</strong> put sta<strong>en</strong>de op<br />

het kerckhof binn<strong>en</strong> dese vrijheyd <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong>ighe noodige reparatie moet word<strong>en</strong> geda<strong>en</strong>, welckers<br />

reparatie <strong>en</strong>de onderhoud van over immemoriale tijd<strong>en</strong> altijt is geschiet door de kercke alhier <strong>en</strong>de dat<br />

wethouder<strong>en</strong> als mede proviseur<strong>en</strong> der gemelde kerck d<strong>en</strong> heere pastoor van alhier hebb<strong>en</strong> a<strong>en</strong>socht<br />

om gesam<strong>en</strong>tlijck tot het do<strong>en</strong> van die reparatie te overcom<strong>en</strong> <strong>en</strong>de alsoo d<strong>en</strong> gemeld<strong>en</strong> heer pastoor<br />

in plaetse van in soo noodighe <strong>en</strong>de cleyne reparatie mede toe te stemm<strong>en</strong> sigh v<strong>en</strong>teert <strong>en</strong>de drijght<br />

d<strong>en</strong>selv<strong>en</strong> put te do<strong>en</strong> afbrek<strong>en</strong>".<br />

De pastoor bracht volg<strong>en</strong>de argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> naar voor: "De kerk van <strong>Weelde</strong> is geleg<strong>en</strong> in 't midd<strong>en</strong> van<br />

d<strong>en</strong> kerkhof, heeft op d<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> kerkhof e<strong>en</strong><strong>en</strong> bornput, a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> kerkhof is vast a<strong>en</strong>gestelt de<br />

gemeynts schole, item zijn a<strong>en</strong> het kerk vast a<strong>en</strong>gestelt twee huyz<strong>en</strong> a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> kant, alwaer d<strong>en</strong><br />

put is, deze huys<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ider ook e<strong>en</strong><strong>en</strong> put. A<strong>en</strong> d<strong>en</strong> ander<strong>en</strong> kant e<strong>en</strong> wijnig van het kerkhof is<br />

alnoch e<strong>en</strong> huys hebb<strong>en</strong>de e<strong>en</strong>sgelijk e<strong>en</strong><strong>en</strong> put. Item e<strong>en</strong>e erve, omtr<strong>en</strong>t groot 300 roed<strong>en</strong>, omringt<br />

van e<strong>en</strong><strong>en</strong> breed<strong>en</strong> visch gragt paelt a<strong>en</strong> het kerkhof. Het is nu alzoo dat dez<strong>en</strong> put gedurig word<br />

beschadigt, de kuyp die van ste<strong>en</strong> is afgebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> vernietigt word, e<strong>en</strong>sdeels door de<br />

schoolkinder<strong>en</strong> die daer niet van te keer<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> die d<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> pastoor door d<strong>en</strong><br />

schoolmeester meer als twintigmael straffelijk heeft do<strong>en</strong> verma<strong>en</strong><strong>en</strong>, anders deels ook bij nacht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ontijd<strong>en</strong> door satterick<strong>en</strong> oft andere moedwillige die de voorzeyde huyz<strong>en</strong> frequ<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> die alle drij<br />

herberg<strong>en</strong> zijn, want m<strong>en</strong> heeft a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> put dusdanige beschading<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, bij nacht<strong>en</strong> geschiet, dat<br />

zij door ge<strong>en</strong>e kinder<strong>en</strong> sch<strong>en</strong><strong>en</strong> geda<strong>en</strong> te konn<strong>en</strong> zijn. Dez<strong>en</strong> put was als nu wederom zoo<br />

beschadigt, de ste<strong>en</strong>e kuyp zoo vernietigt, de ste<strong>en</strong><strong>en</strong> daer van in d<strong>en</strong> put geworp<strong>en</strong>, zelfs e<strong>en</strong>ige<br />

ste<strong>en</strong><strong>en</strong> die over de honderd pond swaer weg<strong>en</strong>, dat d<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> was gevaerlijck geword<strong>en</strong> datter<br />

kinder<strong>en</strong> oft andere zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> konn<strong>en</strong> invall<strong>en</strong>. De reparatie <strong>en</strong> kan ook niet geschied<strong>en</strong> zonder<br />

merckelijke oncost<strong>en</strong> te veroorzaek<strong>en</strong> a<strong>en</strong> de kerk, waer van de jaerelijksche inkoomst<strong>en</strong> <strong>en</strong>de<br />

accid<strong>en</strong>talia ... nietteg<strong>en</strong>staande dat de reparati<strong>en</strong> van dack, muragie, toor<strong>en</strong> <strong>en</strong>de loffelijk geda<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> door de abdije van Tongerlo als thi<strong>en</strong>dehefster. D<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> pastoor, ..., <strong>en</strong> die nu al<br />

3-maal de meergezeyd<strong>en</strong> put met merckelijke oncost<strong>en</strong> voor de kerk heeft laet<strong>en</strong> reparer<strong>en</strong>, zi<strong>en</strong>de


dat de moedwilligheid niet op <strong>en</strong> hiel van di<strong>en</strong> put te beschaedig<strong>en</strong>, als ook in a<strong>en</strong>dacht nem<strong>en</strong>de dat<br />

d<strong>en</strong> put a<strong>en</strong> de kerk niet di<strong>en</strong>stig is, had voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> d<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> uyt te brek<strong>en</strong> <strong>en</strong>de te vull<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de<br />

had dit zijn voornem<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>t gemaeckt a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> officier der plaets, d<strong>en</strong> welk<strong>en</strong> daer mede cont<strong>en</strong>t<br />

was, maer als m<strong>en</strong> nu d<strong>en</strong>hand a<strong>en</strong> het werck had beginn<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>, opgerockt sijnde door twee<br />

van die herbergiers komt hij met e<strong>en</strong>ige schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> stelt zigh teg<strong>en</strong> de uytbrekinge van d<strong>en</strong> put, zij<br />

word<strong>en</strong> gevraegt waer toe d<strong>en</strong> put a<strong>en</strong> de kerk di<strong>en</strong>stig is, <strong>en</strong> antwoord<strong>en</strong> niet anders als dat het ook<br />

mann<strong>en</strong> waer<strong>en</strong> geweest die d<strong>en</strong> put hadd<strong>en</strong> do<strong>en</strong> maek<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> doet hun zi<strong>en</strong> dat het water van di<strong>en</strong><br />

put onbetaemelijk was door de rottigheid van de lichaem<strong>en</strong> die daer omtr<strong>en</strong>t begraev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>e<br />

walg veroorzaekt <strong>en</strong> onbetaemelijk is tot gebruyck in d<strong>en</strong> goddelijk<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st, dat m<strong>en</strong> zoo wijnig water,<br />

als daer toe noodig is, zal hael<strong>en</strong> op de pastorije, dat, alser brand zoude konn<strong>en</strong> ontsta<strong>en</strong> a<strong>en</strong> de<br />

kerk, d<strong>en</strong> visch gragt duyz<strong>en</strong>t mael meer water kan lever<strong>en</strong> als di<strong>en</strong> put die op d<strong>en</strong> tijd van e<strong>en</strong><br />

quartier uurs wel zoude uytgeput zijn, met e<strong>en</strong> woord dat tot all<strong>en</strong> ander gebruyck voor de kerk, in di<strong>en</strong><br />

gragt water is in overvloedigheid..."<br />

De tijd<strong>en</strong> war<strong>en</strong> moeilijk <strong>en</strong> het is begrijpelijk dat zulke incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich voorded<strong>en</strong> in de 18e eeuw. Te<br />

<strong>Weelde</strong> had m<strong>en</strong> ook af te rek<strong>en</strong><strong>en</strong> met de politiek <strong>en</strong> meermaals blijkt uit dokum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hoe partijdig<br />

de officiële instanties kond<strong>en</strong> zijn. Wij lez<strong>en</strong> dit herhaaldelijk voor wat betreft de sekretaris van <strong>Weelde</strong><br />

in de tweede helft der 18e eeuw. Hij wordt voortdur<strong>en</strong>d als e<strong>en</strong> "paap<strong>en</strong>hater" bestempeld. Enkele<br />

jar<strong>en</strong> ging het echter weer wat beter tuss<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> de pastoor, maar onder het pastoraat<br />

van Judocus Arnaerts (1810-1825) laaide de ruzie weer hoog op. Wij citer<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> brief van de<br />

geme<strong>en</strong>te, gedateerd 14 januari 1822: "...dat wij dikwils hebb<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> beklaeg<strong>en</strong> over de<br />

beledig<strong>en</strong>de uytdrukking<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het bestuur waer van d<strong>en</strong> heer Arnouts, onz<strong>en</strong> pastoor zig in zijne<br />

sermoon<strong>en</strong> plichtig maekt, hij is zeer wijnig meer omzigtig, <strong>en</strong>de hout niet op met gesplet<strong>en</strong>theyd te<br />

misnoeg<strong>en</strong> de g<strong>en</strong>e der parochian<strong>en</strong>, die zig tot het onnoozel vermaek van d<strong>en</strong> dans durv<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>,<br />

zelfs de aanschouwers, hij legt de straffe tot op de ouders der kinder<strong>en</strong> die 't zig hebb<strong>en</strong> gedoogt, uyt<br />

hunne eyge beweging of buyt<strong>en</strong> hunne weet, hier mede nog niet tevred<strong>en</strong> zoekt hij de onderpastoor,<br />

die hij niet kan beheersch<strong>en</strong> te verwijder<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> de op<strong>en</strong>bare vraek in haer zegg<strong>en</strong> regtveerdig is,<br />

hetg<strong>en</strong>e wij geloov<strong>en</strong>, is 't onmogelijk dat e<strong>en</strong><strong>en</strong> geestelijk<strong>en</strong>, al was hij e<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong>gel, met hem woont,<br />

van e<strong>en</strong><strong>en</strong> vrolijk<strong>en</strong> <strong>en</strong>de mild<strong>en</strong> onderpastoor, zonder verkwisting, hij is grammoedig, kijfagtig <strong>en</strong>de<br />

van e<strong>en</strong>e onmaetige gierigheyd geword<strong>en</strong>, beheerscht door e<strong>en</strong>e kwaedaerdige <strong>en</strong>de valsche<br />

di<strong>en</strong>stmeyt de welke het water in d'e<strong>en</strong>e hand <strong>en</strong>de het vuer in de andere draegt. D<strong>en</strong> pastoor gaet<br />

om 4 ur<strong>en</strong> slaep<strong>en</strong> in d<strong>en</strong> winter <strong>en</strong>de staat omtr<strong>en</strong>t middernagt op, m<strong>en</strong> vermijnt dat hij e<strong>en</strong><strong>en</strong> klijn<strong>en</strong><br />

schat verzamelt heeft, sedert dat hij pastoor is <strong>en</strong>de dat hij hem bewaekt uyt vreeze dat de diev<strong>en</strong><br />

inbraek<strong>en</strong> om hem hiervan te beroov<strong>en</strong>".<br />

Het gedrag van pastoor Arnaerts beterde blijkbaar niet, want het verslag van de geme<strong>en</strong>teraadszitting<br />

van 22 mei 1822 luidt als volgt:<br />

1e Het onverwagt vertrek van de Heer Petrus Francus L<strong>en</strong>aerts onderpastoor dezer geme<strong>en</strong>te, 2e<br />

zijnde nog niet vervanging <strong>en</strong>de de stilzwijg<strong>en</strong>theyd van de heer Pastor d<strong>en</strong> dez<strong>en</strong> opzigte, 3e het<br />

overdadig misnoeg<strong>en</strong> der inwoonders teg<strong>en</strong> d<strong>en</strong> Pastor d<strong>en</strong> welk<strong>en</strong> door op<strong>en</strong>baere maer word<br />

a<strong>en</strong>gewez<strong>en</strong> als d<strong>en</strong> daeder of uyteysscher te zijn der agtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de verwijdering van veele<br />

onderpastoors binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong>e zoo korte ruymte tijds. Hij verklaert, dat iedere<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ogsaem d<strong>en</strong> inborst,<br />

de propost<strong>en</strong>, de dad<strong>en</strong> van de Heer Arnouts k<strong>en</strong>t <strong>en</strong>de eyndelijk de omstandighed<strong>en</strong> de welke in<br />

e<strong>en</strong>e beraming niet konn<strong>en</strong> ingebragt word<strong>en</strong>, maer dat eyndelings d<strong>en</strong> staet van onrust, waer in hij<br />

sedert verscheyde jaer<strong>en</strong> de goede <strong>en</strong>de vreedsaeme inwoonders van <strong>Weelde</strong> ophout, op<strong>en</strong>baer<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>de eerbiedige moeyt<strong>en</strong>s bij de bevoegde burgerlijke <strong>en</strong>de geestelijke gezaghebbers, om e<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

onderpastoor te bekom<strong>en</strong> d<strong>en</strong> welk<strong>en</strong> niet verpligt word van bij d<strong>en</strong> Pastor te woon<strong>en</strong> maer d<strong>en</strong><br />

welk<strong>en</strong> zig in e<strong>en</strong> huys vestigt het welk m<strong>en</strong> t<strong>en</strong> deze eynde in het midd<strong>en</strong> der geme<strong>en</strong>te zal bereyd<strong>en</strong><br />

naest de capelle, waer betaeme zoude dat het hoogweerdig berust <strong>en</strong>de dat d<strong>en</strong> vicaris gemagtigt<br />

wierd daer in de eerste misse op zon <strong>en</strong>de feestdaeg<strong>en</strong> met onderwijzing te lez<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de dat de Heer<br />

Arnouts vicaris zijnde ook afgeschijde in e<strong>en</strong> huys woond<strong>en</strong>, alzoo voorgestelt word. Hij doet<br />

opmerk<strong>en</strong> dat de geme<strong>en</strong>te van e<strong>en</strong>e a<strong>en</strong>merkelijke uytgestrektheyd is, dat 2/3 t<strong>en</strong> minst<strong>en</strong> der<br />

inwoonders veele digter a<strong>en</strong> de capelle zijn als bij de kerk, dat eyndelings d<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong> Dionies<br />

Schaep<strong>en</strong>donk overwijl overled<strong>en</strong> is zonder de laeste vertroosting<strong>en</strong> onzer religie te hebb<strong>en</strong> konn<strong>en</strong><br />

ontfang<strong>en</strong>, bij oorzaek der vertraeging door de afgeleg<strong>en</strong>theyd der pastorij van de kerk veroorzaekt in<br />

der vertoev<strong>en</strong>s, altijt onafscheydelijk van hier <strong>en</strong>de daer te moet<strong>en</strong> loop<strong>en</strong> alvor<strong>en</strong>s zig a<strong>en</strong> het<br />

voornem<strong>en</strong> toe te draeg<strong>en</strong>, waer op hij de vergaedering a<strong>en</strong>zoekt te raedpleg<strong>en</strong>. Verscheyde led<strong>en</strong><br />

schreeuw<strong>en</strong> over de handelwijze van de heer Arnouts, op de onrust, de welke hij verwekt met de<br />

inwoonders ontbloot te stell<strong>en</strong> van op de voors. daeg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>e miss<strong>en</strong> meer te kom<strong>en</strong> hoor<strong>en</strong> <strong>en</strong>de


verklaer<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong>paeriglijk dat e<strong>en</strong>e behoorelijke wooning gratis a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> vicaris zal gegeve word<strong>en</strong>,<br />

als het a<strong>en</strong> de bevoegde autorietijt te wille komt, de voorstelling van de heer voorzitter a<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong><br />

de welke strekt tot het geme<strong>en</strong> welzijn der religie, tot het handhav<strong>en</strong> der rust der geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong>de om het altijt weder ontsta<strong>en</strong> vertrek der onderpastoors voor te kom<strong>en</strong> alzoo het geblek<strong>en</strong> is bij<br />

die der heer<strong>en</strong> Verstapp<strong>en</strong>, Heyl<strong>en</strong>, Verhulst <strong>en</strong>de L<strong>en</strong>aerts". Het werd echter nog erger met Arnaerts<br />

<strong>en</strong> de secretaris schreef op 16 juni 1827:"...dat de heer Petrus Joannes Emmanuel Arnaerts,<br />

voorhe<strong>en</strong> pastoor dezer geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong>de aldaer thans nog woon<strong>en</strong>de, sederd ruym 2 jar<strong>en</strong> is<br />

a<strong>en</strong>geda<strong>en</strong> van e<strong>en</strong>e volkome krankzinnighijd, dus daniglijk dat hij niet alle<strong>en</strong> te<strong>en</strong>emael onbekwaam<br />

is zijn<strong>en</strong> persoon <strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> te beheer<strong>en</strong> uyt welke hoofde hij ook is ontzet geword<strong>en</strong> van zijn ampt<br />

als pastor, waar dat hij ook voor zig zelv<strong>en</strong> <strong>en</strong>de voor andere gevaarlijk geword<strong>en</strong> zijnde wel di<strong>en</strong>d<br />

bewaard <strong>en</strong>de geobserveert te word<strong>en</strong>, zoo dat het welzijn van zijn persoon als het ge<strong>en</strong> van de<br />

zam<strong>en</strong>leving vorderd dat hij van zijn<strong>en</strong> vrijdom wordt berooft, <strong>en</strong>de onder goede bewar<strong>en</strong>isse word<br />

gesteld".<br />

Het inkom<strong>en</strong> van de pastoor<br />

Wij kunn<strong>en</strong> hier niet ingaan op al de bezitting<strong>en</strong>, sch<strong>en</strong>king<strong>en</strong> <strong>en</strong> last<strong>en</strong> die t<strong>en</strong> voordele van de<br />

parochiekerk <strong>en</strong> de pastoor vermeld word<strong>en</strong> in de onderscheid<strong>en</strong> kerkrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, manuales <strong>en</strong><br />

dokum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Toch lijkt het ons interessant ev<strong>en</strong> na te gaan wat bv. in 1770 het inkom<strong>en</strong> was van de<br />

pastoor wat betreft het regulier b<strong>en</strong>eficie. Wij vond<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> verslag desbetreff<strong>en</strong>de de volg<strong>en</strong>de<br />

gegev<strong>en</strong>s. Het regulier b<strong>en</strong>eficie behoorde aan de abdij van Averbode. De voordel<strong>en</strong> war<strong>en</strong>:<br />

1. De pastoor bekwam e<strong>en</strong> derde van de oude of grote ti<strong>en</strong>de van heel het dorp <strong>Weelde</strong>. Opbr<strong>en</strong>gst:<br />

200 viertel<strong>en</strong> rogge per jaar.<br />

2. Hij g<strong>en</strong>oot de gehele novale ti<strong>en</strong>de<br />

3. E<strong>en</strong> derde van de vlasti<strong>en</strong>de was voor hem, indi<strong>en</strong> het vlas gewonn<strong>en</strong> werd op oude erv<strong>en</strong>. Op de<br />

nieuwe erv<strong>en</strong> had hij de hele ti<strong>en</strong>de.<br />

4 E<strong>en</strong> derde van de lammerti<strong>en</strong>de kon hij ontvang<strong>en</strong> op oude erv<strong>en</strong>, maar de gehele ti<strong>en</strong>de op nieuwe<br />

erv<strong>en</strong><br />

5. De panes praeb<strong>en</strong>tales bracht<strong>en</strong> hem steeds 14 pond brood op per 380 roed<strong>en</strong> zaailand. Dieg<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

die zoveel grond niet bezat<strong>en</strong> doch er zelfstandig woond<strong>en</strong>, gav<strong>en</strong> 7 pond. Nochtans, vermits de<br />

inwoners niet wild<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong> aan de panes <strong>en</strong> de pastoor ermee akkoord ging, had dit in neg<strong>en</strong> jar<strong>en</strong><br />

niets meer opgebracht<br />

6. Daarbij bezat de kerk nog grond<strong>en</strong> waarvan de pastoor de huur mocht opstrijk<strong>en</strong>:<br />

a) e<strong>en</strong> boerderij met hof <strong>en</strong> aanstede in het Laar: 1400 roed<strong>en</strong> oppervlakte<br />

b) de weideakker teg<strong>en</strong>over de hoeve: 300 roed<strong>en</strong><br />

c) e<strong>en</strong> drieske van 51 roed<strong>en</strong><br />

d) de Poppelse akker: 300 roed<strong>en</strong><br />

Als bijkom<strong>en</strong>de bezitting<strong>en</strong> geeft m<strong>en</strong> in 1755 nog op:<br />

1. De Oss<strong>en</strong>v<strong>en</strong>n<strong>en</strong>: 150 roed<strong>en</strong><br />

2. E<strong>en</strong> heideveld: 200 roed<strong>en</strong><br />

3. E<strong>en</strong> perceel g<strong>en</strong>oemd de Borcht met weide <strong>en</strong> e<strong>en</strong> klein hofke: 270 roed<strong>en</strong>.


Naast dit regulier b<strong>en</strong>eficie war<strong>en</strong> er blijkbaar nog andere sch<strong>en</strong>king<strong>en</strong>, legat<strong>en</strong>, gunst<strong>en</strong>, gewoont<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiën. Doch ook dit inkom<strong>en</strong> was niet standvastig <strong>en</strong> m<strong>en</strong> kon er niet altijd ev<strong>en</strong> grote<br />

onkost<strong>en</strong> mee dekk<strong>en</strong>. In de armoedige toestand bij het begin der zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw was er reeds<br />

e<strong>en</strong> verzoek ingedi<strong>en</strong>d door de "regeerders" van <strong>Weelde</strong> bij de prelaat van Averbode. Zij opperd<strong>en</strong> dat<br />

de bevolking erg "gedepaupereert" was door de pestil<strong>en</strong>tie. De prelaat beloofde dan de pastoor te<br />

help<strong>en</strong> <strong>en</strong> schreef hun dat die ziekte (pest) e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ade was van de Heer almachtig. Nog kwam er<br />

echter ge<strong>en</strong> werkelijke welstand. De bevolking was niet bij machte sterk te steun<strong>en</strong> <strong>en</strong> de inkomst<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> te klein om alles te onderhoud<strong>en</strong> (kerk, pastorij, kerkelijke goeder<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z). Hierover werd<strong>en</strong><br />

vele briev<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> om steun <strong>en</strong> hulp van de abt. Wij weid<strong>en</strong> er elders uitvoerig over uit.<br />

Op 21 februari 1686 deed de pastoor zijn beklag over de daling van de prijs van het graan. Hij vreesde<br />

niet te kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> in de onkost<strong>en</strong>, vermits hij ook de onderpastoor moest onderhoud<strong>en</strong>. Deze<br />

laatste moest ter plaatse resider<strong>en</strong>, omdat er 500 communicant<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>en</strong> 100 scholier<strong>en</strong>. Op 19<br />

mei 1700 kwam er echter e<strong>en</strong> ordonnantie vanwege het Hof van Brabant. Van nu af moest<strong>en</strong> de<br />

pastoors met minder dan 300 guld<strong>en</strong> inkom<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> 20e p<strong>en</strong>ning meer betal<strong>en</strong>. Die met e<strong>en</strong> inkom<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> 300 <strong>en</strong> 450 guld<strong>en</strong> betaald<strong>en</strong> 20e p<strong>en</strong>ning van hetge<strong>en</strong> ze bezat<strong>en</strong>. Pastoor Otgeri betaalde<br />

37 stuivers. Nochtans werd het lev<strong>en</strong> duurder <strong>en</strong> in 1772 lez<strong>en</strong> wij in het handboek van e<strong>en</strong> pastoor<br />

e<strong>en</strong> <strong>en</strong> ander over zijn toestand. Wij hebb<strong>en</strong> hierbov<strong>en</strong> reeds gezi<strong>en</strong> welke inkomst<strong>en</strong> hij in die tijd<br />

had <strong>en</strong> lat<strong>en</strong> hier nu e<strong>en</strong> <strong>en</strong> ander volg<strong>en</strong> inzake zijn uitgav<strong>en</strong> <strong>en</strong> onkost<strong>en</strong>. Hij klaagt erover dat het<br />

bier zeer slecht was <strong>en</strong> hij gedwong<strong>en</strong> was steeds wijn te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de "hospites <strong>en</strong> de paters<br />

stationariss<strong>en</strong> <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> van e<strong>en</strong>ig tracteer". Elders kond<strong>en</strong> de pastoors meer do<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> guld<strong>en</strong><br />

dan de pastoor te <strong>Weelde</strong> met 4 of 5 schelling<strong>en</strong>. De pastoor moest aalmoez<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>, "bezwaart met<br />

de bestiering van d<strong>en</strong> arm<strong>en</strong>". Hij moest paters stationariss<strong>en</strong> loger<strong>en</strong>, maar ook ander<strong>en</strong> die kwam<strong>en</strong><br />

bedel<strong>en</strong> voor hun kloosters met de permissie van de bisschop. Hij moest de "landtdek<strong>en</strong> bij visitatie<br />

tracter<strong>en</strong> <strong>en</strong> loger<strong>en</strong>". Reeds drie "reys<strong>en</strong>" had hij de bisschop bij het vormsel moet<strong>en</strong> loger<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

trakter<strong>en</strong>. De hele ti<strong>en</strong>de van <strong>Weelde</strong>, overgebracht in het cahier van 1686, bedroeg 1253 guld<strong>en</strong>. Het<br />

was nog juist de waarde van to<strong>en</strong> ze verpacht was. Dit was de schuld van de sekretaris, die e<strong>en</strong><br />

"pap<strong>en</strong>vijandt" was. Honderd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> was de ti<strong>en</strong>de minder verpacht geword<strong>en</strong>. De pastoors hadd<strong>en</strong><br />

verschill<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> "g<strong>en</strong>oegzame compet<strong>en</strong>tie" gehad. De ti<strong>en</strong>de was merkelijk beginn<strong>en</strong> te<br />

"augm<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>" in 1748 of 1749. Aldus kunn<strong>en</strong> wij vaststell<strong>en</strong> dat de pastoor voortdur<strong>en</strong>d te klag<strong>en</strong><br />

had over zijn inkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> blijkbaar moest onderdo<strong>en</strong> voor zijn kapelaan, die zich zelfs kon verheug<strong>en</strong><br />

in e<strong>en</strong> zekere overvloed <strong>en</strong> die aan de kerk heel wat kon voorschiet<strong>en</strong>. Anderzijds zi<strong>en</strong> wij zelfs, dat<br />

de schout <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> beroep do<strong>en</strong> op E.H.Van Lumm<strong>en</strong>, gewez<strong>en</strong> kapelaan, om hun van<br />

de middel<strong>en</strong> van de kapelanie e<strong>en</strong> l<strong>en</strong>ing af te staan van 200 guld<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> 3% om te gebruik<strong>en</strong> tot<br />

betaling der "Fransche contributie zo in de groote magazijn<strong>en</strong> als andersinds", alsmede tot betaling<br />

van de levering<strong>en</strong> van de Keizerlijke troep<strong>en</strong>.<br />

Moeilijkhed<strong>en</strong> met de prelaat van Tongerlo<br />

In de 18e eeuw kwam het herhaaldelijk tot botsing<strong>en</strong> met de abdij van Tongerlo. Immers, de pastoor<br />

kon niet de nodige geld<strong>en</strong> bije<strong>en</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> voor het onderhoud van zijn kerk <strong>en</strong> pastorij. Meermaals<br />

verzocht hij om steun van Tongerlo, die de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> opstreek. Wij kom<strong>en</strong> verder terug op de<br />

feit<strong>en</strong> die zich daarrond voorded<strong>en</strong>. De toestand werd tamelijk ernstig in de tweede helft van de 18e<br />

eeuw, to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> pastoor in zijn dagboek <strong>en</strong>kele "Reflecti<strong>en</strong>" neerschreef: "Het lev<strong>en</strong> is hier duur", zo<br />

schrijft hij, "<strong>en</strong> wij kunn<strong>en</strong> de stad niet bereik<strong>en</strong> omwille van de grote afstand. Wij lev<strong>en</strong> hier zeer<br />

e<strong>en</strong>zaam aan de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van Holland. De kerk heeft te weinig inkomst<strong>en</strong> <strong>en</strong> de uitgav<strong>en</strong> zijn te groot:<br />

miswijn, kostersloon, schur<strong>en</strong>, wass<strong>en</strong>, H.Olie hal<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z..." De "Regeerders" hadd<strong>en</strong> over honderd<strong>en</strong><br />

jar<strong>en</strong> reeds rekwest<strong>en</strong> ingedi<strong>en</strong>d om de kerk te reparer<strong>en</strong>. De prelaat beloofde tuss<strong>en</strong>komst <strong>en</strong> wat<br />

geld, toegewez<strong>en</strong> op de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, maar het war<strong>en</strong> slechts kleine gift<strong>en</strong>. De kerk kon derhalve slechts<br />

onderhoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door de kollekt<strong>en</strong> <strong>en</strong> offers. Sedert tweehonderd jaar had Tongerlo ge<strong>en</strong><br />

contributie meer betaald. Aldus had Tongerlo meer dan 200.000 guld<strong>en</strong> ingetrokk<strong>en</strong>, zonder de minste<br />

last te drag<strong>en</strong>. De pastoor zelf had daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> de herstelling betaald tot 1753. De grote klok had 2 à<br />

3 jar<strong>en</strong> niet meer kunn<strong>en</strong> luid<strong>en</strong>, omdat "het bellefort" verslet<strong>en</strong> was. In het jaar 1765 war<strong>en</strong> 3 grote<br />

v<strong>en</strong>sters bijna helemaal uitgewaaid. Het dak was zodanig verslet<strong>en</strong> dat het water overal doorsijpelde<br />

zelfs tot in het tabernakel. En als de pastoor zulks liet wet<strong>en</strong> <strong>en</strong> verzocht om herstel dan werd hij niet<br />

aanhoord. Op bevel van de prelaat kwam<strong>en</strong> dan de provisors Hermans <strong>en</strong> Jacobs bij pastoor<br />

Smeesters, maar zij ondernam<strong>en</strong> niets.<br />

Enige wek<strong>en</strong> later kwam 's morg<strong>en</strong>s de provisor Hermans opnieuw. Hij zou mee naar de kerk gaan<br />

kijk<strong>en</strong>, want hij had glaz<strong>en</strong>makers meegebracht op de ram<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. De provisor beschuldigde de


pastoor dan van te groot vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> weigerde het werk te beginn<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij de pastoor zelf bijdroeg.<br />

De pastoor zegde zijn aandeel toe, ingeval Tongerlo ook zou bijdrag<strong>en</strong> in de herstelling der pastorij.<br />

Dit alles bleef weer zonder gevolg. Drie jaar later op 30 september kwam<strong>en</strong> de pastoor van Poppel <strong>en</strong><br />

de provisor Hermans terug <strong>en</strong> die moest<strong>en</strong> vaststell<strong>en</strong> dat, in geval de kerk niet hersteld werd, de<br />

goddelijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> er niet meer kond<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>. De pastoor moest dan zegg<strong>en</strong> wat hij kon<br />

gev<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> kwam overe<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> bijdrage van e<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>de, wat zij later herleidd<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />

achtste deel. Aldus werd<strong>en</strong> de ram<strong>en</strong> wel hersteld. Maar ook de mur<strong>en</strong>, het dak <strong>en</strong> de tor<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in<br />

zeer "ruineuse" toestand. Daarbij was de pastorij vervall<strong>en</strong> <strong>en</strong> had de onderpastoor ge<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />

"compet<strong>en</strong>tie". Met de "Camerlinck" van Averbode ging de pastoor dan bij de prelaat van Tongerlo. Op<br />

voorstel van deze laatste om de zaak te lat<strong>en</strong> afhandel<strong>en</strong> door advocat<strong>en</strong> uit Brussel, met name de<br />

advokat<strong>en</strong> De Swerte <strong>en</strong> Baet<strong>en</strong>, kwam<strong>en</strong> de partij<strong>en</strong> overe<strong>en</strong> die her<strong>en</strong> om advies te vrag<strong>en</strong>. Zij<br />

getuigd<strong>en</strong> dat de pastoor moest bijdrag<strong>en</strong> in "merkelijke reparatiën" aan de kerk <strong>en</strong> pastorij, indi<strong>en</strong> hij<br />

meer inkom<strong>en</strong> had dan zijn uitgav<strong>en</strong>. Dit laatste werd vastgesteld op 800 guld<strong>en</strong>. Ondertuss<strong>en</strong> echter<br />

sche<strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoonlijke vete ontstaan te zijn tuss<strong>en</strong> de pastoor <strong>en</strong> de prelaat. Waarschijnlijk is deze<br />

het gevolg geweest van de financiële moeilijkhed<strong>en</strong>. Op 20 februari 1760 immers schreef pastoor<br />

Smeesters naar de prelaat van Tongerlo e<strong>en</strong> brief waarin hij getuigde dat hij begin oktober 1759 naar<br />

Tongerlo had will<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, maar dat de 5e van die maand de provisor van Weirt te <strong>Weelde</strong> op de<br />

pastorij was kom<strong>en</strong> aanklopp<strong>en</strong> <strong>en</strong> er 2 uur bleef. Deze laatste beloofde binn<strong>en</strong> de veerti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong><br />

terug te kom<strong>en</strong> om de hang<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> der novalia <strong>en</strong> kerk te regel<strong>en</strong>. Hij kwam echter niet opdag<strong>en</strong>.<br />

Op 12 februari was hij te Ravels geweest, maar niet te <strong>Weelde</strong>. Ondertuss<strong>en</strong> had de pastoor<br />

vernom<strong>en</strong> dat de provisor in oktober in <strong>Weelde</strong>-Straat geweest was <strong>en</strong> dat hij overnacht had bij het<br />

vee. Daar had hij van de geleg<strong>en</strong>heid gebruik gemaakt om argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in te zamel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de<br />

pastoor, maar hem niets gezegd omtr<strong>en</strong>t het bezoek. De pastoor gaat dan verder: "Ik heb nu al zolang<br />

gewacht: regel toch de zak<strong>en</strong> van de novalia <strong>en</strong> de kerk, want in mei komt de bisschop".Hij schrijft dan<br />

hoe ze hem beschuldigd hebb<strong>en</strong> van nutteloze onkost<strong>en</strong> aan de kerk. "Dit is niet waar", schrijft hij,<br />

"alles was nodig. Het geld kwam van de kapel, rondhaling<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Antwerp<strong>en</strong> (300 guld<strong>en</strong>),<br />

het toegestuurde geld <strong>en</strong> de "ornam<strong>en</strong>t<strong>en</strong>" heb ik gebedeld. Ze moet<strong>en</strong> mij lov<strong>en</strong> in plaats van af te<br />

brek<strong>en</strong>", me<strong>en</strong>t hij. En zijn besluit: "Is 't wonder dat mijn gal in beweging komt?"<br />

Morele toestand <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>speil<br />

In het begin van de 18e eeuw kondigde zich e<strong>en</strong> geleidelijke verzwakking aan van het morele <strong>en</strong><br />

godsdi<strong>en</strong>stige lev<strong>en</strong>. Waar vroeger de nauwe sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> het wereldlijk gezag <strong>en</strong> pastorij<br />

symbool was van e<strong>en</strong> kleine "res publica christiana", werd deze eeuw gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong><br />

voortdur<strong>en</strong>de strijd om red<strong>en</strong><strong>en</strong> van financiële aard. Deze verhouding bracht ook e<strong>en</strong> gestadige<br />

verwijdering mee van de godsdi<strong>en</strong>stige tradities onder de bevolking. Aldus zi<strong>en</strong> wij regelmatig<br />

protest<strong>en</strong> indi<strong>en</strong><strong>en</strong> bij de pastoor over minder aang<strong>en</strong>ame toestand<strong>en</strong>. De jeugd vooral leefde losser...<br />

In e<strong>en</strong> niet gedateerd stuk uit de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw, klaagt e<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>de pastoor van <strong>Weelde</strong> over<br />

het misbruik van de jeugd bij het afsterv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> "jonkman" of e<strong>en</strong> "jonge dochter". Zij hadd<strong>en</strong><br />

namelijk de gewoonte aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij deze geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> kransjes te houd<strong>en</strong>, wat niet paste bij de<br />

ongelukkige gebeurt<strong>en</strong>is. De pastoor ging zover dat hij het bisschoppelijk gezag erbij wilde inroep<strong>en</strong>.<br />

Blijk<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> akte van 1793 geraakte het tot e<strong>en</strong> dispuut tuss<strong>en</strong> de pastoor <strong>en</strong> het geme<strong>en</strong>tebestuur,<br />

omdat dronkaards 's nachts op het kerkhof kwam<strong>en</strong> <strong>en</strong> er de put <strong>en</strong> andere zak<strong>en</strong> schond<strong>en</strong>. Hij<br />

besluit dan de put maar af te brek<strong>en</strong>. Hier insinueert de pastoor op de drankmisbruik<strong>en</strong>.<br />

Maar de geme<strong>en</strong>te was ook niet vrij te pleit<strong>en</strong> van loomheid <strong>en</strong> slecht beheer. In de jar<strong>en</strong> 1750 immers<br />

kloeg de pastoor de schout <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> aan weg<strong>en</strong>s hun wanbeheer <strong>en</strong> slechte wil. De<br />

sekretaris was e<strong>en</strong> "paep<strong>en</strong>vijandt". Wij stell<strong>en</strong> inderdaad vast hoe gebruik<strong>en</strong> veranderd<strong>en</strong>.<br />

Karakteristiek voor de nieuwe m<strong>en</strong>taliteit is het feit dat in de statut<strong>en</strong> van de Sint-Antoniusgilde het<br />

vijfde artikel werd geschrapt. Daarin stond dat wanneer e<strong>en</strong> gildelid stierf, de familieled<strong>en</strong> 16 stuivers<br />

moest<strong>en</strong> betal<strong>en</strong> aan de oudste dek<strong>en</strong> om het lez<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> mis voor de afgestorv<strong>en</strong><strong>en</strong> te<br />

bekostig<strong>en</strong>. Rond 1700 werd deze bepaling geschrapt <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuwe ingelast die voorschreef dat<br />

m<strong>en</strong> voortaan e<strong>en</strong> halve ton bier moest gev<strong>en</strong> voor de Confrerie. Het is dan ook vanaf de 18e eeuw<br />

dat in de handboek<strong>en</strong> van de gild<strong>en</strong> de rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aandikk<strong>en</strong> wat betreft het verbruik van bier. Het<br />

was natuurlijk niet steeds mogelijk dat de pastoor over voldo<strong>en</strong>de gezag beschikte om dergelijke<br />

gewoont<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>. Het geestelijk gezag speelde daarin echter e<strong>en</strong> grote rol. Wij hebb<strong>en</strong> het<br />

bewijs voor de hand dat er in die tijd wel e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> onderpastoor kwam die er zelfs ge<strong>en</strong> beroep op<br />

kon do<strong>en</strong>. Op 10 augustus 1696 schreef de pastoor Severinus Otgeri naar de sekretaris van de<br />

bisschop van Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> kloeg over zijn onderpastoor, die volstrekt onbekwaam was voor zijn<br />

ambt. Hij had ge<strong>en</strong> stem, k<strong>en</strong>de ge<strong>en</strong> noot muziek <strong>en</strong> kon niet fatso<strong>en</strong>lijk de mis zing<strong>en</strong>. Deze


gebrek<strong>en</strong> verwekt<strong>en</strong> steeds e<strong>en</strong> zekere hilariteit, zodat er e<strong>en</strong> nieuwe moest kom<strong>en</strong>. Over dezelfde<br />

kapelaan Dick<strong>en</strong>s werd in 1713 fel geklaagd door de dek<strong>en</strong>, omdat hij zich te buit<strong>en</strong> ging aan<br />

brandewijn. Hij werd dan ook door het bisdom op de vingers getikt. Nog in de 18e eeuw was de<br />

matricularius Stobbelaer in <strong>Weelde</strong> berucht weg<strong>en</strong>s zijn veelvuldige dronk<strong>en</strong>schap. In de 19e eeuw is<br />

er dikwijls sprake van onderpastoors die hun plicht<strong>en</strong> niet nakom<strong>en</strong>. Pastoor Scho<strong>en</strong>makers schreef<br />

op 12 juli 1855 nog e<strong>en</strong> brief aan de bisschop waaruit we volg<strong>en</strong>d fragm<strong>en</strong>t ontl<strong>en</strong><strong>en</strong>: "Ik kan niet<br />

nalaet<strong>en</strong> zijne Emin<strong>en</strong>tie te berigt<strong>en</strong> dat er te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong>e capel bestaet 20 minut<strong>en</strong> van de pastorij,<br />

waerin volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> ouw gebruik d<strong>en</strong> onderpastoor drijmael per week, ma<strong>en</strong>dags, wo<strong>en</strong>sdags <strong>en</strong><br />

vrijdags ging mis lez<strong>en</strong>, alhoewel hij daer voor niets trok. Ik heb dat gebruyck over mijn 33 jaer<br />

gevond<strong>en</strong> <strong>en</strong> altijd onderhoud<strong>en</strong> zoo lang ik onderpastoor geweest b<strong>en</strong>, te meer om dat er zoo veel de<br />

mis altijd bijwoond<strong>en</strong>. Ik heb het ook zi<strong>en</strong> onderhoud<strong>en</strong> van mijne opvolgers, maer des<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> onderpastoor, die bijna twee jaer te <strong>Weelde</strong> is, doet dat, om zoo te zegg<strong>en</strong>, nooyt,<br />

waer over de borgers die daer omtr<strong>en</strong>d in groot getal woon<strong>en</strong>, murmurer<strong>en</strong> omdat zij ge<strong>en</strong> mis meer<br />

hebb<strong>en</strong>, waerdoor ik als pastoor ook mede kom te lijd<strong>en</strong>".<br />

Ook op het begraf<strong>en</strong>isritueel was te <strong>Weelde</strong> in het begin van de 19e eeuw wel wat aan te merk<strong>en</strong>. De<br />

burgemeester was misnoegd, omdat de uitvaart<strong>en</strong> gepaard ging<strong>en</strong> met <strong>en</strong>orme eet- <strong>en</strong> zuippartij<strong>en</strong><br />

door de familie <strong>en</strong> de gebur<strong>en</strong> van de overled<strong>en</strong>e. Op die manier ontstond er regelmatig ruzie wat<br />

"teg<strong>en</strong> het respect van d<strong>en</strong> dod<strong>en</strong> strekt" <strong>en</strong> "ook groote onkost<strong>en</strong> voor de erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> veroorzaakt<br />

zoodanig dat er somtijds om die kost<strong>en</strong> te betal<strong>en</strong> verpligt zijn hun in de schuld<strong>en</strong> te stek<strong>en</strong>, die zij als<br />

dan niet konn<strong>en</strong> betal<strong>en</strong> <strong>en</strong>de somtijds hun geheel lev<strong>en</strong> niet meer uitgerak<strong>en</strong>". Daarom werd<br />

voortaan verbod<strong>en</strong> dat de binn<strong>en</strong>dorpse familieled<strong>en</strong> nog zoud<strong>en</strong> et<strong>en</strong> of drink<strong>en</strong> op de uitvaart. De<br />

buit<strong>en</strong>dorpse familieled<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong> nog wel et<strong>en</strong> <strong>en</strong> drank (Geme<strong>en</strong>teraadsverslag van 14 april 1826).<br />

Te <strong>Weelde</strong> bestond ook het gebruik de overled<strong>en</strong><strong>en</strong> die ver van de kerk woond<strong>en</strong>, tot bij de kerk te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met karr<strong>en</strong>, waarop de familieled<strong>en</strong> dan ook plaatsnam<strong>en</strong>, naast het lijk. Dit werd in de<br />

geme<strong>en</strong>teraadszitting van 30 november 1827 verbod<strong>en</strong> <strong>en</strong> de boete voor ev<strong>en</strong>tuele overtreders van<br />

deze ordonnantie werd bepaald op 3 tot 5 guld<strong>en</strong>. De burgemeester argum<strong>en</strong>teerde: "uit gewoonte de<br />

welke de inwoonders hebb<strong>en</strong> om de lijk<strong>en</strong> van de overled<strong>en</strong>e persoon<strong>en</strong> die ver van de kerk<br />

afwoon<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de met karr<strong>en</strong> tot aan de kerk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vervoerd, op de zelve karr<strong>en</strong> rondom deze lijk<strong>en</strong><br />

gezet<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de d<strong>en</strong> gansch<strong>en</strong> vervoer te vergezell<strong>en</strong>. De heer burgemeester uit het gevoel<strong>en</strong> dat<br />

zoodanig gebruik di<strong>en</strong>t teg<strong>en</strong>gegaan te word<strong>en</strong> uit hoofde van de nadeelige gevolg<strong>en</strong> welke voor de<br />

publieke gezondheid uit konn<strong>en</strong> vortsloeg<strong>en</strong>. Wel bijzonder in het warm jaargetij, als wanneer het lijk<br />

door d<strong>en</strong> zelvs ongezonde stink<strong>en</strong>de uitwasseming tot e<strong>en</strong>e besmettelijke ziekte aanleiding zoude<br />

konn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>".<br />

<strong>Nu</strong> hier toch sprake is van uitvaart<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wijze van begrav<strong>en</strong> will<strong>en</strong> we de geïnteresseerde lezer<br />

volg<strong>en</strong>de anecdote die we vond<strong>en</strong> in de parochieregisters van <strong>Weelde</strong> niet onthoud<strong>en</strong>: Anno 1741 op<br />

21 februari "De uytvaert gehoud<strong>en</strong> voor d<strong>en</strong> keyser Carolus VI gestorv<strong>en</strong> 20 october door geheel ons<br />

bisdom. Op de choor heeft gesta<strong>en</strong> het baer, daerop e<strong>en</strong> keyserscroon, schepter <strong>en</strong> sweird, rondom<br />

42 keerss<strong>en</strong> <strong>en</strong> 4 flambeuw<strong>en</strong>, noch 6 kleine flambeuw<strong>en</strong>. De baer is gedraeg<strong>en</strong> door 4<br />

borgemeesters gevolght door de magistraet alle met swarte mantels, de guld<strong>en</strong>s <strong>en</strong> broederschappe<br />

met hun trommels <strong>en</strong> v<strong>en</strong>dels. Alle de schoolkinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> ontallijke gemeynt<strong>en</strong>aers hebb<strong>en</strong> all<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

offer geweest, welcke geweest is voor de kerk seer groot. De magistraet heeft d'heer<strong>en</strong> com<strong>en</strong><br />

bedanck<strong>en</strong> <strong>en</strong> ons vri<strong>en</strong>delijck versocht op e<strong>en</strong> glas goet diesters bier, alles is seer ord<strong>en</strong>telijck<br />

gesciet. R.I.P."<br />

Weeldse Rome pelgrims in het heilig jaar 1500<br />

Als de kerk telk<strong>en</strong>s met e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>ruimte van 25 jaar, met grote plechtigheid te Rome het Heilig Jaar<br />

vierde, trok deze belangrijke gebeurt<strong>en</strong>is de pelgrims aan. Vel<strong>en</strong> ondernam<strong>en</strong> de lange <strong>en</strong> lastige<br />

tocht, meestal te voet, in e<strong>en</strong> geest van gebed <strong>en</strong> boete. Dat onder deze pelgrimsschaar de<br />

<strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> niet afzijdig blev<strong>en</strong>, bewijst e<strong>en</strong> dokum<strong>en</strong>t uit het Turnhoutse schep<strong>en</strong>register van 1501-<br />

1503. Uit het stuk k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> we de nam<strong>en</strong> van vier Kempische pelgrims. De eerste is Heer Jan van<br />

Gheel, priester van Her<strong>en</strong>tals, die op de terugweg dys<strong>en</strong>terie kreeg. Langs dezelfde weg toog<br />

ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s Wouter Vander Hey<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> ingezet<strong>en</strong>e van <strong>Weelde</strong>, die de zieke hulp bood. Hij hielp hem<br />

ook begrav<strong>en</strong> in het dorp Mals alias "Sev<strong>en</strong>kercke". Dit plaatsje is geleg<strong>en</strong> op 1051 meter hoogte in<br />

de buurt van de Zwitserse <strong>en</strong> Oost<strong>en</strong>rijkse gr<strong>en</strong>s. Het is thans nog e<strong>en</strong> voornaam verkeersc<strong>en</strong>trum, <strong>en</strong><br />

het was dit ook al reeds in 1500, als pleisterplaats op de weg die over Oost<strong>en</strong>rijk naar de streek van<br />

Augsburg voerde. Zo wet<strong>en</strong> we mete<strong>en</strong> dat de Kemp<strong>en</strong>aars de voorkeur gav<strong>en</strong> aan de kortste weg<br />

die voor h<strong>en</strong> over Duitsland voerde. Heer Jan van Gheel had aan zijn verpleger Wouter Vander Hey<strong>en</strong>


uit <strong>Weelde</strong> als vergoeding, e<strong>en</strong> bedrag van 10 Rijnsguld<strong>en</strong> toegezegd, te nem<strong>en</strong> op zijn goeder<strong>en</strong> te<br />

Her<strong>en</strong>tals. Dit werd bevestigd door het getuigschrift van twee andere Romegangers, die dezelfde weg<br />

ging<strong>en</strong>, namelijk Jan van Beeme, stadhouder van Lille <strong>en</strong> Gierle <strong>en</strong> Claus Vand<strong>en</strong> Wouwer,<br />

stadhouder van <strong>Weelde</strong>.<br />

B<strong>en</strong>eficiën<br />

B<strong>en</strong>eficiën zijn stichting<strong>en</strong> waardoor op bepaalde dag<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan bepaalde altar<strong>en</strong> miss<strong>en</strong> gelez<strong>en</strong> of<br />

gezong<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s het verlang<strong>en</strong> <strong>en</strong> mits e<strong>en</strong> vergoeding van de stichters. In de late<br />

Middeleeuw<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> er in de parochie van <strong>Weelde</strong> behalve het pastoreel b<strong>en</strong>eficie waaraan de<br />

zielzorg verbond<strong>en</strong> was, nog andere b<strong>en</strong>eficies tot stand. Aan zo'n b<strong>en</strong>eficie verbond<strong>en</strong> de stichters<br />

e<strong>en</strong> bepaald inkom<strong>en</strong> (uit grond of kapitaal) <strong>en</strong> de verplichting om tot laf<strong>en</strong>is van hun ziel miss<strong>en</strong>,<br />

gebed<strong>en</strong> of goede werk<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> opdrag<strong>en</strong>. Zo bestond sinds onheuglijke tijd (in elk geval van voor<br />

1400) het b<strong>en</strong>eficie van de H.Maagd in de kerk van St.-Michiel. In 1453 werd het b<strong>en</strong>eficie van de<br />

H.Antonius <strong>en</strong> de H.H.Maagd<strong>en</strong> Catharina <strong>en</strong> Barbara opgericht: "Alzo anno 1453 21 meert is e<strong>en</strong><br />

geestelijk-weirelijk b<strong>en</strong>eficie opgeregt onder de bescherminge van d<strong>en</strong> H.Geest <strong>en</strong>de a<strong>en</strong>roepinge oft<br />

voorspraecke van d<strong>en</strong> H.Antonius, belijder <strong>en</strong>de H.H.Maeghd<strong>en</strong> Catharina <strong>en</strong> Barbara, door zeker<strong>en</strong><br />

Joannes, bisschop van Luik". Aan dit b<strong>en</strong>eficie was e<strong>en</strong> jaarlijks inkom<strong>en</strong> van 6 mudde rogge<br />

verbond<strong>en</strong>. Dit kwam t<strong>en</strong> goede aan de pastoor van <strong>Weelde</strong> mits de last om twee miss<strong>en</strong> per week te<br />

celebrer<strong>en</strong>. Jan Buycx legateerde op 3 december 1498 belangrijke bezitting<strong>en</strong> aan dit b<strong>en</strong>eficie. In<br />

1524 werd het St.-Joris b<strong>en</strong>eficie opgericht. "Anno 1524 15 januari is in de kerk van <strong>Weelde</strong> opgeregt<br />

e<strong>en</strong> geestelijk-weirelijk b<strong>en</strong>eficie tot lof <strong>en</strong>de eer van de almog<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Godt <strong>en</strong>de onder de<br />

voorspraecke van de H.H.Georgius, martelaer, d<strong>en</strong> Aerts<strong>en</strong>gel Michael, <strong>Nicolaus</strong> (van Mira) <strong>en</strong>de<br />

Hubertus, door Erardus a Marka (Van Merk<strong>en</strong>), Cardinael bisschop van Luyk".<br />

De inkomst<strong>en</strong> van dit b<strong>en</strong>eficie zijn 's jaarlijks gepreleveerd op de goeder<strong>en</strong> van verscheid<strong>en</strong>e<br />

eig<strong>en</strong>aars. "D<strong>en</strong> last van dit b<strong>en</strong>eficie is de Zondagh <strong>en</strong>de gebod<strong>en</strong> Hijlighdag<strong>en</strong> 's morg<strong>en</strong>s de<br />

vroegmisse te celebrer<strong>en</strong>. Item nog 's wekelijks e<strong>en</strong> misse". Verder zal de b<strong>en</strong>eficiant ter plaatse<br />

resider<strong>en</strong>: "Item personele resid<strong>en</strong>tie onder voorwaarde zoo dikwijls als d<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiant niet wettelijk<br />

belet zijnde, zal veronachtzam<strong>en</strong> die misse te celebreer<strong>en</strong>, hij alsdan zal gehoud<strong>en</strong> zijn te betael<strong>en</strong><br />

twee <strong>en</strong> halve stuyver te verkeer<strong>en</strong> tot profijt van het fabriek <strong>en</strong>de van de Arme-Tafel. "Ende in geval<br />

van g<strong>en</strong>e personale resid<strong>en</strong>tie dat alsdan de kerk <strong>en</strong>de arme-Tafelmeesters desselfs emolum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zull<strong>en</strong> trekk<strong>en</strong>, mits de conditie dat zij voor d<strong>en</strong> geannecteerd<strong>en</strong> last zull<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> zijn te zorg<strong>en</strong>.<br />

Daar zijn zev<strong>en</strong> stichters <strong>en</strong> het patronaat wordt door de bisschop erk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> aan wie het<br />

recht toekomt. "Rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met het feit dat sommige b<strong>en</strong>eficiant<strong>en</strong> niet altijd ter plaatse<br />

resideerd<strong>en</strong>, maar zich mits betaling door e<strong>en</strong> andere b<strong>en</strong>eficiant liet<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>, kan m<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong><br />

dat er in het midd<strong>en</strong> van de XVIe eeuw buit<strong>en</strong> de deservitor van de parochiekerk <strong>en</strong> de kapelaan nog<br />

e<strong>en</strong> drietal priesters verblev<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong>.<br />

Ver<strong>en</strong>iging van verschill<strong>en</strong>de b<strong>en</strong>eficiën<br />

In de St.-Michielskerk war<strong>en</strong> dus opgericht:<br />

- in 1453, het b<strong>en</strong>eficie van de H.Geest, H.Antonius, abt, H.Katharina <strong>en</strong> H.Barbara<br />

- in 1524, het b<strong>en</strong>eficie van de H.Georgius, H.Michael, H.Niklaas <strong>en</strong> H.Hubertus<br />

In de St.-Janskapel:<br />

- in 1473 het b<strong>en</strong>eficie van O.L.Vrouw <strong>en</strong> St.Jan Baptist. Dit b<strong>en</strong>eficie werd door e<strong>en</strong> presbyter of<br />

kapelaan bedi<strong>en</strong>d.<br />

Wellicht was het celebrer<strong>en</strong> van al die bepaalde miss<strong>en</strong> aan die verschill<strong>en</strong>de altar<strong>en</strong> niet gemakkelijk<br />

uit te voer<strong>en</strong>. Daarom werd<strong>en</strong> sommige b<strong>en</strong>eficiën in 1572 ver<strong>en</strong>igd. Jan Laur<strong>en</strong>tius (Laurijs<strong>en</strong>)<br />

pastoor van <strong>Weelde</strong>, zond e<strong>en</strong> verzoekschrift naar Frans Sonnius, bisschop van Antwerp<strong>en</strong>, om <strong>en</strong>ige<br />

b<strong>en</strong>eficiën te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>. Bij brief van 12 september 1572 ver<strong>en</strong>igde de bisschop het b<strong>en</strong>eficie van de<br />

H.Georgius, waaraan e<strong>en</strong> vroegmis op Zon- <strong>en</strong> feestdag<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> was, met het b<strong>en</strong>eficie van St.-<br />

Jan in de kapel van de Straat, waaraan drie miss<strong>en</strong> per week war<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>. Verder werd<strong>en</strong>


ver<strong>en</strong>igd: de b<strong>en</strong>eficiën van de H.Geest, van de H.Antonius, van de H.Katharina <strong>en</strong> van de H.Barbara,<br />

waaraan drie miss<strong>en</strong> naar beliefte <strong>en</strong> één mis iedere dinsdag verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, met het b<strong>en</strong>eficie van<br />

O.L.Vrouw in de St.-Janskapel, dat één mis oplegde.<br />

Terwille van deze ver<strong>en</strong>iging werd aan de Rector<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> aan de bezitters van de b<strong>en</strong>eficiën<br />

de str<strong>en</strong>ge plicht opgelegd op zon- <strong>en</strong> feestdag<strong>en</strong> de miss<strong>en</strong> te celebrer<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere goddelijke<br />

di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te verricht<strong>en</strong>. De pastoor moest daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> zijn eig<strong>en</strong> parochie bestur<strong>en</strong> (dus, het niet door<br />

e<strong>en</strong> betaalde andere priester lat<strong>en</strong> do<strong>en</strong>), <strong>en</strong> in de parochie blijv<strong>en</strong>. Bij dit besluit van de bisschop<br />

legd<strong>en</strong> de abt van Averbode <strong>en</strong> de pastoor van <strong>Weelde</strong>, Korneel Kiebooms, bezitter van het b<strong>en</strong>eficie<br />

van de H.Georgius <strong>en</strong> St.Jan Baptist zich gewillig neer. Voor de gelovig<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de kapelaan bracht<br />

het vele voordel<strong>en</strong> mee. Aan de kapelaan van de Straat werd to<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s de str<strong>en</strong>ge plicht opgelegd,<br />

als bezitter van het b<strong>en</strong>eficie, in <strong>Weelde</strong> te verblijv<strong>en</strong>. Zoniet zou hem het b<strong>en</strong>eficie ontnom<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Om de kapelaans nog beter te kunn<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> in hun lev<strong>en</strong>sbestaan ver<strong>en</strong>igde Miraeus, bisschop<br />

van Antwerp<strong>en</strong>, op 3 april 1609, met toestemming van de abt van Averbode <strong>en</strong> op verzoek van de<br />

pastoor <strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong>, de altar<strong>en</strong> van de H.Antonius, H.Barbara <strong>en</strong> H.Georgius met de<br />

altar<strong>en</strong> van St.Jan <strong>en</strong> van O.L.Vrouw in de kapel van de Straat. Daarvoor moest de kapelaan de<br />

vroegmiss<strong>en</strong> op zon- <strong>en</strong> feestdag<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>. In <strong>Weelde</strong> bestond ook nog steeds het middeleeuws<br />

b<strong>en</strong>eficie van de matricularia of kosterij, waarvan de b<strong>en</strong>eficiant e<strong>en</strong> priester kon zijn. Doch naast<br />

deze "koster-b<strong>en</strong>eficiant" kon er tegelijkertijd ook e<strong>en</strong> koster in de hed<strong>en</strong>daagse zin van het woord<br />

zijn. Rond het midd<strong>en</strong> van de XVIIe eeuw was de vader van kapelaan Jacobus Waermans vele jar<strong>en</strong><br />

lang koster-schoolmeester-organist. Na de dood van zijn vader nam kapelaan Waermans di<strong>en</strong>s tak<strong>en</strong><br />

over. Bij de dood van deze ijverige priester in 1682 werd Michiel Van der Heyd<strong>en</strong> schoolmeesterkoster-organist.<br />

In e<strong>en</strong> briefje uit het kerkarchief van <strong>Weelde</strong> lez<strong>en</strong> we de tak<strong>en</strong> van de koster: "T<strong>en</strong><br />

eerst<strong>en</strong> moet d<strong>en</strong> coster alle wek<strong>en</strong> drij zing<strong>en</strong>de miss<strong>en</strong> zing<strong>en</strong>, sma<strong>en</strong>dags, vrijdags <strong>en</strong> zaterdags.<br />

T<strong>en</strong> tweed<strong>en</strong> hij moet zondags zes keer<strong>en</strong> luy<strong>en</strong> voor d<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st. T<strong>en</strong> derd<strong>en</strong> hij moet alle dag<strong>en</strong> van<br />

de week vier mael luy<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> vierd<strong>en</strong> hij moet gratis de mis zing<strong>en</strong> van v<strong>en</strong>erabel octaef. T<strong>en</strong> vijfd<strong>en</strong><br />

hij moet de vier cruysdag<strong>en</strong> de mis gratis zing<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> zesde hij moet de horologie op d<strong>en</strong> thor<strong>en</strong> alle<br />

dag<strong>en</strong> opwind<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> hij moet alle wek<strong>en</strong> de kerk keir<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook zuyver houd<strong>en</strong>. T<strong>en</strong><br />

achtst<strong>en</strong>, hij moet de autaer<strong>en</strong> verander<strong>en</strong> <strong>en</strong> versier<strong>en</strong> naer dat de feestdag<strong>en</strong> mede br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. T<strong>en</strong><br />

9st<strong>en</strong> hij moet d<strong>en</strong> Eerw. Heer pastoor in de kerk di<strong>en</strong><strong>en</strong>, als ook d<strong>en</strong> Eerw. Heer onderpastoor".<br />

Pastoors van St.-Michiel<br />

De investituur was het recht om bedi<strong>en</strong>aars van de eredi<strong>en</strong>st aan te stell<strong>en</strong>. Oorspronkelijk had te<br />

<strong>Weelde</strong> de bisschop van Luik het b<strong>en</strong>oemingsrecht in hand<strong>en</strong>, maar van de 12e tot de 17e eeuw<br />

hebb<strong>en</strong> wereldlijke machthebbers <strong>en</strong> hogere geestelijk<strong>en</strong> hun invloed aangew<strong>en</strong>d om bedi<strong>en</strong>aars van<br />

de eredi<strong>en</strong>st in de parochies te do<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong>. In de eerste eeuw<strong>en</strong> na de kerst<strong>en</strong>ing heette de<br />

parochieherder "investitus" of "investiet" <strong>en</strong> hij bekwam bij zijn aanstelling het derde deel van de<br />

ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> of de belasting<strong>en</strong> die de inwoners jaarlijks moest<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>. Vanaf de 16e eeuw kwam de<br />

naam "cureyt" of pastoor meer in zwang.<br />

Joannes Hamerstein<br />

De eerste gek<strong>en</strong>de investiet of pastoor van <strong>Weelde</strong> was frater Joannes Hamerstein, die op 1 januari<br />

1295 te <strong>Weelde</strong> overleed. In zijn "Album pastorum" haalt Floris Prims als oudste bek<strong>en</strong>de pastoor van<br />

<strong>Weelde</strong>, H<strong>en</strong>ricus de Longstede aan in 1355. Deze persoon is ons echter onbek<strong>en</strong>d.<br />

Joannes de Beylaer<br />

Frater Joannes de Beylaer overleed als pastoor op 11 februari 1342.<br />

H<strong>en</strong>ricus de Weynskesele<br />

Frater H<strong>en</strong>ricus de Weynskesele was pastoor tot 1347. Onder zijn bestuur begon de onderhandeling<br />

met Engelbert, bisschop van Luik, over de oprichting van e<strong>en</strong> kapel in <strong>Weelde</strong>-Straat. Deze kapel zou<br />

toegewijd word<strong>en</strong> aan de H.Joannes-de-Doper.<br />

Walter de Hoevis


In 1348 werd Walter de Hoevis pastoor van <strong>Weelde</strong>, maar hij overleed reeds op 28 september 1348.<br />

De abt van Averbode had nu al vier wither<strong>en</strong> van de abdij als pastoor aangesteld, maar aan dit<br />

voorrecht zou vanaf 1348 e<strong>en</strong> voorlopig einde word<strong>en</strong> gesteld.<br />

Joannes van Wiekevorst<br />

De dek<strong>en</strong> van Hilvar<strong>en</strong>beek besloot in oktober 1348, na ruggespraak met de abt van Averbode,<br />

Joannes van Wiekevorst aan te stell<strong>en</strong> als pastoor van <strong>Weelde</strong>. Hij was e<strong>en</strong> geestelijke uit het bisdom<br />

Kamerijk, maar zijn verblijf te <strong>Weelde</strong> was slechts van korte duur.<br />

H<strong>en</strong>ricus van Gierle<br />

In 1350 werd H<strong>en</strong>ricus van Gierle tot pastoor b<strong>en</strong>oemd. Om echter b<strong>en</strong>oemd te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> moest<br />

hij in <strong>Weelde</strong>-Straat e<strong>en</strong> kapel opricht<strong>en</strong>. De kapel van Sint-Jan mocht vanwege het bisdom Luik niet<br />

bedi<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> door geestelijk<strong>en</strong> die tot de abdij van Averbode behoord<strong>en</strong>. Later zou nog<br />

herhaaldelijk blijk<strong>en</strong> dat de betrekking<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de abdij <strong>en</strong> de ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> niet al te<br />

hartelijk war<strong>en</strong>. Vanaf 1348 betaalde de abdij seculiere priesters om te <strong>Weelde</strong> de pastorale tak<strong>en</strong> te<br />

vervull<strong>en</strong>. Op dat og<strong>en</strong>blik war<strong>en</strong> de opflakkering<strong>en</strong> van de investituurstrijd nog niet geblust. Deze<br />

strijd ontspon zich tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds de hogere geestelijkheid die vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aan één of meerdere ban<strong>en</strong><br />

wilde help<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> laste van de kerkelijke ruif <strong>en</strong> anderzijds de abt van Averbode. Het obituarium van<br />

de St.-Michielsparochie (1377-1581) vermeldt nog 2 pastoors van <strong>Weelde</strong> die geleefd moet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

in de 14e eeuw, namelijk H<strong>en</strong>ricus Pietter, herdacht op 2 november, <strong>en</strong> Walterus Oed<strong>en</strong>, herdacht op<br />

17 november.<br />

Joannes Baet<strong>en</strong>zo<strong>en</strong><br />

Van 1396 tot 1419 werd er dan toch nog e<strong>en</strong> prior van de abdij van Averbode als pastoor van <strong>Weelde</strong><br />

aangesteld. Dat was ge<strong>en</strong> toeval, want hij was van Hilvar<strong>en</strong>beek afkomstig <strong>en</strong> heette Joannes<br />

Baet<strong>en</strong>zo<strong>en</strong>. Dat de abdij haar invloed te <strong>Weelde</strong> voelde verzwakk<strong>en</strong>, bewees e<strong>en</strong> bulle van paus<br />

Joannes XXIII, want in 1413 herbekrachtigde deze paus de recht<strong>en</strong> van Averbode te <strong>Weelde</strong>. Vanaf<br />

1419 werd<strong>en</strong> de voorstell<strong>en</strong> van de abt van Averbode, om te <strong>Weelde</strong> pastoors aan te stell<strong>en</strong>,<br />

gedwarsboomd door de dek<strong>en</strong> van Hilvar<strong>en</strong>beek. Omstreeks 1420 brak e<strong>en</strong> tijd aan van geestelijk <strong>en</strong><br />

moreel verval. Aangestelde priesters verblev<strong>en</strong> niet ter plaatse, bekwam<strong>en</strong> wel de kerkelijke<br />

inkomst<strong>en</strong> <strong>en</strong> liet<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> betaling de pastorale tak<strong>en</strong> over aan derd<strong>en</strong>. Deze vervangers of<br />

deservitor<strong>en</strong> verzuimd<strong>en</strong> soms de miss<strong>en</strong> te lez<strong>en</strong>, waarvoor de gelovig<strong>en</strong> betaald hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong> onder<br />

h<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er ook die het celibaat niet onderhield<strong>en</strong>. Er volgde e<strong>en</strong> ontreddering van het godsdi<strong>en</strong>stig<br />

lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> weldra trad<strong>en</strong> Luther <strong>en</strong> Calvijn op om herstel <strong>en</strong> orde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in de kerkelijke<br />

aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>.<br />

Joannes Thomas<br />

In 1419 was Joannes Thomas pastoor te <strong>Weelde</strong><br />

Joannes Van Ley<strong>en</strong>borgh<br />

Vanaf 1421 was de <strong>Weelde</strong>naar Joannes van Ley<strong>en</strong>borgh pastoor van <strong>Weelde</strong>. Hij bleef dit<br />

waarschijnlijk tot 1445, maar hij liet zich vervang<strong>en</strong> door Joannes Hill<strong>en</strong> <strong>en</strong> Antonius Bloc.<br />

H<strong>en</strong>ricus Moriën<br />

Van 1459 tot 1464 was H<strong>en</strong>ricus Moriën pastoor. Ook hij had plaatsvervangers, nl. Walter Eems<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Walter Stouts.<br />

H<strong>en</strong>ricus Meus


Van 1469 tot 1502 wordt H<strong>en</strong>ricus Meus of Van Eyck of van Bergheyck als pastoor g<strong>en</strong>oemd. Zijn<br />

vervangers war<strong>en</strong> Walter Stouts <strong>en</strong> van 1496 tot 1502 de <strong>Weelde</strong>naar Antonius Buycx. In 1485 was<br />

Walter Ancelmi zijn plaatsvervanger (1475-1485).<br />

Joannes Huybrechts van Lommel<br />

Voor hem verwijz<strong>en</strong> wij naar het hoofdstuk "Jan Huybrechts Loemelanus, 1465-1532, bouwer van de<br />

Sint-Michielskerk".<br />

Joannes Van der Blockerije<br />

Joannes Van der Blockeriën werd in 1532 tot pastoor b<strong>en</strong>oemd. Hij was lic<strong>en</strong>tiaat in de beide recht<strong>en</strong>,<br />

maar H<strong>en</strong>ricus Swa<strong>en</strong><strong>en</strong> bleef deservitor tot 1539. Deze laatste overleed op 10 februari 1541.<br />

H<strong>en</strong>ricus Persoons<br />

Van 1536 tot 1550 trad H<strong>en</strong>ricus Persoons op als pastoor, maar hij werd vervang<strong>en</strong> door de<br />

<strong>Weelde</strong>naar <strong>Nicolaus</strong> Coels <strong>en</strong> door H<strong>en</strong>ricus Swa<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

<strong>Nicolaus</strong> Goess<strong>en</strong>s<br />

Voor deze periode wordt <strong>Nicolaus</strong> Goess<strong>en</strong>s als pastoor vermeld. Hij was geboortig van Hak<strong>en</strong>dover.<br />

<strong>Nicolaus</strong> was pastoor van ongeveer 1551 tot 1556. Hij stierf op 26 juli 1559. <strong>Nicolaus</strong> Coels, e<strong>en</strong><br />

<strong>Weelde</strong>naar, was co-adjutor.<br />

Peter Ut<strong>en</strong><br />

Van 1556 tot 1566 was Peter Ut<strong>en</strong> pastoor.<br />

Joannes Laur<strong>en</strong>tius Kreyt<br />

Van 1566 tot 1579 was Joannes Laur<strong>en</strong>tius Kreyt uit Olm<strong>en</strong>, kanunnik van Turnhout, pastoor te<br />

<strong>Weelde</strong>. Arnold Schats <strong>en</strong> Cornelius Van de Kieboom, twee <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> de plaatsvervangers<br />

onder de laatste twee pastoors. Hij bewoonde met zijn broer Lucas, e<strong>en</strong> mooi huis in de<br />

Her<strong>en</strong>talsstraat te Turnhout, waar bov<strong>en</strong> de poort stond: "Ecce quam bonum et quam jucundum<br />

habitare fratres in unum". Lucas Laur<strong>en</strong>tius Kreyt stichtte e<strong>en</strong> jaargetijde te <strong>Weelde</strong>, ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s stichtte<br />

hij vier studiebeurz<strong>en</strong> voor stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit zijn familie, uit Turnhout, uit <strong>Weelde</strong>, uit Vessem of uit Bladel.<br />

Pastoor Jan Creyt had op 11 augustus 1569 de baard uitgerukt van Mgr. Joannes Mathei "clericus<br />

conjugatus", die hem e<strong>en</strong> kroes naar het hoofd had gegooid als antwoord op verwijt<strong>en</strong> aan de pastoor.<br />

Als straf moest pastoor Creyt driemaal e<strong>en</strong> heilige mis opdrag<strong>en</strong> aan het altaar van O.L.Vrouw te<br />

Vosselaar.<br />

Cornelius Baelemans<br />

Waarschijnlijk stelde de bisschop van Antwerp<strong>en</strong> orde op zak<strong>en</strong>, want de <strong>Weelde</strong>naar Cornelius<br />

Baelemans was pastoor van 1579 tot 1598 <strong>en</strong> onder zijn pastoraat is er ge<strong>en</strong> sprake meer van<br />

plaatsvervangers. Baelemans verbleef te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> overleed er op 6 september 1598.<br />

Zebertus Van d<strong>en</strong> Dung<strong>en</strong> alias Van Westerlaek<strong>en</strong><br />

Zebertus Van d<strong>en</strong> Dung<strong>en</strong> alias Van Westerlaek<strong>en</strong> werd op 8 september 1598 tot pastoor van <strong>Weelde</strong><br />

b<strong>en</strong>oemd. Hij was lic<strong>en</strong>tiaat in de beide recht<strong>en</strong>, stierf te Antwerp<strong>en</strong> op 7 mei 1637 <strong>en</strong> werd in de kerk<br />

van <strong>Weelde</strong> begrav<strong>en</strong>. Hij was cantor van St.-Pieter te Turnhout. Bij het begin van de 17e eeuw kreeg<br />

de abdij van Averbode opnieuw vat op de investituur. Van to<strong>en</strong> af kon ze opnieuw pastoors aanstell<strong>en</strong>.<br />

Van dan af zoud<strong>en</strong> geestelijk<strong>en</strong> uit de abdij onafgebrok<strong>en</strong> tweehonderd jaar lang, de parochie<br />

bestur<strong>en</strong>.


Gaspar Schillemans<br />

Gaspar Schillemans uit Bal<strong>en</strong>-Neet was lic<strong>en</strong>tiaat in de Godgeleerdheid <strong>en</strong> pastoor van <strong>Weelde</strong> van<br />

1637 tot aan zijn dood op 6 september 1648. Als novice trad hij uit te Averbode <strong>en</strong> studeerde elders<br />

verder. Hij di<strong>en</strong>de als lector in de abdij van Sinte Geertruy te Leuv<strong>en</strong>. In deze stad stierf hij ook.<br />

Johannes Le Pieme<br />

De Ti<strong>en</strong>aar, frater Johannes Le Pieme, was van 1648 tot aan zijn dood op 10 augustus 1668 pastoor<br />

van <strong>Weelde</strong>. De vorige pastoor was e<strong>en</strong> broer van zijn moeder. Le Pieme was eerder pastoor geweest<br />

te Brustem. Bek<strong>en</strong>d is dat hij voor zijn gezondheid naar de bad<strong>en</strong> in Spa is geweest.<br />

Gerard Deyns<br />

Gerard Deyns werd in 1618 gebor<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 21 mei 1644 te Brussel tot priester gewijd. Hij werd op 27<br />

november 1653 onderpastoor te Veerle <strong>en</strong> in 1666 cellier te Averbode. De cellier moest zorg<strong>en</strong> voor<br />

de abtelijke tafel. In augustus 1668 werd hij tot pastoor b<strong>en</strong>oemd te <strong>Weelde</strong>. Hij stierf aan e<strong>en</strong><br />

kwaadaardige koorts op 3 september 1679. Hij was heel werkzaam <strong>en</strong> str<strong>en</strong>g op zichzelf om de<br />

tuchtmaatregel<strong>en</strong> van de orde te onderhoud<strong>en</strong>.<br />

Severinus Otgeri<br />

Frater Severinus Otgeri of van Hoef uit Blerick bij V<strong>en</strong>lo was pastoor te <strong>Weelde</strong> van 14 september<br />

1679 tot 5 december 1709 to<strong>en</strong> hij ontslag nam. Otgeri werd gebor<strong>en</strong> op 25 juli 1638 <strong>en</strong> stierf op 30<br />

januari 1713. Hij was eerder onderpastoor geweest te Bal<strong>en</strong>.<br />

Gregorius Van d<strong>en</strong> Idzert<br />

Frater Gregorius Van d<strong>en</strong> Idzert uit Amsterdam was pastoor van 1709 tot aan zijn sterfdag op 22<br />

oktober 1727. Hij was Bachelier in de Godgeleerdheid, <strong>en</strong> voorhe<strong>en</strong> onderpastoor te Bal<strong>en</strong>.<br />

Gabriël Vaes<br />

Op 6 november 1727 werd Gabriël Vaes uit Bree pastoor. Voordi<strong>en</strong> was hij onderpastoor in<br />

verschill<strong>en</strong>de dorp<strong>en</strong> <strong>en</strong> provisor in Averbode. De provisor was hij die de abtelijke goeder<strong>en</strong> sam<strong>en</strong><br />

met de prelaat beheerde. Hij kwam te <strong>Weelde</strong> toe in maart 1728 <strong>en</strong> stierf aan e<strong>en</strong> kwaadaardige<br />

koorts op 7 augustus 1748.<br />

Arnold Smeesters<br />

Frater Arnold Smeesters uit Tess<strong>en</strong>derlo werd pastoor te <strong>Weelde</strong> op 6 september 1748 <strong>en</strong> overleed<br />

op 16 mei 1778. Voorhe<strong>en</strong> was hij onderpastoor geweest te V<strong>en</strong>lo.<br />

Gereon Huysmans<br />

Frater Gereon Huysmans uit Ol<strong>en</strong> was van 5 juni 1778 tot aan zijn dood pastoor. Hij werd te <strong>Weelde</strong><br />

begrav<strong>en</strong> op 24 mei 1810. Voorhe<strong>en</strong> was Huysmans onderpastoor te Keyserbosch geweest.<br />

Judocus Arnaerts<br />

Frater Judocus Arnaerts werd te Leuv<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong> op 28 december 1757, werd ingekleed op 25 juni<br />

1780 <strong>en</strong> geprofest op 2 februari 1782. Hij werd priester gewijd op 21 december 1782. Arnaerts werd<br />

onderpastoor te <strong>Weelde</strong> op 26 april 1802 <strong>en</strong> pastoor van deze parochie op 26 mei 1810. Judocus<br />

Arnaerts werd op 5 juni als pastoor ingehaald. Hij had veel moeilijkhed<strong>en</strong> met het geme<strong>en</strong>tebestuur <strong>en</strong><br />

moest in 1825 ter verpleging word<strong>en</strong> overgebracht naar Geel. Te Geel overleed hij in het ziek<strong>en</strong>huis<br />

voor geesteskrank<strong>en</strong> op 23 september 1829.


Emmanuel Verstapp<strong>en</strong><br />

Hij werd gebor<strong>en</strong> te Geel op 1 september 1771, ingetred<strong>en</strong> in Averbode op 25 mei 1793, ingekleed 23<br />

juni 1793 met de kloosternaam Gerebernus, geprofest 24 juni 1795, kleine ordes te Keul<strong>en</strong> op 30<br />

september 1795, subdiak<strong>en</strong> op 21 oktober 1795, priester op 22 mei 1796, assist<strong>en</strong>s te Batsheers 24<br />

februari 1797, assist<strong>en</strong>s te <strong>Weelde</strong> 27 juni 1802, onderpastoor te <strong>Weelde</strong> 7 mei 1810, onderpastoor te<br />

Rumm<strong>en</strong> 29 mei 1816, pastoor Hooge Mierde 18 december 1818, pastoor te <strong>Weelde</strong> 28 juni 1825,<br />

rector van het H.Graf te Turnhout 17 september 1832, pastoor te Vorst 3 april 1835, pastoor te<br />

Wezemaal 3 januari 1837 <strong>en</strong> daar overled<strong>en</strong> 26 januari 1842<br />

Godfried Adria<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

Frater Godfried Adria<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werd te Retie op 5 april 1799 gebor<strong>en</strong>. Was stud<strong>en</strong>t in het huis van Pieter<br />

De Nef te Turnhout, <strong>en</strong> vertrok in 1819 naar het Klein Seminarie te Mechel<strong>en</strong>. Hij werd rector te Diest<br />

in 1820 <strong>en</strong> onderpastoor te Turnhout in 1823. Hij werd pastoor te <strong>Weelde</strong> in 1833, maar niet voor lang.<br />

Door ziekte uitgeput stierf hij te Turnhout op 21 november 1834.<br />

Adriaan Scho<strong>en</strong>makers<br />

In 1822 vroeg pastoor Arnaerts aan de bisschop van Antwerp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderpastoor <strong>en</strong> omdat hij niet<br />

spoedig werd verhoord, richtte hij zich tot het bisdom Breda <strong>en</strong> verkreeg Adriaan Scho<strong>en</strong>makers.<br />

Adriaan Scho<strong>en</strong>makers was onderpastoor van <strong>Weelde</strong> van 5 februari 1822 tot 27 december 1833.<br />

Daarna werd hij pastoor te Dessel. Hij werd op 31 december 1834 pastoor te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> overleed hier<br />

op 15 juni 1863. Adrianus Scho<strong>en</strong>makers werd te Oosterhout gebor<strong>en</strong> op 13 januari 1795 <strong>en</strong> hij werd<br />

op 18 december 1820 te Mechel<strong>en</strong> tot priester gewijd.<br />

Franciscus Theodoor Beert<strong>en</strong><br />

Franciscus Theodoor Beert<strong>en</strong> werd op 16 juli 1813 te Turnhout gebor<strong>en</strong>. Hij werd priester gewijd op<br />

23 september 1843 <strong>en</strong> werd kort daarna op 13 oktober 1843 onderpastoor van St.-Andries te<br />

Antwerp<strong>en</strong>. Daarna werd hij pastoor te <strong>Weelde</strong> op 18 september 1863 tot aan zijn ontslag op 28<br />

augustus 1896. Hij stierf op 11 juli 1903.<br />

Pieter Louis Sylvain Jacobs<br />

Hij werd te Nieuwrode gebor<strong>en</strong> op 28 juni 1861, werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op 30 mei 1885 <strong>en</strong><br />

onderpastoor b<strong>en</strong>oemd te <strong>Weelde</strong> van 1886 tot 1896. Hij werd er pastoor van 28 augustus 1896 tot 23<br />

september 1926. Pieter Louis Sylvain Jacobs overleed te Sint-Pieters-Rode op 26 december 1947.<br />

Jan Alexander Janss<strong>en</strong>s<br />

Hij werd gebor<strong>en</strong> te Zoersel op 27 maart 1876, priester gewijd op 1 juni 1901 <strong>en</strong> tot onderpastoor van<br />

Ruisbroek b<strong>en</strong>oemd op 7 februari 1902. Jan Alexander Janss<strong>en</strong>s werd onderpastoor te Retie op 26<br />

september 1904, <strong>en</strong> pastoor te <strong>Weelde</strong> op 13 oktober 1926. Hij di<strong>en</strong>de zijn ontslag in <strong>en</strong> ging op rust<br />

te Turnhout op 28 februari 1933. Hij overleed te Grimberg<strong>en</strong> op 31 december 1957.<br />

Leopold Bouw<strong>en</strong><br />

Leopold Bouw<strong>en</strong> werd te Morkhov<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong> op 23 januari 1881 <strong>en</strong> priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op<br />

15 juni 1908. Hij werd onderpastoor te Koekelberg op 16 juli 1908, onderpastoor te Mol op 15 maart<br />

1911 <strong>en</strong> pastoor te Zuurbemde op 28 juni 1928. Bouw<strong>en</strong> werd pastoor te <strong>Weelde</strong> op 6 april 1933 <strong>en</strong><br />

overleed er op 18 juni 1947.<br />

Ludovicus Heymans


Ludovicus Heymans werd te Kapell<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong> op 9 mei 1901. Hij werd gewijd op 2 juni 1928,<br />

onderpastoor te Hoeilaart op 7 juni 1928, onderpastoor te Merksem St.-Bartholomeus op 12 augustus<br />

1935. Heymans werd pastoor te <strong>Weelde</strong> op 14 juli 1947. Hij stierf er op 4 juli 1966.<br />

Lode Cornelis<br />

Lode Cornelis werd te Mol gebor<strong>en</strong> op 20 april 1916. Hij volgde de humaniora aan het St.-Jan<br />

Berchmanscollege te Mol. In 1935 ging hij filosofie <strong>en</strong> theologie studer<strong>en</strong> te Mechel<strong>en</strong>. Lode werd te<br />

Mechel<strong>en</strong> in juli 1941 priester gewijd. Hij werd onderpastoor te Kalfort-Puurs in januari 1942,<br />

onderpastoor te Putte (Mechel<strong>en</strong>) in 1948, onderpastoor te Kapell<strong>en</strong>-Op-D<strong>en</strong>-Bos van 1948 tot 1952<br />

<strong>en</strong> onderpastoor te Sint-Pieters-Lille van 1952 tot 1966. Pastoor Cornelis kwam te <strong>Weelde</strong> in<br />

september 1966 <strong>en</strong> nam hier ontslag op 1 juni 1981.<br />

Gustaaf Lambrechts<br />

Gustaaf Lambrechts werd in 1938 gebor<strong>en</strong> te Rijkevorsel. Hij trad in bij de Paters Scheutist<strong>en</strong> <strong>en</strong> werd<br />

na zijn priesterwijding door zijn overst<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> opdracht in Zuid-Amerika belast voor anderhalf jaar.<br />

Bij zijn terugkeer vervulde hij 9 jaar pastoraal werk als medepastoor in Geel-Holv<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> z<strong>en</strong>ding naar<br />

de Filippijn<strong>en</strong> was zijn derde taak <strong>en</strong> daar bleef hij 5 jaar. Gustaaf Lambrechts werd als pastoor van de<br />

St.-Michielsparochie ingehaald op 8 november 1981.<br />

Historiek van de kerk <strong>en</strong> haar kunstschatt<strong>en</strong><br />

Van de vroegere kerk is ons helemaal niets bek<strong>en</strong>d. Waarschijnlijk was het wel e<strong>en</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> gebouw<br />

dat misschi<strong>en</strong> was opgericht in de 13e eeuw <strong>en</strong> dat de Karolingische lem<strong>en</strong> kapel verving. Wat er ook<br />

van zij, de huidige kerk dateert van 1529. Ze bezit e<strong>en</strong> prachtige tor<strong>en</strong> die vergelek<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> met<br />

de tor<strong>en</strong>s van Hoogstrat<strong>en</strong>, Sint-L<strong>en</strong>aarts <strong>en</strong> Rijkevorsel. Voor de tor<strong>en</strong>brand in 1841 was de tor<strong>en</strong><br />

hoger <strong>en</strong> had vier hoektor<strong>en</strong>tjes. De kost<strong>en</strong> voor de bouw in 1529 werd<strong>en</strong> (gedeeltelijk) gedrag<strong>en</strong> door<br />

de to<strong>en</strong>malige "persoon" (bezitter van het b<strong>en</strong>eficie van de kerk), de aartsdiak<strong>en</strong> Joannes Huberti.<br />

Daarom moest de kerkfabriek ieder jaar ti<strong>en</strong> rijnguld<strong>en</strong>s r<strong>en</strong>te betal<strong>en</strong> aan de r<strong>en</strong>tmeester van de<br />

beurz<strong>en</strong> die Huberti te Leuv<strong>en</strong> had gesticht voor arme stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit Lommel, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Geel. Bij de<br />

restauratie van de kerk war<strong>en</strong> de ti<strong>en</strong>deheffers verplicht e<strong>en</strong> gedeelte van de kost<strong>en</strong> te drag<strong>en</strong>,<br />

kracht<strong>en</strong>s de oorspronkelijke bedoeling van de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die in de loop van de XVIIe-XVIIIe eeuw<br />

steeds beter werd<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong>. De regeerders van <strong>Weelde</strong> moest<strong>en</strong> bij de restauratie onder Albrecht<br />

<strong>en</strong> Isabella <strong>en</strong> pastoor Smeesters bij de restauratie in de XVIIIe eeuw e<strong>en</strong> jar<strong>en</strong>lange strijd voer<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> de abdij van Tongerlo, aan wie op niet geheel duidelijke wijze de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, althans<br />

gedeeltelijk, war<strong>en</strong> overgegaan.<br />

Reeds in de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw war<strong>en</strong> herstelling<strong>en</strong> noodzakelijk <strong>en</strong> de pastoor liet dan ook niet na in<br />

e<strong>en</strong> brief van 15 mei 1605 de abt van Tongerlo om zijn steun te verzoek<strong>en</strong> voor het herstel van de<br />

kerk. Hierbij herinnert hij aan e<strong>en</strong> vroeger ingedi<strong>en</strong>de vraag (september 1604), om hem in ruil voor de<br />

grote ti<strong>en</strong>de, e<strong>en</strong> redelijke subsidie te will<strong>en</strong> toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. In 1605 werd het verzoek ingewilligd <strong>en</strong> de<br />

pastoor mocht dan e<strong>en</strong> som in ontvangst nem<strong>en</strong>. Helaas, in 1609 werd de pastoor opnieuw verplicht<br />

zich tot Tongerlo te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong> voor steun, want dit jaar was de kerk geteisterd door e<strong>en</strong> onweder. De<br />

toelage werd niet zo gemakkelijk verle<strong>en</strong>d, want volg<strong>en</strong>s het getuig<strong>en</strong>is van pastoor Arnaerts moest<br />

de kerk wel e<strong>en</strong>s beroep do<strong>en</strong> op de steun van de kapel: "Ecclesia multum debet Capelle" schrijft hij in<br />

e<strong>en</strong> Manuale. Bij deze laatste aanvraag beloofde Symon van Zon in e<strong>en</strong> apostille eerst e<strong>en</strong> officier te<br />

stur<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> verslag op te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> na te zi<strong>en</strong>, waarna dan het nodige gedaan zou<br />

word<strong>en</strong>. In het midd<strong>en</strong> van de 17e eeuw kon m<strong>en</strong> gaan d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de verfraaiing van het interieur,<br />

waar o.a. Artus Quellin aan meegewerkt heeft. Catharina Lemm<strong>en</strong>s, de dochter van de secretaris,<br />

maakte zich to<strong>en</strong> zeer verdi<strong>en</strong>stelijk door geldinzameling<strong>en</strong>. Fr. Verbiest schreef e<strong>en</strong> waardevolle<br />

bijdrage hierover in Taxandria die we met zijn toestemming hier gedeeltelijk overnem<strong>en</strong>:<br />

"Copije van Schedall<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> door Catharina Lemm<strong>en</strong>s van omgehaelt gelt om op te richt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>de op te maeck<strong>en</strong> d<strong>en</strong> Altaer van S.S.Anthonii, Barbare et Catharine: Ind<strong>en</strong> eerst<strong>en</strong> de dochters<br />

des secretaris alhier gegev<strong>en</strong> het beelt van S.Catharina... Anno 1657 d<strong>en</strong> 22 april heeft Peeter Bols<br />

mij gegev<strong>en</strong> uyt pure devotie om S.Christoffels beeldt te vernieuw<strong>en</strong> daer toe niet verma<strong>en</strong>t sijnde<br />

maer goedtsmoedts ...Item anno 1655 van Claes de Bie weduwe voor e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>ster <strong>en</strong>de schilderije der<br />

droevige mysteri<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> XII gl. Item Margriet van Roye voor e<strong>en</strong> schilderye VI gl. VI st. Adria<strong>en</strong>


Geyssels weduwe voor e<strong>en</strong> schilderye VI gl. Neelk<strong>en</strong> Mert<strong>en</strong> Goris voor e<strong>en</strong> schilderye V gl. Item<br />

Jannek<strong>en</strong> Bols voor e<strong>en</strong> schilderye V gl. Item alsoo ick hadde e<strong>en</strong> stuck van d'eycke waer ingesta<strong>en</strong><br />

heeft het miraculeus beeldt van Onser L.Vrouwe van d<strong>en</strong> Cort<strong>en</strong>bosch <strong>en</strong>de van int<strong>en</strong>tie was, daer af<br />

te laet<strong>en</strong> maeck<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tabernakel om tselve beeldt daer mede om te draegh<strong>en</strong> in onse processi<strong>en</strong><br />

van 't h.roosekransk<strong>en</strong>: soe heeft de Eerbaere dochter Catharina Francoijss<strong>en</strong> van Gilse in het jaer<br />

1659 mij daer toe gegev<strong>en</strong> e<strong>en</strong>ighe stuck<strong>en</strong> goudts bedrag<strong>en</strong>de XXIX gl. IIII st. Item anno 1659,<br />

Huybrecht Verheyd<strong>en</strong> versta<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>de datter e<strong>en</strong><strong>en</strong> authaer soude gemaeckt word<strong>en</strong> ter ere der<br />

Heijlig<strong>en</strong> Anthonis, Catharina <strong>en</strong>de Barbara heeft mij daer toe gegev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stuck van 28 st. met<br />

e<strong>en</strong><strong>en</strong> halv<strong>en</strong> ducaton maeck<strong>en</strong>de tsam<strong>en</strong> II gl. XIX 1/2 st. Voor t'glas van Niclaes de Bie III gl. XVIII<br />

st. Item anno 1657 voor de 5 schildery<strong>en</strong> van de 5 droevighe mysteri<strong>en</strong> aan Nieuwlandt betaelt XXVII<br />

gl. VIII st. Item anno 1659 heb ick door d<strong>en</strong> Pater Procurator der Predickheer<strong>en</strong> tot Mechel<strong>en</strong> do<strong>en</strong><br />

snijd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> O.L.Vrouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> stuck des eijck<strong>en</strong>booms van d<strong>en</strong> Cort<strong>en</strong>bosch waer in het beelt van<br />

Onze Lieve Vrouw<strong>en</strong> sta<strong>en</strong>de veel treffelycke mirakel<strong>en</strong> aldaer geschiedt sijn <strong>en</strong>de noch geschied<strong>en</strong>.<br />

Item do<strong>en</strong> snijd<strong>en</strong> de beeld<strong>en</strong> van S.Dominici <strong>en</strong>de S.Alanus <strong>en</strong>de daer voor a<strong>en</strong> Rombout van der<br />

Velde beeldtsnijder tot Mechel<strong>en</strong> betaelt XVI gl. II st. Item a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> paer silver<strong>en</strong><br />

blompottek<strong>en</strong>s betaelt 1 gl. Item a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> paer blompottek<strong>en</strong>s XIIII st. Item a<strong>en</strong> d<strong>en</strong><br />

selv<strong>en</strong> van het tabernakel <strong>en</strong>de Ons L.Vrouw<strong>en</strong>beelt met d<strong>en</strong> voet daer 't op staet te stoffer<strong>en</strong> XXXXII<br />

gl. A<strong>en</strong>d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> voor vier copp<strong>en</strong> oft pluym<strong>en</strong> op t'selve tabernakel sta<strong>en</strong>de betaelt XXIII gl. Item<br />

d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> gelevert e<strong>en</strong> paer vergulde blompott<strong>en</strong> III gl. X st. Item d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> versilvert 6 candelaer<strong>en</strong><br />

met 2 <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> XXIII gl. De voorschr. vergulde blompott<strong>en</strong> met de 6 candelaer<strong>en</strong> <strong>en</strong>de 2 <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />

com<strong>en</strong> in de Rek<strong>en</strong>inghe van Jacob Peeter Luyt<strong>en</strong> de anno 1660 ergo hier nihil.<br />

Item a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> voort beelt van S.Catharina betaelt XXXVI gl. Item a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> voort beeldt<br />

van St.Barbara betaelt XXXVI gl. A<strong>en</strong> d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> om te vernieuw<strong>en</strong> het beeldt van S.Adria<strong>en</strong> betaelt X<br />

gl. A<strong>en</strong> d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> om te vernieuw<strong>en</strong> het beeldt van S.Sebastia<strong>en</strong> betaelt V gl. Item a<strong>en</strong> francoijs<br />

Saman beeldtsnijder tot Mechel<strong>en</strong> van het tabernakel te maeck<strong>en</strong> met d<strong>en</strong> voet daer Onser<br />

L.Vrouw<strong>en</strong> beeldt opstaet betaelt XXIII gl. Item van de roos<strong>en</strong> te maeck<strong>en</strong> des Roos<strong>en</strong>krans betaelt<br />

1/2 gl. II st. Item a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> smit voort yserwerck daertoe XXXIII st. Item van de strael te maeck<strong>en</strong> <strong>en</strong>de<br />

te verguld<strong>en</strong> IIII gl. Item a<strong>en</strong> peeter beckers ... ingerek<strong>en</strong>t d<strong>en</strong> schilder ... Anno 1659 is gemaeckt d<strong>en</strong><br />

Authaer ... <strong>en</strong>de d<strong>en</strong> maeckloon is betaelt a<strong>en</strong> Michiel Staes nae luyt synder Rek<strong>en</strong>inghe ... 1659.<br />

Item a<strong>en</strong> Adria<strong>en</strong> Scho<strong>en</strong>maeckers van 14 dag<strong>en</strong> ... a<strong>en</strong> t<strong>en</strong> tert van d<strong>en</strong> voorschrev<strong>en</strong> authaer <strong>en</strong>de<br />

tabernackel<strong>en</strong> in t'midd<strong>en</strong> van de kercke sta<strong>en</strong>de ...Item a<strong>en</strong> Nieuwlandt van t'tabernakel voorschr.<br />

met de 4 Schildery<strong>en</strong> daer in sta<strong>en</strong>de met de beeld<strong>en</strong> van St.Christoffel, S.Michiels, S.Ambrosius,<br />

S.Ch<strong>en</strong>oveva, S.Rochus, S.Hubertus, getelt op rek<strong>en</strong>inghe lii gl. Jacob Peeter Luyt<strong>en</strong> heeft opgeleijt<br />

xxvi gl. xiii st. anno 1660 <strong>en</strong>de Nieuwlandt is alsoo volda<strong>en</strong>. Item anno 1659 23 oktobris heeft<br />

Schuermans voorschr. ons noch gelevert vii del<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ... anno 1660 d<strong>en</strong> 9 junij noch gelevert ...<br />

Item anno 1661, 18 April door Schuermans voorschr. noch gelevert 13 del<strong>en</strong> <strong>en</strong>de xl latt<strong>en</strong> tot tortss<strong>en</strong><br />

daer voor betaelt ix. gl. vii st. Item a<strong>en</strong> Mr.Artus Quellinus beeldtsnyder tot Antwerp<strong>en</strong> voor<br />

S.Magriet<strong>en</strong> Beeldt betaelt xviii gl. A<strong>en</strong> d<strong>en</strong>selv<strong>en</strong> voor S.Luci<strong>en</strong> beelt xviii gl. A<strong>en</strong> d<strong>en</strong>selv<strong>en</strong> voort<br />

beeldt van S.Niclaes xx gl. Aan d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> vant lammek<strong>en</strong> Godts sta<strong>en</strong>de bov<strong>en</strong> St.Anthonis Autaer x<br />

gl."<br />

In 1650 bestelde Robert Lomberti, Rector der kerk van Cort<strong>en</strong>bosch, het altaar (ws. dat van<br />

O.L.Vrouw) bij Jan Berlande, schrijnwerker te Sint-Truid<strong>en</strong>, voor 593 guld<strong>en</strong> 15 stuivers. Clanti van<br />

Sint-Truid<strong>en</strong> maakte het ijzerwerk voor 12 guld<strong>en</strong> 19 st. Het schilder<strong>en</strong> van het motief "Rosa Mystica"<br />

kostte 2 gl. 10 st. <strong>en</strong> dat van het O.L.Vrouwebeeld 37 gl. 10 st. Dit alles werd te Sint-Truid<strong>en</strong><br />

uitgevoerd. De prelaat van Averbode deed het altaar tot in Averbode br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> op zijn kost<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

aantal landbouwers ging<strong>en</strong> het daar afhal<strong>en</strong> <strong>en</strong> kreg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verteer te Kasterlee, Geel, Averbode <strong>en</strong><br />

Turnhout. Het schilderij "Hemelse Vader" bov<strong>en</strong> het altaar werd door Jacques Nieuwlandt gemaakt<br />

voor 6 gl. 6st.<br />

In 1657 werd<strong>en</strong> de zijbeuk<strong>en</strong> van de kerk verbreed. Vroeger stond<strong>en</strong> er op de tor<strong>en</strong> vier tor<strong>en</strong>tjes,<br />

waarvan één zo erg in verval geraakte dat in 1662 e<strong>en</strong> kollekte werd gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> l<strong>en</strong>ing werd<br />

aangegaan voor het herstel. In 1663 schilderde Jacques Nieuwlants uit Hoogstrat<strong>en</strong> voor de kerk. E<strong>en</strong><br />

kerkrek<strong>en</strong>ing van 16 september 1663 zegt o.a.: "Ind<strong>en</strong> eerst<strong>en</strong> geschildert <strong>en</strong>de vergult het groot<br />

cruys met Onse Lieve Vrouwe beelt <strong>en</strong>de het beelt van Sint Jan met drij blecke schijv<strong>en</strong> daer voor 58<br />

gl. Item alnoch vergult de ocsael b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> tussch<strong>en</strong> de ijsere colomm<strong>en</strong> <strong>en</strong>de de colomm<strong>en</strong> geswert,<br />

<strong>en</strong>de het bov<strong>en</strong> ocsael met de tweelf apostel<strong>en</strong> gewit, mede geschildert met gulde letter<strong>en</strong>, d<strong>en</strong> balck<br />

daer het cruys op staet voor 25 gl. D<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> alnoch geschrev<strong>en</strong> 6 beeldek<strong>en</strong>s vol gulde letter<strong>en</strong><br />

onder a<strong>en</strong>de ocsael <strong>en</strong>de de vijf stuckxk<strong>en</strong>s van de passie schoon gemaeckt daer voor 18 gl. D<strong>en</strong>


selv<strong>en</strong> alnoch geschildert <strong>en</strong>de vergult het beelt van onse Lieve Vrouwe <strong>en</strong>de het beelt van Sinte<br />

Anna daer voor 14 gl. In 1664 plaatste m<strong>en</strong> beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> groot kruis bov<strong>en</strong> het orgel <strong>en</strong> in 1671<br />

werd e<strong>en</strong> nieuwe sacristij gebouwd. Peter Dill<strong>en</strong> maakte in 1680 e<strong>en</strong> nieuw altaar. Soms gebeurde het<br />

wel dat de pastoor verandering<strong>en</strong> deed aan de kerk zonder het advies te vrag<strong>en</strong> van de schout <strong>en</strong> de<br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> dan kwam het tot niet aang<strong>en</strong>ame verhouding<strong>en</strong>, zoals al eerder uite<strong>en</strong>gezet.<br />

Tijd<strong>en</strong>s de nacht van 16 op 17 april 1681 werd de kerk van <strong>Weelde</strong> geplunderd. Het is echter niet<br />

gewet<strong>en</strong> of hier vreemde legerb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> of vandal<strong>en</strong> uit de streek aan het werk zijn geweest. Op 9<br />

november 1692 werd tuss<strong>en</strong> de pastoor <strong>en</strong> Arnoldus Quellinus e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst geslot<strong>en</strong> voor het<br />

mak<strong>en</strong> van de afsluiting rond de doopvont, voor de prijs van 400 guld<strong>en</strong>. In 1714 werd het uurwerk<br />

hersteld door Arnoldus de Roy "horologiemaecker woon<strong>en</strong>de binn<strong>en</strong> der vrijheyt Oirschot". In 1728<br />

werd de nieuwe remonstrans gemaakt door Jacob Smits, zilversmid te 's-Hertog<strong>en</strong>bosch: "In het begin<br />

van september 1728 hebbe ick Th.G.Vaes, pastoor tot <strong>Weelde</strong> do<strong>en</strong> maeck<strong>en</strong> met oversta<strong>en</strong> van<br />

Adria<strong>en</strong> de Bont <strong>en</strong> Jan Vaert<strong>en</strong> kerckmeesters alhier, e<strong>en</strong> schoone nieuwe remonstrantie, door<br />

Jacobus Smits, silversmit tot shertog<strong>en</strong>bosch, <strong>en</strong> is alhier gebrocht op sinx<strong>en</strong> Avont <strong>en</strong> op sinx<strong>en</strong><br />

dagh voor de eerste reyse gebruyckt in onse kerck. Weeght in silver 150 onc<strong>en</strong>".<br />

In 1749 werd de laatste afbetaling gedaan voor de nieuwe kandelar<strong>en</strong>, vervaardigd door Alexander<br />

Fermans. In 1754 werd e<strong>en</strong> nieuw wierookvat aangekocht <strong>en</strong> hierover vind<strong>en</strong> we volg<strong>en</strong>de anecdote<br />

in het kerkarchief: "Hierbij gaet per voerman Biemans het wieroockvat, schaeltje <strong>en</strong>de het lepeltje,<br />

oock e<strong>en</strong> haexk<strong>en</strong> om het coperpotje daer uyt te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de wederom in 't wieroockvat te sett<strong>en</strong>, als<br />

het moet gebruyckt word<strong>en</strong>, want ander als het vier daer in blijft sta<strong>en</strong>, soo verbrant het silver maer,<br />

daer bij door het geduerigh wieroock<strong>en</strong>, so versleydt de keetingh, dan konn<strong>en</strong> de jongh<strong>en</strong>s met het<br />

haexk<strong>en</strong> altijdt het pootje daer uyt nem<strong>en</strong> <strong>en</strong>de gemackelijcker het vier conn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> houd<strong>en</strong>, twijfele<br />

niet ofte alles sal naer u Ed. g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> wes<strong>en</strong>, hier is mede ga<strong>en</strong>de de specificatie, de jouffr. hadde<br />

mij geseydt dat U.E. soude geseydt hebb<strong>en</strong> van de lepels <strong>en</strong>de forcett<strong>en</strong> in gereedtheydt te maeck<strong>en</strong><br />

de welcke nu gereedt sijn, <strong>en</strong>de mijnde de selve mede te s<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, waerop ick haer geantwoordt hebbe<br />

dat ick U.E. eerst daerover soude schrijv<strong>en</strong>, vermidts U.E. mij daer ge<strong>en</strong> orders toe gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft,<br />

maer dat ick wel gehoordt hebbe dat mijn heer pastoor gevraeght heeft, hoewel soo e<strong>en</strong> dosijn servies<br />

wel soude kost<strong>en</strong>, waer op U.E. antwoorde dat U.E. <strong>en</strong> si<strong>en</strong> soude ofte d<strong>en</strong> boeckweydt wel luckte,<br />

ingevalle U.E. die belieft te hebb<strong>en</strong>, komt ordonneer<strong>en</strong>, sal ick de selve besorgh<strong>en</strong>, bij soo verre U.E.<br />

die noch niet begeert daer is niets a<strong>en</strong>geleg<strong>en</strong>. Antwerp<strong>en</strong>, 15/9/1754".<br />

In 1759 werd<strong>en</strong> nieuwe glasram<strong>en</strong> besteld, doch hiervoor had de pastoor nogmaals verzuimd de<br />

toelating te vrag<strong>en</strong> aan de schout <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> met het gevolg dat er protest opging, waarop de<br />

pastoor in e<strong>en</strong> antwoord verwees naar de overe<strong>en</strong>komst van 20 april 1684, waarbij zulks toegelat<strong>en</strong><br />

was . In 1763 vond de landdek<strong>en</strong> van Hoogstrat<strong>en</strong> na zijn jaarlijkse kerkvisitatie dat er wel het e<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ander mocht verander<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> daarom vaardigde hij volg<strong>en</strong>de ordonnantie uit: "Ick<br />

onderschrev<strong>en</strong> lantdek<strong>en</strong> van het district van Hooghstrat<strong>en</strong> oordeele grootelijck noodig te zijn dat<br />

d'eyssere trali<strong>en</strong> mede de choore van de kercke afgescheyd<strong>en</strong> wort afgeda<strong>en</strong> wort <strong>en</strong> verandert<br />

soodanig datter in die plaetse gestelt wort e<strong>en</strong> communiebancke tot beter gemack <strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet der<br />

gemeynte, want dese choor seer cleyn is. Item oordeele dat d<strong>en</strong> lind<strong>en</strong>boom, die voor de thor<strong>en</strong> deure<br />

staet, te dicht naer de schole, waer door het licht b<strong>en</strong>om<strong>en</strong> wordt dat lanckx de thorev<strong>en</strong>ster soude<br />

moet<strong>en</strong> doorschijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> oock grootelijck niet alle<strong>en</strong> de thor<strong>en</strong> comt te leyd<strong>en</strong>, maer oock de schole,<br />

oordeele ja moet uytgehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebruyckt word<strong>en</strong> t<strong>en</strong> beste profijte van de kercke. Item<br />

ordonere dat d<strong>en</strong> Heer Pastoor a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> schoolmeester niet <strong>en</strong> sal betal<strong>en</strong> de ses guld<strong>en</strong>s voor al eer<br />

dat d<strong>en</strong> Heere pastoor herk<strong>en</strong>t sal sijn in 't a<strong>en</strong>stell<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> meester, nota dese 6<br />

voornoemde guld<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> betaelt a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> schoolmeester voor het leer<strong>en</strong> der arme kinder<strong>en</strong>. Item<br />

ordoneert d<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> geteek<strong>en</strong>de dat de boom<strong>en</strong> sta<strong>en</strong>de voor de capelle voor d<strong>en</strong> muer noodig sijn<br />

uytgekapt te word<strong>en</strong>. Item dat de v<strong>en</strong>sters sull<strong>en</strong> vergroot word<strong>en</strong> van de capelle om beter sicht te<br />

hebb<strong>en</strong>, want sekerlijck de capelle te duyster is".<br />

In 1770 werd e<strong>en</strong> nazicht van de kerk noodzakelijk <strong>en</strong> de pastoor schreef e<strong>en</strong> bedelbrief naar<br />

Tongerlo: "versoecke ootmoedighlijck van te peys<strong>en</strong> op onse kerck, t'is e<strong>en</strong> schande dat de v<strong>en</strong>sters<br />

soo lanck blijv<strong>en</strong> gebroock<strong>en</strong> sta<strong>en</strong>, ... heeft bij naer d<strong>en</strong> geheel<strong>en</strong> winter ge<strong>en</strong> misse konn<strong>en</strong><br />

celebrer<strong>en</strong>, ... wat a<strong>en</strong>gaet het dack dat is oock ruineus, de v<strong>en</strong>sters lijd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><strong>en</strong> uytstel, ick offerere<br />

