Woordenboek van neologismen - Etymologiebank

huilbuis,-televisie, pejoratieve aanduiding voor
sensatiegerichte televisieprogramma's, waarbij
ingespeeld wordt op de intiemste gevoelens van
de personen die voor een camera ondervraagd
worden en waarbij het belichten van emoties
meer kijkcijfers moet opleveren. Voorbeeld: de
Surprise Show.
'Vesuvius', het televisieprogramma waarmee de
Ikon in de eigentijdse behoefte aan talkshows
voorziet, belichtte vorige week het intrigerende
fenomeen van de 'huilbuis': de tot tranen toe roerende
uitzendingen, waarin beproefde burgers
voor het oog van de camera zich laten verleiden tot
het doen van hoogst vertrouwelijke ontboezemingen.
Vrij Nederland, 30-10-93
Sedert RTL is de frequentie van huil- en bekentenistelevisie
behoorlijk toegenomen.
Nieuwe Revu, 09-02-94
HUIL-TV is over z'n top (naar'Het Spijt Me'kijken
wordt bestraft met twintig stokslagen) al blijft
'All You Need is Love' een tranentrekker van formaat.
Nieuwe Revu, 28-12-94
Het bleek te gaan om de zoveelste even onverbloemde
als onbeholpen poging om ook mee te
vreten uit de ruif van de huil-tv. Van die jank-of-ikschiet
programma's, waar de Nederlandse televisie
ook al mee vergiftigd is.
Trouw, 13-01-95
We hadden daarmee willen voorkomen dat we na
'All You Need' de zoveelste variant op het genre
huiltelevisie gingen maken.
Nieuwe Revu, 11-03-98
huisdealer, vaste dealer, handelaar in softdrugs
die zijn handel slijt in vnl. jeugdcafés en hulp­
verlenende instellingen. Sinds eind jaren zeven­
tig-
' Yab Yum mag wel een huisdealer hebben, maar
op de tippelzone mogen drugs niet worden verhandeld,'
aldus een veldwerkster.
Sietske Altink: Handel in hartstocht. Het prostitutiebedrijf
in Nederland, 1995
huishoudboekje, de begroting van een minister.
De regeringsleiders zijn nu eenmaal gedwongen
om soms rekening te houden met 'hogere' belangen
dan alleen het huishoudboekje van hun ministers
van financiën.
NRC Handelsblad, 10-12-93
De banen in de markt komen nog niet overvloedig
af, de dreiging van een loongolf is reëel en
mocht het onverhoopt die kant opgaan, dan raakt
het huishoudboekje van het kabinet ernstig in het
ongerede.
Trouw, 10-02-95
huisje-boompje-beestje, aanduiding voor een
kalm, burgerlijk en ongestoord leventje. Meestal
gebruikt m.b.t. mensen die vasthouden aan
de dagelijkse rituelen en zich op een voorspelbare
wijze gedragen. De uitdrukking bestond al
in het machinisten- en pilotenslang (in de betekenis
'oriëntatiepunten'), maar raakte pas in de
jaren tachtig algemeen ingeburgerd.
Ik kan ze wel helpen, maar dan moeten ze daar
wel bepaalde dingen voor opgeven. Zoals het huisje-boompje-beestje-idee.
Haagse Post, 31-01-87
'Soms zie ik mezelf op de bank voor de televisie
zitten,' zegt Paul Koeleman, 'met een zak chips en
m'n verloofde aan mijn zijde.' 'Huisje-boompjebeestje
en een gelukkige verhouding met m'n vaste
partner.'
Haagse Post, 11-04-87
Desondanks zoek ik een partner. Iemand met wie
ik mijn leven wil delen, gewoon huisje, boompje,
beestje.
Martine Groen: Hoerenboek, 1987
Oppassen evenwel dat ik niet teruggelokt word
om me weer geheel met huid en haar te laten inpakken
in huisje-boompje-beestje-cadeaupapier.
Haye van der Heyden: Jij bent steeds een ander,
1992
Over een paar jaar zie ik mezelf wel samenwonen.
Of alleen wonen maar wel met een
relatie. Daar zal het wel op uitdraaien want dat
huisje, boompje, beestje is nog steeds zo ingeburgerd.
Psychologie, april 1997
huiskamerproject, het opvangen en begeleiden
van afkickende drugsgebruikers.
Net zoals de andere gedoogzones kent Rotterdam
ook een Huiskamer-project: een keet of gebouwtje
waar de dames enige warmte, koffie en een moment
voor zichzelf kunnen nemen.
Nieuwe Revu, 15-02-95
Ze zijn het wel met elkaar eens dat de tippelzone
in Rotterdam behoorlijk functioneert. 'Het is natuurlijk
zo dat mensen er niet vanzelf naar toe trek-
321