verantwoording - ZIEN
verantwoording - ZIEN
verantwoording - ZIEN
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Welbevinden is als volgt geoperationaliseerd in <strong>ZIEN</strong>!:<br />
Stellingen groep 1-8<br />
- Komt opgewekt over.<br />
- Maakt een vitale levenslustige indruk.<br />
- Komt ontspannen en open over.<br />
- Gaat graag naar school.<br />
4.9.2 DIRECT TE BEÏNVLOEDEN PROCESVARIABELE<br />
Het zich welbevinden van kinderen is afhankelijk van de context waarin ze leven. De mate waarin deze<br />
context in voldoende mate tegemoetkomt aan hun basisbehoeften is belangrijk. Dit worden<br />
basisbehoeften genoemd omdat een minimale bevrediging ervan een voorwaarde vormt voor de gezonde<br />
emotionele ontwikkeling. Hierbij gaat het om fysische behoeften, behoefte aan affectie, warmte en<br />
geborgenheid, behoefte aan duidelijkheid, continuïteit en houvast, behoefte om iemand te zijn in de ogen<br />
van de anderen, de behoefte om zichzelf als kundig te ervaren en de behoefte om moreel in orde te zijn<br />
en zin te geven aan het leven (Van den Bosch & De Jaeger, 2005). De zojuist genoemde behoeften<br />
sluiten aan bij de psychologische behoeften zoals Stevens (1997) deze noemt: relatie (verbondenheid,<br />
veiligheid en ondersteuning), competentie (gevoel van bekwaamheid) en autonomie (zelfstandigheid).<br />
Tegemoetkomen aan de basisbehoeften gebeurt door leerkrachtgedrag. Concreet kan dit door een warme<br />
opstelling en het scheppen van situaties waarin het knus bij elkaar zijn kansen krijgt. Of duidelijkheid<br />
bieden over grenzen en afspraken, waardoor een kind houvast heeft en voldoende rust en veiligheid<br />
ervaart. Positieve communicatie en voldoende aandacht geven voor individualiteit is eveneens belangrijk<br />
leerkrachtgedrag dat het welbevinden positief beïnvloedt (Van den Bosch & De Jaeger, 2005).<br />
Aanmoedigen en belonen worden vaak genoemd als effectieve manieren om kinderen te helpen, wat vaak<br />
goed is voor het zelfgevoel van het kind (Van der Wolf & Van Beukering, 2009).<br />
ZORGBEHOEFTE<br />
Een kind dat een laag welbevinden heeft, vraagt zijn omgeving het (pedagogisch) klimaat zo in te richten<br />
dat het vertrouwen in zichzelf en de ander krijgt.<br />
HOE WORDT TEGEMOET GEKOMEN AAN DE ZORGBEHOEFTE?<br />
Hoe wordt tegemoet gekomen aan de zorgbehoefte? Het kind heeft behoefte aan veiligheid en<br />
ondersteuning en heeft het vertrouwen van zichzelf en de leerkracht nodig dat er personen in zijn<br />
omgeving zijn die hem steunen en begeleiden (Van den Bosch & De Jaeger, 2005). Het is dan ook de<br />
taak van de leerkracht om kinderen te ondersteunen door open te staan voor de ervaringen van het kind,<br />
te begrijpen en erop in te gaan. Wanneer bij een kind voldaan wordt aan de basisbehoeften, dan krijgt<br />
het kind het gevoel „iemand te zijn in de ogen van anderen‟. Het kind ervaart dan ook dat het zelf iemand<br />
is. En dan is er sprake van welbevinden.<br />
EEN LEERKRACHT KAN DAT! WAT IS DE ROL VAN DE LEERKRACHT?<br />
Een leerkracht die erin slaagt een klimaat binnen de klas te creëren waarin het kind zich thuis voelt,<br />
welbevindt, zorgt voor een goed pedagogisch basisklimaat (Stevens, 1997).<br />
Welbevinden, inclusief zelfvertrouwen, is door een leerkracht goed te beïnvloeden. Een voorbeeld is de<br />
manier van spelbegeleiding die Van der Poel en Blokhuis (2010) beschrijven ter versterking van het<br />
Verantwoording <strong>ZIEN</strong>! Pagina | 40