U.E. noghmaels van te examiner<strong>en</strong> ofte te laet<strong>en</strong> examiner<strong>en</strong> de incompst<strong>en</strong> van onse kerck, <strong>en</strong>de<br />

U.E. sal bevind<strong>en</strong> dat ze niet in staet <strong>en</strong> is om die reparatie te do<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>sche ick dat U.E. soo haest<br />

alst mogelijck is, selfs in persoon geliefde over te com<strong>en</strong> <strong>en</strong>de van alles inspectie te nem<strong>en</strong>". Deze<br />

twist werd opgelost door het advies van de advokat<strong>en</strong> De Swerte <strong>en</strong> Baet<strong>en</strong> die bepaald<strong>en</strong> welke


ijdrage de pastoor zelf moest lever<strong>en</strong> voor het herstel van g<strong>en</strong>oemde gebouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor het<br />

onderhoud van de onderpastoor. Toch werd nog ruimschoots aandacht geschonk<strong>en</strong> aan de<br />

verfraaiing van het interieur, want we lez<strong>en</strong>: "Op 25 oktober 1774 gelevert a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> E.H.pastor in<br />

Welde e<strong>en</strong><strong>en</strong> silver<strong>en</strong> geheel verguld<strong>en</strong> kelk met pat<strong>en</strong>ne <strong>en</strong> lepelk<strong>en</strong> dat weght sam<strong>en</strong> in zilver 21<br />

ons<strong>en</strong>", <strong>en</strong> "Anno 1775 d<strong>en</strong> 4 mey hebbe ick ondergeschrev<strong>en</strong> pastoor van Welde accoordt gemaeckt<br />

met Jacobus Visschers meester smit woon<strong>en</strong>de tot Antwerp<strong>en</strong> in de Keyserstraet om te maeck<strong>en</strong> het<br />

ijser voor e<strong>en</strong> communiebanck, volg<strong>en</strong>s modelle <strong>en</strong>de teeck<strong>en</strong>inge a<strong>en</strong> hem verthoont". Na de<br />

troebel<strong>en</strong> voor de kerk tijd<strong>en</strong>s de Franse Revolutie werd de 19e eeuw rustig ingezet. In de nacht van<br />

13 op 14 mei 1840 werd er echter weer ingebrok<strong>en</strong> in de kerk: "Hed<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t 6 ur<strong>en</strong> van d<strong>en</strong><br />

morg<strong>en</strong> alhier naer de kerk gega<strong>en</strong> zijnde om misse te hoor<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> mij aldaer bevond<strong>en</strong> dat in d<strong>en</strong><br />

afgeloop<strong>en</strong> nacht de deur<strong>en</strong> der schuer van J.B.Verhey<strong>en</strong>, schep<strong>en</strong> <strong>en</strong> landbouwer a<strong>en</strong> de kerk<br />

waer<strong>en</strong> op<strong>en</strong>gebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> daer uytgehaeld was, e<strong>en</strong>e leere met e<strong>en</strong> kartouw. Waer mede de diev<strong>en</strong><br />

naer de kerk waer<strong>en</strong> gega<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij de v<strong>en</strong>sterraem geklomm<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> schildglas uytgebrok<strong>en</strong>, die touw<br />

van buytt<strong>en</strong> a<strong>en</strong> de leere vastgemaeckt, <strong>en</strong> alzo van binn<strong>en</strong> mede ingeschov<strong>en</strong>. En hebb<strong>en</strong> in de kerk<br />

e<strong>en</strong> kask<strong>en</strong> op<strong>en</strong>gebrok<strong>en</strong>, waer d<strong>en</strong> offer of opbr<strong>en</strong>gst der schael in was, beloop<strong>en</strong>de omtr<strong>en</strong>t vijf<br />

francs medeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de leere met de touw ter plaets gelaet<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de v<strong>en</strong>sterraem, welke<br />

daeders a<strong>en</strong> ons nog onbek<strong>en</strong>d zijn".<br />

Alles verliep toch min of meer normaal tot in 1841 de kerk door e<strong>en</strong> verschrikkelijke ramp werd<br />

getroff<strong>en</strong>. In de herberg van kerkmeester J.B.Verhey<strong>en</strong> nabij de kerk ontstond e<strong>en</strong> twist tuss<strong>en</strong> de<br />

herbergier <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bezoeker. Deze laatste had reeds e<strong>en</strong> hele rek<strong>en</strong>ing te betal<strong>en</strong>, zodat de herbergier<br />

niet meer wilde insch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. De verbruiker stak kwaadwillig de schuur achter de herberg in brand,<br />

zodat de vonk<strong>en</strong> opsteg<strong>en</strong> <strong>en</strong> de kerk binn<strong>en</strong>drong<strong>en</strong>. De brand begon in het klein tor<strong>en</strong>tje bov<strong>en</strong> het<br />

kruiskoor. De spits vatte vuur <strong>en</strong> e<strong>en</strong> groot gedeelte van de kerk werd vernield. Tijd<strong>en</strong>s deze brand<br />

ging e<strong>en</strong> groot deel van het kerk- <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>tearchief dat in de tor<strong>en</strong> was opgeborg<strong>en</strong>, verlor<strong>en</strong>. Het<br />

geme<strong>en</strong>teraadsverslag van 23 augustus 1841 vermeldt o.a. het volg<strong>en</strong>de: "...dat alhier op<br />

gister<strong>en</strong>avond 22 augustus om 10 uer<strong>en</strong> is beginn<strong>en</strong> te brand<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> huys, stal <strong>en</strong> schuer van d<strong>en</strong><br />

landbouwer <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> J.B.Verhey<strong>en</strong>, door welk<strong>en</strong> brand onze kerk ook te<strong>en</strong>emael in assch<strong>en</strong> is<br />

gelegt <strong>en</strong> tot hed<strong>en</strong> toe nog a<strong>en</strong> het blussch<strong>en</strong> zijn om de a<strong>en</strong>pael<strong>en</strong>de gebouw<strong>en</strong> van dez<strong>en</strong> ramp te<br />

bevrijd<strong>en</strong>". Op 1 december 1842 werd de kerk terug in gebruik g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 6 december 1842 werd<br />

ze opnieuw gewijd door J.H.Vander Mer<strong>en</strong>, landdek<strong>en</strong> van Turnhout. In 1842 werd<strong>en</strong> reeds<br />

voorbereidsel<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> voor het herstel. De plans lag<strong>en</strong> hetzelfde jaar klaar <strong>en</strong> het last<strong>en</strong>cohier kon<br />

reeds neergelegd word<strong>en</strong>. Na veel geschrijf kon in 1844 met de heropbouw begonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het<br />

werk werd in 1846 beslot<strong>en</strong> met de nieuwe vloer. De mooie tor<strong>en</strong>spits werd dan vervang<strong>en</strong> door het<br />

huidige stompe tor<strong>en</strong>tje.<br />

Nauwelijks <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> later werd de kerk opnieuw zwaar getroff<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> hevige blikseminslag.<br />

Over deze ramp op 7 juli 1850 getuigde J.B.Bax het volg<strong>en</strong>de: "Wij Jan Baptist Bax, in de deur van het<br />

huys van Adria<strong>en</strong> Pelkmans herbergier bij de kerk alhier, sta<strong>en</strong>de, zoo komt daer e<strong>en</strong><strong>en</strong> zwaer<strong>en</strong><br />

donderslag die d<strong>en</strong> tor<strong>en</strong> der kerk alhier trof, <strong>en</strong> seff<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> groote partij schali<strong>en</strong> van het spit ded<strong>en</strong><br />

neder stort<strong>en</strong>. En d<strong>en</strong> rook of damp uyt de gat<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> tor<strong>en</strong> uytwaesemde zoo zijn ik, met nog<br />

verscheyde andere m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> uyt die er naest geleg<strong>en</strong>e herberg, nae bov<strong>en</strong> op d<strong>en</strong> tor<strong>en</strong> geloop<strong>en</strong><br />

om te zi<strong>en</strong> wat er gebeurt was. Daer zijnde hebb<strong>en</strong> bevond<strong>en</strong> dat d<strong>en</strong> balk bov<strong>en</strong> het belfort, bov<strong>en</strong><br />

de groote klok, van onder<strong>en</strong> van te langs was op<strong>en</strong>geslaeg<strong>en</strong> <strong>en</strong> gesplonstert. Dat van buyt<strong>en</strong> de<br />

schali<strong>en</strong> van het spit van het kruys tot a<strong>en</strong> het ste<strong>en</strong>werk, e<strong>en</strong> ba<strong>en</strong> van omtr<strong>en</strong>t e<strong>en</strong><strong>en</strong> meter breed,<br />

waer<strong>en</strong> afgeslaeg<strong>en</strong>, maer dat het nerg<strong>en</strong>s vuer had gevat, noch brand verwekt". In 1857 werd het<br />

uurwerk van de tor<strong>en</strong> hersteld door Waegemans van Turnhout voor 245 frank. De tor<strong>en</strong> bleef<br />

bouwvallig, want in e<strong>en</strong> verslag van de geme<strong>en</strong>teraad van 29 september 1857 lez<strong>en</strong> we: "...dat d<strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>tor<strong>en</strong> a<strong>en</strong> de kerk alhier op verschillige plaets<strong>en</strong> bouwvallig is, dat hij de schaliedekkers<br />

heeft moet<strong>en</strong> ontbied<strong>en</strong> om de losse ste<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> arduyne waterlijst<strong>en</strong> af te werp<strong>en</strong> om alle ongelukk<strong>en</strong><br />

te voorkom<strong>en</strong>, dat de leydekkers ons verzeker<strong>en</strong> dat er groote reparati<strong>en</strong> a<strong>en</strong> zijn, door d<strong>en</strong> brand van<br />

1841, reg<strong>en</strong> <strong>en</strong> wind veroorzaekt, dat die herstelling e<strong>en</strong>e groote som zal beloop<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat dit niet<br />

lang mag word<strong>en</strong> uytgesteld". Het noodlot sloeg opnieuw toe in 1862, want de kerk werd opnieuw<br />

getroff<strong>en</strong> door de bliksem: "...dat op gister<strong>en</strong> 20 mei 1862 omtr<strong>en</strong>t 9 ur<strong>en</strong> 's avonds, het hemelsvuer is<br />

gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> d<strong>en</strong> tor<strong>en</strong> der kerk dezer geme<strong>en</strong>te heeft getroff<strong>en</strong> a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> oost<strong>en</strong>kant. Dat dit bov<strong>en</strong> a<strong>en</strong><br />

het kruis schijnt a<strong>en</strong>vang te hebb<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alzoo b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong>waerts is afgedaeld e<strong>en</strong><strong>en</strong> reep<br />

schali<strong>en</strong> of ley<strong>en</strong> heeft weg g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot a<strong>en</strong> het va<strong>en</strong>gat, daer d<strong>en</strong> bliksem schijnt binn<strong>en</strong> in d<strong>en</strong><br />

tor<strong>en</strong> te zijn gekom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> heeft a<strong>en</strong> het belfort, daer de klokk<strong>en</strong> hang<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><strong>en</strong> balk beschadigd, daer<br />

schijnt hij d<strong>en</strong> ijzer<strong>en</strong>draed gevolgd te hebb<strong>en</strong> die van d<strong>en</strong> klokk<strong>en</strong>slag bov<strong>en</strong> tot b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> d<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong>slag in de kerk, op de kas van het orgel was gesteld, daar heeft hij d<strong>en</strong> hamer <strong>en</strong> de bel


verbrijzeld, de cas van de orgelkas gerukt, e<strong>en</strong>ige orgelpijp<strong>en</strong> krom gezet, <strong>en</strong> d<strong>en</strong> blaesbalk met<br />

e<strong>en</strong>ige binn<strong>en</strong> deur<strong>en</strong> van de kerk beschadigd". In 1887 werd de aanbesteding voor de oprichting van<br />

e<strong>en</strong> kruisweg opgemaakt, terwijl Zijn Emin<strong>en</strong>tie Kardinaal Sterckx, aartsbisschop van Mechel<strong>en</strong>, in<br />

1867 het nieuw beeld van <strong>Weelde</strong>s Heilige <strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>, plechtig had gewijd. In 1884 werd er<br />

weer ingebrok<strong>en</strong> in de kerk: "...dat hed<strong>en</strong> nacht tussch<strong>en</strong> 8 <strong>en</strong> 9 juni alhier diev<strong>en</strong> in de kerk gebrok<strong>en</strong><br />

zijn, zij zijn bij middel e<strong>en</strong>er ladder door e<strong>en</strong>e raam binn<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> heeft bevond<strong>en</strong> dat zij<br />

e<strong>en</strong>e kist hebb<strong>en</strong> op<strong>en</strong>gebrok<strong>en</strong>, waarin de kleeder<strong>en</strong> van O.L.Vrouw geborg<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Doch tot<br />

hed<strong>en</strong> niet bevond<strong>en</strong> dat zij daervan iets hebb<strong>en</strong> medeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dan hebb<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong><strong>en</strong> offerblok<br />

medeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> d<strong>en</strong> inhoud van e<strong>en</strong><strong>en</strong> ander<strong>en</strong> offerblok, als ook e<strong>en</strong> paar goud<strong>en</strong> oorbell<strong>en</strong> van<br />

O.L.Vrouw geroofd".<br />

De 19e eeuw had de kerk dus niet gespaard. De drie altar<strong>en</strong>, dat van St.-Michiel, dat van O.L.Vrouw<br />

<strong>en</strong> dat van St.-Antonius werd<strong>en</strong> praktisch volledig vernield in de tor<strong>en</strong>brand van 1841. Het St.-<br />

Antoniusaltaar dat dateerde uit het midd<strong>en</strong> van de XVIIe eeuw, was rijkelijk voorzi<strong>en</strong> van<br />

beeldhouwwerk<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> de H.Lucia <strong>en</strong> de H.Margaretha werd<strong>en</strong> gered. De biechtstoel<strong>en</strong>, het oksaal<br />

<strong>en</strong> het orgel ging<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong>. De nieuwe preekstoel van 1837 kon word<strong>en</strong> gered. Omstreeks het<br />

midd<strong>en</strong> van de XIXe eeuw werd<strong>en</strong> nieuwe beeld<strong>en</strong> aangekocht. In 1844 werd het schilderij "Jezus op<br />

het kruis" van de Turnhoutse schilder Loey<strong>en</strong>s in de kerk gehang<strong>en</strong>. Het nieuwe orgel werd geplaatst<br />

door orgelbouwer Vermeul<strong>en</strong> uit Weert. Pastoor Jacobs noteerde in 1901:" Op e<strong>en</strong> kareelste<strong>en</strong> van<br />

d<strong>en</strong> evangeliekant (contrefort) aan de zijbeuk langs de tor<strong>en</strong>, staat ingegrift IM71". Bewuste inscriptie<br />

hebb<strong>en</strong> we echter niet kunn<strong>en</strong> terugvind<strong>en</strong>, het is trouw<strong>en</strong>s onduidelijk wat dit wel mag betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Op<br />

10 september 1909 had in de kerk nog e<strong>en</strong> smartelijk ongeval plaats. Het geme<strong>en</strong>teraadsverslag van<br />

11 september 1909 luidt als volgt: "...e<strong>en</strong> smartelijk <strong>en</strong> verschrikkelijk ongeluk heeft hier gister<strong>en</strong><br />

voormiddag ongeveer om kwart na elf ur<strong>en</strong> plaats gehad. De mecanici<strong>en</strong> Emiel Kin was bezig e<strong>en</strong><br />

toestel tot verlichting door acetyle<strong>en</strong> in de oude sakristij der kerk te plaats<strong>en</strong>. Door e<strong>en</strong>e<br />

onbegrijpelijke onvoorzichtigheid moet hij e<strong>en</strong> gloei<strong>en</strong>de soldeerbout bij e<strong>en</strong>e op<strong>en</strong>ing gebracht<br />

hebb<strong>en</strong>, langs dewelke hij vermoede dat ge<strong>en</strong> gas kon ontsnapp<strong>en</strong>. E<strong>en</strong>e ontploffing volgde, de<br />

ongelukkige was op d<strong>en</strong> slag dood. Het parket is gister<strong>en</strong> namiddag ter plaatse geweest om e<strong>en</strong><br />

onderzoek in te stell<strong>en</strong>". Bij het beëindig<strong>en</strong> van dit artikel werd<strong>en</strong> de restauratiewerk<strong>en</strong> aan de kerk<br />

aangevat. Het is te hop<strong>en</strong> dat deze broodnodige restauratie, waar de kerk in feite al 350 jaar op heeft<br />

gewacht, onze oude parochiekerk haar oude luister zal teruggev<strong>en</strong>. Het kerkhof werd vroeger (voor<br />

1860) in het oost<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> hekk<strong>en</strong> van hout geslot<strong>en</strong> voor het vee <strong>en</strong> rijtuig<strong>en</strong> <strong>en</strong> het was met e<strong>en</strong><br />

haag omgev<strong>en</strong>. In 1860 werd e<strong>en</strong> kerkhofmuur gebouwd.<br />

Jan Huybrechts Loemelanus, bouwer van de Sint-Michielskerk (1465-1532)<br />

Jan Huybrechts was pastoor te <strong>Weelde</strong> van 1503 tot 1532. Omstreeks 1465 zag hij te Lommel het<br />

lev<strong>en</strong>slicht als zoon van Huybrecht van Lommel <strong>en</strong> Margareta van Kersip. In 1489 promoveerde hij te<br />

Leuv<strong>en</strong> tot doctor in de beide recht<strong>en</strong>. Hij werd hoogleraar te Leuv<strong>en</strong> <strong>en</strong> doceerde de recht<strong>en</strong> vanaf<br />

1505. Midd<strong>en</strong> in de periode van de Lutherse kerkhervorming publiceerde hij werk<strong>en</strong> om de katholieke<br />

leer te verdedig<strong>en</strong>. In 1510 was hij aartsdiak<strong>en</strong> van Fam<strong>en</strong>ne <strong>en</strong> in 1516 werd hij aangesteld tot<br />

raadsheer bij de Hoge Raad van Brabant. Hij was kanunnik van Sint-Rombout te Mechel<strong>en</strong>, van Sint-<br />

Lambertus te Luik <strong>en</strong> van O.L.Vrouw te Antwerp<strong>en</strong>. Paus Leo X b<strong>en</strong>oemde hem tot apostolisch<br />

nuntius <strong>en</strong> speciaal commissaris voor de Nederland<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s was hij te Mechel<strong>en</strong> vicaris van<br />

Kardinaal Willem Lombaerts of van Enckevoirt <strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte werd hij aartsdiak<strong>en</strong> van Antwerp<strong>en</strong> met<br />

toezicht op de landsdek<strong>en</strong>ij<strong>en</strong>.<br />

Hij overleed te Antwerp<strong>en</strong> op 17 oktober 1532 <strong>en</strong> werd begrav<strong>en</strong> in de kathedraal onder e<strong>en</strong><br />

grafste<strong>en</strong>, die hijzelf nog tijd<strong>en</strong>s zijn lev<strong>en</strong> had do<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> in het koor van de Besnijd<strong>en</strong>is. Niet<br />

alle<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>, maar ook te Geel had hij het personaat van de Sint-Amandskerk, maar hij verbleef<br />

waarschijnlijk heel weinig op deze plaats<strong>en</strong>. Te <strong>Weelde</strong> had hij eerst de <strong>Weelde</strong>naar Antonius Buycx<br />

als vervanger <strong>en</strong> nadi<strong>en</strong> was H<strong>en</strong>drik Swa<strong>en</strong><strong>en</strong> daar bedi<strong>en</strong>aar van de eredi<strong>en</strong>st. Jan Huybrechts<br />

begon rond 1520 met de bouwwerk<strong>en</strong> van de huidige Sint-Michielskerk. Ze was in 1529 voltooid. In<br />

zijn testam<strong>en</strong>t, dat hij in 1529 liet mak<strong>en</strong>, stichtte hij ti<strong>en</strong> studiebeurz<strong>en</strong> aan de Leuv<strong>en</strong>se universiteit,<br />

bestemd voor bloedverwant<strong>en</strong> <strong>en</strong> minder begoed<strong>en</strong> uit Lommel, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Geel. Ook gedacht hij de<br />

kerkfabriek van <strong>Weelde</strong> om daar e<strong>en</strong> plechtige uitvaartdi<strong>en</strong>st te lat<strong>en</strong> celebrer<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

gesticht jaargetijde omdat zijn aand<strong>en</strong>k<strong>en</strong> daar in ere zou word<strong>en</strong> bewaard. Meer bijzonderhed<strong>en</strong> over<br />

het testam<strong>en</strong>t van Jan Huybrechts vindt m<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> studie van A.Van der Does de Willebois die<br />

hierover uitgebreid publiceerde. De door pastoor Huybrechts gebouwde Sint-Michielskerk is nu nog


één van de merkwaardigste monum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de Kemp<strong>en</strong>. Jammer g<strong>en</strong>oeg verwoestte de tor<strong>en</strong>brand<br />

van 1841 de spits. Deze is later door de nu nog bestaande stompe piramide vervang<strong>en</strong>.<br />

Orgels in de St.-Michielskerk<br />

In de 17e eeuw had de parochie reeds e<strong>en</strong> orgel, want de pastoor betaalde e<strong>en</strong> zekere Mart<strong>en</strong><br />

<strong>Poppelius</strong> voor de herstelling<strong>en</strong> die hij aan het orgel had gedaan. Dit orgel heeft de XVIIe eeuw<br />

waarschijnlijk niet overleefd. Fr.Verbiest schreef in het tijdschrift Taxandria e<strong>en</strong> uitstek<strong>en</strong>de bijdrage<br />

over de orgels in de St.-Michielskerk, die we hier met zijn toestemming bijna volledig overnem<strong>en</strong>.<br />

T<strong>en</strong> jare 1711 doet Gregorius Van d<strong>en</strong> Idzert, pastoor te <strong>Weelde</strong>, e<strong>en</strong> verzoek aan de ZZ.EE.Her<strong>en</strong><br />

Vicariss<strong>en</strong> van het Bisdom Antwerp<strong>en</strong> om 1. "e<strong>en</strong> orgel te do<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> <strong>en</strong>de stell<strong>en</strong> in de<br />

voorgescreve kercke op die bequaemste plaetse gelijk de landdek<strong>en</strong> van Hoogstrat<strong>en</strong> zal oordel<strong>en</strong>"<br />

<strong>en</strong> 2. om "e<strong>en</strong> behoorlijk altaer" te mog<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> in de kapel van Sint-Jan, geleg<strong>en</strong> in dezelfde<br />

parochie. Daartoe zou hij "die oude ijk<strong>en</strong>boom<strong>en</strong> sta<strong>en</strong>de op die Cappel-hof" w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te verkop<strong>en</strong> om<br />

met de opbr<strong>en</strong>gst daarvan te kunn<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> in de betaling van het nieuwe altaar. Het verzoek werd<br />

niet gedateerd, maar de 9e juli 1711 komt daarop reeds e<strong>en</strong> gunstig advies vanwege de ZZ.EE.Her<strong>en</strong><br />

vicariss<strong>en</strong> van het "op<strong>en</strong>sta<strong>en</strong>de bisdom van Antwerp<strong>en</strong>". Zij "sta<strong>en</strong> toe a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> Hr. Suppliant alle<br />

beyde sijn versoeck<strong>en</strong> ... mits do<strong>en</strong>de rek<strong>en</strong>inge van d<strong>en</strong> uytgeef a<strong>en</strong> d<strong>en</strong> Heer Landtdek<strong>en</strong>". De 27e<br />

april 1712 is de Z.E.Heer Landdek<strong>en</strong> ter plaatse geweest om te oordel<strong>en</strong> over de plaats, waar het<br />

orgel zou kunn<strong>en</strong> gesteld word<strong>en</strong>. Hij bevestigt dat het orgel mag geplaatst word<strong>en</strong> onder de grote<br />

tor<strong>en</strong> van de kerk, in deze woord<strong>en</strong>: "omnibus consideratis ad maiorem ornatum ecclesie, et decorem<br />

divini officii judico locum compet<strong>en</strong>tiorem erig<strong>en</strong>di et intu<strong>en</strong>di organum in ecclesia parochiali esse sub<br />

turri maiore, actum in welde in visitatione". Intuss<strong>en</strong> heeft pastoor Gregorius Van d<strong>en</strong> Idzert reeds<br />

gedacht aan de aanbesteding van het nieuwe orgel. Op 8 augustus 1711 vaardigt hij de Eerw. Heer<br />

Prosper Timmermans, pater van de abdij van Averbode af bij de op<strong>en</strong>bare notaris van de Souvereine<br />

Raad van Brabant "gheadmitteert tot Lov<strong>en</strong>", om in zijn naam op te tred<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> contract tot het<br />

mak<strong>en</strong> van het nieuwe orgel. Met Timmermans verschijnt de contractant-orgelmaker, Christiaan<br />

P<strong>en</strong>celer. Zij verklar<strong>en</strong> zich akkoord voor de notaris over de volg<strong>en</strong>de condities.<br />

"Ierst d<strong>en</strong> prestant acht voet<strong>en</strong>; tweede holpijpe acht voet<strong>en</strong>; octave vier voet<strong>en</strong>; fluijte vier voet<strong>en</strong>; t<strong>en</strong><br />

vijffde quintefluijt gesned<strong>en</strong>; superoctave twee voet<strong>en</strong>; t<strong>en</strong> sev<strong>en</strong>st<strong>en</strong> sex qui alter twee dobbel<br />

gesned<strong>en</strong>; t<strong>en</strong> 8e siffelet, superius; t<strong>en</strong> 9e mixture drij dubbel; t<strong>en</strong> 10e cimbal twee dobbel; t<strong>en</strong> elffst<strong>en</strong><br />

tiersse superius; t<strong>en</strong> 12e trompette acht voet<strong>en</strong> gesned<strong>en</strong>; t<strong>en</strong> 13e cornette vier pijp<strong>en</strong> tremblante,<br />

nachtegael v<strong>en</strong>tiel, <strong>en</strong> secreet met vijf<strong>en</strong>, het clauwier van gelijck<strong>en</strong> met vijf<strong>en</strong>, twee nieuwe<br />

blaesbalck<strong>en</strong>, naer proportie van het werck (:casse met sijne toebehoort<strong>en</strong> gelijck alle andere hant<br />

werck<strong>en</strong>, noodigh sijnde om het voors. werck te becleed<strong>en</strong> <strong>en</strong>de rust<strong>en</strong>, oft op te ligg<strong>en</strong>, sull<strong>en</strong> sijn tot<br />

last<strong>en</strong> vand<strong>en</strong> voors. pastoir <strong>en</strong>de kercke gelijck oock het eijser werck, het welck moet<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> soo<br />

wel voor <strong>en</strong>de tot de blaesback<strong>en</strong> als voor d'orgele, voor welcke orgel belooft d<strong>en</strong> voors. heere<br />

Timmermans a<strong>en</strong>d<strong>en</strong> tweed<strong>en</strong> comparant (= P<strong>en</strong>celer) te betael<strong>en</strong> de somme van twelff hondert<br />

guld<strong>en</strong>s loop<strong>en</strong>de gelt d<strong>en</strong> schellinck à sev<strong>en</strong> stuijvers d<strong>en</strong> pattacon à twee guld<strong>en</strong>s sesthi<strong>en</strong>stuijvers<br />

<strong>en</strong>de soo voorts d'ander speci<strong>en</strong> van gelt naeradv<strong>en</strong>ant".<br />

Met dat alles ziet het eruit dat de E.H.Pastoor instaat voor hout- <strong>en</strong> ijzerwerk voor de buit<strong>en</strong>kant van<br />

het orgel, terwijl de eig<strong>en</strong>lijke materialiën of ingrediënt<strong>en</strong> voor het instrum<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> laste zijn van de<br />

orgelmaker. De E.Pater Timmermans, contractant, belooft reeds binn<strong>en</strong> de 14 dag<strong>en</strong> e<strong>en</strong> som van<br />

400 guld<strong>en</strong> te betal<strong>en</strong>; de rester<strong>en</strong>de som zal betaald word<strong>en</strong> zodra het orgel gesteld is. De E.Pater<br />

Timmermans zal er voor instaan het orgel uit Leuv<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> aanvoer<strong>en</strong>. De Heer P<strong>en</strong>celer van<br />

Leuv<strong>en</strong> zal met zijn helpers het orgel moet<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>. Zij ontving<strong>en</strong> van de Heer pastoor van <strong>Weelde</strong><br />

"montcost<strong>en</strong> <strong>en</strong>de dranck". Volg<strong>en</strong>s contract zal het werk moet<strong>en</strong> klaar zijn achtti<strong>en</strong> maand<strong>en</strong> na de<br />

achtste augustus 1711. Contract hiervan wordt gepasseerd voor Heer H<strong>en</strong>rion, notaris publicus, in<br />

bijzijn van getuig<strong>en</strong>: E.Heer Hubertus Rall<strong>en</strong>, "lic<strong>en</strong>tiaet inde h. goidtsgeleertheijt, pastoir van<br />

St.Quint<strong>en</strong>s prochie tot Lov<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de sr.Petrus de Pape." Blijk<strong>en</strong>s dit contract zal het orgel word<strong>en</strong><br />

gemaakt <strong>en</strong> gesteld voor e<strong>en</strong> bedrag van 1200 guld<strong>en</strong>. Hiervoor echter was waarschijnlijk nog gunstig<br />

advies nodig van de Heer van <strong>Weelde</strong>, C.Bernage de Meliskerck, die op 7 januari 1712 adviseert in<br />

volg<strong>en</strong>de term<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> brief, geschrev<strong>en</strong> te Tilburg.<br />

"Eerwaerdigh Heer,


versta<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>de dat de sake van Ued. kerck in soo e<strong>en</strong> favorable staedt sijn dat Ued. soo veel<br />

p<strong>en</strong>ning<strong>en</strong> bij d<strong>en</strong> andre hebt dat Ued. tot stichtinge <strong>en</strong> devotie van Ued. geme<strong>en</strong>te, daarvoor e<strong>en</strong><br />

orgel soudt konn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> opreght<strong>en</strong> t'ge<strong>en</strong>e oock e<strong>en</strong> groot ciraet sal bij br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong>de daer door het<br />

musiecq in perfectie sal konn<strong>en</strong> gesong<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, t'ge<strong>en</strong>e e<strong>en</strong> heerlijcke werck is, soo ist dat bij dese<br />

niet heb konn<strong>en</strong> manquer<strong>en</strong> Ued. te adviser<strong>en</strong> dattic met soo e<strong>en</strong> pieus werck voorgaet <strong>en</strong>de voor<br />

soo veel Ued. in dese e<strong>en</strong> approbatie van d<strong>en</strong> Heer van <strong>Weelde</strong> soudt noodigh hebbe ist dat dese<br />

di<strong>en</strong>t omme Ued. daar volkom<strong>en</strong>tlijck van te verseker<strong>en</strong> <strong>en</strong>de dat het selve in sijn Hoogh Ed. Name<br />

b<strong>en</strong> do<strong>en</strong>de bij dese <strong>en</strong>de volkom<strong>en</strong>tlijck approber<strong>en</strong>de, Ued. sal mij veel plasier geve als Ued. mij<br />

sult adviser<strong>en</strong> wanneer alles in staedt sal wes<strong>en</strong> <strong>en</strong>de soo het op andere platsche gebruyckelijck is<br />

sagh ic wel gaerne d<strong>en</strong> naem <strong>en</strong>de wap<strong>en</strong> vand<strong>en</strong> Heere op d<strong>en</strong> voet vand<strong>en</strong> Orgel, eijndig<strong>en</strong>de hiere<br />

mede blijve<br />

Ued.oodmoedige di<strong>en</strong>aer<br />

C.Bernage de Meliskerck<br />

Tilburgh 7 januari 1712"<br />

Het ziet ernaar uit dat de Heer van <strong>Weelde</strong> erg gevleid is met het vrag<strong>en</strong> om zijn advies, hij is ook erg<br />

<strong>en</strong>thousiast over het plaats<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> nieuw orgel <strong>en</strong> vraagt of zijn naam <strong>en</strong> wap<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

aangebracht op de voet van het orgel, zoals dat elders de gewoonte zou zijn. Hoelang het aangelop<strong>en</strong><br />

heeft eer het orgel geplaatst was, wet<strong>en</strong> wij niet. Feit is dat de 28e mei 1723, dat is 12 jaar na akkoord<br />

over contract, de heer Christianus P<strong>en</strong>celer tek<strong>en</strong>t op afrek<strong>en</strong>ing voor voldaan:" D<strong>en</strong> ondergeschrev<strong>en</strong><br />

bek<strong>en</strong>t ontfang<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> uyt hand<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Heer Pastoor van <strong>Weelde</strong> de somme van 1400<br />

guld<strong>en</strong>s <strong>en</strong> daer mede volda<strong>en</strong> voor het mak<strong>en</strong> van het orgel in de St.Mighiel kerck tot <strong>Weelde</strong> des<strong>en</strong><br />

28 mei 1723". Blijk<strong>en</strong>s rek<strong>en</strong>ingnota van 20 december 1729 wordt het "secreet van onse orgel"<br />

hersteld door Jacobus Verbueck<strong>en</strong>, orgelmaker. In de rek<strong>en</strong>ing is mede vereff<strong>en</strong>d de aankoop door de<br />

Heer Verbueck<strong>en</strong> van "het out orgelti<strong>en</strong> ter weerde van 7 gl". De reparatie loopt op tot de som van 24<br />

guld<strong>en</strong> 10 stuivers, d.i. 3 pistol<strong>en</strong> min 7 guld<strong>en</strong>. In 1781 gaat de Heer Tits uit Hoogstrat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> contract<br />

aan met de geme<strong>en</strong>te, waarbij hij zich verbindt om gedur<strong>en</strong>de 12 jaar, tweemaal sjaars het orgel te<br />

kom<strong>en</strong> nazi<strong>en</strong>. Hiervoor kreeg hij 5 guld<strong>en</strong> <strong>en</strong> 12 stuivers per jaar. De 16e augustus 1844 word<strong>en</strong><br />

conditi<strong>en</strong> opgesteld voor het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> nieuw orgel voor de kerk van <strong>Weelde</strong>. De contractantorgelmaker,<br />

F.Smet van Duffel, zal het werk op zich nem<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> bedrag van 1300 guld<strong>en</strong><br />

Brabants courant geld. Hij staat mete<strong>en</strong> in voor het vervoer<strong>en</strong> van het orgel van Duffel naar <strong>Weelde</strong>,<br />

voor kost <strong>en</strong> drank voor h<strong>en</strong> die het orgel stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de betaling van "e<strong>en</strong><strong>en</strong> blaeser t<strong>en</strong> tyde van<br />

het stell<strong>en</strong>".<br />

De voorwaard<strong>en</strong> gesteld voor het instrum<strong>en</strong>t zijn de volg<strong>en</strong>de: "e<strong>en</strong> nieuw secreet van beste eyke<br />

waeg<strong>en</strong>schot, inhoud<strong>en</strong>de 54 tots<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong>d in d<strong>en</strong> Bas met ut <strong>en</strong> eyndig<strong>en</strong>de in d<strong>en</strong> superius met<br />

fa waar de volg<strong>en</strong>de registers zull<strong>en</strong> op geplaatst word<strong>en</strong>, te weet<strong>en</strong> cornet van 4 pyp<strong>en</strong> sterk-<br />

prestant 4 voet, Bourdon 8 voet bas, <strong>en</strong> Bourdon 8 voet super; prestant 8 voet tot de tweede ut in d<strong>en</strong><br />

Bas, violla de gamba super, fluyt 4 voet, nasart 3 voet, Doublet 2 voet, fournilaer van 8 pyp<strong>en</strong> sterck,<br />

trompet Bas, <strong>en</strong> trompet super uytmaek<strong>en</strong>de twee registers. Daer zal insgelijks gemaeckt word<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

nieuw clavier inhoud<strong>en</strong>de 54 tots<strong>en</strong> waer van de platte tots<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> belegt word<strong>en</strong> met yvoir <strong>en</strong> de<br />

verhev<strong>en</strong>e tots<strong>en</strong> met swert ebb<strong>en</strong> houdt. Het bov<strong>en</strong>sta<strong>en</strong>de werk zal alle gemaeckt word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

beste kwaeleteyd van m<strong>en</strong>gel stof besta<strong>en</strong>de in tin <strong>en</strong> loot, de regeerwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> blaesbalck<strong>en</strong> zal alles<br />

gemaeckt word<strong>en</strong> van beste eyke schrijnhout". De orgelkas wordt gemaakt uit beste "eyke<br />

schrijnhoudt", zoals gebruikt werd voor het orgel van Wechelderzande. De vijf stuks snijwerk, te<br />

voorzi<strong>en</strong> aan de voorste pijp<strong>en</strong> "moet<strong>en</strong> achtersta<strong>en</strong> bij begrep<strong>en</strong> zijn". Het werk moet zodanig zijn dat<br />

het orgel "e<strong>en</strong> melodieus geluyt" geeft, in "fluyt <strong>en</strong> tong". Andere kwaliteit<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> verwacht zijn:<br />

"e<strong>en</strong> vive a<strong>en</strong>spraeck <strong>en</strong> verders al wat het bov<strong>en</strong>gemeld orgel tot voordeel zal konn<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong>".<br />

Reeds de elfde juli 1845 tek<strong>en</strong>t orgelmaker F.Smet e<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing af voor voldaan "voor het mak<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> geheel nieuw orgel met nieuwe orgelkas voor e<strong>en</strong> bedrag van 1340 guld<strong>en</strong>. De drij consol<strong>en</strong><br />

onder de tor<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de orgelkas vall<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de rek<strong>en</strong>ing, zoals dat was voorzi<strong>en</strong> in de staat van<br />

voorwaard<strong>en</strong>. Wel zijn in de rek<strong>en</strong>ing begrep<strong>en</strong> "twintig gedekte pijp<strong>en</strong> ... cornet als mede ..." Jar<strong>en</strong><br />

later wordt voorzi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vergroting van het orgel, blijk<strong>en</strong>s rek<strong>en</strong>ing van 8 april 1876 "D<strong>en</strong><br />

ondergeteek<strong>en</strong>de bek<strong>en</strong>d ontvang<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Weledel. Heer Fr.Beert<strong>en</strong>, Pastoor te<br />

<strong>Weelde</strong>, de som<strong>en</strong> (sic) van 1450 frank weg<strong>en</strong>s het vergrot<strong>en</strong> van het orgel". Getek<strong>en</strong>d


P.J.Vermeul<strong>en</strong>! De 6e december van hetzelfde jaar ontvangt dezelfde orgelmaker, P.Vermeul<strong>en</strong> van<br />

Weert, de som van 315 frank vanwege de heer pastoor voor "vernieuwing van de trompet der orgel.<br />

Voor levering van twee nieuwe Registers (milophone <strong>en</strong> Piccolo) <strong>en</strong> voor verdere reparatie". En<br />

dezelfde orgelfabrikant, P.J.Vermeul<strong>en</strong>, ontvangt de 23e augustus 1885 nog van de Kerkfabriek van<br />

<strong>Weelde</strong> de som van 300 frank voor "herstelling werk<strong>en</strong> der orgel, reparatie der blaasbalg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gandsch nieuwe intonatie". E<strong>en</strong> andere grondige reparatie of verandering wordt toegepast op het<br />

orgel de 7e juni 1892. De rek<strong>en</strong>ing van P.J.Vermeul<strong>en</strong>, betaald door pastoor F.Beert<strong>en</strong>, vermeldt de<br />

levering van: e<strong>en</strong> nieuw front met frontpijp<strong>en</strong>, 3 koppel secreetled<strong>en</strong> met nieuwe mechaniek <strong>en</strong><br />

toebehoor<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>s 7 nieuwe registers met name:<br />

1. Montre 8 voet<br />

2. Sousbasse 16 voet<br />

3. Viol<strong>en</strong> basse 16 voet<br />

4. Bombarde 16 voet<br />

5. Voix céleste 8 voet<br />

6. Basson 8 voet<br />

7. Hautbois 8 voet<br />

8. Moxture 4 sterk<br />

met e<strong>en</strong> nieuwe blaasbalg van twee nieuwe klavier<strong>en</strong>. Voor de somme van 2550 frank. Uit al deze<br />

gegev<strong>en</strong>s moge gewis blijk<strong>en</strong> dat de pastoors van <strong>Weelde</strong> veel belang hebb<strong>en</strong> gesteld in de muzikale<br />

opluistering van de kerkelijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Hadd<strong>en</strong> zij interesse voor opsiering <strong>en</strong> vermooiing van hun<br />

kerkgebouw, zij kond<strong>en</strong> het orgel niet verget<strong>en</strong>. Is het niet één van de voornaamste meubels in de<br />

katholieke kerk<strong>en</strong>? Twee, bijna drie nieuwe orgels, herhaalde aanpassing<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbetering<strong>en</strong> daarvan<br />

binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tijdsverloop van 180 jaar, van 1711 af tot 1892, zijn daarvoor wel e<strong>en</strong> degelijk bewijs.<br />

Begrav<strong>en</strong> in de kerk van <strong>Weelde</strong><br />

Het begrav<strong>en</strong> in de kerk van <strong>Weelde</strong> was e<strong>en</strong> mode, die vooral tuss<strong>en</strong> 1650 <strong>en</strong> 1750 haar hoogtepunt<br />

bereikte. Voornamelijk de led<strong>en</strong> van de lagere adel, de hogere burgerij, geestelijk<strong>en</strong>, schout<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in de Sint-Michielskerk onder e<strong>en</strong> zerk begrav<strong>en</strong>. Vermoedelijk war<strong>en</strong> er pastoors<br />

die dit gebruik stimuleerd<strong>en</strong>, want onder het pastoraat van Le Pieme, Otgeri <strong>en</strong> Vaes werd<strong>en</strong> er<br />

gemiddeld meer dan 2 begraf<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> per jaar in de kerk verricht. De begraafboek<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong><br />

vermeld<strong>en</strong> 217 begraf<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in de kerk, tuss<strong>en</strong> 1630 <strong>en</strong> 1780 <strong>en</strong> in dit aantal war<strong>en</strong> 55 kinder<strong>en</strong><br />

begrep<strong>en</strong>. Bij dekreet van 12 juni 1804 werd door de Franse overheersers het begrav<strong>en</strong> in de kerk<br />

afgeschaft, omdat deze bewindslied<strong>en</strong> gelijkberechtiging opdrong<strong>en</strong> <strong>en</strong> al wat daar niet mee strookte<br />

verbod<strong>en</strong> of ded<strong>en</strong> verwijder<strong>en</strong>.<br />

Door de kerkbrand van 1841 moest de kerkvloer vernieuwd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> blev<strong>en</strong> er van de<br />

indrukwekk<strong>en</strong>de zerk<strong>en</strong>bevloering die de kerk ooit gek<strong>en</strong>d had, <strong>en</strong>kel 14 zerk<strong>en</strong> bij de ingang van de<br />

kerk over. De secretaris van <strong>Weelde</strong> attesteerde nog op 27 oktober 1852: "dat de geschrift<strong>en</strong> der<br />

grafste<strong>en</strong><strong>en</strong> in de kerk alhier door d<strong>en</strong> brand der kerk op 22 augustus 1841 te<strong>en</strong>emael vernield <strong>en</strong><br />

gesprong<strong>en</strong> zijn". Volg<strong>en</strong>de grafschrift<strong>en</strong> bij de ingang van de kerk zijn nog leesbaar in 1982:<br />

1. D.O.M. Sepulture van d<strong>en</strong> Eersam Franchois Van Gilse, gewes<strong>en</strong>e schep<strong>en</strong> der Vreyheyt <strong>Weelde</strong><br />

sterft 4 januari 1674 <strong>en</strong>de Adriana Romm<strong>en</strong>s sijn huysvrouw sterft 1696.<br />

2. ... Bols gest... <strong>en</strong>de Anna Lemnius sijne hu... storv<strong>en</strong> d<strong>en</strong> 12 januari 16.. sijnde 87 jar<strong>en</strong>.<br />

3. D.O.M. D'eer ...re Maria Van ... huysvrouw van Gi... Van d<strong>en</strong> Gehucht<strong>en</strong> sterft 8 september A°1681.<br />

1. 6/9/1598 Cornelius Baelemans, pastoor<br />

2. 1/11/1612 Katelijn Jan Sebrechts Van d<strong>en</strong> Dung<strong>en</strong><br />

3. 8/6/1630 Meester H<strong>en</strong>drik Lemm<strong>en</strong>s, secretaris<br />

4. 7/5/1637 Pastoor Zebertus Van Dung<strong>en</strong><br />

5. 3/2/1646 Jacobus Jan Buyckx<br />

6. 28/7/1644 Albertus Brants, kapelaan<br />

7. 6/9/1648 Gaspar Schillemans, pastoor


8. 10/11/1650 Jacobus De<strong>en</strong>s<br />

9. 5/8/1652 Adrianus Schats<br />

10. 24/4/1652 H<strong>en</strong>ricus Martinus Van Duysel<br />

11. 13/1/1655 Joanna Jacob De<strong>en</strong>s<br />

12. 28/1/1655 Petrus Bols<br />

13. 11/3/1655 E<strong>en</strong> dochter van Petrus Bols<br />

14. 2/12/1657 Jacoba, dochter van Guilielmus Van Duysel<br />

15. 7/10/1657 E<strong>en</strong> kind van Michael Bols<br />

16. 12/2/1659 Elias Hubert Van Gorop<br />

17. 12/11/1660 Meester H<strong>en</strong>ri Van Duysel<br />

18. 8/12/1660 Cornelius Bols<br />

19. 1/12/1660 E<strong>en</strong> kind van Sebastiaan Hermans, mol<strong>en</strong>aar<br />

20. 12/12/1662 Dymphna Albert Jacobi Waermans, echtg<strong>en</strong>ote van H<strong>en</strong>drik Lemm<strong>en</strong>s<br />

21. 14/5/1664 Joannes Willem Van Liempt<br />

22. 19/12/1664 E<strong>en</strong> kind van Willem Van Duysel<br />

23. 17/12/1664 Joannes Mathias El<strong>en</strong>s<br />

24. 3/3/1664 Cornelius Schilders<br />

25. 21/4/1664 Elisabeth, kind van meester H<strong>en</strong>ri Lemm<strong>en</strong>s<br />

26. 14/5/1665 Joannes Willem Van Liempt<br />

27. 22/6/1666 Elisabeth dochter van meester H<strong>en</strong>ri Lemm<strong>en</strong>s onder het praalgraf met haar<br />

echtg<strong>en</strong>oot Martinus Van Duysel<br />

28. 16/8/1666 Meester Albert Waermans, 44 jar<strong>en</strong> koster <strong>en</strong> schoolmeester<br />

29. 2/4/1667 Daniël Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, secretaris van Ravels<br />

30. 18/6/1668 Jacobus Keteleers, smid<br />

31. 10/8/1668 Joannes Le Pieme, pastoor<br />

32. 1/4/1670 Anna Geerts<br />

33. 18/12/1670 Heer Willem Lemm<strong>en</strong>s<br />

34. 28/8/1671 Catharina, echtg<strong>en</strong>ote van Joannes Petrus Van Dung<strong>en</strong><br />

35. 3/12/1671 Maria Hermans, weduwe Petrus Vromans<br />

36. 14/1/1672 Anna Lemm<strong>en</strong>s, weduwe Petrus Bols<br />

37. 26/2/1672 Maria Van d<strong>en</strong> Bergh, echtg<strong>en</strong>ote van Petrus Buyckx<br />

38. 5/9/1672 Cornelius Martinus De<strong>en</strong>s<br />

39. 10/11/1672 Petrus, zoon van Joannes Petrus Vromans<br />

40. 4/2/1673 Clara Gaspar Joachim Verhiel<br />

41. 7/1/1674 Franciscus Van Ghilse schep<strong>en</strong><br />

42. 21/3/1674 Maria Joannes Van Eyndhov<strong>en</strong> alias Mols<br />

43. 18/4/1675 Joanna Van d<strong>en</strong> Bergh, echtg<strong>en</strong>ote van Adrianus Laur<strong>en</strong>tius Bols<br />

44. 29/11/1675 Gualterus Van d<strong>en</strong> Bergh, schep<strong>en</strong><br />

45. 12/9/1676 Guilielmus Van Duysel<br />

46. 22/9/1676 Thielmannus Michael de Bont<br />

47. 5/2/1678 Cornelius Antoon Scheerders<br />

48. 18/12/1676 Heer Willem Lemm<strong>en</strong>s, schep<strong>en</strong>presid<strong>en</strong>t<br />

49. 5/8/1678 Gualterus Jan Lemm<strong>en</strong>s<br />

50. 11/10/1678 Petrus Jacobus Buyckx<br />

51. 30/11/1678 Maria Gaspar Adria<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

52. 2/1/1679 Maria Tot<strong>en</strong>, echtg<strong>en</strong>ote van Philippus Buyckx<br />

53. 3/1/1679 E<strong>en</strong> dochter van Maria Buyckx met de moeder<br />

54. 24/2/1680 Michael Willem Lemm<strong>en</strong>s<br />

55. 1/3/1680 Adrianus Bols<br />

56. 1/3/1680 Maria, weduwe van Cornelius Schilders<br />

57. 4/8/1680 Franciscus, zoon van Adrianus Franciscus Van Gilse<br />

58. 4/11/1680 Godefridus Petrus Bols<br />

59. 11/9/1681 Maria Van Ley<strong>en</strong>bergh<br />

60. 14/11/1681 Elisabeth, echtg<strong>en</strong>ote van Antonius Jan Scheerders<br />

61. 2/8/1682 Joanna, weduwe van Thieleman de Bont<br />

62. 27/1/1683 Joannes Van Hoorn<br />

63. 3/6/1683 Joanna Willem De<strong>en</strong>s<br />

64. 6/6/1685 Franciscus Adrianus Van Gilse<br />

65. 12/6/1685 Barbara meester Verheyd<strong>en</strong><br />

66. 24/7/1685 H<strong>en</strong>ricus de Roy


67. 16/5/1686 Daneel Kelders<br />

68. 5/8/1686 E<strong>en</strong> kind van Augustinus Verheyd<strong>en</strong><br />

69. 25/8/1686 Catharina, echtg<strong>en</strong>ote van Willem Vromans<br />

70. 25/6/1686 E<strong>en</strong> kind van Niklaas de Bont<br />

71. 18/1/1688 Antonius Scheerders<br />

72. 31/1/1688 Gertrudis De<strong>en</strong>s, echtg<strong>en</strong>ote van Joannes de Bie<br />

73. 19/12/1686 Joanna Claes Van Ley<strong>en</strong>bergh<br />

74. 27/1/1687 H<strong>en</strong>ricus Michiel Bols<br />

75. 24/8/1690 E<strong>en</strong> kind van Adriaan Van Gilse<br />

76. 2/5/1691 Walterus Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

77. 18/10/1691 Cornelia Miertmans, echtg<strong>en</strong>ote van Joannes Mert<strong>en</strong>s<br />

78. 12/8/1684 Cornelia Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

79. 28/11/1692 Catharina Van Duysel<br />

80. 24/12/1692 Maria Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

81. 23/1/1694 Antonius Keteleers<br />

82. 3/4/1694 Kind van Adrianus Van d<strong>en</strong> Heuvel<br />

83. 4/6/1694 H<strong>en</strong>ricus Schuermans<br />

84. 15/6/1694 Kind van Jacobus Bols<br />

85. 4/10/1694 Adrianus Molemans<br />

86. 5/5/1695 Joannes Mert<strong>en</strong> Gooss<strong>en</strong>s, schep<strong>en</strong> <strong>en</strong> keizer van de Sint Jorisgilde<br />

87. 20/6/1695 H<strong>en</strong>ricus Lemm<strong>en</strong>s, schout<br />

88. 17/7/1695 Jacobus Bols<br />

89. 28/8/1695 Judocus Dick<strong>en</strong>s, schep<strong>en</strong><br />

90. 15/9/1695 Carolus Adolphus Croon<strong>en</strong>boom<br />

91. 13/3/1696 E<strong>en</strong> kind van Adrianus Van Gilse<br />

92. 9/11/1696 Adriana Romm<strong>en</strong>s, weduwe Franciscus Van Gilse<br />

93. 22/3/1697 Maria, dochter van Mert<strong>en</strong> Gooss<strong>en</strong>s<br />

94. 27/3/1697 Joannes Van Blader<br />

95. 10/9/1698 Cornelia Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

96. 15/9/1698 Anna Adriaan Luyt<strong>en</strong>, kwezel<br />

97. 4/2/1699 Martinus De<strong>en</strong>s, schep<strong>en</strong><br />

98. 24/6/1699 Catharina Van Ley<strong>en</strong>bergh, weduwe van Heyliger Verheyd<strong>en</strong><br />

99. 10/12/1699 Kind van Adrianus Van d<strong>en</strong> Heuvel<br />

100. 4/5/1700 Jacobus Van d<strong>en</strong> Broeck<br />

101. 13/10/1703 Kind van Adrianus Van der Borst<br />

102. 24/10/1703 Petrus Martinus De<strong>en</strong>s<br />

103. 1/10/1704 Joannes de Bie, schep<strong>en</strong>presid<strong>en</strong>t <strong>en</strong> voorhe<strong>en</strong> onderschout<br />

104. 27/3/1705 Adrianus Van der Borst<br />

105. 4/7/1705 Cornelius Gooss<strong>en</strong>s<br />

106. 17/11/1705 Anna Van Huyss<strong>en</strong>, echtg<strong>en</strong>ote van secretaris Herman de Roy<br />

107. 27/1/1706 Eerwaarde Heer Joannes De<strong>en</strong>s, priester<br />

108. 26/11/1706 Dymphna, weduwe van Martinus De<strong>en</strong>s<br />

109. 26/11/1706 Michael Bols<br />

110. 28/12/1707 Ida Bastia<strong>en</strong>s, weduwe van Cornelius Gooss<strong>en</strong>s<br />

111. 12/1/1708 Angela Jan Gooss<strong>en</strong>s, echtg<strong>en</strong>ote van Petrus de Bont<br />

112. 27/2/1708 Joanna Vand<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

113. 11/9/1708 Anna Michael Bols<br />

114. 26/1/1710 Nicolaa Van d<strong>en</strong> Kieboom<br />

115. 28/8/1710 Catharina Bols<br />

116. 9/11/1710 Joanna Janss<strong>en</strong>, echtg<strong>en</strong>ote van schep<strong>en</strong> Joos Dick<strong>en</strong>s<br />

117. 1/1/1713 Joseph Bols<br />

118. 5/4/1718 Cornelia Hermans, echtg<strong>en</strong>ote van Tieleman Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

119. 23/4/1718 Walterus Willeborts<br />

120. 17/2/1719 Franciscus Goed<strong>en</strong>s<br />

121. 7/6/1719 Petrus Moon<strong>en</strong><br />

122. 7/9/1719 Joanna Van Limpt<br />

123. 13/10/1722 Herman Joseph de Roy, secretaris<br />

124. 9/3/1725 Anna Philipp<strong>en</strong><br />

125. 1/7/1725 Kind van Laur<strong>en</strong>tius Bols<br />

126. 22/4/1727 Tieleman Jan Aerts


127. 6/10/1727 Adrianus Bols<br />

128. 9/10/1727 Wilhelmina Bols<br />

129. 22/10/1727 Gregorius Van d<strong>en</strong> Idzert<br />

130. 14/11/1727 Elisabeth Verbraeck<strong>en</strong>, echtg<strong>en</strong>ote van Jacobus Bols<br />

131. 24/2/1728 Mechtildis Verheyd<strong>en</strong><br />

132. 27/2/1728 Gerardus Verheyd<strong>en</strong><br />

133. 3/5/1728 Eerwaarde Heer Jacobus Dick<strong>en</strong>s, kapelaan<br />

134. 26/10/1728 Juffrouw Catharina de Roy<br />

135. 18/1/1729 Adriaan Servaess<strong>en</strong><br />

136. 22/2/1729 Kind van Gaspar Berbiers<br />

137. 3/3/1729 Kind van Meester Boex<br />

138. 19/2/1730 Meester Verbueck<strong>en</strong>, chirurgijn<br />

139. 19/3/1731 Margaretha Dick<strong>en</strong>s, de weduwe van Adrianus Van Gestel<br />

140. 15/4/1731 Joanna Verheyd<strong>en</strong><br />

141. 2/5/1731 Adrianus Sledd<strong>en</strong>, schep<strong>en</strong><br />

142. 3/3/1732 Kind uit Antwerp<strong>en</strong><br />

143. 13/2/1733 Adrianus Claess<strong>en</strong><br />

144. 29/12/1734 Gaspar Berbiers<br />

145. 15/8/1736 Maria Theresia Verheyd<strong>en</strong><br />

146. 22/3/1737 Maria De<strong>en</strong>s, weduwe van Adrianus Claess<strong>en</strong><br />

147. 15/11/1737 Franciscus Berbiers<br />

148. 29/11/1737 Theresia Joanna Catharina, dochter van Jan Baptist Bols<br />

149. 7/12/1737 Jacobus De<strong>en</strong>s<br />

150. 2/12/1737 Kind van Joannes Luyt<strong>en</strong> <strong>en</strong> Catharina Bols<br />

151. 1/1/1738 Kind van dezelfde ouders<br />

152. 8/1/1738 Kind van dezelfde ouders<br />

153. 16/1/1738 Maria Aerts, de weduwe van Petrus de Bont<br />

154. 3/2/1738 Vierde kind van Joannes Luyt<strong>en</strong> <strong>en</strong> Catharina Bols<br />

155. 31/7/1738 Kind van de schout<br />

156. 23/6/1739 Kind van de schout<br />

157. 30/8/1739 Adrianus Bols<br />

158. 3/9/1739 Judocus Wouters<br />

159. 5/3/1741 Elisabeth Havermans, weduwe van Servaes Moelans<br />

160. 30/5/1741 Kind van Petrus van Ar<strong>en</strong>donk <strong>en</strong> Martina Claess<strong>en</strong><br />

161. 2/6/1741 Guilliam Bols<br />

162. 4/2/1742 Cornelius Gooss<strong>en</strong>s<br />

163. 12/4/1742 E<strong>en</strong> kind uit Tilburg<br />

164. 10/7/1742 Adrianus, kind van Petrus van Ar<strong>en</strong>donk<br />

165. 27/7/1742 E<strong>en</strong> ander kind van Petrus van Ar<strong>en</strong>donk<br />

166. 23/11/1742 J<strong>en</strong>nek<strong>en</strong> Huysmans<br />

167. 22/12/1742 Norbert Verheyd<strong>en</strong><br />

168. 14/2/1742 Laur<strong>en</strong>tius Bols<br />

169. 4/10/1743 Christianus Schrieks, mol<strong>en</strong>aar<br />

170. 25/3/1744 Kind van Joannes Luyt<strong>en</strong><br />

171. 7/11/1744 Adriana Maes, weduwe van de mol<strong>en</strong>aar<br />

172. 10/11/1745 Maria Schrieks<br />

173. 29/11/1745 Wilhelmus Berbiers, e<strong>en</strong> kind<br />

174. 11/2/1746 Marie Vromans<br />

175. 24/3/1746 Kind van Franciscus Verheyd<strong>en</strong><br />

176. 15/8/1746 Elisabeth Wouters, echtg<strong>en</strong>ote van schout Bols<br />

177. 23/8/1746 Joannes Verheyd<strong>en</strong>, schep<strong>en</strong>presid<strong>en</strong>t<br />

178. 13/1/1747 Piero Berbiers<br />

179. 29/1/1747 Kind van Anna H<strong>en</strong>rix<br />

180. 1/2/1747 Kind van Joannes Luyt<strong>en</strong><br />

181. 15/7/1747 Tieleman Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

182. 29/8/1747 Marie Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

183. 7/8/1748 Gabriël Vaes, pastoor<br />

184. 24/12/1748 <strong>Nicolaus</strong> Schats, stadhouder<br />

185. 11/3/1749 Joannes Berbiers<br />

186. 4/5/1749 Kind van Joannes Luyt<strong>en</strong>


187. 28/8/1749 Joanna Catharina Vloemans, echtg<strong>en</strong>ote van Laur<strong>en</strong>tius Van Riel<br />

188. 23/10/1750 Maria Joost<strong>en</strong>, echtg<strong>en</strong>ote van de mol<strong>en</strong>aar met kind<br />

189. 22/11/1751 Jong<strong>en</strong> van mol<strong>en</strong>aar Adrianus Huyg<strong>en</strong>s<br />

190. 16/11/1751 <strong>Nicolaus</strong> Van Ley<strong>en</strong>borgh, schoolmeester<br />

191. 25/6/1752 Petrus Pigg<strong>en</strong><br />

192. 4/4/1752 Hermanus Boex, schoolmeester<br />

193. 20/7/1753 Kind van Jozef Van Hees<br />

194. 4/2/1754 Kind van Jan Baptist Bols<br />

195. 18/3/1754 Kind van Christiaan Van Heyst<br />

196. 14/5/1754 Kind van Gisbert Marinus<br />

197. 20/8/1754 Gertrudis Van d<strong>en</strong> Oever, echtg<strong>en</strong>ote van Christ. Van Heyst<br />

198. 18/5/1756 Catharina Van Limpt<br />

199. 10/6/1758 Kind van Joannes Luyt<strong>en</strong><br />

200. 12/2/1764 Kind van Adriaan Huyg<strong>en</strong>s<br />

201. 13/3/1764 Kind van Franciscus Boex<br />

202. 25/1/1765 Catharina Bols<br />

203. 10/8/1766 Kind van Franciscus Boex<br />

204. 19/11/1767 Cornelius Bey<strong>en</strong>s<br />

205. 27/1/1769 Martina Van de Borst<br />

206. 7/2/1769 Maria de Bont, weduwe Pigg<strong>en</strong><br />

207. 28/8/1770 Theresia Verheyd<strong>en</strong><br />

208. 3/1/1771 Martinus Nieuwlaet<br />

209. 31/1/1771 Petrus van Ar<strong>en</strong>donk<br />

210. 9/4/1772 Augustinus Verheyd<strong>en</strong><br />

211. 3/9/1772 Maria de Bont, echtg<strong>en</strong>ote van Martinus Claess<strong>en</strong>s<br />

212. 24/2/1774 Joanna van Ste<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, 100 jaar<br />

213. 1/8/1774 Jan Baptist Bols, schout<br />

214. 12/10/1774 Nicolaes Pigg<strong>en</strong><br />

215. 19/1/1775 Cornelius Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

216. 22/3/1775 Kind van Petrus Van Hove<br />

217. 1/12/1779 Kind van J.B.Diels, secretaris <strong>en</strong> van M.C.Van Ballaert<br />

218. 11/6/1780 Eerwaarde Heer Sebastianus Verhulst, kapelaan <strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiant<br />

De heer Houtman, Rijksarchivaris te Antwerp<strong>en</strong> maakte ons opmerkzaam dat er e<strong>en</strong> fonds<br />

grafschrift<strong>en</strong> op het rijksarchief bestond. Dit fonds bestaat uit e<strong>en</strong> aantal volgeschrev<strong>en</strong> notaboekjes<br />

uit de 19e eeuw, gevuld met grafschrift<strong>en</strong> uit de provincie Antwerp<strong>en</strong>. Voor <strong>Weelde</strong> wordt o.a. het<br />

volg<strong>en</strong>de vermeld:<br />

1. Hier leet begrav<strong>en</strong><br />

Heer Cornelis Baelmans<br />

Pastoor van Weldt<br />

sterf d<strong>en</strong> 6 septemb. 1598<br />

2. D.O.M.<br />

R.D.Gaspari Schillemans S.T.<br />

Lic<strong>en</strong>tiato ac rectori in<br />

abatia S.Gertrudis ex pastori<br />

ejusdem parochus M.Begiscasii<br />

pastor in Welde<br />

3. G.Van der Idzert P.<br />

obiit 1727<br />

G.Vaes P.<br />

obiit 1748<br />

4. Hier leet begrav<strong>en</strong> M.H<strong>en</strong>ric<br />

Lemnius, secretaris der<br />

Vrijheyt van <strong>Weelde</strong>, Poppel<br />

<strong>en</strong>de Ravels, sterft d<strong>en</strong><br />

5. Hier leet begrav<strong>en</strong> heer<br />

Heinrick Jan Swan<strong>en</strong> die sterf<br />

A XVe <strong>en</strong>de XLI d<strong>en</strong> X dach febru<br />

<strong>en</strong> Lijsbet


6. Hier ligt begrav<strong>en</strong> Caetelijn Jans Sebrechts dochter<br />

van d<strong>en</strong> Dung<strong>en</strong> sterft d<strong>en</strong> eerst<strong>en</strong> november A°1612<br />

bidt voor de ziel<br />

7. D.O.M.<br />

Sepulture van d<strong>en</strong> eersam<strong>en</strong><br />

Franchois van Gilse<br />

gewes<strong>en</strong>e schep<strong>en</strong>e der<br />

Vrijheyt Welde sterft<br />

d<strong>en</strong> 4 january 1674<br />

<strong>en</strong>de<br />

Adriana Romm<strong>en</strong>s sijne<br />

huysvrouwe sterft d<strong>en</strong><br />

1 november 1696<br />

<strong>en</strong>de Mr.Joannes Verheyd<strong>en</strong> Stadthouder<br />

alhier sterft d<strong>en</strong> ...<br />

<strong>en</strong>de juffrouw Fransoosa van Gilse sijne<br />

huysvrouwe sterft d<strong>en</strong><br />

Bidt voor de siele<br />

8. Hier leyt begrav<strong>en</strong> d<strong>en</strong><br />

eersam<strong>en</strong> Jacop Huybrecht<br />

Keteleers out 80 jar<strong>en</strong><br />

sterft d<strong>en</strong> 19 mey 1668<br />

Bidt voor de siele<br />

9. Hier light begrav<strong>en</strong> d<strong>en</strong><br />

eersam<strong>en</strong> meester Wouter<br />

Cornelis Vand<strong>en</strong> Berghe<br />

gewes<strong>en</strong>e R<strong>en</strong>tmeester<br />

van het clooster d<strong>en</strong><br />

Uyl<strong>en</strong>bergh binn<strong>en</strong> Sertog<strong>en</strong><br />

bosche oudt borgemeester<br />

<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>e der heerlijckheyt<br />

<strong>en</strong> vrijheydt Welde<br />

Sterf d<strong>en</strong> 27 novemb. 1675<br />

<strong>en</strong> Jacobus Bols<br />

sterft d<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>de Elisabeth Verhagh<strong>en</strong> sterf 17..<br />

<strong>en</strong>de Gilmina Bols<br />

hunne dochter sterft d<strong>en</strong> 20 augustus<br />

1710 <strong>en</strong>de Joseph Bols hunn<strong>en</strong> soon sterft<br />

d<strong>en</strong> 1 january 1713<br />

Bidt voor de siele<br />

10. Hier leyt begrav<strong>en</strong> d<strong>en</strong> eersam<strong>en</strong><br />

Peeter Bols, gestorv<strong>en</strong> d<strong>en</strong> 25<br />

januarij 1655, oudt sijnde 88 jar<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>de Anna Lemnius sijn huysvrouw<br />

gestorv<strong>en</strong> d<strong>en</strong> 12 january 1672 out<br />

sijnde 87 jar<strong>en</strong><br />

Bidt voor de ziel<strong>en</strong><br />

11. D.O.M.<br />

sepulture van<br />

D'Heer Hermanus<br />

Josephus De Roy<br />

kerkmeester <strong>en</strong>de<br />

secretaris deser<br />

Heerlijckeyt <strong>Weelde</strong><br />

sterft d<strong>en</strong> 15 october 1722<br />

<strong>en</strong>de Joanna van Huys<strong>en</strong><br />

sijne huysvrouwe<br />

sterft d<strong>en</strong><br />

12. D.O.M.


In quam memoriam<br />

honorabilium<br />

Gerardi Verheyd<strong>en</strong><br />

et Joannae Verspreeuw<strong>en</strong><br />

conjugum<br />

et Huberti Verheyd<strong>en</strong> patris<br />

Maria Theresia Verheyd<strong>en</strong><br />

hic sepulta 17 aug. 1750<br />

posuerunt D.Jacobus<br />

et Franciscus Verheyd<strong>en</strong><br />

Fratres<br />

R.I.P.<br />

13. D.O.M.<br />

D'eerbare Maria<br />

Ley<strong>en</strong>borgh huysvrou<br />

van Giliam vander<br />

gehuct<strong>en</strong> sterft<br />

d<strong>en</strong> 8 september A°1681<br />

<strong>en</strong>de Catharina van Ley<strong>en</strong>borch<br />

sterft d<strong>en</strong> 2<br />

juny 1699 <strong>en</strong>de Adriana Ley<strong>en</strong>borch<br />

sterft d<strong>en</strong><br />

Bidt voor de siele<br />

14. Peeter Vroemans +23 meert 1670<br />

Maria Anna Hermans vrouw +1 dec. 1671<br />

15. Jan ... schep<strong>en</strong>e + 3 mey 1695<br />

16. D<strong>en</strong> arduyn vloer<br />

deser kercke van Welde<br />

is geleyt 1684 onder Heer<br />

Severijn persoon pastoor<br />

<strong>en</strong> Adria<strong>en</strong> Van Gilse Kerckmr.<br />

door 1300 gld.<br />

Klokk<strong>en</strong> in de St.-Michielskerk<br />

De oudste gegev<strong>en</strong>s over de klokk<strong>en</strong> van de parochiekerk dater<strong>en</strong> van 1458. <strong>To<strong>en</strong></strong> werd door Jan<br />

Zeelstman van Mechel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> St.-Michielsklok gegot<strong>en</strong>. Het opschrift luidde: "Mychiel is mijn naem <strong>en</strong><br />

mijn gheluyt zij Gode bequaeme. Jan Zeelstman maekte mij in jaer MIIIILVIII". Ze had e<strong>en</strong> diameter<br />

van 127 cm, woog 1300 kilo <strong>en</strong> was 97 cm hoog. Deze klok werd hergot<strong>en</strong> in 1901 <strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de<br />

tweede wereldoorlog door de Duitsers weggehaald. Nadat ze in 1901 was hergot<strong>en</strong> luidde het<br />

opschrift: "Mychiel was ick te Mechel<strong>en</strong> ghegot<strong>en</strong> bi van Zeelstman het jaar ons Her<strong>en</strong> MCCCCLVIII<br />

Marcel Michiels hermaecte mi te Doornicke int jaer MCMI to<strong>en</strong> S.Jacobs pastor was". Waarschijnlijk<br />

had de kerk in de XVIe eeuw meerdere klokk<strong>en</strong>, want tijd<strong>en</strong>s de troebel<strong>en</strong> in de XVIe eeuw werd<strong>en</strong> de<br />

grote klok van de kerk, alsook de kelk<strong>en</strong> <strong>en</strong> "croes<strong>en</strong>" verkocht om de uitgehongerde bevolking te<br />

onderhoud<strong>en</strong>.<br />

H<strong>en</strong>drik Lemm<strong>en</strong>s vertelt ons in 1626 dat hij 50 guld<strong>en</strong> aan de H.Geesttafel heeft gelegateert om<br />

"wederom te coop<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ander groote clocke, in plaetse van de eerste grote klok, die verkocht werd<br />

vele jar<strong>en</strong> voor 1626 tot profyt van de gemeynte". In 1649 liet m<strong>en</strong> 2 klokk<strong>en</strong> giet<strong>en</strong> op de Hoogeindse<br />

Berg<strong>en</strong>. De klokspijs, het ijzerwerk <strong>en</strong> het maakloon bedroeg<strong>en</strong> 626 guld<strong>en</strong>, 19 stuivers <strong>en</strong> 1 oort.<br />

Deze grote som werd betaald door omhaling<strong>en</strong>, alsook door geld<strong>en</strong> van de St.Janskapel, van de<br />

H.Geesttafel <strong>en</strong> van de kerk zelf. Ook het legaat van 50 Rijnsguld<strong>en</strong>s dat H<strong>en</strong>drik Lemm<strong>en</strong>s in 1626<br />

schonk werd aangesprok<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> had to<strong>en</strong> in de kerk vier klokk<strong>en</strong>: de grote (St.Michielsklok), de<br />

O.L.Vrouweklok, het St.Jozefklokje <strong>en</strong> de kleine klok. De O.L.Vrouweklok werd tijd<strong>en</strong>s de Franse<br />

Revolutie aan diggel<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong>. Het St.Jozefklokje dat toch niet meer behoorlijk functioneerde werd<br />

sam<strong>en</strong> met de stukk<strong>en</strong> van de O.L.Vrouweklok gesmolt<strong>en</strong>. Van deze spijs goot Gaulart uit Romaine<br />

aan de Maas te Dessel in 1824 e<strong>en</strong> nieuwe O.L.Vrouweklok van 1000 pond. Deze klok werd gewijd<br />

door de landdek<strong>en</strong> van Geel. Peter was J.Antoon Boex, gebor<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> schoolmeester te<br />

Eindhov<strong>en</strong>. Meter was M.Elisabeth Gooss<strong>en</strong>s. Deze O.L.Vrouweklok brak tijd<strong>en</strong>s de brand van 1841<br />

<strong>en</strong> de kleine klok smolt tijd<strong>en</strong>s dezelfde brand. Na de tor<strong>en</strong>brand van 1841 werd e<strong>en</strong> O.L.Vrouweklok


gegot<strong>en</strong> met volg<strong>en</strong>d opschrift: "ALJ Van Aerschodt successor AL Van d<strong>en</strong> Gheyn me fudit Lovanii<br />

1850 Peter: Theodorus Mathaeus Wouters, Borgemeester. Meter: Joanna Maria Pigg<strong>en</strong> Pro Dno<br />

Adrianus Scho<strong>en</strong>makers". De diameter van deze klok was 99 cm <strong>en</strong> ze woog 625 kilo. In 1950 werd<strong>en</strong><br />

twee klokk<strong>en</strong> gegot<strong>en</strong> met de volg<strong>en</strong>de opschrift<strong>en</strong>: "Anno 1950 sancto me fudit Michiels Jr Tornaci<br />

Maria nominor sancta Maria Regina Pacis Tu nos ab hoste protege unctione sacra cultui dedicata<br />

anno sancto 1950 parochus Ludovicus Heymans. Patrini: Franciscus Bax et Elisa Vloemans". En:<br />

"Anno 1950 sancto me fudit Michiels Jr Tornaci<br />

Anno 1943 temer ab hoste ablati num<strong>en</strong> vicesque assumo et ser<strong>en</strong>ae auctorem pacis deprecor ut<br />

lacrimosa inorcum bella releget unctione sacra cultui dedicata anno sancto 1950.<br />

Parochus: Ludovicus Heymans<br />

Patrini: H.Hesters et Tr.Van Hees".<br />

Klok van Sint-Jan<br />

Het klokje van St.-Jan draagt volg<strong>en</strong>d opschrift:<br />

"Ghegot<strong>en</strong> ter eere van d<strong>en</strong> H.Johannes Baptista. Ora pro nobis. A°1775. Jan Baptist <strong>en</strong> Fransus<br />

Wierinck hebb<strong>en</strong> mij ghegot<strong>en</strong> tot Overmeire".<br />

De pastorij<br />

De eerste pastorij lag op het Ge<strong>en</strong>einde, op de plaats waar tot voor <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> de g<strong>en</strong>darmerie<br />

stond <strong>en</strong> waar nu de bejaard<strong>en</strong>woning<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gebouwd, <strong>en</strong> dit reeds minst<strong>en</strong>s sedert de<br />

zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw. Waarschijnlijk was ze niet erg comfortabel ingericht, want eeuw<strong>en</strong>lang wordt over<br />

het gebouw geklaagd. Omstreeks 1772 lez<strong>en</strong> we in e<strong>en</strong> dagboek van e<strong>en</strong> der pastoors dat het<br />

pastoraal huis gebouwd was <strong>en</strong> onderhoud<strong>en</strong> werd door de pastoors. Het was daarom, zo schreef hij,<br />

dat het zo slecht <strong>en</strong> in 't eerst maar "quasi rustica casa" was. Ene of andere pastoor had wat<br />

bijgebouwd, doch het gebouw was nog met stro gedekt. Ondanks het feit dat de to<strong>en</strong>malige pastoor<br />

gedur<strong>en</strong>de de 26 jaar van zijn bedi<strong>en</strong>ing, jaarlijks gemiddeld 200 guld<strong>en</strong> uitgaf aan reparaties van kerk<br />

<strong>en</strong> pastorij, toch bleef de pastorij nog in zeer slechte staat <strong>en</strong>, gezi<strong>en</strong> de hoge ouderdom (meer dan<br />

100 jaar) war<strong>en</strong> voorzeker 2000 guld<strong>en</strong> nodig voor het herstel. Hij me<strong>en</strong>de dat de grote ti<strong>en</strong>deheffers<br />

dat moest<strong>en</strong> bekostig<strong>en</strong>. Wij citer<strong>en</strong>: "Item bewoont d<strong>en</strong> pastoor e<strong>en</strong> oud verslet<strong>en</strong> <strong>en</strong>de redelijk groot<br />

pastoreel huys, onderworp<strong>en</strong> a<strong>en</strong> vele oncost<strong>en</strong> van reparatie <strong>en</strong>de onderhoud, groot met d<strong>en</strong> hof<br />

daer a<strong>en</strong>geleg<strong>en</strong> salvo justo 100 roed<strong>en</strong>, dit huys is geleg<strong>en</strong> in d<strong>en</strong> gehuchte g<strong>en</strong>aemt het<br />

Ge<strong>en</strong>eynde, niet verre van de kerck van <strong>Weelde</strong>" (1750) <strong>en</strong> "de bekostinge van onderhoud <strong>en</strong>de<br />

reparatie van het pastoreel huys, het welk e<strong>en</strong><strong>en</strong> oud<strong>en</strong>, voor het grootst<strong>en</strong> deel met stroey gedeckt,<br />

oude groot<strong>en</strong> bouw is, sal lichtelijk beloop<strong>en</strong> ter somme van 100 guld<strong>en</strong> sjaers. Ja, als m<strong>en</strong> wilde<br />

nem<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gemeyn jaer van de leste 10 verloope jaer<strong>en</strong> soude dese bekostinge wel maek<strong>en</strong> 200<br />

guld<strong>en</strong> jaerlijks, maer om dat in die jaer<strong>en</strong> merkelijke restaurati<strong>en</strong> sijn geda<strong>en</strong> die m<strong>en</strong> hoopt in e<strong>en</strong>ige<br />

jaer<strong>en</strong> niet meer te sull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, soo hoopt m<strong>en</strong> ook dat d<strong>en</strong> onderhoud <strong>en</strong> reparatie sal<br />

konn<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>e somme van 100 guld<strong>en</strong>".<br />

Verschill<strong>en</strong>de verzoekschrift<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aan de prelat<strong>en</strong> van Tongerlo <strong>en</strong> Averbode overgemaakt met<br />

het oog op het bekom<strong>en</strong> van steun voor het onderhoud van de kerk <strong>en</strong> de pastorij. De metser <strong>en</strong> de<br />

timmerman steld<strong>en</strong> op 10 april 1774 e<strong>en</strong> attest op waarin stond dat de pastorij aan pastoor Smeesters<br />

in 20 jaar tijd meer dan 4000 guld<strong>en</strong> had gekost aan reparatiën. Dit werd als bezwar<strong>en</strong>d feit<br />

voorgelegd, doch in feite kwam er van verbetering niet veel in huis. In het kerkarchief lez<strong>en</strong> we<br />

nog:"Niemant moet sigh verwonder<strong>en</strong> over de groote reparati<strong>en</strong> <strong>en</strong>de restaurati<strong>en</strong> geschiet a<strong>en</strong> het<br />

slecht gebouwt pastoreel huys van Welde dat over de 100 jaer<strong>en</strong> out is, als m<strong>en</strong> considereert dat a<strong>en</strong><br />

het pastoreel huys van Ravels dat maer sedert 30 jaer<strong>en</strong> of te daer omtr<strong>en</strong>t nieuw is <strong>en</strong> sterck<br />

gebouwt is, wel voor e<strong>en</strong>ighe dus<strong>en</strong>de guld<strong>en</strong>s reparatie <strong>en</strong>de restauratie geschiet is. Item a<strong>en</strong> het<br />

pastoreel huys van Poppel sijn onder d<strong>en</strong> heer pastoor Rijckevorsel <strong>en</strong>de onder d<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong><br />

pastoor oock van veele dus<strong>en</strong>de reparati<strong>en</strong> <strong>en</strong>de restaurati<strong>en</strong> geschiet", <strong>en</strong> "D<strong>en</strong> pastoor heeft tot d<strong>en</strong>


di<strong>en</strong>st van de pastorije noodig twee domestiqu<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de dese sijn als nu twee mijss<strong>en</strong>s, d<strong>en</strong> taux van<br />

hun onderhoud in spijs <strong>en</strong>de dranck <strong>en</strong> huer kan niet minder geschat word<strong>en</strong> als 160 guld<strong>en</strong> voor ider,<br />

daer <strong>en</strong> bov<strong>en</strong> heeft hij voor swaerder<strong>en</strong> arbeyd noch noodig in d<strong>en</strong> hof <strong>en</strong> andersins bij naer de helft<br />

van het jaer d<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st van e<strong>en</strong><strong>en</strong> werckman d<strong>en</strong> welck<strong>en</strong> hem in kost <strong>en</strong> dranck <strong>en</strong> daghgeld<strong>en</strong> komt<br />

te sta<strong>en</strong> 70 guld<strong>en</strong> sjaers".<br />

We vermoed<strong>en</strong> dat de pastorij tijd<strong>en</strong>s de Franse Revolutie door de bezetters werd aangeslag<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<br />

die manier in hand<strong>en</strong> kwam van de geme<strong>en</strong>te. In 1821 werd immers in e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst met de<br />

pastoor bepaald dat de geme<strong>en</strong>te de pastorij moest onderhoud<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de Franse bezetting<br />

fungeerde de pastorij tev<strong>en</strong>s als g<strong>en</strong>darmerie. Over deze g<strong>en</strong>darmerie zijn verschill<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong><br />

bewaard in het provinciearchief <strong>en</strong> in nr.15 van het modern geme<strong>en</strong>tearchief. De bek<strong>en</strong>dste<br />

g<strong>en</strong>darm<strong>en</strong> rond 1800 war<strong>en</strong> Defflaux, Cabanier, Tartarin <strong>en</strong> Millard. In de nacht van 16 op 17 juli<br />

1824 werd er in de pastorij ingebrok<strong>en</strong>: <strong>en</strong>kel e<strong>en</strong> paar beddelak<strong>en</strong>s <strong>en</strong> 2 hoofdfluwijn<strong>en</strong> van<br />

onderpastoor Scho<strong>en</strong>makers <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vark<strong>en</strong>shesp van pastoor Arnaerts werd<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De<br />

burgemeester vertelde: "T<strong>en</strong> 9 uur<strong>en</strong> heb mijn op de pastorij begev<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevond<strong>en</strong> e<strong>en</strong>e lange leer<br />

aan het strooy<strong>en</strong> dak, was gezet, alwaar e<strong>en</strong> gat was gesned<strong>en</strong> de groote dat er maar e<strong>en</strong><strong>en</strong> klein<strong>en</strong><br />

persoon door konde passer<strong>en</strong> <strong>en</strong>de vervolg<strong>en</strong>s bevind<strong>en</strong>de dat het dakv<strong>en</strong>ster van binn<strong>en</strong> was in stuk<br />

gebrok<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>ige glaze ruit<strong>en</strong> daar bov<strong>en</strong> ook gebrok<strong>en</strong> ..." "Heeft d'Heer pastor mijn verklaard<br />

dat hij des nagts omtr<strong>en</strong>t half twalf ontwak<strong>en</strong>de e<strong>en</strong>ig gewag hoor<strong>en</strong>de op d<strong>en</strong> zolder is opgesta<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>de de deur<strong>en</strong> van de kamers als de die de welke op de plaats uitkoomt hard heeft op<strong>en</strong>gedaan<br />

<strong>en</strong>de niets meer gehoord of gezi<strong>en</strong> dan smorg<strong>en</strong>s".<br />

Op 11 november 1865 werd<strong>en</strong> veranderingswerk<strong>en</strong> voor de pastorij door de geme<strong>en</strong>teraad<br />

goedgekeurd. De herstellingswerk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> echter reeds op 26 oktober 1865 te Antwerp<strong>en</strong><br />

aanbesteed voor 5000 frank. Vermoedelijk werd<strong>en</strong> de werk<strong>en</strong> eind 1867 voltooid. In 1897 werd de<br />

pastorij nog voor 845 frank hersteld. Rond 1900 was er geleg<strong>en</strong>heid om de pastorij te verkop<strong>en</strong>, want<br />

er zou e<strong>en</strong> "g<strong>en</strong>darmerie" in opgericht word<strong>en</strong>. Onderhandeling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gevoerd, maar volg<strong>en</strong>s de<br />

overheid vroeg de geme<strong>en</strong>te wel wat te veel voor het oude gebouw. De geme<strong>en</strong>te argum<strong>en</strong>teerde<br />

echter: "...dat d<strong>en</strong> gesteld<strong>en</strong> prijs van 12000 frank voor de schoone <strong>en</strong> groote gebouw<strong>en</strong> der pastorij<br />

met alle de bijbouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> schoon<strong>en</strong> <strong>en</strong> groot<strong>en</strong> hof zeker niet te veel is. En dat dit alles zeer goed<strong>en</strong><br />

koop is, <strong>en</strong> verders d<strong>en</strong> goed<strong>en</strong> <strong>en</strong> schoon<strong>en</strong> stand, <strong>en</strong> dat d<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Raad dus het advies heeft<br />

uitgedrukt, dat hij zich aan de som van 12000 frank houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> als dit niet moest di<strong>en</strong><strong>en</strong> voor het<br />

inricht<strong>en</strong> <strong>en</strong>er g<strong>en</strong>darmerie, dan zoude de geme<strong>en</strong>te Raad zeker daarvoor wel 3 tot 4000 franks meer<br />

gevraagd hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te zal zeker e<strong>en</strong>e groote som moet<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> om d<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oodigd<strong>en</strong><br />

grond aan te kop<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong>e nieuwe pastorij te bouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> die bouwing te do<strong>en</strong>. Maar de<br />

geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>raad zoude zich dit sacrificie getroost<strong>en</strong>, vermits m<strong>en</strong> alhier vuriglijk <strong>en</strong> zoohaast mogelijk<br />

de inrichting e<strong>en</strong>er g<strong>en</strong>darmerie verlangt, zoo voor de inw<strong>en</strong>dige rust, als voor de op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong><br />

veiligheid" (29 oktober 1901). In november 1901 kwam m<strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte toch tot e<strong>en</strong> akkoord, m<strong>en</strong> stelde<br />

echter wel als voorwaarde dat de geme<strong>en</strong>te in het bezit zou blijv<strong>en</strong> van de pastorij tot 1 november<br />

1902 "vermits m<strong>en</strong> d<strong>en</strong> grond voor e<strong>en</strong> nieuwe pastorij te bouw<strong>en</strong> nog moet aankoop<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarvoor<br />

nog alle de noodige formaliteit<strong>en</strong> moet verricht<strong>en</strong> tot aankoop <strong>en</strong> bouwing". De huidige pastorij werd<br />

dus gebouwd in 1902 op de plaats g<strong>en</strong>aamd "De Borcht" waar vroeger het kasteel van de Her<strong>en</strong> van<br />

<strong>Weelde</strong> had gestaan, naast de plaats waar vroeger de pastorele hoeve stond.<br />

Hof t<strong>en</strong> Berg<strong>en</strong><br />

In 1608 schreef Grammaye dat er te <strong>Weelde</strong> twee burcht<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> verwoest, to<strong>en</strong> de twist<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

de Hoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Kabeljauw<strong>en</strong> ook bij de Brabanders opdok<strong>en</strong>. De Hoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Kabeljauw<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

twee teg<strong>en</strong>over elkaar staande sociale partij<strong>en</strong>: de eerst<strong>en</strong> war<strong>en</strong> streekgebond<strong>en</strong> <strong>en</strong> wild<strong>en</strong> door<br />

interlokale handel van landbouwprodukt<strong>en</strong> de dorpsbewoners e<strong>en</strong> bestaan verzeker<strong>en</strong>. De<br />

Kabeljauw<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de kapitaalkrachtig<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> vrijhandelspolitiek nastreefd<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze werd<strong>en</strong> daarin<br />

gesteund door het c<strong>en</strong>trale gezag, waardoor de economische ontwikkeling van het dorp werd ontzi<strong>en</strong>.<br />

De dorpsher<strong>en</strong> of le<strong>en</strong>mann<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in beide kamp<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong>, maar to<strong>en</strong> in 1486 keizer<br />

Maximiliaan I van Duitsland aan de macht kwam, trad hij krachtig op teg<strong>en</strong> de dorpsher<strong>en</strong> die de<br />

Hoekse strekking aankleefd<strong>en</strong> <strong>en</strong> die war<strong>en</strong> talrijk in de Kemp<strong>en</strong>. In het hertogdom Brabant werd<strong>en</strong> de<br />

weerbarstig<strong>en</strong> gestraft in 1488, omdat zij e<strong>en</strong> te grote zelfstandigheid hadd<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong> t.o.v. het<br />

c<strong>en</strong>trale gezag <strong>en</strong> de drastische ingreep van keizer Maximiliaan ging gepaard met e<strong>en</strong> gevoelige<br />

volksvermindering van ruim 20%. Dit was te wijt<strong>en</strong> aan terreur <strong>en</strong> uitwijking. Misschi<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> de<br />

burcht<strong>en</strong> niet in 1488 verwoest, maar dan gebeurde dat in 1542, to<strong>en</strong> Maart<strong>en</strong> van Rossum,<br />

b<strong>en</strong>dehoofd van de Gelders<strong>en</strong>, het platteland van Brabant ruïneerde. De burcht<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet


herbouwd, althans niet tot oorspronkelijke versterking<strong>en</strong>, want Jan Fransz. Back, de neef van<br />

Christiaan Huyg<strong>en</strong>s, vader van Constantijn Huyg<strong>en</strong>s schreef in 1581: "Christia<strong>en</strong> Jan Backx, mijn<br />

grootvader, sijn huysvrouw was jonkvrouw Lucia Back, woon<strong>en</strong>de op e<strong>en</strong> omwatert huys ofte slot tot<br />

<strong>Weelde</strong> int lant van Turnhout, kort bij de kercke aldaer, de edifici<strong>en</strong> <strong>en</strong>de borchtgracht er noch<br />

jeg<strong>en</strong>woordich legg<strong>en</strong>de". In 1982 zijn er inmiddels meer dan vierhonderd jaar voorbijgegaan <strong>en</strong> de<br />

burchtgracht<strong>en</strong> zijn er meest<strong>en</strong>deels nog. Ze moet<strong>en</strong> zeker zeshonderd jaar oud zijn. Binn<strong>en</strong> de<br />

burchtwater<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> later nog gebouw<strong>en</strong> opgericht. Meer geschiedkundige aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

hierover in dit boek verstrekt onder het kapittel "De pastorele hoeve".<br />

De pastorale hoeve<br />

De pastorale hoeve, die hoorde bij de bezitting<strong>en</strong> der pastorij, stond op "Het hof t<strong>en</strong> Berg<strong>en</strong>", naast de<br />

plaats waar het kasteel van de Her<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> had gestaan. Vroeger hoorde deze hoeve echter<br />

niet bij de bezitting<strong>en</strong> van de pastorij, want we zi<strong>en</strong> dat ze in het midd<strong>en</strong> van de XVIe eeuw in het bezit<br />

is van Mr.Dominicus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, secretaris van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> meier van Ravels, "seecker<br />

erff<strong>en</strong>isse mette binn<strong>en</strong> <strong>en</strong>de buyt<strong>en</strong> waeter<strong>en</strong> d<strong>en</strong> bogaert met het hoff <strong>en</strong>de neerhoff etc. g<strong>en</strong>aempt<br />

het hoff ofte Borcht". "Het hoff ofte borcht" kwam vermoedelijk in hand<strong>en</strong> van zijn dochter Ida Van d<strong>en</strong><br />

Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, die gehuwd was met Jonker Pauwels vand<strong>en</strong> Leemputte. Op 13 juni 1627 kocht de<br />

pastoor van <strong>Weelde</strong> Zebrecht Van Dung<strong>en</strong> het goed (ook g<strong>en</strong>aamd "De Motte"): "seecker erf<strong>en</strong>isse<br />

mette watere daeromme, bogaert, etc. g<strong>en</strong>aempt thooff ofte Borch". Dezelfde pastoor van Dung<strong>en</strong><br />

verkocht op 21 maart 1628 aan Dierk van Kessel voor de erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> van Juffrouw Ida Van d<strong>en</strong><br />

Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, weduwe in eerste echt van Jonker Pauwels vand<strong>en</strong> Leemputte, <strong>en</strong> in tweede echt<br />

van Jonker Godefridus D'Absolons, e<strong>en</strong> cijns van 15 guld<strong>en</strong> sjaars (te betal<strong>en</strong> in 's-Hertog<strong>en</strong>bosch) op<br />

de hofstede "g<strong>en</strong>oempt het Hoff, daer op e<strong>en</strong> casteel gesta<strong>en</strong> heeft, geleg<strong>en</strong> a<strong>en</strong> de kerck". Op 3<br />

februari 1631 werd het erf g<strong>en</strong>aamd "Het hof of borcht" verkocht aan Mr.Wibrand Andriess,<br />

zangmeester der stad Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Maria Van Westerlaeck<strong>en</strong> Van d<strong>en</strong> Dung<strong>en</strong>, zijn vrouw. Hoe dan<br />

ook, deze pastorale hoeve "Het hoff ofte Borcht" was in 1694 in hand<strong>en</strong> van Petrus Verbueck<strong>en</strong>, man<br />

van Maria Magdal<strong>en</strong>a van Turnhout. Adria<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Heuvel was er to<strong>en</strong> huurder van. In 1694 werd<br />

"Het hoff ofte Borcht" door Laur<strong>en</strong>tia Otgeri zuster van de pastoor van <strong>Weelde</strong>, die in V<strong>en</strong>lo woonde<br />

voor 3025 guld<strong>en</strong> gekocht. Zij schonk in 1694 het goed aan de kerk. Het bleef in hand<strong>en</strong> van de<br />

pastoor tot tijd<strong>en</strong>s de Franse Revolutie. <strong>To<strong>en</strong></strong> werd ze door de overheid aangeslag<strong>en</strong>, maar door de<br />

pastoor weer ingekocht in het begin van de 19e eeuw. De pastoor verkocht ze dan opnieuw aan de<br />

familie Van Eyndhov<strong>en</strong>, die ze afstond aan de familie Verhey<strong>en</strong>.<br />

In de 18e eeuw werd de hoeve regelmatig verhuurd. Op het einde van de 17e eeuw was Adrianus<br />

Van d<strong>en</strong> Heuvel huurder. In 1733 werd de hoeve verhuurd aan Claes Schats, man van Jacomijn Van<br />

d<strong>en</strong> Heuvel, in 1749 aan Jan Havermans, de man van Clara Giel<strong>en</strong>, in 1752 aan Jan Van Gorp, man<br />

van Anna Maria Kivits <strong>en</strong> in 1785 aan Joannes Van Eyndhov<strong>en</strong>, man van Anna de Bont. De pastoor<br />

behield echter het recht de Borcht (gracht) zelf te gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> elk jaar 6 karr<strong>en</strong> mest te mog<strong>en</strong><br />

ontvang<strong>en</strong> voor zijn eig<strong>en</strong> tuin. De pastorale hoeve is thans verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. Op dezelfde plaats staat e<strong>en</strong><br />

nieuw gebouw, maar als privaat bezit. De omgeving van "Het hoff ofte Borcht", het huidige Hof t<strong>en</strong><br />

Berg<strong>en</strong>, heeft e<strong>en</strong> zeer rustiek karakter. Op deze plaats stond dus vroeger het kasteel van de Her<strong>en</strong><br />

van <strong>Weelde</strong>. Dit werd waarschijnlijk in het begin van de XVIe eeuw afgebrok<strong>en</strong>, maar het is niet<br />

duidelijk hoe het goed in hand<strong>en</strong> kwam van secretaris Dominicus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> (1550).<br />

De Heilige Geesttafel<br />

Onder de talrijke stichting<strong>en</strong> speelt deze voorzeker e<strong>en</strong> grote rol tot aan de Franse Revolutie. Enige<br />

tijd bestond zij naast de arm<strong>en</strong>tafel waarin zij later de voortzetting vond. Deze bestaat thans nog als<br />

"arm<strong>en</strong>bestuur", nu O.C.M.W. Grammaye verhaalt dat zij door e<strong>en</strong> zekere Joannes Cornelius <strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

voordele van de arm<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de begiftigd was. Waarschijnlijk moet zij reeds bestaan hebb<strong>en</strong> vanaf<br />

1453, vermits dat jaar "e<strong>en</strong> geestelijk-weirelijk b<strong>en</strong>eficie wordt opgereght onder de bescherming van<br />

d<strong>en</strong> H.Geest", hetzelfde b<strong>en</strong>eficie als dat van Sint-Antonius. De rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van de Heilige Geesttafel<br />

beginn<strong>en</strong> rond 1561 <strong>en</strong> lop<strong>en</strong> tot 1755. Het geld kwam bije<strong>en</strong> door stichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> werd vooral<br />

geschonk<strong>en</strong> door testam<strong>en</strong>t. Bijna in ieder testam<strong>en</strong>t staat e<strong>en</strong> legaat vermeld t<strong>en</strong> voordele van deze<br />

tafel.<br />

Aldus moet haar werking zeer int<strong>en</strong>s geweest zijn. Dit blijkt nog uit de talrijke plaatsnam<strong>en</strong> die op die<br />

instelling wijz<strong>en</strong>. Daarnaast werd<strong>en</strong> door landbouwers r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gesticht op goeder<strong>en</strong> t<strong>en</strong> voordele van


de Heilige Geesttafel. Op 30 januari 1528 stichtte Mathijs Peter Sijmons, g<strong>en</strong>aamd Smek<strong>en</strong>s,<br />

verschill<strong>en</strong>de r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op zijn goeder<strong>en</strong> t<strong>en</strong> voordele van de tafel. Op 30 september 1551 stichtte e<strong>en</strong><br />

zekere Sijmons verschill<strong>en</strong>de r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op zijn goeder<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laste van "Jann<strong>en</strong> Mierdmans, die m<strong>en</strong> heyt<br />

van Aerl". Dit alles t<strong>en</strong> voordele van de Heilige-Geesttafel, de kerk <strong>en</strong> de pastoor. E<strong>en</strong> soort boete kon<br />

ook wel e<strong>en</strong>s in het voordeel van de tafel uitvall<strong>en</strong>. Zo lez<strong>en</strong> wij op 15 januari 1524 dat, als de<br />

b<strong>en</strong>eficiant van de Sint-Jorisgilde niet aan zijn resid<strong>en</strong>tieplicht voldeed <strong>en</strong> "niet wettelijk belet zijnde<br />

zal veronachtzam<strong>en</strong> die misse te celebrer<strong>en</strong>, hij alsdan zal gehoud<strong>en</strong> zijn te betal<strong>en</strong> twee <strong>en</strong> halve<br />

stuiver te verkeer<strong>en</strong> tot profijt van het fabriek <strong>en</strong>de van de Arme-Tafel. Ende ingeval van g<strong>en</strong>e<br />

personale resid<strong>en</strong>tie dat alsdan de kerk <strong>en</strong> de Arme-Tafel meester desselfs emolum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />

trekk<strong>en</strong> mits de conditie dat zij voor d<strong>en</strong> geannecteerd<strong>en</strong> last zull<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> zijn te zorg<strong>en</strong>". In 1649<br />

wordt vermeld dat haar geld naast dat van de kerk <strong>en</strong> de Sint-Janskapel gebruikt werd voor het giet<strong>en</strong><br />

van vier klokk<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>. Haar aanzi<strong>en</strong> blijkt uit het feit dat de Heilige-Geestmeesters steeds<br />

word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd bij de aanhef van de suppliek<strong>en</strong>, die <strong>Weelde</strong> tot zijn Her<strong>en</strong> richt.<br />

De parochie van St.-Jan<br />

De stichting<br />

De St.-Janskapel werd gesticht in de veerti<strong>en</strong>de eeuw. Waarschijnlijk had zich de Straat in de eeuw<strong>en</strong><br />

daarvoor, e<strong>en</strong> periode van grote bevolkingsto<strong>en</strong>ame in gans West-Europa <strong>en</strong> derhalve ook van<br />

ontginning<strong>en</strong>, ontwikkeld tot e<strong>en</strong> gehucht dat de kern rond de parochiekerk in belangrijkheid<br />

nabijkwam. <strong>To<strong>en</strong></strong> speelde zich in <strong>Weelde</strong> hetzelfde sc<strong>en</strong>ario af als in vele andere parochies waarin<br />

tijd<strong>en</strong>s deze periode van agrarische expansie (11e tot begin 14e eeuw) op <strong>en</strong>ige afstand van de<br />

parochiekerk e<strong>en</strong> nieuwe wijk tot ontwikkeling was gekom<strong>en</strong>. De inwoners van de Straat kloeg<strong>en</strong> bij<br />

de bisschop <strong>en</strong> de dek<strong>en</strong> dat het voor h<strong>en</strong> vooral in de winter praktisch onmogelijk was de goddelijke<br />

di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> bij te won<strong>en</strong>, gezi<strong>en</strong> de grote afstand tot de parochiekerk. Zij steld<strong>en</strong> aan de bisschop voor in<br />

de Straat e<strong>en</strong> kapel te sticht<strong>en</strong>, waarin zij mis zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>. Aan deze kapel zou e<strong>en</strong> kerkhof<br />

verbond<strong>en</strong> zijn maar ge<strong>en</strong> zielzorg.<br />

De bisschop van Luik, Engelbertus, kwam aan de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van de inwoners van <strong>Weelde</strong>-Straat<br />

tegemoet. Met het oog op de verbreiding van de goddelijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>en</strong> ter bevordering van het heil<br />

van de gelovig<strong>en</strong>, gaf hij op 25 maart 1347 de toelating e<strong>en</strong> kapel op te richt<strong>en</strong> in de Straat. Voorlopig<br />

moest<strong>en</strong> de inwoners van de Straat op eig<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> in het lev<strong>en</strong>sonderhoud voorzi<strong>en</strong> van de<br />

Merc<strong>en</strong>arius, de priester die de kapel zou bedi<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> die telk<strong>en</strong>s maar voor e<strong>en</strong> jaar b<strong>en</strong>oemd zou<br />

word<strong>en</strong>. Wanneer iemand bereid gevond<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> om de kapel te doter<strong>en</strong> (bv. door er e<strong>en</strong> stuk<br />

land aan te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>) zou er e<strong>en</strong> priester vast aan verbond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het recht om e<strong>en</strong> priester ter<br />

b<strong>en</strong>oeming tot kapelaan in de Straat aan de bisschop voor te drag<strong>en</strong> werd toegek<strong>en</strong>d aan de pastoor<br />

van St.-Michiel. De pastoors van de parochies waarin kapell<strong>en</strong> met zondagsmis opgericht werd<strong>en</strong>,<br />

war<strong>en</strong> dikwijls bevreesd dat zij e<strong>en</strong> gedeelte van hun parochian<strong>en</strong> (<strong>en</strong> de inkomst<strong>en</strong> die ze<br />

opbracht<strong>en</strong>) aan die kapel zoud<strong>en</strong> kwijtspel<strong>en</strong>. In de akte van 1347 werd<strong>en</strong> de recht<strong>en</strong> van de pastoor<br />

van St.-Michiel gegarandeerd. De bepaling dat de kapelaan alle<strong>en</strong> mis zou lez<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> sacram<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zou toedi<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zielelast zou drag<strong>en</strong>, had als doel de pastorale activiteit<strong>en</strong> waar iets extra's<br />

aan verdi<strong>en</strong>d was voor de pastoor van St.-Michiel te reserver<strong>en</strong>: nl. doopsel, huwelijk <strong>en</strong> begraf<strong>en</strong>is,<br />

zelfs het H.Oliesel <strong>en</strong> de biecht. Voor dit alles moest<strong>en</strong> de gelovig<strong>en</strong> de zgn. Jura Stolae betal<strong>en</strong>. In<br />

de akte van 1347 was uitdrukkelijk gestipuleerd dat op het kerkhof van de kapel niet begrav<strong>en</strong> mocht<br />

word<strong>en</strong> zonder de toelating van de pastoor van St.-Michiel. De oprichting van de Kapel in de Straat<br />

gebeurde onder voorwaarde dat Jan Van Leuv<strong>en</strong>, abt van Averbode <strong>en</strong> bezitter van het pastoraal<br />

b<strong>en</strong>eficie van St.-Michiel, <strong>en</strong> Walter de Hoevis, de norbertijn van Averbode die op dat og<strong>en</strong>blik de St.-<br />

Michielskerk bedi<strong>en</strong>de, hun instemming gav<strong>en</strong>. In de abdij van Averbode is sam<strong>en</strong> met de<br />

stichtingsakte van 1347 nog e<strong>en</strong> brief bewaard van <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> later, nl. van 1350. Hierin bevestigt<br />

H<strong>en</strong>drik van Gierle, e<strong>en</strong> seculier priester die op kost<strong>en</strong> van Averbode de St.-Michielskerk bedi<strong>en</strong>de,<br />

ook nam<strong>en</strong>s zijn opvolgers dat hij het bestaan van de St.-Janskapel t<strong>en</strong> eeuwig<strong>en</strong> dage zou erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />

De gotische kapel<br />

Of er nu na de oprichting van de kapel in de Straat regelmatig mis werd gelez<strong>en</strong>, zodat de inwoners<br />

van het gehucht de kans hadd<strong>en</strong> korter bij huis hun zondagsplicht te vervull<strong>en</strong>, wet<strong>en</strong> we niet. Het<br />

duurde meer dan e<strong>en</strong> eeuw voor er in de bewaarde docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>s sprake is van de kapel in<br />

de Straat. Ze duikt terug op in de 15e <strong>en</strong> 16e eeuwse administratieve registers van het prinsbisdom


Luik onder de naam van Capelle Sancte Marie et Joannis Baptiste. Op dat og<strong>en</strong>blik is de kapel als<br />

e<strong>en</strong> volwaardig b<strong>en</strong>eficie gedoteerd. De eerste gek<strong>en</strong>de kapelaans zijn: in 1443 Johannes Danielis <strong>en</strong><br />

in 1475 Herman de Eldr<strong>en</strong>. Allebei war<strong>en</strong> zij afwezig, maar zij war<strong>en</strong> ontslag<strong>en</strong> van de boete die<br />

daarop stond, de eerste omdat hij e<strong>en</strong> bloedverwant was van de kanselier van het prinsbisdom Luik<br />

<strong>en</strong> de tweede omdat hij aartsdiak<strong>en</strong> van de Fam<strong>en</strong>ne was. Omdat er in de registers niet gesprok<strong>en</strong><br />

wordt van deservitores, priesters, die bij afwezigheid van de bezitter van e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficie mits e<strong>en</strong><br />

bepaalde vergoeding di<strong>en</strong>s tak<strong>en</strong> moest vervull<strong>en</strong>, kan m<strong>en</strong> betwijfel<strong>en</strong> of er op het einde der<br />

middeleeuw<strong>en</strong> nog wel voldaan werd aan de int<strong>en</strong>tie van de stichters van de St.-Janskapel, nl. e<strong>en</strong><br />

regelmatige zondagsmis voor de bewoners van de Straat.<br />

Op 9 februari 1473 werd in de St.-Janskapel e<strong>en</strong> tweede altaar opgericht, nl. dat van O.L.Vrouw. De<br />

inkomst<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong> uit de goeder<strong>en</strong> van 9 of 10 stichters, van wie er verschill<strong>en</strong>de<br />

behoord<strong>en</strong> tot de familie Everdijs. "Anno 1473, 9 februari is in de capelle van d<strong>en</strong> H.Joannes Bapt. tot<br />

Welde opgeregt e<strong>en</strong> geestelijk-weirelijk b<strong>en</strong>eficie onder de voorspraecke van de glorieuse <strong>en</strong>de<br />

alderh. maghet Maria, door Ludovicus van Bourbon, bisschop van Luik". Ook de "ooibraak" op het<br />

Ge<strong>en</strong>einde die het jaar daarvoor onder de voorwaarde van e<strong>en</strong> jaarlijkse r<strong>en</strong>te voor de nieuwe<br />

fundatie in de kapel verkocht was, moest ieder jaar 8 lop<strong>en</strong> rogge opbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> voor het altaar van<br />

O.L.Vrouw in de kapel. De last was één mis per week. De bisschop b<strong>en</strong>oemde onmiddellijk e<strong>en</strong><br />

zekere Walterus tot rector van het altaar. In 1471 gebeurde er ook e<strong>en</strong> fundatie t<strong>en</strong> voordele van de<br />

kapel. De last van deze fundatie was niet het opdrag<strong>en</strong> van miss<strong>en</strong>, maar het luid<strong>en</strong> van de Mariaklok,<br />

elke avond. Op de vooravond van Reformatie <strong>en</strong> Contrareformatie (16e eeuw) bestond<strong>en</strong> er in de<br />

kapel van St.-Jan twee b<strong>en</strong>eficies: dat van St.-Jan zelf, met in principe als last e<strong>en</strong> zondagsmis <strong>en</strong> dat<br />

van de H.Maagd met last één mis per week. Doch hoogstwaarschijnlijk werd<strong>en</strong> deze miss<strong>en</strong> niet<br />

opgedrag<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s afwezigheid van de priesters die de b<strong>en</strong>eficies bezat<strong>en</strong>. De inwoners van de<br />

Straat verlor<strong>en</strong> dus op dat og<strong>en</strong>blik wat zij in de 14e eeuw dankzij edelmoedige inspanning<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />

wet<strong>en</strong> te bekom<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> zondagsmis dicht bij huis.<br />

