You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Leidraad</strong> Balans Deel 3 - Hoofdstuk 3.1<br />
3.1 Riolering<br />
Riolering<br />
Levensduur<br />
Voor de levensduur van riolering wordt er onderscheid gemaakt in verschillende vormen van de<br />
levensduur (economische, technische en functionele). De technische levensduur van de riolering<br />
bedraagt gemiddeld ca. 40 à 100 jaar. Ten gevolge van onder meer zettingen, kan de levensduur<br />
van een riolering korter zijn. Deze kortere levensduur is vaak het gevolg van falende huis- en<br />
kolkaansluitingen of verbindingen tussen de buizen. De economische levensduur moet dan worden<br />
aangepast, omdat deze levensduur niet langer kan zijn dan de technische levensduur.<br />
Indien het plan wordt opgevat om de weg, waarin de riolering zich bevindt, op te hogen, zal een<br />
afweging plaatsvinden voor het wel of niet handhaven van de riolering. Met de Balans applicatie<br />
is het mogelijk om de invloed van het wel of niet handhaven van de riolering bij een ophoging te<br />
evalueren.<br />
Het gelijktijdig met de uitvoering van de ophoogmaatregel vervangen van de riolering heeft als<br />
voordeel dat de rioolvervanging relatief goedkoop kan worden uitgevoerd. Immers de wegverharding<br />
en -fundering worden vanwege de uit te voeren ophoogmaatregel tijdelijk verwijderd. Tevens<br />
is materieel aanwezig. Indien de riolering echter nog in redelijke staat verkeerd, kan er voor<br />
worden gekozen het in zijn geheel te handhaven of onderdelen te vervangen, zoals de huis- en<br />
kolkaansluitingen. Handhaven van de bestaande riolering kan indien het systeem als geheel<br />
minimaal een restlevensduurverwachting heeft (of na vervanging van onderdelen krijgt) die<br />
minimaal gelijk is aan de levensduurverwachting van de wegconstructie na uitvoering van de<br />
ophoogmaatregelen.<br />
Het is dus van belang de restlevensduur van de riolering en de onderdelen waaruit zij is opgebouwd<br />
in te schatten rekening houdend met de verwachte restzetting over de periode waarover de<br />
wegconstructie geacht wordt mee te gaan. Een andere invalshoek kan zijn om de ophoogmaatregel<br />
aan te passen aan de verwachte restlevensduur van riolering en meer algemeen aan de verwachte<br />
restlevensduur van de aanwezige kabels en leidingen.<br />
Beoordeling handhaving bestaande riolering<br />
Om de restlevensduur van de bestaande riolering redelijkerwijs te kunnen inschatten is informatie<br />
nodig uit het verleden (historie), het heden en de toekomst.<br />
Historische gegevens die van belang zijn bij de beoordeling zijn:<br />
› Type riolering met materiaalsoorten buis en put;<br />
› De wijze waarop elementen zijn verbonden, onder andere type verbinding, toepassen van<br />
zettingsmoffen, etc;<br />
› De wijze van fundatie van het gehele riool of van afzonderlijke onderdelen, zoals overstortputten<br />
en gemalen op palen en de overige onderdelen op staal;<br />
» Welke invloed heeft de omgeving uitgeoefend op de riolering in de periode tussen aanleg en<br />
heden:<br />
» Hoeveelheid zetting en tijdstip en grootte tussentijdse ophogingen;<br />
» Peilwijzigingen in het oppervlaktewater;<br />
» Grootschalige grondwateronttrekkingen in de omgeving;<br />
» Gemiddelde verkeersbelasting.<br />
Van de huidige toestand zijn de volgende aspecten van belang:<br />
› Wat is de huidige kwalitatieve staat van de riolering (gedetailleerde inspectiegegevens met<br />
betrekking tot afstroming, stabiliteit en waterdichtheid)? Extra aandacht hierbij verdienen<br />
de overgangen tussen verschillende wijze van fundatie en overgangen tussen verschillende<br />
onderdelen. Bijvoorbeeld tussen huisaansluiting en riool, buizen onderling of buis en put.<br />
› Zijn er klachten met betrekking tot stank, afbrekende huis- kolkaansluitingen, etc.<br />
› Wat is het huidige afschot in de vrijvervalriool? Bij het merendeel van de typen vrijvervalriolen<br />
is het handhaven van een minimum afschot van wezenlijk belang (gemengde riolen, DWAriolen,<br />
bemalen HWA-riolen). Het aanwezige afschot dient hierbij kritisch in beschouwing