Transgene dieren
Transgene dieren
Transgene dieren
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
dier zoals de mens waarschijnlijk telt, te analyseren.<br />
Slechts die mutaties (veranderingen in het genotype)<br />
kunnen worden bestudeerd die resulteren in een waarneembare<br />
verandering in het gedrag en/of de uiterlijke<br />
verschijningsvorm (het fenotype) van het organisme. Het<br />
aantal mutaties dat daaraan voldoet, is beperkt omdat<br />
eukaryoten, waartoe ook de zoog<strong>dieren</strong> behoren, diploïd<br />
zijn. Dat wil zeggen dat in hun genoom van ieder gen<br />
twee kopieën aanwezig zijn. We spreken van homozygoot<br />
wanneer de twee kopieën identiek zijn en heterozygoot<br />
wanneer ze enigszins van elkaar verschillen. In diploïde<br />
organismen kunnen mutaties vaak slechts worden waargenomen<br />
in nakomelingen die homozygoot zijn voor de<br />
mutatie. Maar mutaties zijn in homozygote vorm vaak<br />
niet levensvatbaar, hetgeen analyse onmogelijk maakt.<br />
De grote aandacht voor het “Humane genoom project”,<br />
een wereldwijd samenwerkingsverband van moleculair<br />
biologische laboratoria om zo snel mogelijk de complete<br />
genetische code van het genoom van de mens af te<br />
lezen, heeft mogelijk bij het publiek de indruk gewekt dat<br />
daarmee het DNA van de mens al zijn ‘geheimen’ zou<br />
hebben prijsgegeven. Hoe belangrijk ook als bron van<br />
een overweldigende hoeveelheid informatie, het is niet<br />
voldoende om de functie van de 25.000 genen van de<br />
mens vast te stellen.<br />
Met de komst van recombinant-DNA-technieken werd<br />
het mogelijk om de genen van ieder willekeurig organisme<br />
te isoleren en te vermenigvuldigen (kloneren).<br />
Daarmee was de weg bereid voor een sleuteltechniek in<br />
de hedendaagse gen analyse, de ‘gen overdracht’, een<br />
verzameling methoden om gekloonde genen terug te<br />
brengen in levende cellen. Dit heeft het concept van<br />
“omgekeerde genetica” (“reverse genetics”) mogelijk<br />
gemaakt, waarbij al dan niet gemodificeerde klonen van<br />
genen in levende cellen worden ingebracht waarna de<br />
functie van hun genproduct(en) wordt geanalyseerd.<br />
Echter, celcultures hebben hun beperkingen. Een complex<br />
meercellig organisme is samengesteld uit vele celtypen<br />
die van elkaar verschillen in hun chemische samenstelling,<br />
functie en fysiologie. De identiteit van een cel<br />
wordt bepaald door de som van de genen die gedurende<br />
zijn leven actief zijn. De activiteit van een gen, “gen<br />
expressie” genoemd, is vaak celtype-gebonden.<br />
Sommige genen zoals de ‘huishoudgenen’, die betrokken<br />
zijn bij basale functies als de energiehuishouding van de<br />
cel, zijn actief in de meeste zo niet alle celtypen. Andere<br />
genen komen alleen tot expressie in gespecialiseerde<br />
celtypen. Zo komt het gen dat codeert voor insuline uit-<br />
6<br />
sluitend tot expressie in de bèta-cellen van de Eilandjes<br />
van Langerhans in de pancreas. Het is tot op heden niet<br />
mogelijk gebleken alle verschillende celtypen uit het<br />
zoogdierlichaam in celculture te houden. Bovendien<br />
bleek dat cellen die wel in staat zijn in celkweek te groeien<br />
vaak nieuwe eigenschappen hebben verworven, die<br />
overeenkomen met eigenschappen van kankercellen<br />
zoals ongecontroleerde groei. Daarnaast functioneren<br />
cellen in het intacte lichaam in de context van het interactieve<br />
systeem van een ruimtelijk cellulair netwerk, dat<br />
niet of onvoldoende kan worden nagebootst in de kweekfles.<br />
Tenslotte is het onmogelijk om de rol van genen die<br />
betrokken zijn bij processen zoals embryonale ontwikkeling,<br />
complexe afweerreacties etcetera te analyseren in<br />
een eenvoudige artificiële celculture. Daarom was het<br />
noodzakelijk om de technologie van gen-overdacht uit te<br />
breiden naar het intacte dier, als een logisch vervolg op<br />
de al eerder ingeslagen weg.<br />
In de afgelopen vijfentwintig jaar hebben de snelle ontwikkelingen<br />
in de moleculaire genetica naast de indrukwekkende<br />
vooruitgang in het beheersen van de kweek en<br />
manipulatie van (zoogdier)embryo’s, de gereedschappen<br />
verschaft voor de huidige technologie van gen overdracht<br />
in intacte organismen. Daarbij wordt zonder uitzondering<br />
gebruikgemaakt van zeer vroeg embryonale<br />
stadia, omdat het organisme dan slechts uit één (eicel)<br />
tot enkele cellen (pre-embryo) bestaat. Wanneer het<br />
ingebrachte genconstruct stabiel integreert in het<br />
genoom van het ontvangende vroege embryo, is er een<br />
grote kans dat het gedurende het proces van celdeling<br />
zal worden overgeërfd door de meeste zo niet alle cellen<br />
van het zich ontwikkelende dier, inclusief de geslachtscellen.<br />
Men spreekt dan van ‘kiembaan integratie’. Het in<br />
de kiembaan brengen van nieuwe genetische informatie<br />
wordt transgenese genoemd. De <strong>dieren</strong> die na deze<br />
manipulatie uit de embryo’s worden geboren, heten<br />
transgene <strong>dieren</strong>. Zij kunnen hun nieuw verworven eigenschap<br />
aan hun nakomelingen doorgeven op dezelfde<br />
manier als al hun andere eigenschappen zoals bv. oogkleur,<br />
volgens de klassieke wetten van Mendel.<br />
<strong>Transgene</strong>se is tot nu toe mogelijk gebleken in de rondworm<br />
(C.elegans), fruitvlieg (Drosophila), muis, rat, vis en<br />
landbouwhuis<strong>dieren</strong> zoals runderen, schapen, varkens,<br />
geiten, konijnen en kippen.<br />
Een groot deel van het onderzoek dat is gericht op het<br />
ophelderen van de biologische functie van de 25.000<br />
genen van het humane genoom (‘functional Genomics’) is<br />
gebaseerd op de analyse van de expressie en functie van