M<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat de kapelanie van St.Jan zodo<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficie geword<strong>en</strong> was zoals er<br />

nog wel e<strong>en</strong> vijftal andere bestond<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong>. Dat het niet in de parochiekerk, maar in e<strong>en</strong> apart<br />

gebouw was opgericht, maakte niet zoveel uit, want ook de priesters die verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

altaar in e<strong>en</strong> kapittel- of parochiekerk (dat dan dikwijls in e<strong>en</strong> "zijkapel" van die kerk stond) kond<strong>en</strong> in<br />

de late middeleeuw<strong>en</strong> tot kapelaan b<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>. Doch in <strong>Weelde</strong> werd de term kapelaan<br />

gereserveerd voor de priester die verbond<strong>en</strong> was aan het hoofdaltaar van de kapel: dus, aan het<br />

b<strong>en</strong>eficie van St.-Jan. Dit wijst erop dat de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> er toch <strong>en</strong>ig besef van hadd<strong>en</strong> dat het<br />

St.-Jansb<strong>en</strong>eficie door de oprichters bestemd was om toch iets meer te zijn dan andere b<strong>en</strong>eficies. En<br />

wanneer na het proces dat we hieronder gaan beschrijv<strong>en</strong> het St.-Jansb<strong>en</strong>eficie met andere<br />

b<strong>en</strong>eficies versmolt<strong>en</strong> werd, zag m<strong>en</strong> in de bezitter van de ver<strong>en</strong>igde b<strong>en</strong>eficies steeds de kapelaan<br />

van St.-Jan. Het St.-Jansb<strong>en</strong>eficie werd dus ondanks zijn geringe dotatie beschouwd als het<br />

belangrijkste <strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> het zo dat de andere b<strong>en</strong>eficies als het ware in de St.-<br />

Janskapelanie geincorporeerd werd<strong>en</strong>.<br />

De kapelaan werd onderpastoor<br />

In de 16e <strong>en</strong> 17e eeuw zi<strong>en</strong> we in vele parochies bij de gelovig<strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s opkom<strong>en</strong> behalve de<br />

pastoor nog e<strong>en</strong> andere parochiepriester met e<strong>en</strong> pastorale taak te hebb<strong>en</strong>. Deze tweede priester zou<br />

dan de pastoor help<strong>en</strong> in de zielzorg <strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> instaan voor e<strong>en</strong> tweede mis 's zondags, zodat<br />

de gelovig<strong>en</strong> faciliteit<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong> om hun zondagsplicht te vervull<strong>en</strong>. Zo werd in 1524 te <strong>Weelde</strong> (maar<br />

in St.-Michiel!) door de kerkfabriek <strong>en</strong> door de St.-Jorisgilde e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficie gesticht waaraan<br />

uitdrukkelijk de last van e<strong>en</strong> vroegmis 's zondags verbond<strong>en</strong> was. De hervorming die uitging van het<br />

Concilie van Tr<strong>en</strong>te (1545-1563) kwam tegemoet aan het verlang<strong>en</strong> van de gelovig<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong><br />

tweede priester-zielzorger in hun parochie. In de dec<strong>en</strong>nia na Tr<strong>en</strong>te versch<strong>en</strong><strong>en</strong> er in de parochies<br />

Vicarii, in de zin van onderpastoors. Het grote probleem was hoe te voorzi<strong>en</strong> in het lev<strong>en</strong>sonderhoud<br />

van die tweede priester per parochie. Gewoonlijk werd<strong>en</strong> de inkomst<strong>en</strong> van de tweede priester<br />

getrokk<strong>en</strong> uit de b<strong>en</strong>eficies die op e<strong>en</strong> parochie bestond<strong>en</strong>, vermeerderd met e<strong>en</strong> toelage van de<br />

geme<strong>en</strong>te, die er immers op uit was e<strong>en</strong> tweede priester te krijg<strong>en</strong>. Omdat door de teloorgang van<br />

sommige akkers die met vrome r<strong>en</strong>t<strong>en</strong> belast war<strong>en</strong> <strong>en</strong> door de devaluatie van het geld, de meeste<br />

b<strong>en</strong>eficies niet veel meer opbracht<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> meerdere b<strong>en</strong>eficies ver<strong>en</strong>igd word<strong>en</strong> om e<strong>en</strong><br />

behoorlijk inkom<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong>. Te <strong>Weelde</strong> werd het altaar van St.-Joris door bisschop Sonnius in<br />

1572 ver<strong>en</strong>igd met het hoofdaltaar van de kapel, terwijl dat van St.-Antonius ver<strong>en</strong>igd werd met het<br />

O.L.Vrouw-altaar in de kapel. Sonnius bepaalde tegelijk dat de b<strong>en</strong>eficiant<strong>en</strong> ter plaatse moest<strong>en</strong>


esider<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> war<strong>en</strong> zij er niet alle<strong>en</strong> toe gehoud<strong>en</strong> de miss<strong>en</strong>last van de b<strong>en</strong>eficies te<br />

volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar kreg<strong>en</strong> zij ook de opdracht de pastoor bij te staan in zijn pastorale activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij<br />

de bedi<strong>en</strong>ing van de sacram<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Overig<strong>en</strong>s valt te betwijfel<strong>en</strong> of deze bepaling<strong>en</strong> nageleefd werd<strong>en</strong>. De eerste bezitter van de<br />

geünieerde b<strong>en</strong>eficies van St.Jan Baptist <strong>en</strong> St.Joris was Cornelis Kiebooms (vermeld in 1572), de<br />

tweede H<strong>en</strong>drik van Gorp. In 1594 was deze laatste afwezig <strong>en</strong> er was ge<strong>en</strong> deservitor. Als bezitter<br />

van de geünieerde b<strong>en</strong>eficies van O.L.Vrouw (in de kapel) <strong>en</strong> St.Antonius wordt in het visitatieverslag<br />

van 1594 Paulus Everaerts g<strong>en</strong>oemd. Everaerts bezat ook in Ravels nog e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficie. Dit alles laat<br />

vermoed<strong>en</strong> dat ook de opbr<strong>en</strong>gst van twee geünieerde b<strong>en</strong>eficies niet voldo<strong>en</strong>de was opdat e<strong>en</strong><br />

priester er meer in zou zi<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> bijkom<strong>en</strong>d inkom<strong>en</strong>. Daarom ver<strong>en</strong>igde bisschop Miraeus in 1609<br />

de twee par<strong>en</strong> geünieerde b<strong>en</strong>eficies nog e<strong>en</strong>s met elkaar <strong>en</strong> bestemde ze voor het onderhoud van<br />

één onderpastoor. Paulus Everaerts werd de eerste bezitter van de vier ver<strong>en</strong>igde b<strong>en</strong>eficies<br />

(waaronder de kapelaan van St.Jan). Hij was tev<strong>en</strong>s de eerste die te <strong>Weelde</strong> de funktie van<br />

onderpastoor uitoef<strong>en</strong>de, min of meer zoals deze functie nog hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage op vele parochies<br />

uitgeoef<strong>en</strong>d wordt. Door de ver<strong>en</strong>iging van de b<strong>en</strong>eficies van O.L.Vrouw in de kapel, St.-Joris <strong>en</strong> St.-<br />

Antonius met het b<strong>en</strong>eficie of kapelanie van St.-Jan <strong>en</strong> door de b<strong>en</strong>eficiant e<strong>en</strong> pastorale taak te<br />

gev<strong>en</strong>, was de kapelaan van St.-Jan de onderpastoor van de St.-Michielsparochie geword<strong>en</strong>.<br />

Pastoor <strong>en</strong> onderpastoor<br />

Zoals de twee bezitters van de geünieerde b<strong>en</strong>eficies in de periode 1572-1609, moest de<br />

onderpastoor van <strong>Weelde</strong> in de 17e <strong>en</strong> 18e eeuw voldo<strong>en</strong> aan de miss<strong>en</strong>last van de b<strong>en</strong>eficies<br />

waarvan hij de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> had. De miss<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> aan elk b<strong>en</strong>eficie moest<strong>en</strong> gedaan word<strong>en</strong><br />

aan het eig<strong>en</strong> altaar van dit b<strong>en</strong>eficie. De onderpastoor las dus <strong>en</strong>kele dag<strong>en</strong> per week mis in de St.-<br />

Michielskerk (voor St.-Antonius- <strong>en</strong> St.-Jorisb<strong>en</strong>eficies) <strong>en</strong> ook e<strong>en</strong>s in de kapel (voor de b<strong>en</strong>eficies<br />

van St.-Jan <strong>en</strong> van O.L.Vrouw). Iedere dinsdag werd er in de kapel mis gelez<strong>en</strong>, voor de zitting van de<br />

schep<strong>en</strong>bank, die dus blijkbaar in de Straat haar zetel had. Zoals het ook in andere parochies de<br />

gewoonte was, moest ook de onderpastoor van <strong>Weelde</strong> op zon- <strong>en</strong> feestdag<strong>en</strong> de vroegmis do<strong>en</strong>.<br />

Bisschop Miraeus had dit nog e<strong>en</strong>s uitdrukkelijk bepaald in de akte van 1609. Deze vroegmis<br />

behoorde eig<strong>en</strong>lijk tot de last van het St.-Jorisb<strong>en</strong>eficie, gesticht in de parochiekerk. Derhalve werd de<br />

vroegmis in St.-Michiel opgedrag<strong>en</strong>. De bewoners van de Straat kreg<strong>en</strong> dus noch door de unie van<br />

b<strong>en</strong>eficies in 1572 noch door die van in 1609 hun zondagsmis in de kapel terug!<br />

In de periode tuss<strong>en</strong> Tr<strong>en</strong>te <strong>en</strong> de Franse Revolutie werd nochtans op m<strong>en</strong>ige parochie in e<strong>en</strong> ietwat<br />

van de parochiekerk verwijderde wijk e<strong>en</strong> kapel met zondagsmis opgericht of in eer hersteld. Doch te<br />

<strong>Weelde</strong> is dit met de St.-Janskapel niet gelukt. Voor zover wij kunn<strong>en</strong> opmak<strong>en</strong> uit de fragm<strong>en</strong>tarisch<br />

overgeleverde bronn<strong>en</strong> heeft kapelaan-onderpastoor Jacobus Dick<strong>en</strong>s rond 1700 nog e<strong>en</strong> poging<br />

gedaan om de zondagsmis in de kapel te herstell<strong>en</strong>. Doch pastoor Severinus Otgeri kwam daar<br />

teg<strong>en</strong>in <strong>en</strong> de poging liep op niets uit. De onderpastoor woonde niet op de pastorij. Hij had e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong><br />

huis "het kapellanieke" in de huidige Koning Albertstraat, ongeveer ter hoogte van de St.-Michielskerk<br />

(mededeling door E.Swaan). De verstandhouding tuss<strong>en</strong> de pastoor <strong>en</strong> de onderpastoor was ronduit<br />

slecht te noem<strong>en</strong>. Het was over het algeme<strong>en</strong> gebruikelijk dat de onderpastoor 's zondags<br />

catechismusles aan de jeugd gaf. In <strong>Weelde</strong> echter is het herhaaldelijk voorgekom<strong>en</strong> dat de<br />

onderpastoor (o.a. Jacobus Waermans in 1680) dit weigerde, omdat hij uit hoofde van zijn b<strong>en</strong>eficies<br />

niet moest. Bij het jaarlijks bezoek van de dek<strong>en</strong> kloeg de pastoor dikwijls nog in andere opzicht<strong>en</strong><br />

over de onderpastoor. Albertus Brants, onderpastoor van 1640 tot 1644, werd beschuldigd van<br />

verwaarlozing van miss<strong>en</strong>last <strong>en</strong> van veelvuldige dronk<strong>en</strong>schap. Ook Jacobus Dick<strong>en</strong>s, gedur<strong>en</strong>de<br />

vele jar<strong>en</strong> op het einde van de 17e <strong>en</strong> bij het begin van de 18e eeuw onderpastoor te <strong>Weelde</strong>, ging<br />

zich volg<strong>en</strong>s de dek<strong>en</strong>ale visitatieverslag<strong>en</strong> te buit<strong>en</strong> aan brandewijn. Hij zou bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> niet<br />

opgewass<strong>en</strong> geweest zijn teg<strong>en</strong> zijn taak. In hoeverre deze klacht<strong>en</strong> op waarheid berust<strong>en</strong> is moeilijk<br />

te achterhal<strong>en</strong>, maar het feit dat de pastoor zijn onderpastoor bij de dek<strong>en</strong> aankloeg, wijst erop, dat<br />

het niet goed ging tuss<strong>en</strong> beide parochiepriesters. Deze moeilijkhed<strong>en</strong> zijn te verklar<strong>en</strong> doordat de<br />

onderpastoor zich nog beschouwde als e<strong>en</strong> middeleeuwse kapelaan zonder pastorale taak of<br />

misschi<strong>en</strong> ook wel doordat de inwoners van de Straat streefd<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> herwaardering van de St.-<br />

Janskapel, die dan toch door de onderpastoor bedi<strong>en</strong>d werd, zij het dan waarschijnlijk maar voor e<strong>en</strong><br />

misje in de week.<br />

Ongedoopte kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> foetus abortivi


Kon de kapel zich voorlopig niet affirmer<strong>en</strong> als bedeplaats met zondagsmis, er zijn wel spor<strong>en</strong><br />

gevond<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> merkwaardige devotie die bestond in de St.-Janskapel. In zijn artikel over de<br />

kapelanie van St.-Jan schreef pater De Meyer dat m<strong>en</strong> bij de vergrotingswerk<strong>en</strong> in 1928 rest<strong>en</strong> van<br />

grav<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> heeft op de Kapelakker <strong>en</strong> dat het vroeger gebeurde dat ongedoopte kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

foetus abortivi daar in het geheim begrav<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. De Franse historicus F.Lebrun vermeldt in zijn<br />

boek over het huwelijkslev<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het Anci<strong>en</strong> Régime e<strong>en</strong> gebruik dat de aanwezigheid van deze<br />

rest<strong>en</strong> van baby's <strong>en</strong> foetuss<strong>en</strong> rond de kapel kan verklar<strong>en</strong>. Vroeger hechtt<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

absoluut belang aan het doopsel, omdat zij geloofd<strong>en</strong> dat de kinder<strong>en</strong> die zonder doopsel stierv<strong>en</strong> niet<br />

in de hemel kond<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Het werd dan ook als zeer tragisch ervar<strong>en</strong>, wanneer e<strong>en</strong> kind dood op<br />

de wereld kwam of stierf voor m<strong>en</strong> het had kunn<strong>en</strong> dop<strong>en</strong>. Zulk kind mocht niet in de gewijde grond<br />

van het kerkhof begrav<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Doch er bestond<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamde "kapell<strong>en</strong> van respijt", gewoonlijk<br />

toegewijd aan O.L.Vrouw. M<strong>en</strong> vertelde dat in deze kapell<strong>en</strong> God het mirakel bewerkte kinder<strong>en</strong> die<br />

zonder doopsel gestorv<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, op te wekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de één uur te lat<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> zodat m<strong>en</strong> het<br />

kon dop<strong>en</strong>. Daarna werd<strong>en</strong> die kinder<strong>en</strong> dikwijls ter plaatse begrav<strong>en</strong>. De aanwezigheid van grav<strong>en</strong><br />

van pasgebor<strong>en</strong> kindjes <strong>en</strong> van foetuss<strong>en</strong> doet ons vermoed<strong>en</strong> dat ook in de St.-Janskapel, waar ook<br />

O.L.Vrouw blijk<strong>en</strong>s het bestaan van e<strong>en</strong> haar toegewijde b<strong>en</strong>eficie veel vereerd werd, gedur<strong>en</strong>de<br />

bepaalde period<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> dergelijke "kapel van respijt" heeft gefungeerd.<br />

De St.-Janskapel<br />

Tot op hed<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> we nerg<strong>en</strong>s wanneer de eerste kapel ter ere van St.-Jan in de Straat is<br />

opgericht. Pater De Meyer zegt in zijn artikel over de St.-Jansparochie dat er waarschijnlijk op het<br />

einde van de 12e eeuw <strong>en</strong> zeker in het begin van de 13e eeuw e<strong>en</strong> kapel werd opgericht. Dit is echter<br />

onzeker omdat het oudste archiefstuk over de St.-Janskapel maar dateert van 1347, zoals hierbov<strong>en</strong><br />

reeds uitvoerig werd uite<strong>en</strong>gezet. Wat er ook van zij, die eerste kapel was waarschijnlijk opgetrokk<strong>en</strong><br />

uit hout <strong>en</strong> leem met e<strong>en</strong> strodakje. De kapel voor haar vergroting in 1928 dagtek<strong>en</strong>t wellicht van uit<br />

de 15e of 16e eeuw. Ze was 19,5 meter lang <strong>en</strong> 6 meter breed. Ze was vervall<strong>en</strong>, vochtig <strong>en</strong> klam. In<br />

de <strong>en</strong>ige beuk stond één altaar dat aan St.-Jan-Baptist was toegewijd. In 1729 plaatste m<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

schilderij bov<strong>en</strong> dit altaar dat te Brussel was vervaardigd door Grangé voor de som van 50 guld<strong>en</strong>. Ze<br />

stelt het Doopsel van Jezus door St.-Jan voor. De sakristij bevond zich achter het altaar. De kleine<br />

oorspronkelijke kapel, nu het koor, bezit zuiver gotische v<strong>en</strong>sters. Later bracht m<strong>en</strong> aan de kapel e<strong>en</strong><br />

verl<strong>en</strong>gstuk met verhoogd dak aan. Wellicht had dit stuk ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s kleine gotische v<strong>en</strong>sters, maar in<br />

1763 "ordonneert H<strong>en</strong>drik Gabriël, bisschop van Antwerp<strong>en</strong>, de v<strong>en</strong>sters van de capelle te<br />

vergroot<strong>en</strong>", omdat het er te duister was. De lindebom<strong>en</strong>, die rond de kapel bloeid<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />

terzelfdertijd uitgeroeid. Bov<strong>en</strong> de ingang van de kapel werd in 1831 het v<strong>en</strong>ster toegemetst. In het<br />

tor<strong>en</strong>tje bov<strong>en</strong> het hoogzaal prijkte e<strong>en</strong> klokje <strong>en</strong> e<strong>en</strong> horlogie. Deze staan er nu opnieuw. Op 13<br />

augustus 1858 werd de St.-Janskapel door de bliksem getroff<strong>en</strong>. In 1884 werd het tor<strong>en</strong>tje vernieuwd,<br />

maar jammer g<strong>en</strong>oeg deed zich hierbij e<strong>en</strong> tragisch ongeval voor: "...dat op gister<strong>en</strong> 28 juli 1884<br />

omstreeks 4 ur<strong>en</strong> namiddags, bij het richt<strong>en</strong> van het houtwerk van de vernieuwing van het tor<strong>en</strong>tje der<br />

kapel alhier, de g<strong>en</strong>aamde Van der Voort Eduardus Franciscus, oud 32 jar<strong>en</strong>, timmermansbaas,<br />

woon<strong>en</strong>de in deze geme<strong>en</strong>te, daarvan is gevall<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> welk<strong>en</strong> gevolg<strong>en</strong> hij omtr<strong>en</strong>t drij kwartier nadi<strong>en</strong><br />

is overled<strong>en</strong>. Hij was e<strong>en</strong> brav<strong>en</strong> <strong>en</strong> oppass<strong>en</strong>d werkman, die van iedere<strong>en</strong> geacht <strong>en</strong> bemind werd.<br />

Hij laat e<strong>en</strong>e weduwe met 4 minderjarige kinder<strong>en</strong> achter".<br />

Op 2 januari 1928 werd de noodkerk in de schuur van Hofk<strong>en</strong>s in gebruik g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De nieuwe kapel<br />

werd op 4 september 1928 plechtig ingezeg<strong>en</strong>d door Mgr. Jans<strong>en</strong>, vicaris-g<strong>en</strong>eraal. In 1958 werd de<br />

kapelanie van St.-Jan verhev<strong>en</strong> tot volwaardige zelfstandige parochie. Bij het aanbouw<strong>en</strong> van de twee<br />

zijbeuk<strong>en</strong> in 1928, spaarde m<strong>en</strong> het oudste gedeelte van de kapel, dat nu het koor vormt. De heilige<br />

Birgitta, bijzonder aanroep<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> allerhande veeziekt<strong>en</strong> werd wel op e<strong>en</strong> vurige wijze te <strong>Weelde</strong> in<br />

de St.-Janskapel vereerd. Gedur<strong>en</strong>de vele honderd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> de kempische landbouwers de<br />

H.Birgitta te <strong>Weelde</strong>-Straat in de St.-Janskapel verer<strong>en</strong>, waar haar beeld werd bewaard. Dit beeld stelt<br />

de Heilige voor als abdis, in haar zwart ordekleed, de staf in haar linker-, de orderegel in haar<br />

rechterhand. Aan haar zijde knielt e<strong>en</strong> ziek rund, verkwikking zoek<strong>en</strong>d in de schaduw van haar<br />

patroonschap. De H.Joannes de Doper werd sinds eeuw<strong>en</strong> in de St.-Janskapel te <strong>Weelde</strong> vereerd als<br />

de patroonheilige teg<strong>en</strong> hoofdpijn, vall<strong>en</strong>de ziekte <strong>en</strong> allerlei z<strong>en</strong>uwziekt<strong>en</strong>.<br />

Het Wit-b<strong>en</strong>eficie van Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh


<strong>Weelde</strong> had dus sinds de Contrareformatie twee priesters, nl. de pastoor die sinds het midd<strong>en</strong> van de<br />

XVIIe eeuw weer steeds e<strong>en</strong> norbertijn van Averbode was <strong>en</strong> de onderpastoor-kapelaan, e<strong>en</strong> seculier<br />

priester, hoogstwaarschijnlijk doorgaans afgeleverd door het in 1605 gestichte seminarie van<br />

Antwerp<strong>en</strong>. Doch in 1667/68 stichtte Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficie ter ere van de<br />

HH.Norbertus <strong>en</strong> Brigitta <strong>en</strong> van O.L.Vrouw, te bedi<strong>en</strong><strong>en</strong> door e<strong>en</strong> norbertijn, met het doel te <strong>Weelde</strong><br />

nog e<strong>en</strong> derde priester te hebb<strong>en</strong>. Daarom was uitdrukkelijk bepaald dat het nieuwe b<strong>en</strong>eficie nooit<br />

mocht versmolt<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met de pastorij of de kapelanie. De her<strong>en</strong> van Averbode werd<strong>en</strong> "witt<strong>en</strong>"<br />

g<strong>en</strong>oemd (naar hun wit habijt), de seculiere priesters "zwart<strong>en</strong>" (naar hun zwarte toog). En zo<br />

gebeurde het dat bij gebrek aan "wither<strong>en</strong>" of door onwil van de abt, de bisschop seculiere priesters<br />

b<strong>en</strong>oemde om de b<strong>en</strong>eficiën <strong>en</strong> zelfs de parochie te bedi<strong>en</strong><strong>en</strong>. De kapelanie van St.-Jan, alhoewel<br />

afhang<strong>en</strong>d van de abdij, werd ook door wereldlijke b<strong>en</strong>eficiant<strong>en</strong> bedi<strong>en</strong>d.<br />

Wanneer zekere Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh, oud-burgemeester van <strong>Weelde</strong>, op 12 november 1667 in de<br />

St.-Janskapel stichting<strong>en</strong> van gelez<strong>en</strong> miss<strong>en</strong> deed ter ere van de H.Norbertus <strong>en</strong> de H.Brigitta <strong>en</strong> één<br />

ter ere van O.L.Vrouw in de parochiekerk, eiste hij uitdrukkelijk als b<strong>en</strong>eficiant altijd e<strong>en</strong> "kloosterling<br />

van Everbode". Hij voegde er aan toe dat deze fondatie niet met de pastorij noch met de kapelanie<br />

mocht ver<strong>en</strong>igd word<strong>en</strong>, "om alsoo continuelijck te hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> derd<strong>en</strong> heere". Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh<br />

was 74 jaar oud to<strong>en</strong> hij e<strong>en</strong> eerste legaat van 1000 florijn<strong>en</strong> voor de fondatie schonk <strong>en</strong> dit voor de<br />

drie afzonderlijke gevraagde miss<strong>en</strong>: op maandag één ter ere van de H.Norbertus, op wo<strong>en</strong>sdag ter<br />

ere van de H.Brigitta (alle twee in de St.-Janskapel) <strong>en</strong> op zaterdag e<strong>en</strong> gezong<strong>en</strong> mis ter ere van<br />

O.L.Vrouw in de St.-Michielskerk. Zijn b<strong>en</strong>eficie werd opgedrag<strong>en</strong> aan "d<strong>en</strong> eerw. heere Ambrosius<br />

Van d<strong>en</strong> Bosch, naer het welbehaeg<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Eerw. Heere prelaat van Everbode".<br />

Dit (eerste) testam<strong>en</strong>t werd opgesteld in teg<strong>en</strong>woordigheid van Willem D<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Michiel Ley<strong>en</strong>s,<br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, <strong>en</strong> ondertek<strong>en</strong>d door Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh <strong>en</strong> door sekretaris Lemm<strong>en</strong>s op<br />

12 november 1667. B<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>s het legaat van 1000 florijn<strong>en</strong> schonk Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh op 17<br />

september 1668, e<strong>en</strong> tweede legaat (tweede testam<strong>en</strong>t) van 1000 florijn<strong>en</strong> voor de stichting door e<strong>en</strong><br />

"witt<strong>en</strong>" bedi<strong>en</strong>d. Op 17 mei 1668 voegde Hubertus Keteleers de som van 200 florijn<strong>en</strong> toe aan het<br />

door Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh <strong>en</strong> di<strong>en</strong>s huisvrouw Magdal<strong>en</strong>a Van d<strong>en</strong> Bosch opgerichte b<strong>en</strong>eficie.<br />

Dikwijls rez<strong>en</strong> moeilijkhed<strong>en</strong> op tuss<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong>, de pastoor <strong>en</strong> de twee b<strong>en</strong>eficiant<strong>en</strong><br />

("witt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zwart<strong>en</strong>"). Op e<strong>en</strong> los stuk papier in het kerkarchief van de St.-Michielsparochie lez<strong>en</strong> we<br />

o.a. het volg<strong>en</strong>de:<br />

"1. D<strong>en</strong> 11 juni 1780 de eerw. Heer Verhulst, seculiere b<strong>en</strong>eficiant tot <strong>Weelde</strong> overled<strong>en</strong> zijnde, is<br />

e<strong>en</strong>ige tijd daarna, uit commissie van Zijne Hoogw. d'Heere Well<strong>en</strong>s, Bisschop van Antwerp<strong>en</strong>, de<br />

bedi<strong>en</strong>inge van hetzelfde b<strong>en</strong>eficie zonder e<strong>en</strong>ige uitneminge gegev<strong>en</strong> aan d<strong>en</strong> eerw. Heer Luyckx,<br />

Regulier<strong>en</strong> onderpastoor tot <strong>Weelde</strong>, zoo lang tot dat er e<strong>en</strong><strong>en</strong> seculier<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiant zoude wez<strong>en</strong>".<br />

De secretaris schreef het volg<strong>en</strong>de: "...hoe dat door overleyd<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Eerw. Heer Sebastianus<br />

Verhulst, swert<strong>en</strong> ofte weirlijck<strong>en</strong> priester, de capellanie alhier sedert d<strong>en</strong> jaere 1780 is com<strong>en</strong> te<br />

vacer<strong>en</strong>. Dat de wethouder<strong>en</strong> van alhier alle mogelijcke devoir<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> a<strong>en</strong>gew<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> eynde dese<br />

gemeynte door e<strong>en</strong><strong>en</strong> bequam<strong>en</strong> swert<strong>en</strong> ofte weirlijck<strong>en</strong> priester om door hem de voors. cappellanie<br />

te conn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bedi<strong>en</strong>t ... Dan alsoo de door hem de voors. cappellanie te te conn<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

bedi<strong>en</strong>t ... Dan alsoo de regeerders hetg<strong>en</strong>e voors niet hebb<strong>en</strong> conn<strong>en</strong> effectuer<strong>en</strong> om red<strong>en</strong><strong>en</strong> dat de<br />

rev<strong>en</strong>u<strong>en</strong> <strong>en</strong>de innecom<strong>en</strong> van de voors. capellanie al te clijn <strong>en</strong>de te wijnigh schijn<strong>en</strong> te wes<strong>en</strong> om<br />

voor alsulcke heer te conn<strong>en</strong> besta<strong>en</strong> <strong>en</strong>de subsister<strong>en</strong> als bedraegh<strong>en</strong>de bov<strong>en</strong> het huys a<strong>en</strong> de<br />

capellanie annex maer omtr<strong>en</strong>t e<strong>en</strong>e somme van 140 guld<strong>en</strong>s waer omme soo ist dat d<strong>en</strong> convocant<br />

a<strong>en</strong> resol<strong>en</strong>tie is vraeg<strong>en</strong>de wat in dese gestelt<strong>en</strong>isse van saecke di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> verricht, tzij de<br />

voors. capellanie te laet<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> bedi<strong>en</strong><strong>en</strong> door d<strong>en</strong> heere b<strong>en</strong>eficiant ofte andere witte heer<strong>en</strong> der<br />

abdije van Averbode, gelijck de selve nu alreede over de twee jaer<strong>en</strong> is bedi<strong>en</strong>t ofte wel requeste te<br />

pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> t<strong>en</strong> eynde tot het bedi<strong>en</strong><strong>en</strong> der gemelde cappellanie te nominer<strong>en</strong> e<strong>en</strong><strong>en</strong> bequaem<strong>en</strong><br />

swert<strong>en</strong> <strong>en</strong>de weirlijck<strong>en</strong> priester".<br />

2. In September 1782 is "gesuccedeert d<strong>en</strong> eerw: Heer De Boeck, item regulier<strong>en</strong> onderpastoor tot<br />

<strong>Weelde</strong>, welke bedi<strong>en</strong>inge gehad heeft tot 19 Januari 1785, als wanneer hem is gesuccedeert D'Heer<br />

Stahl, regulier<strong>en</strong> onderpastoor tot <strong>Weelde</strong>, d<strong>en</strong> welk<strong>en</strong> d<strong>en</strong> 27 Januari 1785 van het exam<strong>en</strong> van<br />

Antwerp<strong>en</strong>, 't huys com<strong>en</strong>de, <strong>en</strong> hoor<strong>en</strong>de dat de wethouder<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> niet <strong>en</strong> wild<strong>en</strong> dat<br />

hetzelfde seculier b<strong>en</strong>eficie door e<strong>en</strong> Regulier zoude bedi<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> (om alle moeilijkhed<strong>en</strong> te


voorcom<strong>en</strong>) de bedi<strong>en</strong>inge van hetzelve "simpliciter" achtergelat<strong>en</strong> heeft, totdat de wethouder<strong>en</strong><br />

("quamvis ex superabundantii") daerinne soud<strong>en</strong> cons<strong>en</strong>teer<strong>en</strong>".<br />

Er kwam<strong>en</strong> veel klacht<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> vanwege de inwoners van <strong>Weelde</strong>-Straat totdat eindelijk de<br />

"Scouteth Van Dael" op de pastorij ging zegg<strong>en</strong>, dat "D'Heer Stahl" het seculier b<strong>en</strong>eficie wederom<br />

volg<strong>en</strong>s gewoonte "conde bedi<strong>en</strong><strong>en</strong>". Vanaf 1780 af werd, alhoewel er in 1786 tot 25 februari 1787<br />

nog geschill<strong>en</strong> geweest war<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> de b<strong>en</strong>eficiant, de kapelanie te <strong>Weelde</strong> maar<br />

door e<strong>en</strong> "witt<strong>en</strong>" Heer uit de Abdij van Averbode bedi<strong>en</strong>d (in feite dus de b<strong>en</strong>eficiant van Wouter Van<br />

d<strong>en</strong> Bergh) tot aan Scho<strong>en</strong>makers, seculier onderpastoor in 1822. De ambt<strong>en</strong> van onderpastoor van<br />

<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiant van de fondatie van Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh war<strong>en</strong> dus vanaf 1780 in één<br />

persoon ver<strong>en</strong>igd. In de periode 1780-1822 was de onderpastoor van <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> reguliere "Witheer"<br />

van de abdij van Averbode, maar voor <strong>en</strong> na die tijd is de kapelaan steeds e<strong>en</strong> seculier priester<br />

geweest. Enkele b<strong>en</strong>eficiant<strong>en</strong> van de fondatie van Wouter Van d<strong>en</strong> Bergh war<strong>en</strong>: Ambrosius Van d<strong>en</strong><br />

Bosch, Mathias Salma, Clem<strong>en</strong>s Van Hulshout, Damianus Verhag<strong>en</strong>, Hermans, Ludovicus Cosijns,<br />

F.H.Van Balder, Adria<strong>en</strong> Huysmans, Dominicus Cornaerts, Dominicus Gommarus, Van Camp<strong>en</strong>hout,<br />

Gabriël Meus, Eustachius Mommeger <strong>en</strong> Martinus Milis.<br />

Onderpastoors van St.-Michiel of kapelaans van St.-Jan<br />

1443: Joannes Daniëlis<br />

1475: Hermanus de Eldr<strong>en</strong><br />

1485: Martinus de Pascuis. Hij werd vervang<strong>en</strong> door Walterus Godefridi <strong>en</strong> hij wordt nog g<strong>en</strong>oemd in<br />

1487<br />

1510: H<strong>en</strong>ricus Hoze. Hij werd vervang<strong>en</strong> door Walterus Weels<br />

1524: H<strong>en</strong>ricus Zwan<strong>en</strong><br />

1541: Adrianus Van der Scaeft. Hij werd vervang<strong>en</strong> door Jan Daems<br />

1549: Joannes Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

1550: Joannes Wery. Wordt nog g<strong>en</strong>oemd in 1551<br />

1556: Cornelius Kiebooms<br />

1561: Aert Schats<br />

....... : Cornelius Kiebooms<br />

...... : H<strong>en</strong>drik Van Gorp<br />

1609: Paulus Everaerts<br />

........: Jan Anthonius<br />

1618: Gerard Gooss<strong>en</strong>s<br />

........: Peter Brekelmans<br />

1623: H<strong>en</strong>drik Andriess<strong>en</strong> van Bael<strong>en</strong><br />

........: Albrecht Brants


1636: Walter Bersmans<br />

1648: Jacobus Waermans<br />

1683: Walter Meus<br />

1696: Jacobus Dick<strong>en</strong>s<br />

1730: Lepp<strong>en</strong>s<br />

1740: Arnoldus Van Lumm<strong>en</strong><br />

1753: Sebastiaan Verhulst<br />

1776: Joannes Franciscus Luyckx. Hij werd gebor<strong>en</strong> te Turnhout op 20 april 1738, trad in te Averbode<br />

op 15 februari 1759 <strong>en</strong> ontving het habijt op 1 april 1759. Zijn kloosternaam was Damasus. Geprofest<br />

op 2 februari 1761, subdiak<strong>en</strong> te Luik op 14 februari 1761, diak<strong>en</strong> te Luik op 19 september 1761,<br />

priester te Luik op 5 juni 1762, onderpastoor te Brustem op 28 februari 1766, onderpastoor te<br />

Tess<strong>en</strong>derlo op 15 december 1766, onderpastoor te Bal<strong>en</strong>-Neet op 29 december 1774, onderpastoor<br />

te <strong>Weelde</strong> op 28 oktober 1776, onderpastoor te Veerle op 8 oktober 1782, pastoor te Brustem op 24<br />

januari 1783. Hij overleed aldaar op de pastorij op 24 augustus 1793 om half twee 's nachts.<br />

1782: Joannes Franciscus De Boeck. Hij werd gebor<strong>en</strong> te Halle op 4 oktober 1745 <strong>en</strong> trad in te<br />

Averbode op 25 november 1764. Ingekleed op 8 december 1764 <strong>en</strong> geprofest op 26 oktober 1766.<br />

Zijn kloosternaam was Thomas van Kantelberg. Subdiak<strong>en</strong> te Luik op 20 december 1766 door de<br />

prinsbisschop Charles d'Oultremont, diak<strong>en</strong> te Luik 8 november 1767, priester te Luik in 1768, vicarius<br />

te Veerle op 24 januari 1777, vicarius te <strong>Weelde</strong> op 8 oktober 1782, vicarius te Wezemaal op 16<br />

januari 1785. Hij keerde in juni 1786 naar de abdij terug weg<strong>en</strong>s ziekte. Op 30 oktober 1786 werd hij<br />

biechtvader te Kort<strong>en</strong>bos, op 7 mei 1789 vicarius te Vorst, op 24 februari 1790 bedi<strong>en</strong>aar van de kapel<br />

te Vorst-Meerlaar, op 7 mei 1793 biechtvader te Kort<strong>en</strong>bos, op 15 mei 1795 pastoor te Rotselaar <strong>en</strong><br />

aldaar overled<strong>en</strong> op 16 december 1817.<br />

1785: Joannes Georgius Stahl. Hij werd gebor<strong>en</strong> te Roermond op 16 februari 1745 <strong>en</strong> trad in te<br />

Averbode op 3 januari 1764. Ingekleed op 2 februari 1764 onder de kloosternaam Christophorus.<br />

Geprofest op 2 februari 1766, subdiak<strong>en</strong> te Luik op 22 februari 1766 <strong>en</strong> diak<strong>en</strong> te Luik op 14 maart<br />

1767. Priester te Luik op 18 februari 1769, onderpastoor te Tess<strong>en</strong>derlo in september 1776. Hij<br />

keerde in 1781 op 30 februari terug naar de abdij, werd op 27 september 1781 onderpastoor te<br />

Wezemaal, op 16 januari 1785 onderpastoor te <strong>Weelde</strong>. Hij werd pastoor te Brustem op 30 april 1795<br />

<strong>en</strong> overleed op 26 januari 1807.<br />

1801: Norbertus Bertrandus Van Postel werd te Koersel gebor<strong>en</strong> op 16 oktober 1769 <strong>en</strong> hij trad in te<br />

Averbode op 2 januari 1791. Ingekleed op 27 februari 1791 onder de kloosternaam Val<strong>en</strong>tinus.<br />

Geprofest op 3 maart 1793, diak<strong>en</strong> te Keul<strong>en</strong> op 14 juni 1794, priester te Keul<strong>en</strong> op 18 oktober 1795,<br />

onderpastoor te <strong>Weelde</strong> op 7 september 1801 <strong>en</strong> aldaar overled<strong>en</strong> op 27 juni 1802.<br />

1802: Judocus Arnaerts. Zie onder pastoors van <strong>Weelde</strong> St.-Michiel.<br />

1810: Emmanuel Verstapp<strong>en</strong>. Zie onder pastoors van <strong>Weelde</strong> St.-Michiel.<br />

1816: Petrus Dionysius Heyl<strong>en</strong> werd te Diest gebor<strong>en</strong> op 3 februari 1770 <strong>en</strong> trad in te Averbode op 22<br />

december 1793. Hij werd ingekleed op 6 januari 1794 <strong>en</strong> kreeg de kloosternaam Mauritius. Geprofest<br />

6 januari 1796, priester te Mechel<strong>en</strong> op 25 september 1796, onderpastoor te Averbode in juni 1807,<br />

onderpastoor te <strong>Weelde</strong> op 28 juni 1816, assist<strong>en</strong>s te Messelbroek op 24 oktober 1817, verbleef bij<br />

zijn moeder te Diest in 1820 <strong>en</strong> overleed plotseling te Engsberg<strong>en</strong> op 26 augustus 1825.<br />

1817: Joannes Baptista Arnoldus Verhulst werd te Meerhout gebor<strong>en</strong> op 9 augustus 1771 <strong>en</strong> trad in te<br />

Averbode op 25 mei 1793. Hij werd ingekleed op 23 juni 1793 <strong>en</strong> kreeg de kloosternaam Willebrordus.


Geprofest 24 juni 1795, priester 10 juni 1797, assist<strong>en</strong>s te Messelbroek 2 januari 1803, vicarius te<br />

Rotselaar 15 mei 1805, assist<strong>en</strong>s te Messelbroek 6 maart 1807, vicarius te Koersel op 6 juni 1816,<br />

vicarius te <strong>Weelde</strong> op 3 november 1817, assist<strong>en</strong>s te Vorst-Meerlaar op 22/10/1821, pastoor te Klein-<br />

Vorst op 7 augustus 1822. Om de heroprichting van Averbode mogelijk te mak<strong>en</strong>, keerde hij naar de<br />

abdij terug op 30 december 1835. Hij werd supprior <strong>en</strong> ziek<strong>en</strong>meester <strong>en</strong> overleed op 16 augustus<br />

1844.<br />

1821: Petrus Franciscus L<strong>en</strong>aerts. Hij werd gebor<strong>en</strong> te Ol<strong>en</strong> op 26 november 1795. Kwam te <strong>Weelde</strong><br />

aan op 24 oktober 1821 <strong>en</strong> werd er b<strong>en</strong>oemd op 13 november 1821. Hij vertrok naar Bre<strong>en</strong>donk op 8<br />

januari 1822.<br />

1822: Adriaan Scho<strong>en</strong>makers. Zie onder pastoors van <strong>Weelde</strong> St.-Michiel.<br />

1834: Ignatius Van <strong>Weelde</strong>, vernoemd op 31 januari 1834. Waarschijnlijk bleef hij niet lang te <strong>Weelde</strong>,<br />

want onderpastoor Verbeek uit Poppel moest te <strong>Weelde</strong> bijspring<strong>en</strong> wanneer pastoor Scho<strong>en</strong>makers<br />

het werk niet alle<strong>en</strong> aankon. In e<strong>en</strong> brief van 13 maart 1840 eist pastoor Scho<strong>en</strong>makers 70 frank van<br />

de geme<strong>en</strong>te "weg<strong>en</strong>s ti<strong>en</strong> ma<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kost <strong>en</strong> logem<strong>en</strong>t van d<strong>en</strong> Eerw. Heer Verbeek in 1839 die des<br />

sondagsch d<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st verright bij gebrek aan onderpastoor alhier".<br />

1842: Van Oorschot. B<strong>en</strong>oemd te <strong>Weelde</strong> op 16 februari 1842, aangekom<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> op 30 januari<br />

1842.<br />

1846: Onderpastoor Verreyt werd te <strong>Weelde</strong> b<strong>en</strong>oemd op 30 januari 1846.<br />

1853: Josephus Van Houdt werd te Geel gebor<strong>en</strong> op 21 oktober 1827, werd priester gewijd in 1852,<br />

werd onderpastoor te <strong>Weelde</strong> op 9 oktober 1853 <strong>en</strong> werd proost te Poederlee op 22 december 1877.<br />

1856: Joannes Carolus Verwilt werd op 30 april 1832 te Turnhout gebor<strong>en</strong>. Hij werd gewijd op 22<br />

december 1855, <strong>en</strong> werd onderpastoor van <strong>Weelde</strong> op 11 februari 1856. Hij werd onderpastoor te<br />

Dieghem op 7 februari 1862, onderpastoor te Leuv<strong>en</strong> St.-Jozef op 16 januari 1871 <strong>en</strong> pastoor te<br />

Grobb<strong>en</strong>donk op 19 december 1879. Hij ging op rust in het begijnhof van Turnhout op 6 december<br />

1900 <strong>en</strong> overleed daar op 7 juni 1923.<br />

1862: Willems<br />

1867: Joannes Franciscus Smits werd te Meerle gebor<strong>en</strong> op 4 december 1841. Hij werd priester<br />

gewijd op 18 januari 1867 <strong>en</strong> werd onderpastoor van <strong>Weelde</strong> op 25 januari 1867. Hij nam ontslag in<br />

oktober 1886 <strong>en</strong> ging op rust in het gasthuis van Brecht op 17 april 1892. Daar stierf hij op 9 februari<br />

1895.<br />

1886: Constantinus Lucianus Vermal<strong>en</strong> werd te Aarschot gebor<strong>en</strong> op 25 december 1857. Hij werd<br />

priester gewijd op 19 juni 1886 <strong>en</strong> werd onderpastoor van <strong>Weelde</strong> op 1 oktober 1886. Hij di<strong>en</strong>de zijn<br />

ontslag in op 12 april 1887 <strong>en</strong> stierf te Veerle op 10 augustus 1887.<br />

1887: S.Jacobs. Zie onder pastoors van <strong>Weelde</strong> St.-Michiel.<br />

1896: Dionysius Thielemans werd te Ar<strong>en</strong>donk gebor<strong>en</strong> op 2 maart 1873. Hij ging naar het Groot<br />

Seminarie op 30 september 1893 <strong>en</strong> werd priester gewijd op 19 september 1896. Hij werd<br />

onderpastoor te <strong>Weelde</strong> op 26 september 1896. Niet voor lang, want op 9 april 1897 werd hij<br />

onderpastoor van de parochie van St.-Jacobus te Leuv<strong>en</strong>.<br />

1897: Augustinus Van Eyndhov<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 7 mei 1862. Hij werd apotheker te<br />

Hasselt <strong>en</strong> te Tonger<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de 6 jaar <strong>en</strong> hij werd priester gewijd op 27 augustus 1893. Hij werd<br />

onderpastoor van Puurs op 10 februari 1894 <strong>en</strong> onderpastoor van <strong>Weelde</strong> op 6 mei 1897. Hij di<strong>en</strong>de<br />

in 1910 zijn ontslag in <strong>en</strong> stierf in het Augustinusgesticht te Berlaar op 3 april 1926.


1910: Jozef Frans Tubbax werd te Booischot gebor<strong>en</strong> op 26 mei 1881. Hij werd subreg<strong>en</strong>t in het Klein<br />

Seminarie te Hoogstrat<strong>en</strong> op 5 november 1907 <strong>en</strong> werd onderpastoor te <strong>Weelde</strong> op 31 maart 1910.<br />

Hij di<strong>en</strong>de zijn ontslag in weg<strong>en</strong>s ziekte in december 1918. Hij stierf te Booischot op 20 juli 1921.<br />

1918: Lodewijk Tubbax. Zie onder pastoors van <strong>Weelde</strong> St.-Jan<br />

Pastoors van de St.-Jansparochie<br />

Louis Tubbax<br />

Louis Jozef Maria Tubbax werd op 28 maart 1890 te Turnhout gebor<strong>en</strong>. Hij werd op 31 mei 1914<br />

priester gewijd <strong>en</strong> was daarna brancardier in de eerste wereldoorlog. Tubbax werd coadjutor te<br />

Baarle-Hertog op 28 oktober 1915 <strong>en</strong> onderpastoor van de St.-Michielsparochie op 8 januari 1919. Hij<br />

was de eerste pastoor van de St.-Jansparochie in 1927 <strong>en</strong> bleef dit tot 30 november 1951. Hij werd<br />

rector te Vosselaar op 28 juni 1953, waar hij op 27 mei 1963 overleed.<br />

Jan Baptist Jozef Oerlemans<br />

Jan Baptist Jozef Oerlemans werd op 17 maart 1896 te Her<strong>en</strong>tals gebor<strong>en</strong>. Hij werd op 2 januari 1921<br />

priester gewijd <strong>en</strong> werd leraar aan het Klein Seminarie van Hoogstrat<strong>en</strong> op 21 september 1920.<br />

Oerlemans werd onderpastoor te Ar<strong>en</strong>donk op 29 augustus 1924, onderpastoor te Deurne St.-<br />

Fredegandus op 7 februari 1930 <strong>en</strong> onderpastoor te Her<strong>en</strong>thout op 22 februari 1935. Jan Baptist werd<br />

pastoor te <strong>Weelde</strong> St.-Jan op 31 december 1951 <strong>en</strong> bleef dit tot 20 november 1955. Hij overleed op 5<br />

december 1955.<br />

Jan Baptist Bluek<strong>en</strong>s<br />

Jan Baptist Bluek<strong>en</strong>s werd op 6 januari 1909 te Merksplas gebor<strong>en</strong>. Hij werd op 26 mei 1934 priester<br />

gewijd <strong>en</strong> werd leraar aan het Klein Seminarie te Hoogstrat<strong>en</strong> op 30 mei 1934. Bluek<strong>en</strong>s werd pastoor<br />

te <strong>Weelde</strong> St.-Jan op 20 november 1955 <strong>en</strong> overleed op 27 september 1973.<br />

André Corneliss<strong>en</strong><br />

André Corneliss<strong>en</strong> werd te Vosselaar gebor<strong>en</strong> op 13 april 1924 <strong>en</strong> hij werd op 14 april 1948 priester<br />

gewijd. Hij was e<strong>en</strong> tweetal jar<strong>en</strong> onderpastoor te Etterbeek <strong>en</strong> hij werd op 5 september 1950<br />

aangesteld tot onderpastoor te Ravels. Op 18 december 1966 volgde zijn b<strong>en</strong>oeming als pastoor van<br />

de parochie van O.L.Vrouw van de H.Roz<strong>en</strong>krans <strong>en</strong> op 24 november 1973 werd hij b<strong>en</strong>oemd tot<br />

pastoor van <strong>Weelde</strong> St.-Jan. Weg<strong>en</strong>s ziekte is pastoor Corneliss<strong>en</strong> niet lang te <strong>Weelde</strong> kunn<strong>en</strong><br />

blijv<strong>en</strong>; hij ging op rust in het voorjaar van 1974 te Turnhout.<br />

Joannes Franciscus Verhey<strong>en</strong><br />

Joannes Franciscus Verhey<strong>en</strong> werd op 21 november 1906 te Poppel gebor<strong>en</strong>. Hij trad in op 15<br />

september 1926 in de abdij van Tongerlo <strong>en</strong> legde daar zijn plechtige geloft<strong>en</strong> af op 15 oktober 1931.<br />

Hij werd priester gewijd op 4 september 1932. Dadelijk werd hij belast met de ziek<strong>en</strong>zorg in de abdij<br />

<strong>en</strong> hij vervulde deze taak van 6 oktober 1933 tot 4 juni 1937. Joannes Franciscus was assist<strong>en</strong>t van<br />

de broedermeester <strong>en</strong> novic<strong>en</strong>meester van de broeders op 19 oktober 1945. Als broedermeester was<br />

hij verantwoordelijk voor de begeleiding van de broeders van 21 november 1947 tot 1966. Hij was<br />

assist<strong>en</strong>t van de econoom in 1949 op 15 september. Proost van de Zusters Norbertiness<strong>en</strong> van St.-<br />

Catharinadal in Oosterhout van 22 februari 1966 tot 20 mei 1968. Jan Verhey<strong>en</strong> was t<strong>en</strong>slotte<br />

di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>de pastoor tijd<strong>en</strong>s de ziekte van pastoor Corneliss<strong>en</strong> van 9 mei 1974 tot 19 juli 1981.<br />

Laur<strong>en</strong>t Van de Leur<br />

Laur<strong>en</strong>t Van de Leur werd op 29 augustus 1926 te Oud<strong>en</strong>bosch in Nederland gebor<strong>en</strong>. Hij koos op<br />

22-jarige leeftijd voor het pastorale werk <strong>en</strong> in 1948 ging hij studer<strong>en</strong> bij de Norbertijn<strong>en</strong> te Postel waar<br />

hij in 1954 tot priester werd gewijd. Na deze wijding trok hij naar Zaire tot 1974. In 1975 werd hij


aangesteld tot onderpastoor te Bal<strong>en</strong>-Neet <strong>en</strong> in 1978 te St.Antonius Brecht bij pastoor E.Van De<br />

Poel. Vandaar uit werd hij tot pastoor b<strong>en</strong>oemd in de St.-Jansparochie te <strong>Weelde</strong>-Straat. Pastoor Van<br />

de Leur werd er ingehaald op zondag 4 oktober 1981.<br />

De parochie van O.L.Vrouw van de Roz<strong>en</strong>krans<br />

In het midd<strong>en</strong> van de vorige eeuw was dit gebied tuss<strong>en</strong> Merksplas <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> onafzi<strong>en</strong>bare<br />

heidevlakte die slechts werd onderbrok<strong>en</strong> door <strong>en</strong>kele v<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> paar vliegd<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Slechts met<br />

de aanleg van e<strong>en</strong> spoorlijn <strong>en</strong> e<strong>en</strong> geweldig gebouw<strong>en</strong>complex, hetge<strong>en</strong> later bek<strong>en</strong>d is geblev<strong>en</strong> als<br />

<strong>Weelde</strong>-Station, kreeg de streek meer bewoning. Over het station kunt u meer lez<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> boei<strong>en</strong>de<br />

bijdrage elders in dit boek. Het station was wel gebouwd maar twee belangrijke zak<strong>en</strong> war<strong>en</strong> verget<strong>en</strong>:<br />

e<strong>en</strong> kerk <strong>en</strong> e<strong>en</strong> school. In 1938 schreef de gep<strong>en</strong>sioneerde stationschef Loffeld: "Aan alles had m<strong>en</strong><br />

gedacht. Het voornaamste echter had m<strong>en</strong> niet overwog<strong>en</strong>. Waar moet<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>, meestal<br />

katholiek<strong>en</strong> (80 gezinn<strong>en</strong>) hun godsdi<strong>en</strong>stplicht<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong>? De parochiekerk van de Hollanders lag<br />

vijftig minut<strong>en</strong> ver. Voor de Belg<strong>en</strong> nog verder". Onder zijn inspiratie <strong>en</strong> die van chef Wolters ontstond<br />

aan de Nederlandse kant e<strong>en</strong> strev<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> religieus c<strong>en</strong>trum te krijg<strong>en</strong>. Gelijktijdig kwam ook<br />

van Belgische zijde e<strong>en</strong> beweging op gang, belichaamd in e<strong>en</strong> "Comiteit" onder leiding van Dek<strong>en</strong><br />

Adams van Turnhout.<br />

Vroeger hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> achttal families aan het bestuur van de "ijzer<strong>en</strong> weg" gevrag<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> lokaal te<br />

will<strong>en</strong> afstaan in het oude station (Ste<strong>en</strong>weg op Zondereig<strong>en</strong>). Dit werd gelukkig toegestaan <strong>en</strong> er<br />

werd tev<strong>en</strong>s gezorgd voor e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>de priester, de oud-aalmoez<strong>en</strong>ier A.Verschuer<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> hij<br />

voortaan de H.Mis elke zondag zou opdrag<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de bewoners meer dan tevred<strong>en</strong>. Al dadelijk<br />

ontstond bij de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het verlang<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> ruimer, mooier <strong>en</strong> waardiger gebouw te bekom<strong>en</strong> voor<br />

de godsdi<strong>en</strong>stbeleving. M<strong>en</strong> zocht <strong>en</strong> vond e<strong>en</strong> klein stukje grond waarop e<strong>en</strong> kapel werd gebouwd<br />

die op 16 juni 1912 plechtig werd ingewijd. Deze kapel werd in 1952 omgebouwd tot twee klaslokal<strong>en</strong>.<br />

Op zondag 16 juni 1912 kwam de m<strong>en</strong>igte opdag<strong>en</strong>, te voet, per kar of treintje. Het ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t had<br />

plaats in de namiddag, bij e<strong>en</strong> strom<strong>en</strong>de reg<strong>en</strong>. Over e<strong>en</strong> lang Nederlands-Belgisch parcours war<strong>en</strong><br />

dubbele rij<strong>en</strong> mastboompjes geplaatst, "fraai versierd met vlaggetjes, papier<strong>en</strong> strikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> festo<strong>en</strong><strong>en</strong>":<br />

vanaf het station via de gr<strong>en</strong>sweg e<strong>en</strong> eind de weg naar Baarle op, <strong>en</strong> vanaf de Gr<strong>en</strong>sovergang langs<br />

de weg naar Turnhout <strong>en</strong> de zijweg naar de "oude statie" van 1867.<br />

Het Aankondigingsblad van 22 juni 1912 weidt verder uit over de feeststoet: e<strong>en</strong> erewacht te paard,<br />

de fanfare St.-<strong>Nicolaus</strong>kring van <strong>Weelde</strong>, de geestelijkheid, het Comiteit, e<strong>en</strong> praalwag<strong>en</strong> met lieve<br />

maagdek<strong>en</strong>s, de fanfare St.-Remigius van Baarle-<br />

Hertog, e<strong>en</strong> praalwag<strong>en</strong> met knap<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> Turnhoutse harmonie, publiek uit Turnhout, Ravels, <strong>Weelde</strong>,<br />

Poppel, "de beide Baarl<strong>en</strong>", Merksplas, Zondereig<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. In de kapel werd gesprok<strong>en</strong> door dek<strong>en</strong><br />

Adams <strong>en</strong> pastoor Verschuer<strong>en</strong>. Er werd gezong<strong>en</strong> door de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het Broedersjuv<strong>en</strong>aat uit<br />

Baarle-Hertog. Vanwege het slechte weer war<strong>en</strong> drie beeld<strong>en</strong> rechtstreeks naar de kapel gebracht:<br />

m<strong>en</strong> vond blijkbaar dat ze minder bestand war<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het overvloedige nat dan het jonge grut op de<br />

praalwag<strong>en</strong>s. Het war<strong>en</strong> de afbeelding<strong>en</strong> die zich nu nog in de kapel bevind<strong>en</strong>: O.L.Vrouw van de<br />

Roz<strong>en</strong>krans met Jezuskind <strong>en</strong> H.Dominicus, het H.Hart <strong>en</strong> de Engelbewaarder. De kapel werd<br />

toegewijd aan O.L.Vrouw van de H.Roz<strong>en</strong>krans. In het Aankondigingsblad van 22 juni 1912 werd dit<br />

bedehuis ook aangeduid als "de kapel van Vredeburg". Zo werd blijkbaar destijds deze Weeldse buurt<br />

ook g<strong>en</strong>oemd, naar e<strong>en</strong> daar geleg<strong>en</strong> rusthuis.<br />

Het kerkje van <strong>Weelde</strong>-Station is nog in het bezit van twee grote foto's uit 1912. Op de interieuropname<br />

ziet m<strong>en</strong> de beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> verder, rond de nieuwe pastoor A.Verschuer<strong>en</strong> (e<strong>en</strong> rijzig man): Chef<br />

Wolters <strong>en</strong> zijn beide zoons Jo <strong>en</strong> Bernard, de Nederlandse stationsrestaurateur Hub Gooss<strong>en</strong>s met<br />

zijn dochters Dora, Angeli<strong>en</strong> <strong>en</strong> Jopie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> paar misdi<strong>en</strong>aars. De exterieur-foto vertoont het<br />

kapelgebouw met klokketor<strong>en</strong>tje in de gevel (thans school) <strong>en</strong> de grijze Verschuer<strong>en</strong> te midd<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte gr<strong>en</strong>sbewoners, compleet met moeder Van D<strong>en</strong> Eynde (vrouw van "De Witte") <strong>en</strong> haar<br />

zoontjes Sooy (De Sooy van de Enclave-Gr<strong>en</strong>s!) <strong>en</strong> Désiré. Op de achterzijde van beide foto's staat<br />

de stempel van de Turnhoutse fotograaf Paul Van Hal, 6 aout (aug.) 1912. Dit moet de datum van de<br />

aflevering zijn. Deze foto's zijn waarschijnlijk gemaakt op zondag 4 augustus, feest van de<br />

H.Dominicus, groot bevorderaar van het roz<strong>en</strong>kransgebed. De opname kan niet zijn van de<br />

inwijdingsdag 16 juni: verschill<strong>en</strong>de to<strong>en</strong> aanwezige person<strong>en</strong> o.a. het Comiteit met de Dek<strong>en</strong>, kom<strong>en</strong><br />

er niet op voor. De reg<strong>en</strong> maakte to<strong>en</strong> trouw<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>foto onmogelijk. Het parochielev<strong>en</strong> kon<br />

beginn<strong>en</strong>. De gezang<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in de kapel op e<strong>en</strong> kleine verhoging verzorgd door dames <strong>en</strong> her<strong>en</strong>


van de Belgische <strong>en</strong> Nederlandse gr<strong>en</strong>sbuurt. Ook de misdi<strong>en</strong>aars werd<strong>en</strong> gerecruteerd aan<br />

weerszijd<strong>en</strong> van de gr<strong>en</strong>slijn. De eerste kerkmeesters war<strong>en</strong>: Jacobus Frijters, Wolters <strong>en</strong> Lefèvre,<br />

Christia<strong>en</strong> Aelbrechts, Remi Mercelis, Adriaan Wouters <strong>en</strong> Jan Wouters. Er werd al gauw uitgekek<strong>en</strong><br />

naar e<strong>en</strong> vaster gefundeerde bedi<strong>en</strong>ing van deze kapel. Pastoor Verschuer<strong>en</strong> was eig<strong>en</strong>lijk rust<strong>en</strong>d<br />

<strong>en</strong> had bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> wankele gezondheid. Omdat er e<strong>en</strong> klooster der Congregatie van de Paters<br />

van de H.Geest zou word<strong>en</strong> gebouwd op de Belgisch-Nederlandse gr<strong>en</strong>s, zou van hieruit voortaan<br />

e<strong>en</strong> Pater gaan assister<strong>en</strong>. Verschill<strong>en</strong>de Paters van de Congregatie van de H.Geest hebb<strong>en</strong> tot 1928<br />

de kapel bedi<strong>en</strong>d (o.a. Pater Haezaert <strong>en</strong> Pater Steyn<strong>en</strong>). Kort na het begin van de oorlog 1914-1918<br />

werd de gr<strong>en</strong>s door e<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>voudige elektrische bedrading afgegr<strong>en</strong>deld. De Nederlandse<br />

gr<strong>en</strong>sbewoners war<strong>en</strong> to<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> pater van het klooster, maar ook op de<br />

kloosterkapel zelf. Alle<strong>en</strong> de katholiek<strong>en</strong> van de Belgische kant kond<strong>en</strong> nog naar de Roz<strong>en</strong>kranskerk<br />

gaan. Weg<strong>en</strong>s de <strong>en</strong>orme aangroei van de bevolking was de bouw van e<strong>en</strong> nieuwe kerk <strong>en</strong> pastorij<br />

noodzakelijk geword<strong>en</strong>. De geme<strong>en</strong>te bouwde in 1928 e<strong>en</strong> pastorij <strong>en</strong> voortaan had de kapel hierdoor<br />

e<strong>en</strong> vaste bedi<strong>en</strong>aar. Immers de <strong>Weelde</strong>naar Karel Kol<strong>en</strong> kwam vanaf 23 december 1928 te <strong>Weelde</strong>-<br />

Statie won<strong>en</strong>.<br />

De plann<strong>en</strong> voor de nieuwe kerk werd<strong>en</strong> opgemaakt door bouwmeester Rits<strong>en</strong> <strong>en</strong> nadat de nodige<br />

fonds<strong>en</strong> ter beschikking werd<strong>en</strong> gesteld kon m<strong>en</strong> met de bouw van de nieuwe kerk beginn<strong>en</strong>. De<br />

eerste ste<strong>en</strong>legging vond plaats op 27 oktober 1931. De nieuwe kerk viel in e<strong>en</strong>ieders smaak <strong>en</strong> het<br />

gebouw werd op zondag 19 juni 1932 plechtig ingewijd. Het kerkje werd gebouwd onder architectuur<br />

van de Nederlandse architect Jos Rits<strong>en</strong> woonachtig te Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de aannemers war<strong>en</strong> J.Koks uit<br />

Baarle-Hertog <strong>en</strong> Versmiss<strong>en</strong> uit Zondereig<strong>en</strong>. Het glas in loodram<strong>en</strong> was afkomstig van e<strong>en</strong><br />

Antwerpse kunst<strong>en</strong>aar <strong>en</strong> het machtige kruisbeeld bov<strong>en</strong> het altaar werd gebeeldhouwd door de Heer<br />

Vermeul<strong>en</strong> uit Antwerp<strong>en</strong>. Het is uitstek<strong>en</strong>d van uitdrukking <strong>en</strong> het geeft het lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> de overgave<br />

heel goed weer. Het parochielev<strong>en</strong> bloeide <strong>en</strong> groeide <strong>en</strong> dit was voornamelijk te dank<strong>en</strong> aan de<br />

stuw<strong>en</strong>de leiding van pastoor Kol<strong>en</strong>. Hij verongelukte jammerlijk op 1 oktober 1940 door e<strong>en</strong> Duitse<br />

auto nabij Meersel-Dreef <strong>en</strong> to<strong>en</strong> M.Stroobant 's avonds om 8 uur het droevige nieuws kwam meld<strong>en</strong><br />

was de hele parochie in diepe rouw gedompeld. De plechtige lijkdi<strong>en</strong>st ging door in de kerk van<br />

O.L.Vrouw van de H.Roz<strong>en</strong>krans <strong>en</strong> de pastoors Brouwers <strong>en</strong> Tubbax kwam<strong>en</strong> de dag ervoor<br />

meehelp<strong>en</strong> om de kerk in rouw te zett<strong>en</strong>. Vanaf 1 oktober tot 26 oktober 1940 deed Pater Troch van<br />

het jong<strong>en</strong>stehuis di<strong>en</strong>st in de parochie. Pastoor Jans<strong>en</strong> werd b<strong>en</strong>oemd op 26 oktober 1940.<br />

Bij de beschieting op het einde van de tweede wereldoorlog werd de kerk op 1 <strong>en</strong> 2 oktober 1944<br />

zwaar beschadigd. Langs de noord <strong>en</strong> zuidkant kwam e<strong>en</strong> obus op het dak terecht, e<strong>en</strong> andere vloog<br />

door de muur langs het groot raam <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vierde maakte e<strong>en</strong> gat in de zijgevel van de sacristie langs<br />

het zuid<strong>en</strong>. Pastoor Jans<strong>en</strong> vluchtte to<strong>en</strong> naar Turnhout <strong>en</strong> voorlopig kond<strong>en</strong> er in de kerk ge<strong>en</strong><br />

di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s deze moeilijke periode ging<strong>en</strong> vele m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>-Statie<br />

mis hor<strong>en</strong> bij de Paters van de H.Geest die van hun eetzaal e<strong>en</strong> kapel hadd<strong>en</strong> gemaakt. Op 6 oktober<br />

1944 werd begonn<strong>en</strong> met de opruiming van het puin, zodat de herstellingswerk<strong>en</strong> spoedig zoud<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong>. Bij e<strong>en</strong> boer in Baarle Hertog die nog wat overschot had ligg<strong>en</strong> van dakpann<strong>en</strong>,<br />

kond<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> pann<strong>en</strong> gaan hal<strong>en</strong> om het dak van de kerk dicht te legg<strong>en</strong>. Dank zij aannemer<br />

J.Koks die wat materiaal ter beschikking stelde, was dit werk spoedig in orde. M<strong>en</strong> had echter <strong>en</strong>kel<br />

blauwe cem<strong>en</strong>tpann<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> in plaats van rode, <strong>en</strong> dit verschil is nu nog te zi<strong>en</strong>. De<br />

gebrok<strong>en</strong> glasram<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong> door gewoon wit glas. <strong>Weelde</strong>-Statie was fel geteisterd, want<br />

slechts <strong>en</strong>kele huiz<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> ongeschond<strong>en</strong>. Op 8 oktober 1944 droeg m<strong>en</strong> in de geteisterde kerk e<strong>en</strong><br />

mis op voor de Poolse soldat<strong>en</strong>, die <strong>Weelde</strong>-Statie hadd<strong>en</strong> bevrijd. De kerk werd t<strong>en</strong>slotte weer<br />

herop<strong>en</strong>d op 19 november 1944. Pastoor Jans<strong>en</strong> vroeg ontslag op 10 februari 1946 <strong>en</strong> vijf dag<strong>en</strong> later<br />

verhuisde hij naar de Merodelei in Turnhout. De Paters van de H.Geest ded<strong>en</strong> to<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st tot 10 maart<br />

1946, de dag waarop pastoor Verbiest werd ingehaald.<br />

Omdat er nood was aan e<strong>en</strong> degelijk kerkhof stond de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong> voor dit doel e<strong>en</strong> lapje grond<br />

af <strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met Turnhout bekostigde de geme<strong>en</strong>te de beplanting, pal<strong>en</strong> <strong>en</strong> afwerking. Het nieuwe<br />

kerkhof werd plechtig ingewijd op 23 november 1947. Deze wijdingsplechtigheid werd niet licht<br />

verget<strong>en</strong>, want ze ging gepaard met grote feestelijkhed<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> andere plechtigheid ging door op<br />

zondag 17 mei 1948. Die dag werd de grot gewijd die geschonk<strong>en</strong> was door R.Mercelis-Hofk<strong>en</strong>s uit<br />

dankbaarheid voor O.L.Vrouw. Op 30 april 1954 vertrok pastoor Verbiest naar Turnhout <strong>en</strong> ging op<br />

rust in de parochie van het H.Hart. Pater Aerts van de paters van de H.Geest deed to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tijdje<br />

di<strong>en</strong>st, maar to<strong>en</strong> hij op 5 september 1954 werd b<strong>en</strong>oemd tot onderpastoor te Alph<strong>en</strong> werd hij<br />

vervang<strong>en</strong> door pater Joachim. Na di<strong>en</strong>s vertrek naar Leuv<strong>en</strong> op 4 oktober 1954 werd deze opgevolgd<br />

door pater Hilarinus die hier bleef tot 23 januari 1955. Pater Hilarinus hield met Kerstmis 1954 de


eerste maal e<strong>en</strong> middernachtmis waarbij pater Adiel e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heidssermo<strong>en</strong> hield. De kerk was<br />

eivol. Karel Luyt<strong>en</strong>s werd tot pastoor b<strong>en</strong>oemd op 30 december 1954 <strong>en</strong> hij werd te <strong>Weelde</strong>-Statie<br />

plechtig ingehaald op 13 mei 1955. Hij werd gebor<strong>en</strong> te Rijm<strong>en</strong>am op 2 april 1925, werd priester<br />

gewijd te Mechel<strong>en</strong> op 22 juli 1951 <strong>en</strong> onderpastoor b<strong>en</strong>oemd te Humbeek op 30 juli 1951. Na e<strong>en</strong><br />

smartelijk ongeval te Somme-Leuze overleed hij op 19 september 1966. Onder zijn pastoraat werd de<br />

kerk van <strong>Weelde</strong>-Statie op 25 september 1956 als bijkerk van de St.-Pieterskerk erk<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> de kerk<br />

werd bij Koninklijk Besluit van 21 december 1956 als kapelanie aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Inderdaad, op 13 september 1966 werd de parochie in grote rouw gedompeld. Pastoor Luyt<strong>en</strong>s was<br />

met drie actieve led<strong>en</strong> van het plaatselijk Marialegio<strong>en</strong> Jozef Vinckx, Eduard Buyckx <strong>en</strong> Christina<br />

Willems (echtg<strong>en</strong>ote van Adriaan Somm<strong>en</strong>) op bedevaart geweest naar het Maria-oord te Beauraing<br />

<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> daar e<strong>en</strong> ernstig verkeersongeval dat de dood tot gevolg had voor alle inzitt<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.<br />

Zaterdag 17 september om 10 uur had de begraf<strong>en</strong>isplechtigheid plaats van Eduard Buyckx, Christina<br />

Willems <strong>en</strong> Jozef Vinckx op de speelplaats van de zustersschool waar e<strong>en</strong> altaar was opgericht onder<br />

de overdekte gaanderij. Het stoffelijk overschot van pastoor Luyt<strong>en</strong>s die op 19 september was<br />

overled<strong>en</strong> werd op vrijdag 23 september naar <strong>Weelde</strong> overgebracht <strong>en</strong> daar opgebaard. De<br />

begraf<strong>en</strong>isplechtigheid had nogmaals plaats op de speelplaats van de zustersschool op 24 september<br />

1966. Van 14 september tot 18 december 1966 werd Pater De Winter, econoom bij de Paters van de<br />

H.Geest door het bisdom aangeduid als di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>de pastoor. Het stoffelijk overschot van pastoor<br />

Luyt<strong>en</strong>s werd in Hofstade in het familiegraf bijgezet <strong>en</strong> talrijke parochian<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> hem begeleid naar<br />

zijn laatste rustplaats. Op zondag 18 december 1966 werd de nieuwe pastoor André Corneliss<strong>en</strong><br />

ingehaald.<br />

André Corneliss<strong>en</strong> werd te Vosselaar gebor<strong>en</strong> op 13 april 1924 <strong>en</strong> hij werd op 14 april 1948 priester<br />

gewijd. Hij was e<strong>en</strong> tweetal jar<strong>en</strong> onderpastoor te Etterbeek <strong>en</strong> werd op 5 september 1950 aangesteld<br />

tot onderpastoor te Ravels. Op 18 december 1966 volgde zijn b<strong>en</strong>oeming als pastoor van de parochie<br />

van O.L.Vrouw van de H.Roz<strong>en</strong>krans <strong>en</strong> op 24 november 1973 werd hij b<strong>en</strong>oemd tot pastoor van<br />

<strong>Weelde</strong> St.Jan. Weg<strong>en</strong>s ziekte is pastoor Corneliss<strong>en</strong> niet lang te <strong>Weelde</strong> kunn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>. Hij ging op<br />

rust te Turnhout. Van 24 november 1973 tot 11 januari 1974 verzorgde pastoor August Bax, rust<strong>en</strong>d<br />

priester te <strong>Weelde</strong>-Statie de goddelijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Pastoor Bernus Frans Peeraer werd te <strong>Weelde</strong>-<br />

Statie b<strong>en</strong>oemd op 29 december 1973. Hij werd gebor<strong>en</strong> te Turnhout op 18 januari 1909, trad in bij de<br />

minderbroeders op 8 september 1926 <strong>en</strong> werd priester gewijd op 14 augustus 1934. Peeraer was<br />

missionaris in Zaire van 1935 tot 1971. Voor pastoor Peeraer was ge<strong>en</strong> lang herderschap te <strong>Weelde</strong>-<br />

Statie weggelegd, want hij overleed op 30 december 1976.<br />

Pastoor Peeraer was opgevolgd door Karel Gijs die op 26 februari 1977 werd ingehaald. Ook hij bleef<br />

niet lang, want in het voorjaar van 1981 werd Karel Gijs pastoor te Baarle Hertog <strong>en</strong> hij werd te<br />

<strong>Weelde</strong>-Statie opgevolgd door de huidige pastoor Gregoor Dirv<strong>en</strong>. Onder het pastoraat van Karel Gijs<br />

werd de parochie op 16 maart 1979 als zelfstandig erk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> dit werd op 24 juni 1979 uitbundig<br />

gevierd. Gregoor Dirv<strong>en</strong> werd gebor<strong>en</strong> te Baarle-Hertog, trad in bij de Paters der Heilige Hart<strong>en</strong>, de<br />

paters Picpuss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd op 27-jarige leeftijd priester gewijd. Hij was aktief als missionaris in Zaire<br />

<strong>en</strong> Brazilië <strong>en</strong> werd daarna onderpastoor te Maasmechel<strong>en</strong> <strong>en</strong> te Retie. Pastoor Dirv<strong>en</strong> werd pastoor<br />

van de parochie van O.L.Vrouw van de Roz<strong>en</strong>krans in het voorjaar van 1981.<br />

Weeldse geestelijk<strong>en</strong><br />

Bij het sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong> van dit artikel moest eerst word<strong>en</strong> overwog<strong>en</strong> wie zou word<strong>en</strong> vermeld. Voor de<br />

periode 1500-1800 besprek<strong>en</strong> we <strong>en</strong>kele <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> die belangrijk war<strong>en</strong> in cultureel, sociaal <strong>en</strong><br />

godsdi<strong>en</strong>stig opzicht. Voor de periode na 1800 was het de bedoeling alle geestelijk<strong>en</strong> te vermeld<strong>en</strong><br />

die <strong>Weelde</strong> heeft voortgebracht. Dit opzet bleek achteraf niet uitvoerbaar, want vrij vlug was het<br />

duidelijk dat vel<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> verget<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Om volledigheid na te strev<strong>en</strong> werd dan ook e<strong>en</strong> oproep<br />

gedaan in het Bericht<strong>en</strong>blad aan alle <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> om ev<strong>en</strong>tuele religieus<strong>en</strong> uit hun familie aan ons<br />

k<strong>en</strong>baar te mak<strong>en</strong>. De reacties op deze oproep bepaald<strong>en</strong> de norm voor wel of niet-opname.<br />

1. Drie geestelijk<strong>en</strong> met naam<br />

Walter Anselmi of Walter Eemss<strong>en</strong>


Hij voltooide zijn studies in 1490 aan de universiteit van Leuv<strong>en</strong>. Hij werd ook Walter van <strong>Weelde</strong><br />

g<strong>en</strong>oemd. Kort na de beëindiging van zijn universitaire studies werd hij tot hoogleraar aangesteld. Hij<br />

doceerde in de pedagogie "Het Vark<strong>en</strong>". Hij was gespecialiseerd in het kerkelijk recht <strong>en</strong> als dusdanig<br />

viel het oog van de prelaat van Tongerlo op de schrandere geest van Walter Anselmi. Hij leraarde in<br />

de abdij van Tongerlo <strong>en</strong> werd geroemd om de uitmunt<strong>en</strong>de gave waarmee hij zijn leerstoel eer<br />

aandeed. Hij overleed in de abdij op 8 mei 1538 <strong>en</strong> hij vermaakte aan de abdij e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> schild <strong>en</strong><br />

ti<strong>en</strong> rijnsguld<strong>en</strong> om zijn begraf<strong>en</strong>is te regel<strong>en</strong> <strong>en</strong> hieruit bleek dat hij niet tot de Norbertijnerorde<br />

behoorde. Hij kreeg in de abdijkerk e<strong>en</strong> grafste<strong>en</strong> met de inscriptie: "Sepulchrum Walteri Anselmi de<br />

Weeld, qui obiit anno MDXXXVIII". Dit betek<strong>en</strong>t: "Grafste<strong>en</strong> van Walter Eemss<strong>en</strong> uit <strong>Weelde</strong>,<br />

overled<strong>en</strong> in het jaar 1538."<br />

Bartholomeus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

Bartholomeus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> werd in 1558 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Zijn vader heette ook<br />

Bartholomeus <strong>en</strong> zijn moeder was Catharina Janss<strong>en</strong>. Vader Bartel was schout van de schep<strong>en</strong>bank<br />

van <strong>Weelde</strong>, e<strong>en</strong> ambt dat ook door zijn grootvader werd waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De jonge Bartholomeus<br />

groeide op in e<strong>en</strong> periode van woelige militaire akties die West-Europa in de greep hield<strong>en</strong>. De<br />

oorzaak van deze revolutie was de twist tuss<strong>en</strong> de Katholiek<strong>en</strong> <strong>en</strong> protestant<strong>en</strong>. In Duitsland <strong>en</strong><br />

Zwitserland, waar Luther <strong>en</strong> Calvijn de katholieke kerk op haar grondvest<strong>en</strong> ded<strong>en</strong> bev<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> de<br />

akties ong<strong>en</strong>adig hard. De jezuïet<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de pioniers om het katholieke herstel te verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong>.<br />

We kunn<strong>en</strong> veronderstell<strong>en</strong> dat de kapittelschool van de dek<strong>en</strong>ij Hilvar<strong>en</strong>beek e<strong>en</strong> campagne heeft<br />

gevoerd voor de Jezuïet<strong>en</strong>orde in Duitsland. Vermoedelijk heeft Bartholomeus zijn eerste studies<br />

g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> aan deze kapittelschool. Immers, <strong>Weelde</strong> lag op e<strong>en</strong> goed uur gaans van deze school. Op 3<br />

mei 1580 trad Bartholomeus in de jezuïet<strong>en</strong>orde <strong>en</strong> begon zijn noviciaat in Landsberg bij Munch<strong>en</strong> in<br />

Beier<strong>en</strong>. Bartholomeus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> komt in de Duitse archiev<strong>en</strong> voor met zijn verlatijnste<br />

famili<strong>en</strong>aam: "De Nova Domo", ook met de naam van Bartholomeus Weld<strong>en</strong>sis <strong>en</strong> kortweg met de<br />

naam Bartholomeus Welde. Die archiev<strong>en</strong> vermeld<strong>en</strong> dat hij in Welde, bisdom Antwerp<strong>en</strong> werd<br />

gebor<strong>en</strong>, zodat we ongetwijfeld met de <strong>Weelde</strong>naar Bartholomeus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

geconfronteerd word<strong>en</strong>. Nadat Bartholomeus zijn noviciaat had beëindigd, trok hij naar de universiteit<br />

van Ingolstadt die door de jezuïet<strong>en</strong> werd beheerd. Hier deed hij zijn theologische studies, maar<br />

terzelfdertijd was hij daar leraar van de syntax-klas in het college dat aan die universiteit verbond<strong>en</strong><br />

was. In 1587 bevond hij zich in Munch<strong>en</strong> als leraar aan de humaniora, waarna zijn priesterwijding<br />

plaatsvond in 1589. Vijf jaar verbleef hij in het college van Munch<strong>en</strong> met de tak<strong>en</strong> van bestuurder,<br />

leraar, biechtvader <strong>en</strong> ziek<strong>en</strong>pater. Daarna kwam zijn voornaamste lev<strong>en</strong>sopdracht: rector word<strong>en</strong> van<br />

het nieuwopgerichte jezuïet<strong>en</strong>college Bruntrut of Pruntrut, geleg<strong>en</strong> in Porr<strong>en</strong>truy, e<strong>en</strong> stadje in de<br />

uiterste Noord-Westhoek van Zwitserland. De bisschop van Bazel, Jacobus Christophorus Blarer hield<br />

verblijf in Porr<strong>en</strong>truy, waar ook e<strong>en</strong> bisschoppelijk seminarie bestond. Deze bisschop gaf de jezuïet<strong>en</strong><br />

opdracht om in 1592 met de bouw van e<strong>en</strong> nieuw jezuïet<strong>en</strong>college te beginn<strong>en</strong>. Onder het rectoraat<br />

van de <strong>Weelde</strong>naar werd in 1597 aan de nieuwe collegekerk begonn<strong>en</strong>, die zes jaar later, op 21<br />

december 1603, in gebruik werd g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> door de bisschop van Bazel op 12 november 1604 werd<br />

gewijd. Bartholomeus bouwde niet alle<strong>en</strong> de nieuwe kerk, ook bouwde hij e<strong>en</strong> gymnasium met 6<br />

klaslokal<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ruime aula, waarin de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> dagelijks de mis bijwoond<strong>en</strong>. Onder zijn rectoraat<br />

war<strong>en</strong> er acht leraars werkzaam: vijf in het gymnasium, één leraar Logica, één leraar Controverse <strong>en</strong><br />

één leraar Moraal. Vierhonderd leerling<strong>en</strong> studeerd<strong>en</strong> to<strong>en</strong> in Bruntrut. De meest<strong>en</strong> war<strong>en</strong> Elzassers,<br />

Frans<strong>en</strong> <strong>en</strong> Duitsers <strong>en</strong> ze war<strong>en</strong> hoofdzakelijk van adellijke afkomst. De bevolking van Porr<strong>en</strong>truy<br />

was Franstalig, maar het Duits was er ook in trek. Na zijn ti<strong>en</strong>jarig rectoraat verbleef Bartholomeus<br />

nog twee jaar als procureur in hetzelfde college.<br />

Van 1608 tot 1613 verbleef hij in Freiburg (Zwitserland) <strong>en</strong> was er werkzaam in de zielzorg. Door zijn<br />

predikaties was hij hier bek<strong>en</strong>d als de vurige verdediger van het voortbestaan van de m<strong>en</strong>selijke ziel in<br />

het eeuwige lev<strong>en</strong>. In Freiburg was hij nog vice-rector van het jezuïet<strong>en</strong>college in 1613 <strong>en</strong> 1614.<br />

Daarna keerde hij weer naar Duitsland waar hij zich in Munch<strong>en</strong>, van 1615 tot 1625, uitsluit<strong>en</strong>d met de<br />

pastoraal bezighield. Hij ging op rust in het college van Ebersberg bij Munch<strong>en</strong>, waar hij na e<strong>en</strong><br />

rijkgevulde loopbaan, nog twee jaar leefde. Uit de annal<strong>en</strong> van Ebersberg wet<strong>en</strong> we dat hij e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><br />

van ascese leidde. Dagelijks deed hij met geselslag<strong>en</strong> aan zelfkastijding <strong>en</strong> wanneer de kok hem<br />

tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> ziekte e<strong>en</strong> lekkere toespijs voorzette, liet hij die terug naar de keuk<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>. Het<br />

aanvaard<strong>en</strong> van die toespijs zou hij als e<strong>en</strong> niet geoorloofd voorrecht aanzi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Na e<strong>en</strong><br />

driedaagse doodstrijd, waarin hij onafgebrok<strong>en</strong> het kruisbeeld omklemd hield, overleed hij in<br />

Ebersberg op 9 november 1627. Het college te Ebersberg is nu omgebouwd tot bejaard<strong>en</strong>tehuis.


Wanneer Bartholomeus Welde rector was in het Bruntrut-college heeft hij gecorrespondeerd met de<br />

Heilige Petrus Canisius de grote kerkleraar. Deze Nederlandse jezuïet verbleef op het einde van zijn<br />

lev<strong>en</strong> in het ordehuis van de jezuïet<strong>en</strong> in Freiburg. E<strong>en</strong> eerste brief werd door Petrus Canisius<br />

eig<strong>en</strong>handig geschrev<strong>en</strong> uit Freiburg op 10 november 1596. Hij drukte de w<strong>en</strong>s uit dat Bartholomeus<br />

Welde e<strong>en</strong> vruchtbaar rectoraat zou k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> in Bruntrut. Hij w<strong>en</strong>ste veel goeds voor het kom<strong>en</strong>de jaar<br />

<strong>en</strong> vroeg aan de paters hem te ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong> in hun gebed<strong>en</strong> <strong>en</strong> offers, opdat hij, op zijn hoge ouderdom<br />

zijn kruis grootmoedig zou kunn<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>. Hij gaf ook te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> dat hij de onzekere komst van de<br />

Heer waakzaam afwachtte.<br />

E<strong>en</strong> tweede brief van Petrus Canisius aan Bartholomeus Welde werd eig<strong>en</strong>handig van uit Freiburg<br />

geschrev<strong>en</strong> op 19 februari 1597, het jaar waarin Canisius stierf. Canisius dankt Bartholomeus voor de<br />

brief die hij in januari van hem ontving. Hij w<strong>en</strong>st hem veel moed bij de opbouw van het nieuwe<br />

college dat hij zou will<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, maar zijn zieke voet<strong>en</strong> belett<strong>en</strong> hem mis te lez<strong>en</strong>, in het op<strong>en</strong>baar op te<br />

tred<strong>en</strong> <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> te lop<strong>en</strong>. Hij verheugt zich over de grote bloei van Bruntrut <strong>en</strong> over het aanzi<strong>en</strong>lijk<br />

getal leerling<strong>en</strong> dat de school bezoekt. Hij is vol over de strijd die de kerk te lever<strong>en</strong> heeft teg<strong>en</strong> de<br />

vijand<strong>en</strong> van het geloof <strong>en</strong> hij smeekt de Heer dat de Roomse vorst<strong>en</strong> voorspoedige resultat<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> boek<strong>en</strong>, te land <strong>en</strong> te water, in hun strijd teg<strong>en</strong> de goddeloz<strong>en</strong>. Canisius besluit zijn brief: "Ik<br />

b<strong>en</strong> moegestred<strong>en</strong>! Niets is mij meer aang<strong>en</strong>aam, doorluchtige medebroeder, dan dat gij mij zoudt<br />

steun<strong>en</strong> met uw gebed<strong>en</strong> <strong>en</strong> die van gans uw college". Wanneer de grote kerkleraar, de Heilige<br />

Petrus Canisius, deze <strong>Weelde</strong>naar e<strong>en</strong> illustere medebroeder noemt, zijn we ervan overtuigd dat<br />

Bartholomeus Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> heel voorname rol heeft vervuld in het kerkelijk lev<strong>en</strong> van<br />

de 16e <strong>en</strong> 17e eeuw. Het is vrij zeker dat beid<strong>en</strong> ooit confraters war<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> Duits jezuïet<strong>en</strong> conv<strong>en</strong>t.<br />

In m<strong>en</strong>ig Duits <strong>en</strong> Zwitsers werk over kerkgeschied<strong>en</strong>is wordt e<strong>en</strong> opmerkelijke plaats ingeruimd om<br />

de verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van deze <strong>Weelde</strong>naar in e<strong>en</strong> bijzonder daglicht te stell<strong>en</strong>.<br />

Godeschalk Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> van de markantste figur<strong>en</strong> uit de Weeldse geschied<strong>en</strong>is was voorzeker Godeschalk Van d<strong>en</strong><br />

Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, lic<strong>en</strong>tiaat in de beide recht<strong>en</strong>. Omstreeks 1550 werd hij te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> als zoon<br />

van Bartholomeus <strong>en</strong> Catharina Janss<strong>en</strong>s, alias Smeyers. Vader Bartel was in 1517 ingeschrev<strong>en</strong> aan<br />

de universiteit van Leuv<strong>en</strong> <strong>en</strong> verlatijnste zijn famili<strong>en</strong>aam in "De Nova Domo", e<strong>en</strong> gebruik in die tijd.<br />

Godeschalk trad in bij de Norbertijn<strong>en</strong> van Tongerlo op e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t dat de abdij e<strong>en</strong> rampspoedige<br />

periode doorworstelde. Aanvankelijk was hij er cellier, maar in 1580 werd hij door de prelaat naar de<br />

hogeschool van Parijs gezond<strong>en</strong>, waar hij in 1583 promoveerde.<br />

Philips II, koning van Spanje <strong>en</strong> heerser over de Nederland<strong>en</strong>, richtte in 1559 nieuwe bisdomm<strong>en</strong> op<br />

in de Nederland<strong>en</strong>, o.a. Mechel<strong>en</strong>, Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> 's-Hertog<strong>en</strong>bosch. Om de oprichting te bekostig<strong>en</strong><br />

moest<strong>en</strong> rijke abdij<strong>en</strong> hun bezit <strong>en</strong> zelfstandigheid prijsgev<strong>en</strong>. De abdij van Affligem moest opdraai<strong>en</strong><br />

voor Mechel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Tongerlo voor 's-Hertog<strong>en</strong>bosch. De abdij van Tongerlo werd zelfs geïncorporeerd<br />

of ingelijfd bij de bisschopstafel, zodat de bisschop van 's-Hertog<strong>en</strong>bosch terzelfdertijd abt van<br />

Tongerlo werd <strong>en</strong> over rijke inkomst<strong>en</strong> beschikte. Niet alle Wither<strong>en</strong> van Tongerlo berustt<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wel<br />

in deze toestand. Vanzelfsprek<strong>en</strong>d stond<strong>en</strong> de Norbertijn<strong>en</strong> in twee kamp<strong>en</strong>: de onverschillig<strong>en</strong>, de<br />

voorstanders van de incorporatie <strong>en</strong> de teg<strong>en</strong>standers, bij wie Godeschalk Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong><br />

behoorde. Hij trad op als e<strong>en</strong> groot diplomaat <strong>en</strong> het is mede dank aan zijn m<strong>en</strong>igvuldige relaties,<br />

interv<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> reiz<strong>en</strong> dat na 30 jaar incorporatie, Tongerlo zijn zelfstandigheid heroverde. E<strong>en</strong> eerste<br />

smeekschrift dat aan Alexander Farnese werd overhandigd, om door te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> naar het Spaanse Hof<br />

<strong>en</strong> waarin de scheiding werd aangevraagd tuss<strong>en</strong> Tongerlo <strong>en</strong> 's-Hertog<strong>en</strong>bosch, k<strong>en</strong>de ge<strong>en</strong> succes.<br />

Daarom begaf Godeschalk Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> zich naar Rome <strong>en</strong> verbleef daar in 1584/1585.<br />

Hij bepleitte de scheiding met Kardinaal Boncompagni <strong>en</strong> met kardinaal Montalto, die beid<strong>en</strong> veel<br />

begrip wist<strong>en</strong> op te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> voor de z<strong>en</strong>ding van de <strong>Weelde</strong>naar. Dit blijkt uit bewaarde briefwisseling.<br />

Godeschalk vroeg ook bijstand <strong>en</strong> bemiddeling aan J.Despruets, de abt-g<strong>en</strong>eraal van de orde in<br />

Prémontré. De abt-g<strong>en</strong>eraal w<strong>en</strong>dde zijn invloed aan om de poging<strong>en</strong> van Godeschalk naar e<strong>en</strong><br />

resultaat te leid<strong>en</strong>.<br />

Met Mgr.Mirto Frangipani, de pauselijke nuntius die in Keul<strong>en</strong> verbleef, had Godeschalk duurzame<br />

kontakt<strong>en</strong> <strong>en</strong> de nuntius was ook gewonn<strong>en</strong> voor zijn doelstelling<strong>en</strong>. Uit e<strong>en</strong> brief van 26 augustus<br />

1588 bleek zijn grote g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid voor deze Norbertijn <strong>en</strong> procurator van zijn abdij. Van d<strong>en</strong><br />

Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> is zeker één van de vurigste pioniers geweest voor de ontvoogding van de abdij. Hij<br />

leidde de abdij naar e<strong>en</strong> nieuw lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> wist ze van de algehele ontreddering te vrijwar<strong>en</strong> in


december 1589. Wanneer in 1590 e<strong>en</strong> nieuwe abt gekoz<strong>en</strong> moest word<strong>en</strong> werd de <strong>Weelde</strong>naar als<br />

e<strong>en</strong> woelmaker betiteld die niet in aanmerking mocht kom<strong>en</strong> voor de waardigheid van abt. Hij werd op<br />

9 juni 1593 pastoor van de parochie Waalwijk in Nederland. Op 21 mei 1599 werd hij b<strong>en</strong>oemd tot<br />

proost van de Sint-Sulpitiuskerk van Diest. E<strong>en</strong> proost was de geestelijke bestuurder van e<strong>en</strong> kapittel<br />

dat doorgaans meerdere priesters telde. De heilige Joannes Berchmans sleet zijn eerste lev<strong>en</strong>sjar<strong>en</strong><br />

onder het herderschap van Godeschalk, want Joannes Berchmans werd in de Sint-Sulpitiuskerk<br />

gedoopt op 14 maart 1599. In de zomer van 1604 was in Diest de pest uitgebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 8 september<br />

van datzelfde jaar sloeg<strong>en</strong> Hollandse ruiterb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> hun t<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op voor de mur<strong>en</strong> van de stad Diest.<br />

E<strong>en</strong> tijdje later nesteld<strong>en</strong> zich 2000 Spaanse ruiters, die ge<strong>en</strong> soldij meer ontving<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong> de stad.<br />

Deze troep<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> Diest overrompel<strong>en</strong> <strong>en</strong> plunder<strong>en</strong> <strong>en</strong> Proost Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong> liet de<br />

gewap<strong>en</strong>de gild<strong>en</strong> <strong>en</strong> ambacht<strong>en</strong> zich verschans<strong>en</strong> in de Sint-Sulpitiuskerk. Door zijn toedo<strong>en</strong> bleef<br />

de gevreesde botsing uit. In september 1607 woedde de pest zo vreselijk in Diest dat de Spaanse<br />

muiters op de vlucht sloeg<strong>en</strong>. Godeschalk werd ook door deze ziekte besmet <strong>en</strong> in afzondering<br />

gebracht. In die afzondering stierf hij te Diest in 1607 op 2 oktober, om acht uur 's avonds. Andere<br />

geestelijk<strong>en</strong> uit de periode 1400-1800, kan je vind<strong>en</strong> in de bijdrage "Weeldse universitair<strong>en</strong> van de<br />

15e tot <strong>en</strong> met de 18e eeuw".<br />

2. Bek<strong>en</strong>de geestelijk<strong>en</strong> uit de 19e <strong>en</strong> 20e eeuw<br />

A. Overled<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

Jacobus Bax<br />

Deze roemrijke zoon van de kerk werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 26 juni 1824 als zoon van Joannes<br />

Petrus Bax <strong>en</strong> Maria Christina Oom<strong>en</strong>. Aanvankelijk was hij werkzaam op de boerderij van zijn ouders<br />

tot hij op twintigjarige leeftijd aan zijn latijnse studies begon. Na zijn priesterwijding te Mechel<strong>en</strong> op 17<br />

december 1853 werd hij op 12 augustus 1854 tot onderpastoor van Scherp<strong>en</strong>heuvel aangesteld. In<br />

1860 werd door het verdrag van Peking China op<strong>en</strong>gesteld voor de European<strong>en</strong> <strong>en</strong> vele Europese<br />

missionariss<strong>en</strong> vertrokk<strong>en</strong> naar China. In 1862 werd in Scheut e<strong>en</strong> missiecongregatie opgericht <strong>en</strong><br />

Jacobus Bax was één van de eerste led<strong>en</strong> van die congregatie.<br />

Met toestemming van de aartsbisschop trad hij in het noviciaat op 6 juli 1863 <strong>en</strong> op 25 augustus 1865<br />

werd hij overste van het missiehuis van Scheut. Op 13 augustus 1871 verliet hij familie <strong>en</strong> vaderland<br />

om zich op te offer<strong>en</strong> voor de bekering van de heid<strong>en</strong><strong>en</strong> in Mongolië, want hij was op 21 mei 1871 tot<br />

apostolisch provicaris van Mongolië b<strong>en</strong>oemd. Door paus Piux IX werd hij tot bisschop gekoz<strong>en</strong> (28<br />

oktober 1874: bisschop van Adras) <strong>en</strong> als eerste z<strong>en</strong>deling van Scheut tot bisschop gewijd op 6 juni<br />

1875 in Si-Wan-Dze. Op zijn aanvraag werd het bisdom Mongolië in drie vikariat<strong>en</strong> gesplitst <strong>en</strong> in<br />

1883 kreeg Monseigneur Bax Midd<strong>en</strong>-Mongolië toegewez<strong>en</strong>. Op 9 september 1893 werd Mgr.Bax<br />

officier in de orde van Leopold. Zijn devies was: "Cor meum vigilat". (Mijn hart waakt). E<strong>en</strong>voud <strong>en</strong><br />

liefde tot de arm<strong>en</strong> war<strong>en</strong> trouw<strong>en</strong>s zijn grootste deugd<strong>en</strong>. Op 4 januari 1895 overleed hij te Si-Ying-<br />

Dze t<strong>en</strong>gevolge van e<strong>en</strong> hers<strong>en</strong>vliesontsteking. Zijn laatste woord<strong>en</strong> war<strong>en</strong>: "vaarwel, ik ga waarhe<strong>en</strong><br />

God mij roept". Per testam<strong>en</strong>t besliste Monseigneur Bax, dat heel zijn bezit zou toekom<strong>en</strong> aan zijn<br />

broer Mathijs Bax. Het missiehuis van Scheut waarvan Mgr.Bax de eerste overste <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aar was,<br />

werd geërfd door zijn broer. Mathijs betaalde hiervoor de successierecht<strong>en</strong>, maar <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> later<br />

schonk hij aan Scheut het eig<strong>en</strong>dom terug. Scheut betaalde de successierecht<strong>en</strong> weer aan Mathijs<br />

Bax. E<strong>en</strong> uitgebreide studie over Mgr.Bax versche<strong>en</strong> reeds in 1911.<br />

Jan Bax<br />

De oudste broer van Monseigneur Bax, Jan Bax, was Redemptorist. Hij werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op<br />

14 januari 1817 <strong>en</strong> hij studeerde in Amerika. Er is weinig over hem bek<strong>en</strong>d, <strong>en</strong>kel drie briev<strong>en</strong>, die hij<br />

aan bek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> schreef, word<strong>en</strong> nog in het kerkarchief van Poppel bewaard. Hij stierf, zoals zijn neef<br />

J.Bax aan de pastoor van <strong>Weelde</strong> getuigde: "...onder de missie der Indian<strong>en</strong> te St.-Louis in Amerika".<br />

Hij verdwe<strong>en</strong> er tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> missietocht <strong>en</strong> m<strong>en</strong> dacht dat hij door ber<strong>en</strong> werd verslond<strong>en</strong>.<br />

Willem Pelkmans


Willem Pelkmans werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 26 januari 1844. Hij trad in de orde van de<br />

Minderbroeders op 30 oktober 1871 <strong>en</strong> werd geprofest op 31 oktober 1872. Willem werd priester<br />

gewijd op 7 juni 1879 <strong>en</strong> overleed in het klooster te Turnhout op 17 juli 1919.<br />

Carolus de Bont<br />

Carolus de Bont werd gebor<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> op 10 juni 1846. Te Mechel<strong>en</strong> werd hij priester gewijd op 23<br />

december 1871. Hij werd onderpastoor te Sint-Job op 25 januari 1872 <strong>en</strong> onderpastoor te Ukkel op 10<br />

maart 1878. Carolus werd pastoor te Strijtem op 26 juli 1884 <strong>en</strong> overleed daar op 30 januari 1898.<br />

H<strong>en</strong>ricus Petrus Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

H<strong>en</strong>ricus Petrus Van Eyndhov<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 7 april 1849. Hij werd priester gewijd te<br />

Mechel<strong>en</strong> op 23 december 1876 <strong>en</strong> werd op 19 januari 1877 onderpastoor te Pamel. Daar werd hij<br />

ook pastoor op 20 juni 1890. In deze parochie overleed H<strong>en</strong>ricus op 3 januari 1926.<br />

Ludovicus Bols<br />

Ludovicus Bols werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 17 februari 1852. Hij werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op<br />

18 september 1875 <strong>en</strong> werd <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> later, op 10 oktober 1875, co-adjutor te Deurne. Ludovicus<br />

werd pastoor van deze parochie op 20 september 1883, echter niet voor lang, want ondermijnd door<br />

ziekte stierf hij er op 5 februari 1884.<br />

Augustinus Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

Augustinus Van Eyndhov<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 7 mei 1862 <strong>en</strong> hij overleed te Berlaar op 3<br />

april 1926. Zie voor hem bij: onderpastoors van <strong>Weelde</strong><br />

Petrus Wijgerde<br />

Petrus Wijgerde werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 3 juli 1863. Hij werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op 22<br />

september 1888 <strong>en</strong> hij werd co-adjutor te Houwaart op 28 september 1888. Vervolg<strong>en</strong>s werd hij<br />

onderpastoor te Vollezele, Lillo <strong>en</strong> Meerhout <strong>en</strong> op 14 oktober 1909 werd Petrus Wijgerde pastoor te<br />

Schoonbroek. Hier gaf hij zijn ontslag op 31 juli 1928, waarna hij aalmoez<strong>en</strong>ier werd van het<br />

prev<strong>en</strong>torium te Ravels. Te Ravels overleed hij op 1 juni 1943.<br />

Jacobus Van Loon<br />

Jacobus Van Loon werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 6 maart 1866. Hij werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op<br />

4 januari 1891 <strong>en</strong> op 30 januari 1891 werd hij onderpastoor van Sint Lambertus. Jacobus was nog<br />

onderpastoor van Sint-Amandus vanaf 28 januari 1896. Op 9 mei 1900 werd hij pastoor van het<br />

H.Hart. Hij overleed te Antwerp<strong>en</strong> op 26 april 1931.<br />

Jan Baptist Schats<br />

Jan Baptist Schats werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 20 augustus 1870 als zoon van Norbert Schats <strong>en</strong><br />

Josephina Marinus. Hij trad in de orde van de paters van de H.Hart<strong>en</strong> (Picpus). Hij werd ingekleed op<br />

19 maart 1893 <strong>en</strong> geprofest te Leuv<strong>en</strong> op 5 oktober 1894. Hier begon hij aan zijn filosofische studies.<br />

Van 1896 tot 1898 was hij leraar aan het Damiaancollege te Aarschot. Jan Baptist werd op 23<br />

december 1899 te Mechel<strong>en</strong> tot priester gewijd. Na zijn priesterwijding was hij twee jaar directeur van<br />

het Dami<strong>en</strong>-Institute te Birmingham in Engeland. Op 10 oktober 1903 vertrok hij met de "Kroonland"<br />

vanuit Antwerp<strong>en</strong> naar Hawaï. Pater Schats had als kloosternaam: Edmond. Zijn eerste post was<br />

Waiohinu op het groot eiland <strong>en</strong> daarna verbleef hij te Wailuku op het eiland Maui. In 1908 volgde hij<br />

pater Clem<strong>en</strong>s Evrard op als pastoor van de Portugese nederzetting: "Our Lady of the Mount". Pater<br />

Schats had ge<strong>en</strong> pastorie <strong>en</strong> verbleef in het weeshuis van Kalihi op Honolulu. Na 27 jaar pastoraat<br />

was zijn gezondheid geknakt <strong>en</strong> in 1934 werd hij kapelaan van het "Sint-Antoniushome" te Honolulu.


In dit weeshuis verbleef hij nog 17 jaar <strong>en</strong> hij overleed daar op 23 april 1951. Pater Schats heeft e<strong>en</strong><br />

vruchtbaar lev<strong>en</strong> geleid t<strong>en</strong> bate van de minderbedeelde ev<strong>en</strong>m<strong>en</strong>s!<br />

H<strong>en</strong>ri Verhey<strong>en</strong><br />

H<strong>en</strong>ri Verhey<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 28 december 1872. Hij werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong><br />

in 1901; werd onderpastoor van Sint-Jacobus op de Caud<strong>en</strong>berg te Brussel <strong>en</strong> ging op rust te<br />

Etterbeek. Hier overleed hij op 22 april 1952.<br />

Jozef Van Rillaer<br />

Jozef Van Rillaer werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 15 oktober 1874. Hij werd ingekleed bij de orde van de<br />

Minderbroeders-Capucijn<strong>en</strong> op 16 september 1893 <strong>en</strong> werd e<strong>en</strong>voudig geprofest op 17 september<br />

1894. Hij werd plechtig geprofest op 17 september 1897 <strong>en</strong> priester gewijd op 26 augustus 1900.<br />

Pater Faustinus overleed, nadat hij zijn diamant<strong>en</strong> kloosterjubileum had mog<strong>en</strong> vier<strong>en</strong>, te Her<strong>en</strong>tals op<br />

9 juni 1958.<br />

Jan Baptist Verhey<strong>en</strong><br />

Jan Baptist Verhey<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 29 september 1875. Hij werd priester gewijd te<br />

Mechel<strong>en</strong> op 24 september 1898. Hij behaalde in juli 1900 het bachalaureaat in de Godgeleerdheid <strong>en</strong><br />

werd op 17 september 1900 tot onderpastoor van de Rijke Clar<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd te Brussel. Jan Baptist<br />

werd pastoor-dek<strong>en</strong> van Zoutleeuw op 4 juli 1913. Hij overleed op 2 juni 1920.<br />

Theodoor Swaan<br />

Theodoor Swaan werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 28 juli 1876. Hij werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op 1<br />

juni 1901 <strong>en</strong> werd co-adjutor te Hofstade op 21 oktober 1901. Daarna werd hij onderpastoor te<br />

Mechel<strong>en</strong> Sint-Pieters op 20 december 1901 <strong>en</strong> pastoor te Merksplas op 31 januari 1927. Hier nam hij<br />

ontslag op 8 december 1944 <strong>en</strong> overleed te Turnhout op 18 maart 1946.<br />

Karel Kol<strong>en</strong><br />

Karel Kol<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 22 december 1878. Hij werd priester gewijd op 19 april 1903<br />

<strong>en</strong> hij werd op 22 april tot leraar b<strong>en</strong>oemd aan het Sint-Gummaruscollege te Lier. Karel werd op 14<br />

september 1907 leraar aan het Klein Seminarie te Hoogstrat<strong>en</strong>. Hij was verder pastoor van <strong>Weelde</strong>-<br />

Statie van 23 december 1928 tot aan zijn sterfdag op 1 oktober 1940.<br />

Theodorus Franciscus Verhey<strong>en</strong><br />

Theodorus Verhey<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 10 juni 1878. Hij werd priester gewijd op 6 juni 1903<br />

<strong>en</strong> hij werd op 30 juni 1904 tot onderpastoor te Buizing<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd. Te Meer werd Theodoor<br />

onderpastoor op 27 februari 1907 <strong>en</strong> pastoor te Zammel-Geel op 9 januari 1930. Hier overleed hij op<br />

19 juli 1934.<br />

Jozef Segers<br />

Jozef Segers werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 1 januari 1879. Hij werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op 28<br />

mei 1904. Op 20 oktober van 't zelfde jaar werd hij leraar aan het Sint-Norbertuscollege te Antwerp<strong>en</strong>.<br />

Op 1 augustus 1909 werd hij onderpastoor in de Sint-Paulusparochie van Antwerp<strong>en</strong>. Jozef Segers<br />

werd pastoor van Wilrijk Sint-Bavo op 9 september 1928. Hij overleed te Veerle op 13 juli 1962.<br />

Hubert Jozef Verschuer<strong>en</strong><br />

Jozef werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 3 november 1886. Hij deed zijn intrede bij de paters van de Heilige<br />

Hart<strong>en</strong> (Picpus). Hij werd geprofest te Kortrijk op 21 april 1907 <strong>en</strong> priester gewijd op 30 juli 1911. Jozef


vertrok naar Hawaï op 27 februari 1923 <strong>en</strong> hij was daar pastoor van de Sacram<strong>en</strong>tskerk van Pauda op<br />

Honolulu. Hij overleed daar op 1 maart 1939.<br />

Louis Vloemans<br />

Louis Vloemans werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 10 oktober 1890. Hij werd priester gewijd te Mechel<strong>en</strong> op<br />

20 september 1913. Hij werd vervolg<strong>en</strong>s aalmoez<strong>en</strong>ier bij het Belgisch leger, leraar aan het klein<br />

seminarie te Mechel<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 15 september 1919 leraar aan het Sint-Jan-Berchmanscollege te<br />

Antwerp<strong>en</strong>. Hij overleed te <strong>Weelde</strong> op 14 januari 1920. Louis Vloemans was dokter in de Wijsbegeerte<br />

<strong>en</strong> de Godgeleerdheid.<br />

H<strong>en</strong>ri Bax<br />

H<strong>en</strong>ri Bax werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 18 juni 1898. Hij legde zijn eerste geloft<strong>en</strong> af te Scheut op 8<br />

september 1920. Hij werd priester gewijd op 23 september 1923 <strong>en</strong> vertrok naar de missies van<br />

Leopoldstad op 3 september 1924. Pater H<strong>en</strong>ri Bax overleed te Kinshasa op 25 juni 1972.<br />

H<strong>en</strong>ri Cornelius Heyns<br />

H<strong>en</strong>ri Cornelius "Salesiaan van Don Bosco" werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 5 mei 1910. Hij trad in te<br />

Groot-Bijgaard<strong>en</strong> op 24 augustus 1943, werd er geprofest op 2 september 1944 <strong>en</strong> was assist<strong>en</strong>t te<br />

Hechtel van 1946 tot 1948. H<strong>en</strong>ri werd priester gewijd te Oud-Heverlee op 29 juni 1951. Hij was<br />

econoom, sacrista <strong>en</strong> ziek<strong>en</strong>verzorger te Sint-Pieters-Woluwe van 1952 tot 1958 <strong>en</strong> aalmoez<strong>en</strong>ier te<br />

Wijnegem van 1968 tot 1969. Te Sint-Pieters-Woluwe was hij andermaal sacrista <strong>en</strong> ziek<strong>en</strong>verzorger<br />

van 1969 tot 1972. Pater Heyns overleed te Turnhout op 20 augustus 1972.<br />

Jan Segers<br />

Jan Segers werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 29 april 1932. Hij werd priester gewijd op 23 september 1956.<br />

Van 1956 tot 1968 was hij leraar aan het Sint-Jan-Berchmanscollege te Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> hij overleed<br />

daar op 20 februari 1968.<br />

Jacobus Bros<strong>en</strong>s<br />

Jacobus Bros<strong>en</strong>s werd op 28 juli 1889 gebor<strong>en</strong> <strong>en</strong> trad in bij de Congregatie van de H.Geest onder de<br />

kloosternaam van Broeder Michel. Hij werd geprofest te <strong>Weelde</strong>-Statie op 9 juni 1919 <strong>en</strong> hij legde<br />

daar zijn eeuwige geloft<strong>en</strong> af op 16 januari 1923. Acht jaar was hij missionaris in Oost-Afrika <strong>en</strong> hij<br />

sprak vloei<strong>en</strong>d zev<strong>en</strong> tal<strong>en</strong>. Graag studeerde hij op bijbelse tekst<strong>en</strong> in Hebreeuws geschrift <strong>en</strong> hij<br />

vertaalde "De Witte" van Ernest Claes in het Hebreeuws. Hij overleed te Lier op 14 augustus 1953 <strong>en</strong><br />

hij werd begrav<strong>en</strong> op 18 augustus te <strong>Weelde</strong>-Statie.<br />

Frans Janss<strong>en</strong><br />

Frans Janss<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 24 juli 1887. Hij trad in bij de Minderbroeders te Turnhout<br />

op 3 april 1912. Zijn kloosternaam was broeder Simon. Vijftig jaar lang was hij te Leuv<strong>en</strong> portier <strong>en</strong><br />

bedelbroeder. De laatste 2 jar<strong>en</strong> verbleef hij te Mechel<strong>en</strong>, waar hij op 23 augustus 1973 overleed.<br />

Frans Janss<strong>en</strong> was klein van gestalte <strong>en</strong> hij schertste: "Als het waar is dat de deur van de hemel laag<br />

is, is ze naar mijn maat!"<br />

Maria Catharina H<strong>en</strong>drickx<br />

M.C.H<strong>en</strong>drickx werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 9 oktober 1835. Ze werd geprofest bij de Zusters<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Ar<strong>en</strong>donk op 30 april 1863. Haar kloosternaam was: Zuster Maria Josephine. Ze<br />

overleed te Ar<strong>en</strong>donk op 28 maart 1925.<br />

Maria Dymphna H<strong>en</strong>drickx


Maria Dymphna H<strong>en</strong>drickx werd op 22 oktober 1837 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze werd geprofest bij de<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Ar<strong>en</strong>donk op 2 juli 1860. Haar kloosternaam was Zuster Maria Antonia. Ze<br />

overleed te Ar<strong>en</strong>donk op 23 november 1929.<br />

Dymphna Pelkmans<br />

Dymphna Pelkmans werd op 4 april 1839 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze werd geprofest bij de<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Ar<strong>en</strong>donk op 9 april 1861. Haar kloosternaam was Zuster Maria Elisabeth.<br />

Dymphna overleed te Ar<strong>en</strong>donk op 21 mei 1919.<br />

Joanna Catharina Hopp<strong>en</strong>brouwers<br />

Joanna Catharina Hopp<strong>en</strong>brouwers werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 16 februari 1839 <strong>en</strong> ze werd<br />

geprofest op het Begijnhof te Turnhout op 26 februari 1878 <strong>en</strong> ze overleed daar op 21 februari 1919.<br />

Maria Pelkmans<br />

Maria Pelkmans werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 14 september 1841. Ze werd geprofest bij de<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Ar<strong>en</strong>donk op 12 september 1861. Haar kloosternaam was Zuster Agnes <strong>en</strong> ze<br />

was ruim dertig jaar novic<strong>en</strong>meesteres. Maria overleed te Ar<strong>en</strong>donk op 4 april 1921.<br />

Josephina Bols<br />

Josephina Bols werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 15 december 1841. Ze trad in het klooster op 22<br />

september 1863 onder de naam van Zuster Lucia. Ze werd geprofest op 10 januari 1866 <strong>en</strong> overleed<br />

te Her<strong>en</strong>tals in het O.L.Vrouw Gasthuis op 26 juli 1883.<br />

Philom<strong>en</strong>a de Bont<br />

Philom<strong>en</strong>a de Bont werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 6 juli 1843 <strong>en</strong> ze werd geprofest in het Begijnhof te<br />

Turnhout op 21 september 1909. Ze overleed daar op 1 mei 1919.<br />

Maria Catharina Van Loon<br />

Maria Catharina Van Loon werd op 20 november 1847 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze werd geprofest bij de<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Ar<strong>en</strong>donk op 7 januari 1868. Haar kloosternaam was: Zuster Clara. Maria<br />

Catharina Van Loon overleed na twee jaar kloosterlev<strong>en</strong> te Ar<strong>en</strong>donk op 2 november 1869.<br />

Martina Huybs<br />

Zuster Martina Huybs werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 11 september 1854. Ze werd geprofest in het<br />

begijnhof te Turnhout op 21 februari 1881 <strong>en</strong> ze overleed daar op 15 november 1927.<br />

Anna Maria Martina Schats<br />

Anna Maria Martina Schats werd op 27 december 1862 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Zij trad in bij de Zusters<br />

Apostelinn<strong>en</strong> te Antwerp<strong>en</strong> op 15 augustus 1892 met de kloosternaam Zuster Augustina. Ze werd<br />

geprofest op 2 april 1895 <strong>en</strong> overleed te Sint-Pieters-Lille op 3 februari 1924.<br />

Joanna Bols<br />

Joanna Bols werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 11 september 1866. Ze werd geprofest in het Gasthuis te<br />

Diest op 4 oktober 1895 <strong>en</strong> zij nam de kloosternaam aan van Zuster Anna. Ze overleed te Diest op 26<br />

december 1936.<br />

Adriana Cornelia Van Hees


Adriana Cornelia Van Hees werd op 17 oktober 1868 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze trad in bij de Zusters van<br />

Sint Vinc<strong>en</strong>tius à Paulo te Deftinge met de kloosternaam Moeder Maria Catharina. Zij werd geprofest<br />

op 17 december 1891 <strong>en</strong> overleed in het Godshuis te Grobb<strong>en</strong>donk op 16 maart 1930.<br />

Joanna Verbeek<br />

Joanna Verbeek werd op 9 augustus 1868 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze trad in als Zuster Francisca bij het<br />

Gasthuis te Her<strong>en</strong>tals op 15 april 1896. Ze werd er geprofest op 19 juli 1897 <strong>en</strong> overleed er op 20 april<br />

1930.<br />

Cornelia de Bont<br />

Cornelia de Bont werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 19 juli 1871 <strong>en</strong> ze trad in bij de Zusters van Huld<strong>en</strong>berg<br />

op 18 juni 1892. Ze werd geprofest op 1 september 1894 <strong>en</strong> ze overleed op 23 december 1957. Haar<br />

kloosternaam was Zuster Silvina.<br />

Eug<strong>en</strong>ia Cornelia Peeters<br />

Eug<strong>en</strong>ia Cornelia Peeters werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 13 augustus 1872. Ze trad in bij de Zusters van<br />

de H.Drievuldigheid <strong>en</strong> had de kloosternaam Zuster Clara. Ze overleed te Bast<strong>en</strong>ak<strong>en</strong> op 8 maart<br />

1919.<br />

Anna Verbeek<br />

Anna Verbeek werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 1 oktober 1874. Ze werd ingekleed bij de Zusters<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Her<strong>en</strong>tals op 8 december 1896 <strong>en</strong> ze werd er geprofest op 4 januari 1898. Haar<br />

kloosternaam was Zuster Maria Hubertina. Anna overleed te Her<strong>en</strong>tals op 14 november 1951.<br />

Maria Josephina Bols<br />

Maria Josephina Bols werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 5 mei 1877. Zij werd aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het<br />

O.L.Vrouwe Gasthuis te Mechel<strong>en</strong> op 4 november 1902 <strong>en</strong> nam de kloosternaam aan van Zuster<br />

Odrada. Ze werd geprofest op 7 juni 1904 <strong>en</strong> overleed er op 30 september 1916.<br />

Maria Catharina Van Gils<br />

Maria Catharina Van Gils werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 17 november 1878. Ze trad in bij de Zusters van<br />

Vorselaar op 21 september 1903 <strong>en</strong> nam de kloosternaam aan van Zuster Agatha. Ze werd geprofest<br />

op 10 oktober 1904 <strong>en</strong> ze overleed te Westmalle op 13 november 1959.<br />

Angelina Petronella Van der Voort<br />

Angelina Petronella Van der Voort werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 25 augustus 1878. Ze werd geprofest<br />

in het klooster van de Ursulin<strong>en</strong> te O.L.Vrouw-Waver op 29 december 1903. Haar kloosternaam was<br />

Zuster Maria Cornelia der Heilige Hart<strong>en</strong>. Ze overleed op 26 april 1929.<br />

Maria Cornelia Noy<strong>en</strong>s<br />

Maria Cornelia Noy<strong>en</strong>s werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 10 oktober 1879. Ze trad in bij de Zusters van de<br />

H.Hart<strong>en</strong> te Berlaar op 3 september 1894. Ze deed haar eeuwige beloft<strong>en</strong> op 10 september 1901 <strong>en</strong><br />

ze overleed op 25 november 1925.<br />

Anna Swaan<br />

Anna Swaan werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 25 oktober 1879. In 1901 trad zij in het klooster van de Witte<br />

Zusters van Afrika, de congregatie van Kardinaal Lavigerie <strong>en</strong> ze nam de kloosternaam van Zuster


Edmonda aan. Zij werd vereerd met de Herinneringsmedaille <strong>en</strong> het Overwinningskruis 1914-1918 <strong>en</strong><br />

met het Ged<strong>en</strong>ktek<strong>en</strong> van het Rood Kruis van Koningin Elisabeth. Ze overleed te Brugge op 17<br />

september 1965.<br />

Maria Theresia Van de Wouwer<br />

Maria Theresia Van de Wouwer werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 27 mei 1885. Ze trad in bij de Zusters<br />

Franciscaness<strong>en</strong> Missionariss<strong>en</strong> van Maria <strong>en</strong> had als kloosternaam Zuster Maria Bernardina. Ze<br />

overleed te Brugge op 31 oktober 1959.<br />

Louisa Van de Pol<br />

Louisa Van de Pol werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 25 december 1886 <strong>en</strong> ze trad binn<strong>en</strong> bij de Zusters<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Her<strong>en</strong>tals. Ze verbleef vele jar<strong>en</strong> in de missies van Zaire <strong>en</strong> ze overleed te<br />

Her<strong>en</strong>tals op 30 december 1968. Haar kloosternaam was Zuster Livina.<br />

Maria Josephina Vloemans<br />

Maria Josephina Vloemans werd op 4 november 1888 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze werd geprofest op 20<br />

april 1914 <strong>en</strong> heette Zuster Odrada. Zij overleed in 't gesticht van de H.Ludovicus te St.-Niklaas op 14<br />

oktober 1918.<br />

Theresia Dick<strong>en</strong>s<br />

Theresia Dick<strong>en</strong>s werd op 6 december 1890 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze werd geprofest bij de Zusters<br />

Franciscaness<strong>en</strong> te Ar<strong>en</strong>donk op 13 maart 1932. Haar kloosternaam was Zuster Clara. Ze overleed te<br />

Ar<strong>en</strong>donk op 8 mei 1980.<br />

Theresia Van Loon<br />

Theresia Van Loon werd op 1 oktober 1890 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Zij trad in bij de Zusters van Liefde<br />

van Jezus <strong>en</strong> Maria met de kloosternaam Zuster Maria Malachie. Ze werd geprofest op 15 januari<br />

1920 <strong>en</strong> overleed op 1 juli 1952.<br />

Maria Ludovica Van Rillaer<br />

Maria Ludovica Van Rillaer werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 18 december 1892. Ze werd geprofest bij de<br />

Zwartzusters van Mechel<strong>en</strong> op 10 mei 1921 <strong>en</strong> overleed op 23 februari 1960. De kloosternaam was<br />

Zuster Maria Theresia.<br />

Ida Heyns<br />

Ida Heyns werd op 3 mei 1892 te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>. Ze trad in bij de Liefdezusters van de Verrez<strong>en</strong><br />

Zaligmaker <strong>en</strong> had als kloosternaam Zuster G<strong>en</strong>oveva. Ida werd geprofest op 1 februari 1915 <strong>en</strong><br />

overleed in het Sint Vinc<strong>en</strong>tiusgesticht te Sint Niklaas op 20 mei 1933.<br />

Maria Van de Laar<br />

Maria Van de Laar werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 24 september 1893 <strong>en</strong> ze trad in bij de Zusters van<br />

Berlaar op 2 februari 1916. Hier werd ze geprofest op 17 september 1918. Ze overleed te Wolfsdonk-<br />

Langdorp op 14 juni 1978. Haar kloosternaam was Zuster Bibiana.<br />

Antoinette Kol<strong>en</strong>


Antoinette Kol<strong>en</strong> werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 29 mei 1893 <strong>en</strong> zij trad in bij de Gasthuiszusters<br />

Augustiness<strong>en</strong> te Mechel<strong>en</strong> op 3 april 1913. Daar overleed zij op 2 december 1968. Haar<br />

kloosternaam was Zuster Agatha.<br />

Wilhelmina De Rijck<br />

Ze werd gebor<strong>en</strong> te Diess<strong>en</strong> op 23 augustus 1898. Wilhelmina trad binn<strong>en</strong> bij de Gasthuiszusters<br />

Augustiness<strong>en</strong> te Mechel<strong>en</strong> op 9 mei 1922. Ze werd geprofest in 1927 <strong>en</strong> ze overleed te Mechel<strong>en</strong> op<br />

6 maart 1978. Haar kloosternaam was Zuster Dominica.<br />

Maria Christina Van Hees<br />

Maria Christina Van Hees werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 16 februari 1902. Als jonge religieuze vertrok<br />

ze in 1929 naar China, waar ze te Shangai werd geprofest op 14 maart 1930. Ze werkte 46 jaar in het<br />

verre Oost<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>ste van de zieke <strong>en</strong> noodlijd<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> dit in vaak moeilijke<br />

omstandighed<strong>en</strong>. Zij was de laatste religieuze die missiearbeid verrichtte in China. De kracht daarvoor<br />

putte ze in het gebed <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> innig verbond<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> met de Heer. Ze overleed te Gooreind-<br />

Wuustwezel op 23 oktober 1980.<br />

Leonie Geerts<br />

Leonie Geerts werd te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 5 juni 1917 <strong>en</strong> ze trad in bij de Zwartzusters van Overijse-<br />

Mechel<strong>en</strong> op 8 september 1942. Zij verbond zich door professie aan die geme<strong>en</strong>schap op 8 augustus<br />

1944. Zuster Geerts overleed op 26 augustus 1977.<br />

B. Weeldse geestelijk<strong>en</strong> nog in lev<strong>en</strong><br />

1. Aloïs Vloemans Paters van de H.Geest<br />

2. Jan Sels Paters van de H.Geest<br />

3. Louis Broeckx Paters van de H.Geest<br />

4. H<strong>en</strong>ri Maes Paters Passionist<strong>en</strong><br />

5. August Sels Paters Minderbroeders-Capucijn<strong>en</strong><br />

6. Marijn Geerts Paters Minderbroeders-Capucijn<strong>en</strong><br />

7. Jos Van Hees Witte Paters van Afrika<br />

8. Karel Clé Missionariss<strong>en</strong> van Scheut<br />

9. Adriaan H<strong>en</strong>drikx Paters van de Heilige Hart<strong>en</strong>, Picpus<br />

10. Jozef Slegers Paters van de Heilige Hart<strong>en</strong>, Picpus<br />

11. August Bax Priester van het bisdom<br />

12. André D<strong>en</strong>ijs Priester van het bisdom<br />

13. Jos Van Beek Priester van het bisdom<br />

14. Roger Vaernewijck Priester van het bisdom<br />

15. Jos Frans<strong>en</strong> Priester van het bisdom<br />

16. Clem<strong>en</strong>tine Maes Zusters Missionariss<strong>en</strong> De Jacht, Heverlee<br />

17. Carolina Boermans Zusters Missionariss<strong>en</strong> De Jacht, Heverlee<br />

18. Maria Vloemans Zusters Missionariss<strong>en</strong> De Jacht, Heverlee<br />

19. Elisa Van Loon Zusters Missionariss<strong>en</strong> De Jacht, Heverlee<br />

20. Louise Mert<strong>en</strong>s Zusters Missionariss<strong>en</strong> De Jacht Heverlee<br />

21. Irma Verhey<strong>en</strong> Zusters Missionariss<strong>en</strong> De Jacht Heverlee<br />

22. Josephine Huysmans Zusters van het Conv<strong>en</strong>t van Bethlehem, Duffel<br />

23. Catharina Van de Pol Zusters van het Conv<strong>en</strong>t van Bethlehem, Duffel<br />

24. Jeanne Vloemans Zusters van het Conv<strong>en</strong>t van Bethlehem, Duffel<br />

25. Emma Bax Zusters Franciscaness<strong>en</strong>, Her<strong>en</strong>tals<br />

26. Julia Van Beek Zusters Franciscaness<strong>en</strong>, Her<strong>en</strong>tals<br />

27. Elisa Somm<strong>en</strong> Zusters van Vorselaar<br />

28. Maria Abbeel Zusters van Vorselaar<br />

29. Theresia Abbeel Zusters van Vorselaar<br />

30. Jeanne Geerts Zusters van Vorselaar<br />

31. Mathilde Boer<strong>en</strong> Zusters van Vorselaar<br />

32. Leonie Slegers Zusters van Vorselaar


33. Josephine Van der Moer<strong>en</strong> Zusters van Vorselaar<br />

34. Elisa Pelkmans Zusters van het Heilig Graf, Turnhout<br />

35. Aline Boer<strong>en</strong> Zusters van het Heilig Graf, Turnhout<br />

36. Maria Verhey<strong>en</strong> Zusters van het Heilig Hart van Maria, 's-Grav<strong>en</strong>wezel<br />

37. Philom<strong>en</strong>a H<strong>en</strong>drickx Zusters Apostelinn<strong>en</strong>, Antwerp<strong>en</strong><br />

38. Maria-Christina Tackx Zusters Maria Stella, Oostmalle<br />

39. Jeanne de Bont Zusters van Liefde, G<strong>en</strong>t<br />

40. Pauline Van Beurd<strong>en</strong> Zusters Annonciad<strong>en</strong> van Huld<strong>en</strong>berg<br />

41. Louisa Laureyss<strong>en</strong> Zusters Franciscaness<strong>en</strong>, Borchtlombeek<br />

42. Julia Van d<strong>en</strong> Eynde Soeurs de la charité maternelle, Metz<br />

<strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>, e<strong>en</strong> Weeldse heilige?<br />

Bij het einde van de vorige eeuw kwam er heel wat beroering over de naam <strong>en</strong> herkomst van <strong>Nicolaus</strong><br />

<strong>Poppelius</strong>, martelaar van Gorkum, overled<strong>en</strong> op 9 juli 1572 te D<strong>en</strong> Briel in Nederland. Jar<strong>en</strong>lang<br />

hebb<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel geredetwist om de eer de H.<strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>, als inboorling te mog<strong>en</strong><br />

begroet<strong>en</strong>. De heiligverklaring van de martelar<strong>en</strong> van Gorkum had te Rome plaats in 1867 <strong>en</strong> in de<br />

bulle van heiligverklaring was te lez<strong>en</strong>: "<strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>, Welda Campinae Vico ortus", wat<br />

betek<strong>en</strong>t "uit <strong>Weelde</strong>". Voor de heiligverklaring in 1867 hadd<strong>en</strong> de gelovig<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel<br />

nooit geredetwist over de afkomst van de heilige. Onder impuls van de geestelijkheid van <strong>Weelde</strong>,<br />

ontstond daar to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stormachtige campagne om het bezit van de H.<strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>. De<br />

verering van e<strong>en</strong> heilige bracht heel wat baat bij. We d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan miss<strong>en</strong>, broederschapp<strong>en</strong>, nov<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />

processies, bedevaart<strong>en</strong>, offergav<strong>en</strong>, relikwieverering <strong>en</strong> allerhande godvruchtige aktiviteit<strong>en</strong>.<br />

Het inroep<strong>en</strong> van de voorspraak van de heilige had zeker zijn stempel gedrukt op de volksdevotie <strong>en</strong><br />

alle godsdi<strong>en</strong>stige handeling<strong>en</strong>, met veel overtuiging door de gelovig<strong>en</strong> aan de dag gelegd, zull<strong>en</strong> we<br />

ge<strong>en</strong>szins beknibbel<strong>en</strong>. Om het protest van Poppel te vergoelijk<strong>en</strong> of weg te wuiv<strong>en</strong>, werd er bij het<br />

bouw<strong>en</strong> van de <strong>Nicolaus</strong>kapel in de Hegge, rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met het feit dat Poppel toch niet op<br />

e<strong>en</strong> zijspoor kon geschov<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Poppel had <strong>Weelde</strong> ook luidkeels op de korrel g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met "de<br />

gestol<strong>en</strong> heilige". Wanneer de graafwerk<strong>en</strong> voor de kapel in de Hegge war<strong>en</strong> voltooid, werd uit Poppel<br />

de zavel aangevoerd, die m<strong>en</strong> in de groev<strong>en</strong> stortte. Zo bouwde m<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> de kapel ... op<br />

Poppelse grond! In het jaar van de heiligverklaring werd<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> grote festiviteit<strong>en</strong> op het getouw<br />

gezet. De heiligverklaring onder Paus Piux IX had plaats op 29 juni 1867. Na de dood van zouaaf<br />

Pater Cornelis Van d<strong>en</strong> Akkervek<strong>en</strong> uit Poppel stuurde Jan Baptist Paaps op 27 februari 1868 e<strong>en</strong><br />

brief naar pastoor Cools van Poppel waaruit wij volg<strong>en</strong>d fragm<strong>en</strong>t citer<strong>en</strong>: "... <strong>en</strong> daarom verzoek ik u<br />

goed aan te tek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat hij van Poppel is, want anders zou m<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> honderd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> te Raevels<br />

het feest zijner heiligverklaring wel e<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> vier<strong>en</strong>, zoo als m<strong>en</strong> verled<strong>en</strong> jaar dit van <strong>Poppelius</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong> gevierd heeft".<br />

Er bleef discussie over zijn afkomst <strong>en</strong> rond de eeuwwisseling rakelde de Weeldse onderpastoor,<br />

E.H.August Van Eyndhov<strong>en</strong> het vuur op. Van zijn hand versche<strong>en</strong> in 1900 de bijdrage: "De H.Nicolaas<br />

Jans<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, bijg<strong>en</strong>aamd <strong>Poppelius</strong>". In 1906 versche<strong>en</strong> te Diest van de Poppelse geestelijke<br />

Corneel Ruts e<strong>en</strong> brochure <strong>en</strong> deze bijdrage was e<strong>en</strong> repliek op de stelling van Van Eyndhov<strong>en</strong>. De<br />

tekst van Corneel Ruts was niet zo exclusief pro Poppel als de stelling van Van Eyndhov<strong>en</strong> pro<br />

<strong>Weelde</strong> gericht was. De e<strong>en</strong>zijdige bewijsvoering van Van Eyndhov<strong>en</strong> botste op zware kritiek van<br />

geschiedkundig<strong>en</strong>, die de zaak onpartijdig bekek<strong>en</strong>. In 1917 schreef August Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

andermaal e<strong>en</strong> antwoord van vijfti<strong>en</strong> bladzijd<strong>en</strong> op de publikatie van Corneel Ruts. Dit handschrift<br />

wordt te <strong>Weelde</strong> bewaard door Edmond Swaan. Eindelijk op 6 oktober 1921 schreef August Van<br />

Eyndhov<strong>en</strong> vanuit Berlaar, waar hij rector was van het Sint-Augustinusgesticht e<strong>en</strong> brief aan kanunnik<br />

Janss<strong>en</strong> te Turnhout. Hij liet hem wet<strong>en</strong>, dat hij er eindelijk in geslaagd was, de studie over "d<strong>en</strong><br />

heilige" naar zijn goesting te voltooi<strong>en</strong>. De publikatie is er niet meer gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> op de Weeldse<br />

bewijsvoering werd in 1922 de domper gezet. Op dat mom<strong>en</strong>t was er te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> <strong>Nicolaus</strong>-verering<br />

ingeplant <strong>en</strong> zodanig uitgebouwd, dat de "heilige" daar e<strong>en</strong> volksbezit was geword<strong>en</strong>. Van Eyndhov<strong>en</strong><br />

argum<strong>en</strong>teerde naar eig<strong>en</strong> ingeving <strong>en</strong> minder op basis van de historisch-betrouwbare dokum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

die de laatste jar<strong>en</strong> onder og<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> nieuwe aspekt<strong>en</strong> aan het licht bracht<strong>en</strong>. Wij<br />

m<strong>en</strong><strong>en</strong>, dat de passies geluwd zijn <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geoordeeld e<strong>en</strong> onbevang<strong>en</strong> visie van het probleem<br />

weer te moet<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>. Dit artikel is echter ge<strong>en</strong> volledige studie over de Heilige <strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong><br />

maar <strong>en</strong>kel e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van de belangrijkste elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. We hebb<strong>en</strong> bronn<strong>en</strong> nagekek<strong>en</strong> die<br />

door Ruts <strong>en</strong> Van Eyndhov<strong>en</strong> onvoldo<strong>en</strong>de werd<strong>en</strong> onderzocht, o.a. het kerkachief van Poppel, het


archief van de universiteit van Leuv<strong>en</strong> <strong>en</strong> het testam<strong>en</strong>t van pastoor Joannes Hubertus Loemelanus<br />

uit 1529.<br />

1. Korte lev<strong>en</strong>sschets<br />

De H.<strong>Nicolaus</strong> Jans<strong>en</strong>, bijg<strong>en</strong>aamd <strong>Poppelius</strong>, werd gebor<strong>en</strong> rond 1530. Zijn bijnaam <strong>Poppelius</strong> wijst<br />

er alleszins op, dat hij gedoopt werd in de Poppelse kerk. Misschi<strong>en</strong> zorgde de pastoor van Poppel of<br />

<strong>Weelde</strong> voor zijn eerste opleiding. Wie weet bestond er e<strong>en</strong> school te <strong>Weelde</strong>, gesticht door pastoor<br />

Joannes Hubertus Loemelanus. Deze immers stichtte ook e<strong>en</strong> beurs te Leuv<strong>en</strong> voor toekomstige<br />

priesters. De leerling die later in onze kerk<strong>en</strong> zal prijk<strong>en</strong> met de palmtak der martelie, studeerde te<br />

Leuv<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 1556 behaalde hij de 35e plaats onder 180 kandidat<strong>en</strong>. Leonardus Vechel had hem te<br />

Leuv<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> pas was hij pastoor te Gorkum of hij vroeg <strong>Nicolaus</strong> als kapelaan <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

weinig later werd <strong>Nicolaus</strong> zelfs medepastoor. Was hij al niet zo welsprek<strong>en</strong>d als zijn pastoor, in ijver<br />

voor de ziel<strong>en</strong> stond hij bij hem niet achter. Hij werkte zo hard, dat de parochian<strong>en</strong> hem het slaafke<br />

noemd<strong>en</strong>, waarop <strong>Nicolaus</strong> glimlach<strong>en</strong>d antwoordde: "Hij slaaft wel, die voor God slaaft".<br />

Op 25 juni 1572 kwam<strong>en</strong> de Watergeuz<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>vall<strong>en</strong>. Priesters <strong>en</strong> katholiek<strong>en</strong> die het meest in<br />

aanzi<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> trokk<strong>en</strong> zich terug in e<strong>en</strong> versterkt kasteel. Na e<strong>en</strong> dag <strong>en</strong> 2 nacht<strong>en</strong> gaf m<strong>en</strong> de<br />

burcht over, omdat de aanvoerder der Geuz<strong>en</strong>, Marinus Brant,beloofde <strong>en</strong> zwoer all<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> te<br />

spar<strong>en</strong>. De burgers werd<strong>en</strong> vrijgelat<strong>en</strong> maar de geestelijk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> opgeslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan de moedwil<br />

der soldat<strong>en</strong> overgeleverd. <strong>Nicolaus</strong>, die moedig zijn geloof beleed, sloeg<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> touw om de hals,<br />

wierp<strong>en</strong> die over de deur, trokk<strong>en</strong> hem <strong>en</strong>kele mal<strong>en</strong> op <strong>en</strong> af <strong>en</strong> liet<strong>en</strong> hem dan voor dood ligg<strong>en</strong>. Zijn<br />

einde was echter nog niet gekom<strong>en</strong>. Op zondag 6 juli werd<strong>en</strong> zij naar D<strong>en</strong> Briel overgebracht <strong>en</strong><br />

vandaar werd<strong>en</strong> zij op 8 juli door Willem Van Der Marck, graaf van Lumm<strong>en</strong>, overgebracht naar het<br />

verwoeste klooster "T<strong>en</strong> Rugge". Omstreeks 4 uur 's morg<strong>en</strong>s op 9 juli 1572 werd<strong>en</strong> zij daar<br />

opgehang<strong>en</strong>.<br />

2. <strong>Nicolaus</strong> te Leuv<strong>en</strong><br />

Te Leuv<strong>en</strong> studeerde <strong>Nicolaus</strong> van 28 augustus 1553 tot 1557, het jaar van zijn priesterwijding. Hij liet<br />

zich inschrijv<strong>en</strong> als "<strong>Nicolaus</strong> Joannis Weld<strong>en</strong>sis". Hij studeerde wijsbegeerte in de pedagogie "Het<br />

Verck<strong>en</strong>" <strong>en</strong> verbleef er onder de mindergegoed<strong>en</strong> in het huis van Standonck. In e<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>boek van<br />

het Standonckkollege te Leuv<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> we nog e<strong>en</strong> vermelding in verband met <strong>Nicolaus</strong>. Onder e<strong>en</strong><br />

lijst van inwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, opgesteld door presid<strong>en</strong>t Vinc<strong>en</strong>tius Clerici lez<strong>en</strong> we: "Familia Standonica<br />

distincta secundum m<strong>en</strong>sas anno 1555, 19 octobris sub Vinc<strong>en</strong>tio Clerico Zuylr<strong>en</strong>o: ...Metaphysici<br />

pauperes ... <strong>Nicolaus</strong> Weld<strong>en</strong>sis ..."<br />

Op 26 maart 1556 behaalde <strong>Nicolaus</strong> het lic<strong>en</strong>tiaat in de wijsbegeerte <strong>en</strong> in dat register staat hij<br />

opgetek<strong>en</strong>d "<strong>Nicolaus</strong> Joannis ex Welda". In 1557 werd hij tot priester gewijd van het bisdom<br />

Kamerijk. Na zijn priesterwijding verbleef <strong>Nicolaus</strong> nog twee jaar in het huis van Standonck, immers<br />

beursstud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> als teg<strong>en</strong>prestatie zich nog twee jaar inzett<strong>en</strong> tot heil van het instituut. In<br />

deze pedagogie war<strong>en</strong> twee bestuursambt<strong>en</strong>: reg<strong>en</strong>t van het huis <strong>en</strong> magister pauperum of meester<br />

van de beursstud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Deze betrekking<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s art.45 van het testam<strong>en</strong>t van Pastoor<br />

Loemelanus, toegewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan afgestudeerde stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de beurz<strong>en</strong>stichting <strong>en</strong> wel uit de<br />

plaats<strong>en</strong> Lommel, Geel of <strong>Weelde</strong>. Wanneer <strong>Nicolaus</strong> op 11 juni 1559 het huis van Standonck verliet,<br />

stond hij daar opgetek<strong>en</strong>d als "Magister <strong>Nicolaus</strong> Weld<strong>en</strong>sis". Was hij magister van het huis van<br />

Standonck of behaalde hij de titel van magister in de wijsbegeerte? E<strong>en</strong> antwoord hebb<strong>en</strong> we hier niet<br />

voor.<br />

We hebb<strong>en</strong> nu gezi<strong>en</strong> dat <strong>Nicolaus</strong> viermaal te Leuv<strong>en</strong> staat opgetek<strong>en</strong>d als zijnde van <strong>Weelde</strong>. Hoe<br />

is dat te verklar<strong>en</strong>? <strong>Nicolaus</strong> g<strong>en</strong>oot te Leuv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> studiebeurs uit de stichting van Joannes<br />

Hubertus Loemelanus, pastoor van <strong>Weelde</strong> van 1503 tot 1532. Loemelanus stichtte daar in 1529 ti<strong>en</strong><br />

studiebeurz<strong>en</strong> voor familieled<strong>en</strong> <strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit Lommel, Geel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>. In zijn testam<strong>en</strong>t maakte<br />

Pastoor Loemelanus ge<strong>en</strong> onderscheid tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel, die onder één schep<strong>en</strong>bank<br />

ressorteerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat kan m<strong>en</strong> zelf lez<strong>en</strong> in artikel 29 van dat testam<strong>en</strong>t. Over alle verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>,<br />

vervat in het testam<strong>en</strong>t van pastoor Huybrechts, <strong>en</strong> vooral over de toek<strong>en</strong>ning van de studiebeurz<strong>en</strong><br />

moest<strong>en</strong> de Heilige Geestmeesters van <strong>Weelde</strong> wak<strong>en</strong>, afgezi<strong>en</strong> die stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te Poppel of te<br />

<strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Het staat vast dat <strong>Nicolaus</strong> te Leuv<strong>en</strong> dus e<strong>en</strong> bescheid heeft voorgelegd dat<br />

verstrekt werd door de Heilige Geestmeesters van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> daarom staat hij te Leuv<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d


als afkomstig zijnde van <strong>Weelde</strong>. We wet<strong>en</strong> dat andere Poppelse stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook van deze beurs van<br />

pastoor Loemelanus hebb<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, o.a. Adria<strong>en</strong> Peeters in 1561 <strong>en</strong> Petrus Van d<strong>en</strong> Wijngaerd<strong>en</strong> in<br />

1720. In 1553 liet<strong>en</strong> zich, buit<strong>en</strong> <strong>Nicolaus</strong>, nog drie <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> als "divites" of rijk<strong>en</strong> inschrijv<strong>en</strong> aan<br />

de universiteit van Leuv<strong>en</strong>. Zij studeerd<strong>en</strong> zonder beurs: Lambertus Dierckx, Adrianus Baelemans <strong>en</strong><br />

Adrianus Buyckx<br />

3. De geschiedschrijvers<br />

Na de marteldood in 1572, versche<strong>en</strong> te Keul<strong>en</strong> hetzelfde jaar reeds, e<strong>en</strong> werkje over de tragedie van<br />

D<strong>en</strong> Briel. Het werk was opgesteld door Willem Estius, volg<strong>en</strong>s het verslag van e<strong>en</strong> ooggetuige. Dit<br />

werkje "Novorum in Hollandia Martyrum passionis historia" werd buit<strong>en</strong> weet van de schrijver Willem<br />

Estius in Keul<strong>en</strong> uitgegev<strong>en</strong>. In deze uitgave heet onze heilige: <strong>Nicolaus</strong> Joannis <strong>Poppelius</strong>. De<br />

andere martelaars werd<strong>en</strong> daarin g<strong>en</strong>oemd naar de kerk waarin ze werd<strong>en</strong> gedoopt <strong>en</strong> hun<br />

famili<strong>en</strong>aam werd al dan niet achterwege gelat<strong>en</strong>. In 1625 versche<strong>en</strong> van P.Opmeer: "Historia<br />

Martyrum Batavicorum". Dit werk dateert van vroeger, want Petrus Opmeer is gestorv<strong>en</strong> in 1595. Uit<br />

de nimmer gedrukte aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van Rutger Estius, de broer van Willem Estius <strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> Vlaams<br />

gedicht van Pontus Heuterus heeft hij de historie opgemaakt. In deze uitgav<strong>en</strong> heet onze heilige:<br />

"<strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong>". Dus e<strong>en</strong> tweede schrijver-tijdg<strong>en</strong>oot die niet over <strong>Weelde</strong> spreekt!<br />

Andere tijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, zoals de reeds g<strong>en</strong>oemde P.Heuterus, Wynckius, Bourchier, steun<strong>en</strong> op het<br />

eerste werkje van Willem Estius of schrijv<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de lop<strong>en</strong>de gerucht<strong>en</strong>, maar zij noem<strong>en</strong> weinig of<br />

ge<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> ...In 1603 liet Willem Estius zijn eig<strong>en</strong>lijke geschied<strong>en</strong>is der martelar<strong>en</strong> van Gorcum<br />

verschijn<strong>en</strong>: "Historia Martyrum Gorcomi<strong>en</strong>sium". In 1604 zag e<strong>en</strong> Vlaamse vertaling door<br />

W.Spoelbergh het licht. Van 1572 tot 1603 had Rutger Estius, de broer van Willem Estius alles wat hij<br />

kon vind<strong>en</strong> over de martelar<strong>en</strong>, bije<strong>en</strong>gezocht <strong>en</strong> naar zijn broer Willem gestuurd. Deze controleerde<br />

de gegev<strong>en</strong>s, deed zelf ook nog opzoeking<strong>en</strong> <strong>en</strong> in dit werk, lez<strong>en</strong> wij meer over <strong>Nicolaus</strong>, o.a.:<br />

"<strong>Nicolaus</strong> Joannis filius, cognom<strong>en</strong>to <strong>Poppelius</strong>, Welda vico Campaniae ortus". (<strong>Nicolaus</strong> Jans<strong>en</strong>,<br />

bijg<strong>en</strong>aamd <strong>Poppelius</strong>, te <strong>Weelde</strong>, e<strong>en</strong> dorp in de Kemp<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong>). Het is zeker dat Willem Estius<br />

inlichting<strong>en</strong> had g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te Leuv<strong>en</strong> <strong>en</strong> vandaar dat hij als geboorteplaats <strong>Weelde</strong> heeft vermeld. De<br />

inhoud van dit werk werd in 1619 aangew<strong>en</strong>d door de Minderbroeders om het proces tot<br />

zaligverklaring op te stell<strong>en</strong>. De overige lev<strong>en</strong>sbeschrijving<strong>en</strong> waarin over <strong>Nicolaus</strong> gesprok<strong>en</strong> wordt<br />

<strong>en</strong> dat zijn er meer dan honderd (!) br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> niets nieuws. Het zijn meestal werk<strong>en</strong> die steun<strong>en</strong> op<br />

Estius.<br />

4. Wat zegg<strong>en</strong> de archiefstukk<strong>en</strong> uit de 17de eeuw?<br />

Twintig jaar voor de zaligverklaring, namelijk in 1655, werd door pastoor Laur<strong>en</strong>tius Mutsaerts van<br />

Poppel e<strong>en</strong> schilderij besteld bij Jacques Nieuwelants te Hoogstrat<strong>en</strong>. Deze kunst<strong>en</strong>aar was gebor<strong>en</strong><br />

te Brecht in 1613, verbleef vanaf 1647 in Hoogstrat<strong>en</strong> waar hij in de kerk begrav<strong>en</strong> werd in 1670.<br />

Nieuwelant werkte in <strong>en</strong> voor vele Kemp<strong>en</strong>se kerk<strong>en</strong>. De rek<strong>en</strong>ing van dit schilderij voor de Poppelse<br />

kerk is bewaard geblev<strong>en</strong> <strong>en</strong> hierin lez<strong>en</strong> we: "Item uytgegev<strong>en</strong> a<strong>en</strong> Jacques Nieuwelants, schilder<br />

voor e<strong>en</strong> schilderie van <strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong> 8 guld<strong>en</strong>". Ti<strong>en</strong> jaar na de zaligverklaring stond<strong>en</strong> de<br />

Minderbroeders-Recollett<strong>en</strong> van Nederland andermaal in de bres om het proces van de<br />

heiligverklaring te Rome aanhangig te mak<strong>en</strong>. De meest<strong>en</strong> van de martelar<strong>en</strong> van Gorkum behoord<strong>en</strong><br />

tot de orde van de Minderbroeders. De kost<strong>en</strong> van de zaligverklaring beliep<strong>en</strong> over de 30.000<br />

Brabantse guld<strong>en</strong> <strong>en</strong> de heiligverklaring zou nog duurder uitvall<strong>en</strong>.<br />

Daarom dacht<strong>en</strong> de Minderbroeders eraan, de sted<strong>en</strong> <strong>en</strong> dorp<strong>en</strong>, waaruit de martelar<strong>en</strong> afkomstig<br />

war<strong>en</strong>, te verzoek<strong>en</strong>, om financiële bijdrag<strong>en</strong> te lever<strong>en</strong> in de kost<strong>en</strong>dekking van het proces. Poppel<br />

werd ook verzocht zijn duit in het zakje te do<strong>en</strong>. De bedelbrief is nog bewaard <strong>en</strong> we lat<strong>en</strong> hier de<br />

aanspreektitel <strong>en</strong> de voornaamste passus volg<strong>en</strong>: "A<strong>en</strong> de wijse voorsi<strong>en</strong>inghe Regeerders <strong>en</strong>de<br />

catholijke inwo<strong>en</strong>ders tot Poppel. Soo ist dat de suppliant<strong>en</strong> gedwongh<strong>en</strong> word<strong>en</strong> tot alle steed<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>de principaele plaets<strong>en</strong> hunn<strong>en</strong> toevlucht te nem<strong>en</strong> op alle godtvruchtighe hert<strong>en</strong> van dese<br />

catholijcke gemeynte, uyt de welcke e<strong>en</strong><strong>en</strong> van dese Saelighe martelaers, d<strong>en</strong> Saeligh<strong>en</strong> <strong>Nicolaus</strong><br />

<strong>Poppelius</strong>, tot groote eer <strong>en</strong>de voordeel der selve, sijne geboorte heeft bekoom<strong>en</strong>..." Kort na de<br />

zaligverklaring, in 1680, had de Poppelse pastoor Marcus Antonius Bigato gezorgd voor de<br />

gedacht<strong>en</strong>is aan de roemrijke dorpsg<strong>en</strong>oot. De kerkrek<strong>en</strong>ing vermeldt: "Uytgegev<strong>en</strong> a<strong>en</strong> Jacob d<strong>en</strong><br />

smidt voor e<strong>en</strong> ijser<strong>en</strong> cruysk<strong>en</strong> dat gestelt is tot memorie op de plaetse daer d<strong>en</strong> martelaer van<br />

Gorkum, Nicolaes <strong>Poppelius</strong>, alhier gebor<strong>en</strong> is op Peeter Jan Wijnants erve ... 14 stuyvers". Deze


oerderij kan volg<strong>en</strong>s de archiefstukk<strong>en</strong> gestaan hebb<strong>en</strong> in het c<strong>en</strong>trum van Poppel, teg<strong>en</strong>over het<br />

huidige geme<strong>en</strong>tehuis. Dit is echter nog niet helemaal zeker. Deze drie archiefstukk<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> dus<br />

duidelijk in het voordeel van Poppel. Dat ook te Poppel het aand<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van <strong>Nicolaus</strong> <strong>Poppelius</strong> in de<br />

19e eeuw was afgezwakt, lijdt ge<strong>en</strong> twijfel, want tuss<strong>en</strong> de zaligverklaring <strong>en</strong> de heiligverklaring<br />

verliep<strong>en</strong> twee eeuw<strong>en</strong>.<br />

5. De leg<strong>en</strong>de<br />

- Sommig<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong> dat <strong>Nicolaus</strong> in de Hegge is gebor<strong>en</strong>. Hoever kunn<strong>en</strong> we nu met dit gezegde<br />

terugklimm<strong>en</strong> om de ouderdom ervan te bepal<strong>en</strong>? E.H.Verwilt, onderpastoor te <strong>Weelde</strong> van 1856 tot<br />

1862 getuigde dat de overlevering to<strong>en</strong> reeds bestond. E.H.Beert<strong>en</strong>, pastoor te <strong>Weelde</strong> van 1863 tot<br />

1896 beweerde ooit e<strong>en</strong>s in e<strong>en</strong> vergadering te Poppel dat er voor de heiligverklaring (1867) in<br />

<strong>Weelde</strong> van ge<strong>en</strong> heilige sprake was.<br />

- In Poppel bestond er e<strong>en</strong> overlevering die de voorgaande teg<strong>en</strong>spreekt. Volg<strong>en</strong>s sommig<strong>en</strong> zou hij<br />

gebor<strong>en</strong> zijn schuin teg<strong>en</strong>over de pastorij, waar de melkerij heeft gestaan. E.H.Cools, onderpastoor <strong>en</strong><br />

pastoor te Poppel van 1835 tot 1887, getuigde dit dikwijls gehoord te hebb<strong>en</strong>. Anna Maria H<strong>en</strong>drickx,<br />

gestorv<strong>en</strong> in 1858 in de ouderdom van 84 jaar, verklaarde dat zij dit van haar ouders had vernom<strong>en</strong>.<br />

- Ander<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong>, "d<strong>en</strong> heilige" is in de Hegge gebor<strong>en</strong>, maar die was to<strong>en</strong> onder Poppel.<br />

- Monseigneur Jan Baptist Paaps beweerde dat er e<strong>en</strong> kruis teg<strong>en</strong> het geboortehuis van "d<strong>en</strong> Heilige"<br />

zou gestaan hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat later in het huis van de familie Paaps werd ingemetseld (nu huis familie<br />

Moon<strong>en</strong> in de Dorpsstraat). Zou er verband bestaan tuss<strong>en</strong> deze bewering <strong>en</strong> de aankoop van e<strong>en</strong><br />

ijzer<strong>en</strong> kruis in 1680 door de Poppelse pastoor? Wellicht zull<strong>en</strong> we de waarheid nooit achterhal<strong>en</strong>.<br />

6. Besluit<br />

Wie heeft nu gelijk? <strong>Weelde</strong> of Poppel? Waarschijnlijk kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> van beid<strong>en</strong> met volle zekerheid<br />

sprek<strong>en</strong>. De registers van Leuv<strong>en</strong> met al de schrijvers die er op steun<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> bewijs voor <strong>Weelde</strong>.<br />

De archiefstukk<strong>en</strong> uit de 17e eeuw, het werk van W.Estius in 1572 <strong>en</strong> de bijnaam <strong>Poppelius</strong> zijn e<strong>en</strong><br />

bewijs voor Poppel. De overlevering te Poppel is trouw<strong>en</strong>s ook ouder <strong>en</strong> sterker dan die van <strong>Weelde</strong>.<br />

Misschi<strong>en</strong> ligt de waarheid tuss<strong>en</strong>in. Het staat vast dat <strong>Nicolaus</strong> in de Poppelse kerk werd gedoopt<br />

(<strong>Poppelius</strong>), waarschijnlijk werd hij ook te Poppel gebor<strong>en</strong> <strong>en</strong> mogelijk verbleef hij na zijn geboorte te<br />

<strong>Weelde</strong>. Deze veronderstelling zou verklar<strong>en</strong> waarom <strong>Nicolaus</strong> te Leuv<strong>en</strong> staat opgetek<strong>en</strong>d als "van<br />

<strong>Weelde</strong>" <strong>en</strong> waarom hij de bijnaam <strong>Poppelius</strong> kreeg. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> verklaart deze veronderstelling<br />

waarom er in de archiev<strong>en</strong> van de 17de eeuw driemaal sprake is van <strong>Nicolaus</strong>, zijnde geboortig van<br />

Poppel. Verdere opzoeking<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> deze veronderstelling do<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>, maar ze kunn<strong>en</strong> ze ook<br />

kom<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>. Graag zoud<strong>en</strong> we definitieve klaarheid will<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> de waarheid huldig<strong>en</strong>.


VII.Het schoolwez<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong><br />

Voor 1900<br />

1. De dorpsschool van 1500 tot 1873<br />

Wanneer m<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> met onderwijs is begonn<strong>en</strong>, is ons niet bek<strong>en</strong>d. Waarschijnlijk werd reeds<br />

voor 1500 sporadisch onderricht aan de kinder<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. Na 1500 moet dit onderricht <strong>en</strong>ige vorm<br />

hebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>, want in 1529 begunstigt Joannes Huybrechts van Lommel, rector van de kerk van<br />

<strong>Weelde</strong> (1503-1532) in zijn testam<strong>en</strong>t de rector van de school <strong>en</strong> de koster. Ook moet er rond die tijd<br />

reeds e<strong>en</strong> gebouw hebb<strong>en</strong> bestaan dat tot school di<strong>en</strong>de want in 1562 betaald<strong>en</strong> de kermeesters e<strong>en</strong><br />

rek<strong>en</strong>ing "van de school te deck<strong>en</strong>" <strong>en</strong> in 1564 betaald<strong>en</strong> de Heilige Geestmeesters 15 stuivers voor<br />

het herstell<strong>en</strong> van de school. Dat de schoolmeesters die ons tot 1850 bek<strong>en</strong>d zijn, ook koster war<strong>en</strong><br />

kan niet toevallig zijn. Doch dit alles is niet duidelijk. Te <strong>Weelde</strong> bestond het middeleeuws b<strong>en</strong>eficie<br />

van de matricularia of kosterij waarvan de b<strong>en</strong>eficiant e<strong>en</strong> priester kon zijn. Misschi<strong>en</strong> moest deze<br />

b<strong>en</strong>eficiant uit hoofde van zijn b<strong>en</strong>eficie onderricht gev<strong>en</strong> aan de Weeldse jeugd. Gezi<strong>en</strong><br />

b<strong>en</strong>eficiant<strong>en</strong> dikwijls niet ter plaatse resideerd<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong> zij iemand die hun plicht<strong>en</strong> mits<br />

betaling teg<strong>en</strong>over het b<strong>en</strong>eficie vervulde (zie hoofdstuk kerkgeschied<strong>en</strong>is).<br />

In 1686 kon heer Mattijs van Dijck te Ravels niet van het kosterskor<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong> dat geunieert was met<br />

zijn b<strong>en</strong>eficie van Onze Lieve Vrouw daar de geme<strong>en</strong>te Jespar Pauwels Schroevers tot<br />

schoolmeester-koster had b<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> alzo recht had op het kosterskor<strong>en</strong>. In 1733 nog was er e<strong>en</strong><br />

conflict tuss<strong>en</strong> de clerus <strong>en</strong> de wereldlijke overheid te <strong>Weelde</strong> over de vraag wie de tor<strong>en</strong>klok moest<br />

onderhoud<strong>en</strong>: de matricularius Stobbelaer uit hoofde van zijn b<strong>en</strong>eficie, dan wel de schoolmeester<br />

(Herman Boeckx) uit hoofde van e<strong>en</strong> contract met de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> mits betaling. De eerste met<br />

zekerheid gek<strong>en</strong>de schoolmeester was H<strong>en</strong>drick Wangius. We zi<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s dat hij ook koster was<br />

(vermeld in 1606). Hij was waarschijnlijk b<strong>en</strong>oemd in 1601 daar hij op 13 juni 1600 te Rijkevorsel tot<br />

schoolmeester werd b<strong>en</strong>oemd, voor één jaar beginn<strong>en</strong>de van 24 juni 1600. In 1614 werd Albertus<br />

Jacob Waermans b<strong>en</strong>oemd als schoolmeester-koster.Meester Aelbrechts zou ongeveer 50 jaar zijn<br />

ambt uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Hij werd op 16 augustus 1666 in de St.-Michielskerk begrav<strong>en</strong>. Meester Albrecht<br />

Jacobs van Boxtel was gehuwd met Barbara Buycx, e<strong>en</strong> dochter van de schout van <strong>Weelde</strong> Peter<br />

Buycx (ca 1608), <strong>en</strong> tijdg<strong>en</strong>oot van Frans Van d<strong>en</strong> Nieuw<strong>en</strong>huys<strong>en</strong>, stadhouder. Peter <strong>en</strong> Frans<br />

war<strong>en</strong> op 6 april 1606 met nog meer ingezet<strong>en</strong><strong>en</strong> naar Baarle gegaan waar ze in het huis van Gerrit<br />

Joost<strong>en</strong> van Gilze e<strong>en</strong> troep soldat<strong>en</strong> aantroff<strong>en</strong> onder leiding van Cornelis van Turnhout. Deze<br />

laatste werd door Adriaan Buycx, waarschijnlijk e<strong>en</strong> broer van Peter, met e<strong>en</strong> handbijltje dermate<br />

toegetakeld dat hij aan de verwonding<strong>en</strong> stierf.<br />

Hij werd als schoolmeester opgevolgd door de <strong>Weelde</strong>naar Michiel Verheyd<strong>en</strong>. Michiel Verheyd<strong>en</strong><br />

was rond 1672 weduwnaar geword<strong>en</strong> van Cornelia Peeter De<strong>en</strong>s. Hij was e<strong>en</strong> zoon van Jan<br />

Verheyd<strong>en</strong> <strong>en</strong> Magriet Jan Huybrechts. Het kostersambt werd waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door Jacob Waermans,<br />

de zoon van de vorige schoolmeester die tev<strong>en</strong>s ook kapelaan was van St.Jan Baptist. Hij was vanaf<br />

1648 onderpastoor van St.Jan <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s Pater de Meyer to<strong>en</strong> ook reeds koster (custos per 34 annos<br />

et vice-pastor) <strong>en</strong> zou dit blijv<strong>en</strong> tot aan zijn dood in 1682. Op 3 september 1682 werd meester Michiel<br />

Verheyd<strong>en</strong> klokopwinder <strong>en</strong> orgelspeler. Hieraan was wel de voorwaarde verbond<strong>en</strong>, dat hijzelf voor<br />

de toekom<strong>en</strong>de kapelaan e<strong>en</strong> suite moest gev<strong>en</strong>. Hij bleef werkzaam tot aan zijn dood <strong>en</strong> hij werd in<br />

de St.Michielskerk begrav<strong>en</strong> op 17 april 1704. Nicolaes Van Ley<strong>en</strong>bergh volgde Verheyd<strong>en</strong> op. Hij<br />

was te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 23 juli 1674. Hij was gehuwd met Juffrouw Johanna van Ste<strong>en</strong>huys,<br />

dochter van Peeter, schout van Lille, Vlimmer<strong>en</strong> <strong>en</strong> Wechelderzande <strong>en</strong> drossaard van Poederlee <strong>en</strong><br />

van juffrouw Maria Lemm<strong>en</strong>s, stamm<strong>en</strong>d uit de voorname Weeldse familie Lemm<strong>en</strong>s.<br />

Hij nam het niet zo nauw met zijn functie want bij resolutie van 17 september 1720 kreeg hij op<br />

staande voet ontslag: "alsoo a<strong>en</strong> ons stadthouder <strong>en</strong>de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> deser vrijheyt <strong>Weelde</strong> diversche<br />

clacht<strong>en</strong> d<strong>en</strong> ingeset<strong>en</strong>e alhier a<strong>en</strong>ga<strong>en</strong>de de duytse schole datt<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>wordig<strong>en</strong> provisionele<br />

schoolmeester veeltijts van de schole sich selv<strong>en</strong> is abs<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>de, in volg<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> niet<br />

g<strong>en</strong>ochsaem avancer<strong>en</strong> in hunne leeringhe, klag<strong>en</strong>de de lied<strong>en</strong>s der kinder<strong>en</strong>, dat bij soo verre daer<br />

inne bijde wethouder<strong>en</strong> niet <strong>en</strong> wort versi<strong>en</strong> dat sijn hunne kinder<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> e<strong>en</strong><strong>en</strong> kant van onse<br />

gemeynte sull<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oodsaeck sij te seynd<strong>en</strong> naer de schole vand<strong>en</strong> dorpe van Poppel, <strong>en</strong>de van d<strong>en</strong><br />

ander<strong>en</strong> kant naer die van d<strong>en</strong> dorpe van Ravels omme alsoo hunne kinder<strong>en</strong> geleert te word<strong>en</strong> waer<br />

door merckelijcke inconv<strong>en</strong>i<strong>en</strong>ti<strong>en</strong> sta<strong>en</strong> te gerijs<strong>en</strong>, soo hebb<strong>en</strong> wij stadthouder <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> bij


des<strong>en</strong> geresolvert sulcx wij resolver<strong>en</strong> mits des<strong>en</strong> d<strong>en</strong> voors schoolmeester Nicolaes van Ley<strong>en</strong>borgh<br />

over het houd<strong>en</strong> der kinderschole te bedanck<strong>en</strong>, met a<strong>en</strong>segginge van ge<strong>en</strong> voordere gasie<br />

di<strong>en</strong>a<strong>en</strong>ga<strong>en</strong>de te sull<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>, sull<strong>en</strong>de daer van door d<strong>en</strong> voster behoorlijcke wete laet<strong>en</strong> do<strong>en</strong><br />

a<strong>en</strong>d<strong>en</strong> selv<strong>en</strong>".<br />

Op 2 november 1720 werd Hermannus Boeckx aangesteld voor de schep<strong>en</strong>bank van <strong>Weelde</strong> tot<br />

nieuwe schoolmeester-koster. Hij ontving van de geme<strong>en</strong>te volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> contract dat geldig was voor<br />

6 jaar e<strong>en</strong> jaarwedde van 144 guld<strong>en</strong>. Van de H.Geesttafel ontving hij 6 guld<strong>en</strong> per jaar voor het<br />

gev<strong>en</strong> van kosteloos onderricht aan de arme kinder<strong>en</strong>. Hermannus Boeckx werd te Poppel gedoopt<br />

op 28 april 1695 als <strong>en</strong>ig kind van Gerardus Bocx <strong>en</strong> Maria Luyt<strong>en</strong>. Hij huwde te <strong>Weelde</strong> op 10<br />

november 1725 met Maghtildis Verhey<strong>en</strong> waarvan hij op 24 februari 1728 reeds weduwnaar zou zijn.<br />

Zijn tweede huwelijk ging hij op 11 juni 1737 te <strong>Weelde</strong> aan met Elisabeth Huybs uit Ravels, dit na<br />

heel wat moeilijkhed<strong>en</strong>. Hij had namelijk e<strong>en</strong> onwettig kind verwekt bij Nicolaa Verheyd<strong>en</strong>. Alhoewel<br />

hij op het kerkhof w<strong>en</strong>ste begrav<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, besliste de geme<strong>en</strong>te dat hij om zijn ijver <strong>en</strong><br />

verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de kerk moest begrav<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit gebeurde op 4 april 1752.<br />

Op 16 oktober 1753 werd Franciscus Boeckx, de zoon van de vorige schoolmeester door de<br />

wethouders aangesteld voor e<strong>en</strong> termijn van 6 jaar. De contract<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> beide partij<strong>en</strong> kond<strong>en</strong><br />

verl<strong>en</strong>gd word<strong>en</strong>. In 1756 richtte hij zich tot de Weeldse magistraat om te protester<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zijn laag<br />

salaris, waarvan hij ook nog zijn moeder moest onderhoud<strong>en</strong>. Hij verkreeg e<strong>en</strong> verhoging van zijn<br />

salaris vermits hij anders ontslag had g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De pastoor protesteerde teg<strong>en</strong> dit kontrakt <strong>en</strong><br />

weigerde Franciscus Boeckx als schoolmeester te erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> omdat de geme<strong>en</strong>te hem niet betrokk<strong>en</strong><br />

had bij de aanstelling. Soms moet hij toch voor ongewoon zware opdracht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gestaan: immers<br />

uit de volkstelling van 1754 bleek, dat er to<strong>en</strong> 110 Hollandse leerling<strong>en</strong> bij Weeldse gezinn<strong>en</strong><br />

ingekwartierd war<strong>en</strong> om zich voor te bereid<strong>en</strong> op communie <strong>en</strong> vormsel. In Holland k<strong>en</strong>de de Roomse<br />

godsdi<strong>en</strong>st de "Beslot<strong>en</strong> Tijd" <strong>en</strong> deze leerling<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voor één, twee of drie maand<strong>en</strong> op kosthuis te<br />

<strong>Weelde</strong>. Franciscus Boex bleef in di<strong>en</strong>st tot 1791 <strong>en</strong> overleed te <strong>Weelde</strong> op 15 februari 1793. Twee<br />

van zijn zon<strong>en</strong> volgd<strong>en</strong> zijn voetspoor.<br />

Jan Hubert, de jongste zoon, was <strong>en</strong>ige tijd, na de dood van zijn vader, schoolmeester-koster te<br />

<strong>Weelde</strong>, maar hij week in 1797 uit naar Breda <strong>en</strong> werd daar directeur van de stedelijke Franse<br />

kostschool. Herman-Antonius week in 1791 uit naar Eindhov<strong>en</strong>, om er organist te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 1795<br />

werd hij daar directeur van de stedelijke Franse kostschool. Hij was van <strong>Weelde</strong> niet vervreemd, want<br />

in 1824 was hij er peter van e<strong>en</strong> nieuwe klok, welke achteraf bij de kerkbrand van 1841 vernield werd.<br />

Bij zijn dood in 1845, bezat hij 12 huiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> 77 hectare grond <strong>en</strong> behoorde hij bij de ti<strong>en</strong> rijkste<br />

inwoners van Eindhov<strong>en</strong>. Na Herman-Antonius Boex was Franciscus Huyg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> tijd schoolmeesterkoster<br />

<strong>en</strong> op 27 juli 1809 werd hij opgevolgd door Jan De Jongh. Op 1 maart 1813 werd Jan Baptist<br />

Verreet als onderwijzer b<strong>en</strong>oemd. Deze werd gebor<strong>en</strong> te Wechelderzande op 15 juli 1788. Buit<strong>en</strong><br />

koster <strong>en</strong> organist was hij ook nog "wassch<strong>en</strong> keersmaker t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st der kerk". Vanaf die tijd krijg<strong>en</strong><br />

we de eerste gegev<strong>en</strong>s over het schoolbezoek. Dit was sterk afhankelijk van het seizo<strong>en</strong>. In de winter<br />

lag het schoolbezoek hoog, terwijl het in de zomer terugviel op de helft. Dit kwam omdat de kinder<strong>en</strong><br />

in de zomer meer op het veld moest<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> om de oogst binn<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong>. In 1845 verklaarde m<strong>en</strong><br />

zelfs, "dat het volstreks noodzaekelijk is dat de school vacantie in d<strong>en</strong> oogst voor het laeger onderwijs<br />

alhier behoud<strong>en</strong> word". Schoolbezoek in 1827:<br />

winter jong<strong>en</strong>s: -14: 45 <strong>en</strong> + 14:7<br />

winter meisjes: -14:40 <strong>en</strong> +14: 5<br />

zomer jong<strong>en</strong>s: -14:30 <strong>en</strong> +14:0<br />

zomer meisjes: -14:20 <strong>en</strong> +14:0<br />

Er werd onderwijs gegev<strong>en</strong> in "nederduitsche taal, lez<strong>en</strong>, schrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> rek<strong>en</strong>kunde" (23 november<br />

1830). Op 24 augustus 1837 werd het volg<strong>en</strong>de in het geme<strong>en</strong>teraadsverslag beschrev<strong>en</strong>: "met<br />

g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> wij dat het lager onderwijs alle jaer<strong>en</strong> meer <strong>en</strong> meer to<strong>en</strong>emd, <strong>en</strong> dat de zugt tot het<br />

leer<strong>en</strong> meer uytspreyd, niets word er verzuymd om hetzelve zoo veel do<strong>en</strong>lijk tot d<strong>en</strong> gew<strong>en</strong>scht<strong>en</strong><br />

trap van verbetering te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>: het lez<strong>en</strong>, schrijv<strong>en</strong>, cijfer<strong>en</strong> word er met iever voortgezet".<br />

Schoolmeester Verreet had het k<strong>en</strong>nelijk druk (in 1840 war<strong>en</strong> er reeds 141 leerling<strong>en</strong>), want op 24 juni<br />

1850 werd Jacobus Wouters (°Oud-Turnhout), kwekeling van de normaalschool te Lier, tot<br />

ondermeester van de lagere school b<strong>en</strong>oemd. Zijn salaris werd gedeeltelijk door het gouvernem<strong>en</strong>t<br />

betaald, maar de rest moest word<strong>en</strong> bijgebracht door hoofdonderwijzer Jan Baptist Verreet, want de


geme<strong>en</strong>te betaalde niets. Jacobus Wouters zou maar korte tijd te <strong>Weelde</strong> blijv<strong>en</strong>, want op 11 april<br />

1854 vertrok hij naar Ravels waar hij werd b<strong>en</strong>oemd tot hoofdonderwijzer.<br />

Jan Baptist Verreet nam ontslag op 30 januari 1857. Hij stierf te <strong>Weelde</strong> op 30 januari 1867. Zijn<br />

weduwe, Anna Catharina Notelteirs, ontving voortaan de helft van het onderwijzersp<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>tje. Zij<br />

stierf te <strong>Weelde</strong> op 13 februari 1868. Na zijn ontslag werd Verreet opgevolgd door Guilielmus<br />

Stephanus Neliss<strong>en</strong> die b<strong>en</strong>oemd werd op 4 maart 1857. Neliss<strong>en</strong> was voor zijn b<strong>en</strong>oeming te<br />

<strong>Weelde</strong> in Lo<strong>en</strong>hout hulponderwijzer geweest. Hij was gebor<strong>en</strong> te 's-Heer<strong>en</strong>-Elder<strong>en</strong> op 4 maart 1835<br />

<strong>en</strong> behaalde als kwekeling van de normaalschool te St.-Truid<strong>en</strong> zijn diploma "met groote vrugt" op 29<br />

juli 1853. In 1858 war<strong>en</strong> er 50 arme kinder<strong>en</strong> die kosteloos onderwijs volgd<strong>en</strong>. De voorwaard<strong>en</strong> voor<br />

het volg<strong>en</strong> van kosteloos onderwijs war<strong>en</strong> op 31 mei 1880 de volg<strong>en</strong>de:<br />

- de kinder<strong>en</strong> der persoon<strong>en</strong> door de weldadigheidsburel<strong>en</strong> bijgestaan;<br />

- de kinder<strong>en</strong> der werk liede die alle<strong>en</strong>lijk d<strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst van hun dagloon tot inkomst hebb<strong>en</strong>;<br />

- alle kinder<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te bewoonde, opzicht<strong>en</strong>s dewelke het zal erk<strong>en</strong>d zijn gelijkvormig a<strong>en</strong> de<br />

hierna volg<strong>en</strong>de schikking<strong>en</strong>, dat de persoon<strong>en</strong> welke er mede gelast zijn niet in e<strong>en</strong><strong>en</strong> welgesteld<strong>en</strong><br />

toestand zijn;<br />

- op dat het kostloos onderwijs als e<strong>en</strong> recht kunn<strong>en</strong> gevergd word<strong>en</strong>, behoeft het kind zich in de<br />

volg<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong> te bevind<strong>en</strong>:<br />

1. dat het t<strong>en</strong> minste 6 jaar <strong>en</strong> t<strong>en</strong> hoogste 14 jaar oud zij, op het tijdstip van 1 oktober, welke d<strong>en</strong><br />

inschrijving volgt.<br />

2. dat het de koepokk<strong>en</strong> gehad hebb<strong>en</strong> of de koepokstof ingeënt zij.<br />

3. dat de persoone met zijn onderhoud gelast de geme<strong>en</strong>te bewoone."<br />

Van deze 50 arme kinder<strong>en</strong> in 1858 war<strong>en</strong> er 26 jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> 20 meisjes. Vier kinder<strong>en</strong> woond<strong>en</strong> "e<strong>en</strong>e<br />

k<strong>en</strong>tschool bij e<strong>en</strong> naburige geme<strong>en</strong>te opgerigt" bij. Gemiddeld 7 van h<strong>en</strong> verliet<strong>en</strong> per jaar het school<br />

waarvan er 1 op 7 niet kon cijfer<strong>en</strong>. De inkomst<strong>en</strong> van de onderwijzer in 1859 war<strong>en</strong> als volgt:<br />

1. jaarwedde 300 fr.<br />

2. schadeloosstelling huishuur 100 fr.<br />

3. schoolgeld betal<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong> 345,60 fr.<br />

4. schadeloosstelling kosteloos onderwijs 276 fr.<br />

5. warmgeld der armkinder<strong>en</strong> 25 fr.<br />

6. jaarwedde koster 25,67 fr.<br />

7. voor de lijkdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> 39 fr.<br />

8. voor de zing<strong>en</strong>de miss<strong>en</strong> 25 fr.<br />

9. voor de dop<strong>en</strong> 12,5 fr.<br />

10. voor de kerkgang<strong>en</strong> 6,5 fr.<br />

11. voor de huwelijk<strong>en</strong> 6 fr.<br />

12. voor de bedi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> 2 fr.<br />

13. als waskeersmaker 61 fr.<br />

De uitgav<strong>en</strong> van de onderwijzer war<strong>en</strong> in datzelfde jaar:<br />

1. voor het zuiver<strong>en</strong> der kerk 26 fr.<br />

2. voor het luid<strong>en</strong> van de klokk<strong>en</strong> 24 fr.<br />

In 20 jaar tijd was er e<strong>en</strong> gevoelige evolutie in de inkomst<strong>en</strong> der onderwijzers te <strong>Weelde</strong> vast te<br />

stell<strong>en</strong>.<br />

Jaarwedde Bijverdi<strong>en</strong>ste


1843 417 fr. 356,88 fr.<br />

1853 417 fr. 458,32 fr.<br />

1863 300 fr. 721,60 fr.<br />

1866 400 fr. 880 fr.<br />

Op 15 juli 1866 liet Stephanus Neliss<strong>en</strong> aan de geme<strong>en</strong>te wet<strong>en</strong> dat hij gezi<strong>en</strong> zijn ziekelijke toestand<br />

in de onmogelijkheid was om het lager onderwijs in de school voort te zett<strong>en</strong>. Hij verlangde dat er<br />

tijdelijk e<strong>en</strong> vervanger op zijn kost<strong>en</strong> zou ontbod<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit gebeurde <strong>en</strong> de hulponderwijzer van<br />

Retie deed te <strong>Weelde</strong> school voor 45 frank per maand. Schoolmeester Neliss<strong>en</strong> overleed te <strong>Weelde</strong><br />

op 19 september 1866 om 3 uur 's morg<strong>en</strong>s. Maria Theresia Pelkmans, zijn weduwe verdi<strong>en</strong>de als<br />

kosteres in de kerk <strong>en</strong> "waschkeersmaekster" 120 frank per jaar. Met hem werd dan ook het tijdperk<br />

van de schoolmeesters-kosters afgeslot<strong>en</strong>. Antonius Evers werd op 16 oktober 1866 tot<br />

hoofdonderwijzer b<strong>en</strong>oemd te <strong>Weelde</strong>. Antonius Evers werd b<strong>en</strong>oemd te Hamont op 14 november<br />

1838 <strong>en</strong> huwde te <strong>Weelde</strong> op 16 februari 1867 met Joanna Cornelia Paaps, e<strong>en</strong> zuster van<br />

Monseigneur Jan Baptist Paaps uit Poppel. In teg<strong>en</strong>stelling met zijn voorganger was hij ge<strong>en</strong> koster<br />

meer, maar hij was wel e<strong>en</strong> tijdje organist. Hij ontving hiervoor 100 frank per jaar. Evers was voorhe<strong>en</strong><br />

hulponderwijzer geweest te Eker<strong>en</strong> (6 november 1858) <strong>en</strong> te Antwerp<strong>en</strong> St.Willebrords (4 oktober<br />

1863). Evers was blijkbaar niet tevred<strong>en</strong> met zijn onderwijzersloontje, want hij was tev<strong>en</strong>s winkelier,<br />

herbergier <strong>en</strong> sch<strong>en</strong>ker van sterke drank<strong>en</strong>. Andere inwoners kloeg<strong>en</strong> dat hij hun broodwinning afnam<br />

<strong>en</strong> in de briefwisseling van 4 mei 1874 lez<strong>en</strong> we hierover het volg<strong>en</strong>de: "Antonius Evers<br />

schoolonderwijzer van het lager onderwijzer voor d<strong>en</strong> tijd van drij maand<strong>en</strong> met berooving van zijne<br />

jaarwedde in zijne bedi<strong>en</strong>ing heeft opgeschorst voor ongehoorzaamheid, in het blijv<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />

verschill<strong>en</strong>de beroep<strong>en</strong>, door hem of zijn huisgezin gedrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> zonder de noodige machtiging<br />

verbod<strong>en</strong> word<strong>en</strong>". Zijn bijberoep<strong>en</strong> leverd<strong>en</strong> hem waarschijnlijk meer op dan zijn onderwijzersambt,<br />

want op 5 maart 1877 werd zijn ontslag aanvaard <strong>en</strong> in mei van hetzelfde jaar treff<strong>en</strong> we hem aan als<br />

winkelier te Lier.<br />

2. In 1873 werd de dorpsschool gesplitst in e<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> meisjesschool<br />

Met de bouw van e<strong>en</strong> nieuwe school in 1873 werd het onderwijs tuss<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes gesplitst.<br />

Op 26 december 1873 werd juffrouw Julia Slaets, gediplomeerde normaliste te Beerse, tot<br />

onderwijzeres b<strong>en</strong>oemd. Zij was van 24 januari 1874 in functie. Antonius Evers die les gaf tot 1 april<br />

1877 werd opgevolgd door Victor Naulaerts. Deze werd gebor<strong>en</strong> te Her<strong>en</strong>thout op 12 januari 1847 <strong>en</strong><br />

werd te <strong>Weelde</strong> b<strong>en</strong>oemd op 30 april 1877. Voorhe<strong>en</strong> was Naulaerts hulponderwijzer te Wiekevorst<br />

geweest. <strong>To<strong>en</strong></strong> in 1879 de liberal<strong>en</strong> aan het bewind kwam<strong>en</strong>, verbod<strong>en</strong> zij het godsdi<strong>en</strong>stonderricht.<br />

De kerk nam dit niet <strong>en</strong> e<strong>en</strong> geweldige schoolstrijd barstte in gans België los <strong>en</strong> zorgde ook te <strong>Weelde</strong><br />

voor de nodige onrust. Voortaan zag de toestand er als volgt uit:<br />

- het onderwijs werd gegev<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de voorschrift<strong>en</strong> van de nieuwe wet op het lager onderwijs;<br />

- de geestelijke overheid weigerde voor <strong>en</strong> na de schoolur<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stonderricht te gev<strong>en</strong>. De<br />

onderwijzer <strong>en</strong> de onderwijzeres werd<strong>en</strong> hiermee gelast <strong>en</strong> dit ieder voor 50 frank per jaar.<br />

Doch de geestelijke overheid liet het hier niet bij zitt<strong>en</strong>. Zij richtte e<strong>en</strong> schoolcomiteit op bestaande uit<br />

Cornelius Marinus, Jan Baptist Hopp<strong>en</strong>brouwers <strong>en</strong> Adrianus Peeters. Er werd e<strong>en</strong> katholieke school<br />

voor lager onderwijs gesticht in oktober 1879 met als onderwijzer Joannes Mathijs Maas <strong>en</strong> als<br />

onderwijzeres Julia Neliss<strong>en</strong>. Deze laatste echter niet voor lang, want zij stierf te <strong>Weelde</strong> op 14<br />

december 1883. Daar werd regelmatig e<strong>en</strong> register van aanwezigheid <strong>en</strong> vordering bijgehoud<strong>en</strong><br />

hetge<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>teschool niet gebeurde. De geme<strong>en</strong>teschool had in deze tijd waarschijnlijk nog<br />

maar <strong>en</strong>kele leerling<strong>en</strong>. In 1880 war<strong>en</strong> er nog 5 betal<strong>en</strong>de leerling<strong>en</strong>, vier jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> e<strong>en</strong> meisje. De<br />

onderwijzers volgd<strong>en</strong> elkaar met de regelmaat van e<strong>en</strong> klok op. Hun inkom<strong>en</strong> was natuurlijk sterk<br />

gedaald doordat er bijna ge<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>de leerling<strong>en</strong> meer war<strong>en</strong>.<br />

Op 23 oktober 1879 nam Victor Naulaerts ontslag. Hij werd hoofdonderwijzer in de geme<strong>en</strong>teschool te<br />

Putte. Hij werd op 7 november 1879 door August Wijns, gebor<strong>en</strong> te Itegem op 19 juni 1859 <strong>en</strong>


hulponderwijzer te Her<strong>en</strong>thout opgevolgd. Deze gaf ook Franse les na de schoolur<strong>en</strong>. Hoewel hij voor<br />

het godsdi<strong>en</strong>stonderricht 100 frank per jaar ontving, nam hij op 12 februari 1881 de b<strong>en</strong><strong>en</strong> om<br />

b<strong>en</strong>oemd te word<strong>en</strong> in Pulderbos. Vijf maand<strong>en</strong> later werd op 1 augustus 1881 Jan H<strong>en</strong>ri Van Oirbeek<br />

b<strong>en</strong>oemd. Hij was gebor<strong>en</strong> te Lommel op 28 januari 1856. Dit alles is niet verwonderlijk, want omdat<br />

er maar <strong>en</strong>kele leerling<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>teschool war<strong>en</strong>, kon de onderwijzeres de leerling<strong>en</strong> makkelijk<br />

aan. De afwezigheid van e<strong>en</strong> onderwijzer in de geme<strong>en</strong>teschool was dus ge<strong>en</strong> belemmering voor het<br />

onderwijs in de geme<strong>en</strong>teschool. Van Oirbeek was vanaf 13 februari 1880 te Vorst-C<strong>en</strong>trum<br />

onderwijzer geweest, <strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>oot hij e<strong>en</strong> jaarwedde van 700 frank. Op 16 november 1882<br />

werd hij te Ravels geplaatst. Hij werd opgevolgd door Petrus Josephus van Roey. Deze was gebor<strong>en</strong><br />

te Rijkevorsel op 16 mei 1858, werd onderwijzer te Hobok<strong>en</strong> (1/10/1877-10/7/1878) <strong>en</strong> te Rijkevorsel<br />

(11/7/1878-14/11/1882), <strong>en</strong> werd op 13 oktober 1882 van ambtswege te <strong>Weelde</strong> b<strong>en</strong>oemd. Buit<strong>en</strong> zijn<br />

jaarwedde van 700 frank had hij nog 500 frank bijverdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Van Roey werd te Merksplas b<strong>en</strong>oemd<br />

op 29 juni 1883. De <strong>Weelde</strong>naar J.A.Meul<strong>en</strong>dijks die hier gebor<strong>en</strong> was op 24 mei 1861 volgde hem<br />

op.<br />

Voor zijn indi<strong>en</strong>sttreding op 23 juli 1883 was hij onderwijzer te Zondereig<strong>en</strong> (1/6/1880) <strong>en</strong><br />

hulponderwijzer te Hamont (9/10/1879). Hij huwde te Baarle Hertog op 1 september 1882 met Sophia<br />

Catharina Baet<strong>en</strong>. Weg<strong>en</strong>s haar huwelijk di<strong>en</strong>de juffrouw Julia Slaets haar ontslag in op 25 augustus<br />

1879 <strong>en</strong> zij werd b<strong>en</strong>oemd te Borgerhout. Juffrouw C.Van d<strong>en</strong> Bosch die gebor<strong>en</strong> was te Ranst op 12<br />

maart 1857 volgde haar op (27 september 1879) maar nam reeds ontslag op 29 maart 1881 waarna<br />

ze werd b<strong>en</strong>oemd te Her<strong>en</strong>thout. De liberale politiek zorgde voor e<strong>en</strong> gespann<strong>en</strong> toestand tuss<strong>en</strong> de<br />

officiële geme<strong>en</strong>teschool die nauwelijks nog leerling<strong>en</strong> telde <strong>en</strong> de opgerichte vrije katholieke school.<br />

<strong>To<strong>en</strong></strong> de liberal<strong>en</strong> in 1884 de meerderheid verlor<strong>en</strong>, werd de toestand opnieuw min of meer normaal.<br />

In de geme<strong>en</strong>teraadszitting van 23 december 1884 werd beslot<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>teschool te behoud<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de meisjesschool, die sedert het ontslag van Juffrouw C.Van d<strong>en</strong> Bosch geslot<strong>en</strong> was, te herop<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

De katholieke school werd opgehev<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemde Joannes Matheus Maas, die te Neeroeter<strong>en</strong><br />

op 16 januari 1846 was gebor<strong>en</strong> <strong>en</strong> die gedur<strong>en</strong>de 5 jaar de vrije school had bestuurd, tot<br />

hulponderwijzer. Dit werd echter door het Hoger Bestuur niet goedgekeurd. Maas had wel twee jaar<br />

de leergang<strong>en</strong> gevolgd in de Normaalschool te St.-Truid<strong>en</strong>, maar hij bezat ge<strong>en</strong> diploma. Tot<br />

onderwijzeres werd b<strong>en</strong>oemd Juffrouw Victoria Wijgerde, te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong> op 8 februari 1851,<br />

gediplomeerde leerlinge der staatsnormaalschool van Her<strong>en</strong>tals <strong>en</strong> bestuurster van de vroegere vrije<br />

meisjesschool. Voordi<strong>en</strong> was zij onderwijzeres in de aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> school van Berthem geweest van<br />

1/3/1872 tot 1/9/1879. Te <strong>Weelde</strong> had zij e<strong>en</strong> jaarwedde van 400 frank <strong>en</strong> ze verdi<strong>en</strong>de nog 600 frank<br />

bij. We stell<strong>en</strong> vast dat in 1886 63 meisjes <strong>en</strong> 102 jong<strong>en</strong>s het lager onderwijs volgd<strong>en</strong>. Het aantal<br />

leerling<strong>en</strong> steeg dus gestadig. Op 11 januari 1887 vroeg m<strong>en</strong> om gemachtigd te word<strong>en</strong> om e<strong>en</strong><br />

gem<strong>en</strong>gde geme<strong>en</strong>teschool voor jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes te mog<strong>en</strong> op<strong>en</strong><strong>en</strong> voor de twee laagste klass<strong>en</strong>.<br />

M<strong>en</strong> zou de turnzaal daarvoor als schoollokaal kunn<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>. Dit werd toegestaan <strong>en</strong> H.De<br />

Lausnay, gebor<strong>en</strong> te Turnhout <strong>en</strong> gediplomeerd Normalist van de Rijksnormaalschool te Lier, werd op<br />

1 maart 1887 tot hulponderwijzer b<strong>en</strong>oemd. Hij had ongeveer 50 leerling<strong>en</strong> onder zijn hoede. De<br />

situatie zag er voortaan uit als volgt:<br />

- Meul<strong>en</strong>dijks: twee hoogste klass<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s<br />

- Wijgerde: twee hoogste klass<strong>en</strong> meisjes<br />

- De Lausnay: twee laagste klass<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes<br />

In 1889 ontstond e<strong>en</strong> conflict tuss<strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> de hoofdonderwijzer. Zijn zuster woonde bij hem<br />

in het schoolhuis <strong>en</strong> daar zij zwakzinnig was, zorgde zij voor de nodige storing<strong>en</strong>. Op 30 oktober 1889<br />

werd Anna Maria Philom<strong>en</strong>a Meul<strong>en</strong>dijks in het gesticht te Geel geplaatst op aandring<strong>en</strong> van de<br />

geme<strong>en</strong>te. Het had wel ev<strong>en</strong> geduurd vooraleer ze daar geplaatst werd, want hoofdonderwijzer<br />

Meul<strong>en</strong>dijks wilde zijn zuster te <strong>Weelde</strong> houd<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> verslag van 23 september 1889 lez<strong>en</strong> we<br />

hierover het volg<strong>en</strong>de: "Betrekkelijk de inwooning van de zuster van d<strong>en</strong> onderwijzer Meul<strong>en</strong>dijks in<br />

het schoolhuis alhier. Hebb<strong>en</strong> wij de eer u Ed. te lat<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, dat d<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>raad onmiddellijk na<br />

des zelfs ontvangst, d<strong>en</strong> onderwijzer heeft aangema<strong>en</strong>d <strong>en</strong> uitg<strong>en</strong>oodigd zijne zuster bij zijne andere<br />

familie of elders te plaats<strong>en</strong> ter oorzak<strong>en</strong> har<strong>en</strong> herhaalde onbetamelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> stoornis der klass<strong>en</strong><br />

van d<strong>en</strong> hulponderwijzer. De onderwijzer had dat beloofd daarvoor eerstdaags te zull<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong>, doch<br />

later zegde hij dat dit voor hem e<strong>en</strong> moeyelijke zaak was, <strong>en</strong> dat zijne andere familie niet g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong><br />

was haar bij hun in te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vroeg dan nog e<strong>en</strong>ige dag<strong>en</strong> uitstel. Doch het schijnt dat de<br />

onderwijzer die zaak zoo maar stillek<strong>en</strong>s laat hang<strong>en</strong>, dus heeft de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Raad in zitting van<br />

gister<strong>en</strong> 22 dezer maand, het besluit g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> d<strong>en</strong> onderwijzer dring<strong>en</strong>d te gebied<strong>en</strong> dat hij moet


zorg<strong>en</strong> dat zijne zuster het schoolhuis voor d<strong>en</strong> 1e oktober aanstaande heeft verlat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarin om<br />

de bov<strong>en</strong> aangehaalde red<strong>en</strong>, niet meer mag blijv<strong>en</strong> woon<strong>en</strong>".<br />

Regelmatig werd<strong>en</strong> ook kantonale wedstrijd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> leerling<strong>en</strong> van de lagere schol<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Zo<br />

werd op 15 juli 1886 het lokaal der geme<strong>en</strong>telijke jong<strong>en</strong>sschool daarvoor ter beschikking gesteld. In<br />

1889 war<strong>en</strong> bij deze wedstrijd elf laureat<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>. Zij ontving<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>te e<strong>en</strong> boek als<br />

beloning. Vanaf nieuwjaar 1892 wisseld<strong>en</strong> De Lausnay <strong>en</strong> Victoria Wijgerde op eig<strong>en</strong> verzoek <strong>en</strong><br />

zonder verhoging van jaarwedde hun klass<strong>en</strong>. De Lausnay deed de twee hoogste klass<strong>en</strong> meisjes <strong>en</strong><br />

Victoria Wijgerde de twee laagste klass<strong>en</strong> der meisjes <strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s. Het hand- <strong>en</strong> naaldwerk in de<br />

hoogste klass<strong>en</strong> hield De Lausnay echter aan.<br />

3. De geme<strong>en</strong>telijke jong<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> meisjesschool werd<strong>en</strong> in 1892 weer ver<strong>en</strong>igd tot e<strong>en</strong><br />

gem<strong>en</strong>gde dorpsschool<br />

Enkele maand<strong>en</strong> later (16 februari 1892) vroeg m<strong>en</strong> om afschaffing van de geme<strong>en</strong>telijke<br />

meisjesschool <strong>en</strong> de less<strong>en</strong> voor hand- <strong>en</strong> naaldwerk. M<strong>en</strong> wilde één gem<strong>en</strong>gde school <strong>en</strong> dit<br />

gebeurde. <strong>To<strong>en</strong></strong> Juffrouw Victoria Wijgerde op 5 februari 1893 ontslag nam, nam de hulponderwijzer<br />

de drie laagste klass<strong>en</strong> op zich <strong>en</strong> Meul<strong>en</strong>dijks de drie hoogste. Juffrouw Wijgerde werd op wachtgeld<br />

gesteld. De geme<strong>en</strong>te betaalde hiervoor per kwartaal 86,67 frank. Juffrouw Odrada Knaeps werd op<br />

11 mei 1893 b<strong>en</strong>oemd om naaldwerk te gev<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>teschol<strong>en</strong>. De avondschool voor<br />

volwass<strong>en</strong> jongeling<strong>en</strong> werd in 1892 geop<strong>en</strong>d <strong>en</strong> hulponderwijzer De Lausnay gaf er les. <strong>To<strong>en</strong></strong> de<br />

onderwijzers in 1894 om verhoging van hun jaarwedde vroeg<strong>en</strong>, had de geme<strong>en</strong>te wel <strong>en</strong>kele<br />

bed<strong>en</strong>king<strong>en</strong>. Meul<strong>en</strong>dijks werd verwet<strong>en</strong> dat zijn klas niet op tijd begon <strong>en</strong> eindigde. Hij moest meer<br />

orde <strong>en</strong> toezicht over de kinder<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> die onderweg dikwijls de graangewass<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrucht<strong>en</strong><br />

beschadigd<strong>en</strong> <strong>en</strong> er werd hem opgedrag<strong>en</strong> om de schuldig<strong>en</strong> str<strong>en</strong>g te straff<strong>en</strong>. Hij spande zich wel in<br />

voor de leerling<strong>en</strong> die meeded<strong>en</strong> in de kantonale westrijd<strong>en</strong>, maar hierdoor werd<strong>en</strong> de andere, minder<br />

begaafde leerling<strong>en</strong> b<strong>en</strong>adeeld. Ook De Lausnay moest beter op tijd met de less<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> <strong>en</strong> hij<br />

moest zich ervoor hoed<strong>en</strong> niet te lang achter elkaar les te gev<strong>en</strong>. In 1895 had hoofdonderwijzer<br />

Meul<strong>en</strong>dijks e<strong>en</strong> jaarwedde van 1350 frank <strong>en</strong> de hulponderwijzer had 1200 frank. Hoofdonderwijzer<br />

Meul<strong>en</strong>dijks overleed te <strong>Weelde</strong> op 8 april 1901.<br />

4. In 1899 werd de gem<strong>en</strong>gde dorpsschool weer gesplitst in e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijke jong<strong>en</strong>sschool<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> meisjesschool<br />

In 1899 werd door de Zusters der Kristelijke Schol<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bewaarschool opgericht. Zij nam<strong>en</strong> ook de<br />

meisjesschool aan. Jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes werd<strong>en</strong> dus weer gescheid<strong>en</strong>: de jong<strong>en</strong>sschool werd e<strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>teschool <strong>en</strong> de meisjesschool e<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> school. Pastoor Jacobs beschreef het<br />

onderwijs rond 1900 als volgt: "Het onderwijs der meisjes der kinder<strong>en</strong> in de bewaarschool wordt hier<br />

gegev<strong>en</strong> door de Religieuz<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> H.Josephus Calasanctius van Vorselaer, g<strong>en</strong>aemd "Zusters der<br />

Kristelijke Schol<strong>en</strong>". Deze zusters hang<strong>en</strong> af van het moederhuis van Vorselaer. De Heer pastoor is<br />

de bestierder der school <strong>en</strong> der zusters. Het klooster is in 1899 gesticht door d<strong>en</strong> pastoor Jacobs. De<br />

school is van de geme<strong>en</strong>te aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In de bewaarschool wordt de methode "Frebel" toegepast.<br />

In 1901 war<strong>en</strong> er drie zusters. Moeder Amata van Mechel<strong>en</strong>, gediplomeerde onderwijzeres <strong>en</strong> overste<br />

van het Klooster, Zuster Honorina van Antwerp<strong>en</strong>, onderwijzeres in de Bewaarschool, <strong>en</strong> zuster<br />

Amalia van Deurne geeft les in de 2e afdeeling der meisjesschool. Sedert het bestaan van 't klooster<br />

heeft de geme<strong>en</strong>teschool maar e<strong>en</strong>e hoogere afdeeling voor de jong<strong>en</strong>s alle<strong>en</strong> <strong>en</strong> Mijnheer<br />

J.Meul<strong>en</strong>dijks onderwijzer te <strong>Weelde</strong> gebor<strong>en</strong>, heeft 35 à 45 kinder<strong>en</strong> in zijne school".<br />

5. Het gebouw<br />

Zoals we reeds aanhaald<strong>en</strong> moet er reeds in de 16e eeuw e<strong>en</strong> gebouw geweest zijn waar m<strong>en</strong> school<br />

deed. Dit gebouw stond to<strong>en</strong> ook waarschijnlijk reeds op het kerkhof onder de tor<strong>en</strong>. Rond 1800 lag<strong>en</strong><br />

er reeds pann<strong>en</strong> op het gebouw. In het jaar IX van de Franse Republiek betaalde m<strong>en</strong> Anth. Swanet<br />

voor "reparatie aan de glas<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verlegg<strong>en</strong> van pann<strong>en</strong> op de school". In 1824 wet<strong>en</strong> we dat het<br />

schooltje bemeubeld was met zitbank<strong>en</strong>, drie schrijftafels, 1 kachel <strong>en</strong> twee zwarte bord<strong>en</strong>. In 1826<br />

werd de school bijna geheel opnieuw opgebouwd. Het gebouw had 5 grote v<strong>en</strong>sterram<strong>en</strong> langs de<br />

zuidoostzijde, bevatte drie klass<strong>en</strong> <strong>en</strong> was 12 meter lang, 6 meter breed <strong>en</strong> 6 meter hoog. De<br />

onderwijzer had e<strong>en</strong> verblijf dat niet aan het schoollokaal gr<strong>en</strong>sde. Hieraan was e<strong>en</strong> tuin verbond<strong>en</strong>,<br />

waarin de onderwijzer mocht werk<strong>en</strong>. In het midd<strong>en</strong> der 19e eeuw wilde m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuwe school


ouw<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de geme<strong>en</strong>te was het echter noodzakelijk om eerst e<strong>en</strong> degelijk nieuw<br />

geme<strong>en</strong>tehuis te bouw<strong>en</strong>. Zij vond<strong>en</strong> het schoolgebouw niet zo slecht als werd beweerd.<br />

Ze zag<strong>en</strong> echter wel in, dat het gebouw gezi<strong>en</strong> de aangroei<strong>en</strong>de bevolking binn<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong> te klein<br />

zou zijn. Daarbij belemmerde het gebouw dat op kleine afstand van de kerk stond, bijna helemaal de<br />

grote ingang van de kerk. In 1851 werd<strong>en</strong> nog twee nieuwe ram<strong>en</strong> geplaatst <strong>en</strong> het plafond verhoogd,<br />

<strong>en</strong> in 1853 bouwde m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> portaal aan de school waardoor de ingang van de school teg<strong>en</strong> de<br />

noord<strong>en</strong>wind werd beschermd. In de geme<strong>en</strong>teraadszitting van 6 maart 1868 nam m<strong>en</strong> het besluit om<br />

e<strong>en</strong> nieuwe geme<strong>en</strong>teschool met onderwijzerswoning te bouw<strong>en</strong>. Om dit te kunn<strong>en</strong> verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong><br />

kocht m<strong>en</strong> in 1870, 33 ar<strong>en</strong> grond van Arnoldus Haag<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn vrouw Isabella Frank<strong>en</strong>. Ti<strong>en</strong> ar<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> als tuin voor de onderwijzer, Arnoldus van Liempt uit Turnhout nam op 29 december<br />

1870 de school voor 25.800 frank aan. In 1873 was de school geheel ingericht maar het duurde nog<br />

vrij lang vooraleer m<strong>en</strong> ze in gebruik kon nem<strong>en</strong>. Hierover lez<strong>en</strong> we het volg<strong>en</strong>de: "De geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>raed<br />

heeft de verwondering uitgedrukt, dat het zoolang vertraagd, voor alleer de kinder<strong>en</strong> in de nieuwe<br />

gebouwde geme<strong>en</strong>teschool kunn<strong>en</strong> gaan, die reeds e<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> tijd van hare nieuwe schoolmeubel<strong>en</strong> is<br />

voorzi<strong>en</strong>. Dat d<strong>en</strong> onderwijzer sedert meer als e<strong>en</strong> jaar de wooning daaraan gebouwd, heeft<br />

betrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> door hem bewoond wordt. Dat het oud gebouw door verval onbruikbaar is, zoo verre dat<br />

de kinder<strong>en</strong>, door de muer<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitkruip<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de ram<strong>en</strong> groot<strong>en</strong>deels van het glas<br />

ontbloot". In februari 1874 werd<strong>en</strong> de oude bouwstoff<strong>en</strong> van het oud schoollokaal publiek verkocht. In<br />

1879 war<strong>en</strong> er reeds grote herstelling<strong>en</strong> aan de nieuwe school. Het is mogelijk dat e<strong>en</strong> <strong>en</strong> ander<br />

vernield was tijd<strong>en</strong>s de schoolstrijd. In ieder geval wet<strong>en</strong> we, dat in 1879 voor 1472,77 frank <strong>en</strong> in<br />

1880 voor 5150 frank herstellingswerk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uitgevoerd. In deze periode werd de weg tuss<strong>en</strong> de<br />

Straat <strong>en</strong> het Kerk<strong>en</strong>eind gelegd. De weg zou langs de school lop<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit bracht grote voordel<strong>en</strong> met<br />

zich mee. De weg<strong>en</strong> war<strong>en</strong> immers dikwijls zo slecht dat m<strong>en</strong> nauwelijks met droge voet<strong>en</strong> tot aan de<br />

school kon gerak<strong>en</strong>. De kinder<strong>en</strong> die in vele gevall<strong>en</strong> viermaal per dag deze weg moest<strong>en</strong> aflegg<strong>en</strong>,<br />

moest<strong>en</strong> dan de hele dag met natte voet<strong>en</strong> in de school zitt<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit was helemaal niet bevorderlijk<br />

voor de gezondheid. Vandaar de grote prioriteit die aan deze weg werd gegev<strong>en</strong>.<br />

Na 1900<br />

1. De aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> meisjesschool<br />

a. Stichting<br />

<strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum<br />

Zoals we in vorige paragraaf schrev<strong>en</strong>, werd vanaf 1899 de dorpsschool opgedeeld in e<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s-<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> meisjesschool. Pastoor Jacobs was er immers in geslaagd <strong>en</strong>kele Zusters van Vorselaar te<br />

bekom<strong>en</strong> om hier les te kom<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>. Er was nog wel ge<strong>en</strong> huis voor deze Zusters beschikbaar,<br />

maar dat werd voorzi<strong>en</strong> door h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> huis in de Singel ter beschikking te stell<strong>en</strong>. Hier moest<strong>en</strong> ze niet<br />

lang verblijv<strong>en</strong>, want Pastoor Jacobs liet onmiddellijk e<strong>en</strong> prachtig klooster bouw<strong>en</strong> naast de<br />

bestaande geme<strong>en</strong>tejong<strong>en</strong>sschool. De meisjesschool was trouw<strong>en</strong>s gevestigd in <strong>en</strong>kele lokal<strong>en</strong> van<br />

de geme<strong>en</strong>tejong<strong>en</strong>sschool. Deze toestand bleef voortdur<strong>en</strong> tot in de zestiger jar<strong>en</strong>. Om allerlei<br />

red<strong>en</strong><strong>en</strong> werd er e<strong>en</strong> nieuwe geme<strong>en</strong>tejong<strong>en</strong>sschool gebouwd elders in de Koning-Albertstraat. De<br />

oude geme<strong>en</strong>tejong<strong>en</strong>sschool met onderwijzerswoning werd afgebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet lang daarna kocht<strong>en</strong><br />

de Zusters van Vorselaar de grond waarop deze gebouw<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gestaan. <strong>Nu</strong> had m<strong>en</strong> grootse<br />

plann<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>! M<strong>en</strong> besloot om de meisjesschool af te brek<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> nieuwe meisjesschool<br />

te lat<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>. Zo gebeurde het. De Zusters liet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> prachtige school bouw<strong>en</strong>, gerieflijk <strong>en</strong> ruim<br />

<strong>en</strong> met de noodzakelijke voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Het hoeft niet gezegd, dat dit alles e<strong>en</strong> geweldige verbetering<br />

was. Nadat de laatste Zusters van Vorselaar in 1970 uit <strong>Weelde</strong> vertrokk<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, werd het klooster<br />

ook afgebrok<strong>en</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong>-Straat<br />

Omdat de afstand van <strong>Weelde</strong>-Straat tot <strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum voor de kleine kinder<strong>en</strong> tamelijk groot was,<br />

verlangd<strong>en</strong> de inwoners van de Straat e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> school. In e<strong>en</strong> vervall<strong>en</strong> huis werd in 1928 in de<br />

Straat e<strong>en</strong> eerste bewaarklas geop<strong>en</strong>d. Dit viel goed mee <strong>en</strong> daarom besloot m<strong>en</strong> in 1948 om met<br />

e<strong>en</strong> klas van de lagere school te beginn<strong>en</strong>. Zo gezegd, zo gedaan. Alfons Vansant stelde e<strong>en</strong> kamer<br />

ter beschikking in zijn huis in de Koning Albertstraat <strong>en</strong> er kon les gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het aantal klass<strong>en</strong>


groeide, e<strong>en</strong> nieuwe moderne meisjesschool voor de Straat werd noodzakelijk <strong>en</strong> daarom werd in het<br />

begin van de jar<strong>en</strong> 60 de huidige meisjesschool aan het Eykantpad gebouwd. Het was werkelijk e<strong>en</strong><br />

hele verbetering voor de Weeldse bevolking! Tot 1970 had deze school e<strong>en</strong> afzonderlijk bestuur, maar<br />

vanaf 1970 staat <strong>Weelde</strong>-Straat weer onder het bestuur van <strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum. Belangrijke Zusters in<br />

de meisjesschool van <strong>Weelde</strong>-Straat war<strong>en</strong>: Zuster Clem<strong>en</strong>tissima, Zuster Tarcisia <strong>en</strong> Zuster Firmina.<br />

b. Enkele directrices<br />

Moeder Amata op<strong>en</strong>de op 18 april 1898 twee klass<strong>en</strong>. Zij nam de hoogste klas voor haar rek<strong>en</strong>ing die<br />

to<strong>en</strong> 54 leerling<strong>en</strong> telde, de laagste klas telde 76 leerling<strong>en</strong>. Er bestond nog ge<strong>en</strong> leerplicht <strong>en</strong> dus<br />

war<strong>en</strong> de afwezig<strong>en</strong> in de zomer erg talrijk. Dit was dan vooral te wijt<strong>en</strong> aan het vele werk op de<br />

boerderij<strong>en</strong>. Nadat de bewaarschoolklas werd geop<strong>en</strong>d, verminderde het aantal leerling<strong>en</strong> in de<br />

andere twee klass<strong>en</strong>. Moeder Hyppolite begon haar taak in onze geme<strong>en</strong>te op 26 september 1907.<br />

We hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bijzondere feit<strong>en</strong> te vermeld<strong>en</strong> onder haar bestuur. Zij werd opgevolgd door Moeder<br />

Walburgis die twee klaslokal<strong>en</strong> liet bijbouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 1914 de derde klas inrichtte. De lagere school<br />

telde to<strong>en</strong> 150 leerling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bewaarschool 65. Moeder Walburgis verbleef te <strong>Weelde</strong> van 1911 tot<br />

1923. De vierde graad, e<strong>en</strong> nieuwtje in het Belgisch onderwijs volg<strong>en</strong>s inzicht<strong>en</strong> van pedagoog Leo<br />

De Pauw werd ingericht in 1924, noodgedwong<strong>en</strong> in de achterbouw van de zaal der Boer<strong>en</strong>bond<br />

naast de school. Moeder Gerarda verbleef slechts twee jaar te <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> er ded<strong>en</strong> zich ge<strong>en</strong><br />

noem<strong>en</strong>swaardige feit<strong>en</strong> voor onder haar bestuur. Haar opvolgster Moeder Eudoxia richtte e<strong>en</strong><br />

bewaarschool in in <strong>Weelde</strong>-Straat <strong>en</strong> zij zorgde er tev<strong>en</strong>s voor dat de leerling<strong>en</strong> van de vierde graad<br />

aangepaste meubel<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong>. Onder het bestuur van Moeder R<strong>en</strong>é kreeg de school in 1934 nieuwe<br />

WC's, e<strong>en</strong> prachtig geplaveide speelplaats <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gerieflijke opslagplaats voor kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> hout. Onder<br />

het bestuur van Moeder Egina trachtte m<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> twee schoolcomplex<strong>en</strong> op te richt<strong>en</strong>: één in het<br />

C<strong>en</strong>trum <strong>en</strong> één in de Straat. Moeder Fulberta bestuurde de school van 1942 tot 1943, maar we<br />

vind<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> belangrijke feit<strong>en</strong> vermeld onder haar bestuur.<br />

Moeder Robertine was directrice van 1943 tot 1948. Onder haar bestuur beleefde de school de laatste<br />

oorlogsjar<strong>en</strong>, de bevrijding <strong>en</strong> de eerste naoorlogse jar<strong>en</strong>. Grote moeilijkhed<strong>en</strong> drong<strong>en</strong> zich op. De<br />

lokal<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door de bezetter <strong>en</strong> de vlieg<strong>en</strong>de bomm<strong>en</strong> verontrustt<strong>en</strong> de hele<br />

bevolking. Toch trachtte m<strong>en</strong> zo goed <strong>en</strong> zo kwaad als het ging les te gev<strong>en</strong> in herberg<strong>en</strong>, stall<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

woonkamers. T<strong>en</strong>slotte ging m<strong>en</strong> over tot het halfdagstelsel tot m<strong>en</strong> uiteindelijk besliste om in de<br />

gehucht<strong>en</strong> zelf les te gaan gev<strong>en</strong>, omdat het te gevaarlijk werd voor de kinder<strong>en</strong> om naar school te<br />

kom<strong>en</strong>. Het was dan ook e<strong>en</strong> grote opluchting to<strong>en</strong> eindelijk de lokal<strong>en</strong> weer ter beschikking kwam<strong>en</strong><br />

van het onderwijz<strong>en</strong>d personeel. Het groot aantal kinder<strong>en</strong> echter was oorzaak dat m<strong>en</strong> weer in<br />

noodlokal<strong>en</strong> moest trekk<strong>en</strong>. Moeder Maria-Jozefa was directrice van 1948 tot 1951. In september<br />

1949 werd zij bestuurster zonder klas, <strong>en</strong> daarom werd e<strong>en</strong> bergplaats veranderd in e<strong>en</strong> klein<br />

kantoortje. De school werd ruimer, omdat de pastoor toelating gaf om de lokal<strong>en</strong> achter de<br />

parochiezaal in gebruik te nem<strong>en</strong>. Moeder Theophile besefte dat het overvloedig leermateriaal dat de<br />

school door de jar<strong>en</strong> he<strong>en</strong> verwierf e<strong>en</strong> bijzondere zorg vereiste, wilde m<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> praktisch gebruik<br />

ervan kom<strong>en</strong>. Zij zorgde dan ook voor e<strong>en</strong> geschikt lokaal <strong>en</strong> voor de schikking van het materiaal.<br />

Moeder Maria arriveerde te <strong>Weelde</strong> op 2 januari 1953. Zij bevorderde vooral de devotie tot Onze Lieve<br />

Vrouw <strong>en</strong> door haar toedo<strong>en</strong> kwam aan e<strong>en</strong> not<strong>en</strong>boom e<strong>en</strong> veldkapelletje te hang<strong>en</strong>. Elke morg<strong>en</strong> in<br />

mei kwam<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> hier bidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> zing<strong>en</strong> ter ere van Maria. Op 7 december 1953, op de<br />

vooravond van het mariaal jaar, werd door de ganse school e<strong>en</strong> grootse hulde gebracht aan Onze<br />

Lieve Vrouw.<br />

Rond deze tijd kwam er ook e<strong>en</strong> lokaal vrij in de jong<strong>en</strong>sschool, omdat de jong<strong>en</strong>s gedeeltelijk<br />

onderwijs kreg<strong>en</strong> in de Straat. De vierde graad vestigde zich in de oude G<strong>en</strong>darmerie <strong>en</strong> kreeg e<strong>en</strong><br />

bijzondere leermeesteres confectie. Moeder Maria-Cherubine verbleef niet lang te <strong>Weelde</strong>, want zij<br />

werd reeds na twee maand<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong> door Moeder Elvira. Deze was directrice van 1962 tot 1964.<br />

Zij spande zich vooral in voor de schoolfeest<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor het verbeter<strong>en</strong> van het onderwijs. Zij werd<br />

opgevolgd door Moeder Marie-Rosalie die directrice was van 1964 tot 1970. Onder haar bestuur werd<br />

de oude meisjesschool afgebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> werd de huidige school gebouwd. In de parochiezaal <strong>en</strong> het<br />

klooster werd<strong>en</strong> noodlokal<strong>en</strong> ingericht. In 1970 verliet<strong>en</strong> de Zusters het dorp, maar er kwam<strong>en</strong><br />

dagelijks nog drie Zusters uit Oosthov<strong>en</strong> lesgev<strong>en</strong>. Zuster Clothilde Seymus werd directrice van 1970<br />

tot 1976. Zij werd opgevolgd door Zuster Mauritia die directrice met klas was van 1976 tot 1978. Vanaf<br />

1978 is Zuster Mauritia directrice zonder klas.


2. De Geme<strong>en</strong>tejong<strong>en</strong>sschool<br />

a. Stichting<br />

<strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum<br />

In 1899 was de dorpsschool opgesplitst in e<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> meisjesschool <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>tejong<strong>en</strong>sschool. Jong<strong>en</strong>s van 6 tot 12 jaar bezocht<strong>en</strong> de jong<strong>en</strong>sschool, maar van regelmatig<br />

schoolbezoek was nog helemaal ge<strong>en</strong> sprake. De gezinn<strong>en</strong> war<strong>en</strong> groot, er bestond ge<strong>en</strong> leerplicht<br />

<strong>en</strong> op het veld <strong>en</strong> in de stal was veel werk. Omdat het schoolbezoek dikwijls heel wat te w<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

overliet, werd aanvull<strong>en</strong>d onderricht gegev<strong>en</strong> voor de jong<strong>en</strong>s bov<strong>en</strong> de 12 jaar in de avondschool,<br />

ook adult<strong>en</strong>school g<strong>en</strong>oemd, die ook wel e<strong>en</strong>s 's zondags in de voormiddag op<strong>en</strong> was <strong>en</strong> daarom ook<br />

wel e<strong>en</strong>s zondagsschool werd g<strong>en</strong>oemd. Later werd<strong>en</strong> de avondschol<strong>en</strong> met algeme<strong>en</strong> onderricht<br />

vervang<strong>en</strong> door landbouwschol<strong>en</strong>. Hierover verneemt u meer in e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de paragraaf. Het lager<br />

onderwijs was maar voorzi<strong>en</strong> voor de kinder<strong>en</strong> tot 12 jaar. In veel gevall<strong>en</strong> echter blev<strong>en</strong> de jong<strong>en</strong>s<br />

<strong>en</strong> meisjes naar school gaan tot 14 jaar. Deze laatste twee jaar werd dan echter nog maar weinig<br />

nieuwe leerstof gegev<strong>en</strong>.<br />

In 1914 kwam er e<strong>en</strong> nieuwe schoolwet <strong>en</strong> startte de vierde graad. Die ving de kinder<strong>en</strong> van 12 tot 14<br />

jaar op voor e<strong>en</strong> ander programma. Het was e<strong>en</strong> leerplan dat op praktische ding<strong>en</strong> was gericht. Zo<br />

leerde m<strong>en</strong> hand<strong>en</strong>arbeid, hout-, papier- <strong>en</strong> ijzerbewerking aan de jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> vrouwelijke<br />

handwerk<strong>en</strong> zoals naai<strong>en</strong>, brei<strong>en</strong>, kok<strong>en</strong> <strong>en</strong> huishoudkunde aan de meisjes. De vierde graad bleef te<br />

<strong>Weelde</strong> voortbestaan tot in de jar<strong>en</strong> 70. Vanaf to<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> na hun 12 jaar meer <strong>en</strong> meer<br />

e<strong>en</strong> of andere vorm van middelbaar onderwijs volg<strong>en</strong>. De jong<strong>en</strong>sschool bevond zich met de<br />

onderwijzerswoning naast de aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> meisjesschool met het klooster. Door aangroei van de<br />

schoolbevolking <strong>en</strong> door allerlei andere omstandighed<strong>en</strong> werd in de jar<strong>en</strong> 60 beslot<strong>en</strong> om de oude<br />

jong<strong>en</strong>sschool af te brek<strong>en</strong> <strong>en</strong> nieuwe gebouw<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> opricht<strong>en</strong>, elders in de Koning Albertstraat.<br />

Zo gebeurde het ook: de oude school werd afgebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> de nieuwe school werd in gebruik<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong>-Straat<br />

De rivaliteit tuss<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-Straat <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum bestond sinds eeuw<strong>en</strong>. Dit bleef zo voortdur<strong>en</strong><br />

tot in deze eeuw. <strong>Weelde</strong>-Straat, ongeveer ev<strong>en</strong> talrijk bevolkt als <strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum, had zich<br />

helemaal naar het C<strong>en</strong>trum te schikk<strong>en</strong>. Hieraan kwam e<strong>en</strong> einde onder het pastoraat van Tubbax. Hij<br />

zou zich helemaal voor deze zaak inspann<strong>en</strong> <strong>en</strong> er zijn lev<strong>en</strong>swerk van mak<strong>en</strong>. Hij streefde<br />

vanzelfsprek<strong>en</strong>d naar eig<strong>en</strong> schol<strong>en</strong> in zijn parochie <strong>en</strong> hierin is hij ook geslaagd. Enkele inwoners<br />

van de parochie hadd<strong>en</strong> er zich voor ingespann<strong>en</strong> <strong>en</strong> bekwam<strong>en</strong>, dat de geme<strong>en</strong>teraad in zitting van<br />

24 augustus 1954 het besluit trof om de scheiding door te voer<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> degelijke school was reeds<br />

gebouwd in het begin van de Hegge. Voortaan zag de indeling van het lerar<strong>en</strong>korps er zo uit:<br />

• <strong>Weelde</strong>-C<strong>en</strong>trum: Hoofd: Louis Van Beek<br />

• 7de <strong>en</strong> 8ste jaar: Louis Van Beek<br />

• 5de <strong>en</strong> 6de jaar: Jos Gouwy<br />

• 3de <strong>en</strong> 4de jaar: Jos Verhaer<strong>en</strong><br />

• 1ste <strong>en</strong> 2de jaar: E<strong>en</strong> interimaris<br />

• <strong>Weelde</strong>-Straat: Hoofd: Alfons Raaymakers<br />

• 5de <strong>en</strong> 6de jaar: Alfons Raaymakers<br />

• 3de <strong>en</strong> 4de jaar: Ko<strong>en</strong> Van der Voort<br />

• 1ste <strong>en</strong> 2de jaar: Willy Vansant<br />

De gewestelijke Land- <strong>en</strong> Tuinbouwschool<br />

De gewestelijke Land- <strong>en</strong> Tuinbouwschool ging in november 1959 van start. Gedur<strong>en</strong>de de<br />

wintermaand<strong>en</strong> onderrichtte m<strong>en</strong> er de jeugd die zich wilde bekwam<strong>en</strong> in de tuinbouw. De heer<br />

Mert<strong>en</strong>s van Turnhout had de leiding van deze school op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Reeds tijd<strong>en</strong>s de vierde<br />

graad (12-14 jaar) werd<strong>en</strong> de jong<strong>en</strong>s voorbereid op het volg<strong>en</strong> van de less<strong>en</strong> in de Land- <strong>en</strong>


Tuinbouwschool. Daarom stelde m<strong>en</strong> einde 1958 e<strong>en</strong> speciale leermeester aan, nl. de heer Theofiel<br />

Ste<strong>en</strong>ackers. Op die manier kon m<strong>en</strong> in november 1959 met de goed voorbereide vierde graad de<br />

Land- <strong>en</strong> Tuinbouwschool beginn<strong>en</strong>. Er werd les gegev<strong>en</strong> in het geme<strong>en</strong>tehuis te <strong>Weelde</strong>. Het<br />

lerar<strong>en</strong>korps was sam<strong>en</strong>gesteld als volgt:<br />

1. J.Mert<strong>en</strong>s, Directie <strong>en</strong> scheikunde<br />

2. Ruts, plantkunde<br />

3. Van d<strong>en</strong> Blieck, wetgeving<br />

4. Devolder, handvaardigheid<br />

5. De Paepe, bijzondere Veeteelt<br />

In 1965 zag het geme<strong>en</strong>tebestuur zich verplicht de school te sluit<strong>en</strong>, omdat het aantal<br />

geïnteresseerd<strong>en</strong> verminderde. Geleidelijkaan verminderde immers het aantal landbouwers in de<br />

Kemp<strong>en</strong> <strong>en</strong> vele kinder<strong>en</strong> van landbouwers koz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> andere studierichting.<br />

b. Personeelslijst der vastb<strong>en</strong>oemde leerkracht<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>teschol<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong><br />

Naam Gebor<strong>en</strong> In di<strong>en</strong>st Uit di<strong>en</strong>st<br />

Frans Berghmans Antwerp<strong>en</strong> 16/6/1881 1/3/1901 2/10/1934<br />

Jos Ste<strong>en</strong>ackers Dessel 28/9/1890 12/9/1912 1/3/1954<br />

Louis Van Beek <strong>Weelde</strong> 19/8/1896 1/1/1919 29/4/1955<br />

Alfons Raaymakers Merksplas 14/2/1905 1/10/1924 1/1/1964<br />

Jozef Gouwy Oostkerke 24/3/1910 1/11/1934 1/9/1968<br />

Jos Verhaer<strong>en</strong> Poppel 12/11/1920 1/4/1945 1/2/1976<br />

Ko<strong>en</strong> Van der Voort <strong>Weelde</strong> 17/9/1916 30/1/1939 1/9/1976<br />

Karel Van Hees <strong>Weelde</strong> 18/3/1934 1/3/1955<br />

Frans Caymax Dessel 6/4/1934 31/5/1955<br />

Jan Dries <strong>Weelde</strong> 9/3/1942 1/1/1964<br />

Willy Vansant <strong>Weelde</strong> 18/1/1934 1/5/1954<br />

3. De school van <strong>Weelde</strong>-Statie<br />

a. Stichting<br />

Na het aanlegg<strong>en</strong> van de spoorlijn Tilburg-Turnhout <strong>en</strong> de bouw van het stationnetje <strong>Weelde</strong>-<br />

Merksplas (nu de oude statie gehet<strong>en</strong>), vestigde zich hier e<strong>en</strong> hele buurt. Vroeger was hier e<strong>en</strong><br />

uitgestrekte heide van Baarle tot Turnhout, waar de huiz<strong>en</strong> uiterst dun gezaaid war<strong>en</strong>.<br />

Spoorwerklied<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele douaneambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> vestigd<strong>en</strong> zich hier omwille van hun werk. Het geheel<br />

strekte zich uit over verscheid<strong>en</strong>e geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, nl. <strong>Weelde</strong>, Turnhout, Merksplas, Baarle Hertog <strong>en</strong><br />

Baarle Nassau. Na de op<strong>en</strong>ing van het nieuwe station in 1906 groeide de bevolking nog meer, <strong>en</strong> de<br />

noodzaak om eig<strong>en</strong> onderwijs bij huis te hebb<strong>en</strong> deed zich voel<strong>en</strong>. Dit zou er dan ook kom<strong>en</strong>. In De<br />

Kemp<strong>en</strong>aar van 17 juni 1911 lez<strong>en</strong> we: "Kinderk<strong>en</strong>s van zev<strong>en</strong> tot acht jaar moet<strong>en</strong> door weer <strong>en</strong><br />

wind, dagelijks de verre reis do<strong>en</strong>, om te Turnhout e<strong>en</strong>ig onderwijs te kunn<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>". In dit artikel<br />

werd<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>-Statie bedoeld.


De dek<strong>en</strong> van Turnhout nam het initiatief. Hij zou e<strong>en</strong> parochieschool opricht<strong>en</strong> gehecht aan de St.-<br />

Pietersparochie van Turnhout. Mete<strong>en</strong> had hij ook gezorgd voor zijn parochian<strong>en</strong> uit de omgeving van<br />

het Zwart Water. Hij verzocht de Franciscaness<strong>en</strong> van Her<strong>en</strong>tals om dit in de praktijk te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Parochieel was de school afhankelijk van St.-Pieter te Turnhout. Zij was echter gevestigd op het<br />

grondgebied van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> daarom moest de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong> ze aannem<strong>en</strong>. Reeds op 1 oktober<br />

1912 werd er te <strong>Weelde</strong>-Statie door de Zusters Franciscaness<strong>en</strong> van Her<strong>en</strong>tals, met name door<br />

Zuster Leonie <strong>en</strong> Zuster Albertine e<strong>en</strong> school begonn<strong>en</strong>. Omdat de klass<strong>en</strong> nog moest<strong>en</strong> gebouwd<br />

word<strong>en</strong>, werd voorlopig les gegev<strong>en</strong> in de kapel. In deze periode woond<strong>en</strong> de Zusters bij L.Van d<strong>en</strong><br />

Eynde. Ze sliep<strong>en</strong> bij de Zusters in Baarle Hertog. Later arriveerd<strong>en</strong> de Zusters Emmanuelle <strong>en</strong><br />

Hubertine <strong>en</strong> voortaan trokk<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> van de Statie naar deze school, de kleuters (jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />

meisjes) naar de bewaarschool <strong>en</strong> de meisjes naar de lagere school. In 1913 kon m<strong>en</strong> de kapel<br />

verlat<strong>en</strong>, want twee klaslokal<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> W.C., e<strong>en</strong> bergplaats <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gaanderij war<strong>en</strong> ondertuss<strong>en</strong><br />

klaargekom<strong>en</strong>. Vanaf to<strong>en</strong> sliep<strong>en</strong> de Zusters e<strong>en</strong> tijdlang in de bergplaats totdat het klooster af was.<br />

Trouw<strong>en</strong>s, aan dit klooster werd in 1933 nog e<strong>en</strong> voorste gedeelte bijgebouwd. De schoolbevolking<br />

bleef steeds maar aangroei<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom was m<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oodzaakt om in 1930 nog e<strong>en</strong> klas bij te<br />

bouw<strong>en</strong>. Trouw<strong>en</strong>s, dit volstond nog niet, want in 1952 werd de vroegere kapel verbouwd in 2 klass<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> werd er nog e<strong>en</strong> klaslokaal bijgebouwd dat voor de kookschool in gebruik werd<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in september 1952. Einde januari 1965 t<strong>en</strong>slotte werd er e<strong>en</strong> geprefabriceerde klas<br />

bijgebouwd voor e<strong>en</strong> tweede kleuterklas.<br />

b. Lijst van de bijzonderste leerkracht<strong>en</strong><br />

• 1912: Zuster Leonie <strong>en</strong> Zuster Albertine<br />

• 1913: Zuster Emmanuelle <strong>en</strong> Zuster Hubertine<br />

• 1928: Zuster Timottine, Zuster B<strong>en</strong>igna <strong>en</strong> Zuster Majella<br />

• 1929: Zuster Lutgart <strong>en</strong> Zuster Ludwine<br />

• 1935: Zuster Josepha<br />

• 1940: Zuster Francisca<br />

• 1941: Zuster Anna<br />

• 1942: Zuster Liberta <strong>en</strong> Zuster Ernestine<br />

• 1945: Zuster Valeriana<br />

• 1948: Zuster Marceline<br />

• 1952: Zuster Raphaelle<br />

• 1953: Zuster Julia<br />

• 1954: Zuster Berchmans<br />

• 1962: Zuster Rosa <strong>en</strong> Zuster Odilia<br />

• 1963: Zuster Carola<br />

• 1965: Zuster Gabriëlle<br />

• 1966: Zuster Lutgart<br />

Schema van de dorpsschool<br />

1. Op 26/12/1873 werd de dorpsschool opgedeeld in e<strong>en</strong> meisjes- <strong>en</strong> e<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>sschool<br />

Jong<strong>en</strong>s<br />

1. - Antoon Evers (26/12/1873-1/4/1877)<br />

2. - Victor Naulaerts (30/4/1877-23/10/1879)<br />

3. - August Wijns (7/11/1879-12/2/1881)<br />

4. - Jan H<strong>en</strong>ri Van Oirbeek (1/8/1881-16/11/1882)<br />

5. - Petrus Josephus Van Roey (16/11/1882-29/6/1883)<br />

6. - J.A.Meul<strong>en</strong>dijks (23/7/1883-16/2/1892) + H.De Lausnay (1/3/1887-1/1/1892)<br />

7. - J.A.Meul<strong>en</strong>dijks + Victoria Wijgerde (1/1/1892-16/2/1892)<br />

Meisjes<br />

1. - Julia Slaets (26/12/1873-25/8/1879)<br />

2. - C.Van d<strong>en</strong> Bosch (27/9/1879-29/3/1881)


3. - Victoria Wijgerde (1884-1/1/1892)<br />

4. - H.De Lausnay (1/1/1892-16/2/1892)<br />

2. Op 16/2/1892 werd de meisjesschool <strong>en</strong> de jong<strong>en</strong>sschool weer bije<strong>en</strong>gevoegd<br />

1. - Victoria Wijgerde (16/2/1892-5/2/1893)<br />

2. - H.De Lausnay (16/2/1892-18/4/1899)<br />

3. - J.A.Meul<strong>en</strong>dijks (16/2/1892-18/4/1899)<br />

3. Op 18/4/1899 werd de dorpsschool weer opgedeeld in e<strong>en</strong> meisjes- <strong>en</strong> e<strong>en</strong> jong<strong>en</strong>sschool<br />

Onderwijzers die wij niet verget<strong>en</strong>...<br />

Meester Frans Berghmans<br />

De naam Berghmans is onverbrekelijk verbond<strong>en</strong> met de geschied<strong>en</strong>is van de jong<strong>en</strong>sschool te<br />

<strong>Weelde</strong>. Hij heeft door zijn schranderheid <strong>en</strong> vooral zijn bewustzijn e<strong>en</strong> belangrijke functie te<br />

bekled<strong>en</strong>, in de ontvoogding van <strong>Weelde</strong>s dorpsgeme<strong>en</strong>schap e<strong>en</strong> zeer grote verdi<strong>en</strong>ste gehad. Dat<br />

uitte zich niet alle<strong>en</strong> in zijn onderwijs, maar ook in wat hij tijd<strong>en</strong>s zijn vrije tijd deed. Inderdaad, ook zijn<br />

avond<strong>en</strong> <strong>en</strong> week<strong>en</strong>ds stond<strong>en</strong> in di<strong>en</strong>st van de bevolking. Zijn hobby lag namelijk in het verl<strong>en</strong>gde<br />

van het onderwijs. Dag<strong>en</strong>lang kon hij in zijn geïmproviseerd laboratorium allerlei proev<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> do<strong>en</strong>.<br />

Met alle plezier ontleedde hij de diverse stal<strong>en</strong> die de landbouwers hem aanbracht<strong>en</strong>. Vooral betrof<br />

het stal<strong>en</strong> van de nieuwsoortige chemische meststoff<strong>en</strong>. Meester Berghmans probeerde steeds voor<br />

de boer<strong>en</strong> de beste oplossing te vind<strong>en</strong> voor hun problem<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun efficiënte raad te gev<strong>en</strong>. Vele van<br />

onze oudere m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> nog steeds met eerbied terug aan deze man.<br />

Meester Jozef Ste<strong>en</strong>ackers<br />

Bij het eerste contact e<strong>en</strong> beetje stug, maar na verloop van tijd steeds meer wegsmelt<strong>en</strong>d in e<strong>en</strong><br />

goedwillige glimlach <strong>en</strong> e<strong>en</strong> heel aparte soort van charme, kon meester Ste<strong>en</strong>ackers je steeds in zijn<br />

greep krijg<strong>en</strong>. Toch bewaarde hij altijd nog dat laatste stukje eig<strong>en</strong> persoonlijkheid, dat hem e<strong>en</strong> hoog<br />

aanzi<strong>en</strong> gaf. In de klas dwong hij de bewondering af van al zijn leerling<strong>en</strong>, want er was niemand die<br />

zoveel wist als die meester. Je kon niet anders dan je erg tuchtvol gedrag<strong>en</strong>, want bij ontij was zijn<br />

opmerking vlijmscherp. Je was zowaar meer beducht voor zijn uitsprak<strong>en</strong> dan voor zijn str<strong>en</strong>ge hand.<br />

Jawel, e<strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge hand had hij ook. Het mooiste ev<strong>en</strong>wel was zijn niet aflat<strong>en</strong>de belangstelling voor<br />

de geestelijke ontwikkeling van zijn leerling<strong>en</strong>, maar ook -<strong>en</strong> in zeer sterke mate- voor zijn oudleerling<strong>en</strong>.<br />

Hij kon het niet lat<strong>en</strong> om ouders ertoe aan te spor<strong>en</strong> hun beter studer<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong> naar<br />

de middelbare school te lat<strong>en</strong> gaan. Hoevel<strong>en</strong> zijn er niet in het Seminarie van Hoogstrat<strong>en</strong> terecht<br />

gekom<strong>en</strong>, nadat Meester Ste<strong>en</strong>ackers hun ouders met e<strong>en</strong> goelijke glimlach had aangezet om toch<br />

die <strong>en</strong>kele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> frank per jaar erop te risker<strong>en</strong>. E<strong>en</strong>s je dan in de grote school Latijn <strong>en</strong> Grieks<br />

zat te blokk<strong>en</strong>, informeerde Meester Ste<strong>en</strong>ackers discreet bij de ouders naar de gang van zak<strong>en</strong>. Het<br />

moet gezegd, dat dit door de vaders <strong>en</strong> moeders erg op prijs werd gesteld.<br />

Tijd<strong>en</strong>s de eerste wereldoorlog zette de jonge onderwijzer die Jozef Ste<strong>en</strong>ackers to<strong>en</strong> nog was, zich in<br />

als informatie-aandrager voor de spionagedi<strong>en</strong>st van het Belgisch leger. Hij moest bericht<strong>en</strong><br />

overbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> naar de draadloze telegraafpost te Baarle-Hertog. Van daaruit stuurde m<strong>en</strong> die door naar<br />

de Belgische regering in Le Havre. Zijn vaste route was via de Kievit naar Baarle. Dat gebeurde<br />

uiteraard per fiets of zelfs te voet. Op e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik had hij echter pech. De Duitse soldat<strong>en</strong><br />

wist<strong>en</strong> hem te pakk<strong>en</strong> te krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> voerd<strong>en</strong> hem naar het kasteel te Turnhout. Hij werd er veroordeeld<br />

<strong>en</strong> m<strong>en</strong> transporteerde hem naar Vilvoorde. Daar moest hij blijv<strong>en</strong> tot het einde van de oorlog. De<br />

Belgische staat heeft hem hiervoor beloond, want in e<strong>en</strong> brief van 24 februari 1919 deelde de<br />

goeverneur van de provincie Antwerp<strong>en</strong> aan het geme<strong>en</strong>tebestuur van <strong>Weelde</strong> mede, dat de Minister<br />

van Op<strong>en</strong>baar Onderwijs beslist had hem zijn salaris voor de duur van zijn gevang<strong>en</strong>schap door te<br />

betal<strong>en</strong>. Zijn belangrijkste verdi<strong>en</strong>ste lag echter in de vastberad<strong>en</strong>heid waarmee hij zijn functie van<br />

onderwijzer gewet<strong>en</strong>svol <strong>en</strong> <strong>en</strong>thousiast wist te vervull<strong>en</strong>. Hij was zowaar de g<strong>en</strong>tleman-onderwijzer<br />

van het dorp.<br />

Meester Louis Van Beek


Ook meester Van Beek had e<strong>en</strong> aparte stijl om les te gev<strong>en</strong>. Die stijl werd vooral geïnspireerd door<br />

zijn begaafdhed<strong>en</strong> op diverse vlakk<strong>en</strong>. Niet alle<strong>en</strong> was hij muzikaal erg bedrev<strong>en</strong>, maar bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

was hij e<strong>en</strong> vlot schrijver. Zijn muzikaliteit uitte zich uiteraard op school, als hij er zijn less<strong>en</strong> mee<br />

doorspekte, maar ook in de kerk. Jar<strong>en</strong>lang was hij trouw elke dag op zijn post om de mis te spel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

te zing<strong>en</strong> in zijn parochiekerk, Sint-Jan. Zijn wat gedempte stem was als het ware vergroeid met de<br />

Requiemmis. Zijn schrijverstal<strong>en</strong>t vierde hij bot in allerlei stukjes in Averbodes Zonneland <strong>en</strong><br />

L<strong>en</strong>teweelde. Hij stond ook bek<strong>en</strong>d als versjesschrijver. Zijn kinderversjes kon je overal hor<strong>en</strong>: tijd<strong>en</strong>s<br />

feest<strong>en</strong>, bij prijsuitdeling<strong>en</strong>, in de huiskamer, <strong>en</strong>z. Als leerling<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> wij er behoorlijk wat van<br />

kunn<strong>en</strong> voordrag<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> ook pret<strong>en</strong>tieloos, maar leuk, die versjes. De meeste hadd<strong>en</strong><br />

betrekking op de natuur of het dagelijkse lev<strong>en</strong>. Maar, net zoals La Fontaine met zijn fabeltjes deed,<br />

legde meester Van Beek aan het einde van zijn gedichtjes vaak e<strong>en</strong> lesje voor de gewone m<strong>en</strong>s. En<br />

dat k<strong>en</strong>merkte hem bijzonder, ook als onderwijzer trouw<strong>en</strong>s.<br />

De m<strong>en</strong>s Van Beek zit helemaal verschol<strong>en</strong> in zijn versjes. Wij drukk<strong>en</strong> er hiernaast e<strong>en</strong> paar<br />

interessante af, om u duidelijk te mak<strong>en</strong> op welke speelse wijze hij het dagelijkse do<strong>en</strong> <strong>en</strong> lat<strong>en</strong> in de<br />

huiskamer of in de natuur kon observer<strong>en</strong>. Hij kon dit echter niet zonder er zijn eig<strong>en</strong> comm<strong>en</strong>taartje<br />

aan toe te voeg<strong>en</strong>. En dat typeerde Meester Van Beek nog het meest. Die comm<strong>en</strong>taartjes war<strong>en</strong><br />

ingegev<strong>en</strong> door zijn verlang<strong>en</strong> om de gewone (meestal boer<strong>en</strong>)-m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> wat te verheff<strong>en</strong>.<br />

Dat ging natuurlijk niet altijd zo vlot <strong>en</strong> dan gebeurde het wel e<strong>en</strong>s, dat hij in zijn ontmoediging<br />

daarover zich in de klas iets liet ontvall<strong>en</strong>, waarover hij daarna weer spijt kreeg. Meester Van Beek<br />

was e<strong>en</strong> diepgevoelig man, die e<strong>en</strong> beetje apart kon gaan staan, om vanuit e<strong>en</strong> speciaal hoekje naar<br />

de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te kijk<strong>en</strong>, er zijn gedacht<strong>en</strong> over te lat<strong>en</strong> gaan <strong>en</strong> dan vlieg<strong>en</strong>svlug e<strong>en</strong> stukje te schrijv<strong>en</strong><br />

of naar die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te gaan <strong>en</strong> te zegg<strong>en</strong> wat hij ervan dacht. Ooit gebeurde het wel e<strong>en</strong>s, dat m<strong>en</strong><br />

dat niet apprecieerde, maar meestal ervaarde m<strong>en</strong> dat als e<strong>en</strong> daadwerkelijke hulp. In de klas was hij,<br />

zoals dat bij onderwijzers van die g<strong>en</strong>eratie paste, erg str<strong>en</strong>g. Hij was bijzonder gevoelig voor de<br />

graad van oplett<strong>en</strong>dheid die m<strong>en</strong> wist op te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ging het goed, dan kreeg je dat ook mete<strong>en</strong> te<br />

hor<strong>en</strong>, maar - o wee!- als het niet zo best ging. Dan kwam<strong>en</strong> de meestal aan de situatie goed<br />

aangepaste straff<strong>en</strong> te voorschijn. Wij hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> paar moeilijke klant<strong>en</strong> in nogal wat houding<strong>en</strong><br />

vertwijfeld lange minut<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> doorbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. En toch nam je hem dat niet kwalijk. T<strong>en</strong> eerste, omdat<br />

dit er nu e<strong>en</strong>maal bijhoorde in die tijd, maar t<strong>en</strong> tweede ook omdat je verdraaid goed wist, waarom de<br />

meester je die straf oplegde: hij wilde zo graag aan het einde van het schooljaar lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> aan vader<br />

<strong>en</strong> moeder hoe braaf <strong>en</strong> welvoeglijk hij zoonlief wel had gemaakt. Zijn drang naar volksverheffing uitte<br />

zich in de klas door op de elem<strong>en</strong>taire aspect<strong>en</strong> van de beleefdheid te hamer<strong>en</strong> <strong>en</strong> te blijv<strong>en</strong><br />

hamer<strong>en</strong>. Dat stond e<strong>en</strong> beetje in teg<strong>en</strong>stelling tot de omkleding die hij aan vakk<strong>en</strong> als geschied<strong>en</strong>is,<br />

aardrijkskunde, <strong>en</strong> zelfs rek<strong>en</strong><strong>en</strong> wist te gev<strong>en</strong>.<br />

Van buit<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> was goed, maar lang niet alles, want hij eiste dat je die stof ook wist terug te plaats<strong>en</strong><br />

in de bredere context van het dagelijkse lev<strong>en</strong>. Zo was hij de onderwijzer, voor wie je wel e<strong>en</strong> beetje<br />

beducht was, maar van wie je t<strong>en</strong> all<strong>en</strong> tijde kon zegg<strong>en</strong>, dat hij e<strong>en</strong> ideaal nastreefde. Dat ideaal was<br />

geïnspireerd door zijn artistieke begaafdheid, maar ook door zijn omgeving: de m<strong>en</strong>s zoals hij was.<br />

Het uitte zich in veel di<strong>en</strong>stbaarheid op het culturele vlak. Eén van die vorm<strong>en</strong> van di<strong>en</strong>stbaarheid was<br />

zijn jar<strong>en</strong>lange trouwe di<strong>en</strong>st in de Op<strong>en</strong>bare Bibliotheek. De indrukwekk<strong>en</strong>de kast<strong>en</strong> achteraan in zijn<br />

klas verborg<strong>en</strong> voor ons e<strong>en</strong> wereld van wonderbare geschied<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, spann<strong>en</strong>de verhal<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

poëtische sprookjes, allemaal netjes voorzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> I tot <strong>en</strong> met VI, al naargelang de graad van<br />

zedelijke rijpheid die je de meester wist aan te prat<strong>en</strong>. Dat aanprat<strong>en</strong> lukte niet steeds zo goed, want<br />

meestal wist meester Van Beek wel heel goed welk niveau je kon verter<strong>en</strong>. Hoe dan ook,<br />

bibliothecaris spel<strong>en</strong> was voor de meester niet alle<strong>en</strong> maar boek<strong>en</strong> meegev<strong>en</strong>, het betek<strong>en</strong>de ook e<strong>en</strong><br />

stuk opvoeding <strong>en</strong> begeleiding voor hem. Vermeld<strong>en</strong> we t<strong>en</strong>slotte nog, dat van de hand van Louis Van<br />

Beek e<strong>en</strong> bundeltje gedicht<strong>en</strong> versche<strong>en</strong> bij de "Drukkerij Lombaert te Schot<strong>en</strong> onder de titel:<br />

Gedicht<strong>en</strong> voor de Jeugd".<br />

Meester Alfons Raeymakers<br />

Alfons Raeymakers was de <strong>en</strong>thousiaste onderwijzer die zijn less<strong>en</strong> met veel bezieling gaf.<br />

Nauwlett<strong>en</strong>d hield hij bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ook nog al zijn leerling<strong>en</strong> in het oog. Niets ontsnapte aan zijn<br />

aandacht. Die bezieling maakte hem tot e<strong>en</strong> zeer geliefd man. Met grote nauwgezetheid wist hij de<br />

onderwijsdidactiek <strong>en</strong> -methodiek in e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>d lesuur om te tover<strong>en</strong>. Op die manier kon er in zijn klas<br />

steeds e<strong>en</strong> sfeer hang<strong>en</strong> van activiteit <strong>en</strong> vitaliteit. Ook hij hield de str<strong>en</strong>ge hand over de tucht, maar je<br />

aanvaardde van hem e<strong>en</strong> straf, omdat hij zelf zoveel inspanning deed om de inhoud van de<br />

verkreukelde schoolboekjes over te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Wat ons bij hem steeds opviel <strong>en</strong> wat zelfs onze


ewondering afdwong was zijn mooi geschrift. Het begon met zijn handtek<strong>en</strong>ing. Wij vond<strong>en</strong>, dat<br />

niemand e<strong>en</strong> mooiere had. Die was ingegev<strong>en</strong> door de dubbele betrachting er e<strong>en</strong> kunstzinning stuk<br />

van te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s ze toch leesbaar te houd<strong>en</strong>. Diezelfde zorg vond<strong>en</strong> wij terug op elk door hem<br />

volgeschrev<strong>en</strong> bord. Hij kon het krijtje hanter<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> sierlijkheid, dat het e<strong>en</strong> lust was om te zi<strong>en</strong>.<br />

Dat verm<strong>en</strong>gde zich <strong>en</strong>igszins met zijn uitgesprok<strong>en</strong> voorkeur voor muziek. Dit laatste plantte zich ook<br />

over op zijn privélev<strong>en</strong>, waarvan e<strong>en</strong> stuk werd geofferd aan de fanfare Sint-<strong>Nicolaus</strong>kring.<br />

Inderdaad, met veel <strong>en</strong>thousiasme ijverde hij voor de fanfare. Steeds ook was hij op post, als de<br />

fanfare erop uit moest trekk<strong>en</strong>. En bij elke geleg<strong>en</strong>heid hield hij e<strong>en</strong> gloedvolle toespraak, want op dat<br />

gebied was Alfons Raeymakers erg begaafd. Dat uitte zich trouw<strong>en</strong>s ook in het feit, dat m<strong>en</strong> hem vaak<br />

als gastspreker vroeg. Wat moeilijker ging het hem om het Davidsfonds in lev<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>. Dat hing<br />

sam<strong>en</strong> met de opkom<strong>en</strong>de ontspanningsvorm<strong>en</strong> van na de tweede wereldoorlog.Jar<strong>en</strong>lang heeft hij<br />

zich echter ingespann<strong>en</strong> om de trouwe led<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> del<strong>en</strong> in de vervolksing van de cultuur die het<br />

Davidsfonds nastreefde. Met steeds e<strong>en</strong> goed gestoffeerde comm<strong>en</strong>taar hielp hij je bij het kiez<strong>en</strong> van<br />

de boek<strong>en</strong>. Diezelfde drang om de culturele verheffing van zijn m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te stimuler<strong>en</strong> uitte zich bij<br />

Meester Raeymakers ook in zijn hulp bij toneelvoorstelling<strong>en</strong>. Wat dat betreft, was hij van alle markt<strong>en</strong><br />

thuis. Hij wist elk probleempje op te loss<strong>en</strong> <strong>en</strong> rondde steeds af met e<strong>en</strong> goed sluit<strong>en</strong>d geheel. E<strong>en</strong>s<br />

op rust bleef hij nog steeds bedrijvig in de geme<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> wijdde hij zijn kracht<strong>en</strong> aan de Bond der<br />

Gep<strong>en</strong>sioneerd<strong>en</strong>. Zo bleef Alfons Raeymakers steeds de pret<strong>en</strong>tieloze, maar kundige begeleider <strong>en</strong><br />

stimulator van zovele culturele manifestaties.<br />

Meester Jozef Gouwy<br />

In Jozef Gouwy ontmoett<strong>en</strong> wij de stille werker, die helemaal bevang<strong>en</strong> was door de di<strong>en</strong>st aan de<br />

geme<strong>en</strong>schap. Zijn sociale bewog<strong>en</strong>heid uitte zich in heel zijn lev<strong>en</strong>. In de klas kon zijn toon plots<br />

overslaan van die van de beler<strong>en</strong>de onderwijzer naar die van e<strong>en</strong> gevoelvolle vader of naar die van<br />

e<strong>en</strong> strijdvaardige voorman. In de grond was ook hij zeer gevoelig <strong>en</strong> dat voeld<strong>en</strong> wij, hoe jong we ook<br />

war<strong>en</strong>, sterk aan. Als onderwijzer had hij misschi<strong>en</strong> wel de grootste begaafdheid in zijn tek<strong>en</strong>vaardige<br />

hand ligg<strong>en</strong>. Hij kon prachtige taferel<strong>en</strong> in vele mooie kleur<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> doos krijtjes op het bord tover<strong>en</strong>.<br />

Heel zijn klas zat dan met veel overgave te prober<strong>en</strong> dit na te boots<strong>en</strong>, maar het lukte lang niet all<strong>en</strong>.<br />

En toch wist de meester dan nog poging<strong>en</strong> aan te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om je op e<strong>en</strong> behoorlijk resultaat af te<br />

stur<strong>en</strong>. Die toewijding <strong>en</strong> overgave was k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d voor hem.<br />

Dat zijn sociaal gevoel met zijn lev<strong>en</strong> vergroeid was, kunn<strong>en</strong> wij getuig<strong>en</strong> uit eig<strong>en</strong> ervaring. Ondanks<br />

zijn eig<strong>en</strong> groot <strong>en</strong> zwaar gezin, toch mocht<strong>en</strong> wij (de talrijke schoolgangers uit de verafgeleg<strong>en</strong><br />

Hegge <strong>en</strong> het Schoot) tijd<strong>en</strong>s de armtierige oorlogswintermaand<strong>en</strong> bij hem in huis om 's middags onze<br />

boterhamm<strong>en</strong> op te et<strong>en</strong>. Hij wilde niet, dat wij dat in de koude klaslokal<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. De meester<br />

<strong>en</strong> zijn ev<strong>en</strong> sociale vrouw war<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> <strong>en</strong> al bezorgdheid voor die troep kornuit<strong>en</strong>. Maar het gaf<br />

ons all<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gevoel van grote waardering mee <strong>en</strong> nu nog d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> wij met piëteit aan deze doorgoede<br />

man terug. Dat in de arbeidersbeweging van de vijftiger <strong>en</strong> zestiger jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> man met die<br />

bewog<strong>en</strong>heid e<strong>en</strong> plaats moest vind<strong>en</strong>, is nogal logisch. Maar hij deed het ook <strong>en</strong> met veel inzet <strong>en</strong><br />

overgave. Het A.C.W. vond in hem e<strong>en</strong> houvast <strong>en</strong> geleider. Ook de to<strong>en</strong>malige C.O.O. (nu<br />

O.C.M.W.), was e<strong>en</strong> dankbaar werkterrein voor de meester. Hij kon zich er volledig aan overgev<strong>en</strong>,<br />

vooral bij de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die nog armoede led<strong>en</strong>. Ook de ziek<strong>en</strong> lag<strong>en</strong> hem nauw aan het hart. <strong>To<strong>en</strong></strong> hij<br />

zelf al door ziekte ondermijnd was, kon hij het toch nog niet lat<strong>en</strong> om zijn ziek<strong>en</strong> bezoekjes te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Dit alles maakte hem tot e<strong>en</strong> onvergetelijke figuur in zijn parochie. Het is onbegonn<strong>en</strong> werk om hier<br />

e<strong>en</strong> opsomming te gev<strong>en</strong> van alle organisaties waarvoor Meester Gouwy gewerkt heeft. Eén aspect<br />

mog<strong>en</strong> wij echter niet verget<strong>en</strong>: zijn Vlaams refleks. Hij was e<strong>en</strong> overtuigd Vlaming, in hart <strong>en</strong> nier<strong>en</strong>.<br />

Dat schreeuwde hij niet van de dak<strong>en</strong>, want hij respecteerde ieders overtuiging. Bij hem paste<br />

ev<strong>en</strong>wel de leuze: "Alles voor Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong> voor Kristus" zeer goed. Hij stond in de bres<br />

voor de ontvoogding van e<strong>en</strong> christelijk Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> daartoe probeerde hij talloze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> over te<br />

hal<strong>en</strong>. Getuig<strong>en</strong> daarvan de ontelbare autobusreiz<strong>en</strong> die hij vanuit <strong>Weelde</strong> inrichtte naar de jaarlijkse<br />

IJzerbedevaart. Hijzelf heeft stipt elk jaar deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot hij niet meer kon. Vlaander<strong>en</strong> was hem lief<br />

<strong>en</strong> daarin war<strong>en</strong> dat vooral de zeer e<strong>en</strong>voudige m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Zo is Jozef Gouwy voor <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong><br />

boegbeeld geword<strong>en</strong> van de emancipatie van de e<strong>en</strong>voudige arbeidersstand naar e<strong>en</strong> sociaal,<br />

cultureel <strong>en</strong> politiek (want Vlaams) meer verhev<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sniveau.


VIII.Ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong><br />

Landbouwver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

Vertell<strong>en</strong> dat het ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> hoog peil haalt, is e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> deur instamp<strong>en</strong>. Wie<br />

zich immers de moeite getroost de ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in onze geme<strong>en</strong>te zij het dan maar van op e<strong>en</strong><br />

afstand, te volg<strong>en</strong>, stelt al spoedig vast dat er te <strong>Weelde</strong> heel wat beweging heerst. We mog<strong>en</strong> gerust<br />

stell<strong>en</strong> dat in verband hiermede nerg<strong>en</strong>s zoveel initiatiev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hoe dan ook, e<strong>en</strong><br />

opsomming will<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van hoe <strong>en</strong> waar <strong>Weelde</strong> ver<strong>en</strong>igd is, zou e<strong>en</strong> haast onbegonn<strong>en</strong> werk zijn.<br />

Aanvankelijk was het ook de bedoeling om de jeugdver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> in dit<br />

hoofdstuk op te nem<strong>en</strong>. Plaats- <strong>en</strong> tijdgebrek verhinder<strong>en</strong> ons om over de jeugdver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> iets te<br />

schrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> om dezelfde red<strong>en</strong> werd van de sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel het voetbal behandeld. Dit wil<br />

helemaal niet zegg<strong>en</strong> dat de overige sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> de jeugdver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> niet belangrijk<br />

zoud<strong>en</strong> zijn. Integ<strong>en</strong>deel, zij zijn voor de Weeldse bevolking van groot nut <strong>en</strong> het is te hop<strong>en</strong> dat aan<br />

deze niet behandelde ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> ooit nog e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> grondige studie zal word<strong>en</strong> gewijd. Wij<br />

beperk<strong>en</strong> ons.<br />

1. Boer<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> onderafdeling<strong>en</strong><br />

Pas was de Algem<strong>en</strong>e Belgische Boer<strong>en</strong>bond van Leuv<strong>en</strong> gesticht, of iedere<strong>en</strong> begreep welk groot<br />

nut, op stoffelijk, maatschappelijk <strong>en</strong> zedelijk gebied, die instelling aan de boer<strong>en</strong>stand ging<br />

verschaff<strong>en</strong>. Pastoor Beert<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> die het voordeel van e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e boer<strong>en</strong>ver<strong>en</strong>iging<br />

inzag, deed onmiddellijk e<strong>en</strong> oproep tot de boer<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> op zondag 9 september 1894 werd<br />

de eerste vergadering belegd. Alle boer<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> war<strong>en</strong> op deze belangrijke vergadering<br />

uitg<strong>en</strong>odigd. Pastoor Kruyfhooft van Oosthov<strong>en</strong> <strong>en</strong> Adrianus Goel<strong>en</strong>, dek<strong>en</strong> van de Boer<strong>en</strong>gilde van<br />

Turnhout, moedigd<strong>en</strong> onze landbouwers aan om in <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> Boer<strong>en</strong>gilde te sticht<strong>en</strong>. Zij wez<strong>en</strong> op<br />

de noodzakelijkheid van de ver<strong>en</strong>iging <strong>en</strong> het grote voordeel dat deze voor iedere landbouwer zou<br />

meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Hierdoor gestimuleerd kon m<strong>en</strong> op dezelfde dag reeds 36 led<strong>en</strong> inschrijv<strong>en</strong>. In dezelfde vergadering<br />

werd onderpastoor Jacobs aangesteld als proost der gilde <strong>en</strong> bij geheime stemming werd de Heer<br />

Charel Van Hees gekoz<strong>en</strong> tot dek<strong>en</strong> of voorzitter, de Heer Louis De Bondt werd secretaris <strong>en</strong> de Heer<br />

Charel Vloemans schatbewaarder. De secretaris van deze gilde, Louis De Bondt, was nauwelijks 15<br />

jaar oud <strong>en</strong> hij was ook koster <strong>en</strong> orgelist van de St.-Michielsparochie. In e<strong>en</strong> tweede vergadering die<br />

werd gehoud<strong>en</strong> op 30 september 1894, noteerde m<strong>en</strong> reeds 57 led<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> 7 wijkmeesters<br />

aangesteld <strong>en</strong> de statut<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> e<strong>en</strong>parig goedgekeurd <strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De eerste vergadering<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> in de turnzaal van de school die door burgemeester L.Bols welwill<strong>en</strong>d ter<br />

beschikking was gesteld. Om de zaal wat te verfraai<strong>en</strong> werd 140 frank besteed, e<strong>en</strong> behoorlijke som<br />

in die tijd.<br />

Op 17 mei 1895 werd de eerste feestvergadering gehoud<strong>en</strong>. Het was de feestdag van St.-Isidorus die<br />

m<strong>en</strong> als patroon van de gilde had g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> reeds gaf de secretaris e<strong>en</strong> overzicht van de<br />

werking, die gezi<strong>en</strong> de korte tijd dat de gilde bestond, beperkt bleef tot het voorlez<strong>en</strong> van het<br />

kasverslag. De ontvangst<strong>en</strong> bestond<strong>en</strong> voornamelijk uit het lidgeld <strong>en</strong> de bierverkoop tijd<strong>en</strong>s<br />

vergadering<strong>en</strong>. Als uitgave voor die periode noteerde m<strong>en</strong> de aankoop van bierglaz<strong>en</strong>. Alles bij elkaar<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> had de kas e<strong>en</strong> tegoed van 84 frank. Op 13 augustus 1895 bracht Kardinaal Gooss<strong>en</strong>s, die<br />

de kinder<strong>en</strong> in de parochie kwam vorm<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> bezoek aan de jonge Boer<strong>en</strong>gilde. Hij zou e<strong>en</strong><br />

algem<strong>en</strong>e vergadering bijwon<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom werd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> moeite gespaard. De led<strong>en</strong> wild<strong>en</strong><br />

de Kardinaal e<strong>en</strong> plechtige ontvangst sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom werd<strong>en</strong> spreuk<strong>en</strong> aangebracht <strong>en</strong> hielp<br />

iedere<strong>en</strong> mee aan de versiering van de vergaderzaal. E<strong>en</strong> kleine t<strong>en</strong>toonstelling van<br />

landbouwwerktuig<strong>en</strong> verfraaide het geheel. Op 15 december 1895 werd er e<strong>en</strong> Vrije onderlinge<br />

Veeverzekering opgericht, g<strong>en</strong>aamd "St.-Isidorus". Deze verzekering had tot doel door onderlinge<br />

bijstand vergoeding<strong>en</strong> te gev<strong>en</strong> voor sterfte <strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> afmaking der dier<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de kost<strong>en</strong> van<br />

de dier<strong>en</strong>arts. De vergoeding zou, na aan zekere voorwaard<strong>en</strong> te zijn voldaan, gelijk zijn aan 3/5 van<br />

het afgestorv<strong>en</strong> dier. De Kemp<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> krant uit die tijd schreef het volg<strong>en</strong>de over deze<br />

Veeverzekering: "Het reglem<strong>en</strong>t van de veeverzekering werd met zoveel zak<strong>en</strong>k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> praktische<br />

geest opgesteld, dat m<strong>en</strong> verstomd staat bij de bestuurlijke k<strong>en</strong>nis van de boer<strong>en</strong>stand". De<br />

Veeverzekering Sint-Isidorus werd bij Koninklijk Besluit van 14 december 1896 wettelijk erk<strong>en</strong>d. In<br />

1911 telde de verzekering 75 werk<strong>en</strong>de led<strong>en</strong>. De waarde van de 465 verzekerde dier<strong>en</strong> bedroeg to<strong>en</strong>


ongeveer 250.000 franks. Dat was onteg<strong>en</strong>sprekelijk e<strong>en</strong> geweldig bedrag in die tijd. In 1912 werd<strong>en</strong><br />

er 17 gevall<strong>en</strong> vergoed <strong>en</strong> de rek<strong>en</strong>ing sloot met e<strong>en</strong> bonus van 430,11 frank. Het bezit van de<br />

verzekering beliep in 1912 de som van 3422,21 frank. De St.-Isidorus-veeverzekering was<br />

aangeslot<strong>en</strong> bij de vrije Herverzekering van de provincie Antwerp<strong>en</strong>. In het begin van deze eeuw was<br />

Jozef Van Hees voorzitter, Karel Vloemans p<strong>en</strong>ningmeester <strong>en</strong> de overige bestuursled<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de<br />

wijkmeesters. Op 14 mei 1896 was het volop feest te <strong>Weelde</strong>. De dek<strong>en</strong> van Turnhout wijdde met veel<br />

plechtigheid het beeld van de H.-Isidorus, schutspatroon der landbouwers. Dit ging gepaard met e<strong>en</strong><br />

verbroederingsfeest met andere Boer<strong>en</strong>gild<strong>en</strong>. Het beeld werd gemaakt door beeldhouwer Daems <strong>en</strong><br />

het werd geschonk<strong>en</strong> door pastoor Beert<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>. E<strong>en</strong> week later werd e<strong>en</strong> feestvergadering<br />

gehoud<strong>en</strong>. De spijskaart van to<strong>en</strong> vermeldde: stoofvlees met puree, frikandell<strong>en</strong> <strong>en</strong> kalfsrol. <strong>To<strong>en</strong></strong><br />

E.H.Jacobs in september 1896 tot pastoor van <strong>Weelde</strong> werd b<strong>en</strong>oemd, schonk hij aan de gilde e<strong>en</strong><br />

avondfeest. Diezelfde maand noteerde m<strong>en</strong> op de led<strong>en</strong>lijst het 100e lid.<br />

De ver<strong>en</strong>iging groeide <strong>en</strong> dankzij de bloei<strong>en</strong>de werking <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vrij gunstige financiële toestand werd<br />

overgegaan tot de aankoop van e<strong>en</strong> trieur. Er werd beslot<strong>en</strong> om later ook e<strong>en</strong> zaaimachine aan te<br />

kop<strong>en</strong>. De gilde ging ook regelmatig op reis. Zo bracht m<strong>en</strong> in 1897 e<strong>en</strong> bezoek aan de kolonie van<br />

Merksplas <strong>en</strong> aan de ste<strong>en</strong>bakkerij aldaar. In 1899 schonk pastoor Jacobs e<strong>en</strong> vaandel aan de gilde.<br />

Het was gemaakt door de Heer Blanquaert-Crols van Turnhout. Deze vlag werd op 11 juni 1899 door<br />

de dek<strong>en</strong> van Turnhout plechtig gezeg<strong>en</strong>d. In 1899 werd de p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>kas "St.-Michielsgilde" gesticht<br />

<strong>en</strong> dit onder stimulans van Notaris Gillis, die de Boer<strong>en</strong>gilde e<strong>en</strong> warm hart toedroeg. In 1900 war<strong>en</strong><br />

reeds 63 led<strong>en</strong> in de p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>kas g<strong>en</strong>oteerd <strong>en</strong> rond 1912 was dat aantal reeds gesteg<strong>en</strong> tot 350. In<br />

1911 hadd<strong>en</strong> de led<strong>en</strong> 1841 frank gestort. De P<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>kas Sint-Michielsgilde ontving in 1911 als<br />

toelag<strong>en</strong>:<br />

1. - 1288 frank van de staat;<br />

2. - 546 frank voor de boekjes;<br />

3. - 111,45 frank van de provincie;<br />

4. - 50 frank van de geme<strong>en</strong>te;<br />

5. - 572 frank van geld<strong>en</strong> der maatschappij<br />

Sam<strong>en</strong> dus e<strong>en</strong> bedrag van 2268,45 frank. Nietteg<strong>en</strong>staande de uitgekeerde som onder de led<strong>en</strong><br />

werd verdeeld, had de gilde nog 523,25 frank in kas in 1912. De persoonlijke storting<strong>en</strong> bedroeg<strong>en</strong><br />

van 1899 tot 1912: 18635 frank <strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s diezelfde periode werd 17443 frank uitgekeerd.<br />

De erevoorzitter van de P<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>kas Sint-Michielsgilde was in 1912 pastoor Jacobs, voorzitter was<br />

Karel Vloemans, schrijver-schatbewaarder J.Tubbax <strong>en</strong> led<strong>en</strong> Adriaan Kol<strong>en</strong>, Jozef Jonkers <strong>en</strong> Jan<br />

Van Loon. In 1900 werd het Verbruikg<strong>en</strong>ootschap "De Ploeg" opgericht. Deze afdeling had tot doel<br />

e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>nootschap in het lev<strong>en</strong> te roep<strong>en</strong> voor aankoop van meststoff<strong>en</strong>, veevoeders, zaaigraan <strong>en</strong><br />

landbouwwerktuig<strong>en</strong>. Door middel van voordracht<strong>en</strong> werd het landbouwonderricht verbeterd <strong>en</strong> het<br />

v<strong>en</strong>nootschap gaf ook goede raadgeving<strong>en</strong> voor het doelmatig gebruik van meststoff<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

veevoeders. Louis De Bondt werd zaakvoerder <strong>en</strong> de bestuursled<strong>en</strong> war<strong>en</strong>: Jozef Van Hees, J.Bax <strong>en</strong><br />

C.Van Dommel<strong>en</strong>. Het Verbruikg<strong>en</strong>ootschap "De Ploeg" kocht in 1911 306686 kg meststoff<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

veevoeders voor de prijs van 39260,91 frank. Zoals de aandachtige lezer bemerkt, bloeide <strong>en</strong> groeide<br />

de Boer<strong>en</strong>gilde als nooit tevor<strong>en</strong>. In 1900 werd in de schoot van de Boer<strong>en</strong>gilde de Biebond "St.-<br />

Ambrosiusgilde" gesticht. Deze gilde had tot doel de bij<strong>en</strong>teelt te bevorder<strong>en</strong>, sam<strong>en</strong> honing <strong>en</strong> was te<br />

verkop<strong>en</strong> <strong>en</strong> sam<strong>en</strong> de b<strong>en</strong>odigdhed<strong>en</strong> aan te schaff<strong>en</strong>. De Biebond telde in 1912, 33 led<strong>en</strong>.<br />

Erevoorzitter was pastoor Jacobs, voorzitter Antoon Moeskops, ondervoorzitters Jan Havermans <strong>en</strong><br />

Jan Van Loon <strong>en</strong> schrijver-schatbewaarder Jozef Tubbax. De led<strong>en</strong> in 1912 war<strong>en</strong>: Lodewijk De Bont,<br />

Cornelius Bros<strong>en</strong>s, Jan Van Rillaer, Karel Van de Pol, Cornelius Van Beek, Frans Van Hees, Arnold<br />

Cabanier, Karel Cabanier, Karel Van der Pael<strong>en</strong>, Jacobus Mert<strong>en</strong>s, Jozef Jonkers, Karel Clas<strong>en</strong>, Jan<br />

Hopp<strong>en</strong>brouwers, Lodewijk Clas<strong>en</strong>, Frans Haag<strong>en</strong>, Frans Van Loon, Karel Verhoev<strong>en</strong>, Adriaan<br />

Jans<strong>en</strong>, Willem Van Heyst, Frans Heyns, Lodewijk Verhey<strong>en</strong>, Jacobus Van Eyndhov<strong>en</strong>, Lodewijk<br />

Bols, Adriaan Van Heyst, Petrus Jacobs, Karel Van Loon, Karel Pelkmans <strong>en</strong> Emile De Boungne.<br />

In 1905 schonk pastoor Jacobs e<strong>en</strong> nieuw lokaal aan de Boer<strong>en</strong>gilde dat in 1906 werd ingehuldigd.<br />

Alhoewel de werking van de Boer<strong>en</strong>gilde in het begin nogal zakelijk was, dacht m<strong>en</strong> ook aan het<br />

vermakelijke. Zo ontstond in de schoot van de Boer<strong>en</strong>gilde in 1905, de fanfaremaatschappij St.-<br />

<strong>Nicolaus</strong>kring, in 1906 de St.-Aloysiuskring die als doel had de aankom<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> op te voed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in 1906 de "Vlaamsche volksboekerij" die in 1912 reeds 600 boek<strong>en</strong> bezat. Er ontstond


zelfs e<strong>en</strong> turnkring. De grote bezieler van dit alles was pastoor Jacobs die met nooit aflat<strong>en</strong>de ijver<br />

verder wilde do<strong>en</strong>. Door ondervinding in de Boer<strong>en</strong>gilde meer <strong>en</strong> meer tot de overtuiging gekom<strong>en</strong> dat<br />

de sam<strong>en</strong>werking noodzakelijk was om het voordeel der landbouwers te bevorder<strong>en</strong>, richtt<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige<br />

led<strong>en</strong> van de Boer<strong>en</strong>gilde op 24 september 1899 e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de stoommelkerij op, onder de<br />

naam van "De Verbroedering". Voorzitter werd Corneel Van Beek, volg<strong>en</strong>s het verslag van de<br />

vergadering omwille van zijn vlugge <strong>en</strong> radde tong. De melkerij begon op volle toer<strong>en</strong> te draai<strong>en</strong> rond<br />

het jaar 1900. De grond waarop de melkerij werd gebouwd werd geschonk<strong>en</strong> door Karel Bols. De<br />

bouw van de Melkerij "De Verbroedering" kostte 4315,83 frank, dit voor cem<strong>en</strong>t, bakst<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

houtwerk. De gebouw<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> opgetrokk<strong>en</strong> door Jerome Vermeul<strong>en</strong> die daarvoor 104000 st<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

gebruikte die sam<strong>en</strong> 1030 frank zoud<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>. De to<strong>en</strong> nodige machines werd<strong>en</strong> aangekocht voor de<br />

prijs van 6684,85 frank. De melkerij "De Verbroedering" was de eerste in het land die werd uitgerust<br />

met e<strong>en</strong> stoommachine. In de loop van deze eeuw groeide de melkerij uit tot de modernste van de<br />

streek.<br />

Vroeger hadd<strong>en</strong> ook Poppel <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> hun eig<strong>en</strong> melkerij, doch door diverse omstandighed<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> deze geslot<strong>en</strong>, waardoor de meeste landbouwers van deze twee melkerij<strong>en</strong> overkwam<strong>en</strong> naar<br />

<strong>Weelde</strong>. Vijftig jaar lang was Frans Swaan zaakvoerder van de melkerij, tot hij in 1950 werd opgevolgd<br />

door zijn zoon Theo. De melkerij "De Verbroedering" telde in 1912, 92 led<strong>en</strong>. Pastoor Jacobs was to<strong>en</strong><br />

ere-voorzitter, Emile De Boungne voorzitter, Karel Bols ondervoorzitter, August Kol<strong>en</strong>, Jos Van Loon<br />

<strong>en</strong> E.H.Tubbax commissariss<strong>en</strong>. Bestuursled<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in 1912: J.Heyns, J.Kol<strong>en</strong>, L.Verhey<strong>en</strong>,<br />

Fr.Timmermans <strong>en</strong> Jos Mert<strong>en</strong>s. Zaakvoerder was Frans Swaan. In het jaar 1911 werd 47367 kilo<br />

boter verkocht <strong>en</strong> aan de led<strong>en</strong> uitbetaald teg<strong>en</strong> de gemiddelde prijs van 3,25 frank de kilo. De omzet<br />

van de melkerij steeg voortdur<strong>en</strong>d <strong>en</strong> mom<strong>en</strong>teel bedraagt de jaarlijkse omzet 16.000.000 liter melk<br />

met daarnaast e<strong>en</strong> boterproduktie van 500.000 kg. De laatste jar<strong>en</strong> kon er e<strong>en</strong> coöperatieve bijslag<br />

van 35.000.000 frank aan de leveranciers word<strong>en</strong> terugbetaald, dit onder de vorm van e<strong>en</strong> jaarlijkse<br />

bijslag.<br />

Ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in de schoot van de Boer<strong>en</strong>gilde werd de Geit<strong>en</strong>bond "Sint-Jansbond" opgericht. De<br />

ver<strong>en</strong>iging had tot doel de led<strong>en</strong> te vergoed<strong>en</strong> in geval van sterfte der geit<strong>en</strong>. Ze trachtte ook het<br />

geit<strong>en</strong>ras van de streek te verbeter<strong>en</strong> door jaarlijkse prijskamp<strong>en</strong> in te richt<strong>en</strong>. De Geit<strong>en</strong>bond "St.-<br />

Jansbond" werd wettelijk erk<strong>en</strong>d op 21 april 1907. In 1912 telde de maatschappij 150 verzekerde<br />

geit<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze was aangeslot<strong>en</strong> bij de vrije Herverzekering van de provincie Antwerp<strong>en</strong>. Het bestuur<br />

bestond in 1912 uit Frans Haag<strong>en</strong> als voorzitter <strong>en</strong> Jan Govers als schrijver. Op 28 september 1911<br />

werd met e<strong>en</strong>parigheid van stemm<strong>en</strong> het voorzitterschap van de gilde overgedrag<strong>en</strong> aan Jozef Van<br />

Hees, zoon van wijl<strong>en</strong> Christ Van Hees, die het voorzitterschap had waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> sinds 1894. Het<br />

bestuur zag er to<strong>en</strong> uit als volgt: proost E.H.Jacobs, voorzitter Jozef Van Hees, schrijver Louis De<br />

Bont, schatbewaarder Karel Vloemans <strong>en</strong> wijkmeesters J.Bax-Van Gils, J.Havermans, L.Van Oerle,<br />

Ph.Clé, J.Bax-Van Hees, C.Bros<strong>en</strong>s, C.Van Loon, M.Maas, J.Kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> F.Timmermans.<br />

Ondertuss<strong>en</strong> was weeral e<strong>en</strong> onderafdeling van de Boer<strong>en</strong>gilde gesticht. Dat was in 1910 <strong>en</strong> ze<br />

heette Ziek<strong>en</strong>beurs Sint-Jozefsgilde. Ze werd op 16 december 1911 door koninklijk besluit<br />

goedgekeurd. De doelstelling<strong>en</strong> van deze instelling war<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de: "1. De zorg<strong>en</strong> van de<br />

g<strong>en</strong>eesheer <strong>en</strong> de g<strong>en</strong>eesmiddel<strong>en</strong> te verschaff<strong>en</strong> aan haar ziek<strong>en</strong> of bij ongeval gekwetste,<br />

werk<strong>en</strong>de led<strong>en</strong>, alsook aan hun huisgezinn<strong>en</strong>. 2. E<strong>en</strong> dagelijkse schadeloosstelling te betal<strong>en</strong><br />

gedur<strong>en</strong>de de tijd van onbekwaamheid tot de arbeid. 3. Buit<strong>en</strong>gewone <strong>en</strong> tijdelijke onderstand te<br />

verl<strong>en</strong><strong>en</strong> aan de led<strong>en</strong> die ong<strong>en</strong>eesbaar of gebrekkig verklaard werd<strong>en</strong>. 4. Tuss<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> in de<br />

begraf<strong>en</strong>iskost<strong>en</strong>". De instelling was zeer sociaal gericht <strong>en</strong> ze was e<strong>en</strong> weldaad voor de gewone<br />

dorpeling. De ziek<strong>en</strong>beurs had in 1911, 144 frank uitbetaald <strong>en</strong> had in 1912 nog 287,75 frank in kas.<br />

Het bestuur bestond in 1912 uit erevoorzitter pastoor Jacobs, voorzitter Emile De Boungne, schrijverschatbewaarder<br />

J.Tubbax <strong>en</strong> bestuursled<strong>en</strong> A.Kol<strong>en</strong>, K.Vloemans <strong>en</strong> Ed.Van der Voort. Niet lang<br />

daarna, namelijk op 10 maart 1912 werd de Matigheidsbond Sint-Paulusgilde opgericht, die vanaf de<br />

stichting reeds 50 led<strong>en</strong> telde. De St.Paulusgilde had tot doel het alcoholisme in de parochie te<br />

bestrijd<strong>en</strong>. Alle mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> jongeling<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> de 15 jaar mocht<strong>en</strong> lid word<strong>en</strong>, maar zij moest<strong>en</strong> dan<br />

belov<strong>en</strong> nooit alcoholische drank<strong>en</strong> te drink<strong>en</strong>. Het bestuur was in 1912 als volgt sam<strong>en</strong>gesteld:<br />

erevoorzitter pastoor Jacobs, voorzitter Frans Berghmans, ondervoorzitter Louis De Bont, schrijver<br />

Remi Schijvers, bestuursled<strong>en</strong>: Edm.Vloemans, Jan Verhey<strong>en</strong>, Jacobus Van Loon <strong>en</strong> August<br />

Bros<strong>en</strong>s.<br />

Rond die tijd werd ook de studiekring Sint-Lutgardis opgericht. Deze instelling die ook weer in de<br />

schoot van de Boer<strong>en</strong>gilde was opgericht, had tot doel de led<strong>en</strong> door studie <strong>en</strong> voordracht<strong>en</strong> verder te


ontwikkel<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> vergaderde om de 14 dag<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de wintermaand<strong>en</strong> in het lokaal van de<br />

Boer<strong>en</strong>gilde op e<strong>en</strong> uur <strong>en</strong> dag door de voorzitter bepaald. De kring bestond in 1912 uit 12 werk<strong>en</strong>de<br />

led<strong>en</strong>. Het bestuur was in 1912 sam<strong>en</strong>gesteld als volgt: voorzitter pastoor Jacobs, schrijver Frans<br />

Berghmans, schatbewaarder C.Van Dommel<strong>en</strong>. De led<strong>en</strong> war<strong>en</strong> J.Tubbax, onderpastoor, Emile De<br />

Boungne, notaris, Amandus Van Bael<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>eesheer, Karel Vloemans, geme<strong>en</strong>tesecretaris, Louis De<br />

Bont, muziekmeester, August Dries, landbouwer, Ed.Van der Voort, meesterschrijnwerker, Edmond<br />

Vloemans, brouwer, Laur<strong>en</strong>t Swaan, tuinbouwkundige, L.Van der Voort, timmerman-aannemer.<br />

De oorlogsjar<strong>en</strong> remd<strong>en</strong> in zekere mate de efficiënte werking van de Boer<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> haar vele<br />

onderafdeling<strong>en</strong>, wat zeker niet wegnam, dat zij dynamisch bleef voortwerk<strong>en</strong>. In 1921 ging m<strong>en</strong> over<br />

tot de stichting van e<strong>en</strong> veebond, e<strong>en</strong> prachtig initiatief voor die tijd. Op 24 augustus werd e<strong>en</strong> spaar-<br />

<strong>en</strong> le<strong>en</strong>gilde gesticht, die later de raiffeis<strong>en</strong>kas is geword<strong>en</strong>. In de bestuursraad van deze spaar- <strong>en</strong><br />

le<strong>en</strong>gilde bevond<strong>en</strong> zich Jozef Van Hees, als voorzitter, <strong>en</strong> Jan Bax-Van Gils <strong>en</strong> Adriaan Schellek<strong>en</strong>s<br />

als led<strong>en</strong>. Pastoor Tubbax werd aangeduid als kassier. De toezichtraad bestond uit Adriaan Jans<strong>en</strong>s,<br />

Adriaan Kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> Pastoor Jacobs. Ondertuss<strong>en</strong> groeide de Boer<strong>en</strong>gilde met haar onderafdeling<strong>en</strong> uit<br />

<strong>en</strong> bijna iedere<strong>en</strong> van het dorp was lid van de gilde of van één der onderafdeling<strong>en</strong>. Na het<br />

voorzitterschap van Jozef Van Hees, werd Corneel Van Beek tot voorzitter <strong>en</strong> Adriaan Jans<strong>en</strong>s tot<br />

ondervoorzitter van de Boer<strong>en</strong>gilde gekoz<strong>en</strong>. Beid<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> zich gedur<strong>en</strong>de lange jar<strong>en</strong> verdi<strong>en</strong>stelijk<br />

gemaakt als bestuurslid van de Boer<strong>en</strong>gilde. Onder dit voorzitterschap werd<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele prachtige<br />

initiatiev<strong>en</strong> verwez<strong>en</strong>lijkt, o.a. het inricht<strong>en</strong> van familieavond<strong>en</strong> <strong>en</strong> het in lev<strong>en</strong> roep<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

Boer<strong>en</strong>standsraad, die e<strong>en</strong> nieuwe sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> de K.L.J-Jong<strong>en</strong>s, de K.L.J.-meisjes <strong>en</strong> de<br />

Boerinn<strong>en</strong>gild<strong>en</strong> nastreefde. E<strong>en</strong> initiatief van de laatste jar<strong>en</strong> was ook de onderlinge bedrijfshulp die<br />

zijn noodzakelijkheid reeds voldo<strong>en</strong>de heeft lat<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong>.<br />

Op 76-jarige leeftijd werd Corneel Van Beek als ere-voorzitter b<strong>en</strong>oemd, <strong>en</strong> werd Frans Van Loon als<br />

voorzitter gekoz<strong>en</strong>. Ere-ondervoorzitter Adriaan Jans<strong>en</strong>s werd vervang<strong>en</strong> door Karel Bros<strong>en</strong>s. Het<br />

led<strong>en</strong>aantal bedroeg in 1980 ongeveer 170 <strong>en</strong> het bestuur was to<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gesteld als volgt: Frans<br />

Van Loon, voorzitter, Karel Bros<strong>en</strong>s, ondervoorzitter, Gust Bros<strong>en</strong>s secretaris-p<strong>en</strong>ningmeester.<br />

Gewone bestuursled<strong>en</strong> war<strong>en</strong>: André Bax, Jan Bax-Sels, Jan Hereygers, Rik Heyns, Jos Leemans,<br />

Louis Mercelis, Corneel Moon<strong>en</strong>, Leo Van der Moer<strong>en</strong>, Louis Van der Vek<strong>en</strong>, Alfons Van Tilburg <strong>en</strong><br />

Jos Verhoev<strong>en</strong>. Deze korte geschied<strong>en</strong>is van de Boer<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> haar onderafdeling<strong>en</strong> is onvolledig.<br />

Voor de duidelijkheid zett<strong>en</strong> we hier nog ev<strong>en</strong> deze onderafdeling<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> rijtje:<br />

1. - Paard<strong>en</strong>verzekering;<br />

2. - Vrije Onderlinge Veeverzekering St.-Isidorus;<br />

3. - P<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>kas St.-Michielsgilde;<br />

4. - Verbruikg<strong>en</strong>ootschap De Ploeg;<br />

5. - Biebond St.-Ambrosiusgilde;<br />

6. - Fanfaremaatschappij St.-<strong>Nicolaus</strong>kring;<br />

7. - St.-Aloysiuskring;<br />

8. - Vlaamsche volksboekerij;<br />

9. - Turnkring;<br />

10. - Sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de stoommelkerij De Verbroedering;<br />

11. - Geit<strong>en</strong>bond St.-Jansbond;<br />

12. - Ziek<strong>en</strong>beurs St.-Jozefsgilde;<br />

13. - Matigheidsbond St.-Paulusgilde;<br />

14. - Studiekring St.-Lutgardis;<br />

15. - Veebond;<br />

16. - Spaar <strong>en</strong> Le<strong>en</strong>gilde (Raiffeis<strong>en</strong>kas);<br />

17. - Boer<strong>en</strong>standsraad;<br />

18. - Vark<strong>en</strong>sbond <strong>Weelde</strong>;<br />

19. - Tuinbouw <strong>Weelde</strong>;<br />

20. - Onderlinge Bedrijfshulp;<br />

21. - B.J.B.-jong<strong>en</strong>s.<br />

Misschi<strong>en</strong> is deze lijst nog niet e<strong>en</strong>s volledig, maar het is in ieder geval e<strong>en</strong> onbegonn<strong>en</strong> werk om voor<br />

al deze onderafdeling<strong>en</strong> (waarvan er vele niet meer bestaan) de volledige geschied<strong>en</strong>is neer te<br />

schrijv<strong>en</strong>. In dit artikel poogd<strong>en</strong> wij e<strong>en</strong> korte geschied<strong>en</strong>is te schets<strong>en</strong> van de Boer<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> het<br />

ontstaan van de onderafdeling<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> te vermeld<strong>en</strong>. Het is ongetwijfeld e<strong>en</strong> dankbare taak om ooit de


volledige geschied<strong>en</strong>is van de Boer<strong>en</strong>gilde <strong>Weelde</strong> sam<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>. Wie voelt zich daartoe<br />

geroep<strong>en</strong>?<br />

2. Boerinn<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> onderafdeling<strong>en</strong><br />

Nadat in 1894 de Boer<strong>en</strong>gilde van <strong>Weelde</strong> was gesticht <strong>en</strong> nadat talrijke onderafdeling<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

opgericht, werd de noodzaak aangevoeld om ook de vrouw<strong>en</strong> van de landbouwers te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>.<br />

Daarom werd te <strong>Weelde</strong> in 1911 de Boerinn<strong>en</strong>gilde "Mariakrans" opgericht, voornamelijk door toedo<strong>en</strong><br />

van de grote bezieler van het ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>, pastoor Sylvain Jacobs. De Boerinn<strong>en</strong>gilde<br />

werd gesticht op 25 januari 1911 <strong>en</strong> ze was één der eerste van de streek. Dadelijk werd e<strong>en</strong><br />

reglem<strong>en</strong>t opgesteld (zie bijlage 1). Niet lang na de stichting telde de gilde reeds 66 led<strong>en</strong> <strong>en</strong> 4<br />

ereled<strong>en</strong>. Vanaf het begin werd<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> interessante lezing<strong>en</strong><br />

gehoud<strong>en</strong> over de meest uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de onderwerp<strong>en</strong>. In 1911 hield onderpastoor Tubbax e<strong>en</strong> lezing<br />

over maatschappelijk werk <strong>en</strong> sprak Dokter Amandus Van Bael<strong>en</strong> over de verzorging van kleine<br />

kinder<strong>en</strong>. Begin maart 1912 werd het bestuur gekoz<strong>en</strong>. Dit zag er uit als volgt: voorzitster: Vrouw<br />

Emile De Boungne; schrijfster: Vrouw Amandus Van Bael<strong>en</strong>; bestuursled<strong>en</strong>: Vrouw Karel Vloemans,<br />

Josephina Kol<strong>en</strong>, Vrouw Jan Vloemans, Vrouw Antoon Abbeel, Vrouw August Dries <strong>en</strong> Katharina<br />

Kol<strong>en</strong>. Proost van de ver<strong>en</strong>iging was pastoor Jacobs. Om te wet<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> hoe e<strong>en</strong> werkjaar was<br />

sam<strong>en</strong>gesteld gev<strong>en</strong> we hier de werking van de gilde in 1913:<br />

- Vergadering 13/1/1913: Er werd beslot<strong>en</strong> dat in iedere vergadering e<strong>en</strong> verslag zou word<strong>en</strong><br />

opgemaakt van elke bije<strong>en</strong>komst der boerinn<strong>en</strong>gilde, dat dan in de eerstkom<strong>en</strong>de vergadering zou<br />

word<strong>en</strong> afgelez<strong>en</strong>.<br />

- Vergadering 24/4/1913: Lezing door de proost over de lieftalligheid van de vrouw in het huisgezin.<br />

Tev<strong>en</strong>s sprak hij over het bidd<strong>en</strong> voor de arbeid <strong>en</strong> de reinheid van de kleine kinder<strong>en</strong>. "Verders<br />

richtte hij het woord aan de moeders <strong>en</strong> moedigde ze aan de kinderk<strong>en</strong>s 's morg<strong>en</strong>s naar de mis te<br />

z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> alzoo die lieve klein<strong>en</strong> van jongs af tot godsvrucht op te wekk<strong>en</strong>". Vervolg<strong>en</strong>s sprak<br />

onderpastoor Tubbax over het bestrijd<strong>en</strong> van het drankmisbruik <strong>en</strong> over het bouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

landbouwerswoning met stal.<br />

- Teerfeest 5/6/1913: Het programma van het teerfeest was sam<strong>en</strong>gesteld als volgt: 's morg<strong>en</strong>s<br />

bijwon<strong>en</strong> van de H.Mis, daarna ontbijt in het gildelokaal waarna iedere<strong>en</strong> weer naar huis terugkeerde.<br />

Om drie uur was er e<strong>en</strong> eetmaal in het gildelokaal met e<strong>en</strong> lezing door proost Jacobs over de plicht<strong>en</strong><br />

van de moeders t.o.v. hun kinder<strong>en</strong>. Hierna werd er e<strong>en</strong> lekker glaasje gesuikerd bier gedronk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

werd er geluisterd naar de lezing van de onderpastoor: "Wat moet<strong>en</strong> de boer<strong>en</strong> do<strong>en</strong> om vooruit te<br />

kom<strong>en</strong>?" De namiddag werd dan beslot<strong>en</strong> met kaartspel, babbel<strong>en</strong> <strong>en</strong> liedjes zing<strong>en</strong>.<br />

- Vergadering 21/8/1913: Proost Jacobs sprak over het doel van de boerinn<strong>en</strong>gilde <strong>en</strong> E.H.Segers,<br />

onderpastoor te Antwerp<strong>en</strong>, sprak over de gevar<strong>en</strong> waaraan onze buit<strong>en</strong>meisjes in de stad zijn<br />

blootgesteld. E.H.Kol<strong>en</strong>, leraar aan het Klein Seminarie te Hoogstrat<strong>en</strong> sprak over het lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> het nut<br />

ervan.<br />

- Vergadering 24/9/1913: E<strong>en</strong> afgevaardigde van het hoofdbestuur van Leuv<strong>en</strong> inspecteerde de<br />

werkzaamhed<strong>en</strong> van de gilde <strong>en</strong> gaf <strong>en</strong>ige richtlijn<strong>en</strong>. Op 23/11/1913 kreeg de gilde 9 boek<strong>en</strong> van het<br />

hoofdbestuur om in de boekerij te plaats<strong>en</strong>.<br />

- Vergadering 10/12/1913: Uitdel<strong>en</strong> van het propagandaschrift "Raadgeving<strong>en</strong> aan de moeders over<br />

kinderopvoeding door d<strong>en</strong> E.H.Simon". "Proost Jacobs gaf les over de grondstoff<strong>en</strong> e<strong>en</strong>er doelmatige<br />

bemesting <strong>en</strong> over de eerste begripp<strong>en</strong> e<strong>en</strong>er goede veevoeding. Hoe dikwijls wordt er aan onze<br />

hed<strong>en</strong>daagsche boerinnek<strong>en</strong>s niet gezegd dat zij het landbouwwerk nog onkundig zijn?"<br />

Bij het overlop<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> werkjaar, zi<strong>en</strong> we, dat lezing<strong>en</strong> wel de grootste brok vormd<strong>en</strong> van het<br />

jaarprogramma. Dit zou zo blijv<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>. Gedur<strong>en</strong>de de eerste wereldoorlog (1914-1918) werd<br />

het gildelev<strong>en</strong> geschorst <strong>en</strong> in het gildeboek lez<strong>en</strong> we: "In de jar<strong>en</strong> 1916 <strong>en</strong> 1917 zijn de<br />

vergadering<strong>en</strong> der gilde opgeschorst geweest omdat de duitsche bezetting alle vere<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

verbod<strong>en</strong> had. Door d<strong>en</strong> versperringsdraad van het binn<strong>en</strong>land afgeslot<strong>en</strong> war<strong>en</strong> wij van alle<br />

betrekking<strong>en</strong> met d<strong>en</strong> belgisch<strong>en</strong> Boerinn<strong>en</strong>bond van Leuv<strong>en</strong> beroofd". Gelukkig kwam er e<strong>en</strong> einde


aan deze gruwelijke oorlog <strong>en</strong> op 15 augustus 1918 kon m<strong>en</strong> weer rustig vergader<strong>en</strong>. "De vergadering<br />

heeft plaats in de kerk na de vroegmis, daar het gewoon lokaal der gilde door de duitsche soldat<strong>en</strong><br />

onbruikbaar werd gemaakt". Ondertuss<strong>en</strong> bloeide <strong>en</strong> groeide de Boerinn<strong>en</strong>gilde van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> de vergadering<strong>en</strong> telk<strong>en</strong>s door veel led<strong>en</strong> bijgewoond. In de bestuursvergadering van 22 april<br />

1923 besloot m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> toneelafdeling op te richt<strong>en</strong> die op de teerdag van 8 juni haar eerste stukje<br />

"Juffrouw <strong>en</strong> Boerin" pres<strong>en</strong>teerde. Deze toneelafdeling was leefbaar, want in de vergadering van 15<br />

januari 1924 werd het tweede stuk opgevoerd "Bij Sint-Pieter". Onbegrijpelijk is dat de toneelafdeling<br />

e<strong>en</strong> inzinking niet te bov<strong>en</strong> kwam. Zo noteerde m<strong>en</strong> in de bestuursvergadering van 11 mei 1926:<br />

"Vermits de toneelafdeling sedert maand<strong>en</strong> niet meer optreedt, wordt zij door het bestuur als geheel<br />

opgeschorst aanschouwd". In 1922 werd<strong>en</strong> er ook cursuss<strong>en</strong> voor de led<strong>en</strong> ingericht. Op de dagorde<br />

stond<strong>en</strong> naai- <strong>en</strong> knipless<strong>en</strong>, het inmak<strong>en</strong> van gro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> fruit, kookless<strong>en</strong>, melkprijskamp<strong>en</strong>,<br />

moeder- <strong>en</strong> kinderverzorging, ziek<strong>en</strong>verzorging, <strong>en</strong>z. Wanneer precies de jeugd-B.J.B. werd gesticht,<br />

is niet geheel duidelijk. In de bestuursvergadering van 2 maart 1926 werd beslist dat "op voorstel van<br />

d<strong>en</strong> proost wordt d<strong>en</strong> eerst<strong>en</strong> ste<strong>en</strong> gelegd van e<strong>en</strong>e jeugdorganisatie waaraan deelnem<strong>en</strong> al die mee<br />

naar Deurne geweest zijn". En in het verslag van de vergadering van 21 maart 1926 lez<strong>en</strong> we: "K<strong>en</strong>nis<br />

wordt gegev<strong>en</strong> van de voorloopige inrichting der jeugdorganisatie waarvan Juf.Ida Verhey<strong>en</strong> in<br />

afgezonderde bije<strong>en</strong>komst door de led<strong>en</strong> tot voorzitster werd gekoz<strong>en</strong>. Deze inrichting behaalde de<br />

volledige goedkeuring van d<strong>en</strong> raad <strong>en</strong> zal onder leiding der boerinn<strong>en</strong>gilde hare werking beginn<strong>en</strong>.<br />

Ziehier de nam<strong>en</strong> van de ingeschrev<strong>en</strong> led<strong>en</strong> der jeugdorganisatie: Ida Verhey<strong>en</strong>, Elisa Dries, Maria<br />

H<strong>en</strong>drickx, Josephina Kol<strong>en</strong>, Anna Mert<strong>en</strong>s, Therese Dick<strong>en</strong>s, Jeanne Van Loon, Josephina Van<br />

Loon, Jeanette Verhey<strong>en</strong> <strong>en</strong> Josephina Van de Laer". Wat er van deze jeugdorganisatie is geword<strong>en</strong><br />

is ons onbek<strong>en</strong>d, maar in 1933 werd er e<strong>en</strong> boerinn<strong>en</strong>jeugdafdeling gesticht onder leiding van Juf.Van<br />

Pelt. In 1935 werd Catharina Vloemans leidster van deze B.J.B.<br />

Zeer interessant is het jaarverslag van 1934-1935 waaruit we volg<strong>en</strong>d fragm<strong>en</strong>t hal<strong>en</strong>: "Overal<br />

heerscht tans crisis zegt m<strong>en</strong>, wij zijn gelukkig te kunn<strong>en</strong> vaststell<strong>en</strong> dat zulk in onze gilde tot nu toe<br />

niet het geval is, als wij t<strong>en</strong> minst<strong>en</strong> op uiterlijke teek<strong>en</strong><strong>en</strong> mog<strong>en</strong> voortgaan. Het jaar 1934-1935 is<br />

voor onze gilde geweest e<strong>en</strong> jaar van vooruitgang <strong>en</strong> geestdriftige werking. De jeugdafdeling in 34<br />

gesticht heeft het gildelev<strong>en</strong> jonge kracht<strong>en</strong> bijgezet. Niet min dan 6 vergadering<strong>en</strong> staan er geboekt,<br />

maar we zoud<strong>en</strong> er moet<strong>en</strong> bijschrijv<strong>en</strong> dat ze veel talrijker zoud<strong>en</strong> bijgewoond moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong>,<br />

wij merk<strong>en</strong> op de algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> dat de jongere led<strong>en</strong> beter opkom<strong>en</strong> dan de oudere". 19<br />

mei 1936 was e<strong>en</strong> belangrijke dag voor de gilde, want die dag werd het 25-jarig bestaan van de<br />

ver<strong>en</strong>iging gevierd. Hetzelfde jaar werd het eerste kerstfeest gehoud<strong>en</strong>, dat m<strong>en</strong> had ingericht voor de<br />

kinder<strong>en</strong> van de led<strong>en</strong>. Toneelstukjes die door de Eerwaarde Zusters war<strong>en</strong> aangeleerd, werd<strong>en</strong><br />

opgevoerd. Er werd e<strong>en</strong> tombola gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> de klein<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bedacht met snoepgoed. In 1937<br />

ging de eerste afgevaardigde van de gilde naar Lourdes. Aanvankelijk ging slechts één afgevaardigde<br />

om de twee jaar, maar thans gaan er ieder jaar twee afgevaardigd<strong>en</strong> van de gilde. De nodige som<br />

werd bije<strong>en</strong>gebracht door de verkoop van lot<strong>en</strong> aan de led<strong>en</strong>. Het jaarverslag van 1939-1940 getuigt<br />

niet van optimisme. Zo lez<strong>en</strong> wij o.a.: "De internationale gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ons verplicht af te<br />

zi<strong>en</strong> van ons teerfeest. Onze boerinn<strong>en</strong>bond moet zich immers wet<strong>en</strong> aan te pass<strong>en</strong> aan de<br />

tijdsomstandighed<strong>en</strong>. De mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> de jong<strong>en</strong>s zijn weg, het bedrijf draait slecht, de vooruitzicht<strong>en</strong><br />

zijn niet schoon ...<strong>en</strong> wat nog?" Inderdaad, droeve tijd<strong>en</strong> war<strong>en</strong> aangebrok<strong>en</strong>. Op 21 november 1941<br />

noteerde m<strong>en</strong>:"... vergaderde onze boerinn<strong>en</strong>gilde voor de eerste maal in deze droev<strong>en</strong> oorlogstijd in<br />

e<strong>en</strong> noodlokaal der school, die onze Eerwaarde Zusters goed verwarmd ter beschikking steld<strong>en</strong>.<br />

Nietteg<strong>en</strong>staande d<strong>en</strong> oorlogstoestand war<strong>en</strong> er 60 led<strong>en</strong> aanwezig".<br />

Na de oorlog k<strong>en</strong>de de gilde weer e<strong>en</strong> opleving. E<strong>en</strong> nieuwe belangrijke aktiviteit kwam er in 1948, nl.<br />

de stichting van de jonge-gezinn<strong>en</strong>aktie. Voor de jonge moeders zoud<strong>en</strong> er ieder jaar drie<br />

less<strong>en</strong>reeks<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. Deze cursus werd dan beslot<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> slotvergadering met feest<br />

waaraan ook de jonge vaders deelnam<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> heuglijke gebeurt<strong>en</strong>is had plaats in 1954 to<strong>en</strong> de gilde<br />

het 200e lid mocht noter<strong>en</strong>. De feestvergadering van 24 juni 1954 werd ingezet met e<strong>en</strong> plechtige H.-<br />

Mis in de St.-Michielskerk, die door bijna alle led<strong>en</strong> werd bijgewoond. Omwille van het speciaal<br />

karakter van de feestvergadering mocht de gilde zich verheug<strong>en</strong> in de verer<strong>en</strong>de aanwezigheid van<br />

E.H.Kanunnik Ansay, algeme<strong>en</strong> proost van de verschill<strong>en</strong>de boer<strong>en</strong>- <strong>en</strong> boerinn<strong>en</strong>gild<strong>en</strong> <strong>en</strong> van<br />

Juffrouw Van Herck, provinciale opzi<strong>en</strong>ster. E<strong>en</strong> prachtig verslag van deze heuglijke dag werd in het<br />

verslagboek van de gilde opgetek<strong>en</strong>d. De eerste reeks less<strong>en</strong> voor de moeders met groter word<strong>en</strong>de<br />

kinder<strong>en</strong> werd in 1959 gegev<strong>en</strong>. Ook hier was het slot e<strong>en</strong> vergadering met feest tezam<strong>en</strong> met de<br />

vaders. 1961 werd e<strong>en</strong> bijzonder jaar, want nu vierde de Boerinn<strong>en</strong>gilde het 50-jarig bestaan. Dit<br />

mocht niet onopgemerkt voorbijgaan <strong>en</strong> daarom werd alles van tevor<strong>en</strong> zeer goed voorbereid. E<strong>en</strong><br />

mooie feestviering op 4 oktober was hiervan het resultaat. 's Middags om 12 uur werd in de St.-


Michielskerk e<strong>en</strong> plechtige jubelmis opgedrag<strong>en</strong>. E.H.Heymans, pastoor <strong>en</strong> proost van de gilde,<br />

dankte de Heer voor dit heuglijk feit. Z.E.H.Kanunnik Ansay, ere-nationaal proost van de<br />

Boerinn<strong>en</strong>gilde, sprak e<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>de kanselrede uit over de offergave, in geld <strong>en</strong> natura, geofferd door<br />

elk lid der jubiler<strong>en</strong>de gilde.<br />

Na de mis ging<strong>en</strong> de meer dan 200 feestvier<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> naar de parochiezaal St.-Michiel, waar ze<br />

werd<strong>en</strong> vergast op e<strong>en</strong> feestmaal. Voorzitster, Mevrouw Willems-Van Dun, deed het welkomwoord<br />

waarna de secretaresse het verslag der vorige jar<strong>en</strong> las. Burgemeester Modest H<strong>en</strong>drickx feliciteerde<br />

de Boerinn<strong>en</strong>gilde nam<strong>en</strong>s de geme<strong>en</strong>te, waarbij de B.J.B.-meisjes <strong>en</strong> -jong<strong>en</strong>s zich aanslot<strong>en</strong>. De<br />

twee oudste led<strong>en</strong>, tev<strong>en</strong>s medestichteress<strong>en</strong>, mevrouw Van Bael<strong>en</strong>-Swaan <strong>en</strong> Mevrouw Verhey<strong>en</strong>-<br />

Jans<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong> thuis met bloem<strong>en</strong> bedacht. Mevrouw Van Beek-Van Loon werd om haar 35-jarig<br />

bestuurslidmaatschap in de bloem<strong>en</strong> gezet. Kinder<strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bloem<strong>en</strong>hulde aan O.L.Vrouw <strong>en</strong><br />

aan alle moeders. De B.J.B.-meisjes van <strong>Weelde</strong> voerd<strong>en</strong> "50 jaar Boerinn<strong>en</strong>bond" op. Met e<strong>en</strong> grote<br />

tombola werd deze heuglijke dag beslot<strong>en</strong>. Op 10 februari 1971 werd het 60-jarig bestaan gevierd <strong>en</strong><br />

in het najaar van 1981 vierde de gilde haar 70-jarig bestaan. In de jar<strong>en</strong> 70 kreeg de gilde door<br />

toedo<strong>en</strong> van proost Cornelis e<strong>en</strong> nieuwe vergaderzaal. In 1980 huldigde de gilde haar leidsters.<br />

Marieke Van Dun was 25 jaar voorzitster <strong>en</strong> Fi<strong>en</strong>tje Verhey<strong>en</strong> was 15 jaar schrijfster. Dit feit ging niet<br />

ongemerkt voorbij, maar het werd met veel luister gevierd. Door de steeds sterkere evolutie van de<br />

landelijke geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> teld<strong>en</strong> de plaatselijke gild<strong>en</strong>, naast de agrarische led<strong>en</strong>, meer <strong>en</strong> meer led<strong>en</strong> die<br />

tot e<strong>en</strong> ander beroep of e<strong>en</strong> andere stand behoord<strong>en</strong>. Daarom werd de naam van de organisatie aan<br />

de huidige sam<strong>en</strong>stelling van de gild<strong>en</strong> aangepast: Katholiek Vormingswerk voor Landelijke Vrouw<strong>en</strong>,<br />

afgekort K.V.L.V. Wat de Boerinn<strong>en</strong>gilde, nu K.V.L.V. van <strong>Weelde</strong>, voor <strong>Weelde</strong> heeft betek<strong>en</strong>t <strong>en</strong> nog<br />

betek<strong>en</strong>t is niet in <strong>en</strong>kele zinn<strong>en</strong> weer te gev<strong>en</strong>. We d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de vele bestuursvergadering<strong>en</strong>, de<br />

talrijke algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> met lezing<strong>en</strong>, de kerstfeestjes voor de kinder<strong>en</strong> der led<strong>en</strong>, de<br />

technische studiedag<strong>en</strong>, de retraites, de reiz<strong>en</strong> naar Lourdes, de aktie voor jonge gezinn<strong>en</strong>, de<br />

lesavond<strong>en</strong> voor ouders van Eerste- <strong>en</strong> Plechtige-communiecant<strong>en</strong>, de gesch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> bij de geboorte<br />

van e<strong>en</strong> kindje bij e<strong>en</strong> lid, de kook- <strong>en</strong> naailess<strong>en</strong>, de cursus "Beter beweg<strong>en</strong>", de bezinningsdag<strong>en</strong>,<br />

de ontmoetingsdag<strong>en</strong> voor boerinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> tuindersvrouw<strong>en</strong>, de uitstapp<strong>en</strong> met de kinder<strong>en</strong>, de leerrijke<br />

<strong>en</strong> ontspann<strong>en</strong>de uitstapjes, de geldinzameling<strong>en</strong> voor familiezorg, <strong>en</strong>z. Het is er in de loop der jar<strong>en</strong><br />

allemaal gekom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het vele, vele werk dat dit allemaal met zich meebracht, is nog steeds vol<br />

toewijding door al de bestuursled<strong>en</strong> gedaan. In de eerste plaats was dit te dank<strong>en</strong> aan de talrijke<br />

werkzame voorzitsters <strong>en</strong> schrijfsters. Hier volg<strong>en</strong> hun nam<strong>en</strong>:<br />

Voorzitsters<br />

1. Mevrouw Emile De Boungne<br />

2. Mevrouw Swaan-Van der Voort<br />

3. Mevrouw Vloemans-De Bont<br />

4. Mevrouw Van Opstal-Luyt<strong>en</strong><br />

5. Mevrouw Willems-Van Dun<br />

Schrijfsters<br />

1. Mevrouw Amandus Van Bael<strong>en</strong>-Swaan<br />

2. Juffrouw Nelly H<strong>en</strong>drickx<br />

3. Juffrouw Maria Verhey<strong>en</strong><br />

4. Mevrouw Bax-Vloemans<br />

5. Mevrouw Willems-Van Dun<br />

6. Juffrouw Fi<strong>en</strong>tje Verhey<strong>en</strong><br />

7. Mevrouw Verhoev<strong>en</strong>-Van Hees<br />

De Boerinn<strong>en</strong>gilde <strong>Weelde</strong> is e<strong>en</strong> waardige ver<strong>en</strong>iging, daarom will<strong>en</strong> we hier besluit<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> citaat<br />

uit het verslag van het 60-jarig bestaan in 1971 dat werd geschrev<strong>en</strong> door Fi<strong>en</strong>tje Verhey<strong>en</strong>: "We<br />

overschouwd<strong>en</strong> daarev<strong>en</strong> het verled<strong>en</strong>, 't was schoon, 't was goed, nu vooruit de toekomst tegemoet.<br />

Onze leuze is: sam<strong>en</strong> één schone liefdesgeme<strong>en</strong>schap uitbouw<strong>en</strong>! Hand in Hand, want e<strong>en</strong>dracht<br />

maakt macht. Goed Heil Katholieke Landelijke Vrouw<strong>en</strong>.<br />

A.C.W.-ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>


1. A.C.W.<br />

Algeme<strong>en</strong><br />

Het algeme<strong>en</strong> Christelijk Werkersverbond is het overkoepel<strong>en</strong>d orgaan waarvan volg<strong>en</strong>de takk<strong>en</strong><br />

afhang<strong>en</strong>:<br />

A.C.V.: Algeme<strong>en</strong> Christelijk Vakverbond<br />

K.W.B.: Katholieke Werknemers Beweging<br />

C.M.: Christelijke Mutualiteit<strong>en</strong> (ziek<strong>en</strong>kas)<br />

K.A.V.: Katholieke Arbeiders Vrouw<strong>en</strong>gilde<br />

K.A.J.: Katholieke Arbeiders Jeugdbeweging<br />

K.B.G.: Katholieke Bond der Gep<strong>en</strong>sioneerd<strong>en</strong><br />

Van deze beweging<strong>en</strong> in <strong>en</strong>kel de K.A.J. niet aktief in <strong>Weelde</strong>. Buit<strong>en</strong> deze lev<strong>en</strong>de takk<strong>en</strong> bestaan er<br />

ook de coöperatieve instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> afhang<strong>en</strong>de van het A.C.W.: zoals B.A.C. (spaarkas der<br />

Belgische Arbeiders Coöperatiev<strong>en</strong>), D.V.V. (De Volksverzekering), de coöperatieve winkels<br />

"Welvaart" <strong>en</strong> "Prico", Vakantieg<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong>s, Ultra Montes (reisorganisator), dagblad "Het Volk", <strong>en</strong>z.<br />

Misschi<strong>en</strong> niet te gelov<strong>en</strong> <strong>en</strong> toch waar is dat deze ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van onder uit groeid<strong>en</strong>,<br />

vanuit de arbeiders <strong>en</strong> hun behoeft<strong>en</strong> <strong>en</strong> nod<strong>en</strong>. De arbeiders ver<strong>en</strong>igd<strong>en</strong> zich om zich uit hun<br />

netelige positie te verheff<strong>en</strong> <strong>en</strong> zocht<strong>en</strong> steun bij hun medemakkers-in-nood. Waartoe heeft dit geleid?<br />

Inderdaad, tot de huidige welvaart van de arbeider, bedi<strong>en</strong>de <strong>en</strong> werknemer. Door sam<strong>en</strong> één richting<br />

uit te kijk<strong>en</strong> is A.C.W. geword<strong>en</strong> wat het nu is: e<strong>en</strong> beweging die de sociaal-economische, sociaalculturele,<br />

de religieuse <strong>en</strong> morele nod<strong>en</strong> <strong>en</strong> behoeft<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> christelijke inspiratie l<strong>en</strong>igt of althans<br />

probeert te l<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>. Dit zowel voor de aktiefwerk<strong>en</strong>de als voor de passieve zieke, gehandicapte of<br />

gep<strong>en</strong>sioneerde werknemer <strong>en</strong> di<strong>en</strong>s huisgezin onder het motto "a struggle for live". Ter illustrering<br />

van de groei van deze beweging toch <strong>en</strong>kele feit<strong>en</strong>:<br />

1921: stichting A.C.W. dat A.C.V. (gesticht in 1912) <strong>en</strong> K.A.V. (in 1920 gesticht) ver<strong>en</strong>igde;<br />

1923: C.M. (ontstaan in 1903) sluit aan bij het A.C.W.<br />

1924: oprichting B.A.C. nationaal <strong>en</strong> ontstaan van "Welvaart",<br />

1925: stichting <strong>en</strong> aansluiting van K.A.J.,<br />

1928: oprichting van C.L.T. (Christelijke Landsbond voor Teringbestrijding) <strong>en</strong> D.V.B. (di<strong>en</strong>st der<br />

Verpleegsters-Bezoeksters);<br />

1931: stichting van C<strong>en</strong>trale voor Volksontwikkeling, voorloper van de K.W.B.<br />

1932: De C<strong>en</strong>trale Volksverzekering<strong>en</strong>, gesticht in 1929, wordt "De Volksverzekering"<br />

1935: De Belgische Arbeiderscoöperatie wordt de c<strong>en</strong>trale van de spaarinstelling<strong>en</strong> onder de<br />

b<strong>en</strong>aming "B.A.C.-C<strong>en</strong>trale Depositokas"<br />

1935: uitbreiding van de gezondheidsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van de C.M. tot de speciale g<strong>en</strong>ees- <strong>en</strong> heelkunde<br />

1938: oprichting van Vakantieg<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong>s


Tot na wereldoorlog I werkt<strong>en</strong> alle organisaties zelfstandig, maar stilaan groeide daarna de noodzaak<br />

om zich als standsorganisaties te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>. Zo werd<strong>en</strong>:<br />

- de programma's sam<strong>en</strong>gebundeld <strong>en</strong> akties opgezet;<br />

- politieke eis<strong>en</strong> k<strong>en</strong>baar gemaakt <strong>en</strong> kwam geleidelijkaan e<strong>en</strong> politieke verteg<strong>en</strong>woordiging in de<br />

verschill<strong>en</strong>de plaatselijke, regionale <strong>en</strong> nationale bestur<strong>en</strong>;<br />

- eig<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> gecreëerd voor de arbeiders, volg<strong>en</strong>s hun behoeft<strong>en</strong> <strong>en</strong> nod<strong>en</strong>. Alle voornoemde<br />

takk<strong>en</strong> (organisaties) hebb<strong>en</strong> ieder hun eig<strong>en</strong> bestuursorgaan <strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> specifiek domein met als<br />

raakvlak de werknemer <strong>en</strong> zijn gezin. Aldus zijn ze zelfstandig <strong>en</strong> toch afgestemd op sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>.<br />

Het A.C.W. streeft de e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>horigheid na binn<strong>en</strong> deze organ<strong>en</strong> <strong>en</strong> de plaatselijke afdeling<br />

is er als dusdanig de democratische basis van.<br />

Plaatselijk<br />

Met de industrialisering van de Kemp<strong>en</strong> groeide ook de behoefte om zich te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> om alzo de<br />

materiële <strong>en</strong> morele nod<strong>en</strong> te l<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>. Slaaf als de werknemer was, streefde hij naar e<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong>swaardig bestaan, zowel voor hemzelf als voor zijn gezin. Juiste data van ontstaan <strong>en</strong> werking<br />

zijn niet op papier terug te vind<strong>en</strong>, doch volg<strong>en</strong>s mondelinge overlevering zou reeds voor <strong>en</strong><br />

onmiddellijk na de tweede wereldoorlog het A.C.W. e<strong>en</strong> aktieve werking hebb<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>d met de<br />

volg<strong>en</strong>de medewerkers <strong>en</strong> stimulators: Piet Bogaerts, Frans Moll<strong>en</strong>, Stan Somm<strong>en</strong>, Frans Van d<strong>en</strong><br />

Heuvel, Meester Gouwy, Sooike Frans<strong>en</strong>, Jos L<strong>en</strong>aerts, Jan Kusters, Adriaan Van Loon, Corneel<br />

Havermans <strong>en</strong> Jan Somm<strong>en</strong>. In de werking van het A.C.W. is e<strong>en</strong> onderbreking geweest tot 1975-<br />

1976. Op e<strong>en</strong> A.C.W.-kontaktvergadering op 13 december 1976 werd beslot<strong>en</strong> de kar opnieuw aan<br />

het roll<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, waarop 19 man aanwezig was, voornamelijk voorzitters <strong>en</strong> ondervoorzitters van<br />

de takk<strong>en</strong>.<br />

In de volg<strong>en</strong>de vergadering werd<strong>en</strong> de tak<strong>en</strong> verdeeld (1 februari 1977). Voorzitter werd K.Mert<strong>en</strong>s,<br />

ondervoorzitter: Ti<strong>en</strong>ne Couw<strong>en</strong>berg; schatbewaarder-secretaris Jef Jonkers, proost pastoor August<br />

Bax <strong>en</strong> led<strong>en</strong>: Nelly Van Beurd<strong>en</strong>, Stan Vermeir<strong>en</strong>, all<strong>en</strong> led<strong>en</strong> van het dagelijks bestuur. Verder<br />

hoord<strong>en</strong> tot het hoofdbestuur: Maria Schellek<strong>en</strong>s, Magda Vermeir<strong>en</strong>, Jan Somm<strong>en</strong>, Jeanne Verhey<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> Anna Luyckx. Sedert 1979 staat A.C.W. <strong>Weelde</strong> onder de leiding van Walter Luyt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn ploeg<br />

met Karel Mert<strong>en</strong>s, Ti<strong>en</strong>ne Couw<strong>en</strong>berg, Jan Somm<strong>en</strong>, André Sels, Nelly Van Beurd<strong>en</strong>, Lisa<br />

Pauluss<strong>en</strong>, Rik Frank<strong>en</strong>, Stan Vermeir<strong>en</strong>, Harry Krijn<strong>en</strong>, Fons Franck, Vic Dill<strong>en</strong> <strong>en</strong> August Bax. Het<br />

voornaamste doel blijft ook nu coördiner<strong>en</strong>d op te tred<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de takk<strong>en</strong> <strong>en</strong> om de band lev<strong>en</strong>dig te<br />

houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> de afhankelijkheid <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>horigheid te bevorder<strong>en</strong>.<br />

2. K.W.B.<br />

a. K.W.B.-<strong>Weelde</strong><br />

Dit is e<strong>en</strong> beweging voor sociaal-cultureel werk bij volwass<strong>en</strong> werknemers voor de ontplooiing van hun<br />

m<strong>en</strong>selijke persoon. Het doel is te strev<strong>en</strong> naar m<strong>en</strong>swaardige sam<strong>en</strong>leving door vorming op allerlei<br />

gebied: arbeiderslev<strong>en</strong>, onderwijs, opvoeding, gezin, grondbeleid, leefmilieu, cultuur,<br />

wereldsolidariteit, sport <strong>en</strong> ontspanning: kortom alles wat leeft <strong>en</strong> beweegt in, om <strong>en</strong> rond de m<strong>en</strong>s.<br />

K.W.B.St.-Jan<br />

Op initiatief van pastoor Bluek<strong>en</strong>s van St.-Jan, broer van de gewestleider van to<strong>en</strong>dertijd werd de<br />

mogelijkheid onderzocht om e<strong>en</strong> K.W.B. op te richt<strong>en</strong>. Pastoor Bluek<strong>en</strong>s pakte <strong>en</strong>kele led<strong>en</strong> van het<br />

Maria-legio<strong>en</strong> onder de arm (o.a. Willy Vansant <strong>en</strong> Alex Jans<strong>en</strong>s) om sam<strong>en</strong> met de gewestleider Vic<br />

Hannes in februari 1959 van wal te stek<strong>en</strong>. In april van datzelfde jaar werd de eerste<br />

wijkmeestersvergadering gehoud<strong>en</strong> met 8 aanwezig<strong>en</strong>, die na deze vergadering op led<strong>en</strong>werving<br />

trokk<strong>en</strong> om op 24 april 1959 reeds e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e vergadering te houd<strong>en</strong>. In mei werd dan gestart met<br />

het inschrijv<strong>en</strong> der led<strong>en</strong>. Tot voorzitter werd Jos L<strong>en</strong>aerts aangesteld <strong>en</strong> secretaris werd Godfried<br />

Boer<strong>en</strong>. De proost was pastoor Jan Bluek<strong>en</strong>s. In juli war<strong>en</strong> er reeds 30 led<strong>en</strong>. In 1960 hoord<strong>en</strong> tot het<br />

bestuur naast de voornoemd<strong>en</strong>: H<strong>en</strong>drik Jans<strong>en</strong>s, Alex Jans<strong>en</strong>s, Jozef Leuse, Alois Van Rooy,


Laur<strong>en</strong>t Verbeek, Gaby Vloemans, Fer Willems <strong>en</strong> Louis Aerts. De K.W.B. hield zich bezig met allerlei<br />

aktiviteit<strong>en</strong>: zoals bezinningsdag<strong>en</strong>, gespreksavond<strong>en</strong> over problem<strong>en</strong> in grote gezinn<strong>en</strong> met kleine <strong>en</strong><br />

grote kinder<strong>en</strong>, vormingsdag<strong>en</strong>, ontspanning, reiz<strong>en</strong>, wandel<strong>en</strong>, kaart<strong>en</strong> <strong>en</strong> meewerk<strong>en</strong> aan<br />

parochiale aktiviteit<strong>en</strong> met als hoofdbrok de Vlaamse Kermis t<strong>en</strong> voordele van de nieuwe parochiezaal<br />

St.-Jan. De K.W.B. k<strong>en</strong>de haar hoogtepunt in 1966-1967 met 120 led<strong>en</strong>. Zoals blijkt richtte de K.W.B.<br />

zich voornamelijk tot de parochian<strong>en</strong> van St.-Jan, hoewel bij de stichting toch werd overwog<strong>en</strong> om<br />

op<strong>en</strong> te staan voor de beide parochiegeme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. In 1972 werd de K.W.B.St.-Jan dan<br />

opgehev<strong>en</strong> bij gebrek aan wijkmeesters <strong>en</strong> aan <strong>en</strong>toesiasme <strong>en</strong> binding binn<strong>en</strong> de wijkmeestersgroep.<br />

K.W.B.<strong>Weelde</strong> start opnieuw<br />

Begin 1979 werd<strong>en</strong> -via het gewest in de persoon van Gust Verhey<strong>en</strong>- opnieuw <strong>en</strong>kele mann<strong>en</strong><br />

aangezet <strong>en</strong> warm gemaakt om in <strong>Weelde</strong> opnieuw met e<strong>en</strong> K.W.B. te start<strong>en</strong>. Onder impuls van<br />

Karel Mert<strong>en</strong>s met <strong>en</strong>kele vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> waaronder Walter Luyt<strong>en</strong>, Ti<strong>en</strong>ne Couw<strong>en</strong>berg, Ivo Joos, Eddy<br />

Hannes, Nand Willems, Jos H<strong>en</strong>drickx <strong>en</strong> Cis Vissers werd in juni van datzelfde jaar beslot<strong>en</strong> definitief<br />

van start te gaan. Enthoesiast werd van wal gestok<strong>en</strong> <strong>en</strong> dadelijk volgd<strong>en</strong> initiatiev<strong>en</strong>: voetball<strong>en</strong><br />

(intuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gevreesde <strong>en</strong> veel gevraagde sparringpartner), wandel<strong>en</strong>, zwemm<strong>en</strong>, dropping.<br />

Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gespreks- <strong>en</strong> vormingsavond<strong>en</strong> ingelegd. Al dadelijk gaf de K.W.B. blijk van e<strong>en</strong><br />

gewaardeerd initiatief, nl. de crochet-wedstrijd. In 1980 gestart met e<strong>en</strong> grote belangstelling groeide<br />

deze in 1981 zo mogelijk nog verder. De wijkmeesters ging<strong>en</strong> hun led<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> in de beide parochies<br />

<strong>en</strong> zelfs in <strong>Weelde</strong>-Statie waar intuss<strong>en</strong> ook werd gestart (januari 1981). Als eerste werkelijke<br />

voorzitter werd Eddy Hannes verkoz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de ploeg wijkmeesters is thans reeds uitgegroeid tot 17<br />

man <strong>en</strong> het led<strong>en</strong>aantal groeide in e<strong>en</strong> mum van tijd naar 120 man over de twee parochies. Van e<strong>en</strong><br />

explosie gesprok<strong>en</strong>! Immers, reeds op de feestvergadering van 29 februari 1981 werd het 100e lid<br />

gevierd!!!<br />

Het huidige bestuur is sam<strong>en</strong>gesteld als volgt: Eddy Hannes voorzitter, Jan Lepp<strong>en</strong>s ondervoorzitter,<br />

Nand Willems secretaris, Cis Vissers schatbewaarder, Ivo Joos sportverantwoordelijke, Laur<strong>en</strong>t Van<br />

de Leur <strong>en</strong> Staf Lambrechts, pastoors van St.-Jan <strong>en</strong> St.-Michiel zijn de proost<strong>en</strong>. Wijkmeesters zijn:<br />

Ti<strong>en</strong>ne Couw<strong>en</strong>berg, Karel Dhondt, Jos H<strong>en</strong>drickx, Jac Kustermans, Rob Leuse, Walter Luyt<strong>en</strong>, Roger<br />

Caymax, Paul Van Breda, André Sels, Jan Aerts, Johan Jans<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Karel Mert<strong>en</strong>s. Elke maand wordt<br />

e<strong>en</strong> "K.W.B.-frontje" met nieuws uit de afdeling bij het maandblad "Raak" gevoegd <strong>en</strong> aan de led<strong>en</strong><br />

bezorgd. Daarin word<strong>en</strong> het wel <strong>en</strong> wee in de afdeling besprok<strong>en</strong> <strong>en</strong> aktiviteit<strong>en</strong> aangekondigd. De<br />

jeugdige ploeg werkt kameraadschappelijk <strong>en</strong> vol ijver aan de uitbouw van de K.W.B. in <strong>Weelde</strong>. En<br />

de strijd gaat verder!<br />

Overzicht led<strong>en</strong>beweging 1959-1971<br />

Augustus 1959: 32 led<strong>en</strong><br />

Januari 1960: 59 led<strong>en</strong><br />

Januari 1961: 70 led<strong>en</strong><br />

Januari 1962: 75 led<strong>en</strong><br />

Januari 1963: 82 led<strong>en</strong><br />

Januari 1964: 97 led<strong>en</strong><br />

Januari 1965: 118 led<strong>en</strong><br />

Januari 1966: 120 led<strong>en</strong><br />

Januari 1967: 120 led<strong>en</strong><br />

Januari 1968: 114 led<strong>en</strong>


Januari 1969: 112 led<strong>en</strong><br />

Januari 1970: 101 led<strong>en</strong><br />

Januari 1971: 103 led<strong>en</strong><br />

Juni 1972: afdeling geschorst<br />

b. K.W.B.<strong>Weelde</strong>-Station<br />

De K.W.B.<strong>Weelde</strong>-Station heeft ongeveer twee jaar achter de rug. Voorhe<strong>en</strong> zijn er verschill<strong>en</strong>de<br />

poging<strong>en</strong> geweest om ze op te richt<strong>en</strong>. Eerst werd<strong>en</strong> door pastoor Karel Gijs <strong>en</strong>ige mann<strong>en</strong><br />

aangesprok<strong>en</strong> van de to<strong>en</strong> bestaande zwemafdeling, doch de K.W.B. kwam niet van de grond. Later<br />

werd<strong>en</strong> er nog plann<strong>en</strong> hieromtr<strong>en</strong>t gemaakt door pastoor Gijs, Eddy Hannes (K.W.B.<strong>Weelde</strong>) <strong>en</strong><br />

August Verhey<strong>en</strong> (A.C.W.T.), sam<strong>en</strong> met Constant Vermeir<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> vergadering zou plaats hebb<strong>en</strong> op<br />

4 december 1980 om 20.00 uur waarop iedere<strong>en</strong> (mann<strong>en</strong>) van <strong>Weelde</strong>-Station uitg<strong>en</strong>odigd werd. Op<br />

deze vergadering was 22 man aanwezig <strong>en</strong> daar m<strong>en</strong> nog niet op de helft had gehoopt, was dit al e<strong>en</strong><br />

groot sukses. De vergadering werd voorgezet<strong>en</strong> door de pastoor. Ook August Verhey<strong>en</strong> van A.C.W.T.<br />

was aanwezig <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele mann<strong>en</strong> van K.W.B.<strong>Weelde</strong>. August Verhey<strong>en</strong> legde uit wat K.W.B. eig<strong>en</strong>lijk<br />

betek<strong>en</strong>t <strong>en</strong> wat voor doel de K.W.B. heeft. De eerste vergadering werd omstreeks 10.00 uur beslot<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> iedere<strong>en</strong> kon dan thuis nog e<strong>en</strong>s nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, zonder zich door iets verplicht te voel<strong>en</strong>. De tweede<br />

vergadering, op 29 december, bracht nog 15 man op de be<strong>en</strong> <strong>en</strong> met deze 15 zou m<strong>en</strong> dan prober<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> K.W.B. op te richt<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bestuur te kiez<strong>en</strong>. De droom van de pastoor zou dan toch<br />

werkelijkheid word<strong>en</strong> <strong>en</strong> Constant Vermeir<strong>en</strong>, die ook e<strong>en</strong> echte doorzetter is, werd e<strong>en</strong>stemmig tot<br />

voorziter verkoz<strong>en</strong>. Verder werd<strong>en</strong> er nog 10 wijkmeesters gekoz<strong>en</strong> onder wie Harry Gijs<strong>en</strong><br />

(ondervoorzitter), R<strong>en</strong>é Remeys<strong>en</strong> (schatbewaarder), Luc Nooy<strong>en</strong>s (sekretaris), André Vermeir<strong>en</strong>,<br />

Kees de Jongh, Herman Sommers, Karel Vermeir<strong>en</strong> <strong>en</strong> Harry Krijn<strong>en</strong> (wijkmeesters). Verslaggever<br />

werd Alfons Franck. Zo kwam de K.W.B.<strong>Weelde</strong>-Station tot stand <strong>en</strong> einde 1981 telde de bloei<strong>en</strong>de<br />

ver<strong>en</strong>iging reeds 193 led<strong>en</strong>.<br />

3. K.B.G.<br />

a. K.B.G.-<strong>Weelde</strong><br />

De katholieke bond van de gep<strong>en</strong>sioneerd<strong>en</strong>-<strong>Weelde</strong> ontstond eig<strong>en</strong>lijk in 1965 <strong>en</strong> de oprichter ervan<br />

was Jan Kol<strong>en</strong>. Er was immers reeds sedert lange tijd behoefte om de gep<strong>en</strong>sioneerd<strong>en</strong> wat<br />

ontspanning <strong>en</strong> afleiding te bezorg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hiervoor zou de bond kunn<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong>. De eerste taak van de<br />

nieuwe ver<strong>en</strong>iging was e<strong>en</strong> bestuur te kiez<strong>en</strong>. Jan Kol<strong>en</strong> werd voorzitter, Fil Van Hees<br />

schatbewaarder <strong>en</strong> Melanie Van der Voort secretaresse. Deze houd<strong>en</strong> iedere maand<br />

bestuursvergadering. Het bestuur wordt bijgestaan door e<strong>en</strong> kring van 16 wijkmeesters <strong>en</strong> sam<strong>en</strong><br />

vorm<strong>en</strong> zij het groot bestuur dat vier keer per jaar sam<strong>en</strong>komt. Gewoonlijk zijn er zes vergadering<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> jaar <strong>en</strong> dan wordt alles <strong>en</strong> nog wat gedaan. M<strong>en</strong> kijkt dia's <strong>en</strong> films, luistert naar voordracht<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong>z. E<strong>en</strong>maal per jaar gaat m<strong>en</strong> op bedevaart met de ver<strong>en</strong>iging. M<strong>en</strong> bezocht reeds o.a.<br />

Scherp<strong>en</strong>heuvel, Kevelaar, Kort<strong>en</strong>bosch <strong>en</strong> Meerseldreef. De jaarlijkse reis ging reeds naar de<br />

bloem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>toonstelling te G<strong>en</strong>t, e<strong>en</strong> forell<strong>en</strong>kwekerij, de zee, Keul<strong>en</strong>, Mechel<strong>en</strong>, de hav<strong>en</strong> van<br />

Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Brussel.<br />

Het belangrijkste voor de led<strong>en</strong> zijn echter wel de ontelbare verbroederingsfeest<strong>en</strong> die de led<strong>en</strong><br />

amusem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> ontspanning bezorg<strong>en</strong>. De onderafdeling<strong>en</strong> in de bond bloei<strong>en</strong> als nooit tevor<strong>en</strong>. De<br />

dansclub, de kegelclub, de wielertoerist<strong>en</strong>, de zwemclub, de kaartclub, de zangclub <strong>en</strong> de turnclub<br />

mak<strong>en</strong> er deel van uit. De ver<strong>en</strong>iging legt sociale contact<strong>en</strong> <strong>en</strong> is onteg<strong>en</strong>sprekelijk van groot belang<br />

voor de Weeldse bevolking. Al deze onderafdeling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet van het begin af opgericht, maar ze<br />

zijn geleidelijk gegroeid <strong>en</strong> verder uitgebouwd onder de voorzitters Jan Kol<strong>en</strong>, Fons Raeymaekers,<br />

Clem<strong>en</strong>t Van d<strong>en</strong> Borne <strong>en</strong> de huidige voorzitter E.H.August Bax. De ver<strong>en</strong>iging telt mom<strong>en</strong>teel 300<br />

led<strong>en</strong>. In 1981 kreg<strong>en</strong> 50 onder h<strong>en</strong> met Kerstmis e<strong>en</strong> kerstpakket aangebod<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> te sterk<strong>en</strong> in<br />

hun ziekte. Wat de katholieke bond van de gep<strong>en</strong>sioneerd<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> voor de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t, is<br />

niet zo makkelijk in woord<strong>en</strong> uit te legg<strong>en</strong>. Deze <strong>en</strong>kele regels kunn<strong>en</strong> echter wel aanton<strong>en</strong> dat de<br />

ver<strong>en</strong>iging absoluut nodig is <strong>en</strong> reeds veel goeds wist te sticht<strong>en</strong>. Onder de beziel<strong>en</strong>de leiding van


E.H.August Bax is voor de ver<strong>en</strong>iging nog e<strong>en</strong> mooie toekomst weggelegd. Van hem kreg<strong>en</strong> we ook<br />

bov<strong>en</strong>staande gegev<strong>en</strong>s waarvoor onze hartelijke dank.<br />

b. K.B.G.-<strong>Weelde</strong>-Statie<br />

Pastoor Gijs startte met de ver<strong>en</strong>iging, omdat er volg<strong>en</strong>s hem g<strong>en</strong>oeg bejaard<strong>en</strong> war<strong>en</strong> om e<strong>en</strong><br />

afzonderlijke bond op te richt<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> eerste bije<strong>en</strong>komst werd Vic Dill<strong>en</strong> tot voorzitter gekoz<strong>en</strong>.<br />

Mit Van Dijck werd ondervoorzitster, Liza Vermeir<strong>en</strong> schatbewaarster <strong>en</strong> Zuster Celestine schrijfster.<br />

We schrijv<strong>en</strong> anno 1980. Sam<strong>en</strong> met K.W.B.-<strong>Weelde</strong>-Station die ook nog maar pas was gesticht,<br />

richtte m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kegeldag in <strong>en</strong> dat werd e<strong>en</strong> geweldig succes. Iedere wo<strong>en</strong>sdag is het kaartnamiddag<br />

<strong>en</strong> om de drie maand<strong>en</strong> e<strong>en</strong> koffie. Dit jaar ging m<strong>en</strong> ook op reis. In de voormiddag bezocht m<strong>en</strong><br />

Bokrijk <strong>en</strong> in de namiddag de dier<strong>en</strong>tuin te Zwartberg. Na dit bezoek ging m<strong>en</strong> 's avonds nog ev<strong>en</strong> de<br />

b<strong>en</strong><strong>en</strong> strekk<strong>en</strong> op de dansvloer. We w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> de jonge ver<strong>en</strong>iging veel succes!<br />

4. K.A.V.<br />

a. K.A.V.St.-Jan<br />

Ter geleg<strong>en</strong>heid van de viering van het 20-jarig bestaan van K.A.V.St.-Jan in 1980, schreef H.Van<br />

Tigchelt in het Bericht<strong>en</strong>blad van 20 oktober 1980 e<strong>en</strong> artikel over deze viering waarin ook de<br />

geschied<strong>en</strong>is van de ver<strong>en</strong>iging werd geschetst. Dit artikel luidt als volgt: "De K.A.V.-afdeling van de<br />

parochie <strong>Weelde</strong> St.-Jan vierde op dinsdag 14 oktober 1980 haar 20-jarig bestaan. De feestelijkhed<strong>en</strong><br />

begonn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> Eucharistieviering in de parochiekerk van St.-Jan te 18.30 uur, welke opgeluisterd<br />

werd door de K.A.V.led<strong>en</strong> zelf. Nadi<strong>en</strong> had er e<strong>en</strong> feestzitting plaats in de parochiezaal. Voorzitster<br />

Mevrouw Nelly Van Leeuw<strong>en</strong>borgh-Van Beurd<strong>en</strong> straalde van dankbaarheid, to<strong>en</strong> zij het<br />

welkomwoord uitsprak. Dankbaar omdat praktisch alle led<strong>en</strong> aanwezig war<strong>en</strong> <strong>en</strong> omdat de "sfeer" er<br />

was. Dankbaar vooral om de inzet <strong>en</strong> het vertrouw<strong>en</strong> van zovel<strong>en</strong>. Zij bleef in haar voorwoord ook<br />

ev<strong>en</strong> stilstaan bij de nagedacht<strong>en</strong>is aan de eerste proost, E.H.Bluek<strong>en</strong>s, voor wie ook de dankmis<br />

werd opgedrag<strong>en</strong>. Bij e<strong>en</strong> feestviering als deze kon het niet anders dan dat de eerste voorzitster,<br />

Mevrouw Anna Van Riel-Luyckx, in de hulde zou word<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>. Dat Anneke het goed gedaan had<br />

gedur<strong>en</strong>de haar voorzitsterschap, werd duidelijk onderstreept door de spontane ovatie die m<strong>en</strong> haar<br />

bracht to<strong>en</strong> zij het podium betrad. De erevoorzitster schetste daarna de geschied<strong>en</strong>is van 20 jaar<br />

K.A.V.-beweging in de parochie.<br />

Het was E.H.Bluek<strong>en</strong>s die op 27 januari 1960 het initiatief nam om e<strong>en</strong> kleine kerngroep van zes<br />

vrouw<strong>en</strong> bije<strong>en</strong> te roep<strong>en</strong> met het doel plaatselijk e<strong>en</strong> K.A.V.-beweging op te richt<strong>en</strong>. Op 24 mei 1960<br />

werd de kerngroep nog aangevuld <strong>en</strong> met ti<strong>en</strong> wijkmeesteress<strong>en</strong> trok m<strong>en</strong> op stap om led<strong>en</strong> te<br />

werv<strong>en</strong>. De led<strong>en</strong>werving k<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> reuz<strong>en</strong>sukses <strong>en</strong> op de eerste algem<strong>en</strong>e vergadering van 13<br />

oktober 1960 kon m<strong>en</strong> het heuglijke getal van 117 led<strong>en</strong> meld<strong>en</strong>. In april 1961 werd dan het definitief<br />

bestuur gekoz<strong>en</strong> <strong>en</strong> werd Anneke Van Riel-Luyckx de eerste voorzitster. Zij kreeg aan haar<br />

rechterzijde Mevrouw Emma Tackx-Bogaerts als schatbewaarster. Het werd e<strong>en</strong> zware opgave, maar<br />

het <strong>en</strong>thousiasme waarmede het bestuur bezield was, werd e<strong>en</strong> waarborg voor e<strong>en</strong> verzekerde<br />

toekomst. In 1973 rouwde gans de beweging, want de proost-stichter E.H.Bluek<strong>en</strong>s, overleed op e<strong>en</strong><br />

al te jonge leeftijd <strong>en</strong> liet e<strong>en</strong> leemte achter die moeilijk was op te vull<strong>en</strong>. Er kwam e<strong>en</strong> einde aan het<br />

mandaat van de led<strong>en</strong> van het dagelijks bestuur in 1974. E<strong>en</strong> nieuwe g<strong>en</strong>eratie trad aan. De huidige<br />

voorzitster, Nelly Van Leeuw<strong>en</strong>borgh-Van Beurd<strong>en</strong>, kreeg de teugels in hand<strong>en</strong> met als naaste<br />

medewerkster Mevrouw Van Gils-Caymax, die schatbewaarster werd. Het huidig bestuur telt 25<br />

wijkmeesteress<strong>en</strong> die maandelijks hun ronde do<strong>en</strong> om de reeds 310 led<strong>en</strong> te bezoek<strong>en</strong>.<br />

Na dit overzicht werd de erevoorzitster gehuldigd <strong>en</strong> kreeg van het bestuur e<strong>en</strong> fijne ruiker bloem<strong>en</strong><br />

aangebod<strong>en</strong>. Ook was er vanuit het arrondissem<strong>en</strong>teel bestuur e<strong>en</strong> gelukstelegram <strong>en</strong> e<strong>en</strong> kaartje<br />

van Wiske Bogaerts, propagandiste van het eerste uur. Erevoorzitster Anneke was blijkbaar<br />

aangedaan <strong>en</strong> dankte t<strong>en</strong>slotte in versvorm:<br />

"Met je hand<strong>en</strong> kan je alles<br />

Met je hand<strong>en</strong> bouw je op of breek je stuk,


Maar de mooiste taak van alle hand<strong>en</strong>,<br />

is het strooi<strong>en</strong> van geluk".<br />

Ook proost E.H.Verhey<strong>en</strong> werd in de hulde betrokk<strong>en</strong>. Aangesteld als di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>de proost, voor<br />

<strong>en</strong>kele maand<strong>en</strong> (!), was hij reeds ruim 5 jaar lang de bezieler van de organisatie. De bloem<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

vooral het lang aangehoud<strong>en</strong> applaus moet de voorman overtuigd hebb<strong>en</strong> dat zijn werk goed<br />

gewaardeerd werd. In zijn kort dankwoord bleef de proost ev<strong>en</strong> stilstaan bij de pauselijke int<strong>en</strong>tie om<br />

het gezin terug de plaats te gev<strong>en</strong> die het rechtmatig toekomt. Na dit officieel gedeelte werd<strong>en</strong> de<br />

led<strong>en</strong> verrast met e<strong>en</strong> extra et<strong>en</strong>tje <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijzondere ontspanning".<br />

b. K.A.V.<strong>Weelde</strong>-Station<br />

Zaterdag 14 juni 1980 was e<strong>en</strong> grote dag voor de K.A.V.<strong>Weelde</strong>-Station, daar zij haar 50-jarig bestaan<br />

vierde. Om 16 uur werd e<strong>en</strong> plechtige dankmis opgedrag<strong>en</strong> door E.H.Gijs, pastoor der parochie, met<br />

assist<strong>en</strong>tie van E.H.Bax. De Koninklijke Fanfare St.-<strong>Nicolaus</strong>kring van <strong>Weelde</strong> luisterde dit feest op<br />

met pass<strong>en</strong>de muziek <strong>en</strong> m<strong>en</strong> ging daarna in optocht naar de parochiezaal waar e<strong>en</strong> receptie werd<br />

aangebod<strong>en</strong>. Hier werd<strong>en</strong> alle aanwezig<strong>en</strong> hartelijk welkom gehet<strong>en</strong>. Als officiële g<strong>en</strong>odigd<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

Burgemeester Tanghe aanwezig <strong>en</strong> Burgemeester Proost, oud <strong>Weelde</strong>naar die nog steeds met hart<br />

<strong>en</strong> ziel meeleeft met de gr<strong>en</strong>s. De voorzitster las e<strong>en</strong> verslag voor waarin de 50-jarige geschied<strong>en</strong>is<br />

van de ver<strong>en</strong>iging werd geschetst. Dit verslag nem<strong>en</strong> we hier integraal over zoals het versche<strong>en</strong> in het<br />

Bericht<strong>en</strong>blad van 19 juni 1980.<br />

"Met groot <strong>en</strong>thousiasme vier<strong>en</strong> wij vandaag het 50-jarig bestaan van onze K.A.V. <strong>en</strong> wij zijn oprecht<br />

fier <strong>en</strong> dankbaar aan de pioniers van 1930, dat zij alles zo nauwkeurig hebb<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d <strong>en</strong><br />

bijgehoud<strong>en</strong>. Dankzij h<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> wij u e<strong>en</strong> bondig overzicht gev<strong>en</strong> van de werking der ver<strong>en</strong>iging. Op<br />

zondag 23 februari 1930 werd hier e<strong>en</strong> stichtingsvergadering gehoud<strong>en</strong> die "Christelijke Vrouw<strong>en</strong>gilde<br />

van <strong>Weelde</strong>-Statie" werd g<strong>en</strong>oemd. Pastoor Kol<strong>en</strong> hield e<strong>en</strong> hartelijke toespraak tot de talrijke<br />

vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> meisjes die war<strong>en</strong> opgekom<strong>en</strong> om de vergadering bij te won<strong>en</strong>. Juffrouw Nagels legde<br />

dan het doel <strong>en</strong> de werking der ver<strong>en</strong>iging uit. Iedere<strong>en</strong> zal haar wellicht goed begrep<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, want<br />

onmiddellijk daarna liet<strong>en</strong> 55 led<strong>en</strong> zich inschrijv<strong>en</strong>. Deze vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> meisjes war<strong>en</strong> dus de<br />

grondleggers van onze huidige K.A.V. Reeds to<strong>en</strong> zag m<strong>en</strong> het nut in van ontspanning <strong>en</strong> er werd<strong>en</strong><br />

twee toneeltjes opgevoerd "De Ontevred<strong>en</strong> Wasvrouw" <strong>en</strong> "De Vrouw<strong>en</strong> Hebb<strong>en</strong> Altijd Gelijk".<br />

Spontaan bod<strong>en</strong> zich <strong>en</strong>kele vrouw<strong>en</strong> aan die de maandblaadjes wild<strong>en</strong> thuisbezorg<strong>en</strong> <strong>en</strong> op de<br />

volg<strong>en</strong>de vergadering zou er e<strong>en</strong> bestuur word<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong>. De schrijfster van deze<br />

stichtingsvergadering was Juffrouw Hannes, <strong>en</strong> het is dankzij haar dat wij e<strong>en</strong> uitvoerig overzicht<br />

kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> van de ver<strong>en</strong>iging. Op Palmzondag 13 april 1930 werd de eerste Algem<strong>en</strong>e<br />

Vergadering gehoud<strong>en</strong>. Talrijke vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> meisjes war<strong>en</strong> aanwezig <strong>en</strong> E.H.Kol<strong>en</strong> op<strong>en</strong>de de<br />

vergadering met e<strong>en</strong> gebed. Hij sprak dan over de Goede Week. Nadi<strong>en</strong> drukte hij ons op het hart, dat<br />

wij vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> meisjes, hand in hand, hart aan hart, moest<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> strev<strong>en</strong> naar het goede.<br />

Juffrouw Busch gaf e<strong>en</strong> voordracht over "Het lied in de familie", dit deed zij met zeer veel tal<strong>en</strong>t, door<br />

zelf voor te zing<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> liedjesboek<strong>en</strong> verkocht "Bloei<strong>en</strong>de bloem<strong>en</strong>" zodat de led<strong>en</strong> thuis ook<br />

nog zoud<strong>en</strong> zing<strong>en</strong>, want tijd<strong>en</strong>s de voordracht zei de spreekster: "zing<strong>en</strong> is de vreugd van 't lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> huis zonder lied, is e<strong>en</strong> huis van verdriet". Na de voordracht werd er overgegaan tot de verkiezing<br />

van het bestuur. Met grote meerderheid van stemm<strong>en</strong> werd Mevrouw Rieberghe-Jans verkoz<strong>en</strong> tot<br />

voorzitster, Mevrouw Peeters-Flemings tot ondervoorzitster <strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de vrouw<strong>en</strong> tot<br />

wijkmeesteress<strong>en</strong>: Mevrouw Freyters-Peeters, Mevrouw Gers-Bertels, <strong>en</strong> Mevrouw Van Loon-<br />

Opperman. Dit bestuur was slechts voorlopig aangesteld voor e<strong>en</strong> half jaar. Nadi<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> zij<br />

herkoz<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Op de eerste bestuursvergadering die plaats had op 2 mei werd de vrouw<strong>en</strong>gilde uitg<strong>en</strong>odigd om deel<br />

te nem<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> Eucharistisch Congres te Mechel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s aanwezig te zijn bij de viering<br />

van het Nationaal Verbond van Brussel bij hun 10-jarig bestaan, dat zou plaatshebb<strong>en</strong> te Antwerp<strong>en</strong>.<br />

Er werd ook e<strong>en</strong> bedevaart gepland naar Meersel-Dreef voor de laatste zondag van juni. Er werd ook<br />

uitleg gegev<strong>en</strong> over de "Volksburel<strong>en</strong>". Het doel van deze instelling was de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> de nodige<br />

informatie te verschaff<strong>en</strong>, aangaande kinder<strong>en</strong>, ouderling<strong>en</strong>, familiale aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, tribunale<br />

zak<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Op zondag 22 juni had er e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e vergadering plaats. De Proost dankte de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

voor de hulp die zij gebod<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> aan de processie, <strong>en</strong> in augustus zou er e<strong>en</strong> tridium gehoud<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. Reeds op deze vergadering in 1930 had m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voordracht over ziek<strong>en</strong>verzorging aan huis.


U ziet, beste lezer, de bestuursled<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> voor die tijd al zeer interessante <strong>en</strong> leerrijke less<strong>en</strong> op<br />

hun programma staan. Voor de meest praktische zak<strong>en</strong> voor ziek<strong>en</strong>verzorging kon m<strong>en</strong> terecht bij de<br />

voorzitster. Op de vergadering van 3 oktober 1930 werd erop aangedrong<strong>en</strong> de studiedag in het<br />

arrondissem<strong>en</strong>t bij te won<strong>en</strong>. De korte inhoud van de les werd door de Heer Vermeul<strong>en</strong> voorgelez<strong>en</strong>.<br />

Het ging over "De omschrijving van het liefdesideaal der vrouw". E<strong>en</strong> vrouw die in het huwelijk treedt,<br />

zoekt voornamelijk t<strong>en</strong> eerste het liefdesg<strong>en</strong>ot, t<strong>en</strong> tweede e<strong>en</strong> gezinslev<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> zekere welstand<br />

<strong>en</strong> t<strong>en</strong> derde de steun van de man. De gehuwde vrouw wil haar geluk voel<strong>en</strong>. Anders gelooft zij er niet<br />

aan. Dit waar geluk wordt bedreigd door vele gevar<strong>en</strong>, die bekampt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Op 6 januari<br />

1931 werd er weer e<strong>en</strong> bestuursvergadering gehoud<strong>en</strong>, maar eerst was er e<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stig gedeelte<br />

over O.L.Vrouw. Daarna deelde m<strong>en</strong> de wijkmeesteress<strong>en</strong> mede, dat ieder in haar wijk moest nagaan<br />

of er m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> war<strong>en</strong> die nog moest<strong>en</strong> stort<strong>en</strong> om op 65-jarige leeftijd volledig p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong><br />

trekk<strong>en</strong>. De wijkmeesteress<strong>en</strong> war<strong>en</strong> to<strong>en</strong> reeds de voorlopers van onze huidige sociale di<strong>en</strong>st.<br />

Bij gebrek aan e<strong>en</strong> zaal werd er beslot<strong>en</strong> om het jaarfeest te houd<strong>en</strong> bij Mevrouw Mercelis-Hofk<strong>en</strong>s.<br />

M<strong>en</strong> zou zorg<strong>en</strong> voor worst<strong>en</strong>brood <strong>en</strong> gebak <strong>en</strong> dat was erg heerlijk voor die tijd. Op het teerfeest<br />

had m<strong>en</strong> ook al e<strong>en</strong> tombola. De lotjes werd<strong>en</strong> verkocht voor 1 frank <strong>en</strong> er werd gezorgd dat iedere<strong>en</strong><br />

prijs had. Tev<strong>en</strong>s werd e<strong>en</strong> kuss<strong>en</strong> verkocht per Amerikaans opbod <strong>en</strong> dit bracht 341,5 frank op. Het<br />

geld werd aan de pastoor aangebod<strong>en</strong>, maar hij schonk het aan de kapel. All<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> nu ook gaan<br />

spar<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> klok voor de nieuwe kapel. In januari 1931 werd er e<strong>en</strong> omz<strong>en</strong>dbrief gestuurd naar<br />

alle gild<strong>en</strong> van het arrondissem<strong>en</strong>t. Hierin werd meegedeeld, dat onze gilde 1 jaar bestond <strong>en</strong> dat de<br />

eerste vergadering gehoud<strong>en</strong> werd in e<strong>en</strong> noodlokaal. Verder las m<strong>en</strong> hierin dat alles nog zeer<br />

primitief was <strong>en</strong> dat het volk ge<strong>en</strong> kerk of kapel bezat, <strong>en</strong>kel e<strong>en</strong> schoollokaal ingericht als kapel. M<strong>en</strong><br />

vernam dat het bestuur het nodige wou do<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> bronz<strong>en</strong> klok te help<strong>en</strong> financier<strong>en</strong> voor de<br />

nieuwe kapel <strong>en</strong> daarom werd<strong>en</strong> alle vrouw<strong>en</strong>gild<strong>en</strong> van het arrondissem<strong>en</strong>t beleefd verzocht hun<br />

bijdrage te will<strong>en</strong> stort<strong>en</strong>. Het rondschrijv<strong>en</strong> aan de diverse gild<strong>en</strong> van het arrondissem<strong>en</strong>t werd goed<br />

onthaald, want de toneelkring van Oosthov<strong>en</strong> schonk 90 frank, de kajotters van Rijkevorsel gav<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

op<strong>en</strong>luchtfeest <strong>en</strong> de opbr<strong>en</strong>gst daarvan was natuurlijk voor de klok. Op e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e vergadering<br />

haalde m<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>s 211,65 frank op. Op het op<strong>en</strong>luchtfeest war<strong>en</strong> er reidans<strong>en</strong> aangeleerd door<br />

juffrouw Maria Rieberghe, leidster der K.A.J. die gepaard ging<strong>en</strong> met de nodige zangnummertjes. Op<br />

deze wijze kwam druppelsgewijs het nodige geld bije<strong>en</strong> tot aankoop van de reeds lang geplande klok<br />

voor onze parochie. Op 19 juli 1932 werd in de nieuwe kapel het eerste doopsel toegedi<strong>en</strong>d aan het<br />

pas gebor<strong>en</strong> kindje van Mevrouw Geivers-Urk<strong>en</strong>s. Vele led<strong>en</strong> woond<strong>en</strong> deze plechtigheid bij. E<strong>en</strong> kind<br />

deed in naam van al de kinder<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>-Station e<strong>en</strong> opdracht aan O.L.Vrouw <strong>en</strong> offerde e<strong>en</strong><br />

kaars. De dopeling kreeg e<strong>en</strong> wit kroontje, als e<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>de herinnering aan deze plechtigheid. Op 18<br />

december 1933 hadd<strong>en</strong> 11 led<strong>en</strong> van de gilde e<strong>en</strong> kerststalletje gemaakt <strong>en</strong> hiermee hield m<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

t<strong>en</strong>toonstelling. Elke deelnemer kreeg e<strong>en</strong> beeld van het kindje Jezus, hetwelk door de proost was<br />

gewijd.<br />

In 1939 werd Mevrouw Frijters voorzitster van de ver<strong>en</strong>iging <strong>en</strong> niet lang daarna overleed de proost<br />

van de ver<strong>en</strong>iging, E.H.pastoor Kol<strong>en</strong>, bij e<strong>en</strong> tragisch-ongeval. Dit gebeurde in oktober 1940. Vanaf<br />

1946 tot 1951 was Emmerance Frijters schrijfster. Tijd<strong>en</strong>s de oorlogsjar<strong>en</strong> lag het ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong><br />

gedeeltelijk stil <strong>en</strong> war<strong>en</strong> er erg weinig vergadering<strong>en</strong>. Maria Rieberghe hield in deze moeilijke tijd e<strong>en</strong><br />

lezing over de moeilijke situatie van de gilde in oorlogstijd <strong>en</strong> wat de vrouw<strong>en</strong> het beste kond<strong>en</strong> do<strong>en</strong><br />

in deze sombere tijd<strong>en</strong>. In 1946 had het jaarlijks koffiefeest plaats bij Mevrouw Vinckx, daar de<br />

parochiezaal te veel geled<strong>en</strong> had tijd<strong>en</strong>s de oorlog. In 1951 werd<strong>en</strong> weer kookless<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hiervoor stelde Mevrouw Frijters haar eig<strong>en</strong> keuk<strong>en</strong> ter beschikking. Zij overleed in 1952 <strong>en</strong> Mevrouw<br />

Somm<strong>en</strong> volgde haar op als voorzitster. Nadi<strong>en</strong> werd Hilda Heyl<strong>en</strong> schrijfster <strong>en</strong> die gaf op 24 april<br />

1955 e<strong>en</strong> uitvoerig verslag over het 25-jarig bestaan der vrouw<strong>en</strong>gilde. De dag werd begonn<strong>en</strong> met<br />

e<strong>en</strong> plechtige dankmis <strong>en</strong> in de namiddag werd het lof gecelebreerd met e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heidssermoon<br />

door E.H.Dek<strong>en</strong> Reyn<strong>en</strong> van Turnhout <strong>en</strong> E.H.Janss<strong>en</strong>s, bestuurder der sociale werk<strong>en</strong> van het<br />

gewest Turnhout. Ook was Mej.Geivers als plaatsvervangster van Mevrouw Derg<strong>en</strong>t, die belet was,<br />

aanwezig. Mej.Rieberghe als ondervoorzitster <strong>en</strong> medestichteres der gilde vond het e<strong>en</strong> grote eer om<br />

al deze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hartelijk welkom te het<strong>en</strong>.<br />

Juffrouw Hannes, vroegere schrijfster <strong>en</strong> medestichteres der gilde, <strong>en</strong> juffrouw Eyck<strong>en</strong>s, gewestelijke<br />

propagandiste, war<strong>en</strong> ook uitg<strong>en</strong>odigd. E.H.Verbist, vroeger proost der gilde liet zich<br />

verontschuldig<strong>en</strong>. De voorzitster mevrouw Somm<strong>en</strong> sprak het welkomswoord uit. Hierna werd hulde<br />

gebracht aan 7 jubiler<strong>en</strong>de led<strong>en</strong>. Het war<strong>en</strong> Mevrouw Kesters, Mevrouw Keustermans, Mevrouw<br />

Verschuer<strong>en</strong>, Mevrouw Aelbrechts, Mevrouw Desmedt <strong>en</strong> Mevrouw Frijters. Zij werd<strong>en</strong> bedacht met<br />

e<strong>en</strong> sierlijke vaas met frisse bloem<strong>en</strong>. Het was e<strong>en</strong> onvergetelijke dag voor onze gilde. Vanaf 1966


werd Mevrouw L.Vermeir<strong>en</strong> voorzitster in opvolging van Mevrouw Somm<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong> met E.H.Luyt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> nog <strong>en</strong>kele andere bedevaarders onzer parochie door e<strong>en</strong> tragisch-ongeval om het lev<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong>.<br />

Vanaf 1955 tot 1970 was mevrouw Frijters-Aelbrechts schrijfster. In 1971 werd M.De Jong-<br />

Schellek<strong>en</strong>s voorzitster, e<strong>en</strong> taak die zij nu nog steeds met succes behartigt. Mom<strong>en</strong>teel tell<strong>en</strong> wij 177<br />

led<strong>en</strong> <strong>en</strong> 17 bestuursled<strong>en</strong>. De gilde is steeds zeer actief. Driemaal per jaar is er e<strong>en</strong> koffiefeest met<br />

e<strong>en</strong> spreker over hed<strong>en</strong>daagse aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. De ontspanning wordt gegev<strong>en</strong> door de eig<strong>en</strong><br />

ontspanningsgroep die steeds zorgt voor de nodige animatie. Iedere week zijn er zwemless<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

tijd<strong>en</strong>s de zomermaand<strong>en</strong> wordt er ook gefietst. Turnless<strong>en</strong> <strong>en</strong> cursuss<strong>en</strong> voor naai<strong>en</strong> <strong>en</strong> kok<strong>en</strong> staan<br />

ook steeds op het programma. Ieder jaar wordt e<strong>en</strong> reis georganiseerd <strong>en</strong> mog<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> naar<br />

e<strong>en</strong> speeltuin. Met Kerstmis word<strong>en</strong> alle kinder<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> gesch<strong>en</strong>kje gedacht <strong>en</strong> ieder jaar wordt er<br />

deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan de Lourdesbedevaart. Naast K.W.B., K.B.G. <strong>en</strong> K.A.V. behor<strong>en</strong> ook het A.C.V., het<br />

L.V.C.C., de C.M. <strong>en</strong> de ziek<strong>en</strong>zorg tot de A.C.W. De laatste vier groep<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet in dit hoofdstuk<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, omdat ze meer als organisatie moet<strong>en</strong> beschouwd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet als ver<strong>en</strong>iging.<br />

Fanfare St.-<strong>Nicolaus</strong>kring<br />

" De Sint-<strong>Nicolaus</strong>kring, op 30 juli 1905 opgericht, tracht het aang<strong>en</strong>ame met het nuttige te par<strong>en</strong> door<br />

het opluister<strong>en</strong> der publieke feest<strong>en</strong>, door het gev<strong>en</strong> van jaarlijksche concert<strong>en</strong> <strong>en</strong> door hare<br />

maandelijkse uitstapp<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>te. Behalve de spel<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> telt onze fanfaremaatschappij<br />

nog eereled<strong>en</strong> welke jaarlijks 5 of 8 frank<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>. De Sint-<strong>Nicolaus</strong>kring bezit ook e<strong>en</strong>e<br />

Toneelafdeeling. Jaarlijks geeft deze twee schoone avondfeest<strong>en</strong> in het lokaal onder het bestuur van<br />

Aug. De Bondt. De toneelafdeling bezit alle noodige inrichting<strong>en</strong> om de uitvoering harer stukk<strong>en</strong> te<br />

do<strong>en</strong> gelukk<strong>en</strong>." Deze publikatie is te vind<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> jubileumuitgave anno 1912, ter geleg<strong>en</strong>heid van<br />

het 25-jarig pastoor-zijn te <strong>Weelde</strong> van E.H.S.Jacobs. Inderdaad, pastoor Jacobs was de stichter van<br />

de Sint-<strong>Nicolaus</strong>kring, sam<strong>en</strong> met de eerste bestuursled<strong>en</strong> als daar war<strong>en</strong>: H.Gilles, C.Verhey<strong>en</strong>,<br />

A.Kol<strong>en</strong>, E.Vloemans, E.Swaan, J.Bax <strong>en</strong> C.Van Loon. Deze noeste werkers van het allereerste uur<br />

steld<strong>en</strong> "op d<strong>en</strong> 30ste juli 1905" e<strong>en</strong> flink reglem<strong>en</strong>t sam<strong>en</strong>, waarin sprake is van o.a.: "repetiti<strong>en</strong>,<br />

concert<strong>en</strong> <strong>en</strong> optocht<strong>en</strong> zijn verplicht<strong>en</strong>d voor de spel<strong>en</strong>de led<strong>en</strong>. Hoeg<strong>en</strong>aamd ge<strong>en</strong>e red<strong>en</strong><br />

verrechtveerdigt het te laat kom<strong>en</strong> of afwezig zijn, t<strong>en</strong>zij die red<strong>en</strong> door de Commissie of d<strong>en</strong><br />

Voorzitter aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn." "...het bestuur besluit over uitsluiting; broederlijke aanmaning<strong>en</strong> mog<strong>en</strong><br />

aangew<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>". En om in 1905 wat c<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de kas te krijg<strong>en</strong> was ook volg<strong>en</strong>de paragraaf van<br />

bijzondere waarde: "...de werk<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> jaarlijks 2 frank<strong>en</strong> inleggeld betal<strong>en</strong>.." "...het lid dat te<br />

laat komt in e<strong>en</strong>e algem<strong>en</strong>e repetitie valt in e<strong>en</strong> boete van 5 c<strong>en</strong>tiem<strong>en</strong>, op e<strong>en</strong> concert 10 c<strong>en</strong>tiem<strong>en</strong>,<br />

op e<strong>en</strong>e muziektocht ook 10 c<strong>en</strong>tiem<strong>en</strong>..." De reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong> uiteraard sterk bind<strong>en</strong>d...Maar het<br />

opzet was toch muziek te mak<strong>en</strong>. En daar zorgde Louis De Bondt, de eerste muziekmeester voor. Hij<br />

kweet zich dermate goed van zijn opdracht dat hij in 1907 reeds 31 muzikant<strong>en</strong> rondom zich had, die<br />

trachtt<strong>en</strong> het culturele niveau te <strong>Weelde</strong> met muziek op te voer<strong>en</strong>. De annal<strong>en</strong> vermeld<strong>en</strong> dan ook<br />

terecht fier: "...in de maand januari 1907 heeft de S.N.-kring drijmaal het winterconcert uitgevoerd. De<br />

eerste maal voor de eereled<strong>en</strong>, twee hectoliters bier zijn dan ook t<strong>en</strong> beste gegev<strong>en</strong>, de 2de maal<br />

voor het publiek uitsluit<strong>en</strong>d mann<strong>en</strong>volk. De zaal was propp<strong>en</strong>svol. De 3de maal voor het<br />

vrouw<strong>en</strong>volk. Het getal toeschouwers werd op 200 person<strong>en</strong> geschat".<br />

De Weeldse bevolking ging terecht prat op haar S.N.-kring. Echter ook buit<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> vond zijn<br />

muzikale kunde weerklank. In februari 1911 immers werd de S.N.-kring door de toneelkring "<strong>Nu</strong>t <strong>en</strong><br />

Vermaak" van Ravels e<strong>en</strong> tweede maal uitg<strong>en</strong>odigd op haar toneelavond, in de uitnodigingsbrief lez<strong>en</strong><br />

we de volg<strong>en</strong>de passage: "...de di<strong>en</strong>stvaardige hulp die uw puik muziekkorps ons verled<strong>en</strong> jaar heeft<br />

verle<strong>en</strong>d is door het Ravels publiek hoog geschat..." De diverse optred<strong>en</strong>s <strong>en</strong> concert<strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> geld<br />

in de kas <strong>en</strong> pastoor S.Jacobs vermeldt in zijn eig<strong>en</strong>handig geschrev<strong>en</strong> "boek der<br />

fanfar<strong>en</strong>maatschappij" dat in 1908 voor 't eerst werd gehoud<strong>en</strong> het volg<strong>en</strong>de: "... mis van 8 uur tot<br />

laf<strong>en</strong>is van de afgestorv<strong>en</strong> broeders, middagmaal 50 man aan tafel, spijskaart: eerst soep, daarna<br />

opgelegde gro<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> witte bon<strong>en</strong> met gebrad<strong>en</strong> hesp in de ov<strong>en</strong>, vervolg<strong>en</strong>s gebraad met patatt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> eindelijk tong<strong>en</strong> met pruim<strong>en</strong>-fruit. 's Avonds 7 uur: gebraad met patatt<strong>en</strong> <strong>en</strong> d<strong>en</strong> overschot van 's<br />

middags ... er was ook e<strong>en</strong> lekker pintje gildebier..." De S.N.-kring bleef echter niet alle<strong>en</strong> bij de<br />

muziek. Er werd binn<strong>en</strong> haar led<strong>en</strong> e<strong>en</strong> actieve toneelkring opgericht welke het mooie resultaat haalde<br />

om 2 maal 's jaars e<strong>en</strong> opvoering te gev<strong>en</strong>. Immers, die toneel- <strong>en</strong> muziekavond<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in die tijd de<br />

<strong>en</strong>ige <strong>en</strong> zeer gegeerde afwisseling <strong>en</strong> ontspanning in de lange winteravond<strong>en</strong>. De S.N.-kring bloeide<br />

<strong>en</strong> bracht lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezelligheid totdat de eerste wereldoorlog e<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> rust van 4 à 5 jaar<br />

oplegde.


De fanfare beleefde echter e<strong>en</strong> heropstanding <strong>en</strong> bloei als nooit tevor<strong>en</strong>: er werd<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

aangekocht <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele vooruitstrev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> red<strong>en</strong> 2 maal per week naar Turnhout om muziekles te<br />

volg<strong>en</strong>, wat de maatschappij uiteraard t<strong>en</strong> goede kwam. De toneelafdeling hield gelijke tred <strong>en</strong> m<strong>en</strong>ig<br />

muziek- <strong>en</strong> toneelavond werd door zijn hoge culturele waarde ver in de omtrek besprok<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gewaardeerd. In 1930 werd<strong>en</strong> deze kwaliteit<strong>en</strong> terdege bekrachtigd, want de fanfare werd vereerd met<br />

de titel "Koninklijke", <strong>en</strong>, in hoofdzaak door tuss<strong>en</strong>komst van het geme<strong>en</strong>tebestuur, begiftigd met e<strong>en</strong><br />

nieuw vaandel <strong>en</strong> de eerste uniformpett<strong>en</strong> voor de led<strong>en</strong>. En dan was daar die verachte W.O.II. Maar<br />

toch, 's zondags voor de vast<strong>en</strong> van 1945 werd de heropstanding gevierd met e<strong>en</strong> traditioneel<br />

geword<strong>en</strong> toneel- <strong>en</strong> muziekavond. De Koninklijke Fanfare Sint <strong>Nicolaus</strong>kring ging mee met haar tijd.<br />

Er werd deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan festivals <strong>en</strong> muziekprijskamp<strong>en</strong>. In 1955 richtte de S.N.-kring zelf e<strong>en</strong><br />

festival in te <strong>Weelde</strong> ter geleg<strong>en</strong>heid van het 50-jarig bestaan. Verscheid<strong>en</strong>e muziekkorps<strong>en</strong> war<strong>en</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong> pres<strong>en</strong>t. Meegaan met de tijd ... het betek<strong>en</strong>de in 1956 de oprichting van de "drumband". E<strong>en</strong><br />

ruime toelage van het geme<strong>en</strong>tebestuur, het doorzett<strong>en</strong> van het bestuur <strong>en</strong> de kranige inzet der<br />

jong<strong>en</strong>s maakt<strong>en</strong> hiervan e<strong>en</strong> succes! Eindhout, Pinkster<strong>en</strong> 1958: drumband, 1ste prijs met lof van de<br />

jury, muzikant<strong>en</strong>, 1ste prijs voor stapmars<strong>en</strong> <strong>en</strong> 1ste prijs korpsuitvoering. Kapelmeester Moer<strong>en</strong>hout,<br />

voorzitter van de jury, had ge<strong>en</strong> lofwoord<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oeg voor het piekfijne optred<strong>en</strong> van onze tamboermajoor.<br />

Inmiddels had e<strong>en</strong> zeer impulsieve Staf Van Leuv<strong>en</strong> de leiding der muzikant<strong>en</strong> op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. En<br />

met succes overig<strong>en</strong>s: in 1960 twee eerste prijz<strong>en</strong> te Tess<strong>en</strong>derlo <strong>en</strong> e<strong>en</strong> eervolle tweede plaats, in<br />

1964 weer te Eindhout e<strong>en</strong> eerste plaats "met lof van de jury" voor stapmars<strong>en</strong>. Intuss<strong>en</strong> koesterd<strong>en</strong><br />

de led<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schijnbaar nooit te verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong> droom, nl. te kunn<strong>en</strong> opstapp<strong>en</strong> in volledig uniform.<br />

Financiële zorg<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> steeds belet deze droom in werkelijkheid om te zett<strong>en</strong>. Echter op 10 juni<br />

1964, nadat opnieuw het geme<strong>en</strong>tebestuur e<strong>en</strong> steun was geweest, <strong>en</strong> de Weeldse m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> diep in<br />

hun beurs hadd<strong>en</strong> gegrep<strong>en</strong>, kon de S.N.-kring uitpakk<strong>en</strong> met b<strong>en</strong>ijd<strong>en</strong>swaardige uniform<strong>en</strong>. Alzo<br />

uitgedost was de S.N.-kring in 1965 e<strong>en</strong> waardig gastheer ter geleg<strong>en</strong>heid van het 60-jarig bestaan.<br />

Er war<strong>en</strong> maar liefst 10 muziekmaatschappij<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> op zondag 1 augustus 1965, waarvan 2 uit<br />

Nederland. In 1967 dan was onze koninklijke fanfare opnieuw gastheer voor vele korps<strong>en</strong>, dit bij de<br />

organisatie van de kantonnale Fedekamkompetitie. De S.N.-kring werd ook begeleid door e<strong>en</strong><br />

vooruitstrev<strong>en</strong>d bestuur! M<strong>en</strong> dacht aan e<strong>en</strong> meisjesdrumband <strong>en</strong> majorett<strong>en</strong>! Door de steeds<br />

weerker<strong>en</strong>de interesse <strong>en</strong> gulle steun van de Weeldse geme<strong>en</strong>telijke overheid was voor het bestuur<br />

de mogelijkheid geschap<strong>en</strong> om in 1973 hun opzet bewaarheid te zi<strong>en</strong>. Het majorett<strong>en</strong>peloton <strong>en</strong> de<br />

meisjesdrumband werd het pronkstuk van de S.N.-kring, mede door de kundige leiding van instrukteur<br />

Frans Janss<strong>en</strong>. En de resultat<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> ook hier niet achterwege: e<strong>en</strong> hoopvolle tweede plaats te Lint,<br />

<strong>en</strong> slechts 1 puntje was er te kort om te Her<strong>en</strong>tals e<strong>en</strong> mooie eerste plaats te verover<strong>en</strong>. De S.N.-kring<br />

k<strong>en</strong>de veel succes na 1945. Achtti<strong>en</strong> jaar lang had e<strong>en</strong> zeer verdi<strong>en</strong>stelijk muziekmeester, namelijk<br />

Staf Van Leuv<strong>en</strong>, zich voor de fanfare ingespann<strong>en</strong>. Echter in 1974 is Staf veel te vroeg ontvall<strong>en</strong>.<br />

Maar zijn betrachting om e<strong>en</strong> totale homog<strong>en</strong>iteit te schepp<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de ver<strong>en</strong>iging door de muziek, is<br />

iedere<strong>en</strong> bijgeblev<strong>en</strong>. De visie van Staf op de toekomst heeft er ook voor gezorgd, dat de fanfare tijdig<br />

kon overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> andere muziekmeester. Immers, in datzelfde jaar 1974 op<br />

Palmzondag werd onder leiding van H<strong>en</strong>ri Van Eyndhov<strong>en</strong> het eerste concert opgevoerd. Het was de<br />

start van e<strong>en</strong> jaarlijks weerker<strong>en</strong>d muziekfestijn in sam<strong>en</strong>werking met drumband- <strong>en</strong> majorett<strong>en</strong>korps<br />

alsmede het zangkoor der gep<strong>en</strong>sioneerd<strong>en</strong>. En het is e<strong>en</strong> succesformule: bewijs daarvan is wel de<br />

jaarlijkse overvolle zaal toehoorders. De fanfare harerzijds tracht ook telk<strong>en</strong>s iets nieuws te kunn<strong>en</strong><br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Op de programma's van de laatste zes muziekavond<strong>en</strong> tell<strong>en</strong> we niet minder dan 31<br />

verschill<strong>en</strong>de nieuwe muziekwerk<strong>en</strong>. Vernieuwing is ge<strong>en</strong> ijdel woord binn<strong>en</strong> de S.N.-kring: de vele<br />

nieuwe muziekinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, de talrijke jeugd <strong>en</strong> de nieuwe uniform<strong>en</strong>! Het getuigt alles van inzet,<br />

noeste arbeid <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>dschap, maar ook van medewerking <strong>en</strong> sympathie van de <strong>Weelde</strong> bevolking,<br />

die hem altijd moreel <strong>en</strong> financieel tot steun was. Getuige hiervan de succesrijke zesdaagse op roll<strong>en</strong><br />

voor het uniformfonds in oktober 1980. Nieuw was ook "muziek in uw straatje". E<strong>en</strong> simpel ideetje<br />

groeide uit tot het bezoek aan die wijk<strong>en</strong> waar m<strong>en</strong> niet zo dikwijls placht te kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het onthaal<br />

was ook telk<strong>en</strong>s fantastisch. Geachte lezer, de historiek van de Sint-<strong>Nicolaus</strong>kring vertoont<br />

hoeg<strong>en</strong>aamd ge<strong>en</strong> hiat<strong>en</strong>. Het is e<strong>en</strong> aane<strong>en</strong>schakeling van aktiviteit<strong>en</strong>. Bij welke geleg<strong>en</strong>heid ook,<br />

het was steeds de S.N.-kring die voor de geme<strong>en</strong>schap muziek, toneel <strong>en</strong> ontspanning heeft<br />

gebracht, <strong>en</strong> daarvoor gevraagd, steeds maar weer bereid werd gevond<strong>en</strong>. Ook buit<strong>en</strong> het dorp heeft<br />

de S.N.-kring zich e<strong>en</strong> reputatie wet<strong>en</strong> op te bouw<strong>en</strong>. Door de vele jar<strong>en</strong> he<strong>en</strong> zijn<br />

vri<strong>en</strong>dschapsband<strong>en</strong> gegroeid met vele muziekkorps<strong>en</strong> uit het omligg<strong>en</strong>de. Die vri<strong>en</strong>dschap werd<br />

bekrachtigd door de deelname aan diverse verbroederingsfeest<strong>en</strong>, uitstapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> tornooi<strong>en</strong>. Steeds<br />

weer was de int<strong>en</strong>tie muziek, goede volksmuziek te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, die toch wel e<strong>en</strong> groot gedeelte uitmaakt<br />

van het cultureel patrimonium.


Sportkring <strong>Weelde</strong> 1943-1962<br />

Na ontzett<strong>en</strong>d veel gepalaver, na talloze, langdurige, voorbereid<strong>en</strong>de inspanning<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> de<br />

oprichters van Sportkring op 3 december 1943 tot de officiële geboortedatum van S.K.<strong>Weelde</strong>. Het<br />

volledig artikel 1 van het aangepast "Reglem<strong>en</strong>t der Voetbalclub" luidt: "D<strong>en</strong> 3 December 1943 is in<br />

het lokaal Jan Van Gool-Peeters, Mol<strong>en</strong>einde te <strong>Weelde</strong>, de maatschappij Sportkring-<strong>Weelde</strong><br />

(S.K.<strong>Weelde</strong>) opgericht". Het begin van het aangepast "Huishoudelijk reglem<strong>en</strong>t der afdeeling Voetbal<br />

is id<strong>en</strong>tiek, doch het omvat veel meer, o.a.: "Daar het echter onder de Duitsche bezetting niet direct<br />

toegelat<strong>en</strong> was nieuwe vere<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> te sticht<strong>en</strong> werd to<strong>en</strong> voorgehoud<strong>en</strong> dat Sportkring e<strong>en</strong><br />

heroprichting <strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitbreiding beteek<strong>en</strong>de van Blauw-Wit, voetbalclub, die voor d<strong>en</strong> oorlog in<br />

<strong>Weelde</strong> bestond, aangeslot<strong>en</strong> bij d<strong>en</strong> Vlaamsch<strong>en</strong> Voetbalbond <strong>en</strong> t<strong>en</strong>gevolge van zekere<br />

omstandighed<strong>en</strong> t<strong>en</strong>ietgegaan. Sportkring erfde van Blauw-Wit het overgeblev<strong>en</strong> materiaal, daar<br />

Blauw-Wit vooraf had vastgesteld dat bij zijn ev<strong>en</strong>tuele ontbinding het overblijv<strong>en</strong>d materiaal bij e<strong>en</strong><br />

gewez<strong>en</strong> bestuurslid van Blauw-Wit zou blijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> gebeurlijke oprichting van e<strong>en</strong> nieuwe<br />

voetbalclub in de geme<strong>en</strong>te hieraan overgedrag<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>". En nog: "Positief stelt Sportkring zich<br />

t<strong>en</strong> doel de lichamelijke opvoeding <strong>en</strong> de sport, ... <strong>en</strong> de e<strong>en</strong>dracht onder de bevolking in de hand te<br />

werk<strong>en</strong>." Aan het voorgaande kan wel wat comm<strong>en</strong>taar toegevoegd word<strong>en</strong>. S.K.<strong>Weelde</strong> was<br />

aangeslot<strong>en</strong> bij de Koninklijke Belgische Voetbalbond, door iedere<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>d als e<strong>en</strong> machtige<br />

organisatie met e<strong>en</strong> reuz<strong>en</strong>-infrastructuur. Sportkring kreeg het stamnummer 4252. De clubs, bij de<br />

Bond aangeslot<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> vooraf e<strong>en</strong> reglem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> e<strong>en</strong> huishoudelijk reglem<strong>en</strong>t voorlegg<strong>en</strong>,<br />

opgemaakt naar models van die Bond <strong>en</strong> ze mocht<strong>en</strong> niet in strijd zijn met de reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ervan.<br />

Hiervoor is ook sprake van e<strong>en</strong> "aangepast" reglem<strong>en</strong>t. Inderdaad, de oorspronkelijke reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

van Sportkring war<strong>en</strong> te str<strong>en</strong>g opgemaakt <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> zodo<strong>en</strong>de ook niet toegepast. Zo was het ook<br />

mogelijk, dat de Duitse bezetting vermeld werd, wat betek<strong>en</strong>t dat die aangepaste reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

opgesteld kort na de oorlog. 3 December 1943 is nu al lang geled<strong>en</strong>, maar Sportkring bestaat nu nog<br />

<strong>en</strong> zal er nog lang zijn. Vroeger war<strong>en</strong> er te <strong>Weelde</strong> nog voetbalclubs geweest, doch aan ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

was e<strong>en</strong> redelijk bestaan beschor<strong>en</strong> geweest. Alle<strong>en</strong> Blauw-Wit hield het <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> vol. M<strong>en</strong> had<br />

van Sportkring ook niet veel verwacht, maar ...het lokaal van Blauw-Wit was bij Nest Clé, to<strong>en</strong> café op<br />

de hoek van de <strong>Weelde</strong>straat <strong>en</strong> de Koning-Albertstraat, richting Poppel. Het terrein van Blauw-Wit<br />

bevond zich op de weide van Nest Clé naast de "loop" in <strong>Weelde</strong>straat voorbij "de draai bij Bols<strong>en</strong>".<br />

Het lokaal van S.K.<strong>Weelde</strong> bevond zich de eerste jar<strong>en</strong> bij Jan Van Gool-Peeters, het terrein<br />

aanvankelijk op e<strong>en</strong> stuk grond van August Dries, geleg<strong>en</strong> Mol<strong>en</strong>heike/Mol<strong>en</strong>einde. Dat was nogal ver<br />

van het lokaal. Na verloop van tijd kwam het dichter <strong>en</strong> wel op e<strong>en</strong> stuk grond van "d<strong>en</strong> arme", feitelijk<br />

de C.O.O. (nu O.C.M.W.), geleg<strong>en</strong> naast de Zuid-Heikantstraat. Ter inlichting: café Van Gool werd<br />

later overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door Richard Schellek<strong>en</strong>s ("de Lange") <strong>en</strong> wordt thans uitgebaat door Theo Van<br />

Mechel<strong>en</strong>. Weer later werd opnieuw verhuisd. Lokaal <strong>en</strong> terrein kwam<strong>en</strong> bij de We. Hofk<strong>en</strong>s, waar ze<br />

nu nog gevestigd zijn. De naam Hofk<strong>en</strong>s dekt e<strong>en</strong> hele brok Sportkringlev<strong>en</strong>. Omwille van de<br />

tijdsomstandighed<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de eerste paar jar<strong>en</strong> de sportactiviteit<strong>en</strong> beperkt tot druk train<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> wedstrijd<strong>en</strong>. Met zijn eerste elftal nam S.K. de eerste maal deel aan de competitie in 1945-<br />

1946 in de IIIe Provinciale Afdeling. De eerste competitiewedstrijd had plaats te Oud-Turnhout.<br />

Ondanks e<strong>en</strong> spel dat we van onze jong<strong>en</strong>s niet zo degelijk hadd<strong>en</strong> verwacht, werd met 5-2 verlor<strong>en</strong>,<br />

maar we hadd<strong>en</strong> er ons niet aan verwacht, dat het zo hard zou gaan <strong>en</strong> al die eerste wedstrijd hadd<strong>en</strong><br />

we e<strong>en</strong> zwaargekwetste, met name H<strong>en</strong>ri Van Gils (Ri, de Pegger). De eerste seizo<strong>en</strong><strong>en</strong> verliep<strong>en</strong><br />

voor S.K.niet zo bijster goed. Om ons vlug weer te vind<strong>en</strong> in de rangschikking begon m<strong>en</strong> best<br />

onderaan. Dan was m<strong>en</strong> er, t<strong>en</strong>minste voor het grootste deel van die eerste competities, het vlugste<br />

bij: de "Rode lantaarn". Als dusdanig hebb<strong>en</strong> we die eerste jar<strong>en</strong> wel veel olie verstookt. Jar<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

onze grote bekommernis <strong>en</strong> veel van onze inspanning<strong>en</strong> erop gericht van die laatste plaats weg te<br />

gerak<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat lukte ook steeds. Maar aan hun hart liet<strong>en</strong> de Sportkringers het niet kom<strong>en</strong>.<br />

Gewonn<strong>en</strong> of verlor<strong>en</strong>, bij de terugkeer (per kamion in die tijd) werd steeds uitermate moedig <strong>en</strong> uit<br />

volle borst het Sportkringlied "Blauw-wit zijn onze kleur<strong>en</strong>, Blauw-wit zijn wij gedoopt" gezong<strong>en</strong>, net of<br />

wij wonn<strong>en</strong> steeds.<br />

Met de jar<strong>en</strong> beterde het echter <strong>en</strong> eindigde S.K.<strong>Weelde</strong> seizo<strong>en</strong> na seizo<strong>en</strong> als de competitie werd<br />

beslot<strong>en</strong>, op de ereplaats<strong>en</strong>. En dan kwam het seizo<strong>en</strong> 1957-1958. Daarover verder meer. Intuss<strong>en</strong><br />

werd het deelnem<strong>en</strong> aan de competities uitgebreid: met twee, drie, vier, ... elftall<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> hele prestatie<br />

voor zo'n kleine geme<strong>en</strong>te. M<strong>en</strong> kan hierbij wel bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> hoeveel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hieraan te pas kwam<strong>en</strong>:<br />

bestuursled<strong>en</strong>, spelers, terreinafgevaardigd<strong>en</strong>, linesm<strong>en</strong>, supporters, <strong>en</strong>z... Jar<strong>en</strong>lang was één van de<br />

grote inspanning<strong>en</strong> ook gericht op het verwerv<strong>en</strong> van de beker van de fair-play, van de sportiviteit. Dat<br />

oogmerk hebb<strong>en</strong> we echter nooit bereikt. Vele seizo<strong>en</strong><strong>en</strong> geraakt<strong>en</strong> we door zonder verwittiging,


zonder schorsing, zonder boete. Het verget<strong>en</strong> van één of meer id<strong>en</strong>titeitskaart<strong>en</strong> door spelers kostte<br />

aan Sportkring meermaals de beker. De fout was dus zuiver administratief <strong>en</strong> helemaal niet op het<br />

gebied van de sportiviteit; dat mag wel onderstreept word<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> heel wat inspanning<strong>en</strong><br />

geleverd om toch maar dat doel te bereik<strong>en</strong>: oproep<strong>en</strong> tot spelers <strong>en</strong> supporters in vergadering<strong>en</strong>, in<br />

het Bericht<strong>en</strong>blad of anderszins, briev<strong>en</strong> naar de spelers, <strong>en</strong> nog meer. Er werd niet geaarzeld om de<br />

rijkswacht te vrag<strong>en</strong>. Dikwijls werd aan het Provinciaal Scheidsrechterscomitee e<strong>en</strong> "speciale"<br />

scheidsrechter gevraagd, soms zelfs linesm<strong>en</strong> van de Bond. Uit het jaarverslag van het seizo<strong>en</strong> 1958-<br />

1959, voorgebracht op de Jaarlijkse Verplichte Algem<strong>en</strong>e Vergadering van 2 september 1959, kunn<strong>en</strong><br />

we licht<strong>en</strong>, dat we voor het derde ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>d seizo<strong>en</strong> erin slaagd<strong>en</strong> het ganse seizo<strong>en</strong> door te<br />

mak<strong>en</strong> zonder dagvaarding, verwittiging, schorsing of boete. Bij e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid informeerde het<br />

Provinciaal comitee ons, dat het overbodig was e<strong>en</strong> aanvraag voor de beker van de Sportiviteit in te<br />

di<strong>en</strong><strong>en</strong>. Zo vri<strong>en</strong>delijk war<strong>en</strong> ze teg<strong>en</strong>over ons. Red<strong>en</strong>: één verget<strong>en</strong> paspoort!<br />

Eig<strong>en</strong>lijk was het de bedoeling van Sportkring ook andere sport<strong>en</strong> in onze geme<strong>en</strong>te (nu ons dorp) te<br />

bevorder<strong>en</strong>. Vandaar de naam "Sportkring". In de eerste jar<strong>en</strong> na de oorlog richtte m<strong>en</strong> zo e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

grote liefhebberskoers in. Voor de Sportkring werd dat e<strong>en</strong> heel ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t, want voor die eerste<br />

organisatie war<strong>en</strong> de afgevaardigd<strong>en</strong> van de Koninklijke Belgische Wielrijdersbond niet opgedaagd.<br />

En daar stond m<strong>en</strong>; totaal onbevoegd. De inschrijving had plaats in café Jef De Rijk, Koning<br />

Albertstraat. Daar begon het al. Er war<strong>en</strong> r<strong>en</strong>ners die probeerd<strong>en</strong> zich te lat<strong>en</strong> inschrijv<strong>en</strong> zonder e<strong>en</strong><br />

vergunning te kunn<strong>en</strong> voorlegg<strong>en</strong>; ander<strong>en</strong> beproefd<strong>en</strong> het met de vergunning van e<strong>en</strong> andere r<strong>en</strong>ner.<br />

En tijd<strong>en</strong>s de koers! M<strong>en</strong> kwam allerlei onregelmatighed<strong>en</strong> meld<strong>en</strong>: stayer<strong>en</strong>, aan moto's of auto's<br />

hang<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z... Er werd<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> ter controle uitgestuurd. Ze moest<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel de rugnummers noter<strong>en</strong><br />

van de r<strong>en</strong>ners die ze in overtreding betrapt<strong>en</strong> <strong>en</strong> die nummers doorgev<strong>en</strong>. De koers werd beslot<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> daver<strong>en</strong>de spurt, magnifiek gewonn<strong>en</strong> door de to<strong>en</strong> fameuze Janneke Van Stay<strong>en</strong>. Bij<br />

Sjareltje Segers waar de aankomst was, werd<strong>en</strong> de prijz<strong>en</strong> uitgereikt. M<strong>en</strong> had de aankomst<strong>en</strong> netjes<br />

g<strong>en</strong>oteerd, want de inrichters moest<strong>en</strong> ook aankomstrechters spel<strong>en</strong>. Die schrapt<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig de<br />

r<strong>en</strong>ners die war<strong>en</strong> betrapt geword<strong>en</strong>. Maar, wat e<strong>en</strong> protest<strong>en</strong>! De commissie riposteerde <strong>en</strong> zei<br />

telk<strong>en</strong>s: "Goed, we zull<strong>en</strong> U in de uitslag op Uw plaats vermeld<strong>en</strong>, doch klacht indi<strong>en</strong><strong>en</strong> bij de Bond!"<br />

En stilletjes, zonder nog erg te morr<strong>en</strong>, droop elke overtreder af. Buit<strong>en</strong> de sportactiviteit<strong>en</strong> richtte<br />

Sportkring ook andere manifestaties in: Vlaamse Kermiss<strong>en</strong>, crochetavond<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. E<strong>en</strong> extraatje werd<br />

de Goud<strong>en</strong> Bruiloft van Janneke Rijkers-Baelemans op de Leemputt<strong>en</strong> (nu de Singelstraat) op 5<br />

augustus 1945. We schrev<strong>en</strong> in voor het uitbat<strong>en</strong> van het geleg<strong>en</strong>heidscafé. We maakt<strong>en</strong> er het feest<br />

van de Gerepatrieerd<strong>en</strong> van <strong>en</strong> al de andere inschrijvers trokk<strong>en</strong> zich terug. Het werd e<strong>en</strong> groot<br />

sukses, want we hield<strong>en</strong> juist geteld 17.203 frank over, e<strong>en</strong> voor die tijd niet onaardig bedrag. Aan<br />

elke gerepatrieerde <strong>en</strong> ook aan de familie van de in e<strong>en</strong> Duits conc<strong>en</strong>tratiekamp omgekom<strong>en</strong> Albert<br />

L<strong>en</strong>aerts kond<strong>en</strong> we 1000 frank gev<strong>en</strong>. De overblijv<strong>en</strong>de 203 frank werd<strong>en</strong> besteed aan miss<strong>en</strong> ter<br />

nagedacht<strong>en</strong>is van Albert. Op 10 april 1950 werd e<strong>en</strong> grote voetbalpropagandadag georganiseerd.<br />

Het werd e<strong>en</strong> ganse dag met e<strong>en</strong> speciale mis (de hoogmis in Sint-Jan) <strong>en</strong> feestzitting<strong>en</strong> in de<br />

to<strong>en</strong>malige parochiezaal van Sint-Michiel (d<strong>en</strong> Boer<strong>en</strong>bond). Aanwezig<strong>en</strong>-uitg<strong>en</strong>odigd<strong>en</strong> <strong>en</strong> sprekers<br />

war<strong>en</strong> o.a. voorname arbiters, afgevaardigd<strong>en</strong> van het Provinciaal Comitee <strong>en</strong> van het Provinciaal<br />

Scheidsrechterscomitee <strong>en</strong> andere voorname figur<strong>en</strong> uit de voetbalwereld uit Antwerp<strong>en</strong>. Dit was nu<br />

e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> sportorganisatie op meer intellectueel niveau. E<strong>en</strong> sukses <strong>en</strong> ... zo kwam<strong>en</strong> we hogerop ook<br />

op e<strong>en</strong> zeer goed blaadje te staan. Oudere m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> misschi<strong>en</strong> wel verrast lez<strong>en</strong> dat<br />

Z.E.H.L.Tubbax, pastoor van Sint-Jan, de eerste proost van Sportkring-<strong>Weelde</strong> was. Maar, m<strong>en</strong> kan<br />

nog meer versteld staan, als we zegg<strong>en</strong> dat hij ook steun<strong>en</strong>d lid was van S.K. <strong>en</strong> dat hij in die<br />

hoedanigheid 500 frank per jaar betaalde. <strong>Nu</strong> <strong>en</strong> dan kon m<strong>en</strong> die 500 frank misschi<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong>s<br />

omker<strong>en</strong>! De keerzijde van de medaille was dat van de proost niet mocht word<strong>en</strong> geteerd met de<br />

vrouw<strong>en</strong>, dus zeker niet met de liev<strong>en</strong>. Het gebeurde toch niet, al bracht dat nare<br />

bestuursvergadering<strong>en</strong> met zich. <strong>Nu</strong> <strong>en</strong> dan woonde Pastoor Tubbax de bestuursvergadering<strong>en</strong> bij <strong>en</strong><br />

...onder het voormeld beding <strong>en</strong> mits hij aan de pastorie (te voet) werd afgehaald <strong>en</strong> te 10 uur terug<br />

thuis gebracht, nam hij zelfs deel aan teerfeest<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> we dan zelf te 12 uur (24 uur)<br />

"polic<strong>en</strong>". Goed, maar op dat uur stond bij Jan Van Gool nog "ne pater aan de toog <strong>en</strong> die zett<strong>en</strong> we<br />

ev<strong>en</strong>goed buit<strong>en</strong>, al ging dat toch wat moeilijk!"<br />

De voetbalclub met lokaal <strong>en</strong> terrein naast <strong>en</strong> bij de Sint-Janskerk! Wat e<strong>en</strong> buurt! Natuurlijk dat we<br />

opnieuw met de "kerk" in botsing kwam<strong>en</strong>. De proost probeerde ons de aanvangsur<strong>en</strong> van de<br />

wedstrijd<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> aanpass<strong>en</strong> aan die van de goddelijke di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Dat kond<strong>en</strong> we van de<br />

Voetbalbond niet bekom<strong>en</strong>. Het trill<strong>en</strong>de scheidsrechtersfluitje (<strong>en</strong> dat hoort m<strong>en</strong> zo vaak <strong>en</strong> zo goed!)<br />

<strong>en</strong> het "geroep" van de voetbalsupporters, ne<strong>en</strong>, dat paste niet bij de stilte van de kerk, noch minder<br />

bij de ingetog<strong>en</strong> devotie van de gelovig<strong>en</strong> in de kerk. Wat deed onze goeie proost? Hij liet O.L.Heer


e<strong>en</strong> stapke opzij zett<strong>en</strong> voor de voetbal <strong>en</strong> stelde het lof op e<strong>en</strong> vroeger uur, zodat ev<strong>en</strong>tueel<br />

voetbalminn<strong>en</strong>de gelovig<strong>en</strong> van de kerk zonder tijdverlies, zonder nodeloze moeite, naar het<br />

voetbalplein kond<strong>en</strong>. Is dit ge<strong>en</strong> supervoorbeeld van verstandhouding <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking? Van<br />

combinatie gesprok<strong>en</strong>! Opvolger als proost van Z.E.H.Tubbax werd pastoor J.Bluek<strong>en</strong>s <strong>en</strong> ook hij<br />

bracht het zijne bij. Hij was bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> veel moderner. De Sportkringgeschied<strong>en</strong>is bevat voor de eerste<br />

twintig jaar nog wel meer pikante gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>. E<strong>en</strong>s moest ons eerste elftal spel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> R. Het<br />

had veel gereg<strong>en</strong>d <strong>en</strong> ons terrein lag in zeer slechte staat. Bij e<strong>en</strong> aanval op ons doel schoof de<br />

midvoor van R. plots over "die malse bodem". Zijn blik <strong>en</strong> die van de scheidsrechter troff<strong>en</strong> elkaar! Op<br />

de 28e minuut floot de arbiter de match af. De Bond programmeerde de wedstrijd opnieuw twee<br />

wek<strong>en</strong> later. In die veerti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> had het nog veel meer gereg<strong>en</strong>d. De zaterdagavond voor die<br />

tweede uitgave kwam m<strong>en</strong> bij de secretaris; er werd overlegd wat kon gedaan word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo werd er<br />

nog laat naar het Provinciaal Comitee getelefoneerd. De secretaris daarvan, Majoor Cyriel Van<br />

Gheem, was niet aanwezig. Zijn echtg<strong>en</strong>ote (we wist<strong>en</strong> to<strong>en</strong> nog niet dat zij de secretaresse van haar<br />

man was) aanhoorde zeer goedwillig onze uitleg <strong>en</strong> uiteindelijk werd beslot<strong>en</strong> de wedstrijd te<br />

verdag<strong>en</strong>. Wij moest<strong>en</strong> R.verwittig<strong>en</strong>, maar Mevrouw Van Gheem kon de aangeduide scheidsrechter<br />

niet meer bereik<strong>en</strong>, die moest<strong>en</strong> we dan toch maar ontvang<strong>en</strong>, hem de beslissing mededel<strong>en</strong> <strong>en</strong> hem<br />

natuurlijk ook betal<strong>en</strong>. Dat trokk<strong>en</strong> we toch van de Bond terug. 's Ander<strong>en</strong>daags te kwart voor drie<br />

kwam e<strong>en</strong> bestuurslid bij de secretaris aangestormd: "...ge moet kom<strong>en</strong>, de scheidsrechter is er <strong>en</strong> hij<br />

zegt dat er moet gespeeld word<strong>en</strong> <strong>en</strong> R. is er ook!" Op naar het veld, maar het was te laat. De<br />

scheidsrechter had het verslag al ingevuld: forfait voor <strong>Weelde</strong>. Dus verlor<strong>en</strong> met 5-0. En dadelijk<br />

red<strong>en</strong> die van R. huiswaarts, maar (mann<strong>en</strong> van ons hadd<strong>en</strong> het gezi<strong>en</strong>) de scheidsrechter reed met<br />

h<strong>en</strong> mee! We di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> klacht in bij het Provinciaal Comitee. De zaak kwam voor. Wij met vier naar<br />

Antwerp<strong>en</strong>. De scheidsrechter werd eerst gehoord. Als die wegging, keek hij ons in 't voorbijgaan zeer<br />

vies aan. We werd<strong>en</strong> dus niet e<strong>en</strong>s met hem geconfronteerd. Dan was het onze beurt. Slechts één<br />

mocht er binn<strong>en</strong>. Wie? De kleinste. Hij kwam in die heel grote kamer, e<strong>en</strong> lange tafel bedekt met e<strong>en</strong><br />

nog groter, gro<strong>en</strong> lak<strong>en</strong>. Achter die tafel stond e<strong>en</strong> lange rij stoel<strong>en</strong>, allemaal bezet door promin<strong>en</strong>te<br />

figur<strong>en</strong> (officier<strong>en</strong>, advokat<strong>en</strong>, zelfs e<strong>en</strong> Monseigneur, <strong>en</strong>z) Voor de tafel e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> lange rij ledige<br />

stoel<strong>en</strong>. Onze man mocht gaan zitt<strong>en</strong>. Hij koost de midd<strong>en</strong>ste stoel uit de rij, althans naar schatting.<br />

War<strong>en</strong> to<strong>en</strong> de bekommernis <strong>en</strong> de spanning al zo groot, die gevoel<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong> nog tot e<strong>en</strong> toppunt<br />

gedrev<strong>en</strong> door die lange, gro<strong>en</strong>e tafel, die complete rij door grote mann<strong>en</strong> bezette stoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan links<br />

<strong>en</strong> rechts naast zich twee rij<strong>en</strong> ledige stoel<strong>en</strong>. Provinciaal Secretaris Van Gheem bracht de akte van<br />

beschuldiging voor. Herhaaldelijk onderbrak onze man. Helemaal t<strong>en</strong> onpas. Hij werd telk<strong>en</strong>s tot de<br />

orde geroep<strong>en</strong>. Hij zou zijn beurt wel krijg<strong>en</strong>. Bij die voorname her<strong>en</strong> achter de tafel war<strong>en</strong> er die we<br />

k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> herhaaldelijk pinkt<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> kalmer<strong>en</strong>d oogje naar onze man. <strong>Nu</strong> mocht deze zich<br />

verdedig<strong>en</strong>. Hij bracht het relaas <strong>en</strong> waarop hij zich steunde. Daarna werd hem gevraagd wat zijn<br />

w<strong>en</strong>s was. Er zou beraadslaagd word<strong>en</strong>, terwijl hij in e<strong>en</strong> ander vertrek kon gaan wacht<strong>en</strong>.<br />

Teruggeroep<strong>en</strong> werd aan onze afgevaardigde diets gemaakt, dat hij ongelijk had gehad zich<br />

gebaseerd te hebb<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> desbetreff<strong>en</strong>d bericht dat bestemd was voor de hogere afdeling<strong>en</strong>. M<strong>en</strong><br />

zei hem dat hij naar de onderrichting<strong>en</strong> van het Provinciaal Comitee Antwerp<strong>en</strong> (in Sportlev<strong>en</strong>, het<br />

"Staatsblad" van de Belgische Voetbalbond) moest kijk<strong>en</strong>, maar dat ...hij te goeder trouw was<br />

geweest. E<strong>en</strong> goede noot! Daarom was de beslissing: de wedstrijd zal herspeeld word<strong>en</strong> op Paasdag!<br />

Aan onze afgevaardigde werd nog gevraagd of hij tevred<strong>en</strong> was. Ge zoudt voor minder, zei hij. De<br />

<strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> war<strong>en</strong> blij als vogeltjes.<br />

In 't naar huis rijd<strong>en</strong> kwam de aap uit de mouw, want aan onze secretaris werd to<strong>en</strong> de waarheid<br />

verteld: in plaats van voor e<strong>en</strong> tweede editie van de wedstrijd in kwestie te zorg<strong>en</strong> door via e<strong>en</strong><br />

bijgemaakte greppel het water van het terrein te lat<strong>en</strong> aflop<strong>en</strong> naar de dichtst bijligg<strong>en</strong>de gracht, had<br />

m<strong>en</strong> met emmers <strong>en</strong> emmers water op het veld gedrag<strong>en</strong>. 't Kon aan de zaak niets meer verander<strong>en</strong>.<br />

We hadd<strong>en</strong> onze zin: e<strong>en</strong> derde editie <strong>en</strong> dat dan nog op Paasdag, waar dat destijds e<strong>en</strong> vrije dag<br />

was. En wat er nog aan toegevoegd moet word<strong>en</strong> is, dat voor de tweede editie e<strong>en</strong> paar van onze<br />

voornaamste spelers verstek hadd<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> gaan. Met Pas<strong>en</strong> haald<strong>en</strong> we de grootste<br />

ontvangst die we tot dan toe hadd<strong>en</strong> geboekt! In e<strong>en</strong> belangrijke, financiële kwestie e<strong>en</strong> andere keer<br />

hadd<strong>en</strong> we het aan de stok met e<strong>en</strong> club uit de hogere afdeling<strong>en</strong>. Die bleef geldelijk teg<strong>en</strong>over ons in<br />

gebreke. Uiteindelijk werd teg<strong>en</strong> die club door ons klacht ingedi<strong>en</strong>d, deze keer bij het Sportcomitee<br />

van de Belgische Voetbalbond in Brussel. We werd<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong>. Wie moest naar Brussel? De<br />

secretaris natuurlijk. Goed, maar die kreeg voor zo'n kwestie ge<strong>en</strong> vrijaf. "Daarvoor zull<strong>en</strong> wij wel<br />

zorg<strong>en</strong>", werd gezegd. En inderdaad. De hoofdonderwijzer wist niet wat hij in zulk geval op het briefje<br />

moest schrijv<strong>en</strong>. "Vul het zelf maar in!" zei hij. Met drieën naar Brussel. Daarvoor mocht<strong>en</strong> we wel met<br />

zijn all<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>, maar we kwam<strong>en</strong> wel zo laat, dat de zaak al was geop<strong>en</strong>d <strong>en</strong> was onze<br />

teg<strong>en</strong>strev<strong>en</strong>de voorzitter al e<strong>en</strong> daver<strong>en</strong>de speech aan het afstek<strong>en</strong> to<strong>en</strong> we binn<strong>en</strong>kwam<strong>en</strong>. Nog


straffer dan in Antwerp<strong>en</strong>, want daar zat<strong>en</strong> achter die gro<strong>en</strong>e tafel zo van die "onmogelijke", stijve<br />

her<strong>en</strong>... En toch vlog<strong>en</strong> we er weer tuss<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> wel wat timider. We kreg<strong>en</strong> weer gelijk "op straf van<br />

schorsing" van onze teg<strong>en</strong>strever. Ging er e<strong>en</strong> rilling door die grote teg<strong>en</strong>strever, want dat het kleine<br />

<strong>Weelde</strong> in Brussel ging winn<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> grote club, betek<strong>en</strong>de nog wat.<br />

E<strong>en</strong> klein pepertje: herhaaldelijk vroeg bij geleg<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> bestuursvergadering één van de<br />

bestuursled<strong>en</strong> aan de secretaris hem tuss<strong>en</strong>door e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> extra-uitnodigingskaart te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om er<br />

e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> keer meer tuss<strong>en</strong>uit te kunn<strong>en</strong>. Mocht zijn vrouw dit lez<strong>en</strong>, dan mag zij gerust zijn "met<br />

terugwerk<strong>en</strong>de kracht": nooit werd e<strong>en</strong> extra-kaart verzond<strong>en</strong>, dus ev<strong>en</strong>min geschrev<strong>en</strong>. Ondanks<br />

onze strijd voor sportiviteit hebb<strong>en</strong> we toch meer dan e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> scheidsrechter in bescherming moet<strong>en</strong><br />

nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> hem langs e<strong>en</strong> niet-voorzi<strong>en</strong>e weg, hetzij per taxi, hetzij met eig<strong>en</strong> wag<strong>en</strong> weggesmokkeld.<br />

Zelfs is er in die tijd aan ons terrein tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> wedstrijd e<strong>en</strong>s gevocht<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet min, want één van<br />

onze mann<strong>en</strong> hield er e<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong> vinger aan over. De ouder<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> daarvan nog wel. Ooit<br />

riskeerd<strong>en</strong> we het e<strong>en</strong> pamflet met e<strong>en</strong> gepeperde oproep tot sportiviteit te lat<strong>en</strong> drukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit bij<br />

thuiswedstrijd<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> uitdel<strong>en</strong> aan all<strong>en</strong> die kwam<strong>en</strong>: spelers, bestuursled<strong>en</strong>, supporters van de<br />

beide clubs, maar ev<strong>en</strong>goed aan de scheidsrechter. Destijds werd<strong>en</strong> de scheidsrechterskost<strong>en</strong> aan de<br />

clubs terugbetaald door de Bond. Maar er kwam e<strong>en</strong> tijd, dat deze niet meer over voldo<strong>en</strong>de van die<br />

her<strong>en</strong> ging beschikk<strong>en</strong>. Die kost<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> dan niet meer word<strong>en</strong> terugbetaald t<strong>en</strong>zij de club e<strong>en</strong><br />

aangeslot<strong>en</strong> scheidsrechter had. En juist dan kreg<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> verzoek tot aansluiting van e<strong>en</strong> al oudere<br />

arbiter, onze vri<strong>en</strong>d Fernand Raeymaekers, Abdijstraat 26, Antwerp<strong>en</strong>. Ook op ander dan financieel<br />

vlak hadd<strong>en</strong> we ons voordeel aan hem. In die vele jar<strong>en</strong> heeft er in Sportkring steeds e<strong>en</strong> formidabele,<br />

goede geest geheerst. Zoals in elk goed gezin kon het er wel e<strong>en</strong>s vandeeg kletter<strong>en</strong>. Het kon er zelfs<br />

teg<strong>en</strong>zitt<strong>en</strong> alsof er ge<strong>en</strong> uitkomst meer was, maar "uit de botsing der gedacht<strong>en</strong> ontspringt het licht".<br />

Alles werd, ook in het bestuur, zeer oprecht uitgepraat <strong>en</strong> eer de vergadering<strong>en</strong> met zulke zak<strong>en</strong> op<br />

de dagorde -<strong>en</strong> ze kostt<strong>en</strong> soms zweet- t<strong>en</strong> einde war<strong>en</strong>, was de spons geveegd <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> de zak<strong>en</strong><br />

verder in peis <strong>en</strong> vrede. Ging<strong>en</strong> we in het café, speeld<strong>en</strong> hevig gespann<strong>en</strong> kaart<strong>en</strong> of ded<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

spann<strong>en</strong>d biljartje bij het drink<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ontspann<strong>en</strong>d pintje, alle Sportkringers blev<strong>en</strong> steeds echte<br />

vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Zij hing<strong>en</strong> met hart <strong>en</strong> ziel aan elkaar. We vormd<strong>en</strong> als het ware één groot Sportkringhart!<br />

Het is e<strong>en</strong> reuz<strong>en</strong>schone tijd geweest. E<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong> bestuurslid: "Van vele ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, waarvan ik<br />

bestuurslid was, b<strong>en</strong> ik dat het liefst geweest van Sportkring. Daaraan heb ik nog de mooiste<br />

herinnering<strong>en</strong>. Moest ik terug jong zijn, ik zou niet twijfel<strong>en</strong>, het zou opnieuw <strong>en</strong> in de eerste plaats<br />

Sportkring zijn!" Hetzelfde getuig<strong>en</strong> meerdere briev<strong>en</strong> van oud-spelers in het Sportkringdossier. Het<br />

reglem<strong>en</strong>t voorzag in e<strong>en</strong> maandelijkse bestuursvergadering <strong>en</strong> e<strong>en</strong> Jaarlijkse Verplichte Algem<strong>en</strong>e<br />

Vergadering, die bij voorkeur voor de aanvang van de competitie werd gehoud<strong>en</strong>. Gemiddeld werd<strong>en</strong><br />

er wel meer bestuursvergadering<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> desgevall<strong>en</strong>d ook buit<strong>en</strong>gewone, algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering<strong>en</strong>. Onze bestuursvergadering<strong>en</strong> mocht<strong>en</strong> we van onze lokaalhouders steeds lat<strong>en</strong><br />

doorgaan in hun kamer of in de keuk<strong>en</strong>, wat veel aang<strong>en</strong>amer was. De ag<strong>en</strong>da voor e<strong>en</strong> Jaarlijkse<br />

Verplichte Algem<strong>en</strong>e Vergadering was praktisch steeds dezelfde:<br />

1. jaarverslag (prestaties, <strong>en</strong>z. tijd<strong>en</strong>s het voorbije seizo<strong>en</strong>);<br />

2. jaarlijks kasverslag;<br />

3. varia;<br />

4. de kom<strong>en</strong>de competitie;<br />

5. sportkringlied;<br />

6. e<strong>en</strong> pintje drink<strong>en</strong> voor <strong>en</strong> nog meer na de afhandeling van de dagorde.<br />

Het behal<strong>en</strong> van de kampio<strong>en</strong>stitel in onze reeks van IIIe Afdeling tijd<strong>en</strong>s het seizo<strong>en</strong> 1957-1958<br />

bracht ons mete<strong>en</strong> de overgang naar IIe Provinciale Afdeling. In die afdeling heeft Sportkring-<strong>Weelde</strong><br />

het langer volgehoud<strong>en</strong> dan vel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> verwacht, maar uiteindelijk moest<strong>en</strong> we toch terug naar de<br />

IIIe. De eerste wedstrijd<strong>en</strong> in IIe Afdeling werd<strong>en</strong> door onze spelers bijzonder goed gespeeld, maar ze<br />

war<strong>en</strong> mogelijk nog wat gro<strong>en</strong> <strong>en</strong> haald<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> punt<strong>en</strong> voor de vijfde of de zesde wedstrijd. We<br />

kreg<strong>en</strong> bijvoorbeeld Hoogstrat<strong>en</strong>, ongeslag<strong>en</strong> aan de leiding, op bezoek terwijl wij aan het staartje<br />

b<strong>en</strong>geld<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> half uur voor de aanvang van de wedstrijd kwam<strong>en</strong> daar in het lokaal Hofk<strong>en</strong>s twee<br />

bestuursled<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> aan de hoek van de toog. E<strong>en</strong> stukje uit het gesprek van die twee. - "Wat d<strong>en</strong>kt


Ge ervan?- En Gij? - Verliez<strong>en</strong>!- Gij als bestuurslid moogt dat nooit zegg<strong>en</strong>. Ge moet altijd het moreel<br />

hooghoud<strong>en</strong>. We winn<strong>en</strong> met 3-0!" Allebei war<strong>en</strong> ze natuurlijk al heel blij geweest met e<strong>en</strong> kleine,<br />

eervolle nederlaag. Wat gebeurde er? Onze jong<strong>en</strong>s speeld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> reuzewedstrijd. Gans Hoogstrat<strong>en</strong><br />

stond er perplex van. Sportkring-<strong>Weelde</strong> versloeg het hoog aangeschrev<strong>en</strong> Hoogstrat<strong>en</strong> met niet<br />

minder dan 5-0. M<strong>en</strong> zegt zo vaak: "E<strong>en</strong> wedstrijd, vooral in voetbal, moet eerst gespeeld zijn!" En van<br />

dan af voelde S.K. zich meer ingeburgerd in IIe Afdeling, meer bewust van zijn mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

behaalde mooie resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> in die eerste competitie in die afdeling ook e<strong>en</strong> zeer behoorlijke plaats<br />

in de eindrangschikking. <strong>Nu</strong> terug naar het seizo<strong>en</strong> 1957-1958. Aan de competitie 1957-1958 werd<br />

deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met niet minder dan vier elftall<strong>en</strong>: het eerste elftal, de reserv<strong>en</strong>, de scholier<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

kadett<strong>en</strong>. De jaarlijkse verplichte Algem<strong>en</strong>e Vergadering, gehoud<strong>en</strong> de 31 augustus 1957, dus vlak<br />

voor de aanvang van het nieuwe seizo<strong>en</strong>, bevestigde in het bestuur van Sportkring:<br />

Jan Verhey<strong>en</strong>, voorzitter<br />

Jos Verhaer<strong>en</strong>, secretaris<br />

André Cooremans, schatbewaarder<br />

Verder alfabetisch: Louis Bols, H<strong>en</strong>ri Buyckx, Emiel Kupp<strong>en</strong>s, Jozef Leuze, Jan Somm<strong>en</strong>, Jules Snels,<br />

Adriaan Van Gils, H<strong>en</strong>ri Van Gils, Jan Van Gils, Ferdinand Van Riel, Dr.Laur<strong>en</strong>t Van Bael<strong>en</strong> bleef erevoorzitter.<br />

Z.E.H.Pastoor Bluek<strong>en</strong>s J. proost, Ferdinand Kupp<strong>en</strong>s was de trainer. Het feit, dat we in<br />

1957-1958 kampio<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, kan misschi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> haast onb<strong>en</strong>ullige aanleiding hebb<strong>en</strong> gehad. De elfnovemberdi<strong>en</strong>st<br />

had plaats in de Straat in de Sint-Janskerk. Gewoontegetrouw -in die tijd- moest er<br />

daarna nog iets gedronk<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. We zat<strong>en</strong> bij Mit Ooms in het café. E<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>staander sprak daar<br />

één van onze bestuursled<strong>en</strong> aan: "Ze spel<strong>en</strong> wel goed altijd, zeer goed, maar kampio<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, dat<br />

zal niet. Ik d<strong>en</strong>k dat ge het moreel niet hoog g<strong>en</strong>oeg hebt staan!" Was dat e<strong>en</strong> kaakslag, e<strong>en</strong> verwijt,<br />

e<strong>en</strong> kleinering, of wat? Vooral dat "moreel" knoopte ons bestuurslid in zijn geheug<strong>en</strong>. En al in de<br />

eerstvolg<strong>en</strong>de bestuursvergadering kwam de kwestie op de dagorde. E<strong>en</strong> nieuwe geestdrift was het<br />

gevolg. Op 3 januari 1958 kwam er e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>gewone algem<strong>en</strong>e vergadering. Op dat og<strong>en</strong>blik had<br />

ons eerste elftal reeds zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong> wedstrijd<strong>en</strong> gespeeld, meer dan de helft van de competitie. We<br />

boekt<strong>en</strong> tot dan één ongelukkige nederlaag <strong>en</strong> zesti<strong>en</strong> overwinning<strong>en</strong>. Dat maakte 32 punt<strong>en</strong> op 34.<br />

We noteerd<strong>en</strong> 58 goals voor <strong>en</strong> 17 teg<strong>en</strong>. Onze reeks telde 16 deelnem<strong>en</strong>de ploeg<strong>en</strong>.<br />

Het slot van de op die buit<strong>en</strong>gewone vergadering gehoud<strong>en</strong> toespraak: "En tot slot richt ik me speciaal<br />

tot onze mann<strong>en</strong> van de eerste <strong>en</strong> tot onze supporters. Het is in de huidige situatie zeer jammer dat<br />

onze flinke Jan Heyns vorige zondag uitgevall<strong>en</strong> is. Wij w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hem voorzeker e<strong>en</strong> spoedig <strong>en</strong><br />

compleet herstel. Met de grootste moed, met de sterkste wilskracht, met de volledigste overgave, met<br />

de meest rotsvaste overtuiging <strong>en</strong> met de taaiste volharding zett<strong>en</strong> we overmorg<strong>en</strong> de kompetitie<br />

verder. We zull<strong>en</strong> beslist nog harde not<strong>en</strong> te krak<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. Maar dat kunn<strong>en</strong> we. Getuige de twee<br />

laatste wedstrijd<strong>en</strong>. Ge k<strong>en</strong>t ze. Ge k<strong>en</strong>t hun verloop. In die wedstrijd<strong>en</strong> heeft <strong>Weelde</strong> bewez<strong>en</strong> wat<br />

het is, wat het kan. Vecht<strong>en</strong>, volhoud<strong>en</strong>, zegevier<strong>en</strong>, ook al is het lot teg<strong>en</strong>. Op te merk<strong>en</strong> feit<strong>en</strong> uit het<br />

eerste grote deel van deze kompetitie zijn dat onze eerste al de wedstrijd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> kopploeg<strong>en</strong> won<br />

met t<strong>en</strong>minste twee goals verschil terwijl het teg<strong>en</strong> de zwakkere broertjes soms maar lastige uitslag<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong>. Als 't zo voortgaat, dan, ja dan... Welaan, supporters, laat U hor<strong>en</strong> in het vervolg der<br />

kompetitie. Welaan, spelers van de eerste, de harde verdere strijd tegemoet. Als de titel in ons bereik<br />

ligt zull<strong>en</strong> we hem winn<strong>en</strong> ook zonder onze leidingspost nog e<strong>en</strong>maal af te staan! Voor onze spelers<br />

van de eerste stel ik als strijdleus voor deze tweede kompetitiehelft: Sportief vecht<strong>en</strong>, volhoud<strong>en</strong>,<br />

zegevier<strong>en</strong>. Dan is de titel voor ons. Dan is de titel voor Sportkring-<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> dan zull<strong>en</strong> we vier<strong>en</strong>".<br />

Er werd gewerkt, zelfs gezwoegd. Er werd<strong>en</strong> regelmatig opmonter<strong>en</strong>de briev<strong>en</strong> naar de spelers<br />

gezond<strong>en</strong> <strong>en</strong> meer <strong>en</strong> int<strong>en</strong>sievere bestuursvergadering<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> negatieve kant<br />

misschi<strong>en</strong> voor die tijd was er ook. Naarmate het seizo<strong>en</strong> vorderde, was er tijd<strong>en</strong>s de wedstrijd<strong>en</strong><br />

steeds minder tijd voor sigarett<strong>en</strong> roll<strong>en</strong> <strong>en</strong> werd er dus meer overgeschakeld naar gemaakte.<br />

Hoevel<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> of herbegonn<strong>en</strong> to<strong>en</strong> niet met rok<strong>en</strong>! Hoe dichter naar het einde van die<br />

competitie, hoe meer immers de spanning steeg.<br />

Al langer was het aan te zi<strong>en</strong>: uiteindelijk zou het gaan tuss<strong>en</strong> S.K.<strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> S.K.Oosthov<strong>en</strong>. <strong>Weelde</strong><br />

had de leiding niet meer afgestaan, maar Oosthov<strong>en</strong> deed het ev<strong>en</strong> goed. Wonder bov<strong>en</strong> wonder: de<br />

laatste wedstrijd moest de grote beslissing br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarin kwam<strong>en</strong> -dat is nog sterker- de twee<br />

titelkandidat<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over elkaar op het terrein van <strong>Weelde</strong>! Zo was de situatie: <strong>Weelde</strong> had aan één


puntje (e<strong>en</strong> drawn) g<strong>en</strong>oeg, maar Oosthov<strong>en</strong> moest winn<strong>en</strong> om kampio<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Meer dan één<br />

bestuursvergadering ging aan die wedstrijd vooraf. Er werd overwog<strong>en</strong>, georganiseerd, ... We nam<strong>en</strong><br />

de ganse bladzijde 2 van het Bericht<strong>en</strong>blad nr.18 van 3 mei 1958 voor ons <strong>en</strong> hierna volgt de tekst:<br />

"S.K.<strong>Weelde</strong>. Zondag 4 mei 1958, te 3 uur op het terrein van S.K.-<strong>Weelde</strong> <strong>Weelde</strong> Oosthov<strong>en</strong>. De<br />

laatste match van deze kompetitie! De kampio<strong>en</strong><strong>en</strong>match! De match der Kampio<strong>en</strong><strong>en</strong>! Wie? De<br />

kans<strong>en</strong> van Sportkring-<strong>Weelde</strong> staan het hoogst!!! Zeldzaamheid: De titel is de inzet <strong>en</strong> de twee<br />

titelrival<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> zelf teg<strong>en</strong>over elkaar! Wij hop<strong>en</strong> vurig op e<strong>en</strong> sportief optred<strong>en</strong> van beide zijd<strong>en</strong>,<br />

zowel van de spelers als van de supporters! Alle mogelijke maatregel<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> ordelijk verloop zijn<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dat iedere<strong>en</strong> het zijne daartoe bijdrage. Iedere<strong>en</strong> blijve buit<strong>en</strong> de omheining, zelfs de<br />

kinder<strong>en</strong>! Pasgeld -10 frank- meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Houdt het toegangskaartje bij. <strong>Weelde</strong> davere van het<br />

supporter<strong>en</strong>, maar fatso<strong>en</strong>, sport <strong>en</strong> sportiviteit bov<strong>en</strong>al! <strong>Weelde</strong>, neem deze kans waar!!! Onze<br />

reserv<strong>en</strong>, scholier<strong>en</strong> <strong>en</strong> kadett<strong>en</strong> beëindigd<strong>en</strong> hun kompetitie. Het bestuur bedankt de spelers die in<br />

deze elftall<strong>en</strong> optrad<strong>en</strong> <strong>en</strong> w<strong>en</strong>st h<strong>en</strong> geluk voor hun sportief gedrag <strong>en</strong> hun mooie uitslag<strong>en</strong>!!!"<br />

Tijd<strong>en</strong>s de nacht van 3 op 4 mei 1958 zull<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>, -ook in Oosthov<strong>en</strong>, vel<strong>en</strong> slecht, misschi<strong>en</strong><br />

zelfs niet geslap<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>!!! 4 mei 1958. In de voormiddag hing over <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> ongewone, haast<br />

beklemm<strong>en</strong>de stilte. Na de middag begon ev<strong>en</strong>wel de drukte. Tevor<strong>en</strong> wellicht nooit gezi<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong>.<br />

Van alle kant<strong>en</strong> stroomd<strong>en</strong> de voetballiefhebbers <strong>en</strong> ook ander<strong>en</strong> toe. Onze aangesteld<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong><br />

hun opdracht naar best vermog<strong>en</strong>: <strong>en</strong>treekaartjes uitreik<strong>en</strong>, <strong>en</strong>treegeld ontvang<strong>en</strong>, aanwijzing<strong>en</strong><br />

gev<strong>en</strong>, de g<strong>en</strong>odigd<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, ze begeleid<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z, <strong>en</strong>z. De "Aftelling" liep naar ... het startschot.<br />

Langs de micro werd het volg<strong>en</strong>de omgeroep<strong>en</strong>: "Dames <strong>en</strong> Her<strong>en</strong>. Het Bestuur van Sportkring-<br />

<strong>Weelde</strong> richt tot U all<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer oprecht welkom. Het is voor ons e<strong>en</strong> eer <strong>en</strong> e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de<br />

personaliteit<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> vermeld<strong>en</strong>, die reeds aanwezig zijn of die ons tijd<strong>en</strong>s de wedstrijd zull<strong>en</strong><br />

vervoeg<strong>en</strong>:<br />

- Volksverteg<strong>en</strong>woordiger <strong>en</strong> Mw.Tanghe,<br />

- Burgemeester Segers (Karel) <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>teraad van <strong>Weelde</strong>,<br />

- de Z.E.Her<strong>en</strong> geestelijk<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>,<br />

- Adjudant Verreet, Kommandant van de Rijkswachtbrigade van Poppel, <strong>en</strong> de her<strong>en</strong> rijkswachters.<br />

Speciaal vermeld<strong>en</strong> we de afvaardiging van het Provinciaal Scheidsrechterskomitee van de<br />

Koninklijke Belgische Voetbalbond, de heer Motte, die ons tijd<strong>en</strong>s de wedstrijd zal vervoeg<strong>en</strong>. Wij<br />

dank<strong>en</strong> al deze person<strong>en</strong> voor hun verer<strong>en</strong>de aanwezigheid, die voor ons tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> waardevolle<br />

morele steun is! Hier volgt de sam<strong>en</strong>stelling van de elftall<strong>en</strong>:<br />

1. Oosthov<strong>en</strong> (zie verslag)<br />

2. Sportkring-<strong>Weelde</strong><br />

Scheidsrechter is de heer Cel<strong>en</strong>, bijgestaan door de Her<strong>en</strong> Hes <strong>en</strong> Meeus, gr<strong>en</strong>srechters".<br />

Alhoewel de wedstrijd te <strong>Weelde</strong> plaats had, <strong>en</strong> wij dus het terreinvoordeel hadd<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> we aan<br />

de Bond toch e<strong>en</strong> speciaal arbiter <strong>en</strong> twee linesm<strong>en</strong> van de Bond gevraagd. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was er de<br />

Rijkswacht. Alles was perfect georganiseerd <strong>en</strong> we wild<strong>en</strong> zoveel als in onze mogelijkhed<strong>en</strong> lag e<strong>en</strong><br />

gegarandeerd sportief verloop. Op het dak van de kleedkamers hadd<strong>en</strong> zich geïnstalleerd onze erevoorzitter,<br />

Dr.L.Van Bael<strong>en</strong>, <strong>en</strong> onze proost, Pastoor Bluek<strong>en</strong>s, om de match te film<strong>en</strong>. Langs de micro<br />

was de opstelling van de twee elftall<strong>en</strong> medegedeeld. Zie daarvan het verslag hieronder. Die<br />

afroeping was gedaan aan de hand van het officieel verslag van de wedstrijd, waarop de elftall<strong>en</strong> bij<br />

voorbaat moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vermeld. De plichtpleging<strong>en</strong> volgd<strong>en</strong>. Scheidsrechter Cel<strong>en</strong> floot de<br />

wedstrijd op gang. Onmogelijk weer te gev<strong>en</strong> wat to<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>ste van iedere<strong>en</strong> omging. Wat e<strong>en</strong><br />

spanning! Wat e<strong>en</strong> wedstrijd!... Uitslag: 2-1! Sportkring-<strong>Weelde</strong> Kampio<strong>en</strong>!!! Het terrein werd<br />

bestormd, de spelers gefeliciteerd <strong>en</strong> omhelsd. Kanonschot<strong>en</strong> klonk<strong>en</strong>, de fanfare speelde ... Het is<br />

niet te beschrijv<strong>en</strong>. Er rold<strong>en</strong> zelfs tran<strong>en</strong>...Er werd in stoet rondgetrokk<strong>en</strong>, m<strong>en</strong> riep <strong>en</strong> zong ... Zelfs<br />

de scheidsrechter <strong>en</strong> de twee gr<strong>en</strong>srechters war<strong>en</strong> erbij, want ze hadd<strong>en</strong> van de heer Motte,<br />

afgevaardigde van het Scheidsrechterscomitee, daarvoor toelating gekreg<strong>en</strong>. Vanaf kwart voor vijf zal


het die dag in de hemel niet beter zijn geweest! Het werd e<strong>en</strong> reuz<strong>en</strong>dag! Het werd e<strong>en</strong> onvergetelijke<br />

tijd! Voor de liefhebbers van de boekhouding volg<strong>en</strong> hier nog <strong>en</strong>kele bijzonderhed<strong>en</strong>: De volg<strong>en</strong>de<br />

toegangskaartjes werd<strong>en</strong> uitgereikt:<br />

nrs.15985 tot 16000 = 16<br />

16001 tot 16942 = 942<br />

17001 tot 17842 = 842. Totaal 1800 betal<strong>en</strong>de toeschouwers! Tel daarbij de uitg<strong>en</strong>odigde<br />

aanwezig<strong>en</strong>, deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die niet moest<strong>en</strong> betal<strong>en</strong>, bv. de kinder<strong>en</strong> tot veerti<strong>en</strong> jaar, dan mag m<strong>en</strong><br />

gewag<strong>en</strong> van 2500 tot 3000 toeschouwers! En heel graag gev<strong>en</strong> we hier de opstelling van dat<br />

kampio<strong>en</strong><strong>en</strong>elftal van Sportkring-<strong>Weelde</strong>: Jan Hofk<strong>en</strong>s, Louis Hofk<strong>en</strong>s, Karel Hofk<strong>en</strong>s, Frans Hofk<strong>en</strong>s,<br />

R<strong>en</strong>é Verhoev<strong>en</strong>, Alex Jans<strong>en</strong>s, Nand De Wit, Rik Jans<strong>en</strong>s, Arthur Verhoev<strong>en</strong>, Jos Van d<strong>en</strong> Borne,<br />

Alfons Mercelis.<br />

Bijzonderhed<strong>en</strong>: Alfons Mercelis, notaris te Merksplas, was de kapitein; verder war<strong>en</strong> er de twee<br />

gebroeders Verhoev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vier gebroeders Hofk<strong>en</strong>s! Nand De Wit <strong>en</strong> Jos Van d<strong>en</strong> Borne war<strong>en</strong><br />

van Poppel. Reekskampio<strong>en</strong>! Bravo! Maar, waaraan we niet hadd<strong>en</strong> gedacht: nu moest nog de<br />

eindronde van de ganse Provinciale Afdeling III word<strong>en</strong> gespeeld. De vier reekskampio<strong>en</strong><strong>en</strong> moest<strong>en</strong><br />

nu nog in de run voor de provinciale titel! Die war<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> Sportkring: Oevel, Pulle <strong>en</strong> Reisberg.<br />

Daaraan had m<strong>en</strong> niet gedacht <strong>en</strong> m<strong>en</strong> bracht er dus ook ge<strong>en</strong> ambitie voor op, maar het zat er nu<br />

e<strong>en</strong>maal in! Thuis werd Reisberg geklopt. We klopt<strong>en</strong> Oevel in eig<strong>en</strong> huis, slechts met 0-1, maar nu<br />

was 't zo ver. <strong>Nu</strong> moest<strong>en</strong> we op neutraal terrein de provinciale finale spel<strong>en</strong> te Oostmalle teg<strong>en</strong> Pulle.<br />

Het werd onder de leiding van scheidsrechter Van Brussel<strong>en</strong>, bijgestaan door dezelfde gr<strong>en</strong>srechters<br />

als die we teg<strong>en</strong> Oosthov<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gehad (we k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> deze drie her<strong>en</strong>). Het werd e<strong>en</strong> magistrale<br />

wedstrijd. Hij werd door Sportkring-<strong>Weelde</strong> gewonn<strong>en</strong> met 4-2 <strong>en</strong> zo war<strong>en</strong> we ook Provinciaal<br />

Kampio<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit op 18 mei 1958. Wat e<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> voor <strong>Weelde</strong> (met de hulp uit Poppel!) Te<br />

Oostmalle werd Alex Jans<strong>en</strong>s vervang<strong>en</strong> door Jefke Vermeul<strong>en</strong> (Poppel) die weg<strong>en</strong>s zijn militaire<br />

di<strong>en</strong>st in Duitsland teg<strong>en</strong> Oosthov<strong>en</strong>, niet had kunn<strong>en</strong> deelnem<strong>en</strong>. Wat het eerste elftal betreft, hier<br />

e<strong>en</strong> uittreksel uit het jaarverslag, voorgebracht op de jaarlijkse verplichte Algem<strong>en</strong>e Vergadering van<br />

27 augustus 1958: "Onze eerste. Kampio<strong>en</strong> in reeks G. Provinciaal Kampio<strong>en</strong> III Afdeling. De ploeg<br />

met het beste gemiddelde van de reeks <strong>en</strong> van heel derde afdeling over gans de provincie. 30<br />

wedstrijd<strong>en</strong>, 27 overwinning<strong>en</strong>, 2 nederlag<strong>en</strong>, 1 drawn. Het hadd<strong>en</strong> goed niets dan overwinning<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> zijn. Herinnert U de maand<strong>en</strong> april <strong>en</strong> mei <strong>en</strong> herproeft aan de wekpott<strong>en</strong> van Uw geheug<strong>en</strong><br />

uit Uw hoofd. Hersmaakt nog e<strong>en</strong>s de spanning <strong>en</strong> de vreugde, slapeloze nacht<strong>en</strong>, droomvolle<br />

nacht<strong>en</strong>, z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong> die U kilo's do<strong>en</strong> afvall<strong>en</strong>, pakk<strong>en</strong> sigarett<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er meer gerookt <strong>en</strong> dan<br />

eindelijk: 4/5: de ontknoping teg<strong>en</strong> Oosthov<strong>en</strong>: Kampio<strong>en</strong>. Vat<strong>en</strong> bier, tran<strong>en</strong> van geluk,<br />

kanonschot<strong>en</strong>, bloem<strong>en</strong>, huldiging, omhelzing<strong>en</strong>, optocht, muziek <strong>en</strong> dans <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> 18/5 ging<br />

opnieuw de spanning in top: ontknoping: Provinciaal Kampio<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Pulle <strong>en</strong> opnieuw begon het<br />

spel van vreugde <strong>en</strong> hulde. Zelfs de Arme Claark<strong>en</strong>s te Turnhout <strong>en</strong> O.LVrouwke war<strong>en</strong> erbij te pas<br />

gekom<strong>en</strong>. Die tijd verget<strong>en</strong> we nooit. Die titels staan in 't groot in de geschied<strong>en</strong>is van Sportkring<br />

geschrev<strong>en</strong>.<br />

De spelers van onze eerste hebb<strong>en</strong> vorig seizo<strong>en</strong> werkelijk buit<strong>en</strong>gewoon gepresteerd <strong>en</strong> ik zou<br />

m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat drie voorname faktor<strong>en</strong> de behaalde resultat<strong>en</strong> vooral voor gevolg hebb<strong>en</strong> gehad:<br />

onderlinge vri<strong>en</strong>dschap; uithoudingsvermog<strong>en</strong>; sportiviteit. In feite had de dubbele titel die we<br />

behaalde nog overkroond moet<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> zijn door de titel van Sportiviteit. Door het verwerv<strong>en</strong> van<br />

de beker van de Sportiviteit zou Sportkring in zijn geheel nog beter zijn beloond geword<strong>en</strong> want dat<br />

raakt niet alle<strong>en</strong> de spelers van de eerste, maar ook alle spelers, het bestuur, de toeschouwers, <strong>en</strong>z.<br />

Van e<strong>en</strong> niet hebb<strong>en</strong> wij de beker van de sportiviteit gemist <strong>en</strong> wel door e<strong>en</strong> kleinigheid die feitelijk<br />

met sportiviteit niets te mak<strong>en</strong> heeft, nl. 4 verget<strong>en</strong> paspoort<strong>en</strong>". Om te besluit<strong>en</strong>:<br />

1. Uit de "muzikale geschied<strong>en</strong>is": S.K.-<strong>Weelde</strong>-lied<br />

Blauw-Wit zijn onze kleur<strong>en</strong>,<br />

Blauw-Wit zijn wij gedoopt,


En zeld<strong>en</strong> zal 't gebeur<strong>en</strong>,<br />

Dat de zege ons ontloopt.<br />

Refrein:<br />

De supporters juich<strong>en</strong> langs de lijn.<br />

Als Blauw-Wit speelt, wil er ieder zijn,<br />

Want S.K.doet zijn beste best op e<strong>en</strong>der welk terrein (bis)<br />

Blauw-Wit k<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong> versag<strong>en</strong>,<br />

En snedig <strong>en</strong> gezwind,<br />

Zal moed de ploeggeest schrag<strong>en</strong>,<br />

Tot het beide puntjes wint.<br />

E<strong>en</strong> neerlaag kan ons plag<strong>en</strong>,<br />

Wij hebb<strong>en</strong> moed te koop,<br />

Wij kunn<strong>en</strong> dat verdrag<strong>en</strong>,<br />

Tev<strong>en</strong>s groeit de nieuwe hoop.<br />

Wij pakk<strong>en</strong> als 't gedaan is,<br />

E<strong>en</strong> borrel of e<strong>en</strong> pint,<br />

Want hoe het ook gegaan is,<br />

Immer zijn we goed gezind.<br />

Blauw-Wit zijn dus ook de kleur<strong>en</strong> van Sportkring. Al zeker van het refrein is er ook e<strong>en</strong> andere versie,<br />

nl.<br />

De supporters juich<strong>en</strong> rond het plein.<br />

Het wemelt er van groot <strong>en</strong> klein.<br />

De Blauw <strong>en</strong> Witt<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> tot z'aan d'overwinning zijn (bis)<br />

Is dat vandaag niet, dan is het morg<strong>en</strong>. Is het morg<strong>en</strong> niet, dan overmorg<strong>en</strong> <strong>en</strong> is het ...volhoud<strong>en</strong>!<br />

2. Opdracht.<br />

Steller draagt deze bijdrage op, niet alle<strong>en</strong> aan deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die erin g<strong>en</strong>oemd werd<strong>en</strong>, maar ook -<strong>en</strong> niet<br />

minder- aan all<strong>en</strong>, die zich, om het ev<strong>en</strong> hoe, voor Sportkring-<strong>Weelde</strong> verdi<strong>en</strong>stelijk maakt<strong>en</strong>. Dat zijn<br />

er vel<strong>en</strong>!<br />

3. En tot slot: Zo vaak staat het aan het einde van geschrev<strong>en</strong> stukk<strong>en</strong>, zo vaak weerklonk het bij het<br />

beëindig<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> toespraak: Leve Sportkring-<strong>Weelde</strong>!!!


Duiv<strong>en</strong>maatschappij De Overvliegers<br />

Sinds Noah de lucht afspeurde, vol verwachting over de terugkeer van zijn duiv<strong>en</strong>, zijn er vel<strong>en</strong><br />

geweest die, om uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong>, gebruik hebb<strong>en</strong> gemaakt van het merkwaardige<br />

oriëntatievermog<strong>en</strong> van deze dier<strong>en</strong>. Op het sportieve vlak hebb<strong>en</strong> duiv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> positieve bijdrage<br />

geleverd aan het g<strong>en</strong>ot van vele duiv<strong>en</strong>liefhebbers. Ook in <strong>Weelde</strong> zull<strong>en</strong> de duiv<strong>en</strong> al vele g<strong>en</strong>eraties<br />

invloed hebb<strong>en</strong> gehad op het sportieve <strong>en</strong> sociale lev<strong>en</strong>. Van de "prehistorie" van de duiv<strong>en</strong>sport<br />

wet<strong>en</strong> we weinig of niets, maar dank zij de oudere inwoners kunn<strong>en</strong> we u wel wat over haar historie<br />

meld<strong>en</strong>. Aan het einde van de vorige eeuw k<strong>en</strong>de <strong>Weelde</strong> al <strong>en</strong>kele ferv<strong>en</strong>te duiv<strong>en</strong>melkers. Ze<br />

ontmoett<strong>en</strong> elkaar in het café van Mieke De Kuiper (Mieke Van De Wouwer) om daar teg<strong>en</strong>over elkaar<br />

hun duiv<strong>en</strong> op te kunn<strong>en</strong> hemel<strong>en</strong>. En waarschijnlijk gold hier ook: hoe meer borrels, des te schoner<br />

<strong>en</strong> beter werd<strong>en</strong> de duiv<strong>en</strong>. Het organiser<strong>en</strong> van wedstrijdjes kon dan natuurlijk ook niet uitblijv<strong>en</strong>. Bij<br />

Mieke werd<strong>en</strong> de voorbereidsel<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong> de duiv<strong>en</strong> te voet naar e<strong>en</strong><br />

losplaats in de omgeving gebracht, bijvoorbeeld naar Turnhout. De teruggekeerde duiv<strong>en</strong> moest<strong>en</strong><br />

getoond word<strong>en</strong> op <strong>en</strong>kele c<strong>en</strong>trale post<strong>en</strong>. Om deze c<strong>en</strong>trale punt<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong> had de<br />

duiv<strong>en</strong>melker <strong>en</strong>kele lopers tot zijn beschikking die onder <strong>en</strong>thousiasme van nieuwsgierig<strong>en</strong> in<br />

recordtijd naar het vorsterhuisje of de hout<strong>en</strong> mol<strong>en</strong> liep<strong>en</strong> om de duif te ton<strong>en</strong>. Het ging er allemaal te<br />

goeder trouw aan toe. De duiv<strong>en</strong> war<strong>en</strong> slechts te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> aan hun kleur of ras <strong>en</strong> niet gemerkt als<br />

teg<strong>en</strong>woordig. Het kon dan ook gebeur<strong>en</strong> dat de duiv<strong>en</strong>melker die ongedurig naar de hemel tuurde,<br />

wel e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> duif ving die wel op de zijne leek, maar die toevallig was kom<strong>en</strong> aanwaai<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> nood,<br />

de duiv<strong>en</strong>melker r<strong>en</strong>de naar het vorsterhuisje om de wildvreemde duif te ton<strong>en</strong> <strong>en</strong> wie durfde hem<br />

teg<strong>en</strong> te sprek<strong>en</strong> als hij beweerde dat het de duif was die hij 's morg<strong>en</strong>s had weggebracht?<br />

We mog<strong>en</strong> wel stell<strong>en</strong>, dat door e<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tal duiv<strong>en</strong>liefhebbers bij Mieke De Kuiper in de Straat de kiem<br />

gelegd werd voor de latere duiv<strong>en</strong>bond. Omstreeks 1900 kwam<strong>en</strong> de duiv<strong>en</strong>liefhebbers terecht in café<br />

De Heyboer in de Singel. Vanaf dan kunn<strong>en</strong> we gaan sprek<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>iging. De duiv<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

voortaan ingekorfd <strong>en</strong> vanuit De Heyboer naar <strong>Weelde</strong>-Statie gebracht waar ze per spoor vervoerd<br />

werd<strong>en</strong> naar hun losplaats<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> gebeurde het e<strong>en</strong>s dat deg<strong>en</strong>e die de duiv<strong>en</strong> naar <strong>Weelde</strong>-Statie<br />

moest br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, daar aangekom<strong>en</strong> de duiv<strong>en</strong> niet op de trein zette richting Aarschot, maar ze losliet<br />

<strong>en</strong> de verz<strong>en</strong>dingskost<strong>en</strong> in zijn zak stak. De Weeldse duiv<strong>en</strong>melkers zull<strong>en</strong> die dag hun duiv<strong>en</strong> dus<br />

wel vlug hebb<strong>en</strong> teruggezi<strong>en</strong>. In ieder geval kwam<strong>en</strong> ze van het bedrog op de hoogte <strong>en</strong> dat was<br />

red<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oeg om De Heyboer vaarwel te zegg<strong>en</strong>. Alex Van Hees <strong>en</strong> Charel Van Riel, twee<br />

duiv<strong>en</strong>liefhebbers uit die beginjar<strong>en</strong>, wild<strong>en</strong> de zak<strong>en</strong> anders gaan aanpakk<strong>en</strong>. De vader van Alex, Jef<br />

Van Hees, had e<strong>en</strong> café <strong>en</strong> daar trok de duiv<strong>en</strong>bond he<strong>en</strong>. Ze mocht<strong>en</strong> van Jef Van Hees echter niet<br />

met hun duiv<strong>en</strong> in het café kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> het inkorv<strong>en</strong> moest dan ook buit<strong>en</strong> onder e<strong>en</strong> afdak gebeur<strong>en</strong>.<br />

Voortaan werd de tijd nauwkeurig g<strong>en</strong>oteerd met behulp van horloges. Om geknoei bij de<br />

tijdwaarneming te voorkom<strong>en</strong> werd de duiv<strong>en</strong>melker gecontroleerd door e<strong>en</strong> broer of k<strong>en</strong>nis van e<strong>en</strong><br />

andere duiv<strong>en</strong>melker. Vooraf werd<strong>en</strong> er afsprak<strong>en</strong> over de tijd gemaakt. De <strong>en</strong>e duif immers moest<br />

e<strong>en</strong> stuk verder vlieg<strong>en</strong> dan de andere, naargelang zijn baas in de Meir of op het Ge<strong>en</strong>einde woonde.<br />

Er werd dan ook door de baz<strong>en</strong> druk onderhandeld over de tijd die e<strong>en</strong> duif nodig zou hebb<strong>en</strong> om de<br />

extra afstand te overbrugg<strong>en</strong>. Bij mooi weer zou dat bijvoorbeeld in e<strong>en</strong> halve minuut kunn<strong>en</strong>, maar bij<br />

teg<strong>en</strong>wind zou misschi<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong> minuut of meer nodig zijn. Jef Van Hees moest dan voortdur<strong>en</strong>d<br />

spraakwater bijsch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> totdat e<strong>en</strong> goede tijdsafspraak was gemaakt. In 1901 trouwde de dochter<br />

van Jef Van Hees met Jef Dick<strong>en</strong>s of liever, Jef van 't Hoogeind (later gewoon Hoogeind g<strong>en</strong>oemd).<br />

Ze bouwd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> huis aan de Dreef <strong>en</strong> op<strong>en</strong>d<strong>en</strong> daar in 1903 e<strong>en</strong> café <strong>en</strong> e<strong>en</strong> winkel. Jef ging met<br />

paard <strong>en</strong> span de baan op om zijn waar aan de man te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De duiv<strong>en</strong>melkers zag<strong>en</strong> wel wat in<br />

het nieuwe café.Immers, de eig<strong>en</strong>aar had e<strong>en</strong> paard <strong>en</strong> span waarmee de duiv<strong>en</strong> prachtig vervoerd<br />

zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> in plaats van te moet<strong>en</strong> inkorv<strong>en</strong> onder het afdak van Jef Van Hees,<br />

zoud<strong>en</strong> ze nu misschi<strong>en</strong> wel kunn<strong>en</strong> inkorv<strong>en</strong> in het café van zijn dochter. Onder gangmaking van<br />

Alex Van Hees, Charel Van Riel, Charel Segers, Toon van d<strong>en</strong> Dekker, Charel Vloemans, Adriaan<br />

Hermans <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> vond m<strong>en</strong> zijn intrek bij Hoogeind.<br />

M<strong>en</strong> wilde er nu e<strong>en</strong> serieuze zaak van mak<strong>en</strong>. In G<strong>en</strong>t werd<strong>en</strong> door Jef Van 't Hoogeind oude<br />

constateurs aangeschaft, zodat de moderne tijdswaarneming haar intrede deed. E<strong>en</strong> van die oude<br />

constateurs die in 1903 werd<strong>en</strong> aangeschaft is nog in het bezit van Jos Dick<strong>en</strong>s. Er staat op vermeld<br />

dat de constateurs "dynsdags" naar het lokaal moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebracht bij ev<strong>en</strong>tuele niet-lossing. De<br />

Weeldse duiv<strong>en</strong>liefhebbers war<strong>en</strong> nu de kinderscho<strong>en</strong><strong>en</strong> ontgroeid <strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> voortaan als volwass<strong>en</strong><br />

duiv<strong>en</strong>maatschappij "De Overvliegers" door het lev<strong>en</strong> gaan. In de volg<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> werd aansluiting<br />

gezocht bij de Belgische Duiv<strong>en</strong>bond. In de jar<strong>en</strong> 20 werd deze verlat<strong>en</strong> <strong>en</strong> zocht m<strong>en</strong> zijn heil bij de


Kempische Duiv<strong>en</strong>bond. Nog <strong>en</strong>kele mal<strong>en</strong> werd van Bond verwisseld om dan t<strong>en</strong>slotte toch opnieuw<br />

bij de Belgische Bond terecht te kom<strong>en</strong>. De led<strong>en</strong> van "De Overvliegers" hadd<strong>en</strong> bij Hoogeind <strong>en</strong> later<br />

bij di<strong>en</strong>s zoon Jos Dick<strong>en</strong>s, e<strong>en</strong> goed onderkom<strong>en</strong>. Gedur<strong>en</strong>de 68 jaar, van 1903 tot 1971, blev<strong>en</strong> zij<br />

trouw op het hok terugker<strong>en</strong>. Pas to<strong>en</strong> Jos Dick<strong>en</strong>s in 1971 zijn p<strong>en</strong>sio<strong>en</strong> kon gaan g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn<br />

café sloot, vlog<strong>en</strong> "De Overvliegers" de straat over <strong>en</strong> nesteld<strong>en</strong> zich in het huidige café "De<br />

Overvliegers" in de Koning Albertstraat. Over belangstelling van led<strong>en</strong> heeft de duiv<strong>en</strong>maatschappij<br />

"De Overvliegers" nooit echt te klag<strong>en</strong> gehad. Na de officiële oprichting in 1903 steeg het led<strong>en</strong>aantal<br />

gestaag. Het hoogtepunt werd bereikt in 1928 to<strong>en</strong> half <strong>Weelde</strong> in het bezit was van duiv<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

echte duiv<strong>en</strong>melker zo'n 25 duiv<strong>en</strong> hield. In al die jar<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> mooie prijz<strong>en</strong> behaald, ofschoon dat<br />

voor de echte duiv<strong>en</strong>liefhebber niet het allerbelangrijkste is.<br />

Nimmer aflat<strong>en</strong>d <strong>en</strong>thousiasme is misschi<strong>en</strong> wel het k<strong>en</strong>merk van de duiv<strong>en</strong>melker. Vel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> al<br />

in hun jong<strong>en</strong>sjar<strong>en</strong> door het duiv<strong>en</strong>bacil besmet <strong>en</strong> tot op hun oude dag rak<strong>en</strong> ze die niet meer kwijt.<br />

Jef De Rijk bijvoorbeeld had voor de Eerste Wereldoorlog al duiv<strong>en</strong> <strong>en</strong> nu nog speelt hij mee bij "De<br />

Overvliegers". We mog<strong>en</strong> dus veronderstell<strong>en</strong> dat hij vele kostgangers zal hebb<strong>en</strong> gehad. Ook<br />

vreemde kostgangers, want wat d<strong>en</strong>kt u van e<strong>en</strong> duif die los op het fietsstuur van zijn baas gaat zitt<strong>en</strong>,<br />

zich vervolg<strong>en</strong>s naar zijn stamlokaal laat rijd<strong>en</strong> dat 1 kilometer verder ligt, zich daar dan los op tafel<br />

laat zett<strong>en</strong> om zich rustig te lat<strong>en</strong> ring<strong>en</strong> <strong>en</strong> inkorv<strong>en</strong> om dan vervolg<strong>en</strong>s nog aardige prijz<strong>en</strong> mee naar<br />

huis te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>? Jef was zo'n duif rijk. Deze grijze duif heeft zich ook wel e<strong>en</strong>s vergist, want vergiss<strong>en</strong><br />

is niet alle<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selijk. De grijze duif vloog e<strong>en</strong>s, nadat zij in Bordeaux was gelost, naar Engeland.<br />

Eén zee te ver dus. Op verzoek werd zij daar gelost <strong>en</strong> kwam zo weer terug bij zijn Jef. Ev<strong>en</strong>als<br />

andere duiv<strong>en</strong>ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> had ook duiv<strong>en</strong>maatschappij "De Overvliegers" eind jar<strong>en</strong> 60, begin jar<strong>en</strong><br />

70 te kamp<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> daling van het led<strong>en</strong>aantal <strong>en</strong> e<strong>en</strong> veroudering van het led<strong>en</strong>bestand, omdat<br />

zich ge<strong>en</strong> jonge led<strong>en</strong> meer aanmeldd<strong>en</strong>. De laatste jar<strong>en</strong> is daar gelukkig e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>tering in gekom<strong>en</strong>.<br />

Meer jonge duiv<strong>en</strong>liefhebbers sluit<strong>en</strong> zich weer aan <strong>en</strong> onder voorzitterschap van Karel Broos ziet de<br />

toekomst er voor "De Overvliegers" tamelijk onbewolkt uit.<br />

De oude schuttersgild<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong><br />

Over de geschied<strong>en</strong>is van de Weeldse schuttersgild<strong>en</strong> werd reeds heel wat gepubliceerd. Meestal<br />

bleef het echter bij het herhal<strong>en</strong> van reeds bek<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> e<strong>en</strong> volledig overzicht werd nooit<br />

gegev<strong>en</strong>. Deze synthese heeft helemaal niet de pret<strong>en</strong>tie volledig te zijn. Nochtans kan ze wel<br />

bijdrag<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> betere k<strong>en</strong>nis van de gild<strong>en</strong><br />

Algem<strong>en</strong>e geschied<strong>en</strong>is van de gild<strong>en</strong><br />

In ons land kwam m<strong>en</strong> vooral onder Frankische invloed tot het sticht<strong>en</strong> van nederzetting<strong>en</strong>. Deze<br />

nederzetting<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> weerkorps, bestaande uit vrije mann<strong>en</strong>, dat in geval van nood <strong>en</strong><br />

om de eig<strong>en</strong> nederzetting te bescherm<strong>en</strong> werd ingezet. Uit deze burgerwacht groeide de gilde der<br />

schutters. Hun naam klinkt nu wel misleid<strong>en</strong>d, want hun rol was niet in de eerste plaats schiet<strong>en</strong>, maar<br />

wel bescherm<strong>en</strong> of beschutt<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> iets. Dit iets kon noodweer, brand, ziekte of om het ev<strong>en</strong> wat<br />

zijn. De schutters war<strong>en</strong> vanaf de XIIIe eeuw ingedeeld per wap<strong>en</strong>: handboog, St.Jansboog, kleine<br />

kruisboog <strong>en</strong> voetboog. Elke gilde koos e<strong>en</strong> patroonheilige, meestal St.Sebastiaan, St.Joris of<br />

St.Antonius. De eerste wordt meestal afgebeeld gebond<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> boomstam <strong>en</strong> met pijl<strong>en</strong><br />

doorboord. Hij werd de patroon der handboogschutters. St.Antonius kreeg de buksgild<strong>en</strong> te<br />

bescherm<strong>en</strong>. St.Joris redde, volg<strong>en</strong>s de leg<strong>en</strong>de, e<strong>en</strong> maagd uit de klauw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> draak. Hij werd<br />

de patroon der kruisboogschutters. Bij de verslapping <strong>en</strong> teloorgang van hun militaire betek<strong>en</strong>is,<br />

nam<strong>en</strong> de gild<strong>en</strong> meer <strong>en</strong> meer deel aan het culturele lev<strong>en</strong> in het dorp.<br />

In die culturele activiteit<strong>en</strong> was de bevordering van het godsdi<strong>en</strong>stig lev<strong>en</strong>, natuurlijk in hoofdzaak<br />

gew<strong>en</strong>st <strong>en</strong> geleid door de kerkelijke instanties, e<strong>en</strong> zeer belangrijk onderdeel. De gild<strong>en</strong> trad<strong>en</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong> op in de processies, koz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> patroonheilige, <strong>en</strong> de voorschrift<strong>en</strong>, die hun do<strong>en</strong> <strong>en</strong> lat<strong>en</strong><br />

bepaald<strong>en</strong>, leidd<strong>en</strong> h<strong>en</strong> naar de gildemis, gecelebreerd aan e<strong>en</strong> gilde-altaar of naar de dod<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<br />

voor hun afgestorv<strong>en</strong> led<strong>en</strong>. In de 15e <strong>en</strong> 16e eeuw kreg<strong>en</strong> de gild<strong>en</strong> hun "Caerte" of e<strong>en</strong> dokum<strong>en</strong>t<br />

dat de werking <strong>en</strong> de organisatie van de gilde, de recht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de plicht<strong>en</strong> van de led<strong>en</strong>, de financiële<br />

aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> bepaalde. E<strong>en</strong> inzinking met verlies van hun bezitting<strong>en</strong> kwam tijd<strong>en</strong>s de Franse<br />

Revolutie. De kempische gild<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gegroepeerd in de Hoge Gild<strong>en</strong>raad der Kemp<strong>en</strong>, gesticht op<br />

9 maart 1952 gezi<strong>en</strong> de noodzakelijkheid van e<strong>en</strong> goede sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> de kempische gild<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

het voortbestaan naar aloude traditie te verzeker<strong>en</strong>.


De Sint-Antoniusgilde<br />

Keizer Maximiliaan (1482-1494) gaf zijn goedkeuring tot het opricht<strong>en</strong> van twee schuttersgild<strong>en</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong>, waaronder de St.Antoniusgilde. Deze gild<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> op het einde van de 15e eeuw gesticht<br />

door de to<strong>en</strong>malige b<strong>en</strong>eficiant van <strong>Weelde</strong>, Eerwaarde Heer Walter Stouts. Vermits op 21 maart<br />

1453 het altaar <strong>en</strong> het b<strong>en</strong>eficie van de H.Antonius werd<strong>en</strong> opgericht in de Sint-Michielskerk, kunn<strong>en</strong><br />

we vermoed<strong>en</strong> dat de St.Antoniusgilde hieruit is ontstaan. J.B.Grammaye schreef in 1610 dat de<br />

gild<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> steeds deelnam<strong>en</strong> aan de processie, ook in de woeligste tijd<strong>en</strong>. Als sieraad, zo<br />

gaat hij verder, droeg<strong>en</strong> ze witte roed<strong>en</strong> in hun rechterhand. In de St.Antoniusgilde droeg<strong>en</strong> de<br />

mann<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoge zijd<strong>en</strong> pet <strong>en</strong> e<strong>en</strong> rode halsdoek <strong>en</strong> de vrouw<strong>en</strong> e<strong>en</strong> strikmuts <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gele<br />

halsdoek. Enkele gek<strong>en</strong>de hoofdmann<strong>en</strong> war<strong>en</strong>:<br />

1668: Pastoor Gerard De<strong>en</strong>s<br />

1679: Pastoor Severinus Otgeri<br />

1709: Pastoor Gregorius Van d<strong>en</strong> Idzerd<br />

1727: Pastoor Gabriël Vaes<br />

1810: Wouter Van der Ste<strong>en</strong><br />

1818: Laur<strong>en</strong>tius Vinckx<br />

18..: P.Van Gastel<br />

1844: P.Timmermans<br />

1852: Adriaan Van Loon<br />

1884: Jozef Van Loon<br />

1892: Modest Van der Voort<br />

1928: Karel Van Loon<br />

1949: Adriaan Van Gils<br />

19..: Modest Van der Voort<br />

1958: Felix Van Dun<br />

19..: Constant Diels<br />

De gildebroeders moest<strong>en</strong> op straf van boete aanwezig zijn op de jaarvergadering<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong> was<br />

verplicht de begraf<strong>en</strong>is van e<strong>en</strong> overled<strong>en</strong> gildebroeder bij te won<strong>en</strong>. De led<strong>en</strong> droeg<strong>en</strong> het<br />

afgestorv<strong>en</strong> lid naar zijn laatste rustplaats. De verplichting<strong>en</strong> voor de gildebroeders <strong>en</strong> -zusters in de<br />

gildekamer, in de processie, in de lijkdi<strong>en</strong>st <strong>en</strong> op de teerdag<strong>en</strong> aanwezig te zijn, word<strong>en</strong> in het<br />

reglem<strong>en</strong>t aangehaald <strong>en</strong> de boet<strong>en</strong> (in geld, in gebed<strong>en</strong> of in natura) werd<strong>en</strong> zeer nauwkeurig door<br />

het bestuur van de gilde bepaald. Vroeger had de St.Antoniusgilde twee teerdag<strong>en</strong> (nu slechts nog<br />

e<strong>en</strong>), rond de feestdag van St.Antonius. De eerste teerdag werd er e<strong>en</strong> mis gecelebreerd voor het<br />

tijdelijk <strong>en</strong> geestelijk welzijn van de led<strong>en</strong>, de tweede teerdag voor de overled<strong>en</strong> gildebroeders.<br />

Tijd<strong>en</strong>s de teerdag<strong>en</strong> was er 's avonds feest in de gildekamer <strong>en</strong> pastoor Sylvain Jacobs schreef<br />

hierover in 1901: " T'is de gewoonte op deze teerdag<strong>en</strong> te dans<strong>en</strong>, maar dat gebeurt altijd teg<strong>en</strong> d<strong>en</strong><br />

zin van d<strong>en</strong> heer pastoor die alle poging<strong>en</strong> aanw<strong>en</strong>dt om dat misbruik te bekamp<strong>en</strong>". Vroeger werd op<br />

de vooravond van de feestdag de grote klok geluid <strong>en</strong> dronk m<strong>en</strong> het luibier.


Teg<strong>en</strong>woordig gaat m<strong>en</strong> op de teerdag eerst naar de kerk <strong>en</strong> daarna is er e<strong>en</strong> koffietafel, waarna m<strong>en</strong><br />

gaat schiet<strong>en</strong>. Verder gaat het naar het gildelokaal voor het diner, wat dan wordt beslot<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

gezam<strong>en</strong>lijk bezoek aan de herberg<strong>en</strong>, avondmaal <strong>en</strong> verder cafélop<strong>en</strong>. Om de kas wat te spijz<strong>en</strong><br />

houdt m<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig tijd<strong>en</strong>s de teerdag<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kleischieting, zodat het verteer tijd<strong>en</strong>s de<br />

teerdag<strong>en</strong> uit de kas kan kom<strong>en</strong>. Mom<strong>en</strong>teel krijgt de gilde ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> kleine subsidie van de<br />

geme<strong>en</strong>te, het is echter te weinig om de vele onkost<strong>en</strong> te dekk<strong>en</strong>. Hoofdman, dek<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderdek<strong>en</strong><br />

vorm<strong>en</strong> het bestuur van de St.Antoniusgilde. Het gildelev<strong>en</strong> beperkte zich allang tot feest<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

plaatselijk oef<strong>en</strong><strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> oef<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> zelfs niet meer omdat de verzekering voor de schietstand veel te<br />

hoog oploopt. Enkele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> echter was de gilde nog zeer actief. Zo werd in 1956 de stemmige<br />

kledij voor de vrouw<strong>en</strong> aangeschaft. Dit bestond uit e<strong>en</strong> rok in de oude dracht met e<strong>en</strong> trekmuts.<br />

Datzelfde jaar werd ook deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan de gildefeest<strong>en</strong> te Zandhov<strong>en</strong> <strong>en</strong> te Schelle. In 1957 werd<br />

deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan de Kempische gildefeest<strong>en</strong> te Wildert <strong>en</strong> Meerle, in 1958 werd deelg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan<br />

de Kempische gildefeest<strong>en</strong> te Rijkevorsel <strong>en</strong> aan de internationale gildefeest<strong>en</strong> te Her<strong>en</strong>tals. Ook het<br />

v<strong>en</strong>delzwaai<strong>en</strong>, het papegaaischiet<strong>en</strong> <strong>en</strong> het koningschiet<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> hier vroeger voor. Niet iedere<strong>en</strong><br />

werd zomaar toegelat<strong>en</strong> tot de St.Antoniusgilde. E<strong>en</strong> onbesprok<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>swandel was e<strong>en</strong> vereiste om<br />

toegelat<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> minvermog<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> niet in aanmerking om als lid aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te<br />

word<strong>en</strong>. Bij de intrede in de St.Antoniusgilde moest m<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>woordigheid van pastoor <strong>en</strong> dek<strong>en</strong><br />

het volg<strong>en</strong>de verklar<strong>en</strong>: "Ick geloeve gode van hemelrijcke, Maria sijnder liever moeder, d<strong>en</strong> heyligh<strong>en</strong><br />

vader Sinte Anthonis, des heyligh<strong>en</strong> maeghd<strong>en</strong> <strong>en</strong>de martellers<strong>en</strong> Sinte Catharine <strong>en</strong>de Sinte<br />

Barbare, <strong>en</strong>de ind<strong>en</strong> naem van d<strong>en</strong> broederschap, dat ick die broederschap houd<strong>en</strong> sal nae mijn<br />

vermoegh<strong>en</strong>. In d<strong>en</strong> naem des Vaders, des so<strong>en</strong>s <strong>en</strong>de des heyligh<strong>en</strong> Gheest. Am<strong>en</strong>"<br />

Wie uit de gilde wilde gaan moest e<strong>en</strong> ton bier gev<strong>en</strong> of zev<strong>en</strong> guld<strong>en</strong> betal<strong>en</strong> aan de Heilige<br />

Geesttafel van <strong>Weelde</strong> (= huidige O.C.M.W.) We bezitt<strong>en</strong> nog de statut<strong>en</strong> van de St.Antoniusgilde die<br />

werd<strong>en</strong> vernieuwd in 1642 met daarbij de standregel<strong>en</strong> uit 1911, waaruit we echter niet veel kunn<strong>en</strong><br />

afleid<strong>en</strong>. Het gildeboek van 1643 is bewaard geblev<strong>en</strong>. Jacobs schreef in 1901 dat de statut<strong>en</strong> van de<br />

St.Antoniusgilde in de kerk werd<strong>en</strong> bewaard. De gilde had vroeger ook e<strong>en</strong> akker waarvan ze<br />

inkomst<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oot. Deze akker was geschonk<strong>en</strong> aan de gilde door Antoon De Swert <strong>en</strong> zijn huisvrouw<br />

Catharina Van Hees. De gilde was verplicht om jaarlijks e<strong>en</strong> mis voor elk te lat<strong>en</strong> celebrer<strong>en</strong>. Op 1<br />

januari 1871 werd de akker voor zes jaar verhuurd aan: "Adrianus De Bont, landbouwer <strong>en</strong> herbergier<br />

in de Zev<strong>en</strong>ster te <strong>Weelde</strong>, e<strong>en</strong> akker met het hout <strong>en</strong> het strooisel daera<strong>en</strong> wass<strong>en</strong>de, g<strong>en</strong>oemd d<strong>en</strong><br />

Nauwelant (Kadaster Sectie D Nr.707). Groot 18 ar<strong>en</strong>, 90 ca". In 1905 was Jan De Bont huurder <strong>en</strong> in<br />

1911 Corneel Van Beeck. Tijd<strong>en</strong>s het pastoraat van pastoor Jacobs (1896-1926) bewaarde de gilde<br />

nog e<strong>en</strong> oud processievaandel met rode gebloemde zijde "drag<strong>en</strong>de op de kartel e<strong>en</strong>e geschilderde<br />

print van d<strong>en</strong> H.Antonius met het verk<strong>en</strong>". Gildebroeder Edouard Van der Voort noteerde in 1912: "De<br />

jaarlijksch<strong>en</strong> teerdag heeft plaats gehad op 23 <strong>en</strong> 24 februari. E<strong>en</strong>e algem<strong>en</strong>e tevred<strong>en</strong>heid heerschte<br />

onder al de led<strong>en</strong> der gilde. 't Is dit jaar 25 jaar geled<strong>en</strong> dat de hoofdman der gilde, Modest Van der<br />

Voort deel maakt van de sociëteit. De led<strong>en</strong> der gilde hadd<strong>en</strong> eraan gehoud<strong>en</strong> onz<strong>en</strong> hoofdman met<br />

e<strong>en</strong> schoon gesch<strong>en</strong>k te verrass<strong>en</strong>. Treff<strong>en</strong>de aanspraak <strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heidsliedje werd<strong>en</strong> opgevoerd,<br />

alles liep in de grootste vreugde van stapel. Des ander<strong>en</strong>daags 's avonds werd aan de gildebroeders<br />

<strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> e<strong>en</strong> avondfeestje aangebod<strong>en</strong> door onz<strong>en</strong> hoofdman <strong>en</strong> zoo sluit het jaar 1911, de led<strong>en</strong><br />

trekk<strong>en</strong> naar huis, vast beslot<strong>en</strong> ieder zooveel het in zijne macht is bij te drag<strong>en</strong> om e<strong>en</strong>e<br />

maatschappij waarin onze voorouders al van eeuw<strong>en</strong> lang hunne vreugde met elkander deeld<strong>en</strong>, weer<br />

terug in voll<strong>en</strong> bloei te do<strong>en</strong> herlev<strong>en</strong>".<br />

De St.-Jorisgilde<br />

De St.-Jorisgilde is ongeveer zo oud als de St.-Antoniusgilde, want ze werd ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s door Keizer<br />

Maximiliaan (1482-1494) goedgekeurd. De Sint-Jorisgilde had twee teerdag<strong>en</strong> per jaar rond de<br />

feestdag van Sint Joris. De eerste dag werd er e<strong>en</strong> mis opgedrag<strong>en</strong> voor het welzijn van de<br />

gildebroeders, de tweede dag tot nagedacht<strong>en</strong>is van de overled<strong>en</strong><strong>en</strong>. 's Avonds was er volop feest in<br />

de gildekamer. Op de vooravond van de teerdag werd de grote klok geluid <strong>en</strong> werd het luibier<br />

gedronk<strong>en</strong>. Net als de St.Antoniusgilde had de St.Jorisgilde de taak om de processies in het dorp op<br />

te luister<strong>en</strong>. Vroeger werd er blijkbaar veel met de kruisboog geschot<strong>en</strong>, de Sint Jorisgilde heeft in<br />

<strong>Weelde</strong>-Straat immers e<strong>en</strong> schutsboom gehad met e<strong>en</strong> papegaaiboom <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over de doelshoev<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de doelakker ligt nu nog de straat die m<strong>en</strong> doelstraat noemt. Jacobs schreef in 1901: "Van ouds af<br />

was St.Jorisgilde e<strong>en</strong>e schuttersgilde die op doel<strong>en</strong> af naar de wip schot<strong>en</strong>, doch sedert jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

zij pijl <strong>en</strong> boog lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong> <strong>en</strong> nem<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> deel meer aan prijskamp<strong>en</strong>".


We bezitt<strong>en</strong> nog de statut<strong>en</strong> van de Sint Jorisgilde zoals deze in originele tekst in het gild<strong>en</strong>boek van<br />

1717 voorkwam<strong>en</strong>. Hierbij bestaat nog de "Condisie van de gulde van St.Joris" uit het jaar 1825 met<br />

de verdere voorschrift<strong>en</strong> die ter plaatse zijn toegevoegd aan de algem<strong>en</strong>e. De "Kaerte" die de<br />

St.Jorisgilde bezat dateerde van 1728 <strong>en</strong> was geschonk<strong>en</strong> door de hoofdgilde van Leuv<strong>en</strong>. In 1901<br />

bewaarde pastoor Sylvain Jacobs deze perkam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> "Kaerte" met zegel nog in de kerk. Het opschrift<br />

luidde: "Kaerte ofte ordonnantie toegesond<strong>en</strong> a<strong>en</strong> die gulde van d<strong>en</strong> Edel<strong>en</strong> Ridder <strong>en</strong>de Martelaer<br />

St.-Joris, binn<strong>en</strong> Welde, door die Coninck, Coninckstabels, Deeck<strong>en</strong>s <strong>en</strong>de andere van d<strong>en</strong><br />

Regim<strong>en</strong>te van de hooftgulde van St.-Joris binn<strong>en</strong> die hooftstadt van Lov<strong>en</strong>, 33 artikels, Aldus<br />

geda<strong>en</strong>, geordonneert <strong>en</strong>de geoctroyeert des<strong>en</strong> 19/10/1728. Quod attestor, Everaerts, secretaris,<br />

1728. Perkam<strong>en</strong>t: 0,61 x 0,61 cm."<br />

Vroeger bezat de St.-Jorisgilde e<strong>en</strong> oud register uit de 18e eeuw (1717) dat mom<strong>en</strong>teel verdw<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

schijnt te zijn. Dit register had de volg<strong>en</strong>de afmeting<strong>en</strong>: 0,32 x 0,10 cm met guld<strong>en</strong> versiersels op de<br />

rug. Het opschrift luidde: "Wouter Wilboorts dedit. Achterzijde Anno 1717". Enkele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong><br />

bewaarde de gilde ook nog de kas, het vaandel <strong>en</strong> het beeldje van de processie, maar nu is van dit<br />

alles niets meer terug te vind<strong>en</strong>. Jacobs noteerde nog in 1901: "In de gildekamer bewaart m<strong>en</strong> het<br />

oude vlag van St.Joris. T'is e<strong>en</strong> rood<strong>en</strong> zijd<strong>en</strong> stuk van 1,5 meter lang <strong>en</strong> 1 meter breed <strong>en</strong> op de<br />

kartel staat Sint Joris te peerd afgeschilderd. Ev<strong>en</strong> als voor het vaandel van Sint Antonius is het jaartal<br />

onbek<strong>en</strong>d." In het jaar 1717 telde de gilde 43 led<strong>en</strong>, Nicolaas de Bont was to<strong>en</strong> Hoofdman, terwijl<br />

Wouter Wilborts koning was <strong>en</strong> Adriaan Serfaass<strong>en</strong> dek<strong>en</strong> met Joannes Koymans als onderdek<strong>en</strong>.<br />

Het bestuur bestond dus uit e<strong>en</strong> koning, e<strong>en</strong> dek<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> onderdek<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoofdman <strong>en</strong> cornet. In<br />

deze gilde vind<strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> van vrouw<strong>en</strong> zoals in de St.-Antoniusgilde. In het gildeboek uit<br />

1717 stond<strong>en</strong> de koning<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oteerd van 1606 tot 1687. "Dese naervolg<strong>en</strong>de schild<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

bevond<strong>en</strong> die van oude theyd<strong>en</strong> Coninck hebb<strong>en</strong> geschot<strong>en</strong> tot des<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordigh<strong>en</strong> toe met<br />

haere naem<strong>en</strong> <strong>en</strong>de datum opgeteeck<strong>en</strong>t."<br />

- D<strong>en</strong> silver<strong>en</strong> voghel Koninck geschot<strong>en</strong> Symon Havermans Anno 1606<br />

- Jan Bartholomeus Gooss<strong>en</strong>s, Coninck van d<strong>en</strong> voetboch in de Vrijheyt van Welde A° 1608<br />

- Mijnheer H<strong>en</strong>drick Lemm<strong>en</strong>s, secretaris der Vrijheyt Welde, hopman van St.Jorisgulde A°1610<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Goris De<strong>en</strong>s Anno 1612<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Hans Verheyd<strong>en</strong> d<strong>en</strong> Jongh<strong>en</strong> Anno 1615<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Nicolaes Tieleman Swolfs Anno 1624<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Cornelis Bols Anno 1632<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Adria<strong>en</strong> Jan Scheerders Anno 1641<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Laureys Michiels<strong>en</strong> lak<strong>en</strong>koopman A°1635<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Matys Eel<strong>en</strong>s, molder tot Welde A°1649<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> M.D.A.S.O.L.Jesus, Maria laet de clock<strong>en</strong> luy<strong>en</strong>, Coninck van d<strong>en</strong> ridder St.-Joris<br />

1643<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> H<strong>en</strong>drick Lemm<strong>en</strong>s, stadthouder van Welde <strong>en</strong> Poppel, 1660<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Michiel Bols, verkoper tot Welde A° 1653 <strong>en</strong>de 1663<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Antoni Keetelers Anno 1680<br />

- Coninck geschot<strong>en</strong> Jan Gooss<strong>en</strong>s A°1687. Op 5 mei 1695 overleed te <strong>Weelde</strong> Jan Gooss<strong>en</strong>s "Rex<br />

guldae St.Georgii".


Bij het overschrijv<strong>en</strong> van deze lijst in 1717 noteerde de schrijver: "Dese Conincx schild<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

veroudert Ms.Anno 1613 G.G.D.I.C.W. 1603 A.V.L.-K.H.K. 1686. Item e<strong>en</strong> silver<strong>en</strong> kruys met e<strong>en</strong><br />

silvere kettingh met twee silvere boeksk<strong>en</strong>s". Het is mij onbek<strong>en</strong>d waar dit materiaal geblev<strong>en</strong> is, maar<br />

waarschijnlijk werd<strong>en</strong> alle schild<strong>en</strong> door de geme<strong>en</strong>te verkocht in 1794. Burgemeester Marinus<br />

antwoordde op 7 december 1824 in e<strong>en</strong> "Staat der goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> bezitting<strong>en</strong> der voormaals in de<br />

geme<strong>en</strong>te van <strong>Weelde</strong> bestaan hebb<strong>en</strong>de schutterij<strong>en</strong>" het volg<strong>en</strong>de: "De zilver<strong>en</strong> schelp<strong>en</strong> zijn voor<br />

het geme<strong>en</strong>te Bestuer afgeeischt tot Betaling der Fransche Contributie in het jaer 1794. Zij bezitt<strong>en</strong><br />

alnoch e<strong>en</strong><strong>en</strong> standaard, e<strong>en</strong> vaandel <strong>en</strong> e<strong>en</strong> trommel <strong>en</strong> e<strong>en</strong>e zilver<strong>en</strong> schelp". In de St.-Jorisgilde<br />

werd e<strong>en</strong> nieuw lid in e<strong>en</strong> met kuss<strong>en</strong>s gevulde leunstoel geplaatst terwijl de gildebroeders al zing<strong>en</strong>d<br />

rond de stoel danst<strong>en</strong> <strong>en</strong> op die manier de nieuweling verwelkomd<strong>en</strong>. Het nieuw lid was dan verplicht<br />

te trakter<strong>en</strong>, gewoonlijk met bier <strong>en</strong> suiker. De St.-Jorisgilde is rond 1940 uite<strong>en</strong>gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> telt nu<br />

ge<strong>en</strong> led<strong>en</strong> meer.<br />

De Sint-Sebastiaansgilde<br />

Reeds in de 16e eeuw bestond er e<strong>en</strong> St.-Sebastiaansgilde te <strong>Weelde</strong> waarover echter bitter weinig<br />

bek<strong>en</strong>d is. Wel wet<strong>en</strong> we dat deze gilde haar "Kaerte" van de hoofdgilde van Leuv<strong>en</strong> ontving op 4 april<br />

1726: "4 april 1726, e<strong>en</strong>e parcquem<strong>en</strong>te caerte a<strong>en</strong>de Gulde van Welde". Op 9 september 1746<br />

overleed te <strong>Weelde</strong> Antoon Van Hees "Hooftman St.Sebastia<strong>en</strong>". Kanunnik Jans<strong>en</strong> schreef dat e<strong>en</strong><br />

nieuwe St.-Sebastiaansgilde te <strong>Weelde</strong> werd opgericht door W.Swaan op 6 september 1923. Deze<br />

gilde, zo gaat hij verder, is rond 1945 t<strong>en</strong>iet gegaan. Pastoor Jacobs schreef dat deze gilde in 1874<br />

door notaris Edmond Swaan werd opgericht. Volg<strong>en</strong>s Jacobs telde deze gilde in 1901 67 led<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

volgde de geme<strong>en</strong>tesecretaris Louis De Bont notaris Swaan als hoofdman op.<br />

De St.-Jansvri<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

Deze gilde werd opgericht rond 1930 <strong>en</strong> is rond 1956 t<strong>en</strong>iet gegaan.<br />

Davidsfonds<br />

1. De oprichting <strong>en</strong> de eerste werkjar<strong>en</strong> (1927-1940)<br />

In 1927 werd met 16 led<strong>en</strong> de kiem gelegd voor het Davidsfonds <strong>Weelde</strong>. In 1930 was er voor het<br />

eerst e<strong>en</strong> afvaardiging van het Davidsfonds <strong>Weelde</strong> op het jaarlijks congres. Gezi<strong>en</strong> het feit dat in<br />

1971 het 40 jarig jubileum werd gevierd, mog<strong>en</strong> we echter veronderstell<strong>en</strong> dat de kiem van 1927 vier<br />

jaar nodig heeft gehad om te rijp<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> volwaardige vrucht, zodat we 1931 als het geboortejaar<br />

kunn<strong>en</strong> beschouw<strong>en</strong>. Aan de wieg van de boorling stond e<strong>en</strong> <strong>en</strong>thousiast bestuur waarvan dokter<br />

Amandus Van Bael<strong>en</strong> de vader was. Sam<strong>en</strong> met pastoor Tubbax, L.Van Beek, A.Van der Haegh<strong>en</strong>,<br />

J.Ste<strong>en</strong>ackers <strong>en</strong> Ed.Vloemans was hij verantwoordelijk voor de opvoeding van de nieuwe afdeling.<br />

De jonge afdeling groeide onder hun leiding voorspoedig. Bij de geboorte telde de afdeling 65 led<strong>en</strong>,<br />

in 1938 was het aantal verdubbeld. Op dat mom<strong>en</strong>t beschouwde Louis Van Beek, die inmiddels het<br />

voorzitterschap had overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, de afdeling als volwass<strong>en</strong>. "We hebb<strong>en</strong> het plafond bereikt", was<br />

zijn m<strong>en</strong>ing. In de beginjar<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> acitiviteit<strong>en</strong> georganiseerd van uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de aard, o.a. in 1932<br />

e<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> van het Vlaams volkstoneel met "Boefje" <strong>en</strong> in 1935 e<strong>en</strong> lezing van E.H.Kol<strong>en</strong> over "De<br />

Geschied<strong>en</strong>is van <strong>Weelde</strong>". In 1935 schrijft consul<strong>en</strong>t Noels in zijn verslag: "<strong>Weelde</strong> is e<strong>en</strong><br />

modelafdeling in haar reeks". In 1936 ontving de afdeling gelukw<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van het Nationaal Secretariaat<br />

<strong>en</strong> ook in 1938 oogstte de afdeling lof: "Mocht<strong>en</strong> al onze kleine afdeling<strong>en</strong> zoo werk<strong>en</strong>".<br />

2. De oorlogsjar<strong>en</strong> (1940-1945)<br />

De Duitse bezetting drukte ook zijn stempel op de activiteit<strong>en</strong> van het Davidsfonds. De werking werd<br />

noodgedwong<strong>en</strong> stilgelegd bij gebrek aan lokal<strong>en</strong> die door de Duitse militair<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Nochtans wilde het Davidsfondsbestuur geanimeerde activiteit<strong>en</strong> organiser<strong>en</strong>, zoals toneel- <strong>en</strong><br />

zangavond<strong>en</strong>, om de led<strong>en</strong> wat aang<strong>en</strong>ame mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te bezorg<strong>en</strong>. Dit was echter onmogelijk. Alle<strong>en</strong><br />

de boek<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> nog bezorgd.<br />

3. De na-oorlogse periode van 1945 tot 1951


Rond 1945 k<strong>en</strong>de het Davidsfonds e<strong>en</strong> heropbloei. Het led<strong>en</strong>aantal dat in 1942 was geslonk<strong>en</strong> tot<br />

101, groeide in dat jaar tot 145, e<strong>en</strong> absoluut hoogtepunt. Het bestuur van het Davidsfonds streefde<br />

naar meer pedagogische activiteit<strong>en</strong>. Vanaf 1947 kwam e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>tering. Het <strong>en</strong>thousiasme verdwe<strong>en</strong>.<br />

Er werd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bestuursvergadering<strong>en</strong> meer gehoud<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong> voor deze inzinking was wrijving<br />

tuss<strong>en</strong> de fanfare <strong>en</strong> het Blasiusorkest dat na de oorlog was opgericht <strong>en</strong> waarvan dokter Laur<strong>en</strong>t Van<br />

Bael<strong>en</strong> (DF-bestuurslid) voorzitter was. Het bestuur van de fanfare was helemaal niet gelukkig met<br />

deze oprichting <strong>en</strong> probeerde het bestaan van het Blasiusorkest onmogelijk te mak<strong>en</strong> door het de<br />

toegang te weiger<strong>en</strong> tot de zaal, waar scène, licht <strong>en</strong> kleedkamers eig<strong>en</strong>dom war<strong>en</strong> van de fanfare.<br />

Deze dorpsruzie ging het Davidsfonds in sterke mate aan omdat beide partij<strong>en</strong> gelijkmatig in het<br />

Davidsfonds-bestuur verteg<strong>en</strong>woordigd war<strong>en</strong>: Davidsfondsvoorzitter L.Van Beek <strong>en</strong> DF-secretaris<br />

Raaymakers war<strong>en</strong> bestuurslid van de fanfare, terwijl dr. Laur<strong>en</strong>t Van Bael<strong>en</strong>, DF-bestuurslid,<br />

voorzitter was van het Blasiusorkest. Wanneer het DF-bestuur op één van die zeldzame mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

dan toch bij elkaar kwam, beperkte de gespreksstof zich tot de rivaliteit van de twee<br />

muziekver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>. Het zal dan ook niemand verbaz<strong>en</strong> dat de DF-afdeling <strong>Weelde</strong> in dergelijke<br />

omstandighed<strong>en</strong> niet kon werk<strong>en</strong>, waardoor deze afdeling langzaam maar zeker de afgrond bereikte.<br />

De strubbeling<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het bestuur <strong>en</strong> daaruit voortvloei<strong>en</strong>d de teruggang in het aantal activiteit<strong>en</strong>,<br />

weerspiegelde zich natuurlijk in het aantal led<strong>en</strong> dat van 145 led<strong>en</strong> in 1945 gestaag terugliep tot 67 in<br />

1951. Vanaf dat og<strong>en</strong>blik dat het Blasiusorkest niet meer aktief was (1950), versoepelde de<br />

verhouding binn<strong>en</strong> het bestuur.<br />

4. Poging<strong>en</strong> tot heropbloei (1951-1965)<br />

De bestuursvergadering van 22 oktober 1951 was belangrijk omdat er e<strong>en</strong> nieuw bestuur werd<br />

gekoz<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> lange non-actieve periode. Van Beek bood zijn ontslag aan <strong>en</strong> dr.Van Bael<strong>en</strong> werd<br />

voorgesteld als de nieuwe voorzitter. Onmiddellijk werd<strong>en</strong> duidelijke afsprak<strong>en</strong> gemaakt, waardoor<br />

e<strong>en</strong> nieuwe start kon beginn<strong>en</strong>. De inzet van het seizo<strong>en</strong> was goed geweest maar al vlug keerde het<br />

getij. Enkele bestuursled<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> hun tak<strong>en</strong> te verwaarloz<strong>en</strong> door gebrek aan <strong>en</strong>thousiasme of<br />

tijd. Op de bestuursvergadering van 5 juni 1953 werd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal problem<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>s uitgepraat.<br />

Toch werd<strong>en</strong> ook de hierna geplande activiteit<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> succes. E<strong>en</strong> red<strong>en</strong> daarvoor was ongetwijfeld<br />

het feit dat het bestuur éénzijdig bemand was met onderwijzers. De activiteit<strong>en</strong> van het Fonds blev<strong>en</strong><br />

nihil tot 1956. In dat jaar werd opnieuw e<strong>en</strong> goed winterprogramma uitgewerkt: Rod<strong>en</strong>bachavond, e<strong>en</strong><br />

film <strong>en</strong> in maart e<strong>en</strong> IJzerbedevaartavond. In 1957 werd in het bestuur aangestuurd op e<strong>en</strong><br />

reorganisatie. Resultaat daarvan was o.a. dat secretaris A.Raaymakers werd opgevolgd door Willy<br />

Vansant. Gedur<strong>en</strong>de <strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong> is er dan weer sprake van e<strong>en</strong> opleving, die tot uitdrukking komt in<br />

e<strong>en</strong> stijging van het led<strong>en</strong>aantal <strong>en</strong> het wederom indi<strong>en</strong><strong>en</strong> van e<strong>en</strong> jaarverslag, iets wat in de periode<br />

daarvoor verwaarloosd was. De periode 1961-1965 wordt echter andermaal gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong><br />

inzinking. Bijna al het werk komt neer op de schouders van Van der Voort. Het wordt dan steeds<br />

duidelijker dat er dring<strong>en</strong>d behoefte is aan jonge, dynamische m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />

5. E<strong>en</strong> laatste opleving: 1965-1971<br />

Op 21 april 1965 vond e<strong>en</strong> bestuursvergadering plaats met positieve gevolg<strong>en</strong>. Willy Vansant, tot dan<br />

secretaris, neemt van Laur<strong>en</strong>t Van Bael<strong>en</strong> de voorzittershamer over. Met hem <strong>en</strong> pastoor Bluek<strong>en</strong>s,<br />

Irma Vinckx <strong>en</strong> Regina Debaille wordt e<strong>en</strong> bestuursploeg gevormd die bereid is tot persoonlijke<br />

inspanning<strong>en</strong> <strong>en</strong> bezield is met e<strong>en</strong> echte ploeggeest. De spil blijkt Irma Vinckx te zijn. Het jaarverslag<br />

van de consul<strong>en</strong>t vermeldt: "De afdeling <strong>Weelde</strong> levert mooi werk, dankzij e<strong>en</strong> jong <strong>en</strong> vinnig bestuur".<br />

In 1966 volgt Fina Segers Irma Vinckx als secretaresse op. Gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> aantal jar<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

jaarlijks verschill<strong>en</strong>de activiteit<strong>en</strong> georganiseerd met wissel<strong>en</strong>d succes.<br />

E<strong>en</strong> viertal ker<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> boek<strong>en</strong>beurs georganiseerd waarbij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zoals Jan Veulemans, Axel<br />

Nort <strong>en</strong> Luc Philips als trekpleister funger<strong>en</strong>. Andere hoogtepunt<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de hobby-t<strong>en</strong>toonstelling<strong>en</strong><br />

in 1969 <strong>en</strong> 1970 die georganiseerd werd<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>werking met andere ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>. Met de<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> hiervan kond<strong>en</strong> de ziek<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehandicapt<strong>en</strong> e<strong>en</strong>s letterlijk in de bloemetjes word<strong>en</strong><br />

gezet. Vele <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zeker met plezier terugd<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de toneelavond<strong>en</strong> van<br />

bijvoorbeeld het Reiz<strong>en</strong>d Volkstheater dat altijd goed was voor 200 tot 250 bezoekers. Toch k<strong>en</strong>de<br />

deze periode ook dieptepunt<strong>en</strong>. Het optred<strong>en</strong> van De Plank<strong>en</strong>iers uit Ravels was er één. In het<br />

week<strong>en</strong>d dat zij zoud<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in de omgeving nog al wat activiteit<strong>en</strong> georganiseerd.<br />

Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> werd het ook nog glad. De organisator<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong> dan ook al voor het optred<strong>en</strong> van De<br />

Plank<strong>en</strong>iers, dat ze zich op glad ijs hadd<strong>en</strong> begev<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat gevaar voor mislukking in de lucht hing.


Afgelast<strong>en</strong> dan maar? Nee, daar voelde m<strong>en</strong> niet voor. <strong>To<strong>en</strong></strong> De Plank<strong>en</strong>iers op de plank<strong>en</strong><br />

versch<strong>en</strong><strong>en</strong>, was de eerste rij maar nauwelijks bezet. Plank<strong>en</strong>koorts zull<strong>en</strong> ze to<strong>en</strong> zeker niet meer<br />

gehad hebb<strong>en</strong>.<br />

In 1968 was Lize Marke e<strong>en</strong> ander dieptepunt. De zangeres kon in <strong>Weelde</strong> slechts e<strong>en</strong> zestigtal<br />

luisteraars begroet<strong>en</strong>, waaronder veel kinder<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> weelde voor de zangeres <strong>en</strong> zeker ge<strong>en</strong><br />

weelde voor de kas van het Fonds. Wat Lize Marke niet lukte, lukte de deelnemers aan de<br />

crochetavond<strong>en</strong> wel. De tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>-in-de-dop trokk<strong>en</strong> meer toeschouwers dan het gevestigde tal<strong>en</strong>t.<br />

T<strong>en</strong>slotte war<strong>en</strong> er in deze periode nog de volkskunstavond<strong>en</strong> <strong>en</strong> de filmavond<strong>en</strong> die vaak veel<br />

publiek trokk<strong>en</strong>. Toch ebde, ondanks deze <strong>en</strong> andere activiteit<strong>en</strong>, de belangstelling van de<br />

<strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> langzaam maar zeker weg. Enkele oorzak<strong>en</strong>? Het bestuur van het Davidsfonds <strong>Weelde</strong><br />

was sinds de jar<strong>en</strong> 50 steeds vrij e<strong>en</strong>zijdig bemand geweest met onderwijzers <strong>en</strong> onderwijzeress<strong>en</strong>.<br />

Door het ontbrek<strong>en</strong> van bestuursled<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ander pluimage kon ge<strong>en</strong> hechte brug naar de<br />

Weeldse bevolking word<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong>, het Davidsfonds drong niet meer echt in alle geleding<strong>en</strong> van de<br />

bevolking door. Oorzak<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>af voor de wegzakk<strong>en</strong>de belangstelling war<strong>en</strong> ongetwijfeld de<br />

opkomst van radio <strong>en</strong> T.V., de gemakkelijke bereikbaarheid van schouwburg<strong>en</strong> <strong>en</strong> theaters <strong>en</strong> de<br />

uitbreiding van het bibliotheekwez<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> t<strong>en</strong>slotte Fina Segers, die veel werk had verzet, om<br />

gezondheidsred<strong>en</strong><strong>en</strong> haar functie moest neerlegg<strong>en</strong>, bloedde het Davidsfonds <strong>Weelde</strong> langzaam<br />

dood.<br />

6. De laatste jar<strong>en</strong>: 1971-1981<br />

Het aantal led<strong>en</strong> dat gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tal jar<strong>en</strong> rond de 80 had geschommeld zakte weg van 58 in<br />

1973 tot vier led<strong>en</strong> in 1976. Het zal duidelijk zijn dat het Davidsfonds was weggegled<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> lange<br />

winterslaap. Op dit mom<strong>en</strong>t bestaat er ge<strong>en</strong> functioner<strong>en</strong>d afdelingsbestuur meer. De led<strong>en</strong> die het<br />

Davidsfonds in <strong>Weelde</strong> nog heeft, drag<strong>en</strong> hun contributie rechtstreeks af aan het hoofdbestuur te<br />

Leuv<strong>en</strong>. Toch is de toestand zo dat, mocht daar behoefte aan zijn, het Fonds onmiddellijk weer aan de<br />

slag kan gaan. Er bestaat nog steeds e<strong>en</strong> zekere kas waaruit de contributie aan het hoofdbestuur<br />

wordt afgedrag<strong>en</strong>. De vraag blijft echter of de aangelegde reserves in de kas nog ooit op e<strong>en</strong> andere<br />

wijze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangesprok<strong>en</strong> <strong>en</strong> of het Davidsfonds te <strong>Weelde</strong> uit haar winterslaap zal<br />

ontwak<strong>en</strong>. Hoopgev<strong>en</strong>d mag zijn dat het led<strong>en</strong>aantal, dat tuss<strong>en</strong> 1976 <strong>en</strong> 1979 schommelde van vier<br />

tot zev<strong>en</strong>, in 1980 steeg tot 20. Desondanks ziet het er, althans voorlopig naar uit dat het Davidsfonds<br />

te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> sluimer<strong>en</strong>d bestaan zal blijv<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>.<br />

<strong>Weelde</strong>zang<br />

Het ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong> bloeit zoals nooit tevor<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> opsomming will<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van hoe <strong>en</strong> waar<br />

<strong>Weelde</strong> ver<strong>en</strong>igd is, zou e<strong>en</strong> haast onbegonn<strong>en</strong> werk zijn. Verwonderlijk is het daarom dat tot voor<br />

<strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> niet ver<strong>en</strong>igd war<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijk zangkoor. Begin september<br />

1975 kwam daar echter verandering in. Enkele m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong> allang dit tekort aan. Plots werd<strong>en</strong><br />

aan alle kant<strong>en</strong> verzuchting<strong>en</strong> in die zin opgevang<strong>en</strong>. Karel Bols, Louis Vinckx <strong>en</strong> Anton Wilke stak<strong>en</strong><br />

de hoofd<strong>en</strong> e<strong>en</strong>s bij elkaar <strong>en</strong> de goud<strong>en</strong> bruiloft van het echtpaar Vercamm<strong>en</strong> werd de eig<strong>en</strong>lijke<br />

start. Anton Wilke had voor die geleg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong>kele e<strong>en</strong>voudige nummers ingestudeerd met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

uit de buurt. Dat stimuleerde hem om verder te werk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> zangkoor te <strong>Weelde</strong>.<br />

E<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige oproep bracht 25 <strong>en</strong>thoesiaste mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> bije<strong>en</strong> die op 9 september 1975<br />

e<strong>en</strong> stichtingsvergadering belegd<strong>en</strong> in de grote bov<strong>en</strong>zaal van het geme<strong>en</strong>tehuis te <strong>Weelde</strong>. Mete<strong>en</strong><br />

had <strong>Weelde</strong> zijn geme<strong>en</strong>telijk zangkoor. De meeste m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele ervaring met muziek<br />

<strong>en</strong> toch slot<strong>en</strong> zij zich spontaan aan, alle<strong>en</strong> omdat ze graag wild<strong>en</strong> zing<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zegd<strong>en</strong>: "Ik<br />

k<strong>en</strong> het niet, maar ik wil het graag prober<strong>en</strong> <strong>en</strong> ik wil het goed do<strong>en</strong>". Er werd nooit geselekteerd<br />

onder de led<strong>en</strong>. Het was immers niet de bedoeling om e<strong>en</strong> elitekoor te vorm<strong>en</strong>. De bedoeling was<br />

zoals in de statut<strong>en</strong> staat, om gewoon met e<strong>en</strong> groep m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>ame culturele ontspanning<br />

te g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook iets te bied<strong>en</strong> aan de geme<strong>en</strong>schap buit<strong>en</strong> die groep. De eerste oef<strong>en</strong>avond werd<br />

gepland op 16 september 1975 <strong>en</strong> reeds op 8 oktober 1975 hield m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eerste algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering. Hoe was dat nu zo ine<strong>en</strong>s mogelijk geword<strong>en</strong>? Achteraf blijkt het allemaal heel simpel.<br />

M<strong>en</strong> heeft voor zoiets gewoon iemand nodig die de dirigeerstok kan hanter<strong>en</strong> <strong>en</strong> de moed <strong>en</strong> de<br />

volharding kan opbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> groep m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> de kunst van het zing<strong>en</strong> aan te ler<strong>en</strong>. Zo iemand<br />

vond m<strong>en</strong> te <strong>Weelde</strong> in Anton Wilke. Nederlander van afkomst vestigde hij zich in 1974 te <strong>Weelde</strong>. In<br />

Nederland is hij e<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>d koorleider <strong>en</strong> zanger. Des te groter was de opoffering om te <strong>Weelde</strong> in


1975 van de grond af te vertrekk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> groep ongeoef<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Maar dat het kan, werd bewez<strong>en</strong>,<br />

want na <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> telde het koor reeds e<strong>en</strong> zestigtal led<strong>en</strong>. Ondertuss<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>de<br />

statut<strong>en</strong> voorgelegd aan de Sport- <strong>en</strong> Kultuurraad van <strong>Weelde</strong>. Als naam van het gem<strong>en</strong>gd<br />

geme<strong>en</strong>telijk zangkoor werd het alleszegg<strong>en</strong>de <strong>Weelde</strong>zang weerhoud<strong>en</strong>. Het geme<strong>en</strong>tebestuur<br />

stelde e<strong>en</strong> geschikt lokaal ter beschikking waar van meetaf elke week druk werd geoef<strong>en</strong>d.<br />

Voorzitter Louis Vinckx prees zich gelukkig met e<strong>en</strong> vaste ploeg uitstek<strong>en</strong>de medewerkers. Naast<br />

Anton Wilke war<strong>en</strong> er Karel Bols, Frans Dick<strong>en</strong>s, Anna Luyckx, Maria Van Eyndhov<strong>en</strong> <strong>en</strong> de secretaris<br />

Guy Vermaercke. Allemaal m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die zich met hart <strong>en</strong> ziel w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> in te zett<strong>en</strong> voor hun ver<strong>en</strong>iging.<br />

Op zondag 16 november 1975 kwam er reeds e<strong>en</strong> eerste uitvoering uit de bus. Dit ter geleg<strong>en</strong>heid<br />

van het jubileumjaar van de St.-<strong>Nicolaus</strong>kring. Op slag droeg het nieuwe koor e<strong>en</strong>ieders sympathie<br />

weg. Op zondag 28 december 1975 organiseerde het koor, in sam<strong>en</strong>werking met verschill<strong>en</strong>de<br />

andere ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, e<strong>en</strong> bijzondere Kerstviering. Het werd e<strong>en</strong> stemmige <strong>en</strong> sfeervolle<br />

viering met de bedoeling de vrede <strong>en</strong> vreugde van het Kerstgebeur<strong>en</strong> dichter bij de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Op zaterdag 7 februari 1976 kreeg het zangkoor e<strong>en</strong> kind, het kinderkoor "De<br />

<strong>Weelde</strong>zangertjes". Dit koor stond <strong>en</strong> staat nog onder de deskundige leiding van Mevrouw Wilma<br />

Wilke-Van Doorn. Het duurde niet lang of er war<strong>en</strong> reeds 70 led<strong>en</strong> aangeslot<strong>en</strong>, op dit og<strong>en</strong>blik wordt<br />

er ook nog gewerkt met e<strong>en</strong> blokfluitklas. Het kinderkoor "De <strong>Weelde</strong>zangertjes" oef<strong>en</strong>de erg hard,<br />

want in het najaar van 1977 kon het reeds uitpakk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> operette "Goudhaartje <strong>en</strong> de<br />

Troubadours".<br />

Ondertuss<strong>en</strong> trad het kinderkoor regelmatig op <strong>en</strong> werd het bek<strong>en</strong>d in de ganse Noorderkemp<strong>en</strong>. Met<br />

nooit aflat<strong>en</strong>de ijver stimuleerde Wilma haar koor om verder te do<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> steeds betere<br />

resultat<strong>en</strong> bereikt. Op 4 januari 1980 pres<strong>en</strong>teerde het immers zijn tweede operette aan het publiek:<br />

"De Moorse Markies". Ondertuss<strong>en</strong> zat het zangkoor ook niet stil, dit bewijst de activiteit<strong>en</strong>kal<strong>en</strong>der<br />

van de ver<strong>en</strong>iging maar al te duidelijk. Daaruit noter<strong>en</strong> wij slechts e<strong>en</strong> paar hoogtepunt<strong>en</strong>:<br />

- Jaarlijks concert in parochiec<strong>en</strong>trum St.-Michiel (11/4/1976)<br />

- Uitvoering<strong>en</strong> van de Missa Secunda van H.L.Hassler in de St.Janskerk (25/6/1976), in de<br />

St.Michielskerk (11/1/1976) <strong>en</strong> in Doorwerth in Nederland (19/6/1977)<br />

- Uitvoering in de parochiezaal van St.Jan "<strong>Weelde</strong> zoals het zingt <strong>en</strong> lacht" (11/9/1977)<br />

- Uitvoering van de operette "Goudhaartje <strong>en</strong> de Troubadours" door de <strong>Weelde</strong>zangertjes (30/9/1977)<br />

- Kerstviering in de St.Michielskerk (25/12/1977)<br />

- Uitvoering van het kerstconcert op de Grote Markt te Turnhout <strong>en</strong> opluister<strong>en</strong> van de H.Mis in de<br />

St.Pieterskerk (8/1/1978)<br />

- Verbroederingsfeest met 5 andere kor<strong>en</strong> in de parochiezaal St.Jan (13/5/1978)<br />

- Uitvoering van <strong>en</strong>kele werk<strong>en</strong> te Breda (20/5/1978)<br />

- Opluister<strong>en</strong> van de H.Mis te Kerkrade in Nederland (28/5/1978)<br />

- Zangconcert in de parochiezaal van St.Jan (16/9/1978)<br />

- Kerstviering in de St.Michielskerk (25/12/1978)<br />

- Zangconcert in de parochiezaal van St.Jan (5/5/1979)<br />

- Concert in de hoving<strong>en</strong> van de Dier<strong>en</strong>tuin te Antwerp<strong>en</strong> (30/9/1979)<br />

- Kerstviering in de St.Michielskerk (23/12/1979)


- Kerstevocatie in de St.Servaaskerk te Ravels (30/12/1979)<br />

- Kooronderonsje in de parochiezaal van St.Jan n.a.v. het vijfjarig bestaan. Dit werd verzorgd door<br />

bevri<strong>en</strong>de zangkor<strong>en</strong> die elk e<strong>en</strong> 5-tal lieder<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gehore bracht<strong>en</strong> (19/4/1980)<br />

- De 75 led<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>zang <strong>en</strong> de 60 van de <strong>Weelde</strong>zangertjes vierd<strong>en</strong> in dit week<strong>en</strong>d hun 5-jarig<br />

bestaan. In die 5 jaar was er heel wat gerealiseerd. Mom<strong>en</strong>teel zijn <strong>Weelde</strong>zang <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong>zangertjes<br />

niet meer weg te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> uit het culturele lev<strong>en</strong> van het dorp <strong>en</strong> ver daarbuit<strong>en</strong> zelfs. Zaterdag 11<br />

oktober 1980 kwam<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>zangers aan de beurt. In de St.Janszaal werd e<strong>en</strong> zangfeest van<br />

twee uur gegev<strong>en</strong>. Het was e<strong>en</strong> terugblik op de voorbije jar<strong>en</strong>. Dit alles onder de leiding van dirig<strong>en</strong>t<br />

Anton Wilke. Terecht wordt deze sympathieke leider op de hand<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> door zijn led<strong>en</strong> <strong>en</strong> hij<br />

werd dan ook door zijn bestuur op e<strong>en</strong> ontroer<strong>en</strong>de wijze gehuldigd.<br />

Ook voor de jonger<strong>en</strong> was het feest. Al vierd<strong>en</strong> zij hun eerste lustrum pas in het voorjaar van 1981,<br />

toch was de tweede dag van het <strong>Weelde</strong>zangfestijn op zondag 12 oktober 1980 voor h<strong>en</strong><br />

voorbehoud<strong>en</strong>. Van in de vroege namiddag verzorgd<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> grote happ<strong>en</strong>ing. Wilma Wilke, de<br />

leidster van al deze jong<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meisjes, had e<strong>en</strong> keurig programma opgebouwd rondom de voorbije<br />

jar<strong>en</strong>. Ook deze namiddag werd bijgewoond door e<strong>en</strong> geestdriftig publiek, <strong>en</strong> er war<strong>en</strong> spel, zang,<br />

muziek, vermaak <strong>en</strong> plezier voor jong <strong>en</strong> oud. Iedere<strong>en</strong> was akkoord dat de tweedaagse viering van<br />

dit eerste lustrum bijzonder geslaagd was. Naast de andere activiteit<strong>en</strong> wilde m<strong>en</strong> de reeds vele<br />

mal<strong>en</strong> opgevoerde Missa Secunda van H.L.Hassler vervang<strong>en</strong> door de Missa Brevis in G., één van de<br />

meesterwerk<strong>en</strong> van Mozart. Na de kroningsmis komt zij toch wel op de eerste plaats als prachtigste<br />

onder de 12 miss<strong>en</strong> die Mozart ooit schreef. Deze mis, die toch wel wat zangtal<strong>en</strong>t vraagt is licht van<br />

muzikale opbouw <strong>en</strong> is geschrev<strong>en</strong> voor koor, solist<strong>en</strong>, strijkorkest <strong>en</strong> orgel. M<strong>en</strong> hoeft echt ge<strong>en</strong><br />

fanatieke klassieker te zijn om deze mis mooi te vind<strong>en</strong>. Integ<strong>en</strong>deel, zij is voor vel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor alle<br />

luisteraars, e<strong>en</strong> ware streling voor het oor. Naast nog <strong>en</strong>kele andere prachtige werk<strong>en</strong> voerde<br />

<strong>Weelde</strong>zang deze mis op sam<strong>en</strong> met het strijkorkest dat het koor begeleidde op zondag 19 oktober<br />

1980 in de St.Michielskerk. E<strong>en</strong> overvolle kerk toonde duidelijk aan dat Missa Brevis in G. de kroon op<br />

het werk was van <strong>Weelde</strong>zang (19/10/1980)<br />

- Opluister<strong>en</strong> van de H.Mis bij het 125-jarig bestaan van de O.L.Vrouwparochie te Zev<strong>en</strong>donk<br />

(21/12/1980)<br />

- Kerstviering in de St.Michielskerk (25/12/1980)<br />

Wij ded<strong>en</strong> e<strong>en</strong> greep uit de rijk gevulde activiteit<strong>en</strong>kal<strong>en</strong>der van het bloei<strong>en</strong>d zangkoor <strong>Weelde</strong>zang.<br />

Wij zijn ervan overtuigd dat voor h<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong> mooie toekomst is weggelegd. Kort voor mijn bezoek<br />

aan Anton Wilke op 9 augustus 1981 promoveerde <strong>Weelde</strong>zang van de derde naar de tweede<br />

afdeling in het provinciaal toernooi te Ol<strong>en</strong> dat door het provinciebestuur van Antwerp<strong>en</strong> op 21 juni<br />

1981 was ingericht. Op 21 maart 1982 t<strong>en</strong>slotte promoveerde <strong>Weelde</strong>zang te Antwerp<strong>en</strong> naar de<br />

eerste afdeling.


IX. Oude ambacht<strong>en</strong><br />

De windmol<strong>en</strong> bij de St.-Michielskerk<br />

Wie van <strong>Weelde</strong>-Straat naar <strong>Weelde</strong>-Station rijdt, ziet de mol<strong>en</strong> nabij de St.Michielskerk reeds van ver<br />

oprijz<strong>en</strong>. Iedere<strong>en</strong> gaat ermee akkoord dat hij voor het dorp e<strong>en</strong> sieraad is <strong>en</strong> dat hij moet behoud<strong>en</strong><br />

blijv<strong>en</strong>. Over deze mol<strong>en</strong> vindt m<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong>oude verhal<strong>en</strong> of archiefstukk<strong>en</strong>. Hij is in 1850 door<br />

mol<strong>en</strong>bouwer Van Himberg<strong>en</strong> gebouwd voor rek<strong>en</strong>ing van de familie Bax-Pelkmans uit <strong>Weelde</strong>.<br />

Reeds in 1873 werd hij verkocht aan de familie Verhey<strong>en</strong>-Dries <strong>en</strong> in deze familie is de mol<strong>en</strong> tot nu<br />

toe geblev<strong>en</strong>. De mol<strong>en</strong> brandde in 1906 uit, maar hij werd herbouwd door de mol<strong>en</strong>bouwers Goris <strong>en</strong><br />

Vosters. Over deze brandramp lez<strong>en</strong> we het volg<strong>en</strong>de in het geme<strong>en</strong>tearchief: "...Wij hebb<strong>en</strong> de eer u<br />

ter k<strong>en</strong>nis te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> dat deze nacht (11 september 1906) ongeveer 1 uur 's morg<strong>en</strong>s de ste<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

grond-wind <strong>en</strong> oliemol<strong>en</strong> toebehoor<strong>en</strong>de aan d<strong>en</strong> heer Karel Verhey<strong>en</strong>-Van de Wouwer totaal in asch<br />

is gelegd. E<strong>en</strong>e groote hoeveelheid graan is insgelijks door d<strong>en</strong> brand vernield. Aan blussch<strong>en</strong> viel<br />

niet te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met moeite kon m<strong>en</strong> de omligg<strong>en</strong>de gebouw<strong>en</strong> vrijwar<strong>en</strong>. De oorzaak alhoewel<br />

onbek<strong>en</strong>d kan aan ge<strong>en</strong>e kwaadwilligheid toegeschrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De gebouw<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

verzekerd".<br />

Uit deze akte blijkt reeds duidelijk dat de mol<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong> kwam van de zoon van Ludovicus<br />

Verhey<strong>en</strong> <strong>en</strong> Joanna Maria Dries, namelijk Karel Verhey<strong>en</strong>. Deze huwde later Angelina Van de<br />

Wouwer. De mol<strong>en</strong> werd door hem in 1896 reeds overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In 1921 werd<strong>en</strong> kap <strong>en</strong> wiek<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

hevige storm afgerukt, maar het herstel kwam onmiddellijk. In 1936 werd de windmol<strong>en</strong> stilgelegd <strong>en</strong><br />

werd het mal<strong>en</strong> overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> dieselmotor. Na de dood van Karel Verhey<strong>en</strong> heeft Jos<br />

Verhey<strong>en</strong>-Peeraer zijn vader als mol<strong>en</strong>aar opgevolgd. De huidige eig<strong>en</strong>aarster is Mevrouw Jos<br />

Verhey<strong>en</strong>-Peeraer. In 1951 vierde <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> dubbel eeuwfeest: dat van de mol<strong>en</strong> <strong>en</strong> de mol<strong>en</strong>arin<br />

Angelina Van de Wouwer. Bij K.B.van 28 mei 1962 werd de mol<strong>en</strong> geklasseerd <strong>en</strong> in 1966 volgde de<br />

eerste restauratie. Zoals in elke streek van ons land zijn ook in de Noorderkemp<strong>en</strong> waardevolle<br />

mol<strong>en</strong>s verlor<strong>en</strong> gegaan, maar we kunn<strong>en</strong> met overtuiging zegg<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>taliteitsverandering is<br />

ingetred<strong>en</strong>. Zonder twijfel is de laatste jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterke stimulans uitgegaan van "De Nachtegaal der<br />

Maatv<strong>en</strong>n<strong>en</strong>" te Ravels. Zijn draai<strong>en</strong>de wiek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de heropstanding ingeluid. M<strong>en</strong> wil de mol<strong>en</strong>s<br />

overal opnieuw in werking stell<strong>en</strong>. In <strong>Weelde</strong> zorgt Karel Cabanier uit Poppel daarvoor. Ur<strong>en</strong>lang kan<br />

hij aan de mol<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>, alles nog e<strong>en</strong>s nazi<strong>en</strong> <strong>en</strong> ervoor zorg<strong>en</strong> dat de mol<strong>en</strong> in goede staat blijft.<br />

Regelmatig wordt er door hem gemal<strong>en</strong>, het is te hop<strong>en</strong> dat de mol<strong>en</strong> voor de geme<strong>en</strong>schap zal<br />

behoud<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat de materialistische ingesteldheid van sommige m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die mol<strong>en</strong> niet<br />

noodlottig wordt.<br />

De hout<strong>en</strong> mol<strong>en</strong><br />

Het gemaal<br />

Het oudste docum<strong>en</strong>t over mol<strong>en</strong>s dateert van 1296 maar er werd te <strong>Weelde</strong> zeker veel vroeger<br />

gemal<strong>en</strong>. Het gemaal was e<strong>en</strong> keizerlijk recht dat aan hertog<strong>en</strong> <strong>en</strong> grav<strong>en</strong> werd overgedrag<strong>en</strong>. Wij<br />

woond<strong>en</strong> in het hertogdom Brabant <strong>en</strong> de hertog, die te Leuv<strong>en</strong> verbleef, beschikte over het maalrecht<br />

in alle dorp<strong>en</strong>. Krijgslied<strong>en</strong>, die de hertog op loffelijke wijze hadd<strong>en</strong> gedi<strong>en</strong>d op zijn veldtocht<strong>en</strong>,<br />

werd<strong>en</strong> met het maalrecht bele<strong>en</strong>d <strong>en</strong> beloond. Het is gewet<strong>en</strong> dat de eerste mol<strong>en</strong>aars uit ridderlijke<br />

geslacht<strong>en</strong> stamd<strong>en</strong> <strong>en</strong> tot de lagere adel behoord<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> stadhouder in de<br />

dorp<strong>en</strong> <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong>s de hertog, het bestuurlijk gezag in hand<strong>en</strong>. Het gemaal of maalrecht<br />

omvatte twee mol<strong>en</strong>s voor "de e<strong>en</strong>inghe" van <strong>Weelde</strong>. De "e<strong>en</strong>inghe" was de vrijheid <strong>Weelde</strong> met de<br />

dorp<strong>en</strong> Poppel <strong>en</strong> Ravels. Te <strong>Weelde</strong> stond e<strong>en</strong> windmol<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 't Broek van Ravels-Eel <strong>en</strong> de<br />

Polderstraat. We d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> daarbij aan de plaatsnam<strong>en</strong>: Mol<strong>en</strong>einde, Mol<strong>en</strong>heike, de Mol<strong>en</strong>berg, de<br />

Mol<strong>en</strong>dijk, de Mol<strong>en</strong>braak <strong>en</strong> de Mol<strong>en</strong>bucht. Rond 1801 werd deze mol<strong>en</strong> verplaatst naar het<br />

Mol<strong>en</strong>veld in de Meir (= achter de parochiezaal van Sint-Michiel). Poppel had e<strong>en</strong> watermol<strong>en</strong> op de<br />

Aa of de stroom te Rovert bij de gr<strong>en</strong>s met Hilvar<strong>en</strong>beek, Ravels had ge<strong>en</strong> mol<strong>en</strong>.<br />

Het gemaal bestond in de drie dorp<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> onverdeeld le<strong>en</strong> waardoor alle inwoners gebond<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> hun graan te lat<strong>en</strong> mal<strong>en</strong> op één van die twee mol<strong>en</strong>s. Ded<strong>en</strong> ze dat niet, dan steld<strong>en</strong> ze zich<br />

bloot aan vervolging <strong>en</strong> bestraffing met 20 schelling<strong>en</strong>. Zo'n mol<strong>en</strong> werd "dwancmol<strong>en</strong>" of banmol<strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>oemd doch de inwoners kond<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong>, want bij gebrek aan wind kon de geme<strong>en</strong>te door de<br />

watermol<strong>en</strong> van Rovert te Poppel bedi<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>. Het gemaal werd voor elke bezitter ingeschrev<strong>en</strong>


in de le<strong>en</strong>registers van de Soevereine Raad van Brabant. Briev<strong>en</strong> <strong>en</strong> titels werd<strong>en</strong> daarbij afgeleverd<br />

<strong>en</strong> bij elke successie of erfopvolging gebeurde de publicatie met "solemniteit van homagie" of ... met<br />

gepast huldebetoon. Na de hoogmis werd bij de kerk<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong>, Poppel <strong>en</strong> Ravels de<br />

inbezitneming afgekondigd in aanwezigheid van schout <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> die de rechtsmacht vormd<strong>en</strong> in<br />

de drie dorp<strong>en</strong>. Mol<strong>en</strong>aars war<strong>en</strong> le<strong>en</strong>her<strong>en</strong> <strong>en</strong> de eerste le<strong>en</strong>heer werd aangesteld door Hertog Jan II<br />

van Brabant in 1296. Hertog Jan gaf de twee mol<strong>en</strong>s in le<strong>en</strong> aan Jan De Bie met erfopvolgingsrecht<br />

voor zijn nakomeling<strong>en</strong>. Het le<strong>en</strong> verstreek bij de dood van de bezitter.<br />

Mol<strong>en</strong>bezitters <strong>en</strong> mol<strong>en</strong>pachters<br />

In 1312 werd<strong>en</strong> de mol<strong>en</strong>s geërfd door H<strong>en</strong>drik de Bie, de zoon van Jan. In 1351 kwam Catharina de<br />

Bie, zuster van H<strong>en</strong>drik, in het bezit van 't gemaal. Zij huwde Gijsbrecht Bac van West-Tilburg <strong>en</strong> in<br />

1374 werd Gijsbrecht vernoemd als mol<strong>en</strong>bezitter. Het geslacht Bac had ook mol<strong>en</strong>s in le<strong>en</strong> in de<br />

omgeving van Tilburg. Afstammeling<strong>en</strong> van Gijsbrecht Bac of Bax zoud<strong>en</strong> tweehonderd jaar lang het<br />

maalrecht te <strong>Weelde</strong> blijv<strong>en</strong> bezitt<strong>en</strong>. In 1403 werd Gijsbrecht Bax opgevolgd door zijn zoon Laur<strong>en</strong>s<br />

die "...sander<strong>en</strong>dags na groet vastelavont" bezit nam van de twee mol<strong>en</strong>s. Laur<strong>en</strong>s had ge<strong>en</strong> wettig<br />

nageslacht, -<strong>en</strong>kel e<strong>en</strong> natuurlijke zoon Johan, <strong>en</strong> het maalrecht kwam in hand<strong>en</strong> van zijn broer<br />

Nicolaas in 1420. De zoon van deze Nicolaas heette Gijsbrecht <strong>en</strong> hij volgde zijn vader op. Gijsbrecht<br />

Bax was gehuwd met Margareta Van Kessel uit Boxtel <strong>en</strong> hun zoon Jonker Laur<strong>en</strong>s versche<strong>en</strong> op 11<br />

oktober 1441 op het Weeldse mol<strong>en</strong>toneel.<br />

Vermoedelijk hield de familie Bax zich niet bezig met het ambachtelijk mal<strong>en</strong> want in 1443 was de<br />

windmol<strong>en</strong> verpacht aan Fiers: "Fierk<strong>en</strong> die molnere..." Laur<strong>en</strong>s Bax splitste in 1472 het bezit van de<br />

twee mol<strong>en</strong>s met toestemming van de overheid. Hij verkocht de watermol<strong>en</strong> van Rovert aan Ausem<br />

Pos, maar er werd niet aan het maalrecht geraakt zodat de inwoners van Ravels, <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel<br />

verplicht war<strong>en</strong> hun graan op één van de twee mol<strong>en</strong>s te lat<strong>en</strong> mal<strong>en</strong>. Laur<strong>en</strong>s Bax had e<strong>en</strong> zoon<br />

Gijsbrecht die in 1498 met het maalrecht werd bele<strong>en</strong>d. Deze Gijsbrecht had ge<strong>en</strong> nageslacht <strong>en</strong> zijn<br />

broer Laur<strong>en</strong>s kreeg de windmol<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> in le<strong>en</strong> in 1513. Deze Laur<strong>en</strong>s was uitgewek<strong>en</strong> naar<br />

Oosterhout bij Breda waar hij Catharina Gijssels huwde. Catharina was de dochter van Jan Gijssels,<br />

schout van Oosterhout. Laur<strong>en</strong>s Bax was heel bemiddeld <strong>en</strong> kocht in Oosterhout vele onroer<strong>en</strong>de<br />

goeder<strong>en</strong>, werd er eerst schep<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 1521 schout van Oosterhout. De Weeldse mol<strong>en</strong>bezitter<br />

verbleef zelfs niet e<strong>en</strong>s te <strong>Weelde</strong>! In 1531 overleed Laur<strong>en</strong>s Bax in Oosterhout <strong>en</strong> zijn oudste zoon<br />

Jan was de erfopvolger in het mol<strong>en</strong>le<strong>en</strong>. Amper twee jaar g<strong>en</strong>oot Jan Bax van het maalrecht, want in<br />

1532 stierf ook hij in Oosterhout. De erfopvolgers war<strong>en</strong> zijn twee onmondige zon<strong>en</strong>: Jan <strong>en</strong> Laur<strong>en</strong>s<br />

<strong>en</strong> ook hun oom Laur<strong>en</strong>s, de broer van hun vader <strong>en</strong> aan elk van h<strong>en</strong> kwam één derde van het<br />

maalrecht toe.<br />

Oom Laur<strong>en</strong>s verliet Oosterhout <strong>en</strong> vestigde zich te Turnhout. Hij pachtte in 1533 de windmol<strong>en</strong>s van<br />

<strong>Weelde</strong> in de herberg: "Het hert bij Peter Pigg<strong>en</strong>". In feite pachtte hij de 2/3 van het maalrecht vermits<br />

hijzelf reeds 1/3 in hand<strong>en</strong> had. In het Turnhoutse Stadsarchief berust het Weeldse pachtcontract van<br />

1533, we lichtt<strong>en</strong> er de voornaamste bepaling<strong>en</strong> uit:<br />

- Ingang van het contract met Bamis 1533 voor e<strong>en</strong> termijn van 6 jaar.<br />

- Betaling in Karolusguld<strong>en</strong> of ander geld van waarde.<br />

- Bov<strong>en</strong>op de pachtprijs moet jaarlijks aan de weeskinder<strong>en</strong> Bax drie mud rogge gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

- De pacht moet in vier del<strong>en</strong> betaald word<strong>en</strong>: "...met corsmis, halfmert, Sint-Jansmisse in de<br />

midzomere <strong>en</strong> bamis..."<br />

- De mol<strong>en</strong> moet goed onderhoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zodat er ge<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> zijn na de huurperiode. Twee<br />

timmerlied<strong>en</strong>, aangesteld door de verpachter, zull<strong>en</strong> bij het ingaan <strong>en</strong> verstrijk<strong>en</strong> van de pacht, de<br />

mol<strong>en</strong> op de "schuring" controler<strong>en</strong> <strong>en</strong> beluister<strong>en</strong>.<br />

- Voor elke duim ste<strong>en</strong>, die afgemal<strong>en</strong> is, zal twee Rijnsguld<strong>en</strong> aangerek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> er meer<br />

mol<strong>en</strong>ste<strong>en</strong> wordt achtergelat<strong>en</strong> dan er bij het ingaan van de pacht werd verstrekt, wordt naar rata van<br />

twee Rijnsguld<strong>en</strong> per duim ste<strong>en</strong>, vergoeding betaald door de verpachter.


- Indi<strong>en</strong> de mol<strong>en</strong> beter wordt achtergelat<strong>en</strong> dan bij het ingaan van de pacht, zal op de laatste pacht<br />

e<strong>en</strong> korting word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>.<br />

- De pachter zal goede borg<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> voorstell<strong>en</strong>: dat zijn person<strong>en</strong> die met hun goeder<strong>en</strong> hoofdelijk<br />

<strong>en</strong> ondeelbaar borg moet<strong>en</strong> staan.<br />

- De pachter <strong>en</strong> de borg<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> niet teg<strong>en</strong> de verpachter "behelpt" zijn. Dat wil zegg<strong>en</strong> dat de<br />

pachter moet kunn<strong>en</strong> gedagvaard word<strong>en</strong> voor de rechtbank van Turnhout of <strong>Weelde</strong>. De pachter<br />

mag ge<strong>en</strong> Sinte-Peterman van Leuv<strong>en</strong> zijn, noch iemand die buit<strong>en</strong> het bankrecht van Turnhout of<br />

"Welt" valt <strong>en</strong> aan elke rechtsvervolging zou kunn<strong>en</strong> ontsnapp<strong>en</strong>.<br />

- Indi<strong>en</strong> de pacht niet tijdig betaald is, zull<strong>en</strong> aan de pachter de kost<strong>en</strong> voor laattijdige betaling<br />

aangerek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>.<br />

- Onmiddellijk nadat de mol<strong>en</strong> is toegewez<strong>en</strong>, zal de pachter "tot rantso<strong>en</strong>" voor elke gebod<strong>en</strong><br />

Karolusguld<strong>en</strong>, één Brabantse stuiver moet<strong>en</strong> neertell<strong>en</strong>.<br />

- Indi<strong>en</strong> de pacht "...nae der br<strong>en</strong>n<strong>en</strong>de kerss<strong>en</strong> uytganc" onvoldo<strong>en</strong>de geldt, kan de mol<strong>en</strong><br />

onverpacht blijv<strong>en</strong> of door de verpachters toegewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan één van de drie pachters die eerst<br />

"hoogd<strong>en</strong>".<br />

- Veerti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> nadat de pachter "...de slag van de mol<strong>en</strong>" heeft gehad moet de eerste pacht<br />

aangezuiverd word<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> dat niet gebeurt zal de verpachter de mol<strong>en</strong> terug aanvaard<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

herverpacht<strong>en</strong>. Br<strong>en</strong>gt de tweede "reis" de pacht minder op, dan zal de eerste pachter het verschil<br />

di<strong>en</strong><strong>en</strong> bij te legg<strong>en</strong>. Br<strong>en</strong>gt de pacht echter meer op, dan zal het verschil aan de verpachter<br />

toekom<strong>en</strong>.<br />

- De mol<strong>en</strong>pachter zal e<strong>en</strong> "nuyster" of unster op de mol<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, opdat iedere<strong>en</strong> zijn<br />

kor<strong>en</strong> kan weg<strong>en</strong> bij het binn<strong>en</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> het meel bij het afhal<strong>en</strong>.<br />

- Na 't mal<strong>en</strong> mag de mol<strong>en</strong>aar het "molste" of "molster" of "moldersrecht" schepp<strong>en</strong>: "...t<strong>en</strong><br />

vier<strong>en</strong>twintigste vate ..." Nota: dat was ruim 4 kg per 100 kg.<br />

- De mol<strong>en</strong> mag niet onderverhuurd word<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij met toestemming van de verpachter.<br />

- Duistere punt<strong>en</strong> <strong>en</strong> twist omtr<strong>en</strong>t de pacht, moet<strong>en</strong> bemiddeld word<strong>en</strong> met twee schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />

"Welt", die de verpachter zal kiez<strong>en</strong>.<br />

Vijf<strong>en</strong>twintig jaar later werd de kinder<strong>en</strong> Bax <strong>en</strong> hun oom Laur<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> droevig lot beschor<strong>en</strong>, want in<br />

de zomer van 1558 brandde de mol<strong>en</strong> af, getroff<strong>en</strong> door bliksem <strong>en</strong> onweer. Lancelot van Wijtvliet,<br />

oom van de kinder<strong>en</strong> Bax <strong>en</strong> schout van Breda, liet de mol<strong>en</strong> heropricht<strong>en</strong> door Cornelis Mert<strong>en</strong><br />

Corneliss<strong>en</strong> voor 30 pond Groot Vlaams. De weeskinder<strong>en</strong> Bax moest<strong>en</strong> twee derd<strong>en</strong> <strong>en</strong> oom<br />

Laur<strong>en</strong>s één derde van de prijs betal<strong>en</strong>. In de schoutsrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van Breda berust de kwitantie dd. 23<br />

februari 1564 waaruit blijkt dat Jan Back Franszone de som betaald had. In het jaar 1565 was Laur<strong>en</strong>s<br />

Back één van de aanvoerders van de Beeld<strong>en</strong>storm in Turnhout. Na afloop van deze protestantse<br />

agitatie verging het hem echter niet te best <strong>en</strong> zijn goeder<strong>en</strong> (waaronder zijn deel in de windmol<strong>en</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong>) werd<strong>en</strong> verbeurd verklaard t<strong>en</strong> voordele van de Spaanse bezetter. Hij werd op 12 september<br />

1568 uit Turnhout verbann<strong>en</strong>. Op 30 januari 1571 verklaarde Gerrit Anthonis Wijn<strong>en</strong>zone uit Tilburg,<br />

dat hij van Jan Franszone Bax, in naam van de weeskinder<strong>en</strong> Bax, de windmol<strong>en</strong> met rosmol<strong>en</strong> te<br />

<strong>Weelde</strong> wettig gepacht had. De mol<strong>en</strong> hoorde nu voor 3/4 toe aan de kinder<strong>en</strong> Bax <strong>en</strong> voor 1/4 aan de<br />

koning van Spanje. Voor 1600 is ons nog één pachter van de mol<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d nl. Wouter Stuyck.<br />

Waarschijnlijk werd<strong>en</strong> de goeder<strong>en</strong> van de familie Bax rond 1582 verbeurd verklaard <strong>en</strong> kwam rond<br />

1585 Sebastiaan Hermans uit Hilvar<strong>en</strong>beek in het bezit van het gemaal <strong>en</strong> van de mol<strong>en</strong>s. Jan<br />

Janss<strong>en</strong> was mol<strong>en</strong>pachter tuss<strong>en</strong> 1611 <strong>en</strong> 1617. Na de dood van mol<strong>en</strong>aar Sebastiaan Hermans in<br />

1648 is het niet meer duidelijk wie de mol<strong>en</strong> in bezit had <strong>en</strong> wie mol<strong>en</strong>aar was. Waarschijnlijk werd de<br />

mol<strong>en</strong> onder de erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> van Sebastiaan Hermans verdeeld.


- In 1649 was Lambrecht Sebastiaans Hermans de mol<strong>en</strong>pachter. In datzelfde jaar kwam hij aan de<br />

weet dat de prelaat van Tongerlo aan de kanselier van Brabant octrooi had aangevraagd om te<br />

Ravels e<strong>en</strong> windmol<strong>en</strong> op te richt<strong>en</strong>. In 1649 verkreeg Lambrecht Hermans echter de herbevestiging<br />

van het maalrecht in <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Ravels <strong>en</strong> de prelaat van Tongerlo werd niet verhoord.<br />

- In 1649 was ook Mathijs Jan Eel<strong>en</strong>s mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1650 was Cornelis H<strong>en</strong>ricx Van Turnhout mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1669 overleed Petrus Hermans als bezitter van het gemaal.<br />

- In 1664 wordt Petrus Philipp<strong>en</strong> als mol<strong>en</strong>aar g<strong>en</strong>oemd, niet lang daarna e<strong>en</strong> zekere Jan Jans<strong>en</strong>,<br />

misschi<strong>en</strong> dezelfde als Jan Verhag<strong>en</strong>.<br />

- In 1671 is Mathijs Jan Eel<strong>en</strong>s weer pachter, <strong>en</strong> in 1678 wordt de mol<strong>en</strong> verpacht aan Sebastia<strong>en</strong><br />

Van Deun die huwde met e<strong>en</strong> dochter van Mathijs Eel<strong>en</strong>s. Waarschijnlijk bleef de mol<strong>en</strong> tot ongeveer<br />

1700 in het bezit van de kinder<strong>en</strong> van Sebastiaan Hermans <strong>en</strong> werd de mol<strong>en</strong> door hun regelmatig<br />

verpacht.<br />

- In 1713 is Guilliam van Mechel<strong>en</strong> mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1728 is Gerrit Casteleyns mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1743 is Christia<strong>en</strong> Schrieckx mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1750 is Adria<strong>en</strong> Huyg<strong>en</strong>s mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1790 is H<strong>en</strong>ricus Schell<strong>en</strong>s mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1796 is Jan Reynders mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1816 is Nicolaas Van Gorkom mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1830 is D<strong>en</strong>is Calon uit Parijs eig<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1845 is Jan Van Gijsel mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1850 is Ludovicus Verhey<strong>en</strong> mol<strong>en</strong>aar.<br />

- In 1896 is Christiaan Van Loon de laatste mol<strong>en</strong>aar.<br />

H<strong>en</strong>ricus Schell<strong>en</strong>s was de laatste mol<strong>en</strong>aar die naar privilege te <strong>Weelde</strong> maalde. De Franse<br />

Revolutie verbrak alle voorrecht<strong>en</strong> van adel, lagere adel <strong>en</strong> hogere burgerij <strong>en</strong> onder dit bewind<br />

triomfeerde de vrijheid <strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> de dwangmol<strong>en</strong>s. De mol<strong>en</strong> werd omstreeks 1801 overgebracht<br />

uit de Mol<strong>en</strong>heide naar het Mol<strong>en</strong>veld, tuss<strong>en</strong> de kerk <strong>en</strong> de Straat. M<strong>en</strong> heeft hem ook "houter<strong>en</strong><br />

mol<strong>en</strong>" g<strong>en</strong>oemd. In de mol<strong>en</strong> vond m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> datum van 1690, we veronderstell<strong>en</strong> dat dit jaartal op<br />

e<strong>en</strong> vernieuwing wijst. De mol<strong>en</strong> werd verkocht voor afbraak <strong>en</strong> op 6 maart 1940 werd hij<br />

neergehaald. Volg<strong>en</strong>d relaas ontl<strong>en</strong><strong>en</strong> we aan de Belgische Mol<strong>en</strong>aar van 9 maart 1940: "De<br />

Standaard-graanmol<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> volg<strong>en</strong>s gevond<strong>en</strong> jaartal dateer<strong>en</strong>de van het jaar 1690, is<br />

verled<strong>en</strong> Wo<strong>en</strong>sdag neergehaald. Er was veel belangstelling van de bevolking <strong>en</strong> omwon<strong>en</strong>de<br />

mol<strong>en</strong>aars war<strong>en</strong> toegekom<strong>en</strong> om d<strong>en</strong> oud<strong>en</strong> reus te zi<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> teerling was weggebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de kruisbalk door e<strong>en</strong> steun onderstut. Met e<strong>en</strong> kabel werd de steun weggetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het gevaarte<br />

stortte met geweldig gekraak t<strong>en</strong> gronde de omgeving in e<strong>en</strong> stofwolk hull<strong>en</strong>de. Voor <strong>en</strong> na de val<br />

werd<strong>en</strong> schot<strong>en</strong> gehoord die de aandacht van de toeschouwers vestigd<strong>en</strong> op het belangrijk gebeur<strong>en</strong>.<br />

Hoe jammer toch, hoorde m<strong>en</strong> bejaarde lied<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>: de mol<strong>en</strong> stond hier zoo schoon. Dat er met<br />

zoo'n val veel gebrok<strong>en</strong> is kan m<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong>. De kas was bijna geheel verbrijzeld, maar de beste <strong>en</strong><br />

waardevolste deel<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> ongeschond<strong>en</strong>. Standaard met zetel, kruisbalk<strong>en</strong> met afzett<strong>en</strong>, ste<strong>en</strong>balk,


e<strong>en</strong> hout<strong>en</strong> vleugel, wiel<strong>en</strong> <strong>en</strong> rondsels, ijzer<strong>en</strong> askop <strong>en</strong> andere deel<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> niets geled<strong>en</strong>.<br />

Volg<strong>en</strong>s de overlevering stond deze mol<strong>en</strong> tot in de achtti<strong>en</strong>de eeuw ter plaatse g<strong>en</strong>aamd Mol<strong>en</strong>heide<br />

<strong>en</strong> maalde voor de drie dorp<strong>en</strong>. Later in het dorp herplaatst werd hij door meerdere mol<strong>en</strong>aars<br />

bemal<strong>en</strong> tot eindelijk op Wo<strong>en</strong>sdag 6 maart 1940 zijn sterv<strong>en</strong>suur was geslag<strong>en</strong>. De hoogbejaarde<br />

reus die eeuw<strong>en</strong>lang storm<strong>en</strong> <strong>en</strong> orkan<strong>en</strong> trotseerde is niet meer. Wat de tand des tijds <strong>en</strong><br />

natuurkracht<strong>en</strong> niet vermocht<strong>en</strong> is door m<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>hand<strong>en</strong> verricht".<br />

De mol<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> was e<strong>en</strong>s ieders trots<br />

Hij stond in d<strong>en</strong> heftigst<strong>en</strong> storm als e<strong>en</strong> rots<br />

Z'n wiek<strong>en</strong>, ze maald<strong>en</strong> langs donkere lucht<strong>en</strong><br />

Ge hoorde ze krak<strong>en</strong>, ge hoorde ze zucht<strong>en</strong><br />

Ze zwaaid<strong>en</strong> hun arm<strong>en</strong> in somber stilzwijg<strong>en</strong><br />

Ze jaagd<strong>en</strong>, maar kond<strong>en</strong> elkander niet krijg<strong>en</strong><br />

In reg<strong>en</strong> <strong>en</strong> storm<strong>en</strong>, 't zij weer of ge<strong>en</strong> weer<br />

Keek rustig de mol<strong>en</strong> op <strong>Weelde</strong> terneer<br />

Maar z'n glorie ging tan<strong>en</strong>, de motor won veld<br />

E<strong>en</strong> windmol<strong>en</strong> kostte op 't laatst te veel geld<br />

De wind kon alles <strong>en</strong> nog alles probeer<strong>en</strong><br />

Hij kon zich inspann<strong>en</strong> maar niet koncurreer<strong>en</strong><br />

Zoo vall<strong>en</strong> de mol<strong>en</strong>s t<strong>en</strong> prooi aan d<strong>en</strong> slooper<br />

De motor verdrong maar werkte niet goedkooper<br />

't Is droef, maar de waarheid, <strong>en</strong> langzamerhand<br />

verdwijn<strong>en</strong> de mol<strong>en</strong>s uit Belg<strong>en</strong>land.<br />

Het molster<br />

Het recht van mal<strong>en</strong> was steeds in hand<strong>en</strong> van de lagere adel die weinig betrokk<strong>en</strong> was bij het<br />

ambachtelijk bedrijf. Ook de mol<strong>en</strong>pachter had zijn recht: "het moldersrecht of molster", dat e<strong>en</strong><br />

voorloper was van het maalloon. Het mal<strong>en</strong> werd in natura betaald <strong>en</strong> de mol<strong>en</strong>aar schepte zijn<br />

rantso<strong>en</strong> meel of graan uit de aangevoerde hoeveelheid. Dit gebruik was dertig jaar geled<strong>en</strong> hier <strong>en</strong><br />

daar nog in zwang. Het molster bedroeg 1/24e deel of bezi<strong>en</strong> de huidige ti<strong>en</strong>delige maat: 4,100 kg per<br />

100 kg. Honderd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> werd die maat in de schep<strong>en</strong>archiev<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> vernoemd. Er is ook<br />

spraak van het 1/16e deel. Niet iedere<strong>en</strong> bracht zijn graan zelf naar de mol<strong>en</strong>: de mol<strong>en</strong>aar had<br />

knecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> mol<strong>en</strong>kar waarmede het graan t<strong>en</strong> huize werd afgehaald <strong>en</strong> het meel thuisbezorgd.<br />

In dit laatste geval werd er voor het mal<strong>en</strong> geschept <strong>en</strong> zo geraakte de mol<strong>en</strong>aar in 't bezit van grote<br />

hoeveelhed<strong>en</strong> harde gran<strong>en</strong>, die o.a. werd<strong>en</strong> opgekocht door brandewijnstokers <strong>en</strong> bakkers uit de<br />

stad.<br />

Als al die service werd verle<strong>en</strong>d bedroeg het molster 1/16e deel. Per 100 kg. verteg<strong>en</strong>woordigde dat<br />

6,250 kg. In de loop der eeuw<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door de Weeldse schep<strong>en</strong>bank talloos vele attest<strong>en</strong><br />

afgeleverd om aan de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> de betrouwbaarheid van de mol<strong>en</strong>aars voor te spiegel<strong>en</strong>.<br />

Enkele voorbeeld<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> hier om dat te illustrer<strong>en</strong>:<br />

- "...dat de mol<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> deze Vrijheyt wordt bedi<strong>en</strong>d <strong>en</strong> geregeerd bij goede cerels <strong>en</strong> knecht<strong>en</strong>,<br />

veerdige molders, goed <strong>en</strong> rechtveerdig gerieff do<strong>en</strong>d".<br />

- "...dat er ge<strong>en</strong> excess<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in regard van 't schepp<strong>en</strong> of trekk<strong>en</strong> van molster".<br />

- "...er is ge<strong>en</strong> fraude <strong>en</strong> de molder heeft niet meer geschept dan hem toekwam".<br />

- "...de molder is e<strong>en</strong> eerlijk man zonder fraude.."<br />

- "...dat de molder eerlijck was <strong>en</strong> loffelijck in 't nem<strong>en</strong> van zijn gerechtigheid".<br />

Bij de aflossing van he<strong>en</strong>gaande door nieuwe mol<strong>en</strong>pachters kwam het meermal<strong>en</strong> op de Weeldse<br />

rechtbank tot betwisting over de grootte van de schep of schotel, die door de uittred<strong>en</strong>de mol<strong>en</strong>aar op<br />

de mol<strong>en</strong> werd achtergelat<strong>en</strong>.


Mol<strong>en</strong>taks<br />

Te <strong>Weelde</strong> werd geme<strong>en</strong>tetaks of bedrijfscontributie gehev<strong>en</strong> op de mol<strong>en</strong>pacht, welke met 1/20e<br />

werd belast. Rond 1700 bedroeg de jaarlijkse mol<strong>en</strong>pacht 900 guld<strong>en</strong> <strong>en</strong> rond 1750 was die pacht<br />

1330 guld<strong>en</strong>. Naar hed<strong>en</strong>daagse norm<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> we aannem<strong>en</strong> dat ruim 100.000 frank per jaar door<br />

de mol<strong>en</strong>pachter aan de geme<strong>en</strong>te betaald moest word<strong>en</strong>. Over de laattijdige betaling van die<br />

geme<strong>en</strong>tetaks berust<strong>en</strong> meerdere docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het archief.<br />

Kor<strong>en</strong>maat <strong>en</strong> rogge<br />

Het vat, het vier<strong>en</strong>deel <strong>en</strong> het mud war<strong>en</strong> de inhoudsmat<strong>en</strong> die hier ter plaatse e<strong>en</strong> geijkte<br />

hoeveelheid verteg<strong>en</strong>woordigd<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> sprak van de Weeldse maat, de Turnhoutse maat <strong>en</strong> de<br />

Bredase maat. Vele eeuw<strong>en</strong> is de rogge van het allergrootste belang geweest in het lev<strong>en</strong> van onze<br />

dorpsbewoners. We kunn<strong>en</strong> ons bezwaarlijk e<strong>en</strong> idee vorm<strong>en</strong> van de opbr<strong>en</strong>gst rogge per ha. <strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>min over de met rogge beteelde oppervlakte, maar wat we wel kunn<strong>en</strong> vaststell<strong>en</strong> is dat de<br />

verkoop van rogge veruit de voornaamste bron van inkomst<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>de voor de landbouwbevolking.<br />

Boter <strong>en</strong> wol nam<strong>en</strong> e<strong>en</strong> minder belangrijke plaats in. De rogge was als betaalmiddel ev<strong>en</strong> waardevol<br />

als muntstukk<strong>en</strong>. In het jaargetijd<strong>en</strong>boek van de Sint Michielsparochie (1377-1581) vond<strong>en</strong> we, dat er<br />

bij de dorpsherder, 119 betaling<strong>en</strong> met rogge werd<strong>en</strong> verricht teg<strong>en</strong>over 129 betaling<strong>en</strong> met munt<strong>en</strong>.<br />

Alhoewel de mol<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> op e<strong>en</strong> uithoek was geleg<strong>en</strong>, had hij toch e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale functie in het<br />

dorpsgebeur<strong>en</strong>.<br />

Spreuk van de molder<br />

Hier maalt m<strong>en</strong> voor alleman<br />

Die zijn le<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> kan<br />

Die wil borg<strong>en</strong><br />

Moet wacht<strong>en</strong> tot morg<strong>en</strong><br />

Spreuk van de klant<strong>en</strong><br />

Meulderke, meulderke kor<strong>en</strong>dief<br />

De grote zakk<strong>en</strong> die maalt hij lief<br />

De klein wil hij niet mal<strong>en</strong><br />

Daar kan hij ge<strong>en</strong> grote schep uit hal<strong>en</strong>


X. Folklore<br />

Leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijgeloof<br />

Overal in deze strek<strong>en</strong> <strong>en</strong> ver daarbuit<strong>en</strong> moet het in de voorbije eeuw<strong>en</strong> gewemeld hebb<strong>en</strong> van over<br />

geheimzinnige macht<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong>de wez<strong>en</strong>s, t<strong>en</strong>minste te oordel<strong>en</strong> naar de rijkelijke hoeveelheid al<br />

dan niet serieuze leesstof over deze magische materie. De ontelbare aan het rotsvaste bijgeloof van<br />

onze voorouders ontsprot<strong>en</strong> verhal<strong>en</strong>, verton<strong>en</strong> door de vaak mondelinge overlevering <strong>en</strong><br />

plaatsgebond<strong>en</strong>heid onderlinge variaties, maar de grondtrekk<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong>der. Belangrijke motiev<strong>en</strong> in<br />

de meeste toverijverhal<strong>en</strong> zijn: het optred<strong>en</strong> van personages met verme<strong>en</strong>de buit<strong>en</strong>natuurlijke<br />

eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom heks, tov<strong>en</strong>aar of demon g<strong>en</strong>oemd, angstgevoel<strong>en</strong>s die opgeroep<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> door de als onverklaarbaar ervar<strong>en</strong> bijzondere macht<strong>en</strong>, het nem<strong>en</strong> van<br />

voorzorgsmaatregel<strong>en</strong> om het gevaar van toverij te bezwer<strong>en</strong>.<br />

Vooral de heks in de gedaante van e<strong>en</strong> oude vrouw is geliefd onderwerp in verhal<strong>en</strong> over toverij.<br />

Velerlei uitzonderlijke vermog<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> haar in allerlei toonaard<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong>, waarvan<br />

bijvoorbeeld het zich kunn<strong>en</strong> verander<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> dier, het zich kunn<strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> door de lucht of het<br />

toepass<strong>en</strong> van kruid<strong>en</strong> om m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ziek of gezond te mak<strong>en</strong>. Louis Stroobant tek<strong>en</strong>de rond 1910<br />

<strong>en</strong>kele leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op <strong>en</strong> publiceerde ze in Taxandria. Walter Luyts beschreef voor zijn<br />

lic<strong>en</strong>tiaatsverhandeling de leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in het noord<strong>en</strong> van de provincie Antwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het is deze<br />

lic<strong>en</strong>tiaatsverhandeling die we als bron hebb<strong>en</strong> gebruikt. Het valt nu niet meer mee om ouder<strong>en</strong> te<br />

vind<strong>en</strong> die nog gretig kunn<strong>en</strong> vertell<strong>en</strong> over heks<strong>en</strong> <strong>en</strong> spok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarom is het zoveel waard dat<br />

Walter Luyts in 1956 de to<strong>en</strong> nog aanwezige leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> optek<strong>en</strong>de <strong>en</strong> publiceerde. Vele vrouw<strong>en</strong><br />

werd<strong>en</strong> voor heks<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong>. Zelfs veeziekt<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aan de kwade hand toegeschrev<strong>en</strong>. Om de<br />

zog<strong>en</strong>aamde plaag af te wer<strong>en</strong>, werd e<strong>en</strong> voetreis naar de Trappist<strong>en</strong> van Bornem ondernom<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gewijd water <strong>en</strong> brood werd<strong>en</strong> ervan meegebracht om redding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Viering<strong>en</strong><br />

1. <strong>Weelde</strong> vierde het 75-jarig bestaan van België in 1905<br />

Wij nem<strong>en</strong> hier het verslag over dat in het geme<strong>en</strong>tearchief van <strong>Weelde</strong> daarover bewaard wordt."De<br />

feest<strong>en</strong> ingericht ter geleg<strong>en</strong>heid der 75e verjaring van 's Lands onafhankelijkheid zijn hier op<br />

luisterrijke wijze gevierd. Op de dag<strong>en</strong> van 21, 22 <strong>en</strong> 23 juli wapperde de nationale vlag op de tor<strong>en</strong>,<br />

schoolgebouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>tehuis. D<strong>en</strong> laatstg<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong> dag was er e<strong>en</strong>e feestzitting belegd in de<br />

zaal van d<strong>en</strong> boer<strong>en</strong>bond alwaar de proost e<strong>en</strong>ige vurige toespraak hield over de vaderlandsliefde <strong>en</strong><br />

de verknochtheid aan het Koninkdom. Het feest eindigde met e<strong>en</strong>e geestdriftige Brabançonne <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

uitbundig gejuich, Leve de Koning, Leve België. Het eig<strong>en</strong>lijke feest was bepaald op 27 augustus jl.<br />

s'avonds te vor<strong>en</strong> wierd het aangekondigd door klokk<strong>en</strong>gelui <strong>en</strong> kanongeschut dat Zondags bij het<br />

aanbrek<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> dageraad duchtig hernieuwd wierd. Van 's morg<strong>en</strong>s af had het dorp e<strong>en</strong> feestelijk<br />

uitzicht <strong>en</strong> aan alle huiz<strong>en</strong> wapperde de nationale vlag. In het solemneel lof van half twee namiddag,<br />

<strong>en</strong> in hetwelk de oud-soldat<strong>en</strong> de eerewacht hield<strong>en</strong> wierd statig het "Te Deum" aangehev<strong>en</strong>,<br />

afwissel<strong>en</strong>d door kinder <strong>en</strong> mann<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong> gezong<strong>en</strong>, waarna de jonge <strong>en</strong> pas ingerichte<br />

fanfar<strong>en</strong>maatschappij de brabançonne speelde dat in de kerk e<strong>en</strong> donder<strong>en</strong>de weerklank gaf. Daarna<br />

had de vorming van d<strong>en</strong> luisterrijke stoet plaats, die e<strong>en</strong> ieders verwachting overtrof, waaraan al de<br />

maatschappij<strong>en</strong> deel, <strong>en</strong> waarin zelfs om zoo te zegg<strong>en</strong> de gansche mannelijke bevolking<br />

verteg<strong>en</strong>woordigd was. Op e<strong>en</strong>e l<strong>en</strong>gte van ruim 1000 meter was het e<strong>en</strong> gewuif van vlagg<strong>en</strong>,<br />

wimpels <strong>en</strong> zinspreuk<strong>en</strong>. In de volg<strong>en</strong>de orde was de stoet sam<strong>en</strong>gesteld:<br />

1. Vaandrig te paard<br />

2. Twee bazuinblazers te paard<br />

3. Schoolkinder<strong>en</strong> in zev<strong>en</strong> groep<strong>en</strong><br />

4. Fanfar<strong>en</strong>maatschappij "St.-<strong>Nicolaus</strong>kring"<br />

5. Sint Jorisgilde met vaandel


6. Groep der oud-soldat<strong>en</strong><br />

7. Sint Antoniusgilde met vaandel<br />

8. Biebond met cartel<br />

9. velo-club<br />

10. Sint Sebastiaangilde met vaandel<br />

11. Jonkmansclub met cartel<br />

12. Boer<strong>en</strong>bond met vaandel <strong>en</strong> cartel<br />

13. Onderafdeeling<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Boer<strong>en</strong>bond, P<strong>en</strong>sio<strong>en</strong>kas <strong>en</strong> Veeverzekering<br />

14. Ceciliakoor met cartel<br />

15. Douanekorps in officiële kledij<br />

16. Groep verbeeld<strong>en</strong>de België <strong>en</strong> de 9 provinciën<br />

17. Geme<strong>en</strong>teraad<br />

18. Eerewacht te paard<br />

Na de voornaamste strat<strong>en</strong> van het dorp doorkruist te hebb<strong>en</strong> schaart de stoet zich rond het smaakvol<br />

versierd geme<strong>en</strong>tehuis. De Heer Gilles, notaris <strong>en</strong> provinciaal Raadslid houdt e<strong>en</strong>e kernachtige<br />

aanspraak over België's vrij bestaan, zijne opkomst <strong>en</strong> onvergelijkbar<strong>en</strong> bloei onder het wijs bestuur<br />

onzer twee verdi<strong>en</strong>stvolle koning<strong>en</strong> Leopold I <strong>en</strong> Leopold II. Na het einde dezer redevoering wierd<br />

luidruchtig geroep<strong>en</strong>: Leve onze Koning Leopold, Leve België. Op dit oog<strong>en</strong>blik had 's Lands<br />

vergoding plaats dat op de omstaanders e<strong>en</strong><strong>en</strong> diepe indruk maakte. Op e<strong>en</strong> verhoog stond e<strong>en</strong>e<br />

maagd België verbeeld<strong>en</strong>de door 2 <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> met lauwer<strong>en</strong> gekroond, <strong>en</strong> rond dewelk zich neg<strong>en</strong><br />

andere maagd<strong>en</strong> geschaard hadd<strong>en</strong>, verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong>de de neg<strong>en</strong> provinciën, <strong>en</strong> de grootheid van<br />

het Vaderland roem<strong>en</strong>de. Daarna zong<strong>en</strong> al de aanwezig<strong>en</strong> <strong>en</strong> de schoolkinder<strong>en</strong> in bloote hoofd met<br />

de begeleiding der fanfar<strong>en</strong> het nationaal volkslied. Alhoewel het officieel gedeelte hier e<strong>en</strong> einde<br />

nam, begon het Kinderfeest dat in de prachtige zaal van d<strong>en</strong> nieuwgebouwd<strong>en</strong> Boer<strong>en</strong>bond plaats<br />

greep. Deze zaal was gansch met tropheën behang<strong>en</strong>. Het portret des Konings prijkte in de schoonste<br />

verzameling van loover <strong>en</strong> bloem<strong>en</strong>. De lekkernij<strong>en</strong> wierd<strong>en</strong> aan de kinder<strong>en</strong> onder toezicht van het<br />

onderwijz<strong>en</strong>d personeel door e<strong>en</strong> twaalftal juffrouw<strong>en</strong> der beste familiën uitgedeeld. E<strong>en</strong>e<br />

onbeschrijflijke geestdrift heerscht onder die klein<strong>en</strong> die tot 's avonds toe vaderlandsche lieder<strong>en</strong><br />

zong<strong>en</strong> <strong>en</strong> gedicht<strong>en</strong> opzegd<strong>en</strong> in de teg<strong>en</strong>woordigheid der ouders die dit feest mocht<strong>en</strong> bijwon<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong>e warme hulde bracht<strong>en</strong> de 250 kinder<strong>en</strong> aan de heer<strong>en</strong> Burgemeester <strong>en</strong> Led<strong>en</strong> van d<strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>teraad <strong>en</strong> hier ook wierd het feest door e<strong>en</strong>e klink<strong>en</strong>de brabançonne geslot<strong>en</strong>".<br />

2. Plechtige inhaling van E.H.Janss<strong>en</strong>s, als pastoor te <strong>Weelde</strong> in 1926<br />

Het volg<strong>en</strong>de verslag komt uit "De Kemp<strong>en</strong>aar" van 31 oktober 1926. "Wo<strong>en</strong>sdag was voor <strong>Weelde</strong><br />

e<strong>en</strong> heuglijke dag, die in goud<strong>en</strong> letters in de annal<strong>en</strong> dezer fraaie Kempische geme<strong>en</strong>te zal<br />

geschrev<strong>en</strong> staan. Gansch de opgetog<strong>en</strong> bevolking huldigde er namelijk d<strong>en</strong> Zeer Eerw. Heer<br />

Janss<strong>en</strong>s, die Wo<strong>en</strong>sdag namiddag als nieuwe herder der parochie plechtig werd ingehaald. Gansch<br />

het dorp was in feestkledij uitgedost. Dag<strong>en</strong> lang had m<strong>en</strong> geieverd om aan de inhaling alle<br />

mogelijk<strong>en</strong> luister bij te zett<strong>en</strong>. De versiering was dan ook uitermate prachtig. Niet minder dan 16<br />

heerlijke praalbog<strong>en</strong> war<strong>en</strong> smaakvol opgetimmerd. Overal wapperde de feestvlag <strong>en</strong> de huiz<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> fraai versierd met lover, gro<strong>en</strong> <strong>en</strong> guirland<strong>en</strong>. Aan elk<strong>en</strong> gevel prijkte e<strong>en</strong> mooi versierd<br />

jaarschrift, waarin de hartelijkste gelukw<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> aan d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong> pastoor war<strong>en</strong> uitgedrukt. Van<br />

korts na d<strong>en</strong> middag heerschte er e<strong>en</strong>e drukke beweging: inwoners der omligg<strong>en</strong>de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>


kwam<strong>en</strong> talrijk opdag<strong>en</strong> om de plechtigheid bij te won<strong>en</strong>. Als eindelijk het lang verbeide uur<br />

aangebrok<strong>en</strong> was, r<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> troep sierlijk gekleede ruiters, op prachtpaard<strong>en</strong> gezet<strong>en</strong>, d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong><br />

herder tegemoet tot aan de gr<strong>en</strong>s der geme<strong>en</strong>te Raevels, waar ook e<strong>en</strong> schoon opgesmukte<br />

praalboog geplaatst was. <strong>To<strong>en</strong></strong> de Eerw. Heer Janss<strong>en</strong>s, in auto, vergezeld van d<strong>en</strong> Eerw. Heer<br />

Kan.Jans<strong>en</strong>s, Dek<strong>en</strong> van Turnhout, <strong>en</strong> van zijne twee getuig<strong>en</strong>: d<strong>en</strong> Eerw.H.Raeymaeckers, Pastoor<br />

te Rethy <strong>en</strong> d<strong>en</strong> Eerw.Heer Govaerts, Pastoor-dek<strong>en</strong> van Mol, aan de gr<strong>en</strong>s der geme<strong>en</strong>te aankwam,<br />

schaard<strong>en</strong> de ruiters zich rond het rijtuig <strong>en</strong> de aanvoerder verwelkomde d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong> pastoor, met<br />

e<strong>en</strong>ige hartelijke gelukw<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>, waarop deze in gepaste woord<strong>en</strong> antwoordde.<br />

Voorafgegaan door dez<strong>en</strong> sierlijk<strong>en</strong> ruiterstroep toog m<strong>en</strong> naar het dorp, dat in blijde verwachting de<br />

komst van d<strong>en</strong> Herder verbeidde. Aan d<strong>en</strong> inkom der straat, aan het Mol<strong>en</strong>eind halt gehoud<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

jubel<strong>en</strong>d gejuich ging op uit de daar wacht<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>igte, m<strong>en</strong> riep: Leve de nieuwe herder. Hier was<br />

e<strong>en</strong>e prachtige dubbele praalboog opgericht, <strong>en</strong> van deze plaats, nam de Eerw. Heer Janss<strong>en</strong>s, d<strong>en</strong><br />

heerlijk<strong>en</strong> stoet in oog<strong>en</strong>schouw. De Heer Burgemeester, August Dries, trad vooruit omringd door<br />

geheel d<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>teraad, om in naam der burgerlijke overheid <strong>en</strong> der gansche bevolking, de<br />

gevoel<strong>en</strong>s van vreugde, van trouwe verkleefdheid <strong>en</strong> d<strong>en</strong> vast<strong>en</strong> wil van e<strong>en</strong>drachtige sam<strong>en</strong>werking<br />

tot heil der geme<strong>en</strong>te uit te drukk<strong>en</strong>. Zichtbaar ontroerd antwoordde de Z.E.Heer Pastoor met e<strong>en</strong><br />

gepaste, kernachtige aanspraak, die d<strong>en</strong> beste indruk maakte <strong>en</strong> luidruchtige salvo's uitlokte. En dan<br />

trok voorbij onze verwonderde <strong>en</strong> bewonder<strong>en</strong>de oog<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stoet zoo heerlijk-mooi in de bonte<br />

verscheid<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> pracht zijner groep<strong>en</strong> <strong>en</strong> wag<strong>en</strong>s. Hij werd geop<strong>en</strong>d door de flinke ruiters, dan<br />

volgd<strong>en</strong> de Gild<strong>en</strong> met hunne vlag, de schoone wag<strong>en</strong> der Vakvere<strong>en</strong>iging <strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Geit<strong>en</strong>bond.<br />

Dan kwam de groep (school) de goede Herder, Jesus-Leraar voorstell<strong>en</strong>de, dan de wag<strong>en</strong> van d<strong>en</strong><br />

Biebond; de groep oud-strijders <strong>en</strong> oudsoldat<strong>en</strong>, de Wag<strong>en</strong> van het Missiekransje, de Koningin van<br />

d<strong>en</strong> Kruistocht, de wag<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Boer<strong>en</strong>bond, St.Isidoor, de Fanfar<strong>en</strong> <strong>en</strong> Boer<strong>en</strong>bond met ontplooid<br />

vaandel, de groep der talrijke huisgezinn<strong>en</strong>, de wag<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> Boerinn<strong>en</strong>bond, de H.<strong>Nicolaus</strong><br />

<strong>Poppelius</strong>, de Kruistochters, de pompiers <strong>en</strong> St.Michael, het Armbestuur, geme<strong>en</strong>teraad, Kerkfabriek.<br />

De nieuwe pastoor, vergezeld van e<strong>en</strong>e talrijke schaar priesters sloot zich bij d<strong>en</strong> stoet aan <strong>en</strong> in<br />

vroolijke stemming toog m<strong>en</strong> door de rijk versierde geme<strong>en</strong>te. Langs beide zijd<strong>en</strong> der straat stond<br />

e<strong>en</strong>e dichte jubel<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>igte, die d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong> Pastoor geestdriftig toejuichte.<br />

Aan de school had m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kort oponthoud, hier werd hij opnieuw verwelkomd door het rinkel<strong>en</strong>d<br />

stemmek<strong>en</strong> van de kleine juffrouw Van Heyst, in naam der Eerwaarde Zusters <strong>en</strong> medeleerling<strong>en</strong>,<br />

terwijl juffrouw Swaan e<strong>en</strong> prachtige bloem<strong>en</strong>garf overhandigde. Daarna door het hoofd der school,<br />

d<strong>en</strong> Heer Berghmans, in naam der onderwijzers <strong>en</strong> jong<strong>en</strong>s. De stoet zette zich weer in beweging <strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong> begaf zich kerkwaarts. Aan d<strong>en</strong> ingang hield de Zeer Eerw. Heer Tubbax, onderpastoor e<strong>en</strong> diep<br />

treff<strong>en</strong>de toespraak, die de aanwezig<strong>en</strong> diep roerde. De Eerw. Heer Janss<strong>en</strong>s antwoordde in niet<br />

minder treff<strong>en</strong>de, hartelijke woord<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> maagdek<strong>en</strong>, in 't wit, overhandigde daarna aan d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong><br />

Pastoor de sleutels der Kerk. E<strong>en</strong>ige woord<strong>en</strong> van hartelijke welkom werd<strong>en</strong> hem nog toegestuurd<br />

door d<strong>en</strong> heer Jan Bax, voorzitter van de Kerkfabriek, waarna de deur geop<strong>en</strong>d werd <strong>en</strong> m<strong>en</strong> d<strong>en</strong><br />

tempel binn<strong>en</strong> trad. Deze was op korte stond<strong>en</strong> bom vol. Het "V<strong>en</strong>i Creator" werd aangehev<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan<br />

volgde de aanstelling van d<strong>en</strong> Zeer Eerw. Heer Janss<strong>en</strong>s, als pastoor van <strong>Weelde</strong>, door d<strong>en</strong> Zeer<br />

Eerw. Heer Kan.Jans<strong>en</strong>, Pastoor-Dek<strong>en</strong> van Turnhout. Van af d<strong>en</strong> kansel, hield deze laatste e<strong>en</strong>e<br />

geleg<strong>en</strong>heidsrede, waarin hij met groot<strong>en</strong> lof sprak over d<strong>en</strong> Oud-Pastoor der parochie, d<strong>en</strong> Eerw.<br />

Heer Jacobs, hij wees tev<strong>en</strong>s op de veelvuldige hoedanighed<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong> herder, zette de<br />

parochian<strong>en</strong> aan hunne liefde <strong>en</strong> eerbied, waarmede zij hunn<strong>en</strong> oud-pastoor bejeg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> over te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> aan d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong> herder, die dit in zoo hooge mate verdi<strong>en</strong>t. Het plechtig "Te Deum", in<br />

gregoriaansch haast zoo zuiver als in e<strong>en</strong> B<strong>en</strong>ediktijnerabdij uitgevoerd, klonk nu t<strong>en</strong> hemel. En reeds<br />

dacht ik de kerkelijke plechtigheid geëindigd, als e<strong>en</strong>sklaps weergalmde de aanhef van e<strong>en</strong>e<br />

geleg<strong>en</strong>heidscantate: Hoezee! Hoezee! D<strong>en</strong> Herder heil! En daar kreg<strong>en</strong> we te hoor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> weelde<br />

van muziek <strong>en</strong> zang, die m<strong>en</strong> in m<strong>en</strong>ige stad nooit of zeld<strong>en</strong> te hoor<strong>en</strong> krijgt. E<strong>en</strong> eeresaluut aan al de<br />

uitvoerders, maar vooral aan de soliste Juffrouw Verwimp! Daarmede was de plechtigheid in de kerk<br />

afgelop<strong>en</strong>. De inwoners verspreidd<strong>en</strong> zich in 't dorp, <strong>en</strong> spaard<strong>en</strong> hunne loftuiging<strong>en</strong> niet over d<strong>en</strong><br />

nieuw<strong>en</strong> pastoor, die bij all<strong>en</strong> zichtbaar welkom was.<br />

De g<strong>en</strong>oodigd<strong>en</strong> begav<strong>en</strong> zich naar de zaal van d<strong>en</strong> Boer<strong>en</strong>bond, waar de ontvangst plaats had. Na<br />

e<strong>en</strong>e verversching g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> werd er gezellig gekout, <strong>en</strong> verscheid<strong>en</strong>e toesprak<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

gehoud<strong>en</strong>. De E.H.Kan. Jans<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>schte d<strong>en</strong> nieuw<strong>en</strong> Herder geluk, <strong>en</strong> drukte de hoop uit dat zijn<br />

groote ziel<strong>en</strong>ijver te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> rijk<strong>en</strong> oogst mochte inschur<strong>en</strong> voor d<strong>en</strong> Hemel. De Eerw. Pater<br />

Faustinus, capuci<strong>en</strong>, als oudste priester van <strong>Weelde</strong>, <strong>en</strong> in naam der Weeldse priesters, zegde d<strong>en</strong><br />

nieuw<strong>en</strong> pastoor welkom in de geme<strong>en</strong>te. De Eerw.Heer Van Mechel<strong>en</strong>, pastoor te Raevels, bood


zijne heilw<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> in naam van de confer<strong>en</strong>tie EE.HH.Pastoors. M.Dulchepé, van Rethy, waar de<br />

nieuwe herder onderpastoor was, sprak in naam van de dankbare Rethynar<strong>en</strong>, die het he<strong>en</strong>gaan van<br />

hunn<strong>en</strong> geliefd<strong>en</strong> <strong>en</strong> geëerd<strong>en</strong> onderpastoor diep betreur<strong>en</strong>. De Eerw.Heer Janss<strong>en</strong>s antwoordde<br />

telk<strong>en</strong>s aan ieder der sprekers. Na nog e<strong>en</strong>ige stond<strong>en</strong> van gezellig sam<strong>en</strong>zijn verliet m<strong>en</strong> de zaal, <strong>en</strong><br />

keerd<strong>en</strong> de uitg<strong>en</strong>oodigd<strong>en</strong> huiswaarts. In de geme<strong>en</strong>te zelf werd gansch d<strong>en</strong> namiddag gulhartig <strong>en</strong><br />

vroolijk gevierd. De inwoners dezer schoone parochie hal<strong>en</strong> waarlijk eer van deze grootsche<br />

plechtigheid. De versiering was prachtig, de stoet overheerlijk, <strong>en</strong> de geestdrift buit<strong>en</strong>gewoon. De<br />

nieuwe herder heeft kunn<strong>en</strong> bestatig<strong>en</strong> hoe hartelijk welkom hij is in zijne nieuwe parochie. "De<br />

Kemp<strong>en</strong>aar" biedt aan d<strong>en</strong> E.H.Janss<strong>en</strong>s, zijne beste gelukw<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoopt dat hij te midd<strong>en</strong><br />

dezer brave bevolking van <strong>Weelde</strong> nog m<strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong> moge arbeid<strong>en</strong> tot verheerlijking van God, <strong>en</strong><br />

heil der bevolking.<br />

3. Hoe <strong>Weelde</strong> in 1935 de goud<strong>en</strong> bruiloft van Fr.Heyns-Van Eyndhov<strong>en</strong> vierde<br />

Uit: De Gazet van Antwerp<strong>en</strong> van 12 februari 1935. "<strong>Weelde</strong>, het prachtig geleg<strong>en</strong> dorpje, verschol<strong>en</strong><br />

achter d<strong>en</strong>negro<strong>en</strong> <strong>en</strong> heidewas, was Maandag wederom in voll<strong>en</strong> feestjubel. M<strong>en</strong> vierde er namelijk<br />

het 50-jarig huwelijksfeest van de echteling<strong>en</strong> Fr.Heyns-Van Eyndhov<strong>en</strong>. Heel "de Brijn", Leemputt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> gansch de wijk was te dier geleg<strong>en</strong>heid in e<strong>en</strong> versche feestviering uitgedost. Op gansch d<strong>en</strong><br />

doortocht wapperde de vlag <strong>en</strong> prachtige, welgekoz<strong>en</strong> jaarschrift<strong>en</strong> sierd<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />

praalbog<strong>en</strong>. Nietteg<strong>en</strong>staande het grijs-dooi<strong>en</strong>d weder, heerschte er alom e<strong>en</strong> geweldige drukte <strong>en</strong><br />

rond het huis der jubilariss<strong>en</strong> was 't één kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> gaan.<br />

Naar de kerk<br />

T<strong>en</strong> 9.15 ure werd<strong>en</strong> de oudjes uit hunne woning gelokt door de muziek. Dan ging het, voorafgegaan<br />

door de fanfare St.-<strong>Nicolaus</strong>kring in geslot<strong>en</strong> auto kerkwaarts. Hier werd<strong>en</strong> de jubilariss<strong>en</strong> gulhartig<br />

onthaald door d<strong>en</strong> Z.E.Heer pastoor, die in e<strong>en</strong> dieppakk<strong>en</strong>de toespraak de oudjes vereerde. Geheel<br />

de parochiekerk was dan ook tot in het kleinste hoekje bezet. E<strong>en</strong> meerstemmige mis weergalmde<br />

door Gods tempel, terwijl de schare God dank<strong>en</strong>d, hare gebed<strong>en</strong> hemelwaarts stuurde. Na het "Te<br />

Deum" weerklonk<strong>en</strong> de gem<strong>en</strong>gde ton<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> machtige feestcantate.<br />

Officieele ontvangst<br />

Na de kerkelijke plechtigheid toog de feeststoet, midd<strong>en</strong> e<strong>en</strong>er juich<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>igte, naar de feestzaal.<br />

Hier werd door d<strong>en</strong> heer burgemeester, omringd van het Schep<strong>en</strong>college, in 'n kernvolle rede de<br />

gelukw<strong>en</strong>sch<strong>en</strong> der bevolking aangebod<strong>en</strong>. De burgemeester wist de fijne snaar van het gemoed te<br />

treff<strong>en</strong>. Hij herinnerde aan de harde jar<strong>en</strong> die Frans <strong>en</strong> Joke e<strong>en</strong>s k<strong>en</strong>de om thans met fierheid op hun<br />

geleverd werk te kunn<strong>en</strong> bog<strong>en</strong>. Het gebruikelijk gesch<strong>en</strong>k van de geme<strong>en</strong>te werd de jubilariss<strong>en</strong><br />

overhandigd.<br />

E<strong>en</strong> vreugdedag<br />

's Namiddags was het wederom volle feestroes. T<strong>en</strong> 14 ure had de optocht plaats van e<strong>en</strong> sierlijk<strong>en</strong><br />

bontkleurig<strong>en</strong> stoet, waarin de verschill<strong>en</strong>de maatschappij<strong>en</strong> wedijver<strong>en</strong> in smaak <strong>en</strong> schoonheid. 's<br />

Avonds sloot deze plechtigheid met e<strong>en</strong> prachtig, fantastisch monstervuurwerk. Geheel d<strong>en</strong> dag door<br />

weerklonk<strong>en</strong> jubelklank<strong>en</strong> <strong>en</strong> de muziek wist steeds de m<strong>en</strong>igte in de feeststemming te houd<strong>en</strong>.<br />

Waarlijk, de geme<strong>en</strong>te <strong>Weelde</strong>, weet hoe e<strong>en</strong> voorbeeld van godsvrucht, trouw <strong>en</strong> liefde di<strong>en</strong>t<br />

gehuldigd.<br />

De feesteling<strong>en</strong><br />

Frans Heyns werd gebor<strong>en</strong> op 24 October 1854, te <strong>Weelde</strong>, <strong>en</strong> zijn brave medehelpster zag het<br />

lev<strong>en</strong>slicht op 15 Juli 1856. Op 11 februari 1885 werd hun huwelijk ingezeg<strong>en</strong>d <strong>en</strong> sedertdi<strong>en</strong> leefd<strong>en</strong><br />

zij gelukkig <strong>en</strong> vredeliev<strong>en</strong>d met elkander. God had dan ook hun liefde trouw gezeg<strong>en</strong>d <strong>en</strong> schonk hun<br />

6 kinder<strong>en</strong>, van dewelke zij er e<strong>en</strong> in het klooster aan God opofferd<strong>en</strong>. Thans mog<strong>en</strong> zij zich<br />

verheug<strong>en</strong> in 18 kleinkinder<strong>en</strong> die God gaf door hun 4 nog in lev<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong>.Frans ziet er<br />

nog kloek uit <strong>en</strong> is nog steeds e<strong>en</strong> beste hulp bij e<strong>en</strong> zijner kinder<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>ig jongeling zou hij nog in


d<strong>en</strong> schaduw stell<strong>en</strong> als het op werk<strong>en</strong> aankomt. De "Gazet" w<strong>en</strong>scht de jubilariss<strong>en</strong> nog lange jar<strong>en</strong><br />

bloei<strong>en</strong>de gezondheid. Frans <strong>en</strong> Joke "ad multos annos".<br />

4. <strong>Weelde</strong> vierde eeuwelinge Angelina Van de Wouwer<br />

Uit: De Gazet van Antwerp<strong>en</strong> van 15 februari 1951. "Wij wet<strong>en</strong> niet, of vader Verhey<strong>en</strong>, de man van<br />

de honderdjarige Angelina Van de Wouwer, in de toekomst kon lez<strong>en</strong>, maar nog voor hij in 1914 stierf<br />

had hij aan zijn kinder<strong>en</strong> gezegd "Ons moeder die wordt wel 100 jaar want die heeft e<strong>en</strong> sterke asem!"<br />

En wat vader Verhey<strong>en</strong> zeker al scherts<strong>en</strong>d heeft gezegd zal binn<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> feit zijn.<br />

Immers op 2 April zal <strong>Weelde</strong> zijn eeuwelinge hebb<strong>en</strong>. Het is voor dit mooi dorpje aan de Nederlandse<br />

gr<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> gebeurt<strong>en</strong>is van belang die niet onopgemerkt zal voorbijgaan. E<strong>en</strong> feestkomiteit is tot stand<br />

gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> zal de feestelijkhed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> luister bezorg<strong>en</strong> zoals <strong>Weelde</strong> dat kan. Angelina Van de<br />

Wouwer, nam in 1879 afscheid van het ouderlijk huis te Vorselaar <strong>en</strong> vestigde zich to<strong>en</strong> met haar man<br />

te <strong>Weelde</strong> onder de brede wiek<strong>en</strong> van de mol<strong>en</strong>. Zij was gehuwd <strong>en</strong> zou zoals het in de Kempische<br />

aard ligt e<strong>en</strong> trouwe vrouw <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hardwerk<strong>en</strong>de huismoeder zijn. Vijf kinder<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uit het<br />

huwelijk gebor<strong>en</strong> waarvan 3 echter tamelijk vroeg stierv<strong>en</strong>. Twee zijn nog in lev<strong>en</strong>, nl. e<strong>en</strong> 62 jarige<br />

gehuwde zoon, die thans het bedrijf uitbaat <strong>en</strong> e<strong>en</strong> 67jarige dochter.<br />

Op de mol<strong>en</strong> was er heel wat te do<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze heeft haar man dapper bijgestaan. Ze kon niet alle<strong>en</strong> hard<br />

werk<strong>en</strong> met de hand<strong>en</strong> maar zij had ook e<strong>en</strong> vlugge geest. Wanneer inderdaad de boer<strong>en</strong> hun<br />

rek<strong>en</strong>ing niet rap g<strong>en</strong>oeg bije<strong>en</strong>geteld kreg<strong>en</strong> zou Angelina tot ieders g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong> handje<br />

hebb<strong>en</strong> toegestok<strong>en</strong>. Afkomstig van Vorselaar herinnert Angelina er gaarne aan dat zij e<strong>en</strong><br />

dorpsg<strong>en</strong>ote is van de Primaat van België, Z.Em. Kardinaal Van Roey. Voor <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> had<br />

Angelina ook de griep te pakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het is verstaanbaar dat de huisg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> zich ietwat ongerust<br />

maakt<strong>en</strong> over haar toestand. Maar nu, verzekerde de dokter, is alles weer normaal <strong>en</strong> schijn<strong>en</strong> de<br />

gevolg<strong>en</strong> van de ziekte verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. Waar het oudje voor haar ziekte nog regelmatig de krant las <strong>en</strong> op<br />

het partijtje whist niet ontbrak, heeft ze dat tijdelijk moet<strong>en</strong> onderbrek<strong>en</strong>. De belangstelling voor de<br />

krant, <strong>en</strong> voor de politiek, komt echter weer bov<strong>en</strong> al naargelang haar gezondheidstoestand verbetert.<br />

Wellicht schuift zij binn<strong>en</strong>kort terug aan wanneer de speelkaart<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>gehaald. <strong>To<strong>en</strong></strong> ze 97<br />

was hanteerde ze nog de breinaald <strong>en</strong> haar huisg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> liet<strong>en</strong> ons fier het werk zi<strong>en</strong> van hun moeder<br />

op die ouderdom: e<strong>en</strong> prachtige bedsprei in pauwsteek, wat, naar m<strong>en</strong> ons verzekerde helemaal zo'n<br />

gemakkelijk werkje niet is. T<strong>en</strong> tijde der Volksraadpleging wilde zij ook haar zeg hebb<strong>en</strong> in dit<br />

probleem dat zo vele hart<strong>en</strong> in België beroerde. Fier is ze voor haar Koning gaan stemm<strong>en</strong>, want<br />

volg<strong>en</strong>s de politieke wijsheid van Angelina heeft e<strong>en</strong> land e<strong>en</strong> koning nodig.<br />

Wanneer ze op 2 April 1951 te <strong>Weelde</strong> zal word<strong>en</strong> gevierd met e<strong>en</strong> Plechtige H.Mis om 11 uur in de<br />

Kerk <strong>en</strong> andere feestelijkhed<strong>en</strong> op het geme<strong>en</strong>tehuis <strong>en</strong> in haar woonst, zal Angelina voor e<strong>en</strong><br />

verrassing zorg<strong>en</strong>. Ze heeft nl. beslot<strong>en</strong> van op die grote feestdag haar huwelijkskler<strong>en</strong> aan te<br />

trekk<strong>en</strong>. Ze tell<strong>en</strong> ook al m<strong>en</strong>ig jaartje, nl. van in 1879, maar zull<strong>en</strong> op haar honderdste verjaring hun<br />

degelijkheid <strong>en</strong> kwaliteit bewijz<strong>en</strong>. Het feest zal verschill<strong>en</strong>de dag<strong>en</strong> dur<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook de mol<strong>en</strong> wordt er<br />

in betrokk<strong>en</strong>. Die werd immers in 1851 in werking gesteld <strong>en</strong> heeft zo reeds honderd jaar di<strong>en</strong>st<br />

gedaan in de familie Verhey<strong>en</strong>. Hij werd onderwijl geklasseerd door de Kommissie van Monum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> Landschapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft steeds heel wat bekijks van vreemde bezoekers. Wij w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het krasse<br />

oudje bij voorbaat van harte proficiat.<br />

Anecdot<strong>en</strong><br />

Onze grootvader<br />

Waarschijnlijk zijn er nooit in de geschied<strong>en</strong>is grootvaders geweest die zoveel verandering<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

meegemaakt als de onze. Onze grootvaders vorm<strong>en</strong> de schakel met e<strong>en</strong> verled<strong>en</strong> dat in tijd gemet<strong>en</strong><br />

nog maar net voorbij is, maar dat door de vele verandering<strong>en</strong> toch al zo ver van ons af lijkt te ligg<strong>en</strong>.<br />

Om e<strong>en</strong> indruk te krijg<strong>en</strong> van hetge<strong>en</strong> onze grootvaders hebb<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> gaan, zoud<strong>en</strong> we<br />

graag één van h<strong>en</strong> aan het woord lat<strong>en</strong>. Van de grootvader die we hier t<strong>en</strong> tonele voer<strong>en</strong>, mog<strong>en</strong> we<br />

aannem<strong>en</strong>, dat hij ruim honderd jaar geled<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong> is. Veel <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> in zijn verhal<strong>en</strong> de<br />

herinnering<strong>en</strong> van hun eig<strong>en</strong> grootvader herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Daarom zull<strong>en</strong> we hem verder aanduid<strong>en</strong> als<br />

onze grootvader <strong>en</strong> in hem alle grootvaders <strong>en</strong> grootmoeders ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van de huidige <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong>.<br />

De verhal<strong>en</strong> die hij u gaat vertell<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> greep uit zijn ijzersterk <strong>en</strong> betrouwbaar<br />

geheug<strong>en</strong>. Wij vrag<strong>en</strong> u om excuses als sommige van zijn herinnering<strong>en</strong> u onvolledig voorkom<strong>en</strong> of


als u ding<strong>en</strong> mist die u eig<strong>en</strong>lijk had will<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>. Onze bedoeling is niet anders dan u e<strong>en</strong> indruk te<br />

gev<strong>en</strong> van de vele verandering<strong>en</strong> die zich in het dagelijkse lev<strong>en</strong> van onze grootvader hebb<strong>en</strong><br />

voltrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> vooral om de laatjes in uw eig<strong>en</strong> geheug<strong>en</strong> op<strong>en</strong> te trekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> u daardoor aan te spor<strong>en</strong><br />

uw kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> kleinkinder<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong>s wat te vertell<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> jong verled<strong>en</strong> dat toch al zo grijs is,<br />

zodat de tere draad met het verled<strong>en</strong> niet zal brek<strong>en</strong>. Immers, zegt de wijsgeer niet: "Wie zijn verled<strong>en</strong><br />

niet k<strong>en</strong>t, dwaalt doelloos <strong>en</strong> onzeker rond <strong>en</strong> weet zich met de toekomst ge<strong>en</strong> raad?"<br />

De weg Turnhout-Poppel<br />

<strong>To<strong>en</strong></strong> ik gebor<strong>en</strong> werd, war<strong>en</strong> de weg<strong>en</strong> in de Kemp<strong>en</strong> nog bijna allemaal onverhard. Door <strong>Weelde</strong><br />

liep slechts één verharde weg, namelijk de weg Turnhout-Ravels-<strong>Weelde</strong>-Poppel. Oorspronkelijk had<br />

de staat deze weg via Ravels-Eel will<strong>en</strong> aanlegg<strong>en</strong>. Waarom er dat niet van gekom<strong>en</strong> is? Nou, dat zit<br />

zo. Rond 1850 moest de weg word<strong>en</strong> verhard. De schrik voor "d<strong>en</strong> Hollander" zat er nog goed in bij de<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. De to<strong>en</strong>malige burgemeester van Ravels woonde in Eel <strong>en</strong> die red<strong>en</strong>eerde zo: als de<br />

Hollanders nog e<strong>en</strong>s kom<strong>en</strong>, dan kom<strong>en</strong> ze met hun leger eerst in Eel aan. Laat daarom de harde<br />

weg maar rechtstreeks via <strong>Weelde</strong> gaan, zonder Eel aan te do<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> burgemeesters in die tijd<br />

heel wat gewicht in de schaal kond<strong>en</strong> legg<strong>en</strong>, besliste de geme<strong>en</strong>teraad dat de weg moest word<strong>en</strong><br />

aangelegd, zoals hij nu ligt, over de Brein <strong>en</strong> het St<strong>en</strong><strong>en</strong> Bruggetje.<br />

De Statie<br />

Veel later moest er nog e<strong>en</strong> verharde weg word<strong>en</strong> aangelegd <strong>en</strong> wel naar de Statie. Bij de aanleg van<br />

deze weg speelde de pastoor e<strong>en</strong> grote rol. Voordat ik over de aanleg van deze weg ga vertell<strong>en</strong>,<br />

moet ik eerst nog iets anders zegg<strong>en</strong>. De statie zou eerst gekom<strong>en</strong> zijn bij de weg naar de Meir,<br />

achter Hag<strong>en</strong>. Daar verzette de Weeldse bevolking zich echter teg<strong>en</strong>, op de eerste plaats de pastoor.<br />

De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ervan overtuigd dat e<strong>en</strong> statie-kwartier veel slecht volk met zich zou meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> me<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze stellig, dat dat slechte volk allerlei problem<strong>en</strong> zou schepp<strong>en</strong>. De koei<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> bijvoorbeeld wel e<strong>en</strong>s minder melk kunn<strong>en</strong> gaan gev<strong>en</strong> werd verteld. Dergelijke argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zorgd<strong>en</strong> ervoor dat de Statie aan de uiterste punt van <strong>Weelde</strong> kwam te ligg<strong>en</strong>. De spoorlijn Turnhout-<br />

Baarle Hertog-Tilburg zou anders van Turnhout naar <strong>Weelde</strong> hebb<strong>en</strong> gelop<strong>en</strong> <strong>en</strong> vandaar via Alph<strong>en</strong><br />

naar Tilburg.<br />

De weg naar de Statie komt er toch<br />

<strong>To<strong>en</strong></strong> de Statie er dan t<strong>en</strong>slotte was, wilde de staat e<strong>en</strong> verharde weg aanlegg<strong>en</strong> van Merksplas via de<br />

Statie naar <strong>Weelde</strong>. De pastoor stookte echter de geme<strong>en</strong>teraad op om teg<strong>en</strong> dat voorstel te<br />

stemm<strong>en</strong>, vanwege dat slechte volk. In de geme<strong>en</strong>teraad zeid<strong>en</strong> ze dan ook: "als we e<strong>en</strong> weg moet<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong>, ploeg<strong>en</strong> we er wel <strong>en</strong>e". Later moest de weg toch verhard word<strong>en</strong>, want veel vervoer ging<br />

van het dorp naar de Statie <strong>en</strong> omgekeerd. Het gebeurde nog al e<strong>en</strong>s dat de karr<strong>en</strong> vastliep<strong>en</strong> in het<br />

mulle zand, zeker de oerts<strong>en</strong> (boomezels) die vaak gelad<strong>en</strong> war<strong>en</strong> met dikke boomstamm<strong>en</strong>. De<br />

voorman sakkerde dan hevig. <strong>To<strong>en</strong></strong> pastoor Beert<strong>en</strong> er zo <strong>en</strong>e hoorde tier<strong>en</strong> zei hij: "Zo komde gij nie<br />

in d<strong>en</strong> hemel". Waarop hij als antwoord kreeg: "Ik moet nie nar d<strong>en</strong> hemel, mer nar de Statie". Het<br />

gevolg was dat burgemeester Wouters t<strong>en</strong>slotte zijn zin kreeg, t<strong>en</strong> koste van pastoor Beert<strong>en</strong>. De<br />

geme<strong>en</strong>teraad stemde er mee in, dat de verharde weg er zou kom<strong>en</strong>. Om de weg te bekostig<strong>en</strong> zou<br />

geme<strong>en</strong>tegrond word<strong>en</strong> verkocht.<br />

De aanleg van de weg naar de Statie<br />

Pastoor Beert<strong>en</strong> zag nu wel in, dat de aanleg van e<strong>en</strong> verharde weg niet meer teg<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong> was.<br />

Als het dan toch zover moest kom<strong>en</strong>, kon hij er ook net zo goed van profiter<strong>en</strong>. Hij kwam met de<br />

aannemer overe<strong>en</strong> dat die de kassei<strong>en</strong> wat verder uit elkaar zou legg<strong>en</strong>, zodat er nog g<strong>en</strong>oeg<br />

kassei<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> overblijv<strong>en</strong> om het stukje weg van het singeltje naar de kerk te bestrat<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als de<br />

weg door de Dreef naar het Hoogeind. De pastoor kreeg zijn zin, maar de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die over de<br />

kassei<strong>en</strong> naar de Statie hobbeld<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> de ideeën van de eerwaarde heer nog vaak hebb<strong>en</strong><br />

vervloekt.<br />

Burgemeester Wouters


Ik vertelde al, dat burgemeester Wouters steeds voor de verharding van de weg gevocht<strong>en</strong> had.<br />

Helaas mocht hij de voltooiing ervan niet meer meemak<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> hij werd begrav<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ze met de<br />

kassei<strong>en</strong> net gevorderd tot aan de Singel. Burgemeester Wouters <strong>en</strong> pastoor Beert<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> nogal<br />

e<strong>en</strong>s met elkaar overhoop geleg<strong>en</strong>. Pastoor Beert<strong>en</strong> zei altijd: "Ik wil schrijlings op het dorp zitt<strong>en</strong>". Hij<br />

wilde dus volledig de baas zijn. Je zult begrijp<strong>en</strong> dat burgemeester Wouters het daar niet mee e<strong>en</strong>s<br />

was. Deze burgemeester heeft dan ook tijd<strong>en</strong>s zijn lev<strong>en</strong> vaak moet<strong>en</strong> vecht<strong>en</strong> om ding<strong>en</strong> gedaan te<br />

krijg<strong>en</strong> waarteg<strong>en</strong> de pastoor <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> zich verzett<strong>en</strong>. Dat bracht natuurlijk allerlei verwikkeling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> narigheid met zich mee. Het stoutste staaltje dat ik daarover kan vertell<strong>en</strong>, is wel het volg<strong>en</strong>de.<br />

Wouters ging regelmatig 's avonds e<strong>en</strong> borreltje drink<strong>en</strong> in het café van Bols in de Straat. Stipt om<br />

acht uur ging hij altijd naar huis. <strong>Nu</strong> moet u wet<strong>en</strong>, dat links van het begin van de Heikantspad, naast<br />

waar nu garage Kol<strong>en</strong> is, e<strong>en</strong> akker was met e<strong>en</strong> houtkant. Vanuit deze kant werd er op hem<br />

geschot<strong>en</strong> met gekapt lood. Het schot ging vlak voor hem door. Burgemeester Wouters beloofde de<br />

dader 50 goudfranc, als deze bij hem om verschoning kwam vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> beloofde alles verder in de<br />

doofpot te stopp<strong>en</strong>. Er werd verder nooit meer over gesprok<strong>en</strong>. Ook na zijn dood werd burgemeester<br />

Wouters nog niet met rust gelat<strong>en</strong>. Het kruis op zijn graf werd omvergegooid. T<strong>en</strong>slotte hebb<strong>en</strong> ze het<br />

kruis vastgemetseld aan de muur van de Sint-Michielskerk. Het staat er nog.<br />

De stoomtram<br />

Om nu weer terug te kom<strong>en</strong> op het vervoer: behalve de aanleg van verharde weg<strong>en</strong> zag ik<br />

bijvoorbeeld ook de tram kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> gaan. Aan het begin van deze eeuw kwam de stoomtram,<br />

voorafgegaan door de aanleg van de tramrails. Vanwege de zwarte rookwolk<strong>en</strong> die hij produceerde<br />

noemd<strong>en</strong> we hem ook wel de Congo-expres of Zwarte Jef. Hij vervoerde van alles: reizigers <strong>en</strong><br />

goeder<strong>en</strong>, tot zelfs e<strong>en</strong> geitebok die als laatste seizo<strong>en</strong>arbeider op p<strong>en</strong>sion naar Poppel moest. De<br />

tramrails liep<strong>en</strong> van Turnhout, via Ravels naar Eel <strong>en</strong> van daar naar de Straat <strong>en</strong> dan naar Poppel om<br />

zo via de Mierdsedijk de gr<strong>en</strong>s over te gaan, op de plaats waar nu het meetstation van het gas ligt,<br />

richting Esbeek <strong>en</strong> Tilburg. De tram kond<strong>en</strong> we al van ver hor<strong>en</strong> fluit<strong>en</strong>. In de oorlog was dat wel e<strong>en</strong>s<br />

gemakkelijk, maar daarover vertel ik u straks wel. De tram moest onderweg regelmatig water bijtank<strong>en</strong><br />

voor de ketel. Er war<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele vaste plaats<strong>en</strong> waar dat gebeurde, zoals bij het eindpunt in Poppel. De<br />

tram had echter ook wel e<strong>en</strong>s plots dorst. Hij stopte dan bij e<strong>en</strong> beekje <strong>en</strong> dan werd er e<strong>en</strong> darm, e<strong>en</strong><br />

buis, naar buit<strong>en</strong> gegooid, in het water. Daarmee werd het water opgezog<strong>en</strong> voor de ketel, dat nodig<br />

was voor de vorming van stoom. Je zag dan paddekopp<strong>en</strong> <strong>en</strong> stekelbaarsjes mee naar binn<strong>en</strong><br />

schiet<strong>en</strong>.<br />

De autorail<br />

Vlak na de Tweede Wereldoorlog werd de stoomtram vervang<strong>en</strong> door de autorail, die over dezelfde<br />

rails liep als de tram. De autorail was e<strong>en</strong> soort autobus met tramwiel<strong>en</strong>. Hij liep op dieselolie <strong>en</strong> hij<br />

trilde <strong>en</strong> bibberde over de rails. Altijd stonk hij naar de mazout, de dieselolie. Het bibber<strong>en</strong> <strong>en</strong> de stank<br />

werkt<strong>en</strong> op de z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong>. Rond 1935 kwam<strong>en</strong> de autobuss<strong>en</strong> die onder de laatste wereldoorlog o.a.<br />

veel smokkelaars met hun smokkelwaar vervoerd<strong>en</strong>.<br />

Andere vervoermiddel<strong>en</strong><br />

Voor de Eerste Wereldoorlog zag<strong>en</strong> we de eerste auto door <strong>Weelde</strong> rijd<strong>en</strong>. Eén van de eerste auto's<br />

die we zag<strong>en</strong> was die van e<strong>en</strong> Poppelaar. Dat was <strong>en</strong>e zekere Luyt<strong>en</strong> die in Turnhout woonde, maar<br />

eig<strong>en</strong>lijk afkomstig was uit Poppel. Hij had zelf e<strong>en</strong> auto gemaakt <strong>en</strong> daarmee maakte hij de weg<br />

onveilig. Later kwam<strong>en</strong> de moto's, die we hier tuffers noemd<strong>en</strong>, verder de vrachtauto's <strong>en</strong> natuurlijk<br />

ook de fiets.<br />

Gevolg<strong>en</strong> van de nieuwe vervoermiddel<strong>en</strong><br />

De gevolg<strong>en</strong> van de nieuwe vervoermiddel<strong>en</strong> zijn moeilijk te overschatt<strong>en</strong>. Er kond<strong>en</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

aangevoerd voor het verhard<strong>en</strong> van de landbouwweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> cem<strong>en</strong>t, kalk <strong>en</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> voor de bouw van<br />

huiz<strong>en</strong>. Allerlei nieuwe meststoff<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangevoerd waardoor de landbouw ongek<strong>en</strong>de<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> kreeg, zeker to<strong>en</strong> later ook de landbouwmachines kwam<strong>en</strong>. De boer<strong>en</strong> kond<strong>en</strong><br />

voortaan gemakkelijk met boter <strong>en</strong> eier<strong>en</strong> naar de markt in Turnhout. Landbouwprodukt<strong>en</strong>, zoals<br />

gran<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> voortaan verstuurd word<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als runder<strong>en</strong>. Vroeger was m<strong>en</strong> voor zijn studies<br />

aangewez<strong>en</strong> op internat<strong>en</strong>. <strong>Nu</strong> kond<strong>en</strong> de jonger<strong>en</strong> gaan studer<strong>en</strong> aan het externaat te Turnhout, wat


natuurlijk het peil van de algem<strong>en</strong>e ontwikkeling van de jeugd <strong>en</strong>orm stimuleerde. De postbode, de<br />

dokter, de scholier, de huismoeder, all<strong>en</strong> vergroott<strong>en</strong> hun mogelijkhed<strong>en</strong>, dankzij de fiets. De hele<br />

streek werd in <strong>en</strong>kele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> volledig ontslot<strong>en</strong>. Bed<strong>en</strong>k maar e<strong>en</strong>s, to<strong>en</strong> ik gebor<strong>en</strong> werd,<br />

gebeurde alles nog te voet of met het paard <strong>en</strong> kar. Poppel was één uur gaans <strong>en</strong> Turnhout twee uur.<br />

Teg<strong>en</strong>woordig ligg<strong>en</strong> deze plaats<strong>en</strong> bij wijze van sprek<strong>en</strong>, aan de voordeur. Natuurlijk zijn er ook<br />

nadelige gevolg<strong>en</strong> aan te wijz<strong>en</strong>. Het eeuw<strong>en</strong>oude, rustige dorpsbeeld met daaromhe<strong>en</strong> het<br />

Kempische landschap met zijn rijke flora <strong>en</strong> fauna, is volledig verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. Overal raast het verkeer.<br />

Alle<strong>en</strong> deze verandering, die zich binn<strong>en</strong> honderd jaar voltrok, is al ongelooflijk groot.<br />

De heide<br />

De ontsluiting van de Kemp<strong>en</strong> heeft ook voor ons <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geweldige omw<strong>en</strong>teling<br />

teweeggebracht. Maar ik heb meer omw<strong>en</strong>teling<strong>en</strong> meegemaakt. Het bruine landschap van de heid<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de woeste grond<strong>en</strong> heb ik zi<strong>en</strong> verander<strong>en</strong> in het gro<strong>en</strong>e landschap van de weid<strong>en</strong>, de boss<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de kor<strong>en</strong>veld<strong>en</strong>. Tot halverwege de vorige eeuw was <strong>Weelde</strong> bijna geheel omgev<strong>en</strong> door heideveld<strong>en</strong>.<br />

Bij helder weer kon je <strong>en</strong>orm ver weg kijk<strong>en</strong>. Vanaf het Kijkverdriet te Ravels kon m<strong>en</strong> de tor<strong>en</strong>s zi<strong>en</strong><br />

van de Trappist<strong>en</strong> te Tilburg. In de tweede helft van de vorige eeuw werd<strong>en</strong> de woeste grond<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

heideveld<strong>en</strong> steeds verder ontgonn<strong>en</strong>, zeker na de hongersnood van 1847. Voor de ontginning werd<br />

gebruik gemaakt van e<strong>en</strong> grote heiploeg, getrokk<strong>en</strong> door paard<strong>en</strong>, later van e<strong>en</strong> locomobiel<br />

(stilstaande stoommachine) met lierkabel <strong>en</strong> nog later van tractor<strong>en</strong>. Zeker in de Tweede<br />

Wereldoorlog is er veel ontgonn<strong>en</strong>. Met de ontginning van de heideveld<strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> ook de<br />

schaapsstall<strong>en</strong> <strong>en</strong> de herders die met hun kudd<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong>lang door het Kempische land hebb<strong>en</strong><br />

gezworv<strong>en</strong>.<br />

Meststoff<strong>en</strong><br />

Eeuw<strong>en</strong>lang verkreg<strong>en</strong> onze boer<strong>en</strong> hun mest uit de potstal. De potstal was zo'n 70 tot 125 cm diep.<br />

De vloer was van leem of zand. In de hei werd<strong>en</strong> schadd<strong>en</strong> gestok<strong>en</strong>. Deze heiplagg<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

gebruikt om de vloer van de potstal mee te bedekk<strong>en</strong>. Hierop kwam e<strong>en</strong> laag strooisel te ligg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

daarop de mest (schitt<strong>en</strong>) van het vee. De koei<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> op het koeibed, dat bedekt was met rond<br />

hout. Bov<strong>en</strong> de potstal was de schelft, waarop mustert lag <strong>en</strong> daarop de hooitas. Met de komst van<br />

kalk <strong>en</strong> meststoff<strong>en</strong> zoals het metaalschuim (thomasslakk<strong>en</strong>meel), peruguano, kalizout, kaïniet <strong>en</strong><br />

beer (gier) verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> de potstall<strong>en</strong>. De Kempische grond, van nature arm aan fosfor, kalk <strong>en</strong> kalium<br />

kreeg door deze nieuwe meststoff<strong>en</strong> meer r<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t, wat verdere ontginning natuurlijk stimuleerde te<br />

meer daar de afzetmogelijkhed<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> vergroot. Aanvankelijk geloofd<strong>en</strong> de boer<strong>en</strong> niet zo erg in al<br />

die nieuwighed<strong>en</strong>. Al spoedig zag<strong>en</strong> ze echter, dat het gewas door de nieuwe meststoff<strong>en</strong> groter werd<br />

<strong>en</strong> donkerder van kleur <strong>en</strong> dat overtuigde zelfs de meest ongelovige thomas.<br />

Landbouw<br />

De nieuwe bemestingsmethod<strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> nieuwe gewass<strong>en</strong> met zich mee. Haver, kor<strong>en</strong>, gro<strong>en</strong><br />

(rap<strong>en</strong>), biet<strong>en</strong>, spurrie, aardappel<strong>en</strong> <strong>en</strong> kol<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele gewass<strong>en</strong> die geteeld werd<strong>en</strong>. Oude<br />

landbouwwerktuig<strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>, nieuwe versch<strong>en</strong><strong>en</strong> maar verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> ook weer. Alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

opsomming van de verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> landbouwwerktuig<strong>en</strong> zou vele bladzijd<strong>en</strong> vull<strong>en</strong>. Om stro of biet<strong>en</strong> te<br />

snijd<strong>en</strong> werd gebruik gemaakt van e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamde scherfbak <strong>en</strong> e<strong>en</strong> scherfzeis. Later, in het begin<br />

van de 20ste eeuw, versch<strong>en</strong><strong>en</strong> allerlei machi<strong>en</strong>tjes om gewass<strong>en</strong> zoals biet<strong>en</strong> <strong>en</strong> toll<strong>en</strong> (rap<strong>en</strong>) fijn te<br />

snijd<strong>en</strong>. Het veevoer nam e<strong>en</strong> belangrijke plaats in. Biet<strong>en</strong>, het loof van rap<strong>en</strong>, klaver, spurrie werd<strong>en</strong><br />

gebruikt als gro<strong>en</strong>voer. Wanneer het gesned<strong>en</strong> gro<strong>en</strong>voer in de keel van de koe bleef stek<strong>en</strong>, maakte<br />

m<strong>en</strong> gebruik van e<strong>en</strong> "koeie-stomper", e<strong>en</strong> lang stuk hout dat van voor was afgerond. De boer stak het<br />

in de muil van de koe <strong>en</strong> duwde het stuk biet dat was blijv<strong>en</strong> stek<strong>en</strong>, verder. Belangrijker dan<br />

gro<strong>en</strong>voer was in vroegere jar<strong>en</strong> de koeiketel. In de koeiketel kwam alles terecht wat maar <strong>en</strong>igszins<br />

eetbaar was: gesned<strong>en</strong> knoll<strong>en</strong>, aardappel<strong>en</strong>, rap<strong>en</strong>, afval van gedors<strong>en</strong> gran<strong>en</strong> <strong>en</strong> schill<strong>en</strong>. Deze<br />

voedermassa werd gekookt <strong>en</strong> aan het vee gegev<strong>en</strong>.<br />

De vuurstek<br />

Voor de gezondheid van het vee war<strong>en</strong> de boer<strong>en</strong> op zichzelf aangewez<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> veearts k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> we in<br />

<strong>Weelde</strong> niet. Sommige boer<strong>en</strong> war<strong>en</strong> op het gebied van de dierg<strong>en</strong>eeskunde onderlegd, doordat dit<br />

van vader op zoon werd overgeleverd. Voor het g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong> van het vee had m<strong>en</strong> allerlei middeltjes. Eén


ervan wil ik u niet onthoud<strong>en</strong>. Om het kwaad uit het dier te drijv<strong>en</strong> ging de boer als volgt te werk. Hij<br />

gebruikte e<strong>en</strong> tang, met aan het uiteinde twee plaatjes met in het <strong>en</strong>e plaatje e<strong>en</strong> gaatje <strong>en</strong> in het<br />

andere e<strong>en</strong> sleuf. Met de tang pakte hij e<strong>en</strong> huidplooi van de koe <strong>en</strong> met e<strong>en</strong> els werd dan e<strong>en</strong> gaatje<br />

in de huidplooi gestok<strong>en</strong>. De vuurstek werd in het gaatje gestok<strong>en</strong>. De vuurstek was de wortel van e<strong>en</strong><br />

bepaalde plant, ik me<strong>en</strong> die van het vuurkruid (Helleborus viridis). De wonde met daarin de wortel<br />

begon nu geweldig te ontstek<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo werd het kwaad eruit gezwor<strong>en</strong>.<br />

Communicatie<br />

E<strong>en</strong> andere omw<strong>en</strong>teling voltrok zich op het gebied van de communicatie. Vroeger, tot in de tweede<br />

helft van de vorige eeuw, leefd<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> erg geïsoleerd. De krant werd slechts gelez<strong>en</strong> door<br />

<strong>en</strong>kele voorname her<strong>en</strong>, zoals de notaris <strong>en</strong> de pastoor. Telegraaf, telefoon, radio <strong>en</strong> televisie haald<strong>en</strong><br />

ons pas in de 20ste eeuw volledig uit de e<strong>en</strong>zaamheid. Toch war<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vindingrijk als het ging<br />

om nieuws snel door te gev<strong>en</strong>. Ik zal u <strong>en</strong>ige voorbeeld<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>.<br />

Gekoz<strong>en</strong><br />

Voor dit verhaal moet ik weer e<strong>en</strong>s terug naar burgemeester Wouters. Behalve burgemeester was hij<br />

ook lid van de provincieraad. In de verkiezingsstrijd was het er hard aan toegegaan <strong>en</strong> het zou erom<br />

spann<strong>en</strong> of hij herkoz<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>. In Ar<strong>en</strong>donk werd<strong>en</strong> de stemm<strong>en</strong> geteld. Om het nieuws snel in<br />

<strong>Weelde</strong> te krijg<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> op de heide tuss<strong>en</strong> Ar<strong>en</strong>donk <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> post<strong>en</strong> gezet, die het bericht door<br />

middel van tek<strong>en</strong>s doorgav<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> slechts twee tek<strong>en</strong>s nodig: gekoz<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet-gekoz<strong>en</strong>. De<br />

stemm<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in Ar<strong>en</strong>donk nog maar net geteld of we wist<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong> al hoe het zat.<br />

Burgemeester Wouters zou weer in de provincieraad kom<strong>en</strong>. In <strong>Weelde</strong> wist<strong>en</strong> ze wie er kiespijn zou<br />

hebb<strong>en</strong>: de burgemeester of de pastoor.<br />

Het angelus<br />

De stand van de zon lichtte vroeger de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op het veld in over de tijd. Het tijdsein van 11 uur werd<br />

echter k<strong>en</strong>baar gemaakt door het klepp<strong>en</strong> van het angelus. Dat was het tek<strong>en</strong> om de Engel des Her<strong>en</strong><br />

te aanbidd<strong>en</strong>. Voor de huisvrouw was het tev<strong>en</strong>s het sein om de aardappel<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> het vuur te<br />

hang<strong>en</strong>. Het angelus werd geluid door de onderwijzer die vroeger tegelijkertijd koster was. De school<br />

stond to<strong>en</strong> op het kerkhof. Wanneer de kinder<strong>en</strong> 's morg<strong>en</strong>s binn<strong>en</strong>kwam<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> zandloper<br />

omgedraaid. Om het half uur herhaalde zich dat, totdat het elf uur was; dan werd de onderwijzer ev<strong>en</strong><br />

koster <strong>en</strong> repte zich naar de kerk.<br />

De telefoon<br />

Het zal in 1922 geweest zijn, dat <strong>Weelde</strong> de telefoon kreeg. Janneke Bax van de Boer<strong>en</strong>bond, het<br />

geme<strong>en</strong>tehuis, de rijkswacht <strong>en</strong> Jef Van der Voort war<strong>en</strong> de eerste abonnees in <strong>Weelde</strong>. Jef van<br />

Desjes woonde op de Dijk <strong>en</strong> in zijn werkhuis timmerde hij in e<strong>en</strong> hoekje e<strong>en</strong> hout<strong>en</strong> hok waarin de<br />

telefoon kwam te hang<strong>en</strong>. Daar kond<strong>en</strong> we gaan bell<strong>en</strong>. In het begin wist<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet goed raad<br />

met zo'n toestel, ze hadd<strong>en</strong> er zelfs schrik van. Ik heb gewet<strong>en</strong> hoe iemand e<strong>en</strong>s aan de telefoon<br />

stond met zijn oor teg<strong>en</strong> de spreekhoorn gedrukt <strong>en</strong> luidkeels roep<strong>en</strong>d in de luisterhoorn. Hij geraakte<br />

maar niet in gesprek.<br />

De radio<br />

Ook de radio deed in de jar<strong>en</strong> '20 zijn intrede. De pastoor <strong>en</strong> notaris De Boungne war<strong>en</strong> de eerste<br />

eig<strong>en</strong>aars. De radio's liep<strong>en</strong> to<strong>en</strong> nog op batterij<strong>en</strong>, want de elektriciteit kwam pas omstreeks 1930.<br />

We hadd<strong>en</strong> nu de telegraaf, de telefoon, de radio <strong>en</strong> later na de Tweede Wereldoorlog kwam er ook<br />

nog de televisie bij. De wereld tot ver rondom <strong>Weelde</strong> werd voortaan als het ware de huiskamer<br />

binn<strong>en</strong>gegooid.<br />

De stoomfluit<br />

Als in de oorlog de zwarte g<strong>en</strong>darmes in de tram zat<strong>en</strong> op weg naar <strong>Weelde</strong>, dan werd<strong>en</strong> we door de<br />

tram gewaarschuwd. Vanaf Ravels-Eel kond<strong>en</strong> we hem al hor<strong>en</strong> fluit<strong>en</strong>. Om ons te waarschuw<strong>en</strong> floot


hij dan op alle mogelijke punt<strong>en</strong>. We wist<strong>en</strong> dan, dat er iets aan de hand was <strong>en</strong> alle jonge gast<strong>en</strong><br />

zocht<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goed he<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> telefoontje uit het Hondskot<br />

We werd<strong>en</strong> ook wel e<strong>en</strong>s op e<strong>en</strong> andere manier gewaarschuwd voor Duitsers op de tram. Er werd dan<br />

gebeld vanuit café Het Hondskot, dat lag aan de ingang van het kasteel te Turnhout. We kreg<strong>en</strong> dan<br />

bijvoorbeeld de boodschap, dat de tram vier pakk<strong>en</strong> plant<strong>en</strong> meebracht. Onmiddellijk daarna zag je<br />

dan overal meisjes de straat overstek<strong>en</strong> om de jongemann<strong>en</strong> te waarschuw<strong>en</strong> dat er vier Duitse<br />

controleurs met de tram meekwam<strong>en</strong>.<br />

Ze war<strong>en</strong> niet dom<br />

U ziet wel dat we in <strong>Weelde</strong> niet door één gat te vang<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Ik zal u daar e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> paar<br />

voorbeeld<strong>en</strong> van gev<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> geheel ander gebied. U hebt misschi<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong>s gelez<strong>en</strong>, dat de<br />

inwoners van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> Poppel in de tijd van het hertogdom Brabant verplicht war<strong>en</strong> om te werk<strong>en</strong><br />

aan de vesting<strong>en</strong> van Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan de dijk<strong>en</strong> in de Meierij van D<strong>en</strong> Bosch. In de veerti<strong>en</strong>de eeuw<br />

werd<strong>en</strong> die verplichting<strong>en</strong> beperkt tot het onderhoud van de Rovertsebrug. In de tijd van Napoleon<br />

moest<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> gaan help<strong>en</strong> bij de aanleg van de weg Antwerp<strong>en</strong>-Turnhout, maar<br />

weer beriep<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> zich to<strong>en</strong> op het feit dat ze de Rovertse brug moest<strong>en</strong> onderhoud<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> weer werd<strong>en</strong> ze ontslag<strong>en</strong> van hun verplichting om te werk<strong>en</strong> aan de weg Antwerp<strong>en</strong>-Turnhout.<br />

Poppel was in die tijd al lang van <strong>Weelde</strong> afgescheid<strong>en</strong>. De <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> zeid<strong>en</strong> daarom to<strong>en</strong> ze aan<br />

de Rovertse brug zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> gaan werk<strong>en</strong>: "Nee, nee, Poppel is afgescheid<strong>en</strong>, dus Poppel moet<br />

haar brug zelf maar onderhoud<strong>en</strong>". Het gevolg was dat ze in <strong>Weelde</strong> noch aan de brug werkt<strong>en</strong>, noch<br />

aan de weg.<br />

Hij trok zijn plan<br />

E<strong>en</strong> ander voorbeeld waaruit blijkt dat we ons gemakkelijk uit e<strong>en</strong> noodsituatie kunn<strong>en</strong> redd<strong>en</strong> is het<br />

volg<strong>en</strong>de. In vroegere jar<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> de meeste m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> lez<strong>en</strong> noch schrijv<strong>en</strong>; ook de burgemeester<br />

niet. Op e<strong>en</strong> goede dag moest de bisschop in <strong>Weelde</strong> word<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>. Op de schouders van de<br />

eerste burger rustte de taak om de monseigneur te ontvang<strong>en</strong>. De pastoor of de onderwijzer had voor<br />

de burgemeester e<strong>en</strong> mooie speech opgeschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> die had de burgemeester van buit<strong>en</strong> geleerd,<br />

want lez<strong>en</strong> kon hij niet. Daar kwam de bisschop. Onze burgemeester kreeg het er warm van <strong>en</strong> hij<br />

voelde de z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong> in zijn buikske kriebel<strong>en</strong>. Hij pakte zijn papier om op e<strong>en</strong> deftige manier de speech<br />

zog<strong>en</strong>aamd te gaan voorlez<strong>en</strong>. Door zijn nervositeit liet zijn geheug<strong>en</strong> hem in de steek. Misschi<strong>en</strong> dat<br />

de H.Geest op dat mom<strong>en</strong>t medelijd<strong>en</strong> met hem kreeg, want plotseling begon er bij hem e<strong>en</strong> lichtje te<br />

brand<strong>en</strong>. "Och mijnheer de monseigneur", zei onze burgemeester, "Naw hem ik toch mijn<strong>en</strong> bril<br />

verget<strong>en</strong>. Mer wette we, leest het thuis mer 'ns op oew gemakske, get tuis toch teit g<strong>en</strong>oeg", <strong>en</strong> hierop<br />

overhandigde hij zijn papier aan de monseigneur.<br />

Smokkelaars<br />

Ook onze smokkelaars hebb<strong>en</strong> zich altijd goed uit de moeilijkhed<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> te redd<strong>en</strong>. Wat werd er<br />

allemaal gesmokkeld? Wel, naar Nederland vooral tabak. In Nederland zeid<strong>en</strong> ze: "Zolang er in België<br />

gras groeit, zolang zull<strong>en</strong> we in Nederland shag rok<strong>en</strong>". Vanuit Nederland werd<strong>en</strong> boter, graan <strong>en</strong><br />

rode kol<strong>en</strong> (de lastigste vracht) meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In de oorlog bracht<strong>en</strong> ze zelfs Franse krijgsgevang<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

mee die uit Duitsland gevlucht war<strong>en</strong>. Het toppunt van de smokkel was wel de smokkel van e<strong>en</strong><br />

smokkelaar. Dat zat zo. E<strong>en</strong> smokkelaar was in het gasthuis terecht gekom<strong>en</strong>, nadat hij was<br />

aangeschot<strong>en</strong>. Zijn makkers hebb<strong>en</strong> hem to<strong>en</strong> van bed gehaald <strong>en</strong> uit het gasthuis gesmokkeld. Met<br />

de oprichting van de B<strong>en</strong>elux ging de echte smokkel tot het verled<strong>en</strong> behor<strong>en</strong> <strong>en</strong> kwam er e<strong>en</strong> einde<br />

aan e<strong>en</strong> illegale broodwinning die door de gr<strong>en</strong>sbewoners moreel als legaal was aanvaard. Voor vel<strong>en</strong><br />

was het e<strong>en</strong> passie, te vergelijk<strong>en</strong> met die van e<strong>en</strong> stroper die het strop<strong>en</strong> niet kan lat<strong>en</strong>.<br />

Onze broodwinning<br />

Behalve de smokkel hadd<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> ook broodwinning<strong>en</strong> die echt legaal war<strong>en</strong>. Van<br />

oudsher vormd<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> echte landbouwgeme<strong>en</strong>schap, maar ook op andere manier<strong>en</strong> verdi<strong>en</strong>d<strong>en</strong>


we de kost. Enkele beroep<strong>en</strong> uit de 18de <strong>en</strong> 19de eeuw zijn: schaapsherder, mol<strong>en</strong>aar, olieslager,<br />

koperslager, brouwer, raaimaker (wag<strong>en</strong>maker), kleermaker, spinner, wever, kuiper, herbergier <strong>en</strong> ga<br />

zo maar door. En dan hadd<strong>en</strong> we natuurlijk ook de pastoor, de kapelaan, de notaris, de onderwijzer<br />

<strong>en</strong> de veldwachter. Zelfs klokk<strong>en</strong>makers heeft ons dorp gek<strong>en</strong>d. In Rijkevorsel staat e<strong>en</strong> klok met het<br />

opschrift: Kin tot <strong>Weelde</strong> 1641. In de Lindeboom, op het Mol<strong>en</strong>einde, stond vroeger e<strong>en</strong> klok waarop<br />

stond: Jan Kin.<br />

Brouwerij<strong>en</strong><br />

Halverwege de vorige eeuw telde <strong>Weelde</strong> drie brouwerij<strong>en</strong>. Eén in de Straat bij Hofk<strong>en</strong>s, één op de<br />

hoek van het Lijkstraatje, wat nu de Oude Kerkweg is, op de plaats waar nu melkboerhandelaar<br />

Janss<strong>en</strong>s zit, <strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte nog één in de Meir, de huidige boerderij Maas. De waterputt<strong>en</strong> van de<br />

laatste twee brouwerij<strong>en</strong> staan er nu nog. De waterputt<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grotere diameter dan de<br />

normale waterputt<strong>en</strong>.<br />

Café's<br />

Aan herberg<strong>en</strong> of cafe's had <strong>Weelde</strong> ook ge<strong>en</strong> gebrek. Ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er vroeger. Alle<strong>en</strong> in de<br />

Straat al zo'n vijfti<strong>en</strong>. Iemand die thuis e<strong>en</strong> nering had, deed er al gemakkelijk e<strong>en</strong> cafeeke bij. Zo was<br />

bijvoorbeeld Toon Luyt<strong>en</strong> in het Mol<strong>en</strong>einde wag<strong>en</strong>maker. In zo'n café stond e<strong>en</strong> toogske met e<strong>en</strong><br />

paar fless<strong>en</strong> bier <strong>en</strong> je kon er e<strong>en</strong> borreltje drink<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> dikkop zoals wij zeid<strong>en</strong>. Als er iemand kwam<br />

<strong>en</strong> moest wacht<strong>en</strong>, dan dronk hij wat. Dat bracht e<strong>en</strong> paar c<strong>en</strong>times op <strong>en</strong> dat kond<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

vroeger goed gebruik<strong>en</strong>. In de jar<strong>en</strong> '90 van de vorige eeuw, had je in de Straat ook het café van<br />

Mieke de Kuiper. Bij Mieke werd vaak druk over politiek gepraat <strong>en</strong> als dat gebeurde nadat er al diep<br />

in het glaasje gekek<strong>en</strong> was, ontaarde dat wel e<strong>en</strong>s in e<strong>en</strong> fikse ruzie. Zo gebeurde het e<strong>en</strong>s dat e<strong>en</strong><br />

politiek debat uitmondde in e<strong>en</strong> soort slapstick waarbij met plakk<strong>en</strong> hesp gegooid werd. In de Straat<br />

woond<strong>en</strong> vroeger twee kasteleins die om de beurt bij elkaar e<strong>en</strong> paar dikkopp<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> drink<strong>en</strong>.<br />

Wanneer er afgerek<strong>en</strong>d moest word<strong>en</strong>, haalde deg<strong>en</strong>e die bij de andere op bezoek was, e<strong>en</strong><br />

muntstuk van 5 c<strong>en</strong>times uit zijn vestjeszak tevoorschijn <strong>en</strong> betaalde. De keer daarop herhaalde dit<br />

ritueel zich in het café van de ander. Op deze manier betaald<strong>en</strong> ze elkaar e<strong>en</strong> jaar lang om de beurt<br />

met hetzelfde muntstuk. Enkele herberg<strong>en</strong> in het begin van de 20e eeuw war<strong>en</strong>:<br />

1. Antoon Luyt<strong>en</strong>: De wag<strong>en</strong>maker<br />

2. Karel Claes<strong>en</strong>: In d<strong>en</strong> eik<br />

3. Louis Claes<strong>en</strong>: De ploeg<br />

4. Fi<strong>en</strong> Van Hoeck: In 't gro<strong>en</strong>e veld<br />

5. Jaak Van Gils: De posthoorn<br />

6. Charel Segers: De uitspanning<br />

7. Gustje Verhey<strong>en</strong>: In de Zwaan<br />

8. Adriaan Hermans: Kapelhof<br />

9. Hofk<strong>en</strong>s: Tramhalt<br />

10. Jan Moon<strong>en</strong>: Brouwerij<br />

11. Knaeps: In 't Zonneke<br />

12. Drika van de Smid: In de drie Hoefijzers<br />

13. Corneel Diels: In de Hoefsmid<br />

14. Bols: De goud<strong>en</strong> Leeuw<br />

15. Adriaan Geerts: Mol<strong>en</strong>huis<br />

16. To Sterrek<strong>en</strong>s: 't Witte Paard<br />

17. Fi<strong>en</strong> de weew: De zev<strong>en</strong>ster<br />

18. Modest Van der Voort: De Kroon<br />

19. Frans Haag<strong>en</strong>: De beurs<br />

20. Jos Kin: De nieuw<strong>en</strong> buit<strong>en</strong><br />

21. Jef Dick<strong>en</strong>s: De Zwaan<br />

22. Stan Van Hees: Kerkzicht<br />

23. A.Van Loon: 't Singeltje<br />

24. Jef De Rijk: In d<strong>en</strong> Zoet<strong>en</strong> Inval<br />

25. Alfons Van Loon: Bij de Mulder<br />

26. Jaak Van Loon: Ste<strong>en</strong><strong>en</strong>brug<br />

27. Jef Ooms: Berg af


28. Gust Van Loon: Berg op<br />

29. Alfons Van Hees: Café Sport<br />

De dokter<br />

E<strong>en</strong> beroep dat ik nog niet heb g<strong>en</strong>oemd, is het beroep van dokter. Dokter Amandus Van Bael<strong>en</strong> was<br />

de eerste arts die zich in <strong>Weelde</strong> vestigde. Daarvoor war<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> op de<br />

dokter van Baarle of van Turnhout. In Turnhout was dat Van Everbroek. Op e<strong>en</strong> kwade dag kwam er<br />

e<strong>en</strong> vrouw met haar vader bij hem, wi<strong>en</strong>s oor zo zwaar gehav<strong>en</strong>d was dat Van Everbroekske "d'oor"<br />

moest afzett<strong>en</strong>. De dochter van de <strong>Weelde</strong>naar vroeg: "Mijnier doktoor, wat moet ik met vaders oor,<br />

moet ik die ook naar 't kerkhof drag<strong>en</strong>? 't Is toch ook vlees van e<strong>en</strong> christ<strong>en</strong>m<strong>en</strong>s". De dokter<br />

replikeerde: "Geef ze maar aan de kat". Waarop de vrouw riep: "poetje, poetje, poetje".<br />

De techniek<br />

Ik heb al gewez<strong>en</strong> op drie grote omw<strong>en</strong>teling<strong>en</strong>. De omw<strong>en</strong>teling<strong>en</strong> in het landschap, het vervoer <strong>en</strong><br />

de communicatie. E<strong>en</strong> vierde omw<strong>en</strong>teling is die in de techniek, als gevolg van de industriële revolutie.<br />

Natuurlijk hang<strong>en</strong> deze omw<strong>en</strong>teling<strong>en</strong> met elkaar sam<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook de meeste andere verandering<strong>en</strong><br />

die ik g<strong>en</strong>oemd heb, zijn hier indirect of direct het gevolg van. Het <strong>en</strong>orm aantal beroep<strong>en</strong> dat we<br />

teg<strong>en</strong>woordig k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, is ongetwijfeld e<strong>en</strong> gevolg van deze omw<strong>en</strong>teling<strong>en</strong>. Maar goed, ik dwaal weer<br />

af. E<strong>en</strong> gevolg van de industriële revolutie was o.a. de komst van de stoommachines <strong>en</strong> de<br />

electriciteit. Stoom was nodig voor de melkerij, de brouwerij <strong>en</strong> de zagerij. Wag<strong>en</strong>maker Luyt<strong>en</strong> had<br />

zelfs e<strong>en</strong> machine geïnstalleerd voor het zag<strong>en</strong> van boomstamm<strong>en</strong>.<br />

De straatverlichting<br />

Voordat we in <strong>Weelde</strong> kond<strong>en</strong> gaan profiter<strong>en</strong> van het elektrisch licht werd<strong>en</strong> we in ons dorp bijgelicht<br />

door lantaarns die brandd<strong>en</strong> op petroleum. Ze hing<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> ijzer<strong>en</strong> haak die in de muur bevestigd<br />

was. In het Mol<strong>en</strong>einde hing er e<strong>en</strong>tje <strong>en</strong> in de Straat drie. E<strong>en</strong>tje hing er aan e<strong>en</strong> klein winkeltje dat<br />

op de hoek van het Mol<strong>en</strong>einde stond. Zo'n zeshonderd meter verder in de Straat hing er nog e<strong>en</strong>tje,<br />

teg<strong>en</strong>over de kerk. Dan hing er nog e<strong>en</strong>tje bij Bols, in de grote draai. T<strong>en</strong>slotte één aan het begin van<br />

de weg naar de Hegge. Ze war<strong>en</strong> zo opgesteld dat vanaf de <strong>en</strong>e de volg<strong>en</strong>de te zi<strong>en</strong> was. Ze di<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

eig<strong>en</strong>lijk alle<strong>en</strong> als richtpunt.<br />

Huisverlichting<br />

In huis maakt<strong>en</strong> we vroeger gebruik van smoutlampkes of oliepitjes. Later kwam<strong>en</strong> petroleumlamp<strong>en</strong>.<br />

Nog later carbidlamp<strong>en</strong> <strong>en</strong> lamp<strong>en</strong> die onder druk op b<strong>en</strong>zine brandd<strong>en</strong>. Van deze twee laatste gaf<br />

het verwarmde kousje in de vlam e<strong>en</strong> helder licht.<br />

De kachel<br />

In de vorige eeuw warmd<strong>en</strong> we ons in de winter in de op<strong>en</strong> haard, waarin de hesp hing te rok<strong>en</strong>. De<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zat<strong>en</strong> dan rond het vuur <strong>en</strong> verteld<strong>en</strong> elkaar over dwaallichtjes, heks<strong>en</strong>, spok<strong>en</strong> <strong>en</strong> kabouters<br />

(keutels <strong>en</strong> hummeltjes). Later kwam de Leuv<strong>en</strong>se stoof, waaraan we onze verkleumde ledemat<strong>en</strong><br />

kond<strong>en</strong> warm<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarop de pott<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> te pruttel<strong>en</strong>. Weer later werd er gekookt op de<br />

petroleumkachel, e<strong>en</strong> petroleumstel met pitt<strong>en</strong>. <strong>To<strong>en</strong></strong> het eerste in <strong>Weelde</strong> versche<strong>en</strong>, kwam iedere<strong>en</strong><br />

kijk<strong>en</strong> hoe van dit wonder gebruik kon word<strong>en</strong> gemaakt.<br />

Het alkoof<br />

In huis is aan meubilair ook nogal wat veranderd. In plaats van bijvoorbeeld de bedstede of het alkoof<br />

is het bed gekom<strong>en</strong>. Het alkoof met daarin de beddebak, was afgeslot<strong>en</strong> met deur<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gordijn.<br />

Er hing e<strong>en</strong> plank in waarop de j<strong>en</strong>everfles stond, de pispot, de anijsfles voor de kleine <strong>en</strong> allerlei<br />

wondermiddeltjes voor ziek<strong>en</strong>. In de beddebak stopt<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> soms gagel (vlooikruid) teg<strong>en</strong> de<br />

vlooi<strong>en</strong>. Dat plantje groeide in het moeras. Onder het alkoof was soms e<strong>en</strong> ruimte die je vanuit de stal<br />

kon bereik<strong>en</strong>. Op dat warme plekje werd<strong>en</strong> bijvoorbeeld de aardappel<strong>en</strong> bewaard. Aan het voeteinde


van de bedstede lag in e<strong>en</strong> ruif de kleine. Om deze zoet te houd<strong>en</strong> gebruikte m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tros in plaats<br />

van e<strong>en</strong> tutter. De tros was e<strong>en</strong> doekje waarin wat suiker gedaan werd of dat in de anijs werd gestopt.<br />

Maaltijd<strong>en</strong><br />

De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> at<strong>en</strong> vroeger e<strong>en</strong> keer of vier per dag, t<strong>en</strong>minste als het er aan zat. De maaltijd bestond<br />

uit brood, aardappel<strong>en</strong>, boekweitpap of soep van allerlei gro<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Als ze aardappel<strong>en</strong> at<strong>en</strong>, stond de<br />

schotel in het midd<strong>en</strong> van de tafel <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> daaruit met e<strong>en</strong> vork de aardappel<strong>en</strong> gepikt.<br />

Boekweitpap was erg stijf <strong>en</strong> plakte verschrikkelijk. De tinn<strong>en</strong> lepel werd daarom eerst in e<strong>en</strong> teil met<br />

botermelk gesopt. Wanneer de eter dan uit de pot schepte, kon hij de pap t<strong>en</strong>minste met zijn tong uit<br />

de lepel krijg<strong>en</strong>. Wanneer m<strong>en</strong> pap met patatt<strong>en</strong> at uit e<strong>en</strong> ketel die in het midd<strong>en</strong> van de tafel stond,<br />

liep er na het et<strong>en</strong> e<strong>en</strong> spoor van papdruppels van de ketel naar de eter.<br />

De mode<br />

In de vorige eeuw zag de mode er wel wat anders uit dan teg<strong>en</strong>woordig. De vrouw<strong>en</strong> droeg<strong>en</strong><br />

kapmantels met bijbehor<strong>en</strong>de muts<strong>en</strong> met lint<strong>en</strong> die gro<strong>en</strong>, orange of zwart van kleur kond<strong>en</strong> zijn,<br />

afhankelijk van de kleur<strong>en</strong> in de kerk. De mann<strong>en</strong> droeg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gestreepte broek, e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>aamde<br />

turkler<strong>en</strong> broek, later ook fantasiebroek g<strong>en</strong>oemd. Verder e<strong>en</strong> blauw kieltje, dat alle<strong>en</strong> maar goed was<br />

als het goudlinn<strong>en</strong> was. Als je met je nagel over de stof ging, kwam precies op de streep e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong><br />

schijn. Het hoofd werd bedekt door het faaske <strong>en</strong> aan de voet<strong>en</strong> zat<strong>en</strong> klomp<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> paar stevige<br />

vetler<strong>en</strong> scho<strong>en</strong><strong>en</strong> gemaakt met pegg<strong>en</strong>. Bij het werk in de stal of op de akker werd<strong>en</strong> gett<strong>en</strong><br />

(be<strong>en</strong>kapp<strong>en</strong>) gedrag<strong>en</strong>.<br />

Speelgoed<br />

De omw<strong>en</strong>teling in de industrie heeft ook het speelgoed van de kinder<strong>en</strong> danig veranderd. In mijn<br />

jeugd speeld<strong>en</strong> we met knikkers, met bikkels of met de reep. De groter<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> fluitjes van de wilg.<br />

Ze ging<strong>en</strong> viss<strong>en</strong>, salamanders of paddekopp<strong>en</strong> vang<strong>en</strong>. Ze ging<strong>en</strong> eier<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> of achter de<br />

eekhoorns aan. Of ze schot<strong>en</strong> met zelfgemaakte propp<strong>en</strong>schieters. In de winter slibberd<strong>en</strong> we op het<br />

ijs <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> school lop<strong>en</strong>. Later kwam<strong>en</strong> ook de schaats<strong>en</strong>.<br />

Liedjes<br />

In mijn jeugd werd er natuurlijk ook gezong<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> radio of e<strong>en</strong> ander oorverdov<strong>en</strong>d middel hadd<strong>en</strong><br />

we nog niet. Hitring was onbek<strong>en</strong>d. Liedjes ging<strong>en</strong> soms g<strong>en</strong>eraties lang mee. Marktzangers zorgd<strong>en</strong><br />

voor nieuwe "hits". Vele dorp<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> lied <strong>en</strong> ook hier leverd<strong>en</strong> de <strong>Weelde</strong>nar<strong>en</strong> hun<br />

bijdrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> bezong<strong>en</strong> hun Kempisch Paradijs. Ik herinner mij nog hoe de gebroeders Bols <strong>en</strong> Jaan<br />

Woest<strong>en</strong>burg erop uittrokk<strong>en</strong> om op kerkplein<strong>en</strong> muziek te mak<strong>en</strong>.<br />

Lied van <strong>Weelde</strong><br />

Er wordt gestoeft somwijl<strong>en</strong> van Brussel <strong>en</strong> Parijs<br />

Maar schoner is 't in <strong>Weelde</strong>, het Kempisch paradijs<br />

Was 't algeme<strong>en</strong> gewet<strong>en</strong>, hoe sjiek het daar wel is<br />

Dan was d<strong>en</strong> tram verslet<strong>en</strong>, ja op e<strong>en</strong> dag gewis!<br />

Refrein:<br />

Want mijn liefste <strong>Weelde</strong>, schoner dan Parijs!<br />

Ik zou veel will<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> om daar te mog<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><br />

Want mijn liefste <strong>Weelde</strong>, gij zijt e<strong>en</strong> paradijs!


Ge<strong>en</strong> putt<strong>en</strong> of ge<strong>en</strong> hol<strong>en</strong> vindt m<strong>en</strong> er op de straat,<br />

Maar overal riol<strong>en</strong> waar 't water weg in gaat,<br />

Ge<strong>en</strong> pot<strong>en</strong> zult g'er brek<strong>en</strong> op <strong>Weelde</strong>'s makadam<br />

Als 't reg<strong>en</strong>t in die strek<strong>en</strong>, blijft m<strong>en</strong> er droog als wan!<br />

Als 's avonds door d<strong>en</strong> reg<strong>en</strong> het werkvolk op e<strong>en</strong> draf,<br />

Naar huis komt ja dan veg<strong>en</strong> z'eerst hun voet<strong>en</strong> af,<br />

En is het slijk somwijl<strong>en</strong> tot in d<strong>en</strong> hals gespat,<br />

Dan is het niet van <strong>Weelde</strong>, maar modder van de stad<br />

Er zijn zovele lamp<strong>en</strong> van 't allerhoogste slag,<br />

Die in d<strong>en</strong> duistere kamp<strong>en</strong>, elk jaar <strong>en</strong> iedere dag<br />

En door hun fel gekonkel nijpt ieder d'og<strong>en</strong> dicht,<br />

Heb ge<strong>en</strong> bang van d<strong>en</strong> donker<strong>en</strong>, want 't bestuur doet er zijn plicht!<br />

Voor 't onderwijs der kinder<strong>en</strong> doet <strong>Weelde</strong> ook zijn plicht,<br />

Om domheid te verhinder<strong>en</strong>, heeft m<strong>en</strong> er opgericht,<br />

E<strong>en</strong> school met vele klass<strong>en</strong>, op <strong>en</strong><strong>en</strong> berg da's fijn!<br />

Wie zulks doet in moerass<strong>en</strong>, kan niet van <strong>Weelde</strong> zijn!<br />

Wat ik ook niet mag zwijg<strong>en</strong>, m<strong>en</strong> zal na korte tijd,<br />

E<strong>en</strong> nieuwe school gaan krijg<strong>en</strong>, de bisschop heeft 't gezeid,<br />

Hij kon zijn vreugd niet ton<strong>en</strong> <strong>en</strong> was zeer aangedaan,<br />

<strong>To<strong>en</strong></strong> hij die zegebom<strong>en</strong>, bij zijn bezoek zag staan!<br />

Het gebur<strong>en</strong>recht<br />

U zult wel begrijp<strong>en</strong> dat alle g<strong>en</strong>oemde verandering<strong>en</strong> gevolg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gehad voor het sociale<br />

contact onder de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Vroeger war<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> door de beperkte communicatie- <strong>en</strong><br />

vervoersmogelijkhed<strong>en</strong> geheel op elkaar aangewez<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> opzichte van elkaar hadd<strong>en</strong> gebur<strong>en</strong><br />

recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> plicht<strong>en</strong> die nauwkeurig gek<strong>en</strong>d war<strong>en</strong>. Deze ongeschrev<strong>en</strong> weg noemde m<strong>en</strong> het<br />

gebur<strong>en</strong>recht. De grondslag hiervan was de naast<strong>en</strong>liefde. Help<strong>en</strong> waar het kon, was de leuze.<br />

Wanneer iemand zwaar ziek was, moest erbij gewaakt word<strong>en</strong> door de familie. Was er weinig of ge<strong>en</strong><br />

familie of was de familie te oud, dan werd het wak<strong>en</strong> overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door de gebur<strong>en</strong>. Moest iemand<br />

bedi<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, dan verwittigde e<strong>en</strong> gebuur de pastoor, de familie <strong>en</strong> de gebur<strong>en</strong>. Bedi<strong>en</strong><strong>en</strong> noemde<br />

m<strong>en</strong> ook wel e<strong>en</strong>s "iemand van zijn hoefijzers aftrekk<strong>en</strong>". Er werd gewaakt door e<strong>en</strong> man bij e<strong>en</strong> man,<br />

door e<strong>en</strong> vrouw bij e<strong>en</strong> vrouw.<br />

De overled<strong>en</strong>e


De avond voor de begraf<strong>en</strong>is werd de deur niet op slot gedaan. De dode werd namelijk niet<br />

buit<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong>. Wanneer e<strong>en</strong> kind overled<strong>en</strong> was, dat de plechtige communie nog niet had gedaan,<br />

sprak m<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> klein lijk. E<strong>en</strong> volwass<strong>en</strong>e overled<strong>en</strong>e was e<strong>en</strong> groot lijk. Dan moest<strong>en</strong> de dichtste<br />

bur<strong>en</strong> met de koster de dode gaan uitluid<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> man begon m<strong>en</strong> met de grote klok, voor e<strong>en</strong><br />

vrouw met de kleine. De bur<strong>en</strong> verwittigd<strong>en</strong> ook de aflegster. Deze moest de overled<strong>en</strong>e wass<strong>en</strong>,<br />

ev<strong>en</strong>tueel scher<strong>en</strong> <strong>en</strong> hem of haar e<strong>en</strong> doodshemd aando<strong>en</strong>. Dit bestond uit het voorste gedeelte van<br />

e<strong>en</strong> hemd, met drie kruisjes erop van zwart boordlint. Het werd op de rug <strong>en</strong> onder de pols<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

arm<strong>en</strong> met lint<strong>en</strong> vastgebond<strong>en</strong>. Verder werd e<strong>en</strong> oudere man e<strong>en</strong> piekmuts (slaapmuts) <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

oudere vrouw e<strong>en</strong> ronde muts opgezet.<br />

De begraf<strong>en</strong>is<br />

Voor de begraf<strong>en</strong>is werd de kar of het gerij van de naaste buur geschuurd. M<strong>en</strong> plaatste er echt stro<br />

op <strong>en</strong> daarop de kist. Zo mogelijk werd de kist pas vlak voor het vertrek aan huis dichtg<strong>en</strong>ageld. De<br />

dragers moest<strong>en</strong> help<strong>en</strong> bij het kist<strong>en</strong>. Er werd nog e<strong>en</strong> roz<strong>en</strong>krans, later e<strong>en</strong> roz<strong>en</strong>hoedje <strong>en</strong> nog<br />

later slechts vijf Onze-vaders <strong>en</strong> vijf weesgegroet<strong>en</strong> gebed<strong>en</strong>. Ondertuss<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong> de dragers ieder<br />

twee borrels. Dat stond ertoe. De kist werd op de kar geschov<strong>en</strong> <strong>en</strong> de stoet zette zich in beweging. In<br />

vroegere jar<strong>en</strong> legde m<strong>en</strong> 's avonds tevor<strong>en</strong> aan alle kruispunt<strong>en</strong> waar het lijk voorbij moest kom<strong>en</strong>,<br />

e<strong>en</strong> kruis. Vooraleer de stoet het kruispunt opging, stopte m<strong>en</strong> <strong>en</strong> bad er. Op de kruispunt<strong>en</strong> immers<br />

danst<strong>en</strong> te 12 uur 's nachts de heks<strong>en</strong> <strong>en</strong> de spok<strong>en</strong> <strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> er kwade geest<strong>en</strong> die de kwade<br />

hand meebracht<strong>en</strong>.<br />

De kerk<br />

Ook in de kerk is veel veranderd. De processie, de biecht oude stijl, het "pesjonkel<strong>en</strong>" met Allerziel<strong>en</strong>,<br />

het bidd<strong>en</strong> van de kruisweg zijn gebruik<strong>en</strong> die bijna of helemaal verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn. Het bidd<strong>en</strong> van de<br />

kruisweg werd door niemand beter gedaan dan door pastoor Jacobs. Hij had ge<strong>en</strong> missaal nodig, hij<br />

maakte zelf zijn kruisweg. Wanneer hij bij de statie kwam waarop e<strong>en</strong> soldaat zijn lans in de hoogte<br />

steekt, kon hij uitroep<strong>en</strong>: "Ziet hem daar staan, die soldaat met zijn piek!" <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s bad hij weer<br />

verder: "Wees gegroet Maria ..." Of bij de statie waar Onze-Lieve-Heer op de grond lag: "Daar ligt de<br />

Zaligmaker op d<strong>en</strong> grond, met zijn kruis van honderd pond. Wees gegroet Maria ..." En bij e<strong>en</strong> andere<br />

statie waarop Veronica staat met e<strong>en</strong> doek in haar hand<strong>en</strong>: "Veronica, e<strong>en</strong> meske, e<strong>en</strong> heel schoon<br />

meske, 't schoonste meske van de wereld. Weesgegroet Maria ..."<br />

Onze nam<strong>en</strong><br />

Ja, er is veel veranderd. De nam<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in <strong>Weelde</strong>, die zijn eig<strong>en</strong>lijk, zeker voor e<strong>en</strong> deel,<br />

geblev<strong>en</strong>. De Bont, Bax, Dick<strong>en</strong>s, Vermeer<strong>en</strong>, Van Eyndhov<strong>en</strong>, Luyt<strong>en</strong>, Janss<strong>en</strong>, Vloemans, Van<br />

Beek, Van d<strong>en</strong> Heuvel, Van Hees, Van Heyst, Van Loon, Bols, De Bie, Verhey<strong>en</strong>. Ze won<strong>en</strong> hier al<br />

lang, soms zelfs eeuw<strong>en</strong>lang. Wij sprak<strong>en</strong> vroeger echter liever van Louis van Sus van Per<strong>en</strong>, Jef van<br />

't Hoogeind, Rie van Suska van Janus van Zjo van d<strong>en</strong> Boer (Rie Janss<strong>en</strong> in 't singeltje) <strong>en</strong> Zeva van<br />

Jefke van Destjes (Josepha Van der Voort). De teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> witt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zwart<strong>en</strong> zijn al<br />

eeuw<strong>en</strong>oud. De oorzaak zal hem wel zitt<strong>en</strong> in de m<strong>en</strong>ingsverschill<strong>en</strong> die ontstond<strong>en</strong> over de verdeling<br />

van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> in kapel <strong>en</strong> kerk. De teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> witt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zwart<strong>en</strong> werkt<strong>en</strong> overal<br />

door. Bij b<strong>en</strong>oeming<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>te zeid<strong>en</strong> we in het dorp teg<strong>en</strong> elkaar: "Is het er <strong>en</strong>e van het<br />

Kerk<strong>en</strong>eind of van de Straat?" Op school werd tot in de jar<strong>en</strong> '30 gevocht<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de kinder<strong>en</strong> van de<br />

Straat <strong>en</strong> het Kerk<strong>en</strong>eind.<br />

De verkesmert<br />

Ik heb u al eerder verteld dat pastoor Beert<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gemakkelijke was. Hij was zeker ge<strong>en</strong> katje om<br />

zonder handscho<strong>en</strong><strong>en</strong> aan te pakk<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kon hij soms gromm<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> hond. Op zekere dag<br />

was er weinig volk in de kerk. Pastoor Beert<strong>en</strong> gromde e<strong>en</strong> paar keer <strong>en</strong> zei to<strong>en</strong>: "Ze z<strong>en</strong> zeker<br />

uit'n<strong>en</strong> ander me<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bak hoei frète". Vele parochian<strong>en</strong> war<strong>en</strong> immers met hun kinder<strong>en</strong> op<br />

bedevaart naar Sint-Adriaan in Ravels-Eel. Omdat de pastorij to<strong>en</strong> nog in het singeltje stond, kreeg<br />

het singeltje to<strong>en</strong> de bijnaam verk<strong>en</strong>smert.<br />

De goddelijke deugd


Buit<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> hadd<strong>en</strong> ze ook nam<strong>en</strong> voor ons: geitebokk<strong>en</strong> of oliezeikers werd<strong>en</strong> we wel g<strong>en</strong>oemd.<br />

Zelf bezag<strong>en</strong> we ons dorp anders. We duid<strong>en</strong> het aan als één van de Drie Goddelijke Deugd<strong>en</strong>.<br />

Ravels <strong>en</strong> Poppel war<strong>en</strong> de andere twee. Vanwaar die naam? Ik weet het niet. We hadd<strong>en</strong> wel veel<br />

omgang met de bewoners van de Acht Zalighed<strong>en</strong>. Misschi<strong>en</strong> dat de naam Goddelijke Deugd<strong>en</strong><br />

daarom gebruikt werd als teg<strong>en</strong>hanger van de naam Acht Zalighed<strong>en</strong>. Goddelijke Deugd<strong>en</strong> klonk dan<br />

natuurlijk veel voornamer.<br />

T<strong>en</strong>slotte<br />

Ja, beste lezer, er is veel veranderd. En eig<strong>en</strong>lijk heb ik nog lang niet alles g<strong>en</strong>oemd. Ik d<strong>en</strong>k<br />

bijvoorbeeld nog aan de verandering<strong>en</strong> in de bouw van huiz<strong>en</strong>, aan het ontstaan van allerlei<br />

ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, het verdwijn<strong>en</strong> daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> van de gild<strong>en</strong>. Och, ook ik heb niet alle verandering<strong>en</strong><br />

gewild, lezer. Maar ge zult het er mee moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Treur<strong>en</strong> over de goede, ouwe tijd heeft ge<strong>en</strong> zin.<br />

En bed<strong>en</strong>k wel: die goede, ouwe tijd was niet zo goed als sommig<strong>en</strong>, die hem niet hebb<strong>en</strong><br />

meegemaakt, wel d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>. Onze ouders noemd<strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> -misschi<strong>en</strong> spott<strong>en</strong>derwijs- e<strong>en</strong><br />

Goddelijke Deugd. Wat d<strong>en</strong>kt ge, lezer. Zou het u lukk<strong>en</strong> deze b<strong>en</strong>aming voor <strong>Weelde</strong> in de toekomst<br />

waar te mak<strong>en</strong>? Ik w<strong>en</strong>s het u toe. Ge weet nu hoe de oud<strong>en</strong> zong<strong>en</strong>. Misschi<strong>en</strong> dat ge hieruit uw<br />

plan kunt trekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> deuntje hebt om op verder te piep<strong>en</strong>.<br />

Adriaan Kol<strong>en</strong><br />

Adriaan Kol<strong>en</strong> leefde in de Hegge te <strong>Weelde</strong>. Hij werd er gebor<strong>en</strong> in 1875 <strong>en</strong> overleed er in 1958. In<br />

e<strong>en</strong> lijvig boekwerk, heeft hij in 1946, het lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de volksgebruik<strong>en</strong> van voor de eeuwwisseling<br />

beschrev<strong>en</strong>. De titel van zijn werk: "Het landelijk volkslev<strong>en</strong> in d<strong>en</strong> vroeger<strong>en</strong> oud<strong>en</strong> tijd". Dit dagboek<br />

van Adriaan Kol<strong>en</strong> werd in zijn geheel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> elders op deze website (Rubriek dagboek<strong>en</strong>).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!